E | SCHRIFT
november 2012 | jaargang 7 | nr 16
onderwijswetenschappen Visitatie van de opleiding OW
2
Facultaire opleidingscommissie
4
Lerarenuniversiteit 8 Succesvol studeren
11
Even voorstellen: José Janssen 13 Uitgelicht op Studiecoach
14
Brochure: Doelgericht studeren 15 Online Masterclasses
16
Column Perspectief
17
Visitatie van de opleiding Eens in de zes jaar moet je als opleiding opnieuw worden geaccrediteerd. Om die accreditatie aan te vragen moet een visitatiecommissie de kwaliteit van de opleiding vaststellen en positief beoordelen. De accreditatiekaders worden door de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie (NVAO) vastgesteld. Dit is een onafhankelijke accreditatieorganisatie opgericht door de Nederlandse en Vlaamse overheid en geeft een deskundig en objectief oor-
Prof. dr. Saskia Brand-Gruwel opleidingsdirecteur Onderwijswetenschappen
deel over de kwaliteit van het hoger onderwijs in Nederland en Vlaanderen. Omdat de Open Universiteit ook aan een instellingsaudit meedoet, konden we als opleiding volstaan met een beperkte beoordeling. De gehanteerde beoordelingscriteria hadden betrekking op drie standaarden: 1) de beoogde eindkwalificaties; 2) de leeromgeving; 3) de toetsing en gerealiseerde eindkwalificaties. Voor de visitatie dien je als opleiding een zelfstudie uit te voeren en daarvan in een rapport verslag te doen. Met deze uitwerking in de hand kwam de visitatie-commissie goed beslagen ten ijs naar Heerlen op 18 juni jongstleden en sprak met de verschillende gremia. Ze stelde vragen om zich een goed beeld te kunnen vormen van de kwaliteit van de opleiding. De commissie sprak met het management van de opleiding, docenten, de mentor, scriptiebegeleiders, studenten, examinatoren, leden van de facultaire opleidingscommissie, de raad van advies, de facultaire toetsingscommissie en de commissie van examens. Aan het eind van de dag kregen we van de commissie al een eerste voorzet van haar bevindingen en nog vóór de zomervakantie kregen we het rapport toegestuurd. De conclusie: we zijn geslaagd! Op alle criteria werd voldoende gescoord, maar natuurlijk heeft de commissie aanbevelingen gedaan en verbeterpunten geformuleerd. De twee meest belangrijke punten wil ik eruit lichten en aangeven hoe we als opleiding deze punten aanpakken en uitwerken voor de toekomst. Tot slot wil ik jullie een aantal bevindingen van de commissie meegeven waarop we als opleiding trots kunnen zijn.
Het volgen van de voortgang van studenten De commissie schreef in haar rapport: ‘De commissie heeft begrepen dat gewaarborgd wordt dat iedere student over de eindkwalificaties beschikt doordat de context die zij inbrengen door de docent wordt afgestemd met de opleidingeisen en wordt benaderd vanuit de theorie die in de module centraal staat. De commissie zou graag zien dat ook op overkoepelend niveau zicht bestaat op en verantwoordelijkheid bestaat voor de ontwikkeling van studenten’ (p.10).
2
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Visitatie van de opleiding vervolg... Dit is een belangrijk punt. We zijn het met de commissie eens dat het van belang is zicht te hebben op waar de student staat in zijn of haar ontwikkeling ten opzichte van de te bereiken eindkwalificaties. De opleiding heeft de beschikking over uitgewerkte competentiekaarten, waarin per cursus wordt aangegeven wat de te bereiken doelen zijn ten aanzien van de onderzoekscompetentie en de competentie van het ontwerpen van onderwijs. Vanuit die kaarten en de doelen per cursus zijn de beoordelingsformulieren bij elke cursus uitgewerkt. Van het gebruik van deze beoordelingswijze zegt de commissie: ‘Hoewel het bewaken van de aansluiting tussen toetsen en de eindkwalificaties per vak in orde is, zal het doorvoeren van de competentiekaart en het aanwijzen van een verantwoordelijke hiervoor bijdragen aan het in kaart brengen van de ontwikkeling van de student gedurende de gehele opleiding. De wijze waarop de beoordelingsformulieren zijn vormgegeven is al een grote stap in deze richting. De formulieren geven helder inzicht in de voortgang van studenten op verschillende vlakken en worden bovendien voorzien van uitgebreide feedback die door studenten als zeer waardevo ervaren wordt’ (p.11). Momenteel zijn we bezig deze beoordelingsformulieren naast elkaar te leggen, te stroomlijnen en te voorzien van rubrics (wanneer scoor je een 1, 2, 3, 4 of een 5 op een bepaald criteria), zodat we in de toekomst per student een beter inzicht krijgen hoe de competenties zich ontwikkelen over de cursussen heen. De beoordelingen van de verschillende cursussen en de criteria daarbinnen kunnen dan naast elkaar worden gelegd en de ontwikkeling van de student kan zichtbaar worden gemaakt.
3
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Expliciteren van uitgangspunten De commissie stelde in haar rapport: ‘De commissie kan zich vinden in het profiel en de oriëntatie van de opleiding; een wetenschappelijke onderzoeks- en ontwerpgerichte, veldspecifieke opleiding gericht op het microniveau en het verbeteren van onderwijsleerprocessen. Zij adviseert de principes die hieraan ten grondslag liggen, en daarmee ook de aansluiting op de beoogde eindkwalificaties, het afnemend veld en de wensen van instromende studenten, te expliciteren zodat (kiezende) studenten, docenten en buitenstaanders hierover goed geïnformeerd kunnen worden’ (p.9). We onderkennen als opleiding het belang van goede communicatie en informatievoorziening. De beelden ten aanzien van de basisprincipes en uitgangspunten die mensen uit het werkveld, studenten, docenten en het management van de opleiding naar voren brachten bleken tijdens de visitatie niet eenduidig. We moeten concluderen dat de beelden vaak gefragmenteerd zijn en dat bepaalde informatie vaak in hoofden van mensen zit zonder dat deze voldoende is geëxpliciteerd. Dit maakt dat ook in de communicatie en de informatievoorziening naar studenten en afnemend veld de beelden niet altijd helder worden overgebracht. We willen hier verandering in aanbrengen en een startschot daarvoor zal gegeven worden op 19 november aanstaande. We organiseren dan met alle betrokken docenten, mentoren, examinatoren en management van de opleiding een heidag waarin we de percepties van een ieder ten aanzien van de opleiding in kaart brengen. Maar niet alleen de percepties van deze mensen zijn van belang, ook die van studenten willen we meenemen. We nodigen studenten daarom uit om ons op die dag te komen vergezellen, zodat we samen een start kunnen maken met het expliciteren van basisprincipes en uitgangspunten en daaruit acties kunnen formuleren voor de toekomst.
Visitatie van de opleiding vervolg... Waar we trots op mogen zijn! Enkele citaten: ‘De (digitale) onderwijsleeromgeving is volgens de commissie goed opgezet, en speelt adequaat in op kansen en beperkingen die het afstandonderwijs tot gevolg heeft. Werkvormen gericht op interactief samenwerken zijn goed opgezet, met als best practice de mogelijkheid die ‘Sprints’ studenten bieden om eventueel een gedeelte van de opleiding in samenwerking te doorlopen. De commissie stelt vast dat er sprake is van uitstekende voorzieningen en studieondersteuning’ (p.10). ‘De commissie heeft vastgesteld dat de opleiding beschikt over goede en betrokken docenten’ (p.10). ‘De commissie heeft gezien dat de scriptieprocedure goed in elkaar zit en waarborgt datstudenten adequaat worden begeleid en beoordeeld. De commissie is positief over de uitgebreide en duidelijk feedback die studenten ontvangen’ (p.11). ‘De commissie is positief over de wijze waarop de opleiding waarborgt dat de specifieke doelgroep voldoende in aanraking komt met de onderzoekscultuur, zoals door de miniconferenties en de nauwe banden met de CELSTEC onderzoeksgroep. Tijdens de visitatie bleek dat studenten hier waardering voor hebben, en bijvoorbeeld ook vrijwillig online masterclasses volgen om zo op de hoogte te blijven van recente onderzoeksontwikkelingen. Daarnaast is volgens de commissie ruim voldoende aandacht voor academische vaardigheden, en is het onderwijs gericht op methoden & technieken en statistiek adequaat’ (p.22). ‘Op basis van deze gesprekken is de commissie ervan overtuigd dat de studenten op afstand zeer goed begeleid worden. Zij is onder de indruk van de individuele aanpak’ (p.26).
Ook via deze weg wil ik een ieder die in de afgelopen jaren zijn of haar steentje heeft bijgedragen aan de opleiding bedanken voor de inzet.
Prof. dr. Saskia Brand-Gruwel Opleidingsdirecteur
4
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Facultaire Opleidingscommissie
v.l.n.r. staand: Anne-Fleur van der Weide, Willeke Kerstjens, Jo Boon, Saskia van Asselt , Leo Wagemans. Knielend: Ruud van Zon, Renate de Groot Niet aanwezig: WIes Duits, Ottelien Rikhof
De opleiding kent een bij wet verplichte Facultaire Opleidingscommissie (FOC). De FOC komt gemiddeld twee keer per jaar bij elkaar en adviseert jaarlijks over de nieuwe Onderwijs- en Examenregeling (OER) van de master Onderwijswetenschappen. Daarnaast kan de Opleidingscommissie zich over alle zaken aangaande de opleiding uitspreken. Zo kan er worden meegedacht over onderwijsvernieuwingen die worden doorgevoerd en evaluatiegegevens kunnen worden besproken. In het kader van de kwaliteitszorg speelt de FOC een belangrijke rol. De commissie bestaat uit een voorzitter (de nieuwe voorzitter is mw. dr. Jo Boon die dr. Sandra Wetzels opvolgt) en drie docenten (momenteel drs. Leo Wagemans, drs. Willeke Kerstjens en dr. Renate de Groot) en vijf studentleden (Saskia van Asselt, Anne-Fleur van der Weide, Ruud van Zon, Ottelien Rikhof en Wies Duits). De laatste vergadering was begin november 2012 in Eindhoven, de volgende vergadering staat gepland voor februari 2013. Op de agenda stonden onder andere de OER en de bespreking van de bevindingen van de visitatiecommissie 2012. Studenten die vragen, commentaren of punten ter bespreking op de agenda willen zetten, kunnen dat per e-mail laten weten aan Audrey von den Hoff-Wigman (
[email protected]) ambtelijk secretaris van de FOC.
5
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Facultaire Opleidingscommissie vervolg... Mijn naam is Ruud van Zon, 52 jaar. Ik ben al ruim 25 jaar werkzaam in het onderwijs, waarvan de laatste 4 jaar als leraar/coördinator in het voorgezet speciaal onderwijs voor leerlingen met communicatieve beperkingen. Het is zo’n vier jaar geleden dat ik met de eerste cursus uit het schakelprogramma van de opleiding Onderwijswetenschappen startte. Op dit moment ben ik in de onderzoeksfase ter voorbereiding van het schrijven van de masterthesis. Sinds 2010 ben ik student- lid van de FOC. In de FOC worden wij als student-leden betrokken bij de wijzigingen in de Onderwijs en Examen Regeling (OER) van de opleiding. Daarnaast behartigen wij de vragen die studenten aan de FOC voorleggen. De evaluaties van de cursussen vormen een bron van nuttige informatie voor de FOC. Ik hoop daarom dan ook dat alle studenten, na afronding van een cursus, deze evaluatie invult.
[email protected]
Mijn naam is Anne-Fleur van der Weide. Ik ben student-lid van de FOC sinds 2010. Samen met de andere FOC-leden houd ik me bezig met wijzigingen in de Onderwijs en Examen Regeling (OER) van de opleiding. Ook hebben we te maken met de visitatiecommissie en brengen we, waar nodig, adviezen uit op basis van module evaluatiegegevens. Af en toe benaderen studenten de FOC met een vraag of verzoek. Ik vind het steeds een uitdaging om hier als commissie een passend antwoord op te vinden. Ik hoop dat studenten met vragen de FOC in de toekomst vaker weten te vinden. Binnenkort studeer ik af en daarmee komt er ook aan mijn lidmaatschap van de FOC een einde. De opleiding Onderwijswetenschappen is me erg goed bevallen en dat wens ik alle studenten toe. De FOC kan hier mijns inziens een steentje aan bijdragen.
Mijn naam is Saskia van Asselt en ik ben 38 jaar. Sinds een jaar volg ik met veel plezier de master Onderwijswetenschappen aan de Open Universiteit. In het dagelijks leven ben ik docent natuurkunde aan een middelbare school en moeder van twee kinderen. Ik ben lid geworden van de FOC omdat ik het belangrijk vind dat de stem van studenten vertegenwoordigd is in discussies over de organisatie en kwaliteit van de opleiding. De flexibiliteit die de Open Universiteit biedt door middel van afstandsonderwijs en het werken met losse modules is voor mij een groot goed en ik denk dat dat voor veel mensen geldt die studie combineren met werk en/of gezin. Ik vind het een uitdaging om binnen die context mee te denken over de kwaliteit van het onderwijs. Voor vragen op opmerkingen kan je me altijd een mail sturen op
[email protected].
6
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Facultaire Opleidingscommissie vervolg... Ik ben Ottelien Rikhof, 27 jaar en sinds 2 jaar student Onderwijswetenschappen. De pre-master heb ik inmiddels afgerond en nu ben ik bezig met de eerste mastervakken. In het dagelijks leven ben ik beleidsmedewerker onderwijs en onderzoek aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Een veelzijdige en interessante baan. In mijn eerdere studies heb ik al veel aan medezeggenschapservaring opgedaan en ik houd me daar in mijn werk ook mee bezig. Ik vind het dus leuk in de FOC te zitten zodat we de studentenbelangen kunnen behartigen. Voor vragen ben ik bereikbaar op
[email protected]
Ik ben Wies Duits, 28 jaar en woon in Culemborg. Sinds 2007 studeer ik bij de OU voor de master Onderwijswetenschappen. Daarvoor hoop ik volgend jaar mijn scriptie af te ronden en af te studeren. Naast mijn studie werk ik alweer 8 jaar in het basisonderwijs. Ik geef op verschillende scholen en aan verschillende groepen les. De studietheorie zie ik daardoor op allerlei manieren in de praktijk (en soms ook niet!). Als student-lid van de FOC wil ik een bijdrage leveren aan de kwaliteit van de opleiding. Voor vragen of opmerkingen ben ik te bereiken via
[email protected].
7
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Lerarenuniversiteit OU HÉT ALTERNATIEF VOOR BIJ- EN NASCHOLING VAN DOCENTEN Onder de naam Lerarenuniversiteit (zie www.ou.nl/ lerarenuniversiteit) werkt sinds het voorjaar van 2012 een klein team van onderwijsexperts aan het bundelen en ontwikkelen van de activiteiten van de Open Universiteit die relevant zijn voor de professionalisering van docenten. De mogelijkheid van flexibel studeren aan de OU maakt ons aanbod voor bij- en nascholing van leraren immers heel aantrekkelijk. Alle leden van het team hebben zelf lesgegeven en zijn of waren betrokken bij het opleiden van leraren. Context Het huidige adagium in onderwijsbeleid is, dat voor de kwaliteit van onderwijs de kwaliteit van de leraar cruciaal is. Minder dan voorheen ligt het accent op de ontwikkeling van de schoolorganisatie, maar meer en meer wordt de kwaliteit en professionalisering van de individuele leraar benadrukt en wordt aangedrongen op bekwaamheidsonderhoud van leraren. Het scala van mogelijkheden voor lerende docenten dat de OU in huis heeft sluit hierop nauw aan en verdient grotere bekendheid omdat het leraren optimaal in staat stelt bij te scholen naast het dagelijks voor de klas staan. Veel van de opdrachten in OU cursussen zijn immers direct toepasbaar (te maken) in de schoolpraktijk. Centraal in ons werk staat dan ook het onder de aandacht brengen, verzorgen en verder ontwikkelen van de OU-opleidingen en modules die interessant zijn voor zich professionaliserende docenten. Het is niet de bedoeling om naast de Educatieve Minor (de (beperkte) 2e graadsopleiding voor onderbouw havo/vwo en vmbo theoretische leerweg bij Cultuurwetenschappen) een complete eigen lerarenopleiding te beginnen aan de OU. Naast en bij het huidige aanbod wordt vooral nieuw (vak)didactisch materiaal ontwikkeld, vaak samen met externen die bijvoorbeeld meer thuis zijn in het coachen van docenten en intervisie.
Etalage onderwijsaanbod voor leraren Naast de opleiding Onderwijswetenschappen zijn bij alle faculteiten cursussen of opleidingen beschikbaar die voor zich professionaliserende leraren relevant kunnen zijn. Of het nu om het vakinhoudelijk actualiseren of verder bekwamen gaat of juist meer gericht is op bijscholen voor andere functies als mentoraat of onderzoek & innovatie. Wat te denken van de actuele wiskunde cursussen bij informatica, de focusopleiding toegepaste psychologie, de literaire en historische cursussen bij cultuurwetenschappen of studiepakketten als Management & organisatie en Aarde, mens en milieu voor biologie leraren?
8
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
v.l.n.r.: Vérénice Hermans, WIm Jochems en Marion de Bie
We hebben een relevante selectie gemaakt uit het totale aanbod van de OU, de etalage met deze selectie is te bezoeken op http://www. ou.nl/web/lerarenuniversiteit/aanbod-lerarenvo. Later dit jaar zal ook voor MBO-docenten een dergelijke etalage beschikbaar komen.
Maatwerk Behalve op individuele leraren richten de activiteiten van de Lerarenuniversiteit zich ook op groepen docenten die willen scholen. In overleg met schoolbesturen ontwikkelt de Lerarenuniversiteit op de schoolcontext aansluitende professionaliseringsvarianten met lokale of digitale begeleiding. Zo kunnen de ruim 100 verschillende kortere en langere vakinhoudelijke nascholingmogelijkheden voor leraren in overleg worden toegesneden op de specifieke schoolcontext. Op stapel staan bijvoorbeeld ook meer praktijkgerichte maatwerkmodules rondom didactiek van ict.
Lerarenuniversiteit OU vervolg... Met het schoolbestuur Ons Middelbaar Onderwijs wordt bijvoorbeeld besproken hoe we vanuit de Lerarenuniversiteit de bestaande kennisnetwerken van collega’s binnen en buiten de school kunnen ondersteunen met relevante OU-vakinhouden.
Opbrengstgericht werken op school Voor Innovo, een groot schoolbestuur in Zuid-Limburg, zijn onlangs modules Rekenen en Begrijpend lezen ontwikkeld. De leerkrachten van dit bestuur wordt de mogelijkheid geboden zich te kwalificeren voor het huidige reken- en taalonderwijs en tegelijkertijd vertrouwd te raken met opbrengstgericht werken. Opbrengstgericht werken geeft leerkrachten meer inzicht in wat de leerling tot nu toe gedaan heeft of gemist heeft en wat extra aandacht vraagt. Het valt te verwachten dat dergelijke modules voor veel meer scholen in het basisonderwijs aantrekkelijk zijn.
Academische Pabo-trajecten Al sinds 2009 doorloopt een groep studenten van de Iselinge Hogeschool aan de OU het academische pabotraject naast de pabo-opleiding (zie ook E-schrift nr.11 mei 2010). De coördinatie en het monitoren van voortgang en kwaliteit van dit succesvolle traject waarin het schakeltraject Onderwijswetenschappen wordt gevolgd is ondergebracht bij de Lerarenuniversiteit. Inmiddels nemen meerdere hogescholen deel, het aantal deelnemers is opgelopen tot zo’n 70. Enkele andere pabo’s van de Educatieve Federatie van Hogescholen Interactum -waarvan Iselinge Hogescholen deel uitmaakt- zijn aangehaakt. Dit schooljaar is aan de Katholieke Pabo Zwolle een groep studenten gestart en in het studiejaar 2013/14 zullen studenten van Hogeschool De Kempel volgen.
v.l.n.r.: Henk Münsterman, Frank Crasborn, Wim Jochems, Marjan Vermeulen en Marion de Bie
In het najaar van 2011 is Wim Jochems decaan van de School of Education van de Techische Universiteit Eindhoven (van 1998 tot 2006 hoogleraar-directeur CELSTEC en als onbezoldigd hoogleraar OU verbonden gebleven aan de OU) parttime aan de slag gegaan als bouwdecaan van de Lerarenuniversiteit. Eind 2012 zijn Marion de Bie en Henk Münstermann bij de Lerarenuniversiteit begonnen, beiden hebben enkele jaren lesgegeven in het VO, MBO en HBO. Zij waren o.a. verbonden aan de ongedeelde opleiding Onderwijskunde van de OU van 1984-2004, werkten mee aan de start van de opleiding Onderwijswetenschappen en de Educatieve Minor. Begin 2012 vulden Marjan Vermeulen (KPC en TIAS/NIMBAS, eerder o.a. lector Interactum Pabo’s, onderzoeker IVA)en Frank Crasborn (lerarenopleider, associate lector Fontys Lerarenopleiding, eerder universiteit Maastricht) het team aan. Het team is dit voorjaar gecomplementeerd met Vérénice Hermans die eerder werkte als docent in het voortgezet onderwijs, bij Fontys lectoraat ‘Educatief gebruik van ict’ en een groot aantal projecten coördineerde en uitvoerde binnen het Ruud de Moor Centrum.
9
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Lerarenuniversiteit OU vervolg... Nieuw is dat naast excellente studenten van de Pabo nu ook ervaren leerkrachten uit het basisonderwijs in de regio van de betrokken pabo’s deelnemen. Aan De Nieuwste Pabo in Sittard start in november een groep van 20 studenten en docenten PO. De hogescholen bieden excellente studenten en leerkrachten uit het basisonderwijs in de omgeving de mogelijkheid om naast de bacheloropleiding van de Hogeschool het schakelprogramma Onderwijswetenschappen van de OU te volgen zodat zij na het succesvol afronden van het schakeltraject en het behalen van hun pabo-diploma direct kunnen instromen in de OU master Onderwijswetenschappen. In de academische pabotrajecten werken de studenten en leerkrachten nauw samen, zij worden als groep vanuit de pabo extra begeleid in regelmatige bijeenkomsten.
Onderzoek Aan de Lerarenuniversiteit is ook een onderzoeksprogramma gekoppeld. Het onderzoek is geconcentreerd rond de vraag: wat zijn kenmerken van effectieve en efficiënte professionalisering van leraren? Ook dit onderzoek wordt zoveel mogelijk afgestemd op de lespraktijk en is met name gericht op de koppeling van professionalisering aan de dagelijkse lespraktijk (vakinhoud, vakdidactiek en didactiek) en aan flexibele toepassingen.
Lerarenbeurs Om het bekwaamheidsonderhoud van leraren te stimuleren, is door de overheid de Lerarenbeurs ingesteld. Elke leraar in het po, vo, mbo of hbo kan één keer in zijn onderwijsloopbaan gebruik maken van deze beurs om een vervolg- of tweede opleiding af te ronden. Inmiddels is al aan zo’n 500 leraren een beurs toegekend voor een studie aan de OU. Veel leraren kozen voor het schakeltraject en de master opleiding Onderwijswetenschappen, anderen juist voor een bachelor of master Psychologie, Cultuurwetenschappen of Managementwetenschappen of een open bachelor of master. Het aanspreekpunt voor de Lerarenbeurs bij de OU is Marion de Bie van de Lerarenuniversiteit.
Vragen over de mogelijkheden van een lerarenbeurs bij de OU?
Bezoek de OU-stand op de Nationale Onderwijs Tentoonstelling 2013 Leraren onder onze studenten of andere betrokkenen bij onderwijs zijn van harte welkom op de Nationale Onderwijstentoonstelling (NOT) in de Jaarbeurs Utrecht van 22 tot en met 26 januari. Medewerkers van Onderwijswetenschappen en van de Lerarenuniversiteit geven voorlichting over de mogelijkheden en het aanbod van de Open Universiteit in stand 08.E003 en gaan graag in op uw vragen. Voor meer informatie http://expomatch.not-online.nl/exhibitor/38038. Vraagt u gerust per e-mail een gratis toegangsbewijs aan via
[email protected] .
Colofon E-schrift is een uitgave van de masteropleiding Onderwijswetenschappen van de Open Universiteit. Het verschijnt tweemaal per jaar en is bestemd voor studenten en alumni van de masteropleiding. Aanmelden
[email protected] Bijdrage en reacties
[email protected] [email protected] Basisontwerp Team Visuele Communicatie Open Universiteit
10
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Succesvol studeren ALOUD STUDIE VAN START Gaat het studeren moeizamer als u moe bent of last heeft van stress? Of gaat het juist heel goed op het moment dat u uitgerust bent of een bepaalde leerstrategie toepast? En helpt dat kopje koffie in de ochtend om u beter te kunnen concentreren? Vraagt u zich wel eens af wat zou kunnen helpen om betere studieresultaten te behalen? Twee promovendi bij CELSTEC zijn hier ook benieuwd naar. Daarom zijn zij bezig met een onderzoek naar de samenhang tussen biologische en psychologische factoren en studiesucces bij OU-studenten, de ‘Adult Learning Open University Determinants’ (ALOUD) studie genaamd. Dit onderzoek wordt uitgevoerd door drs. Jérôme Gijselaers en drs. Joyce Neroni, onder leiding van dr. Renate de Groot en prof. dr. Paul A. Kirschner. Op 1 september 2012 is de ALOUD studie van start gegaan.
Drs. Joyce Neroni en drs. Jérôme Gijselaers
11
Biologische en psychologische factoren
Waarom is deze studie belangrijk?
In het onderzoek worden twee soorten factoren onder de loep gelegd: biologische en psychologische factoren. Jérôme Gijselaers onderzoekt hierbij de biologische factoren beweging, slaap en voeding. Er wordt hierbij gefocust op biologische leefstijlfactoren, factoren die veranderbaar zijn door een verandering in het gedrag. Joyce Neroni is verantwoordelijk voor het onderzoek naar de psychologische factoren, waar o.a. leerstrategieën, omgaan met stress en zelfvertrouwen onderzocht worden.
Het belang van het onderzoek is tweeledig. Enerzijds is er het wetenschappelijke belang. Er is in de literatuur al veel bekend over factoren die samenhangen met studiesucces bij kinderen en adolescenten. Echter, bij volwassen studenten is hier nog nauwelijks onderzoek naar gedaan. Anderzijds is er het belang voor de student van de OU. Met dit onderzoek wordt er namelijk voor gekozen om op een andere manier naar het onderwijs te kijken. De meeste studies stellen immers de vraag hoe het onderwijs verbeterd kan worden.
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Succesvol studeren vervolg... Bij dit onderzoek is de centrale vraag welke eigenschappen een student dient te bezitten om succesvol te zijn. Het uiteindelijke doel is om deze twee aspecten met elkaar te integreren (bijvoorbeeld studietrajecten op maat te gaan aanbevelen) en zo de kwaliteit van de cursussen, de studiebelasting en, uiteindelijk het wetenschappelijk kennisniveau van de student te optimaliseren. Daarnaast is het voor beginnende studenten van de OU een uitgelezen mogelijkheid om kennis te maken met wetenschappelijk onderzoek in de praktijk.
Meedoen aan de ALOUD studie Alle studenten die voor het eerst een module kopen bij de OU tussen 1 september 2012 en 1 september 2013 zullen benaderd worden om deel te nemen aan de ALOUD studie. Studenten die in deze doelgroep vallen zullen ongeveer twee tot drie weken na inschrijving bij de OU een e-mail ontvangen met daarin het verzoek een digitale vragenlijst alsmede enkele digitale neuropsychologische tests te maken. Zij kunnen dit in hun eigen tempo, vanuit thuis en op hun eigen computer doen. Na een half jaar zullen de studenten nogmaals benaderd worden om mee te doen aan het vervolg van het onderzoek. Voor de student is het meedoen aan dit wetenschappelijk onderzoek een uitge-
12
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
lezen mogelijkheid om wetenschappelijk onderzoek van dichtbij te ervaren, en meer inzicht te krijgen in zijn eigen handelen. Daarnaast worden er, als dank voor de deelname, per 100 deelnemers die het onderzoek geheel afronden 5 cadeaubonnen van € 20,- verloot. Na twee jaar meten volgt het analyseren en interpreteren van de data. Dat moet input opleveren voor publicaties en voor mogelijke adviezen aan studenten. De onderzoekers hopen daarom dat er genoeg mensen mee willen doen aan het onderzoek, zodat zij betrouwbare uitspraken kunnen doen over de resultaten. Aan het eind van het onderzoek hopen de onderzoekers u als student advies te kunnen geven over hoe u zo succesvol mogelijk kunt studeren. Dus toch wellicht dat biertje laten staan als u begint te studeren, of juist even dat rondje rennen vooraf, of toch beter morgen verder gaan als u niet zo vrolijk bent?
Meer informatie Meer informatie over de ALOUD studie vindt u in het topic Brein, Leefstijl en Leren binnen OpenU, ook te bereiken via de link: http://goo.gl/B1b0C. Tevens vindt u hier een sectie met veelgestelde vragen. Mocht u nog vragen hebben, dan kunt u een e-mail sturen naar
[email protected].
Even voorstellen JOSÉ JANSSEN Mijn naam is José Janssen. Mogelijk bent u deze naam al eerder tegengekomen vanwege mijn (vroege) betrokkenheid bij de masterclasses die vorig jaar begonnen. Mijn geschiedenis bij de Open Universiteit en CELSTEC gaat veel verder terug, maar daarover zal ik zo iets meer vertellen. De aanleiding voor deze introductie is dat ik sinds kort betrokken ben bij de begeleiding van de cursus 050411 Visies op onderwijswetenschappen. Daar ben ik heel blij mee, niet alleen vanwege de inhoud van de cursus, maar ook omdat deze cursus aan het begin van de opleiding wordt aangeboden en dit dus een gelegenheid biedt om u te leren kennen vanaf het allereerste begin. Over mijn loopbaan wil ik niet al te lang uitweiden, maar het is misschien toch aardig om te vermelden dat ik als socioloog ben afgestudeerd aan wat toen nog de Katholieke Universiteit Nijmegen heette. Nadat ik twee jaar bij het Centraal Bureau voor de Statistiek had gewerkt, kon ik bij de Open Universiteit aan de slag bij de afdeling Onderzoek & Evaluatie, die later versmolt met de afdeling van onderwijskundigen en onderwijstechnologen. Dat is al weer bijna 15 jaar geleden. Na die overstap ontdekte ik steeds meer affiniteit met het onderwijstechnologisch werk en heb ik mezelf in die richting verder ontwikkeld. In 2006 ontstond de mogelijkheid om aan een promotietraject te beginnen, waar ik tot drie keer toe mee heb willen stoppen, maar dat ik desondanks in 2010 heb afgerond.
13
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Dr. José Janssen
Mijn promotie onderzoek richtte zich op de vraag hoe je met behulp van technologie mensen die hun competenties verder willen ontwikkelen, kunt ondersteunen bij het vinden en doorlopen van een geschikt leerpad (één of meer leeractiviteiten die resulteren in een bepaald leerdoel). Dat is nuttig, maar – en dat mag hopelijk blijken uit de korte schets van mijn loopbaan – ik ben me zeer bewust van de betrekkelijkheid hiervan: je kan een weg bereiden met asfalt en richtingaanwijzers, maar uiteindelijk zal elke lerende zelf die weg moeten afleggen. In mijn rol als begeleider hoop ik nu een bijdrage te leveren door op gezette tijden aan de kant van de weg te staan met een verversing en waar nodig “een enkel opbeurend woord”.
Uitgelicht op Studiecoach STUDEREN MET EEN BEPERKING Op studiecoach (openu.nl/web/leren/studiecoach) is naast studietips en cursussen ook informatie te vinden over studeren met een beperking.
Er is informatie te vinden over de soorten voorzieningen: - visuele - auditieve - psychische en motorische functiebeperkingen - chronische ziekte - leerstoornis - tijdelijke beperkingen. Speciale voorzieningen kunt u zelf aanvragen met een intakeformulier. Ook kunt u op Studiecoach informatie vinden over kortingsregelingen van het cursusgeld of belastingaftrek van uw studiekosten. Als u te maken hebt met een functiebeperking, is het misschien wel extra belangrijk om te weten of u in aanmerking komt voor een kortingsregeling cursusgeld van de Open Universiteit. Deze korting is inkomensafhankelijk. Soms zijn studiekosten (boeken, lesgeld, computer) aftrekbaar van de inkomstenbelasting. Dat geldt als u studeert voor een huidige of toekomstige baan. Vraag ook eens aan uw werkgever welke kosten hij voor zijn rekening wil nemen.
14
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Brochure Doelgericht studeren Onlangs verscheen de nieuwe brochure Doelgericht studeren. Deze vervangt de oude minicursus Doelgericht studeren die bijna 20 jaar dienst heeft gedaan. De minicursus paste niet meer bij ons huidige studie-aanbod en de wijze waarop ons cursusmateriaal nu wordt uitgeleverd. Bovendien vonden we de minicursus te omvangrijk. De nieuwe brochure Doelgericht studeren is beknopt en toegankelijk geschreven en bevat enige handvatten om gemotiveerd en met plezier te kunnen studeren. De brochure wordt nu standaard meegestuurd bij de startpakketten van de opleidingen Cultuurwetenschappen, Informatica, Managementwetenschappen, Natuurwetenschappen, Rechtswetenschappen en Psychologie. De opleiding Onderwijswetenschappen kent alleen de master, en we vonden het niet direct passend om de brochure standaard met de eerste cursus mee te sturen. Studenten Onderwijswetenschappen kunnen natuurlijk wel, net als andere studenten en belangstellenden, de brochure bestellen of een digitale versie aanvragen via www.ou.nl Verder is er een bladerversie van de brochure Doelgericht studeren beschikbaar. http://issuu.com/open_universiteit/docs/doelgerichtstuderen?mode=window&backgroundColor=%23222222.
15
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Online Masterclasses O29411 Het doel van de cursus Online Masterclasses is om studenten de mogelijkheid te bieden voor verdieping en verbreding. In deze cursus wordt u de mogelijkheid geboden om 6 zelf te kiezen Online Masterclasses te volgen en in te brengen in deze cursus. Een Online Masterclass bestaat uit een aantal leeractiviteiten rondom een bepaalde thematiek, waarbij de activiteiten zijn georganiseerd rondom twee online sessies. In de eerste sessie geeft een expert over het thema een presentatie, wordt geïnterviewd en deelnemers krijgen de mogelijkheid via chat vragen te stellen aan de expert. In de tweede sessie worden twee papers gepresenteerd. Na elke presentatie van 15 minuten is er tijd om via de chat vragen te stellen aan de presentator. Daarna volgt volgens dezelfde systematiek de tweede presentatie. De opzet van deze sessie komt overeen met de wijze waarop paperpresentaties op een conferentie worden gehouden. Deze sessies worden opgenomen en zijn achteraf terug te zien. De opdrachten en bronnen zijn bij de start van de masterclass, welke een looptijd heeft van een week, beschikbaar.
Op onregelmatige tijden worden er online lezingen verzorgd in OpenU over een interessant onderwerp. De lezingen zijn, net als de masterclasses, via de internet te volgen en duren een uur. Inschrijfvoorwaarden worden bij de lezing bekend gemaakt. De meeste zijn open toegankelijk. Inschrijven is wel noodzakelijk.
Volgende masterclasses en lezingen in 2012 14-21 november: OpenU Kennisnet Masterclass ‘Hoe maak je gebruik van augmented reality in het onderwijs?’, met dr. Stefaan Ternier (gratis).
Elke masterclass kent een omvang van 20 uur. Als u 6 masterclasses inbrengt, heeft u 120 studie-uren. Dit staat gelijk aan 4,3 EC, wat de omvang is van deze cursus.
23 november: Lezing ‘Samen ontwerpen van werkplekleren voor beroepsonderwijs: school én bedrijf aan zet.’, met prof. dr. Loek Nieuwenhuis (gratis).
Er is één restrictie: u wordt geacht minimaal 3 masterclasses live te volgen. Dat betekent dat u er daarnaast dus 3 mag uitwerken gebruikmakend van de video’s in het archief.
28 november - 5 december 2012: Masterclass ‘Hoe stimuleer en begeleid je beter het leren van professionals?’, met dr. Jo Boon.
Online masterclasses
5-12 december: OpenU Kennisnet Masterclass ‘Hoe integreer je ICT en didactiek in het onderwijs middels het TPACK-model?’, met dr. Petra Fisser en dr. Joke Voogt (gratis).
Door het volgen van online masterclasses verdiept u uw kennis van een specifiek onderwerp. Online masterclasses worden om de paar weken georganiseerd en zijn achter een computer met internet te volgen. Voor iedere masterclass moet u zich apart inschrijven. De inschrijfvoorwaarden worden bij de masterclass bekend gemaakt. Sommige masterclasses zijn vrij en gratis toegankelijk, wel moet u zich inschrijven.
16
Online lezingen
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 16
Meer informatie, de data van de komende masterclasses en de opdrachten kunt u vinden op de site van de Online Masterclasses (http://portal.ou.nl/web/leren/masterclasses).
Column Perspectief
SABBATICAL Zoals aangekondigd verblijf ik momenteel in Finland en houd daar sabbatical. Een sabbatical houd je om de boel intellectueel en creatief een beetje op te schudden: oud stof te verwijderen, keuzes te maken tussen wat je blijft doen, welke nieuwe dingen je gaat oppakken en wat je toch beter – om heel uiteenlopende redenen – verder aan anderen kunt overlaten, of – waar je met pijn in het hart – helemaal mee moet stoppen. Sommige van die keuzes gaan vanzelf, gewoon omdat je ze leuk vindt. Voor andere moet je misschien een opruimcoach nemen. Ik weet niet hoe het met u is, maar ik vind opruimen een lastige taak. Voordat ik met sabbatical ging heb ik twee weken lang dagelijks tenminste een uur opgeruimd, omdat mijn kamer in de komende tijd door collega’s en bezoekers gebruikt moet kunnen worden. Dat ging als volgt: in het begin keek ik allerlei dingen, die op stapels lagen, precies door en schiftte ze zorgvuldig in wat weg kon en wat niet. Naarmate de tijd begon te dringen, bracht ik steeds vaker hele stapels naar Marion met het verzoek eruit te halen wat voor het nageslacht bewaard moet blijven en de rest weg te mikken. Maar naar mate ik bij de oudere stukken aanbelandde werd het lastiger. Daarvoor heb ik twee tactieken ontwikkeld: alleen een vluchtige sortering en dat waarover ik nu geen besluit kon nemen, maar wat duidelijk met de opleiding te maken heeft, is in een grote archieflade verdwenen (uitstellen dus). Dat wat met onderzoek te maken heeft en ook nog verder uitgezocht moest worden heb ik mee naar huis genomen. Nog een verplaatst probleem erbij, maar mijn bureau en vergadertafel zijn piekfijn in orde. Opruimcoaches zeggen dat je van dingen waar je geen afstand van kunt doen digitale versies moet maken en die bewaren. Van spullen die niet meer dan 10 jaar oud zijn, bestaan bijna altijd digitale versies. Dus eigenlijk kunnen die gewoon weg. De rest kan gedigitaliseerd worden.
Probleem opgelost. Alleen is bij mij het digitale archief net zo’n zooi als het fysieke. Gelukkig is de spotlight functie van Mac OS dermate goed dat ik bijna alle documenten die ik zoek daarmee weer terugvind. Als ik maar de goede zoektermen gebruik. Ik wacht nog op Boolean operatoren, dan is het helemaal perfect. Maar wat doe je met plannen die je nooit hebt afgemaakt? Artikelen die je samen met anderen zou schrijven, maar die er niet zijn gekomen? Of artikelen die je al vier keer hebt opgepakt en die je weer moest laten liggen op het moment dat je net weer wist waar het over ging? Tijdens mijn vorige sabbatical – alweer vier jaar geleden – heb ik zo’n artikel afgemaakt. Dat is uiteindelijk, na eerst nog ergens afgewezen te zijn en na nog een revisie, dit jaar gepubliceerd (versie 9, let wel scriptieschrijvers!!!)1 . Dat hele proces van tijdelijk laten liggen en later weer oppakken had één voordeel. Zonder het zelf te weten had ik namelijk een deel van de data twee maal geanalyseerd, wat een mooie maat voor de intrabeoordelaarsbetrouwbaarheid opleverde. Opruimcoaches hebben daar nog geen antwoord op. Heeft iemand een idee om zo’n galerie van vergane plannen en verlopen ideeën toch nog enige glans te geven? Of moet ik maar gewoon mijn verlies nemen en ze met de mantel der liefde bedekken? De plannen voor het moment zijn in ieder geval één oud plan af te handelen (een reviewstudie over expertiseontwikkeling in verschillende domeinen), en één nieuw plan te ontwikkelen over opleiden voor nieuwe beroepen, of voor nieuwe revolutionaire ontwikkelingen in bestaande beroepen die de praktijk van alledag zo op zijn kop gaan zetten dat niemand weet wat de nieuwe standaarden en vereiste kennis zullen gaan worden. In het volgende E-schrift laat ik u weten wat ervan geworden is. Els Boshuizen
1 Boshuizen, H. P.A., van de Wiel, M. W. J., & Schmidt, H. G. (2012). What and how advanced medical students learn from reasoning through multiple cases. Instructional Science, 40(5), 755-786.
17
E | SCHRIFT onderwijswetenschappen november 2012 | jaargang 7 | 1