Collegevoorstel
Openbaar Onderwerp
Vaststelling Functioneel Programma van Eisen Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Programma / Programmanummer
BW-nummer
Zorg & Welzijn / 1051 Portefeuillehouder
B. Frings Samenvatting
Vanaf 2015 worden alle gemeenten wettelijk verantwoordelijk voor de organisatie van een bovenlokaal Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK) . In het AMHK worden functies /taken van het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) samengevoegd. Beoogd wordt een sluitende en samenhangende aanpak te realiseren in het belang van slachtoffers en daders betrokken bij huiselijk geweld en kindermishandeling. Deze samenvoeging op het niveau van de Veiligheidsregio Gelderland Zuid moet leiden tot een efficiëntere en meer geïntegreerde aanpak van problemen op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling. Tevens moet dit leiden tot meer duidelijkheid voor burgers en professionals die een melding willen doen of advies willen vragen.
Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.
PM40, Marijke Elfadly, 9923 Datum ambtelijk voorstel
10 april 2014 Registratienummer
14.0004770
Ter besluitvorming door het college
1. Het bijgevoegde definitief concept Functioneel Programma van Eisen (FPvE) voor het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) vaststellen, onder voorbehoud van financiering door de Raad. 2. Het verlenen van een opdracht om het Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling op basis van het Functioneel Programma van Eisen uit te werken naar een Programma van Eisen. 3. De brief aan de raad vaststellen.
Paraaf akkoord
Datum
Paraaf akkoord
Datum
Steller M. Elfadly
Alleen ter besluitvorming door het College Actief informeren van de Raad Besluit B&W d.d. 6 mei 2014
X Conform advies Aanhouden Anders, nl.
nummer: 3.1
Bestuursagenda
Gemeentesecretaris
Portefeuillehouder
cvst definitief concept FPvE AMHK 04-2014.docx
Collegevoorstel
1
Probleemstelling
Alle gemeenten in Nederland hebben te maken met grote veranderingen in het domein van welzijn, ondersteuning en zorg. Naast een verschuiving van taken vinden er tevens op basis van afspraken in het regeerakkoord `Bruggen bouwen` bezuinigingsoperaties plaats. Het realiseren van een AMHK is gestoeld op twee doelstellingen. Enerzijds een inhoudelijke beleidswijziging: meer samenhang aanbrengen tussen de aanpak van huiselijk geweld en die van kindermishandeling. Anderzijds zou de samenvoeging van het oorspronkelijke Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) moeten leiden tot een efficiencyslag en kostenreductie. Het realiseren van het AMHK maakt onderdeel uit van de decentralisatie opgave van provincie naar gemeenten van de Jeugdzorgtaken en van de transitieopgave van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). In overleg met de omliggende gemeenten is er in Gelderland gekozen voor het realiseren van een AMHK op het niveau van de veiligheidsregio. Dit FPvE concentreert zich op het realiseren van een AMHK voor de Veiligheidsregio Gelderland Zuid en Mook en Middelaar. Op inhoud en proces vindt afstemming plaats met de realisatie van de AMHK‟s Gelderland midden en Gelderland Noord Naast de wettelijke basis voor de inrichting van het AMHK zijn er diverse beleidsdocumenten waarin standpunten zijn ingenomen die richting gevend zijn voor de inrichting van het AMHK. Deze kaders zijn in dit FPvE opgenomen in het beleidsinhoudelijke kader en worden bij de kwaliteitseisen vertaald naar het AMHK. Daarnaast wordt aansluiting gehouden op de in ontwikkeling zijnde regionale visie Huiselijk geweld en kindermishandeling (Regiovisie HG/KM). Vooruitlopend op deze Regiovisie moet er echter, om op 01-01-2015 een operationeel AMHK te hebben, al wel worden gewerkt aan de vormgeving van het AMHK. Er zal een keuze moeten worden gemaakt voor een basismodel AMHK (rollen en taken in aansluiting op het sociale domein) en organisatorische aanhaking (verantwoordelijkheden en bevoegdheden) in aansluiting op de bestuurlijke verantwoordelijkheden van de colleges van B&W/raden. Bij de oplading van het PvE worden op beide sturingslijnen richtinggevende voorstellen ontwikkeld, zodat deze in de besluitvorming in juni kunnen worden meegenomen en er daadwerkelijk met de inrichting van het AMHK kan worden gestart. Het realiseren en inrichten van een AMHK is een wettelijke taak van de gemeente en dient onder grote tijdsdruk (gereed 01-01-2015) in een complexe omgeving plaats te vinden. Om aan te kunnen blijven sluiten bij de ontwikkelingen in de lokale toegangspoort en een zorg- en veiligheidshuis is in het FPvE voorgesteld om na 01-01-2015 een tweetal jaar te gebruiken voor doorontwikkeling van het AMHK. 2
Juridische aspecten
Het AMHK is via het wetsvoorstel voor de Jeugdwet opgenomen in de Wmo (zie art. 11.2 Jeugdwet). Ten aanzien van het realiseren van een AMHK zijn nieuwe wettelijke bepalingen opgenomen in de artikelen 12a t/m 12q. Voor de aansluiting op de jeugdketen is in de Jeugdwet opgenomen dat bij het inrichten van het AMHK gemeenten aandacht moeten hebben voor de samenhang met de jeugdketen (art. 2.2, tweede lid, onderdeel b Jeugdwet). Op grond van de Wmo worden bij Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) nadere regels gesteld aan het AMHK.
Collegevoorstel
Vervolgvel
2
3
Doelstelling
Er zijn, aanvullend aan de bestaande doelstellingen van het huidige AMK en SHG, twee doelen met het realiseren van een AMHK: 1. Samenhang aanbrengen tussen de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling door één gezin, één plan 2. Realiseren van één meldpunt voor burgers en professionals 4
Argumenten
Bij kindermishandeling en huiselijk geweld gaat het om mensen in een kwetsbare situatie. Zij bevinden zich doorgaans in een afhankelijkheidssituatie en worden geconfronteerd met omstandigheden die niet bevorderlijk zijn voor hun lichamelijke en/of geestelijke welzijn. De wettelijke taken en bevoegdheden van de AMHK‟s, opgenomen in de wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), vormen de minimale basis voor de inrichting van het AMHK. Dat wil zeggen dat het AMHK de volgende functies dient te bevatten: (1) Advies- en consultatiefunctie, (2) Meldfunctie en (3) Een onderzoeksfunctie. Daarnaast is er (4) de verplichting passende hulp in te schakelen en waar nodig politie en de Raad voor de kinderbescherming te informeren/in te schakelen. Bij inschakelen van de raad voor de kinderbescherming dient de gemeente te worden geïnformeerd. Naast deze wettelijke taken is er aansluiting gezocht bij bestaande beleidsmatige kaders in de Wmo en Jeugdzorg, zoals notitie OGGZ, gedwongen kader en uiteraard bij de kaders in de regionale transitiearrangementen. Deze kaders zijn in het FPvE uitgewerkt bij de “algemene beleidsinhoudelijke kaders” en meer specifiek gemaakt bij de “inhoudelijke kwaliteitseisen”. De positionering van het AMHK ten opzichte van het sociaal domein / de lokale (wijk/gebieds)teams dient nader te worden uitgewerkt. Daarnaast gaat het AMHK zich verhouden tot het in ontwikkeling zijnde zorg en veiligheidshuis. Bij het vastleggen van de positionering gaat het niet alleen om rollen en taken, maar ook om bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Bij het verfijnen van het FPvE naar het PvE wordt een juridische constructie uitgewerkt, waarin de wettelijke taken en bevoegdheden van de gemeente duidelijk zijn belegd. Er wordt geen totaal nieuwe organisatie gebouwd, maar er worden twee functies samengevoegd (AMK en SHG). Dit betekent dat er aansluiting wordt gezocht bij bestaande werkstructuren/wijzen. Uitgangspunt is behouden wat goed gaat en daarop verder bouwen. Met de transities is er ook een transformatie gewenst in werkwijze. Dit betekent niet alleen een structuur, maar ook een cultuurverandering. Dit soort processen vergen voldoende tijd en aandacht bij implementatie. Voorzien is om op 01-01-2015 een AMHK (minimaal front-office) ingericht te hebben dat voldoet aan de wettelijke eisen. Doorgroeien en aansluiten op doorontwikkeling van de lokale zorgnetwerken en het zorg- en veiligheidshuis zal naar verwachting op 01-01-2017 zijn afgerond. Medio 2015 en 2016 vindt monitoring plaats op basis van, in een op te stellen implementatieplan te benoemen, eindtermen. Bij de monitoring vindt tevens bijsturing plaats. In het implementatieplan, dat na vaststelling van het PvE wordt opgeleverd, worden hiervoor voorstellen gedaan.
Collegevoorstel
Vervolgvel
3
5
Financiën
Bekostiging van het AMHK vindt plaats door samenvoeging van budgetten die in het jaar voorafgaand aan 2015 op jaarbasis zijn ingezet voor het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG), het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK)en op de zogenaamde „plustaken‟ 1 t/m 4 en 7 (zoals genoemd bij de Inhoudelijke kwaliteitseisen in het FPvE), daarbij dient rekening te worden gehouden met budgetafspraken gemaakt met Bureau Jeugdzorg in het kader van de transitie Jeugdzorg en de definitief beschikbare rijksbijdrage voor het AMK, zoals door het rijk vastgesteld. In het financiële kader is een aantal uitgangspunten opgenomen dat dient als onderlegger voor een te ontwikkelen exploitatiebegroting. Aangezien het FPvE een kader is op hoofdlijnen en er nog geen productiegegevens en organisatorische vormgeving bekend zijn kan er nu nog geen kostenraming plaatsvinden. In de meicirculaire van het rijk, worden bedragen die als onderlegger dienen voor de doorrekening aan de batenkant bekendgemaakt. Besluitvorming in de Raad over definitieve bedragen kan plaatsvinden na doorrekening van deze meicirculaire, maar dan wel onder voorbehoud van eventuele latere bijstellingen door het rijk. 6
Participatie en Communicatie
Het AMHK voor de Veiligheidsregio Gelderland Zuid wordt in opdracht van en in nauwe samenwerking met ambtelijke vertegenwoordigers uit de subregio‟s Nijmegen en Rivierenland en de betrokken instellingen in een projectomgeving gerealiseerd. Bestuurlijk is aangehaakt op de bestaande structuur waarbinnen ook andere transitieopgaven worden gerealiseerd. Daarnaast vindt afstemming plaats met de centrumgemeenten Arnhem, Ede en Apeldoorn over bovenregionale taken. Bij het vaststellen van het PvE zal een voorstel worden gedaan voor het organiseren van bovenregionale taken. 7
Uitvoering en evaluatie
Er wordt door de betrokkenen met enthousiasme gewerkt aan het tot stand brengen van het AMHK. Op dit moment worden er voorstellen ontwikkeld om op de werkvloer, na goedkeuring van het FPvE, al samen proef te gaan draaien met dit nieuwe meldpunt. Zodoende kan ervaring worden opgedaan en een nieuwe werkwijze worden ontwikkeld. Al werkende weg komen dan de cultuuraspecten naar boven en kunnen daar bij het implementatieplan ideeën voor worden ontwikkeld. Een deel leggen we vast om kaders te hebben en elkaar daar aan te kunnen houden. Voor een groot deel zal het echter een organische groei moeten zijn om te kunnen meebewegen met de ontwikkeling van de lokale toegangspoort en het zorg- en veiligheidshuis. 8
Risico
Er is sprake van een aantal onduidelijkheden en onzekerheden die nu binnen het project nog beheersbaar zijn. Als deze onduidelijkheden blijven bestaan kunnen ze uitgroeien tot onzekerheden. Het gaat dan om de volgende zaken: Onduidelijkheid vanuit de decentralisatieopgave van het rijk met betrekking tot financiën. Er wordt nog steeds geschoven met budgetten, er vindt nog discussie plaats over waar frictiekosten gaan landen, het BTW-vraagstuk e.d. Beschikbaarheid van capaciteit om bij te dragen aan de verdere uitwerking van het plan. De transitie betekent dat betrokken instellingen alle zeilen moeten bijzetten om “de winkel open te houden” en daarnaast bij te dragen aan de transformatieprocessen die door gemeenten in gang zijn/worden gezet. Daarnaast moeten zij als gevolg van
Collegevoorstel
Vervolgvel
4
bezuinigingen gaan inkrimpen. Dit trekt een wissel op de beschikbaarheid van menskracht en kan leiden tot vertraging en kwaliteitsverlies. Er vindt bestuurlijk oriëntatie plaats op de ontwikkeling van een zorg- en veiligheidshuis. In juni wordt hierover op Veiligheidsregio Gelderland Zuid door alle aangesloten gemeenten met elkaar gesproken. Het AMHK moet op 1 januari 2015 echter operationeel zijn en kan niet wachten op de uitkomst van een evt. discussie over een organisatorische (juridische) verandering van het Veiligheidshuis. In het derde kwartaal van 2014 worden de werkprocessen beschreven en dient de juridische vormgeving van het AMHK bekend te zijn om bevoegdheden en verantwoordelijkheden op de juiste plek te kunnen beleggen.
Bijlage(n):
Functioneel Programma van Eisen Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling Brief aan de Raad
Project- en Interimmanagement
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 90 19 E-mail
[email protected]
Aan de gemeenteraad van Nijmegen
Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum
6 mei 2014 Onderwerp
Wettelijke taak gemeente voor realiseren Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling
Ons kenmerk
Contactpersoon
PM40/14.0004772
Marijke Elfadly
Datum uw brief
Doorkiesnummer
(024) 3299923
Geachte leden van de raad, Vanaf 2015 worden alle gemeenten wettelijk verantwoordelijk voor de organisatie van een bovenlokaal Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (AMHK) . In het AMHK worden functies /taken van het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) en het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) samengevoegd . Beoogd wordt een sluitende en samenhangende aanpak te realiseren in het belang van slachtoffers en daders betrokken bij huiselijk geweld en kindermishandeling. Deze samenvoeging op het niveau van de Veiligheidsregio Gelderland Zuid moet leiden tot een efficiëntere en meer geïntegreerde aanpak van problemen achter de voordeur op het gebied van huiselijk geweld en kindermishandeling. Tevens moet dit leiden tot meer duidelijkheid voor burgers en professionals die een melding willen doen of advies willen vragen. Bij kindermishandeling en huiselijk geweld gaat het om mensen in een kwetsbare situatie. Zij bevinden zich doorgaans in een afhankelijkheidssituatie en worden geconfronteerd met omstandigheden die niet bevorderlijk zijn voor hun lichamelijke en/of geestelijke welzijn. De wettelijke taken en bevoegdheden van de AMHK’s, opgenomen in de wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), vormen de minimale basis voor de inrichting van het AMHK. Dat wil zeggen dat het AMHK de volgende functies dient te bevatten: (1) Advies- en consultatiefunctie, (2) Meldfunctie en (3) Een onderzoeksfunctie. Daarnaast is er (4) de verplichting passende hulp in te schakelen en waar nodig politie en de Raad voor de kinderbescherming te informeren/in te schakelen. Bij inschakelen van de raad voor de kinderbescherming dient de gemeente te worden geïnformeerd. Naast de wettelijke basis voor de inrichting van het AMHK zijn er diverse, in onze regio vastgestelde, beleidsdocumenten waarin standpunten zijn ingenomen die richting gevend zijn voor de inrichting van het AMHK. Deze kaders zijn in opgenomen in een Functioneel Programma van Eisen (FPvE). Ditzelfde geldt voor financiële, juridische, ruimtelijke kaders en wensen ten aanzien van het proces. Daarnaast wordt aansluiting gehouden op de in ontwikkeling zijnde regionale visie Huiselijk geweld en kindermishandeling (Regiovisie HG/KM). Vooruitlopend op
www.nijmegen.nl
brf raad iz vaststellen concept FPvE voor AMHK 042014.docx
Gemeente Nijmegen Project- en Interimmanagement
Vervolgvel
1
deze Regiovisie moet er echter, om op 01-01-2015 een operationeel AMHK te hebben, al wel worden gewerkt aan de vormgeving van het AMHK. Een AMHK moet voldoende schaalgrootte hebben om de doelstellingen te kunnen realiseren. In overleg met de omliggende gemeenten is er in Gelderland gekozen voor het realiseren van een AMHK op het niveau van de veiligheidsregio. Het door onze gemeente te realiseren AMHK valt 1 binnen de Veiligheidsregio Gelderland Zuid . Op inhoud en proces vindt afstemming plaats met de realisatie van de AMHK’s in Gelderland midden en Gelderland Noord. Er zal een keuze moeten worden gemaakt voor een basismodel AMHK (rollen en taken in aansluiting op het sociale domein) en organisatorische aanhaking (verantwoordelijkheden en bevoegdheden) in aansluiting op de bestuurlijke verantwoordelijkheden van de colleges van B&W/raden. Bij de oplading van het Programma van Eisen (PvE) worden op beide sturingslijnen richtinggevende voorstellen ontwikkeld, zodat deze in de besluitvorming in juni kunnen worden meegenomen en er daadwerkelijk met de inrichting van het AMHK kan worden gestart. Daarnaast gaat het AMHK zich verhouden tot het in ontwikkeling zijnde zorg en veiligheidshuis. Om aan te kunnen blijven sluiten bij de ontwikkelingen in de lokale toegangspoort en een zorg- en veiligheidshuis is in het FPvE voorgesteld om na 01-01-2015 een tweetal jaar te gebruiken voor doorontwikkeling van het AMHK. Bij het verfijnen van het FPvE naar het PvE wordt een juridische constructie uitgewerkt, waarin de wettelijke taken en bevoegdheden van de gemeente individueel en in onderlinge relatie duidelijk worden uitgewerkt en belegd. In de uitvoering wordt vooral aansluiting gezocht bij bestaande werkstructuren/-wijzen. Uitgangspunt is behouden wat goed gaat en daarop verder bouwen. Met de transities is er ook een transformatie gewenst in werkwijze. Dit betekent niet alleen een structuur, maar ook een cultuurverandering. Dit soort processen vergen voldoende tijd en aandacht bij implementatie. Voorzien is om op 01-01-2015 een AMHK (minimaal front-office) ingericht te hebben dat voldoet aan de wettelijke eisen. Doorgroeien en aansluiten op doorontwikkeling van de lokale zorgnetwerken en het zorg- en veiligheidshuis zal naar verwachting op 01-01-2017 zijn afgerond. Medio 2015 en 2016 vindt monitoring plaats op basis van, in een op te stellen implementatieplan te benoemen, eindtermen. Bij de monitoring vindt tevens bijsturing plaats. In het implementatieplan, dat na vaststelling van het PvE wordt opgeleverd, worden hiervoor voorstellen gedaan Naast een verschuiving van taken vinden er tevens op basis van afspraken in het regeerakkoord `Bruggen bouwen` bezuinigingsoperaties plaats. In het financiële kader is een aantal uitgangspunten opgenomen die dienen als onderlegger voor een te ontwikkelen exploitatiebegroting. Aangezien het FPvE een kader is op hoofdlijnen en er nog geen productiegegevens en organisatorische vormgeving bekend zijn kan er nu nog geen kostenraming plaatsvinden. In de meicirculaire van het rijk, worden bedragen die als onderlegger dienen voor de doorrekening aan de batenkant bekendgemaakt. Besluitvorming in uw Raad over definitieve bedragen kan plaatsvinden na doorrekening van deze meicirculaire, maar dan wel onder 1
omvat 18 gemeenten
www.nijmegen.nl
brf raad iz vaststellen concept FPvE voor AMHK 042014.docx
Gemeente Nijmegen Project- en Interimmanagement
Vervolgvel
2
voorbehoud van eventuele latere bijstellingen door het rijk. Ons college heeft het FPvE dan ook goedgekeurd onder voorbehoud van goedkeuring door uw Raad van het bijbehorende budget. Het AMHK voor de Veiligheidsregio Gelderland Zuid wordt in opdracht van en in nauwe samenwerking met ambtelijke vertegenwoordigers uit de subregio’s Nijmegen en Rivierenland en de betrokken instellingen in een projectomgeving gerealiseerd. Bestuurlijk is aangehaakt op de bestaande structuur waarbinnen ook andere transitieopgaven worden gerealiseerd. Hoogachtend, College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen,
De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. B. van der Ploeg
Bijlage: Functioneel programma van eisen
www.nijmegen.nl
brf raad iz vaststellen concept FPvE voor AMHK 042014.docx
Definitief concept Functioneel Programma van Eisen Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling d.d. 31 maart 2014
1.
Inleiding
Algemene beschrijving van de opdracht
Realisatie van een Advies en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) per 1 januari 2015 in de Veiligheidsregio Gelderland Zuid onder voorwaarden opgenomen in dit Functioneel Programma van Eisen (FPvE).
Aanleiding
Alle gemeenten in Nederland hebben te maken met grote veranderingen in het domein van welzijn, ondersteuning en zorg. Naast een verschuiving van taken vinden er tevens op basis van afspraken in het regeerakkoord `Bruggen bouwen` bezuinigingsoperaties plaats. Het realiseren van een AMHK is gestoeld op twee doelstellingen. Enerzijds een inhoudelijke beleidswijziging: meer samenhang aanbrengen tussen de aanpak van huiselijk geweld en die van kindermishandeling. Anderzijds zou de samenvoeging van het oorspronkelijke Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG) moeten leiden tot een efficiencyslag en kostenreductie. Het realiseren van het AMHK maakt onderdeel uit van de decentralisatie opgave van provincie naar gemeenten van de Jeugdzorgtaken en van de transitieopgave van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). In overleg met de omliggende gemeenten is er in Gelderland gekozen voor het realiseren van een AMHK op het niveau van de veiligheidsregio. Dit FPvE concentreert zich op het realiseren van een AMHK voor de Veiligheidsregio Gelderland Zuid en Mook en Middelaar. Op inhoud en proces vindt afstemming plaats met de realisatie van de AMHK’s Gelderland midden en Gelderland Noord. Er komt geen formele koepel boven de 3 AMHK’s in Gelderland. Naast de wettelijke basis voor de inrichting van het AMHK zijn er diverse beleidsdocumenten waarin standpunten zijn ingenomen die richting gevend zijn voor de inrichting van het AMHK. Deze kaders zijn in dit FPvE opgenomen in het beleidsinhoudelijke kader en worden bij de kwaliteitseisen vertaald naar het AMHK. Daarnaast wordt aansluiting gehouden op de in ontwikkeling zijnde regionale visie Huiselijk geweld en kindermishandeling (Regiovisie HG/KM). Vooruitlopend op de Regiovisie HG/KM moet er echter, om op 01-01-2015 een operationeel AMHK te hebben, al wel worden gewerkt aan de vormgeving van het AMHK. Er zal een keuze moeten worden gemaakt voor een basismodel AMHK (rollen en taken in aansluiting op het sociale domein) en organisatorische aanhaking (verantwoordelijkheden en bevoegdheden) in aansluiting op de bestuurlijke verantwoordelijkheden van de colleges van B&W/raden. Bij de oplading van dit FPvE zullen er op beide sturingslijnen scenario’s worden ontwikkeld. Deze scenario’s dienen uiteindelijk te leiden tot een keuze voor een basismodel AMHK voor de veiligheidsregio Gelderland Zuid en Mook en Middelaar. 1
Werkwijze
2.
In het transitieproces zijn, naast inhoudelijke eisen, ook kwaliteitseisen op het proces gesteld. Het realiseren en inrichten van een AMHK in de Veiligheidsregio Gelderland Zuid (en afstemming met de regio’s Noord en Midden)vindt plaats in een complexe omgeving en onder grote tijdsdruk. Het AMHK dient op 1 januari 2015 operationeel te zijn. Op basis van een omgevingsanalyse is aangegeven welke partijen in het proces van invloed zijn en welke rol zij in het proces spelen. De omgevingsanalyse is een groeidocument dat in de loop van het proces steeds wordt aangevuld. Mede vanwege de complexiteit van het proces is een projectleider aangesteld, zodat het proces via de principes van projectmatig werken integraal en gestructureerd wordt aangepakt. Aan het realiseren van het AMHK ligt een projectplan ten grondslag dat door de opdrachtgevers namens de twee subregio’s Rivierenland en Nijmegen is goedgekeurd.
Uitgangspunten bij de inrichting van het AMHK
Het wettelijke kader
Wmo en Jeugdwet Het AMHK is via het wetsvoorstel voor de Jeugdwet opgenomen in de Wmo (zie art. 11.2 Jeugdwet). Ten aanzien van het realiseren van een AMHK zijn nieuwe wettelijke bepalingen opgenomen in de artikelen 12a t/m 12q. Voor de aansluiting op de jeugdketen is in de Jeugdwet opgenomen dat bij het inrichten van het AMHK gemeenten aandacht moeten hebben voor de samenhang met de jeugdketen (art. 2.2, tweede lid, onderdeel b Jeugdwet). Op grond van de Wmo worden bij Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB)nadere regels gesteld aan het AMHK. Voor zover op dit moment bekend zijn ze verwerkt in dit FPvE. Volgens de Jeugdwet moet het AMHK op bovenlokaal niveau worden georganiseerd. Gemeenten zijn vrij in het kiezen van de regio-indeling, maar gebonden aan een minimale schaalgrootte en een landelijk dekkend stelsel. De gemeenten zijn samen verantwoordelijk voor de inrichting van het AMHK. De wettelijke taken en bevoegdheden van de AMHK’s, opgenomen in de wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), vormen de minimale basis voor de inrichting van het AMHK. Dat wil zeggen dat het AMHK de volgende functies dient te bevatten: (1) Advies- en consultatiefunctie, (2) Meldfunctie en (3) Een onderzoeksfunctie. Daarnaast is er (4) de verplichting passende hulp in te schakelen en waar nodig politie en de Raad voor de kinderbescherming te informeren/in te schakelen. Bij inschakelen van de raad voor de kinderbescherming dient de gemeente te worden geïnformeerd. Voor wat betreft de taken en positie van de AMHK’s verwijst de nieuwe Jeugdwet naar de Wmo. Wel geeft de nieuwe Jeugdwet zelf nog een definitie van het begrip ‘kindermishandeling’ en een bepaling dat het AMHK zelf geen jeugdhulpaanbieder is en dus geen jeugdhulp biedt, maar tot taak heeft deze, na onderzoek, zo nodig te organiseren. De reden om de AMHK’ s onder te brengen in de Wmo en niet in de nieuwe Jeugdwet is dat het nieuwe advies- en meldpunt zich richt op de aanpak van geweld tegen alle burgers.
2
De gewijzigde Wmo beschrijft naast de taken van de AMHK’s ook de wettelijke bevoegdheden. Deze bestaan, kort gezegd, uit het ook zonder toestemming van de betrokkenen opvragen, vastleggen en zo nodig verstrekken van informatie over gezinnen, voor zover dit noodzakelijk is voor het aannemen van meldingen, het doen van onderzoek en het zetten van de noodzakelijke vervolgstappen. Ook wordt in het nieuwe onderdeel van de Wmo het toezicht op de AMHK’s geregeld. Het algemene beleidsinhoudelijke kader
Innovatieprocessen in het Wmo-beleid en de Jeugdzorg De uitgangspunten opgesteld voor de decentralisatie/innovatieprocessen in het Wmo-beleid vormen de algemene achterliggende basis voor de inrichting van het AMHK. De transities moeten leiden tot een systeemgerichte aanpak van problemen in de levenssfeer van burgers ongeacht leeftijd of leefomstandigheden. De wijze waarop het AMHK wordt georganiseerd moet passen in deze systematiek. Aan de ambitie van een systeemgerichte aanpak liggen samengevat de volgende uitgangspunten ten grondslag: 1. 2. 3. 4. 5.
Stimuleren van eigen kracht en versterking van het sociaal netwerk Inzet van vroeghulp om erger te voorkomen Korte en doeltreffende weg naar hulp, ontschotte toegang tot jeugdzorg Dichtbij huis/directe leefomgeving Eén gezin, één plan, één regisseur: integraal, systeemgericht aanbod met minder schakels en minder gezichten 6. De zorg (hulp) heeft goede verbinding met algemene voorzieningen en leefdomeinen 7. Behoud van de expertise van professionals in de zorg (hulpverlening) In de visienotities ‘Samenredzame samenleving’ en ‘Transformeren en Integreren’ van resp. subregio Rivierenland en subregio Nijmegen zijn deze uitgangspunten meer specifiek uitgewerkt. Innovatieprocessen rondom de inrichting van het ‘Gedwongen kader’ (=Jeugdbescherming en Jeugdreclassering) De inrichting van het AMHK dient in goede afstemming op het zogenaamde ‘gedwongen kader’ dat wil zeggen de Jeugdbescherming en Jeugdreclassering, te worden georganiseerd. Wij hanteren daarbij de volgende algemene uitgangspunten: - Een veilig opvoed- en opgroeiklimaat staat voorop. - Kwalitatief goede jeugdzorg voor een kleine groep. - Versterking van het voorveld leidt tot minder maatregelen. - Zware jeugdzorg is onderdeel van een sluitende keten. - De regie ligt zo dicht mogelijk bij het gezin
Innovatieprocessen in het OGGZ beleid In de regionaal – door de subregio’s Rivierenland en Nijmegen - vastgestelde OGGZ visie is het belang van een goed functionerend lokaal zorgnetwerk erkend. Regionaal is afgesproken dat iedere gemeente een functionerend lokaal zorgnetwerk heeft dat toekomstbestendig is. Dat wil zeggen passend binnen de regiovisie op de transities. Er worden functionele eisen en minimale kwaliteitseisen regionaal 3
vastgesteld, in aansluiting op de ontwikkelingen rondom de transities. Bij de inrichting van het AMHK moet rekening worden gehouden met deze ambitie. De hierboven genoemde uitgangspunten vormen de basis voor de uitwerking van de kwaliteitseisen voor het AMHK in paragraaf 3.
Het financiële kader
Bekostiging van het AMHK vindt plaats door samenvoeging van budgetten die in het jaar voorafgaand aan 2015 op jaarbasis zijn ingezet voor het Steunpunt Huiselijk Geweld (SHG), het Advies en Meldpunt Kindermishandeling(AMK)en op de zogenaamde ‘plustaken’ 1 t/m 4 en 7 (zoals genoemd bij de Inhoudelijke kwaliteitseisen), daarbij rekening houdend met budgetafspraken gemaakt met Bureau Jeugdzorg in het kader van de transitie Jeugdzorg en de definitief beschikbare rijksbijdrage voor het AMK, zoals door het rijk vastgesteld. De financiering van de AMHK’s vindt plaats uit subonderdelen van 3 bekostigingsstromen: 1. Een deel van gedecentraliseerde middelen van het budget dat de provincies nu krijgen voor de financiering van de Bureaus Jeugdzorg, waarin begrepen het budget voor het AMK, wordt met een korting (4% in 2015 oplopend naar 10% in 2016 en 15% in 2017) vanaf 1 januari 2015 gestort in het gemeentefonds en verdeeld over alle gemeenten. In de afspraken met Bureau Jeugdzorg garandeert regio Rivierenland Bureau Jeugdzorg voor 2015 een budget van 94% incl. middelen voor vernieuwing. In 2016 is de garantie 90%. De regio Nijmegen heeft voor 2015 en 2016 een budgetgarantie afgesproken van 80% excl. 12% budget voor vernieuwing. Voor 2017 ev. is geen garantie afgegeven. 2. Het budget dat centrumgemeente en omliggende gemeenten in 2014 inzetten op het SHG.Een deel van de bekostiging vindt plaats uit Decentralisatie Uitkering Vrouwen Opvang (VO) uitgekeerd aan de centrumgemeenten VO. 3. Budget dat centrumgemeente en omliggende gemeenten inzetten op de ‘plus’taken zoals genoemd bij de Inhoudelijke kwaliteitseisen. Naast SHG subsidieert centrumgemeente Nijmegen de uitvoering van de wet Tijdelijk Huisverbod door de GGD. De GGD coöordineert de hulpverlening aan uithuisgeplaatsten en achterblijvers. Ingeval het aantal casussen van 60 voor heel Gelderland-Zuid wordt overschreden, worden de kosten conform de huidige regeling naar rato van inwonertal over 18 gemeenten verdeeld. Bovenstaande impliceert dat inzet van budgetten door de centrumgemeente en regiogemeenten voor het Steunpunt Huiselijk Geweld, WTH en ‘plus’taken in 2014 gecontinueerd worden en vanaf 2015 ten behoeve van de inrichting van het AMHK beschikbaar worden gesteld. Het houdt tevens in dat het budget AMK gekort wordt met het percentage dat op basis van de transitiearrangementen Jeugdzorg is overeengekomen met Bureau Jeugdzorg. In de meicirculaire van het rijk, worden bedragen die als onderlegger dienen voor besluitvorming welke middelen voor het AMK beschikbaar zijn, bekendgemaakt. Besluitvorming over definitieve bedragen vindt plaats na doorrekening van de meicirculaire onder voorbehoud van eventuele latere bijstellingen door het rijk. 4
Bij de definitieve vaststelling van het financiële kader moet rekening worden gehouden met de door het rijk vastgestelde regio-indelingen voor huiselijk geweld/vrouwenopvang, veiligheid en de GGD. Het ruimtelijke kader
Volgens de Jeugdwet moet het AMHK op bovenlokaal niveau worden georganiseerd. Gemeenten zijn vrij in het kiezen van de regio-indeling, maar gebonden aan een minimale schaalgrootte en een landelijk dekkend stelsel. De minimale schaalgrootte is voorgeschreven om de gewenste doelstellingen te kunnen behalen. Om aan deze minimale schaalgrootte te voldoen wordt het AMHK Gelderland Zuid georganiseerd op het niveau van de Veiligheidsregio Gelderland Zuid (besluit Regio Rivierenland in RTA d.d. 31-10-2013 en Regio Nijmegen in Uitgangspunten gedwongen kader d.d. 28-11-2013). Mook en Middelaar hebben zich bij de regio Nijmegen aangesloten. De Veiligheidsregio Gelderland Zuid bestaat uit twee subregio’s: Rivierenland en Nijmegen. Binnen deze subregio’s vallen 18 gemeenten (Beuningen, Buren, Culemborg, Druten, Geldermalsen, Groesbeek, Heumen, Lingewaal, Maasdriel, Millingen aan de Rijn, Neder-Betuwe, Neerijnen, Nijmegen, Tiel, Ubbergen, West Maas en Waal, Wijchen en Zaltbommel). Bij de uitwerking van de inrichting van het AMHK moet rekening worden gehouden met van rijkswege vastgestelde regio-indelingen voor de Vrouwenopvang/SHG, GGD en de Veiligheidsregio. Bij de nadere uitwerking en plaatsbepaling van het AMHK is dit een aandachtspunt. Er kan bovenregionale organisatie, in samenspraak met Veiligheidsregio’s Midden en Noord, van deelactiviteiten plaatsvinden. Dit dient de kwaliteit van de dienstverlening ten goede te komen en/of er dienen effiëncyvoordelen te behalen te zijn.
Het juridische kader
Het wettelijke kader wordt gevormd door de gewijzigde Jeugdewet en Wmo. Zie voor beschrijving het wettelijke kader hierboven. Met het realiseren van het AMHK vindt een verschuiving plaats van bevoegdheden en verantwoordelijkheden ten aanzien van Jeugdzorg van provincie naar gemeenten. In het verlengde daarvan vindt er een verschuiving plaats in de bevoegdheden ten aanzien van de aansturing van het huidige AMK, deze komt bij de gemeenten te liggen. De aansturing van het SHG ligt reeds bij de gemeenten via de centrumgemeentefunctie (backoffice bij GGD en frontoffice bij Moviera). Er is een gezamenlijke verantwoordelijkheid en bevoegdheid voor de gemeenten om het AMHK in te richten en aan te sturen. De organisatorische inbedding van het AMHK dient te passen binnen de, nieuwe, door de wet gestelde rollen, taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de betrokken gemeenten en instellingen. Aandachtspunten daarbij zijn (1) regelen (juridische afdekking) van bestuurlijke besluitvorming, (2) maken van afspraken (juridische afdekking) over de aansturing van het AMHK en (3) aansprakelijkheid bij incidenten. 5
Het ontwikkelen van het AMHK vindt gefaseerd plaats, zodat zoveel mogelijk kan worden aangesloten op de ontwikkelingen rondom wijk- en gebiedsteams. Dit betekent dat er op 1 januari 2015 een operationeel AMHK, in ieder geval in de vorm van een front-office, gereed is. Vervolgens groeit het AMHK organisch mee en speelt in op ontwikkelingen in de directe invloedssfeer van het AMHK (Zorg- en Veiligheidshuis, lokale toegangspoort e.d.). Het doel is om deze doorontwikkeling op 1 januari 2017 te hebben afgerond, waarbij dient te worden aangetekend dat hierbij wel een afhankelijkheid bestaat van de ontwikkelingen in de directe invloedssfeer. Doelstelling
Er zijn, aanvullend aan de bestaande doelstellingen van het huidige AMK en SHG, twee doelen met het realiseren van een AMHK: 1. Samenhang aanbrengen tussen de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling door één gezin, één plan 2. Realiseren van één meldpunt voor burgers en professionals
Doelgroep
Het AMHK kent drie doelgroepen voortvloeiend uit het huidige AMK en SHG: 1. Slachtoffers en plegers van huiselijk geweld en kindermishandeling (minder- en meerderjarigen) 2. Professionals die met deze mensen werken 3. Burgers die zich zorgen maken over mensen die mogelijk slachtoffer of pleger zijn van kindermishandeling en huiselijk geweld. Bij kindermishandeling en huiselijk geweld gaat het om mensen in een kwetsbare situatie. Zij bevinden zich doorgaans in een afhankelijkheidssituatie en worden geconfronteerd met omstandigheden die niet bevorderlijk zijn voor hun lichamelijke en/of geestelijke welzijn. Voor professionals geldt dat zij toegerust zijn op hun signaleringstaak of het uitvoeren van hun (beroepsmatige) meldcode. Daarnaast dient er vorm en inhoud gegeven te worden aan deskundigheidsbevordering van professionals en overdracht van kennis door professionals aan de lokale toegangspoort.
3.
Functionele eisen
Kwaliteitseisen
De functionele eisen dienen voldoende input te leveren om het proces voor het opstellen van het Programma van Eisen te kunnen starten. Er dienen kwaliteitscriteria te worden benoemd in relatie tot de bij de beleidskaders genoemde wettelijke, inhoudelijke, financiële, ruimtelijke en juridische eisen.
Kwaliteitseisen bij het wettelijk kader
In een algemene maatregel van bestuur (AMvB) bij de bepalingen in de Wmo over de AMHK’ s worden kwaliteitseisen gesteld aan de AMHK’ s en aan de professionals die daar werkzaam zijn. Ook wordt in deze AMvB geregeld dat gevallen van melders en informanten anoniem kunnen blijven ten opzichte van de gemelde 6
personen. Deze AmvB is bij het afronden van het FPvE nog niet beschikbaar. Zodra deze beschikbaar komt zal de vertaalslag naar de praktijk worden gemaakt. Uit het wettelijk kader vloeien de volgende wettelijke taken voort, die we in dit FPvE aanmerken als kwaliteitseisen: 1. Advies- en consultatiefunctie: Het AMHK adviseert bij vermoedens van huiselijk geweld of kindermishandeling en desgewenst over de stappen die kunnen worden ondernomen. Het AMHK verleent daarbij zo nodig ondersteuning. 2. Meldfunctie: Het AMHK fungeert als meldpunt voor gevallen of vermoedens van huiselijk geweld of kinder-mishandeling. Het AMHK stelt de melder op de hoogte van de stappen die naar aanleiding van een melding zijn ondernomen. 3. Onderzoeksfunctie: Het AMHK bepaalt binnen vijf dagen na ontvangst van een melding of het gaat onderzoeken of er daadwerkelijk sprake is van huiselijk geweld of kindermishandeling. Daarbij mag het AMHK, indien dat noodzakelijk is, zonder toestemming van degene die het betreft persoonsgegevens verwerken. Uiterlijk binnen tien weken beoordeelt het AMHK vervolgens tot welke stappen de melding aanleiding geeft. 4. Samenhang andere organisaties: - Het AMHK dient wanneer dat nodig is de politie en de raad voor de kinderbescherming te informeren en passende hulpverlening in te schakelen. - Het inschakelen van passende hulp houdt in dat indien het AMHK inschat dat er jeugdhulp, maatschappelijke ondersteuning of een vorm van (verzekerde) zorg nodig is, het AMHK doorverwijst naar vrij toegankelijke hulpverlening of naar de betreffende toegangsvoorziening. - Het AMHK heeft de bevoegdheid om direct te melden bij de raad voor de kinderbescherming, indien de veiligheid van het kind wordt bedreigd. Na verzoek tot onderzoek bij de raad, dient het AMHK de gemeente hiervan op de hoogte te stellen. Het AMHK legt de wijze waarop het de wettelijke taken uitvoert schriftelijk vast. - Het AMHK zoekt afstemming met het Veiligheidshuis en diverse gerelateerde projecten (o.a. Project Ouderenmishandeling en SFG).
Inhoudelijke kwaliteitseisen
De uitgangspunten, zoals opgenomen in het beleidsinhoudelijke kader, leiden tot de volgende kwaliteitseisen voor het AMHK: 1. Veiligheid centraal Wanneer sprake is van huiselijk geweld en/of kindermishandeling is snelle hulp noodzakelijk om de schade zoveel mogelijk te beperken. Wanneer de veiligheid in het geding is moet direct ingegrepen kunnen worden en passende ondersteuning worden geboden. Met het AMHK wordt aansluiting gezocht bij bestaande werkprocessen (zoals Veiligheidshuis) om de afstemming tussen zorg en veiligheid optimaal te benutten. Er dienen duidelijke afspraken te zijn gemaakt over het op- en afschalen in de 7
zorgketen. 2. Dichtbij - Voor de Veiligheidsregio Gelderland Zuid wordt uitgegaan van de organisatie van één centraal AMHK waar mensen altijd terecht kunnen voor advies, consultatie en meldingen. - Het AMHK moet laagdrempelig georganiseerd zijn, zodat burgers en professionals er ook terecht kunnen met diffuse vragen en zorgen die mogelijk samenhangen met huiselijk geweld en kindermishandeling. - Wat betreft de positionering van het AMHK ten opzichte van het sociaal domein/lokale zorgnetwerken wordt ingezet op het toewerken naar de ambitie om voldoende expertise in de lokale zorgnetwerken te hebben. De lokale zorgnetwerken dienen in het merendeel van de situaties, met ondersteuning van het AMHK, een plan op te kunnen stellen en uit te doen voeren om geweld te stoppen. Inclusief het opstellen en uitvoeren van een vervolgherstelplan. Het AMHK verricht maatwerk in de wijze van ondersteuning afhankelijk van de beschikbare expertise in de zorgnetwerken. Het AMHK moet aansluiten op de lokale kleur van zorgnetwerken in de gemeenten. 3. Onafhankelijk met condities - Het AMHK verricht onafhankelijk onderzoek na een melding maar zet de AMHK melding wel zo spoedig mogelijk door naar het niveau van de gemeenten/relevante lokale zorgnetwerk om afstemming met al eerder ingezette hulp te waarborgen. Bij verdere acties na een melding, komt Zorg en begeleiding zo veel mogelijk vanuit de lokale toegangspoort tot stand zodat afstemming met eerder ingezette hulp wordt gewaarborgd. - Als er sprake is van een rechtstreekse melding van het AMHK bij de Raad voor de Kinderbescherming, wordt dit zo spoedig mogelijk gemeld aan het relevante lokale netwerk zodat afstemming met eerdere hulp en overleg over verder in te zetten acties kan plaatsvinden. 4. Voldoende expertise - Het AMHK heeft voldoende expertise in huis om de wettelijke taak te kunnen uitvoeren voor diverse (sub)doelgroepen, verschillende leeftijden en verschillende vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling. De organisatie moet in staat zijn op de genoemde grote diversiteit in leeftijden en verschijningsvormen van huiselijk geweld en kindermishandeling in te spelen. Ingeval beschikbaar, wordt hiervoor op regionaal en/of landelijk niveau georganiseerde specialistische kennis (b.v. münchhausen bij proxy) ingeschakeld. - Het AMHK stemt de expertise-ontwikkeling af met subregionale ontwikkelingen rondom de inzet en organisatie van beschikbaarstelling van expertise op het brede welzijnsterrein (afstemming met o.a. hulplijn subregio Nijmegen en saveteam in subregio Rivierenland). En dient in staat te zijn om expertise op te bouwen, te onderhouden en over te dragen naar lokale zorgnetwerken t.b.v. casussen. Bij deze expertise dient kennis beschikbaar te zijn op de gebieden van signalering, preventie en handelwijzen bij diverse specifieke vormen van huiselijk geweld en kindermishandeling (o.a bij casussen). 8
5. Integraal en systeemgerichte aanpak - Een integrale aanpak tussen jeugd- en volwassenenzorg en de strafketen is in de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling noodzakelijk. Plegers en slachtoffers maken deel uit van een gezinssysteem dat in zijn geheel moet worden bezien en geholpen. - Er is niet alleen aandacht nodig voor het organiseren van ‘opschalen’ richting het AMHK bij (vermoedens van) huiselijk geweld en kindermishandeling, maar ook aandacht voor voldoende mogelijkheden voor afschaling nadat het AMHK is ingeschakeld. (zie ook ‘Dichtbij’ en Veiligheid). - Leidend principe bij een integrale aanpak is: organiseer het eenvoudig en overzichtelijk, waarbij wordt samengewerkt op basis van vertrouwen. ‘Plus’taken die niet in de Jeugd/Wmo-wet worden genoemd, maar wel gerelateerd zijn aan de wettelijke taken van het AMHK Het huidige AMK en het SHG voeren taken uit die formeel gezien niet binnen de wettelijke taken van de Jeugdwet/Wmo vallen, maar die vanuit beleidsinhoudelijke context wel voortgezet dienen te worden c.q. een plek dienen te krijgen in directe relatie met het AMHK. Het gaat om de volgende taken: 1. 2. 3. 4.
Uitvoering Wet Tijdelijk Huisverbod Regievoering over de ketenaanpak huiselijk geweld en kindermishandeling Monitoring Kunnen advisering over passende maatwerktrainingen t.g.v. preventie en signaleringsfuncties van lokale zorgnetwerken. 5. Beschikbaarheid van een crisisdienst/crisisinterventie 6. 24 uurs bereikbaarheid 7. Kwaliteitsbewaking AMHK Positionering ‘plus’-taken die niet in de Jeugd/Wmo wet worden genoemd in onze Veiligheidsregio: - Uitgangspunt is dat de taken 1 t/m 4 en 7 worden uitgevoerd in dezelfde organisatorische eenheid waarbinnen het AMHK uitvoering geeft aan haar wettelijke taken, zodat goede inhoudelijke en organisatorische afstemming kan worden georganiseerd. Voor de positionering van (5)crisisinterventie en (6) 24 uursbereikbaarheid, wordt nader bekeken welk scenario het meest gewenst is vanuit het oogpunt van effectiviteit en efficiëncy. Mogelijke scenario’s: Bovenregionaal op Gelders niveau of door combinatie van diverse crisisinterventiediensten beschikbaar in de Veiligheidsregio. - De rol van het AMHK bij de taken 4 worden afgestemd op andere subregionale initiatieven rondom inzet van expertise op het brede welzijnsterrein waaronder Hulplijn (in subregio Nijmegen) en Expertteam (in subregio’s Riverenland). - Voor de positionering van (7)crisisinterventie wordt nader bekeken welk scenario het meest gewenst is vanuit het oogpunt van effectiviteit en efficiëncy. Mogelijke scenario’s: Bovenregionaal op Gelders niveau of door combinatie van diverse crisisinterventiediensten beschikbaar in de Veiligheidsregio. - Het AMHK beschikt over een adviesfunctie ten aanzien van deskundigheidsbevordering. Desgewenst wordt er een zichzelf financieel bedruipend Experticecentrum (b.v. bovenregionaal) ten behoeve van het verzorgen van trainingen e.d. ingericht dat complementair is aan de wettelijke taken.
9
Specifieke aandachtspunten in het kader van de afstemming met het gedwongen kader: - Er vindt afstemming plaats tussen de organisatie van algemene zorgmeldingen (jeugd) en AMHK meldingen - Uitvoering van voorlichtings- en preventieaanbod t.b.v. het onderhouden van kennis bij profesionals over vroegsignalering/meldingsprocedures kan het AMHK via een (financieel zichzelf bedruipende) marktonderdeel van het AMHK worden belegd (mits geen juridische beletsels). Kwaliteitseisen bij het financiële kader
Bij de uitwerking van het financiële kader wordt aangegeven op welke normen dit kader is gebaseerd en waar deze zijn vastgelegd. Uitgangspunten daarbij: Subsidiebeschikkingen in combinatie met aan te leveren gegevens door de instellingen, Uitvoeringsprogramma OGGZ/MO Rivierenland, Specifieke informatie van de instellingen betreffende het financiële aandeel van de subsidie in het SHG en het AMK, regelgeving e.d., circulaires) Er is een grofmazig rekenmodel in ontwikkeling dat aan de batenkant door de volgende twee financieringsstromen wordt gevoed: Het deel AMK als onderdeel van het budget voor de Bureaus jeugdzorg dat met een korting (4% in 2015 oplopend naar 10% in 2016 en 15% in 2017) vanaf 1 januari 2015 gestort wordt in het gemeentefonds. Het SHG-deel. AMK, SHG, Zorgmeldingen Jeugd, Eerder genoemde ‘plus’taken (waaronder Wet Tijdelijk Huisverbod), Voor de berekeningen in de regio Nijmegen wordt gebruik gemaakt van de cijfers uit het rapport dat onderzoeksbureau Andersson Elffers Felix (AEF) opstelt voor de decentralisatie Jeugdzorg. Voor regio Rivierenland wordt gebruik gemaakt van de cijfers uit het rapport gegevensanalyse jeugdzorg dat BMC opstelt in opdracht van de regio. Aan de lastenkant moet in ieder geval rekening worden gehouden met: huisvestingslasten (gebouw/inrichting/afschrijving etc.), personele lasten, waaronder wordt verstaan de directe functies uitvoering, (onderzoekers, bureaudienstmedewerkers),de gespecialiseerde functies uitvoering (zoals vertrouwensartsen),de ondersteunende functies (zoals secretariële ondersteuning, gedragsdeskundigen, teammanagers-management), de indirecte functies (beleidsmedewerkers -inhoudelijk en juridisch), verzekeringen, ICT, etc. Om een AMHK te kunnen exploiteren is het nodig om uiteindelijk een exploitatiebegroting op te stellen. Deze kwaliteitsslag van grofmazig rekenmodel naar exploitatiebegroting kan worden gemaakt op het moment dat bij het Programma van Eisen (PvE) de producten zijn gedefinieerd en wanneer bekend is hoe de organisatie eruit komt te zien en waar deze evt. wordt aangehaakt. Daarnaast zullen er kwaliteitseisen worden gesteld aan de financiele processen rondom: - planning & control , risicomanagement (breder dan financiën) - financiële administratie - financiële kwartaal en jaarrapportage - leveren van managementinformatie e.d. Voor het ontwikkelen van deze eisen wordt aansluiting gezocht bij landelijke ontwikkelingen, zodat er op termijn benchmarking mogelijk is.
10
Aandachtspunten voor de raming van de verdeling van het budget voor het AMHK: • Zaltbommel en Maasdriel horen wél bij de veiligheidsregio Gelderland-Zuid en bij de GGD Gelderland Zuid, maar niet bij de Maatschappelijke Opvang (MO) / Vrouwenopvang (VO) regio Nijmegen en Rivierenland, maar wel bij de Jeugdzorgregio. • Mook en Middelaar hoort niet bij de GGD Gelderland Zuid en wel bij de MO/VO regio, maar niet bij de veiligheidsregio Gelderland-Zuid. Mook en Middelaart participeert wel in het op te richten AMHK op Veiligheidsregio niveau Gelderland Zuid. • Gennep hoort niet bij de GGD-regio en niet bij de veiligheidsregio, maar wél bij de MO/VO regio. • Grensoverschrijdend verkeer tussen regio’s. Kwaliteitseisen bij het ruimtelijke kader
-
-
Kwaliteitseisen bij het juridische kader
Er kan bovenregionale samenwerking gezocht worden op diverse (randvoorwaarden voor het uitoefenen van) activiteiten, als dat uit effectiviteits- en/of efficiëncyoogpunt het meest wenselijk is. Voorbeelden hiervan zijn: afspraken met Raad voor de Kinderbescherming, 24 uursbereikbaarheid, Spoedeisende zorg, expertiseontwikkeling medewerkers AMHK, expertiseopbouw bijzondere doelgroepen (bv. eergerelateerd geweld), ontwikkelen expertise deskundigheidsbevordering preventie/signaleringsfunctie in lokale zorgnetwerken, ontwikkelen instrument monitoring, keuze ict e.a.) Functies kunnen gebiedsgebonden voor de subregio’s Rivierenland en Nijmegen worden georganiseerd als dat van belang is voor de effectiviteit van het uitoefenen van AMHK taken.
De positionering van het AMHK ten opzichte van het sociaal domein / de lokale (wijk/gebieds)teams dient te worden uitgewerkt. Hierbij dient aansluiting te worden gezocht bij de visie / uitgangspunten die hiervoor eerder zijn benoemd in vastgestelde beleidsnotities. Hierbij gaat het niet alleen om rollen en taken, maar ook om bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Er dient een juridische constructie te worden ontwikkeld, waarin de wettelijke taken van de gemeente duidelijk kunnen worden belegd. Er wordt geen totaal nieuwe organisatie gebouwd, maar er worden twee functies samengevoegd (AMK en SHG). Dit betekent dat er aansluiting wordt gezocht bij bestaande werkstructuren/wijzen. Uitgangspunt is behouden wat goed gaat en daarop verder bouwen. Met de transities is er ook een transformatie gewenst in werkwijze. Dit betekent niet alleen een structuur, maar ook een cultuurverandering. Dit soort processen vergen voldoende tijd en aandacht bij implementatie. Voorzien is om op 01-01-2015 een AMHK ingericht te hebben dat voldoet aan de wettelijke eisen. Doorgroeien en aansluiten op doorontwikkeling van de lokale zorgnetwerken zal naar verwachting op 01-01-2017 zijn afgerond. Medio 2015 en 2016 vindt monitoring plaats op basis van, in het implementatieplan te benoemen, eindtermen. Bij de monitoring vindt tevens bijsturing plaats. In het implementatieplan worden hiervoor voorstellen gedaan.
Kwaliteitseisen op het proces
Het realiseren van het AMHK vindt plaats in een complexe omgeving. Om deze reden is er gekozen voor een projectmatige werkwijze. Deze werkwijze dient in ieder geval aan de volgende eisen te voldoen: - Effectiviteit: het realiseren van het AMHK dient binnen de afgesproken tijd (fasering) volgens de inhoudelijke kwaliteitseisen te worden gerealiseerd 11
-
Gewenste resultaten
4.
Efficiency: de realisatie van het AMHK dient plaats te vinden binnen de in dit FPvE benoemde beheeraspecten (geld, organisatie, kwaliteit, informatie en tijd) Draagvlak: er dient een transparant en open proces te worden gevoerd dat leidt tot voldoende draagvlak binnen de Veiligheidsregio Gelderland Zuid Samenwerking: de projectleider zorgt voor een omgeving, waarin projectmedewerkers zich voldoende veilig voelen om hun rol in te kunnen vullen en samen te kunnen werken Overdracht aan de lijnorganisatie: overdracht aan de lijnorganisatie vindt plaats na een evaluatie en evt. voorstellen voor verbeteringen
Er is op 1 januari 2015 een kwalitatief sterke werkorganisatie AMHK gerealiseerd met een personele, organisatorische, budgettaire en juridische uitwerking die regionaal bestuurlijk gedragen wordt door de gemeenten, en die voldoet aan de visie, missie en bedrijfsdoelstellingen van de organisatie. Om deze werkorganisatie efficiënt en effectief te laten functioneren zijn minimaal de volgende randvoorwaarden geschapen: voldoende mogelijkheden voor deskundigheidsbevordering, sluitende exploitatiebegroting, werkprocessen die aansluiten op de ketenpartners, ICT passend en toegankelijk, kennis delen en ontwikkelen.
Belangrijke kenmerken van de opdracht
Het realiseren van het AMHK heeft een directe relatie met de ontwikkelingen rondom de implementatie van het gedwongen kader en het realiseren van een regionaal ondersteuningsbureau regio Nijmegen. De bij het beleidsinhoudelijk kader genoemde uitgangspunten gelden eveneens voor deze ontwikkelingen. Het zijn daarmee aan elkaar complementaire ontwikkelingen.
5.
Planning
De planning dient antwoordt te geven op de volgende vragen: Wie doet wat op welk moment? Hierbij is het laten vaststellen van het FPvE de start van het proces. Benoem de cruciale beslismomenten (en bijbehorende documenten). Denk bij het opstellen van een planning waarin externe partijen een rol spelen aan het inplannen van de termijnen die daar gelden voor besluitvorming. 6.
Vaststellen FPvE Vaststellen PvE Vaststellen implementatieplan
april 2014 juni 2014 juli 2014
(collegebesluit en raadsbrief) (collegebesluit en raadsbrief) (bestuurders transitie regio’s en ter info college/raad)
Verantwoording 12
De ambtelijke opdrachtgevers, projectleiders transitie regio Rivierenland (J. van Swieten) en regio Nijmegen (Mand Arens) en bestuurlijke opdrachtgevers regio Rivierenland Stuurgroep Wmo/Jeugd en regio Nijmegen Bestuursteam transities, worden gedurende het proces periodiek (afhankelijk van het moment in het proces) periodiek mondeling (bilateraal) en schriftelijk via een maandrapportage op de hoogte gehouden van de voortgang.
13