Reële Twentse Ambities Kwaliteitsplan 2015-2018 ROC van Twente april 2015
Reële Twentse Ambities Kwaliteitsplan 2015-2018 ROC van Twente 1 april 2015 1 In navolging van artikel 6 lid 2 van de overeenkomst Kwaliteitsafspraken mbo hecht ROC van Twente er aan te benadrukken dat indien exogene ontwikkelingen, die van invloed zijn op het kwaliteitsplan of op de situatie van de instelling, daartoe aanleiding geven, partijen zoals genoemd in de Overeenkomst kwaliteitsafspraken mbo in overleg kunnen treden over wijziging of (al dan niet) voortzetting van het kwaliteitsplan. 2
Inhoudsopgave
1. Inleiding 5 2.
Onze visie op onderwijs: de ambities
6
3.
Onze ambities concreet vertaald
9
3.1 Studieloopbaanbegeleiding 9 3.2
Bpv en relatie met bedrijfsleven
10
3.3
Nederlandse taal en rekenen
12
3.4 ICT in het onderwijs 13 3.5 Examinering 14 3.6
Stimuleren van excellentie: uitblinken is presteren
15
3.7 Professionele ontwikkeling 20 3.8 Terugdringen van VSV 21 3.9 Verbeteren van Studiewaarde 21 4. Ten slotte 23 5 BIJLAGEN A.
Memo MBO Raad Skills Netherlands
25
B.
Professionele ontwikkeling in detail
27
C.
Overzicht projecten De lat omhoog
30
3
4
Inleiding Dit kwaliteitsplan is het resultaat van een intensief proces van dialoog over de kwaliteit van ons onderwijs. In het schooljaar van 2014-2015 zijn we gestart met verschillende bijeenkomsten binnen onze organisatie om open te spreken over taal en rekenen, excellentie, de beroepspraktijkvorming (bpv) en al die andere onderwerpen die de thema’s vormen voor het kwaliteitsplan: waar willen we naar toe en hoe pakken we het op? Ook hebben we de afgelopen tijd indringend met elkaar aan verschillende tafels gesproken over de vraag of de landelijke thema’s ook de thema’s van het ROC van Twente zijn. De conclusie was dat we de komende jaren nog een extra uitdaging willen aangaan door expliciet aandacht te geven aan het gebruik van ICT in het onderwijs. Verder konden MBO Colleges en teams eigen onderwijsplannen en ideeën indienen bij het College van Bestuur die een relatie hebben met de ambities uit het ROC-brede verbeterplan. Daarbij kon ook een beroep worden gedaan op extra financiële middelen. Naast de middelen die we van het ministerie ontvangen, onttrekken we de komende jaren circa € 5 miljoen aan onze reserves. Voor goedkeuring van de plannen was, eendrachtig het gesloten bestuursakkoord (www. kwaliteitsafsprakenmbo.nl), het belangrijkste criterium dat ‘de lat omhoog’ moest. Hiertoe willen wij de kwaliteitsgelden de komende jaren expliciet gaan benutten. Uit meer dan 200 aanvragen zijn er 70 geselecteerd. Daaruit zijn per thema concept– teksten voor het kwaliteitsplan geschreven. Deze conceptteksten zijn op 12 maart in de plan-tafel-bijeenkomst met vertegenwoordigers uit alle (MBO) Colleges gedeeld en besproken. Met de opbrengsten daarvan kon vervolgens het kwaliteitsplan geschreven worden. Het concept kwaliteitsplan heeft het reguliere besluitvormingsproces doorlopen (inclusief consultatie van de Ondernemingsraad en de Centrale Deelnemersraad). In de laatste fase van de voorbereiding van dit kwaliteitsplan hebben wij op hoofdlijnen onze ambities besproken met onze externe stakeholders. Aan diverse zogenoemde ‘strategietafels’ (bijeenkomsten met verschillende branches) is met onze afnemers (bedrijven, instellingen en gemeenten) alsmede met het toeleverend en het vervolgonderwijs gesproken over de excellentieparagraaf en de beroepspraktijkvorming (bpv). Van hun adviezen en inzichten is dankbaar gebruik gemaakt. Natuurlijk is dit document waarin onze ambities staan verwoord, belangrijk. Nog belangrijker vinden wij echter het gesprek over de kwaliteit van ons onderwijs. Door de vele aandacht de afgelopen jaren voor intensiveren, verkorten, numerieke rendementen e.d. leek hetgeen waar het echt om gaat, de kwaliteit van het onderwijs, wat op de achtergrond te raken. Door de inspirerende gesprekken die we hierover in de volle breedte hebben gevoerd, staat de onderwijskwaliteit nu nog hoger op de agenda van het ROC van Twente. Wij gaan op basis van dit plan enthousiast verder met het voeren van de dialoog en verwachten dat de kwaliteit van ons onderwijs een impuls krijgt door de uitvoering van dit plan. Op grond van de ervaringen van de afgelopen maanden hebben wij daar alle vertrouwen in. College van Bestuur, John van der Vegt (voorzitter) Remco Meijerink (lid) Hengelo, 21 april 2015
5
Onze visie op het onderwijs: de ambities Onze visie Aan het begin van dit schooljaar hebben we onze onderwijsvisie geactualiseerd en opnieuw vastgesteld. Deze visie is geformuleerd rond vijf thema’s, te weten: (a) inrichting van het onderwijs (b) examinering (c) studieloopbaanbegeleiding (d) beroepspraktijkvorming (e) het gebruik van ICT in het onderwijsproces.
Inrichting van het onderwijs
ROC van Twente wil presteren met passie en plezier. Studenten die uitgedaagd worden in hun opleiding, leren met passie en plezier. Daardoor presteren ze beter en zijn ze beter toegerust om dat wat ze geleerd hebben toe te passen in hun carrière na school. • We versterken de leeromgeving (d.i. pedagogisch didactisch handelen) waarin de student zich thuis en veilig voelt en wordt uitgedaagd, waardoor studenten zelf inzien dat ze zich moeten inspannen met het oog op hun toekomst. • We stellen elke student in de gelegenheid om zijn opleiding te versnellen, te verkorten, te verbreden en te verdiepen binnen de mogelijkheden van de organisatie van de opleiding. We stellen daartoe met de student persoonlijk leerdoelen op.
Examinering
Examinering vatten we breed op. Daarbij gaat het om de examenorganisatie, de examenprocessen, de examenproducten en professionele ontwikkeling. Onze afspraken: • Op het ROC van Twente wordt binnen de school en in de beroepspraktijk onafhankelijk en objectief geëxamineerd. • Binnen het ROC van Twente borgen we systematisch en aantoonbaar de kwaliteit van (a) de constructie, (b) de afname en (c) de beoordeling van examens. • Binnen het ROC van Twente controleren we systematisch en aantoonbaar of de student aan de gestelde eisen voldoet alvorens hij of zij het diploma ontvangt. Bij elke examencommissie zijn bovenstaande afspraken expliciet te herkennen in het beoordelingsbeleid. In het jaarverslag Examinering legt de examencommissie hierover verantwoording af.
Studieloopbaanbegeleiding
ROC van Twente heeft de afgelopen jaren in alle opzichten volop gewerkt aan de professionele ontwikkeling van de studieloopbaanbegeleiding. Dit heeft geresulteerd in een structurele daling van het aantal voortijdig schoolverlaters, een van onze strategische doelstellingen. Wij willen de volgende stap zetten. • Studieloopbaanbegeleiding is onlosmakelijk en integraal onderdeel van het onderwijsproces. • Iedere (aspirant)student voelt zich door ons gezien en gehoord gedurende zijn gehele studieloopbaan (tijdens de stage, op school) vanaf het eerste moment (de voorlichting) en tot het allerlaatste moment (het exitgesprek met of zonder diploma).
6
Beroepspraktijkvorming (bpv)
De bpv vormt al jarenlang een omvangrijk en cruciaal onderdeel van onze opleidingen. De groeiende verwevenheid tussen onderwijs en (toekomstig) werk, kennis en ervaring opdoen op de werkplek, wordt door het afnemend beroepenveld en de landelijke overheid aangemoedigd. Door de toenemende vervlechting is het nodig de grens tussen werk en onderwijs helder te markeren. Wij willen deze grens opnieuw markeren. • Binnen het ROC van Twente hebben we aantoonbaar inzichtelijk dat de beroepspraktijkvorming is gebaseerd op het kwalificatiedossier van de beroepsopleiding en plaatsvindt binnen een goedgekeurd bedrijf of goedgekeurde instelling. • Binnen het ROC van Twente is voor elke student aantoonbaar inzichtelijk welke competenties worden verworven binnen de bpv, op welke wijze dit wordt gemonitord en vastgelegd en op grond van welke criteria de beoordeling plaatsvindt.
Gebruik van ICT in het onderwijsproces
De toenemende digitalisering van onze samenleving is een onomkeerbare ontwikkeling. Dit heeft onmiskenbaar gevolgen voor de inrichting van het onderwijsproces. Nieuwe werkvormen doen hun intrede. Vorig jaar is binnen het ROC van Twente de discussie gestart over de vraag: draagt het digitaliseren van het onderwijs bij aan kwalitatief hoogwaardiger onderwijs. Onze ambities op dit punt: • ICT in het onderwijs levert een aanwijsbare bijdrage aan beter onderwijs, in termen van aantrekkelijkheid (docenten en studenten hebben meer plezier) en meer contact tussen de student en docent (naast lessen en gesprekken is er contact mogelijk via mail, de elektronische leeromgeving, enz.) • ICT in het onderwijs leidt tot uitdagend en flexibel onderwijs. Studenten die bij ons een opleiding volgen kunnen zich daardoor verrijken, verbreden dan wel de opleiding versnellen. Bovenstaande onderwijsvisie beschouwen we als een kader van waaruit teams het onderwijs (verder) kunnen ontwikkelen. We gaan dit monitoren, en zo nodig bijsturen door (a) bovenstaande inhoudelijke ambities en afspraken zichtbaar op te nemen in de reguliere cyclus van planning en control, (b) te toetsen of de ambities en afspraken zijn vertaald in MBO Collegeplannen en Team Activiteitenplannen, (c) het intensiveren van professionele ontwikkeling gericht op het vergroten van de inhoudelijke deskundigheid en (d) het stimuleren van het onderling uitwisselen van good practices.
Het kwaliteitsplan
Het kwaliteitsplan (zoals beschreven in de regeling van OCW) is gestoeld op de volgende zes thema’s: • Intensivering Nederlandse taal en rekenen • Beroepspraktijkvorming • Excellentie • Professionele ontwikkeling • Terugdringen van VSV • Verbeteren van studiewaarde Vanwege een grote mate van overlap hebben wij ervoor gekozen de thema’s uit het kwaliteitsplan te integreren in onze onderwijsvisie. In de figuur op de volgende pagina is de overlap en de samenhang tussen de thema’s van onze onderwijsvisie en het kwaliteitsplan visueel weergegeven.
7
Figuur 1 De relatie tussen onderwijskwaliteit, professionele ontwikkeling, VSV en studiewaarde We lichten de figuur toe. In de linker, blauwe kolom staan de inhoudelijke thema’s benoemd uit onze onderwijsvisie en het kwaliteitsplan die rechtstreeks verband houden met de kwaliteit van het onderwijs. In het (groene) rechterdeel van de figuur worden de componenten genoemd (professionele ontwikkeling, onderwijskundig leiderschap, teamfunctioneren) die wij als onmisbare voorwaarden zien om een hoge onderwijskwaliteit te leveren. De linker- en rechterkolom zijn dan ook onlosmakelijk met elkaar verbonden. De mate waarin de juiste chemie aanwezig is tussen geleverde onderwijskwaliteit en de gecreëerde condities bepaalt uiteindelijk de kwaliteit van de onderwijsoutput: een laag VSV en een hoge studiewaarde (dit zijn thema’s uit het kwaliteitsplan), tevreden studenten, bedrijven, instellingen, gemeenten, tevreden toeleverende en afnemende onderwijsinstellingen en tevreden medewerkers. Figuur 1 is ook de leeswijzer voor het volgende hoofdstuk dat de kern vormt van dit kwaliteitsplan. Per thema worden steeds de beginsituatie, de te ondernemen acties (incl. professionele ontwikkeling) en de resultaten beschreven. Aan het einde van iedere paragraaf wordt aangegeven op welke wijze de te ondernemen acties en geboekte resultaten zullen worden geborgd.
8
Onze ambities concreet vertaald 3.1 Studieloopbaanbegeleiding Beginsituatie
Binnen het ROC van Twente bestaat een kwalitatief goed functionerende organisatie van studieloopbaanbegeleiding waarin de eerste-, tweede- en derde begeleidingsechelons goed op elkaar zijn afgestemd en waarin wordt samengewerkt met de netwerken van scholen, gemeenten en jeugd(zorg)instellingen in Twente. De opvang van kwetsbare jongeren in de breedste zin van het woord, is goed geborgd. Het bewijs: de afgelopen jaren is het aantal voortijdig schoolverlaters gestaag gedaald. We hebben inmiddels een start gemaakt met een innovatieve kwaliteitsverbetering van de loopbaanontwikkeling en -begeleiding. Loopbaanontwikkeling en -begeleiding houdt in dat de student aantrekkelijk onderwijs in een passende opleiding volgt met persoonlijke aandacht voor de student zelf en zijn/haar loopbaanontwikkeling op school en in de beroepspraktijk. De ontwikkeling van loopbaanontwikkeling en -begeleiding richt zich op een vraaggestuurd en praktijkgericht curriculum en op het voeren van de loopbaandialoog en -trialoog. Met de loopbaantrialoog borgen we de integratie van de loopbaanontwikkeling op school en in de beroepspraktijk evenals de ontwikkeling naar eigenaarschap van de eigen loopbaan van de student. Zes onderwijsteams in het ROC van Twente zijn actief bezig geweest met de ontwikkeling van een vraaggestuurd en praktijkgericht curriculum. Daarnaast zijn de teams ook geschoold in het voeren van de loopbaandialoog en de loopbaantrialoog. Met de ingezette professionaliseringsslag rond loopbaanbegeleiding stellen we ons thans de vraag of iedere docent in de toekomst loopbaanbegeleider kan zijn. Het primaat van de docent ligt immers bij het verzorgen van onderwijs. Vooralsnog opteren we voor een gedifferentieerde aanpak: alle docenten begeleiden studenten, een deel van ons docentencorps is geëquipeerd om de loopbaandialoog en -trialoog te voeren. De te ondernemen acties en te boeken resultaten sluiten naadloos aan op de doelen die de minister in haar brief over kwetsbare jongeren heeft geformuleerd: het komen tot een sluitend vangnet in de regio, het leveren van maatwerk voor de Entreeopleiding en de niveau 2 opleidingen en het verbeteren van de aansluiting tussen het voortgezet speciaal onderwijs, praktijkonderwijs, het vmbo en het mbo. Alle acties en resultaten moeten dan ook in dit licht worden bezien.
Te ondernemen acties
1. Er vindt actieve afstemming plaats met het voorliggend onderwijs over een doorlopende lijn loopbaanontwikkeling en -begeleiding (LOB) om te komen tot een loopbaangerichte intake. Dit is een intake waar nieuwe studenten de kans krijgen persoonlijk uitgebreid te vertellen over de schoolervaringen, over wat zij van die ervaringen geleerd hebben, hoe zij tot hun keuze zijn gekomen en wat de verwachtingen zijn van het beroep dat zij willen gaan uitoefenen. 2. Komend schooljaar zal het zogenoemde concept Entree 2.0 in pilotvorm ingevoerd worden: in samenwerking met bedrijven willen we jongeren die wel het vakdiploma halen, maar niet het doorstroomdiploma naar niveau 2, begeleiden naar betaald werk. 3. In nauwe samenwerking met de gemeentes en het voorliggend onderwijs worden passende opleidingstrajecten ontwikkeld voor de niet-schoolbare jongeren met een vmbo-diploma. 4. Het Digitaal Ondersteuning Studieloopbaanbegeleiding (DOS) dat thans in pilotvorm kleinschalig draait, wordt ROC-breed geïmplementeerd. Dit bevordert de toegankelijkheid en beschikbaarheid van informatie over de individuele student, informatie die van belang is voor het gesprek over de loopbaan.
9
Professionele ontwikkeling
Het ROC van Twente heeft een scholingsprogramma op het gebied van studieloopbaanbegeleiding (slb). Elke docent is inmiddels geschoold in loopbaanbegeleiding. Nu breekt de fase aan dat we speciaal aandacht hebben voor nieuwe docenten die geschoold of getraind moeten worden en voor het onderhoud dan wel de uitbreiding van kennis en vaardigheden van de huidige loopbaanbegeleiders. Zo wordt de intake van kwetsbare jongeren verder geprofessionaliseerd, waarbij ontwikkelvragen over schoolbaarheid en leerbaarheid centraal staan. Daarnaast wordt er geïnvesteerd in de scholing van docenten in het gebruik van het systeem van Digitaal Ondersteuning Studieloopbaanbegeleiding (DOS). Per team wordt een docent als keyuser c.q. specialist gekozen. Deze docent volgt scholing en is vervolgens vraagbaak voor alle docenten in dat team die het systeem gaan gebruiken. Op deze manier geven we een forse impuls (‘cultuuromslag’) aan de professionalisering van de loopbaanbegeleiding: het gesprek gaat niet meer alleen over studievoortgang maar over loopbaanontwikkeling in brede zin.
Resultaten
1. Vanaf 2016 is er in de samenwerking met de 14 Twentse gemeentes RMC/Leerplicht sprake van een eenduidige aanpak ongeoorloofd verzuim voor studenten 18- en 18 + (signalering-registratie en melding DUO). 2. Vanaf 2016 is sprake van een eenduidige verzuimbegeleiding van alle studenten in de leeftijd tot 23 jaar, dus er is geen onderscheid meer tussen studenten 18- en 18+. 3. Vanaf 2017 is sprake van een rechtstreekse koppeling tussen het presentieregistratiesysteem presto en het verzuimloket DUO. Hiermee worden de wettelijke meldingen van ongeoorloofd afwezigheid sluitend. 4. Vanaf 2016 is er een samenhangend scholingsaanbod via de ROC Academie beschikbaar dat ondersteunend is aan de ontwikkeling van LOB in teams. 5. Eind 2016 zijn de regionale vangnetten voor de kwetsbare jongeren (zowel ongediplomeerd als gediplomeerd) geïmplementeerd. 6. In 2018 is er een samenhangend aanbod van activiteiten LOB geïmplementeerd in 70% van de teams. 7. In 2018 is 50% van de docenten geschoold op het gebied van het loopbaangericht ontwikkelen van het curriculum en het voeren van loopbaandialogen en trialogen. 8. In 2018 is 50% van de docentteams geprofessionaliseerd op het gebied van klassen-management: de docent is weer docent. 9. In 2018 zijn alle teamdeskundigen geprofessionaliseerd in het oplossingsgericht adviseren van de docent en de teams in het klassenmanagement en zijn er structureel intervisietrajecten. 10. Eind 2018 zijn alle condities gecreëerd waaronder de student zelf eigenaar wordt van zijn persoonlijke loopbaanbegeleiding. De directeur van het MBO College voor Oriëntatie en Ontwikkeling is verantwoordelijk voor de te ondernemen acties en rapporteert de voortgang en de behaalde resultaten twee keer per jaar aan het College van Bestuur.
3.2 BPV en relatie met bedrijfsleven Beginsituatie
Veel teams van het ROC van Twente hebben een eigen werkwijze voor het organiseren en vormgeven van de bpv ontwikkeld met daarbij eigen standaarden. De ROC-
10
brede afspraken zijn te vinden in het bpv-handboek en het bpv-protocol. De afspraken die binnen een team gemaakt zijn over voorlichting, plaatsing, begeleiding, afstemming met leerbedrijven, inhoud van de bpv en de beoordeling, zijn niet altijd voldoende geborgd. Vaak is er onvoldoende tijd, soms ook onvoldoende kennis en zijn soms er te weinig middelen beschikbaar om de werkwijze en de uitvoering volgens vaste procedures vorm te geven en te borgen. Er liggen uitdagingen als het optimaal matchen van studenten met goed passende geaccrediteerde leerbedrijven, het met regelmaat afleggen van bpv-bezoeken, het volgen van leerresultaten van de student tijdens de bpv en het ontwikkelen van uitdagende praktijkgerichte bpv-opdrachten die aansluiten bij de praktijk.
Te ondernemen acties
1. We gaan met elkaar in gesprek om te komen tot ROC-standaarden die breed gedragen worden en zijn gebaseerd op het bpv-protocol en Toezichtkader BVE. 2. Alle teams maken het eigen bpv-proces inzichtelijk. Eerdere afspraken over de bpv moeten wellicht herijkt worden en waar nodig aangepast aan de ROC-standaarden. 3. Teams geven (waar nodig) de bpv-opdrachten opnieuw vorm, zodat deze zich vooral richten op het rechtstreeks uitoefenen van de werkprocessen. 4. We houden met ingang van het schooljaar 2014-2015 regelmatig ROC-brede tevredenheids-onderzoeken onder bpv-bedrijven en bpv-instellingen over de bpv. 5. Om bovenstaande afspraken ten behoeve van de kwaliteitsverbetering te kunnen borgen, en om tegemoet te kunnen komen aan de behoefte die docenten hebben bij het organiseren van de bpv, wordt onder de noemer bpv-optimaal een sluitend digitaal bpv-systeem geïmplementeerd. Voorafgaand aan de invoering van het instrument wordt een pilot opgestart, zodat voldoende ervaring opgedaan kan worden voorafgaand aan ROC-brede implementatie.
Professionele ontwikkeling
Er is een continu scholingsprogramma voor bpv-begeleiders. In 2016 vervult 25% van alle docenten een docentenstage om de aansluiting met het werkveld te behouden en daar waar nodig te versterken. Dit leidt ertoe dat in 2018 alle docenten een bedrijfsstage hebben gevolgd. Wij stimuleren hierbij dat ook in teamverband bedrijfsbezoeken worden afgelegd.
Resultaten
1. In 2016 zijn ROC-breed duidelijke kwaliteitsafspraken gedefinieerd en vastgesteld, die in ieder geval betrekking hebben op de voorbereiding, begeleiding, communicatie, uitvoering en beoordeling van de bpv en waarbinnen elk team zijn eigen bpv kan vormgeven. 2. In 2017 zijn ROC-brede kwaliteitsafspraken opgenomen in de werkprocessen van de teams en geborgd door middel van een sluitend borgingssysteem. 3. BOL studenten beoordelen de meerwaarde van de bpv voor de opleiding in het volgend JOB tevredenheidsonderzoek met een ruime voldoende (> 3 op de 5-puntsschaal). 4. De gemiddelde score op de vraag aan BBL studenten of zij vinden dat de school en het leerbedrijf voldoende contact hebben, is met 0,15 punt gestegen ( 3,5 wordt 3,65). 5. De gemiddelde score op tevredenheid leerbedrijf (ROC-brede meting) is bij 70% van de teams een 7,0 of hoger op basis van een respons van ten minste 30%. De stuurgroep bpv-optimaal (bestaande uit een aantal MBO Collegedirecteuren en dienstdirecteuren) is er verantwoordelijk voor dat de genoemde acties worden ondernomen en monitort de behaalde resultaten. De stuurgroep rapporteert hierover twee keer per jaar aan het College van Bestuur.
11
3.3 Nederlandse taal en rekenen Beginsituatie
Over het algemeen is het instroomniveau van studenten op dit moment laag. De resultaten voor de examens Nederlands zijn goed. De resultaten van de pilotexamens rekenen blijven nog achter. Een mogelijke verklaring hiervoor is een gebrek aan motivatie van de student vanwege de huidige slaag-/zakregeling of het behaalde vmbo-cijfer. Om het instroomniveau te verhogen zijn we vorig jaar gestart met de zomerschool: tijdens een deel van de zomervakantie worden de studenten bijgespijkerd in beide basisvakken. Alle MBO Colleges zijn verplicht om de instromende studenten AMN-instaptoetsen Nederlands en rekenen te laten maken. Op dit moment is nog onvoldoende inzichtelijk in welke mate goed gebruik wordt gemaakt van de resultaten van die instaptoetsen. Daarbij komt dat de functie van de instaptoetsen ter discussie wordt gesteld. Enkele Colleges nemen een eigen instaptoets af in plaats van de AMN-instaptoets. Onontbeerlijk zijn goede taal- en rekendocenten en hun ondersteuning. Ook aan deze basisvoorwaarde wordt niet in alle gevallen voldaan. Specifiek voor rekenen geldt dat het nu lastig is om het rekenonderwijs in de praktijk goed te organiseren, vanwege een grote variëteit aan studenten met verschillende rekenniveaus. Bijgaand een recent overzicht van de behaalde examenresultaten die we in kwantitatief opzicht beschouwen als onze beginsituatie: • 80% van de studenten scoort bij een centraal examen een voldoende voor Nederlands 2F; • 76% scoort een voldoende voor Nederlands 3F; • 48% scoort een voldoende voor rekenen 2F; • 35% scoort een voldoende voor rekenen 3F.
Te ondernemen acties
1. Alle MBO Colleges maken gebruik van de AMN-instaptoetsen om deficiënties te bepalen en benutten de informatie uit de analyses voor het opzetten van gerichte trajecten. 2. Alle MBO Colleges organiseren het rekenonderwijs zodanig dat alle studenten de mogelijkheid hebben om goede rekenprestaties te behalen. 3. Na elk examenvenster worden de resultaten per MBO College en opleiding gemonitord door de centrale examencommissie en gerapporteerd aan het College van Bestuur. 4. Jaarlijks wordt in beeld gebracht hoeveel studenten niet aan de eisen voor de generieke vakken hebben voldaan en derhalve geen (doorstroom)diploma hebben ontvangen. De centrale examencommissie generieke vakken neemt hierbij het voortouw en rapporteert hierover aan het College van Bestuur.
Professionele ontwikkeling
ROC van Twente voert een actief beleid om docenten te laten (om)scholen. Hiervoor wordt in beeld gebracht hoeveel gecertificeerde reken- en taal docenten (fte’s) elk MBO College in dienst heeft, als ook hoeveel niet bevoegde docenten (fte’s) momenteel taal- en rekenlessen verzorgen. Via de ROC Academie worden trainingen op het gebied van rekenen en Nederlandse taal voor docenten aangeboden. Alle docenten die Nederlandse taal- en rekenonderwijs geven zijn in 2017 bevoegd en presteren op niveau 3F.
Resultaten
1. MBO Colleges hebben in 2016 een eigen scholingsbeleid voor taal en rekenen. 2. ROC van Twente heeft in 2016 een eenduidige procedure geldend voor instellingsexamens.
12
3. Het reken- en taalonderwijs is eind 2018 ‘op orde’: ROC van Twente heeft geen studenten die vanwege de eisen voor de generieke vakken geen (doorstroom)diploma halen. De directeuren van de MBO Colleges zijn er verantwoordelijk voor dat genoemde acties worden uitgevoerd. De directeur van het Service- & Adviescentrum is verantwoordelijk voor monitoring van de ondernomen acties en de resultaten. Hierover rapporteert zij twee keer per jaar aan het College van Bestuur.
3.4 ICT in het onderwijs Beginsituatie
Aan het besluit om aan dit kwaliteitsplan ICT in het onderwijs als speerpunt toe te voegen, liggen drie overwegingen ten grondslag. Ten eerste opereren we als onderwijsinstelling in een samenleving die in toenemende mate en in een steeds hoger tempo op digitale leest is geschoeid. Ten tweede worden de ICT-voorzieningen die we op dit moment binnen ROC van Twente hebben nog niet optimaal benut. Ten derde zijn we van mening (zie hoofdstuk 2), dat we door ICT weloverwogen in te zetten, de kwaliteit van onderwijs kunnen verhogen in termen van flexibiliteit, variatie in onderwijsvormen en aantrekkelijker onderwijs. De afgelopen jaren is er enkele keren geëxperimenteerd met de inzet van digitale middelen. Dit heeft niet altijd tot het gewenste resultaat geleid, omdat een dergelijke vaak ingrijpende innovatie niet altijd goed was doordacht. Wij constateren dat er nauwelijks beperkingen meer zijn in de technische mogelijkheden en dat er juist veel kansen liggen. ICT-innovaties worden echter nogal eens bemoeilijkt doordat het ICTkennisniveau binnen een team sterk kan variëren. Bovendien vindt kennisuitwisseling slechts beperkt plaats waardoor men onvoldoende van elkaar leert op het gebied van ICT-innovatie. Wel bestaat het besef binnen ROC van Twente dat het weloverwogen inzetten van ICT in het onderwijsproces in velerlei opzichten bijdraagt aan de ontwikkeling van onze studenten.
Te ondernemen acties
1. Colleges en teams formuleren een eigen ICT-ambitie. Deze ambitie dient minimaal de thema’s deskundigheid en gebruik van digitale leermiddelen in het onderwijsproces te bevatten: a) In 2015 wordt het format voor zowel het College- als het Teamactiviteitenplan aangevuld met een ICT-paragraaf waarin de ambitie staat verwoord. b) In 2016 dienen deze ICT-ambities opgenomen te zijn in alle College- en Teamactiviteitenplannen. Deze ambities dienen te zijn omgezet in een stappenplan (dat onderdeel zal zijn van het TAP) dat jaarlijks wordt geëvalueerd. Dit stappenplan dient na vaststelling van de ambities voor het einde van het schooljaar 2015-2016 beschreven te zijn. c) Ter bevordering van het concreet beschrijven van deze ambities organiseert het Servicepunt ICT in het Onderwijs kennissessies. 2. Binnen elk (MBO) College wordt minimaal één docent als ICT-ambassadeur benoemd, die naast zijn lesgevende taak kennisuitwisseling gaat stimuleren. Voor deze ICT-ambassadeur wordt een rolbeschrijving opgesteld. Om kennisuitwisseling te bevorderen, starten wij bijeenkomsten met de ambassadeurs en ontwikkelen wij een online platform. Afhankelijke van de behoefte van teams kan een College meer ICT-ambassadeurs aanwijzen. 3.Ter bevordering van plaats- en tijdonafhankelijk onderwijs wordt het onderwijsmateriaal op één plek gepresenteerd en is het online beschikbaar. Deze centrale plek, de elektronische leeromgeving, wordt gebruikt door alle Colleges. Andere in ge-
13
bruik zijnde elektronische leeromgevingen worden afgebouwd. Het overstappen c.q. het in gebruik nemen van een elektronische leeromgeving wordt begeleid en ondersteund door het Servicepunt ICT in het Onderwijs. 4. De ICT-ambassadeurs starten medio 2016 een netwerk ter bevordering van kennisuitwisseling. 5. In 2015 wordt een eerste ‘parels’-sessie georganiseerd om kennisuitwisseling tussen docenten te stimuleren. Verslagen van de sessies worden gepubliceerd op een digitaal platform zodat alle medewerkers van deze kennis kunnen profiteren. Dit platform is eind 2015 in de lucht.
Professionele ontwikkeling
Eind 2015 is er een standaard set aan basisvaardigheden ICT-bekwaamheid voor docenten opgesteld met daarbij een passend scholingsaanbod, waarbij de didactische scholing voor het gebruik van ICT-toepassingen in het onderwijs centraal staat. Colleges en teams volgen scholing, gericht op het verwerven van deze basisvaardigheden. De ROC Academie verzorgt scholing en trainingen op het gebied van diverse ICT-middelen en -systemen, waaronder het gebruik onze elektronische leeromgeving n@tschool. Alle docenten zijn in 2018 bekwaam om ICT middelen en -systemen weloverwogen te gebruiken in het onderwijs.
Resultaten
1. Aan het einde van het schooljaar 2015-2016 hebben alle Colleges een docent als ICT-ambassadeur. 2. De standaard set aan basisvaardigheden voor onze medewerkers wordt in 2015 vastgesteld. Deze standaard set wordt vervolgens jaarlijks geëvalueerd. 3. Begin 2016 ligt er een voorstel ter bevordering van de ICT-bekwaamheid van de medewerkers op basis van de door het College van Bestuur vastgestelde set aan basisvaardigheden. 4. In het schooljaar 2017-2018 gebruiken de Colleges eenzelfde elektronische leeromgeving. Tijdens het traject naar de in gebruik name van de elektronische leeromgeving worden medewerkers bekwaam gemaakt in het gebruik. 5. In het schooljaar 2017-2018 zijn onze studenten tevreden over de wijze waarop ICT-middelen door docenten worden toegepast binnen de opleiding die zij volgen. Dit waarderen zij met een 7. De directeuren van de MBO Colleges zijn er verantwoordelijk voor dat genoemde acties worden uitgevoerd. De directeur van het Service- & Adviescentrum is verantwoordelijk voor monitoring van de ondernomen acties en de geboekte resultaten. Hierover rapporteert zij twee keer per jaar aan het College van Bestuur.
3.5 Examinering Zoals we in hoofdstuk 2 hebben aangegeven maakt ‘examinering’ deel uit van de onderwijsvisie van ROC van Twente. De ambities die we in dit verband hebben geformuleerd hebben voornamelijk betrekking op ‘basiskwaliteit’ en niet zozeer op ‘de lat omhoog’. Aangezien onze onderwijsvisie leidend is voor dit kwaliteitsplan nemen we ‘examinering’ wel op met de insteek dat we het accent de komende twee jaar leggen op ‘de basis op orde’. Het merendeel van onze acties richt zich in onze ogen meer op ‘going concern’ dan op ‘de lat omhoog’. Het draait om processen, om ‘de basis op orde’ te krijgen en niet zozeer om innovatie. Dit beschouwen wij in dit verband als onze kwaliteitsafspraak. We willen hierbij aansluiten bij de voorstellen van de landelijk door de MBO Raad ingestelde Commissie kwaliteitsbevordering Examinering. Deze commissie stelt voor de kwaliteit van examinering en de samenhang tussen alle aspecten te beschouwen
14
vanuit het drieluik examenproducten, examenprocessen en examencommissies. In navolging van de voorstellen van de genoemde commissie willen we inzetten op het maken van ROC-brede afspraken over de kwaliteit van de examenprocessen in de aanloop naar een sectorbreed keurmerk. Daartoe is inmiddels een begin gemaakt met de invoering van de landelijke procesarchitectuur examinering, die geldt als basis voor ons handboek examinering. De stap naar verdere digitalisering vanuit een procesbenadering, ligt in lijn met die ontwikkeling en borduurt daar op voort. Op deze wijze kunnen examencommissies ook slagvaardiger gaan opereren als het gaat om de sturende en monitorende rol. Ten slotte kunnen we op termijn ook de ontwikkelingen op het vlak van informatiebeveiligingsbeleid rondom examinering laten indalen in deze procesbenadering. Bij het maken van die sectorbrede afspraken over de examenprocessen wordt ook invulling gegeven aan de examenprofielen ten behoeve van afspraken hierover met het werkveld. Daarnaast zet het ROC in op de intensivering van de samenwerking met externe partners ten behoeve van de ontwikkeling van examenproducten.
Professionele ontwikkeling
De ROC Academie gaat scholing aanbieden voor examenfunctionarissen en in het bijzonder voor leden van examencommissies in de aanloop naar de door de minister beoogde wettelijke verankering van taken van en eisen aan de examencommissie. De verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van examinering ligt bij de directeuren van de MBO Colleges. Als voorzitter van de examencommissie rapporteren zij hierover één keer per jaar aan het College van Bestuur via het jaarverslag.
3.6 Stimuleren van Excellentie: uitblinken is presteren Onze visie op excellentie
We willen binnen ROC van Twente het beste halen uit iedere student. De ambities die we in ons kaderdocument ‘Onderwijskwaliteit en examinering’ gesteld hebben, moeten eraan bijdragen dat studenten een opleidingsprogramma volgen waarbij ze uitgedaagd worden om het beste uit zichzelf te halen en daarbij ook goed begeleid worden. Sommige studenten voelen zich echter nog te weinig uitgedaagd in het reguliere programma. Wij willen die studenten de mogelijkheid bieden een stapje extra te zetten en daarbij ook een klimaat creëren waarin studenten zich uitgenodigd voelen dat stapje extra te zetten. In het verlengde van bovenstaande zienswijze vatten wij ‘excellentie’ voorlopig in ruime zin op: een student van de entree-opleiding kan net zo goed excelleren als een student van een niveau 4 opleiding. Een student met een beperking kan even goed excelleren als een student zonder beperking. Excelleren kan bijvoorbeeld tot uitdrukking komen in doorzettingsvermogen, of in een bijzonder talent dat tijdens een opleiding tot volle bloei komt. Wij kiezen in deze fase niet voor een definitie van excellentie die in beton is gegoten, maar geven wel een richting aan die ons helpt bij het traceren en het laten excelleren van studenten. Binnen ROC van Twente hanteren we drie perspectieven op excellentie: 1. intellectuele excellentie (cognitie); 2. excellente vakvaardigheden (met de handen); 3. excellent in ontwikkeling als persoon (ontwikkelen van interculturele competenties, ondernemend zijn, lef tonen). Aan deze drie perspectieven (of een combinatie ervan), gericht op kennis, vaardigheid of attitude, zijn verschillende vormen van excellentiearrangementen te koppelen. Studenten kunnen excelleren door deelname aan wedstrijden, het volgen van een verzwaard programma, ondernemend te zijn, tijdens buitenlandse stages
15
of een uitwisselingsprogramma, enzovoort. Ook een student die zich vanuit het praktijkonderwijs handhaaft en uiteindelijk een niveau 4 diploma behaalt, is in onze ogen excellent. De wijze waarop een student excelleert, is voor een belangrijk deel afhankelijk van de branche waarvoor hij of zij wordt opgeleid. Aangezien we studenten opleiden voor een beroep willen we dat een excellentiearrangement altijd gekoppeld is aan de branche waarvoor de student wordt opgeleid. De branche bepaalt mede wat excellentie is. De komende jaren willen we in samenwerking met het werkveld, studenten en docenten, extra mogelijkheden creëren voor studenten om binnen de drie verschillende perspectieven te excelleren. De mogelijkheden om te excelleren moeten altijd aansluiten bij één of meer van deze perspectieven. Dit kan leiden tot een verzwaring van het onderwijsprogramma. In figuur 2 is dit visueel weergegeven.
Figuur 2: Excellentie als plus op de opleiding
Excellentiearrangementen worden begeleid door docenten die daarvoor bekwaam en gemotiveerd zijn. Studenten die willen deelnemen aan een excellentiearrangement leggen ter goedkeuring hun excellentieplan voor aan de examencommissie. Aan het eind van het traject stellen een docent en een externe expert aan de hand van bijvoorbeeld een proeve, vast of de student het traject met succes volbracht heeft. Als een student een excellentieonderdeel met succes heeft afgerond dan wordt dit vastgelegd in een waardepapier dat bij het diploma wordt uitgereikt. Om tot een ROC breed scala aan excellentiearrangementen te kunnen komen, zullen we met elkaar moeten afspreken aan welke eisen een programma precies moet voldoen. De perspectieven zoals eerder al beschreven en de verzwaring van het programma, vormen hierbij het kader. We zullen binnen het ROC studenten moeten stimuleren om te willen excelleren. Dit moet al gebeuren door in het reguliere programma te zorgen voor voldoende uitdaging. Daarbij sluiten we aan bij de ambities die we in ons kaderdocument ‘Onderwijskwaliteit en examinering’ gesteld hebben. We zullen ook een waardedocument ontwerpen dat we aan studenten kunnen uitreiken als ze een excellentiearrangement met succes hebben afgerond. Naar studenten zullen we helder moeten maken welke stappen zij moeten zetten om een excellentiearrangement te kunnen volgen en wat er voor nodig is om een dergelijk arrangement
16
vervolgens met succes af te kunnen ronden.
Onze ambities
In het verlengde van onze visie willen met onze excellentiearrangementen een aantrekkelijk alternatief creëren voor de vmbo-havo-hbo route. Daarnaast willen we dat onze excellentiearrangementen ook een civiel effect hebben, in de vorm van herkenning en erkenning (beloning) in de doorstroom naar de arbeidsmarkt. Onze kwantitatieve ambities zullen we in de loop van 2015 bepalen. Hiervoor zullen we ook de uitkomsten van de discussies, gevoerd in het licht van de nieuwe strategienota, gebruiken. We zullen het succes van excellentie binnen ROC van Twente vanaf schooljaar 2016-2017 bepalen op basis van: - het aantal studenten dat jaarlijks excelleert, het aantal uitgereikte waardepapieren voor excellentie per schooljaar (een ROC-norm hiervoor wordt uiterlijk 1 januari 2016 bepaald en is uitkomst van de strategiediscussie); - de mate waarin de excellente studenten vinden dat zij extra zijn uitgedaagd, een tevredenheidsscore die we met een toelichting vastleggen tijdens het exitgesprek (norm wordt uiterlijk 1 januari 2016 vastgesteld en is uitkomst van de strategiediscussie).
Beginsituatie
Binnen ROC van Twente bieden we al verschillende mogelijkheden aan om te excelleren. Zo doen er studenten mee aan de Skills wedstrijden, gaan studenten naar het buitenland, hebben we een speciale opleiding voor topsporters (het Johan Cruyff College) en kunnen koks en gastheren/vrouwen die willen uitblinken in de horeca, terecht bij de Cas Spijkersacademie. Het vorig jaar gestarte project TechWise Twente, waarin studenten gaan excelleren binnen technische opleidingen, zien we als een excellentiearrangement. Temeer omdat we voornemens zijn hier een practoraat aan te verbinden. We hebben deze trajecten en arrangementen echter nog niet geformaliseerd als excellentietrajecten. Hier willen we het komende jaar aan werken, zodat we excellentie expliciet en gericht kunnen stimuleren en studenten ook waardering voor hun bijzondere prestaties kunnen geven in de vorm van een nog te ontwerpen waardedocument.
Te ondernemen acties gebaseerd op de drie perspectieven
Zoals in de inleiding van deze paragraaf betoogd, willen we de komende jaren het begrip ‘excellentie’ verder verkennen en weloverwogen vormgeven. We beginnen niet vanaf nul. Hieronder noemen we een aantal initiatieven waarmee we starten dan wel zijn gestart, die zullen worden geschaard onder de noemer ‘excellentie’.
Excellent in ontwikkeling als persoon: naar het buitenland
We zien internationalisering als een van de manieren om te excelleren. Op dit moment nemen al jaarlijks ongeveer 200 studenten deel aan Euregionale en Europese stages. Het stage lopen in het buitenland vormt op zich nog geen excellentietraject. Om een student voor buitenlandse stage in aanmerking te laten komen, zal er in de stage expliciet gewerkt moeten worden aan softskills als interculturele competenties, ondernemend zijn, lef, persoonlijkheidsontwikkeling. Hiervoor zal een programma ontwikkeld worden waaraan gewerkt kan worden voorafgaand aan en tijdens de internationale stages. Maar internationalisering is meer dan alleen stages. Ook via uitwisselingsprogramma’s met scholen uit andere landen en via studiereizen kan gewerkt worden aan softskills. Deze mogelijkheid willen we daarom eveneens opnemen in ons excellentiearrangement. Het is onze ambitie om in 2020 een verdubbeling van het aantal studenten (tot jaarlijks 400) te bereiken in de brede definitie van internationalisering (studiereizen,
17
stages, uitwisselingen). Daarmee komen we aanmerkelijk dichter bij de nationale en Europese ambitie van 6%. Oogmerk hierbij is dat we niet volstaan met benutting van de Europese programma’s zoals Erasmus+, maar ons ook richten op de Verenigde Staten en derdewereldlanden.
Excellente vaardigheden Skills
Wij streven ernaar om wedstrijdelementen in het curriculum van opleidingen in te bouwen, zodat studenten geprikkeld worden het beste uit zichzelf te halen en om vervolgens meer studenten te laten deelnemen aan de Skills wedstrijden of andere wedstrijden in het vakgebied. Voorbeelden van andere wedstrijden zijn de jaarlijkse Hair Award, zoals georganiseerd door ons ROC, studenten Artiest die bijvoorbeeld meedoen aan de Voice of Holland of studenten Sport & Bewegen die meedoen aan landelijk georganiseerde (MBO) kampioenschappen. Per opleiding zullen we kijken of wedstrijden een goede manier zijn om te excelleren en zo ja, hoe we de deelname aan deze wedstrijden kunnen stimuleren. We zullen in elk geval in 2015-2016 meedoen aan: WorldSkills en Skills Heroes. Met onze initiatieven ondersteunen wij de visie en de doelen zoals die in februari dit jaar voor het gehele mbo zijn opgesteld door de MBO Raad (zie bijlage A).
Intellectuele excellentie: TOP-traject Zowel ROC-breed als binnen opleidingen zelf wordt er gewerkt aan excellentieprogramma’s. Deze programma’s zorgen voor een verbreding of verdieping van het reguliere programma of zorgen voor een betere voorbereiding op het hbo. Wij willen vanaf september 2017 in elk geval bij elke niveau 4 opleiding met een
18
rechte doorstroommogelijkheid naar Saxion Hogescholen, een Toptraject creëren dat studenten die de ambitie hebben om verder te studeren in het hbo optimaal voorbereidt op een succesvolle overstap en loopbaan. Ook andere opleidingen moedigen we aan om een extra programma te creëren voor studenten die willen excelleren. Op dit moment worden op een aantal scholen in de regio derdejaars vmbo-gtl leerlingen voorbereid op een verzwaring en verdieping in het vierde leerjaar. Dit traject zal een doorlopende leerlijn vormen via het mbo naar het hbo, om zo de route vmbo-mbo-hbo te promoten. Vanaf schooljaar 2016-2017 stromen deze studenten in bij het ROC. We willen deze studenten en andere gemotiveerde studenten met ambities voor het hbo, masterclasses aanbieden. Deze masterclasses zijn praktijkgericht, uitdagend en voor een deel in het Engels. Om deze ambitie te verwezenlijken moet allereerst het extra programma ontwikkeld worden in de periode vanaf januari 2015 tot september 2016. Vanaf september 2016 moet het programma geïmplementeerd en uitgevoerd worden en daarnaast geëvalueerd en waar nodig bijgesteld.
Excellente vakvaardigheden: de TV Academy
We willen ook excellentieprogramma’s gericht op het specifieke vakmanschap creëren. Deze excellentieprogramma’s moeten studenten van niveau 2 tot en met 4 de mogelijkheid bieden om te kunnen excelleren. Een voorbeeld hiervan is de TV Academy waar we binnen de mediaopleidingen aan deelnemen. Dit initiatief is voortgekomen uit de wens van het bedrijfsleven om talenten uit meerdere onderwijsdisciplines die met elkaar in een nieuwe vorm van onderwijs kunnen werken aan talentontwikkeling en ontwikkelingen in de media, bijeen te brengen. Elk jaar krijgen vijf excellente studenten de kans om deel te nemen aan dit programma en het voortraject dat ernaartoe leidt. Een ander voorbeeld zal binnen de opleiding Manager/ondernemer Horeca ontwikkeld worden. Daar willen ze naast de reguliere opleiding een tweetalige variant aanbieden waarbij een steeds groter gedeelte van de opleiding in het Engels zal worden gegeven, te beginnen met 30% in het eerste leerjaar. Deze variant zal vanaf 1 augustus 2017 van start gaan.
Excellente vakvaardigheden: meester-gezeltraject
Binnen het ROC van Twente willen we de mogelijkheden tot een meester-gezeltraject verder verkennen. We doen dit door binnen het MBO College voor Bouw, Infra & Interieur en het MBO College voor Vormgeving, Mode & Media ervaringen op te doen met meester-gezeltrajecten. Binnen beide MBO Colleges zullen excellentieprogramma’s, zoals beschreven in voorgaande paragraaf, ontwikkeld worden. Studenten die het excellentieprogramma met goed gevolg hebben afgelegd, kunnen aansluitend op de opleiding het meestertraject volgen. De duur van het traject kan per opleiding verschillen en zal samen met de branche vastgelegd worden, net als het predicaat Meester. De voorbereiding zal plaatsvinden van augustus 2015 tot juli 2016. Vervolgens is het de bedoeling om in de periode 2016-2018 een pilot te starten en vanaf augustus 2018 het meestertraject breder te implementeren. Meer MBO Colleges overwegen meester-gezeltrajecten te ontwikkelen.
Professionele ontwikkeling
Vanuit de bovenstaande visie op excellentie stellen we ons de vraag welke competenties een team van docenten nodig heeft om potentiële excellente studenten te kunnen begeleiden, te kunnen onderwijzen, enz. Zijn dit de bestaande beschreven competenties of dienen hiertoe competenties aan het profiel te worden toegevoegd? Kan elke team excellente studenten in wording begeleiden? Dergelijke vragen moeten worden beantwoord en maken onlosmakelijk deel uit van ons excellentieprogramma.
Resultaten
We gebruiken de periode tot 1 januari 2016 om onze kaders en criteria voor excellentiearrangementen gezamenlijk helder te krijgen. Vanaf 1 januari 2016 bieden we excellentiearrangementen aan die worden afgesloten met een waardedocument. Excellentie, zo hebben we betoogd, is in onze ogen het leveren van een bijzondere
19
prestatie. Dat kan op alle opleidingsniveaus. Wij streven ernaar om jaarlijks 3% van de gediplomeerden (circa 180 studenten) het predicaat ‘excellentie’ te verlenen. 2,5% van hen is excellent, omdat zij naast de kerntaken van de opleiding aantoonbaar iets extra’s hebben gedaan, wat als een waardevolle aanvulling op de opleiding wordt gezien. Een klein deel van deze groep is excellent (0,5%) omdat zij vanuit een bepaalde situatie veel doorzettingsvermogen hebben getoond om hun opleiding met succes af te ronden. Een nog in te stellen stuurgroep waarin elke sector is vertegenwoordigd wordt verantwoordelijk voor het uitrollen van het excellentieprogramma vanuit de visie zoals hierboven geschetst. Deze stuurgroep bestaat uit MBO Collegedirecteuren en wordt voorgezeten door het College van Bestuur.
3.7 Professionele ontwikkeling Ten eerste merken we bij de start van deze paragraaf op dat we hier volstaan met het schetsen van de hoofdlijnen. Dit zijn: 1. Bekwaamheid van bestuur en management: versterken onderwijskundig leiderschap. 2. Professionalisering van het onderwijspersoneel: peer to peer, 360 graden feedback en - bevorderen inhoudelijke deskundigheid met betrekking tot de thema’s in dit plan genoemd. 3. Kwaliteitsverbetering van het HRM-beleid: o.a. met behulp van de Professionaliseringsversneller werken we aan de realisatie van fase 3 (zie Weet, Denk, Doe) in 2018 voor 75% van de teams. 4. Professionalisering van examenfunctionarissen: hier wordt verwezen naar punt 3.5 hiervoor. In de regeling kwaliteitsafspraken worden dit de deelaspecten van het thema ‘professionalisering’ genoemd. Ten tweede merken we op dat de in de vorige paragrafen genoemde acties met betrekking tot professionele ontwikkeling zijn te scharen onder punt 2. Voor de te ondernemen acties en de te behalen resultaten in detail is een uitgebreid actieplan opgesteld, waarvoor wordt verwezen naar bijlage B.
Beginsituatie
De afgelopen jaren hebben veel activiteiten plaatsgevonden op het gebied van professionele ontwikkeling. Ook in het licht van de bovengenoemde vier thema’s. Het opgestelde en uitgevoerde professionaliseringsplan 2011 -2015 is door MBO15 positief beoordeeld. Daarnaast heeft het ROC van Twente samen met drie andere ROC’s bijgedragen aan de totstandkoming van een professionaliseringsversneller (www.weetdenkdoe.nl). Hierover is gepubliceerd (Profiel februari 2015) en kennis gedeeld via een landelijke bijeenkomst over onderwijsvernieuwing. Het plan van aanpak professionele ontwikkeling 2011-2015 is afgerond en bepaalt de 0-situatie voor deze paragraaf van het kwaliteitsplan.
Acties en resultaten
Aan de acties die we in gang zetten in het licht van professionele ontwikkeling ligt ten grondslag dat we het beste uit elke medewerker willen halen. Essentieel hierbij is dat de medewerker een reëel beeld heeft van het eigen functioneren, want alleen wanneer hij of zij een reëel beeld heeft van wat hij of zij goed en minder goed kan, wordt de intrinsieke motivatie van de medewerker aangesproken om zich te verbeteren en de eigen prestaties naar een hoger plan te brengen. Hiertoe gebruiken we o.a. de volgende instrumenten: 1) De gesprekscyclus. Dit is de basis voor een continue feedbackloop tussen leidinggevende en medewerker, met betrekking tot het niveau van functioneren van de medewerker. Deze wordt ook gebruikt bij het maken van periodieke ontwikkelafspraken. 2) De docentenevaluaties, waarmee de docent feedback over zijn functioneren op-
20
haalt bij zijn studenten en op basis hiervan zelf verbeteringen kan aanbrengen. 3) Het 360 graden feedbacksysteem, waarmee een volledige scope wordt bereikt in de feedback over het functioneren van de medewerker (leidinggevende, collega’s, studenten, bedrijven). Onze scholings- en trainingsprogramma’s worden op het bovenstaande afgestemd. De directeuren van de Colleges en diensten zijn verantwoordelijk voor de professionele ontwikkeling van de medewerkers. De directeur van de dienst P&O rapporteert twee keer per jaar aan het College van Bestuur over de voortgang en de geboekte resultaten.
3.8 Terugdringen van VSV De paragrafen 3.8 en 3.9 vormen het sluitstuk van ons kwaliteitsplan. De doelen en activiteiten beschreven in de vorige paragrafen moeten ieder uiteindelijk bijdragen aan het succes van de student en dus moet met de gestelde activiteiten het percentage voortijdig schoolverlaters zo laag mogelijk blijven en zouden de activiteiten ten goede moeten komen aan de studiewaarde van studenten. Wat betreft voortijdig schoolverlaten hebben we als ROC van Twente afgelopen jaren goede resultaten geboekt. Er is al enkele jaren een dalende tendens waar te nemen. In het schooljaar 2010-2011 bedroeg het percentage VSV’ers 7,1%. Daarna daalde dit achtereenvolgens naar 6,4% (schooljaar 2011-2012), 5,5% (schooljaar 2012-2013) en naar 4,2% (voorlopige cijfers schooljaar 2013-2014). We willen de komende jaren inzetten op behoud van deze resultaten door de activiteiten zoals genoemd in voorgaande hoofdstukken. Wel verwachten we dat de hogere eisen voor taal en rekenen ertoe kunnen leiden dat meer studenten dan voorheen de opleiding zonder diploma zullen verlaten. De activiteiten beschreven in paragraaf 3.3 ‘Intensivering van het taal- en rekenonderwijs’ moeten ertoe bijdragen dat dit aantal zo laag mogelijk blijft. Overall is onze ambitie om het huidige percentage voortijdig schoolverlaters zeker niet te laten stijgen, om uiteindelijk in 2018 op 4% uit te komen. Dit in het besef dat bepaalde problematieken die zich bij onze studenten voordoen door ons als onderwijsinstelling niet te beïnvloeden of op te lossen zijn.
3.9 Verbeteren van Studiewaarde Aangezien de definitieve basiswaarden pas in de tweede helft van dit voorjaar door DUO bekend worden gemaakt, is het voor ons niet mogelijk om aan te geven in welke zin de activiteiten zoals vermeld, zullen bijdragen tot behoud dan wel verhoging van de studiewaarde. Wij willen daarbij ook nadrukkelijk nog de volgende kanttekening plaatsen. ROC’s zijn geen productiebedrijven. Het gericht beïnvloeden van de output van een ROC, het aantal diploma’s, is vele malen moeilijker dan het beïnvloeden van de output van een productiebedrijf. De eerstgenoemde organisatie is verantwoordelijk voor een primair proces dat in de organisatietheorie wordt aangeduid als een complex type technologie, waarbij de mate van voorspelbaarheid van de output laag is. De laatstgenoemde organisatie is verantwoordelijk voor een primaire proces dat als routinematige wordt gekenschetst. Bij deze technologie is de voorspelbaarheid van de output vele malen hoger. (Mintzberg, 1979). Het te voorspellen effect van alle ondernomen acties op de studiewaarde is naar onze opvatting in alle gevallen een slag in de lucht of ten minste voor discussie vatbaar en zal altijd binnen een bepaalde context moeten worden gezien. Vanuit dit perspectief hechten wij als ROC van Twente dan ook een beperkt belang aan de betekenis van een hoge of lage studiewaarde. De beoogde resultaten, zoals in iedere paragraaf genoemd, beschouwen wij als een veel zuiverder graadmeter. Worden al deze resultaten geboekt dan zal vanzelf de studiewaarde stijgen. De studiewaarde als zodanig vaststellen en monitoren voegt in onze ogen weinig tot niets toe en doet
21
onvoldoende recht aan de inzet die al onze medewerkers plegen om het onderwijs op een hoger peil te brengen.
Vier opmerkingen ter afsluiting.
22
Ten slotte Ten eerste
Aan het begin van dit jaar zijn we gestart met het fundamenteel herijken van onze huidige strategie die aan het eind van dit jaar dient uit te monden in de nieuwe strategie voor de komende vier jaar. Op dit moment zijn we hierover volop in gesprek met onze stakeholders. In deze gesprekken toetsen we ook onze ambities zoals geformuleerd in dit kwaliteitsplan. Op deze wijze wordt de relatie, van dit kwaliteitsplan met onze nieuwe strategie geborgd: beide zijn naar onze opvatting onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Ten tweede
Dit kwaliteitsplan is een weergave van ambities, acties en afspraken op ROC-niveau. De weerslag van dit alles krijgt zijn beslag in de teams. Daarom voegen we de innovatieprojecten van ieder College bij (zie bijlage C) die de komende jaren zullen worden uitgevoerd om onze ambities in te vullen en resultaten te behalen.
Ten derde
Vorig jaar heeft het onderzoek naar de Staat van de Instelling bij het ROC van Twente plaatsgevonden. Een van de conclusies van de inspectie was dat we onze kwalitatieve ambities onvoldoende scherp hadden op alle niveaus van de organisatie: “…in de instellingsbrede en onderliggende plannen zijn geen kaderstellende doelen met betrekking tot de kwaliteit van het onderwijs opgenomen. Hierdoor ontbreekt zicht op onderwijs- en examenkwaliteit” (Inspectierapport, 2014, p.11). In ons verbeterplan hebben we onze kaderstellende doelen geformuleerd in de vorm van ambities. Dit kwaliteitsplan draagt ertoe bij dat deze vertaald zijn naar concrete acties en afspraken. Via de reguliere P&C cyclus van kwartaalrapportages, voor- en najaarsoverleggen, enz. en een externe review eind dit jaar, gaan we monitoren en zo nodig bijsturen.
Ten vierde
Zeer recent (20 februari 2015) heeft het afsluitend gesprek met MBO 2015 over de implementatie van het actieplan Focus op Vakmanschap plaatsgevonden. Uit het verslag van dit gesprek blijkt support voor de door ons ingezette koers. Het moment is aangebroken, zo wordt geconcludeerd, de lat hoger te leggen door “innovatie en het uitdragen van vakmanschap” (Adviesbrief 2015, p.3). Dit kwaliteitsplan zien we als een belangrijke impuls. We hopen en verwachten met al onze teams de gestelde Twentse ambities te realiseren en indachtig het succes van de ‘Twentse’ Common Linnets, (waar in genoemd verslag aan wordt gerefereerd) steeds meer ons eigen geluid te laten horen. Met onze nieuwe CD Typisch Twents Onderwijs hopen we met stip en structureel een plek in de top van het MBO te verwerven.
23
Bijlagen A. Memo MBO Raad Skills Netherlands B. Professionele ontwikkeling in detail C. Overzicht projecten De lat omhoog
24
A. Memo MBO Raad Skills Netherlands
Bijlage A MEMO MBO Raad, Skills Netherlands en MBO Raad (20 februari 2015)
Algemene tekst voor excellentieplan (te gebruiken door elke school). Alleen aanvulling vereist (indien gewenst) om de vakwedstrijden te kiezen waarmee de school in 2015-2016 wil beginnen, zie eind van de tekst. Achtergrond vakwedstrijden in het mbo: toneel voor excellentie Het verhogen van de kwaliteit en de excellentie in het beroepsonderwijs kan niet zonder een uitdaging. Een uitdaging niet alleen voor studenten maar ook voor de docententeams zijn de vakwedstrijden zoals Skills Netherlands die al sinds jaar en dag samen met verschillende partners organiseert. Deze vakwedstrijden laten niet alleen het vakmanschap van de studenten zien maar ook van de docententeams en de stagebedrijven achter de studenten. Door de vakwedstrijden te organiseren op open dagen is het ook mogelijk om vmbo-leerlingen en hun ouders voor het beroep en de opleiding te interesseren (in het kader van Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding). Tot slot is het een uitdaging voor de branches zowel vanuit werkgevers als werknemers om na de landelijke finale de nationale winnaars te meten met de buurlanden. De hoeveelheid betrokken partijen; scholen met docententeams, studenten (en ouders), leerbedrijven met leermeesters, branches met werkgevers- en werknemersorganisaties en het ministerie van OCW maakt de organisatie van vakwedstrijden een complexe zaak. Je hebt iedereen nodig om werkelijk uitdagende wedstrijden te organiseren waar studenten kunnen excelleren en de overige betrokkenen zich allemaal ‘eigenaar’ voelen en de wedstrijden gebruiken in de eigen (media) kanalen om te laten zien welke kwaliteit het beroepsonderwijs oplevert. Vakwedstrijden zijn dan met ieders medewerking het toneel waar studenten in het beroepsonderwijs hun excellentie kunnen laten zien. Gezamenlijke inzet om vanuit een breedte strategie meer te excelleren Dit alles overwegend hebben de mbo-scholen, verenigd in de MBO Raad besloten om in gezamenlijkheid een deel van het excellentiebudget te besteden aan de vakwedstrijden. De wedstrijden waren er wel maar in aantal beperkt (ongeveer 20) en een beperkt aantal scholen (ongeveer 40) en branches participeerden. Nu valt er met het tijdelijke excellentiebudget een stevige impuls te geven aan het breed uitrollen van de vakwedstrijden in het format van Skills Heroes. De mbo-scholen hopen hiermee ook alle mbo-branches met sociale partners zoveel als mogelijk te betrekken bij de vakwedstrijden. Het voor vier jaar beschikbare excellentie budget is een ideale gelegenheid om op een structureel hoger niveau te komen: over de volle breedte van het mbo: de breedte strategie. Vanuit deze breedte kan er werkelijk geëxcelleerd worden en kan het beroepsonderwijs in Nederland op een hoger plan komen. We willen winnen toch; als student, docententeam, leerbedrijf, school en als branche?
25
Doel, resultaat en werkwijze Doel deelname aan vakwedstrijden in het kader van excellentie: In vier jaar tijd breed uitrollen binnen de school (teams en regionale leerbedrijven) en verbreden over alle mbo-branches met sociale partners. Resultaten:
Over vier jaar in 2019 zijn er over zoveel mogelijk beroepsopleidingen vakwedstrijden die met een landelijke manifestatie afsluiten.
Het gevoel van eigenaarschap moet zoveel mogelijk door alle partijen gedragen worden, SBB kan hierbij dienen als overlegplatform voor de verdere uitrol.
Meer docenten (teams) en leerbedrijven zijn hierdoor betrokken bij de ontwikkeling van wedstrijdopdrachten/schoolvakwedstrijden en excellentieontwikkeling studenten
Het stimuleren van de professionalisering bij docententeams doordat ‘hun’ studenten zich meten met anderen,
Het contact met het regionale bedrijfsleven intensiveert door de deelname van ‘hun’ studenten
Vakwedstrijden stimuleren per branche de kennisontwikkeling en –uitwisseling op sectoraal niveau met andere scholen over excellentie, vakmanschap, talentontwikkeling en vakinhoud en – didactiek. Het is als ware een benchmark tussen de sectorale beroepsopleidingen.
Vakwedstrijden maken het ook mogelijk door de Euro- en WorldSkills om per branche het niveau van het nationale beroepsonderwijs te vergelijken met het buitenland.
Vakwedstrijden zijn ook uitstekend te benutten in de kader van LOB en de contacten met het toeleverend en aanpalend onderwijsveld kunnen hierdoor verdiepen en verbeteren
Een verbetering het imago van beroepsonderwijs en excellent vakmanschap
Dit alles te bereiken door als mbo-school vier jaar lang te participeren in de Skills vakwedstrijden. De bijdrage aan Skills is voor de ondersteuning en het organiseren van de regionale en landelijke wedstrijden. De eigen schoolwedstrijden organiseert de school zelf en zet hiertoe ook een deel van het excellentiebudget in. rol Skills Netherlands en rol SBB De bovenstaande resultaten zijn alleen te bereiken in nauw overleg. Skills Netherlands is de ideale partij om dit overleg vorm te geven aangezien deze partij door het ministerie is aangewezen als de gedelegeerde voor de EuroSkills en WorldSkills. Hiertoe hebben de mbo-scholen ieder voor zich een afspraak met Skills Netherlands gemaakt. De school is zelf aan zet om de schoolwedstrijden te organiseren en samen met de collega-instellingen de regionale voorronden. Op landelijk niveau werken de scholen onder de regie van Skills Netherlands. Elke mbo-school krijgt de ondersteuning van en gebruikt de materialen en wedstrijd- en beoordelingssystematieken van Skills Netherlands en organiseert jaarlijks de eigen schoolvakwedstrijden. Van de branches met de sociale partners verwachten de mbo-scholen op den duur dat zij zich in zullen zetten voor de landelijke wedstrijden en vooral voor de internationale vakwedstrijden. Hier kunnen de sectorkamers van SBB dienen als overlegplatform tussen de partijen.
Keuze van specifieke vakwedstrijden ROC van Twente verplicht zich in ieder geval tot de volgende vakwedstrijden in 2015/2016:
World Skills
Skills Heroes
26
B. Professionele ontwikkeling in detail
Kwaliteitsplan ROC van Twente 2015-2018 m.b.t. professionele ontwikkeling Nr.
Thema/ deelonderwerp
1.
Bekwaamheid van bestuur en management.
Doelstellingen/ resultaten (incl. datum)
Activiteiten
a. In 2016 start een meerjarig traject voor zowel bestuur, directeuren als managers inzake versterking van persoonlijk en onderwijskundig leiderschap. Hierbij worden integrale uitgangspunten zoals visie, cultuur e.d. in relatie tot realisatie van de strategienota 2016-2020 gehanteerd.
a. 1) Contract sluiten met externe aanbieder (2015), uitvoering conform contract (vanaf 2016). Aantal trainingen per jaar nader te bepalen.
a. Versterking onderwijskundig leiderschap. Dit richt zich nadrukkelijk op het leiding geven aan het (team)proces van de ‘professionals in the lead’ en het concretiseren van de hogere professionele lat in de rol van leidinggevende in relatie tot FOV en het kwaliteitsplan. Door het MD traject te koppelen aan alle drie leidinggevende lagen wordt ‘borging geborgd’
a. Jaarlijks 2 x 2-daagse voor bestuur en directeuren ter versterking van onderwijskundig leiderschap.
b. Managers worden geschoold op basis van in-, through- en output-eisen van het functieprofiel.
b. Managers hebben de afgelopen 3 jaren niet gezamenlijk een ROCbrede training of opleiding gehad op deze eisen.
b. Alle managers hebben een ROCbrede in company training/opleiding gevolgd op het voeren van gesprekken i.h.k.v de gesprekscyclus (2016-2017).
b. Een incompany training voor alle managers.
b. Begin 2015 zijn 8 Teammanagers master-opgeleid.
b. Uiterlijk maart 2018 zijn 20 Teammanagers master-opgeleid ofwel studerende voor master.
b. 12 Teammanagers volgen het master-traject.
c. Huidige strategienota (die loopt t/m 2015) is met een beperkte interactie met stakeholders tot stand gekomen.
c. Versterken competenties omgevingsbewust handelen en strategisch denken (zie competentieprofielen functies management). Opzetten interactief proces met externe stakeholder (beroepenveld) en met docenten, studenten en ouders, gericht op het versterken van genoemde competenties bij bestuur en management, om te komen tot een nieuwe strategienota 2016-2020, gereed in 2016.
c. 1) contract sluiten met externe aanbieder en 2) activiteiten uitvoeren conform contract en 3) vastlegging/impressie bijeenkomsten.
-
- Elke nieuwe docent heeft bij een vaste aanstelling bij het ROC een hbo diploma.
-
c.
2.
0-situatie begin 2015
Kwaliteitsplan ROC van Twente 2015-2018 m.b.t. professionele ontwikkeling
Strategieontwikkeling.
2) 2 x p.j. 2-daagse voor bestuur en directeuren.
Professionalisering van het onderwijspersoneel a. - Bevoegdheden en bekwaamheden zij-instromers.
-
- Nieuw en ervaren.
b. Scholing / professionele ontwikkeling - Professionaliseringsversneller.
-
-
Zij-instromers hebben op hun vakgebied in principe een hbodiploma nodig, tenzij er geen hbo-opleidingen zijn op dit vakgebied. In dit geval kunnen zij-instromers die nog geen hbo diploma hebben tijdelijk worden aangesteld en studiefaciliteiten krijgen om alsnog een hbo diploma te behalen.
Zij-instromers zijn niet in alle gevallen bevoegd.
-
Elke nieuwe docent is bij een vaste aanstelling bij het ROC bevoegd.
Medewerkers worden aangesteld op het moment dat de vertrekkende medewerker het ROC verlaat.
-
De nieuw aangestelde medewerker kan maximaal 6 maanden ingewerkt worden door de vertrekkende medewerker met het doel om kennis te behouden/over te dragen en kwaliteitsverbetering nieuwe medewerkers te realiseren (2015 t/m 2018).
ROC van Twente heeft met 3 andere ROC’s in 2014 bijgedragen aan ontwikkelen Professionaliseringsversneller (boek: Denk, Weet, Doe).
-
Het denkmodel zal via interactieve sessies met onderwijsteams leiden tot een norm voor een Twents Professioneel Team, in 2018 zal 75% van de teams voldoen aan de norm Twents Professioneel Team fase 3.
Zij-instromers volgen in voorkomende gevallen een hbo opleiding.
1) Route PDG zodat de zijinstromer zijn bevoegdheid haalt 2) Route via verkorte lerarenopleiding (Saxion Next) t.b.v. behalen bevoegdheid.
-
-
-
-
Vertrekkende medewerker werkt nieuwe medewerker in en draagt kennis over. Nieuwe medewerkers worden tijdig aangesteld, worden ingewerkt door ervaren collega’s. Het gaat om 40 nieuwe medewerkers (31 fte) per jaar.
Houden van 3 introductiebijeenkomsten voor bestuur, management, HR, OR (april 2015), begeleid door externe partij. Opleiden twee docenten tot procesbegeleider, inclusief teamcoach-vaardigheden (voor sessies met teams; 2 x 0,4 fte gedurende 2015 t/m 2018). Houden van interactieve sessies met onderwijsteams. Houden van (tussen)metingen in relatie tot de gestelde norm. Verstrekken van studiemateriaal.
-
ROC academie: ontwikkeling naar hrd-centrum
-
0,5 fte vakspecialist professionele ontwikkeling vrijgemaakt uit eigen middelen.
-
ROC Academie wordt doorontwikkeld tot hrd-centrum (voor scholing en ontwikkeling), met uitbreiding 1,0 fte adviseur voor medewerkers m.b.t. scholing en ontwikkeling (makelaarsfunctie).
-
Adviezen op maat voor medewerker, werven voor 1,0 fte.
-
Docentenevaluaties onder studenten
-
Er is een aanbieder geselecteerd voor het uitvoeren van docentenevaluaties
-
Eind 2016 heeft elke docent vijf docentenevaluaties gehouden.
-
Een onafhankelijk bureau is geselecteerd om het proces van docentenevaluaties goed en geanonimiseerd uit te voeren.
27
-
Pedagogisch dossier in n@tschool (digitale ondersteuning studieloopbaanbegeleiders)
c verhogen instroom lerarenopleiding techniek
3.
-
Handmatig beheer van klasindelingen en rechten
-
Digitaal pedagogisch dossier is verplicht voor alle teams (database en interface, zodat koppelingen met Raet en PSCS gemaakt kunnen worden).
-
Per team wordt een docent als keyuser c.q. specialist gekozen: 1) deze docent volgt scholing en 2) Deze docent is vraagbaak voor alle docenten in het team die het systeem moeten (leren) gebruiken. 3) De ROC Academie organiseert de scholing.
c.Het ROC participeert in Teachers Tech College Oost Nederland. Er is een projectplan
c. Aantrekkelijker, uitdagender organiseren van docentenopleiding techniek, in samenwerking met UT, Saxion en Windesheim
c. Uitvoeren projectplan met partners
a. Gesprekkencyclus.
a. 58% van de gesprekken wordt conform beleid gevoerd.
a. Per 1-1-2016 wordt 75% van de gesprekken conform beleid gevoerd. Vanaf 1-1-2017 is dat 100%
a. Het houden van gesprekken en sturing via kwartaalrapportages.
b. Bekwaamheidsdossiers.
b. Er is een keuze gemaakt voor een module waarin medewerkers zelf digitaal hun bekwaamheidsdossier onderhouden.
b. In 2018 heeft 70% van alle medewerkers volgens eigen regie model een digitaal en actueel bekwaamheidsdossier.
b. Implementeren digitale module, voorlichtingsmateriaal maken.
c.
c.
c.
c.
Kwaliteitsverbetering HRM-beleid
Kwaliteitsontwikkeling binnen en tussen teams en instellingen: - peer review; - kennismanagement: februari 2015 momenteel geen speerpunt).
Er wordt slechts incidenteel peer review ingeschakeld.
Er is een gestandaardiseerde methodiek voor peer review, er is een cursus bij de ROC academie om peer review te kunnen toepassen. Er is een pool van gecertificeerde docenten die voor peer review kunnen worden ingeschakeld. In 2018 heeft elk team 1 gecertificeerde docent die peer review volgens de ontwikkelde standaard kan geven.
Ontwikkelen materiaal, selectie van de trainer, procesbegeleiding om met interne docenten tot pool en materiaal te komen, geven van de training (10 dagdelen).
d. Vergroten professionele cultuur (prof. versneller) - zie ook 2.b. - 360 graden feedback
d. 360 graden feedback: er is een besluit dat in 2016 een 360graden feedbacksysteem is ontwikkeld, dat geschikt is voor alle medewerkers.
d. Najaar 2016 is een 360gradenfeedbacksysteem gereed en besloten is tot implementatie.
d. -
Ontwikkelen systematiek. Besluit genomen. Aanbieder geselecteerd. In gebruik in 2017. Trainingen: hoe om te gaan met feedback (geven en nemen).
e. Begeleiding beginnende leraren - Zie 2a: nieuw en ervaren - talentenscan
e. In 1 mbo college is een pilot met een talentenscan voor beginnende leraren gehouden.
e. Voor elke nieuwe docent wordt een talentenscan gehouden, als onderdeel van het
e. Talentenscan uitvoeren bij alle nieuwe docenten
begeleidingstraject.
f.
Vergroten promotiemogelijkheden voor docenten i.h.k.v. professionele lat omhoog.
g. Lerarenagenda 2013- 2020: - masteropgeleide docenten;
-bekwaamheidsonderhoud;
f.
Er is een notitie beloningsbeleid en een vastgesteld meerjarenformatieplan.
f. In 2020 is er roc breed een verhouding van 50% LB en 50% LC, waarbij het percentage LC bestaat uit 25% op grond van taken en 25% op grond van excellentie.
f.Zie 3d.
g.68 docenten hebben eind 2015 een master gevolgd.
g.Jaarlijks worden 12 opleidingsplekken ter beschikking gesteld en bekostigd, voor een masteropleiding voor docenten. Begin 2018 hebben 92 docenten een master gevolgd.
g. - Vullen personeelsinformatiesysteem - Werven docenten - Docenten volgen masteropleiding
-Alle zittende docenten zijn geschoold op gebied van studieloopbaanbegeleiding (slb)
-
Alle nieuwe docenten zijn bekwaam in studieloopbaanbegeleiding (slb)
-
ROCvT heeft een scholingsprogramma op gebied van slb
-er zijn 44 deelnemers aan cursussen op het gebied van examinering geweest.
Binnen elk team zijn voldoende docenten bekwaam in de huidige vorm van examinering.
-
ROCvT heeft een intern scholingsprogramma op gebied van examinering: ROC academie verzorgt training examendeskundigheid.
-
Kennis bij docenten over ICT- en social media toepassingen in het onderwijs behoeft actualisering: er zijn 180 deelnemers aan diverse cursussen geweest.
Alle docenten zijn bekwaam in ICT- en social media toepassingen in het onderwijs.
- ROC van Twente heeft een scholingsprogramma op gebied van ICT en social media
-
BPV
-
Alle bpv-begeleiders zijn bekwaam.
- Scholingsprogramma voor bpvbegeleiders
-
Er zijn 2600 medewerkers die … cursussen volgen via de ROC Academie, met een totaalomzet van 340.000. Zie ook jaarverslag ROC academie over 2014.
-
Alle medewerkers onderhouden en vergroten hun vakbekwaamheid, in het vak wat zij geven en op vakinhoudelijke terreinen + alle docenten onderhouden hun pedagogische en didactische bekwaamheid. Jaarlijks vergroten omzet en aantal deelnemers ROC Academie met 10%
- ROC Academie heeft diverse vakinhoudelijke scholingsprogramma’s en diverse programma’s op gebied van pedagogiek en didactiek. - Voor medewerkers t/m schaal 6 wordt een specifiek scholingsbeleid ontwikkeld (waarin we denken aan vouchersysteem, als aanvulling op de 50 uur persoonlijk budget
-
28
- beter aansluiting en samenwerking met bedrijfsleven;
-
Er vinden bedrijfsstages plaats, maar geen werkbezoeken zoals geformuleerd in doelstelling. 11% van alle docenten vervult een docentenstage
- betere inzet ICT;
Beperkte beschikbaarheid iPads in onderwijs.
- verbetering samenwerking teams;
Zie onder 2 b (professionaliseringsversneller). Er is een informatiebijeenkomst geweest van ‘Leerkracht’
-
-
-
Elke teammanager legt samen met minimaal 2 docenten 1 werkbezoek per jaar af bij BPV bedrijf 15% van alle docenten vervult een docentenstage, met aandacht voor docenten die algemene vakken geven. Verbeteren digitaal onderwijs, toekomstgericht vormgeven onderwijs en mogelijk maken afstandsonderwijs. Aansluiting bij arbeidsmarkt
- ROCvT stelt voor elke docent een ipad ter beschikking om te gebruiken in het onderwijs.
-
- Contract aangaan, begeleiding door externe coach van Leerkracht, train de trainer van 3 coaches
Per jaar werken 3 teams volgens het principe van de stichting Leerkracht
- registratie in het Lerarenregister;
- Volgen van wettelijke verplichtingen en ontwikkelingen.
- werken aan systeem van kwaliteitsborging.
-. Handmatige registratie van scholing.
-
Er is een module in het personeelsinformatiesysteem waarmee elke medewerker de eigen professionalisering registreert.
Elke medewerker vult elk kwartaal de door hem gevolgde scholing in het systeem in.
-
Sterke beroepsorganisatie
- Wij faciliteren geen ambassadeurs.
-
In 2016 zijn er 4 ambassadeurs voor de beroepsvereniging BVMBO met elk 0,1 fte ter beschikking voor de beroepsorganisatie
Werven van ambassadeurs, detachering mogelijk maken.
-
Lerende cultuur
- Zie overige punten hierboven
-
Er zijn scholingsprogramma’s op gebied van rekenen en op gebied van taal. Er zijn voldoende kennis en vaardigheden m.b.t. rekenen en taal in de teams aanwezig.
Via ROC academie: workshops op gebied rekenen en taal aanbieden.
h. Professionalisering van docenten en overige functionarissen o.g.v. taal- en rekenonderwijs
-
4.
Zie doelstelling
Professionalisering van examenfunctionarissen a. Leden examencommissies. b. Examenfunctionarissen.
29
a. Uit staat van de instelling 2014 is gebleken dat verbetering nodig is in de examenorganisatie.
a.In de examencommissies zitten structureel minimaal 2 onafhankelijke (niet betrokken bij de leerloopbaan van de student) beoordelaars
b. idem
b.Er vindt permanente professionele ontwikkeling en relevante bijscholing plaats voor examenfunctionarissen.
Bestaande activiteiten worden voortgezet.
C. Overzicht projecten De lat omhoog
Goedgekeurde aanvragen Innovatiegelden -‐ Samenvatting In het kader van het Integraal Kwaliteitsplan 2015-‐2018 Status: 31 maart 2015 Toegekend budget voor 2015 + 2016 per (MBO) College (excl. Nieuw en Ervaren) Aanvrager Toegekend budget MBO College voor Management & Organisatie € 348.000 VAVO Lyceum van Twente € 187.100 MBO College voor Oriëntatie & Ontwikkeling € 372.900 MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek € 208.600 MBO College voor Bouw, Infra & Interieur € 789.500 € 314.000 MBO College voor Vormgeving, Mode & Media + Laboratorium & Procestechniek MBO College voor Mens & Maatschappij € 423.800 MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid € 593.500 MBO College voor Zorg & Welzijn € 184.300 MBO College voor Transport, Logistiek en Mobiliteit € 211.500 MBO College voor Sport, Onderwijs en Cultuur € 450.400 MBO College voor Gezondheidszorg € 417.400 ROC van Twente € 84.700 MBO College voor Commercie & Ondernemen € 470.600 Overig € 452.000 Bring Your Own Device MBO College voor Management & Organisatie (Team Juridische opleidingen) Budget: € 105.000 Het team Juridische opleidingen wil het studiesucces verhogen door studenten uitdagender onderwijs te bieden met behulp van ‘Bring Your Own Device’ (BYOD). Door te werken met BYOD wil het team zorgen voor een betere afwisseling tussen instructie en verwerking en voor meer differentiatie waardoor elke student op zijn of haar eigen niveau kan werken. Om optimaal gebruik te kunnen maken van BYOD wil het team de ELO opnieuw inrichten, het lesmateriaal ‘BYOD-‐proof’ maken en docenten scholen in digitale en activerende didactiek. Daarnaast moeten de lesruimtes zo uitgerust worden dat studenten hun ‘devices’ kunnen aansluiten. Uitleenlaptops worden aangeschaft voor studenten die niet over de middelen beschikken om zelf een ‘device’ aan te schaffen. Excellentie bij de Juridische opleidingen MBO College voor Management & Organisatie (Team Juridische opleidingen) Budget: € 43.000 Het team wil de inzet en ambitie van hoog presterende studenten belonen met plus-‐modules op het gebied van vakleer (Recht). De opleiding wil een doorlopende lijn van plus-‐modules ontwikkelen die
1
30
loopt van periode 4 in het eerste leerjaar tot het begin van de stage aan het eind van leerjaar 1. Binnen de modules zal gebruik gemaakt worden van digitale tools en activerende didactiek. Deze modules moeten ontwikkeld en uitgevoerd worden. De ontwikkeling zal plaatsvinden in samenwerking met het bedrijfsleven. Daarnaast vindt afstemming plaats met de vervolgopleiding (hbo) om mogelijkheden tot vrijstellingen op basis van de plus-‐modules te onderzoeken en vast te leggen. Bovendien moeten de instroomcriteria om deel te mogen nemen aan de plus-‐module worden geformuleerd en vastgelegd. Ontwikkeling Associate Degrees College voor Management & Organisatie Budget: € 200.000 Er is meer behoefte aan maatwerk op excellent niveau. Om excellentie te stimuleren en te belonen en om een goede doorstroom mbo-‐hbo te realiseren, zullen één of twee voltijds Associate Degree’s (Ad’s) worden ontwikkeld in samenwerking met Saxion. Deze Ad’s zullen aansluiten op de niveau 4 opleidingen: marketing medewerker, management assistent en bedrijfsadministrateur. Met het aanbieden van Ad’s worden meer studenten in de gelegenheid gesteld hun opleiding te versnellen, te verkorten, te verbreden en/of te verdiepen. De Ad’s worden aangeboden met inzet van moderne didactische modellen en werkvormen, blended learning, maatwerk en een directe link (en in samenwerking met) met het bedrijfsleven. Gepersonaliseerd onderwijs, de Onderwijsmix VAVO Lyceum van Twente (Management & Organisatie) Budget: € 137.600 Door de heterogene samenstelling en het heterogene aanvangsniveau van de leerlingpopulatie wil het VAVO Lyceum maatwerktrajecten samenstellen om daarmee de leerling optimaal te activeren op onderwijsprestaties. Hiermee zal zowel het studiesucces als de excellentie in onderwijsprestaties worden verhoogd en uitval (VSV) worden verlaagd. Het doel is om maatwerktrajecten op te zetten om te komen tot interactief en gedifferentieerd onderwijs. Om dit te realiseren dienen modellen te worden geformuleerd, dient deskundigheidsbevordering plaats te vinden, dienen afstemming en overleg met VGR’s en docentenexperts en PR/werving m.b.t. de specials/doelgroepen te worden georganiseerd. Deskundigheid kwalificerende beoordeelaars vergroten MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek Budget: € 17.400 Ten behoeve van de kwaliteit van examinering wil het College het instrueren en scholen van gebruikers van exameninstrumenten meer toegankelijk en aantrekkelijk maken door middel van instructiefilms. Instructiefilms die aantrekkelijk en onafhankelijk van plaats en tijd studenten, begeleiders en beoordelaars instrueren vergroten de toegankelijkheid tot informatie en maken de betrokkenen beter geïnformeerd over de examensituatie. In een samenwerkingsverband van deskundigen en spelers zal een draaiboek worden ontwikkeld voor het creëren van de instructiefilms.
2
31
Effectieve en efficiënte begeleiding in de bpv MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek Budget: € 17.400 Meer heldere en transparante afspraken tussen de diverse bij beroepspraktijkvorming betrokken partijen, is wat het College wil bereiken. Afspraken met betrekking tot de bpv worden vastgelegd in het bpv-‐werkboek dat wordt gebruikt bij het begeleiden van de student. Door te werken met het werkboek weten zowel de bpv-‐docenten als praktijkopleiders en studenten waar ze aan toe zijn en wat er van hen wordt verwacht. Om te ondersteunen dat het werkboek op juiste wijze wordt ingezet, zal een instructiefilm worden gemaakt voor de bij de bpv betrokkenen. Dit draagt bij aan een (meer zichtbaarder) kwalitatief goede invulling van de bpv en maakt het College in staat verantwoording af te leggen over de wijze van invulling van de bpv. Softskills in de techniek MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek Budget: € 73.000 Door veranderingen in technische beroepen en de markt zijn softskills onmisbaar geworden voor mensen werkzaam in deze branche. Met de focus op een betere aansluiting op de arbeidsmarkt zal het College samen met het bedrijfsleven een module ontwikkelen gericht op de ontwikkeling van softskills, die binnen de technische opleidingen kan worden ingezet. Tijdens de opleiding en in de bpv zal de student deze softskills trainen en ontwikkelen tot een vast onderdeel van zijn gedrag. Studentbedrijf 2.0 MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 104.000 Tijdens het experiment Netwerkschool is gebleken dat de werkvorm ‘studentbedrijf’ een zeer motiverende en effectieve werkvorm van leren is. Door de werkvorm studentbedrijf te implementeren in het reguliere onderwijstraject, kan er een werkend en betaalbaar begeleidingsmodel worden opgezet op basis van (reguliere) bekostiging. Diverse mogelijkheden tot inpassing in het reguliere traject zullen vooraf worden onderzocht. Voor de afstemming tussen studenten en projecten zal een projectenbank worden opgezet waarin interne en externe maatschappelijke projecten worden gekoppeld aan werkprocessen en niveau. Uiteindelijk is het de bedoeling dat studentbedrijf een reguliere werkvorm wordt in alle niveau 4 BOL opleidingen van het College. ICT in ons onderwijs MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 240.000 Momenteel worden er drie verschillende ELO’s gebruikt, dit heeft tot gevolg dat informatie op verschillende plaatsen geregistreerd wordt, wat weer gevolgen heeft voor de toegankelijkheid van de informatie. Eén ELO is het streven. Daarnaast zal in het scholingstraject het personeel meer digitaal geschoold moeten worden. N@tschool is voor alle studenten, docenten, bedrijven en ouders ontsloten en ingericht, waarbij iedereen toegang heeft tot zijn eigen deel. Lespakketten, lesinstructies, digitale werkomgevingen en de sociaal pedagogische dossiers zullen hier allen bereikbaar zijn. Door middel van digitale werkvormen en middelen wordt het onderwijs motiverender en uitdagender wat een positieve invloed zal hebben op studiesucces.
3
32
Skills MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 25.000 (Junior skills € 10.000 en Skills Talent € 15.000) Vakwedstrijden hebben een aantal voordelen: - Vakwedstrijden passen goed in het lesprogramma en bieden deelnemers een leerzame uitdaging. - Deelnemers krijgen de kans te excelleren in hun vak. - Vakwedstrijden zorgen voor trots voor het vak, zowel bij (begeleidende volwassenen) als jongeren. - Deelnemers ontwikkelen hun talenten. - Deelnemers krijgen een beter beeld van beroepen. - Deelnemers worden enthousiast over hun vak en inspireren andere jongeren. - Met vakwedstrijden wordt er positieve (media-‐)aandacht voor het vak gegenereerd. - Vakwedstrijden brengen onderwijs, overheid en bedrijfsleven samen. Het MBO College stelt twee vormen van vakwedstrijden voor: Skills Junior en Skills Talent. Skills Junior betreft techniek in het basisonderwijs. Hiervoor wil het College in samenwerking met de Stichting Zwaluwstaarten een talentenwedstrijd voor 50 basisscholen organiseren tijdens de Twentse Techniekweek. Skills Talent betreft beroepenwedstrijden waarbij de vmbo-‐scholen in teams zullen strijden tijdens de Open Dagen 2016 van ROC van Twente. Deze wedstrijden worden ontwikkeld door vmbo-‐profiel BWI in samenwerking met het Aansluitingsnetwerk vmbo-‐mbo. Talentenpool MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 150.000 Voor de deelnemers van de opleidingen metselen, timmeren, schilderen, hout & meubel en restauratie niveau 2 – 3 – 4 is een trainingsprogramma beschikbaar waarin aanvullend op vakmanschap wordt geoefend. Dit programma wordt naast de opleiding uitgevoerd, drie klokuren per week. De interne selectie van de kandidaten vindt plaats door de docenten die verbonden zijn aan de opleidingen. Worldskills MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 17.500 Eventuele ROC van Twente winnaars van de EuroSkills worden door ROC van Twente in staat gesteld deel te nemen aan de WorldSkills. Experts MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 25.000 Het MBO College voor Bouw, Infra & Interieur leidt minimaal twee experts op voor EuroSkills en WorldSkills. De Expert wordt ingezet in de begeleiding en training van EuroSkills en WorldSkills kandidaten.
4
33
BPV MBO College voor Bouw, Infra & Interieur Budget: € 228.000 Uit het rapport van het Inspectieonderzoek is gebleken dat de controle op bpv-‐opdrachten niet voldoende geborgd was. Ten behoeve van de waarborging van deze controle zullen uniforme gespreks-‐ en beoordelingsformulieren en een werkend protocol waarin aangegeven staat hoeveel bezoeken er plaats moeten vinden en wat er moet worden besproken en beoordeeld, worden opgesteld. Daarnaast moeten bpv-‐ opleiders en begeleiders getraind worden om studenten zo optimaal mogelijk te begeleiden en dient er een vaste structuur te worden opgezet waardoor alle partijen weten wat er van hen wordt verwacht en wat er waar moet worden vastgelegd. Werkplekcheck: borgen kwaliteit examinering in de bpv MBO College voor Vormgeving, Mode & Media + Laboratorium & Procestechniek Budget: € 117.000 Om de kwaliteit van de examinering in de bpv te borgen wil het College een werkplekcheck uitvoeren op alle bpv-‐plekken. Tijdens deze check wordt in beeld gebracht welke werkprocessen en kerntaken op de betreffende plek kunnen worden uitgevoerd. In schooljaar 2016 moet deze check zijn afgerond. Vanaf dat moment moeten alle bpv-‐docenten goed zicht hebben op welke werkprocessen op welke bpv-‐plekken geëxamineerd kunnen worden. ICT & Mediawijsheid MBO College voor Vormgeving, Mode & Media + Laboratorium & Procestechniek Budget: € 197.000 Het College wil mediawijsheid van studenten en gedifferentieerd lesgeven met behulp van (digitale) didactische werkvormen door docenten stimuleren. Om dit te realiseren zullen drie docenten uit het College starten met de opleiding Specialist digital didactiek en wordt er een plan van aanpak gemaakt, zodat de opgeleide specialisten vervolgens collega’s kunnen coachen en trainen. Daarnaast wordt onderzocht welke toepassingen van e-‐learning ingezet kunnen worden om maatwerk en differentiatie mogelijk te maken. Ook zal er een e-‐learning module worden ontwikkeld en aangeschaft voor de praktijksimulatie in de procestechniek. Tot slot wordt het hele proces ondersteund door een onderwijskundige die gespecialiseerd is in differentiatie en ICT in het onderwijs. Nieuw en Ervaren Budget 2015 + 2016: € 1.007.300 In de periode 2015 t/m 2018 vertrekken binnen verschillende Colleges docenten onder andere in verband met pensionering. De MBO Colleges willen de kennis en ervaringen van deze docenten en instructeurs niet verloren laten gaan en zetten daarom in op ‘Nieuw naast ervaren’. Naast vervanging van collega’s in verband met pensionering zal ook de formatie uitgebreid worden gezien de groei in het studentenaantal. Er zal een overlap zijn van enkele maanden waarbij de vertrekkende collega en nieuwe collega beiden aangesteld zijn. Daarnaast krijgt iedere nieuwe medewerker een vaste begeleider/coach. De nieuwe collega maakt een talentscan om zijn/haar talenten en
5
34
ontwikkelpunten in kaart te brengen. Tot slot zal de gesprekkencyclus in één jaar doorlopen worden. Aangevraagd door de volgende Colleges: - MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek & ICT (budget: € 328.000) - MBO College voor Vormgeving, Mode & Media. (Teams Vormgeving, Sign & Fotografie en Multimedia, Grafisch & DTP) (budget: € 151.000) - MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid (Team Haarverzorging) (budget: € 18.600) - MBO College voor Management & Organisatie (budget: € 75.300) - MBO College voor Bouw, Infra & Interieur (budget: € 111.900) - MBO College voor Mens & Maatschappij (budget: € 107.400) - MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur (budget: € 10.900) - MBO College voor Transport, Logistiek & Mobiliteit (budget: € 15.500) - VAVO (budget: € 90.400) Alternatieve vormen van bpv MBO College voor Mens & Maatschappij Budget: € 39.000 Het werkveld voor het College Mens & Maatschappij verandert en het College en haar opleidingen dienen mee te ontwikkelen. Een veranderende zorgvraag en andere financiering, mede door toenemende regie van de gemeentes, heeft geleid tot een clustering van verschillende vormen van zorg. Om het praktijkleren beter af te stemmen op de veranderingen in het werkveld is het nodig onderzoek te doen naar de mogelijkheden van alternatieve vormen van bpv, zoals Leercarrousel, Wijkleercentrum, mantelzorg, Vakantievilla en dergelijke. Excellentie in de Euroregio MBO College voor Mens & Maatschappij Budget: € 100.000 In tegenstelling tot de Nederlandse arbeidsmarkt is er op de Duitse arbeidsmarkt een groeiende vraag naar Pedagogisch medewerkers. Het realiseren van een intensief samenwerkingsverband met het Arbeidsambt en Duitse en Nederlandse kinderopvanginstellingen biedt excellente studenten een goede mogelijkheid zich te specialiseren via uitwisselingsprogramma’s. Het doel is dan ook om de kansen van excellente studenten op de (internationale) arbeidsmarkt te vergroten en tevens om interculturele vaardigheden te stimuleren bij zowel studenten, als docenten en medewerkers. Werkbezoeken aan Duitse instellingen, contacten leggen met kinderopvanginstellingen in Duitsland en het opzetten van modules Duitse taal en Interculturele Vaardigheden dragen bij aan het realiseren van de intensieve uitwisselingsprogramma’s. Masterclasses MBO College voor Mens & Maatschappij Budget: € 24.500 Om excellente studenten te stimuleren extra verdieping aan te brengen in hun onderwijsprogramma zullen Masterclasses worden aangeboden. De excellente studenten worden hierdoor uitgedaagd zich te ontwikkelen op een mbo-‐overstijgend niveau. De wens voor onderwerpen voor de Masterclasses zal vooraf worden onderzocht.
6
35
Zingeving in het MBO MBO College voor Mens & Maatschappij Budget: € 92.000 In een tijd van individualisme, pluraliteit van normen en waarden en snelle maatschappelijke veranderingen dient er weer aandacht te worden besteed aan zingevingsvraagstukken zoals vertrouwen, eenzaamheid, geaardheid, verlies en echtscheiding. Een traject ‘Zingeving’, mogelijk ook als keuzedeel, zal studenten sterker en bewuster maken van wie ze zijn. Studenten worden (mentaal) meer weerbaar gemaakt voor een maatschappij die steeds hogere eisen stelt. Tevens zal het ook (voor-‐)oordelen helpen reduceren. Open en Online MBO College voor Mens & Maatschappij Budget: € 155.300 Om in te spelen op veranderingen in de markt dienen opleidingen aan te sluiten op de vraag naar meer maatwerk en de mogelijkheden om opleidingen zelf in te richten. Een opleidingstraject waarbij de theorie vertaald wordt naar kwalitatief goede e-‐learning modules en waar een goede balans bestaat tussen online en offline onderwijs, met name wat betreft begeleiding, verbreedt het aanbod en verbetert de toegankelijkheid van het onderwijs. Verhogen taal-‐ en rekenniveau MBO College voor Mens & Maatschappij Budget € 13.000 Het werkveld (Pedagogisch Werk en Maatschappelijke Zorg) stelt hogere eisen aan toekomstige werknemers dan het voorgeschreven afstudeerniveau 2F voor de generieke vakken van niveau 3 studenten. In samenwerking met niveau 3 studenten kan er een beroepsgericht 3F programma voor Nederlands en rekenen worden opgezet waarbij studenten zodanig toegerust worden wat betreft hun vaardigheden in de generieke vakken dat zij kunnen voldoen aan de (verhoogde) eisen van het werkveld. Rekenen: de lat omhoog MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid Budget: € 104.000 Het College wil rekenzwakke studenten beter ondersteunen om het vereiste rekenniveau te halen door het rekenonderwijs te innoveren. Dit zal worden gerealiseerd door D&G breed rekenbeleid te ontwikkelen, best practices binnen het College uit te wisselen en deze breder toe te passen, rekendocenten te scholen in differentiatie, didactische werkvormen en door rekenen te integreren in beroepsvakken en andersom de beroepscontext te gebruiken in de rekenlessen. Bovendien wordt er een rekencoördinator aangesteld om de werkgroep aan te sturen. Taalbeleid MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid Budget: € 48.000
7
36
Om ervoor te zorgen dat studenten aan het eind van de opleiding een goede beheersing van de Nederlandse taal hebben, wil het College taalbeleid ontwikkelen en implementeren. Een nog aan te stellen taalcoördinator neemt hierin de lead en zorgt ervoor dat het beleid geformuleerd en geïmplementeerd wordt. De taalcoördinator organiseert daarnaast uitwisselbijeenkomsten waar taaldocenten samen werken aan goed taalonderwijs, het ontwikkelen van materiaal en het afstemmen van College-‐brede afspraken. De taalcoördinator legt ook verantwoording af richting de examencommissie over de examinering van de instellingsexamens en stroomlijnt de processen. Duits op locatie MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid Budget: € 34.000 De opleiding (allround) schoonheidsspecialist wil de keuze voor het vak Duits stimuleren en daarmee de kansen op de arbeidsmarkt voor studenten vergroten. De opleiding wil daarom vanaf schooljaar 2016-‐2017 het keuzedeel Duits aanbieden. Om het oefenen van het Duits in een echt Duitse context te plaatsen, wil de opleiding studenten de mogelijkheid bieden om in Oostenrijk af te studeren. Om dit plan te realiseren zal een projectgroep gevormd worden om afspraken te maken met een aantal Wellness hotels in de regio Fieberbrunn over mogelijke afstudeerplaatsen en zal er een werkbroek met opdrachten ontwikkeld worden. Slag in de ruimte MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid Budget: € 65.000 Het College wil gaan werken met Virtual Battle Space als werkvorm. Het doel is een grotere variatie in werkvormen en didactiek te realiseren door een uitdagende, interactieve en realistische omgeving voor groepsprocessen te creëren, waarbij het gevolg van individuele keuzes voor de hele groep zichtbaar worden. Achteraf kunnen de acties teruggekeken worden en geëvalueerd. Om dit te realiseren zijn een aangepast computerlokaal, licenties en software en scholing van docenten nodig. Skills wedstrijden MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid Budget: € 89.000 In de komende vier jaar wil het College studenten uit verschillende beroepstakken weer op het hoogste niveau laten deelnemen aan de Skills wedstrijden. Daarbij is het streven dat in de komende vier jaar minimaal drie studenten de finale bereiken en eindigen op plaats 1,2 of 3. Om dit te bereiken zal een leerlijn worden ontwikkeld ter voorbereiding op de Skills wedstrijden, er zal begeleiding komen voor studenten richting deze wedstrijden en er zal voor gezorgd worden dat er een invaller is voor lessen die zouden uitvallen door het bezoek aan Skills wedstrijden. Onderzoek en ontwikkeling tweetalig onderwijs MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid Budget: € 125.000 Het aanbieden van de opleiding Manager/ondernemer horeca als tweetalige variant naast de reguliere opleiding geeft de studenten de kans om te excelleren. De tweetalige opleiding zal internationaal gericht zijn en bereidt voor op het werken in een internationale hotelomgeving. Het onderwijs zal niet alleen tweetalig maar ook volgens een ander onderwijsconcept worden
8
37
vormgegeven. Om dit te realiseren zijn er docenten nodig die onderwijs in het Engels kunnen aanbieden en geschoold willen worden in het geven van tweetalig onderwijs. Er moet een curriculum ontwikkeld worden met een sterk internationaal en ook uitdagend en eigentijds karakter. Tot slot wil de opleiding onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om naast het diploma voor Manager/ondernemer horeca ook een diploma als BTEC of Cambridge uit te reiken. Excellentie: ‘De kunst van’ MBO College voor Dienstverlening & Gastvrijheid (Team Haarverzorging) Budget: € 128.500 Het College wil een reeks programma’s (o.a. masterclasses en workshops) ontwikkelen voor ambitieuze en excellente studenten. Het doel is ze uitdagend onderwijs te bieden waarin ze in staat worden gesteld zich te ontwikkelen tot excellente professionals en tegelijkertijd een relevante en innovatieve bijdrage leveren aan de beroepspraktijk in de regio Twente en daarbuiten. Invoering nieuw kwalificatiedossier dienstverlening niveau 2 MBO College voor Zorg & Welzijn (in samenwerking met Sport, Onderwijs & Cultuur en Dienstverlening & Gastvrijheid) Budget: € 96.800 Onder het nieuwe kwalificatiedossier ‘Dienstverlening’ komen vier kwalificaties te vervallen die nu nog verspreid zijn over verschillende MBO Colleges. Het is de ambitie om een herijkt breder curriculum te ontwikkelen dat recht doet aan de verschillende doelgroepen die met dit dossier bediend worden en de beroepscontext van de verschillende profielen. Daarnaast moet het nieuwe curriculum de kansen op de arbeidsmarkt voor deze studenten maximaliseren. De vraag die daarbij centraal staat is: ‘Hoe kunnen wij onderwijs binnen dit nieuwe kwalificatiedossier op een zo goed mogelijke manier vormgeven?’ Accreditatie bpv TZA MBO College voor Zorg & Welzijn (Twentse Zorgacademie) Budget: € 87.500 Door de verslechterde arbeidsmarktsituatie voor niveau 2 in de zorg-‐ en welzijnssector is het hard nodig bpv-‐plekken te creëren. Om aan de randvoorwaarden te voldoen om de accreditatie rond te krijgen, dienen een praktijkopleider en praktijkcoördinator te worden aangesteld. De praktijk-‐ coördinator zal zorgen dat er per dag minimaal 8 bewoners of klanten in de dagbesteding van de TZA worden opgenomen. Het doel is om 40 geaccrediteerde bpv-‐plekken te realiseren. Door middel van de bpv-‐plekken kunnen we ervoor zorgen dat studenten hun diploma behalen, doordat zij hierdoor in staat worden gesteld om proeven van bekwaamheid af te leggen. Intensivering samenwerking vmbo’s MBO College voor Transport, Logistiek & Mobiliteit (Team MVT Hengelo, Team MVT Almelo, Team T&L) Budget: € 79.500 De opleidingen Transport & Logistiek en Motorvoertuigen willen een heldere en versnelde doorstroom vmbo-‐mbo realiseren. De opleidingen willen dit verwezenlijken door een hechtere samenwerking met de regionale vmbo-‐scholen op te zetten en door herinrichting van het huidige onderwijs. Hierbij wordt ook aangesloten bij de veranderingen binnen het vmbo waarbij onder
9
38
andere het nieuwe profiel Mobiliteit en Transport ontstaan is. Vmbo-‐leerlingen die dit profiel kiezen, zullen de mogelijkheid krijgen om gebruik te maken van praktijkruimtes op het ROC om op die manier ook al kennis te maken met het ROC van Twente. Om dit alles te kunnen realiseren zal er contact gelegd worden met de regionale vmbo-‐scholen en wordt gezamenlijk een projectplan opgesteld. Vervolgens zullen verschillende werkgroepen aan de slag gaan met het verder uitwerken van de samenwerking, doorstroomroutes en de curricula. Het herziene curriculum inclusief doorstroomroutes zal per 1 augustus 2016 geïmplementeerd worden. Duurzaam Mobiliteits College Twente MBO College voor Transport, Logistiek & Mobiliteit (Team MVT Hengelo, Team MVT Almelo) Budget: € 132.000 Het College wil zich profileren op het gebied van duurzaamheid en nieuwe technologieën met een Duurzaam Mobiliteits College Twente. Duurzaamheid is een belangrijk thema, zeker in de automotive branche. Om meer duurzame technologieën te kunnen toepassen worden vakgebieden als telematica, mechatronica en ICT steeds belangrijker. De teams willen daarom deze vakgebieden onderdeel maken van de opleiding. Daarvoor is samenwerking met het MBO College voor Metaal, Elektro & Installatietechniek noodzakelijk. De eerste afspraken hiervoor zijn reeds gemaakt. Naast het opnemen van deze nieuwe vakgebieden willen de teams ook toekomstige organisatorische mobiliteitsvraagstukken opnemen in het curriculum om zo niet alleen trendvolger te zijn maar ook studenten aan te moedigen om trendsetter te worden. ELO vormgeven o.b.v. “Flipping the classroom” MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 77.500 Meer zelfsturend ingericht onderwijs stelt studenten in staat om, overal waar ze zich op de wereld bevinden in verband met hun sportactiviteiten de volledige lesstof eigen te maken. In het concept “Flipping the classroom” krijgt de ELO een interactief karakter en wordt deze zo vormgegeven zodat de studenten online de lessen kunnen voorbereiden en indien nodig ook volgen, live of niet. De lessen op locatie worden aangepast, zodat de leerstof niet meer klassikaal theoretisch wordt overgebracht, maar waardoor er op een actieve wijze en altijd in een realistische context de leerstof wordt uitgediept. Van “didactiek naar pedagogiek” of van “lesje geven naar lesactiviteit aanbieden” MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 28.700 De inhoud van de opleiding onderwijsassistent dient te worden aangepast aan de veranderde vraag van de drie werkvelden: het primair, speciaal en voortgezet onderwijs/BVE en hbo(doorstroom). De inhoud is verouderd en de rol en functie zijn veranderd. Van didactiek naar pedagogiek, van lesje geven naar lesactiviteiten aanbieden. Het aandeel jongens dat de opleiding volgt is gegroeid. Deze veranderingen dienen doorgevoerd te worden in het opleidingsprogramma o.a. door scholing m.b.t. digitale didactiek, het ontwikkelen van nieuwe leerlijnen voor kernvakken en het ontwikkelen en aanpassen van bpv-‐opdrachten.
10
39
Generiek keuzevak N3 MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 33.000 Doordat de trainersopleidingen een klein aantal studenten kent, is het voor deze opleidingen moeilijk om keuzevakken te starten. Een generiek keuzevak waarin de studenten de gemeenschappelijke basisvaardigheden krijgen aangereikt, zoals lesgeven/training geven, voor alle sporten/bonden wordt tijdens de bpv aangevuld met het specifieke van een bewuste sport. Hierdoor worden studenten die normaal geen keuzevak kunnen volgen, toch in de gelegenheid gesteld om dit wel te doen. Keuzewerktijd MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 97.100 Afgelopen jaar is de opleiding Onderwijsassistent gestart met Keuze Werk Tijd (KWT). Studenten kunnen tijdens deze uren zelf kiezen welke extra les ze willen bijwonen, bijvoorbeeld: rekenen, Nederlands, plannen & organiseren, huiswerkbegeleiding, etc. Studenten die op bepaalde vakken slecht scoren, zijn verplicht om dat vak te volgen in KWT uren. Keuzewerktijd wordt begeleid door docenten, maar ook door het inzetten van peer to peer. De teams SCW, Artiest, SB3 en L&H willen dit concept graag overnemen. Per opleiding wordt in ieder geval rekenen en Nederlands aangeboden, daarnaast zal worden onderzocht aan welke KWT lessen studenten verder behoefte hebben. Bpv-‐volgsysteem binnen N@tschool MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 39.900 Momenteel is er geen digitaal systeem waarin begeleiding van studenten tijdens de bpv is opgenomen. Bij het vak Methodische werkbegeleiding is niet iedere student in staat om zijn voortgang helder naar voren te brengen. Een opleider kan alleen via de telefoon of via e-‐mail in contact treden met de opleiding. Dat gebeurt meestal als de situatie (soms probleemsituatie) al in een vergevorderd stadium is. Daardoor is de student minder goed te coachen. Voor een optimale en duidelijke begeleiding zou een gezamenlijk gedeeld systeem, waarin afspraken, opmerkingen en situaties kunnen worden vermeld en gemeld, kunnen leiden tot een snellere interventie en bijsturing. Er zullen kortere lijnen met snellere interactie ontstaan tussen student, docent en bpv-‐ begeleider en de student kan optimaal worden begeleid binnen de bpv. Tevens maakt de begeleiding op maat ook excelleren mogelijk. “Reken er maar op” opleiding OA MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 19.500 Vanaf 1 augustus 2015 is rekenen kwalificerend voor het diploma. Om ervoor te zorgen dat alle studenten die overgaan naar de 2de fase een voldoende hebben voor het CSE rekenen niveau 3F, zal rekenen op maat worden aangeboden. Hiervoor is differentiëren, werken op niveau en werken met niveaugroepen noodzakelijk. Om dit te realiseren is naast inhoudelijk ander onderwijs, andere methodiek-‐ didactiek ook een andere organisatie nodig. Om de studenten in 2020 op voldoende rekenniveau te brengen moeten de schaarse middelen (tijd en rekendocenten) effectief en efficiënt worden ingezet in een resultaatgerichte organisatie.
11
40
Bewegen voor gezondheid en gezonde leefstijl MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 21.000 Om in te spelen op de nieuwe beweegmarkt gezondheid en gezonde leefstijl voor doelgroepen en om aan te sluiten op het hbo wil het College een nieuwe richting opzetten binnen het kwalificatiedossier Sport, Bewegen en Gezondheid. De veranderende WMO regeling, meer verantwoordelijkheid bij gemeente, biedt nieuwe kansen om in te spelen op deze beweeg-‐ gerelateerde activiteiten. Deze kansen moeten worden onderzocht en samen met het werkveld in beeld worden gebracht, zodat dit kan worden afgestemd met het bestaande onderwijsaanbod. Om dit te realiseren zal een lesprogramma in modulensysteem moeten worden ontwikkeld samen met het werkveld en hbo. Dit modulesysteem moet vallen onder het profiel bewegen en gezondheid, maar moet ruimte bieden om toegankelijk te zijn voor andere profielen. Professionalisering MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 73.700 In het najaar van 2014 hebben bijna alle teams de Olaf McDaniel scan uitgevoerd. Hierbij hebben docenten zichzelf gescoord op o.a. pedagogische en didactische competenties. Tevens hebben ze hierbij een ambitie uitgesproken hoe ze deze competenties de komende twee jaar verder willen ontwikkelen. De huidige scores van alle docenten SOC op pedagogische competenties is gemiddeld 6,3 en voor didactische competenties gemiddeld 5,4. De ambitie die docenten zich zelf stellen is over twee jaar een 7,6 voor pedagogische competenties en een 6,9 voor didactische competenties. Voor het realiseren van deze ambitie zullen lesobservaties door een externe coach en lesbezoek door docenten onderling met gerichte feedback plaatsvinden. Tevens zullen ook trainingen worden georganiseerd. Ontwikkelen opleiding SMD MBO College voor Sport, Onderwijs & Cultuur Budget: € 60.000 De ontwikkelingen in de zorg en het sociaal werk zijn zodanig dat het aanbieden van een bredere opleiding met meerdere uitstroomprofielen wenselijk is om de studenten voldoende uitzicht te geven op verdere doorstroom naar hbo en arbeidsmarktperspectief. Het nieuwe KD voor Sociaal Werk kent straks 2 uitstroomprofielen: Sociaal Cultureel Werk en Sociaal Maatschappelijke Dienstverlening. Na een gemeenschappelijk eerste jaar gaan beide uitstroomrichtingen verder met het specifieke eigen programma. Daarnaast zal gekeken worden naar de doorstroommogelijkheid om studenten van de opleiding uniformberoepen niveau 3 een versnelling van deze opleiding niveau 4 kunnen volgen. Om dit te realiseren zal de leerlijn SMD doorontwikkeld moeten worden en zullen er programma’s, lesinhouden, toetsen, examens en stage-‐opdrachten ontwikkeld moeten worden. De opleiding met beide uitstroomrichtingen zal in 2016 moeten starten. Bpv begeleiding innovatiever en efficiënter m.b.v. ICT MBO College voor Gezondheidszorg Budget: € 4.400
12
41
De begeleiding tijdens de bpv kan beter, gemakkelijker en efficiënter met behulp van ICT. Wanneer er gebruik wordt gemaakt van ICT zijn er veel meer mogelijkheden om contact te houden met de leerling en werkbegeleider tijdens de stageperiode. Om te zorgen dat er open gecommuniceerd wordt, waarbij de leerling eigenaar blijft van zijn leerproces, wordt er voorgesteld om de leerling een eigen google site te laten beheren waarop de voortgang van de stage te volgen is door de werkbegeleider(s), bpv-‐docent, slb’er, eventueel medeleerlingen en bpv-‐coördinator. Het studiesucces wordt vergroot omdat de leerling gedwongen wordt open te communiceren. Op de persoonlijke website schijft de leerling wekelijks een reflectie en zijn planning van de proeven. Om deze pilot te realiseren dient er een google website te worden opgericht en dienen leerlingen, werkbegeleiders, bpv-‐docenten en stage instellingen die aan de pilot deelnemen geïnformeerd te worden over werking en taken. Bieden mogelijkheden voor excellentie MBO College voor Gezondheidszorg (Team Assistenten Gezondheidszorg) Budget: € 84.000 Om studenten meer uit te dagen tijdens hun opleiding en ze de gelegenheid te geven om de opleiding te versnellen, te verkorten, te verbreden of te verdiepen moet er gewerkt worden aan de inrichting van het onderwijs waarbij er een grotere rol is voor ICT en waarbij de toetsing en examinering flexibeler wordt. Het team AG biedt de student beroepsgericht onderwijs. De vakken worden geïntegreerd aangeboden, de student kan zelf keuzes maken waardoor de leerroute flexibel is en aansluit bij de leerstijl en behoeftes van de student. De student is zelf eigenaar van het leerproces en de docent coacht en biedt een prikkelende leeromgeving waarbij ICT een belangrijke rol speelt. Om dit te realiseren dienen verschillende werkvormen/activiteiten te worden ontwikkeld waardoor competenties zoals samenwerken, communiceren en patiëntvriendelijkheid beter aangeleerd worden. Een lesprogramma moet worden ontwikkeld waarin structureel gastsprekers uit het werkveld worden ingezet en er dient een flexibel roostersysteem opgezet te worden. Intensivering taal-‐ en rekenonderwijs MBO College voor Gezondheidszorg Budget: € 126.000 Met de grote verschillen in de beheersingsniveaus van de studentepopulatie en alle gestelde kwaliteitseisen is er behoefte aan een verdiepende deskundigheid van de docenten en aangepaste organisatie van het taal-‐ en rekenonderwijs binnen de opleidingen. Om dit te bereiken dient de kwaliteit van het taal en rekenonderwijs te worden verhoogd door onder andere: het aanstellen van docenten met een tweedegraads onderwijsbevoegdheid binnen het vakgebied, bevorderen van kennisdeling binnen de vakgroepen door het train de trainer principe en door de student een persoonlijk leerdoel te laten definiëren met behulp van een deskundig docent. Ouderbetrokkenheid MBO College voor Gezondheidszorg Budget: € 28.000 Uit onderzoek blijkt dat een hogere ouderbetrokkenheid leidt tot het terugdringen van voortijdig schoolverlaten en tot het verbeteren van studiesucces. Om sneller en adequater te reageren op ongeoorloofd verzuim en om voortijdig schoolverlaten terug te dringen en studiesucces te verbeteren moet er per opleiding/team een oudercoördinator aangesteld worden. De
13
42
oudercoördinator zal samen met de studenten en docenten activiteiten organiseren om de ouderbetrokkenheid te vergroten. Mogelijke activiteiten zijn het standaard uitnodigen van de ouders bij de intake, een kennismakingsgesprek met de ouders voor de zomervakantie en een klankbordgroep/panelgesprek per opleiding met vertegenwoordiging van de ouders, de oudercoördinator en de teammanager. Serious gaming (how to become a good nurse) MBO College voor Gezondheidszorg Budget: € 175.000 Aan de hand van serious gaming leren studenten spelenderwijs de kennis en vaardigheden m.b.t. de landelijke kwalificaties Verzorgende-‐IG te beheersen. Door middel van realistische casuïstiek wordt de beleving versterkt en daarmee ook de overdracht van informatie. De student leert in de game samen te werken met verschillende disciplines en leert verantwoordelijkheden. Tevens worden verschillende vakken geïntegreerd waarbij ook aandacht wordt besteed aan de eisen voor Nederlands, rekenen en LB. Door het realistische kan de student volledig opgaan in het spel, waardoor er beroep wordt gedaan op de intrinsieke motivatie van de student. De docent biedt begeleiding op afstand. De game is opgebouwd uit verschillende fasen die de student gedurende zijn opleiding doorloopt. Deze krachtige leeromgeving is niet plaats-‐ en tijdsgebonden. Schakelklas op niveau 2 MBO College voor Oriëntatie & Ontwikkeling Budget: € 177.900 Er zijn jongeren die de overstap maken van v(s)o of de entreeopleiding naar een mbo 2-‐opleiding, en extra tijd nodig hebben om zich te oriënteren op hun arbeidstoekomst of dreigen uit te vallen. Het feit dat LWT’ers niet kunnen instromen in niveau 1, maar direct naar niveau 2 moeten, vormt een serieus probleem. Voor deze leerlingen kan een schakelklas vormgegeven worden. Jongeren die dreigen uit te vallen op niveau 2 of willen wisselen van opleiding, kunnen kiezen voor deze schakelklas. Daar kunnen ze zich oriënteren op de diverse richtingen en beroepen. De schakelklas fungeert zo als vangnet op niveau 2, maar kan ook preventief worden ingezet voor kwetsbare jongeren uit de basisberoepsgerichte leerweg of leerwerktrajecten van het vmbo en het profiel vervolgonderwijs in het vso. In de schakelklas is daarbij veel aandacht voor beroepsoriëntatie, basisvaardigheden en studievaardigheden. Om dit te realiseren moeten de bestaande Opvangtrajecten worden uitgebreid met een traject ‘Schakelklas niveau 2’. Het doel van de schakelklas is dat de studenten beter weten waar ze aan beginnen en ze hebben meer bagage om een reguliere opleiding uiteindelijk af te ronden. Ontwikkeling lesmaterialen, bpv-‐ en examenopdrachten MBO College voor Oriëntatie & Ontwikkeling (College overstijgend) Budget € 75.000 Het MBO College voor Oriëntatie & Ontwikkeling wil inzetten op meer uniformiteit in de dit jaar gestarte Entreeopleiding. In het implementatieplan is er vanuit gegaan dat het curriculum, benodigde lesmateriaal en examinering in samenwerking met de betrokken docenten zouden worden ontwikkeld. Echter de complexe organisatie van de Entreeopleiding en het grote aantal collega’s dat er bij betrokken is, vraagt om veel afstemming. De docenten hebben hun handen vol aan de lessen en de doelgroep. Het College wil daarom iemand inzetten om het inhoudelijke proces te trekken. De
14
43
ondersteuning bestaat uit het ontwikkelen van beroepsgericht lesmateriaal voor vijf profielen, het ontwikkelen van examenopdrachten, het ontwikkelen van bpv-‐opdrachten, sturing geven aan de implementatie van de materialen, het monitoren van het ontwikkelde materiaal en eventuele bijstelling. Dit alles uiteraard in nauw overleg met de betrokken docenten. Inburgeren onder 1 dak MBO College voor Oriëntatie & Ontwikkeling Budget: € 40.000 Momenteel wordt er een nieuw onderdeel aan de inburgeringsexamens in Nederland toegevoegd, namelijk ‘Oriëntatie op de Nederlandse arbeidsmarkt’. Het examenonderdeel zal bestaan uit twee onderdelen: een portfolio en een eindgesprek. Het portfolio bestaat uit opdrachten waarbij de inburgeraar zich op de arbeidsmarkt gaat oriënteren. Hierbij valt te denken aan: beroepskeuze, beroepskansen, een realistisch beroepsbeeld, de Nederlandse werkcultuur, vaardigheden en opleidingen die iemand nodig heeft om in Nederland te werken. De inburgeraar maakt met behulp van het portfolio een loopbaanplanning die hij gaat uitvoeren. Als het portfolio is goedgekeurd, kan de inburgeraar voor het tweede onderdeel examen doen, dat is het eindgesprek waarin het portfolio besproken wordt. Het ministerie adviseert om de module uit te laten voeren door bijvoorbeeld een reïntegratiebedrijf. Dit zal naast financiële consequenties voor het ROC ook inhouden dat het ROC minder controle heeft op de kwaliteit maar er wel de verantwoordelijkheid voor draagt. Om deze redenen wordt er op ingezet om alle zes examenonderdelen van de inburgering onder één dak aan te bieden. De nieuwe examenmodule zal dan worden opgenomen binnen het huidige inburgerings-‐ programma. Entree 2.0 MBO College voor Oriëntatie & Ontwikkeling Budget: € 80.000 Het programma Entree 2.0 is het resultaat van samenwerking tussen onderwijs, gemeenten, jeugdzorg, UWV/Werkplein en werkgevers in heel Twente. Het doel is uitstroom van kwetsbare jongeren naar een betaalde baan op de arbeidsmarkt. Het programma zal gelden voor studenten in de reguliere Entreeopleiding en de Leerwerktraject studenten, die niet de kennis en vaardigheden kunnen ontwikkelen om door te kunnen stromen naar MBO niveau 2. Aan deze jongeren wordt een maatwerktraject geboden. Het maatwerktraject kan naast de vaste onderdelen taal en rekenen bestaan uit: job-‐coaching, het behalen van branchegerichte certificaten, versterken van ondernemersvaardigheden, sollicitatietrainingen, werkervaring opdoen, etc. Het maatwerktraject als arbeidstoeleiding dient naadloos over te gaan in een baan, al of niet onder de banenafspraak/garantiebanen van de Participatiewet. Aan het Rijk is gevraagd om beleidsruimte te bieden die noodzakelijk is om de Entree 2.0 mogelijk te maken en om middelen om te monitoren en te beschrijven dat 50 kwetsbare jongeren naar een betaalde plek op de arbeidsmarkt gaan. Door het ministerie wordt geen geld beschikbaar gesteld voor een projectleider voor een periode voor twee jaar. Voor het laten slagen van het programma Entree 2.0 wordt hier dan ook een deel van het innovatiebudget voor gevraagd.
15
44
Excellentie Amerika Exchange Studenten ROC breed Budget: onbekend Vanaf schooljaar 2015-‐2016 willen we jaarlijks studenten deel laten nemen aan ‘Amerika exchange’. We willen starten met 10 studenten in 2015-‐2016 en dit uitbreiden tot 30 studenten in 2017-‐2018. Om dit te kunnen realiseren moet het Amerikaanse CC netwerk ‘student exchange’ proof gemaakt worden. Het studieprogramma en de bpv moeten voldoen aan de eisen die er vanuit Nederland gesteld worden. Er moet een lijst komen van Amerikaanse bedrijven en instellingen die aan deze eisen voldoen. Vervolgens moet voor deze bedrijven een erkenning geregeld worden, moet de begeleiding georganiseerd worden en moeten de leermeesters geïnstrueerd worden. Bovendien moet er voor de studenten een voorbereidingsprogramma ontwikkeld worden. Bpv-‐optimaal ROC van Twente breed Budget: € 252.000 De veranderingen in het kader van Focus op Vakmanschap en het rapport van de Onderwijsinspectie leiden er toe dat de organisatie van de Bpv nog eens goed tegen het licht gehouden moet worden. Het project “Bpv-‐Optimaal” is bedoeld om binnen het gehele ROC van Twente kwalitatief hoogstaande standaarden in te voeren die geënt zijn op het Bpv-‐protocol en Toezichtkader BVE. Het streven is dat alle onderwijsteams op basis van deze nieuwe ROC standaarden een eigen, verbeterde werkwijze zullen ontwikkelen (met betrekking tot voorbereiding van de bpv) en deze werkwijze gaan borgen. De borging wordt ROC-‐breed ondersteund door het invoeren van een digitaal Bpv-‐registratie en beheersysteem (inclusief CRM). De ROC-‐standaarden vormen een breed gedragen basis ten aanzien van de kwaliteit. Deze, in samenwerking met het onderwijs tot stand gekomen standaarden worden na consultatie in de klankbordgroep O&K/Beroepskolom voorgelegd ter bespreking in het B&M en ter vaststelling in het CvB. Na de pilotfase wordt gewerkt aan ROC-‐brede implementatie en realisatie. Excellentie Amerika Exchange Docenten ROC-‐breed Budget: onbekend Om talentvolle mbo-‐studenten op met name mbo-‐4 niveau een ambitieus onderwijsprogramma aan te bieden, dient het Amerika Exchange programma te worden opgezet. Hiervoor zullen voorbereidende programma’s in het curriculum worden opgezet en dient er een gedegen uitvoeringsstructuur te worden opgesteld. Voor dit laatste zal er een bestand worden aangelegd van erkende leerbedrijven, zullen de bpv-‐programma’s worden afgestemd en worden begeleiders getraind. Om dit te verwezenlijken dienen ter ondersteuning van de ROC USA Beurs Studenten ook beurzen voor docenten beschikbaar te komen. ROC4NL MBO College voor Commercie & Ondernemen (team bedrijfsopleidingen) Budget: € 338.400 Gericht op het speerpunt Onderwijsinrichting & Maatwerk/ICT wil het MBO College starten met het project digitale innovatie verkoopspecialist i.s.m. ROC’s Noorderpoort en West-‐Brabant. Het doel is een herontwerp van de BBL-‐opleidingen Verkoopspecialist niveau 3 met daarbij een maximale inzet
16
45
van digitale middelen. Dit zal resulteren in variatie in digitale onderwijsvormen zowel docent als student gedreven en zal beter aansluiten tot de praktijk. Om dit te realiseren zal een curriculum worden ontworpen, worden stakeholders geraadpleegd, lesmateriaal ontwikkeld, software wordt aangeschaft en docenten worden geschoold. Ontwikkeling vestiging Rijssen MBO College voor Commercie & Ondernemen Budget: € 68.200 Het MBO College wil een gezamenlijk (vmbo-‐mbo) regionaal opleidingsprogramma waarin onderdelen van het mbo zijn opgenomen in het laatste leerjaar van het vmbo. Hierdoor zal de aansluiting tussen het vmbo en het mbo verbeteren voor de studenten die kiezen voor een detailhandelsopleiding. Het zal resulteren in het verder verminderen van vroegtijdige schooluitval en de regionale arbeidsmarkt zal worden voorzien van kandidaten die een onderwijsprogramma hebben gevolgd met een hoge toegevoegde waarde. Om dit te realiseren zal er een gezamenlijke doorlopende leerlijn detailhandel worden ontwikkeld en geïmplementeerd door middel van een projectgroep waarin docenten vanuit het vmbo en het mbo gezamenlijk werken aan deze leerlijn. E-‐Learning ROC Academie MBO College voor Commercie & Ondernemen Budget: € 64.000 In het kader van ondernemerschap en om meer uitdagender onderwijs te kunnen leveren met meer maatwerk in reguliere en maatwerktrajecten, wil het MBO College een ROC-‐breed online platform ontwikkelen waarop een grote verscheidenheid aan online cursussen te vinden zal zijn. De onderwerpen van deze cursussen zijn grotendeels gericht op ICT in het primaire en secundaire proces en omvatten zowel het werken met programma’s als overstijgende thema’s. Deze cursussen zijn voor alle medewerkers toegankelijk en volledig digitaal te doorlopen. Het gebruik van het online platform zal medewerkers in staat stellen om aantrekkelijker en adaptiever onderwijs te geven, maar ook om efficiënter te werken. Excellentie Arrangement Skills Wedstrijden Service-‐ en Adviescentrum Budget: onbekend Talentvolle mbo-‐studenten op alle mbo-‐niveaus dienen een ambitieus onderwijsprogramma aangeboden te krijgen om binnen hun vakgebied door te groeien naar excellent vakmanschap, het meesterschap. Het competentie-‐element van vakwedstrijden biedt mogelijkheden om excellent vakmanschap te stimuleren. Het doel is om wedstrijdelementen in te bouwen in een curriculum, om zo studenten te prikkelen het beste uit zichzelf te halen en ook de wat minder sterke studenten door dit pedagogisch-‐didactische middel extra te enthousiasmeren. Om dit te realiseren zal de opgedane expertise (MBO College BII) worden gemobiliseerd en toegankelijk gemaakt worden. Deze taak zal in handen komen te liggen van een interne deskundige, die de colleges zal ondersteunen. Toptraject vmbo-‐mbo-‐hbo Stuurgroep Toptraject vo Budget: € 200.000
17
46
Het Toptraject binnen ROC van Twente is opgericht om niveau 4 studenten een sterke startpositie in het hbo te geven en hun kansen op het succesvol en sneller behalen van het Ad-‐ of Bachelordiploma te vergroten. Op dit moment worden, op een aantal scholen in de regio, derdejaars vmbo-‐gtl leerlingen voorbereid op een verzwaring en verdieping in het vierde leerjaar. Dit traject zal een doorlopende leerlijn vormen via het mbo naar het hbo, om zo de route vmbo-‐mbo-‐hbo te promoten. Vanaf schooljaar 2016-‐2017 stromen deze vmbo-‐leerlingen in bij ROC van Twente. We willen deze studenten en andere gemotiveerde studenten met ambities voor het hbo masterclasses aanbieden. Deze masterclasses zijn praktijkgericht, uitdagend en voor een deel in het Engels. Om deze ambitie te verwezenlijken moet allereerst het extra programma ontwikkeld worden in de periode januari 2015 tot september 2016. Vanaf september 2016 zal het programma geïmplementeerd en uitgevoerd worden en daarnaast geëvalueerd en waar nodig bijgesteld. Vanaf september 2017 willen we bij elke niveau 4 opleiding met een rechte doorstroommogelijkheid bij Saxion dit Top-‐traject gecreëerd hebben.
18
47
april 2015