STAD IN DE KIJKER
Willy Demeyer, burgemeester van Luik
“Het vergt veel talent om een stad als Luik te vernieuwen” Dat er architecturaal en stedenbouwkundig wat beweegt in de stad Luik, is een huizenhoog understatement. Zopas werd het Theater van Luik geïnaugureerd, het voorlopige sluitstuk van een hele rist projecten. Voorlopig, want de agenda voor de komende jaren blijft boordevol. Als het van burgemeester Willy Demeyer afhangt, groeit Luik weldra uit tot een must have seen voor liefhebbers van hedendaagse architectuur. Ferm: “En als ik iets zeg, dan doe ik dat.” Willy Demeyer is sinds september 1999 burgemeester van Luik. Het eerste jaar als opvolger van de naar Europa uitgeweken Jean-Maurice Dehousse, vanaf oktober 2000 als ‘rechtstreekse’ burgervader. Naast een hoge schuldenberg torste de stad bij zijn aantreden een zware stedenbouwkundige erfenis, het gevolg van een ware sloopwoede. Daardoor gingen vooral in de jaren 1950-1960 heel wat fraaie herenhuizen verloren. Op zeker ogenblik was er zelfs sprake van een autoweg die langs de Place Saint-Lambert zou passeren en het historische hart van de stad zou doorboren.
DIMENSION
Burgemeester Demeyer: “Wij hebben het probleem van de schulden aangepakt en een plan opgemaakt, het zogenaamde stadsproject. Daarin legden wij doelstellingen vast en bepaalden we welke strategieën we moesten volgen om die objectieven te realiseren. De eerste stap om de stedenbouwkundige kaalslag te keren, was de heraanleg van de place SaintLambert, gevolgd door het museum Grand Curtius. Een andere mijlpaal was de komst van de hogesnelheidstrein en de ontwikkeling die daarmee gepaard ging. We hebben het nieuwe station Luik-Guillemins van Santiago Calatrava gerealiseerd, en de Médiacité van Ron Arad. Daarin zijn naast de RTBF-studio ook een van de mooiste Olympische schaatsbanen ter wereld en de architecturaal ijzersterke bioscoop Sauvinière van V+ ondergebracht. Die twee projecten gaven het signaal dat internationale architecten in Luik hun talent kunnen demonstreren. Intussen is er een hele reeks projecten beëindigd, onder meer de Koninklijke Waalse Opera en het Theater van Luik. Zo hebben we de stad opnieuw uitgerust, met als rode lijn het streven naar het best mogelijke. Alle projecten moeten bijdragen tot de naambekendheid en de uitstraling van de stad en zo mensen aantrekken. Voor banale architectuur doen die niet de moeite om naar hier af te zakken. Als er over drie jaar een coffee table book verschijnt waarin Luik wordt aangeprezen als de place to be om hedendaagse architectuur te beleven, dan ben ik de gelukkigste man van de stad. En ik zal niet de enige zijn, geloof mij vrij.
16
Luikenaars zijn fier op hun stad en haar grootse verleden. Dat maakt het niet altijd gemakkelijk. Hoe meer mooie projecten je hen geeft, hoe meer ze om nieuwe initiatieven vragen.”
Samen een dynamiek creëren Wat met het onvermijdelijke prijskaartje dat daaraan vast hangt? Willy Demeyer: “Tot nu toe hebben we optimaal gebruik gemaakt van openbare subsidies uit verschillende hoeken. Als voormalig schepen van openbare werken kende ik die mechaniek door en door. Daarnaast hebben heel wat privéinvesteerders serieuze investeringen gedaan. Het vijfsterrenhotel Crowne Plaza, een restauratie met uitbreiding van een 15e eeuws stadspaleis, ging bijvoorbeeld gepaard met een investering van 75 miljoen euro. Als eerste toeristische bestemming en belangrijkste handelscentrum van Wallonië reiken wij jaarlijks 800 vergunningen uit. Dat maakt dat we een stevige onderhandelingspositie kunnen innemen tegenover kandidaat-investeerders.” “Wij hebben het geluk in een stad te wonen met een uitzonderlijk rijk erfgoed en een dito geschiedenis, maar zo’n stad vernieuwen kost geld. In onze projecten gaan we immers uit van het bestaande en zoeken we naar een geslaagde integratie vergen. Dat vergt nu eenmaal meer middelen dan nieuwe gebouwen. Daarom moeten architecten ons overtuigen dat hun visie pertinent, nuttig en zinvol is, ons sensibiliseren voor het mooie, ons soms misschien een beetje misleiden om te krijgen wat ze willen. Ons opjagen ook als wij koudwatervrees hebben. Het is heel moeilijk om in het hart van de stad te zoeken naar de juiste herbestemming en de geslaagde integratie. Maar het is een uitdaging die architecten ligt. Je hebt trouwens niet alleen getalenteerde ontwerpers, maar ook dito stedenbouwkundigen én ambtenaren nodig. In feite draaien onze projecten niet zozeer om architectuur, maar om stedenbouw. Met elke ingreep trachten we een hele wijk nieuwe impulsen te geven of te herstructureren. Een herbestemming »
DIMENSION
© Studio Dann
STAD IN REPORTAGE DE KIJKER
17
STAD REPORTAGE IN DE KIJKER
De gekende Médiacité van Ron Arad in samenwerking met Jaspers Eyers. Foto: Stad Luik - Jean-Pierre Ers.
met een esthetische, sociale of culturele meerwaarde en uitstraling is daarvoor een geschikte motor. Het maakt dat de Luikenaars zich het bouwwerk toe-eigenen, wat wij stimuleren door hen uit te nodigen op opendeurdagen en andere evenementen. Zo worden zij onze fiere ambassadeurs en krijg ik in het college de noodzakelijke budgetten.”
De stad zet ook sterk in op dat Luikse gemeenschapsgevoel, bijvoorbeeld door haar communicatie rond de Expo 2017, de wereldtentoonstelling over toekomstige energie. Al ging die uiteindelijk naar Astana. Willy Demeyer: “Je hebt een strategie nodig om mensen in beweging te krijgen en een dynamiek te creëren. Met Luik 2017 zijn we daar goed in geslaagd. Dankzij de kandidaatstelling en de bijhorende communicatie hebben we beweging verkregen in ons tramproject. Dat lag al langer op tafel bij het Waals Gewest, dat op onze vraag als trekker voor dit PPSinitiatief fungeert. In eerste instantie blijven de tramlijnen jammer genoeg beperkt tot de stad zelf. Maar als alles verloopt zoals ik het zie, komen er in een tweede fase extra kilometers naar de aanpalende gemeenten bij. Een groot struikelblok is dat de stad in enge betekenis niet de nodige omvang heeft voor de projecten die we willen uitvoeren en die ten goede komen van de bevolking in de hele agglomeratie. Ons huidige inwonersaantal van 200 000 volstaat daarvoor niet. Momenteel zoeken we naar een bredere samenwerking om tot een schaal van 600 000 à 1 000 000 mensen te komen. De provincie kan daarin dienst doen als bindmiddel. Er moeten nog enkele zaken uitgeklaard worden, maar in principe gaan alle politieke federaties akkoord en is het Gewest bereid ons te helpen met een aantal pilootprojecten.”
Luik 2017 ging gepaard met een ontwikkeling van de site Coronmeuse, waar achteraf een ecowijk zou worden gerealiseerd met een mix van functies. Gaat dat nu nog door?
DIMENSION
Willy Demeyer: “Zeker. Van in het begin hebben we besloten dat Coronmeuse er zou komen, Expo of niet. Voor de ontwikkelaars is dit zelfs nog interessanter, omdat ze nu geen wij-
18
“Luik telt voldoende werven om iedereen een kans te geven: lokale, Belgische en internationale architecten.” ziging van functies moeten doorvoeren, van tentoonstellingshallen naar woon-, werk-, commerciële en andere ruimtes. Momenteel hebben twee groepen zich kandidaat gesteld. De ene bestaat overwegend uit Waalse bedrijven en schuift als ontwerper Christian de Portzamparc naar voor. De andere is eerder Vlaams van origine en pakt uit met Norman Foster en partners. Daarmee wordt meteen de aanwezigheid van gerenommeerde internationale architecten in Luik bestendigd. Normaal valt in mei 2015 de beslissing wie het project toegewezen zal krijgen.” “Om de consensus over Luik 2017 draaiende te houden, hebben we er een vervolgproject aan gebreid onder de naam Liège Metropole Puissance. Ook daarover hebben we een consensus bereikt tussen alle politieke partijen en de diverse instellingen: de stad, de provincie, het gewest, de universiteit. Creatief, verbonden en open naar de wereld zijn de basisbegrippen. We zetten onder andere een wereldwijd universitair netwerk op dat wordt gevoed door de universiteit, een duurzaam forum waar wetenschappelijke kennis gratis ter beschikking wordt gesteld, en een wetenschappelijk forum voor jongeren uit heel de wereld. Bedoeling is ook dat we elke drie jaar een event organiseren in de Luikse regio waarvan de thema’s opgehangen zijn aan de kapstokken innovatie, creativiteit en kwaliteit.”
Het gat in de pensioenkas Welke andere grote projecten staan er nog op het programma? Willy Demeyer: “In de startblokken staat de omvorming van het museum voor moderne kunst tot het CIAC, een centrum voor hedendaagse culturele evenementen met internationale allure, naar een ontwerp van Rudy Ricciotti en het Luikse architectenbureau p.HD. Er komen een nieuwe bibliotheek en een nieuw zwembad. Om de mobiliteit te bevorderen, cre- »
STAD REPORTAGE IN DE KIJKER
Een impressie van het nieuwe ziekenhuis van CHC in Glain, dat de naam ‘clinique du MontLégia’ krijgt. Ontwerp: AAH (Artau, Assar, Hoet en Minne).
ëren we P&R-voorzieningen aan de stadsrand en twee ondergrondse parkings in het centrum. Een noodzaak, want dagelijks rijden circa 240 000 auto’s Luik binnen. De Foire Internationale de Liège willen we verplaatsen van Coronmeuse naar Bressoux. Op diverse plekken, onder andere in Val-Benoît, ontwikkelen of moderniseren we economische parken. Wij zetten het beleid verder om het historische centrum te valoriseren.”
“Ik ben vragende partij voor een reglementering die respect heeft voor ieders rechten, maar tegelijkertijd een voldoende snelle doorstroming garandeert.”
DIMENSION
“Wonen is een belangrijk aandachtspunt, vermits we er jaarlijks 1 000 inwoners bij krijgen. We zetten in op gemengde woonprojecten in Coronmeuse, Droixhe, Bavière en Guillemins. Dat laatste omvat ook de realisatie van een groot plein, een voetgangersbrug en de heraanleg van de kaaien. Daarvoor werken we samen met de Franse landschapsarchitect Michel Corajoud. Meer naar de rand van de stad toe, zoals in Jupillesur-Meuse waar ik woon, is er ruimte voor meer traditionele verkavelingen. In het historische centrum hebben we via het federale grootstedenbeleid al heel wat woningen gekocht die we transformeren tot woningen met een commerciële of artisanale bestemming op het gelijkvloers. Zo geven we de omringende eigenaars een positieve impuls. In de Leopoldstraat, die iedereen nog kent van de verwoestende gasexplosie, hebben we naast de twee vernielde huizen nog drie panden onteigend. We hebben voor die plek een wedstrijd uitgeschreven voor een duurzaam project dat zich integreert in de omgeving, die een hoog Hausmanngehalte heeft. We hebben afspraken met ontwikkelaars voor de realisatie van studentenkoten. Alleen het percentage sociale woningen ligt onder de doelstelling van 10%, onder andere doordat we in Droixhe een aantal woontorens moesten slopen. Om weer naar de beoogde 10% te gaan, is het nu wachten op middelen van het Gewest.”
20
Is voor de andere projecten het nodige budget voorhanden? Willy Demeyer: “Voor een aantal projecten wel, voor andere is er nog werk aan de winkel. Jammer genoeg krijgen we net dit jaar af te rekenen met een specifiek financieel probleem, namelijk onze bijdrage in de pensioenlast van de gemeentelijke ambtenaren. In het verleden zijn er veel mensen aangeworven die intussen met pensioen zijn. Omdat er intussen veel minder gemeenteambtenaren benoemd werden, zijn de lopende pensioenbijdragen gekrompen en zitten wij met een gat in de kas. We zullen dus nog efficiënter moeten omspringen met de beschikbare middelen en moeten vermijden dat op verschillende niveaus twee keer voor hetzelfde werk wordt betaald. Ook de Europese ESR95-norm snoeit onze vleugels. Investeringen moeten geboekt worden als uitgaven binnen eenzelfde jaar. Vergelijk het met de aankoop van een woning waarbij je het hele bedrag in een keer cash op tafel moet leggen. Maar voor alle duidelijkheid: ik heb niet veel zin om de gemeentebelasting, die in Luik met 8% naar Waalse normen aan de lage kant ligt, te verhogen. De onroerende voorheffing is hier trouwens al relatief hoog.”
Trilogiport Als voorzitter van de autonome haven van Luik wil Willy Demeyer zeker het project Trilogiport in Hermalle-sousArgenteau onder de aandacht brengen, een multimodale logistieke site van 100 hectare met containerterminals, magazijnen, haventerreinen, tertiaire diensten en groen. Het gaat om een investering van naar schatting 65 miljoen euro, waarvan een aanzienlijk deel uit Europese fondsen komt. Privé zou daar bijna het dubbele bijkomen. Dat moet zich vertalen in een directe tewerkstelling van meer dan 2 000 banen. Maar zoals alle grote projecten krijgt Trilogiport af te rekenen met de gebruikelijke tegenstand, tot en met procedures bij de Raad van State. “Dit is inderdaad het schoolvoorbeeld van een procedure die veel te lang aansleept”, beaamt de burgemeester. “We hebben alles volgens het boekje gedaan. Geduld geoefend. Alle dossiers juridisch waterdicht onderbouwd.
STAD IN REPORTAGE DE KIJKER
Met de minister gepraat. Naar de mensen geluisterd. Als rasechte pedagogen getracht iedereen mee te krijgen. Maar toch heb ik enkele zaken uit het oog verloren. (Ironisch) De rugstreeppadden en de roodrugsalamander, met name. Bovendien stootten we op archeologische dorpen. Gelukkig zijn we na overleg tot een akkoord gekomen om die vondsten in hun geheel op te scheppen en in een koelruimte te stoppen, waar ze goed bewaard en onderzocht kunnen worden. Jammer genoeg sleept het project daardoor al meer dan tien jaar aan. Terwijl België in het algemeen en Luik in het bijzonder door hun ligging over unieke logistieke troeven beschikken. Wij hebben hier alles: water, een luchthaven, een hogesnelheidstrein, autowegen, het tragewegennet RAVeL, binnenkort een tram. We hebben overeenkomsten met Antwerpen, Rotterdam, Duinkerke. Voortdurend passeren er binnenschepen op de Maas. Dat alles vormt een unieke opportuniteit om toegevoegde waarde te creëren voor de stad. Gekwalificeerde jobs zijn er hier voldoende dankzij de universiteit, de clusters en andere economische speerpunten. Maar de kracht van Tri-
logiport is dat je daar veel niet-gekwalificeerde jobs creëert. Als het project niet zoveel vertraging had opgelopen, was het banenverlies in de staalnijverheid vandaag veel minder zwaar aangekomen. Gelukkig evolueert alles nu in de goede richting. We moeten alleen opletten dat we tijdig de beschikbare Europese budgetten kunnen aanspreken.”
Iedereen klaagt over de onmogelijke procedures voor grote projecten. Is er beterschap in het vooruitzicht? Willy Demeyer: “Ik ben vragende partij voor een reglementering die respect heeft voor ieders rechten, maar tegelijkertijd een voldoende snelle doorstroming garandeert. Over de Grand Curtius hebben wij vijftien jaar gedaan: klassering, openbare aanbesteding, toegankelijkheid, beroepsprocedures, noem maar op. De klemtoon moet verschuiven van het individuele naar het algemene belang. Als een project niet doorgaat, zit het individu trouwens ook in het verliezende kamp. De CoDt, de nieuwe Waalse wetgeving ruimtelijke ordening die de CWATUPE zal vervangen, zal alvast een ver- »
Na een renovatie en uitbreiding door de architecten Pierre Hebbelinck en Pierre de Wit herbergt het voormalige gebouw
DIMENSION
van de Société Libre de l’Emulation, dat dateert uit de jaren 1930, vandaag het Theater van Luik. Foto: François Brix.
21
STAD REPORTAGE IN DE KIJKER
Het museum Grand Curtius is ondergebracht in vier gerenoveerde en door een nieuwbouw met elkaar verbonden stadspaleizen. Architecten: Cabinet p.HD, Jean Marc Huygen en Daniel Dethier & associés. Foto: Stad Luik – Marc Verpoorten.
betering betekenen. Vermits er een globaal akkoord is over die wetgeving, geraakt ze hopelijk nog voor de verkiezingen goedgekeurd. De CoDt zal de procedures vereenvoudigen en de gemeenten meer autonomie geven, altijd onder het voogdijschap van het Gewest uiteraard. Daar staat wel tegenover dat gemeenten moeten investeren in kennis. Wij hebben die oefening al gemaakt. Onze stadsdiensten zijn gereorganiseerd en tellen vandaag veel jonge, bevlogen medewerkers die weten hoe ze met investeerders, dossiers en alle betrokken partijen moeten omgaan. Als een investeerder - als open stad maakt het ons niet uit of het een Waal, een Vlaming of een buitenlander is - goed wordt ontvangen en zijn dossier snel en correct afgehandeld ziet, klopt hij hier morgen aan voor een nieuw project. Maar dan moet je wel iedereen mee krijgen, zeker als het om grote projecten gaat. Alleen zo krijg je een rotsblok in beweging. Maar zodra die aan het rollen is, kun je op beide oren slapen.”
Pragmatische aanpak Hoe pakt u de typische stadsproblemen aan, zoals speculatieve leegstand en huisjesmelkers? Willy Demeyer: “Wij hebben een dienst veiligheid en openbare hygiëne in het leven geroepen, waarmee ik de staat van gebouwen kan controleren. Onze administratieve politie maakte in 2011 ongeveer 850 processen-verbaal op. Wij onderhandelen dan met de eigenaars over de te nemen maatregelen. Altijd met de glimlach, maar ook met de stok achter de deur, want jaarlijks onderteken ik zo’n 50 arresten van onbewoonbaarheid. Indien nodig werken wij samen met de gerechtelijke politie en gaan wij over tot confiscatie van gebouwen. Die kunnen we dan renoveren en verkopen.”
U kiest voor een krachtdadige aanpak.
DIMENSION
Willy Demeyer: “Ik ben een pragmaticus: zonder plichten geen rechten en omgekeerd. Ik was de enige Franstalige en
22
de enige socialist die voor gemeentelijke administratieve boetes vanaf 14 jaar pleitte. Je kunt dat theoretisch benaderen, of je kunt uitgaan van de praktijk. Ik kan met kennis van zaken meepraten over dat laatste. Ik ken de gevolgen als jongeren aan hun lot worden overgelaten. Op dat ogenblik moet je over middelen beschikken om de ouders te responsabiliseren. Ik ben de kandidaat van een partij, maar de burgemeester van iedereen, anders kun je geen stad besturen. Iedereen moet hier kunnen leven, (met een monkellachje) ook rijke mensen. Ik belast hen vriendelijk en zij betalen graag, als het tenminste niet te veel is. (Terug ernstig) Wij voeren een humaan, sociaal maar krachtdadig beleid. Wij investeren sterk in ons politiekorps, zonder te vervallen in een autoritair optreden. Vandaar dat ik mij altijd zo erger aan de manier waarop de misdaadcijfers voor Luik worden berekend. Alle vaststellingen worden opgeteld en gedeeld door 200 000, het aantal inwoners van de stad. Mijn stelling is dat je ze door 500 000 moet delen, want dat is het aantal mensen dat dagelijks in onze stad verkeert. Nu worden de misdaadcijfers voor een regio uitsluitend op het bordje van de stad geschoven. De minister van Binnenlandse Zaken heeft mij daarover trouwens gelijk gegeven in de Senaat.” En passant betreurt hij de quasi-afschaffing van die Senaat, een plek waar volgens hem wijzen los van politieke en taalkundige kloven nog rustig konden nadenken en discussiëren over wetgeving, in tegenstelling tot de legbatterij van de Kamer. Volgend jaar is hij kandidaat voor de federale verkiezingen, want hij houdt van thema’s als politie, justitie en het leger. Gewestelijke materies komen in zijn eigen stad al voldoende aan bod, beklemtoont hij. “Een positieve evolutie is dat Wallonië vandaag veel meer focust op de steden, waar alles vroeger was toegespitst op de gemeenten. Met Paul Furlan hebben we een minister die expliciet bevoegd is voor de stad. Heel wat steden hebben ook sterke burgemeesters: Charleroi, Namen, Bergen, La Louvière.“