Een kind een hinkelsteen Nadenken over de jeugdzorg
Charles Vergeer
DAMON
bw Vergeer, hinkelsteen.indd 3
4-11-09 9:04
Inhoud
Inleiding Een dubbele espresso
7
1 In een lege kleine kamer
12
2 Ik had vrienden
25
3 Iemand zien staan
37
4 Ontregelen
57
5 De pijn van het bestaan
72
6 De dictatuur van het meetbare
93
Bibliografie
111
bw Vergeer, hinkelsteen.indd 5
4-11-09 9:04
Inleiding Een dubbele espresso
En hoe is het eigenlijk allemaal begonnen? Wie weet dat, waarschijnlijk met die ene man of vrouw die een sinaasappel pelde, de schillen in een prullenbakje gooide en nadenkend naar buiten keek. Het was pauze en de werkdag zat er voor de helft op. Buiten waren kinderen aan het spelen, hun schelle stemmetjes drongen tot in de rust van het kantoor door waar achter de schuifdeuren een vergadering nog niet afgesloten was en ook stemmen te horen waren. Bezorgd gebrom, daar achter die schuifdeuren, en af en toe iets verstaanbaars: zorg uitspreken, problemen benoemen en strikte maatregelen nemen, hoorde hij en is er nog koffie? Buiten stemmen en binnen … en toen dat stemmetje binnenin: we zouden eigenlijk! Een idee was geboren. Leek het, want wat was er nog een boel gedoe voor er iets van kwam. Een tijd van tuimelen heette het, een tijd waarin nogal wat omviel, de nieuwe wet op de jeugdzorg in werking trad en sommigen spraken over ‘de teloorgang van de sector’ en anderen aan de slag gingen met nieuwe uitdagingen en mogelijkheden. Trek je terug in je kamer en sluit de deur. Die kamer was de fraaie zaal van het raadshuis van Broek in Waterland en ze gaf haar naam aan een serie bijeenkomsten: de Waterland debatten. Vier keer kwam een groep mensen bijeen samen met een stimulerende ‘filosoof van dienst’. Het waren van die bijeenkomsten zoals die glazen bollen van de tovenaars: veel van de toekomst was nog niet zo duidelijk te zien maar het bruiste en borrelde wel en gevaar voor ontploffen was niet uitgesloten. De eerste filosoof van dienst was Henk Manschot en, zeker achteraf gezien, zette hij de toon door ons over het begrip autonomie na te laten denken. Afstand werd genomen van het zelfbewuste en zelfverzekerde subject, zin en betekenis van ons bestaan ervaren we door de anderen die ons bijstaan en bij ons blijven staan of weer
7
bw Vergeer, hinkelsteen.indd 7
4-11-09 9:04
Een kind een hinkelsteen
gaan. Aan mijn eigen leven kan ik alleen maar zin en betekenis verlenen in samenhang met anderen. Op zich heeft mijn leven geen aanwijsbare zin, de zin en betekenis worden er in de omgang met anderen aan gehecht. Henk Manschot wees erop dat dit ingrijpende gevolgen heeft voor de zorg en hulpverlening. Wij hebben de waarde van de ervaring van het zorgen voor anderen verloren, in een maatschappij die hamert op de autonomie, leren op je eigen pootjes te staan, je staande houden, je eigen keuzes maken en prestaties leveren. De drukbezette manager of werker echter die enkele weken vrij nam om zijn stervende vader of barende vrouw bij te staan en zorg te verlenen, zal ervaren dat hij daarmee een rijkdom, een onvermoede rijkdom., van zijn leven heeft bloot gelegd. Wanneer mensen echter voor anderen gaan zorgen, merkt Manschot op, ontstaan er contacten, affecties, herstelmomenten waarvan mensen achteraf zeggen: “Dat is zo kostbaar, dat had ik nooit willen missen.” Herman van Gunsteren was de tweede filosoof van dienst. Hij leidde een gesprek over nut en noodzaak van beheersing, van regels, regeltjes en nog meer regeltjes. In dat gesprek kwamen de illusie van meetbaarheid, de risico’s van preventie en – wat aansloot bij het eerste gesprek – de ruimte voor de tragiek van het onoplosbare. De aandacht ging uit naar een wereld klem tussen wet en werkelijkheid. Spannend was ook de inbreng van de derde filosofe van dienst, Annelies van Heijst. Het door haar geëntameerde gesprek leek wel een lijnenspel van spanning en weerspanning, klank en weerklank. Dilemma’s van de jeugdzorg werden besproken en getoetst op de mate van betrokkenheid, ethische verantwoordelijkheid en impliciete normativiteit. Vraaggericht werken en doelrationaliteit, controle en verantwoording, interventie en presentie werden in het geding gebracht en telkens werd daarbij naar de mate van betrokkenheid gevraagd en het belang daarvan, van binding en betekenis, onderstreept. Bij het laatste gesprek mocht andermaal een filosofe van dienst, Marian Verkerk, het vuur aanblazen. In dat vierde gesprek werd het conflict omarmd. We zaten immers met de brokstukken van de drie voorafgaande gesprekken: autonomie, beheersbaarheid en
8
bw Vergeer, hinkelsteen.indd 8
4-11-09 9:04
1 In een lege kleine kamer
a. In een lege kleine kamer Iets ten noorden van de oude stad ligt de Noordhoek, door de Tilburgers nog steeds de Moordhoek geheten. Vrijwel dagelijks liep een meisje van elf het korte stukje van haar huis naar de kerk, tot de dag dat ze niet meer terug kwam. ’s Middags kwam mijnheer pastoor langs bij de ouders, die hij goed kende, om hun ongerustheid te delen. De volgende dagen arresteerde de politie diverse mensen, zoals een schilder, niet van hier maar uit Holland en bovendien nog een protestant ook. Ook de koster werd verdacht, maar de weleerwaarde heer pastoor, die haar het laatst gezien had, werd niets gevraagd. Een week later werd het lijkje gevonden, op het verwulfsel van de kerk, verkracht en vermoord. De vreselijke gebeurtenis lokte een boek, een monument en een methode uit. Het boek liet zien hoeveel er ligt vóór onze oordelen, de vooroordelen. Natuurlijk komt het bij niemand op dat de weleerwaarde heer pastoor iets te verbergen kon hebben. Uiteraard zijn vreemden verdacht, herkomst en geloof verschilt van het vertrouwde, voldoende reden om ze onbetrouwbaar te vinden en uiteraard best in staat tot gruwelijke dingen. Op het kerkhof van Tilburg staat het monumentje voor Marietje Kessels, een meisje van elf in haar doodskleedje biddend op een eenvoudig graf. Ernaast de pompeuze marmeren steen van de weleerwaarde heer pastoor, haar verkrachter en moordenaar. Om kinderen weerbaarder te maken en deze gruwelen te voorkomen is er de methode Marietje Kessels. Mijn beide kinderen hebben die training gehad en waren er goed over te spreken. Vooral over het sluitstuk, een stuk hout doormidden slaan met je hand. Poeh, dat had je niet gedacht hè?
12
bw Vergeer, hinkelsteen.indd 12
4-11-09 9:04
In een lege kleine kamer
De kinderen waren enthousiast en vertelden over wat ze leerden. Nou bijvoorbeeld, als je speelt in het park en je valt en je knie bloedt, dan kun je gerust wel naar een oud omaatje gaan dat in dat park op een bankje zit en je helpen wil. Maar als dat omaatje dan zegt: ‘Goh, kind, het blijft maar bloeden, ga even mee naar mijn huis, dan doe ik er een grote pleister op’, moet je dat niet doen. Omaatje ziet er wel lief uit, maar wie weet wat er in dat huis met jou gebeurt en of er niet een vies oud opaatje … nee, meisje niet dom wezen, veiligheid gaat voor. Veiligheid gaat voor levert goede handvatten voor een wijze van handelen. Niet zachtjes prevelen, ‘dat wil ik liever niet, mijnheer’, maar hard schreeuwen en schelden, ‘blijf van me af, goorlap!’ Niet iemand verlegen pogen weg te duwen, maar van je af trappen en niet bang zijn dat je hem pijn doet: voorop staat: zorg dat jij geen slachtoffer wordt. De methode is effectief en zal stellig goede resultaten boeken. Een duidelijke wijze van handelen met aanwijsbaar resultaat - een goede methode dus? Aan waarde en bruikbaarheid van de methode wil ik niets afdoen – eerder integendeel: ik ben blij dat mijn kinderen ermee gewerkt hebben – maar er wel twee vragen bij stellen. Als we een oordeel geven over wat wij of anderen doen, gebeurt dat op grond van een aantal dingen, belang en belangstelling, oordelen en vooroordelen, criteria en kritiek, waarden en normen, investering, resultaten en effecten, en nog een heleboel al of niet legitieme beweegredenen. Nemen we er twee: waarden en werkelijkheid. Waarden brengen tot uitdrukking wat we willen. Wie niets wil, leeft in een waardeloze wereld. Wie een fiets of erkenning, vriendschap of geld wil, kent daarmee waarde toe aan die zaken. Dat een kind veilig kan leven, is uiteraard een vitale waarde. Maar ik wil ook dat mijn kind leert om vertrouwen te hebben, Dat het leert onderscheid te maken. En als het nog te jong is om te weten wie het wel en of niet kan vertrouwen? Dan nog wil ik dat het niet leert leven in een wereld die met angst en wantrouwen bekeken wordt. Beoordelen we de methode dus op basis van de waarde, een kind moet zich veilig kunnen voelen en, meer nog, veilig zijn, dan is de methode doeltreffend. Hechten we belang aan de waarde,
13
bw Vergeer, hinkelsteen.indd 13
4-11-09 9:04