Haarlem Toeristenstad (?) _________________________________________________________________________________
Een onderzoek naar wat de toeristische aantrekkelijkheid van steden bepaalt en hoe dit geldt voor Haarlem.
Rowan Mathot Universiteit van Amsterdam Planologie
Scriptie Rowan Mathot
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
Haarlem Toeristenstad (?) Een onderzoek naar wat de toeristische aantrekkelijkheid van steden bepaalt en hoe dit geldt voor Haarlem.
Auteur: Rowan Mathot Studentennummer: 0118931
[email protected] Scriptieonderzoek Universiteit van Amsterdam Faculteit der Maatschappij- en Gedragswetenschappen Specialisatie: Economische Planologie Begeleider: Hans van der Straaten
Haarlem, april 2006
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 2
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
Inhoudsopgave 0.
Voorwoord
5
1.
Inleiding
6
1.1 Inleiding 1.2 Probleemstelling en deelvragen 1.3 Opbouw van het onderzoek en methodiek
6 6 7
2.
3.
4.
Toeristische aantrekkelijkheid
8
2.1 Inleiding 2.2 Toerisme en vrije tijd 2.3 Trends en ontwikkelingen 2.3.1 Trends en ontwikkelingen op nationaal niveau 2.3.2 Trends en ontwikkelingen op internationaal niveau 2.3.3 De binnenstad als belevenis 2.4 Keuze voor de stad 2.4.1 Imago 2.4.2 Voorwaarden en aspecten voor plaats van bestemming 2.5 Planologische en economische relevantie 2.5.1 De binnenstad 2.5.2 Economie 2.6 Conclusie
8 8 10 10 13 14 15 15 19 21 23 24 25
Haarlem in de regio
26
3.1 Inleiding 3.2 De provincie Noord-Holland 3.2.1 Bezienswaardigheden 3.2.2 Overnachtingen 3.3 Amsterdam 3.4 Schiphol 3.5 Haarlem in vergelijking met andere steden 3.5.1 Hotels 3.5.2 Horeca 3.5.3 Cultuur 3.5.4 Detailhandel 3.6 Conclusie
26 26 28 29 30 32 33 33 34 35 35 36
Haarlem
37
4.1 Inleiding 4.2 De stad Haarlem 4.3 Bezoekers 4.4 Bezoekbepalende elementen 4.4.1 Primaire elementen 4.4.2 Actieve ruimte 4.4.3 Vrijetijdsruimte 4.4.4 Secondaire elementen 4.5 Toeristische aanbodspiramide en ‘Unique Selling Point’ (USP) 4.6 Beleid 4.6.1 Vernieuwde Toeristische Agenda 4.6.2 Promotie in Haarlem 4.7 Conclusie
37 37 37 39 39 39 41 41 44 45 47 48 49
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 3
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 5.
Reflectie
50
5.1 Inleiding 5.2 SWOT 5.2.1 Sterke punten 5.2.2 Zwakke punten 5.2.3 Kansen 5.2.4 Bedreigingen 5.3 Conclusie 5.4 Aanbevelingen
50 50 50 50 51 51 52 56
Literatuur
58
Bijlage Bijlage 1: Algemene karakteristiek van Haarlem
61
Bijlage 2: Kaart van Haarlem
62
Bijlage 3: Verantwoording van interviews
63
Bijlage 4: Verantwoording van interviewvragen
66
Bijlage 5: Kernpunten Toerisme Structuurplan
68
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 4
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
Voorwoord Na het afronden van de verschillende vakken die met de opleiding planologie gemoeid zijn en het succesvol afronden van de stage, werd het tijd om te beginnen met de doctoraalscriptie. Deze scriptie ligt min of meer in het verlengde van wat mijn stageopdracht was, namelijk ‘leisure’. In het stageonderzoek is onderzocht wat de positie was en kon worden van Amsterdam als congresstad. In dit onderzoek wordt bekeken hoe het gesteld is met de toeristische aantrekkelijkheid van Haarlem en hoe dit verbeterd dan wel gehandhaafd kan worden. Het begeleiden bij het maken van deze scriptie was in handen van de heer Hans van der Straaten, docent economische planologie aan de Universiteit van Amsterdam en ook werkzaam voor de gemeente Haarlem. Ik heb veel gehad aan zijn knowhow en contacten die nodig waren voor het maken van deze eindscriptie. Ook veel dank gaat uit naar de geïnterviewde personen die hun kostbare tijd vrij maakten voor een gesprek met mij. Hun meningen en visies speelden een belangrijke rol in het eindresultaat. Verder gaat veel dank uit aan naar mijn ouders die mij altijd gestimuleerd hebben, en in staat hebben gesteld om te studeren en te komen tot waar ik nu ben, onderaan de ladder van mijn professionele carrière.
Haarlem, februari 2006 Rowan Mathot Wagenweg 102 rood 2012 NH Haarlem
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 5
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
1. Inleiding 1.1 Inleiding Tegenwoordig lijkt het alsof de wereld door de aanhoudende globalisering steeds éénvormiger wordt. Dit komt bijvoorbeeld door het feit dat overal ter wereld merken als Coca Cola en McDonald’s te vinden zijn. Ondertussen wordt de concurrentie tussen steden heviger teneinde meer toeristen en bezoekers aan te trekken. Steden willen zich hierbij profileren als bijvoorbeeld een culturele stad, sportstad en historische stad. Vanuit deze concurrentiestrijd en profilering wordt in dit onderzoek ingegaan op wat steden aantrekkelijk maakt voor toeristen en bezoekers. Een reden waarom er door steden wordt ingezet op toerisme is omdat toerisme een middel is om economische groei te bewerkstelligen. Een toename van de stedelijke groei kan zorgen voor een vergroting van de welvaart in de desbetreffende stad. De toeristische sector is de laatste decennia uitgegroeid tot een belangrijke sector, er wordt daarom ook wel van een groeisector gesproken. De toeristische sector kenmerkt zich echter wel door conjunctuurgevoeligheid. Toerisme is sinds de tweede helft van de vorige eeuw echt tot ontwikkeling gekomen. Dit komt doordat er meer vrije tijd is gekomen, meer geld dat aan toerisme en recreatie besteed kan worden en omdat de belangstelling voor andere landen, culturen en reizen is toegenomen. Hierbij kan tevens vermeld worden dat het reizen naar andere plaatsen vergemakkelijkt is door de ontwikkeling van verschillende vervoersconcepten. Als case wordt gebruik gemaakt van de stad Haarlem. Haarlem wordt door het Ministerie van Economische Zaken als kansrijk gezien voor het inkomend- en culturele (buitenlandse) toerisme (VTA, 2005). Zaken die een stad (toeristisch) aantrekkelijk maken, worden in vergelijking met Haarlem gebracht. Uiteindelijk wordt er een beeld gevormd van wat Haarlem toeristisch aantrekkelijk maakt en/of wat er gedaan kan worden om dit te verbeteren. 1.2 Probleemstelling en deelvragen Na het bovenstaande, waaruit blijkt dat toerisme en vrije tijd belangrijker zijn geworden, wordt gekeken hoe deze begrippen van invloed zijn op steden en hun toeristische aantrekkelijkheid. De daaruit volgende centrale probleemstelling luidt dan: Wat bepaalt de toeristische aantrekkelijkheid van Haarlem en hoe kan deze aantrekkelijkheid verbeterd dan wel gehandhaafd worden vanuit een planologisch/economisch perspectief? Om de centrale probleemstelling te beantwoorden dienen er eerst verscheidene stappen genomen te worden en komen er andere vragen op. Om de probleemstelling te kunnen beantwoorden wordt er een aantal deelvragen uitgewerkt. 1. Welke betekenis heeft toerisme voor de economie? 2. Welke betekenis heeft toerisme voor de ruimtelijke ordening? 3. Wat bepaalt de toeristische aantrekkelijkheid van steden? 4. Hoe is het gesteld met de aantrekkelijkheid van de regio Amsterdam?
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 6
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 5. Wat is de rol van Amsterdam voor de regio en Haarlem? 6. Wat zijn de factoren die Haarlem voor toeristen aantrekkelijk maken? 7. Wat is de kwaliteit van de voorzieningen voor toeristen in Haarlem? 8. Is er beleid aanwezig of wenselijk dat Haarlem aantrekkelijk maakt? 9. Welke aanbevelingen kunnen gedaan worden om de toeristische aantrekkelijkheid van Haarlem te bevorderen? 1.3 Opbouw van het onderzoek en methodiek Bij het maken van deze scriptie is gebruik gemaakt van verschillende bronnen, zowel primaire als secundaire bronnen. Hierbij is gezocht naar verschillende onderzoeken, beleidsnotities en zijn verschillende betrokkenen geïnterviewd. De geraadpleegde onderzoeken hebben vooral betrekking op de onderwerpen toerisme en economie en het samenspel hiertussen. De beleidsnotities komen onder andere van de gemeente Haarlem en de provincie Noord-Holland. De geïnterviewde personen zijn betrokken bij het onderwerp toerisme en zijn onder meer werkzaam bij de gemeente Haarlem, het Amsterdam Toerisme en Congres Bureau (ATCB), de Kamer van Koophandel (KVK) en de VVV Zuid-Kennemerland (Zie bijlage 3). De bovenstaande deelvragen dienen uitgediept te worden om tot een goede beantwoording te komen van de centrale probleemstelling. De opbouw om tot de beantwoording te komen is als volgt: In hoofdstuk 2 wordt begonnen met het uitdiepen van wat steden toeristisch aantrekkelijk maakt. Er zijn vele steden die allemaal hun eigen specifieke kenmerken hebben, maar welke elementen zorgen ervoor dat bezoekers juist voor één bepaalde stad kiezen. De deelvragen 1, 2 en 3 komen in dit hoofdstuk aan bod en worden beantwoord aan de hand van de literatuur en enkele interviews. Daarna wordt in hoofdstuk 3 begonnen met een beeld te schetsen van de regio Amsterdam – Haarlem – Schiphol. Er wordt hierbij gekeken naar wat de punten zijn die de regio aantrekkelijk maakt om te bezoeken. Hierbij wordt tevens ingegaan op speciale rol die weggelegd is voor Amsterdam. Vervolgens wordt in dit hoofdstuk ingegaan op hoe het aanbod van Haarlem is in vergelijking met andere steden. Deelvragen 4 en 5 worden behandeld door middel van de gevonden literatuur en gesprekken. Haarlem staat centraal in hoofdstuk 4. Hierbij worden de gevonden elementen die steden aantrekkelijk maken in vergelijking met Haarlem gebracht. Met behulp van die elementen komt er een goed beeld naar voren van hoe het met de toeristische aantrekkelijkheid van Haarlem gesteld is. In dit hoofdstuk komen de deelvragen 6,7 en 8 aan bod en worden beantwoord aan de hand van de beschikbare literatuur en interviews. Als laatste deel van het onderzoek volgt de conclusie, waarin wordt gekeken naar de sterke en zwakke kanten van de positie van Haarlem als een aantrekkelijke stad voor toeristen. Ook worden de kansen en bedreigingen die er zijn, uitgelicht, wordt de probleemstelling beantwoord en volgen er enkele aanbevelingen, waarmee tevens deelvraag 9 beantwoord zal worden.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 7
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
2. Toeristische aantrekkelijkheid 2.1 Inleiding Toeristen en bezoekers maken allerlei verschillende afwegingen om een bepaalde stad te bezoeken. In dit hoofdstuk wordt ingegaan op welke punten en elementen een stad aantrekkelijk maakt, zowel voor bewoners als voor de toeristen en bezoekers. Allereerst wordt ingegaan op de begrippen toerisme en vrije tijd (2.2). Vervolgens worden in paragraaf 2.3 trends en ontwikkelingen uitgediept die zijn waar te nemen in de toeristisch-recreatieve sector. In paragraaf 2.4 wordt gekeken naar wat bezoekers er toe brengt om voor een bepaalde stad te kiezen en welke rol het imago van een stad speelt in het beslissingsproces. In de volgende paragraaf (2.5) wordt ingegaan op de rol die toerisme inneemt in de hedendaagse planologie en de betekenis voor de economie. Tot slot volgt in paragraaf 2.6 de conclusie van dit hoofdstuk. 2.2 Toerisme en vrije tijd Om een indruk te krijgen welke elementen er toe bijdragen dat een stad aantrekkelijk wordt, is het van belang om inzicht te krijgen in de begrippen toerisme en vrije tijd. Er wordt begonnen met het verklaren van deze begrippen. Een vakantie is een recreatief verblijf buiten de eigen woning, waarbij minstens één nacht buitenshuis wordt geslapen anders dan bij familie of kennissen thuis. Voor de duur van een vakantie geldt dat een korte vakantie één tot drie nachten inhoudt. Van een lange vakantie is sprake als men vier nachten of langer van huis weg is (NRIT1, 2005). Een toerist is iemand die het reizen als sport of voor ontspanning beoefent, vooral in een voor hem vreemd gebied, meestal met het doel verschillende bezienswaardigheden of bekende plaatsen te bezoeken (Van Dale, 2000). Vrije tijd wordt meestal gedefinieerd in termen van de tijd die over is nadat werk en werkgerelateerde activiteiten als reistijd er vanaf zijn gegaan. Daarnaast wordt er ook tijd gespendeerd aan het winkelen voor het eten, schoonmaken, persoonlijk zaken en slapen. De tijd die hierna overblijft, wordt vrije tijd genoemd (Law, 2002). Het Ministerie van Economische Zaken2 stelt dat toerisme een containerbegrip is, er worden namelijk verschillende betekenissen aan het begrip toerisme toegekend. Het ministerie verstaat onder toerisme het reisverkeer met een vakantie- of zakelijk motief, met tenminste één overnachting (Ministerie van Economische Zaken, 2003). Ontwikkelingen in vrije tijd De begrippen toerisme en vrije tijd gaan eigenlijk hand in hand, want om op vakantie of bezoek te gaan heeft men vrije tijd nodig. Het toerisme is in de twintigste eeuw steeds meer toegenomen. Allereerst komt dit door een toename van de ‘discretionairy free time’ ofwel ‘vrij besteedbare vrije tijd’ (Law, 2002). De belangrijkste redenen voor de toename van de vrije tijd, dat bedoeld is voor vermaak, zijn de verkorting van de werkweek en een toename van het aantal vakanties. Ook het vervroegde pensioen en betere gezondheid dragen bij aan meer vrije tijd (Law, 2002). Echter uit de gegevens van het Tijdsbestedingonderzoek (TBO)3 blijkt dat het aantal uren vrije tijd per week sinds 1975 zowel bij mannen als vrouwen met circa 10% is afgenomen (SCP, 2003). De afname van het aantal uren vrije tijd komt vooral door een stijgend percentage tweeverdieners (NRIT, 2005). Ook Metz merkt op dat de vrije tijd niet is 1
Komt uit het trendrapport 2004 – 2005 van het Nederlands Research Instituut voor recreatie en Toerisme uit 2005 2 Komt uit de ‘Vernieuwde Toeristische Agenda’ van het Ministerie van Economische Zaken, 2003 3 Het Tijdsbestedingonderzoek is uitgevoerd door het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP)
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 8
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ toegenomen, het budget om aan vrije tijd uit te geven is echter niet gedaald (Metz, 2002). Dit is een opvallende constatering, mensen hebben minder vrije tijd, maar gaan wel meer op vakantie. Mogelijke verklaringen hiervoor zijn; een toename van het besteedbare inkomen (tabel 2.1), een vergroting van de mobiliteit, een afname van de reistijd en meer transportmogelijkheden, waardoor men meer kan en wil in de vrije tijd. Volgens Tracy Metz4 is vrije tijd meer dan de tijd die je zelf naar believen kunt besteden, het is uitgegroeid tot een alomtegenwoordige cultuur van fun met een reusachtige economische betekenis. En de manier waarop we onze vrije tijd besteden, is minstens even bepalend voor onze sociale identiteit als het werk dat we doen of de spullen die we bezitten. Vertel me waar je dit weekend hebt gegeten, hoe en waar je uit je dak bent gegaan, waar je met vakantie bent geweest en ik vertel je wie je bent (Metz, 2002). Er zijn ontwikkelingen in de vrije tijd waar te nemen die verklaringen geven voor de tegenstrijdige constatering betreffende minder vrije tijd. In de vrije tijd is onder andere sprake van een zekere polarisatie in de maatschappelijke verdeling van vrije tijd naar leeftijds- en opleidingskenmerken. Namelijk aan de ene kant staan groepen mensen onder de 50 jaar. Zij hebben door de jaren heen te maken gekregen met een vermindering van de hoeveelheid vrije tijd. Aan de andere kant staan de (jonge) senioren van 50 jaar en ouder en mensen met een lager opleidingsniveau die in de jaren 90 over meer vrije tijd beschikken dan 20 jaar terug (Mommaas, 2000, p. 47). In de vrije tijd is ook een ontwikkeling waar te nemen die ook wel de “paradox van de vrije tijd” wordt genoemd (Van der Weerd, 2001 en Mommaas, 2000). Dit houdt in dat de toename in welvaart gezorgd heeft voor een toename van de keuzemogelijkheden waar de vrije tijd aan besteed kan worden. De komst van meer en vooral diverse keuzemogelijkheden hebben ervoor gezorgd dat vrije tijd met recht een schaars goed kan worden genoemd (Van der Weerd, 2001, p. 6). Er kan daarom gesproken worden van een paradoxale situatie waarbij de komst van meer vrijetijdsmogelijkheden gepaard gaat met een toenemende tijdsdruk. Bovendien is er een grotere bestedingsintensiteit aangezien de toegenomen welvaart ook weerspiegeld wordt door toegenomen consumptieve bestedingen in de sfeer van vrije tijd (Van der Weerd, 2001, Mommaas, 2000, NRIT, 2005). Een andere reden voor de toename van toerisme is de ontwikkeling in rijkdom. Deelname aan vermaak en reisactiviteiten hebben altijd afgehangen van het inkomen. Het vrij besteedbare inkomen is het inkomen dat overblijft nadat alle essentiële kosten als gas, water, voedsel, kleding en reiskosten gedaan zijn (Law, 2002). In Nederland geven de Nederlanders na de meest elementaire levensbehoeften, zoals huisvesting, voeding en medische diensten hun geld vooral uit aan recreatie en toerisme (Provincie Noord-Holland, 2002). Tabel 2.1: Uitgaven van Nederlanders aan vakanties naar bestemming Uitgaven in mln. Euro 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 Nederland 1.830 1.920 1.980 2.110 2.280 2.900 2.630 2.569 Buitenland 7.080 7.750 8.110 8.270 8.550 9.760 9.760 10.122 Totaal 8.910 9.680 10.080 10.380 10.830 12.630 12.380 12.690 Bron: CBS, 2005, NRIT, 2005
4
Tracy Metz, ‘Pret, Leisure en Landschap’ (2002)
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 9
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Een derde ontwikkeling die zorgde voor een toename van het toerisme, is de evolutie van de transportmogelijkheden. Het is voor de mensen gemakkelijker geworden om te reizen. Door de ontwikkeling van de ‘low budget airlines’ en de hogesnelheidslijnen is het gemakkelijker geworden om te reizen tussen steden. Ook de toegenomen automobiliteit is van belang om te noemen. Kortom vervoer speelt een cruciale rol in zowel de toeristen naar de plaats van bestemming brengen als de toeristen daar rond te vervoeren (Law, 2002). 2.3 Trends en ontwikkelingen Een belangrijke trend is dat er een toenemende belangstelling is voor een kortere maar actievere vakantie en toenemende belangstelling voor cultuur- en stedentrips. De internationale trends laten een geleidelijke verandering zien in het vakantiepatroon; het aantal vakanties neemt toe, maar de duur neemt af (Beleef Holland5, 2003, Provincie Zuid-Holland6, 2001). De kust en voornamelijk de stedelijke-culturele omgeving vormen hier het groeipotentieel (Ministerie van Economische Zaken, 2003). Verder blijkt dat de ‘toerist’ een mondige consument is geworden, die steeds meer gevarieerdere eisen stelt aan de vakantiebestemming. De toerist vertoont een sterk wisselend karakter, want een toerist laat zich meer en meer leiden door een combinatie van tal elementen als rust en ontspanning, cultuur en avontuur (Provincie Zuid-Holland, 2001) Het aanbod wordt ook steeds groter en gevarieerder, aangezien het aantal bestemmingen toeneemt en nauwelijks nog grenzen kent. Volgens het Ministerie komt dit door de internationalisering, een toename van de reiservaring, het vervagen van grenzen, de groei van het inkomen en een daling van de transportkosten. Kortom de vakantie is van een “sellers market” meer een “buyers market” geworden (Ministerie van Economische Zaken, 2003). 2.3.1 Trends en ontwikkelingen op nationaal niveau De trends op nationaal niveau worden op basis van de gevolgen voor de Nederlandse toeristisch-recreatieve sector beschreven, maar kennen hun uitwerking ook op een lager schaalniveau. Per trend worden de ontwikkelingen beschreven die van belang zijn voor deze scriptie. Er wordt begonnen met de demografische trends. Een overzicht van nationale als internationale trends en ontwikkelingen is gegeven in figuur 2.1. Demografische trends Demografische trends betekenen een verandering in de structuur van de bevolking. 1. Vergrijzing; ouderen krijgen een hogere leeftijd en blijven langer vitaal, wat er op neer komt dat mensen langer én meer geld kunnen uitgeven; 2. Huishoudensverdunning, hierbij neemt het aantal huishoudens toe, maar de omvang in personen van de huishoudens neemt juist af. Bij de demografische trends is het vooral van belang om te ontdekken wat voor groepen er ontstaan. Hier worden de senioren en de singles genoemd, maar in de toekomst kunnen natuurlijk meerdere soorten groepen ontstaan, met hun eigen wensen.
5
Beleef Holland! ‘Een visie op de toekomst van de toeristische en zakelijke markt’, in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken, uitgevoerd door Toerisme en Recreatie Nederland (TRN), april 2003. 6 Dit komt uit het “Actieplan Toerisme 2001 – 2005, Kust, Cultuur, Bloemen & bollen” van de Provincie ZuidHolland, uit februari 2001.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 10
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Figuur 2.1: Overzicht van trends en ontwikkelingen in de toeristisch-recreatieve sector Trends & Ontwikkelingen
Nationale Trends & Ontwikkelingen
Demografisch 1. Vergrijzing 2.Huishoudenverdunning Sociaal-cultureel 1.Individualisering 2.Toename en emancipatie allochtonen 3.Ongelijkere verdeling vrije tijd 4.”Sensationalisering” Economisch 1.Toename tweeverdieners 2.Toename leisure-projecten
Internationale Trends & Ontwikkelingen
1. Nieuwe Vervoersconcepten 2. (Internationale) Veiligheid 3. Concurrentiepositie
Technologisch 1.Digitalisering 2. Toename (auto)mobiliteit Ruimtelijk 1. Internationalisering 2. Ruimtelijk decentralisatie
Bron: Bewerking van Rabobank, 2003, Beleef Holland, 2003 en NRIT, 2005 Sociaal-culturele trends Bij sociaal-culturele trends spelen naast veranderingen in gewoontes en interesses ook feitelijke kenmerken van de samenleving een rol (Rabobank, 2003, p.5). 1. Individualisering; 2. Emancipatie van allochtonen. Voor de toeristisch-recreatieve sector betekent dat er een diversificatie van de vraag optreedt; 3. Een ongelijke verdeling van vrije tijd. Volgens de Rabobank komt er tussen de verschillende bevolkingsgroepen steeds meer verschillen in de beschikbare vrije tijd; 4. De laatste sociaal-culturele trend wordt ook wel ‘sensationalisering’ genoemd (NRIT, 2005, Rabobank, 2003, Provincie Zuid-Holland, 2001). Het draait bij vrijetijdsbesteding steeds meer om beleving. Emotie en fascinatie worden voor de consument – mede aangejaagd door technologische ontwikkelingen – steeds belangrijker. Mensen zoeken steeds vaker naar nieuwe uitdagingen en extremen (Rabobank, 2003, p.5). Economische trends De toeristisch-recreatieve sector is de afgelopen jaren concurrentiegevoeliger geworden door een afname van de toegevoegde waarde (dit komt door een stijging van de lonen en constante arbeidsproductiviteit) en een steeds kleinere rol van afstand in vrijetijdsgedrag. Daarom moet deze sector zich ook steeds meer gaan profileren met een kwalitatief goed product, aldus de Rabobank. De economische trends zijn: 1. Toename tweeverdieners; 2. Toename van grootschalige ontwikkeling van leisure-projecten.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 11
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Het gevolg voor de stadscentra is dat de centra de concurrentie aan moeten gaan met projecten aan de randen van de (eigen) stad. De meeste steden hebben als concurrentievoordeel de historische binnensteden, in plaats van de betonnen boxen aan de randen van de stad. Technologische trends Bij technologische trends vervullen nieuwe technieken en toenemende automatisering van processen voor veel consumenten en producenten vaak een tijdsbesparende rol (Rabobank, 2003). 1. Digitalisering; 2. Toename automobiliteit. De opkomst van de nieuwe media heeft gevolgen voor de bestaande infrastructuur. EZ ziet hier ook de mogelijkheden in, aangezien Internet een nieuwe bron van nieuwe kansen vormt (Ministerie van Economische Zaken, 2003, p. 16). Ten gevolge van trend 2 dient er in steden meer rekening gehouden te worden met de bereikbaarheid en parkeerbaarheid van auto’s. Ruimtelijke Trends Ruimtelijke trends zijn trends waarbij de activiteiten en/of processen op plaats of op schaalniveau veranderen. 1. De internationalisering van de economie; 2. Ruimtelijke decentralisatie. Volgens het NRIT zijn de ontwikkelingen niet zo star te scheiden, alles is immers met elkaar verweven; het één hangt samen met het ander. Economische, demografische, sociaalculturele, technologische (en politieke) ontwikkelingen hebben een sterke onderlinge relatie (NRIT, 2005, p.28). De Provincie Zuid-Holland ziet in hun actieplan ook nog trends die gerelateerd zijn aan de aanbodkant van de toeristische markt. Als eerste zorgt de groei van het aanbod van toeristische voorzieningen voor een toenemende concurrentie tussen steden, provincies en regio’s. Bovendien gaat de provincie er van uit dat de authenticiteit van de binnensteden minder wordt door de vestiging van relatief veel grote winkelketens in de hoofdwinkelstraten. Deze ruimtelijke trends zorgen tevens voor een opgave voor de ruimtelijke ordening. Ontwikkelingen vraagzijde Er zijn ook ontwikkelingen aan de vraagkant van de toeristische markt. In het trendrapport van het NRIT worden enkele ontwikkelingen onder de loep genomen. De belangrijkste ontwikkeling aan de vraagzijde betreft de demografische veranderingen, waarbij vergrijzing en ontgroening parallel lopen. Senioren blijven langer leven en zoeken nog volop vermaak en vertier, veelal gekoppeld aan verblijf. Ze wil niet als een aparte doelgroep ouderen of senioren worden aangesproken. Anderzijds wenst ze wel een aparte benadering, met het recht op kortingen worden aangesproken (NRIT, 2005, p. 173). Jongeren daarentegen zoeken ook nog steeds vertier. Jongeren zoeken naar vertier waarbij het samenzijn en ‘socialiseren’ een steeds belangrijke rol krijgt, naast sensatie (NRIT, 2005, p. 173). Vrije tijd is en blijft schaars, daarom willen bezoekers ‘quality time’. In een korte tijd moet er veel beleefd worden en wordt er gezocht naar een mix van vermaak, vertier en verblijf. De vraag naar verblijf berust op de behoefte aan rust, ontspanning, ontsnapping en
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 12
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ samenzijn. Verder hierbij zijn ook bereikbaarheid en de mobiliteit van de bezoeker een rol (NRIT, 2005). Ook de opkomst van de beleveniseconomie is een belangrijke ontwikkeling aan de vraagzijde van de markt geworden. Bezoekers verwachten een goede mix van inhoud, vorm en emotie (NRIT, 2005, p.173). Een volgende ontwikkeling is dat het steeds moeilijker geworden om samen gezinsuitstapjes te doen, omdat ieder familielid een eigen agenda heeft. Dan blijkt dat tijd schaars is, vooral vanwege een steeds ruimer aanbod van vrijetijdsvoorzieningen. De laatste ontwikkelingen aan de vraagzijde is het wijzigende vrijetijdsgedrag van allochtonen, vooral van de derde en vierde generatie. Er wordt ook meer en meer op een West-Europese manier gerecreëerd (NRIT, 2005). Zij begeven zich meer dan hun ouders in het publieke domein en nemen daarbij hun families en vrienden mee (NRIT, 2005, p.174). Deze groep ontdekt dus ook de mogelijkheden in de vrijetijdssector. Uit bovenstaande blijkt ook meteen dat het ondernemen van vrijetijdsactiviteiten steeds vaker ‘met anderen’ of in groepsverband wordt gedaan. 2.3.2 Trends en ontwikkelingen op internationaal niveau Er zijn ook trends en ontwikkelingen die ook op internationaal niveau afspelen, maar wel van belang kunnen zijn voor de toeristisch-recreatieve sector op stedelijk gebied. De aanjagers van veranderingen komen aan bod en er wordt getoond waarom deze aanjagers belangrijk zijn voor de toeristisch-recreatieve sector. Nieuwe vervoersconcepten De laatste jaren zijn er verschillende nieuwe vervoersconcepten bijgekomen of verder geëvolueerd. Hierbij moet gedacht worden aan de ‘low budget airlines’ en de ontwikkelingen op het spoor van de hogesnelheidslijnen. Ook de toename van het autogebruik en de ontwikkelingen van de auto’s is een belangrijke ontwikkeling. De ‘low budget airlines’ als Easyjet en RyanAir zijn uiterst succesvol gebleken met het snel en goedkoop vervoeren van toeristen naar steden het betreft dan vooral de korte en middenlange afstanden. Voor het toerisme is dit een belangrijke ontwikkeling aangezien toeristen minder hoeven te betalen en relatief snel steden kunnen bezoeken. (Internationale) Veiligheid Een andere aanjager van veranderingen in de toeristische markt is de veiligheid, zowel nationaal als internationaal. Deze aanjager heeft een grote invloed op de ontwikkelingen op de toeristische markt. Gebeurtenissen zoals de aanslagen van 11 september op het WTC, op Bali, Madrid, Londen, de SARS epidemie, het natuurgeweld hebben als gevolg dat het voor toeristen minder aantrekkelijk wordt om te gaan reizen. In nationaal perspectief speelt veiligheid, of het gevoel van veiligheid ook een rol. De gemeente Utrecht7 meldt in hun nota dat veiligheid toeristisch gezien een steeds belangrijker thema wordt. Gevoelens van veiligheid of onveiligheid lijken steeds vaker een rol te spelen in beslissingen om bepaalde steden te bezoeken dan wel om er nog eens terug te keren (Gemeente Utrecht, 2002). Concurrentiepositie Het Ministerie van Economische zaken meldt dat Nederland voor de internationale toerist een keuze is uit vele bestemmingen. Dit geldt zowel voor vakanties als voor het zakelijk georiënteerde bezoek. Ons land kent weliswaar erg veel bijzonderheden op een relatief klein 7
Komt uit het rapport ‘Toeristisch imago onderzoek Utrecht’ (2002) in opdracht van de gemeente Utrecht en is samenwerking met de Kamer van Koophandel uit Utrecht.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 13
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ gebied, maar die concurreren met veel andere mogelijkheden, ook in het ons omringende buitenland. Hoewel Amsterdam een internationale trekpleister is, vormt de stad voor de intercontinentale vakantieganger geen “verplicht” bezoek zoals Londen, Rome of Parijs (Ministerie van Economische Zaken, 2003, p.7). Om een sterkte concurrentiepositie in handen te hebben is het noodzakelijk dat alles van een hoog niveau is. Dit kan variëren van een goed hotelaanbod tot een goede prijskwaliteitverhouding (Beleef Holland, 2003). 2.3.3 De binnenstad als belevenis Een andere trend die belangrijker wordt in het hedendaagse vrijetijdsaanbod is dat mensen/bezoekers ‘iets willen beleven’. Dit geldt niet alleen meer voor attractieparken of theaters, maar dus ook voor binnensteden. Zelfs het drinken van een kopje koffie moet een belevenis gaan worden (Pine & Gilmore, 1999). Volgens Pine & Gilmore zijn ‘belevenissen’ een vierde economisch aanbod geworden, even verschillend van diensten als diensten van goederen, maar wel een aanbod dat tot op heden grotendeels onopgemerkt is gebleven (Pine & Gilmore, 1999, p. 18). De toegevoegde waarde van producten lijkt in steeds grotere mate te bestaan uit datgene waardoor een product of dienst zich onderscheidt van soortgelijke goederen. Beleving en ervaring spelen hierbij een cruciale rol (Van der Weerd, 2001, p. 31). Deze toegevoegde waarde is ook al meer in mengvormen van binnenstedelijke vrijetijdsfuncties te ontdekken. Bij beleving en ervaring dient gerealiseerd te worden dat ervaringen subjectief worden beleefd (Pine & Gilmore, 1999) Geen twee mensen ervaren iets precies op dezelfde wijze omdat beleving voortkomt uit de interactie tussen de bron (vgl. binnenstad) en de ontvanger (vgl. bezoeker). Deze interactie speelt op tal van gebieden een steeds belangrijkere rol en aanbieders van diensten beseffen in toenemende mate dat de toegevoegde waarde vooral zit in het aanbieden van iets extra’s (Pine & Gilmore, 1999). Er worden door Pine & Gilmore vier soorten belevenissen onderscheiden, namelijk amusements-, lerende-, ontsnappingsen esthetische belevenissen. Onder amusementbelevenissen verstaan zij de soorten belevenissen die door de meeste mensen als amusement worden beschouwd. Deze doen zich voor wanneer zij deze via hun zintuigen passief absorberen; dus bij het kijken naar een theatervoorstelling, luisteren naar een concert of lezen voor je plezier (Pine & Gilmore, 1999). Evenals bij amusementsbelevenissen absorbeert de gast bij lerende belevenissen hetgeen zich in zijn aanwezigheid ontvouwt. Anders dan bij amusement echter is dat er bij lerende belevenissen een actieve rol is weggelegd voor de betrokken persoon zelf (Pine &Gilmore, 1999). Bij een ontsnappingsbelevenis is er sprake van dat de gast actief deel uitmaakt van een omgeving die hem helemaal opslokt. Het gaat bij een ‘ontsnapping’ niet alleen om het weggaan van een plaats, maar ook het reizen naar een andere plaats of situatie (Pine & Gilmore, 1999, p. 55). Tot slot de vierde vorm van belevenis, de esthetische belevenis. Bij deze belevenissen gaat men helemaal op in een bepaald evenement of een bepaalde omgeving, maar men heeft daar zelf weinig of geen invloed op waardoor de omgeving (maar niet de persoon zelf) na afloop ongeraakt achterblijft. Het gaat hierbij vooral om het ‘voelen’ van de belevenis (Pine & Gilmore, 1999). Voor het bepalen van de toeristische aantrekkelijkheid van binnensteden kunnen deze vier belevenissen ook gelden. Bezoekers komen mede voor een amusementsbelevenis naar binnensteden. Voornamelijk voor het bezoeken van een voorstelling in het theater, bioscoop ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 14
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ en concertgebouw. Ook festivals en evenementen leveren een bijdrage aan het amusement van een stad. Bij lerende belevenissen komen bezoekers naar een stad om bijvoorbeeld iets over de geschiedenis en cultuur van een stad te leren. Als men in een stad aanwezig is maakt dat veel meer indruk op een persoon dan als men dit in een boek leest. Als men besloten heeft om naar bepaalde stad te gaan reizen is er sprake van een ontsnappingsbelevenis. Men is weg uit de eigen vertrouwde omgeving en maakt actief deel uit van een nieuwe omgeving en situatie. Bij een esthetische belevenis voelt ziet men met eigen ogen de stad aan zich voorbij trekken. Men voelt dat hij of zij op een andere, nieuwe plaats is. Het wordt voor binnensteden en beleidsmakers dus belangrijker om ervoor te zorgen dat de binnenstad attracties bezit die in staat zijn om de aandacht van de bezoekers te lokken. Tevens moeten de bezoekers ‘vast worden gehouden’ zodat zij een herhalingsbezoek overwegen. Hierdoor neemt de betekenis volgens Van der Weerd en Pine & Gilmore van de begrippen differentiatie en concurrentie toe. De concurrentiepositie van een binnenstad neemt toe naarmate het verblijfsklimaat meer gedifferentieerd raakt en daarmee bovendien aansluit bij de sterk gedifferentieerde wensen en behoeften van de (binnen)stadbezoeker (Pine & Gilmore, 1999 en Van der Weerd 2001, p. 32). Belangrijk voor een stad is om multifunctionaliteit in de binnenstad te hebben. Goed is om een mix te hebben van traditionele functies en nieuwe elementen die de beleving van de stad vergroten. Door een verrassend en afwisselend aanbod kan een stad zijn concurrentiepositie verbeteren. Kortom de ruimtelijke inrichting van een binnenstad dient elementen te bevatten die ervoor zorgen dat er levende herinnering aan het bezoek van de stad overblijft. Hier is een kans waar te nemen waar door beleidsmakers meer bij moet worden stilgestaan. 2.4 Keuze voor een stad Er zijn vaak vele redenen en overwegingen die een belangrijke rol spelen bij de keuze van mensen om als bezoeker voor een bepaalde stad te kiezen. Het gaat hierbij vaak om het imago dat door steden gecreëerd is. Het imago zorgt ervoor dat een bepaalde groep mensen dan juist wel of juist niet voor een stad kiezen. Er wordt begonnen met het verder uitdiepen van het begrip imago om vervolgens de voorwaarden en aspecten die leiden tot een keuze voor een bepaalde stad uit te werken. 2.4.1 Imago De keuze om een stad te bezoeken wordt vaak gemaakt op basis van emotionele en nietrationele overwegingen. Het toeristische imago van een stad wordt door mensen vaak omschreven door uitspraken in de trant van ‘het is zo’n gezellige stad’ of ‘het is een echte wereldstad’. De beslissing van een bezoeker om een stad te bezoeken, houdt vaak verband met het imago van de stad, het gevoel en de associaties die de stad bij de bezoeker oproepen (Gemeente Utrecht, 2002). Eén van de belangrijkste toeristische trekkers voor steden is toch wel de historische binnenstad. Een historische binnenstad verschaft de stad – naast een fraai karakter – een verhaal, ofwel de historische binnenstad vormt een afspiegeling van het verleden van de stad, aldus de gemeente Utrecht. Ook is de historische binnenstad vaak een aantrekkelijk ‘decor’ voor andere toeristisch-recreatieve activiteiten zoals winkelen of een bezoek aan een restaurant (Gemeente Utrecht, 2002). Volgens het Amsterdam Toerisme en Congres Bureau moet er in een stad een goede combinatie zijn van een ‘soft- en hardware sfeer’. Bij een ‘software’ sfeer gaat het om het ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 15
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ gevoel dat de mensen hebben bij het bezoeken van een stad. Bij ‘hardware’ sfeer gaat het om de bezienswaardigheden die een stad te bieden heeft. Deze combinatie dient dus in orde te zijn om door bezoekers aantrekkelijk gevonden te worden. De kwaliteit en de aantrekkelijkheid van stadscentra wordt vaak bepaald door de gebruikerswaarde en de belevingswaarde (de Bor, 1997). Stadscentra hebben doorgaans vier kenmerken die de kwaliteit en de aantrekkelijkheid bepalen, namelijk; 1. De aanwezigheid van een karakteristiek milieu dat in veel gevallen een historisch en monumentaal karakter heeft. Echter ook in modern opgezette steden heeft het stadscentrum iets eigens. Dit eigens moet vooral gezien worden ten opzichte van de rest van de stad. 2. Grote concentraties van diverse functies, bedrijven en activiteiten, openbare ruimtes als pleinen, promenades en parken, die uniek zijn voor de stad, dragen bij aan de kwaliteit en aantrekkelijkheid van een stadscentrum. 3. De aanwezigheid van gespecialiseerde zaken en warenhuizen. Binnen de traditionele hiërarchische winkelmodellen staat een stadscentrum per definitie aan de top. 4. Een druk straatbeeld draagt bij aan de gezelligheid en daarmee de aantrekkelijkheid van het stadscentrum. Het ontbreken van veel publiek heeft al snel het omgekeerd tot gevolg. Het stadscentrum wordt gekenmerkt door een grote doch tijdelijke verblijfsbevolking. Winkelend publiek, uitgaand publiek, toeristen zorgen samen met de eigen woonbevolking voor een wisselende verblijfsbevolking gedurende 24 uur per dag. Bron: de Bor, 1997, Boekema et al, 1996 Dit zijn echter kenmerken die voor elke oude Europese en Nederlandse stad kunnen gelden, aangezien de meeste van deze steden dezelfde opbouw kennen. Het gaat erom waarom de ene stad aantrekkelijker is voor toeristen dan de andere. Er moeten dus meer aspecten zijn om dat verschil te kunnen bepalen. Kenmerken van steden Belangrijke factoren bij het bepalen van de toeristische aantrekkelijkheid van steden zijn vaak algemene karakteristieken, bijvoorbeeld de aanwezigheid van musea, architectuur, voldoende hotels, horeca (Gemeente Utrecht, 2002). Er is bij deze karakteristieken een onderscheid te maken tussen primaire en secondaire elementen (tabel 2.2) die de toerist gebruikt in zijn afweging om een stad te bezoeken. Primaire elementen zijn de karakteristieken die er toe bijdragen dat een toerist in eerste instantie voor een stad zal kiezen. Hierbij valt te denken aan culturele faciliteiten als musea, bioscopen en theaters en amusement faciliteiten als festivals. Ook fysieke karakteristieken als een historisch stratenpatroon, monumenten en kerken behoren bij de benodigde elementen voor het genereren van stedelijk bezoek. Verder spelen sociaal culturele eisen als levendigheid van de plaats, vriendelijkheid en veiligheid een rol van betekenis. Secundaire elementen worden door bezoekers vooral gebruikt om op de plaats van bestemming te komen en/of gelden als een service die een stad dient te hebben. Het betreft hier zaken als hotels, winkelgebieden, parkeervoorzieningen en bereikbaarheid. Er dient echter wel een onderscheid gemaakt te worden tussen primaire en secundaire elementen. Volgens Law zullen de meeste bezoekers bijvoorbeeld niet naar een plaats gaan vanwege het winkelaanbod, er wordt echter wel gebruik gemaakt van het winkelaanbod als men daar is (Law, 2002). In Nederland lijkt het erop dat winkelgebieden een veel ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 16
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ belangrijkere rol spelen dan door Law wordt aangenomen bij het aantrekken van toeristen en dagbezoekers. Tabel 2.2: Elementen die een rol spelen voor het bezoeken van een plaats Primaire elementen Actieve ruimte Culturele faciliteiten: • Musea en kunst faciliteiten • Andere bezoekers attracties • Theaters • Concertzalen • Bioscopen • Congrescentra
Sport faciliteiten: • Zowel indoor als outdoor Amusement faciliteiten: • Nachtclubs • • • •
Casino’s Bingozalen Georganiseerde evenementen Festivals
Vrijetijdsruimte Fysieke karakteristieken: • Historisch stratenpatroon • Interessante gebouwen • Oude monumenten en standbeelden • Kerkelijke gebouwen • Parken en groene gebieden • Water, kanalen en gebieden aan het water • Havens Sociaal culturele eisen: • Levendigheid van de plaats • Taal (-vaardigheid) • Lokale gewoonten, gebruiken en klederdracht • Cultureel erfgoed • Vriendelijkheid • Veiligheid
Secundaire elementen • Hotels • Horeca • Winkelgebieden • Markten
Additionele elementen • Bereikbaarheid • Intern transport • Parkeervoorzieningen • Toeristische voorzieningen: Informatie verstrekkende kantoren, kaarten e.d. Bron: naar Jansen-Verbeke, 1988 uit Law 2002 (vertaling) Voor steden is het van belang dat het iets extra’s heeft, zodat dat de reden kan zijn voor bezoekers om voor een stad te kiezen. Door de monotonisering van het stadsbeeld, bijvoorbeeld door dezelfde winkelketens en architectuur, gaan veel steden op elkaar lijken. Het is daarom belangrijk om als stad een ‘unique selling point’ aanwezig te hebben. Een ‘unique selling point’ heeft onderscheidende kenmerken die ‘verkocht’ kunnen worden om ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 17
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ het toerisme naar de stad te stimuleren, bovendien wordt zo duidelijk dat er wel degelijk verschillen tussen steden zijn. Voorbeelden van ‘unique selling points’ zijn de Eiffeltoren in Parijs en het Guggenheim museum in Bilbao. Verder is het voor een stad belangrijker om een cluster van attracties of bezienswaardigheden te hebben dan een individuele bezienswaardigheid. Een cluster van bezienswaardigheden heeft namelijk een grotere aantrekkingskracht op bezoekers (Law, 2002). Toeristen bezoeken graag een stad die anders is dan men gewend is. Kenmerken hiervan zijn speciale tradities van een stad, zoals de Kaasmarkt in Alkmaar. Ook specifieke architectuur heeft vaak de kracht om de aandacht van toeristen te lokken. Er zijn echter wel wat opmerkingen te maken over dit schema. De winkelgebieden staan in dit schema bij de secundaire elementen weergegeven, terwijl het er voor Haarlem op lijkt dat het winkelgebied het best als primair element kan gelden. Haarlem heeft namelijk een uniek winkelgebied, waarvoor veel mensen speciaal naar Haarlem komen om te ‘funshoppen’. Ook de markten worden als secundair element beschouwd, terwijl bijvoorbeeld de Kaasmarkt in Alkmaar, maar ook de Grote Markt in Haarlem als grote publiektrekkers gelden. Bij de primaire amusement faciliteiten staan bingozalen genoteerd. De bingozalen hebben echter in Nederlandse steden weinig tot geen functie, dit waarschijnlijk in tegenstelling tot Engeland en de Verenigde Staten. Ook bij de rol van casino’s als primair element kan kritiek geleverd worden, namelijk dat casino’s niet meer onderscheidend voor een stad lijken. Een andere opmerking die gemaakt kan worden is de toenemende waarde die wordt gehecht aan de bereikbaarheid en de parkeerbaarheid van een stad. En ook de betaalbaarheid van het parkeren wordt belangrijker De toeristische aanbodspiramide Het toeristische imago van een stad gaat hand in hand met een aantal specifieke aspecten van het algemene imago van een stad. Echter bij het toeristische imago wordt gefocust op die aspecten die van belang voor een toeristisch bezoek, ofwel het gaat om de aspecten die deel uitmaken van de toeristische aanbodspiramide (Gemeente Utrecht, 2002). Deze toeristische aanbodspiramide (zie figuur 2.2) bestaat uit drie verschillende lagen. Allereerst is er de top van de aanbodspiramide, deze wordt gevormd door de ‘must see’-bezienswaardigheden. Dit zijn bezienswaardigheden die het imago bepalen voor een stad en vormen veelal de reden(en) om de eerste keer naar een bepaalde stad te komen. Het middenniveau van de toeristische aanbodpiramide wordt vervolgens gevormd door de aantrekkelijke bezienswaardigheden. Deze bezienswaardigheden vormen voor de toerist en/of bezoeker een reden om langer in de stad te verblijven of om er nog een keer terug te keren. De onderste laag tenslotte betreft de basisinfrastructuur van de piramide. Hiermee worden alle voorzieningen bedoeld die nodig zijn om een toerist een prettig verblijf in de desbetreffende stad te garanderen. Het gaat hierbij om voorzieningen als de verblijfaccommodaties, horeca, parkeervoorzieningen en de bewegwijzering (Gemeente Utrecht, 2002). Deze redenen vormen voor de bezoeker geen reden om naar een gebied te komen, maar als de voorzieningen niet in orde zijn of niet voldoende aanwezig zijn, vormen ze wel een reden om weg te blijven.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 18
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Figuur 2.2: De toeristische aanbodspiramide
Must see Bezienswaardigheid
Aantrekkelijke Bezienswaardigheid
Basisinfrastructuur
Bron: Gemeente Utrecht, 2002 Er kan tussen de bovenstaande tabel en figuur een link worden gelegd. Namelijk de tabel (2.2) met elementen die een rol spelen voor het bezoeken van een plaats, geeft vooral aan wat een stad in eerste instantie moet hebben om door bezoekers te worden uitgekozen. Er kan geconcludeerd worden dat die tabel volledig past in de toeristische aanbodspiramide. 2.4.2 Voorwaarden en aspecten voor plaats van bestemming Er zijn voor bezoekers verschillende redenen om voor een bepaalde stad te kiezen. De aantrekkingskracht en het imago van de stad zijn de belangrijkste redenen, alleen kan het doel voor het bezoeken van een bepaalde stad anders zijn. Sommige mensen willen voor vermaak of leisure naar een stad toe gaan, anderen vanwege de historie van de stad en weer anderen bezoeken een stad vanwege de moderne architectuur. In het onderzoek dat is gedaan naar congressteden8, is onderzocht welke voorwaarden en aspecten bij de keuze voor een congresstad naar voren komen (Figuur 2.3). Echter deze voorwaarden en aspecten kunnen ook geprojecteerd worden op de keuze die toeristen maken als men een toeristische bestemming wil uitzoeken. In dit onderzoek wordt er verder vanuit gegaan dat de toerist een keuze maakt voor een stad en niet voor één van de vele andere mogelijkheden om een vakantie te spenderen. Allereerst is het natuurlijk van belang om te weten hoeveel een toerist te besteden heeft of wil besteden. Dat hangt van de persoonlijke situatie af. Bovendien dient de toerist voor zichzelf uit maken of hij ver of dichtbij op vakantie wil gaan. De voorwaarden en aspecten worden nu stuk voor stuk behandeld.
8
Dit is het stageonderzoek ‘Amsterdam Congresstad (?), een onderzoek naar wat er vanuit de combinatie Amsterdam en Schiphol noodzakelijk is om Amsterdam weer bij de top van internationale congressteden te positioneren’. Uitgevoerd bij de Dienst Ruimtelijke Ordening Amsterdam, op de afdeling Stad, Regio en Infrastructuur, in de periode januari – mei 2005.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 19
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Figuur 2.3: Voorwaarden en aspecten voor plaats van bestemming Voorwaarden Toeristen
1. Keuze voor activiteit 2. Keuze voor de stad 3. Keuze voor accommodatie 4. Bereikbaarheid 5. Service 6. Prijspeil
Aspecten 1. Persoonlijke situatie 2. Imago van de stad 3. Faciliteiten / Ambiance 4. Vliegtuig / Trein / Auto 5. Organisatie / Talenkennis / Gastvrijheid 6. Prijs / Kwaliteit
Bron: bewerking van Mathot, 2005 -Keuze voor stad Allereerst dient de potentiële reiziger een keuze te maken uit één van de vele mogelijke bestemmingen die de wereld te bieden heeft, in dit onderzoek dus een stad. Het aspect waarbij hier op gelet wordt is het imago van een bepaalde stad. Het is voor steden van belang dat zij een toeristisch aantrekkelijk imago hebben, want de keuze van een stad hangt af van de toeristische aantrekkelijkheid. De toeristische aantrekkelijkheid van een stad weegt voor 40% mee in de keuze voor de stad9 (Mathot, 2005). Voor de steden in Nederland geldt over het algemeen genomen, dat de historische binnensteden met de grachten zorgen voor een goed gevoel bij de toeristen. -Keuze voor de accommodatie Na de keuze voor de stad, dient er een keuze gemaakt te worden omtrent de accommodatie. Hier is natuurlijk de persoonlijke situatie ook weer van belang. De ambiance speelt een rol van betekenis bij de keuze voor een accommodatie. Sommige willen een locatie die aan alle nieuwe eisen voldoet, terwijl andere een keuze voor een accommodatie vanwege de unieke locatie in een historische binnenstad of juist in een uniek gebouw willen overnachten. -Bereikbaarheid De keuze voor een stad wordt door buitenlandse toeristen mede bepaald of er een vliegveld nabij is. Ook de bereikbaarheid per trein en per auto mogen niet uit het oog verloren worden. Nederland heeft als voordeel dat in alle uithoeken van het land op relatief korte afstand een internationaal geaccepteerd en georiënteerd vliegveld Schiphol ligt, waar genoeg directe internationale vluchten landen. Ook de mogelijkheid om internationale treinen te ontvangen, die aansluiten op het Europese spoorwegennet zorgt voor een pluspunt. Nadeel voor Nederland zijn de dichtslibbende wegen. Het vervoer per auto zal hier hinder van ondervinden en vormt voor de bereikbaarheid een minpunt. -Service De service speelt ook een belangrijke rol bij de keuze die gemaakt dient te worden voor een mogelijke bestemming. Ervaringen uit het verleden spelen hierbij een belangrijke rol. Over het algemeen genomen wordt Nederland als een gastvrij land gezien, mede omdat de talenkennis bij de bevolking in voldoende mate aanwezig is dat een positieve impuls geeft.
9
Deze quote komt uit een interview dat is gehouden met de heer Max Schreuder, Business Unit Manager van het Amsterdam Toerisme en Congres Bureau (ATCB) in maart 2005.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 20
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ De service laat zich op allerlei verschillende gebieden gelden dat met een vakantie en/of bezoek te maken heeft. Het betreft bijvoorbeeld de service van het personeel in de hotels, de bediening in een restaurant of de houding van taxichauffeurs. -Prijspeil Een laatste aspect dat behandeld wordt is het prijspeil in de desbetreffende stad. Door de Europese eenwording zijn er recent nieuwe potentiële vakantiesteden in Oost-Europa zoals Warschau, Boedapest en Praag bijgekomen. Met deze opkomende Oost-Europese landen valt qua prijs voor Nederland moeilijk te concurreren, omdat de prijzen in vergelijking met de zojuist genoemde steden lager liggen dan in Nederland. Echter dit is waarschijnlijk een tijdelijk concurrentievoordeel, aangezien op den duur ook daar het prijsniveau omhoog zal gaan. 2.5 Planologische en economische relevantie Vanwege de onzichtbaarheid van toerisme is het voor wetenschappers lang lastig geweest om de invloeden van toerisme te onderzoeken. Dit vooral omdat de effecten van toerisme op bijvoorbeeld de werkgelegenheid moeilijk te meten waren en vooral seizoensgebonden waren. Dit terwijl toerisme juist een belangrijke exportindustrie is voor steden en veel van de werkgelegenheid in de toeristische sector permanent is (Law, 2002). Echter de laatste jaren is ook gebleken dat meer mensen een interesse hebben gevonden in andere culturen en om op vakantie te gaan. Dorpen en steden zijn altijd al bezocht door mensen die van buitenaf kwamen, maar over het algemeen genomen werden deze mensen niet als toeristen gezien. De essentiële functie voor steden, was dat een stad als verzorgingsgebied moest zorgen voor het ommeland, zoals onder andere Christaller dat beschreef. Het was vooral bedoeld als een markt of centrale plaats voor de uitwisseling van goederen en diensten (Law, 2002). Tegenwoordig zijn er andere redenen om naar een plaats te komen. Uit een nota van de Kamer van Koophandel (KvK) van de regio Amsterdam10 blijkt dat naast het aantal banen dat toerisme creëert, ook de spin-off effecten van toerisme belangrijk zijn voor de regio: •
Toerisme biedt allereerst een economische basis voor het behoud van cultuur en landschap, ook al bestaan hier spanningsvelden. • Daarnaast worden toeristische kwaliteiten ook hoog gewaardeerd door de eigen inwoners. Toerisme is een sfeerproduct bij uitstek, afhankelijk van een aantrekkelijke, gezonde omgeving. • Eén van de belangrijkste betekenissen van het toerisme voor de burger is het feit dat het voorzieningenniveau in de regio, zowel in omvang als in diversiteit, hoger is of kan zijn dan op basis van het lokale draagvlak mogelijk is. • Tenslotte is er sprake van opwaardering van het imago en de naamsbekendheid van een gebied waardoor investeerders kunnen worden aangetrokken en de waarde van het vastgoed stijgt. Bron: KvK Amsterdam, 2001 p. 28 Er zijn echter ook nadelen te vinden voor de leefomgeving. Hierbij valt te denken aan dronken mensen die constant door de stad lopen of de binnenstad dat meer op een pretpark gaat lijken dan dat de stad nog authentiek is. 10
‘Toerisme in de regio Amsterdam, zoek de samenhang, samenwerking en synergie, benut de kansen’ (2001), Kamer van Koophandel Amsterdam.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 21
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Toerisme is van invloed op de ruimtelijke ordening vanwege het beleid dat er gemaakt of nagestreefd wordt teneinde een stad aantrekkelijk te maken. Bovendien is de sector toerisme in verschillende gedaantes aanwezig in een stad. Toerisme is door de gefragmenteerde structuur één van de moeilijkste te plannen sectoren. Zowel de publieke als de private sectoren bezitten vele componenten, maar herkennen vaak niet dat zij deel uit kunnen maken en profiteren van het toerisme. Dit komt doordat de middelen die toeristen gebruiken, ook gebruikt worden door de lokale bewoners en de proportionele belangrijkheid van elk middel zal variëren tussen de ene en de andere activiteit (Law, 2002). Toerisme speelt een steeds belangrijkere rol in de hedendaagse ruimtelijke ordening. Dat komt omdat toeristische gebouwen of functies steeds meer ruimte innemen. Het is belangrijk dat deze functies gelokaliseerd gaan worden. Het wordt belangrijker om af te vragen waar er plaats is voor toeristische functies en wat er op een bepaalde plaats dient te komen. Daarnaast rijst de vraag of die functies rendabel genoeg zullen zijn en of het te exploiteren is. Volgens Mommaas moet en wordt er in de planning meer en meer gezocht naar mogelijkheden van functiemenging of ‘intensief ruimtegebruik’, waarbij met name vrijetijdsfuncties in de sfeer van de cultuur, het toerisme en de sport aan belang winnen (Mommaas, 2000, p.129). Mommaas noemt drie ontwikkelingen die zijn waar te nemen in de vrije tijd die van invloed zijn op de ruimtelijke ordening: -Allereerst drukt de context van de vrije tijd in toenemende mate haar stempel op de
inrichting van onze leefomgeving. Een groot deel van de arbeid is verdwenen naar de rand van de stad, naar speciaal ingerichte terreinen. De arbeid in de stadscentra is verdwenen achter kantoorgevels of zelf in belangrijke mate gericht op consumptieve diensten. Hiervoor in de plaats is consumptieve of beleveniswaarde in toenemende mate bepalend geworden voor de ruimtelijke kwaliteit van een groot deel van zowel de publieke als de woonomgeving. -Ten tweede is binnen de vrije tijd sprake van een verscherpte concurrentie om een wispelturige en mobielere consument, zowel door private als door publieke aanbieders van mogelijkheden voor vrijetijdsbesteding. De consumptieve koopkracht verspreidt zich op een grillige manier over grotere afstanden. Als gevolg daarvan moeten aanbieders in verscherpte mate met elkaar in concurrentie om de consument aan zich te binden. Meer verfijnd vormgegeven plaats- en productiekenmerken worden in die context in toenemende mate van belang. -Ten derde komt er een vrijetijdsindustrie op die meer geïntegreerd en op transnationale of zelfs mondiale schaal opereert, en hierbij in toenemende mate gebruik maakt van mogelijkheden op het vlak van informatie- en communicatietechnologie. Deze technologie stelt niet alleen in staat tot een detaillering en verlenging van de omliggende netwerkdynamiek, tegelijkertijd stelt ze in staat tot een meer gedetailleerde, snellere en door de verbeelding aangestuurde vormgeving van omgevingskwaliteiten. Bron: Mommaas, 2000, p. 16 – 17 Een andere betekenis van toerisme voor de planologie kan gegeven worden aan hoe de gemeenten de bestemmingsplannen gaan inrichten met het oog op de toeristische functies. Als er flexibel met een bestemmingsplan kan worden omgesprongen, betekent dit dat er meer ruimte vrij kan worden gemaakt voor bijvoorbeeld het inplannen van hotels of andere toeristisch-recreatieve voorzieningen, aldus Eric Evertse. De heer Dominicus van het ATCB ziet nog andere betekenissen van toerisme in de ruimtelijke ordening. Toerisme zorgt ervoor dat er meer bezoekerstromen een stad binnen ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 22
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ komen. Hierdoor moeten steden de sfeer van de stad zien te vergroten om toeristen te blijven lokken. Meer bezoekers zijn bovendien wenselijk voor de economie van een stad. Hoe langer bezoekers blijven hoe groter de kans wordt dat zij ook meer geld uitgeven. Een andere betekenis is dat het nu nog zo is dat de complete infrastructuur puur gericht is op het woon-werkverkeer. Er wordt bij de aanleg van infrastructurele verbindingen eigenlijk geen rekening gehouden met eventuele neveneffecten voor toeristisch-recreatieve voorzieningen. 2.5.1 De binnenstad Het hebben van een mooie binnenstad is voor veel steden een reden om de binnenstad (constant) te herstructureren en te revitaliseren. Dit is omdat binnensteden vaak de ‘place-tobe’ in een stad zijn, vanwege de aanwezigheid van winkels, horeca en evenementen. De binnenstad hoort het punt te zijn waar iedereen bij elkaar komt en door elkaar loopt. Van der Weerd meldt dat in het kader van de tegenwoordige intergemeentelijke concurrentiestrijd waarin Nederlandse steden zijn verwikkeld, binnensteden een speciale plaats innemen: zij fungeren niet zelden als het visitekaartje van de gehele stad (Van der Weerd 2001, p. 42). In het binnenstadsgebied is al langere tijd sprake van versterking en revitalisering. Dit gebeurd vooral aan de hand van het tot bloei laten komen van traditionele plaatskenmerken. Van belang hierbij zijn vooral de kunst en cultuur, de evenementen en de festivals, het recreatieve winkelen en het uitgaan. Meer nog dan de stadsrandzone kent de binnenstad een hoge dichtheid van nieuwe projecten, met name in de sfeer van nieuwe winkelformules, discotheken en restaurants, musea, monumenten, theaters, bibliotheken en publieke ruimten. (Mommaas, 2000, p. 135). Volgens Van der Weerd lijkt de binnenstad steeds meer een consumptiedomein te worden waarbinnen de vrijetijdssector een steeds dominantere positie inneemt (Van der Weerd, 2001). De binnenstad wordt als het ware steeds meer als een belevenis gezien (§2.3.3). Cultuur en vermaak zijn dus in veel binnensteden prominent aanwezig en vormen veelvuldig clusters met detailhandel en horeca, waardoor gesproken kan worden van functionele synergie. Waarin binnenstedelijke (vrijetijds)functies op relatief korte afstand van elkaar gesitueerd zijn, ligt het voor de hand om bijvoorbeeld om een museumbezoek te combineren met een eetgelegenheid om vervolgens te ‘funshoppen’. De binnenstad vormde van oudsher het centrum van kunsten, cultuur, monumenten, theaters en schouwburgen, musea, bioscopen en galeries. In de overgrote meerderheid van de gevallen was het centrum afgestemd op een stadswestelijk publiek van bezoekers (Mommaas, 2000, p. 124). Er is de laatste jaren echter sprake van een verschuiving ten aanzien van de functie van binnensteden als economische plaats. Met name de productiefunctie van de binnenstad heeft een verandering doorgemaakt, waarbij de productie in toenemende mate gericht is op het produceren van consumptieve diensten. De diensteneconomie vormt tegenwoordig de ruggengraat van de (binnen)stedelijke economie (Van der Weerd, 2001). De binnenstad als economische plaats kan zich onderscheiden door de veelheid aan verschillende functies op een relatief klein oppervlak, kortom multifunctionaliteit. Mommaas vindt dat de kleinschaligheid en multifunctionaliteit van de binnenstad zijn aantrekkingskracht blijft behouden, met name in de sfeer van cultuur, uitgaan en (recreatief) winkelen. Mommaas benadrukt het eigene van de binnenstad, namelijk de mogelijkheid om zelf een combinatie te maken van activiteiten temidden van een publiek van gelijksoortige assembleurs. Binnensteden zijn daarmee integraal omgevormd tot vrijetijds- en consumptiedomeinen bedoeld voor een breed publiek variërend van uitgaande jongeren tot recreatief winkelende dagrecreanten uit alle winstreken. Mobiele consumenten worden kooptoeristen die zich funshoppend van de ene naar de andere stad dolen en zich daarbij zelfs ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 23
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ van landgrenzen weinig aantrekken (Mommaas, 2000). Kortom de (Nederlandse) binnensteden vormen nog altijd een belangrijk visitekaartje voor de stad en doen daar ook veel aan om dit te handhaven. 2.5.2 Economie Toerisme is belangrijk voor de economie van een stad. Het betreft hier meerdere aspecten van de economie, zoals inkomende bestedingen en de werkgelegenheid dat toerisme creëert. Ook sectoren in een stad die niet direct in verhouding staan met toerisme profiteren van inkomend toerisme. Het CBS geeft het volgende aan: Nederlanders gaven in 2002 bijna 36 miljard uit aan toerisme in eigen land en in het buitenland. Buitenlanders besteedden nog eens 6 miljard in ons land. Het toerisme creëerde daarmee in 2002 voor 12,8 miljard euro aan toegevoegde waarde en droeg 3,1 procent bij aan de economie van ons land. Verder meldt het CBS ook dat: Het grootste deel van de toeristische toegevoegde waarde wordt gegenereerd in de karakteristieke bedrijfsklassen van het toerisme. Het zijn de restaurants en cafés, vervoersbedrijven, cultuur-, sport- en recreatie-instellingen (musea, theaters, amusementsparken), accommodatiebedrijven (hotels, kampeerterreinen) en reisbemiddelaars (reisbureaus, touroperators). Zie ook figuur 2.4. Bron: www.cbs.nl, 2002 Figuur 2.4: Toegevoegde waarde toerisme per bedrijfsklasse in 2002
Bron: www.cbs.nl, 2002 Een andere reden waarom veel steden het belangrijk vinden om toeristische aantrekkelijker te worden, is dat toerisme voor een vergroting van de economische welvaart van de stad kan zorgen. Met het geld dat geïnvesteerd wordt in het vergoten van de aantrekkingskracht naar toeristen, probeert men geld te genereren om ook andere beleidsdoelstellingen te bewerkstelligen. Toerisme is ook van invloed op de werkgelegenheid van een gemeente. Toerisme levert zowel direct als indirect banen op. In Haarlem bijvoorbeeld waren er in 2004 in totaal 69.724 (tabel 2.3) arbeidsplaatsen, waarvan 6,8% van arbeidsplaatsen goed was voor banen in de toeristische sector. Dat zijn in totaal 4.728 banen die onder de toeristische sector vallen. ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 24
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Bij andere bedrijfstakken kan ook gekeken worden naar de werkgelegenheid. Bijvoorbeeld de werkgelegenheid die de horeca met zicht brengt. De horeca is namelijk ook afhankelijk van het toerisme in een stad. Vaak (en zeker in Haarlem) wordt een bezoek gecombineerd met een lunch of diner in een der eetgelegenheden. Als er naar de horeca gekeken wordt dan blijkt dat er in 2004, de horeca in Haarlem goed is voor 2.632 banen. In totaal zijn er 525 vestigingen te vinden die in relatie staan met de horeca. Tabel 2.3: Werkgelegenheid toerisme per gemeente in 2003 Steden* Werkgelegenheid Groningen 8.598 Haarlemmermeer 6.747 Breda 6.551 Arnhem 6.361 Nijmegen 5.905 Tilburg 5.816 Maastricht 5.712 Apeldoorn 5.148 Haarlem 4.722 ’s-Hertogenbosch 4.390 Enschede 3.811 Amersfoort 3.675 Zwolle 3.405 Almere 3.167 Leiden 3.035 Ede 2.588 Zaanstad 2.388 Zoetermeer 2.258 Dordrecht 2.092 Emmen 1.691 * Exclusief de vier grote steden Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht Bron: Gemeente Haarlem, 2005 en LISA, 2005 2.6 Conclusie In dit hoofdstuk werd dieper ingegaan op elementen die een rol spelen bij de toeristische aantrekkelijkheid van steden. Er is een aantal kenmerken naar voren gekomen die een (belangrijke) rol spelen bij de waardering voor steden. Bij het bepalen van de toeristische aantrekkelijkheid van steden is het uiteraard noodzakelijk dat het ‘totale plaatje’ van de stad in orde is. Misschien wel het belangrijkste element dat de toeristische aantrekkelijkheid voor steden bepaalt is het hebben van een historische binnenstad. De belangrijkste toeristische elementen waar een stad aan dient te voldoen, zijn de elementen die worden genoemd in de figuur 2.2 en tabel 2.2. Voornamelijk de toeristische aanbodspiramide is een goed middel om een stad te beoordelen, met de lagen basisinfrastructuur, aantrekkelijke bezienswaardigheden en de ‘must see’bezienswaardigheden. Het geeft een beeld van wat een stad iets ‘extra’s’ geeft. Tevens is ingegaan op de betekenis van toerisme voor de ruimtelijke ordening en de economische voordelen die toerisme met zich meebrengen in verschillende bedrijfstakken.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 25
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
3. Haarlem in de regio 3.1 Inleiding Er wordt gezegd dat Haarlem een goede geostrategische ligging heeft. Dat komt doordat Haarlem in de nabijheid van Amsterdam en Schiphol ligt, maar ook dicht bij de kust, de duinen en de bloemenvelden, zie ook kaart 3.1. In dit hoofdstuk wordt vooral ingegaan op wat de rol van Haarlem binnen de regio Amsterdam en Schiphol is. Bovendien wordt er gekeken welke toeristische mogelijkheden binnen de provincie Noord-Holland aanwezig zijn en wat de regio aantrekkelijk maakt. In 3.3 wordt ingegaan op de betekenis van Amsterdam voor Haarlem. Er wordt op dezelfde manier gekeken naar de aanwezigheid van Schiphol (3.4). Tot slot wordt in paragraaf 3.5 Haarlem vergeleken met andere steden voornamelijk op punten uit de basisinfrastructuur, zoals hotels, horeca, cultuur en detailhandel. Er wordt begonnen met het in kaart brengen van de karakteristieken van de provincie Noord-Holland. Kaart 3.1: Overzicht van de regio Amsterdam – Schiphol – Haarlem
Bron: www.schiphol.nl 3.2 De Provincie Noord-Holland Haarlem is de hoofdstad van de provincie Noord-Holland, daarom is het van belang om te weten hoe aantrekkelijk de provincie is voor toeristen en bezoekers. In de onderstaande tabel 3.1 zijn per provincie het aantal buitenlandse gasten in Nederlandse logiesaccommodaties weergegeven De provincie Noord-Holland is aantrekkelijk voor vele soorten toerisme vanwege de Noordzeekust met de bijbehorende badplaatsen, het IJsselmeergebied, de duinen, het veenweidegebied en cultuurhistorische bezienswaardigheden.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 26
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Tabel 3.1: Buitenlandse gasten in Nederlandse logiesaccommodaties per provincie Provincie 1997 1999 2001 2002 2003 Groningen 80 100 100 100 110 Friesland 250 250 280 280 260 Drenthe 90 120 140 130 110 Overijssel 170 200 180 260 320 Flevoland 120 140 40 Gelderland 290 370 310 320 350 Utrecht 270 330 310 320 230 Noord-Holland 3.880 5.000 4.960 4.910 4.720 Zuid-Holland 1.190 1.510 1.360 1.460 1.260 Zeeland 400 540 550 570 630 Noord-Brabant 490 580 570 570 520 Limburg 610 750 710 660 670 Nederland 7.840 9.880 9.500 9.600 9.180 Alle getallen x 1.000 N.B. Trendbreuk in 1998 Bron: CBS & Statistiek Logiesaccommodaties, 2004 Haarlem is een belangrijke stad voor de provincie, dat blijkt ook uit de interviews die gehouden zijn met enkele betrokkenen. Haarlem is na Amsterdam de best bezochte stad in Noord-Holland. Alleen komen de bezoekers naar Haarlem eerder voor een dagbezoek dan een verblijfbezoek, dit in tegenstelling tot Amsterdam. Haarlem profiteert vooral van het dagbezoek vanwege de ligging ten opzichte van de duinen, de kust en Amsterdam. Haarlem kan min of meer gezien worden als een satellietstad van Amsterdam. Hans Dominicus van het ATCB typeert Haarlem ook wel als het Potsdam van Amsterdam. Volgens de heer Hoving van de Kamer van Koophandel behoort Haarlem voor de internatonale markt tot het ‘product Amsterdam’. Dit moet als kans gezien worden, teneinde meer internationale gasten te trekken, aldus Richard Hoving. Er kan echter door Haarlem nog veel meer geprofiteerd worden met Amsterdam in de nabijheid. Er komt ook kritiek naar voren van de geïnterviewden, namelijk vanwege een gebrek aan samenwerking. Een voorbeeld van een gebrek van samenwerking is dat er geen regionale samenwerking tussen verschillende gemeenten is. Er is zowel weinig samenwerking tussen Amsterdam en Haarlem, als ook tussen bijvoorbeeld Haarlem en Alkmaar. Er is wel een regionaal samenwerkingsverband geweest, waarbij enkele steden in het ‘Geheim van Holland’ vertegenwoordigd waren. Dit is echter weer opgeheven en daarna is het eigenlijk weer ieder voor zich geworden. Volgens de heer Dominicus is het van belang dat er een “polykernen beleid” gevormd wordt. De Kern (Amsterdam) is verbonden met verschillende subkernen (onder ander Haarlem). Zo kan er een goede basis gelegd worden, behouden alle subkernen hun eigen karakter en kunnen de steden zich ook richten op hun eigen niche in de markt. Dit past ook bij de trend waar “netwerksteden” steeds belangrijker worden. Steden die samen tot een stedelijk netwerk behoren, kunnen de afzonderlijke comparatieve voordelen (en imago’s) bundelen, waaroor de concurrentiepositie van de stedelijke regio in het geheel kan worden versterkt. Den Bosch, Eindhoven en Tilburg behoren alle drie tot het stedelijke netwerk “Brabantstad”, maar geven elkaar de ruimte om hun eigen comparatief voordeel uit te bouwen en dit ten goede te laten komen aan het gehele stedelijke netwerk (Van der Weerd, 2001, p.38). Bijvoorbeeld Haarlem, Alkmaar, Leiden en Delft zouden ook een dergelijk historische stedenrij kunnen vormen, dat tevens aansluit bij het “polykernen beleid”. ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 27
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 3.2.1 Bezienswaardigheden Als er sec naar cijfers gekeken wordt dan is in Noord-Holland de Beverwijkse Bazaar de meest aantrekkelijke attractie. De Bazaar is bekend in heel Nederland en trekt daarom uit alle provincies bezoekers. Ander populaire bezienswaardigheden zijn het Nationaal Park De Kennemerduinen en de Zaanse Schans. In tabel 3.2 is een overzicht met alleen de activiteiten met meer dan 200.000 bezoekers per jaar. Tabel 3.2: Best bezochte attracties in Noord-Holland, 2001-2002 exclusief Amsterdam Plaats Naam 2001* 2002* Beverwijkse Bazaar 4.000 4.000 1. Beverwijk De Kennemerduinen 1.300 1.600 2. Bloemendaal De Zaanse Schans 825 900 3. Zaandam Holland Casino 322 316 4. Zandvoort Linnaeushof 300 310 5. Bennebroek Sprookjeswonderland 230 230 6. Enkhuizen Casino Schiphol 210 225 7. Haarlemmermeer * Aantal bezoekers x 1.000 Bron: Gegevens verzameld en bewerkt door Toerisme Noord-Holland, uit Provincie NoordHolland, 2003 en NBTC, 2005 Naast de bovengenoemde attracties kent Noord-Holland ook veel musea. In de provincie zijn 120 musea aanwezig, waarvan er 40 in Amsterdam liggen. De meest bezochte musea met internationale bekendheid in Noord-Holland (exclusief de musea in Amsterdam) zijn het Openluchtmuseum ‘De Zaanse Schans’, Ecomare op Texel en het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen (Provincie Noord-Holland, 2002). Ook komen mensen voor bijzondere objecten naar de provincie Noord-Holland, zoals de Afsluitdijk, maar ook de molens vormen bijzondere objecten. Veel betrokken noemen ook Amsterdam en Schiphol als een belangrijke reden om naar de provincie te gaan. Evenementen Er worden in Noord-Holland ook verschillende evenementen georganiseerd die veel bezoekers aantrekken. In tabel 3.3 is een overzicht van de best bezochte evenementen. Alleen evenementen met meer dan 140.000 bezoekers per jaar zijn opgenomen in dit overzicht. Uit de tabel blijkt dat de twee bloemencorso’s die door de provincie gaan, de best bezochte evenementen zijn. Tabel 3.3: Bezoekers van enkele evenementen in Noord-Holland Plaats Naam evenement 2001* 2002* 2004* Bloemencorso 850 785 1.300 1. Noordwijk/Haarlem 600 750 2. Aalsmeer/Amsterdam Bloemencorso Jazz Stad 300 325 250 3. Haarlem Vlootdagen 230 260 290 4. Den Helder Races op Circuitpark¹ 175 175 5. Zandvoort 50 150 6. Zaandam/Amsterdam Dam tot Dam loop² Bevrijdingspop 170 140 150 7. Haarlem * Aantal bezoekers x 1.000 ¹ Diverse races door het jaar; Pasen, Pinkster en zomer races ² Bij dit evenement is het bezoekersaantal weersafhankelijk Bron: Provincie Noord-Holland, 2003, Toerisme Noord-Holland, NRIT, 2005 ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 28
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Er zijn verschillende bezienswaardigheden in Noord-Holland die veel bezoekers trekken. Het is alleen de vraag of buitenlandse toeristen speciaal voor Bazaar naar Nederland/Amsterdam toe komen. Er dienen dus meer redenen te zijn om naar de provincie te komen. Het bloemencorso is één van de best bezochte evenementen in het jaar in Haarlem, waar ook de middenstand van Haarlem flink van profiteert. Vanwege de geschiedenis profileert Haarlem zich als graag als Bloemenstad, terwijl dit tegenwoordig niet meer zo duidelijk te zien is. Zowel de voorzitter van het Bloemencorso (Leo van der Zon) als de directeur van de VVV (Peer Sips) vinden het van belang om goed na te denken over de toekomst van dit evenement. Volgens de heer van der Zon valt er veel meer uit het corso te halen. Zowel in de aanloop van het corso als bij de stalling van de praalwagens kan er door een betere promotie meer bekendheid aan het corso worden gegeven. Elk jaar een ander of speciaal thema maakt het misschien ook interessanter voor bezoekers om te komen kijken. Volgens de directeur van de VVV is het thema ‘Haarlem Bloemenstad’ een ‘unique selling point’, dat de laatste jaren flink verwaterd is maar waar nog wel een kans in zit. Tegenstanders zeggen echter dat dit thema al achterhaald is en dat er op het Bloemencorsoweekend na, helemaal geen bloemen in Haarlem te vinden zijn. Om dit thema meer tot bloei te laten komen, dienen er inderdaad wel meer redenen te zijn om Haarlem als ‘Bloemenstad’ te kunnen promoten. 3.2.2 Overnachtingen Een belangrijk element om het succes van de provincie qua toerisme te bepalen is het aantal overnachtingen die in Noord-Holland plaatsvinden. Het aantal toeristische overnachtingen in Noord-Holland is veruit het grootst van alle provincies. In 2002 was het aantal overnachtingen 17,2 miljoen. De laatste drie jaar (2000-2002) is het aantal geregistreerde jaarlijkse toeristische overnachtingen in Noord-Holland stabiel (Provincie Noord-Holland, 2002, ANWB, 2002). Zie tabel 3.4. Uit statistieken van het CBS blijkt echter dat het totaal aantal overnachtingen in 2002 ruim 10 miljoen bedroeg. Dit verschil komt doordat het CBS pas begint te tellen met de overnachtingen vanaf 2 dagen. De provincie meldt verder dat in Nederland van de jaarlijkse overnachtingen in logiesaccommodaties, circa 32% van de gasten van buitenlandse herkomst is. Voor Noord-Holland is dat percentage hoger, namelijk 65%. De jaarlijkse 6,1 miljoen toeristische overnachtingen van Nederlanders in Noord-Hollandse logiesaccommodaties betekenen een nationaal marktaandeel van 11% (Provincie Noord-Holland, 2002). Tabel 3.4: Vakanties van Nederlanders in Noord-Holland naar duur en totaal aantal overnachtingen 1997* 1998* 1999* 2000* 2001* 2002* 2003* 1.080 810 740 730 730 1.080 900 2-4 dagen 360 470 450 490 250 500 580 5-8 dagen 240 230 250 250 240 360 280 9 dagen of meer Totaal vakanties
1.680
1.510
1.510
1.470
1.470
1.930
1.760
Totaal overnachtingen * x 1.000 N.B. Trendbreuk in 2002 Bron: CBS & CVO 2004
8.610
7.820
9.610
8.140
7.720
10.710
9.720
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 29
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ In Noord-Holland (exclusief Amsterdam) bevindt 19% van het aantal toeristische slaapplaatsen zich in hotels of pensions. Het aanbod slaapplaatsen in hotels is sinds 1996 gestegen met ruim 30%. In tabel 3.5 is een overzicht van het aanbod en de groei in de hotelsector. Daaruit blijkt dat er in 2001, 590 bedrijven waren in de provincie, waarvan er 301 in Amsterdam liggen. In 2004 waren er echter al weer 345 hotels, blijkt uit cijfers van het Amsterdam Toerisme en Congres Bureau (ATCB, 2005). Tabel 3.5: Aanbod en groei van de hotelsector in de provincie Noord-Holland tussen 1996 en 2001 Aantal Aantal kamers Aantal bedden Totaal slaapplaatsen in bedrijven Noord-Holland NoordHolland 1996 518 22.485 46.707 138.439 2001 590 26.829 55.332 157.565 groei 13,9% 19,3% 18,5% 13,8% NH excl. A’dam 1996 260 8.077 17.042 101.892 2001 301 10.747 22.217 117.520 15,8% 33,1% 30,4% 15,3% groei Bron: Provincie Noord-Holland, 2002, uit Wateradvies groep 2002 Economie De toeristisch-recreatieve sector levert veel op voor de provincie Noord-Holland. Dit komt niet alleen door de directe en indirecte werkgelegenheid die deze sector mogelijk creëert, maar ook de bestedingen van de toeristen en bezoekers zijn goed voor de financiële huishouding van de provincie. De toeristische sector is dus van belang voor de economie van de provincie, want in Noord-Holland levert de toeristisch recreatieve sector ongeveer 125 duizend banen en ruim € 6.3 miljard op. Ongeveer 45% van de bestedingen gebeurt in Amsterdam (provincie NoordHolland, 2002). Als er naar de werkgelegenheid van Noord-Holland gekeken wordt, blijkt dat er in 2001 in totaal 1,3 miljoen banen zijn, waarvan er ongeveer 125 duizend banen binnen de toeristisch-recreatieve sector vallen. Dit is 26,4% van alle toeristische werkgelegenheid in Nederland. Dit betekent verder dat de 125 duizend banen goed is ongeveer 9,7% van de provinciale werkgelegenheid (Provincie Noord-Holland, 2002) Deze sterke positie van de toeristische werkgelegenheid is vooral te danken aan Amsterdam en de Noordzeekust. In Amsterdam bedraagt het aandeel van toerisme en recreatie in de werkgelegenheid 10% (Provincie Noord-Holland, 2002, ATCB, 2004). 3.3 Amsterdam In deze paragraaf wordt ingegaan op bijzondere positie die Amsterdam inneemt in de provincie. De sterke positie van de Noord-Hollandse toeristensector komt voor een groot deel op het conto van Amsterdam (Rabobank, 2003, p.8). De hoofdstad heeft namelijk een sterk toeristisch imago en trekt jaarlijks vele buitenlandse toeristen. Verder vervult Amsterdam de rol van stedelijk centrum van de regio met veel functies op economisch, financieel en cultureel gebied (Toekomstvisie Haarlem, 2000). ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 30
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Amsterdam trekt jaarlijks circa 2,7 miljoen bezoekers die één of meer keren naar de hoofdstad komen. In totaal besteden deze bezoekers ongeveer 300 miljoen euro. Het grootste gedeelte van dit bedrag wordt uitgegeven aan winkelen, gemiddeld 83 euro per persoon. Het winkelen wordt gevolgd door theatervoorstellingen en concerten met circa 26 euro en restaurantbezoek (20 euro). Aangenomen wordt dat iedere 75.000 euro omzet in de toeristische sector goed is voor één arbeidsplaats. Volgens deze formule levert een dagbezoek aan Amsterdam circa 4.000 volledige arbeidsplaatsen op (Provincie Noord-Holland, 2003). Bezienswaardigheden Attracties vormen een belangrijk onderdeel van het toeristische aanbod. Een groot deel van die 2,7 miljoen bezoekers komen onder andere dan ook naar Amsterdam om een attractie of bezienswaardigheid te bezoeken. Uit gegevens van het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC)11 blijkt dat er zes attracties zijn die in de top 20 van best bezochte attracties staan (tabel 3.6). Tabel 3.6: Top 20 attractieve bestemmingen in 2004 Plaats Naam 2001* Rondvaarten 3.000 1 Amsterdam Van Gogh Museum 1.276 2 Amsterdam Natura Artis Migistra 1.197 3 Amsterdam Anne Frank Huis 900 4 Amsterdam Rijksmuseum 1.011 5 Amsterdam Diamantslijperijen 925 6 Amsterdam * (x 1.000) Bron: NTCB, 2005
2002* 3.000 1.593 1.230 909 1.090 923
2003* 2.750 1.342 1.002 912 841 709
2004* 2.500 1.515 1.082 937 810 764
Het best bezocht in Amsterdam zijn de rondvaarttochten die in 2004 ongeveer 2,5 miljoen bezoekers wisten te trekken. Verder zijn in Amsterdam 40 musea te vinden (Provincie NoordHolland, 2003). Van deze 40 musea staan er zes in de top 10 van best bezochte musea in Nederland. Het best bezochte musea is het Van Gogh Museum met ruim 1,3 miljoen bezoekers in 2004 (NBTC, 2005). Hotels Een belangrijk punt waar op gelet dient te worden is het aantal hotels en de verschillende soorten hotels. Er zijn in Amsterdam (in 2004) dus 345 hotels. Van deze 345 hotels zijn er 207 hotels die in de categorie 0 tot 2 sterren zit. Verder zijn er in Amsterdam 21 5-sterren hotels aanwezig (tabel 3.7). Tabel 3.7: Hotels in Amsterdam onderverdeeld naar het aantal sterren Aantal Sterren Hotels Kamers 0 – 2 ** 207 3.843 3 *** 79 6.239 4 **** 38 5.452 5 ***** 21 5.368 Totaal 345 20.902 Bron: ATCB, 2005 uit Mathot, 2005
Bedden 10.137 12.346 10.494 9.812 42.789
11
Komt uit de nota ‘Bezoek aan toeristische attracties, ontwikkelingen 2001-2004’ van het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC) uit augustus 2005.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 31
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ De ingewijden die geïnterviewd zijn voor deze scriptie onderkennen dat het voor Haarlem een voordeel is dat Amsterdam op relatief korte afstand ligt. Er kan namelijk door Haarlem geprofiteerd worden van de grote stroom toeristen die Amsterdam bezoeken. Ook kan Haarlem profiteren via de samenwerking tussen Amsterdam en Haarlem door middel van Amsterdam Partners. Het voordeel voor Haarlem hiervan kan zijn dat er zowel meer bedrijven als meer buitenlandse toeristen Haarlem zouden kunnen gaan bezoeken. Verschillende geïnterviewden menen dat de samenwerking tussen Haarlem en Amsterdam nog flink verbeterd en geïntensiveerd kan worden. Er moet echter door Haarlem niet worden nagestreefd om een soort ‘klein Amsterdam’ te worden. Dan worden de kenmerken van Haarlem ondergewaardeerd en gaan toeristen eerder naar bijvoorbeeld een plaats als Hoorn toe. Het is van belang dat Haarlem zijn eigen identiteit blijft behouden, dat kan door middel van goede afspraken gewaarborgd blijven. 3.4 Schiphol De rol van Schiphol speelt een belangrijke bij de opvang van toeristen. Schiphol is de vierde luchthaven van Europa en groeit nog steeds. Het aantal passagiersbewegingen is sinds 1996 gestegen. Van bijna 28 miljoen passagiers in 1996 tot ruim 42,5 miljoen passagiers in 2004 (Schiphol Group, 2004). In figuur 3.8 is het belang van Schiphol te zien, aangezien 42% van het totaal aantal passagiers op Schiphol een bestemming heeft die aan leisure gerelateerd is. Figuur 3.8: Reden voor de reis in 2003 Zakelijk
1% 19%
Congres/studie 35%
Leisure Bezoek familie/vrienden 3%
Anders
42%
Bron: Schiphol Group, 2004 Uit tabel 3.9 blijkt verder dat ruim 17,5 miljoen reizigers in 2004 leisure als reden hadden. Na een lichte daling in 2003 is het aantal reizigers met leisure als reden weer toegenomen. Tabel 3.9: Overzicht van het aantal reizigers met leisure als reden van de reis Jaar Totaal aantal Toeristische/Leisure passagiers ¹ reden voor reizen ¹ 2004 17.867 42.541 2003 16.783 39.960 2002 17.109 40.736 2001 17.314 39.351 2000 16.799 39.067 ¹ ( x 1.000) Bron: Schiphol Group, 2004 ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 32
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Ook de nabijheid van Schiphol brengt voordelen voor Haarlem met zich mee. Op Schiphol landen de toeristen die vervolgens verder het land in trekken en eventueel ook Haarlem aan doen. Tussen Haarlem en Schiphol kan ook een betere samenwerking ontwikkeld worden, omdat Haarlem circa 20 kilometer van Schiphol afligt. Er is door de Zuid-Tangent een goede verbinding tussen Schiphol en het centrum van Haarlem. De verschillen in reistijden van Schiphol naar Haarlem en Amsterdam zijn ook verwaarloosbaar. De reistijd van Schiphol naar hotel Krasnapolsky op de Dam in het centrum van Amsterdam bedraagt 22 minuten (Mathot, 2005). De reistijd van Schiphol naar hotel Carillon op de Grote Markt in het centrum van Haarlem bedraagt 18 minuten. Dit voorbeeld geeft meteen ook kwaliteit aan. In Amsterdam is het vijfsterren hotel Krasnapolsky goed voor 468 kamers, terwijl het tweesterren hotel Carillon slechts 20 kamers telt. En dat terwijl de reistijd korter is naar het centrum van Haarlem. In deze paragraaf is het belang van Schiphol naar voren gekomen. Schiphol is natuurlijk niet alleen voor de provincie Noord-Holland van belang, maar is van nationaal belang. Niet alleen vanwege de toeristen die via Schiphol het land binnenkomen, maar ook vanwege de directe en indirecte werkgelegenheid die deze luchthaven creëert. Nadeel voor de omgeving van Schiphol is natuurlijk de geluidsoverlast en andere nadelige aspecten die een luchthaven met zich mee brengt. 3.5 Haarlem in vergelijking met andere steden Het is interessant om te vergelijken hoe het in vergelijkbare steden gesteld is met de voorzieningen uit de basisinfrastructuur. Er wordt gekeken naar het aantal hotels, het horecaaanbod, de culturele aantrekkelijkheid en de detailhandel. Er zullen vooral vergelijkingen getrokken worden met vergelijkbare steden als Breda, Maastricht, Leiden en Alkmaar. Ook zal er worden gekeken naar de vier grote steden Amsterdam, Utrecht, Rotterdam en Den Haag, zoals die in de tabel 3.10 vermeld staan. 3.5.1 Hotels Als eerste wordt gekeken naar het aantal hotels dat een stad te bieden heeft. Verder is er een onderverdeling gemaakt naar het aantal hotelbedden dat de steden hebben. Aangezien elke stad verschillende soorten toeristen wil aantrekken, dienen er ook hotels in verschillende prijsklassen te zijn. Er zijn verschillende bronnen te vinden die het aantal hotels weergeven, in dit onderzoek is gebruik gemaakt van www.bookings.nl. In tabel 3.10 is een overzicht gegeven van het aantal hotels die in de verschillende steden aanwezig is. Uit de tabel blijkt dat Amsterdam verreweg het meeste aantal hotels heeft. In Haarlem zijn 10 hotels te vinden. Er kan echter ook gekeken worden naar het aantal bedden dat in de verschillende hotels te vinden is. Bij de afdeling Onderzoek en Statistiek (O&S) van de gemeente Haarlem is een onderverdeling naar het aantal bedden gemaakt. In tabel 3.10 is te zien dat Haarlem in de middenmoot staat, met 1.242 bedden. Deze tabel is echter zonder de vier grote steden. De gemeente Haarlemmermeer staat op de eerste plaats, dit komt doordat er in de nabijheid van Schiphol verschillende grote hotelketens te vinden zijn.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 33
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Tabel 3.10: Overzicht van aantal hotels onderverdeeld naar sterren en het aantal bedden Plaats
* **
***
****
*****
Totaal Hotels
Amsterdam
207
79
38
21
345
Utrecht
-
8
23
26
1
58
Maastricht
2
9
22
8
-
41
Rotterdam
-
1
15
10
2
28
Den Haag
-
4
3
11
3
21
Delft
1
-
9
2
-
12
4
1
5
-
10
Haarlem Breda
-
1
2
5
-
8
Leiden
-
-
3
4
-
7
Zandvoort
1
1
8
3
-
4
Alkmaar
-
-
1
3
-
4
Den Bosch
-
-
2
2
-
4
Bron: www.bookings.nl en Haarlem, afdeling O&S, 2005 3.5.2 Horeca Een tweede punt waar naar gekeken wordt is het horeca-aanbod in de steden (tabel 3.11). De horeca is een belangrijk onderdeel van een stad, zowel voor de inwoners als voor de bezoekers. Een goed horeca apparaat is een trekker voor steden. Er is gekeken naar het aantal restaurants en cafés. Wederom staat Amsterdam op de eerste plaats op beide punten. Opvallend is dat Haarlem met het aantal restaurants, na de vier grote steden, als ‘best of the rest’ volgt. Hieruit kan geconcludeerd worden dat er veel gelegenheden zijn en dat betekent meestal ook dat er een grote diversiteit in het aanbod te vinden is. Tabel 3.11: Overzicht van de horeca in de desbetreffende stad Plaats Aantal Restaurants 1265 Amsterdam 577 Den Haag 503 Rotterdam 252 Utrecht Haarlem 166 143 Maastricht 135 Breda 132 Leiden 124 Den Bosch 113 Delft 65 Alkmaar 46 Zandvoort Bron: www.goudengids.nl
Aantal Cafés 614 217 394 114 81 137 92 57 71 38 45 19
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 34
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 3.5.3 Cultuur Het derde punt waar gekeken naar wordt is het cultuuraanbod. Elke stad heeft een aantal musea waar verschillende bezoekers op af komen, maar ook het aantal monumenten, bioscopen en theaters is van belang om het cultuuraanbod in kaart te brengen (tabel 3.12). Als gekeken wordt naar het aantal musea blijkt dat er in Haarlem zijn 10 musea te vinden en dit staat in schril contrast met Amsterdam, waar 49 musea aanwezig zijn. Haarlem wil zich graag profileren als een cultuurrijke stad. Een manier om dit te onderzoeken is om naar het aantal (rijks)monumenten te kijken. Uit gegevens van de Vereniging van Onderzoek en Statistiek (VSO)12 blijkt dat Amsterdam duidelijk koploper is met meer dan 7 duizend rijksmonumenten. In relatie tot het inwonertal echter staan Maastricht (1.661) en Leiden (1.363) hoger op de ranglijst. Haarlem volgt op een vierde plaats met 1.183 monumenten, dit betekent een dichtheid van 8,1 monumenten per 1.000 inwoners (VSO, 2004). Vervolgens kan er gekeken worden naar het aantal bioscopen dat een stad heeft. Amsterdam heeft weer de meeste bioscopen, terwijl Haarlem in een grote middenmoot staat met 3 bioscopen. Het VSO heeft ook de theatercapaciteit van verschillende steden onderzocht. Haarlem had in 2004 een capaciteit van 2.485 plaatsen. Er is ook naar de dichtheid gekeken door het aantal vaste theaterzitplaatsen per 100 inwoners te berekenen. Hier komt uit naar voren dat Haarlem qua dichtheid (16,9 plaatsen per 100 inwoners) op een vierde plaats staan. Enschede staat op de eerste plaats, boven ‘theaterstad’ Amsterdam en Breda (VSO, 2004). Tabel 3.12: Overzicht van het aantal musea en bioscopen in verschillende plaatsen Plaats Aantal Musea Aantal Bioscopen 49 Amsterdam 18 Den Haag 20 Rotterdam 13 Utrecht Haarlem 10 4 Maastricht 5 Breda 9 Leiden 4 Den Bosch 12 Delft 5 Alkmaar 2 Zandvoort Bron: www.b9.nl/musea en www.belbios.nl
15 5 4 7 3 2 3 5 3 2 2 1
3.5.4 Detailhandel Een volgend onderdeel waar aandacht aan geschonken wordt is het niveau van de detailhandel in de verschillende steden. Het ‘funshoppen’ is vaak een belangrijke reden om een stad te bezoeken, dus een goed winkelaanbod zorgt voor meer bezoekers. Op de afdeling O&S van de gemeente Haarlem staat vermeld dat er in Haarlem 1.165 vestigingen te vinden zijn die met detailhandel te maken hebben (tabel 3.13). En in totaal heeft Haarlem een winkeloppervlakte van 234.111 m². Met het aantal vestigingen staat Haarlem hoog genoteerd, terwijl bij de oppervlakte winkelruimte Haarlem een stuk lager 12
Hier is gekeken naar het aantal rijksmonumenten per 1000 inwoners op 1-1-2004.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 35
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ staat. Een conclusie kan dan zijn dat Haarlem met minder oppervlakte winkelruimte relatief gezien toch een groter winkelaanbod heeft dan bijvoorbeeld Groningen, Breda en Tilburg. Tabel 3.13: Overzicht van het aantal vestigingen detailhandel en oppervlakte winkelruimte
Bron: Haarlem, afdeling O&S, 2006 3.6 Conclusie In dit hoofdstuk is ingegaan op de rol van Haarlem in de provincie Noord-Holland en de relatie tussen Haarlem en de regio Amsterdam – Schiphol. Tevens is Haarlem op enkele punten vergeleken met andere Nederlandse steden. Als gekeken wordt naar de aantrekkelijkheid van de provincie Noord-Holland dan kan gesteld worden dat Amsterdam en de Noordzeekust de absolute trekkers zijn. Dit zijn de ‘must see’ bezienswaardigheden voor de provincie. Wat betreft Amsterdam kan zelfs wel gesproken van een ‘unique selling point’. Amsterdam heeft namelijk een grote aantrekkingskracht op vele binnenlandse en buitenlandse toeristen. De Beverwijkse Bazaar trekt de meeste bezoekers aan, maar is geen ‘must see’ attractie. De Bazaar is eerder een attractie die een reden kan vormen om nog eens terug te keren naar Noord-Holland. Dit geldt ook voor de verscheidene musea en evenementen. Amsterdam is van grote betekenis voor Haarlem, vooral vanwege de overflow van voornamelijk buitenlandse toeristen die Haarlem bezoeken. Een betere afstemming tussen de betrokkenen en een betere promotie kan er echter zorgen voor meer toeristen die Haarlem bezoeken. Hetzelfde kan gezegd worden over de relatie tussen Haarlem en Schiphol. Tot slot is er ook gekeken naar Haarlem in vergelijking met andere steden en dan vooral met punten die betrekking hebben op de basisinfrastructuur. Haarlem blinkt vooral uit in het culturele aanbod en het aantal detailhandelvestigingen.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 36
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
4. Haarlem 4.1 Inleiding Veel mensen weten al dat Haarlem een bekend en groot winkelaanbod en een historische binnenstad heeft. Er zal worden gekeken of dit daadwerkelijk ook de redenen zijn om een bezoek aan Haarlem te brengen. Bovendien wordt onderzocht wat Haarlem nog meer te bieden heeft en hoe de toeristische aanbodpiramide voor Haarlem ingevuld kan worden. In 4.2 wordt ingegaan op de algemene karakteristiek van de stad Haarlem. Vervolgens wordt in 4.3 ingegaan op wat bezoekers er toe brengt een bezoek aan Haarlem te brengen. In de volgende paragraaf 4.4 worden de bezoekbepalende elementen van Haarlem onderzocht naar het schema van Jansen-Verbeke. De toeristische aanbodspiramide zoals die voor Haarlem ingevuld kan worden, komt in 4.5 aanbod. In 4.6 wordt het beleid dat gevoerd wordt in Haarlem bestudeerd om vervolgens tot de conclusie van dit hoofdstuk te komen in 4.7. 4.2 De stad Haarlem Haarlem is een stad met circa 150.000 inwoners met een centrumfunctie voor de regio op het gebied van cultuur, sport, zorg en dienstverlening (Structuurplan, 2005). In bijlage 1 staat de algemene karakteristiek van Haarlem vermeld. Bovendien is Haarlem een aantrekkelijke stad om in te wonen en te verblijven, aangezien Haarlem de vijfde stad is in de woonaantrekkelijkheids-index13 (Haarlem, 2006). Bijlage 2 bevat de kaart van Haarlem. De Haarlemse economie is een diensteneconomie, dat komt door de ligging van Haarlem tussen economische groeikernen als Schiphol, Amsterdam en IJmond. Hierdoor profiteert Haarlem ook van de economische activiteiten die daar plaatsvinden. Uit de interviews is verder gebleken dat de nabije ligging van Amsterdam zorgt voor een spin-off van toeristen en dagbezoekers die naar Haarlem komen (Bijlage 4, vraag 11). Ook de nabijheid van Haarlem aan de kust en duingebieden, watergebieden en polders, maken de ligging uniek. Een ander aantrekkelijk punt is de aanwezigheid van de monumentale binnenstad. Door de eeuwen heen zijn verschillende historische gebouwen bewaard gebleven en de aanwezigheid van het Spaarne is ook een pluspunt. Bovendien zorgt het historische stadscentrum ervoor dat het stadsbeeld aantrekkelijk is voor zowel toeristen, uitgaand en winkelend publiek. Verder heeft Haarlem een aantrekkelijk cultuuraanbod met verschillende musea en theaters in en om het oude centrum. 4.3 Bezoekers De meeste toeristische bezoeken worden gebracht aan de vier grote steden in Nederland. Haarlem staat in de rangorde van de meest bezochte steden in 2004 op de twaalfde plaats (Continu Vakantie Onderzoek14 (CVO), 2005). In het Continu Vakantie Onderzoek wordt onderzoek gedaan naar het toeristisch bezoek in een stad, in dit geval Haarlem. Een toeristisch bezoek is volgens het CVO een bezoek voor ontspanning en/of plezier. Bezoek om zakelijke redenen, alsmede bezoek aan familie, vrienden en kennissen blijft buiten beschouwing (TNS NIPO, 2005). Het CVO laat de buitenlandse toeristen echter achterwege. Uit de gegevens in tabel 4.1 en figuur 4.1 blijkt dat er in 2004 in vergelijking met 2003 een daling is opgetreden in het aantal bezoeken aan Haarlem. In het CVO staat dat deze daling volgens de onderzoekers verwaarloosbaar is. Gelet op de hardheid van de cijfers en de marges waarbinnen deze resultaten beoordeeld worden is het bezoek aan Haarlem redelijk 13
De woonaantrekkelijkheids-index wordt gehouden door de ‘Atlas voor gemeenten’, waarin de 50 grootste gemeenten op 40 punten met elkaar worden vergeleken. 14 Het Continu Vakantie Onderzoek wordt afgenomen door TNS NIPO.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 37
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ stabiel gebleven (TNS NIPO, 2005). Bij deze cijfers is het wel belangrijk om op te merken dat de bezoekfrequentie is toegenomen, namelijk van 2,9 keer per jaar in 2003, naar 3,1 keer per jaar in 2004 (TNS NIPO, 2005). De verwachting is dat er in 2005 weer meer bezoekers zijn gekomen dit onder andere vanwege het succes van de Michelangelo tentoonstelling die alleen al ruim 97 duizend bezoekers heeft getrokken (Teylersmuseum, 2006). Tabel 4.1: Aantal bezoekers en bezoeken van Haarlem tussen 1999 en 200415 Jaar Aantal bezoekers Aantal bezoeken 1999 656.000 2.226.000 2000 665.000 2.890.000 2001 666.000 2.015.000 2002 1.160.000 3.309.000 2003 1.090.000 3.127.000 2004 930.000 2.877.000 Bron: TNS NIPO, 2005 Figuur 4.1: Ontwikkeling van het aantal bezoekers en bezoeken gebracht aan Haarlem
Aantal x 1.000
3500 3000 2500
Aantal Bezoekers Aantal Bezoeken
2000 1500 1000 500 0 1999
2000
2001
2002
2003
2004
Jaar
Bron: TNS NIPO, 2005 De cultuurhistorische binnenstad wordt dus genoemd als één van de belangrijkste redenen voor bezoekers en toeristen om een bezoek aan Haarlem te brengen. Volgens het CVO is het winkelen voor plezier, oftewel ‘funshoppen’ de meest ondernomen activiteit tijdens een bezoek aan Haarlem (tabel 4.2). In 2004 bezocht 68% van het aantal ondervraagde mensen de stad voor het winkelen. De veelzijdigheid van het winkelaanbod in de binnenstad is hierbij natuurlijk van belang. Volgens het CVO wordt Haarlem vooral bezocht door 50-plussers uit de hogere sociaal-economische klasse en is Haarlem ook populair bij jonge single bezoekers16 (TNS NIPO, 2005).
15
Aantal bezoekers zijn het totaal aantal mensen dat een bezoek aan Haarlem hebben gebracht. Het aantal bezoeken bestaat uit het totaal aan bezoeken dat door de bezoekers is gebracht. 16 Onder jonge single bezoekers wordt volgens het Continu Vakantie Onderzoek verstaan: alleenstaanden die jonger zijn dan 35 jaar.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 38
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Tabel 4.2: Redenen voor bezoek aan Haarlem Reden voor bezoek 1. Winkelen voor plezier 2. Lunchen/dineren in restaurant 3. Maken van een stadswandeling 4. Op een terras zitten 5. Museumbezoek Bron: TNS-NIPO, 2005
2003 58% 31% 23% 20% 10%
2004 68% 35% 19% 20% 12%
4.4 Bezoekbepalende elementen Volgens de Vernieuwde Toeristische Agenda komen toeristen vooral af op de (eeuwenoude) aantrekkelijkheden van Haarlem, op de sfeer, de winkels en de cultuurhistorische zeer rijke binnenstad. Onder meer de BAVO-kerken, de monumenten en de musea met hun vaste en collecties en wisselende tentoonstellingen vormen een vaste en onmetelijke waarden voor een bezoek. De vele evenementen vormen een aantrekkelijke aanvulling op dit sterke aanbod (Gemeente Haarlem, 2005). In de komende paragrafen wordt ingegaan of dit de enige redenen zijn waarom bezoekers Haarlem komen. Door de bezoekbepalende elementen na te lopen, wordt er een goed beeld geschetst van Haarlem. Deze elementen kunnen tevens worden gebruikt als de onderste laag in de toeristische aanbodspiramide, namelijk de basisinfrastructuur. 4.4.1 Primaire elementen In dit deel wordt verder gekeken naar de faciliteiten die in Haarlem aanwezig zijn. Er wordt hierbij gebruik gemaakt van tabel 2.2 uit hoofdstuk 2. In het schema van Jansen-Verbeke worden de primaire elementen die een stad noodzakelijkerwijs is huis dient te hebben onderverdeeld in een ‘actieve ruimte’ en een ‘vrijetijdsruimte’. 4.4.2 Actieve ruimte De actieve ruimte wordt verder onderverdeeld in verschillende groepen van faciliteiten, namelijk: culturele, sport en amusement faciliteiten. Als er wordt gekeken naar de Culturele faciliteiten in Haarlem, dan blijkt dat Haarlem 10 musea telt. Uit tabel 4.5 blijkt dat in 2003 het Teylers Museum de meeste bezoekers heeft getrokken, gevolgd door het Frans Hals Museum. Alle geïnterviewden personen noemen deze twee musea de belangrijkste Haarlemse trekpleisters. Verder is ook de Grote of Sint Bavo Kerk een veel bezochte attractie in Haarlem. Tabel 4.5: Aantal bezoekers in Haarlem van cultuur naar soort, 1985 – 2004 Naam Museum 1985 1990 1995 2000 2002 Frans Halsmuseumº 84.593 196.140 78.208 144.512 84.163 De Hallen¹ 130.294 96.874 38.807 43.808 29.368 Vishal 29.813 26.639 Teylers Museum² 36.365 63.598 45.268 83.987 63.139 Archeologisch Museum³ 25.874 22.170 22.000 Historisch Museum K’Land 12.184 20.679 15.919 8.156 ABC* 24.385 12.189 15.409 14.848 Swagersmakersmuseum 4.400 Spaarnestad Fotoarchief 8.300 6.993 Grote of Sint Bavo Kerk 40.000 80.000 73.500 50.000 -
2003 69.211 43.562 34.125 74.250 22.500 10.393 14.032 4.500 8.117 59.089
2004 65.626 34.004 34.900 74.391 21.714 10.474 13.432 5.138 4.914 68.380
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 39
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ º Inclusief tentoonstelling “Kinderen op hun mooist’ in 2000 ¹ Vleeshal en de Verweijhal ² In 1996 uitgebreid met nieuwbouw ³ Geopend 12 april op 1991 * Architectuur Museum Kennemerland Bron: Gemeente Haarlem, 2005 Onder het punt ‘andere bezoekers attracties’ kan gedacht worden aan de attracties zoals die vermeld staan in tabel 4.6. Ook kunnen de cultuurhistorische binnenstad en het winkelaanbod geschaard worden onder dit punt. Tabel 4.6: Overzichtstabel van faciliteiten in Haarlem met bezoekersaantallen Bezoekersaantallen
2002/2003
2003/2004
Stadsschouwburg ¹ Concertgebouw Toneelschuur
60.395 11.027 85.801
0 9.162 115.344
Bioscopen Patronaat Frans Halsmuseum De Hallen Teylers Museum Archeologisch Museum Vishal ABC
412.810 61.834 69.211 43.562 74.250 22.500 34.125 14.032
360.000 68.257 65.636 34.004 74.391 21.714 34.900 13.432
¹ Vanaf maart 2002 gesloten in verband met verbouwing Bron: Gemeente Haarlem, 2005 Uit beide tabellen blijkt ook dat deze attracties te lijden hebben gehad onder de afname van het aantal bezoekers aan Haarlem. Positieve uitzonderingen zijn de Grote of Sint Bavo Kerk en de nieuwe gebouwen van de Toneelschuur en het Patronaat. Echter als deze cijfers nationaal worden vergeleken (zie tabel 3.6) dan blijkt dat de topper uit Haarlem (Frans Hals Museum) bij lange na niet het aantal bezoekers van het Van Gogh Museum haalt. In Haarlem zijn 3 theaters (goudengids.nl, 2005). Deze site noemt hierbij de namen van het Patronaat, de Toneelschuur en het Wereldkindertheater. Onder het punt concertzalen worden in Haarlem 4 zalen genoemd. Dit zijn het Patronaat, maar ook de Stadsschouwburg, het Concertgebouw en de Philharmonie. In de stad zijn verder 3 bioscopen te vinden, namelijk de Brinkmann, de Cinema Palace en de Filmschuur. Bij het nieuwe Raaksgebied wordt ook een nieuwe bioscoop gerealiseerd. Er zijn de laatste tijd ook enkele nieuwe congresfaciliteiten bijgekomen, zoals onder andere het Philharmonie. Bij gebouwen die eigenlijk een andere functie hebben, zoals de Toneelschuur en het Patronaat, kunnen ook congressen georganiseerd worden. Ook enkele hotels als ‘Hotel Haarlem Zuid’, ‘Carlton Square’ en ‘Golden Tulip Hotel Lion D’Or’ hebben deze faciliteiten in het hotel aanwezig. In het houden van congressen ligt waarschijnlijk nog een punt wat voor verbetering vatbaar is in Haarlem. Aangezien Amsterdam dé congresstad van Nederland is, zal het lastig
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 40
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ worden om ook Haarlem op de kaart te zetten als een stad waar voldoende ruimte is voor het organiseren van congressen. Een positieve ontwikkeling van de zakelijke markt in Haarlem kan ook belangrijk zijn voor de ontwikkeling van het toerisme in Haarlem. Als de congresgangers tevreden zijn over de stad wordt de kans op een herhalingsbezoek aan Haarlem vergroot om daar in de toekomst als toerist naar terug te keren. Bovendien heeft een congres ook als voordeel dat de deelnemers gebruik maken van de lokale winkels. Dus de deelnemers gaan bestedingen doen in Haarlem en dat komt ook ten goede aan de stad. Vervolgens komen de amusementfaciliteiten aan bod. Ondanks dat Haarlem niet bekend staat als een stad met een bruisend nachtleven, zijn er verschillende uitgaansgelegenheden, casino’s en spelautomatieken te vinden. Wel belangrijk voor de stad zijn de verschillende evenementen en festivals die gedurende het jaar in georganiseerd worden. De belangrijkste evenementen en festivals zijn het Bloemencorso, Bevrijdingspop en Haarlem Jazz. Uit interviews blijkt dat er in de toekomst vooral gemikt dient te worden op evenementen die een internationale uitstraling hebben. In 2005 is de Michelangelo tentoonstelling in het Teylers Museum van grote waarde geweest voor Haarlem. 4.4.3 Vrijetijdsruimte Bij het bepalen van de vrijetijdsruimte van een stad wordt er gekeken naar fysieke karakteristieken en sociaal-culturele eisen. Als eerste wordt bij de fysieke karakteristieken gekeken of een stad een historisch stratenpatroon heeft. Haarlem is gebouwd volgens het klassieke patroon van een Markt en daarom de belangrijkste religieuze en publieke functies als de kerk en het stadhuis. Hierdoor is er ook een historisch stratenpatroon. Er zijn voldoende interessante gebouwen in Haarlem. Hierbij valt te denken aan het stadhuis en de Grote of Sint Bavo Kerk, maar ook de huizen met de verschillende gevels die door heel Haarlem te vinden zijn, vormen een kern van interessante gebouwen. In principe gelden alle punten van de fysieke karakteristieken voor Haarlem. Er zijn verschillende monumenten, standbeelden, hofjes en kerkelijke gebouwen te vinden door Haarlem. Er zijn ook verschillende parken en groene gebieden te vinden, zoals de Hout, het Florapark en Kenaupark. Het water is ook in de stad aanwezig in de vorm van het Spaarne. Ook zijn er nieuwe elementen in de stad te vinden met aantrekkingskracht vanwege de gewaagde architectuur. Hier valt te denken aan de nieuwe Toneelschuur, Patronaat en Philharmonie (bijlage 4, vraag 2). Wat betreft de sociaal-culturele eisen geldt dat Haarlem een levendige plaats is onder andere vanwege de fysieke karakteristieken. Er zijn geen lokale gewoonten, gebruiken en klederdracht. Er is voldoende cultureel erfgoed in het centrum van Haarlem aanwezig, in de vorm van musea, maar ook de al genoemde kenmerken van de historische binnenstad. Verder staat Haarlem ook bekend als een veilige en vriendelijke stad. 4.4.4 Secundaire elementen Onder dit punt behoren de elementen hotels, horeca, winkelgebieden en markten. De hotels behoren volgens het schema van Jansen-Verbeke dus tot de secundaire elementen, maar zijn voor het aantrekken en verblijven van toeristen van groot belang voor een stad. De andere secundaire elementen komen verderop aan bod. In Haarlem zijn op dit moment 10 hotels te vinden variërend in verschillende grootte en klasse (tabel 4.7), waarmee Haarlem in de middenmoot staat (tabel 3.10). Een verklaring hiervoor is het jarenlange beleid dat gevoerd is omtrent hotels. ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 41
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Er is lang door desbetreffende beleidsmakers gekozen om geen hotels in Haarlem te laten ontwikkelen. Deze hotels werden in plaats daarvan in Zandvoort ontwikkeld. Lang werd er vanuit gegaan dat toeristen niet naar Haarlem kwamen om de stad te bezoeken, maar toeristen zouden liever aan de kust zitten. Echter door de opkomst van andere vormen van toerisme en recreatie werd het steeds belangrijker om voldoende hotels in de stad te hebben. Er moest dus een inhaalslag worden gedaan. Echter het blijkt dat het aanbod zowel kwalitatief als kwantitatief verbeterd moet worden. Dus zowel meer hotels als meer variatie in het aanbod van hotels (Bijlage 4, o.a. vraag 8). Tabel 4.7: Overzicht van hotels in Haarlem Hotel
Aantal Sterren
Aantal kamers
Congresfaciliteit ¹
Afstand Reistijd Afstand tot tot tot H’lem Schiphol² Schiphol³ stationº centrum*
Hotel Haarlem Zuid 4 294 + 17,1 15 Carlton Square Hotel 4 124 + 18,1 17 Grand Hotel Frans Hals^ 4 90 + 19,1 18 Golden Tulip Hotel Lion D’Or 4 34 + 19,6 18 Appartments Arendshoek 2 30 19,1 18 Joops Hotel 3 22 19,1 18 Hotel Die Reackse 2 21 20,5 19 Hotel Carillon 2 20 19,2 18 Amadeus Hotel 2 15 19,3 19 Haarlem Hotelsuites 4 4 19 17 Totaal 10 564 ¹ - = niet aanwezig, + = wel aanwezig ² Afstand van Schiphol tot de locatie met de auto/taxi, volgens www.locatienet.nl ³ Reistijd in minuten met de auto/taxi volgens www.locatienet.nl º Afstand in kilometers ^ Binnenkort opgeleverd *- = niet in het centrum, + = wel in het centrum Bron: www.bookings.nl, www.locatienet.nl,
2,1 1,6 0,8
+ +
0,2 0.9 0,8 0,9 0,7 0,7 0,9
+ + + + + + +
Om de kwaliteit van een hotel uit te drukken wordt meestal gewerkt met een aantal sterren. In dit onderzoek was het belang om naar meer aspecten te kijken die de kwaliteit van de hotels in Haarlem te bepalen. Er is tevens gekeken naar het aantal kamers dat een hotel te bieden heeft. Er is hier gekeken naar het maximale aantal beschikbare kamers. Dus alle gradaties in kamers zijn bij elkaar opgeteld. Daaruit blijk dat het ‘Hotel Haarlem Zuid’ met 294 kamers het grootst is. Het is ook belangrijk om te weten hoe ver de hotels vanaf Schiphol liggen en hoe ver een hotel van het station Haarlem afligt. Het zal niet verbazingwekkend zijn dat alle 10 hotels in Haarlem ongeveer 19 kilometer van Schiphol vandaan liggen. Tevens zijn hierdoor ook de verschillen bij de reistijd per auto dan wel taxi ook verwaarloosbaar. Ook de afstanden van de hotels naar het station van Haarlem zullen niet schokkend zijn, aangezien de meeste hotels binnen een kilometer van het station afliggen. Een goede bereikbaarheid en nabijheid van openbaar vervoer is ook een graadmeter voor de kwaliteit van een hotel, vandaar dat dit ook is opgenomen in de criteria. Bij de voorwaarden die ten grondslag liggen aan de locatiekeuze is al naar voren gekomen dat de binnenstad belangrijk is. Het wordt als luxe ervaren wanneer een hotel ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 42
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ midden in het centrum ligt. Met uitzondering van ‘Hotel Haarlem Zuid’ liggen alle hotels vrijwel in en nabij het stadscentrum van Haarlem. Uit de interviews komt naar voren dat er behoefte is aan nog enkele hotels (Bijlage 4, vraag 8). Dit is nodig om meer bezoekers te kunnen trekken naar Haarlem en de bezoekers ook in de stad te blijven houden. Binnenkort wordt het Grand Hotel Frans Hals, gelegen in het centrum, opgeleverd waardoor er 90 kamers bijkomen. Er dient echter ook meer variatie te komen in het aanbod, door bijvoorbeeld een meer ‘trendy’ hotel en een aantal kleinschalige hotels in de binnenstad (Bijlage 4, vraag 8). De horeca is ook in Haarlem goed vertegenwoordigd, dat blijkt ook uit de interviews waaruit de horeca voornamelijk als goed en divers wordt getypeerd (Bijlage 4, vraag 8). Er is echter wel behoefte aan nog een toprestaurant en ook dienen er plannen te komen voor (meer) horecagelegenheden aan het Spaarne. Overigens dient hier wel het fingerende bestemmingsplan “Oude Stad” te worden aangepast. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) meldt dat Haarlem in 2005 winkelstad nummer één is. Haarlem is al jaren een gewaardeerde winkelstad vanwege de diversiteit aan winkels op een relatief kleine afstand. Er zijn dus naast de grote winkelketens die in alle steden te vinden zijn, ook allerlei andere soorten winkels. Deze kwaliteiten zorgen voor veel bezoekers ieder jaar. Er zijn in Haarlem ook markten te vinden. Veel namen verwijzen terug naar wat er vroeger op de markten werd verhandeld. Tegenwoordig is er echter nog steeds een wekelijkse markt te vinden op de Grote Markt en de Botermarkt. Additionele elementen Tot slot worden de additionele elementen uit het schema behandeld. Hier worden punten als bereikbaarheid, intern transport, parkeervoorzieningen en toeristische voorzieningen behandeld. Als eerste komt het punt bereikbaarheid aan bod. De bereikbaarheid per openbaar vervoer is op dit moment redelijk te noemen. Als men met de trein het station van Haarlem binnenkomt, is het centrum op loopafstand. Een bedreiging ligt echter op de loer, aangezien de Nederlandse Spoorwegen (NS) de intercity Haarlem – Maastricht uit het spoorboekje wil halen. Ook enkele avond- en nachttreinen in de richting van Amsterdam staan op het programma om geschrapt te worden. Dit is vooral ongunstig voor bezoekers die naar avondprogramma’s van bijvoorbeeld de Philharmonie of de Toneelschuur naar Haarlem komen en afhankelijk zijn van de trein. De bereikbaarheid met de bus is ook redelijk, vooral vanwege de aanwezigheid van de Zuidtangent, die van het Haarlem NS-station via Schiphol naar het Bijlmer NS-station rijdt. Bovendien zijn er plannen voor uitbreiding van deze lijnen. Een ander punt dat problematisch kan worden is de bereikbaarheid van Haarlem per auto. Dat blijkt uit de interviews en de woonaantrekkelijkheids-index (Haarlem, 2006). Hiermee samenhangend is het probleem betreffende de parkeervoorzieningen in Haarlem. Er dient nog beter gezocht te worden naar ruimte voor ondergronds parkeren (Bijlage 4, vragen 8 en 10). Het interne transport betreft de vervoersmogelijkheden in de stad. Haarlem heeft als voordeel dat veel attracties op loopafstand liggen, door de compactheid van de stad. Het busvervoer is ook prima te noemen. Tot slot de toeristische voorzieningen. Het informatieverstrekkende kantoor voor de toeristen in Haarlem is dat van het VVV Zuid-Kennemerland. Dit kantoor is gevestigd op het Stationsplein en niet midden in de stad. Eigenlijk dient dit VVV-kantoor verplaatst te worden naar een locatie op de Grote Markt, omdat daar de meeste bezoekers zijn en de Grote Markt
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 43
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ het middelpunt is van Haarlem. Een goede kans zou zijn dat de VVV ruimte krijgt in het Stadhuis. Dat is dan meteen een uniek visitekaartje voor de toerist. Verder is de bewegwijzering de laatste jaren flink verbeterd en staan er op meerdere locaties in Haarlem informatiezuilen. Dit zijn punten die de toerist ten goede komen, alleen moet er in de toekomst voor gezorgd worden dat dit op een goed en klantvriendelijk niveau gehandhaafd blijft. 4.5 Toeristische aanbodspiramide en ‘Unique Selling Point’ (USP) In deze paragraaf wordt de toeristische aanbodspiramide (§2.4.1) ingevuld zoals dit voor Haarlem geldt, zie figuur 4.2. Figuur 4.2: Toeristische aanbodpiramide voor Haarlem
Bron: bewerking van Utrecht, 2002 Als eerste wordt er naar de basisinfrastructuur gekeken, dit is de laag die nodig is om een goed verblijf in de stad te garanderen. Voor Haarlem geldt dat de hotels, bereikbaarheid en parkeervoorzieningen voor verbetering vatbaar zijn. Het openbaar vervoer en de bewegwijzering zijn redelijk tot goed. De basisinfrastructuur in Haarlem vormt voor toeristen geen reden om weg te blijven uit Haarlem. De middelste laag bestaat uit aantrekkelijke bezienswaardigheden die voor de bezoeker een reden vormen om langer in Haarlem te blijven. Aantrekkelijke bezienswaardigheden zijn de hofjes, het Spaarne, de Grote Markt met de omliggende gebouwen als de Grote of Sint Bavo Kerk en het Stadhuis. Ook de verschillende evenementen als het Bloemencorso, Bevrijdingspop en Haarlem Jazz zijn redenen om (weer) een bezoek aan Haarlem te brengen. Dit geldt ook voor de nieuwe elementen in de stad als de Toneelschuur, de Philharmonie en het Patronaat met hun gewaagde architectuur.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 44
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ De bovenste laag in de toeristische aanbodspiramide tot slot zijn de ‘must see’bezienswaardigheden. Deze bezienswaardigheden als het Frans Hals en Teylers Museum, de cultuurhistorische binnenstad en het grote en diverse winkelaanbod in een historisch decor vormen de redenen om een eerste keer naar Haarlem te komen en die het imago bepalen van Haarlem. ‘Unique Selling Point’ (USP) Voor een stad is het van belang om een bezoekersattractie te hebben die een stad uniek maakt ten opzichte van een andere stad. Bijvoorbeeld de ‘Eiffeltoren’ in Parijs en de ‘Tower Bridge’ in Londen zijn USP’s die vele miljoenen bezoekers trekken vanuit de hele wereld. Een dergelijke attractie zorgt voor veel meer toeloop van bezoekers en is een echte ‘must see’bezienswaardigheid. Aan de geïnterviewde personen is gevraagd of Haarlem eventueel ook een USP heeft. Bijna alle betrokkenen gaven aan dat Haarlem geen USP heeft van het formaat Eiffeltoren, maar benadrukten wel andere unieke punten van Haarlem (bijlage 4, vraag 5). Allereerst zien veel personen het winkelen (het winkelaanbod) in de historische binnenstad als een punt dat Haarlem uniek maakt. Daar kan tegenin worden gebracht dat natuurlijk bij veel Nederlandse steden gewinkeld kan worden in een historische binnenstad. Andere personen vinden het thema Haarlem Bloemenstad een USP, omdat er nergens anders een belangrijk evenement met bloemen wordt gehouden. Echter hier valt tegen in te brengen dat het thema bloemen achterhaald is en vooral op de geschiedenis is gebaseerd. Bovendien zijn er in Haarlem (nog) weinig kenmerken, op enkele bloembakken na, van bloemenstad te merken. De Kaasmarkt in Alkmaar blijft echter ook interessant voor toeristen, ondanks dat dit ook achterhaald is. De aanwezigheid van twee topmusea als het Frans Hals Museum en het Teylers Museum, kunnen ook als USP gezien worden aangezien het veel kunstliefhebbers trekt. Alleen halen deze twee musea niet de bezoekersaantallen in vergelijking met het Stedelijk Museum en Rijksmuseum in Amsterdam. Ook de ligging van Haarlem wordt als uniek gezien. Haarlem ligt op relatief korte afstand van Amsterdam, Schiphol en de kust- en duingebieden. Dit is inderdaad een belangrijk pluspunt, alleen voor onder andere Leiden geldt dit natuurlijk ook. Enkele gebouwen in Haarlem als het Stadhuis, worden genoemd als een USP, alleen zijn er in elke stad wel bijzondere gebouwen te vinden en is dit Stadhuis ook geen echte landmark waar veel bezoekers voor naar Haarlem komen. De Grote Markt met daarom heen de historische monumentale gebouwen in combinatie met de terrassen en eventueel evenementen kan een uniek punt van Haarlem zijn. Haarlem heeft kortom genoeg aantrekkelijke bezienswaardigheden die het aantrekkelijk maken voor bezoekers om naar Haarlem te komen. Alleen zijn dit geen echte USP’s te noemen, omdat het niet de aantrekkingskracht heeft, waardoor er vele bezoekers naar Haarlem komen. Het kunnen eerder de ‘must see’-bezienswaardigheden van Haarlem worden genoemd, zoals deze in de toeristische aanbodpiramide naar voren komen. 4.6 Beleid Voor steden die toerisme en recreatie als speerpunten nemen betekent dat het beleid vooral ten behoeve van deze doeleinden dient staan. Het beleid dient gericht te zijn op het versterken van de concurrentiepositie om elders verdiende koopkracht binnen te halen door bezoekers van buiten de eigen regio te trekken. (Van der Weerd 2001, p. 36) Succesvol beleid is gebaseerd op maatregelen om de productiviteit te vergoten om het vestigings- en verblijfsklimaat te verbeteren aan de hand van comparatieve voordelen ten
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 45
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ opzichte van andere steden, bij voorkeur gerelateerd aan plaatsspecifieke eigenschappen, aldus Van der Weerd. Voor de gemeente Haarlem is het van belang om van Haarlem een aantrekkelijke toeristenstad te maken aangezien meerdere bedrijven wegtrekken uit Haarlem om zich elders te vestigen. Dat zeggen de geïnterviewde personen Baars en Slotema. Deze wegtrekkende bedrijven moeten gecompenseerd worden door de opbrengsten en werkgelegenheid dat toerisme met zich mee brengt. In deze paragraaf wordt ingegaan op het huidige beleid dat gevoerd wordt door de gemeente Haarlem omtrent toerisme en recreatie. Tevens volgen uit de verschillende interviews die gehouden zijn aanvullende ideeën en/of wensen die er toe dienen te leiden om van Haarlem een (nog) toeristisch aantrekkelijker stad te maken. Uit de verschillende interviews is naar voren gekomen dat er vanuit de gemeente Haarlem niet een echt helder toeristisch beleid is gevormd of wordt gevoerd (bijlage 4, vragen 9 en 10). En dat is echter wel noodzakelijk om Haarlem in de toekomst ook toeristisch aantrekkelijk te houden. In het structuurplan van de gemeente Haarlem staat een aantal kernpunten die een bijdrage dienen te leveren aan de ontwikkelingen gericht op de toeristische en culturele sector (Zie bijlage 5). Misschien de belangrijkste doelstelling daaruit is het versterken van de bestaande stedelijke toeristisch-culturele voorzieningen, dat gerealiseerd dient te worden door een betere bereikbaarheid (Haarlem, 2005). Verder wordt er in het structuurplan vermeldt dat er een uitbreiding van het aanbod van culturele en toeristische voorzieningen voor de Haarlemmers en de bezoekers komt. Volgens het plan kan hiervoor ruimte gevonden worden door uitbreiding van het multifunctionele binnenstadsdomein richting de oostzijde van het Spaarne (Spaarnesprong) met publiekstrekkende functies. Het cultureel centrum ‘Nieuwe Energie’ (het voormalig EBHterrein) is hierbij een belangrijke ontwikkeling. Dit is volgens de gemeente Haarlem een goed voorbeeld van hergebruik van afgeschreven gebouwen voor culturele functies en activiteiten: een initiatief dat voor meer gebouwen in Haarlem navolging kan krijgen. Ook de Raaks, station Oostpoort (nieuwe stadion) en de Spaarndamseweg zijn locaties die geschikt zijn voor nieuwe publiekstrekkende voorzieningen (Haarlem, 2005, p. 23). In het Structuurplan is ook het volgende weergegeven: Haarlem wil toename van het aantal bezoekers uit economisch oogpunt (toename bestedingen) en sociaal oogpunt (toename levendigheid en stimuleren ontmoeting en openbaarheid). Daarom zijn van belang: goede evenementen (festivals, topsport, nautica, bloemencorso etc.), voldoende hotelaccommodaties, een schone en veilige binnenstad en een goede bewegwijzering in de stad. Om die aspecten en de afstemming onderling te verbeteren is een aantal lijnen uitgezet, zoals versterking van de promotie- en marketingstructuur en organiseren van congressen en evenementen. Het aangezicht van de binnenstad verbetert door inspanningen van de Centrum Management Groep. Via een subsidieregeling worden ondernemers in de binnenstad gestimuleerd de reclame op de gevels naar de nieuwe richtlijnen te voegen. Voorts is sterker cultureel-toeristisch beleid gewenst rondom de meer dan duizend monumenten en is betere bereikbaarheid van (en parkeergelegenheid nabij) bestaande en nieuwe culturele voorzieningen van groot belang. Bron: Structuurplan Haarlem, 2005 Andere punten waar in de toekomst bij het maken van beleid (beter) over nagedacht moet worden is het beleid omtrent horeca aan het water (Spaarne), het hotelbeleid, doelgroepenbeleid en een evenementenbeleid. ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 46
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Bij het organiseren van een evenement dient goed gekeken te worden of het evenement bij de identiteit van Haarlem past. Na het succes van de Michelangelo tentoonstelling, kan in de toekomst door worden gegaan met het organiseren van evenementen met een internationaal karakter. Het NRIT komt met andere factoren die ervoor kunnen zorgen en waar op gelet dient te worden bij het organiseren of beoordelen van een evenement. Er moet namelijk gezorgd worden voor een goede en professionele organisatie die gebruik maakt van een goede infrastructuur. Ook is het van belang om een professioneel communicatie-, marketing- en PRbeleid te houden. Verder is een weloverwogen en uitgebalanceerde programmering en een breed draagvlak onder de betrokken partijen (inclusief inwoners) van belang. Tot slot is laagdrempeligheid of een duidelijke keuze voor een bepaalde doelgroep ook van belang voor het houden van een evenement in een stad (NRIT, 2005, p. 194). Ook een evenementenkalender voor een langere termijn zou goed van pas komen. Dan kan daar door verschillende betrokkenen partijen, zoals de Horeca en detailhandel, op worden ingespeeld. Er wordt hier echter wel aan gewerkt. Een doelgroepenbeleid kan ook een goed middel zijn om duidelijk te maken op welke ‘toeristengroep’ men in Haarlem wil mikken. Nu trekt Haarlem vooral de 50-plussers uit de hogere sociaal-economische klasse. Volgens Leontien Splinter van Haarlem Promotie wordt er gemikt op de 30 plus vrouw. Dit wordt gedaan, omdat de vrouw vaak de beslisser is voor de dagjes uit. Er moet volgens haar ook meer gedaan worden om jongere mensen naar Haarlem te lokken. Zij ziet hier mogelijkheden door bijvoorbeeld een ‘trendy’ design hotel te creëren in plaats van de meer oubollige hotels die er nu zijn. Als Haarlem inderdaad meer op jongere mensen wil mikken dienen er ook faciliteiten voor deze groep te komen, waaronder dus een anders soort hotels. Er zou echter ook gekeken moeten worden naar het aantrekken van de mensen tussen de 25 en de 35 jaar. Om de stad levendig te houden is het van belang om ook jongeren naar Haarlem te krijgen. Er zijn namelijk ook voor deze groep genoeg punten te vinden die aantrekkelijk zijn om een bezoek aan Haarlem te brengen. Openbare ruimte Een punt waar de gemeente Haarlem veel resultaten heeft geboekt betreft de herinrichting van de openbare ruimte. Met name om en nabij de Grote Markt heeft de herinrichting ervoor gezorgd dat er een verruiming van de openbare ruimte is gekomen en dat de inrichting hiervan is verbeterd. De gevolgen van deze herinrichting zijn ten goede gekomen van het verblijfsklimaat, waar de inwoners/bezoekers van profiteren. Er is namelijk minder doorgaand verkeer, hierdoor is er meer ruimte voor de voetganger gekomen. Een ander gevolg is dat er meer terrassen bij horecagelegenheden zijn bijgekomen, dat vooral te goede komt voor de horeca, omdat mensen meer spenderen. Meer verruiming van de openbare ruimte kan gerealiseerd worden als er wordt besloten om horeca aan het Spaarne toe laten staan. Dan ontstaat er een gebied vanaf de Grote Markt tot aan het Spaarne toe, waar weinig/geen autoverkeer is en meer ruimte voor de voetganger ontstaat. Dit alles om het verblijfsklimaat in Haarlem te optimaliseren. 4.6.1 Vernieuwde Toeristische Agenda De Vernieuwde Toeristische Agenda (VTA) heeft als hoofddoel om meer buitenlandse toeristen naar Nederland te trekken. Het Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (NBTC) voert de promotie in het buitenland om Nederland op de kaart te zetten. ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 47
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Een door het ministerie uitgekozen stad krijgt een substantieel bedrag waar bij de accenten liggen bij cultuur, de kust, senioren en grote evenementen. Haarlem is uitgekozen omdat het een rijke cultuurhistorische stad en omdat Haarlem uitgesproken toeristische- en culturele ambities nastreeft (VTA, 2003) Verder is Haarlem betrokken bij het overleg voeren en het monitoren van de toeristenstromen. Andere steden die onder deze Agenda vallen zijn onder andere Leiden, Maastricht en Den Bosch. Uit het interview met de heer Slotema van Economische Zaken is duidelijk geworden wat het convenant precies voor Haarlem inhoudt. In het convenant zijn afspraken gemaakt wat er gedaan dient te worden voor het bedrag dat Haarlem ontvangt. Het bedrag, dat ook wel bekend staat als de GSB-gelden (Grote Steden Beleid), heeft een omvang van 3,9 miljoen euro. Dit bedrag is niet alleen voor het vergroten van het toerisme bedoeld, maar ook voor andere doeleinden. Van deze 3,9 miljoen euro is 1/3 bedoeld voor het vergroten van het aantal toeristen dat Haarlem komt bezoeken. Dit geldt voor een periode van 2005 tot 2009. De afspraken die gemaakt zijn houden in dat in deze periode zowel het aantal dagbezoekers als het aantal verblijftoeristen met 10% dient toe te nemen. Voor het aantal dagbezoeken geldt dat er 100.000 extra dagbezoekers bij moeten komen om deze 10% te halen. Voor de afspraak betreffende het aantal verblijftoeristen geldt dat er om die 10% te bewerkstelligen er 20.000 extra verblijftoeristen blijven overnachten in Haarlem. 4.6.2 Promotie van Haarlem Er is sprake van een wisselwerking tussen promotie en toerisme. Namelijk promotie dient ervoor te zorgen dat een stad bekend raakt bij mensen buiten de eigen regio en daardoor bezoekers van buiten aantrekt. Aan de andere kant draagt het toerisme zorg bij voor de promotie van stad en regio op nationale en internationale schaal, alsmede voor de kwaliteit van het toeristische verblijf (Mommaas, 2000, p.125). Om het product Haarlem beter aan de man te brengen teneinde meer bezoekers naar Haarlem te krijgen is het van belang dat Haarlem goed gepromoot wordt. Deze promotie geldt zowel voor binnenlandse als buitenlandse toeristen. De promotie van Haarlem wordt in Haarlem gedaan door twee instanties, te weten Haarlem Promotie en de VVV ZuidKennemerland. Uit de interviews is gebleken dat de rol van deze instanties genoeg stof doet opwaaien. Er is namelijk nogal kritiek over het functioneren van de instanties die Haarlem moeten promoten. Haarlem Promotie is een gezamenlijk initiatief van het Haarlemse bedrijfsleven en de gemeente. Haarlem Promotie is in het leven geroepen om Haarlem te promoten, zowel voor het aantrekken van toeristen als voor het zakelijk bezoek. Haarlem Promotie is een backoffice instantie die zich vooral op de achtergrond houdt en zorgt voor de contacten naar buiten. De VVV is de organisatie die vooral op de voorgrond treedt en op meerdere manieren tracht het bezoek aan Haarlem te vergroten. Vooral het netwerk van de instantie zorgt voor publiciteit. Het doel is mede om door het genereren van nieuw geld (input vreemd geld) de economie van de stad te verbeteren. De VVV heeft zowel een baliefunctie als een functie voor het vermarkten van het product Haarlem en Zuid-Kennemerland. Voor het goed functioneren van deze instanties zijn door de gemeente en de instanties prestatieafspraken gemaakt. Dit houdt in dat deze instanties aan bepaalde voorwaarden moeten voldoen om Haarlem positief op de kaart te zetten, willen zij geld krijgen van de gemeente Haarlem en zo behoudt de gemeente ook sturing. Echter het blijkt dat de toetsing van deze prestaties onvoldoende is. Volgens enkele geïnterviewden kunnen Haarlem Promotie en de VVV zeggen dat ze aan verschillende voorwaarden hebben voldaan, alleen dat is
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 48
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ moeilijk te toetsen of dat nu echt wel zo is. Om deze voorwaarden te controleren dient er in de toekomst dus een beter toetsingsmechanisme te komen. Uit de interviews blijkt dat er oplossingen dienen te komen waardoor de instanties minder vrijblijvend met elkaar gaan samenwerken, zodat er een beter promotieapparaat ontstaat. Ook wijzen beide instanties snel naar de gemeente dat die meer zou moeten doen of meer geld geven om zo tot een beter promotieapparaat te komen. Beide instanties kunnen echter ook zelf vernieuwende concepten ontwikkelen die bij de promotie van pas komen. Ze dienen klantgerichter te werk te gaan en inventiviteit tonen bij de creatie van combinaties teneinde meer bezoekers naar Haarlem te trekken. Een ander idee dat is geopperd betreft de VVV onder te brengen bij het Amsterdams Toerisme en Congres Bureau. Vooral wat betreft het aantrekken van buitenlandse toeristen naar Haarlem kan dit veel opleveren voor Haarlem. Echter wethouder Martini is huiverig hiervoor, omdat zij bang is dat Haarlem als een stadsdeel van Amsterdam gezien gaat worden. Daarom moet de eigen identiteit van Haarlem gewaarborgd blijven en moet dit geëist worden als men gaat onderhandelen met het ATCB. Uit de interviews komt ook naar voren dat het misschien beter is als Haarlem Promotie en de VVV in de toekomst samengaan. De krachten en middelen worden dan gebundeld om zo tot een effectievere promotieorganisatie te komen. Mocht dit (nog) niet gebeuren dan dient de VVV vernieuwd te worden. Het is dus lastig om tot een goed promotioneel apparaat te komen en veel hangt af van de plannen die er vanuit de gemeente zullen komen en waarmee de instanties zelf komen. Feit is wel dat er meer en beter samengewerkt moet worden om meer toeristen te trekken. 4.7 Conclusie In dit hoofdstuk is ingegaan op de factoren die Haarlem toeristisch aantrekkelijk maken, wat de kwaliteit van de voorzieningen in Haarlem is en welk beleid er wordt gevoerd omtrent het toerisme. Er zijn tal van factoren die Haarlem aantrekkelijk maken voor bezoekers. Hierbij is voornamelijk het ‘funshoppen’ in een historische setting van belang. Verder zijn elementen als de cultuurhistorische binnenstad, de diversiteit van de voorzieningen, het Spaarne, hofjes, belangrijke musea en verschillende evenementen belangrijke elementen die de stad aantrekkelijk maken. Ook nieuwe invloeden als de Toneelschuur en het Patronaat zorgen voor een vergroting van de aantrekkelijkheid van Haarlem. De ligging van Haarlem tussen Amsterdam, Schiphol en de kustgebieden moet ook niet onderschat worden. In de toekomst is er vooral winst te halen bij ontwikkeling van de congressector in Haarlem. De kwaliteit van de horeca is goed te noemen in Haarlem, er is veel diversiteit in de voorzieningen. Ook het winkelgebied van Haarlem is van hoge kwaliteit, er is namelijk op een korte afstand een grote verscheidenheid van winkels in een historische setting. Er zijn ook nog enkele punten die verbeterd kunnen worden, namelijk meer horeca aan het Spaarne, verdere uitbreiding van de openbare ruimte en nog een toprestaurant. De bereikbaarheid per openbaar vervoer is in orde, alleen de bereikbaarheid en de parkeerbaarheid voor de auto zijn punten die voor verbetering vatbaar zijn. Er is beleid aanwezig waaruit blijkt dat Haarlem meer toeristen wil aantrekken. Verschillende punten dienen echter nog wel meer uitgewerkt te worden, zoals een evenementenkalender en een hotelnota. Bovendien kan de promotie van Haarlem naar buiten toe beter worden geregeld, waarbij er beter zal moeten worden samengewerkt door de VVV Zuid-Kennemerland en Haarlem Promotie
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 49
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
5. Reflectie 5.1 Inleiding In dit hoofdstuk worden de sterke en zwakke kanten, de kansen en bedreigingen van Haarlem als toeristenstad samengevat (5.2) en worden enige conclusies getrokken (5.3) en aanbevelingen gedaan (5.4). 5.2 SWOT In deze paragraaf wordt aandacht besteed aan de sterke en zwakke kanten van Haarlem als toeristenstad. Ook komen de kansen en bedreigingen aan de orde, die van invloed zijn op de toeristische aantrekkelijkheid van Haarlem, zie ook tabel 5.1. 5.2.1 Sterke punten Het sterkste punt van Haarlem is de historische, monumentale binnenstad aangevuld met elementen als, hofjes, grachten en het Spaarne. De historische binnenstad (Grote of Sint Bavo Kerk, Stadhuis en de Vleeshal) in combinatie met enkele vernieuwde of moderne gebouwen (Philharmonie, Toneelschuur en Patronaat) vormt het visitekaartje van de stad Haarlem. Ook de openbare ruimte van Haarlem is een sterk punt. Door herinrichting van de openbare ruimte is deze verruimd, is de inrichting verbeterd en is er minder doorgaand verkeer, waardoor het verblijfsklimaat ook verbeterd is. Een ander sterk punt is het aanbod van voorzieningen. Haarlem heeft een gevarieerd winkelaanbod (beste winkelstad van Nederland) en horeca-aanbod en een goed cultuuraanbod. Bovendien zorgt de monumentale binnenstad voor een prachtig decor en vindt alles plaats op een kleine afstand. De verschillende evenementen die gedurende het jaar in Haarlem worden georganiseerd is ook een sterk punt. Vooral het Bloemencorso trekt veel mensen. Maar ook Haarlem Jazz en Bevrijdingspop zijn belangrijke evenementen. De ligging van Haarlem is ook een sterkt punt. Haarlem ligt op relatief korte afstand van Amsterdam en Schiphol. Bovendien ligt Haarlem ook in de nabijheid van de kust- en duingebieden. Kortom, de monumentale binnenstad en de diversiteit van de voorzieningen in combinatie met de omvang van de stad zorgen voor een veelzijdige en toegankelijke stad. 5.2.2 Zwakke punten Naast de sterke punten die Haarlem bezit, zijn er uiteraard ook zwakke punten te ontdekken. Haarlem is door de veelzijdigheid een aantrekkelijke stad, maar de stad blinkt nergens in uit en heeft ook niet één echte publiekstrekker, waar de grote massa op af komt. Het aantal hotels in Haarlem kan uitgebreid worden. Alhoewel het aanbod van hotels de laatste jaren al is verbeterd, is er op zowel kwalitatief als kwantitatief gebied nog winst te behalen. Een ander zwak punt dat naar voren is gekomen is de gebrekkige promotie van Haarlem. Uit de interviews is gebleken dat er nog veel meer winst boeken is en Haarlem meer en beter gepromoot moet worden. Een ander zwak onderdeel is dat er geen helder toeristisch beleid is van de gemeente Haarlem. En ook de samenwerking met Haarlem Promotie en de VVV is niet optimaal. Ook is er weinig tot geen (regionale) samenwerking met bijvoorbeeld Amsterdam. Meer samenwerking met Amsterdam kan meer bezoek aan Haarlem tot gevolg hebben.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 50
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 5.2.3 Kansen Een eerste kans is een verdere uitbreiding van de hotelcapaciteit. Dit zorgt voor meer mogelijkheden voor de opvang van toeristen. Hierdoor kan het verblijfbezoek toenemen en kunnen ook de bestedingen van de bezoekers omhoog gaan, wat ten goede komt van de Haarlemse middenstand. Ook ligt er een kans in het gaan benutten of ontwikkelen van horeca aan het Spaarne. Er zijn nu geen horecagelegenheden aan het Spaarne gelegen. Een gunstige ontwikkeling van horeca aan het Spaarne geeft een nieuwe dimensie aan de stad en kan een aantrekkelijk punt worden voor het trekken van (meer) bezoekers. Hiermee samenhangend kan er ook een uitbreiding van de openbare ruimte vanaf de Grote Markt tot aan het Spaarne gerealiseerd worden. Een volgende kans is het tot ontwikkeling laten komen van de congressector in Haarlem. Er zijn voldoende goede congresfaciliteiten aanwezig. Bovendien zorgt de binnenstad voor een aantrekkelijke stad voor het organiseren van een congres. Verder kan een betere samenwerking met het ATCB voor een grotere bekendheid zorgen onder voornamelijk de buitenlandse toeristen. Er dient wel om de zoveel tijd een goede analyse te komen van de samenwerking. Ook kan er voor een regionaal samenwerkingsverband gezorgd worden met bijvoorbeeld Alkmaar en Leiden. Het voorbeeld dat gevolgd kan worden is de “Brabantstad” (p. 27). 5.2.4 Bedreigingen Tot slot volgen de bedreigingen die de positie van Haarlem kunnen ondermijnen. Een eerste voor de hand liggende bedreiging is dat er niets gedaan wordt om de toeristisch aantrekkelijkheid van Haarlem te verbeteren. De gemeente Haarlem mikt in de toekomst vooral op de toeristisch-recreatieve sector. Ook het gebrek aan hotelcapaciteit kan een bedreiging vormen. Als het verblijfbezoek moet gaan toenemen, dienen de hotelfaciliteiten aangepast te worden. Als er geen uitbreiding en variatie komt van de hotelcapaciteit, kiezen bezoekers die voor een langer verblijf komen, voor een andere stad. Volgens meerdere geïnterviewde personen schiet de bereikbaarheid per auto tekort en dreigt er een tekort aan parkeervoorzieningen te ontstaan. Dit zal ten koste gaan van de bezoekers die met de auto naar Haarlem komen. Een gebrek aan samenwerking kan ook een bedreiging gaan vormen, bijvoorbeeld door het ontbreken van samenwerking tussen Amsterdam en Haarlem. Haarlem moet nog meer kunnen profiteren van de overflow van toeristen die Amsterdam bezoeken. Een volgende bedreiging is het achterwege blijven van een goede promotie van Haarlem. Elke geïnterviewde betrokkene meldt dat de verkoop van het ‘product Haarlem’ verbeterd kan worden. Er dienen meer mogelijkheden aangegrepen te worden om Haarlem op de kaart te zetten. Hierbij hangt veel af van de communicatie en samenwerking tussen zowel de gemeente Haarlem als Haarlem Promotie en de VVV Haarlem.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 51
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Tabel 5.1: SWOT overzicht Sterk
Zwak
-Historische, monumentale binnenstad -Openbare ruimte -Winkelaanbod -Horeca-aanbod -Cultuuraanbod -Evenementen -Ligging t.o.v. Amsterdam, Schiphol en kust
-Hotelaanbod -Geen helder toeristisch beleid -Promotieapparaat -Regionale samenwerking
Kansen
Bedreigingen
-Uitbreiding hotelcapaciteit -Horeca aan het Spaarne plus uitbreiding openbare ruimte -Ontwikkelen congressector -Betere promotie en samenwerking
-Weinig initiatieven voor voorbetering ‘Toeristenstad’ -Slechte bereikbaarheid en onvoldoende parkeervoorzieningen -Gebrek aan hotelcapaciteit -Gebrek aan samenwerking -Slechte promotie
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 52
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 5.3 Conclusie 1. Welke betekenis heeft toerisme voor de economie? Toerisme en recreatie nemen een steeds belangrijker rol in. Deze sectoren zijn namelijk zeer aantrekkelijk om de economie van een land en een stad te verbeteren. Er zal in de toekomst meer rekening met toerisme worden gehouden, want de toeristisch-recreatieve is een dynamische economische sector. Toerisme brengt voordelen met zich mee en daarom is het aantrekkelijk voor steden om het aantal toeristen te vergroten. Dit komt vooral vanwege de bestedingen die door bezoekers gedaan worden en de werkgelegenheid die toerisme in verschillende bedrijfstakken oplevert. Toerisme brengt economische voordelen met zich mee en kan als basis dienen voor het behoud van de in de stad aanwezige voorzieningen en het vergroten van de aantrekkelijkheid van de stad 2. Welke betekenis heeft toerisme voor de ruimtelijke ordening? De ruimte die toerisme inneemt in steden wordt steeds groter. Daarom is het voor een stad belangrijk om een duidelijk beeld te hebben waar ruimte en mogelijkheden in de stad liggen voor het inplannen van toeristisch-recreatieve functies. Als steden meer op de toeristische tour gaan is een gevolg dat meer bezoekerstromen een stad binnen komen. Dit kan ook negatieve gevolgen met zich meebrengen, waar echter wel maatregelen voor kunnen worden opgesteld om dit in goede banen te leiden. Meer bezoekers zorgen echter ook voor een verbetering van de lokale economie door de bestedingen die bezoekers doen. In de planvorming dient er dynamischer mee worden omgegaan. Kortom er dient flexibeler gepland te worden. Als er namelijk flexibel gepland kan worden, betekent dit dat er meer ruimte vrij kan worden gemaakt voor bijvoorbeeld horeca of andere toeristischrecreatieve voorzieningen. Om een stad toeristisch aantrekkelijk te maken worden er ingrepen in de stad gedaan die met de ruimtelijke ordening in relatie staan. Het verbeteren van de openbare ruimte, het uitbreiden van verblijfsgebieden of een uitbreiding van de hotelcapaciteit zijn hier voorbeelden van. Er kan gesteld worden dat de rol van toerisme voor de ruimtelijke ordening toegenomen is en nog meer zal toenemen aangezien meer en meer steden willen profiteren van de economische voordelen die toerisme met zich meebrengt. 3. Wat bepaalt de toeristische aantrekkelijkheid van steden? Eén van de belangrijkste voorwaarden is de aanwezigheid van een cultuurhistorische binnenstad. Vooral in Nederland en Europa komen bezoekers naar steden met een rijke geschiedenis die alom aanwezig is in de stad. Bovendien dient de basisinfrastructuur, zoals de bereikbaarheid en de hotelcapaciteit, van een stad goed te zijn. Als de toeristische aanbodspiramide er bij wordt betrokken, dan kan gesteld worden dat wanneer de basisinfrastructuur ontbreekt of niet voldoende is, een stad moeilijker kan profiteren van de aanwezige ‘must see bezienswaardigheden’. Het omgekeerde geldt natuurlijk ook, wanneer de basisinfrastructuur top is, maar er zijn echter geen of te weinig ‘must see bezienswaardigheden’, dan is een stad minder aantrekkelijk. Het gevoel dat mensen over een stad hebben is ook bepalend voor de aantrekkelijkheid van een stad. Als mensen geen goed gevoel hebben, dan dient er eerst een beter ‘gevoel’ bij de mensen gecreëerd te worden, alvorens ruimtelijke ingrepen te doen.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 53
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Kortom als tabel 2.2 met bezoekbepalende elementen en de toeristische aanbodspiramide (figuur 2.2) met elkaar gecombineerd worden dan ontstaat er een goed beeld van wat een stad aanwezig dient te hebben om toeristisch aantrekkelijk gevonden te worden. 4. Wat zijn de factoren die Haarlem voor toeristen aantrekkelijk maken? Haarlem bezit veel kwaliteiten die de stad aantrekkelijk maken voor toeristen. Daarom heeft het Ministerie van Economische zaken Haarlem in zijn Vernieuwde Toeristische Agenda uitgeroepen als een stad die kansrijk is voor het vergroten van het aandeel buitenlandse bezoekers. Dit is mede aangespoord door de cultuurhistorische waarde van de binnenstad van Haarlem. De Grote Markt, de Grote of Sint Bavo Kerk en het Stadhuis, maar ook de hofjes, grachten, bruggen en het Spaarne, zorgen voor een versterking van de historische binnenstad. Andere bezienswaardigheden als het Teylers Museum en het Frans Hals Museum en nieuwe invloeden van de Toneelschuur en het Patronaat zijn van invloed op de diversiteit van de binnenstad van Haarlem De meeste bezoekers komen naar Haarlem om te ‘funshoppen’. Een factor die Haarlem aantrekkelijk maakt voor bezoekers is dus het winkelaanbod. Waarbij opgemerkt kan worden dat op een korte afstand, in een historische setting, veel en diverse winkels te bezoeken zijn. Ook het aanbod van horeca gelegenheden is over het algemeen genomen goed. Het is vooral een combinatie van factoren als historische gebouwen, een divers en goed winkel-, horeca- en cultuuraanbod en nieuwe invloeden die ervoor zorgen dat Haarlem aantrekkelijk is voor toeristen. 5. Wat is de kwaliteit van de voorzieningen voor toeristen in Haarlem? De voorzieningen voor toeristen in Haarlem zijn in principe in orde, wel zijn er enkele opmerkingen te plaatsen waaruit blijkt dat er nog wel ruimte voor verbetering is. Het eerste punt dat voor verbetering vatbaar is, is het aantal hotels in Haarlem. Door het jarenlange beleid dat (niet) is gevoerd in Haarlem dient zowel de kwaliteit als op kwantiteit versterkt te worden (bijlage 4, vragen 7 & 8). Een groter en gevarieerder hotelaanbod kan zorgen voor meer verblijfbezoeken. Een punt dat wel goed is in Haarlem is het horeca-aanbod, dat heel divers is. Er zijn veel cafés, restaurants en eetgelegenheden in allerlei gradaties te vinden in Haarlem. Wel is het wenselijk is om één of meer toprestaurants erbij te krijgen. Ook het niveau betreffende de detailhandel is in Haarlem goed. Er zijn veel winkels en veel diversiteit. Haarlem is namelijk al een paar keer uitgeroepen tot ‘Winkelstad nummer 1’. Over de bereikbaarheid van Haarlem verschilt men van nogal van mening. Haarlem is goed bereikbaar via het openbaar vervoer, vooral via de Zuidtangent. Met de auto valt de bereikbaarheid echter nogal tegen. Ook over de parkeervoorzieningen en de betaalbaarheid hiervan is veel discussie. 6. Is er beleid aanwezig of wenselijk dat Haarlem aantrekkelijk maakt? In het structuurplan wordt getracht de culturele en de toeristische wervingskracht te verbeteren en te versterken. Kortom Haarlem wil proberen meer toeristen te trekken en daar dient het beleid op af te worden gestemd. Echter een veel gehoorde opmerking na het houden van interviews is dat het bij de gemeente ontbreekt in de uitwerking van een helder toeristisch beleid. Het ontbreken van helder beleid uit zich ook op de manier hoe er met de VVV en Haarlem Promotie wordt omgegaan. Er zijn prestatiecontracten opgesteld, maar die schieten tekort omdat de uitwerking van die contracten niet te toetsen is. Bovendien komt van beide
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 54
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ instanties af dat er een minder vrijblijvende samenwerking moet komen, omdat ze nu langs elkaar heen werken terwijl hetzelfde doel wordt nagestreefd. Dat Haarlem een stad is met toeristische potentie blijkt omdat het Ministerie van Economische Zaken Haarlem als kansrijk ziet. Er is hierbij een convenant opgesteld waarin Haarlem het aantal toeristen en verblijfbezoeken met 10% moet zien toenemen. Om het aantal toeristen te laten toenemen, moet in beleidsoverwegingen (meer) gekeken worden naar regionale samenwerking en beleidsovereenstemmingen met andere steden. Er is dus wel beleid aanwezig dat Haarlem toeristisch aantrekkelijk(er) maakt, maar er is ook nog meer beleid wenselijk om dit daadwerkelijk te bewerkstelligen. 7. Hoe is het gesteld met de aantrekkelijkheid van de provincie Noord-Holland? Het is goed gesteld met de aantrekkelijkheid van de provincie Noord-Holland. Noord-Holland is de best bezochte provincie onder buitenlandse toeristen in Nederland. Het ‘unique selling point’ dat de meeste bezoekers naar Noord-Holland trekt Amsterdam, daarna volgt het Noordzeekustgebied. Andere steden profiteren ook van deze toeristische trekpleisters. Onder andere Haarlem profiteert, dat zowel nabij de kust als Amsterdam ligt. Verder zijn er nog allerlei andere elementen die de provincie (extra) aantrekkelijk maken voor toeristen. Hierbij valt te denken aan de Zuiderzeesteden plus de ligging aan het IJsselmeer en de verbondenheid met het water. Kortom het is redelijk tot goed gesteld met de aantrekkelijkheid van de provincie. 8. Wat is de rol van Amsterdam voor de regio en Haarlem? De rol van Amsterdam voor de regio en Haarlem is belangrijk. Amsterdam is het ‘unique selling point’ voor de regio. Amsterdam heeft een grote aantrekkingskracht en trekt ieder jaar ook veel (buitenlandse) toeristen. Onder andere Haarlem profiteert van de overflow. Voor Haarlem geldt echter dat er nog meer geprofiteerd kan worden. Dit kan onder andere door een betere samenwerking met het ATCB, waardoor meer (buitenlandse) toeristen een bezoek zullen brengen aan Haarlem. Door de nabijheid van Amsterdam kan Haarlem zich profileren als een mooie, rustige en veilige stad naast de hoofdstad die aantrekkelijk is en de faciliteiten heeft waar toeristen terechtkunnen voor een verblijf. Een samenwerking moet echter niet als effect hebben dat de identiteit van Haarlem verloren gaat. Haarlem moet als complementair aan Amsterdam gezien worden, niet als een stadsdeel van Amsterdam.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 55
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ 5.4 Aanbevelingen Haarlem is een gewaardeerde stad met voldoende toeristische aantrekkingskracht en bezit ook voldoende groeimogelijkheden. Toch zijn er nog enkele aanbevelingen om de toeristische aantrekkelijkheid te verbeteren. Allereerst is het vergroten van de hotelcapaciteit een middel om meer toeristen naar Haarlem te trekken. Ook dient er meer variatie in het aanbod te komen, vooral enkele kleinschalige hotels in de binnenstad kunnen hierbij van toepassing zijn. Het ontwikkelen van horeca aan het Spaarne in combinatie met het uitbreiden van de openbare ruimte is een idee dat de toeristische aantrekkelijkheid kan bevorderen. Een volgende aanbeveling is het uitbreiden van de congressector in Haarlem. Door meer congresbezoekers kan ook de economie van Haarlem verbeteren. Haarlem profiteert bij het organiseren van congressen van voordelen als de nabijheid van Schiphol en Amsterdam, voldoende congresfaciliteiten en een aantrekkelijke binnenstad. Een andere aanbeveling is het verbeteren van de bereikbaarheid en toegankelijkheid en het creëren van voldoende parkeervoorzieningen. Een volgende aanbeveling is dat de gemeente Haarlem zijn toeristisch beleid zou moeten verbeteren. Verder dient er meer gedaan te worden om Haarlem te promoten. De instanties die dit moeten verzorgen zullen beter met elkaar moeten samenwerken, communiceren en meer creativiteit tonen bij het ontwikkelen van plannen om meer toeristen naar Haarlem te halen. De gemeente Haarlem moet deze samenwerking dwingender opleggen, aangezien daar behoefte aan is. Er kunnen ook verschillende kenmerken van Haarlem gepromoot worden, bijvoorbeeld ‘Haarlem Winkelstad nummer 1’, Haarlem als stad naast Amsterdam, Schiphol en de kust en ‘Haarlem als toegangspoort tot bloemen’. Bovendien geldt dat als men meer met het thema ‘Bloemen’ wil doen, er beter gekeken moet worden om het bloemencorso meer gestalte te geven. Een aanbeveling betreffende Amsterdam is het beter benutten en ook beter promoten van de nabijheid van Amsterdam. Hier kan op worden ingesprongen door toeristen naar Haarlem te trekken met het uitgangspunt dat Amsterdam dichtbij is. Ook kan het aangaan van samenwerkingsverbanden met steden zoals Leiden en Alkmaar zorgen voor een vergroting van de aantrekkelijkheid. Er dient naast Amsterdam voor toeristen een groot palet van verschillende steden te komen. Bij een dergelijk palet kan tevens de eigen identiteit gewaarborgd en geprofileerd worden, waardoor er voor toeristen een reden is om Haarlem te bezoeken. Er worden dus de volgende aanbevelingen gedaan om van Haarlem toeristisch aantrekkelijker te maken: Aanbevelingen met betrekking tot de ruimtelijke ordening: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Uitbreiding en variatie van het hotelaanbod; Meer congressen naar Haarlem halen; Ontwikkelen van horeca aan het water (Spaarne); Uitbreiden verblijfsgebied openbare ruimte; Verbeteren van de bereikbaarheid en toegankelijkheid van Haarlem; Creëren van voldoende parkeervoorzieningen.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 56
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Algemene aanbevelingen: 1. 2. 3. 4. 5.
Uitwerken van een helder toeristisch beleid; Meer en betere promotie van Haarlem; Klantgerichter werken en inventiviteit tonen bij de creatie van combinaties; Beter uitbuiten van het Bloemencorso; Goed kijken naar de samenwerking / samengaan van Haarlem Promotie en VVV ZuidKennemerland; 6. Aangaan van samenwerkingsverbanden met omliggende steden. Geconcludeerd kan worden dat Haarlem in potentie een toeristisch aantrekkelijke stad is. Haarlem is vooral aantrekkelijk voor bepaalde groepen in de markt met een goed aanbod. Kortom, Haarlem is voor bepaalde niches in de markt een goede toeristenstad, maar zal nooit een echte massale toeristenstad worden.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 57
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
Literatuur Amsterdam Toerisme & Congres Bureau (2005) Amsterdam Congreshandboek 2005, Amsterdam. Bor, B. de (1997) Kwaliteits- en aantrekkelijkheidsfactoren van een stadscentrum, Universiteit van Amsterdam, Amsterdam Centraal Bureau voor de Statistiek (2004) Toerisme en Recreatie in cijfers 2004, Voorburg Gemeente Haarlem (2004) Haarlem en de Vernieuwde Toeristische Agenda, Haarlem Gemeente Haarlem (2005) Structuurplan Haarlem 2020, Haarlem Gemeente Haarlem (2000) Toekomst Visie Haarlem, Haarlem Gemeente Utrecht, Kamer van Koophandel Utrecht (2002) Rapport Toeristisch imago onderzoek Utrecht, Utrecht Jansen-Verbeke, M. (1988) Leisure, recreation and tourism in innercities, Nijmegen: KUN, Geografisch en Planologisch Instituut Kamer van Koophandel Amsterdam (2001) Toerisme in de regio Amsterdam, zoek de samenhang, samenwerking en synergie, benut de kansen, Amsterdam. Law C.M. (2002) Urban Tourism, The visitor economy and the growth of large cities, Cromwell Press, Trowbridge Mathot R. (2005) Amsterdam Congresstad (?), een onderzoek naar wat er vanuit de combinatie Amsterdam en Schiphol noodzakelijk is om Amsterdam weer bij de top van internationale congressteden te positioneren. Uitgevoerd bij de Dienst Ruimtelijke Ordening Amsterdam, op de afdeling Stad, Regio en Infrastructuur, in de periode januari – mei 2005. Metz T. (2002) Pret! Leisure en Landschap, Nai Uitgevers Ministerie van Economische Zaken (2003) Vernieuwde Toeristische Agenda, Den Haag Mommaas H. (2000) De vrijetijdsindustrie in stad en land: een studie naar de markt van belevenissen, Voorstudies en achtergronden/Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid, Sdu Uitgevers, Den Haag Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (2003) Bezoek aan Toeristische Attracties en Evenementen, Een analyse van de ontwikkelingen 2000 – 2003, Leidschendam Nederlands Bureau voor Toerisme & Congressen (2005) Bezoek aan Toeristische Attracties, Ontwikkelingen 2001 – 2004, Leidschendam Nederlands Instituut voor de Publieke Opinie en het Marktonderzoek (2004) Continu Vakantie Onderzoek, Themarapport Toeristisch bezoek aan steden, Haarlem, Amsterdam
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 58
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Nederlands Research Instituut voor Recreatie en Toerisme (2005), Trendrapport toerisme, recreatie en vrije tijd 2004 – 2005, Breda Pine B.J. & Gilmore J.H. (1999) The experience economy: work is theatre & every business a stage, Harvard Business School Press, Boston Provincie Noord-Holland (2002) Kerncijfers Toerisme, Openlucht recreatie en toerisme Noord-Holland 2003, Haarlem Provincie Noord-Holland (2003) Kerncijfers Economie, Economie 2002, Haarlem Provincie Zuid-Holland (2001) Actieplan Toerisme 2001 – 2005, Kust, Cultuur, Bloemen & bollen, Den Haag Rabobank, de Stafgroep Economisch Onderzoek (2003) Visie op provinciale dynamiek, Focus op toerisme en recreatie, Utrecht Schiphol Group (2005) Feiten en Cijfers Schiphol Group 2004, Schiphol Schiphol Group (2004), Statisical annual review 2003, Schiphol Toerisme Recreatie Nederland, in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken (2003) Beleef Holland! Een visie op de toekomst van de toeristische en zakelijke markt, Leidschendam Weerd, J. van der (2001) Vrijetijdsbesteding in de binnenstad, een onderzoek naar de impact van leisure op de ruimtelijke inrichting en de economische structuur van binnensteden, Universiteit van Amsterdam, Amsterdam Websites http://www. atcb.nl geraadpleegd: 03-10-2005 http://www.b9.nl/musea/ geraadpleegd: 05-11-2005 http://www.belbios.nl geraadpleegd: 02-11-2005 http://www.bookings.nl geraadpleegd: 02-11-2005 http://www.goudengids.nl geraadpleegd: 02-11-2005 http://www.haarlem.nl geraadpleegd: 10-09-2005 http://www.locatienet.nl geraadpleegd: 02-11-2005 ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 59
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ http://www.schiphol.nl geraadpleegd: 15-10-2005 http://www.scp.nl geraadpleegd: 15-11-2006 http://www.teylersmuseum.nl geraadpleegd: 18-01-2006 http://www.vandale.nl geraadpleegd: 15-10-2005 http://www.vsomet.nl geraadpleegd: 12-01-2006 http://www.vvvzk.nl geraadpleegd: 10-09-2005
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 60
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Bijlage 1: Algemene Statistiek van Haarlem
Bron: Haarlem, afdeling O&S, 2006
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 61
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Bijlage 2: Kaart van Haarlem
Bron: bewerking van www.bookings.nl, 2006
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 62
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ Bijlage 3: Verantwoording van interviews Interviews In deze bijlage wordt dieper ingegaan op de gesprekken die ik met verschillende betrokkenen heb gehouden. Alle geïnterviewden personen kregen dezelfde vragen gesteld, zodat een goed beeld gevormd kon worden over wat Haarlem toeristisch aantrekkelijk maakt en wat er aan gedaan kan worden om deze aantrekkelijkheid te verbeteren. Het was de bedoeling van deze interviews om verschillende betrokkenen het woord te geven en vanuit het perspectief van zijn of haar instantie hun visie te laten blijken, met als gemeenschappelijk doel, het toeristisch aantrekkelijker maken van Haarlem. Hieronder staat de vragenlijst vermeld: Interview vragen: 1. Welke punten bepalen volgens u de toeristische aantrekkelijkheid van steden? En welke van Haarlem? 2. Wat zijn de factoren die Haarlem voor toeristen aantrekkelijk maken? 3. Wat zijn de belangrijkste toeristische trekpleisters in de provincie Noord-Holland en Haarlem? 4. Welke rol heeft Haarlem als ‘toeristenstad’ voor de regio/provincie? 5. Heeft Haarlem een ‘unique selling point’? 6. Is Haarlem een (echte) toeristenstad? Wat zou gaan moeten worden om het te verbeteren/handhaven? Wat voor beleid? 7. Wat ontbreekt er aan om van Haarlem een toeristenstad te maken? Wat dient er veranderd te worden? 8. Wat is de kwaliteit van de voorzieningen voor toeristen in Haarlem (hotels, opvang, vervoer, restaurants)? 9. Is er beleid aanwezig of wenselijk dat Haarlem aantrekkelijk maakt? 10. Welke aanbevelingen kunnen gedaan worden om de toeristische aantrekkelijkheid van Haarlem te bevorderen? 11. Is het een voordeel of juist een nadeel dat Amsterdam op relatief korte afstand ligt? 12. Hoe belangrijk is de aanwezigheid van Schiphol voor Haarlem? Nu volgt een overzicht van de personen die geïnterviewd zijn, met daarbij een beschrijving van het hoe en waarom van juist deze personen. De personen staan op vermeld in de volgorde waarin zij geïnterviewd zijn. De heer Eric Evertse is werkzaam voor de gemeente Haarlem en zijn functie is beleidsmedewerker voor de Stedelijke Ontwikkeling, in Haarlem. Met de heer Evertse heb ik een interview gehouden, omdat hij zich bezig houdt met het toeristische beleid voor en van de gemeente Haarlem. Verder houdt hij zich ook bezig met het detailhandelsbeleid in Haarlem en geeft hij adviezen voor het bestemmingsplan. De heer Leo van der Zon is de voorzitter van het Bloemencorso dat jaarlijks in april vanuit Noordwijk naar Haarlem rijdt. Het Bloemencorso is jaarlijks het best bezochte evenement voor de gemeente Haarlem en daarom was het van belang om de visie van de voorzitter te horen. De hoofdtaak van de heer Van der Zon is zorgen dat het bloemencorso elk jaar weer rijdt en dat alle mensen hun werkzaamheden doen.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 63
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ De heer Joeri Stork is ook werkzaam voor de gemeente Haarlem als beleidsmedewerker. Alleen is de heer Stork planoloog van huis uit en houdt hij zich bezig met het Structuurplan en gebiedsvisies voor Haarlem. Het was van belang om met de heer Stork te praten, omdat in het Structuurplan ook wordt ingegaan op het belang van de toeristisch-recreatieve sector voor Haarlem. Het was dus interessant om zijn mening te horen over hoe er nu tegen deze sector wordt aangekeken en wat de toekomstplannen zijn. De heer Hans Dominicus, is Business Unit Manager bij het Amsterdam Toerisme & Congres Bureau (ATCB). Het was van belang om ook personen te interviewen die buiten Haarlem staan, maar door hun functie wel een gefundeerde mening hebben over toerisme in het algemeen en ook een mening hebben over de aantrekkelijkheid van Haarlem. De heer Richard Hoving is Senior beleidsadviseur betreffende ruimtelijke ontwikkelingen en toerisme en is werkzaam bij de Kamer van Koophandel (KvK) te Amsterdam. Haarlem valt onder het KvK-gebied van Amsterdam en daarom is het van belang om een betrokkene van deze instantie aan het woord te laten. De heer Frans Baars is onder andere regiovoorzitter van Koninklijk Horeca Nederland. De regio waar de heer Baars voorzitter van is, bevat 22 afdelingen, waaronder dus ook Haarlem. De horeca is van groot belang voor Haarlem en vervult ook een belangrijke rol. De rol van Frans Baars is hierbij om alles omtrent de horeca in goede banen te leiden. Het betreft hier onder andere de veiligheid, banen, discussies, waar wel of juist niet horecagelegenheden dienen te komen. Juist omdat de horeca een belangrijke rol speelt in Haarlem, was het van belang om iemand uit deze wereld te interviewen. Mevrouw Leontien Splinter is coördinator bij Haarlem Promotie. Zij moet onder andere zorgen voor de contacten naar buiten toe. Zij probeert om Haarlem meer bekendheid te geven bij de rest van Nederland en uiteindelijk ook bij buitenlanders. Haarlem Promotie is een gezamenlijk initiatief van het Haarlemse bedrijfsleven en de gemeente. Een belangrijke instantie dus die een belangrijke mening heeft over wat er goed is in Haarlem en wat er beter kan. De heer Peer Sips is de directeur van de VVV Zuid-Kennemerland gevestigd in Haarlem. Deze instantie is samengegaan uit de voormalige VVV kantoren van Haarlem, Zandvoort en Velsen. De basistaak van de VVV is het geven van informatie aan toeristen en/of bezoekers. Verder wordt er geprobeerd Haarlem als product in de markt te zetten, teneinde de economie van de stad te verbeteren. Ook wordt er getracht om nieuwe manieren te vinden om Haarlem toeristisch aantrekkelijk te maken. De heer Martin de Vries is de centrummanager van Haarlem. Hij is als intermediair verantwoordelijk voor het wel en wee van de Haarlemse binnenstad. En probeert de economische structuur van de binnenstad te verbeteren voor iedereen die daar belang bij heeft. Hij probeert alle betrokkenen, zoals de gemeente, de detailhandel en de pandeigenaren bij elkaar te brengen met als doel de economische functie van de binnenstad optimaal te laten verlopen voor iedereen die daar belang bij heeft. Ook wordt er gekeken naar een strategische ontwikkeling voor Haarlem. De heer Hans Slotema is werkzaam voor het Ministerie van Economische Zaken. Hij is daar senior beleidsmedewerker en belast met de dossiers toerisme, bedrijventerreinen en het grote stedenbeleid voor de Noordvleugel. De dossiers waar hij mee bezig is betreft vooral de ___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 64
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ gebieden Haarlem en Zaanstad. Het interview was voor deze scriptie van belang omdat de heer Slotema inzicht heeft in het Rijksbeleid omtrent toerisme en ook hoe dit beleid voor een stad als Haarlem geldt. Mevrouw Berny Martini, wethouder van de portefeuille Economische Zaken, Toerisme & Recreatie en Natuur & Landschap in Haarlem. Voor deze scriptie was het tevens van belang om de meest gezaghebbende persoon te interviewen. Vooral vanwege de samenhang tussen economie en toerisme was ook een belangrijke reden om tot dit interview te komen.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 65
Haarlem Toeristenstad (?) _________________________________________________________________________________
Bijlage 4: Verantwoording van interview vragen *
Eric Evertse Beleidsmedewerker H’lem Cultuur/Historie, monumentale binnenstad, stratenpatroon, diversiteit voorzieningen evenementen, ligging bereikbaarheid Teylers + Frans Hals, beste winkelstad, Spaarne, Bavo Kerk, Toneelschuur, Patronaat en Philharmonie, hofjes
Leo van der Zon Voorzitter corso Parkeren, bereikbaarheid, cultuur, voorzieningen Musea, historische binnenstad en winkelaanbod
Jouri Stork Planoloog gemeente H’lem Winkelen, historie, musea, monumenten
Richard Hoving Beleidsadviseur KvK Cultuur, bereikbaarheid, hotelcapaciteit, sfeer en evenementen
Frans Baars Regiovoorzitter Horeca Monumentale status, winkelaanbod, musea en horeca
Ligging, monumenten, Frans Hals +Teylers, winkelen in historische context
Hans Dominicus Business Unit Manager ATCB Combinatie soft- en hardware sfeer, historische binnenstad, gebouwen, horeca icm winkelaanbod Historische binnenstad, oude gebouwen, horeca en het winkelaanbod
Grote Markt, grachten, musea, Bavo Kerk, Hofjes, Spaarne, ligging nabij A’dam
Ligging nabij Schiphol, Bollen, kust en Amsterdam, monumentale binnenstad, musea
3.
Frans Hals/Teylers Museum, Bavo Kerk, Amsterdam, Kust- en duingebieden, bollen
Frans Hals/Teylers Museum
Musea, Amsterdam, kust, bloembollen, Molens, Texel, Schiphol
Teylers/Frans Hals, Landschap, Duinen en kust, Bazaar, Amsterdam, Texel
Amsterdam, Duinen en kust, Musea, Bloembollen
Musea, monumenten, molens, historische steden.
4.
Haarlem 2de stad, meer van kunnen profiteren
Haarlem Bloemenstad, waar regio baat bij heeft Geen USP
Haarlem na Amsterdam
Haarlem satellietstad, vanwege ligging t.o.v. A’dam, Schiphol en kust Ligging tov Schophol en A’dam.
H’lem 2de stad. Internationaal onderdeel van product A’dam Unieke ligging en winkelaanbod
Veel aanbod op weinig m2. H’lem trekt veel bezoekers < 25 km Ligging van Haarlem
5.
Bloemencorso, Cultuurhistorische binnenstad met nieuwe elementen
6.
Min. EZ ziet H’lem kansrijk, veel kwaliteiten nergens in uitblinken, voor bepaalde groepen
Geen toeristenstad, kan wel verbeterd worden
Statistisch gezien wel. Kleine winkels overleven dankzij veel bezoekers
Geen toeristenstad. Primaire centrumfunctie. Populair bij dagtoerisme
Groeit met horten en stoten. Met beleidsvisie doorgroeien
7.
Topevenementen, vernieuwing corso
Uitbreiding hotelcapaciteit
Meer promotie, meer overnachtingsmogelijkheden
Welke kant wil H’lem op? betere promotie
Voor enkele doelgroep, meer regionale samenwerking, zoeken naar combinaties Meer profilering als historische stad. Betere bereikbaarheid
8.
Vergroting hotelcapaciteit, winkel en horeca goed, bereikbaarheid moet beter
Voorzieningen goed, meer hotels
Goede voorzieningen, meer hotels en uitgaansfaciliteiten
Weinig hotels, horeca goed, meer congressen en beter bereikbaar
Matig hotelaanbod, horeca goed en divers, beter bereikbaar
Goede horeca en voorzieningen groeien mee met aantal bezoekers
9.
Prestatie contracten met VVV en Hapro¹, samenwerken ATCB VTA
Niet op de hoogte van het beleid
Beleid moet in dienst staan van herstructurering binnenstad
Beleid beter afstemmen. Maken hotelnota en evenementenkalender
Kritisch kijken naar huidig beleid
10.
Betere promotie, goede openbare ruimte
Betere promotie
‘Polykernenbeleid’ gecoördineerder beleid
11.
(meer) Profiteren van grote stroom
12.
Zelfde voordeel als Amsterdam
Meer bezoekers trekken Voordeel
Meer overnachtingsmogelijkheden, goed beheer, horeca aan het Spaarne Betere samenwerking voor meer buitenlandse toeristen Voordeel
Ontwikkelen van Toerismekalender en regionale samenwerking Betere samenwerking met andere steden
Voordeel, gigantisch potentieel voor Haarlem Belangrijk
(meer) profiteren van de overflow Belangrijke aanwezigheid
Elkaar versterken, behoud identiteit Meer samenwerken
1.
2.
Mooie stad icm winkelaanbod en ligging
Scriptie Rowan Mathot
Betere promotie Gemeente scheppend te werk gaan.
Verfrissende ideeën, welkomstgevoel vergroten
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________ *
Leontien Splinter Coördinator Haarlem promotie Binnenstad, attracties: musea + ligging/ winkel- en horeca-aanbod en evenementen
Peer Sips Directeur VVV Intrinsieke waarde van de stad, historische stad, entourage in de stad plus gebouwen
Martin de Vries Centrummanager H’lem Regionale aantrekkelijkheid, diversiteit voorzieningen, cultuur
Hans Slotema Beleidsmedewerker Min. EZ Cultureel erfgoed, stedebouw, architectuur
Berny Martini Wetouder Toerisme H’lem Bekende evenementen, goede horeca, winkels en historische binnenstad
2.
Gevarieerd winkelaanbod + horeca + monumentale binnenstad + aanwezigheid van cultuur
Cultuurhistorische binnenstad met Grote Markt en monumenten, Bloemencorso en Bevrijdingspop
Amsterdam, strand, duinen plus de monumentale binnensteden
Winkelen in historische binnenstad, goede horeca, aanwezigheid van cultuur plus nieuwe elementen Amsterdam in al zijn facetten, kust en het culturele aanbod
Hofjes, complementair aan A’dam, omvang zorgt voor goede toegankelijkheid voor dagbezoek
3.
Hofjes, grachtengordel, musea, winkelstad in historisch decor, ligging nabij A’dam, Schiphol, kust en de bollen Kust en duinen, Amsterdam, Schiphol, historische kernen en funshoppen
Amsterdam, musea en de Grote Markt
Amsterdam plus andere oudHollandse dorpen.
4.
Regionale aantrekkingskracht, voor winkelen, eten en bezoeken van concert/theater Alles in monumentale bedding
Bezoekers komen voor historie naar Haarlem
Bovenregionaal koopcentrum.
Belangrijke winkelstad voor de regio
Haarlem 2de na Amsterdam als toeristenstad
Bloemencorso
Shoppen in historische context
Historische setting en de ligging nabij Amsterdam
Grote Markt met gebouwen, evenementen en terrassen
6.
H’lem nog niet zo bekend, welke doelgroepen naar H’lem, meer combinaties aanbieden
Geen toeristenstad, wel potentie. Meer verblijftoerisme krijgen dmv uitbreiden hotelcapaciteit
Geen toeristenstad, maar regionaal koopcentrum. H’lem nog niet bekend genoeg
Geen toeristenstad want er moeten meer bezoekers komen, vandaar VTA²
Wel toeristenstad, vanwege het beleid, meer samenwerken met A’dam, maar behoud eigen identiteit
7.
Veel voorzieningen, maar geen uitschieters. Betere visie gemeente omtrent evenementen
Uitwerken bloementhema, meer parkeervoorzieningen voor auto, maar ook voor bussen
Meer hotelaccommodaties, betere promotie ‘product Haarlem’. Hapro en VVV 1 worden
Modernere manier van promoten om buitenlandse bezoekers te trekken
8.
Niet direct meer hotels, maar huidig aanbod opknappen, betere kwaliteit. Sterren restaurant erbij en meer congressen
Goede kwaliteit, meer autobusparkeerplaatsen en meer hotels
Goed horeca-aanbod, hotelaanbod kan beter, meer ruimte komen voor kleine en onderscheidende hotels
Meer hotel accommodaties, echte publiekstrekker krijgen, betere bereikbaarheid, goede openbare ruimte Kwaliteit en kwantiteit hotels omhoog (evt. voor meer congressen), meer parkeervoorzieningen
9.
Meer inhoudt aan bloementhema
Betere promotie, monumentaler maken van Haarlem
VTA zorgt voor goede maatregelen voor meer bezoekers
Geen aanbevelingen
Aanwezigheid VTA, uitwerken evenementenkalender en evalueren prestatiecontracten Betere promotie voor buitenlandse toeristen. Behouden van eigen identiteit Voordeel
12.
Rol wordt nog onderschat
Belangrijke rol
Zorgvuldig invullen openbare ruimte, investeren in behouden historische stad en meer promoten Voordeel voor internationaal toerisme naar Haarlem Belangrijk, meer van profiteren
Behouden van eigen identiteit en betere bereikbaarheid
11.
Meer duidelijkheid vanuit gemeente welke doelgroep, meer jonge mensen Eigen visie gemeente, minder vrijblijvende samenwerking VVV en Hapro Overflow toeristen uit A’dam
1.
5.
10.
Overflow toeristen uit A’dam
Overflow toeristen uit A’dam Belangrijke, nog onderschatte rol
¹ Hapro= Haarlem Promotie, ² VTA=Vernieuwde Toeristische Agenda
*Vragen staan op p. 64 vermeld evenals een beschrijving van de functies van de geïnterviewde personen.
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 67
Winkels, horeca, bereikbaarheid per ov is goed. Meer parkeervoorzieningen en onderscheidende hotels
Voordeel met te weinig bekendheid
Haarlem Toeristenstad (?) _________________________________________________________________________________
Bijlage 5: Kernpunten toerisme in het Structuurplan van Haarlem Toerisme en cultuur De ruimtelijke bijdrage aan de doelstelling voor de ontwikkeling van de toeristische en culturele sector ligt samengevat in de volgende opgaven: 1. Versterken van bestaande stedelijke toeristisch-culturele voorzieningen door betere bereikbaarheid. 2. Uitbreiding van het aanbod culturele en toeristische voorzieningen voor Haarlemmers en bezoekers. Ruimte hiervoor kan gevonden worden door uitbreiding van het multifunctionele binnenstadsdomein richting de oostzijde van het Spaarne (Spaarnesprong) met publiekstrekkende functies. Het cultureel centrum Nieuwe Energie (voormalig EBH-terrein) is hierbij een belangrijke ontwikkeling. Dit is een goed voorbeeld van hergebruik van afgeschreven gebouwen voor culturele functies en activiteiten: een initiatief dat voor meer gebouwen in Haarlem navolging kan krijgen. Ook Raaks, station Oostpoort (nieuwe stadion) en Spaarndamseweg zijn locaties die geschikt zijn voor nieuwe publiekstrekkende voorzieningen. 3. Meer locaties voor ateliers en oefenruimten. 4. Ruimtereservering voor een nieuw evenemententerrein (kansrijke locaties op de kaart aangegeven). 5. Reservering nieuwe centrale locatie voor de stadsbibliotheek (in dit structuurplan niet onderzocht). 6. Betere en meer overnachtingsmogelijkheden (hotels, stadscamping). Ruimte voor een (stads)-camping kan geboden worden bij de Veerplas, in combinatie met een evenemententerrein, bij de jeugdherberg in het Schoterbos of bij de Schouwbroekerplas (‘Put van Vink’). Onderzoekswaardig is een idee om, behalve een kleine camping, bijvoorbeeld trekkershutten of drijvende herberg toe te laten. 7. Voor de verdere ontwikkeling van watertoerisme is een duidelijke ruimtelijk-fysieke nautische kern, en daarmee samenhangend een duidelijker op het Spaarnewater gebaseerde signatuur van Haarlem, gewenst. Zo kan watertoerisme een bijdrage leveren aan het vergroten van het binnenstadsdomein en op een aanvullende wijze eigen publiek naar de stad brengen. Voorkeurslocatie: oostoever in Spaarnespronggebied. 8. Bij voorkeur vormt de vestiging een nieuw multifunctioneel gebouw voor het havenkantoor in combinatie met watergerichte (sport)voorzieningen onderdeel van de nautische kern. 9. Groen en water in de stad en in de omgeving kunnen toegankelijker gemaakt worden voor bewoners en bezoekers door het realiseren van aantrekkelijke recreatieve routes, waarbij met name het Spaarne en de oevers een belangrijke rol spelen. 10. Daarnaast is het verbeteren van de bereikbaarheid van en naar de kust per fiets (intergemeentelijke samenwerking) en per openbaar vervoer van groot belang Bron: Structuurplan, Gemeente Haarlem, 2005, p. 23 Scriptie Rowan Mathot
Haarlem Toeristenstad (?) ___________________________________________________________________________
___________________________________________________________________________ Scriptie Rowan Mathot 69