Abex news Cover 205 NL:Cover
9/12/12
19:28
Page 1
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 1
Driemaandelijks - november 2012 78de jaargang - Nr 205 Associatie van Belgische Experten Koninklijke Maatschappij Erkende beroepsvereniging ABEX Beheerraad Voorzitter : James HUGHES Ondervoorzitter : Michel DE KEYSER Elisabeth BERGER Verslaggever : Alain COPPE Secretaris Generaal : Fabien de GERADON Schatbewaarder : Martine PIRET Secretaris : Frédéric HEYNEMAN
Leden Albert COLLET Michel COPPENS Bernard de RUBINAT Claude LAHMANN Michel VASSILIADES Redactie comite Elisabeth BERGER Fabien de GERADON James HUGHES
In illo tempore
Op zoek naar een definitie van het deskundigenonderzoek en de deskundige Het deskundigenonderzoek tracht vóór alles de waarheid te achterhalen. Het achterhalen van die waarheid vraagt van diegene die haar zoekt eerst en vooral morele kwaliteiten, en in tweede instantie voldoende intellectuele capaciteiten om daarin te slagen. Ik plaats bewust de morele kwaliteiten vóór de intellectuele bekwaamheid. Hoe bekwaam iemand ook is, indien hij niet gedreven wordt door de wil om de waarheid te vinden, zal het doel nooit bereikt kunnen worden. Wanneer de morele kwaliteiten niet de drijfveer zijn achter kennis en wetenschap, dan kan men de hoop laten varen dat men in staat is om een deskundigenonderzoek uit te voeren. Hooguit zal het geleverde werk de uiterlijke vorm hebben van een deskundigenonderzoek; maar absoluut gezien is het slechts bedrog, of juister nog, intellectuele oplichting. Het deskundigenonderzoek is een werk dat op wetenschappelijke wijze uitgevoerd moet worden, in alle onafhankelijkheid, zoals dit soort onderzoek het vereist. Het doet er niet toe dat de waarheid onaangenaam is om te horen voor één van de twee betrokken partijen, en misschien zelfs voor beide partijen. Het doet er ook niet toe dat de waarheid die door de deskundige aan het licht wordt gebracht, hem een slechte dienst bewijst in het leven, voor zijn carrière of voor zijn materiële belangen. Het deskundigenonderzoek is een missie van een hogere orde. De deskundige kan een opdracht aanvaarden of weigeren; maar eens hij de opdracht heeft aanvaard, moet hij haar volbrengen, ongeacht de gevolgen die dit zou kunnen hebben voor zijn eigen belang.
Verantwoordelijke uitgever Fabien de GERADON
Passage uit de toespraak van Maurice Schuermans –ESACM Ingenieur Voorzitter van de Luikse Kamer van ABEX ter gelegenheid van de opening van de studiedagen van ABEX in Luik op 3,4 & 5 juni 1939
Frans Van Kalkenlaan 1/104 B-1070 - Brussel - België Tel : +32 (0)2 523 73 33 Fax : +32 (0)2 527 36 35 www.abex.be e-mail:
[email protected]
1
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
J EAN -F RANÇOIS T YRODE J EAN -LOUIS C OURTEAUD
18:42
Page 2
De magnetische harde schijf: een
Experten - Internationale Hof van Justitie Den Haag
e eerste computers vergden geen grote opslagcapaciteit en werden terecht "rekenmachines" genoemd. De gegevens of de programma's die ze moesten verwerken, werden door de informatici in die tijd opgeslagen op uiteenlopende opslagmedia, gaande van papierband (lijkend op de telexpapierrol) tot de ponskaart met 80 kolommen, Hollerith-kaart genoemd, naar de naam van haar uitvinder.
D
Deze eerste klassieke opslagmedia volstonden niet meer toen de hoeveelheid te verwerken informatie steeds groter werd. Bovendien noopte het veralgemeend gebruik van gegevensverwerkingssystemen binnen de ondernemingen de ingenieurs ertoe om nieuwe media te vinden waarop informatie blijvend kon worden opgeslagen, zelfs als de machine zonder elektrische voeding viel. Toen verschenen de magneetbanden, die gebruikt werden om gegevens op te slagen die men wilde bewaren. Ze hadden een voldoende grote schrijfdichtheid om steeds meer informatie op te slaan op eenzelfde oppervlakte. Wij zijn van het begrip informaticasysteem snel overgeschakeld op het begrip informatiesysteem, zodat de statische informatica evolueerde naar een globale computersysteemarchitectuur. Deze technologie bereikte al snel haar grenzen wegens haar voornaamste regel: het sequentiële karakter van de opgeslagen informatie. Alle informatie werd immers achter elkaar opgeslagen. Om toegang te krijgen tot een informatie van rang N, diende men dus eerst de N-1 voorgaande elementen te lezen. Massaverwerking, zoals bijvoorbeeld het editeren van de lijst van de werknemers van een onderneming of de bankrekeningen van de klanten, was mogelijk met de magneetbanden. Daarentegen
2
was het ondenkbaar om in real time toegang te krijgen tot één welbepaalde informatie, net als de integratie ervan via een informaticatransactie. Daarom is de magneetband uit de huidige informaticasystemen verdwenen, behalve in processen van gegevensopslag. Wij zijn overigens snel van het begrip informaticasysteem overgeschakeld op het begrip informatiesysteem, zodat de statische informatica evolueerde naar een globale computersysteemarchitectuur. Tegenover deze grote evoluties op het vlak van kwantitatieve en kwalitatieve opslagbehoeften moesten de ingenieurs een nieuwe technologie uitvinden om de opslagcapaciteit en de real time toegang tot de opgeslagen informatie met elkaar te verzoenen. De harde schijf deed zijn intrede, eerst in de informaticazalen en vervolgens in de bureaucomputers. Hij werd voorafgegaan door een opslagsysteem met magneettrommel, die kort op de informaticamarkt verschenen is, maar zonder veel succes wegens zijn slechte ruimte/capaciteit-verhouding en zijn hoge onderhoudsbehoefte.
De magnetische harde schijven De gebruikte technologie De magnetische harde schijven omvatten in hoofdzaak twee actieve onderdelen: • één of meer platen: stijve elementen die met een constante snelheid rond een centrale naaf draaien en bekleed zijn met een magnetische coating die dient om de informatie op te slaan in binaire vorm, de getallen 0 en 1; • verscheidene lees-/schrijfkoppen die enkele nanometers boven het oppervlak van de platen zweven en die het lokaal magnetisch veld veranderen om infor-
matie die uit "0" en "1" bestaat, op te slaan of te lezen. Terwijl de platen constant rond de centrale as draaien, beweegt de leeskop zich boven het oppervlak en het is de geografische combinatie van die twee elementen die toelaat om de plaats te bepalen waarop de informatie wordt verwerkt (lezen / schrijven). De platen en de leeskoppen worden gestuurd door elektronische componenten die borg staan voor de harmonieuze werking van deze elementen en door een softwareprogramma (microcode) dat de gegevenslees- en schrijfbewerkingen organiseert en optimaliseert. Wanneer de schijf stilstaat, wordt de kop weggeborgen in een daartoe voorbehouden zone van de plaat die geen gegevens bevat. Als de kop, terwijl de schijf draait, in contact komt met het oppervlak van de plaat, dan zijn de geraakte gegevens verloren (en vaak de hele schijf). Dit wordt een "head crash" genoemd. De gegevens kunnen met geavanceerde technieken worden teruggehaald, maar het zijn lange en dure verrichtingen, zonder enige garantie op succes. De harde schijven zijn op fysiek vlak genormaliseerd. Men vindt schijven met afmetingen van 3,5’’1 in bureaucomputers en met afmetingen van 2,5’’ in laptops. In de handel verschijnen ook schijven met afmetingen van 1,8’’, en zelfs 1’’. De afmetingen van deze schijven zeggen niets over de betrouwbaarheid van de opslagmedia, maar hebben een invloed op de prestaties. De uitwisseling van gegevens tussen de harde schijf en de computer gebeurt via 3 soorten verbindingen: de verbinding van type IDE of P-ATA2, de verbinding van type S-ATA3 (de meest recente) of nog de verbinding van type SCSI4 (deze laatste is eerder voorbehouden aan gegevensservers, met de twee 1. De term ’’ betekent inch (bijvoorbeeld: 3,5’’ = 3,5 inch) 2. Parallel ATA 3. Serial ATA 4. Small Computer System Interface
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 3
november 2012 - Nr 205
hijf: een uitdaging voor de computerdeskundige eerste zijn onze microcomputers uitgerust). De prestaties van een schijf die verbonden is via een P-ATA en via een S-ATA interface zijn vrijwel gelijk; ze zijn beter in het geval van een SCSI-interface, dankzij zowel de controller-kaart van de schijf als zijn rotatiesnelheid (15 000 TPM). De capaciteit van deze schijven is echter kleiner dan die van de P-ATA of S-ATA schijven.
De prestaties De prestaties van een harde schijf zijn afhankelijk van verscheidene factoren. De 4 voornaamste zijn: • de rotatiesnelheid van de platen die, naargelang het schijftype, varieert van 5400 TPM5 tot 15000 TPM; • de snelheid waarmee de lees-/schrijfkoppen bewegen, "seek time" genoemd; • de capaciteit van gegevensoverdracht tussen de harde schijf en de computer; • de aaneensluitende ligging van de te lezen of te schrijven gegevens. Indien we de prestaties van de schijven van de jaren 1975 vergelijken met die van de schijven waarmee onze bureaucomputers zijn uitgerust, dan stellen we het volgende vast: • de rotatiesnelheid is toegenomen met een factor 2; • de opslagcapaciteit is toegenomen met een factor 2 000; • de toegangstijd werd verbeterd met een factor 5; • de overbrengsnelheid werd verbeterd met een factor 50. Overigens woog een schijf 50 kg in 1975: vandaag slechts 800 gram. En de kostprijs van één megaoctet is volledig gekelderd. Als we deze cijfers bestuderen,
merken we op dat de verbetering van de prestaties voornamelijk verbonden is aan de toename van de opslagcapaciteit, aangezien de andere factoren afhangen van mechanische beperkingen waar men niet omheen kan (met name de rotatiesnelheid). Vandaag bespeuren we de voorspelbare grenzen op het vlak van de toename van de capaciteiten. De ontwerpers zoeken trouwens ook naar nieuwe technologieën om sneller toegang te krijgen tot de informatie. Zo zou de tot dan onophoudelijke vooruitgang van de prestaties van de magnetische harde schijven tot stilstand kunnen komen ten voordele van nieuwe technologieën die hun intrede doen op de markt, harde schijven van het type SSD, een specifiek en complex opslagmedium.
Het beheer van de gegevens op een magnetische harde schijf Partitionering en bestandssystemen Alvorens te worden gebruikt, moet een harde schijf gepartitioneerd en geformatteerd worden. Partitioneren komt overeen met het opdelen van de geheugenzone van de harde schijf. Elke partitie kan worden geïnitialiseerd volgens een specifiek formaat, bestandssysteem genoemd, dat nauw samenhangt met het gebruikte besturingssysteem. Zo worden de bestandssystemen van het type FAT6 of NTFS7 gebruikt door de Windows-besturingssystemen, terwijl de bestandssystemen van het type HFS8 gebruikt worden door de Mac-systemen. Een bestandssys6. File Allocation Table 7. New Technology File System
5. Toeren per minuut
8. Hierarchical File System
teem bevat een voorbehouden geheugenzone die de rol van "kaart" van de harde schijf vervult: bepaalde specifieke informatie wordt daar opgeslagen, zoals de lijst van de geheugenblokken, al dan niet aaneensluitend, waaruit elk bestand bestaat (deze zone wordt "File Allocation Table" (FAT) genoemd), alsook de informatie die de bestanden kenmerkt, bijvoorbeeld naam, grootte, datum van de laatste wijziging, nummer van het eerste geheugenblok waaruit het bestand bestaat en de eventuele aanduiding dat het bestand verwijderd werd (deze zone wordt "hoofddirectory" genoemd).
Het principe van de geheugenopslag Een partitie wordt opgedeeld in verscheidene geheugenblokken (ook "clusters" 9 genoemd). Wanneer het besturingssysteem het bevel krijgt om een bestand op te slaan in de nuttige geheugenzone van de partitie, wordt de FAT doorlopen om de lijst van beschikbare geheugenblokken te controleren: een bestand wordt opgeslagen en verdeeld over verscheidene geheugenblokken, al dan niet aangrenzend. Schema nr. 1 toont het principe van de opslag van een bestand in het geheugen. We nemen het voorbeeld van een bestand met de naam "TEST.DOC" dat de tekenreeks "EXPERT" bevat en verdeeld is over niet-aaneensluitende blokken in het geheugen. Zoals aangeduid in dit schema, bestaat de partitie van een harde schijf uit drie essentiële zones: de hoofddirectory, de FAT en de geheugenzone die de gegevens bevat. De twee eerste zones vormen de "geografische" 9. Toewijzingseenheid voor de bestandssystemen. Het betreft de minimale ruimte die toegewezen kan worden om een bestand te bevatten (bv. de grootte van een cluster onder Windows 2000 bedraagt 4Ko voor een NTFS partitie van meer dan 32 Go)
>>> 3
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 4
>>> De magnetische harde schijf geheugenzones waaruit een harde schijf bestaat, de toegewezen zone die de actieve bestanden bevat en de niettoegewezen zone die de gewiste bestanden bevat waarvan de bijhorende gegevens potentieel niet meer teruggehaald kunnen worden.
Het principe van het terughalen van gegevens vanaf het geheugen van een harde schijf
Schema 1
kaart van de gegevens op de harde schijf. De FAT bevat meer bepaald voor elk bestand de lijst van de nummers van de clusters die het bestand in het geheugen vormen. Om de gegevens die het bestand "TEST.DOC" vormen (d.w.z. de tekenreeks "EXPERT") te lezen vanaf de geheugenzone, analyseert het systeem zodoende eerst de FAT van de bestanden (blauwe zone) om daaruit de lijst af te leiden van de nummers van de clusters die het bestand vormen (in ons voorbeeld de volgende nummers: 2, 3, 5, 7, 8 en 9). Zodra deze lijst verkregen is, kan het systeem elke overeenkomstige cluster lezen om daaruit de geheugeninhoud van het bestand af te leiden (groene zone). Een bestand wordt opgeslagen en verdeeld over verscheidene geheugenblokken, al dan niet aaneensluitend.
dien door het bestand werd ingenomen, overschrijft met andere gegevens. Het wissen van een bestand op een harde schijf door de prullenbak leeg te maken, verwijdert de aan het bestand verbonden gegevens niet fysiek. De geheugenblokken die het gewiste bestand vormen, worden gewoon beschikbaar gemaakt voor het besturingssysteem indien dat die plaats nodig heeft om nieuwe bestanden aan te maken. Men zegt dat deze bestanden "gedeactiveerd" zijn van het bestandssysteem. We kunnen de bestanden die op een harde schijf opgeslagen zijn, indelen in drie categorieën:
Het principe van het wissen van gegevens op een harde schijf
2. De gewiste en "gedeactiveerde" bestanden: ze staan nog vermeld in de FAT, maar bevatten de vermelding "gewist". De bijhorende geheugenzone is beschikbaar voor het besturingssysteem en de gegevens zijn fysiek nog in het geheugen aanwezig.
Het verwijderen van een bestand op een harde schijf kan op verschillende manieren gebeuren: • het bestand "op de klassieke manier" wissen met de "Delete" toets en daarna de prullenbak leegmaken; • "veilig" wissen met een geschikte software die de geheugenzone die voor-
4
1. De actieve bestanden: ze worden toegewezen in de FAT en worden voor de gebruiker zichtbaar gemaakt door het besturingssysteem.
3. De gewiste bestanden die onbekend zijn in de FAT: ze worden niet meer vermeld in de FAT, maar de gegevens zijn fysiek nog in het geheugen aanwezig. Schema nr. 2 illustreert de diverse
In de twee voorgaande gevallen van gewiste bestanden (geval 2 en 3), zijn de bestanden niet meer zichtbaar door middel van het besturingssysteem, maar zijn de gegevens nog steeds fysiek in het geheugen aanwezig. Zo is het mogelijk dat we bij onze deskundigenonderzoeken bestanden terugvinden die eerder door een gebruiker gewist werden. Er zijn verscheidene manieren om gewiste bestanden terug te halen vanaf de niet-toegewezen geheugenzone: • het bestand kan vrijwel onmiddellijk teruggehaald worden indien het recentelijk gewist werd. Het zal eenvoudigweg "gedeactiveerd" zijn van het bestandssysteem, want het is nog vermeld in de FAT. In dit geval moet er gezocht worden naar geheugenblokken die horen bij een bestand dat de aanduiding "gewist" draagt in de hoofddirectory; • het terughalen kan meer complex zijn indien het bestand niet recentelijk gewist werd. Dan is het mogelijk dat het besturingssysteem de referentiezone van het bestand van de FAT hergebruikt heeft, waardoor het bestand onbekend is voor deze laatste. In dat geval is het noodzakelijk om de techniek van "datacarving" toe te passen (analyse van de bestanden door hun headers aan het begin en het einde van het bestand) om de bestanden die nog in de niettoegewezen geheugenzone aanwezig zijn te herstellen; • indien het bestand niet meer volledig is, kan het terughalen er ook uit bestaan om fragmenten van dat bestand te identificeren door naar sleutelwoorden te zoeken in de niet-toegewezen geheugenzone.
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 5
november 2012 - Nr 205
Schema 2
Fragmentatie van gegevens Tijdens het regelmatig gebruik van de harde schijf, leidt het hierboven uiteengezette werkingsprincipe tot een verschijnsel dat fragmentatie van de gegevens genoemd wordt. Om dit mechanisme te illustreren, nemen we het voorbeeld van twee bestanden waaraan in de loop van de tijd gegevens toegevoegd zullen worden. Nemen we het geval waarin het eerste bestand de 1000 eerste clusters inneemt en het tweede bestand de 1000 volgende. Daarna worden er gegevens toegevoegd aan het eerste bestand. Het systeem kan ze niet vlak na de eerste gegevens opslaan, aangezien die plaats al ingenomen wordt door het tweede bestand. Het systeem moet de gegevens elders op de schijf wegschrijven, waardoor de gegevens die voor het eerste bestand opgeslagen worden niet meer aaneensluiten. Dit voorbeeld met twee bestanden doet zich regelmatig voor met honderden, of zelfs duizenden bestanden die op eenzelfde schijf beheerd worden. Als we parallel hiermee rekening houden met de bestanden die door het systeem of de gebruiker gewist worden, waardoor gaten in de geografie van de schijf ontstaan, lijkt de schijf na enkele gebruiksuren al snel op een virtuele gruyère. De integriteit van de gegevens van de harde schijf wordt niet in vraag gesteld, het enige gevolg van de fragmentatie is dat de toegangstijd van de gegevens toeneemt (soms heel sterk), omdat de leeskop, die aan het begin van het bestand gepositioneerd wordt bij de initialisatie van de leesbewerking, door de fragmentatie van het bestand vele keren
heen en weer moet bewegen om de gegevens te lezen. Ongeacht het gebruikte systeem, heeft de fragmentatie van de bestanden min of meer snel een invloed op de prestaties van een harde schijf. Een grote hoeveelheid gefragmenteerde gegevens op een schijf vormt een bottleneck voor de uitwisseling van gegevens met het werkgeheugen van de computer. De prestaties verbonden aan de gegevensuitwisseling worden des te meer beïnvloed daar een deel van dat werkgeheugen systematisch wordt weggeschreven op de harde schijf (het gaat om een proces van uitwisselingsbestanden die de rol van cachegeheugen vervullen om de bewerkingen te versneller). Gelukkig bestaat er utiliteitssoftware waarmee de fragmenten die over de schijf verspreid zijn, verzameld kunnen worden om zo een geheel van aaneensluitende bestanden te vormen. Dat type van programma, defragmentatieprogramma genoemd, wordt op verzoek van de gebruiker van de computer ingeschakeld of met de gewenste frequentie geprogrammeerd.
De verschillende mogelijke gevallen van analyse van een harde schijf Geïsoleerde harde schijf buiten zijn centrale eenheid
dat erin bestaat om te bepalen waarvoor de betrokkene de computer gebruikt heeft in de tijd vlak vóór de inbeslagname van de computer, kunnen de bij de bestanden horende datums (datum van de laatste keer dat het bestand bekeken werd bijvoorbeeld) waardevol blijken. Het is dan interessant om de regeling van de interne klok van de computer te controleren (datum en uur die geconfigureerd zijn in de BIOS van het moederbord), om zich ervan te vergewissen dat de datum en het uur van de computer vlak vóór de inbeslagneming correct ingesteld waren. Op een gedemonteerde en verzegelde harde schijf zonder zijn centrale eenheid kan de deskundige dat niet controleren. Het is dus aanbevolen om het volledige systeem in beslag te nemen en te verzegelen: centrale eenheid en zijn harde schijf of schijven.
Harde schijf volgens zijn besturingssysteem Het besturingssysteem (Windows, Mac os, Linux…) dat op een harde schijf aanwezig is, kan de analysemethode bij het deskundigenonderzoek wijzigen of aanzienlijk complexer maken. Bijvoorbeeld: het beeld van een harde schijf onder het besturingssysteem Mac os moet worden geanalyseerd met een forensische software, die tegelijk partities herkend die geformatteerd zijn in HFS en die de "datacarving" functionaliteit omvat voor dit type partitie. De directory's van de systeeminformatie, de cache van de internetverbindingen, de databases van berichtensystemen, de gegevens verbonden aan de gebruikerdirectory's, en de programma's die op een harde schijf geïnstalleerd zijn, verschillen bovendien aanzienlijk van het ene systeem tot het andere.
Harde schijf volgens formaat De exploitatie van een harde schijf die onmiddellijk verzegeld werd, zonder de centrale eenheid die hem herbergde, kan naargelang de aard van de zaak een bron van moeilijkheden vormen. In het geval van een deskundigenonderzoek
Op de markt bestaan verscheidene formaten van harde schijven met een identieke werkwijze naast elkaar: de enige elementen die veranderen zijn de capaciteit, het aantal platen / leeskop-
>>>
5
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 6
>>> De magnetische harde schijf pen, de schrijfdichtheid van de informatie (die de maximale capaciteit van de schijf bepaalt), maar vooral de interface (ook verbindingstechniek genoemd), die zal toelaten om de harde schijf met de rest van de uitrusting te verbinden (gewoonlijk een computermoederbord). Onder de meest courante categorieën bevatten bureaucomputers (zgn. towers) schijven van formaat 3,5’’. In laptops is hun formaat beperkt tot 2,5''. Voor deze twee schijftypes (3,5’’ en 2,5’’) is de verbinding van het "parallelle" type met een P-ATA of IDE connector, of van het "seriële" type met de nieuwe S-ATA connector. Er bestaan ook schijven met een kleiner formaat (1,8’’ of zelfs 1’’), waarvoor ook speciale genormaliseerde connectoren gebruikt moeten worden. In de categorieën van computers van het servertype, treft men eerder specifieke interfaces aan, die van het type SCSI, of tegenwoordig SAS10 kunnen zijn. Behalve schijven van 2,5’’ en schijven kleiner dan de IDE-standaard, die in dezelfde verbinding de overdracht van gegevens en de voeding omvatten, vergen alle andere formaten een externe voeding die weergegeven wordt door een aparte connector. Sommige van die schijven (meer bepaald de schijven van 1’’) die in bepaalde "ultraportables" gebruikt worden, bezitten geen beveiliging tegen verkeerde aansluiting. De schijf kan dan gemakkelijk beschadigd raken door de connector in de verkeerde richting in te pluggen. Daarom zal de deskundige, alvorens met het kopiëren te beginnen (cf. ons artikel in het tijdschrift van de Deskundige nr. 82), soms geconfronteerd worden met diverse technische problemen in verband met de geschikte verbindingen.
Harde schijf geconfigureerd in RAID-systeem De deskundige moet soms schijven analyseren die een architectuur van het type RAID11 bezitten. Deze RAID-technologie (waarvan de configuratie van RAID 0 tot RAID 6 gaat) heeft voornamelijk als doel om een grote redundantie van de op de harde schijven opgeslagen 10. Serial Attached SCSI 11. Redundant Array of Inexpensive Disk
6
gegevens te verzekeren, alsook snellere toegangstijden. Deze specifieke configuratie impliceert daardoor de aanwezigheid van verscheidene schijven die samenwerken en die, apart gestart, niet toelaten om toegang te krijgen tot het bestandssysteem en de boomstructuur van de opgeslagen gegevens. Bij een deskundigenonderzoek is een RAID disk array (groep van verscheidene fysieke schijven die de "logische schijf" vormen) complexer om te analyseren, daar de configuratie gereconstrueerd moet worden door middel van specifieke software alvorens over te gaan tot het analyseren en zoeken van de gegevens. Deze RAID-architectuur, die zeer courant is op gegevensservers, begint op sommige bureaucomputers of zelfs bepaalde laptops te verschijnen.
Harde schijf die gefragmenteerde gegevens bevat Zoals al eerder vermeld, worden de gegevens opgeslagen en kunnen ze over het geheugen gespreid worden indien het bestandssysteem niet over voldoende aaneensluitende geheugenblokken beschikt om het volledige bestand op te slaan (dit wordt fragmentatie van de gegevens van een bestand genoemd). Er kunnen zich dan verscheidene gevallen voordoen: • 1ste geval: als het bestand niet gewist werd, liggen de gegevens waaruit het bestand bestaat verspreid over de schijf. Het bestandssysteem (meer bepaald de FAT die de "kaart" van de gegevens in het geheugen vormt) laat echter toe om de link te maken tussen de diverse geheugenblokken die bij het bestand horen, en zo is het mogelijk om het bestand terug te halen bij het deskundigenonderzoek. • 2de geval: indien het bestand gewist werd, verdwijnen de bijhorende gegevens niet zolang het besturingssysteem geen plaats nodig heeft om een nieuwe opslagbewerking uit te voeren. De gegevens die nog in de geheugenzone aanwezig zijn (terwijl deze laatste slechts gewist "verklaard" wordt in het bestandssysteem) zullen vrij gemakkelijk teruggehaald kunnen worden. Naargelang het formaat van de schijf en het gebruik dat ervan
gemaakt wordt, heeft het voortbestaan van deze gewiste gegevens in het geheugen een variabele remanentie. De over de schijf verspreid liggende gegevens moeten worden verzameld en de bestanden gereconstrueerd. • 3de geval: het terughalen van gegevens wordt meer complex indien de plaats die als vrij verklaard wordt in het bestandssysteem gebruikt begint te worden door het besturingssysteem of indien, erger nog, een defragmentatie van de schijf (d.w.z. dat de aanwezige gegevens bij elkaar gezet worden om ze aaneen te doen sluiten om de schijftoegangstijd te optimaliseren) uitgevoerd wordt. In dat geval zal het onzeker zijn of gewiste documenten teruggehaald kunnen worden. Het defragmenteren van een schijf is dus een goed middel om gewiste gegevens (in zekere mate) te verbergen. Om te trachten gegevens terug te halen die tegelijk onbekend zijn in het bestandssysteem en verspreid over de schijf liggen, zullen wij software gebruiken die met de headers van de bestanden werkt (de zogenaamde "data carving"). Aangezien elk type bestand geïdentificeerd wordt aan de hand van zijn specifieke kenmerken (een header, een einde, een grootte), zal "datacarving" software de schijf sequentieel onderzoeken en trachten de gegevens te reconstrueren (afbeeldingen of tekstverwerkingsdocumenten bijvoorbeeld) vertrekkende van hun gekende en gedocumenteerde kenmerken. Hoewel hun zoekalgoritmen steeds verder geperfectioneerd worden, hebben deze tools allemaal een grens. De wijze waarop het gegeven de ruimte innam is ook een factor met wisselend succes voor deze reconstructie. Het resultaat van deze bewerking kan aanleiding geven tot onvolledig teruggehaalde documenten, afbeeldingen en, in het algemeen, bestanden.
Geherformatteerde harde schijf en harde schijf met een logische storing Een harde schijf kan geherformatteerd zijn of een zgn. logische storing hebben. Deze twee gevallen zijn wezenlijk identiek: de partities van de harde schijf zijn in beide
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 7
november 2012 - Nr 205
gevallen niet meer zichtbaar. Formatteren is een manier om een opslagmedium (harde schijf, USB-stick...) voor te bereiden door er een bestandssysteem en zijn descriptor op te schrijven. Door te formatteren kan de harde schijf herkend worden door het besturingssysteem van de computer. Naargelang het gebruikte type bestandsbeheersysteem (Windows, Mac os, Linux…), zal de formattering verschillend zijn. Een schijf die geherformatteerd wordt door het commando "snel" formatteren verliest zijn gegevens nooit. Het enige wat gebeurt, is dat de FAT's geherinitialiseerd worden, waardoor de bestanden die op de schijf aanwezig zijn hun referentie verliezen: de links tussen de geheugenblokken worden dus bijgewerkt, maar de eraan verbonden gegevens worden niet fysiek gewist. Bij een "volledige" formattering (bovenop de "snelle" formattering) zal de gegevenszone overschreven worden, wat een zoekbewerking vrij inefficiënt zal maken. Na een "snelle" formattering of in het geval van verlies van het bestandssysteem ten gevolge van een "logische" storing van de schijf, kunnen de gegevens teruggehaald worden met software die de partitie en/of de FAT (ook MFT12 genoemd) op logische wijze zal reconstrueren. Elke software heeft echter zijn grenzen en een bepaald slaagpercentage.
Harde schijf met een fysieke technische storing Soms werken de harde schijven die wij moeten onderzoeken niet meer. Het kan om een accidentele storing gaan (de harde schijf heeft een schok of een elektrische overbelasting ondergaan) of om een opzettelijke storing indien de betrokkene gegevens die hem incrimineren heeft willen vernietigen. Er zijn twee types storingen die regelmatig worden vastgesteld:
hersteld worden en dat moet met zeer specifiek materieel gebeuren. De technische ingreep bestaat erin om de harde schijf open te maken in een "clean room"13, het defecte stuk te herstellen en een bit-per-bit kopie te maken van de gegevens die teruggehaald kunnen worden.
Conclusie In dit overzicht hebben we de werking kunnen schetsen van de klassieke harde schijven die in de meeste computers zitten, alsook de grote principes van gegevensbeheer. Zonder uitputtend te zijn, geeft het toch een vrij nauwkeurig beeld van de algemene werking van een harde schijf. De mogelijkheden om gegevens terug te halen zijn talrijk, zelfs als ze "visueel" verdwenen zijn of als de schijf "opgekuist" werd. De toegepaste technieken vergen enerzijds softwaretools en materieel die afgestemd zijn op de gevraagde onderzoeken en anderzijds een uitstekende kennis van de principes van gegevensopslag. Maar de technische problematiek is aan het evolueren, want de opvolger van de magnetische harde schijf doet zijn intrede: de harde schijf SSD (Solid state drive). Dit nieuwe medium, dat gebaseerd is op het gebruik van flashgeheugens, werkt volgens dezelfde principes als de USB-sticks of de geheugenkaarten die aanwezig zijn in digitale fototoestellen. In tegenstelling tot klassieke magnetische opslagmedia, zijn de constructeurs van dit soort media verplicht om microcodes in dit type van schijf te integreren. Deze laten toe om het gebruikspercentage van deze geheugencellen te egaliseren. Dat alles zal onze onderzoeksmethodes bij gerechtelijke deskundigenonderzoeken veel ingewikkelder maken. We komen daar in ons volgende artikel op terug.
• stroomstoring: de harde schijf start niet op op het ogenblik van de fase van stempel afdrukken of "bit per bit" kopie; • mechanische storing: de harde schijf start op, maar maakt een regelmatig klapperend geluid en de gegevens zijn niet toegankelijk. In deze beide gevallen moet de harde schijf 12. Master File Table
J EAN -F RANÇOIS T YRODE Expert erkend door Internationale Hof van Justitie Den Haag Expert erkend door de rechtbanken van Luxemburg Expert erkend door de rechtbanken van Fort de France Ingenieur in informatica & Master 2 in Publiekrecht
J EAN -LOUIS C OURTEAUD Expert erkend door Internationale Hof van Justitie Den Haag Expert erkend door de rechtbanken van Orleans Doctor in de Wetenschappen (Informatica) en auditeur IHEDN
© revue EXPERTS nr87 dec. 2009
Bibliografie • Courteaud JL., Tyrode JF., Les risques d’altération des preuves en matière d’expertise judiciaire informatique, EXPERTS, feb. 2009, pp. 29 tot 33. • Tyrode JF., Courteaud JL., Pédopornographie et diffamation: la place de l’expertise informatique, EXPERTS, juni 2009, pp. 21 tot 26. • Migayron S., L’exploitation des supports de données informatiques dans l’expertise: dangers et risques, EXPERTS, juni 2005, pp. 34 tot 37. • Carrier B., "File System Forensic Analysis", Ed. Addison Wesley, 2005.
13. Een clean room is een specifiek lokaal waar de concentratie aan deeltjes zoals stof gecontroleerd wordt om contaminatie van de platen van de schijf te vermijden bij de herstelling ervan
• Boucher H., "Architecture de l’ordinateur", CEPADUS Editions, Deel 1 en 3.
7
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 8
Gerechtkosten in strafza it is het vijfde verslag van de Commissie voor de Modernisering van de Rechterlijke Orde over de gerechtskosten in strafzaken. Het betreft de uitgaven 2011. Het verslag werd opgesteld aan de hand van de boekhoudkundige gegevens van de dienst Gerechtskosten van het directoraat -generaal Rechterlijke Organisatie van de FOD Justitie. Wij willen die dienst dan ook bedanken voor zijn medewerking.
D
Zoals in het verleden stemmen de cijfers in kwestie overeen met de betalingen die de FOD Justitie en de griffies van de hoven en rechtbanken hebben uitgevoerd in het begrotingsjaar 2011. Ze zijn representatief voor het betalingsbeleid van het departement Justitie. Bij gebrek aan een aangepaste softwaretool zijn er geen cijfers beschikbaar over de daadwerkelijke "engagementen". Vanaf het begin van haar werkzaamheden heeft de Commissie Modernisering deze betreurenswaardige toestand aangeklaagd. Ook het Rekenhof deed dit onlangs in zijn 168e Boek van 20 december 2011. Door het gebrek aan deze tool kunnen de vastleggingen, verplichtingen, vertragingen en uitgaven niet op een adequate wijze worden opgevolgd. Het is onbegrijpelijk waarom er nog steeds een gebrek is aan professionalisme en een weigering om een streng en transparant beleid te voeren. Terwijl de regering de strijd tegen de verspilling is aangegaan, lijkt het departement Justitie nog steeds niet bereid te zijn om de Rechterlijke Orde moderne en doeltreffende tools ter beschikking te stellen voor de ontwikkeling van een efficiënte beheerspolitiek. Dit verslag bestaat uit twee delen. Het eerste deel heeft betrekking op de algemene uitgaven en de voornaamste uitgavenposten (deskundigenonderzoeken,
8
telefonie, tolken en vertalers, enz.). Die werden gekaderd in uitgaven van de afgelopen vijf jaar. ln het tweede deel worden de uitgaven gegroepeerd per rechtsgebied, per gerechtelijk arrondissement en per aard van de uitgaven. Het verslag wordt afgesloten met een kort besluit. ln de loop van 2011 heeft het departement Justitie een totaalsom van 111.081.019 euro uitgegeven. Dit komt neer op een stijging van 4.349.593 euro in vergelijking met 2010. Uit de aanvullende inlichtingen van de FOD Justitie blijkt echter dat 4.717. 415 euro aan facturen niet voor het einde van het jaar konden worden afgelost bij gebrek aan liquide middelen. Ais ook die som wordt rneegerekend, wordt de grens van 115 miljoen euro overschreden. Bovendien ziet het ernaar uit dat ook de griffies van de rechtbanken talrijke facturen wegens liquiditeitsproblemen nog niet hebben betaald. Onderstaande tabel toont de evolutie van de betalingen sinds 2000. Het is de derde keer in die periode dat de grens van 100 miljoen euro werd overschreden, maar de eerste keer dat de grens van 110 miljoen euro werd overschreden. Van 2000 tot 2011 zijn de uitgaven meer dan verdubbeld. Is een blijvende stijging onvermijdelijk ? De toekomst zal het uitwijzen.
Belangrijkste uitgavenposten Uit de analyse van de uitgaven blijkt dat er 116 uitgavenposten zijn voor gerechtskosten. De griffies van de hoven en rechtbanken doen sommige uitgaven met voorschotten die de FOD Justitie of de dienst Gerechtskosten van het departement ter beschikking stelt. Omwille van de leesbaarheid van het verslag is beslist om in dit eerste deel stil te staan bij de tien voornaamste uitgavenposten en de goedgekeurde uitgaven voor juridische bijstand en rechtsbijstand. De tien belangrijkste uitgavenposten zijn: Geneeskundig onderzoek van zieken en gekwetsen; verkeersonderzoek; toxicologie; boekhoudkundig onderzoek; onderzoeken van geesteszieken; stallings-en takelkosten; genetisch onderzoek; gerechtsdeurwaarders; vertalers en tolken; telefonie. Deze tien voornaamste uitgavenposten vertegenwoordigen 83 miljoen euro. Dit is 75,06 % van het totaalbedrag van de uitgaven. De andere uitgavenposten vertegenwoordigen dus amper 25%. Hiernaast wordt de verdeling over de tien voornaamste uitgavenposten visueel voorgesteld; telefonie is goed voor 31 %, gerechtsdeurwaarders voor 21 %, verta-
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 9
november 2012 - Nr 205
trafzaken: uitgaven 2011
(uittreksel)
lers en tolken voor 20 % en de genetische onderzoeken voor 10 %. Daarna komen alle andere ultgavenposten, die tussen de 2 % en de 5 % schommelen.
Deskundigenonderzoeken Zes van de tien voornaamste uitgavenposten hebben betrekking op deskundigenonderzoeken. Deze zes uitgavenposten vertegenwoordigen samen 19.489.209 euro. Om een volledig overzicht te krijgen van de deskundigenonderzoeken, hebben wij bij die som ook alle uitgaven voor andere deskundigenonderzoeken gerekend (inzake brand, ballistiek, inforrnatica, architectuur, enz.), wat het totaal op 21.442.759 euro brengt, een bedrag dat 19 % van de uitgaven vertegenwoordigt.
De aanzienlijke financiële omvang van deze uitgavenpost zou de leidinggevenden ertoe moeten aanzetten om zich te buigen over deze thematiek en na te gaan hoe er gerationaliseerd kan worden. Hierboven worden de uitgaven van de voorbije vijf jaar voorgesteld. Uit deze figuur blijkt dat de genetische onderzoeken 40 % van alle deskundigenonderzoeken uitmaken. Daarna volgen de medische en paramedische deskundigenonderzoeken alsook de deskundigenonderzoeken inzake toxicologie, boekhouding en verkeer. Wat het genetisch onderzoek betreft, zouden de wetenschappelijke werkzaamheden van het NICC (www.nicc.fgov.be\deskundigenonderzoek) en het College van procureurs-
generaal de politieke en administratieve leidinggevenden kunnen inspireren bij hun streven naar rationalisering. Er zou zo snel mogelijk een reflectie op gang moeten worden gebracht over o.a. het aantal erkende laboratoria, de centralisering van de profiling en werving van de forensisch adviseurs. Wat de deskundigenonderzoeken betreft, moeten de behoefte en noodzaak worden onderstreept van de certificering van de deskundigen, de invoering van processen voor kwaliteitscontrole en een regelgeving aangepast aan de huidige realiteit. Ten slotte zouden de RIZIV-barema's voor alle medische, paramedische en toxicologische onderzoeken ais referentie moeten dienen. Een elektro-encefalografisch onderzoek, in het kader van een gerech9
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 10
>>> Gerechkosten in strafzaken telijk onderzoek, mag aan justitie niet twee maal zoveel worden aangerekend. Het departement Justitie kan zich terdege laten adviseren door de specialisten van het RIZIV of van de FOD Volksgezondheid.
Telefonie Van de tien voornaamste uitgavenposten is telefonie de post die de meeste onrust en belangstelling wekt. De onderstaande tabel en figuur geven de enorme schommelingen weer van deze post gedurende het voorbije decennium. Figuur e laat een sterke golfbeweging zien: 13,6 miljoen euro in 2007; 21,2 miljoen euro in 2008; 18,4 miljoen euro in 2009; een duik naar 8,9 miljoen euro in 2010 en een bliksemsnelle stijging tot 25.495.675 euro in 2011. Het spreekt voor zich dat die schommelingen het resultaat zijn van het betalingsbeleid van het departement. Zij staan bijgevolg volledig los van hoe vaak de gerechtelijke overheden een beroep doen op de plaatsbepaling van telefoongesprekken en de telefoontaps. In 2011 heeft de dienst Gerechtskosten zijn achterstand weggewerkt en voor meer dan 15 miljoen euro onbetaalde facturen betaald aan de operatoren. Naast die achterstallen werden ook de facturen, verzonden voor september 2011 betaald, wat overeenkwam met 10,2 miljoen euro. Er ‘ ‘ dus een nieuwe achterstand opgewerd bouwd, die op 2,74 miljoen euro wordt geraamd. Deze zal wegen op de begroting van 2012. ln tabel d1 wordt per operator de verdeling weergegeven van de uitgaven voor de plaatsbepaling van telefoongesprekken en de telefcontaps, respectievelijk 10.885.564 euro en 14.638.217 euro. Volgens de informatie die het departement heeft bezorgd en die werd opgesteld dankzij de zorgvuldige controle van de facturen door de CFI van de federale
1 Het verschil van 1 893 euro kan worden verklaard door drie betalingen die buiten het gebruikelijke circuit werden uitgevoerd.
10
politie zou de facturering tussen 2010 en 2011 gedaald zijn; zo hebben de operatoren in 2010 een totaalbedrag van 16.707.009 euro aangerekend, terwijl dat in 2011 slechts 12.951.258 euro bedroeg, wat neerkomt op een aanzienlijke daling van 3.755.751 euro. Hoe kan die welkome daling worden verklaard ? Het koninklijk besluit van 8 februari 2011 (in werking getreden in maart 2011) dat een nieuwe tarifering oplegt, lijkt zijn vruchten af te werpen aangezien de facturering met meer dan 22 % is gedaald. Een andere verklaring zou een lager verbruik zijn, maar dat moet nog worden nagegaan. Volledigheidshalve moet worden benadrukt dat het budget van het departement Justitie in het activiteitenprogramma 12.56.01 "Afluisteren. kennisnemen en opnemen van privé-communicatie en telecommunicatie" vastleggingskredieten bevat ter financiering van een deel van de werking van de federale politie, de nodige investeringen en de aankoop van
bepaalde materialen. Dit programma is goed voor 2,4 miljoen euro. ln 2011 heeft het departement meer dan 27,8 miljoen euro uitgegeven aan telefonie. wat neerkomt op 25 % van het algemene budget voor gerechtskosten. In 2007 was dat percentage identiek hetzelfde.
Vertalers en tolken ln tabel e staan de cijfers van de betalingen aan vertalers en tolken in de loop van de voorbije vijf jaar. In 2011 bedragen de kosten 16.746.048 euro. Er is een belangrijke daling van 8.170.624 euro in vergelijking met het voorgaande jaar, dat een abrupte stijging van meer dan 7,1 miljoen euro kende. Die twee schommelingen zijn onverklaarbaar: het is niet duidelijk of de oorzaak ligt in het betalingsbeleid (geblokkeerde en vervolgens geregulariseerde facturen) of in een explosie van vorderingen van de gerechtelijke overheden. De boekhoudkundige classificatie van de
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 11
november 2012 - Nr 205
FOD Justitie biedt de mogelijkheid de cijfers nauwkeurig te omschrijven en een onderscheid te maken tussen vertalers en tolken. Zo werd er voor 7.291.571 euro aan tolken; voor 6.983.652 euro aan vertalers en ten slotte voor 2.470.825 euro aan tijdens telefoontaps ingezette tolken en vertalers geboekt. De daling ten opzichte van 2010 doet zich voor in die drie onderverdelingen. De Commissie had het in haar verslag 2011 over een "betreurenswaardig gebrek aan initiatief”. Dit jaar komt ze weer tot dezelfde vaststelling. Bepaalde initiatieven, zoals de aanpassing van de regelgeving, vragen uiteraard de nodige tijd. Andere acties zijn echter relatief eenvoudig te lanceren. De Commissie Modernisering stelt bijvoorbeeld voor om voor alle tolken een verplichte routekaart in te voeren die meeondertekend moet worden door de opdrachtgevende overheid. Alle gerechtelijke overheden zullen die routekaart moeten eisen. Dit document zal allerlei informatie bevatten over de werktijden (aankomsttijd, begin en einduur van de prestatie, wachttijd) de prestatieplaats en de eventuele verplaatsingen van de tolk. De invoering van dit soort van initiativen onderstelt een ministerieel besluit (genomen op grond van artikel 145 van het koninklijk besluit van 28 december 1950) dat de routekaart verplicht maakt en een verklarende omzendbrief aan de gerechtelijke overheden. Door de invoering van de routekaart kan het aantal onregelmatighe-
den worden beperkt. Bovendien kan het de rechtstreekse en onmiddellijke controle door de gerechtelijke overheden bevorderen. Dit voorstel heeft het voordeel dat het snel kan worden uitgevoerd.
Conclusies Wij kunnen onze schriftelijke conclusies van 2010 integraal overnemen. Er is sindsdien niets veranderd. Ook de conclusies van het Rekenhof van december 2011 zijn scherp: "Het Rekenhof stelde ook tekortkomingen vast in de boekhouding en de interne controle (...)". De grens van 110 miljoen werd overschreden en het is bang afwachten wat de toekomst brengt als er geen drastische maatregelen worden genomen op het vlak van de tarieven (voor telefonie en onderzoek). Op dat vlak heeft de ministerraad op 12 maart 2012, op de voordracht van de minister van Justitie, beslist om 13 miljoen euro te besparen op gerechtskosten, waarvan 10 miljoen euro op telefonie en de rest op genetisch onderzoek en de uitgaven voor de tolken. De initiële begroting van 2012, vastgesteld op 98,98 miljoen euro, blijft ruim onder de uitgaven van 2011. Er moet dus redelijkerwijs worden ondersteld dat er alweer een beroep zal moeten worden gedaan op andere interne middelen, zelfs al legt de regering dras-
tische tariefverminderingen op. Er zijn ook nog andere bedreigingen, zoals de gevolgen van het Saldüz-arrest. Hoe hoog zal de factuur voor juridische bijstand en rechtsbijstand in 2012 uitvallen ? De door de regering uitgetrokken reserve van 3,5 miljoen euro lijkt lachwekkend gelet op de ramingen van verschillende waarnemers. De stijging van de procedurekosten die toe te schrijven is aan de invoering van de btw-plicht voor de prestaties van de gerechtsdeurwaarders, te weten een verhoging van 21 % zal zwaar wegen op het departement. Er bestaat nog steeds onduidelijkheid over de invoering van de btw-plicht voor vertalers en tolken. Daarvoor bestaan namelijk nog geen aangepaste regelgeving en gestandaardiseerde werkprocessen. Ten slotte is de nood aan een moderne en unieke informaticatoepassing pijnlijk duidelijk; het is nog steeds onmogelijk om de verbintenissen met derden in te plannen. Het is eveneens onmogelijk om de bij wijlen gigantische schommelingen in de uitgaven te lokaliseren, te begrijpen en te verklaren (bijvoorbeeld de post tolken en vertalers). Onder de noemer "goed nieuws" moeten zeker de lokale initiatieven tot invoering van controle-en kwaliteitsprocessen van de leidinggevenden van griffies en parketten worden vermeld. Ook bepaalde magistraten nemen initiatieven die kunnen worden toegejuicht. Ten slotte gaan de werkzaamheden van het Niee in de goede richting, want zij leiden tot goede praktijken die belangrijke positieve financiële gevolgen zouden kunnen hebben als ze veralgemeend zouden worden toegepast. Informatie en opleiding zijn hierbij onmisbaar. Op dit vlak zijn de inspanningen van het IGO belangrijk. Nu moeten de betrokkenen nog deelnemen aan de georganiseerde opleidingen . . .
© Commissie voor de modernisering van de rechtelijke Orde info: http://www.cmro-cmoj.be/nl/
11
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 12
Suggesties voor een replieknota betref en tiental dagen vóór de taxatiezitting (art. 991 van het GB) die zal plaatsvinden in de Raadkamer, zal de deskundige een nota overmaken die de chronologie van zijn opdracht vermeldt en die, op beknopte en methodische wijze, antwoordt op de opmerkingen van de partijen.
E
Een recente ervaring zal als voorbeeld dienen.
Verloop van de opdracht.
- 10 december 2010: nieuwe vaststellingen ter plaatse. - 16 december 2010: neerlegging afdeling C van het verslag (p. 12). - 11 januari 2011: zitting in Raadkamer. - 17 januari 2011: aankondiging van de vaststellingen van 31.01.2011. - 31 januari 2011: vaststellingen, waarbij het dak onder water wordt gezet. - 16 februari 2011: neerlegging van afdeling D van het verslag (p. 22), met vaststellingen van 31.01.2011 1ste voorlopig advies. - 15 maart 2011: zitting in Raadkamer (105' wachttijd Mr. Cezlautre).
- Vonnis van 10 februari 2010 vraagt de mening van de deskundige over waterinsijpelingen, op te nemen in een verslag.
- 9 mei 2011: zitting in Raadkamer (PM).
- 22 februari 2010: ontvangst van de gerechtsbrief.
- 24 juni 2011: vaststellingen ten gevolge van uitbreiding van de opdracht.
- 24 februari 2010: verzending van de brief om het deskundigenonderzoek in beweging te brengen, met vermelding dat "het niet mogelijk is om de uiteindelijke kostprijs (van de opdracht) te preciseren", met aanduiding van het tarief (art. 972 § 2) + zonder rekening te houden met de taxatiekosten. - 1 april 2010: installatie van het deskundigenonderzoek + uitleg nota "in beweging brengen van het deskundigenonderzoek". - 6 april 2010: neerlegging van afdeling A van het verslag (p. 8). - 9 april 2010: identificatie van het defecte onderdeel: o wederindienststelling nieuwe installatie + comfort. o geen verzoek om analyse van het onderdeel. o N.B.: - Deze test had - door de aannemer uitgevoerd kunnen worden - door de architect besteld kunnen worden. - 12 april 2010:
- 31 augustus 2011: neerlegging afdeling E van het verslag met 2de voorlopig advies. - 22 september 2011: Dhr. Lentrepreneur meldt de interventie van een technisch adviseur. - 27 september 2011: neerlegging technische nota voor Dhr. + Mevr. Lentrepreneur en Burodétud zonder de plaats te hebben bezocht. - 10 oktober 2011: de gerechtsdeskundige meldt dat sommige stukken zich nog steeds niet in zijn dossier bevinden. - 17 oktober 2011: incident / nieuw feit. - 9 januari 2012: neerlegging van het eindverslag. -1februari 2012: gezamenlijke betwisting van de expertisekosten door de advocaten Cépamoix en Cezlautre.
neerlegging afdeling B van het verslag (p. 10).
- 19 mei 2010: vergadering voor een bemiddelingspoging. - 27 mei 2010: vaststellingen ter plaatse op verzoek van Mr. Volontaire. - 16 juni 2010: 2de vergadering voor een bemiddelingspoging. (*). - 30 juli 2010: neerlegging verzoekschrift uitbreiding van de opdracht. - 14 september 2010:
zitting in Raadkamer voor:
o toekenning van een aanvullende provisie van 3.500 €. o opstelling van een tijdschema voor de replieken ten gevolge van betwisting vraag Mr. Cépamoix. - 2 december 2010: Mr. Volontaire brengt de Rechtbank op de hoogte van nieuwe problemen. 12
- 5 juli 2011: Dhr. Lentrepreneur verandert van advocaat.
1. Inleiding Naar aanleiding van de neerlegging van het eindverslag van het deskundigenonderzoek op 9 januari 2012, hebben de verweersters, elk op 1 februari 2012, de onkosten- en ereloonnota van de gerechtsdeskundige, die was opgenomen in de bijlagen 52 en 52.1 van zijn verslag, betwist. Beide partijen verwijzen ten onrechte naar artikel 982 van het GB voor wat betreft de criteria die in aanmerking moeten worden genomen voor het door de Rechter vaststellen van het bedrag van de kosten en erelonen die voortvloeien uit de expertiseopdracht. Na de herzieningen van het Gerechtelijk Wetboek, die het
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 13
november 2012 - Nr 205
betreffende Taxatie
M ICHEL S TRICKLESSE Architekt en Deskundige
voorwerp hebben uitgemaakt van de wetten van 15.05.2007 en 30.12.2009, worden genoemde criteria voortaan vastgesteld door artikel 991 § 2 al.3.
Het was voor de ondergetekende onmogelijk om een technisch en gepast antwoord te geven op truïsmen of argumenten pro domo.
Er wordt bovendien ook verwezen naar het werk "La réduction des honoraires excessifs des experts" door S.D. – Cahier de droit judiciaire, 1991, p.43.
Het optreden van architect Rouedesekourt, in de hoedanigheid van technisch adviseur van de aannemer, heeft de argumenten van de verweersters geobjectiveerd; de ondergetekende heeft daar gedetailleerd op geantwoord in bijlage 36 en op de opmerkingen van Dhr. Burodétud in bijlage 37.
Er dient te worden opgemerkt dat de inhoud van dit artikel niet wordt voorgelegd en dat deze rechtsleer bovendien van ruim vóór de recente voornoemde wijzigingen aan het Gerechtelijk Wetboek dateert. Bovendien stellen we eigenaardig genoeg vast dat de argumenten van de verweersters, te weten de architect en de aannemer, met elkaar overeenstemmen en elkaar aanvullen, terwijl de architect per definitie de opdracht heeft om de belangen van de bouwheer te verdedigen, en niet die van de aannemer. Voorts worden verscheidene argumenten uit hun context gehaald. Citaten worden onvolledig overgenomen, zoals: 1) Brief van 17.10.2011: "Ik had niet vastgesteld …" (2de § van p.4 van de nota van Meester Cezlautre) Dat soort vaststellingen werd niet uitgevoerd, daar ze niet uitdrukkelijk tot de oorspronkelijke expertiseopdracht behoorden. 2) Lijnen 13 en 14 van p.63 – Toepassing van de methode Coué (5de § van p.4 van de nota van Meester Cezlautre) De volgende regels illustreren de moeilijkheden die aangetroffen werden tijdens de expertiseopdracht: verschijningen in de Raadkamer, wijziging van het voorwerp van de opdracht, spreiding van de verzoekschriften van de eisers. Tot slot dient eraan te worden herinnerd dat de expertiseopdracht als doel heeft om te informeren en om het mechanisme van een actie die tot een geschil heeft geleid duidelijk uiteen te zetten, zodat de Rechtbank het recht dienovereenkomstig kan toepassen. In dit geval was het een complexe, langdurige en saaie taak, want de feiten waren talrijk, hoewel hun kostprijs laag was.
2.Hoedanigheid van de deskundige en relevantie van het opgestelde verslag De ondergetekende wordt verweten dat hij bij de opstelling van zijn voorlopig advies niet heeft geantwoord op de door de verweersters geformuleerde opmerkingen.
De betwisting van de grond van het dossier heeft geen betrekking op de taxatieprocedure.
3. Moeilijkheden en langdurigheid van de uitgevoerde werken Elk bezoek van de ondergetekende aan de omstreden plaatsen werd vooraf aangekondigd aan de adviseurs van de partijen. Zij hebben nooit het nut ervan betwist voor de Rechtbank, zoals ze dat krachtens artikel 973 van het GB mogen doen. De meeste vaststellingen vanaf 31 januari 2011 werden gedaan in afwezigheid van de partijen die ze uitdrukkelijk hadden aangekondigd. De omvang van het betwiste gebouw en/of de betwiste werken heeft geen weerslag op de noodzaak om alle nodige vaststellingen te doen, en om de conclusies van het eindverslag te motiveren. Het verzoek dat op 24 juni 2011, bij het begin van de vergadering, geformuleerd werd door advocaat Cépamoix om de deskundige te vragen om "de diverse kosten te ventileren en/of te detailleren en de eventuele weerslag van de tijd te vermelden…" (zie Inleiding II.2, p.28 van het verslag) impliceert noodzakelijkerwijze dat de deskundige langdurige, en dus dure, taken vervult, zelfs als de bedragen van de werken en het gebouw die betwist worden laag zijn. Net als ieder vonnis de motieven moet bevatten die de overtuiging van de Rechter bepaald hebben (arrest van 8 oktober 2011 van het Hof van Cassatie), moet elk deskundigenverslag gemotiveerd worden volgens het algemeen rechtsprincipe, zoals het Hof van Cassatie dat heeft beslist in haar arresten van 24 juni 2004 en 10 juni 2005. Dat vereist dat de verklaringen, bewijsvoeringen en conclusies van de gerechtsdeskundige gebaseerd zijn op feiten en/of bewezen elementen. Daarom heeft de ondergetekende met name gebruik gemaakt van de stukken 40, 42 en 43, opdat de
13
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 14
>>> De la taxation Rechtbank en de partijen de ins en outs ervan zouden kunnen controleren en zodoende zijn redenering zouden kunnen volgen. Bijlage 48 werd in het deskundigenverslag geïntegreerd om de Rechtbank toe te laten om zich een idee te vormen van een praktijk van het beroep, die verschilt van die van architect Burodétud; in dit geval betreft het die van de ondergetekende. Bijlage 30, een uittreksel van een wetenschappelijk en niet-normatief werk "Bâtir, manuel de la construction", uitg. 2006 door de Presses polytechniques et universitaires romandes, werd voorgelegd met het doel om een duidelijke (hoewel Zwiterse) uitleg te geven over de huidige zorgen op het vlak van energieprestatie van het gebouw (EPB) die nu worden opgelegd voor werken die in België worden uitgevoerd (zie bijgevoegde bijlage). Hoewel deze richtlijn niet strikt van toepassing was voor de uitvoering van de betwiste werken, blijft het vasthouden van de calorieën in het gebouw tegenwoordig een elementair principe voor elke constructie. De bijgevoegde bijlagen 1 en 2, uittreksels van Belgische publicaties, illustreren deze noodzaak, en aannemers en ontwerpers worden er sedert verscheidene jaren aan herinnerd (februari 2008 in dit geval).
4. Waarde van het geschil Door de verrekeningen van de prestaties mee te delen, die opgenomen zijn in de bijlagen 9, 10, 14, 20, 23 en 35 bij het deskundigenverslag, werden de partijen nauwgezet en regelmatig op de hoogte gehouden van de kostprijs van de expertiseopdracht, op 6 en 12 april 2010, 15 december 2010, 16 februari 2011, 6 april 2011 (zijnde 13.311,00 € incl. BTW) en 6 januari 2012 (zijnde 16.951,00 € incl. BTW); ze hebben geen enkele opmerking gemaakt en de kosten van het deskundigenonderzoek niet betwist in tempore non suspecto. De door Meester C. Lhôtre aangehaalde rechtspraak, met betrekking tot de waarde van het geschil (Burgerlijk, Luik, 17 december 1990), dateert van ruim vóór de nieuwe bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek; bovendien was het voor de ondergetekende niet mogelijk om zich te onttrekken aan de taken die gevraagd werden door advocaat C. Lhôtre op 24 juni 2011 (cf. supra, onder 3, 4de §). Het is onjuist om te verklaren dat de erelonen van de gerechtsdeskundige 19,97% van het bedrag van de aanneming bedragen (p.4 van de nota van Meester Cépamoix). Deze vergelijking wordt immers gedaan op bedragen inclusief BTW, maar de BTW-percentages verschillen: 6% en 21%. De kostprijs van de werken bedraagt 80.061,83 € excl. BTW (zie p.2 van stuk 4 van het dossier Lentrepreneur), 14
en niet 96.577 € inclusief BTW (zijnde 11.711,73 € aan erelonen incl. BTW + 84.865,54€ incl. BTW aan werken). De kosten van het deskundigenonderzoek worden als volgt opgesteld: - Prestaties : - Kosten : - BTW 21 % :
10.800,00 € 3.209,77 € 2.942,05 €
5. Prestaties en uurtarief Tenzij de ondergetekende zich vergist, impliceert het feit dat zijn verslag afgesloten wordt met de formule van de eed "Ik zweer dat ik mijn opdracht in eer en geweten, nauwgezet en eerlijk vervuld heb" natuurlijk dat het detail van de prestaties die opgenomen zijn in de bijlagen 52 en 52.1 de werkelijke tijd weerspiegelen die aan de vervulling van de gerechtelijke opdracht besteed werd. Wat betreft het tarief van 135 €/u excl. BTW dat door de ondergetekende wordt toegepast, is het bovendien verkeerd om te verklaren dat "… het hoogste uurtarief dat binnen het College van architecten-deskundigen gehanteerd wordt ± 100 €/u excl. BTW bedraagt". Hierbij is, in bijlage 3, een uittreksel gevoegd van de tarifering van deskundige F., een lid dat genoemd College welbekend is, in het kader van een opdracht die vervuld werd voor de Rechtbank van 1ste Aanleg te Brussel, die zijn prestaties aanrekent aan 120 €/u excl. BTW. In bijlage zijn ook de tariferingen opgenomen, van 140 en 145 €/u (in 2008 – 2009) excl. BTW, die toegepast worden door de deskundigen H. en H., die regelmatig samenwerken met de Rechtbank van 1ste Aanleg in Brussel (zie bijgevoegde bijlagen 4 en 5). Merk op dat de tarifering, opgenomen in bijlage 1 bij het deskundigenverslag – ref. 1822/3410 –, die aan de adviseurs van de partijen meegedeeld werd zodra de opdracht werd aangevat, nooit betwist werd in tempore non suspecto. Tot slot legt de ondergetekende, in de bijlagen 6 tot 8, diverse stukken voor die zijn veertig jaar ervaring in werven aantonen en zodoende de tarifering verantwoorden die hij in onderhavige opdracht heeft toegepast.
6. Historiek van de feiten volgens advocaat Cépamoix A) Brief van 9 april 2010 Onder leiding van de ondergetekende heeft Dhr. Lentrepreneur de loodgieterij-installatie onder druk gezet, wat een defect aan een hulpstuk aan het licht heeft gebracht; deze test had al lang geleden door de architect bevolen kunnen worden.
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 15
november 2012 - Nr 205
B) Brief van 27 mei 2010 1. Het schrijven van de adviseur van de eisers bestond uit een fax en niet uit een e-mail, en was in kopie gericht aan de advocaten Cépamoix en Cesfaux (zie kopie in bijlage 9).
• er uitvoerbaar vonnis van te wijzen, niettegenstaande beroep, zonder borgtocht noch kantonnement. Brussel, 22 februari 2012.
2. Het verzoek betrof de vaststelling van waterinsijpelingen; dit begrip was uitdrukkelijk opgenomen in het 3de punt van de tekst van de oorspronkelijke opdracht (zie inleiding, op p.11 van het deskundigenverslag). C) Vonnis van 15 november 2011
De Deskundige van de Rechtbank
Bijlagen bij de nota:
Het spreekt vanzelf dat de aanbeveling van de Rechtbank "… de aandacht trok van de deskundige en de partijen …" … Het was helaas al te laat voor hen ! De gerechtsdeskundige kon zich er bij de opstelling van zijn conclusies niet aan onttrekken om op behoorlijk gemotiveerde wijze te antwoorden, noch op de vragen en opmerkingen van de partijen en hun technisch adviseur (zie bijlagen 36 en 37 bij het deskundigenverslag), noch op de vragen van de Rechtbank.
1. Uittreksels van het tijdschrift "Architrave" - februari 2008 en "Menuiserie +" - maart 2010. 2. Uittreksel van "Menuiserie +" - december 2010. 3. Uittreksel verrekening van arch. F. in een opdracht die vervuld werd voor de Rechtbank van 1ste Aanleg van Brussel.
7. Conclusies
4. Uittreksel verrekening van deskundige H. in een opdracht die vervuld werd voor de Handelsrechtbank van Brussel.
Rekening houdend met wat voorafgaat, verzoekt de ondergetekende de Rechtbank om:
5. Uittreksel verrekening van deskundige F. in een opdracht die vervuld werd voor de Rechtbank van 1ste Aanleg van Brussel.
• de erelonen en kosten van het deskundigenonderzoek vast te stellen op het bedrag van (incl. BTW): af te trekken provisies (incl. BTW): verschuldigd saldo op 6 jan.2012 (incl. BTW):
16.951,82 € - 12.000,00 € 4.951,82 €
6. CV van de ondergetekende. 7. Punten op het vlak van permanente vormingen. 8. Uittreksel van het werk van de ondergetekende, met het oog op publicatie, "40 ans parmi les chantiers". 9. Fax van advocaat Volontaire van 27 mei 2010.
• de partijen solidair te veroordelen tot betaling van voornoemd bedrag, te vermeerderen met: intresten krachtens de wet van 2 augustus 2002 – zijnde 7% (bijlage 1 bij het deskundigenverslag - ref. 1822/3410) vanaf 3 februari 2012, op het bedrag van 4.951,82 € x 3/12de van 03.02.2012 tot 03.05.2012 = 86,66 € ❍
M ICHEL S TRICKLESSE Architekt en Deskundige
❍ de kosten voor verschijning in de Raadkamer, op 5 maart 2012, zijnde: 210 € + 21% (volgens tarifering uit bijlage 1 van het deskundigenverslag) = 254,10 €
de aanvullende prestaties voor het opstellen van onderhavige nota (zie taxatiekosten "… zonder rekening te houden met de eventuele prestaties voor de opstelling van replieken …" – bijlage 1 bij het deskundigenverslag – ref. 1822/3410):
❍
• zijnde 280 minuten, zijnde: • dactylokosten, brieven, kopieën:
*
* *
630,00 € 148,00 € 778,00 €
• BTW 21 % : zijnde op heden een totaal verschuldigd bedrag incl. BTW van:
163,38 € 941,38 € 6.233,96 € 15
News 205 NL BAT:ABEXnews-176_FR maquette
9/12/12
18:42
Page 16
Persbericht Sabine LARUELLE - Minister van Middenstand, KMO’s, Zelfstandigen en Landbouw De relance gebeurt via de zelfstandigen en de KMO’s: “maatregelen ter ondersteuning van het tweedekansondernemersschap” Sabine Laruelle, Minister van Middenstand, KMO’s en Zelfstandigen, is blij dat de ministerraad haar wetsvoorstel om het tweedekansondernemersschap te versterken vandaag heeft goedgekeurd. Haar voorstel kadert binnen de relancestrategie van de federale regering die eerder deze zomer op 20 juli de ministerraad passeerde. Momenteel kan een zelfstandige in faling via onderstaande criteria in aanmerking komen voor de faillissementsverzekering : • Indieningstermijn van de aanvraag binnen het trimester dat na de faling volgt, • Inning van de vergoeding gedurende maximum 12 maanden, • Eenmalige vraag gedurende de volledige carrière Ter herinnering, de faillissementsverzekering komt enkel tussen bij een faillissement bij handelaars of een collectieve schuldenregeling bij niet-handelaars. Het maandelijkse bedrag van de vergoeding komt overeen met het minimale pensioen dat een zelfstandige ontvangt voor een volledige loopbaan van 45 jaar. Dat komt neer op 1.027,28 euro per maand voor een alleenstaande en 1.336,54 euro per maand voor een gezin. Binnen het systeem van de faillissementsverzekering behoudt de zelfstandige o.a. ook zijn rechten op het gebied van de gezinsbijslagen en de sociale zekerheid. Vanaf 1 oktober 2012 zullen volgende aanpassingen met betrekking tot de faillissementsverzekering van kracht gaan: - Betere communicatie via de sociale verzekeringskassen en de handelsrechtbanken, - Een verlenging van de indieningstermijn met 3 maanden, waardoor een zelfstandige zijn aanvraag voortaan kan
16
indienen tot het eind van het tweede trimester die volgt op het faillissement. De bedoeling is om de zelfstandige in faling wat meer tijd te geven om zijn rechten uit te zoeken. - De mogelijkheid om meerdere malen beroep te doen binnen een volledige carrière op de verzekering voor in totaal maximum 12 maanden. Daarbovenop zal de faillissementsverzekering ook het hoofd bieden aan enkele overmachten vanaf 1 oktober 2012. Sabine Laruelle : « Voor zelfstandigen die noodgedwongen hun deuren moeten sluiten wegens brand, een natuurramp, vernieling van de werkplaats of –materieel door derden of een beroepsallergie zal de faillissementsverzekering ook voor hen als sociaal vangnet fungeren.” Ook in dit geval gelden dezelfde voorwaarden als die van de faillissementsverzekering.
werkplaats opnieuw opgebouwd is. • Hij kan opnieuw beroep doen op de verzekering voor de resterende 7 maanden • Daarbovenop moet hij gedurende die periode géén sociale bijdragen betalen
Nieuw bij Larcier
Concrete voorbeelden: A. Een zelfstandige is failliet verklaard op 10/09/2008 Hij heeft zijn aanvraag ingediend voor 31/12/2008. Gedurende 5 maanden heeft hij recht op de voordelen van de verzekering. Hij zet zijn professionele activiteiten verder maar stevent in oktober 2012 opnieuw af op een faillissement. • Hij kan nog steeds beroep doen op de verzekering voor de resterende 7 maanden • De aanvraagtermijn is verlengd tot 30 juni 2013. B. Een zelfstandige is failliet verklaard op 20/06/2009 Gedurende 5 maanden heeft hij gebruik gemaakt van de voordelen van de verzekering. Daarna heeft hij zijn activiteiten verder gezet. In de loop van oktober 2012 wordt hij het slachtoffer van een brand die zijn werkplaats vernielt. Hierdoor moet hij noodgedwongen zijn professionele activiteiten tijdelijk stopzetten tot zijn
Politierechtbanken - Wetgeving en documentatie Rudi Sierens - Politierechter te Brugge Leo Vulsteke - Leo Vulsteke is rechter in de politierechtbank te Brugge en zetelt als magistraat in de Commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders. Reeks Larcier ThemaWetboeken Dit ThemaWetboek bundelt in één handig deel alle wetgeving die nodig is in de politierechtbank (wegverkeer, strafrecht, verzekeringen, procedure,...), aangevuld met praktische documentatie (indicatieve tabel, formulieren, overzichten, andere tabellen..) http:/uitgeverij.larcier.com