JAARVERSLAG MEDISCH-ETHISCHE TOETSINGSCOMMISSIE METC AZM/UM
2013
Inhoudsopgave Pag. Voorwoord
3
Samenvatting (Nederlands en Engels)
5
1. 1.1 1.2 1.3
Algemene informatie Bevoegd gezag METC Samenstelling commissie en vaste adviseurs Samenstelling secretariaat
6 6 6 7
2. 2.1 2.2 2.3
Werkwijze commissie Plenaire vergadering Dagelijks bestuur Algemene vergadering
9 9 9 9
3.
Ingediende onderzoeksvoorstellen
10
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7
De toetsing van WMO-onderzoek Primaire beoordelingen Amendementen SUSAR’s, SA(D)E’s en art. 10 lid 1 WMO-notificaties Opschortingen en voortijdige beëindigingen Voortgangs-, veiligheids- en eindrapportages Beoordelingstermijnen Administratief beroep
11 11 14 15 15 15 16 17
5. 5.1 5.2 5.3 5.4
Overige werkzaamheden Niet-WMO plichtig onderzoek Embryowet Wet foetaal weefsel Klachten, WOB-verzoeken en dwangsommen
18 18 19 19 19
6. 6.1 6.2 6.3 6.4
Algemene zaken Kwaliteitsbeleid en scholing Intervisie CCMO-toezicht Financiën
20 20 21 21 21
Bijlagen: I Overzicht beoordeelde WMO-onderzoeken II Gebruikte afkortingen III Colofon
22 30 31
2
Voorwoord Voor u ligt het jaarverslag van de medisch-ethische toetsingscommissie van het academisch ziekenhuis Maastricht en de Universiteit Maastricht (METC azM/UM) over het jaar 2013. In 2013 is door de leden en het secretariaat hard gewerkt om een zorgvuldige en kwalitatief hoogstaande beoordeling van medisch-wetenschappelijk onderzoek te verzorgen. Het beoordelingsproces verliep langzamer dan gebruikelijk. De belangrijkste oorzaak was een verlies van de balans tussen de hoeveelheid aangeboden werk en beschikbare menskracht. De per 1-1-2013 bestaande vacature ambtelijk secretaris werd eerst per 1-5-2013 ingevuld. Zo was pas in de loop van de tweede helft van 2013 het ambtelijk secretariaat weer volledig operationeel. Bovendien zorgde afwezigheid als gevolg van langdurige ziekte in het secretariaat voor vertraging in de afhandeling van het werk. Eén van de zichtbare resultaten van dit verlies in de balans werk/menskracht was de ongewoon late verschijning van het jaarverslag 2012; in het voorliggende jaarverslag blijkt dat voorts uit het aanzienlijk afgenomen aantal besluiten, terwijl het aanbod van WMOonderzoek juist licht toenam. Daardoor was veel onderzoek nog in behandeling op 31-122013. De personele bezetting was evenwel niet de enige reden. De commissie heeft de stellige indruk dat de kwaliteit van de aangeboden onderzoeksvoorstellen afgenomen is, leidend tot een uitgebreide correspondentie met de onderzoekers. Bovendien waren er frequenter dan voorheen tweede plenaire besprekingen nodig, vooraleer een besluit kon worden genomen. Deze bevinding is voor de commissie aanleiding om onderzoek te doen naar de aard en inhoud van de correspondentie met de onderzoekers om zo gefundeerde aanpassingen in de processen rond de opzet en beoordeling van medisch-wetenschappelijk onderzoek aan te bevelen, danwel zelf door te voeren. Als gevolg van al deze factoren namen de doorlooptijden in het beoordelingsproces aanzienlijk toe. Personele zaken In 2013 wisselde het voorzitterschap van de commissie: interim vice-voorzitter mevrouw dr. J.J.M. Strik trad op 1-4-2013 terug, en per 1-11-2013 namen wij afscheid van mevrouw prof. dr. C.E.M. de Die-Smulders. Wij zijn dr. Strik en prof. de Die-Smulders veel dank verschuldigd voor hun jarenlange inzet voor de commissie en in het bijzonder prof. de DieSmulders voor haar grote verdiensten voor het functioneren van de METC azM/UM gedurende haar bijna 8 jaar durende voorzitterschap. Bij gelegenheid van het feestelijk afscheid werden deze verdiensten erkend met de uitreiking van de azM-award en het facultair kleinood van de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences van Maastricht University door een lid van de Raad van Bestuur van het Maastricht UMC+. Per 1-12-2013 trad dr. G.L. Beets terug als arts-lid. We danken hem voor zijn inzet voor de commissie. Ondergetekende en prof. dr. J.G. Maessen traden in 2013 aan als voorzitter respectievelijk vice-voorzitter, terwijl de collegae dr. B.M.G. Arts, als arts-lid, en dr. F.H.M. Vanmolkot, als lid klinisch farmacoloog, de commissie kwamen versterken. Helaas moesten we, na een lang ziekbed, in 2013 afscheid nemen van ons zeer gewaardeerd lid ethicus dr. R.L.P. Berghmans. Het ambtelijk secretariaat werd op sterkte gebracht met het aantreden van mevrouw dr. E.C.H. van den Ham. Mevrouw A.H.J.M. Boere kwam als secretaresse de commissie versterken. Afscheid namen we van mevrouw M.E.C. Rijnierse die als student secretariële ondersteuning heeft geboden. Per 31-12-2013 namen we afscheid van mevrouw P.M.H. Lucassen die de commissie vele jaren als secretaresse heeft gesteund. Wij zijn haar daar grote dank voor verschuldigd.
3
Dit is een langer dan gebruikelijk voorwoord van een jaarverslag van de METC azM/UM geworden. De reden ervoor is evident, en is voor mij aanleiding de leden, en speciaal het secretariaat en het dagelijks bestuur van de commissie nadrukkelijk dank te zeggen voor hun grote inzet in het afgelopen jaar. Prof. dr. M.F. (Maarten) von Meyenfeldt, voorzitter per 1 juli 2013 Mei 2014
4
Samenvatting Nederlands In 2013 zijn de volgende 1690 documenten ingediend en beoordeeld: 141 nieuwe WMO-onderzoeken: er zijn 111 primaire besluiten genomen in 2013, waarvan 25 over geneesmiddelenonderzoek; er werden 107 positieve en 4 negatieve besluiten genomen; ongeveer 330 nieuwe amendementen, waarvan 236 amendementen zijn beoordeeld in 2013; 275 SA(D)E’s (ernstige ongewenste voorvallen (bij studies met een medisch hulpmiddel), 436 (follow-up meldingen van) SUSAR’s (vermoedens van onverwachte ernstige bijwerkingen) en 37 line-listings van SAE’s en SUSAR’s; van deze 748 meldingen zijn in totaal 430 meldingen beoordeeld in 2013; 10 meldingen van voortijdige beëindigingen van WMO-onderzoek; ongeveer 259 voortgangs-, jaarlijkse veiligheids- en eindrapportages; 200 nieuwe adviesaanvragen over niet-WMO plichtig onderzoek: er zijn 77 positieve adviezen uitgebracht in 2013; 1 beoordeling in het kader van de Embryowet; 1 beoordeling in het kader van de Wet foetaal weefsel. Summary English In 2013 the Medical Research Ethics Committee azM/UM has received and reviewed the following 1690 documents: 141 new WMO-studies (research covered by the Medical Research Involving Human Subjects Act): the committee has taken a decision in 2013 about 111 studies, of which 25 are drug studies; she has approved 107 studies and rejected 4 studies; about 330 new amendments, of which 236 amendments has been reviewed in 2013; 275 SA(D)E’s (serious adverse (device) events), 436 (follow-up notifications of) SUSAR’s (suspected unexpected serious adverse reactions) and 37 line-listings of SAE’s and SUSAR’s; 430 of the in total 748 notifications has been reviewed in 2013; 10 notifications of premature termination of WMO-studies; about 259 yearly progress reports, Development Safety Update Reports (DSUR’s) and end of trial notifications; 200 new studies that are not covered by the WMO: the committee has given a positive advice for 77 of this type of studies in 2013; 1 review covered by the Embryos Act; 1 review covered by the Fetal Tissue Act.
5
1.
Algemene informatie
1.1 Bevoegd gezag METC Wettelijke taak De medisch-ethische toetsingscommissie (METC) azM/UM is een door de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) erkende medisch-ethische toetsingscommissie: een METC in de zin van artikel 16 van de Wet medischwetenschappelijk onderzoek met mensen (WMO). De primaire taak van de commissie is om, binnen de grenzen van haar werkterrein, te voorzien in een professionele, onafhankelijke en efficiënte toetsing van medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens de WMO. WMO-onderzoeken zijn medisch-wetenschappelijke onderzoeken waarbij de proefpersonen aan handelingen worden onderworpen en/of hen gedragswijzen worden opgelegd. Het doel van de toetsing van WMO-onderzoek is het waarborgen van de rechten, de veiligheid en het welzijn van de proefpersonen die deelnemen aan medisch-wetenschappelijk onderzoek, alsmede het waarborgen dat de opzet en de uitvoering geschieden conform de eisen uit de WMO. Kring waarvoor de METC werkzaam is De commissie beoordeelt WMO-onderzoek waarvan het academisch ziekenhuis Maastricht (azM), Maastricht University (UM) of een daaraan gelieerde instelling de verrichter is en/of waarvan het azM en/of UM uitvoerder is en dat geheel of gedeeltelijk zal worden uitgevoerd in of met medewerking van (medewerkers van): het Maastricht UMC+: het academisch ziekenhuis Maastricht (azM) en/of de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences (FHML/UM); Maastricht University waar het betreft de Faculty of Psychology and Neuroscience (FPN/UM). Voor zover daarover door de METC in overleg met de Raad van Bestuur afspraken zijn gemaakt, kan de commissie op overeenkomstige wijze WMO-onderzoek beoordelen, waarbij een andere instelling op het gebied van de gezondheidszorg in Nederland de verrichter en/of uitvoerder is. Positionering De METC azM/UM is een zelfstandig bestuursorgaan en kan als zodanig voor de burger bindende besluiten nemen. De commissie functioneert onafhankelijk van de instellingen waarvoor zij toetst. Het (ambtelijk) secretariaat van de METC is ondergebracht bij de Stafdienst Bestuur van het azM. 1.2 Samenstelling commissie en vaste adviseurs Op 31 december 2013 bestond de commissie uit twee kamers, met 20 vaste leden en 10 plaatsvervangende leden. Tevens had de commissie twee vaste adviseurs, namelijk dr. ir. E.D. Gommer (klinisch fysicus azM), adviseur medische hulpmiddelen en mw. drs. A. Wagemans (arts verstandelijk gehandicapten Koraalgroep), adviseur wilsonbekwamen. De commissie heeft in 2013 bij 12 (amendementen op) WMO-onderzoeksvoorstellen, waarbij gebruik gemaakt werd van een medisch hulpmiddel, een beroep gedaan op de vaste adviseur medische hulpmiddelen. De commissie heeft één maal een beroep gedaan op een externe deskundige van buiten de commissie. Van de vaste leden was rond de 80 % aanwezig bij tenminste 70% van de reguliere vergaderingen. Er is in totaal 22 maal een beroep gedaan op de plaatsvervangende leden. Nieuwe leden van de commissie uit wettelijk verplichte disciplines werden conform de vigerende wet- en regelgeving door de CCMO erkend. De Raad van Bestuur van het Maastricht UMC+ gaf vervolgens goedkeuring voor de benoeming van de leden in de commissie. Na erkenning door de CCMO worden door de secretarissen 6
“inwerkgesprekken” gehouden met nieuwe leden, waarin wet- en regelgeving en voor het METC-werk belangrijke documenten worden besproken. Het nieuwe lid is vervolgens één keer toehoorder bij een vergadering. In 2013 hebben er vier inwerkgesprekken plaatsgevonden met nieuwe leden en vier termijngesprekken met leden van wie de zittingstermijn was verlopen. Er zijn in 2013 twee evaluatiegesprekken geweest met leden die één jaar in de commissie zaten. In tabel 1 op pagina 7 is de samenstelling van de commissie in 2013 weergegeven. 1.3 Samenstelling secretariaat Het (ambtelijk) secretariaat van de METC is ondergebracht bij de Stafdienst Bestuur van het azM. De samenstelling van het secretariaat was op 31 december 2013 als volgt: Mw. mr. R.C.W. van Gils ambtelijk secretaris Mw. dr. E.C.H. van den Ham secretaris (vanaf 1 mei) Mw. I.A.T. van Beers-Heutinck secretaresse Mw. P.M.H. Lucassen secretaresse Mw. A.H.J.M. Boere secretaresse (vanaf 1 september) Mw. M.E.C. Rijnierse student - secretariële ondersteuning (tot 1 september) Dhr. R.T.M.T. van Beneden ondersteunend administratief medewerker
Tabel 1 Samenstelling METC azM/UM in 2013 Naam Kamer I Mw. prof. dr. C.E.M. de DieSmulders
Functie
WMO-discipline
Dr. A.W.D. Gavilanes
arts (voorzitter tot 01-072013, vice-voorzitter tot 0111-2013, daarna plaatsvervangend lid) hoogleraar cardiothoracale chirurgie azM arts (lid vanaf 01-10-2013, vice-voorzitter vanaf 01-112013) kinderarts / neonatoloog azM arts
Dr. P. van Paassen
internist / klinisch immunoloog azM/UM
arts
Dr. L.M.L. Stolk
ziekenhuisapotheker azM (tot 01-062013)
Dr. F.H.M. Vanmolkot
internist azM
ziekenhuisapotheker/ klinisch farmacoloog (lid dagelijks bestuur) klinisch farmacoloog (vanaf 01-09-2013)
Prof. dr. ir. P.C. Dagnelie
strategisch hoogleraar (voedings)epidemiologie UM
Prof. dr. J.G. Maessen
strategisch hoogleraar preïmplantatie genetische diagnostiek azM/UM
methodoloog
Mw. dr. M.M. ten Hoopen
universitair docent gezondheidsrecht UM jurist
Mr. J.M.G. Smeets
gezondheidsjurist azM
jurist
Mw. dr. C. WiddershovenHeerding Mw. mr. I. Swane-van Gelein Vitringa Prof. dr. R.W.H.M. Ponds
ethicus / filosoof - buitenlid
ethicus
geen - buitenlid
proefpersonenlid
hoogleraar medische psychologie azM/UM
geen
7
Naam Kamer II
Functie
WMO-discipline
Prof. dr. M.F. von Meyenfeldt
emeritus hoogleraar oncologische chirurgie azM
Mw. dr. J.J.M.H. Strik
psychiater azM
Dr. B.M.G. Arts
psychiater azM
arts (vice-voorzitter vanaf 01-04-2013, voorzitter vanaf 01-07-2014) arts (interim vice-voorzitter, tot 01-04-2013) arts (vanaf 01-04-2013)
Dr. G.L. Beets
oncologisch chirurg azM
arts (tot 01-12-2013)
Dr. G.V.A. van Ommen Dr. A.A. Kroon
cardioloog azM internist / vasculair geneeskundige azM
Prof. dr. C. Neef
ziekenhuisapotheker / hoogleraar klinische farmacie azM/UM
arts klinisch farmacoloog (vanaf 01-09-2013 plaatsvervangend lid) ziekenhuisapotheker / klinisch farmacoloog
Mw. dr. E.P.M. van Raak
arts-epidemioloog azM
Mw. mr. R. Talma
gezondheidsjurist - buitenlid
Dr. R.H. Houtepen Mw. drs. K.I.H. Pasman-de Roo
universitair docent gezondheidsethiek UM gespreksleider/ projectleider - buitenlid
proefpersonenlid
Dr. G. Plasqui
universitair docent humane biologie UM
geen
Naam
Functie
WMO-discipline
universitair hoofddocent gezondheidsethiek UM universitair hoofddocent psychiatrie en neuropsychologie UM
ethicus † 16-03-2013
ethicus
Dr. A.L.M. Mulder
universitair docent gezondheidsethiek UM kinderarts / neonatoloog azM
arts
Mw. dr. P.J. Nelemans
onderzoeker epidemiologie UM
methodoloog
methodoloog (lid dagelijks bestuur) jurist ethicus
Plaatsvervangende leden Dr. R.L.P. Berghmans Dr. R. van Diest Dr. W.J. Dondorp
geen
Mw. M.C.J.A. Raven-van Buggenum geen - buitenlid
proefpersonenlid
Dr. J-U. Schreiber
anesthesioloog azM
arts
Dr. L.J.M. Smits
universitair hoofddocent epidemiologie UM hoogleraar biomedische ethiek UM
methodoloog
Prof. dr. G.M. de Wert
ethicus
8
2.
Werkwijze commissie
2.1 Plenaire vergadering In 2013 werden er 43 plenaire vergaderingen belegd waarin WMO-plichtige onderzoeksvoorstellen zijn beoordeeld: 23 vergaderingen van kamer I en 20 vergaderingen van kamer II. In deze vergaderingen werden voornamelijk primaire indieningen van nieuwe WMO-onderzoeksvoorstellen besproken. Het is in 2013 30 keer voorgekomen dat de reactie van onderzoekers op vragen van de commissie opnieuw in de plenaire vergadering werd besproken, omdat er voorwaarden van inhoudelijke aard en meer dan gering belang waren gesteld aan de reactie van de onderzoekers. Alle andere reacties op vragen naar aanleiding van de primaire beoordeling werden door het dagelijks bestuur besproken. In 2013 is er 5 maal een amendement op een reeds goedgekeurd WMO-plichtig onderzoek in de plenaire vergadering besproken, omdat er zodanige ingrijpende wijzigingen in het onderzoek werden voorgesteld dat een nieuwe beoordeling door de plenaire vergadering wenselijk werd geacht. Alle andere amendementen werden door het dagelijks bestuur besproken. 2.2 Dagelijks bestuur Het dagelijks bestuur heeft in 2013 75 maal vergaderd. Besproken werden onder andere: algemene en beleidszaken; algemene vragen van onderzoekers; reacties van onderzoekers op de opmerkingen van de commissie naar aanleiding van in beoordeling zijnde WMO-onderzoeksvoorstellen; vragen van onderzoekers of onderzoeksvoorstellen wel of niet-WMO plichtig zijn; advisering over niet-WMO plichtige onderzoeken; (substantiële) amendementen; Suspected Unexpected Serious Adverse Reactions (SUSAR’s: vermoedens van onverwachte ernstige bijwerkingen) en periodieke line-listings van SUSAR’s; Serious Adverse (Device) Events (SA(D)E’s: ongewenste ernstige voorvallen); voortgangsrapportages, development safety update reports (DSUR’s: veiligheidsrapportages bij geneesmiddelenonderzoek) en resultaten van interimanalyses; meldingen van (voortijdige) beëindigingen van studies en eindrapportages. 2.3 Algemene vergadering De gehele commissie is éénmaal bij elkaar gekomen voor een algemene vergadering, waarin de volgende beleidszaken en (ethische) dilemma’s werden behandeld: terugkoppeling van vergaderingen van de landelijke voorzitters- en secretarissenwerkgroep van de METC’s en vergaderingen van de NVMETC; beoordeling van de risicoclassificatie door het CTCM in het Maastricht UMC+; wijzigingen van de Verklaring van Helsinki, versie Brazilië 2013; de stand van zaken van de Europese Verordering Geneesmiddelenonderzoek; de (slechte) methodologische kwaliteit van veel ingediende onderzoeksvoorstellen; het geven van een mondelinge toelichting van het onderzoeksdossier door onderzoekers (standpunt van de commissie is dat dit in principe niet mogelijk is in de plenaire vergadering); publicaties over medisch-wetenschappelijk onderzoek.
9
3.
Ingediende onderzoeksvoorstellen
In figuur 1 is het totaal aantal in 2011-2013 ingediende onderzoeksvoorstellen vermeld, verdeeld over de verschillende soorten van onderzoek (WMO-geneesmiddelenonderzoek, overig WMO-onderzoek, niet-WMO plichtig onderzoek, Embryowet en Wet foetaal weefsel). De beoordeling was nog niet in alle gevallen afgerond op 31 december van het genoemde jaar.
Figuur 1
Er zijn in 2013 in totaal 141 WMO-onderzoeken ingediend: 32 WMOgeneesmiddelenonderzoeken en 109 overige WMO-onderzoeken. Dit is in vergelijking met 2012 (131 WMO-onderzoeken) een stijging van 8%. Ten opzichte van 2012 is de grootste stijging zichtbaar bij het aantal ingediende WMO-geneesmiddelenonderzoeken (26 in 2012), het aantal ingediende WMO-geneesmiddelenonderzoeken is licht gestegen (105 in 2012). De commissie heeft in 2013 geen WMO-onderzoek overgenomen van andere METC’s. In totaal zijn er in 2013 200 adviesaanvragen niet-WMO plichtige onderzoeksvoorstellen ingediend. Dit aantal is precies gelijk aan het aantal uit 2012. De commissie heeft in 2013 1 adviesaanvraag inzake de Embryowet ontvangen. Voor alle donaties van geslachtscellen bij invasieve ingrepen (een donoreicel IVF-ingreep) was op grond van de Embryowet tot 27-09-2013 toestemming van een METC nodig. Sinds de wijziging van de Embryowet is de toetsing van donaties van geslachtscellen bij invasieve ingrepen afgeschaft voor zover het gaat om de terbeschikkingstelling van geslachtscellen voor zwangerschap.
10
4.
De toetsing van WMO-onderzoek
4.1 Primaire beoordelingen Totaal aantal WMO-besluiten In tabel 2 is het totaal aantal in 2009 t/m 2013 uitgebrachte WMO-besluiten vermeld, onderverdeeld in WMO-geneesmiddelenonderzoek en overig WMO-onderzoek. Dit overzicht omvat voor de genoemde jaren tevens de in het daaraan voorafgaande jaar ingediende onderzoeksvoorstellen, die op 31 december van het daaraan voorafgaande jaar nog in behandeling waren en waarvan de beoordeling in het genoemde jaar is afgerond.
Tabel 2 Totaal aantal WMO-besluiten, uitgebracht in 2009-2013 Aantal beoordeelde dossiers
2013
2012
2011
2010
2009
Totaal aantal positieve besluiten
107
133
139
135
146
A. Positieve besluiten WMO-geneesmiddelenonderzoek
23
20
31
19
30
1. Monocenteronderzoek
8
11
18
10
21
2. Multicenteronderzoek oordelende commissie
15
9
13
9
9
84
113
108
116
116
1. Monocenteronderzoek
75
103
88
89
105
2. Multicenteronderzoek oordelende commissie
9
10
20
27
11
Totaal aantal negatieve besluiten
4
2
4
5
3
A. Negatieve besluiten WMO-geneesmiddelenonderzoek
2
/
/
2
1
1. Monocenteronderzoek
/
/
/
2
1
2. Multicenteronderzoek oordelende commissie
2
/
/
/
/
2
2
4
3
2
1. Monocenteronderzoek
2
2
4
2
2
2. Multicenteronderzoek oordelende commissie
/
/
/
1
/
B. Positieve besluiten overig WMO-onderzoek
B. Negatieve besluiten overig WMO-onderzoek
Uit tabel 1 blijkt dat er in 2013 111 WMO-besluiten zijn uitgebracht door de commissie: 107 positieve en 4 negatieve WMO-besluiten. Het totaal aantal uitgebrachte WMO-besluiten is ten opzichte van 2012 (135 besluiten: 133 positieve en 2 negatieve besluiten) met 18% aanzienlijk gedaald. Het aantal ingediende WMO plichtige onderzoeksvoorstellen is echter met 8% gestegen ten opzichte van 2012. De reden dat er minder besluiten zijn afgegeven, is dat veel onderzoeksvoorstellen (57) op 31-12-2013 nog in behandeling waren bij de commissie. Van de in totaal 107 positieve besluiten die de METC azM/UM heeft uitgebracht, ging het bij 23 besluiten (21%) om WMO-geneesmiddelenonderzoek. Ten opzichte van 2012 (20 besluiten) betekent dit een stijging van 15%. De overige 84 besluiten (79%) betroffen overig WMO-onderzoek. Dit aantal is ten opzichte van 2012 (113 besluiten) met 26% sterk gedaald. In 2013 werden er 9 WMO-onderzoeksvoorstellen door de onderzoekers tijdens de beoordelingsprocedure ingetrokken. De commissie stelt onderzoekers een termijn van drie maanden om een reactie te geven op vragen. Deze termijn kan verlengd worden na een gemotiveerd verzoek van de indiener. De commissie heeft 4 onderzoeksvoorstellen geseponeerd wegens het te lang uitblijven van een reactie van de indiener. 11
Er is in 2013 1 onderzoek ingediend als WMO-onderzoek, waarvan de commissie in de plenaire vergadering oordeelde dat dit toch een niet-WMO plichtig onderzoek betrof. Er zijn in 2013 2 onderzoeksvoorstellen ingediend, waarover de commissie niet bevoegd bleek te zijn om te oordelen. Eénmaal bleek het om vergunningsplichtig bevolkingsonderzoek (waarover de minister van VWS een vergunning dient af te geven in het kader van de Wet op het bevolkingsonderzoek) en éénmaal om een niet-therapeutisch interventieonderzoek met kinderen (waarover de CCMO dient te oordelen op basis van de WMO). Er waren 57 WMO-plichtige onderzoeksvoorstellen, die zijn ingediend in 2012 of 2013, nog in behandeling op 31-12-2013.
Negatieve besluiten De commissie heeft in 2013 4 maal een negatief besluit uitgebracht over WMO-onderzoek: 2 maal over een WMO-geneesmiddelenonderzoek en 2 maal over een overig WMOonderzoek. De negatieve besluiten waren gebaseerd op de toetsingscriteria van artikel 3 WMO en eenmaal tevens op de uitzonderingen op het verbod op het uitvoeren van onderzoek met kinderen uit artikel 4 WMO. De belangrijkste redenen voor deze negatieve besluiten waren de volgende. Het eerste afgewezen onderzoek betreft een onderzoek naar de effectiviteit en veiligheid van een geneesmiddel bij patiënten met primaire hypercholesterolemie die intolerant zijn voor statines. Naar het oordeel van de commissie was de statine-arm niet nodig om de primaire en secundaire onderzoeksvraagstellingen van de studie te kunnen beantwoorden. De commissie achtte het toedienen van statines aan de groep van eerder statine-intolerante proefpersonen niet veilig cq. niet verantwoord. Het tweede afgewezen onderzoek betrof een fase IV-evaluatieonderzoek naar de invloed van een educatief programma op therapietrouw bij patiënten met atriumfibrilleren die met een bepaald geneesmiddel worden behandeld. De commissie oordeelde dat het wetenschappelijk belang onvoldoende aannemelijk was, de vraagstelling beantwoord kon worden door het verrichten van onderzoek van minder ingrijpende aard, het belang van de studie niet in een evenredige verhouding stond tot de bezwaren en risico’s voor de proefpersonen en het onderzoeksprotocol niet voldeed aan de eisen van een juiste methodologie van wetenschappelijk onderzoek. De opzet van de studie paste niet bij de vraagstelling, een gedetailleerde beschrijving van de controlebehandeling en van de interventie ontbrak, het beoogde effect van de interventie op therapietrouw was niet klinisch relevant en er was onvoldoende uitgewerkt waarom de effecten van het educatieve programma gemeten zouden moeten worden bij het gebruik van dit geneesmiddel. De indiener heeft een administratief beroepschrift bij de CCMO ingediend tegen dit negatief besluit; dat was nog in behandeling op 31-12-2013. Het derde afgewezen onderzoek betrof een prospectieve cohortstudie van COPDpatiënten. Naar het oordeel van de commissie was het wetenschappelijk belang onvoldoende aannemelijk. Het was niet duidelijk welke testen plaats vonden in het kader van de reguliere zorg en welke in het kader van het onderzoek en waarom deze testen plaats vonden. De methodologie was onvoldoende uitgewerkt wat betreft hypothesen, vraagstellingen, einddoelen en -punten, belangrijkste determinanten en uitkomsten, powerberekening, afstemming van statistische analyses op de vraagstellingen en de vraagstelling met betrekking tot de effecten van longrevalidatie op de lange termijn uitkomsten. Het vierde afgewezen onderzoek betrof het evalueren van een meergezinsbehandeling bij veteranengezinnen. De commissie heeft het onderzoek 12
afgewezen omdat de belasting en de risico’s van het onderzoek niet expliciet genoeg waren beschreven. De commissie achtte de belasting voor de (jonge) kinderen, en veteranen met nog onbehandelde post-traumatische stress stoornis die aan een groepsbehandeling blootgesteld zouden worden aanzienlijk en stelde vast dat de vrijwilligheid van deelname van de kinderen onvoldoende was gewaarborgd door de verplichte collectieve gezinsdeelname. Bovendien was de opzet onvoldoende uitgewerkt wat betreft de beschrijvingen van de verschillende fases van het onderzoek, vraagstellingen, hypothesen, eindpunten, powerberekening, statistische paragraaf en het verschil ten opzichte van de reguliere standaardbehandeling. Tenslotte kon de commissie niet vaststellen of het onderzoek voor de deelnemende kinderen therapeutisch dan wel niet-therapeutisch zou zijn. Typering WMO-besluiten 2013
Tabel 3 Typering van het door de METC azM/UM beoordeeld onderzoek Onderzoeksdossiers met geneesmiddelen / overige interventies / niet-interventies Onderzoek met geneesmiddelen Overig interventieonderzoek Observationeel onderzoek Aantal onderzoeken met mensen Aantal proefpersonen NL Totaal aantal proefpersonen Aantal proefpersonen in onderzoek met geneesmiddelen Aantal proefpersonen in overig interventieonderzoek Aantal proefpersonen in observationeel onderzoek Categorieën proefpersonen Aantal onderzoeken met wilsbekwame volwassenen Aantal onderzoeken met wilsonbekwame volwassenen Aantal onderzoeken met wilsbekwame minderjarigen Aantal onderzoeken met wilsonbekwame minderjarigen Aantal onderzoeken met minderjarigen (<12 jaar) Indeling onderzoek met minderjarigen en wilsonbekwamen Aantal besluiten voor onderzoek met minderjarigen en willsonbekwame volwassenen Aantal besluiten voor therapeutisch onderzoek Aantal besluiten voor niet-therapeutisch onderzoek Aantal besluiten voor niet-therapeutisch observationeel onderzoek Geneesmiddelenonderzoek per fase Aantal geneesmiddelenonderzoek fase I Aantal geneesmiddelenonderzoek fase II Aantal geneesmiddelenonderzoek fase III Aantal geneesmiddelenonderzoek fase IV Aantal geneesmiddelenonderzoek fase overig Aantal geneesmiddelenonderzoek fase nvt Type interventieonderzoek Aantal studies met interventie Aantal studies met geneesmiddelen volgens WMO Aantal studies met geneesmiddelen Aantal studies met radiopharmica Aantal studies met andere geneesmiddeleninterventies Aantal studies met interventies anders dan met geneesmiddelen volgens WMO Aantal studies met medische hulpmiddelen Aantal studies met operaties Aantal studies met psychosociale interventies Aantal studies met voeding(sstoffen) Aantal studies met bewegingstherapie Aantal studies met radiotherapie Aantal studies met andere niet-geneesmiddeleninterventies
Aantal 25 51 35 111 10863 780 4041 6042
Percentage
7,2% 37,2% 55,6%
109 0 6 0 5 7 4 3 3 7 5 8 2 3
75 25 23 2 2 59 9 4 6 27 7 2 18
13
In tabel 3 zijn een aantal typeringen van het in 2013 beoordeelde WMO-onderzoek weergegeven. Van de 111 afgegeven besluiten betreft het grootste gedeelte overig WMOinterventieonderzoek (51 onderzoeken). Slechts een klein gedeelte betreft (deels) onderzoek met minderjarigen en/of wilsonbekwame proefpersonen (7 onderzoeken). Van de 25 geneesmiddelenonderzoeken is het grootste gedeelte fase III-onderzoek (8 onderzoeken).
Tabel 4 Verdeling WMO-besluiten per verrichter (opdrachtgever) Verrichter (opdrachtgever) academisch ziekenhuis Maastricht Maastricht University Andere instellingen Farmaceutische industrie Totaal
WMO-besluiten 31 51 7 22 111
Uit tabel 4 blijkt dat de meeste onderzoeksvoorstellen afkomstig zijn van Maastricht University als verrichter (51 besluiten). Hiervan zijn 2 onderzoeksvoorstellen afkomstig van de Faculty of Psychology and Neuroscience, de overige onderzoeksvoorstellen van de Faculty of Health, Medicine and Lifesciences. De meeste onderzoeken worden uitgevoerd bij het Department of Human Biology (13 besluiten). Bij de onderzoeksvoorstellen waarbij het azM de verrichter is (31 besluiten), worden de meeste onderzoeken uitgevoerd bij de afdelingen Algemene Heelkunde en Keel-, Neus- en Oorheelkunde (beiden 4 besluiten). In bijlage 1 is een overzicht opgenomen van alle beoordeelde WMO-onderzoeken, verdeeld over de verschillende (categorieën) verrichters. 4.2 Amendementen Aantal (substantiële) amendementen In 2013 zijn er ongeveer 330 amendementen (=wijzigingen op (reeds lopend) WMOonderzoek) ingediend bij de commissie. De commissie heeft in 2013 236 amendementen beoordeeld: hierover zijn 180 nadere positieve besluiten genomen: - 130 substantiële amendementen (71 WMO-geneesmiddelenonderzoeken en 59 overige WMO-onderzoeken); - 50 substantiële amendementen aangaande de toevoeging van deelnemende centra (29 WMO-geneesmiddelenonderzoeken en 21 overige WMO-onderzoeken); tevens zijn 56 niet-substantiële amendementen ter kennisgeving aangenomen (40 WMO-geneesmiddelenonderzoeken en 16 overige WMO-onderzoeken). Een aanzienlijk deel van de werkbelasting van het dagelijks bestuur bestaat uit de beoordeling van amendementen. Het aantal beoordeelde amendementen is aanzienlijk lager dan het aantal in 2012 (in totaal 309 amendementen). Een mogelijke verklaring hiervoor is dat ongeveer 94 beoordelingen van amendementen nog in behandeling cq. ingetrokken waren op 31-12-2012. Negatieve nadere besluiten De commissie heeft in 2013 geen negatieve nadere besluiten met betrekking tot amendementen op WMO-onderzoek uitgebracht.
14
4.3 SUSAR’s, SA(D)E’s en art. 10 lid 1 WMO-notificaties Een SUSAR is een Suspected Unexpected Serious Adverse Reaction, een vermoeden van een onverwachte ernstige bijwerking, bij geneesmiddelenonderzoek. Een SAE is een Serious Adverse Event, een ongewenst ernstig voorval. Een SADE is een Serious Adverse Device Event, een ongewenst ernstig voorval bij een studie met een medisch hulpmiddel. Een linelisting is een periodieke overzichtslijst van SAE’s dan wel SUSAR’s. Alle meldingen worden door het dagelijks bestuur van de commissie beoordeeld. De commissie heeft in 2013 in totaal 748 meldingen binnengekregen: individuele SUSAR’s (incl. follow-up meldingen), SAE’s en line-listings van SUSAR’s en SAE’s. Dit betreffen: 436 (follow-up’s van) SUSAR’s (waarvan geen meldingen via ToetsingOnline) – hiervan zijn 159 meldingen beoordeeld in 2013; 275 SA(D)E’s (waarvan 264 meldingen via ToetsingOnline) – hiervan zijn 269 meldingen beoordeeld in 2013; 37 line-listings – hiervan zijn 2 meldingen beoordeeld in 2013; Ter vergelijking, in 2012 zijn er in totaal 856 meldingen beoordeeld. De gemiddelde beoordelingstermijn van de SA(D)E’s via ToetsingOnline was 11 dagen. Door onderbezetting van het ambtelijk secretariaat en het dagelijks bestuur heeft de commissie de ontvangst van 318 meldingen pas in 2014 kunnen bevestigen. De commissie heeft in 2013 geen artikel 10 lid 1 WMO-notificatie ontvangen, dat wil zeggen een melding van een in noemenswaardige mate voor de proefpersonen ongunstiger verloop van het onderzoek dan in het onderzoeksprotocol was voorzien. 4.4 Opschortingen en voortijdige beëindigingen Er zijn in 2013 10 WMO-onderzoeken, waarin reeds proefpersonen waren geïncludeerd, voortijdig beëindigd. Redenen voor de voortijdige beëindigingen waren: de interimanalyse gaf genoeg resultaten om de conclusies te kunnen trekken; problemen met de tijdsplanning; problemen met de werving; een te laag c.q. lager dan voorzien aantal geïncludeerde proefpersonen; technische en logistieke problemen; het niet verkrijgen van internationale goedkeuring; vertrek van de hoofdonderzoeker; gebrek aan effectiviteit; melding van een potential serioous breach of GCP. Bij 2 onderzoeken is in 2013 door de onderzoekers besloten om reeds positief beoordeelde onderzoeken, waarin nog geen proefpersonen waren geïncludeerd, niet op te starten. Er zijn in 2013 geen opschortingen van positief beoordeelde WMO-studies geweest. 4.5 Voortgangs-, veiligheids- en eindrapportages Het positief besluit over een WMO-onderzoek wordt afgegeven voor een jaar, gerekend vanaf de dagtekening van het besluit. Dit betekent dat jaarlijks een voortgangsrapportage dient te worden aangeleverd door de onderzoekers. Na beëindiging van het WMOonderzoek dient de einddatum te worden doorgegeven en een eindrapportage te worden aangeleverd. In 2013 zijn er in totaal ongeveer 259 rapportages aangeleverd: 117 voortgangsrapportages; 37 developmental safety update reports (DSUR’s): dit zijn jaarlijkse veiligheidsrapportages bij WMO geneesmiddelenonderzoek; 105 eindrapportages, meldingen van beëindiging van de studie cq. publicaties. Ter vergelijking, het totale aantal in 2012 was 278 rapportages: 138 voortgangsrapportages, 28 jaarlijkse veiligheidsrapportages en 112 eindrapportages. 15
4.6 Beoordelingstermijnen De beoordelingstermijn vangt aan bij ontvangst van het onderzoeksdossier en wordt opgeschort indien de commissie een reactie verlangt van de onderzoekers. A. Beoordelingstermijnen WMO-geneesmiddelenonderzoek De commissie heeft in totaal 25 besluiten over WMO-geneesmiddelenonderzoek genomen (23 positieve en 2 negatieve besluiten). De wettelijke beoordelingstermijn is maximaal 60 dagen. De gemiddelde beoordelingstermijn van de commissie was in 2013 55 dagen. De commissie heeft de wettelijke beoordelingstermijn van 60 dagen 3 maal overschreden, waarvan 2 maal met toestemming voor de overschrijding van de onderzoeker. De minimale beoordelingstermijn was 33 dagen, de maximale termijn 99 dagen. Ter vergelijking: in 2012 was de gemiddelde beoordelingstermijn 41 dagen. De gemiddelde beoordelingstermijn was in 2013 met 55 dagen hoger dan de daaraan voorafgaande jaren. De voornaamste reden hiervoor is dat de commissie te maken heeft gehad met een onderbezetting in de bezetting van cq. personele wijzigingen in het (ambtelijk) secretariaat en het dagelijks bestuur. De gemiddelde totale beoordelingstermijn vanaf de indiening van een geneesmiddelenonderzoeksvoorstel tot de afgifte van het besluit (dus inclusief de tijd dat het dossier bij de onderzoekers lag) was in 2013 120 dagen. Dit betekent dat onderzoekers gemiddeld 65 dagen nodig hadden om op vragen of opmerkingen van de commissie te reageren. B. Beoordelingstermijnen overig WMO-onderzoek De commissie heeft in totaal 86 besluiten over overig WMO-onderzoek genomen (84 positieve en 2 negatieve besluiten). De wettelijke termijn is 56 dagen, deze termijn mag eenmaal verlengd worden met een redelijke termijn (56 dagen). De termijn is daarmee maximaal 112 dagen. Deze termijn is in 2013 nooit overschreden. Bij 59 beoordelingen was het voor de commissie nodig om de beoordelingstermijn van 56 dagen te verlengen met een redelijke termijn. De gemiddelde beoordelingstermijn van deze categorie was in 2013 voor de commissie 74 dagen. De minimale termijn was 14 dagen, de maximale termijn 110 dagen. Ter vergelijking: in 2012 was de gemiddelde beoordelingstermijn 44 dagen. De gemiddelde beoordelingstermijn was in 2013 met 74 dagen aanzienlijk hoger dan de daaraan voorafgaande jaren. De voornaamste reden hiervoor is dat de commissie te maken heeft gehad met een onderbezetting in de bezetting van cq. personele wijzigingen in het (ambtelijk) secretariaat en het dagelijks bestuur. Daarnaast signaleert de commissie dat de (methodologische) kwaliteit van het ingediende onderzoek (met name het investigatorinitiated onderzoek) vaak van een dermate laag niveau was, dat er veel correspondentie met de onderzoekers nodig en meerdere plenaire besprekingen door de commissie nodig waren alvorens de commissie tot haar oordeel kon komen. De gemiddelde totale beoordelingstermijn van indiening van een onderzoeksvoorstel tot afgifte van het besluit (dus inclusief de tijd dat het dossier bij de onderzoekers lag) was in 2013 145 dagen. De onderzoekers hadden dus gemiddeld 71 dagen nodig om op vragen of opmerkingen van de commissie te reageren. C. Beoordelingstermijnen (substantiële) amendementen WMO-onderzoek Een substantieel amendement op een WMO-geneesmiddelenonderzoek dient binnen 35 dagen behandeld te worden. De beoordelingstermijn van de substantiële amendementen (inclusief toevoegingen van deelnemende centra) op een WMO-geneesmiddelenonderzoek was in 2013 gemiddeld 31 dagen (voor in totaal 100 nadere besluiten). De commissie heeft de beoordelingstermijn van 35 dagen bij 20 substantiële amendementen overschreden, 16
waarvan 11 keer met toestemming voor de overschrijding van de onderzoeker. De minimale beoordelingstermijn was 2 dagen, de maximale termijn 75 dagen. De beoordelingstermijn van een amendement op overig WMO-onderzoek en van een nietsubstantieel amendement op een WMO-geneesmiddelenonderzoek is 56 dagen, deze termijn mag eenmaal verlengd worden met een redelijke termijn (56 dagen). Aan de indiener hoeft geen toestemming te worden gevraagd voor deze verlenging. De termijn is daarmee maximaal 112 dagen. De beoordelingstermijn van substantiële amendementen (inclusief toevoegingen deelnemende centra) op WMO-onderzoek was in 2013 gemiddeld 55 dagen (voor in totaal 80 nadere besluiten). De beoordelingstermijn van niet-substantiële amendementen op WMO-onderzoeken was gemiddeld 37 dagen (voor in totaal 16 amendementen). Bij 35 overige WMO-beoordelingen was het voor de commissie nodig om de beoordelingstermijn van 56 dagen te verlengen met een redelijke termijn. De commissie heeft de beoordelingstermijn van 112 dagen 3 maal overschreden. De minimale beoordelingstermijn was 3 dagen, de maximale termijn 132 dagen. De beoordelingstermijn van een niet-substantieel amendement op een WMOgeneesmiddelenonderzoek was in 2013 gemiddeld 35 dagen (voor in totaal 40 amendementen). De commissie heeft de beoordelingstermijn van 112 dagen nooit overschreden. De minimale beoordelingstermijn was 1 dag, de maximale termijn 111 dagen. 4.7 Administratief beroep De commissie heeft in 2014 vernomen dat er eind 2013 1 administratief beroepschrift bij de CCMO is ingediend tegen een door de METC azM/UM genomen negatief besluit over een WMO-geneesmiddelenonderzoek. Dit beroepschrift was zodoende nog in behandeling op 31-12-2013.
17
5.
Overige werkzaamheden
5.1 Niet-WMO plichtig onderzoek De commissie kan advies uitbrengen aan de Raad van Bestuur van het Maastricht UMC+ of aan het azM dan wel Maastricht University gelieerde instellingen, over medischwetenschappelijk onderzoek met mensen dat niet onder de reikwijdte van de WMO valt (hierna te noemen: niet WMO-plichtig onderzoek), en dat geheel of gedeeltelijk zal worden uitgevoerd in of met medewerking van (medewerkers van) het Maastricht UMC+. De commissie geeft dan een inhoudelijk advies over het onderzoeksvoorstel. De commissie gebruikt voor de advisering over deze onderzoeksvoorstellen onder meer bepalingen uit de Wet bescherming persoonsgegevens, de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst en de gedragscodes van de Federatie van medischwetenschappelijke verenigingen: de Code Goed Gedrag (Gedragscode gezondheidsonderzoek met gegevens) en de Code Goed Gebruik (Gedragscode verantwoord omgaan met lichaamsmateriaal ten behoeve van wetenschappelijk onderzoek). Indien het evaluatie van reguliere zorg of niet-medisch-wetenschappelijk onderzoek betreft, neemt de commissie deze voorstellen niet in behandeling. Daarnaast adviseert de commissie desgevraagd onderzoekers uit cq. Raden van Bestuur van instellingen die onder de werkkring van de METC vallen over de vraag of wetenschappelijk onderzoek wel of niet WMO-plichtig onderzoek betreft. In dat geval volgt er geen daadwerkelijke inhoudelijke advisering over een niet-WMO plichtig onderzoeksvoorstel, maar alleen de mededeling dat het niet-WMO plichtig onderzoek betreft. In tabel 5 is het totaal aantal in 2009 t/m 2013 uitgebrachte adviezen inzake niet-WMO plichtig onderzoek vermeld. Dit overzicht omvat voor de genoemde jaren tevens de in het daaraan voorafgaande jaar ingediende onderzoeksvoorstellen, die op 31 december van het daaraan voorafgaande jaar nog in behandeling waren en waarvan de beoordeling in het genoemde jaar is afgerond.
Tabel 5 Totaal aantal adviezen niet-WMO plichtige onderzoeken, uitgebracht in 2009-2013 Aantal beoordeelde dossiers A. Aantal positieve adviezen niet-WMO plichtig onderzoek B. Aantal niet in behandeling genomen adviesaanvragen niet-WMO plichtig onderzoek
2013
2012
2011
2010
2009
77
141
124
110
81
34
24
17
14
42
Uit tabel 5 blijkt dat er in 2013 77 positieve adviezen niet-WMO plichtig onderzoek door de commissie zijn uitgebracht, ten opzichte van 141 in 2012. Het totaal aantal uitgebrachte adviezen is ten opzichte van 2012 dus flink gedaald met 45%. Het aantal ingediende niet-WMO plichtige onderzoeksvoorstellen is echter slechts 1 onderzoeksvoorstel minder dan in 2012. De reden dat er minder adviezen zijn afgegeven, is dat zeer veel adviesaanvragen (81) op 31-12-2013 nog in behandeling waren bij de commissie. De advisering over niet-WMO plichtig onderzoek betekent de laatste jaren een steeds grotere werkbelasting van het dagelijks bestuur en het ambtelijk secretariaat. De commissie heeft in 2013 34 adviesaanvragen niet-WMO plichtig onderzoek niet in behandeling genomen. Redenen hiervoor waren dat het ging om evaluatie van reguliere patiëntenzorg, het geen medisch of geen wetenschappelijk onderzoek betrof, het een niet-WMO plichtig onderzoek was dat zou gaan plaatsvinden in een andere instelling dan het azM of de UM, het een onderzoek buiten Nederland betrof ofwel ging om een amendement op een lopend WMO-onderzoek. 18
Er werden door onderzoekers 23 onderzoeken ingediend als niet-WMO plichtig onderzoek, waarvan het dagelijks bestuur oordeelde dat dit wel WMO-plichtig onderzoek betrof. In 19 gevallen heeft de commissie de onderzoeksvoorstellen geseponeerd, nadat zij de indiener een aantal malen had verzocht een reactie te geven en reactie vervolgens uitbleef, of hebben de onderzoekers de onderzoeksvoorstellen ingetrokken. De commissie heeft in 2013 geen negatieve adviezen over niet-WMO plichtige onderzoeksvoorstellen uitgebracht. Er waren 83 adviesaanvragen niet-WMO plichtig onderzoek, ingediend in 2013, op 31-12-2013 nog in behandeling. Aangezien de advisering over niet-WMO plichtig onderzoek niet wettelijk is gereguleerd, bestaan hiervoor geen wettelijke beoordelingstermijnen. 5.2 Embryowet Op grond van artikel 5 lid 3 van de Embryowet diende de METC tot 27 september 2013 toestemming te geven voor alle donaties van geslachtscellen bij invasieve ingrepen (een donoreicel IVF-ingreep). Sinds de wijziging van de Embryowet per 27-09-2013 is de toetsing van donaties van geslachtscellen bij invasieve ingrepen afgeschaft voor zover het gaat om de terbeschikkingstelling van geslachtscellen voor zwangerschap. De METC heeft sindsdien alleen een taak als de geslachtscellen ter beschikking worden gesteld voor wetenschappelijk onderzoek. Er is in 2013 1 beoordeling geweest in het kader van de Embryowet. Dit betrof een terbeschikkingstelling van geslachtscellen voor zwangerschap. Deze beoordeling was positief. Ter vergelijking: ook in 2012 was er bij de commissie 1 soortgelijke positieve beoordeling in het kader van de Embryowet. 5.3 Wet foetaal weefsel Het is de wens van het parlement, bevestigd door de werkgroep die in december 2012 het Modelreglement Terbeschikkingstelling van foetaal weefsel heeft aangepast, dat wetenschappelijk onderzoek met foetaal weefsel uitsluitend wordt uitgevoerd als een erkende medisch-ethische toetsingscommissie daarover positief heeft geoordeeld. De commissie heeft in 2013 één adviesaanvraag inzake een wetenschappelijk onderzoek met foetaal weefsel, die in 2012 was ontvangen, positief beoordeeld. 5.4 Klachten, WOB-verzoeken en dwangsommen De commissie heeft in 2013 geen klachten over het functioneren van de commissie (in de zin van de klachtenregeling van de commissie), of officiële WOB-verzoeken (verzoeken tot openbaarmaking van stukken in het kader van de Wet openbaarheid van bestuur) ontvangen. In 2013 heeft zich geen situatie voorgedaan in de zin van de Wet dwangsom en beroep bij niet tijdige beslissingen. Als gevolg van deze wet kunnen indieners de METC een dwangsom opleggen als de METC zich niet aan haar wettelijke beoordelingtermijnen houdt.
19
6.
Algemene zaken
6.1 Kwaliteitsbeleid en scholing Voorzitters- en secretarissenoverleg METC’s en overleg NVMETC De voorzitter van de commissie heeft in 2013 éénmaal deelgenomen aan een voorzittersoverleg tussen de voorzitters van de METC’s in Nederland en de CCMO. Daarnaast is hij, samen met een commissielid, aanwezig geweest bij een extra voorzittersoverleg over de Europese verordering betreffende klinische proeven met geneesmiddelen voor menselijk gebruik. De secretarissen zijn aanwezig geweest bij twee overleggen van de secretarissenwerkgroep, bestaande uit de secretarissen van de CCMO en METC’s in Nederland. Tevens zijn zij aanwezig geweest bij het NVMETCsecretarissenoverleg van de Nederlandse Vereniging van METC’s. Presentaties In 2013 zijn er namens de commissie de volgende presentaties gegeven voor externen: “METC”, Basiscursus regelgeving en organisatie voor klinisch onderzoekers (BROK), Clinical Trial Center Maastricht, 31-01-2013, 04-06-2013 en 10-10-2013, mw. mr. R.C.W. van Gils; “Research Ethics Committee”, Course Basic Resarch Ethics in de Researchmaster van de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences, Maastricht University, 09-04-2013, mw. mr. R.C.W. van Gils. Scholing Nieuwe leden worden in een inwerkgesprek met de secretarissen op de hoogte gesteld van de inhoud van de WMO en het METC-werk. In jaargesprekken en termijngesprekken met de (vice-)voorzitter en secretarissen wordt aandacht besteed aan individuele scholingswensen. Zie verder paragraaf 1.2 van dit jaarverslag. Aan scholing van de zittende METC azM/UMleden wat betreft landelijke ontwikkelingen wordt aandacht besteed aan het begin van de plenaire vergaderingen en in de algemene vergaderingen van de METC. Eén METC-lid, de voorzitter en één secretaris hebben in 2013 de NVMETC-scholingsdagen voor METC-leden in Eindhoven of Utrecht gevolgd. Eén internist in opleiding tot klinisch farmacoloog en één juridisch stagiaire hebben een aantal vergaderingen van de METC bijgewoond. Gesprekken Er hebben in 2013 driemaal maal gesprekken plaatsgevonden tussen een afvaardiging van de commissie en onderzoekers. Deze gesprekken dienden tweemaal ter verduidelijking van vragen/procedures rondom in behandeling zijnde onderzoeksvoorstellen, en ging éénmaal over de door een afdeling te treffen maatregelen naar aanleiding van een specifieke SAEmelding. Een afvaardiging van de commissie heeft in 2012 op verzoek van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) deelgenomen aan een gesprek met een delegatie uit het azM over de goedkeuring en uitvoering van een onderzoek met betrekking tot bariatrische chirurgie bij kinderen in het azM. In 2013 heeft de commissie van de IGZ vernomen welke acties er zijn ondernomen naar aanleiding van dit gesprek. De commissie heeft in 2013 deelgenomen aan een proef van het CTCM met betrekking tot de ontwikkeling van een risicoclassificatie in het Maastricht UMC+. Digitalisering In december 2013 is er gestart met de voorbereidingen voor het project digitalisering van de WMO-onderzoeksdossiers van de METC azM/UM. Hiertoe wordt binnen het platform van het document management syteem CORSA een op maat gemaakte oplossing voor de 20
commmissie gerealiseerd. Het project heeft als doel het digitaliseren van de werkprocessen en documenten van de commissie. Hierbij worden alle WMO-onderzoeksdossiers digitaal verwerkt door het ambtelijk secretariaat, kunnen de leden de onderzoeksdossiers (ook tijdens de vergaderingen) digitaal raadplegen is er sprake van een digitale afhandeling van de toetsing. 6.2 Intervisie Er heeft in 2013 geen intervisie van de NVMETC plaatsgevonden bij de METC azM/UM. 6.3 CCMO-toezicht Naar aanleiding van de conclusies en aanbevelingen uit de in 2011 en 2012 bij de METC azM/UM uitgevoerde CCMO-toezichtsactie over de kwaliteit van de beoordeling van veiligheidsinformatie door METC’s, bij investigator-initiated interventieonderzoek, heeft de commissie in 2013 de volgende actie ondernomen. De commissie heeft ten aanzien van het inhoudelijke verbeterpunt ‘aanscherping van de klinisch-farmacologische beoordeling van het onderzoeksproduct‘ een handreiking voor onderzoekers geschreven voor het opstellen van een korte Investigator’s Brochure. 6.4 Financiën Het exploitatie-overzicht van de METC over 2013 bedroeg € 429.909,-. De METC heeft € 189.000,- ontvangen aan vergoedingen voor beoordeling van derde geldstroomonderzoek. Het azM, de FHML en de FPN hebben in 2013 in totaal € 240.909,- bijgedragen aan de METC. Voor de advisering over niet-WMO plichtig onderzoek en de beoordeling van (substantiële) amendementen worden geen kosten berekend.
21
Bijlage I: Overzicht beoordeelde WMO-onderzoeken METCnummer
NL-nummer
Titel onderzoek
13-2-006
42918.068.12
12-2-058
41309.068.12
12-2-036
40644.068.12
11-2-028
36215.068.11
13-2-033
45118.068.13
13-2-027
44588.068.13
12-2-075
42617.068.12
Human colon ischemia and reperfusion PILE STOP study (Prospective Internationa triaL. Evaluating Stapling Technique versus Open Procedure). A prospective single-blinded randomized multi-center trial comparing the clinical efficacy and patient acceptability of circular stapled haemorrhoidopexy (Longo's technique) with open haemorrhoidopexy (Pakravan's technique) PROMOTION-trial: A PROspective randomized Multicenter trial for the treatment of dislocated 3-part proximal humerus fractures: Open reduction and internal fixaTION versus intramedullary nailing The ORANGE II PLUS-Trial: An international multicentre randomised controlled trial of open versus laparoscopic hemihepatectomy Multimodality prediction of success of atrial fibrillation rhythm control strategy The effect of PTA & stenting on intravenous pressure in deep venous obstructive disease before, after and during ambulation on a treadmill - Pilot study Efficacy of aqua cycling on pain and physical function in patients with early knee osteoarthritis
13-1-046
43381.068.13
11-2-079
37700.068.13
13-2-042
44127.068.13
13-1-054
44681.068.13
13-1-006
42011.068.13
13-1-058
42957.068.13
13-2-043
44760.068.13
13-2-009
43322.068.13
A survey on the effects of transplantation on cardiovascular and nutritional state, and physical activity Carotid Baroreflex Activation and its effect on the chemoreflex Study Risk Factor for Microscopic Colitis: A Dutch Case-Control Study Assessment of the AB HiFocusTM Mid Scala electrode movement using Cone beam imaging following cochlea implantation Key contributors to successful bimodal fitting The Baha Microbiome Case Control AStudy – A Molecular Bacterial Profile Of The Baha. Part 1 of the Baha Microbiome Study Ultra-high field fMRI of subcortical auditory structures in patients with tinnitus Cue exposure training for overweight children
Verrichter (opdrachtgever)
Afdeling
azM
Algemene Heelkunde
azM
Algemene Heelkunde
azM
Algemene Heelkunde
azM
Algemene Heelkunde
azM
Cardiologie
azM
Cardiothoracale Chirurgie
azM
Fysiotherapie
azM
Interne Geneeskunde
azM
Interne Geneeskunde
azM
Interne Geneeskunde
azM
Keel-, Neus- en Oorheelkunde Keel-, Neus- en Oorheelkunde
azM
Keel-, Neus- en Oorheelkunde
azM
Keel-, Neus- en Oorheelkunde
azM
Kindergeneeskunde
azM
22
METCnummer
NL-nummer
Titel onderzoek
Verrichter (opdrachtgever)
Afdeling
azM
Klinische Genetica
azM
Longziekten
azM
Longziekten
azM
Neurochirurgie
azM
Neurologie
azM
Neurologie
13-2-010
43048.068.13
12-1-095
42846.068.12
13-2-040
45056.068.13
13-2-005
42613.068.12
12-2-077
41952.068.12
13-2-023
44313.068.13
13-2-001
42486.068.12
Long-term safety of preimplantation genetic diagnosis. Follow-up of 5-year old children born after PGD Assessment of the bioavailability of phenolics from an orange peel extract Intestinal Permeability during Respiratory insufficiency in patients with acute exacerbation of COPD (InPResCO) Ultra-high field imaging of the corticostriato-subthalamic functional and structural connectivity to improve deep brain stimulation surgery in Parkinson's disease patients Blood-brain barrier in cerebral small vessel disease Efficacy, safety and tolerability of lacosamide in patients with gain-offunction Nav1.7 mutations related small fiber neuropathy: a randomized, doubleblind, placebo controlled, crossover trial Female subfertility: a first sign of metabolic and cardiovascular anomalies?
azM
Obstetrie & Gynaecologie
12-2-070
41273.068.12
Magnetic Resonance Imaging to diagnose endometriosis using Ablavar® as contrast agent - a feasibility study azM
Obstetrie & Gynaecologie
12-2-007
42463.068.12
12-2-073
42312.068.12
12-3-068
41680.068.12
12-2-072
41929.068.12
13-2-024
44475.068.13
13-2-036
44496.068.13
13-2-015
43466.068.13
12-2-034
38120.068.12
The ESCRS PREMED study. PREvention of Macular Edema after cataract surgery Trabeculectomy with Ologen® Research protocol-Pilot Cognition and affect after stroke: a prospective evaluation of risks (CASPER) Novel Self-management Techniques for Early Expression of Psychopathology: An Experimental Study Linking Neural and Mental State Reactivity Phenotypes (Smartscan) PrepAD Study: Prepare for Alzheimer Dementia. An evaluation of the feasibility of an online self-management program for spousal caregivers of patients with (very) early-stage dementia including prodromal dementia (Mild Cognitive Impairment due to AD) Blood-Brain Barrier permeability quantification in Cerebral Vessel Disease, reproducibility of dynamic contrast-enhanced MRI
azM
Oogheelkunde
azM
Oogheelkunde
azM
Psychiatrie & Psychologie
azM
Psychiatrie & Psychologie
azM
Psychiatrie & Psychologie
azM
Radiologie
Molecular imaging of plaque vulnerability using 18F-choline PET-CT and MRI in carotic artery atherosclerosis patients azM Tracking of dietary fatty acids in liver and muscle by 1H-{13C} magnetic resonance spectroscopy azM
Radiologie Radiologie
23
METCnummer
NL-nummer
13-3-002
43244.068.13
12-3-075
42882.068.12
12-3-076
42855.068.12
13-3-015
43078.068.12
Titel onderzoek Mont Blanc: where red meets white: The effect of altitude on thrombin generation Ticagrelor to inhibit thrombogenicity of juvenile platelets Wat is het effect van inspanning op de hemostase in het lichaam Incremental value of Heart-type Fatty Acid-Binding Protein (H-FABP) in evaluating patients presenting with symptoms possibly matching acute coronary syndrome in primary care (RAPIDA study)
13-3-034
44597.068.13
13-3-042
44203.068.13
13-3-006
42626.068.13
12-3-071
42580.068.12
Supporting primary care in diagnosis and choice of treatment for patients with psychosocial symptoms: SGE-PsyScan (Cost-) effectiveness of a MultiComponent Intervention for adults with epilepsy: a Dutch randomized controlled trial Cross-sectional study on the identification and characterization of community-dwelling older people with sarcopenia RCT: Interactive Tool for Selfmanagement through Lifestyle Feedback! (aimed at COPD and Diabetes type 2 patients in primary care)
13-3-007
43205.068.13
Adipose tissue function in obesity and breast cancer; the miRaculous study
12-3-061
42676.068.12
13-3-003
43302.068.13
13-2-030
13-3-008
Verrichter (opdrachtgever)
UM
Afdeling Department of Biochemistry Department of Biochemistry Department of Biochemistry
UM
Department of Family Medicine
UM
Department of Family Medicine
UM
Department of Health Services Research
UM
Department of Health Services Research
UM
Department of Health Services Research
UM
Department of Human Biology
UM
Department of Human Biology
UM UM
44572.068.13
Effect of different weight-loss methods on gut-brain interactions Effects of acute elevation of circulating fatty acids on skeletal muscle lipid accumulation and metabolism in healthy lean young men Preservation of metabolic flexibility by acetylcarnitine formation
UM
Department of Human Biology Department of Human Biology
43054.068.13
Prevention of diabetes through lifestyle intervention and population studies in Europe and around the world
UM
Department of Human Biology
UM
Department of Human Biology
UM
Department of Human Biology
13-3-037
45645.068.13
13-3-010
43613.068.13
13-3-022
44507.068.13
13-3-040
41586.068.12
13-3-014
43759.068.13
The effect of cold acclimation on human brown adipose tissue - a comparative study in obesity and type 2 diabetes The effects of 'HealthBread4Kids' (HB), vs. Brown Bread (BB) in overweight Young adults The effects of rectal administration of SCFA on human substrate and energy metabolism The fate of incomplete amino acid metabolism in type 2 diabetes The glycemic index of different grain based foods in healthy volunteers
UM
UM UM UM
Department of Human Biology Department of Human Biology Department of Human Biology
24
METCnummer
NL-nummer
13-3-018
43929.068.13
13-3-029
44774.068.13
13-3-041
45723.068.13
12-3-065
42545.068.12
13-3-024
44582.068.13
13-3-045
45958.068.13
12-3-058
42489.068.12
Titel onderzoek The relation between fat free mass, motivation and performance on strength-, and fitness-related exertion The role of bile acids in human brown adipose tissue metabolism The time trial performance of different carbohydrate rich foods in healthy volunteers
Verrichter (opdrachtgever)
Afdeling
UM
Department of Human Biology Department of Human Biology
UM
Department of Human Biology
UM
Detecting Musculoskeletal Parameters by Magnetic Resonance Imaging for Biomechanical Models UM Nocturnal muscle protein synthesis after neuromuscular electrical stimulation in elderly men UM Postprandial muscle protein synthesis following wheat protein ingestion in vivo in humans UM Protein feeding prior to sleep as a dietary strategy to improve postexercise recovery and muscle mass in young and elderly men UM
Department of Human Movement Sciences Department of Human Movement Sciences Department of Human Movement Sciences Department of Human Movement Sciences
12-3-059
42470.068.12
13-3-023
44547.068.13
Skeletal muscle atrophy in elderly hip surgery patients during hospital admission The effect of Creatine Supplementation on Muscle Loss During Immobilisation
UM
Department of Human Movement Sciences Department of Human Movement Sciences
42551.068.12
The impact of Gender, Inactivity and Obesity on basal and postprandial muscle protein synthesis. The GIO study UM
Department of Human Movement Sciences
46530.068.13
The impact of habitual dietary protein intake on the anabolic response in elderly men
UM
Department of Human Movement Sciences
UM
Department of Human Movement Sciences
UM
Department of Internal Medicine
UM
Department of Internal Medicine
UM
Department of Internal Medicine
12-3-063
13-3-050
12-3-067
42878.068.12
13-2-037
45176.068.13
13-3-001
42988.088.13
13-3-031
44235.068.13
13-2-050
45498.068.13
13-2-025
44428.068.13
13-3-019
43456.068.13
The manipulation of dietary protein intake on the ana-bolic response in healthy young men (Pro-Adapt) Assessment of normal values of Esophagogastric Junction (EGJ) Distensibility in healthy volunteers Assessment of the effects of gastric degradation-protected pea protein extract on mucosal satiety hormone release by human duodenal tissue Effects of aldosterone antagonism on insulin-mediated microvascular function in subjects with the metabolic syndrome Invloed van minder zitten op glucoseregulatie bij mensen met diabetes mellitus type 2 The effect of bitter, umami and sweet tastants on food intake The effect of hesperidin administration on endothelial function and gut barrier function
UM
UM
Department of Internal Medicine Department of Internal Medicine
UM
Department of Internal Medicine
UM
25
METCnummer
NL-nummer
13-3-016
43972.068.13
13-2-007
43266.068.13
13-3-026
Titel onderzoek The effects of the synbiotic Ecologic 825/scFOS on intestinal barrier function and immune modulation (Voorheen: The effects of the synbiotic Ecologic 825/scFOS and of Lactobacillus rhamnosus GG on intestinal barrier function and immune modulation) Verhoogde trombogeniciteit bij patiënten met atherosclerose in het perifere arteriele vaatstelsel van de onderste extremiteiten: een nested case-controle pilot studie
Verrichter (opdrachtgever)
Afdeling
UM
Department of Internal Medicine
UM
Department of Internal Medicine
UM
Department of Neuropsychology & Psychopharmacology
44859.068.13
More creative on cocaine?
12-3-060
42465.068.12
The role of the 5-HT2a receptor in MDMA-induced effects on social cognition and prosocial behaviour
UM
Department of Neuropsychology & Psychopharmacology
13-2-032
43949.068.13
Prevent CardioKids
UM
Department of Pediatrics
13-3-009
43260.068.13
UM
Department of Psychiatry & Neuropsychology
12-3-064
42701.068.12
UM
Department of Psychiatry & Neuropsychology
12-3-066
42752.068.12
UM
Department of Psychiatry & Neuropsychology
12-3-070
41493.068.12
13-3-004
42638.068.13
13-3-021
44004.068.13
13-3-013
43649.068.13
13-3-017
43845.068.13
13-3-036
45483.068.13
12-3-069
42699.068.12
12-3-077
42965.068.12
Acceptance and Commitment Therapy in daily life: An exploratory study Cognitive phenotypes in Parkinson's Disease: Anatomical and functional correlates Distinguishing awareness deficits after acquired brain injury: Validation of a clinical assessment tool in a Dutch sample Interoceptive fear conditioning and generalization to respiratory sensations in panic disorder patients and healthy controls Reward Sensitivity and Stress Vulnerability. A pilot study Stralingsmeter gecontroleerde elektrofysiologische reactiviteit (EEG en ECG) ten gevolge van mobiele telefoonstraling The effectiveness of an online cognitive intervention program ('Houd uw brein vitaal') in healthy adults, a randomized controlled trial Determination of the sleep improving effects of phenolics from an orange peel extract SCFA production and their metabolic effects after inulin ingestion Effects of anticoagulants or procoagulants on thrombin generation in PPP, PRP and whole blood Testing of an instrument to assess armhand skilled performance in healthy children, children with cerebral palsy and adult stroke patients
UM
Department of Psychiatry & Neuropsychology Department of Psychiatry & Neuropsychology
UM
Department of Psychiatry & Neuropsychology
UM
Department of Psychiatry & Neuropsychology
UM
Department of Respiratory Medicine
UM
Department of Surgery
UM
Synapse BV (CARIM)
Adelante
Adelante Kenniscentrum
UM
26
METCnummer
13-3-030
13-3-025
13-2-016
13-3-035
13-3-048
12-3-056
Verrichter (opdrachtgever)
NL-nummer
Titel onderzoek
Afdeling
44523.068.13
Effect of a training regime featuring the ITravle system on arm function and skill performance in chronic stroke patients Adelante
Adelante Onderzoek
44696.068.13
Plasticity, motor learning and functional recovery induced by client-centred taskoriented training of the upper extremity in tetraplegia: a pilotstudy Adelante
Adelante Revalidatiecentrum
43896.068.13
Prospective cohort study of COPD patients from Maas-tricht area: the Maastricht COPD Cohort (MCC)
CIRO+ B.V.
Longziekten
45127.068.13
Neuropsychologisch functioneren van COPD patiënten en de invloed hiervan op de gezondheidsstatus, dagelijks functioneren en de uitkomsten van longrevalidatie
CIRO+ B.V.
Program Development Centre
46018.068.13
Evalueren van complexe interventies: Meergezinsbehandeling (MFT) bij veteranen
Reinier van Arkelgroep
Locatie Den Bosch
40415.068.12
A Randomised phase III trial comparing a strategy based on molecular analysis to the empiric strategy in patients with carcinoma of an unknown primary (CUP) The à la carte Cup for T for TOO Trial (A la carte CUP Treatment using the TOO test)
VieCuri Medisch Centrum voor NoordInterne Geneeskunde / Limburg Oncologie
13-1-084
45162.068.13
13-3-033
44887.068.13
Protocol CV185220: Assessement of an Education and Guidance programme for Eliquis Adherence in Non-Valvular Aterial Fibrillation (AEGEAN) Industrie A randomized, double-blinded, placebo controlled, four-period, cross-over study to evaluate the cognitive effects of single oral administration of roflumilast in aging-related memory impairment Industrie
43042.068.13
A Double-Blind, Randomized, PlaceboControlled, Parallel, Dose-Ranging Study to Evaluate the Efficacy and Safety of PF00547659 in Patients with Moderate to Severe Ulcerative Colitis (TURANDOT) Industrie
Interne Geneeskunde
43060.068.13
A multicenter open-label extension study to assess long-term safety of PF00547659 in subjects with ulcerative colitis (TURANDOT II)
Industrie
Interne Geneeskunde
45022.068.13
A Non-randomised, Open-label, Sequential, Three-part, Phase I Study to Assess the Effect of Itraconazole (a CYP3A4 Inhibitor) on the Pharmacokinetics of Olaparib Following Oral Dosing of a Tablet Formulation, and to Provide Data on the Effect of Olaparib on QT Interval Following Oral Dosing of a Tablet Formulation to Patients with Advanced Solid Tumours
Industrie
Interne Geneeskunde
13-1-004
13-1-005
13-1-069
Cardiologie
Department of Psychiatry & Neuropsychology
27
METCnummer
13-1-077
13-1-078
13-1-032
12-1-089
13-1-067
12-1-085
12-1-087
13-1-003
NL-nummer
Titel onderzoek
Verrichter (opdrachtgever)
45320.068.13
An open-label, non-randomi-sed, multicentre, compara-tive, phase I study to determine the pharmaco-kinetics, safety and tole-rability of Olaparib following a single oral 300 mg dose to patients with advanced solid tumours and normal hepatic function or mild or moderate hepatic impairment
Industrie
Interne Geneeskunde
45346.068.13
An open-label, non-randomised, multicentre, comparative, phase I study to determine the pharmacokinetics, safety and tolerability of Olaparib following a single oral 300 mg dose to patients with advanced solid tumours and normal renal function or renal impairment
Industrie
Interne Geneeskunde
42199.068.13
An open-label, phase II, single-arm study of everolimus in combination with letrozole in the treatment of postmenopausal women with estrogen receptor positive metastatic breast cancer
Industrie
Interne Geneeskunde
42321.068.12
A phase III, Double-blind, Placebocontrolled study of Vemurafenib versus Vemurafenib plus GDC-0973 in previously untreated Braf V600mutation positive patients with unresectable locally advanced or Metastatic Melanoma
Industrie
Interne Geneeskunde
44646.068.13
A Phase 3, Randomized, Controlled Study of Cabo-zantinib (XL184) vs Everolimus in Subjects with Metastatic Renal Cell Carcinoma that has Progressed after Prior VEGFR Tyrosine Kinase Inhibitor Therapy
Industrie
Interne Geneeskunde
41871.068.12
A phase III randomized, double blind, placebo controlled study of BKM120 with fulvestrant, in postmenopausal women with hormone receptor-positive HER2-negative AI treated, locally advanced or metastatic breast cancer who progressed on or after mTOR inhibitor based treatment Industrie
Interne Geneeskunde
42262.068.12
A Randomized, Double-Blind, DoubleDummy, Active-Controlled Study to Evaluate the Efficacy and Safety of REGN727/SAR236553 in Patients with Primary Hypercholesterolemia Who are Intolerant to Statins
Industrie
Interne Geneeskunde
42944.068.13
A randomized, double-blinded, regimencontrolled, phase II, multicenter study to assess the efficacy and safety of two different vismodegib regimens in patients with multiple basal cell carcinomas Industrie
Interne Geneeskunde
Afdeling
28
METCnummer
NL-nummer
13-1-068
45021.068.13
13-1-049
44481.068.13
12-1-008
38436.068.11
12-1-083
41872.068.12
Verrichter (opdrachtgever)
Titel onderzoek A Randomised, Open-label, Three-part, Phase I Study to Determine the Effect of Food on the Pharmacokinetics of Olaparib and to Provide Data on the Effect of Olaparib on QT Interval Following Oral Dosing of a Tablet Formulation in Patients with Advanced Solid Tumours Industrie A Two-part, Randomised, Open-label, Multicentre, Phase I Study to Determine the Effect of Food on the Pharmacokinetics of Olaparib Following Single 400 mg Doses of the Capsule Formulation in Patients with Advanced Solid Tumours Industrie
Afdeling
De Brugstudie Early Feasibility Clinical Study of Gastric Electrical Stimulation (GES) for Treatment of Obesity using the Exilis™ System
Industrie
Interne Geneeskunde
Industrie
Interne Geneeskunde
Industrie
Longziekten
Industrie
Longziekten
Industrie
Neurologie
Interne Geneeskunde
Interne Geneeskunde
13-1-093
46174.068.13
13-1-060
44647.068.13
12-1-036
41107.068.12
12-1-100
41672.068.13
A Non-randomised, Open-label, Sequential, Multicentre, Two-part, Phase I Study to Assess the Effect of Rifampicin, a CYP Inducer, on the Pharmacokinetics of Olaparib Following Oral Dosing of a Tablet Formulation in Patients with Advanced Solid Tumours A phase III multicenter, randomized study of oral LDK378 versus standard chemotherapy in previously untreated adult patients with ALK rearranged (ALK-positive), stage IIIB or IV, nonsquamous non-small cell lung cancer A double-blind, randomized, multicenter, placebo-controlled, parallel group study to evaluate the efficacy and safety of fingolimod 0.5 mg administered orally once daily versus placebo in patients with chronic inflammatory demyelinating polyradiculoneuropathy (CIDP) A single arm, open label, multi-center study to evaluate the safety and performance of treatment of articular cartilage lesions located on the femoral condyle with gelrinc
Industrie
Orthopedie
43323.068.13
A prospective, Multi-centre, Open Label, Non-randomized Study of the Industrie NUsurface® Meniscus Implant
Orthopedie
13-1-009
29
Bijlage II: Gebruikte afkortingen azM CCMO CTCM DB DSUR DSMC FPN FHML Maastricht UMC+ METC METC azM/UM niet WMO-plichtig onderzoek NVMETC plv. SADE SAE SOP SUSAR UM WMO WMO-onderzoek WOB-verzoek
academisch ziekenhuis Maastricht Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek Clinical Trial Center Maastricht dagelijks bestuur van de METC azM/UM Development Safety Update Report: jaarlijkse veiligheidsrapportage bij geneesmiddelenonderzoek Data Safety Monitoring Committee Faculty of Psychology and Neuroscience, Maastricht University Faculty of Health, Medicine and Life Sciences, Maastricht University Maastricht Universitair Medisch Centrum+: hierin werken het azM en de FHML/UM samen in UMC-verband medisch-ethische toetsingscommissie medisch-ethische toetsingscommissie van het academisch ziekenhuis Maastricht en Maastricht University onderzoek dat niet onder de reikwijdte van de Wet medischwetenschappelijk onderzoek met mensen valt Nederlandse Vereniging van METC’s plaatsvervangend Serious Adverse Device Event: ernstig ongewenst voorval bij een onderzoek met een medisch hulpmiddel Serious Adverse Event: ernstig ongewenst voorval Standard Operating Procedure Suspected Unexpected Serious Adverse Reaction: vermoeden van een onverwachte ernstige bijwerking Maastricht University Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen onderzoek dat onder de reikwijdte van de Wet medischwetenschappelijk onderzoek met mensen valt verzoek tot openbaarmaking in de zin van de Wet openbaarheid van bestuur
30
Bijlage III: Colofon Tekst en data: METC azM/UM Redactie: mevr. mr. R.C.W. van Gils Datum: 25 april 2014
Contactgegevens medisch-ethische toetsingscommissie academisch ziekenhuis Maastricht / Maastricht University (METC azM/UM) Secretariaat METC azM/UM Maastricht UMC+ P. Debyelaan 25, kamer 4.R1.33 6229 HX Maastricht Postbus 5800 6202 AZ Maastricht tel: 043-3876009 fax: 043-3872923 e-mail:
[email protected] website: http://wiki.mumc.nl/medisch-ethische-toetsingscommissie
31