Tussen boeren, antropologen en spirits: leven en werken van Gerrit Jan Huizer1 Paul Hoebink Fons van der Velden In de tot nu toe zeventig jaar van zijn leven heeft Gerrit Huizer in wetenschappelijk en maatschappelijk opzicht zich intensief met een veelheid aan onderwerpen bezig gehouden. Begonnen als ontwikkelingswerker - met een sociaal-psychologische achtergrond - in gemeenschapsprojecten onder boeren en boerenorganisaties en -bewegingen in Latijns Amerika, strekte zijn werkterrein zich later ook uit naar Afrika en Azië, waarbij het debat met antropologen en 'ontwikkelaars' niet werd geschuwd. Het mondde uit in een aantal artikelen over boerenverzet en ontwikkelingsprojecten en een proefschrift over boerenbewegingen in Latijns Amerika. Vanaf 1973 opererend vanuit het Derde Wereld Centrum van de Nijmeegse universiteit schonk hij veel aandacht aan onderzoek naar plattelandsprojecten en participatie, en vooral in de tweede helft van de jaren tachtig en de jaren negentig naar het thema 'religie en spiritualiteit'. Een goed beschouwing van de ontwikkeling in het werk en leven van Gerrit Huizer, en zijn betekenis voor ontwikkelingsstudies en maatschappelijke organisaties zou een aparte, omvangrijke studie vergen. Wij doen hier daar geen poging toe. Binnen het bestek van dit vriendenboek wordt in dit laatste hoofdstuk in vogelvlucht een overzicht gegeven van enkele van de belangrijkste wetenschappelijke en maatschappelijk bijdragen uit het leven en werken van Gerrit Jan Huizer. Tussen boeren In 1954 en 1955 vertrok Gerrit Huizer eerst voor twee maanden naar China op uitnodiging van een Chinese jeugdorganisatie en daarna voor een jaar naar El Salvador om als vrijwilliger te werken in 'door de UNESCO gesteund opvoedingswerk'. Er volgden andere ervaringen als vrijwilliger in Sicilië, Mexico en Tunesië tot hij van 1961 tot 1965 voor de Economische Commissie voor Latijns Amerika van de VN ging werken om gemeenschapsontwikkelingsprojecten in de Cariben en Midden-Amerika te monitoren en evalueren. Daarna volgde werk voor de VN in landhervormingsprogramma's in Noord-Chili en medewerking aan de grote VN-landhervormingsconferentie in Rome in de zomer van 1966. Als adviseur voor de Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) van de VN op het terrein van landhervorming en boeren organisatie werkte hij daarna in Latijns Amerika (1966-1970) en in Zuidoost-Azië (1970-1972). Zijn eerste ervaringen met ontwikkelingswerk in El Salvador waren niet bovenmatig positief. Hij schreef in zijn eerste artikel: 'Aan de hand van enkele van de moeilijkheden die ik in Centraal-Amerika ontmoette, zou ik erop willen wijzen, op welke punten de bij óns gangbare wijze van aanpak schijnt te falen en wij iets van de Chinezen kunnen leren wat effectiviteit betreft' (Huizer, 1956). Enkele van de elementen die als een rode draad door het werk van Huizer lopen, komen al terug 1
Dit artikel is als hoofdstuk verschenen in het vriendenboek voor Gerrit Huizer bij zijn afscheid als hoogleraar ‘Veranderingsprocessen van de Derde Wereld’: Hoebink, P., Haude, D. & Van der Velden, F. (red.), Doorlopers en breuklijnen; Globalisering, emancipatie en verzet, Assen (Van Gorcum), 1999. De auteurs van dit hoofdstuk zijn dank verschuldigd aan Annelies Haijtink voor de ondersteuning in het bij elkaar brengen van de verschillende publikaties van Gerrit Huizer.
in dat eerste artikel: 'Ik kan niet nalaten, nu ik een jaar onder deze door luxe nog onaangeraakte mensen verkeerd heb, me met hun wensen te identificeren. Te helpen, om zo te zeggen, iedereen een kans te geven zelf uit te maken of een televisietoestel noodzakelijk is voor zijn geluk (dat is wat anders dan: iedereen een televisieapparaat), bleek me een bezigheid die de moeite waard is, en die door de geholpenen hoog gewaardeerd wordt' (idem) Mensen die in de collegezalen bij Gerrit Huizer hebben gezeten, zullen de ervaringen die volgden na El Salvador en de weerslag die zij kregen in tekst, vaak letterlijk herkennen: 'Tijdens vijftien jaar werk onder arme boeren in een aantal ontwikkelingslanden, leerde ik de ontwikkelingsproblematiek een beetje door hun bril bekijken. Wat er werkelijk aan de hand is in arme landen, ervaar je pas goed als je probeert van onderop en met mensen samen tot verbetering te komen. Het belangrijkste obstakel bij dit pogen blijkt iedere keer weer de macht en de rijkdom van een kleine elitegroep (vooral grootgrondbezitters) te zijn' (Huizer, 1978c). De jaren onder boeren mondden uit in een dissertatie (Universiteit van Amsterdam, 1970), die in het engels, spaans en nederlands werd uitgegeven, met als titel Peasant Unrest in Latin America. Its Origins, Forms of Expression and Potential. Het bijzondere van dit boek, en waarschijnlijk de belangrijkste reden van zijn succes, was dat Huizer aantoonde dat boeren in Latijns Amerika een lange traditie van strijd en verzet achter de rug hadden. Hij zou in verschillende publicaties over boerenorganisaties in Zuid- en Zuidoost-Azië parallellen met de Latijnsamerikaanse boerenbeweging aangeven. Dat was echter niet het enige. Door zijn analyse van de opkomst en ondergang van boerenorganisaties, werd zeker de Spaanse versie een soort handboek voor boerenleiders en leden van deze organisaties bij het opzetten ervan. Jaren na publicatie was het in kleine dorpen in Latijns Amerika in gebouwtjes van boerencoöperaties aan te treffen, zoals ook zijn handleiding over participatie in ontwikkelingsprojecten, een vijftiental jaren later geschreven voor de Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) van de VN, op allerlei plekken in de wereld gebruikt zou worden. Huizer constateerde onder andere dat het bestaan van contacten met stedelijke krachten en steun daarvan, de aanwezigheid van charismatische leiders en het gebruik van een escalatiestrategie de opkomst van boerenbewegingen bepaalden (Huizer, 1976, Hfst.6). Onder 'ontwikkelaars' De constatering dat er een lange periode van verzet was van boeren en dat zij zich niet door de 'cultuur van onderdrukking' hadden laten weerhouden van actie, maakte het naar voren brengen mogelijk van een tweede centraal element in het werk uit deze periode. Dat betreft de constatering dat er onder boeren geen weerstand tegen verandering is. 'Een van de dingen waar je als ontwikkelingswerker het eerst op stuit is de schijnbare apathie van de plaatselijke boerenbevolking. Die uit zich in hun geringe enthousiasme aan ontwikkelingsprojecten mee te doen. Ze blijken daar echter goede redenen voor te hebben, bij nader inzien ... De arme boeren zien te vaak dat door de overheid of hulporganisaties ondernomen projekten hoofdzakelijk ten goede komen aan invloedrijke mensen, de notabelen' (Huizer, 1978c) Dat het in het bijzonder scherpe belangentegenstellingen zijn die community development of rurale ontwikkelingsprojecten doen mislukken komt veel veelvuldig terug in de publicaties van de jaren zestig van Gerrit Huizer, in een tweede stroom van artikelen naast die over boerenverzet en -organisaties. Die belangentegenstellingen waren er in eerste instantie tussen landloze en kleine boeren aan de ene, en grootgrondbezitters aan de andere kant. Zo beschrijft hij voor de projecten in Noord-Chili dat de onder irrigatie gebrachte grond uiteindelijk in handen komt van grootgrondbezitters (Huizer 1971). Dat leidt een aantal malen tot fijnzinnige analyses van de sociaal-politieke context waarin ontwikkelingsprojecten plaats vinden, bijvoorbeeld een
theeboeren project in Huyro, Peru, waarbij hij in de jaren zeventig als adviseur was betrokken. De gang van 'wantrouwen' naar 'vertrouwen' die een ontwikkelingswerker dan moet doormaken is een kernelement. Hij beschrijft hoe al in zijn eerste ontwikkelingsproject de meest opvallende factor 'wantrouwen' was en pas na maanden contacten overwonnen kon worden. Dat wantrouwen was geworteld in het idee dat de vruchten van projecten bij de grootgrondbezitters terecht zouden komen, dat boeren alleen hun arbeid konden leveren, maar was dieper geworteld in repressie die soms tientallen jaren geleden was ondervonden (zie o.a. Huizer 1969). Ook op Sicilië had hij een zelfde wantrouwen aangetroffen onder boeren (Huizer 1962). Hij keert zich in deze publicaties tegen auteurs als bijvoorbeeld Banfield die zich keren tegen een verkeerde mentaliteit van de boeren (in het geval van Banfield (1958) amoral familism), die hen zou hinderen om politiek en maatschappelijk deel te nemen. Huizer geeft aan dat de achtergronden van het gebrek aan deelname, wel eens een weigering tot deelname kan zijn en besloten ligt in het autoritaire en repressieve klimaat waarin boeren moeten leven. Onder multinationals Na zijn verblijf in Latijns Amerika bracht Gerrit Huizer een rijke schat aan ervaringen mee naar Nederland en het Derde Wereld Centrum in het bijzonder. Op basis van zijn ervaringen in Midden-Amerika en met name Chili, waar Brits-Nederlandse ondernemingen direct en indirect betrokken waren bij het omverwerpen van de democratisch gekozen regering van Salvador Allende, bracht hij naar voren dat het belangrijk was onderzoek te doen naar het reilen en zeilen van het internationale bedrijfsleven. In 1978 gaf hij aan dat onderzoek naar de Nederlandse invloed in de Derde Wereld nog in de kinderschoenen stond: 'Dit terwijl er in de Verenigde Staten een groeiende literatuur bestaat over de rol van het Amerikaanse bedrijfsleven in de Derde Wereld, zowel als op het eigen politieke bestel. Ook wat betreft de Nederlandse multinationale ondernemingen zijn er aanwijzingen dat er een zekere mate van politieke invloed bestaat, zowel binnen Nederland als daarbuiten. Vooral aan een dergelijk delikaat onderwerp zou een grondiger studie gewijd moeten worden' (Huizer, 1978:17). In veel van zijn publicaties van de afgelopen dertig jaar is de verwevenheid tussen economische en politieke machthebbers en de gevolgen daarvan voor armen en onderdrukten en de natuurlijke leefomgeving een thema dat voortdurend aandacht krijgt: 'Een kritische kennisname is nodig van de machtsstructuren in onze eigen samenleving en het appelleren aan degenen die daarin de grootste macht, en dus verantwoordelijkheid, dragen om een creatieve oplossing voor de wereldvraagstukken als armoede en milieuvervuiling te zoeken' (Huizer, 1992:8). Ofschoon het thema van de macht van multinationale ondernemingen veelvuldig in zijn werk naar voren komt, heeft Huizer zelf weinig empirisch onderzoek op dit terrein uitgevoerd. Afgezien van enkele specifieke wetenschappelijke en populair wetenschappelijke publicaties op basis van literatuurstudie (zie bijvoorbeeld Huizer & Van der Velden, 1985) heeft hij onderzoek op dit terrein vooral gestimuleerd en gefaciliteerd. In de beginjaren van het Derde Wereld Centrum werd door verschillende studentengroepen actie-onderzoek gedaan naar Nederlandse ondernemingen. Dit mondde onder andere uit in monografieën over Shell (Van Galen, 1985) en Unilever (Van Galen, 1987). Maar ook de grondige studie kwam er. In samenwerking met enkele medewerkers van het Derde Wereld Centrum diende Gerrit Huizer in 1979 een onderzoeksvoorstel in bij het Indo Dutch Programme on Alternatives in Development (IDPAD) een toendertijd nieuw samenwerkingsverband tussen Indiase en Nederlandse onderzoekers dat gefinancierd werd uit de begroting van Ontwikkelingssamenwerking.2 Begin 1981 werd met de uitvoering van dit 2
De basis voor dit programme werd gelegd tijdens een ontmoeting van J.P. Naik, algemeen secretaris van de
onderzoek begonnen. Een gezamenlijk team bestaande uit drie Nederlandse en ongeveer tien Indiase onderzoekers deed ruim twee jaar empirisch onderzoek naar Nederlandse en Brits/Nederlandse ondernemingen in India (met name Unilever, Shell, AKZO, Philips en enkele relatief kleinere ondernemingen zoals Organon). In het onderzoek werd in het bijzonder aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: overdracht van technologie, relatie met de inheemse industrie, arbeidsvoorwaarden en verhoudingen en betalingsbalans effecten. Het onderzoek werd in India uitgevoerd in samenwerking met het Centre for Economic Studies and Planning van de Jawaharlal Nehru University te New Delhi en met ondersteuning van enkele vakbonden (zoals de Philips' MAHA-union en het Centre of Indian Trade Unions). De (voorlopige) onderzoeksresultaten werden in India tijdens een seminar met collega wetenschappelijk onderzoekers en vertegenwoordigers van Indiase bonden besproken. Het onderzoek leidde tot een aanzienlijke stroom van wetenschappelijke en populair wetenschappelijke publicaties (o.a. Lieten et al., 1987; Gooskens et. al. 1989). De expertise die tijdens dit onderzoek door stafleden van het Derde Wereld Centrum was opgedaan, werd aansluitend gebruikt bij een onderzoek naar effecten van de internationale arbeidsverdeling, en in het bijzonder de rol van internationale firma’s daarbinnen (Van den Broek et al. , 1987; Van den Broek et al., 1989). De betrokkenheid bij het vraagstuk van multinationale ondernemingen uitte Gerrit Huizer niet alleen in wetenschappelijk opzicht. Hij was ook betrokken bij een aantal maatschappelijke initiatieven op dit terrein. In deze context kunnen zijn jarenlange bestuurslidmaatschap van de Stichting Onderzoek Multinationale Ondernemingen (SOMO) en Dienst Internationale Arbeiderssolidariteit (DIAS) genoemd worden. Hij was beginjaren tachtig eveneens betrokken bij gesprekken tussen vertegenwoordigers van het Nederlandse bedrijfsleven en academici over 'Multinationale ondernemingen en de Derde Wereld'. De gesprekken werden georganiseerd onder auspiciën van het Nederlands Gesprek Centrum (Hommes et al, 1985). Zijn engagement met betrekking tot dit onderwerp duurt tot op de dag van vandaag voort, gezien zijn recente initiatieven om nader onderzoek te doen naar 'rijken en super rijken' met als doel een dialoog op gang te brengen zodat rijken tot het inzicht komen dat 'een eerlijker verdeling niet alleen rechtvaardig is maar ook noodzakelijk'.3 Onder antropologen Ofschoon opgeleid als sociaal psycholoog, was veel van het werk dat Gerrit Huizer voor zijn komst naar Nijmegen had gedaan, van antropologische aard. Afgezien van zijn inhoudelijke aanvaringen met traditionele antropologen over onderwerpen zoals de vermeende 'culture of silence' en 'resistance to change', leidde dit ook tot een debat over de verhouding tussen wetenschap en politiek en tot methodologische discussies. Op basis van zijn persoonlijke ervaringen in Latijns Amerika, stelde hij aan het einde van zijn langdurig buitenlands verblijf vast: 'During the last decade it has become increasingly difficult to deny that anthropology has nothing to do with politics' (Huizer, 1979: 3). In 1973 werd door Bruce Mannheim, als onderdeel van het IXth International Congress of Anthropological and Ethnological Sciences te Chicago een symposium georganiseerd onder de titel Ideology and the education of anthropologists. De uitkomsten van deze besprekingen werden door Huizer en Mannheim samengebracht in het boek The politics of anthropology (1979). In de inleiding bij dit boek geeft Huizer aan antropologen wel erg naïef te vinden als ze denken te opereren in een politiek vacuüm en er geen rekening mee houden dat hun werk en kennis ook gebruikt kan worden door onderdrukkende structuren om de status-quo in een aantal Indian Council of Social Science Research en toenmalig minister J.P. Pronk, begin jaren zeventig in New Delhi. 3 Persoonlijke communicatie van de auteur met Gerrit Huizer, zomer 1999.
landen te bevorderen c.q. op emancipatie gerichte sociale bewegingen tegen te werken. Het werk dat antropologen verichtten in de koloniale tijd bewust of onbewust ten behoeve van koloniale regimes, vond zo zijn logisch vervolg in de neokoloniale overheersing van landen en volkeren in de Derde Wereld. Aan de hand van de ervaringen met het Camelot project in Viet Nam, waarbij het State Department sociale wetenschappers als een instrument gebruikte voor politieke controle, stelt hij de 'anthropologists' ignorance of the political implications of their scientific research' scherp aan de orde. Andere voorbeelden zijn het gebruik van antropologische studies door Amerikanen als onderdeel van de psychologische oorlogsvoering in Vietnam. Op basis van deze en soortgelijke ervaringen pleit hij ervoor dat antropologische onderzoekers beter toegerust worden om de sociaal-politieke context van hun werk en de politieke en economische relaties tussen het land waar ze vandaan komen en onderzoek doen, te doorgronden. Op die wijze kan antropologie ook bijdragen aan emancipatie en verzet: 'As Westerners we should probably draw the conclusion that anthropology needs to be liberated itself from the pretensions and bias, before it can contribute to anyone's liberation. This can be done partly by a closer look at ourselves and our discipline'. (Huizer, 1979: 7) Hij stelt: '... anthropology is politics, whether anthropologists like it or not, and that it is preferable to take up a conscious stand rather than to pretend neutrality' (Idem: 10). Dit uitgangspunt vormt ook de hoofdlijnen van vele bijdragen in The politics of anthropology. Het boek en vele aanverwante publicaties van Gerrit Huizer op dit terrein leidden tot een polemiek met een aantal, meer traditioneel ingestelde Nederlandse antropologen. Ook hier gaat waarschijnlijk het gezegde op dat profeten niet in eigen land worden geëerd. Onder methodologen Er was nog een tweede reden voor een intensieve polemiek met een aantal Nederlandse antropologen: Huizers opvattingen over methodologische aspecten van antropologisch onderzoek. Zoals in het begin van deze bijdrage reeds is aangegeven, ging Huizer niet als onderzoeker, maar als ontwikkelingswerker het veld in. Als vrijwilliger en later VN-deskundige participeerde hij actief in verschillende ontwikkelingsprojecten en was betrokken bij diverse sociale bewegingen. Op basis van zijn opvattingen over 'politiek en antropologie' zette hij zich af tegen - wat hij noemt het traditionele – pottenkijken (snooping): 'In earlier years, but even today, some anthropologists have served the colonial regimes or their inheritors and were well paid for their services. But, apart from that: are the interesting books which are the result of 'snooping', from the point of view of the people in the underdeveloped countries, not just another way of exploitation: authors trying to become famous and (eventually) well-to-do at the cost of their 'ignorance'?' (Huizer, 1973: 171). Hij ging daarbij een stap verder door niet alleen te betogen dat de vermeende neutraliteit in de praktijk vaak feitelijk een bijdrage aan een onderdrukkende status-quo betekende, maar dat door de opstelling van traditionele onderzoekers (distantie) juist minder adequate wetenschappelijke inzichten werden verkregen. In zijn opleiding als sociaal-psycholoog had hij uitvoerig kennis gemaakt met de werken van Kurt Lewin, initiator van action research, die als belangrijk devies hanteerde: 'If you want to know how things really are, just try to change them'. Het is waarschijnlijk een van de grootste wetenschappelijke verdiensten van Gerrit Huizer dat hij als eerste systematisch en consistent de methodologische opvatting van Lewin op situaties in de Derde Wereld heeft toegepast. In zijn opleiding in Amsterdam had hij geleerd dat een zekere mate van engagement, actieve participatie in veranderingsprocessen, gecombineerd met regelmatig enige afstand nemen – waarbij je als onderzoeker ook naar jezelf moet kijken – leidt tot het doorgronden van de werkelijkheid. Deze opvattingen komen in verschillende publicaties naar voren: 'The kind of objectivity generally strived for by social researchers in all kinds of situations, not
putting themselves into the game and remaining emotionally aloof or outside at all costs, seems an illusion. From my own experience I would say that active involvement in the change processes in peasant societies, and participation in small or large experiments or occurrences, tend to give a clearer understanding of the potential of peasants for change than mere 'laissez-faire' participant observation' (Huizer, 1993: 174-175).4 In Nederland is deze benadering de laatste jaren met name door Joke Schrijvers verder uitgewerkt in wat wordt genoemd de transformatieve benadering (Schrijvers, 1993; Schrijvers, 1997).5 Opvallend is dat deze benadering in Nederland vaak niet goed is begrepen: in tegenstelling tot hetgeen wel eens gesuggereerd wordt, pleiten Huizer en bijvoorbeeld Schrijvers zeker niet voor een blind en ongeconditioneerd activisme. Wel voor een kritische reflectie op de rol van intellectuelen en een bemiddelende rol bij processen van sociale transformatie. Joke Schrijvers stelt: 'Kenmerkend is de keuze, intellectueel bemiddelaar te zijn in een veranderingsproces van onderop, allereerst door inleving in het perspectief en de belangen van degenen voor wie je in de gegeven context kiest' (Schrijvers, 1997: 56). De door Schrijvers in navolging van Huizer voorgestane benadering gaat verder dan actieonderzoek door een expliciete motivatie en doelstelling die tot 'buiten de begrenzing van de wetenschap reiken' (Idem: 57).6 Binnen een dergelijke benadering worden mensen uit de Derde Wereld niet beschouwd als objecten, als passieve slachtoffers van monolithische structuren en systemen maar als subjecten die zelf een actieve invloed kunnen hebben op hun eigen leven en de structuren waarbinnen dat zich afspeelt. Tot op de dag van vandaag blijft Gerrit Huizer over dit onderwerp publiceren en zijn artikelen over dit onderwerp blijven, net als bij het begin van het debat begin jaren zeventig, vooral vanuit antropologische hoek kritische reacties oproepen. Zo schrijft de Nijmeegse antropoloog Van Meijl: 'Ik wil ervoor pleiten dat wetenschappelijk onderzoekers niet uitsluitend optreden als 'advocaat' van de onderzochten, maar als 'impresario', dat wil zeggen iemand die autonoom opereert en daarbij ook grenzen stelt aan zijn activiteiten'.7 Onder 'spirits' Terugkijkend op zijn eigen leven, kan Gerrit Huizer vrij nauwkeurig aangeven, wanneer zijn hernieuwde belangstelling voor spiritualiteit weer is toegenomen: 'na zeven maal zeven jaar', rond zijn vijftigste verjaardag.8 Net als een ieder ander 'die min of meer op een ouderwets christelijke manier is grootgebracht' had Gerrit Huizer in zijn jeugd al vroeg kennis gemaakt met religie en spiritualiteit. In zijn opstel voor Hein Stufkens verhaalt hij over zijn gereformeerde opvoeding, het belang van gemeenschappelijk belevingen tijdens de Tweede Wereldoorlog, en zijn zoektocht tijdens zijn studentenperiode in Amsterdam: 'Al met al werd de zin van christen zijn voor mij steeds minder duidelijk in de no-nonsense (avant la lettre) jaren vijftig toen iedereen driftig aan carrière en meer materiële welstand werkte'. Hij kwam, zoals hij dat zelf noemt 'bij het existentialisme van Sartre' terecht. Op basis van ervaringen in China (1954) en als vrijwilliger in Mexico (1955) raakte hij geïnspireerd door het verzet van boeren arbeiders: 'Ik bewonderde hun diep doorleefde, eigenlijk spirituele, band met Moeder Aarde, het land dat 4
Andere publicaties op dit terrein zijn onder andere Huizer, 1989 en 1996. Zie ook de bijdrage van Joke Schrijvers in deze bundel. 6 In dit verband kan ook gewezen worden op de bijdrage van Kloos, 1997. 7 Zie zijn bijdrage in deze bundel. 8 De citaten in deze paragraaf zijn afkomstig uit Gerrits Huizer’s ongepubliceerde feestelijke bijdrage 'Ongeletterde begidsing' ter ere van de vijftigste verjaardag van Hein Stufkens, tenzij anders wordt aangegeven. 5
niet meer in hun bezit was en door de grootschalige landbouw van de bezittende bezetters langzaam geruïneerd werd (erosie). Was het klassenstrijd of milieubeweging avant la lettre of bevrijdingsstrijd wat zich daar afspeelde? In ieder geval was het sterk geïnspireerd en voor mij inspirerend. Politiek en spiritualiteit waren verbonden in het hunkeren naar en soms actief strijden voor bevrijding'. Door het 'mee-beleven' (zie ook de voorafgaande paragrafen) van de strijd van met name boeren in Latijns Amerika ging Gerrit Huizer 'de eerbied voor het on(be)grijpbare weer oppikken'. Pas bij het passeren van de zeven maal zeven jaren werd Gerrit Huizer zich deze lijn, van verbondenheid met spiritualiteit, meestal kronkelend en golvend expliciet bewust. Het werd de laatste twintig jaar zijn belangrijkste onderzoeksthema in de vorm van reizen naar Afrika en Azië en betrokkenheid met bewegingen in Nederland en West-Europa.9 Zijn opvatting over 'religie, spiritualiteit en ontwikkeling' komen het meest samenhangend en veelomvattend naar voren in Gerrit Huizers laatste boek Leren van de Derde Wereld. Crisis als uitdaging (Huizer, 1992) dat gedeeltelijk een verzameling is van eerder gepubliceerd werk. In dit boek staan een aantal belangrijke thema's centraal. In de eerste plaats volksspiritualiteit. Weerstand tegen verandering als een rationele overlevingsstrategie van armen; geesteskracht om 'geduldig door te zetten' in moeilijke tijden en omstandigheden. Religiositeit, spiritualiteit en oerkracht als basis van overleven en verzet: 'Mogelijk heeft dit existentiële gevoel van tegenover een grote overmacht staan (dat is anders dan machteloosheid) ergens een katalyserende functie voor het opwekken van grote geesteskracht' (Huizer, 1992:14). Een tweede belangrijk thema is 'spiritualiteit tussen rijkdom en armoede'. In het betreffende essay verhaalt Huizer over de grote ongelijkheid in macht en bezitsverhoudingen in de wereld, toenemende spanningen tussen armoede en rijkdom en een toenemende invloed van religie en spiritualiteit, hetzij van fundamentalistische of bevrijdende oriëntatie. Aan het einde stelt hij zich de vraag: ' ... is het mogelijk echte spiritualiteit te vinden en te beleven, individueel en gezamenlijk, zolang men direct of indirect, passief of actief medeplichtig blijft aan deze anti-spiritualiteit die de laatste jaren onze maatschappij is gaan beheersen' (Idem: 33). Van hieruit houdt Huizer een pleidooi voor demonstratieve anti-consumptie (consuminderen) om de machtigen van het 'kapitaal' wat uit te dagen. Een derde belangrijk thema uit het boek is dat nieuwe sociale bewegingen een belangrijke rol kunnen spelen bij het tot stand brengen van veranderingen in 'het huidige zeer onevenwichtige en milieu-onvriendelijke wereld-economisch systeem'. Als rode draad loopt door het boek en de loopbaan van Gerrit Huizer dat 'by listening carefully to voices from the Third World' (Huizer, 1973: 7), door 'meer gaan luisteren en leren over wat volkeren zelf te bieden hebben en vooral van de wijze waarop gewone mensen daar omgaan met de bijna permanente crisis-situaties' (Huizer, 1992: 55) nog veel te leren valt voor mensen uit het Westen. Onder discussianten In het politiek debat gaan nuances nogal eens verloren. Daar worden scherpe uitspraken gevraagd om discussies levendig te maken, tegenstelling zichtbaar te doen worden en anderen te overtuigen. In dat type van discussies en in (populair) wetenschappelijke publicaties schuwde Huizer dit type van stellingname niet. Favoriete onderwerpen waren de Westerse ondersteuning van onderdrukking in de Derde Wereld (de Trilaterale Commissie, de CIA), de mogelijkheden tot 9
Belangrijke publicaties op dit terrein zijn onder andere Huizer 1991 over de vitaliteit van volksreligies in Latijns Amerika; Huizer 1993 over Afrikaanse spiritualiteit; Huizer 1996 over 'New Age, spiritualiteit en wetenschap in mondiaal perspectief'.
bevrijding (China), de negatieve kanten van de ontwikkelingshulp, de mogelijkheden om te leren van de Derde Wereld ('consuminderen'). Vanaf zijn eerste bezoek in China in 1954 heeft Huizer zijn gehoor willen voorhouden dat er in het Chinese model een aantal zaken zaten (landhervorming, herverdeling) die het land mogelijk maakten om de extreme armoede aan te pakken en om snelle economische groei te bewerkstelligen. In de allereerste publicatie daarover (Huizer, 1956) wordt er nog op gewezen dat in de gevangenis twee derde van de mensen om politieke redenen vastzitten en dat het lezen van Liu Shao Chi's boekje How to be a good communist geen vrolijke literatuur is. Menigmaal echter in de publicaties daarna o.a. Huizer, 1990a, 1996b, 1997a) ontbreken die verwijzingen naar de schaduwzijden van het Chinese model in het geheel of verwezen naar Westers onbegrip. Het leidde Margaretha Ferguson ertoe om haar verhaal over een groepsreis naar China Huizer af te schilderen als een 'China-romanticus'.10 In ieder geval fungeerde China en de Chinese economische ontwikkeling en afname van armoede in Huizers schrijven en discussiëren als een heldere en duidelijke tegenpool zetten tegenover de vergroting van armoede en van de kloof tussen arm en rijk elders in de ontwikkelingswereld. Een tweede voorbeeld van dergelijke provocerende stellingen, illustrerend voor de wijze waarop hij soms over ontwikkelingssamenwerking schreef, zit in de uitspraak die hij deed in het maandblad Bijeen: 'Stop de waanzin. Zet een moratorium op de ontwikkelingshulp. Op Pronk, op de Novib, op Cebemo, op alles.'11 Het kwam hem op een aantal felle reacties te staan, die hij misschien wel had willen provoceren, maar die op de gevaarlijke kanten van een dergelijke uitspraak wezen. In ander, genuanceerder vorm is een dergelijke kritiek regelmatig in zijn meer serieuze werk te lezen: 'Inmiddels wordt het ook veel westerlingen steeds duidelijker dat de westerse stijl ontwikkeling meestal niet betekent 'verheffing uit armoede van de grote massa's die daar onder lijden, en dat het dit ook nooit betekend heeft ondanks de verheffende bedoelingen van veel ontwikkelingswerkers' (Huizer 1990) Conclusie De betekenis van Gerrit Huizer als onderzoeker en publicist heeft ongetwijfeld vooral gelegen in het openleggen van de geschiedenis van verzet van boeren in Latijns Amerika en Zuid- en Zuidoost-Azië. Hij doorbrak daarmee een wijd gekoesterd vooroordeel, dat boeren politiek en maatschappelijk apathisch zouden zijn, een 'weerstand tegen verandering' zouden hebben. Dit door achterliggende belangentegenstellingen bloot te leggen. Als directeur van het Derde Wereld Centrum faciliteerde en ondersteunde hij verder kritisch onderzoek naar multinationale ondernemingen en naar de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking, zonder daaraan zelf diep deel te nemen. Vanaf de jaren tachtig ging zijn belangstelling toch vooral uit naar de religiositeit en de spiritualiteit van de volkeren in de Derde Wereld. Het 'leren van de Derde Wereld' probeerde hij als een ware zendeling in stelling te brengen tegen het materialisme en cosumentisme dat hij in het Westen meer en meer om zich heen zag grijpen. Als een ware agent provocateur schuwde hij dan radicale uitspraken niet. Om iedereen wakker te schudden, zo leek het, hulde hij zich dan liever in de kledij van de activist, misschien wel de anarchist, dan in de professorale toga. Daar werd dan die betrokkenheid heel scherp zichtbaar, die een heel leven van werken kenmerkt.
10
Margareta Ferguson: Een Haagse dame in China. Den Haag, Leopold, 1975. De eerste auteur van dit artikel heeft zo'n twintig jaar lang ieder negatief artikeltje dat hij over China tegenkwam in dag- en weekbladen in Huizers postvak geduwd. 11 Bijeen, januari 1993. Reacties daarop in de nummers februari tot en met juni daarna.
Literatuur Boeken en artikelen van Gerrit Huizer 1956 Huizer, G.J. (1956). Hulp aan onderontwikkelde gebieden. In: De Nieuwe Stem, 11e jrg., nr.7-8, juli-augustus, pp.394-402 1961 Huizer, G.J. (1961). Het woord moet actie worden. Sociologische Gids 8(3), pp. 113-122. 1962 Huizer, G.J. (1962). Some Community Development Problems in Partinico, Western Sicily. International Review of Community Development, No. 10. 1963 Huizer, G.J. (1963). Some Observations on a Central American Village. America Indigena, Vol. XXIII, No. 3 (July). 1964 Huizer, G.J. (1964). A Community Development Experience in a Central American Village. America Indigena, Vol. XXIV, No. 3 (July). 1965 Huizer, G.J. (1965). Some Notes on Community Development and Rural Social Research. America Latina, Vol. VIII, No. 3 (July-Sept.). Huizer, G.J. (1965). Evaluating Community Development at the Grassroots Observations on Methodology. America Indigena 25(3), pp. 279-301. 1966 Huizer, G.J. (1966). Community Development and Land Reform, Preliminary Observations on Some Cases in Latin America”. International Review of Community Development, Nos 15, 16. 1967 Huizer, G.J. (1967). The Role of Community Development and Peasant Organization in Social Structural Change. International Review of Community Development, Nos. 17, 18. Huizer, G.J. (1967). On Peasant Unrest in Latin America. Mimeographed. CIDA, Panamerican Union, Washington, D.C., UP-G5/071. Huizer, G. (1967). On Peasant Unrest in Latin America, ILO-Comite Interamericana de Desarollo Agricola, Washington D.C. 1968 Huizer, G.J. (1968). Community Development and Conflicting Rural Interests. Some Observations on the Programme of the National Indian Institute in Mexico. America Indigena, 28(3), pp. 619-630. Huizer, G.J. (1968). Peasant Organizations and Agrarian Reform in Latin America. Paper presented to Second World Congress of Rural Sociology. Enschede, Netherlands, (August ).
Huizer, G.J. (1968). Communidades Agricolas. Internal Colonialism and Agrarian Reform in Chile. America Latina, Vol. II, No. 4 . Huizer, G.J. (1968). Los Movimientos Campesinos en Mexico. Mimeographed. Centro de Investigaciones Agrarias, Mexico. Huizer, G.J. (1968-1969). Peasant Organization in the Process of Agrarian Reform in Mexico. Studies in Comparative International Development. Monograph Series, Vol. IV, No. 6, St. Louis, Missouri: Washington University. 1969 Huizer, G.J. (1969). Community Development, Land Reform and Political Participation. The American Journal of Economics and Sociology, 28(2), oo. 159-178.. Huizer, G.J. (1969). The Role of Patronage in the Peasant Political Struggle in Latin America, Sociologische Gids, 16, no. 6. Huizer, G.J. (1969). Movimientos campesinos y reforma agraria en America Latina. Algunas generalizaciones preliminares, Revista Mexicana de Sociologia, XXXI, 2. 1970 Huizer, G.J. (1970). Peasant Organizations in the Process of Political Modernization: the Latin American Experience. In Arthur J. Field (Ed), City and Country in the Third World, Schenkman, Cambridge, Mass. Huizer, G.J. (1970). Popular Participation in Land Reform, Ch. IV in United Nations, FAO, ILO, Fifth Report Progress in Land Reform, New York, salesnr. E.70.IV.5. Huizer, G.J. (1970). Emiliano Zapata and the Peasant Guerillas in the Mexican Revolution. In Rodolfo Stavenhagen (Ed.), Agrarian Problems and Peasant Movements in Latin America., Doubleday, New York: Anchor Books. Huizer, G.J. (1970). 'Resistance to Change' and Radical Peasant Mobilization: Foster and Erasmus Reconsidered, Human Organization, vol. 29, no. 4. Huizer, G.J. & Hewitt, Cynthia N. (1970). Bibliography on Peasant Movements. In Henry A. Landsberger (Ed.), Latin Americam Peasant Movements, Ithaca. N.Y.: Cornell University Press. Huizer, G.J. (1970). ’Resistance to change’ and radical peasant mobilization: Foster and Erasmus reconsidered. Human Organization 79(4), pp. 305-313. 1971 Huizer, G.J. (1971). The Role of Peasant Organizations in the Japanese Land Reform, Occasion Paper, Institute of Social Studies. Huizer, G.J. (1971). Peasant Organizations and the Land Question: Strategies of Struggle, paper International Symposium on Imperialism, Elsinore, Denmark, April 1971; Mens en Maatschappij, boekaflevering . Huizer, G.J. (1971). Peasant Organizations in the Philippines, National Land Reform Council Quezon City, Philippines, mimeo. Huizer, G.J. (1971). Betting on the Weak: From Counterpoint towards Revolution, Buiten de Grenzen, aangeboden aan prof. W.F. Wertheim. Meppel: Boom Boeken. Huizer, G.J. (1971). Community Development, Land Reform and Political participation, The American Journal of Economics and Sociology, 28, no. 2, April 1969; also to be published in T. Shanin (Ed.), Peasants and Peasant Societies, Penguin Books. 1972 Huizer, G.J. (1972). Peasant Mobilization and Land Reform in Indonesia, Occasional Paper,
Institute of Social Studies. Huizer, G.J. (1972). Land Invasions as a non-violent Strategy of Peasant Rebellion. Journal of Peace Research, no. 3. Huizer, G.J. (1972). The Revolutionary Potential of Peasants in Latin America. Lexington, Mass.: Health-Lexington Books. 1973 Huizer, G.J. (1973). New Forms of Rural Development in Tanzania: The Ujamaa Villages Programme, Studies in Comparative International Development, vol. VII, no. 2. Huizer, G.J. (1973). De rol van boerenorganisaties in de strijd tegen multinationals: het geval Cuba. In Kurt Tudyka (red.), Multinationale ondernemingen en vakbonden, Te Elder Ure, Nijmegen: SUN. Huizer, G.J. (1973). Bauernorganisationen in Lateinamerika. In Ernest Feder (Ed.), Gewalt und Ausbeutung, Hamburg: Hoffman und Campe Reader. Huizer, G.J. (1973). The A-Social Role of Social Scientists in Underdeveloped Countries: Some Ethical Considerations. Sociologus: Journal of Empirical Ethno-Sociology and EthnoPsychology 23(2), pp.165-177. Huizer, G.J. (1973). Basiswerk in de Derde Wereld: boerenbeweging in Indonesië. In: Kosmodok, UItgeverij Sjaloom, jrg.6, nr.4 1977 Huizer, G.J. (1977). Aktie-onderzoek en boerenverzet in de Derde Wereld. In: Intermediair, nr.41, 14 oktober 1977 1978 Huizer, G.J. (1978). (redactie) Nederland en de Derde Wereld: Basisvragen over ontwikkelingssamenwerking. Alphen aan den Rijn, Samsom Uitgeverij, 1978 Huizer, G.J. (1978). Inleiding. In: Nederland en de Derde Wereld: Basisvragen over ontwikkelingssamenwerking. Alphen aan den Rijn, Samsom Uitgeverij, 1978, pp.9-23 Huizer, G.J. (1978c). Dialectiek der ontwikkeling: door afhankelijkheid tot bevrijding? In: Nederland en de Derde Wereld: Basisvragen over ontwikkelingssamenwerking. Alphen aan den Rijn, Samsom Uitgeverij, 1978, pp.168-193 Huizer, G.J. (1978). Peasant Rebellion in Latin America. Harmondsworth: Penguin Books. Republished in India, New Delhi: Marwah Publ. Huizer, G.J. (1978). Conflict and development: the case of India. Third World Centre, Occasional Paper, no.4 1979 Huizer, G.J. & Mannheim, B. (Eds.). (1979). The Politics of Anthropology: From Colonialism and Sexism towards a View from Below, The Hague-Paris: Mouton. Huizer, G.J. (1979). Research-Through-Action, Experiences with Peasant Organizations. In G. Huizer and B. Mannheim (Eds.), The Politics of Anthropology: From Colonialism and Sexism towards a View from Below. The Hague/Paris: Mouton. pp. 395-420. 1980 Huizer, G.J. (1980). Peasant Movements and their Counterforces in South-East Asia. New Delhi: Marwah Publ.
1985 Huizer, G.J. (1985/4-5). Spirituality against Oppression Strength or Weakness of the Poor?. Third World Book Review, 1. Huizer, G.J. (1985/4). La Religion como fuente de resistencia entre los pueblos nativos de NorteAmerica: una visión general, America Indigena, XLV. Huizer, G.J. & F. van der Velden (1985). Multinationale ondernemingen in de Derde Wereld: 'Democratische controle noodzakelijk'. In: Tribaal, jrg,4, nr.19, maart, pp.7-12 1986 Huizer, G.J. (1986). Women in resistance and research: potential against power. In Leela Dube, Eleanor Leacock and Shirley Ardener (Ed.), Visibility and Power. Essays on Women in Society and Development. Delhi: Oxford University Press. 1988 Huizer, G.J. (1988). Afrikaanse Geneeswijzen en het Westen. In F. Wijsen (Ed.), Om heil en genezing te vinden. Een bundel opstellen over godsdienst en gezondheid in Afrika, Latijns-Amerika en Europa voor werkers in pastoraat en gezondheidszorg . Heerlen: UTP (UTP teksten, 3). pp. 106-128. Huizer, G.J. (1988). Bevrijding en spiritualiteit. De Bazuin, 71 (13 mei), pp. 10-11. Huizer, G.J. (1988). Bij tegenwind laveren – een maatschappij critische spiritualiteit. Speling, 40 (2), pp. 29-32. Huizer, G.J. (1988). Niet-westerse gezondheidszorg en religie in een moderne samenleving: kurmen de rijken leren van de armen? Derde Wereld, 7 (2), pp. 29-48. Huizer, G.J. (1988). Traditionelle Heiler und westliche Medizin. Peripherie, 8 (32), pp. 22-40. Huizer, G.J. (1988). Wie lacht niet die de mens beziet. Speling, 40 (4), pp. 46-50. Huizer, G.J., Berting, J., & Goudszwaard, B. (Eds.). (1988). Een andere economische orde. Rotterdam: Nederlands Gespreks Centrum. 1989 Huizer, G.J. (1989). Action research and people's participation (research report). Nijmegen: Third World Centre, Occasional paper Third World Centre, 19 Huizer, G.J. (1989). Methodology in enhancing beneficiary participation in large-scale development projects (FAO Int. Workshop on strategy and methodology of participatory rural development projects 7/13-09-T 989, Arusha, Tanzania) (research report). Rome: UN, FAO. Huizer, G.J. (1989). Anthropologie der Krise: Aktionsforschung und Zauberei. Triekster,17, pp. 82-111. Huizer, G.J. (1989). Enkele historische en Derde Wereld visies op goede en kwade paranormale krachten. Bulletin voor Charismatische Theologie, 24, pp. 14-21. Huizer, G.J. (1989). Hekserij en heksenjacht: Balans van 500 jaar 'Heksenhamer'. Bres, 135, pp. 4-18. Huizer, G.J. (1989). Hekserij, volksreligie en de opkomst en penetratie van het kapitalisme in Europa en Amerika. Focaal. Tijdschrift voor Antropologie, 13, pp. 14-31. Huizer, G.J. (1989). Noord en Zuid: Van Westerse monoloog naar dialoog en uitwisseling. Civis Mundi, 28 (2), pp. 64-68. Huizer, G.J. (1989). Religion and the Struggle for land in Zimbabwe. In G. Peperkamp, & C.H.W. Remie (Eds.), The struggle for Land World-wide (pp. 87-107). Saarbrücken: Breitenbach (Nijmegen Studies in Development and Cultural Change, 1). Huizer, G.J. (1989). Science and the Occult. Makatao. An interdisciplinary journal for students
and practioners of the social sciences, 8 (2), pp. 26-39. Huizer, G.J. (1989). Spirituality and liberation in the Third World: A challenge to socialists. Socialism in the World: International Journal of Marxist and Socialist Thought, 13 (70), pp. 54-68. Huizer, G.J. (1989). Voorwoord. In P. Gooskens, & M. Tigchelaar (Eds.), Het Nederlandse bedrijfsleven in de Derde Wereld: Voorbeeld India (pp. i-iv). Utrecht: Landelijke India Werkgroep. Huizer, G.J., & Lava, J. (1989). Exploration in folk religion and healing. Book I: Global Perspective. Manila, Philippines: Asian Social Institute Communication Center. 1990 Huizer, G.J. (1990). De kritische antropoloog als sjamaan. In R.H.A. Corbey, & P.M.F. van de Grijp (Eds.), Natuur en Cultuur. Beschouwingen op het raakvlak van antropologie en filosofie: Liber Amicorum voor Ton Lemaire (pp. 188-199). Baarn: Ambo. Huizer, G.J. (1990). Hekserij als wapen. José Marti Journaal, 3 (5), pp. 44-46. Huizer, G.J. (1990). Hekserijbeschuldiging en wetenschap. Focaal. Tijdschrift voor Antropologie, 14, pp. 127-133. Huizer, G.J. (1990). Honger naar gerechtigheid: Een optie voor de rijken. In C. van de Broek (et al.) (Eds.), Bezield bestaan: Hedendaagse vormen van spiritualiteit (pp. 71-74). Nijmegen/Hilversum: KSC / Gooi & Sticht (Cahiers Katholiek Studiecentrum, 11). Huizer, G.J. (1990). New Age is Old Age in een nieuw jasje. In H. Warnaar, & K. Hafkamp (Eds.), Wegen en Dwaalwegen van de Nieuwe Tijd (pp. 97-108). Deventer: Ankh Hermes. Huizer, G.J. (1990). Oude en nieuwe ecologische bewegingen en hun tegenkrachten. In B. Arts (Ed.), Ontwikkeling, milieu en veiligheid: Mondiale interdependentie (pp. 60-90). Nijmegen/Amsterdam: Studiecentrum Vredesvraagstukken/Jan Mets Uitg. (Cahier/Studiecentrum voor Vredesvraagstukken, 49). Huizer, G.J. (1990a). Perestroika in het Westen: Zelfrespect en (in)tolerantie in mondiaal perspectief. In J. C. Breman, & P. Thoenes (et al.) (Eds.), Humanisme en Ontwikkelingssamenwerking. Een herwaardering van goede intenties (pp. 65-74). Rijswijk/Rotterdam: Nijgh en Van Ditmar/EUR. 1991 Droogers, A., Huizer, G.J. & Siebers, H.G. (Eds.). (1991). Popular power in Latin American religions. Saarbrücken: Breitenbach (Nijmegen studies in development and Cultural Change, 6). Huizer, G.J. (1991). Power and 'vital force' in popular religion. Some issues for future reserarch. In: Droogers, A., Huizer, G.J. & Siebers, H.G. (Eds.). (1991). Popular power in Latin American religions. Saarbrücken: Breitenbach (Nijmegen studies in development and Cultural Change, 6). Huizer, G.J. (1991). Folk spirituality and liberation in Southern Africa. Bordeaux: Centre d'Etude d'Afrique Noire (Travaux et documents, 29/30). Huizer, G.J. (1991). Arm en rijk: Een spiritueel dilemma bij een economisch-politieke tijdbom. Bres, 146, 4-16. Huizer, G.J. (1991). Cooperatives and people's participation in agrarian reform. In International issues in agrarian reform (pp. 115-133). Manila, Philippines: FAO (UN), Dept of Agrarian Reform. Huizer, G.J. (1991). Indigenous knowledge and popular spirituality. In H.J. Tillmann, & M. Salas (Eds.), Proceedings International Workshop Agricultural Knowledge Systems (pp. 51-71). Hohenheim: Univ. Hohenheim. Inst Agrarsoziologie. Huizer, G.J. (1991). Les mouvements sociaux en Amerique latine: Quel enseignement pour 1'Afrique? Politique Africaine, 42, pp. 74-86. Huizer, G.J. (1991). Participatory research and healing witchcraft: An essay in the anthropology of crisis. In L. Nencel, & P. Pels (Eds.), Constructing knowledge: Authority and critique in social sciences (pp. 40-58). London: Sage (Inquiries in social construction). Huizer, G.J. (1991). Power and 'vital force' in popular religion. Some issues for further research. In A.
Droogers, G.J. Huizer, & H.G. Siebers (Eds.), Popular power in Latin American religions (pp. 276312). Saarbrücken: Breitenbach (Nijmegen studies in development and Cultural Change, 6). Huizer, G.J. (1991). Religions penetration and power struggle in Latin America. In A. Droogers, G.J. Huizer, & H.G. Siebers (Eds.), Popular power in Latin American religions (pp. 26-54). Saarbrücken: Breitenbach (Nijmegen studies in development and Cultural Change, 6). Huizer, G.J. (1991). Third world marxism: A view from below. Economic Review (Colombo), 17 (6/7), pp. 16-56. Huizer, G.J. (1991). Zachtmoedigheid en aggressie; leren van de onderdrukten. Prana. Tijdschrift voor geestelijke verruiming en randgebieden der wetenschappen, 68, pp. 15-21. Huizer, G. (1991). Research and Healing Witchcraft. An Essay in the Anthropology of Crisis. In L. Nencel and P. Pels (Eds.), Constructing Knowledge. Authority and Critique in Social Science. London/New York: Sage. pp. 40-58. 1992 Huizer, G.J. (1992). Leren van de Derde Wereld: Crisis als uitdaging. Kampen: Kok Agora. Huizer, G.J. (1992). Cargo and charisma: Millenarian movements in to-day's global context. Canberra Anthropology, 25 (2), pp. 106-130. Huizer, G.J. (1992). La brujeria y el potencial para la resistencia en America Latina. America Indigena, 50 (4), pp. 27-62.
Huizer, G.J. (1992). Mensbeelden in een veranderende samenleving. In C.J M. Halkes, V. Poels, &. D. de Beijer (Eds.), Boeiende beelden: Feministische en christelijke visies op de mens als vrouw en man (pp. 191-208).Baarn / Nijmegen: Arbor/KSC (Publikaties van het Katholiek Studiecentrum). Huizer, G.J. (1992). The past 500 years: Capitalism as a cargo-cult. Economic Review (Colombo), 18 (7/9), pp. 11-20. Huizer, G.J. (1992). Wat kunnen de 'rijken' leren van de 'armen'? In F. Wijsen (Ed.), Kunnen de 'rijken' leren van de 'armen'? Over de opname van niet-westerse cultuurelementen in de westerse samenleving (pp. 21-37). Heerlen: UTP (UTP teksten, 22). 1993 Huizer, G.J. (1993). Afrikaanse spiritualiteit: Spiegel van het moderne westen. In J. P. A. van Vugt (Ed.), In elkaars spiegel: Westers christendom in Afrika (pp. 54-80). Nijmegen: KSC (Publikaties van het Katholiek Studiecentrum). Huizer, G.J. (1993). De rol van milieuorganisaties. In R. E. Kayser (Ed.), Op weg naar een beter milieu: Een geïntegreerde aanpak (pp. 75-82). Nijmegen: KUN. Huizer, G.J. (1993). Development anthropology in global perspective. Entwicklungsethnologie, 2 (1), pp. 66-82. Huizer, G.J. (1993). Duurzaam overleven voor heel de wereldbevolking. In Over de missies van boeren, paters en 2000 vrijwilligers. Jubileumboek 60 jaar Agromisa (pp. 56-64). Wageningen: Agromisa. Huizer, G.J. (1993). Kwalitatief onderzoek: Kunnen westerse deskundigen iets leren in/van de Derde Wereld? Sociale Interventie, 2 (3), pp. 116-117. Huizer, G.J. (1993). Participatory action research in rural development. In B.W.M. Boog, H.M.J. Coenen, F. Foolen, & L. Keune (Eds.), De actualiteit van handelingsonderzoek (pp. 57-75). Tilburg: Tilburg Univ. Press. Huizer, G.J. (1993). People's movements and global elite strategies. In M. Reuver, F. Solms, & G.J. Huizer (Eds.), The ecumenical movement tomorrow. Suggestions for approaches and alternatives (pp. 69-92). Kampen / Geneve: Kok / World Council of Churches. Huizer, G.J. (1993). Vooroordelen: Een kwestie van leven en/of dood? Prana. Tijdschrift voor geestelijke verruiming en randgebieden der wetenschappen,18 (5), pp. 25-30. Huizer, G.J. (1993). Whither anthropology and 'development' in the year 2000? Some ethical considerations. In H. Amborn (Ed.}, Unbequeme Ethik. Überlegungen zu einer verantwortlichen Ethnologie (pp. 63-88). Berlin: Reimer. Huizer, G.J.,& Hutten, I.H.M. (Eds.). (1993). Cultuur en ontwikkeling: Literatuurbundel l993-1994. Nijmegen: DWC, Ontwikkelingsstudies. Reuver, M., Solms, F., & Huizer, G.J. (Eds.). (1993). The ecumenical movement tomorrow. Suggestions
for approaches and alternatives. Kampen/Geneve: Kok/World Council of Churches. 1994 Huizer, G.J. (1994). Action research and people's participation in global perspective. In M.S. Laubscher, & B. Turner (Eds.). Systematische Völkerkunde. Band 1 (pp. 17-34). München: Akademischer Verlag. Huizer, G.J. (1994). Anthropology and ethics in the global market. In M.S. Laubscher, & B. Turner (Eds.), Systematische Völkerkunde. Band 1 (pp. 237-238). München: Akademischer Verlag. Huizer, G.J. (1994). Het westerse project der moderniteit en de Derde Wereld. In S.W. Couwenberg (Ed.), Westerse cultuur: Mode voor de hele wereld? (pp. 92-100). Kampen: Kok Agora (Jaarboek Civis Mundi, 33-3). Huizer, G.J. (1994). Indigenous knowledge and popular spirituality: A challenge to developmentalists. In F. J. Schuurman (Ed.), Current issues in development studies: Global aspects of agency and structure (pp. 56-89). SaarbrÏcken: Breitenbach (Nijmegen Studies in Development and Cultural Change, 21). Huizer, G.J. (1994). Saber indigena y espiritualidad popular. America Indigena, 53 (3), pp. 9-39. Huizer, G.J. (1994). Social movements in the underdevelopment of development dialectic: A view from below. In Sing C. Chew & R. Denemark (Eds.), The underdevelopment of development. New York: Sage. Huizer, G.J. (1994). Some thoughts on global marxism in the next millenium. Economic Review (Colombo), 19 (8/9), pp. 17-24. Huizer, G.J. (1994). Western power and popular spirituality: A challenge to developmentalists. In E. J. A. Harts-Broekhuis, & O. Verkoren {Eds.), No easy way out. Essays on Third World development in honour of Jan Hinderink. Utrecht: KNAG (Netherlands geographical studies, 186). Huizer, G.J., Hutten, I.H.M., & Velden, F. van der (Eds.). (1994). Cultuur en ontwikkeling: Literatuurbundel 1994-1995. Nijmegen: DWC, Ontwikkelingsstudies. 1995 Huizer, G.J. (1995). Dialectic of spirituality and power. In J. van der Klei (Ed.), Popular culture: Africa, Asia and Europe. Proceedings Summer School 1994 (pp. 51-78). Utrecht: CERES/CNWS/CEDLA. Huizer, G.J. (1995). Gerechtigheid als basis voor vrede: Vragen vanuit de Derde Wereld. In F. van Iersel, & B. Schennink (Eds.), Denken over vrede na de Koude Oorlog (pp.179-190). Nijmegen / Baarn: Thomas More Academie / Gooi & Sticht. Huizer, G.J. (1995). Indigenous knowledge and popular spirituality. In H. Wagenaar (Ed.), Agriculture and spirituality: Inter agri cultural dialogue. Essays from the Crossroads Conference at Wageningen Agricultural University (pp. 9-37). Utrecht: International Books. Huizer, G.J. (1995). Ontwikkelingsactiviteiten: Overwegingen van een oude VN-medewerker. In B. Bomert, & W. van Genugten (Eds.), Vijftig jaar Verenigde Naties: Grote problemen, bescheiden middelen, (pp. 25-44). Nijmegen: KUN (Cahier Studiecentrum voor Vredesvraagstukken, 66). Huizer, G.J. (1995). Saber indígena y resistancia popular: unos ensayos. Third World Centre, Occasional Paper, no.49 1996 Huizer, G.J. (1996a). Anthropology as advocacy. Etnofoor, 9 (2), pp. 31-50. Huizer, G.J. (1996b). China als land van 'verandering'. Derde Wereld, 24 (3), pp. 266-275. Huizer, G.J. (1996). Is er toekomst voor heel de mensheid? Prana, 21 (5), pp. 10-16. Huizer, G.J. (1996). New Age, spiritualiteit en wetenschap in mondiaal perspectief. In M. Moerland (Ed.), De kool en de geit in de nieuwe tijd. Wetenschappelijke reflecties op New Age (pp. 82-103). Utrecht: Van Arkel. Huizer, G. J. (1996b). Social Movements in the Underdevelopment of Development Dialectic: A View form Below. In S.C. Chew & R.A. Denemark (Eds.), The Underdevelopment of Development. Essays in Honor of Andre Gunder Frank. Thousand Oaks CA: Sage. pp. 281-313.
1997 Huizer, G.J. {1997a). 500 Jaar globalisering van boven af en onder op. Wereld en Zending, 26 (4), pp. 25-33. Huizer, G.J. (1997). Boerenverzet in de Derde Wereld. Spiritualiteit en politieke actie. In V. Shiva & J.P. Smit (Eds.), De armoedige levensvisie van het rijke wensen: Milieu- en Derde-Wereldproblemen: Het resultaat van geestelijke monocultuur (pp. 103-115). Baarn: Ten Have. Huizer, G.J. (1997). Development cooperation as a moral dilemma. In C.J. Hamelink (Ed.), Ethics and development: On making moral choices in development cooperation (pp. 159-180). Kampen: Kok. Huizer, G.J. (1997). Development cooperation as a moral dilemma. In C.J. Hamelink (Ed.), Ethics and development. On making moral choices in development cooperation (pp. 159-180). Kampen: Kok. Huizer, G. J. (1997). Hoffnung Pachamama. Widerstand und geistiges Überleben unter geistlosen Verhältnissen. ILA. Zeitschrift der Informationsstelle Lateinamerika, 208 (sept), pp. 17-20. Huizer, G.J. (1997). Indigene Spiritualität und Volkswiderstand. In K. Galbert (Ed.), Land und Freiheit (pp. 133-161). Bad Honnef: Horlemann (Latinamerika. Analysen und Berichte,, 21). Huizer, G, J. (1997). Landreform and peasant movements in a global perspective from below. In A.L. van Naerssen, M.M.E.M. Rutten, & A. Zomers (Eds.), The diversity of development: Essays in honour of Jan Kleinpenning (pp. 268-279). Assen: Van Gorcum. Huizer, G.J. (1997). Ongeletterde begidsing. In H. Stufkens (Ed.), Van engelen en uilen. Over bijzondere gidsen in ons leven (pp. 212-225). Aalsmeer: Dabar-Luyten. Huizer, G.J. (1997). Social movements and the state: A comparative study of confrontation and solidarity. In M. Doornbos & S. Kaviraj (Eds.), Dynamics of state formation: India and Europe compared (pp. 359-394). New Dehli: Sage (Indo-Dutch studies on development alternatives, 19). Huizer, G.J. & Arts, B.J.M. (1997). De grenzen voorbij. In P. Leroy (Ed.), Verbondenheid en samenhang. 10. Essays bij het afscheid van Klaas Bouwer (pp. 113-142). Nijmegen: KUN, MNL.
Overige literatuur Banfield, E. (1958): The moral basis of backward society. New York, Free Press Broek, G. van den , D. Haude & F. van der Velden (1987): Internationale firma's en werkgelegenheid in de regio Nijmegen. Nijmegen. Stichting Derde Wereld Publicaties -- (1989): Regional development and the international division of labour; International firms in the Netherlands and India. New Delhi. Concept Publishing Company Ferguson, M (1975): Een Haagse dame in China. Den Haag, Leopold Galen, Kees van (1985): Selling Shell. An annotated bibliography of the Royal Dutch Shell. Nijmegen. Derde Wereld Centrum. (Occasional paper no 10) -- (1987): De 'margarine' multinational. Een bibliografie. Nijmegen. Derde Wereld Centrum. (Occasional paper no 12) Gooskens, P. et al., (1989): Het Nederlandse bedrijfsleven in de Derde Wereld; Voorbeeld India. Utrecht. Landelijke India Werkgroep Hommes, E.W., et al.: Multinationale ondernemingen en de Derde Wereld. Baarn. Bosch & Keuning NV Kloos, P. (1997): Gewapend met kennis; Ontwikkelingssamenwerking en kennisontwikkeling. In: K. Lieten en F. van der Velden (red.), Grenzen aan de hulp; Beleid en effecten van ontwikkelingssamenwerking. Amsterdam. Het Spinhuis. pp. 315-331 Lieten, G.K., et al., (1987): The Dutch multinational corporations in India. New Delhi. Manohar Schrijvers, J. (1993): The violence of 'development'. Utrecht/New Delhi. International Books/Kali for Women. -- (1997): Ontwikkelingsparadigma's; Een kritisch perspectief. In: K. Lieten en F. van der Velden (red.), Grenzen aan de hulp; Beleid en effecten van ontwikkelingssamenwerking. Amsterdam. Uitgeverij Het Spinhuis. pp. 39 - 60