COLOFON
Bestuur:
Stichting Panta Rhei Het Kleine Loo 414-H 2592 CK Den Haag Telefoon: 070 3879900 Fax: 070 3879288 E-mail:
[email protected]
Directie:
Dhr. A. van Bavel (Algemeen directeur) Mevr. A. Hagedooren (Plaatsvervangend directeur)
Locatie:
R.K. Basisschool De Regenboog Beetslaan 1 2252 TV Voorschoten Telefoon: 071 5615743 E-mail:
[email protected] Website : www.rkderegenboog.nl
Tijdelijke locaties:
Prinses Marijkelaan 2 2252 HH Voorschoten Telefoon: 071 5610837 Professor Einsteinlaan 5 2251 VE Voorschoten Telefoon: 071 5615743
Directeur: Adjunct-directeur:
Dhr. P.A.M. van der Meer Mevr. M.J.C.G. den Boer-Beereboom
De Regenboog is een Panta Rhei school. Stichting Panta Rhei heeft vijftien katholieke en openbare basisscholen in Leidschendam, Voorburg, Voorschoten en Den Haag. Panta Rhei staat garant voor de kwaliteit van het onderwijsprogramma, individuele zorg voor kinderen en de aanwezigheid van naschoolse opvang. Panta Rhei is een uitspraak van een Griekse wijsgeer en betekent letterlijk ‘alles is beweging’. Deze gedachte staat centraal op onze scholen. De ontwikkeling van kinderen is voortdurend in beweging. Kinderen staan ook nooit stil: ze spelen, sporten en doen hun schoolwerk. Ook de school is voortdurend in beweging. Zij past zich aan bij nieuwe ontwikkelingen en maakt gebruik van actieve werkvormen en de moderne lesmethoden. Het kind krijgt zo kwalitatief goed onderwijs. In beweging zijn is bij Panta Rhei vanzelfsprekend.
EEN WOORD VOORAF Voor u ligt de vernieuwde schoolgids 2011/2012 van De Regenboog. De gids is bedoeld voor de ouder(s) van de leerlingen en alle anderen die geïnteresseerd zijn in de Regenboog. Vanzelfsprekend is het zo, dat waar in deze gids over ouders wordt gesproken, ook de verzorgers van de kinderen worden bedoeld. In de schoolgids vindt u informatie over onder andere de doelen en de opzet van ons onderwijs, de zorg voor de kinderen en de kwaliteit van ons onderwijs. Ook vindt u allerlei praktische informatie betreffende het schooljaar 2011/2012. We gaan een spannend en enerverend schooljaar tegemoet want de nieuwbouw gaat echt van start! We zijn gehuisvest in twee tijdelijke locaties om de nieuwbouw te kunnen realiseren aan de Beetslaan. Het is onmogelijk om alle informatie betreffende het nieuwbouwtraject in deze gids op te nemen dus verwijs ik u graag naar de wekelijkse nieuwsbrieven en de website. In deze schoolgids kunt u lezen over de sterke kanten van de school waar wij trots op zijn, zoals over het gedegen onderwijs, over hoe leerlingen en leerkrachten met elkaar omgaan, de aandacht voor elkaar, de goede samenwerking met de ouders, de actieve oudervereniging, de buitenschoolse opvang, de betrokken Medezeggenschapsraad, de ongedwongen sfeer, de feesten, de schoolreis en allerlei andere activiteiten. Tevens wordt aangegeven hoe de school de kwaliteit waarborgt, deze tracht te verhogen en welke verbeterpunten we daarvoor ter hand nemen. Heeft u na het lezen van deze gids nog vragen, aarzel dan niet om contact met de school op te nemen. Wij willen u altijd te woord staan en verder informeren. Op de website treft u mede de inhoud van deze schoolgids aan, evenals de nieuwsbrieven, foto’s en veel andere informatie. Wij wensen u en de kinderen een succesvol en plezierig schooljaar toe. Namens het team van De Regenboog,
P.A.M. van der Meer Directeur
Deze schoolgids is gemaakt door de directeur in samenwerking met leden van het onderwijsteam en de medezeggenschapsraad. Voor vragen over het onderwijs kunt u naar de website van het ministerie van Onderwijs: http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/basisonderwijs (basisonderwijs) http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/voortgezet-onderwijs (voortgezet onderwijs)
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
2
INHOUDSOPGAVE
COLOFOON
1
EENWOORD VOORAF
2
INHOUDSOPGAVE
3
DE SCHOOL
4
WAT WILLEN WE MET ONS ONDERWIJS
6
DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS
9
WAT LEREN DE KINDEREN
11
DE ZORG VOOR UW KINDEREN
16
KWALITEIT VAN HET ONDERWIJS
25
CONTACTEN OUDERS/ SCHOOL
32
PRAKTISCHE ZAKEN
36
SCHOOLTIJDEN, VAKANTIES, GYMNASTIEK EN BIJZONDERE ACTIVITEITEN
43
NAMEN EN ADRESSEN
46
REGLEMENTEN
49
BIJLAGE PLATTEGROND MARIJKELAAN
55
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
3
DE SCHOOL • • • • •
Het bestuur van onze school Situering van de school Schoolgrootte Levensbeschouwing Directie
Het bestuur van onze school Vanaf 1 april 2006 maakt onze school onderdeel uit van de Stichting Samenwerkingsbestuur Panta Rhei. Deze stichting is ontstaan uit een fusie van het bestuur van de Stichting Katholiek Onderwijs Voorschoten, de Stichting Katholiek Onderwijs “De Jakobsladder” en het bestuur van het Openbaar Onderwijs in Leidschendam-Voorburg. Het doel van de stichting is de bevordering van het primaire openbare en rooms-katholieke onderwijs door middel van het oprichten, het in stand houden en het behartigen van de belangen van de afzonderlijke scholen die vallen onder de stichting. De stichting heeft de verantwoordelijkheid voor 15 basisscholen, waarbij er zorg voor wordt gedragen dat iedere school de eigen identiteit kan behouden. In de bestuursfilosofie van de stichting wordt uitgegaan van besturen op hoofdlijnen met een algemene directie voor de dagelijkse leiding, die gemandateerde bevoegdheden en taken heeft. Op elke basisschool is de directeur verantwoordelijk voor het onderwijskundige beleid, de uitvoering van het door het bestuur vastgestelde beleid en de goede gang van zaken op de school. Het bestuur behoudt de eindverantwoordelijkheid, stelt o.a. het strategisch beleidsplan, de begroting en de jaarrekening vast en beslist over zaken zoals arbeidsvoorwaarden en dergelijke. Hoe is de Stichting Samenwerkingsbestuur Panta Rhei georganiseerd? Bestuur
Algemene directie
Bestuurskantoor
OBS De Parachute
ATBS De Springplank
RKBS De Regenboog
OBS De Margriet
ABB Essesteijn
RKBS Maerten van den Velde
OBS Dalton De Tandem
OBS Prof. Casimir
ATBS De Wegwijzer
RKBS Pius X
RKBS De Lusthof
RKBS Emmaus
RKBS Sint Maarten
RKBS Maria Bernadette
RKBS De Walvis
Voor meer informatie over de stichting: www.stichtingpantarhei.nl.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
4
Situering van de school De hoofdlocatie ‘Beetslaan’ van De Regenboog staat in de wijk ‘Boschgeest’, tegenover verzorgingshuis ‘Foreschate’, vlakbij het station. Momenteel maken wij in verband met nieuwbouw gebruik van tijdelijke locaties: Marijkelaan 2 en Einsteinlaan 5 in Voorschoten. In deze door de gemeente aangewezen locaties, zijn vanaf het begin van dit schooljaar de groepen geplaatst (groep 1 t/m 5 aan de Marijkelaan en de groepen 6 t/m 8 aan de Einsteinlaan). De school besteedt aandacht aan het onderlinge contact tussen de leerlingen en groepsleerkrachten om de binding met het elkaar te behouden. Zoals de planning nu is zou de nieuwe school aan de Beetslaan in de zomer van 2012 in gebruik kunnen worden genomen. We streven ernaar deze datum te halen maar u zult begrijpen dat dit nog onder enig voorbehoud is. Schoolgrootte De school heeft ongeveer 350 leerlingen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar. Er zijn ongeveer 23 groepsleerkrachten werkzaam. Voor gymnastiek is er een vakleerkracht voor de groepen 4/5 t/m 8. Ook zijn een administratieve medewerker en een conciërge voor enkele uren per week aan de school verbonden. Levensbeschouwing De Regenboog is een rooms-katholieke school, opgericht in 1992. Ons onderwijs wordt gegeven vanuit die levensbeschouwelijke achtergrond. Als school hebben we in een kwaliteitskaart omschreven hoe wij de identiteit uitdragen. Dit komt niet alleen tot uiting in het geven van catecheselessen, maar ook in het ontwikkelen van waarden en normen. Vooral de manier waarop kinderen en volwassenen met elkaar omgaan in een sfeer waarin ieder zich aanvaard voelt, vinden wij belangrijk. Naast de catecheselessen wordt de schooldag geopend met een gebed, lied of verhaal. Er zijn vieringen (start-, kerst- en paasviering) in de nabijgelegen kerk. De school onderhoudt contacten met de parochie via gezinsvieringen, werkgroepen en feesten. Eén keer per twee jaar voeren we een actie voor een goed doel. We zorgen ervoor dat via Unicef kinderen uit andere landen onderwijs kunnen ontvangen (zie ‘andere aandachtspunten op school’). Vanuit onze katholieke geloofsovertuiging hebben wij respect voor iedereen. Ieder die onze school respecteert is van harte welkom. Er wordt verwacht dat uw kind aan alle lessen deelneemt. Directie De directie van de school wordt gevormd door de directeur en de adjunct-directeur. Er is een onderlinge taakverdeling. De directeur heeft de dagelijkse leiding over de school. De adjunctdirecteur heeft haar eigen taken en vervangt de directeur bij afwezigheid.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
5
WAT WILLEN WE MET ONS ONDERWIJS • • • •
Uitgangspunten Missie Pedagogisch klimaat Het onderwijs
Uitgangspunten Onze school is een Rooms katholieke basisschool voor kinderen van 4 t/m 12 jaar. Wij hanteren het leerstofjaarklassensysteem, waarbinnen we in drie niveaus werken met aandacht voor het individuele kind waarbij we uitgaan van het concept passend onderwijs. Onze school staat open voor alle leerlingen die aangemeld worden door hun ouders/verzorgers. Het is ons doel om leerlingen zo breed mogelijk te ontwikkelen, zodat ze kunnen doorstromen naar een passende vorm van vervolgonderwijs. We vinden met name de vakken taal en rekenen van belang, en we besteden aandacht aan het (mede) opvoeden van de leerlingen tot volwaardige en respectvolle burgers. Missie Onze slogan is: “Op de Regenboog wordt samen gewerkt aan een veilig klimaat waarbinnen de kinderen zich optimaal kunnen ontwikkelen”. We streven ernaar, en we doen daar ons uiterste best voor, om binnen de mogelijkheden van het individuele kind de optimale ontwikkeling te bewerkstelligen. Om dit te bereiken besteden we aandacht aan het (coöperatief) samenwerken en leren en zorgen we voor een veilig en prettig pedagogisch klimaat. Onze kernwaarden zijn: • Schoolklimaat De school moet voor de leerlingen een veilige plaats zijn, waar zij zich op hun gemak voelen, zichzelf durven zijn, zich geaccepteerd voelen en vertrouwen in zichzelf en in anderen hebben. Voor de leerkrachten betekent dit concreet: oog hebben voor het individu, een open houding, wederzijds respect en een goede relatie waarin het kind zich gekend weet. Vanuit die houding kunnen kinderen zich ontwikkelen tot zelfredzame, zelfverantwoordelijke wereldburgers. De visie van de school betreffende pedagogisch klimaat luidt dan ook: “Het team van de Regenboog streeft naar een pedagogisch klimaat waarin iedereen elkaar accepteert en respecteert en veiligheid en geborgenheid een centrale rol spelen” (uit: kwaliteitskaart ‘pedagogisch klimaat’). • Duidelijke structuur We hechten waarde aan rust, orde en regelmaat. Een vaste duidelijke structuur in de opbouw van het onderwijsaanbod en het naleven en hanteren van duidelijke (school- en groeps)regels vinden we belangrijke voorwaarden voor het optimaal kunnen leren en presteren. We laten het onderwijs zo goed mogelijk aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen en bieden verschillende werkvormen aan. • Optimale ontwikkeling Wij willen voor ieder kind zorg bieden en streven ernaar dat het zich optimaal kan ontwikkelen en ontplooien met de mogelijkheden die het in zich heeft. Het onderwijsaanbod wordt zo veel mogelijk afgestemd op de behoeften en het niveau van de kinderen. Extra zorg is gericht op alle leerlingen met specifieke behoeften op cognitief en/of sociaal emotioneel gebied.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
6
• Samen We willen een school zijn waar we samen werken, samen leren, samen spelen en samen lachen. Samen vormen we de schoolgemeenschap waarbinnen ieder zijn/haar verantwoordelijkheid draagt om voor de ander te zorgen. Pedagogisch klimaat Van groot belang is dat kinderen met plezier naar school gaan. Wij willen een speel-, leer- en leefklimaat creëren, waarin alle kinderen zich op hun gemak en thuis voelen. Respect, begrip en waardering voor elkaar tonen en het accepteren van elkaar zijn belangrijk. Een veilig klimaat betekent voor ons ook orde, regelmaat, regels en afspraken waar wij ons aan houden. Pesten wordt niet toegestaan. Wij vragen aan allen om pesten direct te melden aan de leerkracht(en), zodat er passende maatregelen genomen kunnen worden. Rituelen, feesten en een goed contact tussen ouders en school zijn van belang voor een goede sfeer op school. Schoolfeesten worden zoveel mogelijk gezamenlijk gevierd. • Wij willen dat kinderen op een goede wijze met anderen leren omgaan. • Wij vinden dat de school een veilige plek moet zijn, vooral veilig door acceptatie, tolerantie en respect. Verder streven wij ernaar dat kinderen, wanneer zij na ongeveer acht jaar De Regenboog verlaten, in overeenstemming met hun ontwikkeling het volgende bereikt hebben: • Goed met andere mensen kunnen omgaan en daarbij zichzelf kunnen zijn. • Om kunnen gaan met eigen emoties en die van anderen. In 2009/2010 is een nieuw pestprotocol ontwikkeld waarin de visie en de handelwijze betreffende de sociale omgang op school staan omschreven. Deze is bij de groepsleerkrachten beschikbaar en ook op de website in te zien. Het onderwijs Op De Regenboog is het onderwijs gericht op een vijftal ontwikkelingsgebieden: 1.
Sociaal-emotionele ontwikkeling: Het leren omgaan met eigen gevoelens en gevoelens van anderen, en het aanleren van sociale vaardigheden die nodig zijn om te werken en spelen met anderen. Dit leren wij door middel van rollenspelen, verhalen en door het aanbieden van oplossingsmanieren. Sociale vaardigheden die op De Regenboog extra aandacht krijgen zijn bijvoorbeeld interesse voor anderen, omgangsvormen en het zich kunnen inleven in anderen. Nogmaals verwijs ik u naar het nieuwe pestprotocol dat bij de leerkrachten en op de website is in te zien.
2. Verstandelijke ontwikkeling: Het verwerven en toepassen van kennis. Bij kennis wordt gedacht aan: • kennis die voortkomt uit eigen ervaringen; • kennis die door anderen overgedragen is/wordt; • kennis door het kind zelf ontdekt. 3. Zintuiglijke en motorische ontwikkeling: Vindt plaats via spel, ontdekking, beweging, het omgaan met ontwikkelingsmaterialen en gym.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
7
4. Creatieve ontwikkeling: Hierbij moet niet alleen gedacht worden aan wat tijdens expressievakken aan de orde komt, maar ook aan het zelf oplossingen zoeken en het uitdrukken van eigen emoties. 5. Ontwikkeling van waarden en normen: De Regenboog vormt een onderdeel van de maatschappij. Openheid, eerlijkheid, respect, vertrouwen, gelijkheid en waardering voor elkaars eigenschappen zijn voor onze school een wezenlijk onderdeel van alles wat in de school gebeurt. Hier wordt vooral aandacht aan besteed in de catecheselessen. In die lessen horen kinderen hoe mensen (uit de bijbel) omgaan met zichzelf, de anderen, de dingen om hen heen en de samenleving. Samengevat: • Op onze school vinden wij het van belang dat de leerling zichzelf verantwoordelijk voelt voor het leren. Daarom wordt op onze school het zelfstandig werken bevorderd. • Wij vinden dat iedere leerling zich zo goed mogelijk moet kunnen ontwikkelen opdat een zo goed mogelijk resultaat behaald wordt. • Wij willen dat de leerling basiskennis en -vaardigheden ontwikkelt die passen bij haar/ zijn mogelijkheden. • Leerlingen kunnen zich op hun niveau mondeling en schriftelijk kunnen uitdrukken, zij kunnen lezen en zij kunnen omgaan met hoeveelheden en getallen. • Leerlingen hebben zich de noodzakelijke kennis eigen gemaakt, behorend bij de verschillende vakgebieden zoals verkeer, aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs enz. (kerndoelen). • Zij kunnen zich op een creatieve manier uitdrukken en op een eigen manier omgaan met creatieve uitingen van anderen.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
8
DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS • • • • •
De organisatie van de school Groepering Groepsgrootte Speciale voorzieningen in de school De samenstelling van het team
De organisatie van de school De Regenboog telt ongeveer 350 leerlingen. Deze zijn verdeeld over 13 groepen en twee locaties. De locatie Beetslaan 1 is de hoofdlocatie en het postadres. Met ingang van dit schooljaar zijn we gehuisvest in twee tijdelijke locaties: Marijkelaan 2 (groep 1 t/m 5) en Einsteinlaan 5 (groep 6 t/m 8). Groepering De eerste twee jaren worden aangeduid met onderbouw. In deze kleutergroepen zitten kinderen van 4, 5 en 6 jaar bij elkaar. Middenbouw noemen we de groepen 3, 4 en 5 en bovenbouw de groepen 6, 7 en 8. In de groepen 3 t/m 8 zitten kinderen van dezelfde leeftijd bij elkaar in een groep. Er zijn enkele groepen, dubbele groepen (groepen van hetzelfde leerjaar) en combinatiegroepen (groepen van verschillend leerjaar). De school bepaalt in welke groep de leerlingen geplaatst worden. Groepsgrootte De groepsgrootte varieert dit schooljaar tussen ±21 en 32 leerlingen. We streven naar een maximale groepsgrootte van 35 leerlingen. Bij een groter aanbod wordt er overlegd. Helaas kunnen niet alle kinderen die aangemeld worden op De Regenboog worden geplaatst. Er geldt momenteel een maximale instroom van 45 leerlingen (4-jarigen). Een hoger aanbod wordt op de wachtlijst geplaatst. Het toelatingsbeleid kunt u opvragen of downloaden van de website. Speciale voorzieningen in de school De Regenboog beschikt over een geautomatiseerd documentatiecentrum. Dit wordt gebruikt door de kinderen van groep 5 t/m 8. De locaties beschikken over een aula (tevens overblijfruimte) en over een speelzaal (gymlokaal voor de kleutergroepen). Op beide locaties is er een computernetwerk in gebruik. De samenstelling van het team • Directeur draagt de verantwoordelijkheid voor het geheel. • Adjunct directeur heeft eigen taken en vervangt de directeur bij afwezigheid. • Groepsleerkracht verzorgt de lessen in de groep, volgt de ontwikkeling van elk kind en is verantwoordelijk voor de extra zorg die kinderen in de groep geboden wordt. Als leerkrachten gebruik maken van de Bapo-regeling (ouderenverlof), studieverlof of scholing genieten of compensatieverlof (vroeger ADV-dagen genoemd) opnemen, zal er een vervanger in de klas werken. Wij streven naar niet meer dan twee leerkrachten per groep. • Stagiaire De school biedt studenten van de PABO gelegenheid praktijkervaring op te doen. Ook kan een stagiair van de opleiding SPW 2 en 4 (onderwijsassistente) op onze school ervaringen opdoen. • Vakleerkracht verzorgt lessen in een bepaald vakgebied (gymnastiek).
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
9
•
• •
•
Interne leerlingbegeleiders zijn groepsleerkrachten die tevens de verantwoordelijkheid voor de leerlingenzorg in de school op zich nemen. Administratief medewerkster verzorgt de administratie van de school. Vrijwilligster verzorgt het opnemen van de telefoon, openen en sluiten van deuren, het zetten van koffie/thee, enz. Conciërge verzorgt o.a. algemene technische onderhoudszaken en ondersteunende werkzaamheden.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
10
WAT LEREN DE KINDEREN • • • • •
Het onderwijsprogramma Groep 1 en 2 Groepen 1 t/m 8 Groepen 3 t/m 8 Catechese
Het onderwijsprogramma Ons onderwijsprogramma omvat diverse vakgebieden waaronder o.a. schrijven, lezen, rekenen, taal, gym, enz. Voor alle vakken zijn de door het ministerie geformuleerde kerndoelen en tussendoelen uitgangspunt. Groep 1 en 2 In deze groepen wordt gewerkt met verschillende materialen en vaak met thema’s. We kiezen altijd onderwerpen uit het dagelijkse leven, bijvoorbeeld herfst, dieren, Sinterklaas en ,”je huis”, waardoor kinderen zich spelenderwijs ontwikkelen. Naast het werken in themavorm besteden we tijd aan het werken met ontwikkelingsmaterialen. Dit is van groot belang, omdat de kinderen dan heel gericht met specifieke doelen bezig zijn. Ieder materiaal heeft één of meerdere doelen in zich. De ‘oudste’ kleuters werken ook aan allerlei voorwaarden die nodig zijn voor groep 3. Deze voorbereidingen zijn vaak in spelvorm, zodat het kind ongemerkt oefent. Het zijn activiteiten met betrekking tot taal/lezen, schrijven en rekenen. Kinderen kiezen een materiaal of krijgen dat aangeboden. Zij werken er individueel mee of in een groepje. Het sociale aspect neemt een heel belangrijke plaats in. Elke dag is er tijd ingeruimd voor bewegingsonderwijs. Bij mooi weer is dat buiten, anders in de speelzaal, waar allerlei materialen uitnodigend worden aangeboden. Tevens is er elke dag ruimte voor creativiteit, muziek en toneel/drama. Kinderklanken In de kleutergroepen wordt gewerkt met het programma ‘Kinderklanken”. Daarmee werken we gericht met de kinderen uit groep 1 en 2 om volgende doelstellingen te bereiken: • Het stimuleren van de ontluikende geletterdheid: om ook bij kinderen waarbij zich dit niet spontaan ontwikkelt ervoor te zorgen dat de leesvoorwaarden aanwezig zijn aan het begin van groep 3, zodat het leesproces in groep 3 goed start. • Het stimuleren van de woordenschat: omdat een grote woordenschat een positieve invloed heeft op het leerproces van een kind (o.a. zaakvakken, instructie, aanvankelijk lezen, begrijpend lezen). In iedere kleutergroep hangt een kalender met 10 kalenderbladen, waar per kalenderblad allerlei oefeningen worden aangeboden, waarbij een klank en een thema centraal staan. Naast creatieve activiteiten, liedjes, prentenboeken en spelletjes rondom de klank en het thema (bijv. de /m/ van muis/dieren) worden veel oefeningen aangeboden waarbij het luisteren centraal staat. Verder worden er nieuwe woorden aangeboden en geoefend die passen bij het thema. Veel herhaling van deze woorden in spelvorm is belangrijk. Deze variatie aan spelletjes is van groot belang voor het kunnen starten met het leesproces in groep 3.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
11
Groepen 1 t/m 8 • Sociale redzaamheid (methode: SOEMO-kaarten): Dit vak is als voorbereiding op de toekomst van het kind van groot belang. Het aanleren van sociale vaardigheden staat centraal. Ook gedrag in het verkeer valt hier onder. • Bevordering van gezond gedrag: Elk jaar is er op school een projectweek waarin in alle groepen een bepaald onderdeel wordt uitgewerkt, bijvoorbeeld sport, voeding, hygiëne, enz. Tevens besteden we aandacht aan eten en drinken dat naar school wordt meegenomen en gezonde traktaties. • Burgerschap en sociale integratie: Op “De Regenboog” besteden we aandacht aan burgerschap en sociale integratie. Hierin staan de drie hoofdbegrippen democratie, actieve participatie en identiteit centraal. Burgerschap en sociale integratie komt aan bod bij catechese en bij de vakken wereldoriëntatie en geschiedenis waaronder staatsinrichting. Het is de bedoeling leerlingen te laten nadenken over hun eigen rol als burger van Nederland, over welke verantwoordelijkheden zij hebben en hoe ze omgaan met de wereld om hen heen. Er worden voor alle groepen diverse buitenschoolse activiteiten georganiseerd welke bijdragen aan burgerschapsvorming. In 2009 heeft de school de kwaliteitskaart (beleid) betreffende burgerschap en sociale integratie opgesteld. Daarin staan deze activiteiten vermeld. Deze is op aanvraag in te zien bij de directie. • Godsdienstige vorming (methode: Hellig Hart): Onze school is een Rooms-katholieke school. Wij geven godsdienstige vorming vanuit ons geloof in het Evangelie. Wij willen kinderen leren dat iedereen zijn eigen manier van ‘geloven’ heeft en dat ieder mens de moeite waard is. Dat komt tot uitdrukking in de catecheseprojecten. In de hele school zijn we met hetzelfde thema bezig, iedere groep op zijn eigen niveau. Betreffende de identiteit hebben we in 2009 een kwaliteitskaart opgesteld waarin we aangeven hoe wij inhoud geven/ aan onze identiteit en deze uitdragen. • Klassenmanagement en zelfstandig werken De leerstof is per jaargroep afgestemd en wordt grotendeels klassikaal aangeboden. Differentiatie van instructie en verwerking vindt binnen de groep plaats. Dit door toepassing van een ‘getrapt instructie model’. Dit wil zeggen dat instructie van leerstof op verschillende niveaus wordt gegeven. Het zelfstandig werken staat daarbij centraal. Kinderen die minimale instructie nodig hebben wordt de mogelijkheid geboden zelfstandig, op niveau, verder te werken. Daarnaast is er een groep kinderen die de basisinstructie volgt en een groep die verlengde instructie nodig heeft. Er worden verschillende werkvormen gehanteerd: individueel, kleine of grotere groep(en) en samenwerking met andere leeftijdsgroep. Indien noodzakelijk werken kinderen met een voor hen specifiek aangepast programma. Niet alleen instructie wordt op verschillende niveaus gegeven, ook de verwerking wordt aan het niveau van het kind aangepast.
Zelfstandig werken Op gezette tijden worden de kinderen in de gelegenheid gesteld aan verkregen taken te werken. Deze zijn kenbaar gemaakt op een voor de kinderen bekende wijze: middels pictogrammen of een overzicht. Dit kan een dag- of weekoverzicht zijn. Zo kunnen kinderen in eigen tempo en op eigen niveau werken. De basisstof is voor iedereen ‘verplicht’. Ook de 'eigen taken' zijn verplicht. Bij deze taken werken de kinderen aan een onderdeel dat aangepast is aan de behoeften. Dat kan zijn 'oefenen', 'herhalen', 'verdiepen' of 'verrijken'. Daarna kunnen de kinderen werken aan 'keuzetaken'. Echter, voor kinderen die meer aankunnen is uitdagend extra materiaal beschikbaar evenals voor kinderen die moeite hebben met het basisprogramma. Voor hen zijn
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
12
voor de hoofdvakken remediërende materialen beschikbaar. Kinderen instrueren elkaar of worden gestimuleerd zelf een oplossing te zoeken. Allerlei samenwerkingsvormen worden daarbij gehanteerd. De leerkracht is vooral sturend/ begeleidend bezig. Tevens ontstaat er voor hem /haar tijd om extra aandacht te geven aan de kinderen die dat nodig hebben. De kinderen zijn zelf grotendeels verantwoordelijk voor het door hen geleverde werk. Zij gaan zelf plannen, uitvoeren en corrigeren. Naast het cognitieve aspect bestaat er ook aandacht voor werkhouding: leerlingen zijn afhankelijk van elkaar. Zelfstandig werken en leren en samenwerken is een leerproces en dat speelt op de Regenboog een grote rol. Daarom hebben we een kwaliteitskaart opgesteld voor zelfstandig werken waarin de doorgaande lijn voor groep 1 t/m 8 gewaarborgd is. Groepen 3 t/m 8 • Lezen (methoden: Lekker Lezen, Veilig Leren Lezen, Tekst verwerken): In de groepen 1/2 is de aanvang van het lezen, schrijven en rekenen. In groep 3 ligt de nadruk op het leren lezen, schrijven en rekenen. Geleidelijk gaat het over naar meer vakgericht onderwijs geven. Aan het leren lezen hechten we veel waarde. Onze methode is erop gericht dat de kinderen dat goed leren. Bij het ene kind gaat dat vlotter dan bij het andere kind. Daar zijn we op gespitst en we bieden dan ook hulp als dat nodig is. Na groep 4 verschuift de aandacht van leren lezen naar het begrijpend lezen en nog later naar het studerend lezen. We hebben daarvoor een aparte methode. In de groepen 7 en 8 leren de leerlingen naast begrijpend ook studerend lezen. Dat wordt gedaan m.b.v. één methode. • Nederlandse taal (Taal in beeld): Vroeger lag de nadruk bij taal op het foutloos kunnen schrijven van onze taal. Dat is nog steeds een heel belangrijk aspect, maar ook andere onderdelen krijgen de aandacht. Zo besteden we aandacht aan het leren praten en het luisteren naar wat anderen zeggen. We leren leerlingen hun eigen mening onder woorden te brengen. Het goed kunnen schrijven van de taal blijft echter een belangrijk onderdeel van ons taalonderwijs. Tevens wordt aandacht besteed aan taalbeschouwing en woordenschat. • Schrijven (Handschrift): Ook in dit computertijdperk is het van belang je eigen gedachten, gevoelens op schrift te kunnen stellen en berichten van anderen te kunnen ontcijferen. Schrijven neemt een eigen plaats in. • Rekenen en wiskunde (methode: Rekenrijk): In het rekenonderwijs zijn er verschillen. Het rekenen bestaat uit sommen maken, tafels leren, vermenigvuldigen, staartdelingen en breuken. Tevens leren de kinderen rekenen door het oplossen van praktische probleempjes die ze in het dagelijkse leven tegenkomen. De kinderen leren ook tabellen en grafieken maken en lezen. • Wereldoriënterende vakken (methoden: Tijdstip, Geobas, In Vogelvlucht): In de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, natuuronderwijs en techniek willen we kinderen leren hoe onze aarde eruit ziet, wat er op leeft en wat er in het verleden mee gebeurd is. Wij geven de vakken apart, maar proberen leerlingen de verbanden en de samenhang te laten zien. We hebben er methoden voor en maken tevens dankbaar gebruik van materialen die via de NOT (Nederlandse Onderwijs Televisie) beschikbaar zijn. Onder de noemer wereldoriënterende vakken horen ook maatschappelijke verhoudingen, waaronder staatsinrichting en geestelijke stromingen.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
13
• Creatieve vakken (methode: Meer met muziek): Wij werken op school aan creativiteit, omdat wij dat voor de ontwikkeling van kinderen heel belangrijk vinden. Naast handvaardigheid, tekenen en muziek denken wij daarbij aan het kunnen oplossen van problemen en het uitdrukken van de eigen emoties, gevoelens, enz. • Engels (methode: The Team): In de groepen 7 en 8 krijgen de kinderen Engels. De bedoeling is de kinderen met het vak kennis te laten maken. De nadruk ligt op het kunnen spreken en luisteren. • Computer: De computer neemt een steeds belangrijker plaats in de maatschappij in. Ook op school wordt het belang van de computer steeds groter. Bij veel vakken wordt gebruik gemaakt van de computer. De leerlingen leren er zelfstandig mee werken en leren informatie opzoeken. De leerlingen krijgen bij onderwijsprogramma’s direct een feedback op datgene wat ze doen. Bij ons dient de computer als: - werk-/oefenvorm: er is voor elke groep, op verschillende niveaus, geschikte software aanwezig. Enkele programma’s zijn methodegebonden, ander methode-onafhankelijk. Ook zijn er remediërende programma’s aanwezig. - informatiebron: kinderen kunnen gericht op internet of in de encyclopedie zoeken naar bepaalde informatie. Voor iedere groep zijn minstens twee computers beschikbaar. Op beide locaties is een netwerk aangelegd. • Zintuiglijke/lichamelijke ontwikkeling: De kinderen van de groepen 1 en 2 hebben minstens twee maal per week gymnastiek. Dit vindt plaats in de speelzaal van school. De groepen 3 t/m 8 krijgen tweemaal per week gymnastiekles. De gymnastiek wordt gegeven in de Frisozaal en de Vlietzaal. De groepen 3 t/m 5 gaan er lopend naar toe. De groepen 6, 7 en 8 gaan op de fiets, onder begeleiding van de groepsleerkracht. Voor de groepen 4/5 t/m 8 is er een vakleerkracht. Binnen Voorschoten zijn jaarlijks sportdagen waaraan De Regenboog actief deelneemt. • Culturele vorming: De kinderen krijgen jaarlijks een aanbod via ‘Kunstmenu’. Dat wil zeggen dat elke groep een voorstelling bezoekt. In de basisschoolloopbaan krijgen de kinderen zo met alle aspecten van toneelkunst te maken. • Huiswerk: De kinderen van de groepen 6 t/m 8 krijgen huiswerk. Het is altijd leerstof die in de klas behandeld is en thuis moet worden 'ingeslepen'. Het leerwerk wordt gedaan als voorbereiding op de proefwerken. Vanaf groep 6 wordt dat gedaan voor de zaakvakken, vanaf groep 7 komt daar ook Engels bij. Er is een opbouw in hoeveelheid en benodigde tijd. De leerlingen leren huiswerk op te schrijven en te plannen. In de groepen 7 en 8 krijgen de kinderen ook 'maakwerk' mee naar huis. Catechese Het vak godsdienst/levensbeschouwing speelt in op vragen die kinderen zich stellen wanneer ze te maken krijgen met situaties en ervaringen die niet gewoon en vanzelfsprekend zijn. Bedoeld worden bijvoorbeeld het lijden of overlijden van een naaste, oorlogen, verbroken relaties, maar ook gelukservaringen, zoals het je verwonderen over de natuur, het krijgen van een zusje/broertje,
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
14
enz. Deze ervaringen roepen vragen op naar het waarom en het hoe, maar ook vragen naar: wat zal ik nu doen en wat juist niet. Door middel van onze lessen proberen wij kinderen te helpen bij het zoeken naar antwoorden of de richting aan te geven waarin eventuele antwoorden te vinden zijn. Daarbij gaan wij niet alleen uit van de christelijke traditie, maar laten ook andere overtuigingen aan bod komen. Naast de projecten uit de methode “Hellig Hart” worden er in alle groepen verhalen uit de bijbel verteld. Er is daarvoor een bijbellijn, een schema dat aangeeft welk verhaal wanneer verteld wordt. De school heeft intensieve contacten met de parochie. Thema’s uit bovengenoemde methode worden in vieringen (Kerst en Pasen) in de kerk uitgediept. Bij de eerste communie voor groep 4 en het vormsel van groep 8 is er een intensieve samenwerking tussen school en parochiële werkgroepen.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
15
DE ZORG VOOR UW KINDEREN • • • • • • • • • • • • • • • • • •
De opvang van nieuwe leerlingen Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Observatielijsten Dagelijks werk Onafhankelijke toetsen Extra zorg in de groep Extra zorg in de school Signalering Teambespreking Zorg voor hoogbegaafden/ hoogintelligenten, of kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong Procedure extra zorg buiten de school en de samenhang met het zorgplan, het Zorg Team (ZT) en de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL) Externe contacten Dyslexie Rugzakleerling De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs Procedure onderzoek en advisering schoolverlaters Regels voor toelating, vertrek, schorsing en verwijdering Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval
De opvang van nieuwe leerlingen Kinderen mogen als ze 4 jaar worden naar school. Om aan school te wennen mogen kinderen vanaf 3 jaar en 10 maanden gedurende 5 ochtenden (al dan niet aaneengesloten) als gast worden toegelaten. Het is belangrijk voor een kind om elke dag naar school te gaan, zowel ’s morgens als ’s middags. Dit is niet verplicht maar wel aanbevelingswaardig. Als het kind erg moe is kunt u hem/haar incidenteel een middagje thuis houden. Dit wel graag even aan school doorgeven. Gedurende het hele schooljaar kunnen kinderen op school worden aangemeld. Voor inlichtingen en de aanmelding van nieuwe leerlingen kunt u, na een afspraak, terecht bij de directeur. Wij hebben vier kleutergroepen, waarin kinderen van 4 jaar kunnen worden geplaatst. Onze uitgangspunten zijn dat de groepen ongeveer gelijk in grootte zijn en dat er een evenredige verdeling tussen jongens en meisjes is. Zusjes en broertjes komen in principe niet bij elkaar in dezelfde klas. Wij gaan er van uit dat kinderen zindelijk zijn als ze op school komen. De leerkrachten zijn niet in de gelegenheid kinderen te verschonen, een ongelukje daar gelaten. Kinderen die niet zindelijk zijn kunnen daarom (nog) niet toegelaten worden. Door verhuizing en/of verandering van school stromen er ook tussentijds leerlingen in. De toeleverende school stuurt ons een onderwijskundig rapport met de gegevens. Hierdoor kunnen we ervoor zorgen dat de overgang zo soepel mogelijk verloopt. Het volgen van de ontwikkeling van de kinderen in de school Alle leerlingen worden in hun ontwikkeling gevolgd. Na aanmelding worden gegevens opgenomen in het digitale leerlingendossier. Daarin worden persoonlijke gegevens van individuele kinderen verzameld en bewaard. Daar komen ook de verslagen van gesprekken met de ouders in. De leervorderingen van de kinderen worden in het digitale leerlingvolgsysteem (LVS) verzameld. Hierin komen alle resultaten van de toetsen die we afnemen en observaties. Wanneer een leerling extra zorg krijgt komen de verslagen van gesprekken, uitslagen van onderzoeken, handelingsplannen en de evaluaties daarvan en belangrijke gegevens in het leerlingdossier. De groepsleerkracht beheert dit dossier en geeft informatie door aan de volgende leerkracht. Observatielijsten De ontwikkeling van de kleuters wordt bijgehouden door middel van observatielijsten. De kleuters worden drie perioden per jaar geobserveerd op diverse ontwikkelingsgebieden en drie keer per jaar worden de observatielijsten ingevuld. De observaties worden met de ouders
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
16
besproken tijdens de rapportavonden. De observatielijsten zijn ook de basis voor de rapporten welke twee maal per jaar verschaft worden. Tevens geven de observatielijsten aan of een kind zich voldoende ontwikkeld heeft om naar groep 3 te gaan. Dagelijks werk Het dagelijkse werk, de ontwikkeling van een kind, wordt door de leerkracht gevolgd. In de onderbouw verzamelen we het kinderwerk en geven dat gebundeld mee om er later nog eens met genoegen naar te kunnen kijken. Later worden de opdrachten veelal in schriften gemaakt. Het dagelijkse werk wordt regelmatig getoetst door middel van methodeafhankelijke toetsen of door ons zelf ontworpen toetsen. We hebben daarvoor toetsschriften of maken gebruik van losse bladen, die we in een multomap van het kind verzamelen. Onafhankelijke toetsen Op vaste tijdstippen (toetskalender) worden toetsen afgenomen, die niet horen bij een methode. Dit zijn de Cito-toetsen (Centraal Instituut voor Toets Ontwikkeling). De uitslag van deze toetsen, waarbij een vergelijking met een landelijk gemiddelde mogelijk is, geeft ons objectieve informatie over de leerprestaties van uw kind. De uitslagen komen in het eerder genoemde LVS. De verrichtingen van ieder kind en van de groep kunnen zodoende op langere termijn worden gevolgd. Deze toetsen worden afgenomen in de groepen 2 t/m 8. De oudste kleuters maken Citotoetsen op het gebied van voorbereidend lezen en rekenen/wiskunde. De groepen 3 t/m 8 maken Cito-toetsen voor spelling, rekenen en begrijpend lezen. Voor technisch lezen wordt de AVItoets en de DMT-toets gebruikt. Voor alle groepen is een toetskalender opgesteld. In een gesprek kunnen de resultaten van uw kind(eren) aan de orde komen. De uitkomsten worden tevens gebruikt om ons onderwijs te evalueren. Zo nodig wordt het onderwijs, groepsgewijs of individueel, bijgesteld. Extra zorg in de groep Wanneer een kind in het schoolleven problemen ondervindt, maakt de groepsleerkracht een afspraak met de ouder(s) en/of verzorger(s). In dat gesprek worden de problemen besproken en probeert de leerkracht in samenspraak een oplossing te vinden. Mogelijk wordt ook de hulp van de intern begeleider(s), als verantwoordelijken voor de zorg, ingeschakeld. Er wordt getracht het kind zoveel mogelijk te begeleiden in de groepssituatie. Soms is extra aandacht al voldoende, soms krijgt het kind speciale leertaken, soms wordt er een beroep gedaan op de ouders om met het kind thuis dit proces te ondersteunen. De ouders ontvangen een verslag van de gemaakte afspraken. Wanneer u als ouder van uw kind signalen ontvangt over mogelijke problemen schroom dan niet om contact op te nemen met de groepsleerkracht. Zeker is dat goed overleg tussen de leerkracht en de ouder(s) in het belang is van uw kind. Groepsleerkrachten uit andere groepen en/ of internbegeleiders kunnen extra hulp bieden, bijvoorbeeld tijdens gymuren die door de vakleerkracht gegeven worden of van 11.45 -12.15 uur. (Extra hulp wordt ook wel RT genoemd: remedial teaching) Extra zorg in de school Als, ondanks de extra inspanning, niet het gewenste resultaat bereikt wordt, bespreekt de leerkracht de problematiek in een leerlingbespreking. Collega’s denken dan mee en helpen een en ander te verduidelijken en dragen mogelijke oplossingen/adviezen aan. Bijvoorbeeld extra hulp door leerkrachten of door externen zoals de onderwijsbegeleidingsdienst, door bijvoorbeeld een onderzoek. Een onderzoek wordt alleen aangevraagd als de school een hulpvraag heeft of handelingsverlegen is en als er financiën voor beschikbaar zijn. De intern begeleiders zijn verantwoordelijk voor de zorgstructuur van de school en begeleiden de leerkrachten en ouders bij
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
17
het geven van de juiste zorg aan het kind. Er zijn twee interne begeleiders die naast groepsleerkracht belast zijn met deze extra zorg voor leerlingen. Dit zijn Caroline de Jonge en Debbie Kouwenberg. In overleg met de ouders worden de afspraken en de te volgen procedure besproken en vastgelegd in een handelingsplan c.q. verslag. Bij testen of bij onderzoek door derden vraagt de school de ouders om toestemming. Onder de aanvraagformulieren zetten de ouders hun handtekening. De ouders krijgen een kopie van de aanvraag. Signalering Een achterstand of een voorsprong kan gesignaleerd worden door ouders of school. Er komt een melding van ouders naar school of andersom. Er vindt een gesprek plaats met de groepsleerkracht, eventueel in aanwezigheid van een intern begeleider. • De groepsleerkracht meldt de signalering aan de intern begeleider. • Deze onderzoekt/verifieert samen met de groepsleerkracht en de ouders en bespreekt het verdere verloop. • Op basis van de gegevens die uit het voorgaande komen, volgt bespreking in de leerlingbespreking. Daar worden afspraken gemaakt over de te volgen stappen: - externe test/test van de schoolbegeleidingsdienst nodig of niet? - versnellen, verrijken, verdiepen, geen actie voorlopig, andere stof aanbieden? - aandachtspunten - verdere ontwikkeling van het kind (sociaal emotioneel, leeftijd, groei e.d.) - aanmelding Zorg Team (ZT)? Als geen verder onderzoek nodig is, stelt de groepsleerkracht een plan op, eventueel samen met de intern begeleider. Dit kan onder andere inhouden dat een kind extra of andere stof krijgt bij één of meer vakgebieden. Er wordt afgesproken welke stof dit dan is. Ook kan het inhouden dat het kind op dit moment even juist wel of geen specifieke aandacht nodig heeft. Voorgenomen essentiële besluiten worden in het team besproken. Ieder besluit wordt genomen in overleg met de ouders en de intern begeleiders. De teamvergadering bekrachtigt deze besluiten. Na een van te voren afgesproken periode vindt er een evaluatie plaats en worden er verdere afspraken gemaakt. Teambespreking Binnen het team kunnen kinderen besproken worden die om wat voor reden dan ook opvallen. Dit kan zowel op sociaal-emotioneel gebied als op verstandelijk gebied zijn. De interne leerlingbegeleiders bewaken de zorg voor deze kinderen. De Onderwijs Adviesdienst en de schoolarts kunnen hierbij betrokken zijn (ZT). Leerlingbesprekingen vinden minimaal 3 keer per jaar plaats. Tijdens deze besprekingen worden ook leerlingen besproken die mogelijk doubleren/ versnellen. In groep 8 vindt in principe geen doublure plaats. Zorg voor hoogbegaafden/ hoogintelligenten, of kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong Als blijkt dat een leerling tot een van de bovengenoemde categorieën behoort, bekijken wij door middel van vragenlijsten, testen en toetsen (eventueel extern) welke aanpak het beste aansluit bij de behoeften en mogelijkheden van het kind. Op basis van de gegevens van zowel school als ouders kan gekozen worden voor versnellen, verrijken, verdiepen, extra testen, afwachten enz. Versnellen betekent voor onze school maximaal één keer in de schoolloopbaan in een volgende groep plaatsnemen. Als dit goed is voor het kind kan het naar een volgende groep groeien. De stof van de groep wordt dan in versnelde/verkorte vorm aangeboden om het kind goed voorbereid naar de nieuwe groep te laten gaan. Ook aan ‘wennen’ in de nieuwe groep en ‘afscheid’ nemen van de oude groep wordt aandacht besteed.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
18
Onder verdiepen verstaan wij het dieper ingaan op de stof. Verrijken is het toepassen van andere werkvormen en andere stof aanbieden. Voorbeelden hiervan zijn het ‘compacten’ bij rekenen en het volgen van het ‘routeboekje’ van SLO. Dit alles doen wij om de belangstelling van het kind vast te houden en te voorkomen dat het kind gaat onderpresteren. In de teamvergadering vindt de evaluatie plaats van de werkwijzen, de gebruikte materialen en de ontwikkeling van het kind. Besluiten worden genomen in nauw overleg met de ouders en worden schriftelijk vastgelegd. Er is regelmatig overleg met de ouders. De afzonderlijke opdrachten worden met het kind geëvalueerd, al dan niet aan de hand van een leercontract. Procedure extra zorg buiten de school en de samenhang met het zorgplan, het Zorg Team (ZT) en de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL) Er worden de laatste jaren minder snel kinderen verwezen naar een school voor speciaal (basis) onderwijs. Elke basisschool probeert ervoor te zorgen dat het onderwijs past bij de behoefte van het kind. Dat is het doel van de overheidsmaatregel Weer Samen Naar School. De basisschool en het speciaal (basis) onderwijs werken nu veel meer samen. De Regenboog is aangesloten bij een samenwerkingsverband. Het samenwerkingsverband heeft een zorgplan waarin alle activiteiten gericht op zorg een plaats hebben. De intern begeleiders onderhouden de contacten met de speciale scholen voor basisonderwijs (SBO). Enkele kinderen hebben leer -of gedragsproblemen die vrij ernstig zijn. Men zoekt dan, samen met de ouders, de beste 'bovenschoolse' begeleiding. Het gaat er om een beter toegeruste opvang te vinden. Als uw kind hiervoor in aanmerking komt, kan het door school worden aangemeld bij het Zorg Team (ZT). Dit zijn de interne leerlingbegeleiders, de schooladviesdienst, de schoolarts en de ambulant begeleider van het samenwerkingsverband. Het ZT kan uitgebreid worden met een vertegenwoordiger van Jeugdzorg, de JGZ (Jeugdgezondheidszorg) of nog anders. In het ZT wordt met elkaar besproken welke mogelijkheden/ onmogelijkheden de basisschool heeft om een kind dat extra zorg nodig heeft verder te helpen. Het ZT stelt vast wat de beste oplossing is: bijvoorbeeld met speciale begeleiding toch op de eigen school blijven, of plaatsing op een andere school voor primair onderwijs. Het kan zijn dat er tijdelijk of langdurig opvang in een school voor speciaal (basis) onderwijs gewenst is, of dat andere hulpverlening beter is. Door gebruik te maken van de mogelijkheden van Preventieve Ambulante Begeleiding (PAB is hulp van een leerkracht van de speciale school voor basisonderwijs), wordt geprobeerd de leerling binnen het gewone primair onderwijs te houden. Wanneer na alle onderzoek en overleg blijkt dat het kind wellicht beter kan worden begeleid op een speciale school voor basisonderwijs, zal in overleg met de ouders een officieel verzoek daartoe worden voorbereid voor de PCL. In de Permanente Commissie Leerlingzorg (PCL) wordt bekeken/besproken en beslist of een leerling in het primair onderwijs kan blijven of verwezen wordt naar een speciale school voor basisonderwijs. De PCL is een externe commissie van deskundigen. De ouders dienen de aanvraag in en de basisschool stelt een onderwijskundig rapport over het kind op. De PCL beoordeelt op basis van dit rapport of het kind toelaatbaar is voor de speciale school voor basisonderwijs. De ouders kunnen tegen een besluit van de PCL bezwaar aantekenen en in beroep gaan. Wanneer er zich grote problemen voordoen, die gedragsmatig van aard zijn, dient de school een keuze te maken betreffende de belangen van de individuele leerling of de belangen van de groep. De school kiest dan voor het belang van de groep. Voor wat betreft ontoelaatbaar gedrag zie “Schorsen en verwijderen”.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
19
Externe contacten Diverse instanties bieden verschillende vormen van dienstverlening aan scholen en leerlingen. Te denken valt aan cursussen voor leerkrachten en onderzoeken bij kinderen. Ook bieden ze hulp bij de keuze van een nieuwe lesmethode. Onderwijs Advies is een instelling waarvan de diensten door de school betaald moeten worden. Als de school een onderzoek aanvraagt zijn er voor de ouders geen kosten aan verbonden. Aanmelding bij OA kan alleen door ons plaatsvinden als het past binnen het schoolbudget. De school heeft besloten de beschikbare gelden op basis van een eerste onderzoek in te zetten. Een onderzoek wordt alléén aangevraagd als de school een hulpvraag heeft en bepaald heeft welke leerlingen voor onderzoek in aanmerking komen. Wanneer een leerling problemen heeft met leren of met gedrag, dan kan de school een beroep doen op de diensten van een externe instantie. Dit gebeurt overigens altijd in overleg met de ouders. Pas als school en ouders van mening zijn dat externe hulp nodig is en de financiën ervoor beschikbaar zijn, vindt aanmelding bij een degelijke instantie plaats. Altijd is de eerste stap een gesprek tussen school, ouders en begeleider om het probleem zo helder mogelijk te krijgen. Zonodig komt de begeleider in de klas kijken of wordt er een test afgenomen. Nadat er voldoende gegevens verzameld zijn, vindt er weer een gesprek plaats met ouders en school. De begeleider licht de gegevens uit het onderzoek toe. Gezamenlijk wordt dan bepaald welke oplossingen voor het probleem mogelijk zijn en wat het beste gedaan kan worden. Er kan een beperkt aantal leerlingen voor een eerste onderzoek in aanmerking komen. De school bepaalt de prioriteit. Als uit een onderzoek blijkt dat behandeling, c.q. verder onderzoek door een externe instantie/persoon noodzakelijk/gewenst is, komt de bekostiging daarvan voor rekening van de ouders. Dyslexie • Wat is dyslexie? Dyslexie betekent letterlijk niet kunnen lezen. Met dyslexie bedoelt men dan lees- en spellingproblemen. Lees- en spellingproblemen kunnen ook los van elkaar voorkomen. Ongeveer 10% van de leerlingen in groep drie is wat betreft hun ontwikkeling nog niet helemaal ‘klaar’ voor het leren lezen en schrijven. Daar kunnen allerlei oorzaken voor zijn. Er hoeft dan nog geen sprake te zijn van dyslexie. Maar hulp is dan wel geboden om een achterstand in te halen of niet verder te laten oplopen en frustraties bij het kind te voorkomen. Gaat het kind niet vooruit ondanks alle extra inspanning en begeleiding, dan kan er sprake zijn van dyslexie. Dat komt voor bij ongeveer 3% van alle leerlingen. Het is dan raadzaam een deskundige psycholoog of orthopedagoog in te schakelen voor een individueel onderzoek. • De oorzaak De precieze oorzaak van dyslexie is nog niet helemaal duidelijk. Men denkt aan (microscopisch kleine) afwijkingen in de hersenen. In 1998 is een groot tienjarig wetenschappelijk onderzoek van start gegaan naar de biologische achtergronden en vroege kenmerken van dyslexie. Er staat al wel vast dat er bij dyslexie sprake is van een erfelijke factor. • De gevolgen Dyslexie heeft niet alleen gevolgen voor het leren van de talen, maar in ons talige onderwijssysteem ook voor vakken waar veel lezen bij te pas komt. Leerlingen met dyslexie moeten daar, in vergelijking met hun klasgenoten met eenzelfde intelligentie, onevenredig veel energie in steken. • Bijkomende problemen Dyslexie komt regelmatig voor in combinatie met andere stoornissen, zoals bijvoorbeeld spraaktaalstoornissen, motorische stoornissen, ADHD (aandachts- en concentratiestoornissen,
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
20
hyperactiviteit en impulsiviteit) of andere leerstoornissen zoals dyscalculie (hardnekkige rekenproblemen). • Signalen Op de kleuterleeftijd is dyslexie nog niet vast te stellen. Wel kunnen er een aantal signalen zijn om het kind extra in de gaten te houden. Bijvoorbeeld wanneer het een algemeen zwak taalniveau heeft, slecht versjes kan onthouden en slecht kan rijmen en moeite heeft met het aanleren van willekeurige afspraken, zoals de begrippen ‘links’ en ‘rechts’ en de namen van kleuren. Niet alle kinderen met deze problemen ontwikkelen echter dyslexie. Een vertraagde spraak/taalontwikkeling en dyslexie in de familie hebben wel een zekere voorspellende waarde. • Diagnose en behandeling Dyslexie is niet vast te stellen door hersenonderzoek. De diagnose wordt gesteld na individueel onderzoek door een deskundige psycholoog of orthopedagoog. Deze werkt volgens een procedure die door de Stichting Dyslexie Nederland (SDN) werd opgesteld in samenwerking met verschillende beroepsgroepen en met Balans. In alle gevallen hoort bij de diagnose een plan van aanpak. Er is geen vorm van behandeling of therapie bekend waarmee het leesprobleem volledig wordt opgelost. Er moet hard worden gewerkt voor het bereiken van resultaat. ‘Wondertherapieën’ (bijvoorbeeld medicatie en bewegingsoefeningen) en wondermiddelen (zoals speciale brillen) zijn in wetenschappelijk onderzoek niet effectief bevonden. • Dyslexie op school Binnen de setting van het onderwijs is helaas onvoldoende capaciteit voor de diagnostiek en behandeling van dyslexie. Op dit moment zijn de meeste ouders aangewezen op particuliere hulpverlening. In school worden leerlingen met lees/spellingsproblemen, waaronder leerlingen met dyslexie, extra ondersteund door bijvoorbeeld de voorschotbenadering, pré-teaching, herhaald lezen, lezen met een cd, enz. Verdere informatie kunt u bij de leerkracht vragen. • Dyslexieverklaring Wanneer dyslexie is vastgesteld hoort bij het rapport van de deskundige ook een dyslexieverklaring, die recht geeft op verschillende faciliteiten in het (voortgezet)onderwijs. De bekendste daarvan is extra tijd bij toetsen en examens. Daarnaast kunnen scholen zelf hun leerlingen met dyslexie een aantal voorzieningen bij toetsen, overhoringen en schoolexamens toestaan. • Kenmerken Leerlingen met dyslexie kunnen moeite hebben: • om het verschil te horen tussen klanken als m en n; p, t en k; s, f en g; eu, u en ui • om de klanken in volgorde te zetten (‘dorp’, ‘drop’); • om de aandacht te houden bij ‘klankinformatie’ (gesproken woord); • met het inprenten van reeksen (bijvoorbeeld tafels of spellingsregels); • met het onthouden van vaste woordcombinaties, uitdrukkingen of gezegdes; • met het onthouden van losse gegevens (rijtjes, woordjes, jaargetallen, enz.). De dyslexie kan soms pas worden opgemerkt in het vervolgonderwijs omdat de basisschool het niet heeft herkend of omdat de leerling door een zeer goede intelligentie in staat was de problemen te omzeilen of te camoufleren. In het voortgezet onderwijs ontstaan er problemen omdat: • ze opeens heel veel nieuwe woorden tegelijk moeten leren; • ze moeten presteren onder tijdsdruk; • ze ook vreemde talen krijgen, waarbij de spellingsregels soms onduidelijk zijn; • er in het voortgezet onderwijs meer wordt gelet op een correcte spelling. In het voortgezet onderwijs kunnen leerlingen met dyslexie opvallen door: • slecht mondeling en schriftelijk taalgebruik;
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
21
• • • • •
spreken of schrijven in korte zinnen; een zwak werkgeheugen; een moeilijk leesbaar handschrift; veel verbeteringen en doorhalingen in schriftelijk werk; een negatief zelfbeeld, faalangst, extreme spanning bij lees- en spreekbeurten, proefwerken en presteren onder tijdsdruk.
Er zijn diverse instanties waar u terecht kunt met uw vragen. Onder andere de vereniging Balans heeft diverse boeken en brochures voor ouders en leerkrachten. (www.balansdigitaal.nl) Rugzakleerling Met ingang van 1 augustus 2003 is de wet: “leerlinggebonden financiering” in werking getreden. Deze wet heeft de bedoeling om ouders van een kind met een handicap of stoornis, meer keuzevrijheid te geven betreffende plaatsing van hun kind in het reguliere of speciale onderwijs. Het gaat om kinderen die aantoonbaar, zonder extra ondersteuning geen reguliere school kunnen bezoeken. De financiële middelen die voor een kind met een handicap of stoornis nodig zijn, gaan als het ware in een rugzakje mee. Ouders krijgen de middelen niet zelf in handen. Een deel van de middelen is bestemd voor de school (materiaal+formatie) en een deel voor de begeleiding door de speciale school. Voor de schoolformatie betekent dit dat er extra ‘leerkrachttijd’ (al dan niet individueel) aan het kind geboden kan worden. De school ontvangt ook geld voor de aanschaf van extra leermiddelen, zoals speciaal reken- of leesmateriaal. Wanneer een kind met een “rugzakje” wordt aangemeld zullen de ouders van deze rugzakleerling op de hoogte worden gesteld van ons beleid en van de te volgen procedure. Dit beleid is erop gericht om gezamenlijk de doelstellingen voor het kind en daarbij de (on)mogelijkheden van de school te bespreken en te bepalen. De school bepaalt uiteindelijk of plaatsing haalbaar is of niet (en de benodigde zorg geleverd kan worden). De begeleiding van de overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs In groep 8 staan de ouders in overleg met onze school voor de keuze welk vervolgonderwijs het beste past bij hun kind. De Regenboog en het voorgezet onderwijs zullen veel informatie geven en er komen open dagen op de scholen. Wij werken op de basisschool aan de zelfstandigheid van leerlingen. Het is de bedoeling dat zij zelf huiswerk gaan plannen, zelf problemen oplossen, zelf vragen stellen als een en ander niet duidelijk is en zelf verantwoordelijkheid leren dragen. Dat komt hen goed van pas als zij naar het voortgezet onderwijs gaan. Bij het eerste rapport ontvangt iedere leerling van groep 8 een schooladvies dat door de groepsleerkracht(en) na overleg met de leerkrachten van de betreffende leerling in groep 6 en 7, de intern begeleider en de directie wordt gegeven. Het schooladvies houdt in: welk type voortgezet onderwijs naar de mening van onze school voor deze leerling het meest geschikt is. In januari vindt er, indien gewenst en op afspraak, een vervolggesprek plaats tussen de ouders van de leerling en de groepsleerkracht over het advies. Iedere leerling ontvangt algemene informatie over het voorgezet onderwijs en een boekje waarin alle scholen voor voortgezet onderwijs in de regio vermeld staan met de datum en tijd van de ‘open dagen’. Kinderen en ouders kunnen dan gaan kijken en vragen stellen. De ouders melden hun kind aan bij de school van hun keuze. In maart ontvangen de ouders de uitslag van de Cito-eindtoets, waarin staat vermeld in welk type van het voortgezet onderwijs de leerling de meeste kans van slagen heeft. De Regenboog geeft aan de school voor voortgezet onderwijs de uitslag van de Cito-toets door en het adviesformulier. Op het adviesformulier vult de groepsleerkracht een waardering in voor de leervakken en voor de werkhouding van de leerling.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
22
In het eerste jaar op het voortgezet onderwijs bespreekt het voorgezet onderwijs met de leerkracht van groep 8 hoe het met de leerlingen gaat. Ook ontvangen wij de cijfers van alle leerlingen die bij ons op school gezeten hebben. Deze cijfers gebruiken we om eventueel ons onderwijs bij te stellen, maar wij vinden het natuurlijk ook fijn 'onze' leerlingen nog enige tijd te kunnen volgen. Procedure onderzoek en advisering schoolverlaters De overgang van primair onderwijs (PO) naar voortgezet onderwijs (VO) is voor kinderen een belangrijk moment in hun schoolleven. Om die reden is het van belang dat deze overgang zorgvuldig wordt begeleid. Informatieoverdracht is daarbij een belangrijk aspect, evenals een goede advisering aan de ouders over de vorm en het niveau van VO dat bij het kind past. Vooral bij kinderen die in het PO extra aandacht nodig hebben is goede en juiste informatie van groot belang. Om de zorg voor die leerlingen op een goede wijze over te dragen aan het VO is een protocol opgesteld, in samenwerking met WSNS en het voortgezet onderwijs. Het protocol is een leidraad bij het vaststellen van het niveau waarop een kind kan instromen in het VO. Soms is het nodig dat uw kind, ook in het voorgezet onderwijs (VMBO) extra zorg en ondersteuning krijgt. Dat gebeurt op enkele scholen, die daarvoor van de overheid extra geld krijgen. Om in aanmerking te komen voor dit leerweg ondersteunend onderwijs (LWOO) en voor het Praktijk onderwijs (PRO) heeft de leerling een beschikking nodig. De Regenboog meldt de leerling aan, na overleg met de ouders, voor de gemeenschappelijke testen van het basisonderwijs en het voorgezet onderwijs. Aanmelden kan alleen als er een leerachterstand is. Ouders geven schriftelijk toestemming voor het deelnemen aan deze gemeenschappelijke testen. De testen vinden eind oktober/ begin november plaats. In de meeste situaties is er al in groep 6/7 met u gesproken over deze mogelijkheid voor uw kind. Na de afname wordt er een schooladvies gegeven. Met dit schooladvies kan de gekozen school een beschikking aanvragen. Het schooladvies moet worden goedgekeurd. Daarmee wordt het advies een “beschikking”. Deze beschikking is noodzakelijk om in aanmerking te komen voor leerweg ondersteunend onderwijs (LWOO) en voor het Praktijk onderwijs (PRO). Een beschikking kan alleen afgegeven worden bij het verlaten van het basisonderwijs en de start van het voorgezet onderwijs. • Afname, verwerking en bespreking gebeuren door school en het Zorgloket van het voortgezet onderwijs samen. • Na de test wordt het schooladvies gegeven in een adviesgesprek met u, op school. U krijgt daarbij een schriftelijk overzicht van de behaalde resultaten. • De gegevens worden vertrouwelijk en zorgvuldig behandeld en gaan pas naar de gekozen school nadat uw kind daar is aangemeld. Hierna wordt met deze gegevens een beschikking aangevraagd. • Afhankelijk van het advies bepaalt de basisschool in overleg met u of CITO deelname nog wenselijk/ noodzakelijk is. Regels voor toelating, vertrek, schorsing en verwijdering • Toelating Het toelatingsbeleid kent geen onderscheid ten aanzien van ras of godsdienst. Alvorens leerlingen worden toegelaten verklaren de ouders op het aanmeldingsformulier dat zij de katholieke identiteit van de school zullen respecteren. De directeur van de school beslist over de toelating van de leerling op de school. De maximale groepsgrootte is 35. Sinds 17 juni 2004 is er een toelatingsbeleid voor “De Regenboog” van toepassing. Het is ingesteld vanwege de huisvesting. U kunt op school naar dit toelatingsbeleid vragen. Bij ieder aanmeldingsformulier zit het toelatingsbeleid.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
23
• Regels bij vertrek van de school Het uitschrijven van een leerling dient schriftelijk te gebeuren middels een brief met daarin vermeld de naam van de leerling, welke groep, de reden (b.v. verhuizing), naar welke school (naam, adres, postcode, plaats en telefoonnummer en land) de leerling toe gaat en de datum van ingang. Van elke vertrekkende leerling ontvangt de vervolgschool een onderwijskundig rapport en een uitschrijfformulier. Dit onderwijskundig rapport wordt opgemaakt door de school en heeft tot doel de ontvangende school te informeren over de gevolgde methoden, de leerinhouden en de vorderingen hierin. • Schorsing/verwijdering Schorsing van een leerling vindt slechts plaats indien door het gedrag de vorm of de inhoud van de katholieke identiteit wordt geschaad dan wel het geven van goed onderwijs aan andere leerlingen wordt belemmerd. Het besluit tot schorsing neemt de directeur in overleg met het schoolbestuur. Indien het voornoemde gedrag bij voortduring plaatsvindt, zal verwijdering volgen. Het bestuur beslist dit op basis van een voorstel van de directeur. Er is op school een beleid betreffende schorsing en verwijdering én een procedure daarvoor. Schorsing vindt plaats voor ten hoogste vijf dagen. Als tot verwijdering besloten wordt heeft de school acht weken de inspanningsverplichting om een andere school voor de leerling te zoeken. U kunt de meer uitgebreide versie van het schorsing/verwijderingbeleid opvragen bij de directeur. Maatregelen ter voorkoming en bestrijding van lesuitval Met maatregelen in het kader van het Arbo-beleid proberen we te zorgen dat leerkrachten zich prettig voelen op de werkplek en zo verzuim van leerkrachten te voorkomen. Zo gauw een leerkracht niet aanwezig kan zijn gaat het protocol in. Door een goed personeelsbeleid wordt geprobeerd uitval van leerkrachten te voorkomen.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
24
KWALITEIT VAN HET ONDERWIJS • • • • •
De doelen van onze kwaliteitszorg Kwaliteitsbewaking en -verbetering De Rijksinspectie De resultaten van het onderwijs Plannen schooljaar 2011/2012
In onze kwaliteitszorg gaan we na wat de resultaten zijn van ons onderwijs: doen wij de goede dingen, en doen wij de dingen goed. De ‘goede dingen’ zijn verwoord in het schoolplan/ de schoolgids. De uitgangspunten van ons onderwijs zijn gebaseerd op het ‘streefbeeld’ dat we als team hebben vastgesteld. Het team voelt zich verantwoordelijk voor de resultaten en de stappen die genomen worden om de kwaliteit te verbeteren. Dit betekent ook dat er conclusies worden getrokken en maatregelen worden genomen op individueel /leerkrachtniveau en schoolniveau. Kwaliteit op De Regenboog vertaalt zich naar een aantal gebieden: • Het gebruik van moderne methoden. Deze worden in een cyclus van tien jaar vervangen. • Het aanschaffen van materiaal voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften (orthotheek). • Het inzetten van geschikt personeel. • Het leerlingvolgsysteem • Het hanteren van drie kwaliteitscycli • De leeromgeving (de school, de lokalen, het schoolplein) • De opbrengsten van ons onderwijs. De doelen van onze kwaliteitszorg Ten aanzien van vorenstaande gebieden van kwaliteitszorg zijn onze doelstellingen als volgt: Methoden: Wij willen onze leerlingen de kennis en vaardigheden aanleren die nodig zijn voor een goede start in het vervolgonderwijs passend bij hun capaciteiten en belangstelling. Wij vinden prestaties belangrijk, maar dan wel prestaties gedefinieerd binnen de eigen ontwikkelingsmogelijkheden van iedere leerling. Wij kiezen methoden die ons deze mogelijkheden bieden en vervangen ze in een cyclus van tien jaar. Orthotheek: Kinderen met specifieke zorg hebben ook specifieke materialen nodig naast de reguliere methoden. De kwaliteit en diversiteit ervan dienen, om zoveel mogelijk kinderen van de juiste materialen te kunnen voorzien, optimaal te zijn. De school is actief, met eventuele deskundigheid van externen, naar het zoeken van deze materialen. Personele bezetting: De school zet geschikt (gekwalificeerd) personeel in, met verschillende capaciteiten, op een plaats waar deze het beste tot hun recht komen. Al zijn de methoden nog zo modern, goed onderwijs valt of staat met de kwaliteit van het onderwijzend personeel. Om deze kwaliteit met elkaar te bewaken, schenken wij aandacht aan de volgende punten: Een sollicitatiecommissie zorgt aan de hand van een gericht sollicitatiebeleid voor kwalitatief goed nieuw personeel. Nascholingscursussen voor de leerkrachten zorgen ervoor, dat zij “bij de tijd” blijven. Middels een persoonlijk bekwaamheidsdossier werkt elke individuele leerkracht aan zijn persoonlijke ontwikkeling als professional. Jaarlijks vinden er tussen de directie en de leerkrachten functioneringsgesprekken plaats. In verschillende samenstellingen hebben de leerkrachten regelmatig onderling overleg.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
25
De groepsleerkracht verzorgt primair het onderwijsproces in de groep: bereidt de lessen voor, geeft les, begeleidt leerlingen en houdt hun vorderingen bij. Vanwege zijn/haar opleiding is de leerkracht de aangewezen persoon om kinderen die meer begeleiding nodig hebben dan de “doorsnee”-leerling, die aandacht dan ook te geven. In overleg met collega’s of met andere deskundigen bepaalt de groepsleerkracht welke zorg moet worden ingezet en op welk moment. Omdat de groepsleerkracht en de ouders partners zijn in het ontwikkelingsproces van kinderen, behoort het contact onderhouden met ouders tot de taak van de leerkracht. Extra ondersteuning kan door groepsleerkrachten van andere groepen gegeven worden. Het leerlingvolgsysteem: Het leerlingvolgsysteem is een manier van registreren van allerlei gegevens van kinderen waardoor hun ontwikkeling in beeld gebracht wordt. Deze gegevens worden verkregen uit observaties en toetsen. Voor de groepen 2 t/m 8 zijn er voor de diverse vakgebieden toetsen (Cito) op een vast moment in een schooljaar. De resultaten hiervan worden ondergebracht in leerling- en groepsprofielen. Zo ontstaat er een duidelijk zicht op de ontwikkelingen van de kinderen als individu en als groep. Daarnaast geven de methodieken door middel van diverse controlemomenten een beeld van de vorderingen. Het totaal aan gegevens is uitgangspunt voor het aanbieden van specifieke zorg. In groep 7 en 8 worden de Cito entree- en eindtoets afgenomen om nog meer inzicht te krijgen in het kunnen van de kinderen in verband met de schoolkeuze na de basisschool. Van iedere leerling wordt een dossier bijgehouden. Daarin worden gegevens opgenomen over het gezin, de leerlingenbesprekingen, gesprekken met ouders, speciale onderzoeken, handelingsplannen en toets- en rapportgegevens van de verschillende jaren. De kwaliteitscycli De school hanteert drie kwaliteitscycli om het door haar gegeven onderwijs en de opbrengsten daarvan te meten en te evalueren. Op basis van deze gegevens worden (verbeter)plannen gemaakt die opgenomen worden in de beleidsplannen voor de komende jaren (schoolplan). De kwaliteitscycli zijn: 1. Quickscan: deze richt zich op de verschillende beleidsterreinen die te onderscheiden zijn en waar een school op getoetst kan worden (inspectie). In deze cyclus van vier jaar wordt de teamleden middels indicatoren gevraagd de beleidsterreinen te waarderen (zelfreflectie). De scores laten zien op welk beleidsterrein verbetering/ verandering noodzakelijk is. 2. Vragenlijst sociale veiligheid en tevredenheidsonderzoek: de vragenlijst sociale veiligheid (voor ouders, leerkrachten en leerlingen) geeft informatie over het welbevinden en de veiligheid op school. Dit is een cyclus van twee jaar. Het tevredenheidsonderzoek is een cyclus van vier jaar en meet de tevredenheid van ouders, leerlingen en teamleden. 3. Kwaliteitskaarten: in een cyclus van vier jaar worden voor verschillende beleidsterreinen kwaliteitskaarten opgesteld. Een kwaliteitskaart is een gedetailleerde beschrijving hoe de school handelt/ omgaat met zaken binnen een beleidsterrein. Dit wordt door de teamleden binnen de school gedragen en als zodanig nageleefd. Monitoring vindt plaats door de directie. Tijdige evaluaties kunnen ertoe bijdragen dat deze kaarten tussentijds worden bijgesteld. De kaarten geven ook aspecten van kwaliteitsverbetering aan. Zowel op school-, team-, als individueel niveau. Op bladzijde 29 zijn bovengenoemde cycli uitgezet over de komende jaren (schoolplan 20112015).
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
26
De leeromgeving: De school zorgt voor een optimale leeromgeving door de kwaliteit van het schoolgebouw en zijn omgeving op peil te houden en daar waar mogelijk te verbeteren. De opbrengsten: Elke school streeft naar zo hoog mogelijke opbrengsten. Dit is enkel te bewerkstelligen als de opbrengsten regelmatig geëvalueerd worden. Aanpassing van het onderwijsaanbod of een andere onderwijskundige benadering kan het gevolg zijn. We streven ernaar bij elk kind alles eruit te halen naar de capaciteiten van het kind. De score van de CITO- eindtoets zoals die in groep 8 jaarlijks wordt afgenomen geeft een indicatie van het niveau van een leerling of een groep ten opzichte van leeftijdsgenootjes in Nederland. Deze toets is erop gericht een onafhankelijk inzicht te geven met betrekking tot een juiste keuze voor vervolgonderwijs. Een overzicht van de laatste drie jaar: Jaar:
Score De Regenboog:
Landelijk gemiddelde:
2009 2010 2011
537,2 541,2 540,5
535 534,9 535,1
De leerlingen zijn de laatste 3 jaren naar de volgende vormen van vervolgonderwijs verwezen (in aantal):
VWO HAVO VMBO*
TL KB BB Praktijk onderwijs * Het VMBO is onderverdeeld in volgende leerwegen:
2009
2010
2011
12 10 9 3 3
6 11 9 4 4
11 21 6 3
- theoretische leerweg - kader beroepsgerichte leerweg - basis beroepsgerichte leerweg
Kwaliteitsbewaking en -verbetering Ten aanzien van de in de voorgaande paragraaf geformuleerde doelstellingen van kwaliteit hanteert de school de volgende vormen en instrumenten voor bewaking en verbetering van haar onderwijs: Methoden: Een nieuwe methode dient altijd een verbetering van de oude te zijn en dient gericht te zijn op de actuele ontwikkelingen binnen het onderwijs en de maatschappij. Alleen dan is er sprake van verbetering van het onderwijs. Bij het kiezen van een nieuwe methode gaat een werkgroep met een opdracht aan de slag. Na bestudering van nieuwe methoden wordt in een vergadering verslag naar elkaar uitgebracht in de vorm van een presentatie. Daarna volgt een keuze of nadere bestudering. In het eerste gebruiksjaar worden enkele evaluatiemomenten belegd om de ervaringen met de nieuwe methode
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
27
met elkaar te bespreken en elkaar van adviezen/ ideeën te voorzien. Na dat eerste jaar gebeurt dit op verzoek van leerkrachten en naar behoefte. Orthotheek: De interne begeleider is verantwoordelijk voor de (inhoud van de) orthotheek. Met haar deskundigheid volgt zij de ontwikkelingen op de voet. Daarvoor raadpleegt zij regelmatig externe deskundigen. Indien de school aan een materiële onderwijsbehoefte niet kan voldoen, zal zij, op voorstel van de interne begeleider, desbetreffende materialen aanschaffen binnen de daarvoor beschikbare financiële middelen. Ingebruikname wordt door de IB’er gecoördineerd. Personeel: Voor de begeleiding van leerkrachten is een protocol opgesteld (bestuursniveau). Ten aanzien van kwaliteitsbewaking het volgende: • Door functioneringsgesprekken en klassenconsultaties door de directie wordt het functioneren van de individuele leerkrachten bewaakt (schriftelijke vastlegging). • Helder beschreven taakstellingen en functies (directeur, IB’er, ICT’er, bouwcoördinator) en taakbeleid (klasgebonden en niet klasgebonden taken) • Structureel teamoverleg (plenair of per bouw) met schriftelijke vastlegging • (Na)scholing als team (studiedagen) en/ of per individu Het is belangrijk als team/ als leerkracht nieuwe ontwikkelingen te allen tijde kritisch te volgen en acties te ondernemen indien men ervan overtuigd is dat ‘iets’ een verbetering van het onderwijs zou kunnen betekenen. De directie en het managementteam spelen hierin een stimulerende rol. Het leerlingvolgsysteem: De intern begeleider ‘bewaakt’ het leerlingvolgsysteem. Te denken valt aan het gebruik door de collega’s (doet iedereen het consequent en volgens afspraak), het functioneren (door gezamenlijke evaluaties en individuele gesprekken worden ervaringen kenbaar en moeten er wellicht acties worden ondernomen) en de nieuwe ontwikkelingen (aanpassingen en vernieuwingen). In de gesprekken die de IB’er structureel met de leerkrachten individueel heeft en eventueel belegde teambesprekingen, zijn genoemde aspecten van het LVS gespreksonderwerp. Op haar initiatief worden acties ten aanzien van het LVS ondernomen. Een goed en modern functionerend LVS heeft een verbetering van het volgen van het onderwijs tot gevolg. De kwaliteitscycli De school wil goed basisonderwijs geven. Daarom hanteren we een systematisch kwaliteitsbeleid. Dat houdt in dat we kwaliteit meten. • We hanteren een instrument (werken met kwaliteitskaarten van Cees Bos) om de kwaliteit van het werk te controleren, in een cyclus van vier jaar, waarbij elk beleidsterrein aan bod komt. Vervolgens kiest de school onderwerpen ter verbetering en maakt plannen. In het schoolplan staan die voor meerdere jaren uitgewerkt. • We vergelijken de resultaten van de toetsen van het leerlingvolgsysteem met landelijke normen. • We gebruiken enquêtes (vragenlijst sociale veiligheid voor leerlingen, ouders en leerkrachten) om te weten te komen hoe het met de sociale veiligheid is gesteld (2-jaarlijks). • We volgen de leerlingen in het voortgezet onderwijs en vergelijken de verwachtingen met hun resultaten (jaarlijks). • We hanteren een instrument om de tevredenheid van ouders, leerlingen en leerkrachten te peilen (Tevredenheidsonderzoek, eens per 4 jaar).
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
28
•
We stellen per jaar kwaliteitskaarten op om het onderwijs en werkwijze vast te leggen en te verantwoorden (WMK van Cees Bos).
Deze cycli zijn als volgt opgenomen in het schoolplan 2011/2015: •
Beleidsterreinen:
•
Quickscan (zelfreflectie door team): 2011/ 2012 Leerstofaanbod Pedagogisch klimaat Didactisch handelen Zorg en begeleiding Contacten met ouders Interne communicatie Opbrengsten Opbrengstgericht werken
2012/ 2013 Taalleesonderwijs Sociaal emotionele ontwikkeling Beroepshouding Actieve rol leerlingen Externe contacten Schoolleiding Opbrengsten
2013/ 2014 Leertijd Schoolklimaat Professionalisering Levensbeschouwing Opbrengsten Zorg en begeleiding Voor- en vroegschoolse educatie
2014/ 2015 Kwaliteitszorg Actief burgerschap ICT Passend onderwijsafstemming Rekenen en Wiskunde Opbrengsten
Vragenlijst sociale veiligheid/ Tevredenheidsonderzoek (tevredenheidonderzoeken onder werknemers, leerlingen en ouders): 2011/ 2012 Vragenlijst Sociale veiligheid (3x): ouders, leerlingen en leerkrachten
•
2012/ 2013 Tevredenheidonderzoek (3x): ouders, leerlingen en werknemers
2013/ 2014 Vragenlijst Sociale veiligheid (3x): ouders, leerlingen en leerkrachten
2014/ 2015
Kwaliteitskaarten (het opstellen van concrete beschrijvingen hoe de school omgaat met en handelt naar de beleidsterreinen, en deze vervolgens scoren):
2011/ 2012 Beleidsterreinen: Taalleesonderwijs Sociaal emotionele ontwikkeling
2012/ 2013 Interne communicatie Beroepshouding
2013/ 2014 ICT Rekenen en wiskunde
2014/ 2015 Actieve rol leerlingen Afstemming
De leeromgeving: Jaarlijks worden er keuringen gedaan van het schoolplein en het schoolgebouw. Verschillende instanties worden ingezet om te zien in hoeverre de school, het schoolplein en de daarbij behorende speeltoestellen nog voldoen aan de door de wetgeving aangegeven richtlijnen. De resultaten die daaruit voortvloeien worden meegenomen in de plannen voor de toekomst. Voor het geven van goed onderwijs is een rijke en uitdagende maar ook veilige leeromgeving een must. Daarom streven wij dit ook altijd na.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
29
De opbrengsten: Bij het bewaken van de opbrengsten spelen diverse bronnen een rol: 1. Gegevens uit de groepsmap (gegevens van methodetoetsen en waarderingen/ observaties van de leerkracht 2. Gegevens uit het leerlingvolgsysteem (methode-onafhankelijke toetsen) 3. Gegevens uit individuele of op een groep(je) gerichte handelingsplannen (inclusief evaluatie) 4. Gegevens van (gesprekken met) ouders 5. Citoscores van entreetoets groep 7 en eindtoets groep 8 6. Gegevens vanuit het voortgezet onderwijs van oud-leerlingen van de school 7. Opmerkingen en aanbevelingen van de inspectie 8. Gegevens vanuit de kwaliteitscycli Door er structureel aandacht te besteden en een kritische houding aan te nemen ten opzichte van bovengenoemde bronnen onderneemt de school acties om haar onderwijs, en dus uiteindelijk de opbrengsten, te verbeteren: Ten aanzien van punt 1, 2, 3, en 4: In de leerlingbesprekingen (per bouw en plenair) en de reguliere contacten tussen IB-ers en leerkrachten worden deze gegevens besproken en geëvalueerd. Aanpassing ter optimalisering van het onderwijsaanbod kan volgen. T.a.v. punt 5: Zodra de gegevens beschikbaar zijn, worden deze in teamverband besproken en wordt bepaald of er acties ter kwaliteitsverbetering ondernomen moeten worden. T.a.v. punt 6: Enkele scholen van het voortgezet onderwijs leveren ons gegevens aan van onze oud leerlingen. Indien deze gegevens na analyse opvallendheden vertonen dan worden deze centraal besproken. Zo nodig worden n.a.v. deze analyse verbeterplannen opgesteld. T.a.v. punt 7: Opmerkingen en aanbevelingen van de inspectie worden besproken en opgenomen in de beleidsplannen voor de komende jaren. T.a.v. punt 8: De gegevens die gegenereerd worden uit de drie kwaliteitscycli, worden geanalyseerd en omgezet in beleidsplannen voor de komende jaren. De Rijksinspectie De inspectie van het onderwijs kent drie arrangementen van toezicht. De Regenboog valt onder het reguliere toezicht (het zgn. basisarrangement) wat betekent dat de school aan de te verwachten opbrengsten voldoet. De andere arrangementen omvatten een scherpere vorm van toezicht. De inspectie verkrijgt haar gegevens door een bezoek aan de school waar gesprekken plaatsvinden met de directie, IB-ers, leerkrachten, leerlingen en ouders. Soms worden lessen geobserveerd en ook de diverse documenten krijgen aandacht. De resultaten verschijnen in een schoolrapport, dat via internet in te zien is. De resultaten van het onderwijs De scores van onze leerlingen bij de Cito-toets in groep 8 liggen meestal boven de landelijke norm. De resultaten zijn voor ons belangrijk om te zien of de ontwikkeling van kinderen goed verloopt en of het onderwijs dat wij geven aansluit bij de kinderen. We hebben contacten met het voortgezet onderwijs om dit te evalueren. Wij zijn van mening dat een school, wat resultaten betreft, van meer afhankelijk is dan van goed onderwijs alleen. Belangrijker dan de uitslag op zich, is de zorg voor een goede aansluiting bij het voortgezet onderwijs. Tot nu toe gaan de meeste leerlingen naar het Vlietland College in Leiden en het Adelbert College in Wassenaar. Leerlingen die naar het voorbereidend beroepsonderwijs gaan, bezoeken die school meestal in Leiden.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
30
Plannen schooljaar 2011/2012 (uit: Schoolplan 2011-2015) In onderstaand overzicht is te zien op welke beleidsterreinen de school plannen heeft geformuleerd ter verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs. Beleidsterrein
Verbeterdoel(en)
01
Kwaliteitszorg
02
Kwaliteitszorg/ Taalleesonderwijs
Uitvoer Evaluatieplan. Beoordelen: zie hoofdstuk 7.9 Opstellen en scoren kwaliteitskaart: Taalleesonderwijs
03
Kwaliteitszorg/ Sociaal emotionele ontwikkeling Kwaliteitszorg
04
05
Aanbod/ Taalleesonderwijs
06
Aanbod
07
Didactisch handelen/ Sociaal emotionele ontwikkeling Zorg en begeleiding
08
09
Zorg en begeleiding/ Opbrengst gericht werken
10
Aanbod/ Sociaal emotionele ontwikkeling
11
Opbrengst gericht werken (OGW)
e
1 helft jaar
e
2 helft jaar
Consequenties - organisatie - professionalisering - middelen
X X
Opstellen en scoren kwaliteitskaart: Sociaal emotionele ontwikkeling
X
Afname vragenlijst sociale veiligheid: - ouders - leerlingen - medewerkers Oriëntatie op, studie naar en aanschaf van methode begrijpend lezen
X
Instrument WMK Plenaire vergadering Bekwaamheidsdossier Instrument WMK Plenaire vergadering Bekwaamheidsdossier Instrument WMK
X
X
Oriëntatie op, studie naar en aanschaf van methode expressie (beeldende vakken)
X
X
Coöperatief leren/ coöperatieve werkvormen: Basiscursus
X
X
Zorgstructuur: ontwikkelen protocol/ zorgkalender en dit als lijn in de school uitzetten Werken met groepsoverzichten en groepsplannen: lezen
X
X
Zorgoverleg Plenair met team
X
X
Implementatie LVS sociaal emotionele ontwikkeling (SCOL), inclusief evaluatie Oriëntatie op en aanschaffen van nieuw aanbod/ materiaal Leerkrachtvaardigheden ontwikkelen met betrekking tot het analyseren van resultaten en op basis hiervan het aanbod aan te passen.
X
X
X
X
Zorgoverleg Plenair met team Interne begeleiders en directie Externe begeleiding Managementteam Zorgoverleg Plenaire vergadering € 1000 (materiaal) Kader op stichtingsniveau ‘werkgroep’ OGW (IB + leerkrachten + directie) Team
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
Werkgroep Te plannen (studie) bijeenkomsten € 4000 (methode) Werkgroep Te plannen (studie) bijeenkomsten € 4000 (methode) Externe begeleiding (OA)
31
CONTACTEN OUDERS/ SCHOOL • • • • • • • • • • • • • • •
Contact met de school Informatie naar gezinnen met gescheiden ouders Gesprek met de groepsleerkracht Tafeltjesavonden Rapporten Schoolkrant Nieuwsbrief Website Oudervereniging Klassenouders Medezeggenschap in de school Gesprek met de directeur/leerlingbegeleiders Vertrouwenspersonen/klachtenregeling Ouderactiviteiten Geldelijke bijdrage van ouders
Onze school hecht veel waarde aan goed contact met de ouders van de leerlingen. Betrokkenheid van de ouders bij het gebeuren op school vormt één van de pijlers van onze school. De ouders worden in persoonlijke contacten met de leerkracht geïnformeerd over de vorderingen en het sociaal functioneren van hun kind. Zo’n gesprek vindt in elk geval plaats naar aanleiding van de rapporten. Als daartoe aanleiding is, zoekt de leerkracht onmiddellijk contact met de ouders. Het omgekeerde wordt ook van de ouders verwacht. Een openhartige uitwisseling tussen school en thuis is belangrijk. Zo kan de benadering van het kind op school en thuis zo goed mogelijk op elkaar worden afgestemd. U heeft recht op alle informatie over uw kind en het is van belang voor de ontwikkeling van uw kind dat u op de hoogte bent. Voor school kan informatie van u over het kind prettig zijn. Contact met de school Als u de groepsleerkracht of de directeur (telefonisch) wilt spreken, kunt u dit het beste doen tussen 15.30 en 17.00 uur. Ook tussen 12.15 en 12.50 uur is men (telefonisch) bereikbaar. Van 12.50 tot 13.20 uur is de lunchtijd van de leerkrachten. Informatie naar gezinnen met gescheiden ouders Alle ouders hebben in principe recht op informatie over hun kind van de school. Dit geldt ook voor ouders die gescheiden zijn. Soms is er maar één ouder van het kind belast met het ouderlijke gezag en de andere ouder niet. De ouder die is belast met het ouderlijke gezag, heeft de verplichting om de andere ouder (niet belast met het ouderlijke gezag) op de hoogte te houden van gewichtige aangelegenheden die het kind betreffen (artikel 1:377b Burgerlijk Wetboek). Het is dus de bedoeling dat de ouder die niet met het gezag is belast, de informatie krijgt van de andere ouder. Gegevens over schoolresultaten zouden dus ook via de met het gezag belaste ouder verstrekt moeten worden. Als ouders gaan scheiden is het voor school vaak niet duidelijk wat de verwachtingen van ouders zijn ten aanzien van de informatieverstrekking. Om misverstanden te voorkomen is het gewenst dat ouders schriftelijk kenbaar maken wie contact houdt met de school aangaande het verstrekken van informatie. Hebt u een verzoek dat afwijkt van het bovenstaande, dan kunt u dit indienen bij de directeur. Gesprek met de groepsleerkracht Op verzoek van u of van de groepsleerkracht wordt er een afspraak gemaakt. Voor schooltijd kunnen alleen korte mededelingen gedaan worden. De leerkracht moet tenslotte met de groep aan de slag.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
32
Tafeltjesavonden Voor alle groepen zijn er in november en maart tafeltjesavonden naar aanleiding van het verkregen rapport. U kunt dan met de leerkracht over uw kind spreken. U wordt schriftelijk voor deze avonden uitgenodigd. Rapporten Drie maal per jaar krijgen de kinderen van de groepen 3 t/m 8 een rapport mee naar huis. Dit is een weergave van de vorderingen op de verschillende gebieden. De eerste twee rapporten per jaar worden in een 10-minutengesprek toegelicht en besproken. Bij de groepen 1/2 is het rapport een weergave van de observatielijst. Aan de hand van deze lijst wordt het functioneren van het kind besproken. Zij krijgen twee maal per schooljaar een rapport mee naar huis. Mocht er bij u of bij de groepsleerkracht behoefte zijn aan een tussentijds gesprek, dan wordt er een afspraak gemaakt. Schoolkrant Drie maal per jaar komt er een schoolkrant uit, waarin u veel kunt lezen over allerlei schoolactiviteiten en werkjes van de kinderen kunt lezen/ bekijken. Nieuwsbrief Wekelijks ontvangen de ouders (digitaal) de nieuwsbrief waarin informatie staat die voor ouders, leerkrachten en kinderen van belang kan zijn. Deze is ook via de website: www.rkderegenboog.nl te lezen. Website www.rkderegenboog.nl Op de website van school ziet u foto’s, vindt u de nieuwsbrieven en deze schoolgids, kunt u formulieren downloaden en vindt u informatie over de nieuwbouw van de school. Oudervereniging De oudervereniging is een commissie die, in overleg met de directie en de leerkrachten, zorg draagt voor de bevordering van de contacten tussen ouders en de school en voor de ondersteuning en uitvoering van schoolse activiteiten zoals die rond Sinterklaas, het Kerstfeest en Pasen, de avondvierdaagse en de schoolfotograaf. Ook fungeert de oudervereniging als gastvrouw tijdens ouderavonden. Jaarlijks hangt er een lijst met activiteiten en de namen van de betreffende coördinatoren op het prikbord in de school. Tevens staan de namen van de leden van het dagelijkse bestuur van de oudervereniging vermeld. U kunt altijd met het bestuur van de oudervereniging contact opnemen. Het bestuur van de oudervereniging wordt ook wel de ouderraad genoemd. De oudervereniging houdt jaarlijks een algemene ouderavond. De plannen voor het schooljaar worden verteld en er wordt financiële verantwoording afgelegd. U heeft op die ouderavond de gelegenheid om met leden van de oudervereniging van gedachten te wisselen. Als u belangstelling heeft om in het bestuur van de oudervereniging zitting te nemen, kunt u zich aanmelden bij de secretaris. De leden die op de algemene ouderavond aanwezig zijn beslissen over de benoeming van de bestuursleden. Ouders worden automatisch lid van de oudervereniging als hun zoon/dochter op school komt. Als u dit niet wenst dient u dit binnen vier weken aan de ouderraad kenbaar te maken.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
33
Klassenouders Een klassenouder is in principe een lid van het bestuur van de oudervereniging. Klassenouders worden benoemd in een vergadering van de ouderraad. Iedere groep heeft een klassenouder die tot taak heeft activiteiten, excursies en dergelijke voor die groep te helpen regelen. De klassenouder kan met u contact opnemen met een verzoek om te assisteren bij activiteiten. Op de eerste informatieavond in het schooljaar zijn in principe de klassenouders aanwezig en kunt u met hen kennismaken. Als u vragen of opmerkingen heeft over de verschillende activiteiten, dan kunt u contact opnemen met de klassenouder. Medezeggenschap in de school In de medezeggenschapsraad (MR) hebben drie ouders en drie teamleden zitting. Zij bepalen mede het beleid van de school. De directeur is adviseur van de MR. Alle beleidszaken van school worden in de MR besproken. De wet geeft de MR bevoegdheden. De MR heeft invloed op het beleid van de school door middel van advies en/of instemmingsrecht op voorstellen van het schoolbestuur. Dit verloopt via de GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad). De GMR bestaat uit leden van de afzonderlijke MR’en van de verschillende scholen binnen de stichting Panta Rhei (zie hierna). Het schoolbestuur legt aan de GMR onder andere beleidsstukken, de schoolbegroting en het formatieplan voor. De GMR en de MR kunnen het schoolbestuur gevraagd en ongevraagd advies geven. U kunt altijd contact opnemen met de MR-leden. Verderop staat vermeld wie er in de MR zitting hebben. Gesprek met de directeur/ intern begeleiders (IB’ers) Hoewel de groepsleerkracht veelal de eerst aangewezen persoon is, kunt u de directeur en/of de IB’ers ook benaderen om een afspraak te maken voor een gesprek. Vertrouwenspersonen: Panta Rhei/ Klachtenregeling Soms vinden op school gebeurtenissen plaats waar u het als ouder of personeelslid niet mee eens bent. U kunt dan een klacht indienen. In veel gevallen is het raadzaam om eerst te proberen om met elkaar in gesprek te gaan en samen naar een oplossing te zoeken. Als u er samen niet direct uit komt dan kunt u de kwestie neerleggen bij de directeur. In het geval dat u een meningsverschil met de directeur heeft, gaat u in eerste instantie naar de algemeen directeur van stichting Panta Rhei. Elke school heeft een contactpersoon, die u kan ondersteunen bij de informele afhandeling van de klacht. Voor onze school zijn dat Caroline Witteveen en Juliëtte Affourtit. Ook kan de contactpersoon u doorverwijzen naar de vertrouwenspersoon. De vertrouwenspersoon zal de mogelijkheden tot bemiddeling onderzoeken en zo mogelijk zelf bemiddelen bij het zoeken naar een oplossing. Stichting Panta Rhei heeft twee onafhankelijke vertrouwenspersonen: Mevrouw C. Polderman (079-3295600 of
[email protected]) De heer drs. E. Zomervrucht (
[email protected]) Mocht het niet lukken om samen met de betrokkenen tot een oplossing te komen, dan kunt u een klacht indienen bij een klachtencommissie. De vertrouwenspersoon kan u hierbij ondersteunen. Stichting Panta Rhei is aangesloten bij twee klachtencommissies: Klachtencommissie voor het Katholiek Onderwijs (tot en met 31 december 2011) Postbus 82324, 2508 EH Den Haag Tel: 070-3925508
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
34
Stichting Onderwijsgeschillen Postbus 85191, 3508 AD Utrecht Tel: 030-2809590 Stichting Panta Rhei hanteert een klachtenregeling waarin de procedure voor het indienen en behandelen van een klacht is vastgelegd. U kunt deze regeling downloaden via de website www.stichtingpantarhei.nl Ouderactiviteiten We vinden het belangrijk om allerlei activiteiten te organiseren gedurende het schooljaar. Maar zonder de hulp van ouders is dit niet uitvoerbaar. We zijn dan ook heel blij met alle hulp die we jaar in jaar uit weer van u krijgen. Als uw kind pas op school zit en verder aan het begin van elk schooljaar, ontvangt u een lijst met mogelijkheden tot het bieden van hulp. U kunt daarop aankruisen wat u prettig vindt of leuk vindt om bij te assisteren. Ook gedurende het schooljaar is het mogelijk dat de leerkracht of de klassenouder uw hulp vraagt. Bij alle door u geboden hulp dient u zich te houden aan de aanwijzingen van de groepsleerkracht. De groepsleerkracht blijft verantwoordelijk voor de door u uitgevoerde activiteit. Een belangrijke afspraak is: ‘U praat niet over kinderen en situaties met andere ouders’. Dat kan met name een bron van misverstanden en onrust zijn. Het blijft een taak van de leerkracht om contacten te onderhouden met ouders over hun kind. Als u komt helpen is het niet toegestaan dat kinderen jonger dan vier jaar mee naar school komen. Geldelijke bijdrage van ouders De oudervereniging van De Regenboog vraagt ouders jaarlijks een vrijwillige bijdrage voor extra activiteiten zoals: het schoolkamp, de schoolreis, aanvullend lesmateriaal, festiviteiten (sinterklaas, kerstfeest, paasfeest enz.) en de kosten van de ouderavonden. Dit zijn activiteiten die niet tot het gewone lesprogramma behoren en die niet door het Rijk worden betaald. De ouderbijdrage voor dit schooljaar bedraagt € 20.- voor ieder kind. De bijdrage voor de schoolreis bedraagt € 28.- per kind, voor kamp is de bijdrage € 72,50 per kind. Een leerling is verplicht om mee te doen of mee te gaan met de onder schooltijd georganiseerde activiteiten. Als er redenen zijn om van deze regels af te wijken, dient dit altijd besproken te worden en ter kennis worden gebracht aan de directeur. Deze neemt een besluit. Uw kind(eren) is/zijn dan altijd wel verplicht op school aanwezig te zijn tijdens de reguliere schooltijden. In bijzondere gevallen kan, ter beoordeling van de penningmeester van de oudervereniging in samenspraak met de directeur, een vermindering van de ouderbijdrage worden verleend. U kunt hiervoor met de penningmeester of de directeur een afspraak maken. In het begin van het schooljaar, op de algemene ledenvergadering van de oudervereniging, heeft u inspraak op de begroting voor het komende jaar en inzicht in de cijfers en activiteiten van de oudervereniging van het vorige jaar.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
35
PRAKTISCHE ZAKEN • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Overblijfmogelijkheden Kosten tussenschoolse opvang Buitenschoolse opvang (BSO) Unicef Schoolfoto Trakteren Gevonden voorwerpen De GGD en uw kind Logopedie op school Hoofdluis op school/ controle Relatie school en omgeving Veiligheid Schoolverzekering voor leerlingen Ongevallen Drinken op school Verkeer rondom de schoolgebouwen Praktische verkeerslessen Fietsen op school Inzameling oud papier Maandagochtend School Video Interactie begeleiding Sponsoringbeleid Rookvrije school Indeling in een groep
Overblijfmogelijkheden (Tussenschoolse opvang- TSO) Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag kan uw kind op school overblijven. Het overblijven op school wordt verzorgd door de kinderopvangorganisatie KindeX. Tijdens de middagpauze wordt uw kind opgevangen door overblijfkrachten, die er voor zorgen dat uw kind in een gezellige omgeving rustig kan eten. Na de lunch bieden de overblijfkrachten een zo gevarieerd mogelijk aanbod van activiteiten aan. Dit kan bestaan uit sport-, spel- en creatieve activiteiten, zowel binnen als buiten en zowel gezamenlijk als individueel. De kosten voor het overblijven komen voor rekening van de ouders. U betaalt aan KindeX, waarbij u kunt kiezen voor een abonnement voor vaste dagen of incidentele opvang. U dient als ouders zelf uw kind(eren) hiervoor aan te melden bij KindeX. Er is een overblijfreglement opgesteld, dat u verderop in deze schoolgids kunt lezen. Het verdient aanbeveling dit reglement te lezen als uw kind(eren) overblijven. Ouders laten hun kind overblijven onder eigen verantwoordelijkheid. Het overblijven vindt plaats in de aula en/of een lokaal van de het schoolgebouw. Tijdens het overblijven wordt een logboek gebruikt in verband met de gang van zaken. Hierin kunnen gegevens van kinderen opgenomen worden, zoals bijvoorbeeld allergieën.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
36
Kosten tussenschoolse opvang (overblijven) Kindex: De kosten bedragen € 2,85 per (vaste) dag. Daarnaast biedt KindeX ook incidentele tussenschoolse opvang aan. Hiervoor heeft KindeX een strippenkaartsysteem. De prijs van een strippenkaart, ter grootte van 5 strippen, voor vaste afnemers die incidenteel behoefte hebben aan extra opvang bedraagt € 13,50. Voor incidentele afnemers van tussenschoolse opvang hanteert KindeX de volgende strippenkaarten en prijzen: een kaart voor 5 strippen kost € 15,een kaart voor 10 strippen kost € 35,Voor het betalen van de kosten tekent u voor de vaste dagen een eenmalige machtiging. Voor de strippenkaart vult u per keer een aanvraagformulier in, waarop u ervoor tekent het bedrag van de strippenkaart automatisch van uw rekening te laten afschrijven. Ieder kind heeft zijn eigen strippenkaart. De gekochte strippenkaarten kunnen meegenomen worden naar het volgende schooljaar. U dient voordat u uw kind voor de eerste keer wilt laten overblijven, contact op te nemen met KindeX. Dit kan via de website www.kindex.nl. Tijdens kantooruren kunt u bellen met KindeX, Bachlaan 2, 2253 BA, Voorschoten, tel: 071-5610084, email:
[email protected]. Natasja Smits is voor ouders en school het aanspreekpunt. Zij is telefonisch bereikbaar op maandag, dinsdag en donderdag van 09.00 uur tot 14.00 uur op nummer 06-38746680. Dit is voornamelijk bedoeld om praktische vragen te beantwoorden. Voor overige vragen of spoedzaken kunnen ouders en school naar het centraal bureau bellen. Buitenschoolse opvang (BSO) Er bestaat voor u de mogelijkheid om gebruik te maken van buitenschoolse opvang. “KindeX” te Voorschoten biedt voor- en naschoolse opvang voor kinderen van 4 t/m 12 jaar vanaf 7.30 uur tot 18.00 uur. Deze opvang is er ook in schoolvakanties en tijdens maximaal 2 studiedagen. De buitenschoolse opvang in Voorschoten wordt geregeld door KindeX en ook door B4kids. Met ingang van september 2007 is er een contract van het schoolbestuur met “KindeX”, waardoor u, omdat uw kind leerling op onze school is, in hoge mate verzekerd bent van plaatsing als u uw kind bij deze organisatie aanmeldt. U bent echter vrij in de keuze van de BSO organisatie. De opvang vindt niet op school plaats. Er zijn in Voorschoten diverse locaties waar u terecht kunt, afhankelijk van de locatie van de basisschool en de leeftijd van het kind. De kosten van deze opvang komen voor rekening van de ouders. Via de belastingdienst kunt u een toeslag krijgen. Meer informatie vindt u op www.toeslagen.nl. Voor meer informatie kunt u terecht bij KindeX: Bachlaan 2, 2253 BA Voorschoten. Tel. 071 – 5610084 of op www.kindex.nl. Unicef Onze school zorgt via Unicef ervoor dat kinderen in ontwikkelingslanden onderwijs kunnen volgen. Elke dinsdagochtend staat er in iedere groep een speciaal potje, waarin elke leerling geld voor Unicef kan doen. De oudervereniging telt dit geld en zorgt voor overmaking naar Unicef. In de schoolkrant wordt de opbrengst vermeld. In de groepen besteden we af en toe aandacht aan kinderen die in andere situaties opgroeien. Schoolfoto Eenmaal per jaar wordt er een foto van uw kind(eren) en van iedere groep gemaakt. U bent niet verplicht tot afname. De organisatie is in handen van de oudervereniging. Tevens wordt u in de gelegenheid gesteld een familiefoto (broertjes en zusjes) te laten maken. Ook hiervoor ligt de organisatie bij de ouderraad.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
37
Trakteren Als kinderen jarig zijn, mogen zij in hun groep (bescheiden) trakteren. Iets gezonds heeft onze voorkeur. Zij mogen, als zij dat prettig vinden, de groepen langs om door de groepsleerkrachten gefeliciteerd te worden. Ook mogen ze een cadeautje meenemen om aan hun groep te laten zien. Gevonden voorwerpen Gevonden voorwerpen worden verzameld en hebben een vaste plaats. Op de locaties staat bij de ingang een mand waarin de gevonden voorwerpen zitten. U kunt ook aan de leerkrachten vragen waar de spullen verzameld worden. Twee maal per jaar gaan de niet opgehaalde spullen naar een goed doel. Dit wordt aangekondigd in de nieuwsbrief. De GGD en uw kind Jeugdgezondheidszorg op school De afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) begeleidt de groei en ontwikkeling van jeugdigen van 0 tot 19 jaar. Dat doen we op de basisscholen onder andere door alle kinderen van groep 2 en 7 te onderzoeken. U kunt ook zelf contact met ons opnemen als u vragen of zorgen hebt over de gezondheid, ontwikkeling of opvoeding van uw kind. Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Ouders, kinderen en jongeren kunnen terecht op de CJG’s met al hun vragen over opgroeien en opvoeden. In het CJG werken meerdere organisaties samen zoals de GGD Hollands Midden en Kwadraad (algemeen maatschappelijk werk) Het is de bedoeling dat eind 2011 alle gemeenten één of meerdere CJG’s hebben. Voor meer informatie: CJG advies: (088) 254 23 84 Virtueel CJG Online is informatie te vinden en te krijgen via het virtuele CJG: www.cjgvoorschoten.nl. Het is ook mogelijk online vragen te stellen. Zorg voor leerlingen De jeugdarts of jeugd verpleegkundige neemt deel aan het Zorgteam. Indien nodig overleggen zij met de leerkracht, huisarts of andere instanties. Een gezond schoolleven De afdeling JGZ geeft de school adviezen over veiligheid, hygiëne, infectieziekten, omgaan met elkaar, pesten, voeding en beweging en dergelijke. De GGD steunt de school bij het uitvoeren van gezondheidsprojecten. Meer informatie Kunt u vinden op de website www.ggdhm.nl. Contact De school kan u informeren over de naam en bereikbaarheid van de jeugdarts of jeugdverpleegkundige. Op onze website staat vermeld welke JGZ medewerkers aan de school van uw kind verbonden zijn. U kunt ook rechtstreeks contact opnemen met het secretariaat JGZ van de GGD Hollands Midden. Tel.: 071– 5163342 of mailen naar
[email protected].
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
38
Logopedie op school Logopedie houdt zich bezig met het verbeteren van het spreken en alles wat daarmee samenhangt: de taal, de uitspraak en de stem. Het is belangrijk dat problemen met spreken of verkeerde mondgewoonten zo vroeg mogelijk worden ontdekt en verholpen. Daarom worden alle kinderen rond hun vijfde verjaardag gescreend op school. Kinderen uit de overige groepen kunnen op verzoek onderzocht worden. U krijgt daarna altijd schriftelijk bericht van de resultaten en eventuele vervolgacties (uitnodiging voor een gesprek, plaatsing op de controlelijst). De gegevens worden met de leerkracht en /of de jeugdarts besproken. Voorlichting De logopedist geeft op verzoek ook voorlichting op school voor ouders van de leerlingen van groep 1/2 over de taal- en spraakontwikkeling. In overleg met school kan het project “Mondje dicht, beter gezicht” in de kleutergroepen worden aangeboden. Meer informatie kunt u vinden op: • www.ggdhm.nl • www.cjgvoorschoten.nl. Het virtuele Centrum voor Jeugd en Gezin is een website met informatie over opgroeien en opvoeden. Ouders kunnen ook online vragen stellen. Contact De school kan u informeren over de naam en de bereikbaarheid van de logopedist, die in principe elke twee weken de school van uw kind bezoekt. U kunt ook rechtstreeks contact opnemen met het secretariaat van de afdeling jeugdgezondheidszorg van de GGD Hollands Midden. Tel.: 071- 5163342 of mailen naar
[email protected]. Hoofdluis op school/controle Als u bij uw kind besmetting van hoofdluis constateert is het van groot belang om deze besmetting zo snel mogelijk aan de school door te geven. De school informeert de andere ouders over de hoofdluisbesmetting. Naast de zorg door ouders thuis zullen er ouders uit de werkgroep hoofdluisscreening regelmatig op school zijn om kinderen te controleren. Dit gebeurt de vrijdag na elke vakantie. In de nieuwsbrief wordt de screening aangekondigd. Deze ouders zijn ervoor opgeleid. Iedereen kan met hoofdluis besmet raken. Het krijgen van hoofdluis is niet verwijtbaar. U kunt de kans op hoofdluisbesmetting wel verkleinen door uw kinderen te vragen niet elkaars borstels, petten, kleren en sjaals te gebruiken en zo min mogelijk haarcontact te maken. U kunt verzocht worden uw kind(eren) thuis te houden tot de hoofdluis bestreden is. Dit om een epidemie op school te voorkomen. Informatie over bestrijding van hoofdluis vindt u op de website van school. Relatie school en omgeving Er zijn bij de Beetslaan goede contacten met het verzorgingshuis Foreschate (palmpasenstokken brengen, en hulp van elkaar bij ontruiming), de Moeder Godskerk en met het buurthuis. De school staat open voor contacten die zinvol zijn binnen de onderwijssituatie. Op de locatie Marijkelaan zijn goede contacten met basisschool “de Vos” en de BSO (Buitenschoolse Opvang). Veiligheid Uit veiligheidsoverwegingen zijn de buitendeuren van de school tijdens de schooltijden van buitenaf niet te openen. U kunt bij de hoofdingangen aanbellen. Het schoolgebouw wordt jaarlijks gecontroleerd op brandveiligheid, inclusief de blusapparaten. Er vindt ook een milieukeuring plaats. De gymzalen, de speelzaal en de buitenspeeltoestellen worden ook jaarlijks gekeurd op veiligheid. Ieder jaar vindt er met de kinderen een ontruimingsoefening plaats. Deze wordt georganiseerd door de bedrijfshulpverleners (BHV) van school.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
39
Schoolverzekering voor leerlingen Er is voor alle kinderen een ongevallenverzekering afgesloten zoals voor het schoolkamp en voor de schoolreis. Verder is deze van kracht tijdens de schooluren en gedurende het rechtstreeks gaan van huis naar school en omgekeerd. Ook voor speciale uitstapjes is een verzekering afgesloten. Er kan alleen een beroep op de verzekering gedaan worden als de kosten niet door een verzekering van de ouders betaald worden. Ongevallen Op school wordt een ongevallenregistratie bijgehouden. Dit is verplicht als schoolverzuim het gevolg is. Wanneer er een ongeval plaatsvindt, ontvangen de betreffende ouder(s)/verzorger(s) een afschrift van deze registratie. Drinken op school Er wordt geen gebruik gemaakt van schoolmelkvoorziening. U kunt uw kind een beker meegeven, voorzien van haar/zijn naam, met een gezond (!) product erin. Rekening houdend met gezondheidseducatie raden wij het meegeven van suiker- en vethoudende dranken af. Het drinken van ‘pepdranken’ of ‘sportdranken’ is op school (en tijdens sportdagen) verboden. Kleuters eten ook een biscuitje. Ouders geven daarvoor af en toe een pak koek mee naar school. Verkeer rondom de schoolgebouwen Om de verkeerssituatie rond de scholen voor de kinderen overzichtelijk en veilig te houden, verzoeken wij u uw kinderen zoveel mogelijk per fiets of lopend naar school te brengen. Dit verzoek geldt voor beide schoolgebouwen. Komt u per auto, parkeert u uw auto dan niet vlakbij de schoolingangen. Bij beide locaties zijn parkeerplaatsen beschikbaar. Parkeren op de stoep hindert kinderen die lopend naar school komen. Uw kinderen uit- of in laten stappen op hoeken of kruispunten raden we sterk af, omdat u daarmee anderen hindert. Bovendien is het bij wet verboden en geeft het op een hoek staan weinig/geen zicht voor anderen waardoor er onveilige situaties kunnen ontstaan! Op school is een verkeerscommissie actief, bestaande uit ouders, die het bevorderen van de verkeersveiligheid voor kinderen als doelstelling heeft. Praktische verkeerslessen Drie maal per jaar zijn er praktische verkeerslessen in alle groepen. Soms is het daarvoor nodig om een fiets mee naar school te nemen, op eigen risico. U ontvangt bericht wanneer deze lessen zullen plaatsvinden. Fietsen op school Fietsen worden op eigen verantwoordelijkheid mee naar school genomen. De school kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade en diefstal. Wel zijn we graag op de hoogte van schade, zodat we met kinderen kunnen praten over respect voor andermans eigendommen. De stallingmogelijkheid voor fietsen is erg beperkt, dus a.u.b. de fiets thuis laten als deze niet heel hard nodig is. Inzameling oud papier Eenmaal per maand staat er een oudpapiercontainer bij school. De opbrengsten van het oud papier gaan naar de oudervereniging. Tijdens de algemene ledenvergadering aan het begin van het schooljaar bepaalt u mede de bestemming ervan. Echter, bij de tijdelijke locaties zullen dit schooljaar geen containers staan. Bij terugkeer aan de Beetslaan wordt er weer oud papier ingezameld.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
40
Maandagochtend Op maandagochtend mogen de leerlingen aan de groep vertellen wat ze in het weekend of de vakantie hebben gedaan of beleefd. Ze mogen hiervoor iets meenemen om te laten zien. School Video Interactie Begeleiding School Video Interactie Begeleiding (SVIB) is één van de begeleidingsmethodieken die de school hanteert om het onderwijs zo goed mogelijk af te stemmen op de leerlingen. Op onze school wordt het middel voornamelijk ingezet om de leraren te ondersteunen bij hun onderwijstaak. De methodiek wordt zowel ingezet bij vragen rondom leerlingenzorg, als bij vragen rondom onderwijsvernieuwing. Aan de school is een gespecialiseerde School Video Interactie Begeleider (SVIB-er) verbonden, die een korte video-opname maakt in de klas en dit vervolgens met de leraar bespreekt. De SVIB-er hanteert een beroepscode, waarin onder andere staat dat de gemaakte opname niet voor andere doeleinden gebruikt wordt. Zo blijven de videobeelden die in de klas gemaakt worden, onder het beheer van de SVIB-er en worden niet – zonder zijn uitdrukkelijke toestemming en die van de betrokken leraar – aan anderen vertoond. Indien de methodiek wordt ingezet bij specifieke begeleidingsvragen van één of meer leerlingen, dan worden de ouders/verzorgers hiervan in kennis gesteld en wordt om toestemming gevraagd. Sponsoringbeleid De begripsbepaling: Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan een bevoegd gezag, directie, leraren, niet-onderwijzend personeel of leerlingen, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt in schoolverband. Tegenprestaties zijn bijvoorbeeld het noemen van de sponsor in de schoolkrant of een opdruk op T-shirts. Schenkingen, waar geen tegenprestaties tegenover staan, vallen niet onder het begrip sponsoring. •
Gedragsregels: • Sponsoring is in overeenstemming met de goede smaak en het fatsoen. • Sponsoring is verenigbaar met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. • Sponsoring is niet in strijd met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. • Sponsoring beïnvloedt de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs niet. • Sponsoring betekent geen aantasting van de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen. • Sponsoring berokkent geen schade aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van de leerlingen.
• Klachten sponsoring: Als ouders het niet eens zijn met beslissingen van de school over sponsoring, kunnen zij daarover een klacht indienen bij de directeur van de school. Dat kan bijvoorbeeld als ze vinden dat de pedagogische en onderwijskundige taak van de school door de sponsoring wordt aangetast, of als zij vinden dat de sponsoring schade berokkent aan de lichamelijke en/of geestelijke gesteldheid van leerlingen.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
41
Rookvrije school Er mag in de schoolgebouwen en op de schoolpleinen niet gerookt worden. Indeling in een groep Het besluit welke leerling in welke groep op welke locatie geplaatst wordt, is voorbehouden aan de school.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
42
SCHOOLTIJDEN, VAKANTIES, GYMNASTIEK EN BIJZONDERE ACTIVITEITEN • • • •
Schooltijden Vakanties Rooster voor gymnastiek Jaarkalender
Schooltijden Groepen 1 t/m 4 ochtend: middag: woensdagmiddag vrij Groepen 5 t/m 8 ochtend: woensdagochtend: middag: woensdagmiddag vrij
08.45 – 11.45 uur 13.30 - 15.30 uur
08.45 – 12.15 uur 08.45 – 12.30 uur 13.30 – 15.30 uur
De schooltijden kunnen afwijken bij excursies, sport- en speldagen en andere buitenschoolse activiteiten. De eerste bel gaat om 8.40 uur en om 13.25 uur. Alle kinderen gaan dan naar binnen, zodat om 8.45 uur en om 13.30 uur de lessen kunnen beginnen. De deuren van de kleuteringang gaan wat eerder open, zodat de kinderen rustig hun plaats kunnen zoeken. De kinderen van de groepen 3 t/m 8 mogen om 8.35 uur en 13.20 uur op de speelplaats komen. Er is dan toezicht door de leerkrachten. Indien u kinderen op beide locaties heeft dan kunt u hen ook wat eerder brengen en mogen de kinderen ook wat langer blijven zodat u op beide locaties op tijd kunt zijn bij het halen en brengen van uw kinderen. Wij rekenen op uw medewerking de kinderen op tijd aanwezig te laten zijn. Vakanties • Herfstvakantie:
17 oktober 2011 t/m 21 oktober 2011
•
Kerstvakantie:
26 december 2011 t/m 6 januari 2012
•
Voorjaarsvakantie:
20 februari 2012 t/m 24 februari 2012
•
Pasen:
6 april 2012 t/m 9 april 2012
•
Meivakantie:
30 april 2012 t/m 4 mei 2012
•
Hemelvaart :
17 mei + 18 mei 2012
•
Pinksteren:
28 mei 2012
•
Tijdens het kamp:
6, 7 en 8 juni 2012 (alleen de groepen 1 t/m 4)
•
Zomervakantie:
9 juli 2012 t/m 17 augustus 2012
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
43
Vrije dagen: • Woensdag 21 september 2011 (studiedag Panta Rhei)
• • • •
Maandag 3 oktober 2011 (Leids Ontzet) Vrijdag 14 oktober 2011 (studiedag team) Maandag 5 december 2011 (alleen de middag!) Woensdag 16 mei 2012 (studiedag team)
Let op: alleen de middagen voor de kerst-, voorjaars- en zomervakantie zijn vrij! Deze dagen (behalve voor de voorjaarsvakantie) gaat de bovenbouw tegelijk uit met de onderbouw. Op 23 december is dat om 11.00 u. en op 6 juli is dat om 11.45 u. Op 23 december start de school om 8.00 uur ’s morgens. Tijdens het kamp van de groepen 8 (6 t/m 8 juni 2012) zijn de groepen 1 t/m 4 vrij. Zo kunnen er voldoende leerkrachten mee als begeleiding op kamp. Rooster voor gymnastiek De groepen 3 t/m 8 volgen volgens onderstaand rooster gymlessen. Deels worden deze door de vakleerkracht verzorgd, deels door de groepsleerkracht. De gymlessen voor de groepen 3 t/m 8 vinden plaats in de Frisozaal (F) of in de Vlietzaal (V). ( V= sporthal de Vliethorst en F= Frisozaal ) Groep 3 Maandagmiddag (F) en donderdagmiddag (F) Groep 3/4 Maandagmiddag (F) en donderdagmiddag (F) Groep 4/5 Dinsdagmiddag (F) en vrijdagmiddag (F) Groep 5 Dinsdagochtend (F) en vrijdagmiddag (F) Maandagochtend (V) en vrijdagochtend (V) Groep 6 Groep 6/7 Maandagochtend (V) en vrijdagochtend (V) Groep 7 Maandagmiddag (V) en dinsdagmiddag (F) Groep 8a Maandagmiddag (V) en dinsdagmiddag (F) Groep 8b Maandagmiddag (V) en vrijdagmiddag (F)
De kinderen van de groepen 1 en 2 kunnen mogelijk meerdere malen per week aan gymnastiek doen. Daarom is het handig als gymschoenen en gymkleding van uw kind op school zijn. Hiervoor is voor ieder kind een gymtas aanwezig.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
44
Bijzondere activiteiten In de loop van het jaar zullen diverse activiteiten plaatsvinden. In onderstaande tabel een voorlopig overzicht. *
Het is mogelijk dat uw kind op deze dagen op andere tijden (wat eerder) naar huis komt.
Maandag Vrijdag Vrijdag Maandag Vrijdag Woensdag
15 augustus 19 augustus 26 augustus 5 september 16 september 21 september
Vrijdag Maandag Woe. t/m vrij. Vrijdag Ma.-vrij. Vrijdag Maandag Maandag Woe./ do. Ma./ di. Maandag Vrijdag Ma. t/m vrij. Vrijdag Di. t/m do. Donderdag Vrijdag Ma. t/m vrij. Vrijdag Maandag Woe./do. Ma./ di. Vrijdag Vrijdag Donderdag Vrij. t/m ma. Donderdag ??? Ma. t/m vrij. Woensdag Vrijdag Woensdag Do. + vrij. Woensdag Maandag Ma. t/m vrij. Di. t/m vrij. Maandag Donderdag Dinsdag Vrijdag Ma t/m vrij
26 september 3 oktober 5 t/m 14 oktober 14 oktober 17 t/m 21 oktober 28 oktober 14 november 21 november 23/ 24 november 28/ 29 november 5 december 23 december 26 dec. t/m 6 jan. 13 januari 31 jan. t/m 2 febr. 9 februari 17 februari 20 t/m 24 februari 2 maart 12 maart 14/ 15 maart 19/ 20 maart 23 maart 30 maart 5 april 6 t/m 9 april 19 april ??? 30 april t/m 4 mei 9 mei 11 mei 16 mei 17 + 18 mei 23 mei 28 mei 4 t/m 8 juni 5 t/m 8 juni 11 juni 14 juni 3 juli 6 juli 9 juli t/m 17 aug.
Eerste schooldag Hoofdluisscreening Startviering Schoolfotograaf Schoolreis onderbouw Studiedag team/ kinderen zijn vrij Schoolfotograaf broertjes en zusjes Schoolreis bovenbouw Leids Ontzet, de kinderen zijn vrij Kinderboekenweek Studiedag team, de kinderen zijn vrij Herfstvakantie Hoofdluisscreening Amerikaans trefbaltoernooi groep 7 * Rapport 1 mee Tafeltjesavond Tafeltjesavond Sinterklaasfeest/ de kinderen zijn ’s middags vrij Aanvang school 8.00 u. Om 11.00 u. alle groepen vrij, ook ’s middags. Kerstvakantie Hoofdluisscreening Cito groep 8 Hoefijzertrefbaltoernooi groep 6 Carnaval, de kinderen zijn ’s middags vrij Voorjaarsvakantie Hoofdluisscreening Rapport 2 mee Tafeltjesavond Tafeltjesavond Lijnbaltoernooi groep 8 * Palmpaasstok wegbrengen groepen 1/2 Paasviering Paasvakantie Theoretisch verkeersexamen groep 7 Praktisch verkeersexamen groep 7 Meivakantie Schoolvoetbaltoernooi groep 5/6 Hoofdluisscreening Studiedag team, de kinderen zijn vrijdag Hemelvaart, de kinderen zijn vrij Schoolvoetbaltoernooi groep 7/8 Pinksteren, de kinderen zijn vrij Kamp groepen 8. De groepen 1 t/m 4 zijn 6 t/m 8 juni vrij. Avondvierdaagse Slagbaltoernooi groep 7 * Sportdag groep 5/6 * (uitwijkdatum vrijdag 22 juni) Musical groepen 8 Rapport 3 mee en om 11.45 vrij. s’ Middag vrij, zomervakantie! Zomervakantie
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
45
NAMEN EN ADRESSEN • • • • •
Groepsindeling en groepsleerkrachten Medezegenschapsraad (MR) Oudervereniging (OR) Inspectie van het onderwijs Vragen over onderwijs
Groepsindeling en groepsleerkrachten • • • • • • • • • • • • •
Groep 1/2a Cora Sikkens (ma, di, woe, vr) / Harriet Putter (woe, do) Groep 1/2b Inge Jansen (ma, di, woe) / Sandra Nieuwenburg (do/ vr) Groep 1/2c Mendy van der Knaap (ma, di, woe) / Noëlle Suiker (do, vr) Groep 1/2d Dorine Zwijnenburg * Groep 3 Jacqueline Faas (ma, di) / Marion Uitendaal (woe, do, vr) Groep 3/4 Marriët Tanja (ma, di, woe) / Marijos den Boer (do, vr) Groep 4/5 Ingeborg Hogewoning (ma, di, woe, do) / Harriet Putter (vr) Groep 5 Anneke de Bles (di, woe om de week, do, vr) / Marcus Vliegen (ma, woe om de week) Groep 6 Pauline Roest (ma) / Carmen Reidsma (di, woe, do, vr) Groep 6/7 Juliëtte Affourtit (ma, di, vr) / Debbie Kouwenberg (woe, do) Groep 7 Caroline de Jonge (ma, di, woe) / Caroline Witteveen (do, vr) Groep 8a Marjolijn van Wasbeek * Groep 8b Marjolein Pauël (ma, di, do) / Cathy Walraven (woe, vr)
* Het compensatieverlof van deze leerkrachten wordt door verschillende leerkrachten ingevuld.
Debbie Kouwenberg en Caroline de Jonge zijn de interne begeleiders (IB-ers). Zij zijn verantwoordelijk voor de zorg aan kinderen met speciale (leer)behoeften. Debbie Kouwenberg is verantwoordelijk voor groep 1 t/m 4, Caroline de Jonge voor groep 5 t/m 8 en Marijos den Boer is vanuit de directie de verantwoordelijke betreffende de zorg. Soms is er overlap en wordt gebruik gemaakt van elkaars kennis en vaardigheden. De zorg wordt deels ingevuld door Wilma van der Valk (1 dag) en deels door de IB-ers. We streven er echter naar specifieke zorg zo veel mogelijk in de groep, onder leiding van de eigen leerkracht, te laten plaatsvinden.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
46
Verder is er een: • Vakleerkracht gymnastiek (groepen 4/5 t/m 8): Laure Russchen-Montanus • Administratief medewerk(st)er: José Mooijman • Vrijwilligsters: Elly Paats, Ans Koeleman • Conciërge: Reinier Sikkens • Directie: Perry van der Meer (directeur) Marijos den Boer- Beereboom (adjunct- directeur) Medezeggenschapsraad (MR) De samenstelling van de MR is: Voorzitter: Pascal Hoogenboom Marc Bauwens Dennis Dekker Sylvia Hooymans
tel. tel. tel. tel.
Overige leden: Debbie Kouwenberg (tevens GMR lid) Noëlle Suiker Carmen Reidsma
tel. 5615743 tel. 5615743 tel. 5615743
Oudervereniging Voorzitter: Secretaris:
Penningmeester:
5238974 5619668 5612248 5619044
Boujou Nix Anke Ida Markvoort samen met Annique van Dolderen
tel. 5611031 tel. 5621292 tel. 5619012
Petra Wildenberg
tel. 5612142
Rabobank rek.nr.: 36.61.63.345 t.n.v. de penningmeester van de oudervereniging.
Contactpersoon vanuit de oudervereniging voor buitenlandse ouders is: Louise van Steenbrugge tel: 071-5619413 Inspectie van het onderwijs Adres: Bredewater 24, 2715 CA Zoetermeer Correspondentieadres: Postbus 501, 2700 AM Zoetermeer Email:
[email protected] Internet: www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs Als ouder of verzorger van een kind op school heeft u ongetwijfeld wel eens vragen over het onderwijs. Soms zijn die vragen eenvoudiger te beantwoorden door de leerkracht of de directie. En soms ook niet. Daarom is er 5010, waar u terecht kunt voor al uw vragen. • Voor ouders over onderwijs Het voordeel van 5010 is de onafhankelijkheid, 5010 handelt uitsluitend in het belang van ouders en leerlingen. En u kunt er voor elke vraag terecht. • Hoe kunt u uw vragen stellen? U kunt uw vragen aan 5010 stellen op twee manieren: 1. Telefonisch, via het gratis nummer 0800-5010 2. Via de internetsite www.50tien.nl
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
47
• Voor buitenlandse ouders informatie over het basisonderwijs in Nederland Maakt u in Nederland voor het eerst kennis met het Nederlandse onderwijs dan zal dat veel vragen oproepen. Om u alvast een beetje op weg te helpen zijn hier wat internetadressen: • www.minocw.nl/po/gids2005nl/pogids2005.pdf Het Ministerie van onderwijs geeft een gids uit voor ouders van kinderen die naar de basisschool gaan. Deze gids is te lezen op deze site, maar ook op de basisschool te verkrijgen. • www.acces-nl.org Access is a non-profit, volunteer foundation set up to assist English speakers relocating to the Netherlands and to ease their adjustment troughout their stay. Acces can be contacted on 070-3462525 or 020-4218445. Email:
[email protected]
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
48
REGLEMENTEN • • • •
School- en vakantieverlof Schoolreglement Huishoudelijk reglement ‘overblijven’ Regeling ziekteverzuim leerkrachten
School- en vakantieverlof • Regels in geval van schoolverzuim Bezoeken aan huisarts/tandarts dienen indien mogelijk na schooltijd of in de vakantie plaats te vinden. Wanneer door omstandigheden van deze regel afgeweken moet worden is het wenselijk dat dit telefonisch of schriftelijk voor schooltijd aan de school wordt medegedeeld. Als een leerling om bijvoorbeeld medische redenen bepaalde lessen niet kan volgen willen wij dat dit door de ouders schriftelijk aangevraagd/gemeld wordt. Indien kinderen zonder bericht en/of toestemming van de directeur niet op school aanwezig zijn, dan spreken we van schoolverzuim. Bij veelvuldig verzuim van lessen (ook in geval van te laat komen) worden de ouders opgeroepen voor een gesprek. Daarin wordt de leerplicht nog eens onder de aandacht gebracht. Bij ongeoorloofd verzuim wordt de leerplichtambtenaar ingelicht. Deze kan een proces-verbaal opmaken en u kunt verplicht worden tot het betalen van een boete. Ter voorkoming van schoolverzuim van de kinderen staat hierna vermeld bij welke situaties u de directeur van de school toestemming voor verlof kunt vragen. • Vakantieverlof Een verzoek om vakantieverlof dient minimaal 2 maanden tevoren schriftelijk aan de directeur van de school te worden voorgelegd. Vakantieverlof wordt alleen dan verleend, wanneer: - wegens de specifieke aard van het beroep van één der ouders het slechts mogelijk is buiten alle schoolvakanties op vakantie te gaan; - een werkgeversverklaring wordt overlegd waaruit blijkt dat geen verlof binnen de officiële schoolvakanties mogelijk is; Dit verlof: - mag hooguit éénmaal per schooljaar worden verleend; - mag niet langer duren dan tien schooldagen; - mag niet plaatsvinden in de eerste twee weken van het schooljaar. In deze gevallen dient het te gaan om de enige vakantiereis, die in een bepaald kalenderjaar wordt gemaakt. Bij voorkeur valt een andere schoolvakantie in deze verlofperiode. Vanuit de school dient zonodig huiswerk te worden meegegeven om te voorkomen dat de leerling teveel achterop raakt. Het formulier voor het aanvragen van extra schoolverlof staat op de website van de school. • Schoolverlof De directeur kan u toestemming verlenen voor schoolverlof. Dit kan alleen om gewichtige redenen en ook dit verlof dient u schriftelijk aan te vragen, zo mogelijk 14 dagen van tevoren. Zie “Gewichtige omstandigheden”.
Wie is leerplichtig? Leerplichtig is een leerling op de eerste schooldag van de maand, volgend op die waarin hij/zij de leeftijd van vijf jaar bereikt. De leerplicht eindigt aan het einde van het schooljaar waarin de minderjarige de leeftijd van zestien jaar heeft bereikt. Het volgen van onderwijs is een recht. Ouders hebben de plicht ervoor te zorgen dat de kinderen naar school gaan.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
49
Gewichtige omstandigheden: In artikel 11 van de Leerplichtwet 1969 worden enkele omstandigheden genoemd, waarbij verzuim geoorloofd is. - voor het voldoen aan een wettelijke verplichting, één en ander voor zover dit niet buiten de lesuren kan geschieden; - bij verhuizing; - bij huwelijk van bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad; - bij overlijden van bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad; - bij ernstige ziekte van bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad; - bij bevalling van moeder/verzorgster/voogdes; - bij 25, 40, 50 en 60-jarig ambts- of huwelijksjubileum van bloed- of aanverwanten tot en met de vierde graad; - indien de werkgever de werknemer verplicht vakanties te nemen (overlegging werkgeversverklaring, LET wel, het moet gaan om de enige vakantie in het jaar). De schooldirecteur en de leerplichtambtenaar dienen bij deze werkgevers aan te dringen op een roulatiesysteem voor de vakanties van de werknemers, zodat niet steeds dezelfden buiten de schoolvakantie vakantie moeten nemen; - bij (kleine) zelfstandigen. Mogelijk kan het zo geregeld worden, dat het ene jaar wel verlof wordt verleend en het andere jaar niet, al dan niet in combinatie met een roulatiesysteem voor de collega; - bij dorpsfeesten, indien alle schoolgaande kinderen in het betreffende dorp vrijaf hebben. - in het geval (kleine) zelfstandigen hun bedrijf geopend willen hebben kan incidenteel een dag (bijv. maandag) vrijaf worden gegeven.
Geen gewichtige omstandigheden zijn: -
-
een tweede vakantie (men is tijdens de schoolvakanties in de gelegenheid op vakantie te gaan); familiebezoek in het buitenland; verjaardag van familieleden (opa, oma, oom, tante, enz.); sportevenementen buiten schoolverband; concerten; de wens om op wintersportvakantie te gaan bijv. na de kerstvakantie, omdat tijdens de kerstvakantie hiervoor de gelegenheid ontbrak; het bezoeken van een tentoonstelling, een pretpark en soortgelijke evenementen buiten schoolverband; de wens om een of meer dagen eerder met vakantie te gaan of later terug te komen; weekenden verlengen of vervroegen.
Schoolreglement R.K. school voor primair onderwijs De Regenboog Om een goede sfeer te creëren is er als onderdeel van het pestprotocol een schoolreglement. De hoofdregel naast de leefregels is: op De Regenboog gaan wij plezierig met elkaar om. Dit houdt in: - Wij hebben respect voor iedereen. - Wij houden rekening met elkaar en met elkaars gevoelens. - Wij hebben respect voor andermans eigendommen. - Ruzie-spelletjes voor de grap (bijv. nep-boksen) zijn niet toegestaan. - Gedragingen en woordgebruik dienen correct te zijn. Zo niet, dan worden de leerlingen erop aangesproken. - Kinderen mogen en moeten hun grenzen beseffen. - Bij moeilijkheden of als je het ergens niet mee eens bent probeer je eerst zelf door praten tot een oplossing te komen. Lukt dit niet dan moet je naar een leerkracht gaan.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
50
-
-
-
-
Schoppen, plagen, duwen, aan kleding en haren trekken mag nooit. Bij herhaalde klachten over dezelfde personen wordt er met de ouders contact gezocht. Wij zorgen er samen voor dat de speelplaats netjes blijft. Gooi dus in de GFT- en vuilnisbak wat daarin hoort. Wij houden de bosjes om de speelplaats heel. Dus we plukken niets en kruipen er niet in. Wie buiten speelt mag alleen met toestemming van een leerkracht naar binnen. In plassen mag je niet spelen of lopen. Hekken bij de speelplaats zijn om af te sluiten en niet om op te staan. Ook op de muren mag niemand zitten of staan. Tussen de fietsenrekken van leerlingen en leerkrachten mag niet gespeeld worden. Op de speelplaats mogen alleen zachte ballen gebruikt worden. (Ook ná schooltijd !!). De lessen op onze school beginnen 's morgens om 8.45 uur. Om 8.40 uur gaat in de Beetslaan de eerste zoemer of bel, als teken dat de kinderen naar hun lokaal mogen gaan. Om 8.45 uur gaat de tweede zoemer en starten de lessen. Vanaf 8.35 uur is er voor de groepen 3 t/m 8 toezicht op het speelplein door leerkrachten. 's Middags begint de school om 13.30 uur. Dan is er vanaf 13.20 uur toezicht. Om 13.25 uur gaat dan de eerste zoemer of bel, als teken dat de kinderen naar hun lokaal mogen gaan. Om 13.30 gaat de tweede zoemer of bel en starten de lessen. Het hek is gesloten tot 13.20 uur. Overblijvers kunnen tot die tijd gebruik maken van de speelplaats. Kinderen die voor 13.20 uur aanwezig zijn bij school moeten voor het hek van de hoofdingang aan de rechterkant van het pad wachten. Door rechts te houden blijft de doorgang naar het schoolplein vrij. Leerlingen mogen op het schoolplein komen als de leerkracht daar toestemming voor geeft. Iedereen die op de fiets komt stapt af vóór het trottoir en loopt met de fiets aan de hand naar de fietsenrekken op het plein. De fietsen horen in of tussen de rekken en binnen de strepen. Steppen blijven buiten. Fietsen en steppen worden op eigen verantwoording meegenomen. Eventuele schade kan niet op de school verhaald worden. De leerkrachten van de groepen 1 en 2 zijn vanaf 8.35 uur en 13.20 uur in hun klas. Vanaf die tijd zijn de kinderen en hun ‘begeleiders’ welkom. De kinderen van groep 3 en 4 kunnen tot de herfstvakantie in de klas gebracht worden. Daarna komen zij zelfstandig de klas in. Voor de kinderen is het prettig dat de ‘grote mensen’ buiten/achter de kring blijven (kleuterklassen). Wie door school loopt doet dit rustig. De binnenbel is het sein dat de school zo gaat beginnen. ‘Begeleiders’ uit de groepen 1 en 2 worden verzocht dan de school te verlaten. Voor de groepen 3 t/m 8 geldt dat men na de buitenbel op de speelplaats afscheid kan nemen. Men wordt verzocht het schoolgebouw op tijd te verlaten zodat de lessen kunnen beginnen. Wanneer kinderen hun ouders iets willen laten zien in de klas is daarvoor na de schooltijden altijd gelegenheid. Ouders die nog wat tegen de leerkracht van hun kind willen zeggen kunnen dit doen voor de bel gaat. Wanneer een kind ziek is wordt van de ouders vóór schooltijd mondeling of telefonisch bericht verwacht. Als een leerling om bijvoorbeeld medische redenen bepaalde lessen niet kan volgen moet dit door de ouders schriftelijk aangevraagd/gemeld worden.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
51
-
-
Bezoeken aan huisarts/tandarts dienen indien mogelijk na schooltijd of in de vakantie plaats te vinden. Wanneer door omstandigheden van deze regel afgeweken moet worden is het wenselijk dat dit telefonisch of schriftelijk aan de school wordt medegedeeld. Kinderen die te laat op school komen gaan rustig naar binnen zonder te storen en melden zich bij hun leerkracht. Alle jassen en tassen horen aan de kapstokken. Regenlaarzen worden onder de kapstok gezet. Het is plezierig wanneer jassen, tassen, bekers en gymkleding voorzien zijn van de naam van de leerling. Naar het toilet gaan dient in principe vóór en na schooltijd of in de pauze te geschieden. Het is niet toegestaan kauwgom of snoep mee naar school te nemen. Bij verjaardagen is een traktatie toegestaan. Het is niet toegestaan zakmessen, vuurwerk, etc. mee naar school te nemen. Mobiele telefoons, mp3-spelers etc. worden, zowel binnen als buiten, onder schooltijd niet toegestaan. Deze worden op eigen verantwoordelijkheid meegenomen. Bij verlies of eventuele schade hieraan kan dit niet op de school verhaald worden. In de klas is er de mogelijkheid om de apparatuur in bewaring te geven aan de leerkracht.
Klassenregels: In de klassen gelden regels die zijn afgestemd op de leeftijd van de kinderen. Te denken valt aan regels omtrent alledaagse dingen zoals het potloodslijpen, toiletbezoek, handen wassen, water drinken, enz. Binnen het team worden deze afspraken vastgelegd, zodat in geval van overname van de lessen de regels bij elkaar bekend zijn. Huishoudelijk reglement ‘Overblijven’ - In overleg met het onderwijsteam zijn ten behoeve van het overblijven enige lokalen en de aula aangewezen. - De toezichthouders zorgen ervoor dat na het overblijven de tafels schoongemaakt worden en de vloer aangeveegd wordt. - Het speelgoed wordt door de leerlingen zelf opgeruimd. - Per dag worden er door de toezichthouders twee kinderen (per toerbeurt) aangewezen die de proppen papier en dergelijke opruimen. - Leerlingen, die van het overblijven gebruik maken, dienen zich te houden aan de aanwijzingen van de toezichthouders. - Indien tijdens het overblijven een van de overblijvers zich niet houdt aan de aanwijzingen van de toezichthouder, wordt dit aan de betreffende leerkracht gemeld. - De toezichthouders behouden zich het recht voor, in het uiterste geval, een van de aanwezige leerkrachten erbij te betrekken. Bij herhaling worden de ouders hiervan op de hoogte gebracht door een van de coördinatoren en/of door de leerkracht. Indien ouders klachten hebben kunnen zij ook bij een van deze personen terecht. - Een leerling, die zich naar het oordeel van zowel de toezichthouder als de directeur ernstig misdraagt, kan voor een bepaalde tijd van het overblijven worden uitgesloten. - Uitsluiting als bedoeld in het voorgaande punt kan pas geschieden, nadat de ouders van de betreffende leerling zijn gehoord en er een afspraak is gemaakt of een overeenkomst is gesloten. - Kindex regelt de aanwezigheid van toezichthouders. - De afmelding van leerlingen die op vaste dagen overblijven dient schriftelijk bij Kindex te geschieden. In de hal bij de ingang hangt voor dit doel een brievenbus. - Leerlingen die op vaste dagen overblijven wordt alleen dan toegestaan bij vriendjes of vriendinnetjes te lunchen, indien de ouders hiervoor schriftelijk toestemming hebben verleend en de leerkracht hiervan van tevoren schriftelijk op de hoogte hebben gesteld.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
52
-
Direct na het beëindigen van het laatste ochtendlesuur worden de overblijvers van groepen 1 en 2 door een van de toezichthouders naar de klaslokalen begeleid. Van elke leerling die overblijft, dient bij de toezichthouders een telefoonnummer bekend te zijn, zodat in geval van nood de ouders gewaarschuwd kunnen worden. In gevallen waarin dit huishoudelijk reglement niet voorziet, beslist uiteindelijk Kindex. Een keer per trimester vindt er overleg plaats tussen de coördinator(en) van het overblijven en een vertegenwoordiger van het team om de gang van zaken te bespreken.
Regeling ziekteverzuim leerkrachten Scholen dienen duidelijke regels en afspraken te maken hoe zij handelen bij ziekte en verzuim van leerkrachten. Soms lukt het scholen niet om vervanging te regelen. Ook op De Regenboog bestaat de kans dat we dit het geval is. Als team stellen we unaniem vast, dat een school zich als professionele organisatie dient bezig te houden met kwalitatief goed onderwijs. Daarvoor zijn vakmensen nodig. Bij het zoeken naar vervangers staat dus niet alleen de bevoegdheid, maar zeker ook de bekwaamheid centraal. Ter vervanging van een afwezige leerkracht heeft de directie onderstaande mogelijkheden. Deze moeten als een totaallijst gezien worden met een willekeurige volgorde m.u.v. punt 13. De directeur of diens vervanger bepaalt de keuze en houdt rekening met een evenredige verdeling over de verschillende mogelijkheden. 1. Invallers van de invallerslijst. 2. (Parttime) collega’s die bereid zijn te werken op een voor hen niet werkdag. 3. Ambulante collega’s vallen in. Te denken valt aan de RT’er, IB’er, ICT’er, ondersteuners en vakleerkrachten: tot een jaarlijks te bepalen maximum van een aantal in te vullen dagen. Werkzaamheden die in deze tijd uitgevoerd hadden moeten worden moeten immers op een ander tijdstip weer ingehaald worden. 4. Directieleden vallen in: tot een jaarlijks te bepalen maximum van een aantal in te vullen dagen. Werkzaamheden die in deze tijd uitgevoerd hadden moeten worden moeten immers op een ander tijdstip weer ingehaald worden. 5. Collega’s die bereid zijn CV-uren te werken. 6. Onderwijsassistenten vervangen de leerkracht onder verantwoording van de directie.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
53
7. De groep wordt verdeeld over andere groepen. Hierbij wordt rekening gehouden met welke combinaties ontstaan en de groepsgrootte. 8. Groepen worden samengevoegd en staan onder toezicht van één leerkracht, eveneens rekening houdend met de combinatie en de groepsgrootte. 9. Een LIO-er kan vervanging doen. In de formatie moet daar dan ruimte voor gecreëerd worden. Korttijdelijke vervanging is mogelijk onder de verantwoording van een bevoegd leerkracht of de directie. 10. Zij-instromers in opleiding mogen zelfstandig voor de klas. 11. Een geselecteerde groep ouders en geschikte OOP’ers worden intern ’opgeleid’ en gevraagd, indien nodig, bij een groep te surveilleren. Dit onder verantwoording van een bevoegde leerkracht of de directie. 12. Er wordt bij de Pabo geïnformeerd naar de mogelijkheden van studenten (er is een soort uitzendbureau voor). Deze studenten zijn (nog) niet bevoegd, dus onder verantwoording van een leerkracht of de directie. 13. Een groep wordt voor een maximum van één dag per week naar huis gestuurd. Dit echter nooit de eerste dag. Het betreft niet enkel de groep waarvan de leerkracht ziek is. Ouders worden tijdig op de hoogte gesteld. Procedure bij het naar huis zenden van leerlingen: In alle gevallen: • heeft de school de inspanningsverplichting alles gedaan te hebben om de noodsituatie het hoofd te bieden.( zie protocol ) • zal de school bij het naar huis moeten zenden van leerlingen de volgende regels hanteren: Er is overleg geweest en instemming verkregen van het bevoegd gezag; Er is vooroverleg geweest met de inspectie basisonderwijs. In het overleg met de inspectie worden de gehanteerde oplossingen en eventuele afspraken om tot het vereiste aantal uren onderwijs per jaar te komen, besproken; Er is melding gedaan aan de leerplichtambtenaar; Er is melding gedaan aan de BSO ( Buiten Schoolse Opvang); Er is melding gedaan aan de MR Berichtgeving aan ouders: Naar huis sturen van leerlingen gebeurt in principe niet op de eerste dag. Slechts in het uiterste geval wordt tot deze maatregel overgegaan. Kinderen gaan pas naar huis, als daarover contact is geweest met de ouders. De eerste dag wordt op school een aangepast lesprogramma gebruikt. Ouders worden schriftelijk op de hoogte gesteld van lesuitval na de eerste dag van afwezigheid van de leerkracht. Dit document trad in werking in het schooljaar 2002/ 2003, is in 2008 aangepast en is tot nu toe nog niet van toepassing geweest. Het protocol is goedgekeurd door de MR in schooljaar 2001/ 2002.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
54
Bijlage Plattegrond Marijkelaan
Van de Einsteinlaan is helaas geen plattegrond beschikbaar. De groepen 6 en 6/7 zijn op de begane grond gehuisvest. De groepen 7, 8a en 8b hebben hun lokaal op de eerste verdieping.
Schoolgids De Regenboog 2011/ 2012
55