Een duurzaam bestaan voor de woning Over de milieueffecten van het onderhouden, aanpassen en bewonen van woningen Arjen Meijer en Ad Straub, Onderzoeksinstituut OTB 3-11-2011
Delft University of Technology
Challenge the future
Onderwerpen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Levensduur van bestaande woningen Duurzaamheid Instrumenten Onderhoud Voorbeeldwoning Materiaalkeuze Energie (operationeel en ingesloten) Transport Toekomstwaarde? Discussie
Een duurzaam bestaan voor de woning
2 | 30
Levensduur van bestaande woningen • Woningen blijven in het algemeen lang bestaan (gemiddeld langer dan 120 jaar) • Huurwoningen worden gemiddeld eerder gesloopt dan koopwoningen • Meergezinswoningen hebben een relatief grotere kans te worden gesloopt en dan vooral in de sociale huursector • Voor elke periode zijn specifieke redenen aan te wijzen voor sloop of juist behoud • De belangrijkste woninggebonden factoren die de levensduur beïnvloeden zijn de bouwtechnische kwaliteit, de grootte en identiteit (Bron: SEV/MVROM, 2004, Bouwen met tijd; CBS) Een duurzaam bestaan voor de woning
3 | 30
Duurzaamheid Duurzame ontwikkeling is ontwikkeling die aansluit op de behoeften van het heden zonder het vermogen van toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen (Brundtland-commissie, 1987)
Een duurzaam bestaan voor de woning
4 | 30
Duurzaamheid Vaak ligt focus op slechts één milieueffect: • CO2-emissies (Kyoto-protocol) • Energieverbruik • Gezondheid
Een duurzaam bestaan voor de woning
5 | 30
Duurzaamheid van woningen Waar in de keten vinden ingrepen plaats die effect hebben op het milieu? • Bouwmaterialen zelf (schadelijke emissies) • Afval (storten, verbranden, recycling) • Productie van bouwmaterialen • Cradle-to-gate • Gebruiksfase (energieverbruik, onderhoud, aanpassingen) Levenscyclusanalyse (LCA) Winning grondstoffen
Productie bouwmaterialen
Bouwactiviteiten
Gebruiksfase
Sloopfase
Een duurzaam bestaan voor de woning
Afvalverwerking
6 | 30
Duurzaamheid van woningen • Operationeel energieverbruik • Materiaalgebruik tijdens bouw • Materiaalgebruik tijdens onderhoudsactiviteiten en aanpassingen • Gezondheid van bewoners • Gezondheid van onderhoudsmedewerkers Winning grondstoffen
Productie bouwmaterialen
Bouwactiviteiten
Gebruiksfase
Sloopfase
Een duurzaam bestaan voor de woning
Afvalverwerking
7 | 30
Milieueffecten Uitputting grondstoffen
Ecotoxiciteit water
Broeikaseffect
Ecotoxiciteit bodem
Ozonlaagaantasting
Verzuring
Smogvorming
Vermesting
Humane toxiciteit Een duurzaam bestaan voor de woning
8 | 30
Milieueffecten Uitputting grondstoffen
Ecotoxiciteit water
Broeikaseffect
Ecotoxiciteit bodem
Ozonlaagaantasting
Verzuring
Smogvorming
Vermesting
Schaduwprijs
Humane toxiciteit
Een duurzaam bestaan voor de woning
9 | 30
Schaduwprijs • Milieueffecten inzichtelijk maken, wegen en financieel waarderen • Eéngetalscore Hoe? • Theoretische schatting van de kosten om de milieuschade te voorkomen of te verhelpen
Een duurzaam bestaan voor de woning
10 | 30
Instrumenten BREEAM
Criteria Duurzaam Inkopen
DMOP GPR Onderhoud
GPR Gebouw
Onderzoek Duurzaam VGO Uitwerkingsinstructies
Toolkits bestaande bouw
ISSO 100
Strategisch
Tactisch
Operationeel
Een duurzaam bestaan voor de woning
11 | 30
Instrumenten Thema’s: • BREEAM-NL Bestaande Bouw en Gebruik: management, gezondheid, energie, transport, water, materialen, afval, landgebruik en ecologie, vervuiling • GPR Gebouw: energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit, toekomstwaarde • GPR Onderhoud: materialen
Een duurzaam bestaan voor de woning
12 | 30
Onderhoud
Een duurzaam bestaan voor de woning
13 | 30
Onderhoud 110 jaar onderhouden van woningen: • Ad hoc, incidenteel (vooral correctief) • Planmatig, cyclisch (vooral preventief) klein onderhoud. • Sinds eind jaren 80 corporatiebezit, niet of nauwelijks particulier bezit
• Bij mutaties en transacties (binnenwerk, uitrusting) • Groot onderhoud en aanpassingen
Een duurzaam bestaan voor de woning
14 | 30
Voorbeeld Vooroorlogse rijwoning • 523.000 woningen (7,7% van de woningvoorraad) • Ruim 70% particulier eigendom (Bron: Agentschap NL, 2011, Voorbeeldwoningen 2011 Bestaande bouw)
• Naar schatting 150.000 Woningwetwoningen (Bron: Martin Liebregts, 2011, Themawonen avant la lettre, www.renda.nl, 24 oktober)
Een duurzaam bestaan voor de woning
15 | 30
Vooroorlogse rijwoning Energetische kwaliteit, oorspronkelijk • Geen eisen aan de energiezuinigheid • Tot 1930 geen spouwmuren • Vaak stalen of zachthouten kozijnen • Lokale gaskachels, elektrische boilers en natuurlijke ventilatie Energetische kwaliteit, huidig • Ruim 90% centrale verwarming (waarvan ruim 50% HR), natuurlijke ventilatie nog bijna 90% • Dubbelglas ruim 50% • Na-isolatie schil: geveldelen 11%, vloeroppervlak 12%, hellende dak 24% en platte dak 23%
Een duurzaam bestaan voor de woning
16 | 30
Voorbeeldwoning, bouwjaar 1915
Een duurzaam bestaan voor de woning
17 | 30
Onderhoud en aanpassingen voorbeeldwoning • Tot 1998 weinig aanpassingen • Boven- en benedenwoning samengevoegd • Aanpassingen: • • • •
Na-isolatie Vernieuwing keuken en badkamer Vernieuwing serre Aanbrengen PV-panelen
Een duurzaam bestaan voor de woning
18 | 30
Materiaalkeuze Kozijnen: • Vurenhout • Duurzaam te produceren • Regelmatig schilderen
• Tropisch hardhout • Minder duurzaam (tenzij FSC-keur) • Onderhoudsarm
• PVC • Minder duurzaam te produceren • Onderhoudsarm
Een duurzaam bestaan voor de woning
19 | 30
Houten kozijnen
Een duurzaam bestaan voor de woning
20 | 30
PVC-kozijnen
Een duurzaam bestaan voor de woning
21 | 30
Vergelijking hout en PVC
Een duurzaam bestaan voor de woning
22 | 30
Materiaalkeuze Schilderwerk • Oplosmiddelrijk • Hoge uitstoot van VOC’s • Ongezond voor schilder en bewoner
• Oplosmiddelarm • Minder uitstoot van VOC’s • Minder ongezond voor schilder en bewoner
• Watergedragen verf • Geen uitstoot van VOC’s • Niet ongezond voor schilder en bewoner
Een duurzaam bestaan voor de woning
23 | 30
Energie Operationeel energieverbruik • Ruimteverwarming • Elektriciteitsverbruik (PV-panelen) Ingesloten energie • Materiaalverbruik en energieverbruik voor bouw • Materiaalverbruik en energieverbruik voor onderhoud • Materiaalverbruik en energieverbruik voor aanpassingen
Een duurzaam bestaan voor de woning
24 | 30
Ruimteverwarming Tot ca. eind jaren 50: • Ruimteverwarming met lokale gaskachels • Ruimtes gestookt indien iemand aanwezig is Vanaf jaren 60 • Centrale verwarming met centrale thermostaat • Hoger comfort • Woonkamers, badkamers, soms slaapkamers gestookt Vanaf jaren 90 • Centrale verwarming met individuele thermostaatknoppen • Vaak alle ruimtes gestookt
Een duurzaam bestaan voor de woning
25 | 30
Ruimteverwarming Hogere vraag door hoger comfortniveau
Lagere vraag door verbeterde warmteïsolatie
Een duurzaam bestaan voor de woning
26 | 30
Warmteaanbod • Tot tweede helft 19e eeuw: vooral kolen en hout • Tweede helft 19e eeuw: aanleg gasfabrieken en beperkt gasnet • 1959: ontdekking gasbel Slochteren; vervanging kolengas door aardgas • Sindsdien aansluiting op gasnet standaard Daarnaast ook elektrische verwarming (meestal lokaal)
Een duurzaam bestaan voor de woning
27 | 30
Gasfabrieken • Droge destillatie van steenkool • Producten: lichtgas en cokes • Afvalproducten onder meer: • Teer • Waterstofsulfide • Cyaanverbindingen
• Bodemvervuiling
Een duurzaam bestaan voor de woning
28 | 30
Transport • Transport onderhoudsmedewerkers • Aanzienlijk aandeel in totale milieubelasting • Sturen op transportafstanden, transportmiddelen, cycli en combinatie van activiteiten, prestatie-eisen uitstoot? (Bijvoorbeeld CO2-Prestatieladder ProRail)
Een duurzaam bestaan voor de woning
29 | 30
Toekomstwaarde? • Theoretische levensduur woning LCA-berekeningen 75 jaar • Gemiddelde levensduur woning 120 jaar • Verwachte levensduur voorbeeldwoning …? • WOZ-waarde is hoog! • Kwaliteitseisen blijven stijgen. • Culturele waarde woning stijgt? • Sloop/nieuwbouw of (gefaseerd) renoveren?
Een duurzaam bestaan voor de woning
30 | 30