Kopieerblad
1 1
Naam molen
mollen
Schrijf de woorden in de goede rij. kippenvel rekensommen overwinnen fazant collectie hoffelijkheid tekenfiguur publiciteit assistent regisseur arrogant gifkikker ademhalen tomatensaus solliciteren annuleren vrijwillig avonduren resultaat Hollands tafeltennis zaterdagmiddag opzettelijk kanonskogel
3
Schrijf het meervoud op. boomhut
slaapzak
elleboog
probleem
zeekrab
koolmees
woensdag
spinnenweb
hagedis
maairobot
regelneef
knipoog
bloemenkas
visgraat
handpeer
boerin
Schrijf de woorden op. er
brugkla ch a
colade elmoes ning
bel achter n
ver
vember
re
enmachine
brievenbu wa e
en
erschade endig
vergi pla
© Noordhoff Uitgevers bv
2
ing eland Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
2
3
Naam mollen
molen
Schrijf de woorden op. p/pp
r/rr
uitsta…en
a…estatie
a…araat
ma…ionet
su…erieur
co…ectie
dameska…er
pa…aplu
k/kk
d/dd
le…erbekje
postbo…e
te…enaar
bene…en
houtha…er
onmi…ellijk
fietsspa…en
toonla…er
Vul het bijvoeglijk naamwoord in. kil
de
dag
krap
de
broek
leeg
de
trommel
groot
de
mannen
vlug
de
jongen
kaal
de
meneer
ver
het
land
krom
de
tak
slim
de
kater
hoog
de
flats
zuur
de
bommen
klam
de
doek
tof
de
peer
guur
het
weer
klef
de
handen
laag
het
zadel
Maak er meervoud van en vul in. bibliotheek
kennis
zeerob
citaat
eigenschap
vuilniszak
cultuur
pakket
Maartje heeft een paar vrienden en heel veel Hoeveel Deze
zijn er in jouw woonplaats? komen uit een boek van Francine Oomen.
Eerlijkheid en betrouwbaarheid zijn goede In Nederland wonen mensen uit verschillende De vuilniswagen haalt op maandag de Zie jij hoeveel
op. er op die zandbank zitten?
De postbode bezorgt liever geen grote
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Kopieerblad
3 1
Werkwoorden
5
Naam
Maak voltooid deelwoorden en schrijf ze in de goede rij. verwachten verdwijnen groeien schamen rusten vliegen drogen inlichten vluchten zenden roepen haasten uitstellen praten heffen stromen vergaderen doen
eindigt op t
2
eindigt op d
eindigt op en
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben …)
vermelden bewaren vertellen vinden snijden storten schuiven starten Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
Waarom (kladden – tt)
je toch zo in je schrift?
pv / vd
De politie (leiden – vt)
het verkeer in goede banen.
pv / vd
De mannen (schelden – vt)
naar elkaar.
pv / vd
Het bosgebied wordt (begrenzen)
door sloten.
pv / vd
De man (raden – tt)
pv / vd
De wedstrijd is (staken)
pv / vd
Ik heb mijn spullen (verhuizen)
pv / vd
De kaartjes voor het feest zijn (uitverkopen)
het getal in een keer! met een gelijk spel.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Kopieerblad
4 1
Werkwoorden
5
Naam
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm. Schrijf het voltooid deelwoord in de zin. Heb jij mijn laptop van de tafel (pakken)
?
Die zangeres heeft bij ons op het plein (zingen) Gelukkig zijn mijn ouders tegen inbraak (verzekeren) Op het feest van Erwin hebben we uren (dansen) Ik ben wel drie keer (uitglijden) De hond van de buren heeft mij drie keer (bijten) Die dikke spin is over mijn boek (kruipen) Het vliegtuig is na een korte vertraging (landen)
2
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben …)
lopen genoot richten sloeg bedanken herhalen gekropen toepassen beslist Onderstreep de persoonsvorm. Schrijf daarna het voltooid deelwoord van dat werkwoord op. Die aanpak lukt altijd volgens de meester. Ik rende vijf kilometer in een uur. © Noordhoff Uitgevers bv
3
De bejaarde man wandelt op de snelweg. Het schoolfeest begint al om zeven uur. De auto met kapotte remmen rijdt de etalage in. De bloemist biedt op de bloemenveiling. Mijn vriendin belooft op tijd te komen. Raadde jij het in één keer goed?
Spelling op maat 8
Kopieerblad
5 1
Naam geit
Schrijf de woorden op. = ei
= ij
porsel n
r st d
afw zing
kl ngeld
gel kenis
waterp l
besch den
tevoorsch n
bevr den
verl den
verdw ning
gent ds
gendom
sch dsrechter
ber ken
2
verw deren
Maak samengestelde woorden. Gebruik elk woord één keer. leider kei leiding terrein klein eieren pastei arbeider aardbeien eind mei geheim
water…
reis…
…schrift
…kever
sport…
…hard
…taart
lever…
fabrieks…
…geld
roer…
Schrijf de woorden op de goede regel. omh
ning
surv
wederz
ds
afsn afsch
den
st
ding
lleren vr
wel
geren b
gastvr voorber
staatsloter
voorbeeld
verbr
ndelijk afw ding
afl
king
ding
vuurp
l
zelen
kaps
n
ging zen
ij
© Noordhoff Uitgevers bv
3
…sprint
ei
Spelling op maat 8
Kopieerblad
6 1
2
Naam gladheid
Maak er een woord op heid van. bijzonder
hoeveel
gezond
schoon
toevallig
afwezig
mogelijk
plechtig
omstandig
vijandig
rechtvaardig
gulzig
beleefd
gelijk
saamhorig
nalatig
verscheiden
misselijk
gretig
waar
Achter welk woord kun je heid zetten? Schrijf de woorden met heid op. ongeluk mogelijk persoonlijk minder troon benauwd geloof boos tevreden zeker angst dankbaar moeilijk werkeloos vertrouwen gelegen fantasie eeuwig
Maak een woord op heid en vul in. wijs bezig sierlijk slordig onzeker werkelijk beroemd gastvrij eenzaam
Kinderen in oorlogsgebieden leven in grote Wat is
? Wat is slim om nu als eerste te doen?
In
had Tristan zich helemaal niet verslapen.
Ik vind spelletjes doen op de computer een leuke De meisjes hebben de handtekening van die De danseres valt op door haar lengte en haar Door de
van de monteur hebben we geen elektriciteit.
Veel ouderen in Nederland leven in grote Wij staan bekend om onze
: iedereen is welkom.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Kopieerblad
1
2
3
Naam majesteit
Maak er een woord op teit van. mentaal
crimineel
stom
spontaan
creatief
muzikaal
sportief
speciaal
anoniem
divers
nationaal
elastiek
elektra
actueel
populair
rivaal
origineel
effectief
Schrijf de woorden op. ti mi in teit
ber pu teit
teit to ri au
den teit i ti
kwan teit ti
teit re a li
mi stom teit
li teit kwa
ver si uni teit
bli ci pu teit
spon ni ta teit
ci teit ca pa
teit for li ma
fa ci teit li
pas teit si vi
ta to li teit
vi li ta teit
teit vi ti spor
Maak de woorden langer en schrijf ze op de goede regel. De woorden eindigen op teit of tijd. vitaal creatief zomer puber tussen vertrek muzikaal spontaan lunch kleuter leef spontaan totaal ijs divers actueel maal ronde passief
teit
© Noordhoff Uitgevers bv
7
tijd
Spelling op maat 8
Kopieerblad
8 1
Naam specht
Schrijf het woord op. acht
echt
icht
ocht
ucht
Ze horen allerlei ger…en over de filmster. Wat voor cadeau heb jij voor haar gek…? Ik heb werkelijk geen idee wat mijn gew… is. Oma gaat met haar kl…en naar een arts. Deze weg heeft veel gevaarlijke b…en. Heb je ook al bed… wat ik moet doen? We zagen allebei een vl… ganzen. Sofie heeft twee n…en en drie neven.
2
Schrijf de woorden achter de zin. cht
gt
Wat li… er voor iets vies op het aanre…? Oma ze… dat ik re…op moet lopen. Zij is vrij sle… in dat soort opdra…en. De a…erdeur klapte tegen mijn gezi… Hij klaa… over de herrie van de vra…auto. De buurman wee… zich elke na… Mama le… de kussens weer re… Is dat waterpistool e… op mij geri…? Schrijf de woorden op. acht
echt
icht
ocht
ucht
pl…
ger…
vr…
vl…
kl…
geh…
br…
gez…
kr…
gew…
sl…
v…
m…
ber…
uitz…
ged…
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
Naam lachen
Schrijf de woorden op. = ch
=g limla en
zi ku en
pe vo el
li aam
ie elen
ar ief
bo el
no al
ar eolo ie
emisch
2
ro elen
ri el
re elen
bela elijk
a tenta tig
bezor d
oo elen
Maak samengestelde woorden. Gebruik elk woord één keer. lachen
3
chloor richel techniek lichaam chaos echo lach goochel archief kachel
pech
hemel…
hout…
glim...
…truc
…kast
…water
auto…
berg…
…vogel
…spiegel
verkeers…
…put
Schrijf het woord achter de zin. ch
g
Geef mij maar kaas, ik ben niet zo dol op zoet bele… Steeds meer meisjes kiezen een te…nisch beroep. Thijs is nieuws…ierig hoeveel punten hij heeft.
© Noordhoff Uitgevers bv
9
De goo…elaar tovert een konijn uit de hoge hoed. De fans jui…en het elftal elk weekend toe. Mijn moeder vindt mijn korte rok bela…elijk staan. Wist je dat een lama spuu…t uit zelfverdediging? Doe je voorzi…tig? Gister viel er ook al iemand.
Spelling op maat 8
Kopieerblad
10 1
Naam pauw
Schrijf de woorden op. = au
= ou
wantr wen n welijks
ben wd
kniek s
badz t
wenkbr w
2
gurk
tomaat
toband
kab ter
kl teren
juffr w
gustus
fl wekul
tr ma
verst wen
tr wjurk
n wkeurig
Maak samengestelde woorden. Gebruik elk woord één keer. touw pauze rauw dauw bouw fouten flauw saus schouder klauw blauw kauw
…gom
spring…
tomaten…
donker...
…band
…nummer
…kost
spel…
…druppels
…vallen
...plaats
Welk woord hoort erbij? herkauwer nauwkeurig lichtblauw pauze aula auteur kabeljauw lauw applaus flauwekul rauw grauw automobilist astronaut
soort vis
ruimtevaarder
schrijver
kleur
koe
beetje warm
onzin
rustmoment
heel precies
klappen
bestuurder
grote zaal
ongekookt
vaalgrijs
© Noordhoff Uitgevers bv
3
beren…
Spelling op maat 8
Kopieerblad
11 1
2
Werkwoorden
5
Naam
Vul het voltooid deelwoord in. uiten –
emigreren –
aantasten –
afschaffen –
wegebben –
internetten –
eren –
ombouwen –
imiteren –
organiseren –
erven –
accepteren –
oefenen –
immigreren –
irriteren –
instrueren –
Schrijf het voltooid deelwoord in de goede rij. zwijgen evenaren eisen zitten interesseren illustreren ontdekken bewegen ergeren oppassen eindigen klimmen hangen informeren verschaffen mislukken vergissen vinden
eindigt op d
eindigt op en
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
Wie heeft daarmee (experimenteren)
pv / vd
Waarom (reageren – vt)
pv / vd
De aanslag heeft veel slachtoffers (eisen)
pv / vd
Dat heb je heel knap (ordenen)
pv / vd
Vorig jaar (glimmen)
pv / vd
Het boek is mooi (illustreren)
pv / vd
De juf (beantwoorden – vt)
pv / vd
De politie heeft het onderzoek (eindigen)
pv / vd
De agent heeft de bromfietser (achtervolgen)
pv / vd
Men heeft de dief niet (arresteren)
? jullie zo laat?
die kerstballen mooier.
onze vragen.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
eindigt op t
Kopieerblad
12 1
Werkwoorden
3
Naam
Werkwoorden
4
Vul in de verleden tijd in. haken
wippen
krimpen
begrijpen
lachen
verrassen
ik ander meer
ik ander meer
3
Onderstreep en vul in de verleden tijd in. ik/ander/meer
In de pauze (drinken)
Karin koffie.
ik/ander/meer
De agenten (zitten)
ik/ander/meer
(hebben)
ik/ander/meer
In welke maand (vallen)
ik/ander/meer
Ik (krabben)
mijn huid stuk.
ik/ander/meer
Mijn vader (fietsen)
naar zijn werk.
ik/ander/meer
De dief (verdubbelen)
ik/ander/meer
De kat (bezwijken)
ik/ander/meer
Hoe lang (branden)
ik/ander/meer
Ik (wachten)
achter de overvaller aan. je me daarvoor wakker gemaakt? Pasen?
zijn eisen. aan de verwondingen. die kaarsen? erg lang op hem.
Onderstreep het onderwerp en vul in de verleden tijd in. Vorige week (slagen)
wij voor ons rijexamen.
Het varken (verstoten)
drie biggen.
De inbrekers (verschuilen)
zich in een portiek.
De stoel (bezwijken)
onder zijn gewicht.
Hij (zijn) Kadir (gieten)
alweer te laat. de hele gieter in Adi’s nek.
De kinderen (zich verspreiden) De acteur (treden) Hij (sluipen) Het onweer (dwingen)
over de ruimte. de zaal binnen. de deur uit. de zeilers beschutting te zoeken. Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Kopieerblad
1
2
3
Naam houten
Vul het bijvoeglijk naamwoord in. beton
de
vloer
blik
het
doosje
aardig
het
kind
laat
de
trein
hout
het
beeld
glas
het
huis
zilver
de
munt
slim
de
donker
de
nacht
gips
het
aparte
het
boek
wol
de
trui
mooi
de
film
half
de
appel
plastic
de
zak
stof
de
bank
jongen been
Vul het bijvoeglijk naamwoord in. aluminium
De
trap is handiger, want hij is licht.
vermoeid
Zij gaven de
pluche
De kleuter is haar
flanel
Mijn opa draagt het liefst een
karton
We stoppen alles in
gelukkig
Mijn ouders hadden beiden een
aantrekkelijk
In de film spelen een paar
acteurs.
brons
De kunstenaar maakt een
beeld.
eik
De nieuwe,
kristal
Sommige mensen sparen
chauffeur de schuld. konijn kwijt. blouse. verhuisdozen. jeugd.
tafel staat heel mooi. beeldjes.
Vul in. de broek is van katoen – een de taart is het huis is fraai – een de zaag is van de blouse is van satijn – een het jasje is van het dak is van riet – een
broek – een lekkere taart huis – een metalen zaag blouse – een leren jasje dak
de laars is van rubber – een
laars
het boek is spannend – een
boek
de ring is van
– een diamanten ring
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
13
Kopieerblad
1
2
3
Naam houten
Vul het bijvoeglijk naamwoord in. leem
de
hut
bamboe
de
stok
smal
de
weg
actief
de
kat
lood
de
pijp
tin
het
knap
de
man
canvas
de
tent
stijf
de
hark
bruisend
de
stad
deftig
de
dame
platina
de
plaat
zeer
de
vinger
chroom
de
kraan
riet
de
mand
graniet
de
vloer
soldaatje
Vul de bijvoeglijke naamwoorden in. nieuw – wit
de
,
broek
zwaar – lang
de
,
jassen
glad – marmer
de
,
vloer
zacht – fluweel
het
,
jurkje
klein – porselein
het
,
beeldje
grijs – ijzer
de
,
stellage
leeg – glas
de
,
flessen
rood – steen
de
,
afscheiding
lelijk – rotan
de
,
stoel
dik – stof
de
,
bekleding
Vul in. de vloer is scheef – een
vloer
het tasje is van plastic – een
tasje
de rechter is de pot is van aardewerk – een het bedrijf is oud – een de pop is van de hoed is van de pijp is van aluminium – een de neus is van het klusje is moeilijk – een
– een wijze rechter pot bedrijf – een wassen pop – een strooien hoed pijp – een stalen neus klusje
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
14
Kopieerblad
1
2
5
Naam
Vul in. hele werkwoord
ander tt
voltooid deelwoord
mixen
ik heb
crossen
ik heb
joggen
ik heb
saven
ik heb
printen
ik heb
showen
ik heb
trainen
ik heb
mailen
ik heb
focussen
ik heb
tweeten
ik heb
biken
ik heb
lunchen
ik heb
Onderstreep het onderwerp en vul in. ik-vorm Wij (toasten – vt)
op de overwinning.
Mila (downloaden)
je bestand zo. je wel iedere dag?
(flossen – tt) De wielrenner (finishen – vt)
als eerste.
Mijn broer (updaten)
zijn website straks.
Do en Meindert (grillen – vt) Papa (golfen)
3
het vlees. het afgelopen jaar heel vaak.
Onderstreep het onderwerp en de persoonsvorm en vul in. ik-vorm Ik heb in het Amsterdamse bos (skaten) Hij heeft het programma (upgraden) Heeft jouw moeder (carpoolen)
?
Jij hebt jouw werk toch zeker wel (saven)
?
Heb jij haar naam (googelen)
?
De jongen (snookeren – tt)
met vrienden.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
15
Werkwoorden
Kopieerblad
5
Naam
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben ...)
mailen coachen scoren finishen checken stressen timen inloggen downloaden updaten claimen dealen promoten e-mailen racen relaxen trainen uitloggen sprinten gamen mixen chatten picknicken uitchecken
© Noordhoff Uitgevers bv
16
Werkwoorden
pushen computeren scrollen snacken interviewen joggen Spelling op maat 8
Kopieerblad
17 1
Naam rugby
Schrijf het woord met y op. Zeg het woord.
Je schrijft:
Schrijf op.
se
anal t
Je hoort:
de
pe
het
oga
de
s
mbool
h
sterisch
het
de
loll oghurt mnastiek
g
2
de de
Onderstreep de woorden waarin de y klinkt als /ie/. Schrijf de woorden ook op. rugby puppy sympathiek baby royaal hyena hypnose python mysterie penalty Egypte hyacint typisch dyslexie dynamiet pyjama pony lynx
Schrijf de woorden op. =i
= ie
=y
p stool
unan m
m graine
hobb
f s k
d namo
fam l
p ram de
p ranha
h peract f
pol t k
s mpath k
Eg pte
kr t k
g mzaal
stab l
p ano
gen ten
acr l
c l nder
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Spelling op maat 8
Kopieerblad
18 1
Naam rugby
Schrijf de woorden in de goede rij. hypnotiseur mysterieus buggy mayonaise yoghurt typediploma hysterisch lynx yoga royaal dyslectisch psycholoog systeem yell sympathie
y klinkt als /ie/
2
y klinkt als /i/
y klinkt als /j/
Vul in. t
pisch sorr
vakjur
h
ena
De
penalt
f
siotherapie
stemde unaniem op dezelfde zangeres.
Als je het goed wilt maken, moet je eerst Een
zeggen. is een wild dier dat in Afrika leeft.
Het elftal won de wedstrijd door een Door de
is de pijn in mijn rug weg.
Dat is nou een Schrijf het woord dat je ziet op.
de
de
de
het
de
de
de
de
de
de
© Noordhoff Uitgevers bv
3
geval van veel pech hebben.
Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
2
5
Naam
Vul in. schudden
ik heb
de
kaarten
poten
ik heb
de
aardappels
invetten
ik heb
de
schaatsen
uiten
ik heb
de
klacht
ontleden
ik heb
de
zin
doden
ik heb
het
konijn
witten
ik heb
de
gevel
verbreden
ik heb
de
weg
bieden
ik heb
het
redden
ik heb
de
bedrag drenkeling
Vul in. Ik (sturen – tt)
je een brief.
Laatst (sturen)
ik je nog een kaart.
Heb je de bestelling al (sturen)
?
Hij ontving de gisteren (sturen)
brief vandaag al.
Het vliegtuig (landen – tt)
om drie uur.
De helikopter (landen)
gisteren op platform vier.
Is het vliegtuig uit Madrid al (landen) De (landen)
3
? passagiers stapten uit het vliegtuig.
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Die jongens (verspreiden)
laatst leugens.
pv / vd / bn
Mama heeft de kinderen een ijsje (beloven)
pv / vd / bn
Het (sneuvelen)
pv / vd / bn
Hij (rijden – vt)
pv / vd / bn
Ik heb (luisteren)
pv / vd / bn
Mijn buurman gleed uit over de (boenen)
pv / vd / bn
De (redden)
pv / vd / bn
Het leesboek is prachtig (illustreren)
pv / vd / bn
De (verplanten)
pv / vd / bn
Mijn broertje won de (verloten)
hek werd verbrand. in een half uur naar het station. naar de storm. vloer.
zwemmer was erg geschrokken.
heesters staan in bloei. kaart.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
19
Werkwoorden
Kopieerblad
1
2
5
Naam
Vul in. bijten
ik heb
de
man
laden
ik heb
de
vracht
plakken
ik heb
de
band
melden
ik heb
de
schade
slachten
ik heb
het
zwijn
fluiten
ik heb
het
deuntje
leren
ik heb
de
les
snijden
ik heb
de
worst
maken
ik heb
de
afspraak
Vul het bijvoeglijk naamwoord in. (overdrijven)
vriendelijkheid stellen we niet op prijs.
De (verkleden)
kinderen hadden veel pret.
Dat zijn (zoeken)
bewijzen en die zijn dus niet geldig.
Het (geven)
antwoord was fout.
Het (wissen)
programma was nog wel nodig.
De (verliezen)
wedstrijd is voorbij.
Raap nooit (afsteken) Het (vinden)
vuurwerk op; dat is gevaarlijk. briefje van 100 euro bleek vals te zijn.
De (beluisteren)
3
berichten waren erg actueel.
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Het (kneden)
deeg moet nu eerst rijzen.
pv / vd / bn
Ben jij op dat tijdschrift (abonneren)
pv / vd / bn
Ik (durven – vt)
pv / vd / bn
De (kopen)
pv / vd / bn
Hij (baden – tt)
pv / vd / bn
Mijn moeder (bestellen)
pv / vd / bn
De (installeren)
pv / vd / bn
Elke week wordt de badkamer (schrobben)
pv / vd / bn
De (verwachten)
pv / vd / bn
Het (stranden)
? niet over die sloot te springen. fiets zag er schitterend uit. zich vier keer per week. morgen een gordijn. computer liep vast.
nederlaag kwam hard aan. schip trok veel bekijks.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
20
Werkwoorden
Kopieerblad
21 1
2
Naam bloemenvaas
Schrijf de samengestelde woorden op. krant + bak
duif + kooi
stad + deel
varken + hok
hond + slee
verkeer + bord
staat + loterij
paard + staart
boek + plank
visser + vloot
bakker + zaak
pen + bakje
heg + schaar
aardbei + ijs
hart + wens
water + nood
Vul het samengestelde woord in. Een feest voor je verjaardag is een Een assistent van de dokter is een Een stok voor een vlag is een Een feest in een dorp is een Een bezorger van de krant is een Een bon voor boeken is een Een situatie in het verkeer is een Een kap voor een lamp is een Een bus die in de stad rijdt, is een Een chef van een afdeling is een Vul de samengestelde woorden in. pan
koek mening verschil veiligheid stad centrum kip vel bes sap
peld fiets maker redding vest
Het hengsel van mijn tas zit vast met een Wil je stroop of poedersuiker op je
?
Zij praten niet meer met elkaar door een Als je mee wilt op de boot, moet je wel een De
aan. plakt een band in vijf minuten.
Mijn vader is gek op gele pudding met Op zaterdag is het Ik heb het koud! Kijk maar, ik heb
vol met winkelende mensen. op mijn armen. Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Kopieerblad
22 1
Naam bloemenvaas
Schrijf het samengestelde woord op de goede regel. eendenei studentenhuis lamsvlees krentenbol koningszoon moederskindje dorpsschool woordenboek pijpenkrullen passagiersschip paddenstoel reddingsboei hartendief schildersezel kapperszaak paardenbloem vissersvloot krantenlezer
tussen-s
tussen-n
3
Schrijf de samengestelde woorden op. berk + boom
kar + spoor
station + hal
fles + hals
kanon + kogel
kapitein + pet
handel + schip
fiets + dief
slang + kuil
hoed + plank
schoen + doos
slager + mes
training + pak
keizer + kroon
stoel + dans
dorp + straat
roos + struik
dier + tuin
stad + muur
hond + riem
boek + bon
bed + goed
Trek lijnen en schrijf de samengestelde woorden op. tomaat
taart
kat
installatie
voorjaar
mepper
man
staart
kers
soep
geluid
besluit
vlieg
zon
regering
stem
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Kopieerblad
23 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben ...)
kijken dragen verbranden helpen roepen lijden melden verstaan besteden oplossen trouwen
3
Onderstreep en vul in. pv / vd
In de Noordzee is een nieuwe vissoort (ontdekken)
pv / vd
Mijn broertje (stoten – vt)
pv / vd
Eric (kunnen – tt)
pv / vd
De gevaarlijke stoffen zijn veilig (opbergen)
pv / vd
Dat armbandje heeft Caro al veel geluk (brengen)
pv / vd
Het winkelpand (branden – vt)
pv / vd
In de vakantie ben ik naar de Waddeneilanden (afreizen)
pv / vd
Vanochtend (melden)
zijn glas melk om. mij ook wel eten opscheppen.
helemaal uit.
zeven leerlingen zich ziek.
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
De (finishen)
lopers werden toegejuicht.
pv / vd / bn
Mijn buren zijn vorige week (verhuizen)
pv / vd / bn
Het (invullen)
pv / vd / bn
Aziz (bezoeken – tt)
pv / vd / bn
Die oude dametjes hebben te hard (rijden)
pv / vd / bn
In 2010 (vieren)
pv / vd / bn
Na elke (winnen)
pv / vd / bn
De (irriteren)
formulier moet je terugsturen. ieder jaar Turkije.
onze school het honderdjarig bestaan. wedstrijd vieren we feest. man gaf een kort antwoord. Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Kopieerblad
1
2
3
5
Naam
Vul in. vinden
ik heb
de
voorwerpen
boeken
ik heb
de
reis
bellen
ik heb
de
vrienden
inchecken
ik heb
de
passagiers
schrikken
ik ben
het
hert
bakken
ik heb
de
taart
verbreden
ik heb
de
snelwegen
verkopen
ik heb
het
tv-toestel
vegen
ik heb
de
hal
verven
ik heb
de
etalages
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
De portier (zetten – vt)
twee mannen buiten de deur.
pv / vd
Op de akkers werd vooral graan (verbouwen)
pv / vd
Het weer (veranderen)
pv / vd
De toeristen (vragen – vt)
pv / vd
Op het kamp was veel regen (voorspellen)
pv / vd
Mijn broer heeft zijn fietsband (oppompen)
pv / vd
De politie (ondervragen)
pv / vd
(branden – tt)
pv / vd
Vroeger (trainen)
de komende weken niet. ons de weg.
de verdachte zojuist. je kachel wel goed? voetballers niet zo veel als nu.
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Tijdens de cruise (rusten – vt) heerlijk uit.
mijn opa en oma
pv / vd / bn
De coach heeft het speelschema (mailen)
pv / vd / bn
De meester had zich (vermommen)
pv / vd / bn
De (plukken)
pv / vd / bn
Hoeveel (branden)
pv / vd / bn
(zullen)
pv / vd / bn
De (breken)
pv / vd / bn
Ik heb niets meer van hem (horen)
pv / vd / bn
De (lakken)
als agent. aardbeien kun je meteen opeten. cd’s heb je bij je? ik jou je fiets terugbrengen? vaas is niet meer te lijmen.
tafel staat in de gang. Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
24
Werkwoorden
Kopieerblad
25 1
Naam liniaal
Schrijf de woorden in de goede rij. cruciaal officieel punctueel eventueel financieel initiaal speciaal ceremonieel notarieel filiaal actueel seksueel presidentieel sensueel imperiaal visueel mondiaal materieel
iaal
3
ieel
Schrijf de woorden op. iaal
ueel
ieel
fil…
lin…
vis…
offic…
procent…
jov…
soc…
rit…
intellect…
triv…
cruc…
potent…
concept…
init…
asoc…
financ…
Maak woorden op iaal, ueel of ieel. individu
ceremonie
commercie
genie
collega
territorium
tekst
principe
bacterie
essentie
president
provincie
kolonie
contract
principe
concept
industrie
intellect
© Noordhoff Uitgevers bv
2
ueel
Spelling op maat 8
Kopieerblad
26 1
Naam liniaal
Maak het woord af en schrijf het op. iaal
ueel
ieel
Hij is princip In dat fil
tegen het eten van vlees. van AH verkopen ze dit sap niet.
Het is cruc
dat je goed oplet nu.
De Kinderboekenweek is nu niet act Wil jij event
morgen met mij mee?
Het buurthuis wordt nu offic
geopend.
Ons oude lesmater
vond ik saai.
Timme werkt liever individ
aan de taak.
Waarom meet je het niet na met je lin De Maasvlakte is een industr
3
gebied.
Maak het woord langer. geniaal
gœeflºÓn¶iÏ n¶iχaŸºılÇlÇefl
sociaal
punctueel
speciaal
tekstueel
visueel
provinciaal
joviaal
individueel
eventueel
territoriaal
sensueel
procentueel
mondiaal
Maak het woord langer en schrijf het in de goede zin. asociaal
materiaal
visueel
eventueel
joviaal
Mensen die blind zijn, hebben een Die
seksueel
ritueel
initiaal
beperking. jongeren hebben het bushokje gesloopt.
Bij een dienst in de kerk horen allerlei Graag op elke bladzijde rechtsonder uw Welke Wil jij het nalezen en Bij ons op school geven ze geen De slager maakt grapjes met iedereen: het is een
zetten. hebben we nodig bij het bouwen? fouten eruit halen? voorlichting. man.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
?
Kopieerblad
27 1
Naam
Onderstreep het goede woord. Die meisjes hebben gister alle / allen cola opgedronken. Sommige apparaten stonden er nog, maar vele / velen waren weggegooid. De grap was flauw, slechts enkele / enkelen moesten erom lachen. Beide / Beiden kleuters durfden niet met hun hoofd onder water. De sporter heeft nog enkele / enkelen weken om zich voor te bereiden. Vele / Velen waren vandaag naar de schouwburg gekomen. Wij zijn beide / beiden zeer tevreden over de gang van zaken. Veel mensen vonden het prima, maar sommige / sommigen protesteerden. Van de vele / velen series op tv vind ik er geen één echt spannend. De meeste bomen bloeien nu, slechts enkele / enkelen niet.
2
Vul in. alle
allen
mensen hadden zich vergist in de datum. een kaartje voor hun verjaardag.
Zij willen
een appeltaart cadeau.
De winkelier geeft Ik wil niet een paar boeken, maar
ernstig gewond geraakt.
Gelukkig is geen van
kinderen onaardig tegen haar?
Waarom doen
chips uit de bakjes.
Het meisje graaide Waarom zij blij zijn? Ze hebben Kies het goede woord en vul in. beide – beiden
acteurs hebben een prijs gewonnen.
sommige – sommigen
Ach weet je,
enkele – enkelen
Slechts
vele – velen
Er zijn
enkele – enkelen
wisten de finish te halen. wegen die naar Rome leiden. hondjes hebben nog geen baasje.
sommige – sommigen
willen nog een keertje schommelen!
vele – velen
Bij de
beide – beiden
Willen jullie
vele – velen
zijn nooit tevreden.
winnaars hoort ook mijn zusje. je haar helemaal kort? rijden te snel op die binnenwegen. Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
geld gewonnen!
Kopieerblad
28 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben ...)
rusten tekenen grinniken kiezen graven verwerven richten oplossen opvoeden
3
Vul in. maaien
ik heb
het
gras
bestellen
ik heb
het
boek
bederven
het is
het
vlees
voldoen
ik heb
het
bedrag
ontdooien
ik heb
de
maaltijd
vinden
ik heb
de
sleutel
stranden
ik ben
het
schip
typen
ik heb
de
brief
hakken
ik heb
het
hout
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Hoe vaak is dat al (gebeuren)
?
pv / vd / bn
De boer (verbranden – vt)
pv / vd / bn
De (verplanten)
pv / vd / bn
De kinderen (feesten – vt)
pv / vd / bn
Waarom (rijden – tt)
pv / vd / bn
De (oprichten)
pv / vd / bn
Het meisje heeft mij weer (stompen)
pv / vd / bn
De jongens (fluiten – vt)
pv / vd / bn
Ik (binden – tt)
de takken. rozen waren doodgegaan. de hele nacht door. je zo hard? vereniging telt duizend leden.
naar de meisjes. je tas wel even achter op je fiets. Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Kopieerblad
1
5
Naam
Vul in. je broer aan astma?
(lijden – tt)
toen op de sofa.
Oma (rusten)
jij de geit even vast?
(binden – tt)
je de hoogste prijs.
Ik (bieden – tt)
hard.
Het kampvuur (branden – tt)
vorig jaar heel veel sneeuw.
Er (vallen) Marga (zijn – vt)
erg geschrokken.
Hij (strijken – vt)
met zijn hand door het haar.
Hij (oplossen – vt)
2
3
de rebus helemaal fout
Vul in. hele werkwoord
ander vt
bijvoeglijk naamwoord
redden
de
zeiler
verbreden
de
weg
scheren
het
missen
de
scoren
het
doelpunt
downloaden
het
bestand
zouten
de
haring
zwemmen
het
record
stoven
de
schaap kans
kabeljauw
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
Heeft jouw moeder haar haar (verven)
?
pv / vd
Jullie (proeven – vt)
pv / vd
Heeft het bij jullie ook zo (regenen)
?
pv / vd
Geloof jij echt dat juf zoiets (geloven – tt)
?
pv / vd
De vrouw (besluiten – vt)
pv / vd
Het vliegtuig was bijna (crashen)
pv / vd
Is de macaroni al (opwarmen)
pv / vd
De man (krabben)
pv / vd
De schoonmaker heeft de vloer (schrobben)
toch ook olie?
om kok te worden.
? zojuist de verf van de tafel.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
29
Werkwoorden
Kopieerblad
1
2
3
Naam ruïne
Schrijf het woord over en zet het trema op de goede plaats. agrarier
concierge
skier
Argentinie
egoist
naief
terrier
Azie
patient
client
Israel
reunie
hygiene
mozaiek
bingoen
financiele
industriele
kanoen
Onderstreep de woorden die goed gespeld zijn. Verbeter de fout gespelde woorden. vacuum
skien
tekstuele
officiele
kopieren
beantwoorden
Australie
ruine
poezie
mondiale
dieet
financien
geuit
geinterviewd
geirriteerd
geoloog
Schrijf het woord met het trema op de goede plek in de zin. beinvloeden
poezie
creeren
notariele
kanoer
De
orientatie
door de media.
Het geld voor het schoolreisje wordt
door de juf. kanoot met grote vaart door de wilde rivier.
Vroeger had je geen vriendenboekjes, maar De
presidentiele
gebouwen zijn erg mooi om te zien.
De politicus laat zich niet
De
geind
albums. kosten voor een testament zijn hoog.
Samen kunnen we vast iets heel moois Ik heb ter
wat brochures gekregen van scholen.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
30
Kopieerblad
31 1
2
Naam ruïne
Onderstreep de woorden die goed gespeld zijn. Verbeter de fout geschreven woorden. client
biografie
orientatie
kanoer
museum
efficient
beeindigen
begroeiing
concierge
materiele
aftroeven
coordinatie
cooperatief
serieus
chaotisch
naief
relief
jojoen
skien
geachte
Schrijf de woorden op. Denk aan het trema. De Australi…r is geen heel goede ski…r. Ter ori…ntatie blader ik door de bundel po…zie. Oma cre…ert een moza…ek met stukjes glas. De pati..nt was ge…rriteerd door de pijn. Wij houden onze re…nie dit jaar in Veneti… De conci…rge is lief, maar wel wat na…ef. Hij gaat het kopi…ren voor zijn cli…nten. De ru…ne wordt effici…nt gerestaureerd. Gelooft elke Indi…r in re…ncarnatie? De agri…rs daar zijn gek op bingo…n. Schrijf het woord dat je ziet met een trema op.
de
het
de
de
© Noordhoff Uitgevers bv
3
de Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
5
Naam
Maak er gebiedende wijs van. (verroeren)
je niet!
(opletten)
dat ze niet te veel nemen!
(afblijven)
er toch met je vingers van
(nadenken)
eerst
voor je begint!
(eten)
met je mond dicht!
(spreken)
met twee woorden!
(verwachten)
niet teveel van die nieuwe aanpak!
(lopen)
nou toch eens door!
(gaan)
jij maar eerst!
(vertrouwen)
2
3
!
nu eens op je eigen kennis!
Vul in. kruiden
ik heb
het
gehakt
mesten
ik heb
het
kalf
redden
ik heb
de
zwemmer
beklimmen
ik heb
de
berg
verwoesten
ik heb
de
huizen
verliezen
ik heb
de
wedstrijd
bereiden
ik heb
de
maaltijd
invetten
ik heb
de
schaatsen
bieden
ik heb
het
bedrag
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
De minister (aftreden)
pv / vd / bn
De (verlaten)
pv / vd / bn
De soep (aanbranden)
pv / vd / bn
Wij hebben ons (amuseren)
pv / vd / bn
De (doorstaan)
pv / vd / bn
Zes jaar terug (vluchten)
pv / vd / bn
Het bedrag werd (terugbetalen)
pv / vd / bn
Hassan heeft dat mooi (figuurzagen)
pv / vd / bn
Het (erven)
morgen straat was slecht verlicht. gister
ellende is achter de rug. de familie al.
horloge was van mijn oma.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
32
Werkwoorden
Kopieerblad
5
Naam
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben ...)
kijken branden vallen verbieden helpen roepen lijden spatten vangen zuchten voeren zuigen rekenen snijden binden leggen klagen zingen spuiten vertonen haasten worden redden schrikken
© Noordhoff Uitgevers bv
33
Werkwoorden
ruiken schakelen zien gooien bouwen stoten Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
2
3
Naam auto-ongeluk
Trek lijnen en schrijf de samengestelde woorden met een koppelteken op. politie
avond
milieu
ongeluk
chocolade
omroep
auto
inspectie
gala
uniform
luxe
opname
radio
ijs
video
uitvoering
Schrijf de samengestelde woorden op. Let op: niet alle woorden schrijf je met een koppelteken. fietsen + dief
politie + inspecteur
zo + even
mede + inzittende
mee + eten
foto + expositie
kersen + pit
vakantie + oord
kaars + vlam
file + ellende
zee + egel
bio + industrie
thee + ei
bagage + ruimte
rij + examen
bureau + inhoud
co + piloot
cadeau + idee
Onderstreep de woorden die goed gespeld zijn. Verbeter de fout geschreven woorden. naapen
autoonderdelen
miniemmer
eendenei
roggebrood
toeeigenen
reintegratie
olieopbrengst
coouder
astmaaanval
tostiijzer
mediaaandacht
koffieautomaat
cadeauidee
meeeter
brutoinkomen
vanilleyoghurt
atoomenergie
naebben
dataanalyse
© Noordhoff Uitgevers bv
34
Spelling op maat 8
Kopieerblad
35 1
2
Naam auto-ongeluk
Schrijf de woorden goed op met een trema of een koppelteken. galavond
sojaextract
vacuum
mediaevent
toegeeigend
geinteresseerd
mangoijs
nettouitkering
clienten
niveauindeling
judoen
fotoimpressie
egoisme
radiouitzending
beinvloeden
dominoeffect
Welke samengestelde woorden kun je maken? Schrijf ze op. familie media opera auto bruto stereo schade zo mini na inkomen
uitvoering
uitje
aandacht
jurk
even
installatie
inbraak
aperij
Schrijf het samengestelde woord met koppelteken in de zin. fotoonderschrift theeei camerainstelling alineaindeling cadeauidee functieinhoud keuzeelementen zoeven tweeeiige bamiingrediënten
Heb jij al een
voor het 25-jarig huwelijk van je ouders?
Ze wilde die baan, maar ze had geen idee van de In het Deze game is leuk, omdat er veel Wist je dat mijn zus en ik een Met de juiste Ik heb alle Een tekst is leesbaarder als hij een goede Heb jij Ik vind thee zetten met een
kun je lezen wat voor soort bloem het is. in zitten. tweeling zijn? kun je ook ’s nachts foto’s maken. in huis, behalve de mie. heeft. de hele fles cola leeggedronken? en losse thee te veel gedoe.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
expert
Kopieerblad
1
2
3
5
Naam
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
(horen – tt)
jij een harde dreun?
pv / vd
Hij heeft bij Alkmaarse Boys (voetballen)
pv / vd
Het (beloven – vt)
pv / vd
Het heeft mij (verbazen)
pv / vd
De poes heeft mij weer (krabben)
pv / vd
Ik (vissen)
pv / vd
Wij hebben het project (coördineren)
pv / vd
We (rondneuzen – vt)
pv / vd
Bijna iedereen is al (inloggen)
een mooie dag te worden. hoe mooi zij zong. ! gisteren op karper.
wat
op de braderie.
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Opa (gebruiken)
vroeger veel suiker.
pv / vd / bn
De (hechten)
pv / vd / bn
Het (verwoesten)
pv / vd / bn
De meester (groeten – vt)
pv / vd / bn
Het (uitloten)
nummer is: drieënveertig.
pv / vd / bn
De kat (lopen – vt)
met een muis in zijn bek.
pv / vd / bn
Vorige week heb ik aardappelen (poten)
pv / vd / bn
De (verwachten)
pv / vd / bn
Ik heb de hele dag buiten (spelen)
wond is al aan het helen. huis werd weer herbouwd. zijn collega.
gast kwam niet opdagen.
Vul in. bakken
ik heb
de
aardappelen
dragen
ik heb
de
kleding
geven
ik heb
de
voorbeelden
nemen
ik heb
het
besluit
lopen
ik heb
de
afstand
verliezen
ik heb
de
portemonnee
zouten
ik heb
de
haring
vinden
ik heb
de
voorwerpen
schrijven
ik heb
de
tekst
rijden
ik heb
de
kilometers
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
36
Werkwoorden
Kopieerblad
5
Naam
Vul in. genezen (tt)
bidden (tt)
verstaan (vt)
zwerven (vt)
helpen (tt)
dragen (tt)
herstellen (vt)
werken (vt)
springen (tt)
schuiven (tt)
worden (vt)
vliegen (vt)
maken (vt)
kleden (vt)
praten (tt)
lezen (tt)
blazen (vt)
verven (vt)
smullen (vt)
blozen (tt)
melden (tt)
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
ik ander meer
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
37
Werkwoorden
Kopieerblad
38 1
2
Naam knieën
Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op. ree
dreumes
lemmet
aardappel
bacterie
fantasie
havik
viezerik
lobbes
assurantie
idee
categorie
perzik
allergie
olie
stouterik
Schrijf het meervoud in de goede rij. tractor krokus vonnis bangerik parfumerie afscheidskus bajes winnares verfblik epidemie lomperik oorlel
verdubbeling + en
en
Schrijf het meervoud in de goede zin. trofee aardappel monnik leeuwerik luiwammes epidemie lemmet melodie
De
in dat klooster bidden vijf keer per dag.
Mijn broer heeft al veel
gewonnen met atletiek.
Wist je dat
heel hoog in de lucht fluiten?
Wat zijn jullie toch een
! Ruim toch eens op!
In de middeleeuwen stierven hele dorpen uit door De
van haar liedjes blijven in je hoofd zitten.
In zuurkoolstamppot horen wortels, uien en De
van die oude messen zijn niet scherp meer.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Kopieerblad
39 1
2
Naam auto’s
Schrijf het meervoud op. vakjury
programma
breedte
alinea
keuken
engerd
cobra
wandelaar
pagina
diploma
familie
restaurant
taxi
avocado
garage
farao
Schrijf het meervoud in de goede rij. dictee bezem agenda paraplu cafetaria abonnee shampoo opera horloge hobby conciërge risico accu installatie helikopter firma
’s
Onderstreep de woorden die in het meervoud ’s krijgen. Schrijf ze op in het meervoud. limonade collega pinda ijsco combinatie tante kilo menu tosti jongedame camera radio ziekte © Noordhoff Uitgevers bv
3
s
iglo spatie bikini komma idee vakantie zebra
Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
2
3
5
Naam
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
Waarom hebben jullie dat niet (vragen)
?
pv / vd
Het oude treinstation wordt niet meer (gebruiken)
pv / vd
De kinderen (zitten – vt)
pv / vd
Bart heeft zijn sporttas in de hoek (gooien)
pv / vd
Francine Oomen (schrijven – tt)
pv / vd
Jij (denken – tt)
pv / vd
In dat liedje werd (zingen)
pv / vd
(zijn – vt)
op het schoolplein te wachten.
kinderboeken. wel vijftig boeken gelezen te hebben? over de liefde. het vandaag echt de laatste schooldag?
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Tom en Bert (hebben – vt)
spijt van het spijbelen.
pv / vd / bn
Het meisje heeft op hoge hakken (dansen)
pv / vd / bn
De (troosten)
pv / vd / bn
Ik (trainen – tt)
pv / vd / bn
Op de (vertragen)
pv / vd / bn
Wij (beantwoorden)
pv / vd / bn
De jongen tuurde door het (verlichten)
pv / vd / bn
De (vluchten)
pv / vd / bn
We hebben de film met afgrijzen (bekijken)
pv / vd / bn
Isis heeft dit jaar weer (meedoen)
jongen was op zijn knie gevallen. elke zaterdag. beelden kon je het zien. de e-mail gisteren. raam. gevangene werd opgepakt.
Vul in. redden
ik heb
de
zwemmer
beklimmen
ik heb
de
berg
luiden
ik heb
de
klok
bieden
ik heb
het
bedrag
mesten
ik heb
het
kalf
bijten
ik heb
de
man
laden
ik heb
de
vracht
snijden
ik heb
de
worst
fluiten
ik heb
het
deuntje
maken
ik heb
de
afspraak
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
40
Werkwoorden
Kopieerblad
41 1
Werkwoorden
5
Naam
Schrijf de persoonsvorm tt én vt achter de zin. Gijs (kopen) zijn schoenen in de uitverkoop. Idris (spelen) bij de B-junioren. Jij (horen) een harde dreun. Het kind (zullen) een broodje eten. De wolken (drijven) over. (draven) jullie paard altijd zo hard? Mijn zusje (kruipen) voor de eerste keer. We (zien) de zon achter de bergen ondergaan. Er (worden) zacht op de dwarsfluit gespeeld. Met piepende banden (rijden) Thomas de bocht om. Vul het bijvoeglijk naamwoord in. De (bezetten)
plaatsen waren gereserveerd door de oude heer.
De (plakken) De (bijten)
hond werd door de dierenarts verzorgd.
De (verhitten)
discussie liep uit op een vechtpartij.
Het (stranden)
schip was van mijn oom.
De (lenen)
boeken lagen op tafel.
Ik heb mijn (verroesten)
fiets opnieuw geverfd.
De (wassen)
3
band was alweer lek.
borden staan in de servieskast.
De door oma (maken)
roti smaakte erg lekker.
Ik heb de (gebruiken)
tandenborstel weggegooid.
Vul het voltooid deelwoord in. Ik heb (pakken)
Ik heb (slapen)
Ik heb (bedenken)
Ik heb (plakken)
Ik heb (wegzetten)
Ik heb (kruipen)
Ik heb (opletten)
Ik heb (afbreken)
Ik heb (draaien)
Ik heb (ontdekken)
Ik heb (overdoen)
Ik heb (eten)
Ik heb (inademen)
Ik heb (verbranden)
Ik heb (raden)
Ik heb (invullen)
© Noordhoff Uitgevers bv
2
Spelling op maat 8
Kopieerblad
1
2
3
Naam tv
Schrijf de afkortingen op. centimeter
mevrouw
met ingang van
bladzijde
bijvoorbeeld
naar aanleiding van
enzovoort
inclusief
onder andere
met andere woorden
dat wil zeggen
exclusief
en dergelijke
met uitzondering van
compact disc
zo spoedig mogelijk
en anderen
doctorandus
Schrijf de afkortingen voluit op. Je mag een woordenboek gebruiken. a.s.
z.o.z.
a.u.b.
p.p.
tel.
t.k.a.
mv.
jl.
m.n.
m.v.g.
max.
info
pag.
i.p.v.
nr.
o.l.v.
Schrijf de afkorting in de goede zin. apk
i.p.v.
par.
tv
min.
v.l.n.r.
Ik kijk elke avond
e.o.
etc.
: het Klokhuis en het Jeugdjournaal.
Mijn moeder wil dat ik
een 8 haal voor de toets.
Oudere auto’s moeten elk jaar verplicht een
-keuring krijgen.
Op de middelbare school krijg je wiskunde, Engels, gym, Zij wil een chocolade-ijsje Op deze foto zie je In Apeldoorn Van dit hoofdstuk moet hij alleen Het pretpark is
een vanille-ijsje. mijn oom, tante, vader en moeder. is het fijn om lange wandelingen te maken. 3 en 5 lezen. 1 december gesloten voor al het publiek.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
42
Kopieerblad
1
2
3
Naam tv
Schrijf de afkortingen op. televisies
met name
en omgeving
paragraaf
en dergelijke
Europese Unie
et cetera
enzovoort
afzender
als gevolg van
en vele andere
familie
artikel
aanstaande
bustehouder
personal computer
centimeter
een en ander
gram
gymnastiek
Schrijf de afkortingen voluit op. Je mag een woordenboek gebruiken. dhr.
n.v.t.
evt.
d.m.v.
N
d.w.z.
e.a.
hbo
fig.
i.c.m.
l
NS
dl
m.b.t.
NL
m.m.v.
Schrijf de afkorting in de goede zin. o.l.v.
i.v.m.
m.v.g.
a.u.b.
vmbo
ong.
m.b.v.
d.w.z.
Mijn vriendin en ik gaan volgend jaar naar het Het orkest treedt morgen op De hoogste berg ter wereld is
een zeer bekende dirigent. 8800 meter hoog.
De hoofdweg is afgesloten
werkzaamheden.
Een blinde kan buiten de weg vinden
een geleidehond.
Die uitleg is te vaag,
: ik snap het gewoon niet.
Een mailtje kun je heel goed afsluiten met: Ik hoor het bijna niet. Wilt u
even stil zijn?
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
43
Kopieerblad
44 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul het werkwoord in. Gisteren (verslapen)
Maaike zich, vandaag gelukkig niet.
Ik (vergeten)
mijn boeken vroeger veel vaker dan nu.
Iedereen (vluchten – vt)
voor de regen naar binnen.
(vinden – tt)
je broer jouw vriendin nu wel aardig?
Rania (vinden)
deze opgave elke keer weer moeilijk.
(branden – tt)
je je vingers niet aan die kleine oven?
Toen ik opstond, (schieten) (worden)
de pijn in mijn arm. Arjan toen wel geholpen door een klasgenoot?
Mehmet (slagen)
vorige week voor zijn rijexamen.
Toen ze ziek was, (hoesten)
2
Merel haar longen uit haar lijf.
Vul in. Ik heb vandaag mijn kamer (schoonmaken) De (verloten)
prijzen kunnen worden opgehaald bij de balie.
Dana is niet naar zwemles (gaan) Ik heb nog nooit zoiets lekkers (proeven) (bieden)
! je excuses aan!
Alle opvarenden van het (stranden)
schip werden gered.
Op de (overbelichten)
foto was niets herkenbaar.
Die vervelende hond heeft de hele nacht (blaffen) Gerard (zien – vt)
de bus voor zijn neus wegrijden.
De (afvuren) Vul in. aanhouden
ik heb
de
dief
verbreden
ik heb
de
weg
blussen
ik heb
de
brand
vertellen
ik heb
het
houden
ik heb
de
wedstrijd
spotten
ik heb
de
ster
beantwoorden ik heb
de
vragen
ontploffen
het
het is
verhaal
rotje
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
raket stortte direct neer.
Kopieerblad
45 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul in. nog nooit in een bioscoop (zijn)
Willem (zijn – tt) Hij (denken – tt)
: Het (worden)
Maar ik (gaan)
toch wel eens tijd.
niet alleen. (zullen)
Die (vinden)
ik het aan Helma vragen?
films prachtig. Toen hij op een dag Helma op
straat (ontmoeten)
, (vragen)
‘Natuurlijk (mogen)
je met me mee,’ (zeggen)
je (moeten)
hij het haar. ze. ‘Maar
schone kleren (hebben)
(aantrekken)
Ze (maken – tt)
een
afspraak. Toen Willem Helma (ophalen)
, (zien)
hij er piekfijn uit met zijn (strijken) en zijn (poetsen)
blouse schoenen. Hoe het (gebeuren)
in de filmzaal (weten) Helma niet, maar binnen een paar minuten (zijn) heen (verdwijnen)
alle mensen om hen
Toen (zeggen)
‘Willem, (hebben – tt)
Helma:
je wel schoon (wassen)
sokken (aantrekken)
? ‘Ja,’ (antwoorden) Willem.‘ (kijken)
maar.’ Hij (tillen)
zijn broekspijpen op. ‘Ik (weten) niet (zullen)
(geloven)
‘Daarom (hebben) ook (meenemen) (halen)
,‘ (zeggen)
ik mijn vies (dragen)
Willem. sokken
’ En met een triomfantelijk gezicht hij twee vieze sokken uit zijn broekzak!
Vul in. hakken
ik heb
het
hout
verbranden
ik heb
het
hout
maaien
ik heb
het
gras
vergoeden
ik heb
de
schade
besproeien
ik heb
de
tuin
verlaten
ik ben
de
trein
smeden
ik heb
het
hek
ontbloten
ik heb
het
bovenlijf Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
2
wel, dat je me
Kopieerblad
46 1
2
Naam auto’s
Schrijf het meervoud op. college
buggy
vakantie
tv-studio
salto
piano
loempia
goochelaar
agenda
finale
extra
schema
pasfoto
risico
theelepel
lieverd
Schrijf het meervoud in de goede rij. vakjury alinea sufferd avocado etalage contributie kiwi farao creatie rechercheur programma pagina machine analyse dagmenu tv-opname
’s
Schrijf het meervoud in de goede zin. zwendelaar
zwemdiploma
penalty
skiër
taxi
lolly
pagina
sleutel
De kinderen willen geen zuurstokken, maar Die
hebben al heel wat mensen opgelicht.
Het is een dik boek: het heeft ruim vijfhonderd Welke Ruud is zijn Buiten het station wacht een rij
heb jij? Ik heb A, B én C. kwijt, dus kan hij het huis niet in. op klanten.
Op de zwarte piste komen alleen ervaren Het Nederlands elftal is niet goed in het nemen van Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
s
Kopieerblad
47 1
2
Naam knieën
Onderstreep het stukje waar de klemtoon op valt. Schrijf het meervoud op. epidemie
parfumerie
melodie
bajes
flauwerik
luiwammes
porie
dreumes
dommerik
aardappel
orchidee
amfibie
industrie
kopie
zee
encyclopedie
Schrijf het meervoud in de goede rij. lemmet kroket voorstel lobbes monnik terugblik bosbes professor symfonie trofee harnas hangmat
verdubbeling + en
en
Schrijf het meervoud in de goede zin. porie
allergie
wereldzee
lomperik
lobbes
Wat een
twee
categorie
havik
viezerik
! Ze helpen die oude vrouw niet eens!
Als je zweet, komt er vocht uit je Mijn broertjes zijn
, want ze peuteren in hun neus.
Ik heb last van allerlei
, daarom ben ik vaak ziek.
Sint-Bernardshonden zijn grote, maar vriendelijke De informatieboeken staan ingedeeld in De Hollandse piraten zwierven over de zijn roofvogels met een lange staart en korte vleugels. Opa en oma gaan het liefst met zijn
op pad.
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Kopieerblad
1
2
3
5
Naam
Onderstreep en vul het werkwoord in. pv / vd
Mijn hond is nog niet aan zijn nieuwe mand (wennen)
pv / vd
Ik (verrichten)
pv / vd
Ik heb het wondje weer (openkrabben)
pv / vd
Hij (verkleden)
pv / vd
(slapen – vt)
pv / vd
In de klas wordt niet (geeuwen)
pv / vd
Ik (poten)
pv / vd
De man werd (betalen)
pv / vd
Lize (haasten)
pv / vd
De trainer heeft dagenlang over de opstelling (tobben)
vorige maand een goede daad.
zich toen vaak. Boris echt het hele weekend? ! de aardappeltjes drie dagen geleden. voor zijn werkzaamheden. zich, maar kwam toch te laat.
Onderstreep en vul in. pv / vd / bn
Heeft het in Paramaribo ooit (sneeuwen)
?
pv / vd / bn
Maria (klagen – vt)
pv / vd / bn
De (hechten)
pv / vd / bn
Er werd tijdens het concert wel veel (kuchen)
pv / vd / bn
Ik heb de (oplossen)
pv / vd / bn
Zoiets heb ik nooit (durven)
pv / vd / bn
Het pas (openen)
pv / vd / bn
Dat meisje heeft uitstekend (keepen)
pv / vd / bn
Ik (snappen – vt)
over de toets van gisteren. wond is al aan het helen.
puzzel ingestuurd. ! park heeft twee speeltuinen.
helemaal niets van het verhaal.
Schrijf de persoonsvorm in een andere tijd op. Mama deed haar oorbellen uit. Fatima rommelde in haar kast. Op zaterdag ga ik meestal winkelen. © Noordhoff Uitgevers bv
48
Werkwoorden
De auto staat in de garage. Mijn moeder en ik vertellen een spannend verhaal. De hele school vierde feest. De hele club staat te dansen. De wielrenners fietsen heel hard. Waarom vond jij die film niet mooi?
Spelling op maat 8
Kopieerblad
5
Naam
Vul in. hele werkwoord
ander tt
ander vt
voltooid deelwoord (ik heb/ben ...)
verdwijnen zoeken tekenen boffen raden vermoeden strijden hakken opletten toepassen voorstellen sluiten wensen begroeten uiten verzetten luiden inrichten wachten mompelen bevrijden draaien glijden schatten
© Noordhoff Uitgevers bv
49
Werkwoorden
kiezen reizen schetsen buigen bevrijden bonzen Spelling op maat 8
Kopieerblad
50 1
Werkwoorden
5
Naam
Vul het werkwoord in. De houthakkers (vellen – vt)
boom na boom.
Langzaam aan (dichtslibben – tt)
de haven van het stadje
Ik (worden – tt)
‘s nachts vaak wakker.
Doordat iemand tegen zijn arm stootte, (morsen)
hij koffie.
Hij (houden – tt)
je voortdurend aan de praat.
Doordat hij te haastig werkte, (verprutsen)
hij zijn werkstuk.
Ik begreep direct dat hij haar met iemand (verwarren) Toen ze klaar was, (zich haasten)
Astrid
Een Spaanse dirigent (leiden – tt) (wennen – tt)
2
naar buiten. het orkest.
je broer al aan zijn nieuwe baan?
Vul het voltooid deelwoord in. De uitgaven moeten worden (beperken) De plannen zijn (wijzigen) Na haar aankomst op Schiphol werd zij (interviewen) Mijn vrije dag heb ik fijn (besteden) We hebben de hele dag (zeilen) Aan alle kinderen werd een brochure (uitreiken) Alle moeilijkheden zijn (oplossen) Ik heb een gesprek met hem (aanknopen) Ik heb de trein (missen) De pianist werd met een hartelijk applaus (belonen) Vul in. bedreigen
ik heb
de
stad
doorstaan
ik heb
de
ellende
verzenden
ik heb
het
pakket
bevrijden
ik heb
het
gebied
planten
ik heb
de
bomen
verbreden
ik heb
het
kanaal
uitputten
ik heb
de
atleet
verloten
ik heb
de
prijzen
Spelling op maat 8
© Noordhoff Uitgevers bv
3
Kopieerblad
1
Naam stripboek
Splits de samengestelde woorden en schrijf ze daarna helemaal op. trook
+
=
ak
+
=
+
=
eel
+
=
onde
+
=
+
=
ekening
+
=
hauffeur
+
=
fiet vuilni wekke werel voo gla han bu
2
3
adio
cherf
Streep één woord weg. Maak een samengesteld woord van de twee andere woorden. knutsel zak lokaal
+
=
jeugd droom wolk
+
=
boeket doos verband
+
=
ta`fel broed tijd
+
=
gordijn boom douche
+
=
radio tegels antenne
+
=
vakantie sein oord
+
=
dictee cijfer kastje
+
=
Schrijf het in één samengesteld woord op. Let op: soms moet je een koppelteken gebruiken. de ruit van een etalage
de
een boek met recepten
het
een bloem van een cactus
de
de aandacht van de media
de
een beschrijving van een route
de
een uitzending op de radio
de
een opleiding die je in de avond doet
de
de montage van een video
de
een analyse van de data
de
een ontbijt met champagne erbij
het
de uitreiking van een diploma
de
een uitje met de familie
het
© Noordhoff Uitgevers bv
51
Spelling op maat 8