Stap 1 p r o t o c o l het inbrengen van een (perifeer) infuus _________________________________________________ Doel Het verkrijgen van een directe toegang tot een vene. Benodigdheden • Infuussysteem, infuuscanule. • Steriele gaasjes 5 x 5. • Chloorhexidine 0,5% in alcohol 70% onsteriele handschoenen afdekmateriaal • Fixatiemateriaal onderlegger. • Stuwband/RR -meter • naaldencontainer • scheermesje. Werkwijze 1. Laat de patiënt rustig plat op bed liggen met gestrekte arm. 2. Breng een stuwband aan en laat de patiënt een vuist maken, zorg altijd dat de polsslag nog te voelen is. 3. Kies een goede punctieplaats en onthaar indien nodig. 4. Desinfecteer de punctieplaats en het direct omliggende gebied; desinfecteer tevens de vingertoppen van de handschoenen en breng de canule onder een kleine hoek in het bloedvat. De vene is aangeprikt, indien in de druppelkamer / terugstroomruimte van de canule bloed zichtbaar wordt. 5. Trek de naald ca. 5 mm terug en schuif de canule van de naald af in de vene. 6. Verwijder de gebruikte stuwband. 7. Verwijder de naald en deponeer deze in de naaldencontainer. 8. Fixeer de vleugels van de catheter met afdekmateriaal op de huid. 9. Sluit, op indicatie, het gevulde infuussysteem aan op de catheter en fixeer dat. Indien de catheter niet direct op een infuussysteem wordt aangesloten, dient deze afgesloten te worden met een rood luer-lock afsluitkapje of een geel luer-lock afsluitkapje voor bloedafnames.
Aandachtspunten • Gebruik een zo klein mogelijke diameter in verband met flebitis. • Laat de patiënt rustig, plat op bed liggen met gestrekte arm en kies een goede • punctieplaats. • Vermijd punctie in de buurt van gewrichten/binnenzijde elleboog/onderste extremiteiten / arteriën en dieper gelegen venen. • Gebruik venen aan de niet-dominante zijde van het lichaam. • Gebruik voor het inbrengen van de catheter venen zo dicht mogelijk bij de pols (distaal). Daarop volgende puncties kunnen dan meer naar de oksel (proximaal) worden uitgevoerd. Zonodig dient bij sterke haargroei de huid geschoren of onthaard te worden na een mamma-amputatie infuus niet aan geamputeerde zijde inbrengen.
VIDEOSCRIPT Infuus aanleggen Naam Titel video Korte omschrijving inhoud
Doel
Doelgroep Lengte video Beschikbaar budget Overige contactgegevens
Dr. C.A. Bernard Het aanleggen van een infuus Een instructie voor het aanleggen van een perifeer infuus bij een zwangere. Deze video is onderdeel van vaardigheidstrainingen voor verloskundigen.
Studenten krijgen middels een goed voorbeeld in beeld en geluid een instructie over het aanleggen van het perifeer infuus bij een zwangere. HBO studenten verloskunde, 2e jaars 12 minuten € 1.500,Mevr. C. Overdeweg
[email protected] 06 53892283
Stap 2: van protocol naar videoscript O N D E R D E E L + duur
9. Infuussysteem aansluiten
CAM
BEELD
A U D I O / voice over
Sluit, op indicatie, het gevulde infuussysteem aan op de catheter en fixeer dat. Indien de catheter niet direct op een infuussysteem wordt aangesloten, dient deze afgesloten te worden met een rood luer-lock afsluitkapje of een geel luer-lock afsluitkapje voor bloedafnames.
Stap 3: van protocoltekst naar tekst in termen van instructie. (bv. commentaarstem) O N D E R D E E L + duur
9. Infuussysteem aansluiten
CAM
BEELD
A U D I O / voice over
Rol het infuussyteem zo door in je rechterhand, dat je het eindstuk tussen duim en wijsvinger krijgt. Draai het luerlock op de venflon rechtsom; met de klok mee dus. Laat dan pas je linkerduim los van het eind van de venflon en gebruik linker EN rechter duim en wijsvinger om de verbinding strak aan te draaien Zet het infuus helemaal open door het blauwe wieltje naar boven te rollen. Fixeer de infuuslijn met 3 pleisters.
Stap 4: Naast elke zin de vraag stellen: wat zie ik hier? / Wat moet ik zien? O N D E R D E E L + duur
9. Infuussysteem aansluiten
CAM
BEELD
A U D I O / voice over
INFUUSSYSTEEM IN RECHTER HAND EINDSTUK TUSSEN DUIM EN WIJSVINGER.
Rol het infuussyteem zo door in je rechterhand, dat je het eindstuk tussen duim en wijsvinger krijgt.
LUERLOCK NAAR RECHTS DRAAIEN.
Draai het luerlock op de venflon rechtsom; met de klok mee dus.
LINKER DUIM LOSLATEN VENFLON DUIMEN EN WIJSVINGERS DRAAIEN VERBINDING STRAK AAN.
Laat dan pas je linkerduim los van het eind van de venflon en gebruik linker EN rechter duim en wijsvinger om de verbinding strak aan te draaien
VINGER EN BLAUWE WIELTJE (NAAR BOVEN ROLLEN)
Zet het infuus helemaal open door het blauwe wieltje naar boven te rollen.
FIXEREN INFUUSLIJN MET 3 PLEISTERS.
Fixeer de infuuslijn met 3 pleisters.
Stap 5: Overige beelden, camerastandpunten, foto’s, essentiele geluiden toevoegen. O N D E R D E E L + duur
9. Infuussysteem aansluiten
CAM
CU
BEELD
A U D I O / voice over
MED CU
VENFLON DUIM OP EINDE VENFLON RING- EN MIDDELVINGER VERWIJDEREN EINDDOPJE DUIM EN WIJSVINGER HALEN NAALD UIT VENFLON. NAALDCONTAINER. HAND DOET NAALD IN CONTAINER
CU
LUERLOCK NAAR RECHTS DRAAIEN.
Draai het luerlock op de venflon rechtsom; met de klok mee dus.
CU CU
LINKER DUIM LOSLATEN VENFLON DUIMEN EN WIJSVINGERS DRAAIEN VERBINDING STRAK AAN.
Laat dan pas je linkerduim los van het eind van de venflon en gebruik linker EN rechter duim en wijsvinger om de verbinding strak aan te draaien
CU
VINGER EN BLAUWE WIELTJE (NAAR Zet het infuus helemaal open door het BOVEN ROLLEN) blauwe wieltje naar boven te rollen; SNELLOPEND INFUUS IN INFUUSKAMER let erop dat de inloop juist verloopt. In de druppelkamer moet je druppels snel achter elkaar zien vallen.
CU CU
CU
CU CU
FIXEREN INFUUSLIJN MET 3 PLEISTERS. HET MAKEN VAN HET BRUGGETJE…
CU
GEFIXEERD INFUUS
Pak het infuussysteem en verwijder het einddopje. Trek vervolgens de naald uit de venflon en gooi deze in één beweging in de naaldcontaimer.
Fixeer de infuuslijn met 3 pleisters. Maak hiervoor een zogenaamd ‘bruggetje’; de verbinding en de lijn mogen de huid niet raken. Het infuus is nu aangebracht.
Stap 6: Eventuele indeling in meerdere filmpjes / hoofdstukken op DVD Omschrijving DVD: Vaardigheden trainen die verloskundigen moeten beheersen voor het inbrengen van een infuus. Lokatie opnamen: SFG, Rotterdam 00G20 Vergaderruimte 3
DVD
STRUCTUUR Menu OPSTARTMENU
/
OPBOUW Hoofdstuk
Video-film
1. VOORBEREIDING
1.1 Benodigdheden 1.2 Bloeddruk meten
2. UITVOERING
2.1 2.2 2.3 2.4
3. AFRONDING
3.1 Handelingen na het infuus inbrengen
Infuus inbrengen (totaal) Colofon
De cliënt Prikken voorbereiden Het prikken Infuussysteem aansluiten
VOORBEELD
COMPLEET
VIDEOSCRIPT 2e jaars Najaar 2009
DVD 17 INFUUS INBRENGEN Contactpers. / eindredactie: Linda Aten (VAR)
[email protected] Redactie / docent: Alfred de Jong Precision Bijscholingen B.V. Vosmaerstraat 18 2985 BT Ridderkerk Tel.: 0180 - 43 03 76
[email protected] www.precision-bijscholingen.nl
DVD prod.: André Rooijmans Atelier Ignatia Koorstraat 2 2012 GE HAARLEM 06 538 933 82 www.ignatiaweb.nl
[email protected]
Omschrijving DVD: Vaardigheden trainen die verloskundigen moeten beheersen voor het inbrengen van een infuus. Lokatie opnamen: SFG, Rotterdam 00G20 Vergaderruimte 3 DVD STRUCTUUR / OPBOUW Menu OPSTARTMENU
Hoofdstuk 1. VOORBEREIDING
Video-film 1.1 Benodigdheden 1.2 Bloeddruk meten
2. UITVOERING
2.1 De cliënt 2.2 Prikken voorbereiden 2.3 Het prikken 2.4 Infuussysteem aansluiten
3. AFRONDING
3.1 Handelingen na het infuus inbrengen
Infuus inbrengen (totaal) Colofon
DRAAIBOEK Omschrijving video
Voice over
1. V O O R B E R E I D I N G 1.1 Benodigdheden CU
ALLE BENODIGDHEDEN. EEN VOOR EEN KOMEN NAAR VOREN: • • •
1.2 Bloeddruk meten TOT
• •
BLOEDDRUKMETER STETHOSCOOP 2 INFUUSCANULES rose, 1,0 mm en groen, 1,2 mm DESINFECTANS DISPOSABLE HANDSCHOENEN
• • • • • • •
INFUUSZAK MET NACL 0,9% INFUUSSYSTEEM HUIDFILMFIXATIE ROL LEUCOSILK 2,5 CM CELSTOFMATJE NAALDCONTAINER GAASJES 5 X 5 CM
VERLOSKUNDIGE EN CLIËNT PRATEN.
CU
ARM ONDER HART.
CU
CLIENT, ARM
TOT
CLIËNT: ONDERARM OP TAFEL. BOVENARM OP HARTHOOGTE
De benodigdheden voor het inbrengen van het infuus zijn: Een bloeddrukmeter ‘n stethoscoop infuuscanules in 2 maten… desinfectAns, alcohol 70% met Methanol 5% een paar disposable handschoenen in de juiste maat… Een infuuszak met NaCl 0,9% … Het infuus-systeem… Huidfilmfixatie zoals Tegaderm Een rol leucosilk 2,5 cm… Een celstofmatje, of handdoek… de naaldcontainer en gaasjes van 5 bij 5 cm.
Informeer de cliënt en bepaal of adequate hulp onderweg is. Ga na of de cliënt ontspannen is. (Onrust of stress beïnvloeden de bloeddruk) Leg vervolgens de niet dominante arm lager dan het hart en ga de bloeddruk meten. Bloeddruk meten wordt om de blote bovenarm gedaan. Vraag de cliënt haar (bij voorkeur linker) mouw op te stropen of kleding uit te trekken. Leg de onderarm ontspannen op de tafel, de bovenarm ongeveer op harthoogte.
MED MANCHET OMDOEN
CU
STETHOSCOOP
Pak de manchet van de bloeddrukmeter en leg deze 2 à 3 cm boven de elleboogplooi. De slangetjes wijzen naar de hand en zijn precies geplaatst boven de arteria brachialis. Draai de band rond de arm en maak hem strak vast. Pak de stethoscoop, tik tegen het membraan om het geluid te controleren en zet de stehoscoop in de elleboogplooi.
MED KLOK PAKKEN
Pak de ballon in je rechter hand vast met de klok naar je toe gedraaid en check of het schroefdopje dicht is.
CU
POMPEN
CU
LEEG LOPEN
CU
LUISTEREN MET STETHOSC. 100 40
Pomp lucht in de manchet door in de ballon te knijpen. Luister tot welke waarde je het hart nog hoort kloppen en pomp nog ongeveer 30 mm hoger op. Laat vervolgens de druk langzaam zakken door het schroefdopje een kwartslag open te draaien. Luister met de stethoscoop bij welke waarde je het hart weer hoort. In dit geval begint dit bij 100. Wacht daarna net zo lang tot je het kloppen van het hart niet meer hoort. In dit geval is dat bij 60.
CU
CU TOT TOT
OPBLAZEN TOT 60 VERLOSKUNDIGE + CLIENT. ARM LAGER DAN HART. VERLOSKUNDIGE MET CLIENT.
Pomp de manchet opnieuw op tussen de gemeten waarden in; in dit geval 80. Laat hierbij de arm lager dan het hart hangen!! Blijf - ivm. shockdreiging – gedurende de verdere handelingen de bloeddruk in de gaten houden. Let vooral op pols- en ademhalingsversnelling als belangrijkste teken van bloedverlies. Meet daarom elke 5 minuten de bloeddruk en registreer de uitkomst.
2. U I T V O E R I N G 2.1 De cliënt TOT CU GFX
VERLOSKUNDIGE + CLIENT HOUDING CLIËNT IN BED: LIGGEND. ARM TOV PLAATS HART. AANWIJZEN (PIJLTJE) STERNUM. CU: VULLEN INFUUSSYSTEEM MEDIUM: SYSTEEM WORDT OVER ARM CLIËNT GELEGD.
Leg de cliënt plat of halfzittend in bed. Plaats de linker arm van de cliënt lager dan het hart. Bij een liggende cliënt is dat 5 cm onder het sternum. Open nu het infuussysteem en de infuuszak Hang de infuuszak op. Zet de rolklem en de bovenklem dicht. Steek de spike in de juiste opening van de infuuszak. Hang de infuuskamer ondersteboven en hou met de andere hand de luerlock vast. Open de rolklem en daarna de bovenklem. Laat de infuuskamer los als hij half vol zit. Zodra druppels uit de luerlock opening komt, zet je de bovenklem dicht. Het infuus is lucht-vrij en klaar voor gebruik. Leg het infuussysteem over de arm heen waar je het infuus gaat aanleggen. Laat het einddopje zitten zodat de luerlockaansluiting steriel blijft.
2.2 Prikken voorbereiden TOT
ALLE BENODIGDHEDEN OP TAFEL
Leg alle benodigdheden klaar binnen handbereik aan je rechterkant en zet de naaldcontainer het dichtste bij.
MED
CELSTOFMATJE ONDER ARM SCHUIVEN
Leg een celstofmatje of handdoek onder de arm van de client.
XCU
VINGER DRUKT OP VERSCHILLENDE VENEN, DIKKE EN DUNNE. TENSLOTTE AANWIJZEN DIKSTE VENE.
Beoordeel de venen in de onderarm en bepaal waar de dikste zich bevindt.
MED
AANTREKKEN HANDSCHOENEN.
Trek handschoenen aan.
CU
HANDEN EN OPEN MAKEN VAN CANULE EN ERUITHALEN.
Maak de verpakking van infuuscanule open en haal deze eruit.
TOT
VERLOSKUNDIGE ZIT NAAST CLIENT.
Neem plaats op een krukje, of ga op je knieën zitten.
MED
DESINFECTEREN VAN DE HUID MET GAASJE CHLOORHEXIDINE.
Desinfecteer nu de huid 20 cm rondom de prikplaats met desinfectans, 70% alcohol met 5% Methanol.
GFX
PLAATS VAN PRIK AANG. MET RONDJE
Het infuus kan nu ingebracht worden.
2.3 Prikken TOT AUDIO
Phantoomarm in zelfde CU houding als echte arm. CROSS CU
VERLOSKUNDIGE MET CLIËNT PRATEN. STEM ALFRED: VOORBEELD AANKONDIGING VAN PRIKKEN…
Waarschuw de cliënt dat er geprikt gaat worden. Laat de cliënt de arm en hand helemaal slap houden, laat ze vooral geen vuist maken!
VENE. NAALD GROEN, 1,2 MM
Prik de vene aan met de infuuscanule.
BLOED IN ACHTERSTE KAMER.
Breng de infuuscanule in onder een hoek van ongeveer 15º graden t.o.v. de huid. Schuif, nadat je bloed in de achterste kamer hebt gezien, het geheel 2 mm op, zodat niet alleen de punt van de naald maar ook de canule in het vat zit. Dit voorkomt een eventuele katheter embolie. Laat de naald 1 cm uit de venflon steken en schuif de canule meteen helemaal naar binnen..
CU
2 MM OPSCHUIVEN GEHEEL
CU
UITSTEKEN NAALD UIT VENFLON
Leg daarna de arm op de buik van de cliënt. Zo voorkom je dat de naald eruit kan vallen. CU CU Phantoomarm in zelfde CU houding als echte arm. CROSS Phantoomarm in zelfde CU houding als echte arm. CROSS MED
BLOEDDRUKMETER AAN WIELTJE DRAAIEN, NAAR LINKS REACTIE DRUKMETER
Haal nu de stuwing van de bloeddrukmeter af door het wieltje helemaal naar links te draaien; tegen de klok in dus.
FIXEREN VENFLON MET HUIDPLEISTER IDEM MET LEUKOSIL
Fixeer dan de venflon met behulp van het huidfoliepleister. De venflon kan ook gefixeerd worden met Leukosilk.
GEFIXEERDE VENFLON
Nu ben je klaar om de naald te kunnen verwijderen.
2.4 Infuussysteem CU aansluiten CU
VENFLON DUIM OP EINDE VENFLON RING- EN MIDDELVINGER VERWIJDEREN EINDDOPJE CU DUIM EN WIJSVINGER HALEN NAALD UIT VENFLON. MED NAALDCONTAINER. CU HAND DOET NAALD IN CONTAINER
Pak het infuussysteem en verwijder het einddopje. Trek vervolgens de naald uit de venflon en gooi deze in één beweging in de naaldcontaimer.
CU
CU: LUERLOCK NAAR RECHTS DRAAIEN.
Draai het luerlock op de venflon rechtsom; met de klok mee dus.
CU CU
CU: LINKER DUIM LOSLATEN VENFLON CU: DUIMEN EN WIJSVINGERS DRAAIEN VERBINDING STRAK AAN.
Laat dan pas je linkerduim los van het eind van de venflon en gebruik linker EN rechter duim en wijsvinger om de verbinding strak aan te draaien
CU CU
CU: VINGER EN BLAUWE WIELTJE (NAAR BOVEN ROLLEN) CU: SNELLOPEND INFUUS IN INFUUSKAMER
Zet het infuus helemaal open door het blauwe wieltje naar boven te rollen; let erop dat de inloop juist verloopt. In de druppelkamer moet je druppels snel achter elkaar zien vallen.
CU CU
FIXEREN INFUUSLIJN MET 3 PLEISTERS. HET MAKEN VAN HET BRUGGETJE…
cu
GEFIXEERD INFUUS
Fixeer de infuuslijn met 3 pleisters. Maak hiervoor een zogenaamd ‘bruggetje’; de verbinding en de lijn mogen de huid niet raken. Het infuus is nu aangebracht.
3. A F R O N D I N G 3.1 Na het infuus CU inbrengen MED CU
GEFIXEERD INFUUS.
Wanneer het infuus aangebracht is en gefixeerd, trek je op deze manier je handschoenen uit. Zo zorg je er voor dat er geen contaminatie – en dus kruisinfectie - kan ontstaan.
HANDSCHOENEN UITTREKKEN
AANBRENGEN BLOEDDRUKMETER AAN ANDERE KANT. TOT MED audio
STILL
Colofon / aftiteling
OPRUIMEN SPULLEN DOOR VERLOSKUNDIGE VERLOSKUNDIGE VS. CLIËNT (MÉT INFUUS!!). AUDIO: STEM ALFRED. VRAGEN HOE HET INFUUS ZIT. TEKST IN BEELD: Airway Breathing Circulation.
Breng nu de bloeddrukmeter aan. Doe dit aan de ándere arm, zodat de inloop van vloeistoffen en medicamenten niet gehinderd wordt. Ruim hierna alles zoveel mogelijk op en vraag aan de cliënt of het inlopende infuus goed zit.
Blijf gedurende de hele procedure op de vitale lichaamsfuncties letten volgens het ABC model: Airway, Breathing, Circulation.
Script, docent Alfred de Jong Precision bijscholingen BV, Ridderkerk Cliënt: Lonneke van Zuylen Voice over: Cilia Born Eindredactie Linda Aten Verloskunde Academie Rotterdam (VAR) Opnamen en montage André Rooijmans Atelier Ignatia, Haarlem VAR © 2009