KNGF Begroting 2015 Baten Contributie Externe financiering Congressen en Events Registergelden Scholing IOF organisatie bijdragen Ondersteuning lidverenigingen Overige
A B C D E F G
Totaal Baten
2015
2014
2013
Verschil
Begroting
Begroting
Exploitatie
2015-2014
7.940 26 200 4.057 77 240 353 155
520 39 305 -113
410
7.979 39 605 4.011 560 225 220 221
13.093
13.860
13.048
767
2.070 587 1.324 843
2.250 805 1.411 1.209
1.064 828 1.571 962
180 218 87 367
4.823
5.675
4.424
851
2.281 6.394
2.327 6.668
2.479 6.252
46 273
13.498
14.669
13.155
1.171
-405
-809
-107
-404
50 359
150
106
-100
-162
100 -359 -100
3
-759
-163
-762
-215 -500
-80 -200 -230 -40
-712
-1.309
7.459 300 4.124 560 240
-15 220 -189
Lasten Projectkosten: Leden Belangenbehartiging Kwaliteit Beroepsorganisatie KNGF
JP JP JP H
Totaal Projectkosten Facilitaire kosten Personeelskosten
I J
Totaal lasten Saldo normale bedrijfsvoering Ontvangen rente Rendement belegde middelen Reorganisatiekosten Saldo baten en lasten 125 jaar KNGF Leden online Consumentencommunicatie Productontwikkeling Saldo ten laste/ten gunste van het eigen vermogen
K L
-80 15 270 -40
-163
-597
Algemeen Op dit moment hebben we nog een degelijke financiële positie maar deze staat met de teruglopende baten voor nu en voor de langere termijn fors onder druk. De krapper wordende financiën hebben geleid tot een zeer kritische beoordeling van activiteiten en kosten en de keuzes die zijn gemaakt. Indien koppeling met Jaarplan voor het inhoudelijke verhaal gelegd kan worden, wordt dit gemeld. Baten A Contributie
Contributie
Leden aantal
Leden aantal
Verschil
1-1-2014
prognose 1-1-2015
Bevoegd dienstverband
9223
8580
643
Bevoegd vrijgvestigd
7819
7570
249
17042
16150
892
Soort lid
Met name wordt voor 2015 een forse daling bij de bevoegd dienstverbanders en vrijgevestigden verwacht. Deze daling is in 2012 ingezet en duurt nog voort.
Aantal leden per jaar 22500 22000 21500 21000 20500 20000 19500 19000 18500 18000
Leden op verenigingsniveau
In 2015 zal het KNGF actie ondernemen om een verdere daling te stoppen. zie punt 2.2 uit het jaarplan.
B Externe financiering Betreft een, door de EEG, gefinancierd project, loopt vanaf 2013, dat in 2015 afloopt en als product een prototype gaat opleveren dat eind 2015 in productie wordt gezet. Het product betreft een apparaat die de spieractiviteit in beeld kan brengen en die de hoekversnelling kan meten, dus deze twee functies verenigt in een apparaat. C Congressen en Events In 2015 zal wederom het reguliere FysioCongres worden georganiseerd maar in plaats van een tweedaags congres zal dit een 1 daags congres zijn. Het congres is budgettair neutraal begroot op € 300.000. De kosten worden verantwoord bij de projectkosten onder het kopje Leden. D Registergelden Verwacht wordt dat het aantal registraties en geregistreerden licht zal stijgen t.o.v. wat is begroot voor 2014. Aantal registranten CKR
niet leden niet leden leden leden
prognose 1-1-2015 Soort register 1e register 2e register of meer 1e register 2e register of meer Totaal
Aantal 9006 1505 16142 6954 33607
E Scholing De scholing is vanaf 2014 gecentraliseerd en is ook voor 2015 budgetneutraal begroot. Op basis van de planning voor 2015 wordt een opbrengst van € 560.000 verwacht ter dekking van de directe kosten. Deze worden verantwoord bij de projectkosten onder het kopje Leden. F Ondersteuning lidverenigingen In de begroting 2015 is geen rekening gehouden met extra ondersteuning aan lidverenigingen. Mocht blijken dat hieraan behoefte is bij lidverenigingen dan zal deze tegen kostprijs (dus budgetneutraal) door het KNGF worden aangeboden. G Overige Deze betreffen met name de opbrengst van de klachtenregeling (75K), FysioPraxis (332K) en diverse producten. De kosten voor Fysiopraxis (392K) zijn verantwoord onder het kopje Leden.
Projectkosten Het bestuur heeft het jaarplan 2015 langs de lijn van de drie kerntaken van het KNGF ingericht: -
Communicatie met en dienstverlening aan de leden (zie 2. Leden uit jaarplan) Belangenbehartiging (zie 3. belangenbehartiging uit jaarplan) Kwaliteit en vakinhoud (zie 4. belangenbehartiging uit jaarplan)
H Beroepsorganisatie KNGF (dit zijn alle activiteiten die niet begroot zijn onder Personeel, Facilitaire kosten of de kerntaken) Betreft met name kosten van het Bestuur, de Algemene Vergadering en Beleidscyclus. Daarnaast interne opleidingskosten, OR en kosten voor gealloceerd beleid (betreft activiteiten die nog niet voldoende in de steigers staan, maar waar al wel budget voor is gereserveerd) I Facilitaire kosten De facilitaire kosten dalen licht ten opzichte van 2014, voornamelijk door lagere afschrijvingen. De volgende investeringen zijn in 2015 begroot: Terminal- en SQL servers (vervanging 3 stuks) Accreditatieportal Overige investeringen Totaal generaal
Q2-2014 Q1-2015 Q2-2015
75.000 50.000 90.000 215.000
Deze investeringen zijn onder meer nodig voor het project Leden OnLine en zullen vanaf 2016 vanwege een efficiëntere werkwijze, structurele besparingen opleveren in de formatie. Voor de interne bedrijfsvoering worden een aantal terminal- en SQL servers vervangen, de huidige zijn ruimschoots afgeschreven en verouderd. J Personeelskosten De reguliere personele formatie voor 2015 bedraagt 77,3 fte. De formatie in de begroting 2014 bedroeg 83,3 fte. Dit betekent een daling van 6 fte = 7,2% in de reguliere formatie. K Ontvangen rente Door de verwacht lagere rentestanden, latere jaarfacturatie van de contributies en lagere liquide middelen verwachten we minder rente inkomsten.
L Rendement belegde middelen In 2009 bij mijn aantreden is de jaarrekening ingericht conform de Richtlijnen van de Jaarrekening (vloeien voort uit de bepalingen van Titel 9 BW 2) behoudens het resultaat van de belegde middelen. Dit staat ook zo gemeld in de jaarrekening onder het kopje “Algemene grondslagen”. Ingaande 2015 wordt het verwachte rendement van de belegde middelen opgenomen in de begroting en loopt dus via de exploitatie in tegenstelling tot de voorgaande jaren (liep rechtstreeks via het Eigen Vermogen). Motivatie om tot heden via het Eigen Vermogen te laten lopen: De motivatie om dit via het Eigen Vermogen (en niet via de exploitatie/begroting) te laten verlopen was omdat als je dit wel zou doen, de transparantie van de begroting en exploitatie niet ten goede zou komen, jaarlijks kan het rendement grote schommelingen, naar boven en beneden geven en een vertekenend beeld van de jaarlijkse exploitatie, het verwachte lange termijn rendement is op dit moment 3%, maw over een periode van bv 5 jaar leveren de belegde middelen, zoals deze nu worden belegd, ondanks alle schommelingen, een verwacht rendement van 3% en dat is een stuk aantrekkelijker dan de verwachtingen omtrent de rentebaten. Motivatie om vanaf 2015 niet meer via het Eigen Vermogen, maar via de exploitatie/begroting te laten lopen: Uit het Burgelijk Wetboek komen de Richtlijnen voor de Jaarrekening voort, zoals RJ 650 waarin vermeld staat dat het verwachte rendement van de belegde middelen via de exploitatie zou moeten lopen. Onze accountants hebben er stevig op aangedrongen om volledig conform Titel 9 BW 2 de bijbehorende richtlijnen de begroting en jaarrekening in te richten en dat hebben we nu gedaan. Enerzijds kan dit in de exploitatie voor 2015 voor het eindresultaat van grote invloed zijn, negatief of positief, anderzijds is de exploitatie nog transparanter en voldoet het KNGF volledig aan de Richtlijnen voor de Jaarrekening. Beleggingsdoelstelling KNGF Het KNGF houdt een exploitatiereserve aan ter hoogte van de verplichtingen die langer lopen dan het lopende begrotingsjaar (personeel, huurcontracten kantoor etc.). De beleggingen van deze exploitatiereserve moeten een liquide karakter hebben aangezien op elk moment een aanspraak op de exploitatiereserve gedaan kan worden. De doelstelling van de belegging is, gezien het karakter van de reserves, primair instandhouding van het vermogen. Het risicoprofiel van de portefeuille is neutraal waarbij gestreefd wordt naar een lange termijn rendementsverwachting van circa 3% per jaar. Het bestuur van KNGF legt, gegeven het risicobudget, in de strategische mix vast wat de normpercentages zijn van de hoofdcategorieën (risicomijdende beleggingen zoals vastrentende waarden en liquiditeiten en risicodragende beleggingen, zoals aandelen en alternatieven) en in welke mate daarvan mag worden afgeweken naar boven en naar beneden.
Categorie Risicomijdende beleggingen - Staatsobligaties - Kredietwaardige bedrijfsobligaties (investment grade) - Rekeningcourant, deposito’s en spaarrekeningen - Liquiditeiten Risicodragende beleggingen - Aandelen - Alternatieve beleggingen
Normweging Bandbreedte 65% 55%-75%
35% 35% 0%
25%-45% 30%-40% 0%-10%
De beleggingshorizon is in principe lange termijn gericht. Het gemiddelde rendement van de belegde middelen over de laatste 5 jaar (2009-2013) bedroeg 7%.
