indien onbestelbaar retour naar Larixlaan 23, 3971 RA Driebergen
bulletin NVZ maart 2012
nederlandse vereniging van zangpedagogen www.zangpedagogen.nl
Korte berichten & colofon tie over slagtechniek, repertoire, stemvorming en repetitietechniek, met veel aandacht voor je persoonlijke mogelijkheden als dirigent. Aanmelden kan tot 29 februari via www.hku.nl/ktc
‘s-Hertogenbosch Het 49ste Internationaal Vocalisten Concours (IVC) 2012 vindt plaats van 21 t/m 30 september. www.internationalvocalcompetition.com/nl
Uitnodiging ALV vergadering Het bestuur van de Nederlandse Vereniging van Zangpedagogen nodigt u van harte uit om op zaterdag 24 maart a.s. aanwezig te zijn bij de Algemene Ledenvergadering met aansluitend de jaarlijkse NVZ-werkmiddag. Programma 09.30 uur ontvangst met koffie/thee 10.00 uur Algemene Ledenvergadering 12.00 uur lunch 13.00 uur workshop: Samenwerking en uitwisseling tussen de muzikale praktijk en de wetenschap De wetenschapper Gerrit Bloothooft, de klassieke zangpedagoog Ronald Klekamp en de pop-en-jazz zangpedagoog Frederike Schonis zullen gezamenlijk 4 zangleerlingen lesgeven. Vragen die aan de orde zullen komen, zijn o.a.: - Elke stem heeft een unieke kwaliteit: hoe benoemt de wetenschapper stemkwaliteit en hoe benoemt de zangpedagoog dat? - Hoe kunnen het wetenschappelijk oor en het muzikale oor in de praktijk van de zangles samenwerken? - Hebben wetenschap en muzikaliteit/creativiteit elkaar iets te vertellen? Hoe is daar vorm aan te geven? - Wanneer is welke benadering meer of minder effectief? De zangers, de zangpedagogen en de wetenschapper zullen tijdens deze workshop gezamenlijk naar antwoorden op deze vragen zoeken. 16.30 uur afsluiting Locatie: Utrechts Conservatorium, Mariaplaats 28, Utrecht (5 minuten lopen vanaf Utrecht CS, 3 minuten lopen vanaf parkeergarage Springhaver). Kosten werkmiddag: leden gratis (incl. lunch); studenten € 15,00; niet-leden € 30,00. Indien u aanwezig wilt zijn bij de ALV en/of bij het middagprogramma, dient u zich aan te melden via
[email protected]. Wij willen u er graag op wijzen dat wij de catering bestellen aan de hand van het aantal opgaven. Wanneer u zich aanmeldt rekenen wij dus op u!
Tilburg Inspiratiedag Koorregie 15 april Wil jij dat je koor de muziek nog beter op het publiek overbrengt? Wil je je de koorleden expressiever op het podium laten bewegen? Of heb je als koor juist al veel ervaring met regie, en heb je behoefte aan nieuwe ideeën? Op deze middag kun je inspiratie opdoen voor het regisseren van je koor. Aanmelden en informatie bij Ramon van den Boom, Stichting Kunstbalie www.kunstbalie.nl Katowice, Polen Van 15 - 23 april 2012 vindt in Polen het Internationale Adam Didur Operaconcours plaats, genoemd naar deze beroemde Poolse bas. De voorronden worden gehouden in de authentieke orgelzaal van het conservatorium in Katowice. De volgende rondes vinden plaats in het prachtige operatheater in Bytom, evenals Katowice gelegen in Silezië. www.opera-slaska.pl/didur Barcelona Van 28 juni t/m 7 juli zal voor de 8ste maal het Barcelona Festival of Song plaatsvinden. Een zomercursus voor zangers en pianisten met als thema Latijns-Amerikaans en Spaans vocaal repertoire www.barcelonafestivalofsong.com Op het WEB Klassieke Zang: Handige pagina’s over Klassieke Zang op een rijtje www.klassiekezang.wordpress.com Digitaal Bladmuziek Downloaden per Song kan op www.musicnotes.com Utrecht Kurt Thomas Cursus voor dirigenten van 8 t/m 14 juli in Utrecht Een week lang lessen, workshops en informa-
Utrecht Optreden tijdens het Oude Muziek Festival De Fringe biedt jonge professionals de mogelijkheid podiumervaring op te doen. Aanmelden kan via het aanmeldingsformulier op http://oudemuziek.bo9.nl/nl/informatie/ artiesten/ Nederland Zingen voor je leven is het landelijke korennetwerk van Stichting Kanker in Beeld. In deze koren wordt gezongen door mensen die met kanker te maken hebben (gehad). www.kankerinbeeld.nl/nav/voor-patienten/ zingen-voor-je-leven Scholing Hogeschool Utrecht -V an spreken naar zingen en andersom I (Cursus) 29 september 2012 www.cursussen.hu.nl/TotaalAanbod/Gezondheidszorg/cursussen/ Nascholing Zangdocenten Utrecht - Interpretatie op elk niveau zondag 4 maart -D e Zelfwerkende leerling - De coachende docent zaterdag 14 april - Jazz en BossaNova voor beginners zaterdag 12 mei http://nascholingzangdocenten.nl/ TIP Ons nieuwe erelid Peggy Larson maakte met onder andere de zanggroep Tamam de cd One Footprint. Op deze cd zingen de acht zangers van Tamam composities van Nederlandse componisten zoals Willem van Manen en Marc van Vugt. NVZ-leden kunnen deze cd ontvangen door slechts de verzendkosten te betalen. Wilt u deze cd ontvangen maak dan € 5,- over naar rekeningnr. 3758611 t.n.v. Winanda van Vliet, Amsterdamen mail uw adres naar
[email protected] . De cd zult u dan binnen enkele dagen ontvangen. © 2012 auteursrechten voorbehouden, overname van artikelen slechts met toestemming van het bestuur van de NVZ.
Samenstelling van het bestuur: voorzitter Elena Vink
[email protected] secretaris/ ledenadministratie Margo van Biezen
[email protected] penningmeester Christa Bornhijm
[email protected] lid/EVTA Petronella Palm
[email protected] lid/Bulletin Cora Peeters
[email protected] lid/symposia Diane Hidding
[email protected] lereleden Cora Canne Meijer; Margreet Witsen Elias Ank Reinders; Maria Rondèl Kay Jensma; Elly Ameling Peggy Larson; Meinard Kraak Samenstelling van de redactie: Ineke van Doorn, Margreet Witsen Elias, Cora Peeters, Winanda van Vliet, José Lieshout (eindredactie)
[email protected] drukkerij EDITOO vormgeving Bulletin Bi©e (Trix van Vugt), Utrecht De contributie van de NVZ bedraagt € 47,50 per jaar voor werkende leden en vrienden, en € 27,50 voor studenten. Aanmelding via de website www.zangpedagogen.nl of via de ledenadministratie. Het verenigingsjaar loopt gelijk met het kalenderjaar. Het lidmaatschap wordt aangegaan voor onbepaalde duur; afmeldingen vóór 1 december, uitsluitend schriftelijk bij de ledenadministratie. Kopij voor het volgende Bulletin (eind juni 2012) moet uiterlijk 10 mei 2012 per e-mail bij de redactie binnen zijn:
[email protected]. Over plaatsing van een ingezonden bijdrage beslist de redactie. De redactie behoudt zich het recht voor bijdragen te corrigeren en/of te redigeren. De NVZ aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de inhoud van in het Bulletin geplaatste artikelen.
3
Inhoud 4
4 5
10
6 7
12
8 10
18
12 16
21
18 21
24
22 23 24
26
26 27
27
NVZbulletin
4
5
Kennismaken is communiceren
I
n verband met het aangekondigde vertrek van Elena Vink als voorzitter van de NVZ draagt het bestuur Irene Maessen voor als kandidaat voor het voorzitterschap. Tijdens de ALV wordt deze voordracht ter goedkeuring voorgelegd aan de leden. Hieronder
kunt u alvast kennismaken met Irene.
door Irene Maessen
Wisseling van de wacht
V
oor een aantal bestuursleden - Diane Hidding, Cora Peeters en Petronella Palmzit de eerste termijn van drie jaar er (ruim) op. Zij stellen zich niet meer herkiesbaar. Cora Peeters blijft wel lid van de redactie van het Bulletin.
Elena Vink, voorzitter Ook ik heb besloten mijn voorzitterschap neer te leggen, en dat betekent dat dit mijn laatste voorwoord als voorzitter is. Het is een afscheid dat met een beetje verdriet gepaard gaat van mijn kant en ik hoop stiekem dat u het ook jammer vindt. Mijn eerste termijn van drie jaar is voorbij en ik ben van mening dat het goed is wanneer er weer een ‘frisse’ voorzitter komt. Het is een klus die de nodige verantwoordelijkheid met zich mee brengt, en die naast een drukke baan aan het conservatorium en een grote privépraktijk soms moeilijk in te passen is. Sowieso ben ik een voorstander van een regelmatige verversing binnen besturen. Zo blijft iedereen alert! Toch kan ik niet anders zeggen dan dat ik het voorzitterschap met veel plezier heb vervuld, er veel van heb geleerd en in die periode vooral zo veel geweldig leuke mensen heb leren kennen. In het begin heb ik mij erover verbaasd dat er zo veel passie en enthousiasme leeft onder de leden, ik had me daar gek genoeg iets heel anders bij voorgesteld. Velen van u zijn bevlogen docenten met een open geest, dat is bijzonder om mee te maken. En het was natuurlijk een bijzondere eer om als voorzitter het 25-jarig jubileum mee te maken, voor mij de kers op de taart!
Tijdens de komende Algemene Ledenvergadering zult u kennis maken met de nieuwe kandidaat-voorzitter, Irene Maessen. Ik ben erg trots dat we haar hebben kunnen ‘strikken’. Ze is iemand met een groot netwerk en veel ervaring, als soliste en als docent. Bovendien zit ze vol plannen en ideeën voor de toekomst van de NVZ en staat ze te trappelen om aan de slag te gaan. Dat geeft mij het vertrouwen dat ik het ‘over kan geven’, met achterlating van een kleine doch zeer sterke ‘harde kern’ in het bestuur: Christa Bornhijm en Margo van Biezen. Het zal zeker niet de laatste keer zijn dat ik een bijdrage lever aan het Bulletin; er zal mij ook in de toekomst wel het een en ander van het hart moeten. Als conservatoriumdocent zit ik immers bovenop de ontwikkelingen binnen ons vakgebied. Ik heb hier altijd wel een mening over en die deel ik graag met u. Ik wil iedereen binnen de NVZ heel veel dank zeggen, dank voor alle hulp en goede raad (met een speciale vermelding voor onze ex-penningmeester Roland Hangelbroek). Ook het enorme werk dat de redactie verzet, verdient een diepe buiging. Tot slot wil ik natuurlijk u, de leden, bedanken. Wat was het fijn u mee te maken op de werkdagen en symposia die we tijdens mijn voorzitterschap hebben georganiseerd! Ik hoop u hier nog vaak tegen te komen.
Wat zegt een curriculum vitae over een persoon? Toen het bestuur van de NVZ mij vroeg ter kennismaking een cv te zenden naar de redactie, was mijn dilemma dat de gemiddelde levensloop weinig informatie geeft over de motivatie om les te geven. Niet onbelangrijk voor een kandidaat voor de functie van voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Zangpedagogen… Het leek me daarom zinvoller in vogelvlucht iets over mijn muzikale leven te vertellen en aan te geven waarom het zo belangrijk is dat we met elkaar communiceren over het lesgeven. Na een jaar de vooropleiding van het (toen nog Sweelinck-) Conservatorium te hebben gecombineerd met de vooropleiding van de Kleinkunstacademie in Amsterdam besloot ik door te gaan met de conservatoriumstudie. Klassieke muziek daagde me meer uit, al heb ik de directheid in de muzikale communicatie van het kleinkunstrepertoire altijd gebruikt en ingezet bij het zingen van het klassieke repertoire. Na mijn conservatoriumstudie in Amsterdam bij Cora Canne Meijer had ik de gelegenheid door zangeres en pedagoge Arleen Auger gecoacht te worden, en al snel belandde ik midden in het muziekleven. Het lied loopt als een rode draad door mijn muzikale leven. Of het nu de (vaak vergeten) muziek van Nederlandse componisten is, de Franse en Duitse liedkunst, de oude muziek of dat het de hedendaagse composities zijn, ze blijven boeien in al hun facetten, en spelen daardoor ook een belangrijke rol in mijn lesgeven. Als operazangeres heb ik veel Mozart gezongen, vooral in Oostenrijk (Innsbruck, Salzburg) en in Nederland bij de Nationale Reisopera. Op dit moment is het vooral de kamermuziek waar ik me mee bezig houd. Ik kan nu de vruchten plukken van een investering van vele inspirerende jaren in de muziek. Op pedagogisch gebied geef ik sinds 2007 klassieke zangles aan studenten van de afdeling Muziektheater van het
Artez Conservatorium in Arnhem. Daarnaast heb ik een privépraktijk waar ik met beginnende, maar ook met collega-zangers werk. En zo lijkt het cirkeltje weer rond te zijn. Wie zich zo lang en met plezier met dit gecompliceerde vak heeft beziggehouden, komt vrijwel vanzelfsprekend bij het lesgeven terecht. Het doorgeven van ervaringen – zowel eigen ervaringen als die van anderen – is een belangrijke drijfveer. En juist omdat de ervaringen van anderen zo waardevol zijn, is het zo belangrijk deze les-ervaringen met elkaar te delen. Er is altijd nog wel iets te leren. Het gaat er per slot van rekening om dat we ons ‘het zingen eigen maken’ – een razend interessant proces, dat op vele wijzen begeleid kan worden.
NVZbulletin
6
7
O
p 12 november jl. organiseerde BALK (Bond voor A cappella en Lichte muziek zin-
gende Koren en zanggroepen) in Apeldoorn een groot landelijk festival waar ko-
ren en kleine groepen elkaar in een prettige sfeer konden ontmoeten, inspiratie
konden opdoen en zich konden meten met andere koren en groepen in hun klasse. Dit festival, het TOPfestival, is een tweejaarlijks evenement met de grootste en beste competities op het gebied van lichte muziek zang in Nederland. Dit jaar was Diane Hidding, bestuurslid van de NVZ, een van de juryleden. Zij vertelt over deze bijzondere ervaring. The Amsterdam Vocals; foto Evenement Foto
Jureren voor het
BALK TOPfestival
door Diane Hidding Op 12 november 2011 mocht ik deel uitmaken van de jury bij het TOPfestival van BALK, een feest! Er kwamen die dag ongeveer 4000 zangers in schouwburg Orpheus. De jury was verdeeld over drie zalen. In de Wegenerzaal (de grote zaal) waren de grote pop- en musicalkoren te horen. In de Hanoszaal de kleine ensembles en Vocal Groups en in de Rabobankzaal de topklasse Vocal Groups en de individueel versterkte groepen. Samen met dirigent Angelo Smulders en regisseur Jet Pit mocht ik ‘s morgens de jury vormen in de Rabobankzaal en ‘s middags in de Wegenerzaal. Het niveau in de Rabozaal was fantastisch goed. In de middag staat er vervolgens een ander soort koor op het podium met een ander niveau. Dat houdt de boel alert en levendig. Er was overigens nog een vierde podium voor de jeugdcompetitie. De koren De koren waren in te delen in twee groepen: • De grote koren. Dit zijn de koren die we bijvoorbeeld zien bij tv-programma’s als Korenslag of bij ons uit de “buurt”. Ze kenmerken zich door veel klank, gerichte bewegingen en erg veel enthousiasme. Vaak werkt dit overweldigend. Ze maken gebruik van een combo of (zelfs) cd-begeleiding. Wat voorbeelden van een groot
koor: Switch uit Nijmegen of Just Music uit Neerpelt. •D e kleine ensembles, zoals PITS, Schudden voor Gebruik en The Amsterdam Vocals. Deze ensembles zijn a capella of met begeleiding van een instrument. Vaak hebben deze kleine ensembles een muziektheater achtergrond. Doordat ze klein zijn kunnen ze aan een transparante koorklank werken en zingen ze ook meer dan 4-stemmig. Op YouTube zijn van al deze koren interessante filmpjes te vinden. Zoals eerder aangegeven vormden Angelo Smulders, Jet Pit en ik de jury van de topklasse Vocal Groups. Dit waren onder andere Dekoor, Voisz en Leeuwenhart. Het was heerlijk om naar deze koren te luisteren. Er werd goed en geconcentreerd gezongen. De arrangementen zijn subliem en vaak zelfs speciaal voor de koren geschreven door bijvoorbeeld Jetse Bremer of Thijs Krammer. Waar let een jury op? De beoordeling van de jury bestaat uit drie onderdelen. Er is een beoordeling door een regisseur, een beoordeling van de muzikale uitvoering door de dirigent, en de zangpedagoog let op de zangtechnische zaken.
Deze zaken zijn: 1 zuiverheid en balans 2 timing en frasering 3 uitspraak en dictie 4 vocaliteit en klankkwaliteit. Hoe gaat dit in zijn werk? Elke groep/koor heeft 20 minuten om zich te presenteren en dat betekent meestal vijf nummers om te zingen. Als jury is het dus hard werken. Je krijgt een impressie van het koor en je vertaalt dat naar de items die voor het juryrapport gevraagd worden. Vaak hechten de koren veel waarde aan zo’n ‘onafhankelijk’ rapport omdat ze zichzelf aan de hand daarvan verder kunnen ontwikkelen. De regisseur let op de ‘pasjes’ en de dirigent heeft zijn speciale aandachtspunten voor de beoordeling van de muzikaliteit. We waren een goed team. Vaak waren we het met elkaar eens – dat is op zich niet belangrijk, maar het is fijn om elkaar goed aan te voelen en een bevestiging te krijgen van wat je hoort. Dit zie je ook wel eens anders… Tot besluit Het was heerlijk om lekker te luisteren en al het enthousiasme op je af te laten komen en dan daar ook nog iets
opbouwends van te mogen zeggen. Op deze momenten houd ik nog meer van mijn werk en passie. Het was een TOPdag en deze werd afgesloten met een optreden van Vocal Line, een Deense a capella groep van hoog niveau. Eens in de twee jaar wordt dit festival georganiseerd en ik raad u aan om de volgende keer uw agenda vrij te houden!
Idee!!?? Een streekkoor in Vreeland, dat volgend jaar 80 jaar bestaat en dit jubileum wil vieren, kampt met vergrijzing. Het probeert nu leden te werven door nieuwe leden zes gratis zanglessen voor beginners en gevorderden aan te bieden. De lessen zullen worden gegeven door een bevoegd zangpedagoog. Na de zes lessen moeten de deelnemers beslissen of ze verder willen gaan. Dat kan, maar dan moeten ze betalend aspirant-lid worden van het koor. (Uit een bericht in de Gooi-en Eemlander van 4 januari 2012)
column
Succes!!
NVZbulletin
8
en de kassa aardig rinkelt maar toch heb ik het gevoel dat we als branchevereniging dingen laten liggen. Er zijn zangcompetities gaande waar je zelfs tot een miljoen kan verdienen, en wat doen wij als brave zangdocenten? We investeren in een gedegen zangopleiding, geven braaf onze methodische lessen en laten ondertussen de markt inpikken door orakels van tips en tricks. Vandaar mijn volgende plan: Laten we nu eens de koppen bij elkaar steken en een landelijke competitie opzetten. Een competitie met de regio’s Noord, Oost, enfin u weet wel, en divisies en klassen (eerste divisie, ere-divisie etc). We houden vervolgens plaatselijke en regionale selectiewedstrijden en eindigen met landelijke wedstrijden in verschillende onderdelen waarin je kunt uitkomen. Want om onderlinge strijd te voorkomen stel ik voor dat we meteen verschillende onderdelen introduceren. Ik denk dan aan zaken als hard zingen, hoog zingen, lang zingen, twangen, belten, van die dingen (het onderdeel zuiver zingen hoort er natuurlijk ook bij).
Herman van Doorn Hopla, weer een nieuwe zangwedstrijd vol glim & glam op de vaderlandse buis. Weer een avond van zang en dans met coaches zo beminnelijk als je hipste tante, leukste oom of stoerste nicht. Een warm bad van goedbedoelde tips en welgemeende tricks aaneengeregen door liefhebbende en begrijpende presentatoren als waren het je bloedeigen ouders. En ja, de hele familie doet mee en staat juichend op de banken!! Wat zijn we als bedrijfstak toch gezegend met zoveel media-aandacht! Een betere commercial kun je je toch niet wensen als zangdocent!? Kostbare zendtijd vol blije zangers, onbetaalbaar!! En dan die fijne coaches, dat is toch het gedroomde uithangbord voor de hele overkoepelende brancheorganisatie? Elke kleiduivenschietvereniging, line-dance club of bloemschik-genootschap moet paars zien van jaloezie! Al kijkend naar deze pracht en praal realiseer ik me dat wij, zangdocenten, daar meer mee kunnen doen. We kunnen dat nog beter uitbuiten. Tuurlijk, er zijn wat grootstedelijke zangscholen waar de lokalen uitpuilen
Ook handig om dan meteen iets als een Koninklijke Vocalisten Bond op te richten of zoiets met bijpassend keurmerk en licenties (bijna vergeten!). De licenties geven je als zangdocent het recht zangers les te geven die aan de zangcompetitie mee doen en zijn weer gekoppeld aan een bepaalde tijdsduur. De licentiehouder zal dus eens in de zoveel tijd, ik stel voor vijf jaar, zijn licentie moeten verlengen door het volgen van bijscholingscursussen (het mes snijdt aan twee kanten!). Als laatste troef denk ik aan een jaarlijks gala. Elk jaar sluiten we af met een groots gala waarin we onszelf een dikke veer in de bips steken en de zangers van dat jaar kiezen. We belonen hem/haar met een mooi gouden beeldje (iemand een idee voor een naam?) en kiezen ook meteen de zangcoach van het jaar want dan rookt die schoorsteen ook meteen! (Wellicht meteen de zangtrainer van het jaar eren, want wat is coachen zonder dat er getraind wordt.) Op deze manier denk ik dat we aansluiting kunnen houden met de markt en we meer profijt zullen hebben van de free-publicity van de shows! Succes verzekerd! PS Wellicht dat we nog een kekke iphone-app kunnen lanceren, om het interactieve wedstrijdgehalte te promoten onder de zangers!?
9
Afscheid
N
a vijf jaar bestuurslid te zijn geweest heb ik besloten om afscheid te nemen van mijn werkzaamheden als bestuurslid. Met pijn in het hart. Je krijgt immers een band met de andere bestuursleden, met de redactie en met de leden. Maar soms
moet je keuzes maken. Ik heb gelukkig een goede kandidaat-opvolgster gevonden in de persoon van Antje de Wit.
door Diane Hidding Bij mijn aantreden in 2007, samen met collega Cora Peeters, was er enigszins verwarring binnen de NVZ. Het voorzitterloze tijdperk brak aan en we moesten alle zeilen bijzetten om goed te functioneren. In die tijd heb ik veel steun ontvangen van Roland Hangelbroek, waarvoor nog veel dank! Onder mijn taken viel eerst het websitebeheer. Later werd dat het organiseren van de werkdagen en symposia. We hebben mooie symposia beleefd: De Kinderstem, de Ouder wordende stem en het 25-jarig lustrum van de ver-
eniging. Ik ga verder met andere bezigheden binnen ons vakgebied. Ik ben nauw betrokken bij BALK (Bond voor A cappella Lichte muziek zingende Koren en zanggroepen, wwwbalknet.nl ). Verder dirigeer ik een koor, heb ik musicalgroepen met kinderen tussen de 8 en 14 jaar en coach ik (vooral) popkoren. Dus rustiger gaat het niet worden. Ik dank jullie allen hartelijk voor het vertrouwen. Ik wens het toekomstige bestuur veel inspirerende vergaderingen toe met mooie, interessante ontmoetingen, symposia en werkdagen!
NVZbulletin
10
11
Amerikaans-Engels voor (jazz)zangers
E
ileen Fiss werkt sinds 1985 als docent Interpretatie en Amerikaanse uitspraak aan de jazzafdeling van het Conservatorium van Amsterdam. Zij vertelt over de opzet en het doel van haar lessen.
door Eileen Fiss Uitgangspunt In mijn lessen voor conservatoriumstudenten van de jazzafdeling ga ik uit van de gesproken taal. Als zanger in de lichte muziek moet je tijdens optredens ook vaak aan- en afkondigingen verzorgen. Sta je voor een internationaal gezelschap, bijvoorbeeld op een festival in het buitenland, dan zul je dat meestal in het Engels doen. De lichte muziek biedt veel vrijheid op melodisch en op ritmisch gebied. Hierin ligt een wezenlijk verschil met de klassieke muziek. Niet alleen mág je de melodie en het ritme veranderen, je móet zelfs grotere of kleinere aanpassingen aanbrengen om tot een eigen interpretatie te komen. Om je daarbinnen kundig te kunnen bewegen moet je bekend zijn met de wetten van de taal van je tekst, vooral wat betreft de prosodie. Men moet zowel de klank als de klemtoon goed leren kennen en die dan ook nog eens kunnen toepassen in de maat en op de langere en kortere noten. Voor niet-Engelstalige studenten vormt dat een grote uitdaging. De lessen worden in het Engels gegeven zodat de studenten direct meer vertrouwd raken met de taal. IPA Om een uniform gemeenschappelijk uitgangspunt te hebben, beginnen wij met het leren van en het oefenen met het International Phonetic Alphabet (IPA). Zo kan iedereen wennen aan dezelfde correcte klanken - handig in klassen met studenten uit diverse landen. Daarna begin ik met de overkoepelende elementen, en vervolgens concentreren wij ons op de klanken. Stress en ritme, ‘weakening’ en ‘blending’ We duiken meteen in het ritmische aspect: de klemtoon in het woord en het accent in frasen. In het Engels zijn er meestal een of meer onbeklemtoonde lettergrepen tussen beklemtoonde lettergrepen. ”Áccents ténd to recúr at régular íntervals” (nadruk neigt ertoe regelmatig terug te keren) is het devies voor stress-timed talen zoals Engels, Nederlands en Duits. Deze talen vertonen meer
een soort golfbeweging, terwijl de lettergreep-timed talen als Frans, Italiaans en Spaans, snel gesproken, bijna mitrailleurachtig klinken. Bij stress-timed talen worden de klinkers in onbeklemtoonde lettergrepen, ongeacht hun spelling, bijna altijd tot een van drie ‘zwakke’ klinkers (/ə,ɪ,ʊ/) teruggebracht, de zogenaamde ‘weakening’. Deze weakening schept verwarring en vraagt veel oefening want je bent gewend om alle lettergrepen zo keurig mogelijk uit te spreken en dat moet je plotseling afleren! Dit is een heel moeilijk punt. Echter, omdat in de lichte muziek de meeste teksten vanuit de omgangstaal geschreven zijn, is het wel noodzakelijk om op die manier een zo natuurlijk mogelijk klinkende uitspraak te verkrijgen. Dat bijvoorbeeld ‘to’ ongeveer als het Nederlandse ‘te’ wordt uitgesproken en
‘for’ met ‘sir’ rijmt in de omgangstaal. Om dit aan te leren wordt eerst gebruik gemaakt van oefenzinnetjes en later ook van songteksten. Daarnaast moeten we ook nog eens alle woorden binnen een zinsdeel aan elkaar ‘lijmen’ en daarbij glottisslagen zien te vermijden; we moeten ‘legato spreken’ om tot ‘blending’ te kunnen komen. Ook weer lastig voor sprekers van talen waarin veel harde aanzetten voorkomen. Intonatie De intonatie of zinsmelodie hebben we nodig voor het toespreken van het publiek. Als je zingt heeft de componist natuurlijk al voor melodie gezorgd, maar voor het toespreken van een publiek is het nodig de algemene regels van de Engelse intonatie, de zinsmelodie, toe te passen. Die oefenen we ook op songteksten, voorgedragen als de verhalen die ze zijn. Hierbij kijken we welke emoties en stemmingen in de tekst schuilen en hoe we deze met de stem kunnen weergeven. Meestal zijn er meerdere mogelijkheden en de leerlingen hebben er veel aan om te proberen dezelfde tekst bijvoorbeeld verdrietig, boos, ironisch, etc., voor te dragen. Het werken met songteksten uit het rijke repertoire van de ‘American songbook’ en musical neemt naarmate de studie vordert een steeds grotere plaats in. Klinkers en medeklinkers Na de intonatie nemen we de klanken - eerst klinkers dan medeklinkers - één voor één onder de loep. We oefenen ze afzonderlijk in woordenlijsten, in zinnen en in ‘minimal pairs’, i.e. woordparen waarbij maar één klank verschilt, bijvoorbeeld ‘fool-full’. Voor deze woordparen gebruiken we een oefening die de leerlingen altijd leuk vinden: gesproken in een strakke 4/4 maat zonder te struikelen: sit-sit-sit-, seat-seat-seat-, sit-seat, sit-seat, seat-sit-seat, of ook bijv. tin-tin-tin-, thin-thin-thin-, tin-thin, tin-thin, thin-tin-thin. Voor sprekers van romaanse talen kan het lang duren voor ‘sit’ niet meer als ‘seat’ klinkt. Voor veel sprekers zijn bijv. de /ʊ/ van ‘pull, could, good’, de /ʌ/ van ‘love, mother, some’, en de /ɔ/ van ‘talk, soft, ought’, heel lastig te vormen, te herkennen en ook te onderscheiden van elkaar. Ook het verschil met andere klinkers kan moeilijk zijn, bijvoorbeeld de /ʌ/ en de /ɔ/ ten opzichte van de /â/,
en de /ʊ/ ten opzichte van de /u/. Bij de medeklinkers zijn er enkele probleembronnen: De neiging om stemhebbende klanken /b, d, g/, en de /z/-klank aan het einde van een woord of lettergreep stemloos te maken zoals bijv. in het Nederlands, Duits en Pools. In het Engels blijven deze klanken stemhebbend, dat wil zeggen dat bijvoorbeeld de ‘d’ van ‘land’ geen ‘t’ wordt. Bovengenoemde talen kennen ook geen /z/ aan het einde van een woord. Het aan elkaar lijmen van de woorden binnen een zin maakt het stemhebbend houden van die klanken wat makkelijker te realiseren. De ‘l’, dik in het Nederlands en donkerder dan de donkere ‘l’ in het Engels, moet lichter en worden afgewisseld met de lichte ‘l’ van het Duits en Frans: dark ‘l’ vóór medeklinkers en pauzen, clear ‘l’ vóór en tussen klinkers. De verschillende resonanties van de sisklanken, /s,z/ donker in het Nederlands, licht in het Engels, en precies omgekeerd voor /ʃ,ʒ/ (‘ship’, ‘garage’). De articulatie van de ‘th’-klanken, ‘this, three’, is, zeker in combinatie met sis-klanken, zeer lastig. Het stemloos maken van de /v/ en het verwisselen van /v/ en /w/; bijvoorbeeld Duitstalige, Hongaarse en Turkse studenten vinden dit vaak een moeilijk punt. Ook de Amerikaanse /r/ is voor sommigen lastig; Nederlanders kunnen gewoon de zogenaamde Gooise ‘r’ gebruiken. En dan nog de assimilatie! In het Nederlands kan een medeklinker met een stemloze/stemhebbende partner door een volgende medeklinker worden beïnvloed, voetbal klinkt bijvoorbeeld als voedbal, zakdoek als zagdoek. Dit kan niet in het Engels! /p,t,k/ blijven /p,t,k/, anders wordt bijvoorbeeld “at the” “add the”, wat toch een andere betekenis heeft. In andere gevallen, bijv. ‘up the stairs’ dat ‘ub’ the stairs wordt, wordt het gewoon onzin, een niet bestaand woord/niet bestaande frase. Het gekke is dat buitenlandse studenten deze vorm van assimilatie van hun Nederlandse collega’s overnemen en op het Engels toepassen. Helaas. Songteksten Het werken aan songteksten kent meerdere aspecten. Ik gebruik bijvoorbeeld songteksten waarin bepaalde klanken een prominente rol spelen. Wij spreken ze als
NVZbulletin prozatekst, als verhaal. Om het verhaal goed te kunnen vertellen moet de betekenis van alle woorden bekend zijn; bij de geringste twijfel worden ze in een goed woordenboek opgezocht! Voor het ritmische aspect neem ik graag teksten op bebopthema’s en op ‘vocaleses’ (teksten die geschreven zijn op bestaande jazzsolo’s) omdat zij sneller zijn en het ritme heel gevarieerd is. Ik laat ook voorbeelden zien van wat ‘native speakers’ doen om vlot en makkelijker te kunnen articuleren; het ‘weakening’ is hierbij heel belangrijk. Sommige teksten zijn interessant om het culturele aspect, andere om hun schoonheid of het ingenieus gebruik van de taal. Ik vind het belangrijk dat de leerlingen iets meer weten van de teksten en tekstdichters van de American songbook en musical, zoals Ira Gershwin, Johnny Mercer, Cole Porter, Alan en Marilyn Bergman en Stephen Sondheim. Het is mijn ervaring – en de leerlingen zelf ervaren het ook zo – dat het zingen in het Engels makkelijker voor ze is dan het spreken ervan. Toch werken wij in deze lessen juist aan gesproken teksten. De leerlingen worden gestimuleerd om songs waarbij de uitspraak problemen geeft, mee te nemen in de groepsles; vaak zijn het dingen die voor meer mensen lastig zijn. Alle songteksten worden uitgediept teneinde de verschillende in de tekst voorkomende emoties naar voren te halen: de leerlingen leren te letten op frasering en op de sfeer die je kunt creëren door de lengte en het timbre van je klinkers te variëren en de scherpte of juist zacht-
Tot slot Op de hierboven uiteengezette wijze hopen wij dan tot een meer dan ‘aanvaardbare’ uitspraak van het (Amerikaans) Engels te komen. In Nederland kennen wij allemaal voorbeelden van politici en mensen in de media, die ons verbazen met hun ‘mindere vaardigheden’ in het Engels. Een professioneel zanger kan zich een haperende on-Engelse uitspraak niet permitteren. Het zou de luisteraar storen in het beleven van de uitvoering.
Eileen Fiss is opgegroeid in North Dakota, USA. Aansluitend heeft zij in Duitsland de Pädagogische Hochschule doorlopen, met Engels en muziek als hoofdvakken. Eenmaal in Nederland is zij jazzzang gaan studeren aan het Hilversums Conservatorium. Aan dit conservatorium, opgegaan in het Conservatorium van Amsterdam, werkt zij sinds 1985 als docent interpretatie en Amerikaanse uitspraak. De cursus American Pronunciation die zij heeft opgezet, duurt twee jaar met wekelijkse lessen van 1 uur. Omdat aan het conservatorium zangers worden opgeleid die zelf ook kunnen gaan doceren, is het van groot belang dat zij voldoende inzicht hebben in het hoe en wat van de uitspraak. Daarom wordt de cursus elk jaar afgesloten met een schriftelijk tentamen en een mondelinge opgave.
Dit zanghandboek is bedoeld voor zangers, zangdocenten en -studenten. Bij deze vijfde druk ontvangt u een link naar een download van een oefencd met zangoefeningen. Ank Reinders heeft meer dan 25 jaar geconcerteerd en gedoceerd in Europa en Noord Amerika. Zij was medeoprichtster en tien jaar lang vicevoorzitster van de Nederlandse vereniging van Zangleraren en draagt het erelidmaatschap van deze organisatie zowel als van de EVTA, van de Nederlandse Stemstichting en van Austrian Voice. Van haar hand verschenen artikelen in het Duitse vaktijdschrift Vox Humana en in het Amerikaanse Journal of Singing.
Ank Reinders
Atlas van de zangkunst
In de Atlas van de zangkunst wordt uitgebreid ingegaan op de theorie, de praktijk en de geschiedenis van het zingen. Het eerste gedeelte behandelt de anatomie en de fysiologie van het menselijk lichaam (de ademspieren, de stemweg en het gehoororgaan) en de elementaire beginselen van de geluidsleer. In het tweede gedeelte komen allerlei zaken en begrippen uit de zangpraktijk aan de orde, zoals ademsteun, houding, interpretatie, stembreuk, stembereik, enz.; dit gedeelte wordt afgesloten met praktische zangoefeningen en aanwijzingen voor het lesgeven. Het derde gedeelte behandelt de ontwikkeling van de vocale stijlen en de zangmethodiek. Het vierde en laatste gedeelte bevat specialistische bijdragen door andere auteurs.
Nadat de bekende ‘Atlas van de zangkunst’, geschreven door Ank Reinders, vanwege fusies van uitgevers een paar jaar niet verkrijgbaar is geweest, brengt uitgeverij Eburon dit studieboek weer in de handel.
Atlas van de zangkunst
Ank Reinders
Inclusief download met zangoefeningen
13
heid van je medeklinkers te benadrukken. Dit vindt zijn toepassing vooral in ballads (langzame, gevoelige stukken) en rubato passages.
‘Atlas van de zangkunst’ weer te koop! De tragiek van de zanger is, dat hij instrument is en tegelijkertijd bespeler van dat enige instrument dat hij bezit, hij heeft geen keuze. Het bereik van de stem is een gegeven: het wordt bepaald door de uiterste hoogte en de uiterste laagte. Welk deel van die stem voor de zanger het meest bruikbaar is, zal tijdens de scholing van die stem pas blijken.
12
Het is een facsimile uitgave, dat wil zeggen een onveranderde zetting van de vierde druk uit 2003. De zangoefeningen die voorheen op cd bijgevoegd waren, worden nu als gratis download bij het boek aangeboden. Het boek (ISBN 9789059724297, € 27,-) is via de uitgever te bestellen (015-2131418 / www.eburon.nl) en is ook te koop via de boekhandel.
Stembalans geschreven door Marjolein Koetsier (uitg. Ankh Hermes, 2011)
Boekbespreking door Elena Vink Vanuit haar ervaring als solozangeres en stemcoach heeft collega Marjolein Koetsier dit boekje geschreven. In het begin geeft ze uitleg over haar werk als stemcoach. Ze schrijft enthousiast over haar fascinatie voor de stem en hoe die een beeld kan geven van iemands persoonlijkheid. Daarna volgen een beschrijving van haar eigen kijk op zingen en een aantal case studies. Tot slot een korte en heldere bespreking van een aantal van de belangrijkste zangmethodes en een serie buitengewoon goede en praktische oefeningen voor onder meer adem en houding. Een paar kritische opmerkingen zijn naar mijn mening echter wel op hun plaats. Wat precies de doelgroep is, wordt niet duidelijk; voor zangdocenten is het te eenvoudig en voor amateurzangers lijkt het me ook niet geschikt omdat het vooral de spreekstem behandelt. Mensen die hun stem niet goed vinden klinken wanneer ze praten zijn een optie, maar echt helder is dat niet. Het steeds terugkerende thema ‘energie’ en ‘energieën’ in de esoterische betekenis van het woord geeft het boekje een redelijk hoog ‘zweefgehalte’. Marjolein Koetsier stipt in één alinea de relativiteitstheorie van Einstein, de kwantumfysica en de snaartheorie aan en legt een verbinding tussen deze theorieën en ‘energievelden’ waar we gebruik van zouden moeten maken. Dat is wel erg kort door de bocht. Ook het ‘hogere zelf’ en de ‘hoogtrillende energie waar we op af kunnen stemmen’ roepen vragen op bij mij. Ze noemt het boek van Pim van Lommel over bijna-doodervaringen waarin Van Lommel de conclusie trekt dat we een onsterfelijke ziel hebben en een soort leven na de dood. Dat sommige mensen zo’n uittredingservaring op het moment van bijna sterven hebben gehad, is duidelijk. Er zijn echter veel kritische reacties op het boek van Van Lommel gekomen en het wetenschappelijk bewijs voor de stellingen van Van Lommel is flinterdun. In het verlengde hiervan vertelt Marjolein over de Japanner Masara Emoto (what’s in a name!) die foto’s maakt van water dat bevriest en beweert dat het water lelijke kristallen vormt bij lelijke woorden en de bijbehorende negatieve emotie, zoals haat, en mooie kristallen
bij muziek of mooie woorden zoals liefde. Ik vraag me dan onmiddellijk af of water ook Nederlands spreekt…. Kortom, een beetje een dubbel gevoel. Er staan goede oefeningen in, en wetenswaardigheden die voor een leek de moeite waard zijn. Een aantal andere zaken moet mijns inziens met een flinke korrel zout genomen worden.
NVZbulletin
14
15
Een verslag van het EVTA-forum in Aix-en-Provence
I
n augustus jl. vond in Aix-en-Provence een interdisciplinair forum plaats. Dit forum werd georganiseerd door de EVTA. Als ‘representative of the Netherlands’ is mij gevraagd voor de NVZ een verslag te schrijven over mijn deelname aan dit EVTA-forum.
door Carolien van Workum
Norma Enns aan het werk met deelneemster
Zangpedagogen meer dan ooit geïnteresseerd in wetenschap Het was een voorrecht bij dit forum aanwezig te mogen zijn, en ook erg leerzaam. Een ervaring die ik niet gauw zal vergeten. Eerst een korte uitleg over het ‘wie wat waar en waarom’: Dit jaar werd de PEVOC (Pan-European Voice Conference) gehouden in Marseille, Frankrijk. Omdat de Pevoc zo’n belangrijk evenement is, zijn er verschillende instellingen die hun bijeenkomsten plannen rond de PEVOC. Ook de EVTA hield (voor de derde keer) voorafgaand aan de PEVOC een tweedaagse workshop met een interdisciplinair forum. Paraplu voor de Europese Verenigingen van Zangpedagogen De EVTA (European Voice Teachers Association) is opgericht in 1989 in Amsterdam. Er zijn momenteel 18 Europese landen lid. De EVTA heeft verschillende proBrainstormsessies
gramma’s en projecten ontwikkeld. Op dit moment is dat het project ‘Digital Resources in vocal Pedagogy 20102012’, dat als doel heeft een brug te slaan tussen stemwetenschap en stempedagogie. In principe kon er van elk land één afgevaardigde meedoen, maar van landen die deelnemen aan het Leonardo da Vinci programma mochten meerdere mensen deelnemen. Nederland (NVZ) doet overigens niet mee aan dit project. Doel van de bijeenkomst Om deze brug te slaan tussen wetenschap en stempedagogie was een aantal vooraanstaande wetenschappers uitgenodigd: Dave Howard voor de technologie en Dirk Murbe (kno-arts), Ingo Titze (wetenschapper) en Johan Sundberg (wetenschapper én oprichter van de Pevoc) voor het medische en akoestische onderzoek.
We waren met een kleine groep mensen: 23 leden, 4 stafleden en 4 uitgenodigde wetenschappers/onderzoekers. Er stonden vooraf nogal wat voorstellen op het programma (hier even heel beknopt): 1. Vragen over stemonderzoek: Wat voor invloed heeft de stress die gepaard gaat met stemonderzoek op het onderzoek en zou dat ook anders kunnen? 2. De stemproblemen van mensen: zijn die medisch, technisch en/of psychisch van aard en hoe gaan we daar mee om in de zangstudio? 3. Hoe kunnen we wetenschap integreren in de pedagogie? Bijvoorbeeld data die worden verkregen via stemanalyseprogramma’s en uitgedrukt in spectrogrammen. 4. Andere aspecten als overige media in de zangstudio en een nieuwe generatie leerlingen die ‘native users’ zijn als het gaat om computer en media-gebruik. Stress bij patiënt stemonderzoek erg groot Om een beetje beslagen ten ijs te komen wat betreft stress bij stemonderzoek, had ik wat dagen meegelopen op twee verschillende stempoli. Ik mocht bij onderzoeken aanwezig zijn en heb daar ook filmopnamen van kunnen maken. Zoals al gesuggereerd wordt in de doelstellingen van de EVTA-bijeenkomst, is de reactie van veel patiënten op het onderzoek heftig. Een aanzienlijk deel van de patiënten heeft een wurgreflex als de kno-arts de tong vastpakt en de camera in de mond brengt. Gelukkig kan een ervaren kno-arts in een paar seconden beeld vastleggen, maar de patiënt zit met tranen in de ogen vaak wat na te hoesten. Op een andere poli (in een ander ziekenhuis) waar ik mee kon lopen waren ze net overgestapt op een spiksplinternieuw apparaat dat een loepscherp beeld gaf en waar de camera door middel van een heel dun slangetje door de
neus gaat. Het beeld is echt spectaculair. Elk haarvaatje is te zien. Deze apparatuur is onlangs ook gebruikt door een collega om onderzoek te doen bij grunters. Toch werden ook bij dit nieuwe apparaat verschillende patiënten verdoofd omdat ze de apparatuur niet verdroegen. Later op de Pevoc werd me duidelijk dat kno-artsen heel verschillend denken over wat de beste onderzoeksmethode is en welke apparatuur je daar het best voor kunt gebruiken. Daar is dus het laatste woord nog niet over gezegd. De eerste doelstelling ‘stress bij onderzoek’ is dan ook niet uitgebreid aan bod gekomen op de bijeenkomst. Digitalisering in de zangstudio Op de tweedaagse bijeenkomst bleek het zwaartepunt te liggen op digitale bronnen in de zangstudio. Een beetje teleurstellend was dat wel omdat ik zelf veel gebruik maak van digitale bronnen en daardoor niet heel veel nieuws heb gehoord op de eerste dag. Men heeft me gevraagd een stuk te schrijven over ‘recording singinglessons’. De andere punten kwamen vooral naar voren in de brainstormsessie waar ik straks op terug kom. Op de eerste dag deed Ivor Flint een leuke presentatie met ‘Youtube in de zangles’ en liet Norma Enns ons werken met Voce Vista, Sing and See en Sygyt. Zelf werk ik met andere software dus het was leuk eens andere programma’s te zien. Dave Howard gaf in een hilarische presentatie weer waar je mee te maken krijgt als je dit soort software ontwikkelt. Daarmee liet hij met behulp van attributen zien hoe de akoestiek in ons aanzetstuk werkt. Het EVTA-handboek Op de tweede dag waren er ‘s ochtends rondetafel-sessies. Norma Enns was tafeldame bij ‘Pegagogy Research’, Michael Büttner leidde bij ‘Research Examination proces’ en Scott Swope, Dirk Mürbe en Ingo Titze namen
NVZbulletin
16
wat er op dat gebied mogelijk is, verwijs ik graag naar een leuk filmpje waar Ingo Titze de Pavarobotti presenteert (http://www.ncvs.org/videos.html#videoten).
lunch tijdens EVTA-bijeenkomst
Conclusie Na EVTA en Pevoc is mijn conclusie dat er nog altijd sprake is van een kloof tussen wetenschap en zangpedagogie. De invalshoek is eigenlijk heel verschillend. Wetenschappers zijn dol op grafiekjes en tabellen, terwijl een zangpedagoog veel praktischer is ingesteld. Zij willen vaak zien en horen. Zo zag ik dat daar waar een wetenschapper ingespannen zit te luisteren naar een powerpoint presentatie met taartpunten en staafjes, de zangpedagoog voor zichzelf probeert na te gaan hoe hij/zij de grafische informatie kan vertalen naar de lespraktijk. Ik merkte dat veel zangpedagogen het heel interessant vinden wat de wetenschap weet aan te tonen. Resultaten uit wetenschappelijk onderzoek worden op de voet gevolgd. Dit neemt niet weg dat ik tijdens het forum een aantal keer de opmerking heb gehoord dat ‘in de wetenschap wordt aangetoond wat wij toch al járen weten’. Eigenwijs, die zangers? Ach… In ieder geval lijkt de zangerswereld meer interesse in de wetenschap te hebben dan ooit.
Ingo Titze
Carolien van Workum heeft na de studies Drama en Frans de opleiding Klassiek Zang gedaan. Ze heeft o.a. gestudeerd bij Cilly Dorhout en Ronald Klekamp. Zij heeft nu 14 jaar een privépraktijk in Oosterbeek. Hiernaast heeft zij 10 jaar gewerkt als docente Frans. Momenteel volgt zij een opleiding Theatermaker/regie.
Correctie door Meinard Kraak
Carolien van Workum
‘Medical and diagnostic problems’ voor hun rekening. Het waren korte en krachtige brainstormsessies waarbij veel input werd gegeven vanuit heel verschillende invalshoeken. De EVTA wil een handboek gaan schrijven en dit moeten de ingrediënten worden voor het ‘Handbook on Digital Technology in the Voice Studio’. The Godfathers van de Pevoc aan het woord De EVTA meeting werd afgesloten met een serie presentaties door Ingo Titze over registers en van Johan Sundberg over de software Madde en RT Sect waarbij hij de menselijke stem namaakt. Om een idee te krijgen van
In mijn bedankje bij het aanvaarden van het erelidmaatschap op 1 oktober j.l. heb ik gemeld dat de oprichting van onze Vereniging heeft plaatsgevonden bij mij thuis in de Palestrinastraat in Amsterdam. Ik werd onmiddellijk aangesproken door Ank Reinders en Cora Canne Meijer, die claimden dat deze bijeenkomst bij Cora thuis was geweest... Gelukkig was er nog één van de door mij in mijn praatje genoemde dames aanwezig: Margreet Witsen Elias wist zich details van mijn interieur te herinneren en wij kwamen tot de conclusie dat de oprichting bij Cora was geweest (waarbij ik niet aanwezig was) en een volgende samenkomst bij mij. Mijn – nog oudere collegae – vonden het van belang dat ik deze kwestie zou rechtzetten. Ere wie ere toekomt!
17
NVZbulletin
18
Over zingen gesproken geschreven door Cora Canne Meijer (ISBN 978-90-9026510-0)
A
fgelopen najaar verscheen het boek ‘Over zingen gesproken’, waarin Cora Canne Meijer beschrijft wat ze in haar zangcarrière heeft geleerd en wat
19 ziet Alexandertechniek als een welkome hulp om de verkeerde spanningen in nek en de ‘schoudergordel’ los te leren laten. Achter in het boekje somt Cora op waar je op zou moeten letten bij het zingen; een ‘to do’ en ‘not to do’ lijst in de notendop die voor velen heel bruikbaar zou kunnen zijn. Cora beweert niet met een speciale techniek te komen en ze beweert al helemaal niet dat ze met iets nieuws komt. In haar boek staan, als ondersteuning, vele citaten van andere zangers door de eeuwen heen, die hun mening geven over verschillende zaken zoals articuleren en adem. Persoonlijk denk ik dat hetgeen ze in dit boekje vertelt
belangrijk is om weer eens mee geconfronteerd te worden. In deze tijd waarin er allerlei nieuwe technieken de kop opsteken en er zoveel geschreven wordt over het zingen, is het mijns inziens een verademing dat er een boek is waarin opnieuw aandacht gevraagd wordt voor het natuurlijke proces, het talent dat nodig is om te zingen, het gehoor en de eigen verantwoordelijkheid. Niet dat ik tegen al die technieken ben; integendeel! Ik vind het iedere keer weer leerzaam om de stem op zoveel verschillende manieren te (leren) benaderen. Maar het was ook wel weer eens tijd voor een ander geluid met een gezonde nuancering. ‘Over zingen gesproken’ is te bestellen via www.coraboek.nl .
ze graag wil overdragen. door Lieve Geuens
Boekbespreking Toen ik ‘Over zingen gesproken’ had doorgelezen en weer naar het begin van het boek ging - dat is een gewoonte van me - viel me het voorwoord van Gerrit Bloothooft des te meer op. Waarom? Omdat Gerrit een wetenschapper pur sang is en Cora’s boek niet op die exacte wetenschap is gebaseerd. Toch spreekt er uit het voorwoord van Gerrit respect voor de ideeën en de empirische kennis van Cora. En omgekeerd, uit het verhaal van Cora spreekt respect voor de wetenschap. Cora onderkent het belang van het wetenschappelijk onderzoek naar de stem, ook al raadt ze de zanger in dit boek aan om vooral te vertrouwen op intuïtie, instinct en gehoor. Want “zingen valt in zijn totaliteit niet volledig wetenschappelijk te beschrijven”. In dit boek vertelt Cora ons dat de zanger meestal van binnenuit al ‘weet’ wat hij zou moeten doen om de stem vrij en helder te laten klinken maar dat hij er te weinig waarde aan durft toe te dichten. Als we ons een voorstelling maken van hoe onze stem zou kunnen klinken en we proberen die voorstelling te realiseren, dan klinkt onze stem vaak veel vrijer, zuiverder en gemakkelijker dan wanneer we onszelf allerlei misleidende opdrachten geven. Ze schrijft dat wanneer je jezelf een duidelijke opdracht stelt, je hersenen de juiste aansturingen zullen geven aan al die spieren die betrokken zijn bij het zingen. Deze opdracht kan bestaan uit een klankidee en een emotie die daarmee samenhangt. Helaas wordt de zanger volgens haar nogal gauw afgeleid door wat hij denkt dat hij zou moeten voelen en door goed bedoelde maar toch vaak verkeerde (of verkeerd geïnterpreteerde) aanwijzingen. Om de stem vrij te laten klinken is wel voorbereiding nodig: het bestuderen van teksten, het begrijpen van de
emotie en al wat nog meer noodzakelijk is om een stuk te kunnen doorgronden. De opzet van het boekje is eenvoudig en duidelijk. De lay-out is simpel en modern in zwart-wit en blauwe nuances. De foto’s waarop we Cora zien in allerlei operarollen zijn op een moderne manier ingevoegd. De titels van de hoofdstukken zoals ‘Instinct en intuïtie zijn onmisbaar’ of ‘Ademen gaat vanzelf’ laten niets onverbloemd. Cora noemt negen stellingen waarmee haar betoog in duidelijke kaders gezet wordt. Enkele opvallende uitspraken zijn: “gedachten kun je kiezen” en “precies denken is perfect zingen” . Er wordt een volledig hoofdstuk gewijd aan Alexandertechniek, geschreven door Nelly Ben-Or. Cora
Kandidaat-bestuurslid
I
n verband met het vertrek van Diane Hidding als bestuurslid draagt het bestuur een nieuwe kandidaat voor: Antje de Wit. Indien deze voordracht wordt goed-
gekeurd door de ALV, zal Antje zich binnen het bestuur gaan bezighouden met het organiseren van de symposia en met de ‘social media’.
Antje de Wit is zangpedagoge, koordirigente, zangeres en kerkmusicus. Haar studietraject begon ooit in de wetenschap, als biologe en milieukundige. Rond haar veertigste levensjaar begon een definitieve omscholing naar het muziekvak. De opleiding voor koordirigent van de SNK (nu Kunstfactor) en kerkmusicus van de NSGV (‘Gregorius Vereniging’) sloot zij af in 2001. Verder heeft zij deelgenomen aan de Kurt Thomascursus voor koordirigenten. Vervolgens studeerde ze zang aan de Schumannacademie. Hoofdvak zang heeft ze gestudeerd in eerste instantie bij de alt Heleen Resoort, en afgerond bij de sopraan Caroline Stam. In juni 2009 heeft zij het praktijkexamen zang bij de SNVM afgesloten. Recentelijk volgde ze lessen in de Lichtenberg-methode bij Ingrid Voermans. Antje is nu werkzaam als ZZP-er en heeft een éénvrouwsbedrijf rondom zangkunst en koorzang: ‘Symphonia’. “Ik hou van mensen en ontmoetingen. Ik beschouw zingen als een ambacht én een kunst. Zingen kan een ultiem voertuig zijn tot communicatie, persoonlijke ontwikkeling en spiritualiteit. Ik heb me mijn hele leven uitgedaagd gevoeld om verbinding en samenwerking te bewerkstelligen op ter-
reinen vol van prikkelende en inspirerende verscheidenheid. Ik kijk dan ook graag langs en over de grenzen van disciplines, ook wat betreft de zangkunst. Op dit moment dirigeer ik twee vaste koren en heb ik een goedlopende zanglespraktijk. Verder geef ik veel workshops over allerlei aspecten van zang en koorzang. Een nieuwe activiteit van mijn bedrijf is een retraite waarin zingen en stil-zijn (en meditatie) gecombineerd worden. Zo hoop ik in de toekomst nog meer mooie vormen van samenwerking te ontwikkelen. Ik hou van Von Bingen, Bach, Grieg, Messiaen, Trijntje Oosterhuis en zoveel meer. Op menig vrijdagavond kijk en luister ik naar The Voice of Holland. Het lijkt me belangrijk voor de toekomst van de NVZ dat ze een eigentijds, zichtbaar en inspirerend platform is én blijft voor allen die professioneel en toegewijd met de zangpedagogiek, stembevrijding en vocale coaching bezig zijn. Inspirerende ontmoetingen en de sociale media beschouw ik als mijn speerpunten.” www.antjedewit.nl
NVZbulletin
20
21
Nieuwe leden in het land W
elke mensen schuilen toch achter al die namen op de ledenlijst van de NVZ? Sommige leden kom je wel eens tegen in het vak of op bijeenkomsten van de NVZ, maar wie op enige afstand van het ‘midden des lands’ woont zal niet altijd
‘acte de présence’ kunnen geven op de NVZ-bijeenkomsten. door José Lieshout
Ellen Bakker Tot nu toe zijn leden aan het woord geweest die al langer lid zijn. Vanaf nu zullen in deze rubriek nieuwe leden aan het woord komen. We beginnen met Ellen Bakker uit Ternaard (Friesland). Waar: Ternaard, Friesland. De lessen geef ik thuis en voor de koor- en bedrijfsworkshops toer ik door het hele land. Leeftijd: 46 Website: www.ellenbakker.com NVZ-lid sinds: 2011 Opleiding: Zang, lichte muziek, DM, Rotterdams Conservatorium Afgestudeerd in: 1995 Bij wie gestudeerd: Jacqueline Oosterkamp, Jan Heye, Gerrie van der Klei, Harjo Pasveer, Dorte Hyldstrup, Helga Westmark. Werkzaamheden: Zangles, vocal coaching, stemtraining leerkrachten, workshops stemvorming voor koren, zangworkshops voor bedrijven, open zangworkshops in Ternaard. Collegiaal contact met: Harjo Pasveer, Katja Maria Slotte, Juliëtte Dumoré, Hans Jonker, Rogier IJmker en Hans Matla (laatste drie: koordirigenten). Via internet ook contact met diverse collega’s in het buitenland. “Op mijn vijftiende begon ik met klassiek zangles bij Jacqueline Oosterkamp, aan de Amstelveense muziekschool. Pas op mijn 25ste ging ik naar het conservatorium, waar ik voor lichte muziek koos. Tijdens mijn opleiding heb ik gezongen in de musicals Cats en Jesus Christ Superstar. Allebei shows waarin ik als sopraan werkelijk alles aan klassieke techniek uit de kast moest halen, dus
foto: Tom Tieman
mijn vooropleiding kwam me goed van pas. Na mijn opleiding heb ik onder andere 5 jaar gezongen bij vrouwena-cappellagroep No Place for Jennifer. Via Harjo Pasveer kwam ik voor het eerst in aanraking met EVT en dat heeft absoluut gezorgd voor een ommekeer. Ineens werd zingen van iets abstracts iets heel concreets. Mijn passie voor lesgeven ontstond pas na mijn opleiding, toen ik ontdekte hoe inspirerend het was om bij te dragen aan andermans zingen. Nog steeds kan ik per ongeluk ontroerd raken als een leerling iets nieuws ontdekt, nieuwe klanken produceert of grenzen verlegt. Als ze dan vervolgens buiten mijn werkkamer succes krijgen, of gewoon merken dat ze altijd op hun stem kunnen rekenen, ben ik helemaal blij. Ik maak bij de lessen en workshops gebruik van EVT, CVT en mijn eigen ervaringen. De afgelopen 5 jaar heb ik veel cursussen gedaan op het gebied van persoonlijke groei en daar maak ik bij het lesgeven dankbaar gebruik van. Vocal coaching gaat bij mij altijd verder dan de stem. Het gaat om de hele mens en wat die mens dénkt en waar hij/zij zich van bewust is, dat is minstens zo belangrijk als het stemgebruik.
De laatste jaren is gezond stemgebruik me steeds meer gaan boeien. Ik coach ook docenten in het reguliere onderwijs en geef workshops stemtraining op scholen, waarin docenten met behulp van zang en EVT hun stem opnieuw leren kennen en gezond leren gebruiken.” Waarom lid geworden van de NVZ: Vorig jaar stond voor mij in het teken van verbinden. Via de social media had ik al contact met diverse collega’s in binnen- en buitenland en ik kwam een artikel tegen op internet waardoor ik me ineens met schrik bedacht dat ik geen lid was van de NVZ. Dat heb ik dus even rechtgezet. Over het Bulletin: Ik heb mijn eerste Bulletin helemaal uitgeplozen en vond het heel leuk om iets van de geschiedenis te leren en de interviews met gerenommeerde collega’s te lezen. Fijn om in contact te zijn met mensen die mijn passie delen!
NVZbulletin
22
23
Nieuw redactielid: Winanda van Vliet
W
egens drukke werkzaamheden heeft Jolande Geven haar plaats in de redactie opgegeven. De redactie dankt Jolande voor haar inbreng. Voorlopig zal zij nog wel de berichtenrubriek blijven verzorgen. Jolande is inmiddels opgevolgd
door Winanda van Vliet. Winanda stelt zich voor. door Winanda van Vliet De redactie heeft mij gevraagd om als nieuw redactielid bij te dragen aan het Bulletin. Daar heb ik niet lang over hoeven nadenken. Ik lees het Bulletin altijd met interesse en wil graag kunnen bijdragen met artikelen, interviews of ideeën. Het Bulletin moet een interessante bron van informatie zijn, met stimulerende boekbesprekingen, verslagen van zaken die mij motiveren als zangpedagoog en hopelijk ook jullie, de lezers. Muzikale familie Ik ben opgegroeid in een muzikale familie waar veel werd gezongen en gemusiceerd. Piano, harmonium, gitaren, ukelele, drumstel, fluit en viool en veel zingen met twee zusjes, vader en moeder. Een gereformeerd gezin waarin na het kerkbezoek op zondag de rest van de dag werd gemusiceerd. Tot ieders groot plezier. Als 5-jarige begon ik met pianoles. Ik zat ook op de ukeleleclub. Daar zong ik, mezelf begeleidend, vol overtuiging ‘It’s now or never’ van Elvis Presley, ‘Brandend Zand’ van Anneke Grönloh of ‘Vous permettez monsieur’ van Adamo. Mijn moeder informeerde voorzichtig bij mijn leraar of Dikkertje Dap misschien wat geschikter repertoire was voor een kind van vijf. Het mocht niet baten. Jaren bleef ik daar op les. Nog steeds heb ik mijn handgeschreven liedjesschriften uit die tijd en ik kan ze nóg allemaal zingen. Van Elvis tot Willeke Alberti, van Trini Lopez tot Trea Dobs. Zangeres worden was dan ook niet zozeer een bewuste beroepskeuze als wel een logisch vervolg op hoe ik mijn dagen doorbracht: zingend. Studie Aan het Koninklijk Conservatorium voor Muziek in Den Haag heb ik schoolmuziek gestudeerd en ook enige tijd klassiek zang. De kloof tussen mijn ‘zangpraktijk’ - ik trad vaak op, mezelf op gitaar begeleidend met een repertoire van folk en pop - en de klassieke zangwereld was echter
te groot. Helaas was er toen nog geen mogelijkheid om te kiezen voor jazz of popmuziek, of zoals dat toen heette: ‘lichte muziek’. Na veel tranen en onbegrip besloot ik de zangstudie op dat moment te laten voor wat het was en mij te richten op de schoolmuziek. Ik heb na het conservatorium gelukkig nog lang zangles gehad bij Hennie Grimijzer, klassiek zangeres, indertijd zangpedagoog op de kleinkunstacademie in Amsterdam. Ik herinner mij nog heel goed hoe de eerste les bij haar een openbaring was omdat ‘mijn’ manier van zingen niet werd afgekeurd of verboden, maar aangepakt en uit-
gebreid naar een meer ontspannen manier van zingen en een rijker klankpalet. Ik ben haar daar zeer dankbaar voor. Tot die tijd was ik namelijk een zangeres die geheel in de voetsporen trad van onder andere Joan Baez, Judy Collins, Melanie, Donovan, Dylan en vooral Joni Mitchell, de moeder der singer songwriters en mijn grote idool. Zij leerde mij hoe ik hun stemmen en elke stembuiging perfect kon nadoen. Latijns-Amerikaanse muziek Op het conservatorium leerde ik een aantal Chileense muzikanten kennen die hun land hadden verlaten na de staatsgreep in 1973. Mijn liefde voor de Zuid-Amerikaanse muziek met zoveel kleuren en ritmes werd door hen gevoed en gestimuleerd. We richtten de groep Amankay op en hebben daar in de jaren 70 in binnen- en buitenland mee opgetreden op manifestaties voor solidariteit met Chili. Mijn eerste plaatopnames waren in de grote Vara-studio. Vele jaren later zijn deze muzikanten nog steeds mijn beste vrienden. Met de componist Patricio Wang die ook in Den Haag studeerde (compositie bij Louis Andriessen), heb ik heel veel projecten gedaan, vooral met het ensemble Winanda del Sur. Deze groep, bestaande uit Nederlanders en Zuid-Amerikanen, begeleidde mij ook als solist op verschillende cd’s en in theater- en concertprogramma’s. We blijven geïnspireerd en zijn bezig met de voorbereiding van een nieuwe cd. Improvisatie Na mijn verhuizing naar Amsterdam in 1981 kwam ik in contact met Peggy Larson (sinds kort erelid van onze vereniging), de Amerikaanse zangeres die in Nederland actief was met vocale (groeps)improvisatie. Ik zong in de door haar opgerichte groep TAMAM, de eerste vocale groep in Nederland die vooral a capella jazz en geïmproviseerde muziek op de podia ten gehore bracht. Later leerde ik hier ook Ineke van Doorn, Herman van Doorn en Yolande Geven kennen. In deze groep heb ik geleerd te ‘spelen’ en niet bang te zijn om te experimenteren en ‘verkeerde noten’ te zingen. Een ervaring die je een vrijheid doet ervaren die ik elke zanger toewens. En elke zangpedagoog zou dat moeten stimuleren. A capella en theater The Oom Maw Maw was de groep (met Lisbeth Harting, Gabriel Oostvogel en Tobias Oudejans – later Hans Cassa
en Frank Stoop) waarmee ik heb geleerd met slechts vier stemmen een avondvullend theaterprogramma neer te zetten. Een hele opgave. Mijn zang- en microfoontechniek is in deze periode behoorlijk vooruitgegaan. Geen instrument om op te steunen. Altijd de intonatie in de gaten houden. Zelf het ritme zijn, vooral heel goed luisteren en kleuren en in balans zingen met de anderen. Ook het zingen in andere theaterproducties en dus het werken met regisseurs gaven me inzicht in de theaterwetten en hoe een boeiend programma te maken, en hoe licht en geluid daaraan kunnen bijdragen. Lesgeven Mijn lesgeven betrof jaren lang voornamelijk het geven van workshops en het vocaal coachen en leiden van vocal groups, koren en andere (theater)groepen. In 1995 werd ik gevraagd zangles te gaan geven op het Rotterdams Conservatorium, op de afdeling schoolmuziek, inmiddels Docent Muziek genaamd bij Codarts Rotterdam. Daar heb ik de loop van de zestien jaren dat ik daar nu met veel plezier lesgeef, langzaam maar zeker een lesprogramma opgebouwd met daarin aandacht voor allerlei muziekstijlen, improvisatie, kennis van het instrument, verschillende zangmethodes, maar vooral voor het plezier in het zingen. Mijn heilige overtuiging is dat als je niet bang bent om je mond open te doen en jezelf te geven, je veel van je eigen stem kunt leren waardoor je je kunt ontwikkelen tot een mooi zingend mens en wie weet tot zanger of zangeres. Wat te verwachten Elk jaar onderzoek ik nieuwe wegen waarvan ik denk dat ze bijdragen aan de verdere ontwikkeling van mijn studenten en mijzelf. Daarvoor nodig ik ook wel gastdocenten uit. Onlangs heeft zo’n gastdocent mijn leerlingen op verschillende manieren uitgedaagd om wat minder op het zingen zelf te focussen. Concentratie op de beleving of een idee zorgde ervoor dat hun stem opeens veel krachtiger, agressiever of juist tederder klonk. Daar wil ik graag een andere keer wat nader op in gaan. Voor nu denk ik dat jullie wel een beeld hebben van wie ik ben. Dit was ten slotte bedoeld als eerste kennismaking. Wie nog meer wil weten, zien of luisteren kan kijken op www.winanda.nl
NVZbulletin
24
25
De Lax Vox methode V
an een logopediste van de KNO-afdeling van het Universitair Medisch Centrum
Utrecht hoorde ik enige tijd geleden over de Lax Vox methode als oefenmethode om stemgeving te optimaliseren. Een slangetje en een flesje water, dat was alles
wat je ervoor nodig had. Iets voor de zang(les)praktijk?
nu zelfs bij de Lax Vox, en gaan bij wijze van spreken niet meer zonder flesje en tube de deur uit.
door José Lieshout Wat is de Lax Vox methode? • goede abdominale ademhaling. De Lax Vox methode is in 2007 tijdens de PEVOC7 (PanEuropean Voice Conference) in Groningen gepresenteerd ‘Target voice’ door Marketta Sihvo¹ en Ilter Denizoglu². De methode is Het doel van deze oefeningen is het vinden van de ‘tareenvoudig uit te leggen. Je hebt nodig: een siliconen slan- get voice’. Dit is de meest optimale stem binnen iemands getje (35 cm lang, Ø 9 mm) en een flesje of een glas met anatomische en fysiologische mogelijkheden. ‘Glottal efdnalniF ,erepmaT ,tsipareht eciov ,D.hP ovhiS attekraM 9002.5.13 een laagje lauwwarm water. ficiency’ zorgt ervoor dat de stem vér draagt zonder dat Ga ontspannen staan, hoofd rechtop. men hier veel moeite voor hoeft te doen. Het geeft een Hou het flesje dichtbij het lichaam. resonanssensatie in het hoofd en kenmerkt zich verder Doe het eru c ,uiteinde erac ecvan iovderotube f gnininde iartdoor deddeiaaanwezigheid ebut XOVvanXveel ALharmonischen. mond, tussen de tanden, een stukje Oorspronkelijk was de Lax Vox methode bedoeld om het op de tong en sluit de lippen om de biomechanische noitproces acudevan dnfonatie a bij stempatiënten te tube. veranderen. Stempatiënten hebben immers veelal een Doe het andere einde van de tube verkeerd stemgebruik. Janine Overbosch, logopediste in a ,reintem aidwater ni mm (later 9 dna hmag tgnel niRotterdam mc 53 ebut nen ocilNVZ-lid, is a :deen is lliw uoY pleitbezorger van de Lax zo’n 1 à 2dncm het groot elttob ro ssalg a ni retaw mraw het meer zijn). Vox methode. Zij geeft workshops bij collega-logopedisLaat het water bubbelen door op een ten en kno-artsen over het gebruik van de methode. ECIOV htiw retaw elbbuB rustige manier te foneren op een /u/ noitaraperP (‘oe’), eerst kort, dan lang. .yOok dob evoor ht ot eszangers olc elttob eht dloH Voel ondertussen wat er in je.lijf inmiddels haar weg esicgebeurt. rexe eht gni rud noi tisop daeh siVia ht pede ek logopedie dna daeha thheeft giarts kde ooLmethode Adem tussendoor in door de neus.ealsof Hoewel het daar niet ugnot ejehtgaapt evoba ,(de hteelipt eht negevonden ewteb ebut enaar ht fo de dnezangerswereld. eno ecalP .ni gnihtaom erb nde ehtube). w neve yaw siht meh t dl oh dna ebu t egaat h t dnuom ora mensen yl tneg spimet l ruoyserieuze ecalP stemklachten, is het optipen blijven gesloten 1 . m c 3 – 2 f o h t p e d a o t t s r i f , r e t a w e h t n i e b u t e h t f o d n e r e h t o e h t piD Doe dit gedurende een minuut (voor optimaal resultaat: maliseren van de stemgeving natuurlijk wel iets wat zan. e s o n r u o y h g u o r h t s s a p l l i w r i A . n o i s n a p x e e h t d l o h d n a e g a c b i r r u o y d n a pxE is de methode ook heel elk uur). gers altijd bezighoudt. Bovendien Bij wijze van uitbreiding kun je glissando’s maken of een geschikt als warming-up of als cooling-down. Navraag snoitazilacoV melodie zingen (nog steeds op /u/ ). Ook kun je experi- bij collega’s leerde mij dat sommigen zelf tevreden ge.elbbub lliw retaw eht dna ebut eht otni )’oom‘ ni sa( lewov /u/ trohs a taepeR 1 hoe .)selcsmenteren um kcab dnamet lanim odbdiep a woljemde orftube kcabdin eehet f( lowater rtnoc sidoet. ht rof esu uoy bruikers taht selcsuzijn m ehvan t ot de noitLax nettaVox yaPtube, bijvoorbeeld tijdens de en het ./uuuuuuuuuurtjes u/ :noi tatussen zilacov de /u/ egenerale ht gnolorP 2 concert. Dat bracht mij eWat reht egebeurt rom eht ,hcer tipprecies? eh t rehgih ehT – .)noisne t( ytivitca ralucsum gniop retlhet a ybidee hctipdat ehthet yravook yamiets uoYzou kunnen zijn voor de zang.Tijdens spil dna ,het skeebubbelen hc ,taorht ,hmet tuomde ehtube t ni gntreden ileef ehde t etovolgende N – dexaleefr dna lespraktijk. wol sgnah waj ehT – .y tivitca si . d e t o n u o y s e l c s u m e h t g n i s u y l s u o i c s n o c , p u n e h t dna nwod tsrif eci ov eht edilG 3 fecten op: )”yadhtrib yppaH" dna "gnipeels uoy erA" ,elpmaxe rof( /u/ no ebut eht otni ydolem a gniS 4 • een positieve supraglottische druk boven de stembron; De juiste tube ,ni gnihtaerb ci tamotua larutan ruoy rof hguone gnol esuap ,ydolem eht fo esarhp yreve retfA • verlaging van de larynx; .rediw egacbir ruoy sekam ria eht sa hctertDe s seleerste csum ruhobbel oy leef lldie iw uik oy had dna te nemen was: hoe kom ik • een artificiële verlenging van het aanzetstuk; .retawaan eht neen i ebusiliconenslangetje t eht fo h tped eht yravan V 5de juiste afmeting? Overal • ontspanning in het hele mond-keelgebied door het bub- geïnformeerd, niemand die het wist, en uiteindelijk voor belen; zestien dollar een tube besteld in Amerika. Belachelijk • verandering van de kinesthetische gevoeligheid. Men natuurlijk, maar je moet ergens beginnen. De tube uit EBUTAmerika EHT TUbleek OHTeen IW pvc(!)-slangetje GNICIOV krijgt meer ‘voeling’ met de subglottische druk en met te zijn dat ik bij de ijde resonansruimtes. zerwarenwinkel op de hoek voor vijfenveertig eurocent .ebut eht tuohtiw )’erom‘ ro ’oom‘ ni sa( slewov /oooo/ ro /uuu/ eht htiw sesicrexe emas eht oD • .gninepo pil dednuor eht dna noi tisop daeh doog eht niatniaM • ,)seidolem gnimmuh dna sdnuos /m/( rehtegot yl tneg decalp spil ruoy htiw sesicrexe eht taepeR • .tuo dehsup dna sa eson ruoy hguorht gniwolf si ria eht lla taht snaem sihT .lasan si eciov eht ,enut a muh ew nehW
Wat levert het op? Van degenen die regelmatig oefenen, zeggen de meesten dat zij het zingen als makkelijker zijn gaan ervaren. De stem is krachtiger geworden en het lichaamsbewustzijn beter. Ook het uithoudingsvermogen van de stem tijdens koorrepetities is vaak groter geworden. Of dit door de Lax Vox komt of dat deze ontwikkeling te danken is aan andere factoren, is niet met honderd procent zekerheid te zeggen. De eerste resultaten van mijn huis-, tuin- en keukenonderzoek vind ik echter zo veelbelovend dat míjn leerlingen er voorlopig nog aan vastzitten! ¹ Speech Pathologist, Phoniatric Department of Tampere University Hospital in
Lage larynx tijdens het laxvoxen
Tampere, Finland ² Otolaryngologist, Alsancak State Hospital in Izmir, Turkije ³ Brevo, www.flexibeleslangen.nl
bleek te kunnen kopen. Hard, weinig flexibel en niet prettig om in de mond te doen. Geen succes. Later hoorde ik van Janine Overbosch dat er in Nederland wel degelijk een bedrijf is dat de juiste slangetjes verkoopt³. Per vijftig meter, dat wel… (minder kan, maar is onvoordelig). Iedereen een tube De afgelopen maanden zijn mijn leerlingen allemaal voorzien geraakt van een tube. Ook de leden van mijn eigen ensemble en de koorleden aan wie ik stemtraining geef, moesten eraan geloven. Het leverde hilarische momenten op tijdens het voordoen bij de koren. Iedereen deed echter graag mee. Het is namelijk sowieso leuk om te doen, zeker met een groep. ‘Moment voor jezelf’ Degenen die regelmatig oefenen, ervaren de Lax Vox oefeningen overwegend als zeer prettig. Een veelgehoorde reactie is dat het zo fijn is om geconcentreerd bezig te zijn met de stem en de adem, zonder te worden gehinderd door zorgen over toonhoogte, toonduur of tekst. Het schept als het ware een ‘moment voor jezelf’. Ook het ‘masserende’ effect van het bubbelen op het mond-keelgebied is heel aangenaam. Sommige leerlingen zweren
Lax Vox tijdens de repetitie
NVZbulletin
26
column Ontmoeting met een altus
Ank Reinders In de Wiener Kammeroper, in 1953 opgericht door Hans Gabor, zong ik in 1957 de rol van Musetta in ‘La Bohème’. Dat was geen luxe hoor; de WKO had nog geen eigen huis, repeteerde boven de bakker in de Spiegelgasse, waar Gabor zelf de potkachel aanmaakte, en trad op in de kleine theaters van de ‘Auβenbezirke’, de gemeenten rond Wenen. Nu heeft de WKO een beeldig theatertje aan de Fleischmarkt. De Kammeroper heeft zich altijd toegelegd op een klein, bijzonder repertoire zoals ‘Opera Trionfo’ in Nederland doet, maar ‘La Bohème’ staat nog vaak op het programma. Zojuist is de subsidie van de stad Wenen stopgezet en het bestuur smeekt om hulp... het is ook overal hetzelfde. Na vlijtig voorzingen kwam ik in de Wiener Festwochen van 1958 terecht, waar onder leiding van Kurt Rapf een première van een kleine opera van Ingomar Grünauer opgevoerd zou worden, ‘Ein Weib’, voor tenor en koloratuursopraan, in uiterst ‘hedendaags’ muziekidioom getoonzet. Dat was nog eens wat anders dan de zaaltjes in de Auβenbezirke; we repeteerden en gaven een voorpremière in het mooie theater van Innsbruck, daarna traden we ettelijke malen in Wenen op, in de kleine zaal van het Konzerthaus. René Clemencic , een jonge musicus – nu nog steeds actief in oude en ook zeer eigentijdse muziek - zag wat
in mijn zangkunst en vroeg me om met hem te komen werken. Dat was een overgang voor mij, van de es3 naar Cavalli en Frescobaldi in het een- en tweegestreepte octaaf. Ik vond het heerlijk. Naast mij stond de eerste falsettist die ik ooit leerde kennen, Josef Mayer. Ik weet nog dat ik verstijfde van schrik toen ik zo’n elegante toon hoorde komen uit een gewone, stevige man met een korte, zwarte baard. Na een aantal repetities en een nadere kennismaking vroeg ik hem wat hij deed om in die milde, bijna non-vibrato stemgeving terecht te komen. Ik kreeg het antwoord dat mij jarenlang gegeven werd: “Zodra ik als bariton ingezongen ben ga ik m’n kop in.” “Geh’ich in den Kopf hinein”, “I switch into headregister”, “Je prends la voix de tête”. Het zou zo’n twintig jaren duren eer mij duidelijk werd gemaakt dat falsetteren een normaal gedrag is van zowel mannelijke als vrouwelijke stemplooien. Bij de zanger valt het op, bij de zangeres niet, zij doet, klassiek zingend, zelden iets anders. In falsetregistratie zijn de stemplooien gerekt en sluiten zij niet of nauwelijks. De arytenoïden drukken tegen elkaar en draaien naar buiten. Er ontstaat een spleet tussen de beide stemplooien waardoor echt luid zingen onmogelijk wordt. Bij goede scholing en met een zekere aanleg is de overgang van het modaal register naar falsetregistratie best te realiseren. Josef falsetteerde tussen c1 en e2, het terrein van een bescheiden mezzosopraan. Het Weense publiek trok de wenkbrauwen op. De eerste falsettist die rond 1955 vanuit Engeland naar Europa kwam was Alfred Deller (1912- 1979). Hij liet het publiek versteld staan met zijn uiterst verzorgde, glasheldere tonen. Zó had ‘Music for a while’ nog nooit geklonken. Velen vonden het griezelig, onecht. Tegen het einde van de zeventiger jaren van de vorige eeuw werd de ‘alto’, de ‘hoog-zingende’, een sterke stem. De Berlijnse, machtig zingende altus Jochen Kowalsky wordt in 1978 spoorslags beroemd na een optreden in de opera ‘Giustino’ van G.F. Händel. Met hem en met de latere Britse zangers James Bowman en Paul Esswood, met de Nederlander René Jacobs en met de subliem zingende Fransman PhilippeYaroussky van de eenentwintigste eeuw heeft de contratenor altus zich in de zangwereld een belangrijke plaats heroverd. Yaroussky’s dvd met Franse liederen is een juweel.