Draaiboek Pesten
RSG SLINGERBOS | LEVANT 2013
Inhoud Vooraf ........................................................................................................................................ 2 Wat is pesten ............................................................................................................................ 3 Het draaiboek ........................................................................................................................... 4 De vijfsporenaanpak ........................................................................................................... 4 Het stappenplan ................................................................................................................... 5 Betrokken medewerkers ..................................................................................................... 6
Vooraf Een klimaat waarin gepest wordt, tast iedereen aan. Pestgedrag moet dan ook serieus worden genomen. Omdat veel pestgedrag zich in het verborgene afspeelt is het moeilijk om er grip op te krijgen. Zelfs als pestgedrag wordt opgemerkt weten leerkrachten en anderen niet altijd hoe ze ermee om kunnen gaan. Het is dan ook van belang om duidelijk te beschrijven wat onder pesten verstaan wordt, en hoe er mee om te gaan. RSG Slingerbos | Levant vindt dat docenten en onderwijsondersteunend personeel een taak hebben om (samen met de ouders en de leerlingen zelf) pesten tegen te gaan. Dit draaiboek pesten beschrijft de visie op pesten en de stappen die de school onderneemt bij geconstateerd pestgedrag. Het is een verklaring van en voor de school, ouders en leerlingen, waarin is vastgelegd dat pestgedrag op school niet geaccepteerd wordt en volgens een vooraf bepaalde handelwijze wordt aangepakt. RSG Slingerbos | Levant richt zich ook op preventie van pesten, door bijvoorbeeld een pestproject in de brugklas en het verstrekken van informatie. Veiligheid binnen de klas heeft de aandacht van alle leerkrachten. Hoe docenten en mentoren met pestgedrag kunnen omgaan en welke preventieve maatregelen er zijn staat gedetailleerd beschreven in het mentorendraaiboek van RSG Slingerbos | Levant.
Doel van dit draaiboek pesten: een definitie geven van (cyber)pesten een beschrijving van stappen om te ondernemen in geval van (cyber)pesten Doelgroepen van het draaiboek: leerkrachten, ouders en leerlingen Huidige versie van het draaiboek: 0.1, feb. 2012 (hoa, mor, zwa) Bronnen: Tanja Hofland, Pestprotocol Slingerbos | Levant, september 2008 Draaiboek Pesten, RSG Slingerbos | Levant Nationaal Onderwijsprotocol tegen pesten, 19941
1
Zie: http://www.voo.nl/Producten/Uitgaven_modellen_en_protocollen_%28pdf%29/Nationaal_onderwijsprotocol_tegen_pesten
Wat is pesten? We spreken van pestgedrag als dezelfde leerling regelmatig en systematisch bedreigd en geïntimideerd wordt. Pesten kan verschillende vormen aannemen. Hieronder staat een lijst met voorbeelden. De lijst is niet volledig. Het gaat erom een beeld te geven van wat de school onder pesten verstaat. “Geintjes” uithalen valt ook onder pesten zodra een van de betrokkenen het niet (meer) als een geintje ervaart. Daarom zijn zaken als “duwen en sjorren” of “bijnamen” gebruiken ook in de lijst opgenomen. Verbaal met woorden
vernederen, belachelijk maken, schelden, dreigen bijnamen gebruiken kwetsende briefjes schrijven of tekeningen maken
cyberpesten
kwetsende of bedreigende e-mails schrijven bedreigingen via chatprogramma’s en sociale sites (MSN, Hyves, Twitter) beledigende foto’s, informatie of persoonlijke gegevens op sociale sites plaatsen
afpersing
dwingen om geld of spullen af te geven het afdwingen om iets voor de pestende leerling te doen
Non-verbaal uitsluiting
doodzwijgen en negeren bij groepsopdrachten
lichamelijk
trekken aan kleding, duwen en sjorren pijn doen, schoppen en slaan, krabben en aan haren trekken
achtervolgen
opjagen en achterna lopen in de val laten lopen, klem zetten of rijden opsluiten
afpakken en vernielen
afpakken van kledingstukken, schooltas, schoolspullen kliederen op boeken banden lek prikken, fiets beschadigen
Bij pesten zijn meestal vier groepen betrokken: de pester(s): degene die het pesten begint en in stand houdt de meeloper(s): degenen die meedoen met het pesten om erbij te horen de gepeste(n): het slachtoffer van het pestgedrag de toeschouwer(s): die geen partij kiezen en ook niets ondernemen om het te stoppen Pesten kan zich afspelen op school, maar ook daarbuiten. Een duidelijke grens is niet altijd te trekken, omdat wat zich buiten school afspeelt ook door kan werken in de klas.
Het draaiboek Dit draaiboek beschrijft de stappen die RSG Slingerbos | Levant onderneemt bij geconstateerd pestgedrag. Het bestaat uit een aantal onderdelen. de vijfsporenaanpak die ten grondslag ligt aan het stappenplan het stappenplan zelf een korte beschrijving van betrokken medewerkers en hun taken
De vijfsporenaanpak 1. Bied steun aan de jongere die gepest wordt. neem het pestslachtoffer serieus; zoek uit wat er precies gebeurd is; overleg over mogelijke oplossingen; zorg zo nodig dat de jongere deskundige hulp krijgt (bijvoorbeeld door de counselor). 2. Bied steun aan de jongere die zelf pest. praat over het pesten en de rol van de pester daarin; benoem de gevolgen voor de gepeste; probeer achterliggende oorzaken helder te krijgen; bespreek hoe het pestgedrag kan worden omgezet naar positief gedrag naar anderen toe; zorg zo nodig dat de jongere deskundige hulp krijgt (bijvoorbeeld door de counselor). 3. Betrek de rest van de klas/lesgroep - meelopers, overige klasgenoten - bij de oplossing van het probleem. bespreek het pesten in de klas en benoem de rol van alle leerlingen (mentor); spreek over mogelijke oplossingen en wat de klas kan bijdragen aan verbetering (mentor, eventueel counselor); blijf monitoren: kom er later op terug (mentor). 4. Bied steun aan de ouders. neem ouders die zich zorgen maken over pesten serieus; school en ouders werken samen om het pesten aan te pakken; school geeft advies aan ouders hoe om te gaan met hun gepeste of pestende kind; school verwijst ouders zo nodig naar deskundige hulpverleners. 5. Algemene verantwoordelijkheid van de school. school zorgt dat directie, mentoren en docenten voldoende informatie hebben over het fenomeen pesten en de aanpak daarvan; school zorgt voor algemeen beleid rond pesten dat niet alleen gericht is op het oplossen maar ook op preventie van pestgedrag.
Het stappenplan Gebeurtenis
Acties
1
melding of signalering pestincident bij mentor
mentor gaat in gesprek met betrokkenen2 mentor meldt het aan ouders betrokkenen mentor maakt een aantekening in Magister bij betrokkenen mentor blijft de gepeste in de gaten houden
2
pesten herhaalt zich 1e maal
voorgaande acties plus: mentor geeft melding door aan teamcoördinator mentor houdt klassengesprek/gesprek met lesgroep evt. samen met counselor) mentor blijft de gepeste in de gaten houden teamcoördinator gaat in gesprek met betrokkenen teamcoördinator gaat in gesprek met ouders pester en pester (evt. samen met mentor) teamcoördinator maakt een aantekening in Magister bij betrokkenen teamcoördinator laat pester een werkstuk maken over pestgedrag teamcoördinator koppelt (mondeling) terug aan mentor counselor gaat (zo nodig) in gesprek met pester en gepeste counselor verwijst (zo nodig) door naar andere professionele hulpverleners
3
pesten herhaalt zich vaker
voorgaande acties plus: teamcoördinator stuurt waarschuwingsbrief aan ouders teamcoördinator legt – afhankelijk van de ernst van de incidenten – aanvullende maatregelen op. teamcoördinator / directie: verbetert de situatie niet, dan kan schorsing van een dag volgen, en in uiterste instantie zelfs schoolverwijdering.
2
Richtlijnen en informatie zijn te vinden in het mentorendraaiboek.
Betrokken medewerkers Mentor
is het eerste aanspreekpunt voor alle betrokkenen;3 bewaakt het proces en onderhoudt contacten met alle betrokkenen.
teamcoördinator
neemt de rol van de mentor deels over bij herhaald of klassenoverstijgend pesten; koppelt informatie terug naar de mentor.
counselor
ondersteunt mentor bij diverse fasen in het proces (desgewenst) voert gesprekken met pester en gepeste (op verzoek van mentor of teamcoördinator)
vakdocent
hebben een signalerende rol stellen mentor op de hoogte van een (vermoed) pestincident
3
Richtlijnen en informatie zijn te vinden in het mentorendraaiboek.