Page 1 of 68
BMW
Reddingsinstructie Informatie voor hulpverlenend personeel januari 2015
Voorwoord
Principiële zaken
Medische aspecten
Technische aspecten
Noodoproep van BMW Assist
Gedrag van de veiligheidssystemen na een ongeval
Aanwijzingen voor het gebruik van reddingsapparatuur
Portieren openen
Portieren openen
Dashboard wegdrukken
Dashboard wegdrukken
Elektrische stoelverstelling
Beveiligen van auto´s
Veiligheidsconcepten en -systemen
Codering van de veiligheidssystemen
Airbag - technische informatie
Bestuurdersairbag
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 2 of 68
Passagiersairbag
Zij-airbag
Hoofdairbag ITS
Hoofdairbag AITS
Hoofdairbag
Knie-airbag
Veiligheidsmechanismen
Gordelspanner - technische informatie
Mechanische gordelspanner
Pyrotechnische gordelspanner
Pyrotechnische gordelspanner/eindslagspanner
In de stoel geïntegreerd gordelsysteem
Actieve hoofdsteun
Rolbeveiligingssysteem
Actieve motorkap
Carrosserie en materialen
Ruiten
Elektrische installatie - accumanagement
Accu´s loskoppelen
Hoog-voltage accu
Alternatieve aandrijvingen
Brandstoffen en brandstoftanks
Vaak gestelde vragen over het airbagsysteem
Hoogspanning / hybridetechniek
BMW i - veiligheid van eDrive is hoofdbestanddeel van alle BMW i auto's
Wat betekent "hoogspanningssysteem" in de auto?
Uit welke componenten een bestaat een hybride voertuig?
Hoogvoltage veiligheid
hoog-voltage accu inclusief hoogvoltagereddingssnijlijn
Elektromachine Elektronica
Elektromachine
Hoogvoltage bedrading
Codering van de hoog-voltage accu´s
Codering van de andere hoogvoltage onderdelen
Hulp bij ongevallen & bergen bij voertuigen met hoogspanningssystemen volgens VDA (Verband der Automobilindustrie)
Expertleidraad BMW I01
1 Inleiding
2 Grondbeginselen
3 Redden & bergen
4 Slepen
Expertleidraad BMW I12
1 Inleiding
2 Grondbeginselen
3 Redden & bergen
4 Slepen
Leidraad voor deskundigen, BMW 530Le F18PHEV
1 Inleiding
2 Grondbeginselen
3 Redden & bergen
4 Slepen
Expertleidraad BMW F15PHEV
1 Inleiding
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 3 of 68
2 Grondbeginselen
3 Redden & bergen
4 Slepen
Voorwoord Optimale veiligheid onder alle omstandigheden is één van de voornamelijkste doelstellingen in de BMW ontwikkeling en realisatie. Door een algehele zichtwijze liggen de nauwkeurig op elkaar afgestemde actieve en passieve veiligheidssystemen ver boven de wettelijke eisen. Bovendien wordt er rekening gehouden met de vereiste technische voorwaarden in het geval van hulpverlening. Hierbij hoort ook het beschikbaar stellen van doelmatige informatie over de omgang met de BMW veiligheidssystemen alsmede de aanwijzingen voor de toepassing van reddingsapparatuur. Deze brochure is een leidraad voor opgeleid hulpverlenend personeel. Bovendien is kennis van de functie- en werkwijzen van de veiligheidssystemen en de voertuigkarakteristieken noodzakelijk. De hoogste priorietit voor hulpverlenend personeel is het leven van slachtoffers te redden zonder de slachtoffers of zich zelf bloot te stellen aan extra gevaar. De reddingsinstructie bevat informatie hoe de snelle en veilige toegang tot het slachtoffer eenvoudiger gemaakt kan worden. Vanwege de voortdurende verdere ontwikkeling van de in de auto-industrie toegepaste materialen en productietechnieken wordt er aanbevolen om voor desbetreffend actueel reddingsapparatuur te zorgen. Deze reddingsinstructie is uitgewerkt in samenwerking met de BMW bedrijfsbrandweer München. Normaal gesproken worden de reddingsinstructies twee keer per jaar geactualiseerd. Bovendien zijn er modelspecifieke reddingskaarten met gedetailleerde informatie beschikbaar. Bijkomend moeten de landspecifieke reddingsrichtlijnen en richtlijnen i.v.m. de arbeidsveiligheid in acht genomen te worden. De meest recente versie is altijd te vinden op http://oss.bmw.de/index.jsp. . BMW bedrijfsbrandweer München
.
Principiële zaken De aanpak van de redding moet zowel medisch als technisch gecoördineerd en hand in hand uitgevoerd worden!
Medische aspecten Op de eerste plaats moet een toegang (verzorgingopening) naar de (ingesloten of ingeknelde) personen gemaakt worden. Bij alle verdere maatregelen dienen daarbij voorzichtige en voor de patiënt doelmatige methodes toegepast te worden. In ieder geval moet het uittrekken van de personen vermeden worden. Het slachtoffer moet, indien er geen direct gevaar voor hem en de hulpverlener is, in de eerste instantie in de auto blijven. Spoedeisende levensreddende maatregelen en het eerste onderzoek (basis-check) worden normaal gesproken nog in de beschadigde auto uitgevoerd. De medische maatregelen die in de auto uitgevoerd worden moeten tot de meest noodzakelijke handelingen worden beperkt, kunnen echter afhankelijk van de gesteldheid van het slachtoffer ondanks dat vrij omvangrijk zijn. De noodarts resp. het hulpverlenend personeel moet toegang (verzorgingsopening) hebben tot de betreffende persoon zodat de spoedeisende levensreddende hulp verleend kan worden. Bij desbetreffende letsels moeten verongelukte personen principieel geïmmobiliseerd worden, d.w.z. met de betreffende voorzieningen gefixeerd voordat ze uit de auto (reddingsopening) worden gehaald. De reddingsopening moet groot genoeg aangebracht en op de algehele situatie aangepast worden. Tijdens de technische hulpverleningsmaatregelen moet de verongelukte persoon continu medisch verzorgd worden. Tijdens de medische verzorging moeten de technische reddingsmaatregelen zo uitgebreid mogelijk voorbereid worden. . Uitzonderingen die een crash-hulpverlening noodzakelijk maken.
Direct gevaar door acute bedreiging als bijv. brand of gevolgongevallen
Medische redenen
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 4 of 68
Technische aspecten
Identificatie van de modelvariant
Visuele controle op gemonteerde veiligheidssystemen
Carrosseriebijzonderheden wat betreft de toepassing van hydraulisch reddingsapparatuur
Noodoproep van BMW Assist Bij BMW modellen met een geactiveerd BMW Assist noodoproepsysteem en een geldige serviceovereenkomst kan er een noodoproep automatisch of handmatig worden verzonden. Deze oproep gaat normaal gesproken naar een BMW callcenter dat de oproep bewerkt en indien nodig de verantwoordelijke meldkamer waarschuwt. Als het ongeval ernstig is activeert het systeem de noodoproep automatisch. Bij een geavanceerde noodoproep worden er extra details, bijv. over de ernst van het ongeval, naar het BMW callcenter verstuurd. Deze gegevens worden door BMW op basis van medische inzichten en gegevens uit het ongevallenonderzoek automatisch geanalyseerd en omgerekend in een eenvoudig te begrijpen waarderingshulp voor de meldkamer. Deze informatie kan door de meldkamer voor de doelmatige selectie van de juiste eerste hulp middelen gebruikt worden. Het BMW callcenter bepaalt aan de hand van de GPS-gegevens een adres en geeft die samen met de aanwijzingen over de route naar de plaats van het ongeval door aan de meldkamer. Bovendien worden verdere details van de houder van de overeenkomst en vooral over de auto doorgegeven om het hulpverlenend personeel te ondersteunen. Dit noodoproepsysteem werkt onafhankelijk van de mobiele telefoon van de klant. Indien er voor de locatie geen BMW callcenter bestaat of niet in het geboekte mobiele GSM-net bereikbaar is, wordt er eventueel een rechtstreekse oproep naar het alarmnummer 112 gestuurd.
Gedrag van de veiligheidssystemen na een ongeval Bij een stilstaande auto worden de veiligheidssystemen normaal gesproken niet geactiveerd! Uitzonderingen
Opwarming van de vaste brandstof in de gasgenerator (airbag) boven de 200 °C
Enorme mechanische belasting van de airbagmodules (zagen, boren, schuren, lassen)
Kortsluiting van de elektrische kabel voor de activering van de ontstekingspatronen
Stilstaande auto wordt door een ander voertuig aangereden (is aan de activeringscriteria voldaan, dan worden de veiligheidssystemen geactiveerd)
. Gebruik van mobilofoons Het gebruik van mobilofoons direct in de buurt van niet geactiveerde veiligheidssystemen is onschadelijk.
Aanwijzingen voor het gebruik van reddingsapparatuur Onderbouwen van auto´s
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 5 of 68
Voorbeelden: Onderbouwen van auto´s De auto´s kunnen onder de gehele dorpel onderbouwd worden. De nauwkeurige positie en het aantal onderbouwpunten moeten afhankelijk van de toepassing vastgelegd worden. In het ideale geval worden de steunpunten voor de krik gebruikt.
Portieren openen Variant 1
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 6 of 68
Aanzetpunten voor het openen van de portieren aan de A-stijl 1.
Met de hydraulische redspreider de zijwand vooraan samendrukken. Daardoor wordt er een grotere spleet tussen de zijwand vooraan en het voorportier gemaakt.
2.
Met de redspreider de spleet ter hoogte van de scharnieren vergroten. De nauwkeurige positie voor de betreffende auto is op de reddingskaarten aangegeven.
3.
Met het hydraulische snijgereedschap de scharnieren afsnijden en het portier openen. Alternatief kunnen de scharnieren of de pen ook met de redspreider opengebroken worden.
Portieren openen Variant 2
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 7 of 68
Aanzetpunten voor het openen van de portieren aan de A- resp. B-stijl 1.
Met de hydraulische redspreider het ruitframe opendrukken. Hierbij ontstaat er een grotere spleet tussen het voorportier en de B-stijl resp. tussen de zijwand vooraan en het voorportier.
2.
Met de redspreider de spleet ter hoogte van de scharnieren vergroten. De nauwkeurige positie van de scharnieren voor de betreffende auto is op de reddingskaarten aangegeven.
3.
Het portier aan de kant van het scharnier of aan de kant van het slot openen (aan de kant van het slot bij auto´s zonder horizontale flankbescherming). De nauwkeurige positie van de scharnieren, portiersloten en van de flankbescherming voor de betreffende auto is op de reddingskaarten aangegeven.
Dashboard wegdrukken Er zijn verschillende mogelijkheden om het dashboard weg te drukken. Welke mogelijkheid er toegepast wordt, ligt onder andere aan de volgende factoren:
Ongevalmechanisme
Aanwezigheid van een versterkingspijp voor het dashboard
. Variant 1
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 8 of 68
Kans op letsel! Reddingsapparatuur kan weg- resp. omlaagglijden. Attentie! 1.
Wagenbodem met onderbouwmateriaal tegen inknikken beveiligen.
2.
Glasmanagement uitvoeren (o.a. voorruit bij 2 of 3 horizontaal doorsnijden).
3.
Portier aan de scharnieren met de hydraulische schaar afsnijden.
4.
Dorpel 1 met de hydraulische schaar vóór de inzittende in de richting van de bodem van het voertuig doorknippen.
5.
Beide A-stijlen in het onderste gedeelte 2 of in het bovenste gedeelte 3 met de hydraulische schaar doorsnijden.
6.
Hoeksteun als aangegeven aan de B-stijl plaatsen. Aanwijzing: De hoeksteun liggend plaatsen als de reddingscilinder te kort is.
7.
Reddingscilinder zo mogelijk tussen de middelste lagering en het dashboard plaatsen.
8.
Voorzijde wegdrukken.
Dashboard wegdrukken Variant 2
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 9 of 68
Kans op letsel! Reddingsapparatuur kan weg- resp. omlaagglijden. Attentie! 1.
Wagenbodem met onderbouwmateriaal tegen inknikken beveiligen.
2.
Glasmanagement uitvoeren (o.a. voorruit bij 2 of 3 horizontaal doorsnijden).
3.
Portieren aan beide voertuigzijden verwijderen.
4.
Beide dorpels 1 met het hydraulische knipgereedschap vóór de inzittende in de richting van de voorzijde van het voertuig doorknippen. Om het gewenste effect te verkrijgen kan het eventueel noodzakelijk zijn om het snijden tot in de voorste wielkuip voort te zetten („knabbeltechniek“).
5.
Beide A-stijlen in het onderste gedeelte 2 of in het bovenste gedeelte 3 met de hydraulische schaar doorsnijden.
6.
Hoeksteun als aangegeven aan de B-stijl plaatsen. Aanwijzing: De hoeksteun liggend plaatsen als de reddingscilinder te kort is.
7.
Reddingscilinder zo mogelijk tussen de middelste lagering en het dashboard plaatsen.
8.
Voorzijde wegdrukken.
Elektrische stoelverstelling
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 10 of 68
Omdat bij een elektrische stoelverstelling de stoelen na het losmaken van de accu niet meer versteld kunnen worden is het aan te bevelen om een scheiding in het aangegeven gedeelte uit te voeren.
Beveiligen van auto´s
Voorbeelden: Beveiligingsmogelijkheden Wielkeg Wielkeg tegenover de kant waaraan de auto opgetild wordt, voor en achter het wiel van de achteras plaatsen. In het ideale geval worden de steunpunten voor de krik gebruikt. Eindeloze lus
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 11 of 68
Leg de eindeloze lus door de ruitopeneningen naar achteren resp. naar voren en bevestig hem aan een hiervoor geschikte steun. Voor- en achteras Voor de beveiliging van de auto altijd de asonderdelen (asdrager, dwarsdraagarm, aandrijfas) samenvatten. Sleepoog Het sleepoog mag niet voor het lichten of de beveiliging van de auto gebruikt worden!
Attentie!
Veiligheidsconcepten en -systemen Compleet overzicht van de beschermings- en veiligheidssystemen
1 Bestuurdersairbag 2 Passagiersairbag 3 Zij-airbag 4 Hoofdairbag 5 Accupluskabel
6 Accu 7 Flankbescherming 8 Gordelspanner 9 Actieve hoofdsteun 10 Actieve motorkap
Codering van de veiligheidssystemen airbagsysteem Bestuurdersairbag Opschrift SRS, SRS-airbag of AIRBAG op het stuurwiel (stootplaat stuurwiel) Bijrijdersairbag Opschrift SRS, SRS-airbag of AIRBAG op het dashboard (passagierszijde) Zij-airbag
Zij-airbag in het portierbinnenframe (vrijwel alle BMW modellen): Opschrift SRS, SRS-airbag of AIRBAG op de portierbekleding (voor en achter) in de buurt van het portierslot
Zij-airbag in de voorstoelen (alle MINI modellen en sommige BMW modellen): Opschrift AIRBAG aan de buitenkant van de rugleuning van de bestuurders- en passagiersstoel Hoofdairbag Opschrift SRS, SRS-airbag of AIRBAG op de bekleding van de A- en C-stijl Knie-airbag Opschrift AIRBAG op de klep van het dashboardkastje (rechtsboven) c.q. op de stuurkolombekleding (linksboven)
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 12 of 68
. Gordelspanner Geen codering In de auto´s worden vier varianten voor de reductie van de zogeheten gordelspeling gemonteerd:
Mechanische gordelspanner
Pyrotechnische gordelspanner
Pyrotechnische gordelspanners/eindslagspanners
In de stoel geïntegreerd gordelsysteem . Actieve hoofdsteunen Geen codering De actieve hoofdsteunen zijn in de bestuurders- en de passagiersstoel geïntegreerd. Niet geactiveerde actieve hoofdsteunen vereisen geen bijzondere aanpak. . Rolbeveiligingssysteem
3 Serie (E36): Geen codering
3 Serie (E46): Codering „koprolbeveiligingssysteem“ aan de bovenkant van de hoofdsteunen van de achterbank
1 serie (E88), 3 serie(E93), 6 serie(E64): Codering „koprolbeveiligingssysteem“ Het koprolbeveiligingssysteem is alleen in cabrio´s van de 1 serie (E88), de 3 serie(E36, E46, E93) cabrio en de 6 serie(E64) gemonteerd. Niet geactiveerde koprolbeugels vereisen geen bijzondere aanpak.
. Actieve motorkap Geen codering Inbouw afhankelijk van modellenserie en landuitvoering. Niet geactiveerde motorkappen vereisen geen bijzondere aanpak. . Kinderveiligheidssystemen Passagiers- en zij-airbags kunnen bij de toepassing van kinderveiligheidssystemen uitgeschakeld worden. In dit geval zijn er stickers in de buurt van de betreffende airbag aangebracht.
Airbag - technische informatie Toepassing Vanwege de verschillende wetgevingen in Europa en de VS worden in BMW auto´s verschillende airbagvarianten toegepast. Frontairbag bestuurder I Groot luchtkussen in standaarduitvoering (volumes in de VS en de Europa-uitvoering vanwege de wetgeving verschillend) Frontairbag bestuurder II Klein luchtkussen (compacte airbag; Eurobag) in de uitvoering met sportstuurwiel Frontairbag passagier Luchtkussen onder het dashboard aan de passagierszijde Zij-airbag Klein luchtkussen op het portierbinnenframe (voorportier en achterportier) of in de buitenzijden van de voorstoelen Hoofdairbag ITS Luchtpijp vanaf het onderste uiteinde van de A-stijl langs de inwendige dakconstructie tot kort voor de C-stijl Hoofdairbag AITS (Advanced Inflatable Tubular Structure) Doorlopende hoofdairbag van de A-stijl tot aan de C-stijl; uitbreiding van de hoofdairbag door een zeil tussen ITS-airbag en dakframe Hoofdairbag Doorlopende hoofdairbag van de A-stijl tot aan de C-stijl; uitgebreid bedekt gedeelte voor de zijruiten voor en achter Hoofdairbag achter Klein luchtkussen in het dakframe boven de C-stijl Knie-airbag Klein luchtkussen achter de klep van het dashboardkastje c.q. achter de stuurkolombekleding (alleen in de US-uitvoering verkrijgbaar)
Bestuurdersairbag
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 13 of 68
Geactiveerde bestuurdersairbag De bestuurdersairbag bevindt zich in het stuurwiel. De versnelling wordt door een sensor gedetecteerd en geanalyseerd. Als de activeringsdrempel wordt overschreden zendt de airbagregeleenheid resp. de verantwoordelijke satelliet (= intelligente sensor) een ontstekingsspanning aan de ontstekingspatroon die vervolgens de airbag activeert. Het gas dat door de activering ontstaat, ontsnapt in de airbag die vervolgens volledig wordt opgeblazen.
Passagiersairbag
Niet geactiveerde passagiersairbag De passagiersairbag bevindt zich in het dashboard boven het dashboardkastje aan de passagierszijde. Om een onnodige activering van de passagiersairbag bij een ongeval te vermijden wanneer de passagiersstoel niet bezet is, is er sinds jaren een steolbezettingsherkenning geïntegreerd. Door de sensoren in de passagiersstoel en de analyse van de gegevens in de airbagregeleenheid c.q. in de satelliet (= intelligente sensor) wordt de passagiersstoel vanaf een gewicht van 12 kg als bezet herkend en wordt het systeem geactiveerd.
Zij-airbag
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 14 of 68
Niet geactiveerde zij-airbag De zij-airbags bevinden zich bij de meeste BMW modellen achter de zijbekleding in het portier. Bij sommige BMW modellen en alle MINI modellen bevinden de zij-airbags zich aan de zijkant in de rugleuning van de bestuurders- en passagiersstoel. Bij een aanrijding van opzij wordt de optredende dwarsversnelling door de betreffende sensoren gedetecteerd. Als de activeringsdrempel wordt overschreden, ontsteekt de airbagregeleenheid resp. de verantwoordelijke satellieten (= intelligente sensoren) de zij-airbags en, indien aanwezig, ook de hoofdairbag.
Hoofdairbag ITS
ITS niet geactiveerd (in het dak) en geactiveerd De hoofdairbag ITS is in tegenstelling tot de andere airbags een slangensysteem dat met gordelbanden aan de carrosserie is bevestigd. Bij de ontsteking van de generator wordt de diameter van de hoofdairbag groter en de totale lengte kleiner. Door deze procedure wordt de hoofdairbag tussen het onderste uiteinde van de A-stijl en de achterste bevestiging aan het dakframe gespannen. Anders dan bij front- en zij-airbags die na het opblazen betrekkelijk snel in elkaar zakken, houdt de hoofdairbag het gasvolume vast en zorgt daardoor ook voor bescherming als de auto over de kop slaat of bij secundaire ongevallen. De hoofdairbag kan aan de gordelbanden afgesneden of doorgesneden worden.
Hoofdairbag AITS .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 15 of 68
AITS voor passagiers voor- en achterin (geactiveerd) De hoofdairbag AITS is een hoofdbeschermingssysteem als de ITS. Het voordeel is echter de oppervlaktebescherming in de vorm van een gordijn. Door de AITS wordt het uitpendelen van het hoofd en de ledematen voorkomen. Dit leidt tot minder nek- en hoofdletsels. Kenmerken van het systeem:
Uitgebreid afdekgedeelte voor de zijruiten voor en achter
Bescherming tegen glasscherven en binnendringende objecten
Geoptimaliseerd afdekkingsgedeelte ook voor zeer grote passagiers
Hoofdairbag
Hoofdairbag geactiveerd De hoofdairbag loopt van de A-stijl naar de C-stijl en bedekt het hele zijgedeelte. De airbag wordt tussen de inzittende, de zijruit en de bekledingen van de stijlen opgeblazen. Kenmerken van het systeem:
Uitgebreid afdekgedeelte voor de zijruiten voor en achter
Bescherming tegen glasscherven en binnendringende objecten
Geoptimaliseerd afdekkingsgedeelte ook voor zeer grote passagiers De hoofdairbag is in elkaar gevouwen in het dakframegedeelte opgeborgen. De airbag bestaat uit de gasgenerator, de twee gasaansluitingen en de airbag. Bij een aanrijding van opzij wordt de gasgenerator geactiveerd. Het gas dat daarbij ontstaat stroomt door de twee gasaansluitingen in de airbag. Doordat de airbag gelijktijdig voor en achter wordt gevuld, wordt een gelijkmatigere vulling verkregen. Door de bevestiging van de hoofdairbag aan de A-stijl en aan de C-stijl wordt de hoofdairbag in positie gebracht. Hierbij wordt de hoofdairbag tussen de zijruit, de stijlbekleding en de inzittende gespannen. Vanwege het gesloten systeem blijft de stevigheid van de structuur en de stabiliteit voor meerdere seconden gehandhaafd.
Knie-airbag
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 16 of 68
Knie-airbag bestuurderszijde en passagierszijde. In geval van een botsing als bestuurder of passagier niet met de veiligheidsgordels zijn vastgegespt, zorgt de knie-airbag voor steun van de knieën. Op die manier wordt er voor een gecontroleerde vooruitbeweging van het bovenlichaam gezorgd dat door de betreffende airbag wordt opgevangen. De knie-airbag aan de bestuurderszijde bevindt zich onder de stuurkolom achter een deksel. De knie-airbag aan de passagierszijde bevindt zich in de klep van het dashboardkastje achter een deksel. . Procedure van de ontsteking De airbag wordt door de airbagregeleenheid c.q. de hiervoor verantwoordelijke satelliet (= intelligente sensor) geactiveerd. De geïntegreerde sensoren activeren de noodzakelijke systemen bij overschrijding van de activeringsdrempel. In de gasgenerator verbrandt de vaste brandstof natriumazide resp. nitrocellulose hoofdzakelijk tot stikstofgas. In te verwaarlozen kleine hoeveelheden entstaat er koolmonoxide en stikstofoxide. Dit gas stroomt dan in de airbag en blaast deze op. Bij het opblazen van de airbag scheurt de afdekking (stootblok van de bestuurdersairbag, afdekking van de passagiersairbag, bekleding van de zij-/hoofdairbag) bij de breukpunten open. De afzettingen van talk van de airbag in het voertuig vormen geen gevaar.
Veiligheidsmechanismen De activering van de veiligheidssystemen gebeurt via elektronische en mechanische acceleratiesensoren. Voor de activering van de airbag zijn er altijd twee onafhankelijk van elkaar werkende sensoren aanwezig. . Elektronische acceleratiesensoren Bestuurders- en passagiersairbag, hoofd- en zijairbag, gordelspanner en veiligheidsaccucklem. . Mechanische acceleratiesensoren (safing sensor) Bestuurders- en passagiersairbag worden in combinatie met de mechanische acceleratiesensor geactiveerd. . Elektronische sensoren voor aanrijding van opzij Zij- en hoofdairbags worden in combinatie met de elektronische acceleratiesensor geactiveerd. . Airbagregeleenheid De airbagregeleenheid is de centrale eenheid van het gehele veiligheidssysteem en heeft de volgende taken:
Botsdetectie
Ontstekingspuntbepaling voor airbags, gordelspanners, veiligheidsaccuklem
Ontsteking van de airbags, gordelspanners en veiligheidsaccuklem
Zelftest
Storingsmelding en voor diagnose geschikt storingsgeheugen
Stoelbezettings- en gewichtsherkenning van de passagiersstoel . Satellieten Satellieten bestaan uit een regeleenheid met geïntgreerde sensoren voor het aansturen van actuators (airbags, gordelspanners, enz.). Satellieten zijn in staat om intelligente beslissingen voor de selectieve en snellere activering van de actuators te nemen. Niet vereiste functies worden ook niet geactiveerd. In de modellen van de 7 Serie (E65/66) wordt het intelligente veiligheids- en integratiesysteem (ISIS) gemonteerd en vanaf de modellen van de 5 Serie (E60/E61), 6 Serie (E63/E64) en Z4 (E85) de Advanced Safety Electronics (ASE) met satellieten.
Gordelspanner - technische informatie In de auto´s worden er vier verschillende gordelspansystemen toegepast:
Mechanische gordelspanner
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 17 of 68
Pyrotechnische gordelspanner
Pyrotechnische gordelspanners/eindslagspanners
In de stoel geïntegreerd gordelsysteem Alle systemen hebben hetzelfde doel, namelijk de reductie van de zogeheten gordelspeling die een biomechanische belasting van het menselijk lichaam na een ongeval vormt.
Mechanische gordelspanner
Bij de mechanische gordelspanner herkent een mechanische sensor de botsing en activeert met een schakelmechanisme het vrijkomen van de spanenergie. Door een krachtoverbrengingselement wordt het gordelslot schuin omlaaggetrokken en daarmee de gordelband aan het lichaam van de inzittende gespannen. Bij de volgende opbouw van de gordelkracht blokkeert een vergrendelingssysteem het gordeslot in iedere spanpositie. De inzittende is op die manier beter met de auto verbonden. Bij een frontale aanrijding activeert de mechanische ongevalsensor het systeem. Een voorgespannen veer trekt het gordelslot terug. Schouder- en heupgordel worden gespannen.
Pyrotechnische gordelspanner
De pyrotechnische gordelspanner is een verdere ontwikkeling van de mechanische gordelspanner om de gordelspeling nog sneller te reduceren. De pyrotechnische gordelspanners worden door de airbagregeleenheid c.q. de stoelsatellieten geactiveerd. Een pyrotechnische eenheid zorgt voor het spannen van de veiligheidsgordel.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 18 of 68
Pyrotechnische gordelspanner/eindslagspanner
Pyrotechnische gordelspanner .
Pyrotechnische eindslagspanner . Bij de pyrotechnische gordelspanner wordt de reductie van de gordelspeling door wrijving in de bandkeringen vooral bij het schoudergedeelte bereikt. Via sensoren en regelelektronica wordt er een pyrotechnische eenheid ontstoken die door een opgerolde kabel de automatenas laat draaien. Voor de vermijding van het filmspoeleffect houdt een kleminrichting de gordelband vast als de inzittenden naar voren worden gedrukt. De pyrotechnische eindslagspanners kunnen actueel alleen aan de buitenste stoelen achterin gemonteerd zijn. Vanwege de beperkte plaatsomstandigheden onder de achterbank is een oplossing als de gordelspanner voorin niet realiseerbaar. Daarom wordt het verwijderen van de gordelspeling door intrekken van de gordelband aan het eindbeslag uitgevoerd. De oprolautomaat vormt het bovenste, de eindslagspanner het onderste bevestigingspunt. De eindslagspanners worden door de stoelsatellieten c.q. de stoelmodule geactiveerd. Een pyrotechnische eenheid zorgt voor het spannen van de veiligheidsgordel.
In de stoel geïntegreerd gordelsysteem
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 19 of 68
Bij het in de stoel geïntegreerde gordelsysteem zijn alle gordelelementen inclusief de keerpunten in de stoelen aangebracht. Bij een botsing worden bij auto´s zonder B-stijl alle krachten naar de bodemgroep geleid. Bovendien worden de hoofdsteun en het bovenste gordelkeerpunt automatisch afhankelijk van de stoellengteverstelling versteld. De bovenste gordelspanner direct bij de bovenste gordeldoorvoer beperkt bij de botsing bovendien de verplaatsing van de inzittende naar voren. De totale rangschikking beperkt de vrije gordelbandlengte tot een minimum. Omdat alle drie gordelpunten met de stoelinstelling mee bewegen, garandeert de gordelgeometrie onafhankelijk van de stoelpositie en de lichaamslengte automatisch de best mogelijke steun van het lichaam. .
Actieve hoofdsteun
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 20 of 68
De actieve hoofdsteunen zijn in de bestuurders- en de passagiersstoel geïntegreerd. Werking Bij een aanrijding van achteren knikt het hoofd naar achteren, omdat het door de te grote afstand t.o.v. de hoofdsteun het traagste gedeelte van het lichaam wordt. Door deze knikbeweging kunnen er letsels aan de nekwervels (zweepslagsyndroom) veroorzaakt worden. Voor de reductie van de afstand tussen hoofd en hoofdsteun zwenkt de actieve hoofdsteun bij een aanrijding van achteren naar voren naar het hoofd toe. Door twee extra ongevalsensoren c.q. satellieten in de achterzijde van het voertuig wordt de gasgenerator in de rugleuning bij een aanrijding van achteren aangestuurd. De zuigerstang van de gasgenerator beweegt een schuifstuk. Dit schuifstuk beweegt de askoker waaraan de hoofdsteun bevestigd is, naar voren en verkleint op die manier de afstand tussen hoofd en hoofdsteun. Afhankelijk van de hoogte-afstelling van de hoofdsteun levert dit een verplaatsing van 40 tot 60 mm op.
Rolbeveiligingssysteem Het koprolbeveiligingssysteem is een extra veiligheidsfunctie in sommige BMW cabrio-modellen. Bij het over de kop slaan of in andere situaties die een koprol kunnen veroorzaken, schuift het koprolsysteem uit, klikt sluitend vast en ondersteunt op die manier het behoud van een voldoende overlevingsruimte van de inzittenden. Op de eerste plaats moet een toegang (verzorgingopening) naar de (ingesloten of ingeknelde) personen gemaakt worden. Bij alle verdere maatregelen dienen daarbij voorzichtige en voor de patiënt doelmatige methodes toegepast te worden. . Functie BMW 1 serie E88, 3 serie E93, 6 serie E64 en MINI cabrio R57
Koprolbeveiliging van de 6 serie E64 in normale stand en geactiveerd (rechts) Twee uitschuifbare koprolbeugels zijn achter de achterbank in een structuur opgeborgen.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 21 of 68
Het koprolbeveiligingssysteem is een afzonderlijk systeem en heeft geen verbinding met de airbagregeleenheid. Bij de modellen van de 3 Serie (E93) is naast de rechter koprolbeugel in de structuur de regelelektronica (controller rollbarbeveiliging) ingebouwd. Bij de modellen van de 6 serie (E64) bevindt zich de koprolsensor in één van de satellieten. De koprolbeugels zijn bij een normale werking in de structuur geschoven. De koprolbeugels worden in uitschuifrichting door een veer voorgespannen en door de vergrendeling aan de actuator vastgehouden. . BMW 3 serie E93 en MINI cabrio R57 Als de regelelektronica (controller rollbarbeveiliging) herkent dat het voertuig mogelijk over de kop slaat, worden de twee actuatoren direct aangestuurd. De koprolbeugels worden met veerkracht uitgeschoven en in de eindstand mechanisch vergrendeld. . BMW 6 Serie E64 Als de koprolsensor in de satelliet herkent dat het voertuig mogelijk over de kop slaat, worden de gegevens via een lichtgebonden bus-systeem naar de veiligheids- en gatewaymodule (SGM) verzonden. Tegelijk wordt via een koperen leiding (arming-leiding) het signaal voor de vrijgave van het koprolsysteem aan de veiligheids- en gatewaymodule gegeven. Dit stuurt via een eindtrap de twee actuators aan. De koprolbeugels worden met veerkracht uitgeschoven. . Functie 3 serie E36 en E46
Geactiveerd koprolbeveiligingssysteem van de 3 serie E46 (A) en E36 (B) cabrio Het koprolbeveiligingssysteem bestaat bij de modellen van de 3 serie (E36) uit twee koprolbeugels achter de hoofdsteunen van de achterbank (zichtbaar) en bij modellen van de 3 serie (E46) uit twee koprolbeugels in de hoofdsteunen van de achterbank (bedekt ingebouwd). Het koprolbeveiligingssysteem is een afzonderlijk systeem en heeft geen verbinding met de airbagregeleenheid. De koprolsensor is direct op de veiligheidsafdekking achter de achterbank rechts aangebracht. De koprolsensor bestaat uit:
Een inclinatiesensor voor de herkenning van voertuighoek en versnelling in dwars- en lengterichting.
Een acceleratiesensor die herkent als er geen contact meer met het wegdek wordt gemaakt.
Analyse-elektronica met zelfdiagnose.
Twee condensatoren voor het leveren van de reserve-energie die voor de activering van de koprolbeugels bij uitgevallen boordnetspanning nodig is. De geïntegreerde koprolsensor geeft bij het bereiken van de grenswaarden aan de actuator de opdracht om de vergrendelingen vrij te geven. Een elektromagneet bedient de vergrendeling en geeft de veerbelaste koprolbeugel vrij. De koprolbeugels worden uitgeschoven en in de eindstand mechanisch vergrendeld.
Actieve motorkap Bij een botsing met een voetganger wordt de motorkap opgetild. Hierdoor ontstaat een deformatiezone die de voetganger beschermt. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 22 of 68
Werking
1 Motorkapslot rechts (met actuator) 2 Bowdenkabel 3 Motorkapscharnier rechts (met actuator) 4 Motorkapscharnier links (met actuator) 5 Motorkapslot links (met actuator)
6 Lichtgeleider 7 Centrumsensor (acceleratie) 8 Actuator (op motorkapscharnier) 9 Sensor (glasvezelkabel) 10 Storingsstructuur
. Tussen de bumperbalk en het schokabsorberend element is een glasvezelkabel geïntegreerd. De glasvezelkabel is aangesloten op een sensor en wordt via een lus op de tegenoverliggende voertuigzijde teruggeleid naar de sensor. Door de kracht op de glasvezelkabel wordt deze tussen de storingsstructuren vervormd. Daardoor wordt het licht in de optische geleider gedempt. De inwerkende kracht is evenredig aan de lichtdemping. Door de variërende lichtdemping afhankelijk van massa en stijfheid van het erop botsende object wordt een karakteristiek signaal gegenereerd. Dit signaal wordt gemeten door de sensor en via een datakabel doorgestuurd naar de crash-veiligheidsmodule ACSM. De crash-veiligheidsmodule ACSM bepaalt aan de hand van deze gegevens en de gegevens van de centrale acceleratiesensor in de bumper of de drempelwaarde voor de herkenning van een botsing met een voetganger bereikt c.q. overschreden is en neemt zo de beslissing of de actuatoren op de motorkap geactiveerd moeten worden. De actuators worden pyrotechnisch geactiveerd en tillen de motorkap op. Daarnaast ondersteunen de gasdrukdempers de motorkap bij het optillen ervan. De actieve motorkap wordt alleen bij snelheden van ca. 20-55 km/h geactiveerd. Om veiligheidsredenen kan het systeem in zeldzame gevallen ook worden geaciveerd wanneer een botsing met een voetganger niet met zekerheid kan worden uitgesloten, bijv.:
bij botsing op een ton of een grenspaal
bij botsing met dieren
bij steenslag
bij rijden in een hoop opgewaaide sneeuw Na het activeren van de actieve motorkap wordt een Check-Control-melding weergegeven op het instrumentenpaneel en het centraal informatiedisplay. De motorkap kan na een activering niet opnieuw in de uitgangspositie worden teruggeplaatst. De actieve voetgangersbescherming is pas opnieuw beschikbaar na het vervangen van onderdelen. Bij geactiveerde voetgangersbescherming kan voorzichtig worden verder gereden met een maximale snelheid van 80 km/h.
Carrosserie en materialen
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 23 of 68
Opbouw van de carrosserie Door hogervaste staalsoorten, grotere wanddiktes en een meerlaagse opbouw wordt de stabiliteit van de voertuigen geoptimaliseerd en daarmee de veiligheid van de inzittenden verhoogd. Voorwaarde voor het opensnijden van de carrosserie zijn moderne hoogprestatiesnijders, oudere hydraulische snijapparatuur kan falen. De hoog prestatie snijders moeten door opgeleid personeel deskundig en correct worden toegepast. De optimale plek voor het openknippen van het betreffende voertuig is op de reddingskaarten aangegeven. . Materialen Soort en procentueel aandeel van de betreffende materialen zijn bij de afzonderlijke modellenseries verschillend. Structuurverstevigingen in de A- en B-stijlen zijn vooral in cabrio´s, roadsters en coupé´s gemonteerd. Bij deze auto´s zijn er bijzonder hoge stabiliteitseisen van toepassing. . Drukgegoten magnesium Drukgegoten magnesium kan in het gedeelte van de motorruimte en bij het dashboard voorkomen.
Ruiten Kans op letsel! Voordat de ruiten worden verwijderd, moeten de inzittenden van het voertuig altijd tegen stof en splinters beschermd worden.
Attentie! . Enkelvoudig veiligheidsglas (ESG) Enkelvoudig veiligheidsglas (ESG) is thermisch voorbehandeld glas dat bestendig is tegen grote belastingen. Bij een te grote belasting springt het in veel niet bijzonder scherpe scherven uit elkaar. Enkelvoudig veiligheidsglas wordt gebruikt voor zijruiten, achterruiten en het schuif-kanteldak. Aanwijzing: Intacte ruiten van enkelvoudig veiligheidsglas kunnen bij eerste hulpmaatregelen aan de auto plotseling springen. Afhankelijk van de ongevallensituatie en de omvang van de eerste hulp maatregelen moeten de ruiten vooraf verwijderd worden. Ruiten van enkelvoudig veiligheidsglas kunnen door puntvormige belastingen bijv. met een drevel of een noodhamer verwijderd worden. De ruiten van enkelvoudig veiligheidsglas moeten van tevoren beveiligd worden. . Gelaagd veiligheidsglas (VSG) Gelaagd veiligheidsglas bestaat uit twee glazen ruiten en een tussenlaag van folie. De glazen ruiten blijven bij beschadiging verregaand intact. Gelaagd veiligheidsglas wordt voor voorruiten en evt. voor zijruiten toegepast. De voorruiten worden aan de carrosserie vastgelijmd. Aanwijzing: Omdat ruiten van gelaagd veiligheidsglas niet plotseling kunnen springen, hoeven ze alleen te worden verwijderd als dit voor de reddingswerkzaamheden noodzakelijk is. Ruiten van gelaagd veiligheidsglas kunnen met speciale glaszagen of plaatsnijders verwijderd worden. . Speciaal beschermingsglas Sommige auto´s zijn met speciaal beschermingsglas uitgevoerd. Dit glas is van buiten aan de dikkere ruiten te herkennen. Het speciale beschermingsglas kan niet met het gebruikelijke reddingsgereedschap gesneden worden.
Elektrische installatie - accumanagement 12 V-accu's Aanwijzingen voor de eerste hulp maatregelen De aanpak moet aan de hand van de situatiebeoordeling op de plaats van het ongeval vastgelegd worden. Door het gebruik van actieve elektrische systemen als bijv. elektrische ruitbediening, stoelinstelling of stuurkolominstelling van de eerste hulp verlening aanzienlijk ondersteund worden. De beslissing voor het loskoppelen van de accu ligt daarom bij de leidinggevende ter plaatse. Als gevolg van een ongeval kunnen in sommige gevallen beschadigde leidingen aan voertuigen ondanks beveiliging een ontstekingsbron gaan vormen. Het loskoppelen van de accu´s kan het brandrisico aanzienlijk reduceren. Het zeer geringe risico voor een ongewenste activering van het veiligheidssysteem (airbags, gordelspanners) kan door het loskoppelen van de accu uitgesloten worden. Het contact moet uitgeschakeld worden. . Positie van de 12 V-accu's Uitvoering is met één of twee accu´s mogelijk. De 12 V-accu's bevinden zich afhankelijk van het voertuig in de motor- of in de bagageruimte. Uitzondering: Bij de modellen E34 en E32 bevindt de 12 V-accu zich in de motorruimte of onder de achterbank. De exacte positie van de 12 V-accu's voor het betreffende voertuig is op de reddingskaarten aangegeven. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 24 of 68
Positie van de accupluskabels Als de 12 V-accu zich niet in de motorruimte bevindt, loopt de rode accupluskabel grotendeels over de bodemplaat van het voertuig naar de motor. . Veiligheidsaccuklem
De veiligheidsaccuklem is aan de pluspool van de accu gemonteerd. De ontstekingspatroon van de veiligheidsaccuklem mag niet ingekneld, doorgesneden of verwarmd worden! De veiligheidsaccuklem ontkoppelt alleen de accupluskabel tussen accu en startmotor/dynamo! . Codering Geen codering . Werking Om de kans op kortsluiting bij ongevallen te minimaliseren moet het boordnet in BMW voertuigen in twee stroomcircuits verdeeld worden: het boordnetvoedingsgedeelte en het startstroomcircuit. Indien bij een ongeval aan de beslissende criteria is voldaan, verzendt de airbagregeleenheid resp. één van de satellieten de opdracht voor het ontsteken van de springlading in de veiligheidsaccuklem. Het gasvolume dat hierbij ontstaat schuift de kabelpen uit de houder van de accuklem en ontkoppelt daardoor de stekkerverbinding tussen accu en startmotor/dynamo. De andere verbruikers worden via een eigen verbinding met de accu (boordnetvoeding) verder van spanning voorzien. De volledige activeringsprocedure duurt ca. 3 milliseconden.
Accu´s loskoppelen Bij het loskoppelen van de accu´s moet het volgende in acht genomen worden:
Contact uitschakelen.
Eerste de minpool losmaken, vervolgens de pluspool.
Bij uitvoering met twee accu´s altijd beide accu´s loskoppelen. . Aanwijzing: Mechanische gordelspanners kunnen door het loskoppelen van de accu niet gedeactiveerd worden. . Let op: Als de auto niet stroomloos gemaakt kan worden:
Niet in het opblaasgebied van de niet geactiveerde airbag blijven en geen materiaal neerleggen, vooral als er zwaar reddinggereedschap toegepast wordt.
Gewonden zo mogelijk vanaf de zijkant verzorgen.
Hoog-voltage accu Hoogvolt accu's hebben een spanning van 60 V tot 1000 V. Gedetailleerde informatie voor de betreffende voertuigen zie reddingskaarten.
ActiveHybrid 7 F04, F01, F02, zie reddingskaart sedan 7 Serie
ActiveHybrid 5 F10, zie reddingskaart sedan 5 Serie
ActiveHybrid 5 F18PHEV, zie reddingskaart sedan 5 Serie
ActiveHybrid 3 F30, zie reddingskaart sedan 3 Serie
X5 ActiveHybrid F15PHEV, zie reddingskaart SAV X5.
X6 ActiveHybrid E72, zie reddingskaart SAV X6.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 25 of 68
BMW Active E, E82, zie reddingskaart 1 Serie
MINI E, zie reddingskaart MINI E.
BMW eDrive, zie reddingskaart I01, I12 . Verdere gedetailleerde informatie over hoogspanningstechnologie zie reddingsinstructie.
Alternatieve aandrijvingen Elektrische auto's Voor gedetailleerde informatie over MINI E, zie reddingskaart MINI E. Voor gedetailleerde informatie over BMW Active E, zie reddingskaart 1 Serie. Voor gedetailleerde informatie over BMW eDrive, zie reddingskaart I01, I12. Hybride auto's Voor gedetailleerde informatie over ActiveHybrid 7 F04, F01, F02, zie reddingskaart sedan 7 Serie. Voor gedetailleerde informatie over ActiveHybrid 5 F10, F18PHEV, zie reddingskaart sedan 5 Serie. Voor gedetailleerde informatie over ActiveHybrid 3 F30, zie reddingskaart sedan 3 Serie. Voor gedetailleerde informatie over X5 ActiveHybrid F15PHEV, zie reddingskaart SAV X5. Voor gedetailleerde informatie over X6 ActiveHybrid E72, zie reddingskaart SAV X6. Verdere gedetailleerde informatie over alternatieve aandrijvingen zie reddingsinstructie.
Brandstoffen en brandstoftanks Brandstoffen Dieselmotor: Dieselbrandstof DIN EN 590 Benzinemotor:
Super Plus, 98 RON
Superbenzine loodvrij, 95 RON
Loodvrije benzine, 91 RON . Brandstoftank zelf De brandstoftank bevindt zich in de buurt van de achteras aan de bodemplaat. Uitzondering: Bij de modellen E32 en Sedan E34 bevindt zich de brandstoftank in de buurt van de bagageruimte. De nauwkeurige positie van de brandstoftank voor de betreffende auto is op de reddingskaarten aangegeven. . Tankdopklep BMW: De tankdopklep bevindt zich aan de rechterkant. MINI: De tankdopklep bevindt zich aan de linkerkant. De nauwkeurige positie van de tankdopklep voor de betreffende auto is op de reddingskaarten aangegeven.
Vaak gestelde vragen over het airbagsysteem Hoe werkt een airbag? De door sensoren gedetecteerde acceleratie wordt geïntegreerd en geanalyseerd. Na overschrijding van de betreffende activeringsdrempels wordt de ontsteking van de benodigde airbag geactiveerd. De ontstekingspatroon in de gasgenerator ontvangt de ontstekingsspanning van de airbagregeleenheid c.q. van de betreffende satelliet. Het gas dat ontstaat stroomt in de airbag. . Hoe is te zien of een auto met airbags is uitgevoerd? Aan het opschrift "AIRBAG" of "SRS" of "SRS-AIRBAG" op het stuurwiel, het dashboard, de portierbekleding en Astijlbekleding, de C-stijl en de buitenzijde van de rugleuning van de bestuurders- en passagiersstoel. In geval van twijfel kan er bij nieuwere auto´s van uitgegaan worden dat ze met airbags uitgevoerd zijn. . Komt er tijdens de ontsteking rook vrij? Er is voornamelijk sprake van stofvorming door het talkpoeder waarmee de airbag af fabriek is behandeld. . Wordt de airbag warm? De airbag wordt niet warm. Alleen de componenten in het inwendige van de airbagmodule bereiken door de activering hoge temperaturen. Deze componenten liggen in de buurt van de airbagbevestiging en vormen voor de eerste hulp verleners geen gevaar. De onderdelen hebben ca. 15 min nodig om af te koelen. . Bevindt zich natriumzuur in de restanten? Natriumazide, de vaste brandstof in de gasgenerator, verbrandt bij de ontsteking van de gasgenerator volledig en wordt voor 100 % chemisch omgezet. Het reactieproduct bestaat voor het grootste gedeelte uit onschuldig stikstof, dat ook voor ca. 80 % in onze ademlucht aanwezig is. . Welke maatregelen moeten genomen worden als een niet geactiveerd airbagmodule mechanisch beschadigd wordt? In het zeer onwaarschijnlijke geval van een vernieling van de gasgenerator zou het in de vorm van tabletten geperste drijfgas naar buiten vallen. In dit geval moet contact met de huis beslist vermeden worden (handschoenen en veiligheidsbril dragen). De tabletten moeten apart behandeld en weggedaan worden. Ze moeten uit de buurt van iedere
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 26 of 68
ontstekingsbron (elektriciteit, vuur enz.) gehouden worden. . Is er bij een brandende auto kans dat de gasgenerator ontploft? De gasgenerator is zo geconstrueerd dat deze normaal geactiveerd wordt als hij blootgesteld wordt aan vuur, waarbij de oppervlaktetemperatuur van de gasgenerator boven de 200 °C stijgt. . Kan water als blusmiddel worden gebruikt? Ja Ieder effectief brandblusmiddel kan ook bij auto´s met airbag toegepast worden. . Kan de lucht in het voertuig na de activering van de airbag zonder problemen worden ingeademd? Ja Chemische en medische analyses bevestigen dat dit geen bedreiging voor de gezondheid vormt. Er kan echter geen korte hoestprikkel uitgesloten worden. . Als de airbag bij de botsing niet geactiveerd werd, is het dan waarschijnlijk dat hij na de botsing geactiveerd wordt? Nee. De ongevalsensoren reageren op natuurkundige impulsen van een ongeval. . Heerst er gevaar voor de eerste hulp verlener? Nee. Een eerste hulp verlener (hulverlener zonder reddingsapparatuur) wordt geconfronteerd met dezelfde situatie als bij normaal rijden. Als de auto stilstaat worden de airbags niet geactiveerd. . Als de airbag bij de botsing niet werd geactiveerd, hoe kan het systeem dan gedeactiveerd worden? Contact uitschakelen. Beide accukabels (eerst de massapool en dan de pluspool) van de accu loskoppelen. De kans op een activering tijdens de redding is daarmee uitgesloten. Zie voor uitzonderingen het hoofdstuk „Airbag“. . Moet het hulpverlenend personeel wachten met de hulpverlening tot het airbagsysteem gedeactiveerd is? Nee. Contact uitschakelen. Beide accukabels (eerst de massapool en dan de pluspool) van de accu loskoppelen. Als er rekening wordt gehouden met de punten bij het thema „Gedrag van de terughoud- en veiligheidssystemen na een ongeval“ kan er meteen met de redding van de inzittenden worden begonnen. . Hoe moet er gereageerd worden als er personen ingekneld zijn, sommige airbagsystemen niet geactiveerd en de auto niet stroomloos gemaakt kan worden?
Medische noodverzorging onmiddellijk starten.
Op de eerste plaats verzorgingsopeningen maken.
Controle: Welke airbagsystemen die nog niet geactiveerd zijn, bevinden zich in de auto en liggen in het werkgebied van de EHBOers en brandweer?
Stuurkolom naar mogelijkheid niet met de spreider trekken.
Geen kabels in de buurt van de airbagsystemen doorknippen (hier is er een minimaal risico van een activering van de airbag door een kortsluiting)
Opblaasgebied van een niet geactiveerde airbag: veiligheidsmaatregelen voor de gewonde persoon treffen
De gewonde vanaf de zijkant verzorgen.
Hoofd en bovenlichaam naar mogelijkheid niet in het werkgedeelte van de airbag brengen als er aan de auto met zwaar reddingapparatuur gewerkt wordt.
Geen verblijf en geen materiaal neerleggen in het werkgedeelte van de niet geactiveerde airbag, vooral wanneer er met zwaar reddingpparatuur gewerkt wordt.
. Kunnen er ook andere reddingstechnieken toegepast worden? Ja, de definitieve beslissing over hoe de redding moet verlopen is altijd een beslissing die ter plaatse genomen en met de bevelvoerder, de technische hulpverleners en de noodarts of het hulpverlenend personeel afgestemd moet worden. Hierbij moet vooral met de aanwezige technische en tactische mogelijkheden en het feit hoe het ongeval is gebeurd en de mate van vernieling van de auto rekening gehouden worden.
Hoogspanning / hybridetechniek
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 27 of 68
BMW i - veiligheid van eDrive is hoofdbestanddeel van alle BMW i auto's De veiligheid van eDrive is hoofdbestanddeel van de productontwikkeling. Talrijke maatregelen garanderen de betrouwbaarheid ook bij ongevallen.
Volledig geïsoleerd hoogvoltage systeem.
Automatische veiligheidsuitschakeling (scheiding) van de hoogvoltage accu bij een ongeval waarbij de airbag wordt geactiveerd.
Continue bewaking van de hoogvoltage bedradingen en andere veiligheidsrelevante criteria evenals automatische veiligheidsprocessen. Alle systemen hebben hun veiligheid tijdens botsproeven en standaardtests bewezen. De BMW systeemtests hebben bewezen dat de systeemveiligheid ver boven de wettelijke eisen ligt.
Wat betekent "hoogspanningssysteem" in de auto? In voertuigen met hoogvolt systeem zijn componenten ingebouwd die met spanningen van meer dan 60 V gelijkspanning of 25 V wisselspanning werken. De componenten in deze auto´s hebben ten dele een groot elektrisch vermogen nodig. Het hoogvolt boordnet in hybride en elektrische voertuigen werkt met gelijkspanningen van maximaal 650 V en moet een grote hoeveelheid elektrische energie beschikbaar stellen.
Uit welke componenten een bestaat een hybride voertuig? Afgezien van de aandrijfeenheid bestaat een hybride voertuig uit de volgende belangrijke componenten:
Hoog-voltage accu
Hoogvoltage bedrading
Elektromachine Elektronica
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 28 of 68
Elektromotor(en) resp. dynamo(´s)
Overzicht hoogvoltage componenten aan de hand van het voorbeeld X6 ActiveHybrid E72: Index Verklaring 1 Elektromachine Elektronica 2 Elektrische koelvloeistofcompressor 3 Actieve transmissie met elektromotoren/-generatoren voor Full Hybrid 4 Hoogvoltage bedrading 5 Hoog-voltage accu
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 29 of 68
Overzicht hoogvolt componenten aan de hand van het voorbeeld 3 Serie ActiveHybrid 3 F30: Index Verklaring 1 Elektrische koelvloeistofcompressor 2 Elektromachine 3 Elektromachine Elektronica 4 Hoog-voltage accu
Hoogvoltage veiligheid Bij ondeskundige hantering gaat er gevaar uit van de hoge spanningen in het hoogvoltagesysteem. De auto heeft daarom een uitgebreid veiligheidsconcept. Het repareren, het onderhoud en de service van hoogvoltagecomponenten inclusief de oranje hoogvoltagekabels mogen alleen door hiervoor opgeleide deskundigen uitgevoerd worden. Eigenmachtige reparaties aan het hoogvoltagesysteem zijn verboden. Verdere informatie over de hoogvoltage veiligheid
De hoogvolt accu bevindt zich in het crashbeveiligde gedeelte. Details zie reddingskaarten.
Door de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn los te koppelen, wordt het hoogvolt systeem gedeactiveerd (spanningsvrij geschakeld).
Het hoogvolt systeem is galvanisch van de massa gescheiden.
Alle aansluitingen en stekkers aan de hoogspanningscomponenten van de auto zijn aanraakveilig uitgevoerd.
. Het hoogspanningssysteem wordt uitgeschakeld wanneer:
de stekkerverbinding van de hoogspanningssnijlijn gescheiden wordt
er een botsing wordt herkend die de activering van airbags en/of gordelspanners leidt of
de massa-aansluiting van de 12 V-accu van de accuminpool wordt gescheiden
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 30 of 68
hoog-voltage accu inclusief hoogvoltagereddingssnijlijn Voorbeeld X6 ActiveHybridE72
Index 1 2 3
Verklaring Hoog-voltage accu Hoogvoltageveiligheidsschakelaar Hoogvoltage bedrading
. Voorbeeld 3 Serie ActiveHybrid 3 F30:
Index 1 2 3
Verklaring Hoog-voltage accu Hoogvoltageveiligheidsschakelaar Stekkerverbinding voor hoogspanningsleidingen
In de veiligheidsconcepten van de autofabrikanten speelt de hoogvoltagereddingssnijlijn een belangrijke rol. Bij alle concepten heeft deze dezelfde functie, namelijk de stroomkring van de hoogspanningsaccu naar de auto te onderbreken. Zodra de stekkerverbinding van de hoogvoltagereddingssnijlijn verbroken worden, is de stroomkring buiten de hoogspanningsaccu en hiermee het volledige hoogspanningssysteem onderbroken.
Elektromachine Elektronica
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 31 of 68
In de hybridetechniek wordt de elektromachine elektronica voor het omvormen van de stroom toegepast. De elektromachine elektronica wordt als omvormer resp. ook als inverter aangeduid. Deze zet de wisselstroom, die in de hoogvoltage-dynamo opgewekt wordt om in gelijkstroom. De inverter mag - net als alle andere hoogvoltage componenten – in geen enkel geval geopend worden, omdat er binnenin hoge spanningen aanwezig kunnen zijn.
Elektromachine
De elektromachine in de ActiveHybrid 5 is een permanent geactiveerd synchrone machine. De machine kan de elektrische energie van de hoogspanningsaccu omzetten in bewegingsenergie, waardoor de auto wordt aangedreven. Zowel elektrisch rijden tot ca.60 km/h is mogelijk, maar ook de ondersteuning van de verbrandingsmotor bijv. bij inhalen (boost-functie) of de actieve koppelondersteuning bij het schakelen. In het omgekeerde geval vormt de elektromachine bij het remmen en bij deceleratie bewegingsenergie om in elektrische energie en slaat deze energie in de hoogvoltage accu op (energieterugwinning).
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 32 of 68
Hoogvoltage bedrading
De hoogspanningsleidingen (1) verbinden de hoogspanningscomponenten met elkaar, bijv. de hoogspanningsaccu met de machine-elektronica of de machine-elektronica met de elektromachine. De hoogvoltagekabels zijn te herkennen aan hun oranje isolatie (kabelmantel).
Codering van de hoog-voltage accu´s
Codering van de andere hoogvoltage onderdelen
Meer informatie: Voertuigspecifieke informatie en aanpak bij verongelukte auto´s moet beslist aan de betreffende reddingskaart worden ontleend!
.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 33 of 68
Hulp bij ongevallen & bergen bij voertuigen met hoogspanningssystemen volgens VDA (Verband der Automobilindustrie) Antwoorden op vaak gestelde vragen / FAQ (Frequently Asked Questions) . Indeling 1.
Verkenning/voertuigidentificatie
2.
Gevaar voor elektrische schokken
3.
Gevaar uitgaande van de hoogvoltage-energieaccumulator
4.
Chemische gevaren
5.
Thermische gevaren (brand)
6.
Infrastructuur voor het elektrisch laden
7.
Voertuig te water
8.
Slepen, bergen, transporteren, BMW pechhulp en bewaring
9.
Verdere informatie
. . 1. Verkenning/voertuigidentificatie 1.1 Hoe kan worden herkend dat het om een auto met een hoogvoltage systeem gaat?
De typeaanduidingen op de achterzijde van het voertuig, zoals 'Hybrid' en 'eDrive', of additionele opschriften, zoals op het voorspatscherm, wijzen daar ondermeer op.
Als de auto niet over een typeaanduiding beschikt, kunnen de volgende kenmerken op een auto met hoogspaningssysteem wijzen: elektrische laadaansluiting oranje hoogspanningsleidingen Waarschuwingsplaatje op elektrische hoogvolt componenten Oplaadmeter in het instrumentenpaneel markeringen op het dashboard geen uitlaatsysteem Het ontbreken van deze kenmerken is er echter geen duidelijke aanwijzing voor dat het om een voertuig zonder een hoogspanningssysteem gaat
Sinds januari 2013 kunnen meldkamers in Duitsland kentekenplaten opvragen van in Duitsland geregistreerde auto's, zodat deze via het reddingsinformatieblad eenduidig kunnen worden ingedeeld.
. 2. Gevaar door elektrische schokken 2.1 Bestaat na een ongeval gevaar voor elektrische schokken bij het aanraken van de auto of onderdelen van de auto?
Er dreigt in principe geen gevaar voor personen door een elektrische schok, nochtans is dit afhankelijk van het soort ongeval.
De auto's zijn uitgerust met meerdere, verschillende veiligheidsmechanismen. Het HV-systeem is aanraakveilig uitgevoerd. Het HV-systeem is elektrisch volledig van de carrosserie van de auto geïsoleerd (galvanische/elektrische scheiding. Bij ernstige ongevallen waarbij de airbags worden geactiveerd, wordt het hoogvolt systeem bij de meeste voertuigen uitgeschakeld. Eventueel zijn er vergelijkbare veiligheidsmechanismen ingebouwd. (details zie voertuigspecifiek reddingsgegevensblad)
Bij twijfel moet het HV-systeem van de auto voor zover mogelijk handmatig worden gedeactiveerd (zie vraag 2.4).
. 2.2 Kan bij een verongelukte elektrische/hybride auto worden herkend of het HV-systeem is uitgeschakeld?
Een directe weergave van de spanningsvrijheid na een ongeval is vanwege de verschillende schadescenario's niet mogelijk.
Bij twijfel moet het HV-systeem van de auto voor zover mogelijk handmatig worden gedeactiveerd (zie vraag 2.4).
. 2.3 Vormt een geparkeerd voertuig dat bij een ongeval betrokken is (botsing bij stilstand) een elektrisch gevaar?
Het hoogspanningssysteem van de auto kan ook bij stilstand actief zijn (bijv. standklimaatregeling).
De airbag van hoogvolt voertuigen die bij een botsing bij stilstand betrokken zijn zal over het algemeen niet geactiveerd worden. Het hoogvolt systeem zal dus ook niet worden uitgeschakeld.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 34 of 68
Bij zware ongevallen moet daarom het HV-systeem van de auto worden gedeactiveerd (zie reddingsinformatieblad).
Dit geldt zowel voor voertuigen aan een elektrisch laadstation alsook voor geparkeerde voertuigen die niet aan een laadstation aangesloten zijn.
. 2.4 Kunnen hulpverleners een HV-systeem handmatig deactiveren?
Ja, elektrische/hybride auto's beschikken over verschillende mogelijkheden om het HV-systeem handmatig te deactiveren.
De meeste auto's beschikken over een extra uitschakelsysteem voor het HV-systeem, dat door hulpverleners kan worden gebruikt. Het gaat hierbij om 12 volt-scheidingspunten. Deze kunnen ook door niet-HV-vakmensen worden bediend om het HV-systeem te deactiveren. Aanwijzing: Het hoogspanningsenergiereservoir wordt hierdoor niet ontladen – maar wel van het resterende hoogspanningssysteem elektrisch gescheiden.
De aanbevolen werkwijze voor het handmatig deactiveren van het HV-systeem wordt in het reddingsinformatieblad van de betreffende fabrikant beschreven.
. 2.5 Welk gevaar vormen beschadigde HV-kabels na een ongeval als te zien is dat de airbags niet zijn geactiveerd?
Beschadigde HV-kabels of -componenten kunnen principieel een elektrisch gevaar vormen. HV-kabels/componenten mogen niet worden aangeraakt. Aanwijzing: HV-kabels zijn altijd oranje.
. 3. Gevaar door HV-energiereservoir 3.1 Kunnen HV-energiereservoirs na een ongeval worden ontladen? Nee, het elektrisch ontladen van het HV-energiereservoir op de plek van het ongeval is niet mogelijk. . 3.2 Hoe moet op de plek van het ongeval met een beschadigd HV-energiereservoir in de auto worden omgegaan?
Het beschadigde HV-energiereservoir mag niet worden aangeraakt.
De toestand van het HV-energiereservoir moet in het oog gehouden worden (bijv. rookontwikkeling). Het wordt aanbevolen om via de verantwoordelijke meldkamer assistentie in te roepen van een voor hoogspanningssystemen gekwalificeerde elektrotechnicus om het concrete elektrische gevaar te beoordelen en om de verdere werkwijze te bepalen. . 3.3 Hoe moet met een door een ongeval van het voertuig gescheiden of losgekoppeld HV-energiereservoir of delen ervan te werk gegaan worden? In dit zeer onwaarschijnlijke geval moet op elektrische, chemische, mechanische en thermische gevaren door het HVenergiereservoir worden gerekend.
Het HV-energiereservoir mag niet worden aangeraakt.
Het wordt aanbevolen om via de verantwoordelijke meldkamer assistentie in te roepen van een voor hoogspanningssystemen gekwalificeerde elektrotechnicus om het concrete elektrische gevaar te beoordelen en om de verdere werkwijze te bepalen.
. 4. Chemisch gevaar 4.1 Waarop moet worden gelet bij de omgang met wegvloeiende elektrolyt uit het HV-energiereservoir na een ongeval?
Elektrolyten kunnen in de regel irriteren, branden en mogelijk bijten. Contact met de huid en het inademen van de dampen moet absoluut worden vermeden.
Gebruik conventionele middelen om de vloeistoffen te binden. . 4.2 Welke gevaren bestaan bij "gasvorming" van een HV-energiereservoir?
In de onmiddellijke nabijheid kunnen de gassen irriteren, branden en mogelijk bijten. Ze mogen daarom in geen geval worden ingeademd.
De bergingsprocedure moet worden afgebroken en de verdere werkwijze moet met de inzetleiding van de brandweer worden afgestemd.
. 5. Thermisch gevaar (brand) 5.1 Moet in geval van brand rekening worden gehouden met een explosie van een HV-energiereservoir?
Een explosie van HV-energiereservoirs is door de passende veiligheidstechniek in principe uitgesloten.
De hoogvolt accu en diens afzonderlijke accucellen beschikken over mechanische veiligheidssystemen die bij een door bijvoorbeeld brand veroorzaakte temperatuur- en druktoename worden geopend en zo voor een gerichte "gasvorming" en drukafname zorgen.
. 5.2 Moet bij brand van een elektrisch/hybride voertuig worden uitgegaan van toxische rook?
Ja, bij brand van elektrische/hybride auto's ontstaat door brandende materialen (bijv. kunststoffen), net zoals bij conventionele auto's, rook die schadelijk is voor de gezondheid.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 35 of 68
. 5.3 Kan ook op een later moment na een ongeval nog brand ontstaan in een HV-energiereservoir? Ja, net zoals bij conventionele verongelukte auto's kan het restrisico op een later optredende brand niet worden uitgesloten. Dit geldt in het bijzonder bij beschadigde HV-energiereservoirs (zie ook vraag 8.5). . 5.4 Kan een voertuig met HV-energiereservoir geblust worden of welk blusmiddel moet gebruikt worden? Principieel ja. Als blusmiddel dient bij voorkeur water te worden gebruikt, omdat water ook een koelende uitwerking op het HV-reservoir heeft. Er moet met veel water geblust of gekoeld worden. . 6. Elektrische laadinfrastructuur 6.1 Waarop moet worden gelet als een op een laadpaal aangesloten elektrische/hybride auto betrokken raakt bij een ongeval (standcrash)?
Indien mogelijk het laadsnoer van de laadpaal/auto loshalen of de laadpaal uitschakelen. Het laadsnoer moet in principe van de auto worden gescheiden.
Voor het loskoppelen moeten kabels en stekkers visueel op eventuele beschadigingen gecontroleerd worden.
Bij zware ongevallen moet het HV-systeem van de auto worden gedeactiveerd (zie reddingsinformatieblad). Aanwijzing: Het HV-systeem van de auto kan onafhankelijk van het laadstation ook bij stilstand actief zijn (bijv. standklimaatregeling). . 6.2 Wat gebeurt er als het laadsnoer van een openbaar laadstation tijdens het opladen van een elektrisch voertuig door vandalen wordt doorgesneden?
Deze mogelijkheid is door de technische infrastructuur van het openbare laadstation beveiligd. Wanneer dit gebeurt, wordt het opladen gestopt.
De gebruiker van het openbare laadstation moet worden geïnformeerd. . 7. Auto te water 7.1 Moeten bij een elektrische/hybride auto die zich in het water bevindt bijzondere risico's worden verwacht?
Te water bestaat er geen verhoogde kans op een elektrische schok door het hoogvoltagesysteem.
Hier gelden dezelfde aanwijzingen als beschreven in hoofdstuk 2 en 3.
De werkwijze bij het bergen is gelijk aan die bij conventionele auto's. Dit geldt ook voor carrosserieën van koolstofvezelcomposietmaterialen (carbon). . 7.2 Bestaat er in een waterwinningsgebied (bijv. bij een dam) een gevaar voor het water als een elektrische/hybride auto daar in het water terechtkomt?
Vergeleken met conventionele auto's bestaat er gebruikelijk geen additioneel gevaar voor het drinkwater. . 8. Slepen, bergen, transporteren, BMW pechhulp en bewaring 8.1 Waarop moet worden gelet als een elektrisch/hybride voertuig met een sleepkabel/sleepstang uit een gevarengebied (bijv. bij wegwerkzaamheden) moet worden verwijderd?
Het verwijderen van het voertuig uit een zone met onmiddellijk dreigend gevaar is altijd toegestaan, mits dat stapvoets geschiedt.
Meer informatie over het wegslepen vindt u in de handleiding van de autofabrikant. . 8.2 Waarop moet bij het opladen van een elektrisch/hybride auto na een zwaar ongeval worden gelet?
Voorafgaand aan het laden moet het hoogvoltagesysteem gedeactiveerd zijn. Aanwijzingen daarover vindt u in de handleiding van de auto c.q. in het reddingsinformatieblad.
Bij de overdracht aan een vertegenwoordiger van de gemeente/een bergingsbedrijf wordt aanbevolen de maatregelen van de brandweer (deactiveren HV-systeem) mede te delen. Er moet met name op mogelijk gevaar door beschadigde HV-componenten (bijv. stroomstoten of brandgevaar door energiereservoir) worden gewezen.
Voor het opladen en transporteren moeten de nationale voorschriften/normen in acht worden genomen (in Duitsland: BGI 800 en BGI 8664, BGI 8686 en BGI 5065).
Wordt het voertuig aan derden gegeven, wordt aangeraden om de getroffen maatregelen mee te delen en deze schriftelijk te laten bevestigen.
Bij het optillen met de kraan/krik of het verladen wordt aanbevolen om op het volgende te wijzen: Bij werkzaamheden met de lier erop letten dat er geen HV-componenten beschadigd zijn/worden.
. 8.3 Waarop moet bij het transporteren/slepen van verongelukte elektrische/hybride voertuigen worden gelet?
Auto's moet in principe met een oprijwagen c.q. volgens de instructies van de fabrikant worden getransporteerd.
Bij het slepen in het hefplateau kan het tot schade aan het elektrische/hybride systeem komen als de aandrijfas (sen) op de weg blijft/blijven. Aanwijzing: Let op voertuigen met 4x4!
Voertuigen met een beschadigde accu kunnen het best naar de dichtstbijzijnde officiële BMW dealer of een veilige plaats getransporteerd worden (zie ook vraag 8.5).
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 36 of 68
. 8.4 Bestaan er voorschriften die het rijden door tunnels beperken als een bergingsvoertuig een beschadigde elektrische/hybride auto vervoert?
Nee, voertuigen met accu en hybride voertuigen vallen in het geval van afvoert niet onder de regels van het ADR. (Accord européen relatif au transport international des marchandises Dangereuses par Route - Europese Overeenkomst betreffende het internationaal vervoer van gevaarlijke goederen over de weg)
Het bergingsbedrijf dient voor de verkeersveiligheid van het transport te zorgen en hierbij rekening te houden met voornoemde maatregelen (zie 8.2) en de graad van beschadiging. Er dient rekening te worden gehouden met een mogelijk gevaar door beschadigde HV-componenten (bijv. stroomstoten of brandgevaar door energiereservoir).
Landspecifieke en gebruikersspecifieke tunnelregels moeten in acht worden genomen. . 8.5 Hoe moeten verongelukte elektrische/hybride auto's worden neergezet en bewaard?
Verongelukte elektrische/hybride auto's moeten net zoals conventionele auto's om brandveiligheidsredenen in een afgesloten gebied op een parkeerplaats in de openlucht met voldoende afstand tot andere auto's, gebouwen en andere brandbare voorwerpen worden neergezet.
De auto moet overeenkomstig worden gemarkeerd.
Dit moet met name in acht worden genomen als de auto buiten de openingstijden wordt gebracht. . 9. Meer informatie Voor het herkennen van alternatieve aandrijvingstechnieken heeft de "AUTO-brandweerregel" zich bewezen: A = lekkende bedrijfsstoffen U = bodemplaat controleren T = tankdop openen O = oppervlak afzoeken . Voor de recente stand FAQ (Frequently Asked Questions) volgens het Verband der Automobilindustrie zie onder: http://www.vda.de/de/publikationen/publikationen_downloads/detail.php?id=1200 Extra aanwijzingen met betrekking tot elektrische gevaren worden ook beschreven in BGI/GUV-I 8677 (elektrische gevaren op de inzetlocatie). . .
Expertleidraad BMW I01
1 Inleiding
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 37 of 68
Deze instructies moeten toegepast worden na een zwaar ongeval waarbij de reddingskrachten geen zekerheid hebben over de toestand van het hoogvoltsysteem. Landspecifieke richtlijnen moeten absoluut in acht worden genomen. Bestaat het vermoeden dat de veiligheid van het voertuig niet meer gegeven is en er evt. gevaar voor de reddingskrachten te verwachten is, dan moet de leidinggevende een elektrotechnicus naar de plaats van het ongeval halen. Bij zware ongevallen waarbij een risico op beschadiging van de hoog-voltage accu niet uit te sluiten is, wordt de hoogvoltage accu automatisch van het hoogspanningssysteem gescheiden. Voordat er verdere werkzaamheden aan het voertuig worden uitgevoerd (bijv. reparatie, recycling), moet door gekwalificeerd, vakkundig personeel een onderzoek volgens BMW-specificaties worden verricht. Het hoogspanningssysteem moet principieel als veilig beschouwd worden. Als de airbag wordt geactiveerd, zijn er twee uitschakelmechanismen in het voertuig aanwezig die het hoogvolt systeem uitschakelen. Bij het eerste uitschakelmechanisme springt de veiligheidsaccuklem op de 12 V-pluspool van de accu los, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Bij het tweede uitschakelmechanisme wordt er een CAN-bericht verstuurd dat de spanningsvoorziening van de accubeveiliging in de hoogvolt accu onderbreekt, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Het hoogvolt systeem (IT-net) bestaat uit twee afzonderlijke stroomkringen (HV+, HV-) die volledig van het 12 V-boordnet ontkoppeld zijn. De elektrische massa (-) heeft geen hoogvolt potentiaal. Alleen de componentbehuizingen zijn voor de potentiaalcompensatie aan de massa gekoppeld. Om elektrisch gevaar te veroorzaken, moet een persoon de hoogvolt minkring en de hoogvolt pluskring overbruggen. Worden geen beschadigde hoogvoltage bedradingen (oranje kabels) of hoogspanningscomponenten aangeraakt, dan is een levensgevaarlijke elektrische schok uitgesloten. Opgelet: De hierna beschreven aanwijzingen zijn uitsluitend voor het gebruik aan de BMW I01 bestemd. .
2 Grondbeginselen 2.1 Definitie zwaar verongelukt voertuig Een voertuig geldt als zwaar verongelukt als minstens een van de volgende voorwaarden van toepassing is: Intrusies of vervormingen van meer dan 5 mm aan de behuizing van de hoog-voltage accu Voertuig bevindt zich volledig of gedeeltelijk in het water (bijv. havenbekken, rivier, kanaal) Voertuig volledig of gedeeltelijk in brand
3 Redden & bergen 3.1 Hoogspanningssysteem beveiligen Door de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn los te koppelen en de 12 V-accu (massapool) los te koppelen, moet het hoogvolt systeem uitgeschakeld worden (zie reddingskaart voor de werkwijze). Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Massastrips (potentiaalcompensatie) van de hoogspanningscomponenten mogen niet doorgeknipt worden. De spanningsvrijheid kan van het instrumentenpaneel (12 V-accu moet nog aangesloten zijn) worden afgelezen of door een elektrotechnicus middels gedefinieerde metingen worden vastgesteld. . 3.1.1 Hoogvoltagesysteem deactiveren (spanningsvrij schakelen) Onder de motorkap bevinden zich de hoogvolt reddingssnijlijn en de 12 V-accu. Door het loskoppelen van de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn en het loskoppelen van de 12 V-accu (massapool) wordt het hoogvolt systeem gedeactiveerd (zie reddingskaart). Als de hoogvolt reddingssnijlijn onder de motorkap niet toegankelijk is, dan kan het hoogvolt systeem bij de grote hoogvolt stekkers van de elektromachine-elektronica in de bagageruimte onder het servicedeksel uitgeschakeld worden.
Het hoogvolt systeem moet worden uitgeschakeld door de kleine aanbouwstekker uit te trekken (1). Zie volgend hoofdstuk, onderpunt 7. . 3.1.2 Spanningsvrijheid vaststellen
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 38 of 68
Een uitgeschakeld hoogvolt systeem kan worden herkend aan de Check-Control-melding "Hoogspanningssysteem uitgeschakeld" in het instrumentenpaneel. Aanwijzing: Voor de weergave moet de 12 V-accu aangesloten zijn en moet een klemmenwisseling (voertuig via startstop-toets uit- en opnieuw inschakelen) uitgevoerd worden. Kan de spanningsvrijheid niet aan de hand van het instrumentenpaneel vastgesteld worden, dan kan de spanningsvrijheid door een elektrotechnicus met persoonlijke veiligheidsuitrusting met de volgende metingen vastgesteld worden. Werkzaamheden: 1. Voertuig uitschakelen. Met de START-STOP-toets het voertuig uit de actieve toestand nemen. 2. Contactsleutel uit voertuig verwijderen. 3. Achterklep openen. 4. 12 V-accu loskoppelen.
5. Kofferruimtebodemafdekking verwijderen.
6. Servicedeksel verwijderen. Hiervoor 8 schroeven losdraaien (pijlen) en motorruimteafdekking eruit nemen.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 39 of 68
Onder de opening bevindt zich links de elektromachine-elektronica (1) met de daaronder liggende elektromachine en rechts (indien ingebouwd) de range-extender (2).
7. Hoogvoltstekker losmaken. Vergrendeling aan de aanbouwstekker (1) van de hoogvoltstekker (2) indrukken en aanbouwstekker (1) aftrekken.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 40 of 68
Vergrendeling (1) van de hoogvoltstekker (2) in de richting van de pijl tot aan de aanslag uittrekken.
Hoogvoltstekker (1) naar boven toe lostrekken. . 8. Meten van de spanningsvrijheid aan de hoogvoltstekker.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 41 of 68
De losgemaakte hoogvoltage bedrading is direct aan de hoog-voltage accu aangesloten. Bij het meten erop letten dat de contacten met de meetpennen bereikt worden.
In een volgende stap kan telkens van beide contacten naar de behuizing van de elektromachine-elektronica gemeten worden. De behuizingen van alle hoogvolt componenten zijn door een potentiaalverschilkabel via de massa (aluminiumrijmodule) verbonden. Als er door een beschadiging een hoogvolt potentiaal op de behuizing c.q. de massa aanwezig is, dan kan deze hiermee gemeten worden. Wordt in geen geval een spanning gemeten, dan moet ervan uitgegaan worden dat er van het systeem geen gevaar uitgaat. . 9. Aansluiten van de hoogvoltstekker
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 42 of 68
Om een verdere foutbehandeling uit te sluiten, moet de hoogvoltstekker opnieuw aangesloten en vergrendeld worden. De kleinste stekker (HV-uitschakeling) mag niet opnieuw aangesloten worden. . 10. Motorruimte met servicedeksel sluiten . 3.2 Voertuigbrand Principieel moeten alle wettelijke voorschriften voor een traditionele voertuigbrand in acht genomen worden. Bij een door een voertuigbrand veroorzaakte reactie van de lithium-ion hoog-voltage accu komt het niet tot een explosie. Er vindt een snelle thermische reactie plaats. Het bewaken van de hoog-voltage accu met een warmtebeeldcamera wordt hierbij aangeraden. Ingeklemde personen kunnen met de nodige brandweerveiligheidsuitrusting bevrijd worden. De BMW I01 bestaat uit een koolvezelveiligheidskooi op een aluminium rijmodule. De koolvezels zijn niet brandbaar. Omdat deze vezels echter door een hars verbonden zijn, kan het bij hoge temperaturen tot een brand van de hars komen. Hierbij moet er rekening mee gehouden worden dat een brand tot vermoeidheid van de stevigheid van de voertuigstructuur leidt. Het voertuig bestaat na de brand alleen nog uit de structuur van de rijmodule. Bij het bergen moet hoofdstuk 3.2.3 in acht genomen worden! Persoonlijke veiligheidsuitrusting zoals bij een traditionele voertuigbrand! Een elektrisch gevaar kan ook na een brand ontstaan!
. 3.2.1 Blussen Bij een brand moet de hoog-voltage accu met veel water gekoeld worden om verdere reacties in de hoog-voltage accu te verhinderen. Tijdens het blussen kan het binnenin de hoog-voltage accu tot hoorbare gebeurtenissen komen. Hierbij gaat het om de veiligheidskleppen van de accucellen. Dit vormt geen gevaar. Tot deze hoorbare gebeurtenissen kan het ook na het blussen van de voertuigbrand komen. BGI/GUV-I 8677 elektrische gevaren op de inzetlocatie Bij het blussen moet de volgende veilige afstand in acht genomen worden 1 m - spuitstraal 5 m - volle straal
. 3.2.2 Spanningsvrijheid aan het afgebrande voertuig vaststellen Ook na de brand kan er nog sprake zijn van elektrisch gevaar. De isolatie van de hoogvoltage bedrading kan door de hitte beschadigd of zelfs verwijderd zijn. In dergelijke gevallen mag het voertuig alleen nog in persoonlijke veiligheidsuitrusting genaderd worden. Zoals beschreven in hoofdstuk 3.1.2 subpunt 8 wordt ook hier aan beide kabels op spanningsvrijheid gemeten. In de volgende stap wordt van beide kabels op de behuizing van de hoog-voltage accu gemeten. Evt. kunnen in het voorste bereik van het voertuig bijkomende kabels gemeten worden. Is nog een spanningspotentiaal voorhanden, dan moeten de uit de hoog-voltage accu komende hoogvoltage bedradingen van de hoog-voltage accu gescheiden worden. Hiervoor moeten de koperleidingen van elkaar geïsoleerd en afzonderlijk doorgeknipt worden om een kortsluiting te vermijden. In
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 43 of 68
het verdere verloop moet een kortsluiting tegen aarde gemeten worden. Aanwijzing: De hoogvoltage bedrading van de hoog-voltage accu is aan zijn duidelijk grotere doorsnede te herkennen. Als de isolatie door de brand gesmolten is, dan zijn enkel de koperleidingen te herkennen. . 3.2.3 Werkwijze brandresten voertuig De brandresten moeten worden afgevoerd. Hierbij moet de persoonlijke veiligheidsuitrusting worden gedragen. Bij een brand kan het door de grote hitte tot het vastplakken van de hoog-voltage accu aan de weg komen. In dit geval mogen geen metalen voorwerpen gebruikt worden om de hoog-voltage accu van de bodem los te maken. Omdat de koolvezelstructuur hierbij geen stevigheid meer biedt, wordt het voertuig direct onder de hoog-voltage accu opgetild. Het voertuig mag niet onder de wielen worden opgetild. De aandrijfeenheid zou losbreken. De aandrijfeenheid (voor/achteras) zou van de lifemodule losbreken. De voertuigresten moeten met wiggen van isolerend materiaal (bijv. droog hout) van de bodem losgemaakt worden. Daarna moet isolerend materiaal onder de hoog-voltage accu worden aangebracht, om vervolgens hefriemen onder de accu door te leiden. Als er een vorkheftruck beschikbaar is, kunnen de hoogvolt accu (met isolerende laag tussen hoogvolt accu en opnamevork) en het voertuig hiermee opgetild worden. De voertuigresten kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Er moet een hoogvolt waarschuwingsplaatje met aanwijzing aangebracht worden. Een eerste overbrengen van de voertuigresten met beschadigde hoog-voltage accu is door het bergingsrecht gewaarborgd. . 3.3 Voertuig in en onder water Door het uittrekken van de hoogvolt veiligheidsstekker en het loskoppelen van de 12 V-accu (massapool) moet het hoogvolt systeem na het bergen van het voertuig uit het water uitgeschakeld worden. Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Na het bergen uit het water: Voertuig onder controle plaatsen. Voertuig in de open lucht op volgende afstand van brandbaar materiaal plaatsen! Ongehinderde toegang voor brandweer garanderen.
. 3.4 Uit elkaar gehaalde of van het voertuig gescheiden hoog-voltage accu De spanning binnen de hoog-voltage accu kan op basis van het werkingsprincipe niet uitgeschakeld worden. De hoogvoltage accu van de BMW I01 is echter binnenin veilig uitgevoerd. Dit omvat o.a. een aanraakbeveiliging. Alle hoogvoltage bedradingen zijn steekbaar en in het oranje uitgevoerd. Door de evt. beschadigde hoog-voltage accu moet van een beschadigde contactbeveiliging uitgegaan worden. In dit erg onwaarschijnlijke geval moet van elektrisch en thermisch gevaar door de hoog-voltage accu uitgegaan worden. Er moet een persoonlijke veiligheidsuitrusting gebruikt worden. De bestanddelen van de hoog-voltage accu moeten met geïsoleerd materiaal van de bodem opgetild worden. Worden onderdelen alleen nog van losse leidingen samengehouden, dan is het aan te raden om de leidingen evt. los te maken of door te knippen. Leidingen in dit geval alleen afzonderlijk losmaken of doorknippen om gevaarlijke kortsluitingen te vermijden. De onderdelen kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Er moet een hoogvoltage waarschuwingsbord met aanwijzing aangebracht worden. Een eerste overbrengen van de voertuigresten met beschadigde hoog-voltage accu is door het bergingsrecht gewaarborgd. .
4 Slepen Bij het slepen van een zwaar verongelukt voertuig moeten de volgende punten in acht genomen worden: Aanwijzingen voor het slepen in reddingsinstructie en reddingsgegevensblad resp. gebruiksaanwijzing van het voertuig in acht nemen. Het slepen mag alleen door geïnstrueerd personeel uitgevoerd worden. Het hoogspanningssysteem moet voor het transport uitgeschakeld worden (spanningsvrij schakelen). Er moeten niet geleidende spanriemen en hefinstallaties gebruikt worden. Niet geïnstrueerde personen moeten uit de buurt gehouden worden. Als het voertuig niet meer op eigen banden staat, dan moet geschikt isolatiemateriaal gebruikt worden. De voertuigcarrosserie mag geen metalen contact met het laadvlak hebben. Onderdelen van de hoogvolt accu kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Het voertuig moet voldoende beveiligd worden om bijkomende schade door beweging aan de hoog-voltage accu te vermijden. Als het voertuig eventueel nog gerepareerd kan worden, dan moet het voor zover mogelijk naar de dichtstbijzijnde officiële BMW dealer getransporteerd worden. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 44 of 68
Het voertuig mag niet getrokken of gesleept worden. Het transport is alleen op een transporter mogelijk. Alle andere sleepvarianten zijn verboden. Het kort trekken uit de gevarenzone is mogelijk. Een beveiliging van het voertuig wordt via de wielen aanbevolen.
Bij het optillen van het voertuig mogen de rood omrande vlakken niet als steunvlak gebruikt worden (uitzondering na brand) .
Expertleidraad BMW I12
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 45 of 68
1 Inleiding Deze instructies moeten toegepast worden na een zwaar ongeval waarbij de reddingskrachten geen zekerheid hebben over de toestand van het hoogvoltsysteem. Landspecifieke richtlijnen moeten absoluut in acht worden genomen. Bestaat het vermoeden dat de veiligheid van het voertuig niet meer gegeven is en er evt. gevaar voor de reddingskrachten te verwachten is, dan moet de leidinggevende een elektrotechnicus naar de plaats van het ongeval halen. Bij zware ongevallen waarbij een risico op beschadiging van de hoog-voltage accu niet uit te sluiten is, wordt de hoogvoltage accu automatisch van het hoogspanningssysteem gescheiden. Voordat er verdere werkzaamheden aan het voertuig worden uitgevoerd (bijv. reparatie, recycling), moet door gekwalificeerd, vakkundig personeel een onderzoek volgens BMW-specificaties worden verricht. Het hoogspanningssysteem moet principieel als veilig beschouwd worden. Als de airbag wordt geactiveerd, zijn er twee uitschakelmechanismen in het voertuig aanwezig die het hoogvolt systeem uitschakelen. Bij het eerste uitschakelmechanisme springt de veiligheidsaccuklem op de 12 V-pluspool van de accu los, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Bij het tweede uitschakelmechanisme wordt er een CAN-bericht verstuurd dat de spanningsvoorziening van de accubeveiliging in de hoogvolt accu onderbreekt, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Het hoogvolt systeem (IT-net) bestaat uit twee afzonderlijke stroomkringen (HV+, HV-) die volledig van het 12 V-boordnet ontkoppeld zijn. De elektrische massa (-) heeft geen hoogvolt potentiaal. Alleen de componentbehuizingen zijn voor de potentiaalcompensatie aan de massa gekoppeld. Om elektrisch gevaar te veroorzaken, moet een persoon de hoogvolt minkring en de hoogvolt pluskring overbruggen. Worden geen beschadigde hoogvoltage bedradingen (oranje kabels) of hoogspanningscomponenten aangeraakt, dan is een levensgevaarlijke elektrische schok uitgesloten. Opgelet: De hierna beschreven aanwijzingen zijn uitsluitend voor het gebruik aan de BMW I12 bestemd. .
2 Grondbeginselen 2.1 Definitie zwaar verongelukt voertuig Een voertuig geldt als zwaar verongelukt als minstens een van de volgende voorwaarden van toepassing is: Intrusies of vervormingen van meer dan 5 mm aan de behuizing van de hoog-voltage accu Voertuig bevindt zich volledig of gedeeltelijk in het water (bijv. havenbekken, rivier, kanaal) Voertuig volledig of gedeeltelijk in brand
3 Redden & bergen 3.1 Hoogspanningssysteem beveiligen Door de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn los te koppelen en de 12 V-accu (massapool) los te koppelen,
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 46 of 68
moet het hoogvolt systeem uitgeschakeld worden (zie reddingskaart voor de werkwijze). Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Massastrips (potentiaalcompensatie) van de hoogspanningscomponenten mogen niet doorgeknipt worden. De spanningsvrijheid kan van het instrumentenpaneel (12 V-accu moet nog aangesloten zijn) worden afgelezen. . 3.1.1 Hoogvoltagesysteem deactiveren (spanningsvrij schakelen) Onder de motorkap bevinden zich de hoogvolt reddingssnijlijn en de 12 V-accu (zie reddingskaart). Door het loskoppelen van de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn en het loskoppelen van de 12 V-accu (massapool) wordt het hoogvolt systeem gedeactiveerd (zie reddingskaart).
Hoogvoltagereddingssnijlijn gesloten.
Hoogvoltagereddingssnijlijn geopend. . 3.1.2 Spanningsvrijheid vaststellen
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 47 of 68
Een uitgeschakeld hoogvolt systeem kan worden herkend aan de Check-Control-melding "Hoogspanningssysteem uitgeschakeld" in het instrumentenpaneel. Aanwijzing: Voor de weergave moet de 12 V-accu aangesloten zijn en moet een klemmenwisseling (voertuig via startstop-toets uit- en opnieuw inschakelen) uitgevoerd worden. . 3.2 Voertuigbrand Principieel moeten alle wettelijke voorschriften voor een traditionele voertuigbrand in acht genomen worden. Bij een door een voertuigbrand veroorzaakte reactie van de lithium-ion hoog-voltage accu komt het niet tot een explosie. Er vindt een snelle thermische reactie plaats. Het bewaken van de hoog-voltage accu met een warmtebeeldcamera wordt hierbij aangeraden. Ingeklemde personen kunnen met de nodige brandweerveiligheidsuitrusting bevrijd worden. De BMW I12 heeft een koolvezelveiligheidskooi. De koolvezels zijn niet brandbaar. Omdat deze vezels echter door een hars verbonden zijn, kan het bij hoge temperaturen tot een brand van de hars komen. Hierbij moet er rekening mee gehouden worden dat een brand tot vermoeidheid van de stevigheid van de voertuigstructuur leidt. Het voertuig bestaat na de brand alleen nog uit de structuur van de rijmodule. Bij het bergen moet hoofdstuk 3.2.3 in acht genomen worden! Persoonlijke veiligheidsuitrusting zoals bij een traditionele voertuigbrand! Een elektrisch gevaar kan ook na een brand ontstaan!
. 3.2.1 Blussen Bij een brand moet de hoog-voltage accu met veel water gekoeld worden om verdere reacties in de hoog-voltage accu te verhinderen. Tijdens het blussen kan het binnenin de hoog-voltage accu tot hoorbare gebeurtenissen komen. Hierbij gaat het om de veiligheidskleppen van de accucellen. Dit vormt geen gevaar. Tot deze hoorbare gebeurtenissen kan het ook na het blussen van de voertuigbrand komen. BGI/GUV-I 8677 elektrische gevaren op de inzetlocatie Bij het blussen moet de volgende veilige afstand in acht genomen worden 1 m - spuitstraal 5 m - volle straal
. 3.2.2 Spanningsvrijheid aan het afgebrande voertuig vaststellen Ook na de brand kan er nog sprake zijn van elektrisch gevaar. De isolatie van de hoogvoltage bedrading kan door de hitte beschadigd of zelfs verwijderd zijn. In dergelijke gevallen mag het voertuig alleen nog in persoonlijke veiligheidsuitrusting genaderd worden. Na het blussen moeten de uit de hoog-voltage accu komende hoogvoltage bedradingen, indien toegankelijk, van de hoog-voltage accu worden losgemaakt. Hiervoor moeten de koperleidingen van elkaar geïsoleerd en afzonderlijk doorgeknipt worden om een kortsluiting te vermijden. In het verdere verloop moet een kortsluiting tegen aarde gemeten worden. Aanwijzing: De hoogvoltage bedradingen zijn te herkennen aan de aanzienlijk grotere doorsnede. Als de isolatie door de brand gesmolten is, dan zijn enkel de koperleidingen te herkennen. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 48 of 68
Positie van de hoogvolt componenten . 3.2.3 Werkwijze brandresten voertuig De brandresten moeten worden afgevoerd. Hierbij moet de persoonlijke veiligheidsuitrusting worden gedragen. Bij een brand kan het door de grote hitte tot het vastplakken van de hoog-voltage accu aan de weg komen. In dit geval mogen geen metalen voorwerpen gebruikt worden om de hoog-voltage accu van de bodem los te maken. Omdat de koolvezelstructuur hierbij geen stevigheid meer biedt, wordt het voertuig direct onder de hoog-voltage accu opgetild. Het voertuig mag niet onder de wielen worden opgetild. De aandrijfeenheid (voor-/achteras) zou van de lifemodule losbreken. De voertuigresten moeten met wiggen van isolerend materiaal (bijv. droog hout) van de bodem losgemaakt worden. Daarna moet isolerend materiaal onder de hoog-voltage accu worden aangebracht, om vervolgens hefriemen onder de accu door te leiden. Als er een vorkheftruck beschikbaar is, kunnen de hoogvolt accu (met isolerende laag tussen hoogvolt accu en opnamevork) en het voertuig hiermee opgetild worden. De voertuigresten kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Er moet een hoogvolt waarschuwingsplaatje met aanwijzing aangebracht worden. Een eerste overbrengen van de voertuigresten met beschadigde hoog-voltage accu is door het bergingsrecht gewaarborgd. . 3.3 Voertuig in en onder water Door het uittrekken van de hoogvolt veiligheidsstekker en het loskoppelen van de 12 V-accu (massapool) moet het hoogvolt systeem na het bergen van het voertuig uit het water uitgeschakeld worden. Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Na het bergen uit het water: Voertuig onder controle plaatsen. Voertuig in de open lucht op volgende afstand van brandbaar materiaal plaatsen! Ongehinderde toegang voor brandweer garanderen.
. 3.4 Uit elkaar gehaalde of van het voertuig gescheiden hoog-voltage accu De spanning binnen de hoog-voltage accu kan op basis van het werkingsprincipe niet uitgeschakeld worden. De hoogvoltage accu van de BMW I12 is echter binnenin veilig uitgevoerd. Dit omvat o.a. een aanraakbeveiliging. Alle hoogvoltage bedradingen zijn steekbaar en in het oranje uitgevoerd. Door de evt. beschadigde hoog-voltage accu moet van een beschadigde contactbeveiliging uitgegaan worden. In dit erg onwaarschijnlijke geval moet van elektrisch en thermisch gevaar door de hoog-voltage accu uitgegaan worden. Er moet een persoonlijke veiligheidsuitrusting gebruikt worden. De bestanddelen van de hoog-voltage accu moeten met geïsoleerd materiaal van de bodem opgetild worden. Worden onderdelen alleen nog van losse leidingen samengehouden, dan is het aan te raden om de leidingen evt. los te maken of
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 49 of 68
door te knippen. Leidingen in dit geval alleen afzonderlijk losmaken of doorknippen om gevaarlijke kortsluitingen te vermijden. De onderdelen kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Er moet een hoogvoltage waarschuwingsbord met aanwijzing aangebracht worden. Een eerste overbrengen van de voertuigresten met beschadigde hoog-voltage accu is door het bergingsrecht gewaarborgd. .
4 Slepen Bij het slepen van een zwaar verongelukt voertuig moeten de volgende punten in acht genomen worden: Aanwijzingen voor het slepen in reddingsinstructie en reddingsgegevensblad resp. gebruiksaanwijzing van het voertuig in acht nemen. Het slepen mag alleen door geïnstrueerd personeel uitgevoerd worden. Het hoogspanningssysteem moet voor het transport uitgeschakeld worden (spanningsvrij schakelen). Er moeten niet geleidende spanriemen en hefinstallaties gebruikt worden. Niet geïnstrueerde personen moeten uit de buurt gehouden worden. Als het voertuig niet meer op eigen banden staat, dan moet geschikt isolatiemateriaal gebruikt worden. De voertuigcarrosserie mag geen metalen contact met het laadvlak hebben. Onderdelen van de hoogvolt accu kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Het voertuig moet voldoende beveiligd worden om bijkomende schade door beweging aan de hoog-voltage accu te vermijden. Als het voertuig eventueel nog gerepareerd kan worden, dan moet het voor zover mogelijk naar de dichtstbijzijnde officiële BMW dealer getransporteerd worden. .
Het voertuig mag niet getrokken of gesleept worden. Het transport is alleen op een transporter mogelijk. Alle andere sleepvarianten zijn verboden. Het kort trekken uit de gevarenzone is mogelijk. Een beveiliging van het voertuig wordt via de wielen aanbevolen.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 50 of 68
Bij het optillen van het voertuig mogen de rood omrande vlakken niet als steunvlak gebruikt worden (uitzondering na brand) .
Leidraad voor deskundigen, BMW 530Le F18PHEV
1 Inleiding Deze instructies moeten toegepast worden na een zwaar ongeval waarbij de reddingskrachten geen zekerheid hebben over de toestand van het hoogvoltsysteem. Landspecifieke richtlijnen moeten absoluut in acht worden genomen. Bestaat het vermoeden dat de veiligheid van het voertuig niet meer gegeven is en er evt. gevaar voor de reddingskrachten te verwachten is, dan moet de leidinggevende een elektrotechnicus naar de plaats van het ongeval halen. Bij zware ongevallen waarbij een risico op beschadiging van de hoog-voltage accu niet uit te sluiten is, wordt de hoogvoltage accu automatisch van het hoogspanningssysteem gescheiden. Voordat er verdere werkzaamheden aan het voertuig worden uitgevoerd (bijv. reparatie, recycling), moet door gekwalificeerd, vakkundig personeel een onderzoek volgens BMW-specificaties worden verricht. Het hoogspanningssysteem moet principieel als veilig beschouwd worden. Als de airbag wordt geactiveerd, zijn er twee uitschakelmechanismen in het voertuig aanwezig die het hoogvolt systeem uitschakelen. Bij het eerste uitschakelmechanisme springt de veiligheidsaccuklem op de 12 V-pluspool van de accu los, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Bij het tweede uitschakelmechanisme wordt er een CAN-bericht verstuurd dat de spanningsvoorziening van de accubeveiliging in de hoogvolt accu onderbreekt, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Het hoogvolt systeem (IT-net) bestaat uit twee afzonderlijke stroomkringen (HV+, HV-) die volledig van het 12 V-boordnet ontkoppeld zijn. De elektrische massa (-) heeft geen hoogvolt potentiaal. Alleen de componentbehuizingen zijn voor de potentiaalcompensatie aan de massa gekoppeld. Om elektrisch gevaar te veroorzaken, moet een persoon de hoogvolt minkring en de hoogvolt pluskring overbruggen. Worden geen beschadigde hoogvoltage bedradingen (oranje kabels) of hoogspanningscomponenten aangeraakt, dan is een levensgevaarlijke elektrische schok uitgesloten. Opgelet: De hierna beschreven aanwijzingen zijn uitsluitend voor het gebruik aan de BMW F18PHEV bestemd. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 51 of 68
2 Grondbeginselen 2.1 Modelvariant De BMW 530Le is een zogenaamd PHEV. De afkorting PHEV staat voor "Plug-in Hybrid Electric Vehicle", een motorvoertuig met hybride aandrijving waarvan de hoogvolt accu ook extern via het stroomnet kan worden opgeladen. . 2.2 Definitie zwaar verongelukt voertuig Een voertuig geldt als zwaar verongelukt als minstens een van de volgende voorwaarden van toepassing is: Intrusies of vervormingen van meer dan 5 mm aan de behuizing van de hoog-voltage accu Voertuig bevindt zich volledig of gedeeltelijk in het water (bijv. havenbekken, rivier, kanaal) Voertuig volledig of gedeeltelijk in brand
3 Redden & bergen 3.1 Hoogspanningssysteem beveiligen Door de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn los te koppelen en de 12 V-accu's (massapool) los te koppelen, moet het hoogvolt systeem uitgeschakeld worden (zie reddingskaart voor de werkwijze). Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Massastrips (potentiaalcompensatie) van de hoogspanningscomponenten mogen niet doorgeknipt worden. De spanningsvrijheid kan van het instrumentenpaneel (12 V-accu's moeten nog aangesloten zijn) worden afgelezen of door een elektrotechnicus middels gedefinieerde metingen worden vastgesteld. . 3.1.1 Hoogvoltagesysteem deactiveren (spanningsvrij schakelen) In de bagageruimte bevinden zich de zogenaamde Service Disconnect (inbouwplaats: rechtsachter de bagageruimtebekleding) en de twee 12 V-accu's (boordaccu en extra accu). Het hoogvolt systeem wordt gedeactiveerd door: het ontgrendelen van de stekkerverbinding (Service Disconnect in de richting van de pijl uit elkaar trekken) van de hoogvolt reddingssnijlijn (zie afbeelding) en
het loskoppelen van de 12 V-accu op de massapool (zie reddingskaart) Als de hoogvolt reddingssnijlijn in de bagageruimte niet bereikbaar is, dan kan het hoogvolt systeem met de grote hoogvolt stekker van de hoogvolt accu achter de achterbank worden uitgeschakeld. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 52 of 68
Inbouwpositie van de hoogvolt accu achter de achterbank . Het hoogvolt systeem moet worden uitgeschakeld door de kleine aanbouwstekker (hoogvolt interlock) uit te trekken (zie hoofdstuk 3.1.2, subpunt 8).
. 3.1.2 Spanningsvrijheid vaststellen Een uitgeschakeld hoogvolt systeem kan worden herkend aan de melding "Hoogspanningssysteem uitgeschakeld" in het instrumentenpaneel.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 53 of 68
Aanwijzing: Voor de weergave moeten de 12 V-accu's aangesloten zijn en moet een klemmenwisseling (voertuig via start-stop-toets uit- en opnieuw inschakelen) uitgevoerd worden. Als de spanningsvrijheid niet aan de hand van het instrumentenpaneel kan worden vastgesteld (geen melding), dan kan de spanningsvrijheid middels de volgende metingen door een elektrotechnicus met persoonlijke veiligheidsuitrusting worden vastgesteld. . Werkzaamheden: 1. Voertuig uitschakelen. Met de START-STOP-toets het voertuig uit de actieve toestand nemen. 2. Contactsleutel uit voertuig verwijderen. 3. Achterklep openen. 4. 12 V-accu's loskoppelen. . Inbouwposities van de 12 V-accu's Rechtsachter de bagageruimtebekleding (extra accu) In het midden onder de hoedenplank (boordaccu)
. 5. Uit elkaar trekken van de kleine stekker (Service Disconnect) bij de hoogvolt reddingssnijlijn.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 54 of 68
. 6. Verwijderen van de achterbank door deze aan de onderzijde vast te pakken en krachtig los te trekken.
. 7. Verwijderen van de achterbankleuning. Loshalen van de schroefverbindingen (torx T50).
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 55 of 68
. -
Loshaken van de achterbankleuning door deze op te tillen.
. Achter de achterbankleuning bevindt zich de hoogvolt accu.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 56 of 68
. 8. Hoogvolt stekker loskoppelen. Zekering "hoogvolt interlock" (1) verwijderen. Vergrendeling (2) in de richting van de pijl tot aan de aanslag lostrekken. Hoogvolt stekker (3) loskoppelen.
. 9. Meten van de spanningsvrijheid aan de hoogvolt stekker. De losgemaakte hoogvoltage bedrading is direct aan de hoog-voltage accu aangesloten. Bij het meten erop letten dat de contacten met de meetpennen bereikt worden.
In een volgende stap kan telkens aan beide contacten naar de behuizing van de hoogvolt accu gemeten worden. De
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 57 of 68
behuizingen van alle hoogvolt componenten zijn door een potentiaalverschilkabel via de massa verbonden. Als er door een beschadiging een hoogvolt potentiaal op de behuizing c.q. de massa aanwezig is, dan kan deze hiermee gemeten worden. Wordt in geen geval een spanning gemeten, dan moet ervan uitgegaan worden dat er van het systeem geen gevaar uitgaat. . 10. Aansluiten van de hoogvoltstekker Om een verdere foutbehandeling uit te sluiten, moet de hoogvoltstekker opnieuw aangesloten en vergrendeld worden. De kleinere stekker (hoogvolt interlock) mag daarbij niet opnieuw aangesloten worden.
. 3.2 Voertuigbrand Principieel moeten alle wettelijke voorschriften voor een traditionele voertuigbrand in acht genomen worden. Bij een door een voertuigbrand veroorzaakte reactie van de lithium-ion hoog-voltage accu komt het niet tot een explosie. Er vindt een snelle thermische reactie plaats. Het bewaken van de hoog-voltage accu met een warmtebeeldcamera wordt hierbij aangeraden. Ingeklemde personen kunnen met de nodige brandweerveiligheidsuitrusting bevrijd worden. Net als bij gewone voertuigen kan er bij een voertuigbrand rook ontstaan die schadelijk is voor de gezondheid (bijv. door brandende kunststof). Persoonlijke veiligheidsuitrusting zoals bij een traditionele voertuigbrand! Een elektrisch gevaar kan ook na een brand ontstaan!
. 3.2.1 Blussen Bij een brand moet de hoog-voltage accu met veel water gekoeld worden om verdere reacties in de hoog-voltage accu te verhinderen. Tijdens het blussen kan het binnenin de hoog-voltage accu tot hoorbare gebeurtenissen komen. Hierbij gaat het om de veiligheidskleppen van de accucellen. Dit vormt geen gevaar. Tot deze hoorbare gebeurtenissen kan het ook na het blussen van de voertuigbrand komen. BGI/GUV-I 8677 elektrische gevaren op de inzetlocatie Bij het blussen moet de volgende veilige afstand in acht genomen worden: 1 m - spuitstraal 5 m - volle straal
. 3.2.2 Spanningsvrijheid aan het afgebrande voertuig vaststellen Ook na de brand kan er nog sprake zijn van elektrisch gevaar. De isolatie van de hoogvoltage bedrading kan door de hitte beschadigd of zelfs verwijderd zijn. In zo'n geval mag het voertuig alleen nog in persoonlijke veiligheidsuitrusting benaderd worden. Zoals beschreven in hoofdstuk 3.1.2 subpunt 9 wordt ook hier aan beide kabels op spanningsvrijheid gemeten. In de volgende stap wordt van beide kabels op de behuizing van de hoog-voltage accu gemeten. Evt. kunnen in het voorste bereik van het voertuig bijkomende kabels gemeten worden. Is nog een spanningspotentiaal voorhanden, dan moeten de uit de hoog-voltage accu komende hoogvoltage bedradingen van de hoog-voltage accu gescheiden worden. Hiervoor
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 58 of 68
moeten de koperleidingen van elkaar geïsoleerd en afzonderlijk doorgeknipt worden om een kortsluiting te vermijden. In het verdere verloop moet een kortsluiting tegen aarde gemeten worden. Aanwijzing: De hoogvoltage bedrading van de hoog-voltage accu is aan zijn duidelijk grotere doorsnede te herkennen. Als de isolatie door de brand gesmolten is, dan zijn enkel de koperleidingen te herkennen. . 3.3 Voertuig in en onder water Door het uittrekken van de hoogvolt veiligheidsstekker en het loskoppelen van de 12 V-accu's (massapool) moet het hoogvolt systeem na het bergen van het voertuig uit het water uitgeschakeld worden. Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Na het bergen uit het water: Voertuig onder controle plaatsen. Voertuig in de open lucht op volgende afstand van brandbaar materiaal plaatsen! Ongehinderde toegang voor brandweer garanderen.
. 3.4 Uit elkaar gehaalde of van het voertuig gescheiden hoog-voltage accu De spanning binnen de hoog-voltage accu kan op basis van het werkingsprincipe niet uitgeschakeld worden. De hoogvolt accu is binnenin echter veilig uitgevoerd. Dit omvat o.a. een aanraakbeveiliging. Alle hoogvoltage bedradingen zijn steekbaar en in het oranje uitgevoerd. Door de evt. beschadigde hoog-voltage accu moet van een beschadigde contactbeveiliging uitgegaan worden. In dit erg onwaarschijnlijke geval moet van elektrisch en thermisch gevaar door de hoog-voltage accu uitgegaan worden. Er moet een persoonlijke veiligheidsuitrusting gebruikt worden. De bestanddelen van de hoog-voltage accu moeten met geïsoleerd materiaal van de bodem opgetild worden. Worden onderdelen alleen nog van losse leidingen samengehouden, dan is het aan te raden om de leidingen evt. los te maken of door te knippen. Leidingen in dit geval alleen afzonderlijk losmaken of doorknippen om gevaarlijke kortsluitingen te vermijden. De onderdelen kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Er moet een hoogvoltage waarschuwingsbord met aanwijzing aangebracht worden. Een eerste overbrengen van de voertuigresten met beschadigde hoog-voltage accu is door het bergingsrecht gewaarborgd. .
4 Slepen Bij het slepen van een zwaar verongelukt voertuig moeten de volgende punten in acht genomen worden: Aanwijzingen voor het slepen in reddingsinstructie en reddingsgegevensblad resp. gebruiksaanwijzing van het voertuig in acht nemen. Het slepen mag alleen door geïnstrueerd personeel uitgevoerd worden. Het hoogspanningssysteem moet voor het transport uitgeschakeld worden (spanningsvrij schakelen). Er moeten niet geleidende spanriemen en hefinstallaties gebruikt worden. Niet geïnstrueerde personen moeten uit de buurt gehouden worden. Als het voertuig niet meer op eigen banden staat, dan moet geschikt isolatiemateriaal gebruikt worden. De voertuigcarrosserie mag geen metalen contact met het laadvlak hebben. Onderdelen van de hoogvolt accu kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Het voertuig moet voldoende beveiligd worden om bijkomende schade door beweging aan de hoog-voltage accu te vermijden. Als het voertuig eventueel nog gerepareerd kan worden, dan moet het voor zover mogelijk naar de dichtstbijzijnde officiële BMW dealer getransporteerd worden. .
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 59 of 68
Het voertuig mag niet getrokken of gesleept worden. Het transport is alleen op een transporter mogelijk. Alle andere sleepvarianten zijn verboden. Het kort trekken uit de gevarenzone is mogelijk. Een beveiliging van het voertuig wordt via de wielen aanbevolen.
Bij het optillen van het voertuig mogen de rood omrande vlakken niet als steunvlak gebruikt worden (uitzondering na brand) .
Expertleidraad BMW F15PHEV
1 Inleiding
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 60 of 68
Deze instructies moeten toegepast worden na een zwaar ongeval waarbij de reddingskrachten geen zekerheid hebben over de toestand van het hoogvoltsysteem. Landspecifieke richtlijnen moeten absoluut in acht worden genomen. Bestaat het vermoeden dat de veiligheid van het voertuig niet meer gegeven is en er evt. gevaar voor de reddingskrachten te verwachten is, dan moet de leidinggevende een elektrotechnicus naar de plaats van het ongeval halen. Bij zware ongevallen waarbij een risico op beschadiging van de hoog-voltage accu niet uit te sluiten is, wordt de hoogvoltage accu automatisch van het hoogspanningssysteem gescheiden. Voordat er verdere werkzaamheden aan het voertuig worden uitgevoerd (bijv. reparatie, recycling), moet door gekwalificeerd, vakkundig personeel een onderzoek volgens BMW-specificaties worden verricht. Het hoogspanningssysteem moet principieel als veilig beschouwd worden. Als de airbag wordt geactiveerd, zijn er twee uitschakelmechanismen in het voertuig aanwezig die het hoogvolt systeem uitschakelen. Bij het eerste uitschakelmechanisme springt de veiligheidsaccuklem op de 12 V-pluspool van de accu los, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Bij het tweede uitschakelmechanisme wordt er een CAN-bericht verstuurd dat de spanningsvoorziening van de accubeveiliging in de hoogvolt accu onderbreekt, waardoor het hoogvolt systeem wordt uitgeschakeld. Het hoogvolt systeem (IT-net) bestaat uit twee afzonderlijke stroomkringen (HV+, HV-) die volledig van het 12 V-boordnet ontkoppeld zijn. De elektrische massa (-) heeft geen hoogvolt potentiaal. Alleen de componentbehuizingen zijn voor de potentiaalcompensatie aan de massa gekoppeld. Om elektrisch gevaar te veroorzaken, moet een persoon de hoogvolt minkring en de hoogvolt pluskring overbruggen. Worden geen beschadigde hoogvoltage bedradingen (oranje kabels) of hoogspanningscomponenten aangeraakt, dan is een levensgevaarlijke elektrische schok uitgesloten. Opgelet: De hierna beschreven aanwijzingen zijn uitsluitend voor het gebruik aan de BMW F15PHEV bestemd. .
2 Grondbeginselen 2.1 Modelvariant De BMW F15PHEV is een zogenaamd PHEV. De afkorting PHEV staat voor "Plug-in Hybrid Electric Vehicle", een motorvoertuig met hybride aandrijving waarvan de hoogvolt accu ook extern via het stroomnet kan worden opgeladen. . 2.2 Definitie zwaar verongelukt voertuig Een voertuig geldt als zwaar verongelukt als minstens een van de volgende voorwaarden van toepassing is: Intrusies of vervormingen van meer dan 5 mm aan de behuizing van de hoog-voltage accu Voertuig bevindt zich volledig of gedeeltelijk in het water (bijv. havenbekken, rivier, kanaal) Voertuig volledig of gedeeltelijk in brand
3 Redden & bergen 3.1 Hoogspanningssysteem beveiligen Door de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn los te koppelen en de 12 V-accu's (massapool) los te koppelen, moet het hoogvolt systeem uitgeschakeld worden (zie reddingskaart voor de werkwijze). Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Massastrips (potentiaalcompensatie) van de hoogspanningscomponenten mogen niet doorgeknipt worden. De spanningsvrijheid kan van het instrumentenpaneel (12 V-accu's moeten nog aangesloten zijn) worden afgelezen of door een elektrotechnicus middels gedefinieerde metingen worden vastgesteld. . 3.1.1 Hoogvoltagesysteem deactiveren (spanningsvrij schakelen) In de bagageruimte bevinden zich de zogenaamde Service Disconnect (inbouwplaats: rechtsachter de bagageruimtebekleding) en de twee 12 V-accu's (boordaccu en extra accu). Het hoogvolt systeem wordt gedeactiveerd door: Het uittrekken van de rode stekkerzekering (1), het uit elkaar trekken van de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn (2) (Service Disconnect) en
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 61 of 68
het loskoppelen van de 12 V-accu's op de massapool (zie reddingskaart) Als de hoogvolt reddingssnijlijn achter de bekleding niet bereikbaar is, dan kan het hoogvolt systeem met de grote hoogvolt stekker van de hoogvolt accu (inbouwpositie onder de bagageruimtebodemafdekking) worden uitgeschakeld. . Het hoogvolt systeem moet worden uitgeschakeld door de kleine aanbouwstekker (hoogvolt interlock) uit te trekken (zie hoofdstuk 3.1.2, subpunt 9).
. 3.1.2 Spanningsvrijheid vaststellen Een uitgeschakeld hoogvolt systeem kan worden herkend aan de melding "Hoogspanningssysteem uitgeschakeld" in het instrumentenpaneel.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 62 of 68
Aanwijzing: Voor de weergave moeten de 12 V-accu's aangesloten zijn en moet een klemmenwisseling (voertuig via start-stop-toets uit- en opnieuw inschakelen) uitgevoerd worden. Als de spanningsvrijheid niet aan de hand van het instrumentenpaneel kan worden vastgesteld (geen melding), dan kan de spanningsvrijheid middels de volgende metingen door een elektrotechnicus met persoonlijke veiligheidsuitrusting worden vastgesteld. . Werkzaamheden: 1. Voertuig uitschakelen. Met de START-STOP-toets het voertuig uit de actieve toestand nemen. 2. Contactsleutel uit voertuig verwijderen. 3. Achterklep openen en bagageruimtebodemafdekking (1) optillen.
4. Bekledingspanelen verwijderen. . Na het optillen van de bagageruimtebodemafdekking: Spreidnagels (1) en bouten (2) loshalen, opbergbak verwijderen. Rechter zijbekleding (4) openen.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 63 of 68
. 5. 12 V-accu bij de massapool loskoppelen.
. 6. De rode stekkerzekering (1) uittrekken en de stekkerverbinding van de hoogvolt reddingssnijlijn (2) (Service Disconnect) uit elkaar trekken.
. 7. Verwijderen van de bagageruimtebodemafdekking: Voorste deel optillen, torxbouten T50 (1) loshalen, demper (2) verwijderen en bagageruimtebodemafdekking (3) verwijderen.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 64 of 68
. -
Achterste deel verwijderen door het op te tillen, de hoogvolt stekker (1) wordt zichtbaar.
. 8. Hoogvolt stekker loskoppelen. Zekering "hoogvolt interlock" (1) verwijderen. Vergrendeling (2) in de richting van de pijl tot aan de aanslag lostrekken. Hoogvolt stekker (3) loskoppelen.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 65 of 68
. 9. Meten van de spanningsvrijheid aan de hoogvolt stekker. De losgemaakte hoogvoltage bedrading is direct aan de hoog-voltage accu aangesloten. Bij het meten erop letten dat de contacten met de meetpennen bereikt worden.
. In een volgende stap wordt de spanning telkens aan beide contacten naar de behuizing van de elektromachineelektronica gemeten. De behuizingen van alle hoogvolt componenten zijn door een potentiaalverschilkabel via de massa verbonden. Als er door een beschadiging een hoogvolt potentiaal op de behuizing c.q. de massa aanwezig is, dan kan deze hiermee gemeten worden.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 66 of 68
. Wordt in geen geval een spanning gemeten, dan moet ervan uitgegaan worden dat er van het systeem geen gevaar uitgaat. . 10. Aansluiten van de hoogvoltstekker Om een verdere foutbehandeling uit te sluiten, moet de hoogvoltstekker opnieuw aangesloten en vergrendeld worden. De kleinere stekker (hoogvolt interlock) mag daarbij niet opnieuw aangesloten worden.
. 3.2 Voertuigbrand Principieel moeten alle wettelijke voorschriften voor een traditionele voertuigbrand in acht genomen worden. Bij een door een voertuigbrand veroorzaakte reactie van de lithium-ion hoog-voltage accu komt het niet tot een explosie. Er vindt een snelle thermische reactie plaats. Het bewaken van de hoog-voltage accu met een warmtebeeldcamera wordt hierbij aangeraden. Ingeklemde personen kunnen met de nodige brandweerveiligheidsuitrusting bevrijd worden. Net als bij gewone voertuigen kan er bij een voertuigbrand rook ontstaan die schadelijk is voor de gezondheid (bijv. door brandende kunststof). Persoonlijke veiligheidsuitrusting zoals bij een traditionele voertuigbrand! Een elektrisch gevaar kan ook na een brand ontstaan!
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
Page 67 of 68
. 3.2.1 Blussen Bij een brand moet de hoog-voltage accu met veel water gekoeld worden om verdere reacties in de hoog-voltage accu te verhinderen. Tijdens het blussen kan het binnenin de hoog-voltage accu tot hoorbare gebeurtenissen komen. Hierbij gaat het om de veiligheidskleppen van de accucellen. Dit vormt geen gevaar. Tot deze hoorbare gebeurtenissen kan het ook na het blussen van de voertuigbrand komen. BGI/GUV-I 8677 elektrische gevaren op de inzetlocatie Bij het blussen moet de volgende veilige afstand in acht genomen worden: 1 m - spuitstraal 5 m - volle straal
. 3.2.2 Spanningsvrijheid aan het afgebrande voertuig vaststellen Ook na de brand kan er nog sprake zijn van elektrisch gevaar. De isolatie van de hoogvoltage bedrading kan door de hitte beschadigd of zelfs verwijderd zijn. In zo'n geval mag het voertuig alleen nog in persoonlijke veiligheidsuitrusting benaderd worden. Zoals beschreven in hoofdstuk 3.1.2 subpunt 9 wordt ook hier aan beide kabels op spanningsvrijheid gemeten. In de volgende stap wordt van beide kabels op de behuizing van de hoog-voltage accu gemeten. Evt. kunnen in het voorste bereik van het voertuig bijkomende kabels gemeten worden. Is nog een spanningspotentiaal voorhanden, dan moeten de uit de hoog-voltage accu komende hoogvoltage bedradingen van de hoog-voltage accu gescheiden worden. Hiervoor moeten de koperleidingen van elkaar geïsoleerd en afzonderlijk doorgeknipt worden om een kortsluiting te vermijden. In het verdere verloop moet een kortsluiting tegen aarde gemeten worden. Aanwijzing: De hoogvoltage bedrading van de hoog-voltage accu is aan zijn duidelijk grotere doorsnede te herkennen. Als de isolatie door de brand gesmolten is, dan zijn enkel de koperleidingen te herkennen. . 3.3 Voertuig in en onder water Door het uittrekken van de hoogvolt veiligheidsstekker en het loskoppelen van de 12 V-accu's (massapool) moet het hoogvolt systeem na het bergen van het voertuig uit het water uitgeschakeld worden. Als de airbag is geactiveerd, kan ervan uit worden gegaan dat het hoogvolt systeem is uitgeschakeld. Het aanraken van hoogspanningscomponenten en hoogvoltage bedrading moet algemeen vermeden worden. Na het bergen uit het water: Voertuig onder controle plaatsen. Voertuig in de open lucht op volgende afstand van brandbaar materiaal plaatsen! Ongehinderde toegang voor brandweer garanderen.
. 3.4 Uit elkaar gehaalde of van het voertuig gescheiden hoog-voltage accu De spanning binnen de hoog-voltage accu kan op basis van het werkingsprincipe niet uitgeschakeld worden. De hoogvolt accu is binnenin echter veilig uitgevoerd. Dit omvat o.a. een aanraakbeveiliging. Alle hoogvoltage bedradingen zijn steekbaar en in het oranje uitgevoerd. Door de evt. beschadigde hoog-voltage accu moet van een beschadigde contactbeveiliging uitgegaan worden. In dit erg onwaarschijnlijke geval moet van elektrisch en thermisch gevaar door de hoog-voltage accu uitgegaan worden. Er moet een persoonlijke veiligheidsuitrusting gebruikt worden. De bestanddelen van de hoog-voltage accu moeten met geïsoleerd materiaal van de bodem opgetild worden. Worden onderdelen alleen nog van losse leidingen samengehouden, dan is het aan te raden om de leidingen evt. los te maken of door te knippen. Leidingen in dit geval alleen afzonderlijk losmaken of doorknippen om gevaarlijke kortsluitingen te vermijden. De onderdelen kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Er moet een hoogvoltage waarschuwingsbord met aanwijzing aangebracht worden. Een eerste overbrengen van de voertuigresten met beschadigde hoog-voltage accu is door het bergingsrecht gewaarborgd. .
4 Slepen Bij het slepen van een zwaar verongelukt voertuig moeten de volgende punten in acht genomen worden: Aanwijzingen voor het slepen in reddingsinstructie en reddingsgegevensblad resp. gebruiksaanwijzing van het voertuig in acht nemen. Het slepen mag alleen door geïnstrueerd personeel uitgevoerd worden.
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015
-
Page 68 of 68
Het hoogspanningssysteem moet voor het transport uitgeschakeld worden (spanningsvrij schakelen). Er moeten niet geleidende spanriemen en hefinstallaties gebruikt worden. Niet geïnstrueerde personen moeten uit de buurt gehouden worden. Als het voertuig niet meer op eigen banden staat, dan moet geschikt isolatiemateriaal gebruikt worden. De voertuigcarrosserie mag geen metalen contact met het laadvlak hebben. Onderdelen van de hoogvolt accu kunnen op een vrachtwagen met een isolerende laag op het laadvlak geladen worden en van een niet geleidend afdekzeil voorzien worden. Het voertuig moet voldoende beveiligd worden om bijkomende schade door beweging aan de hoog-voltage accu te vermijden. Als het voertuig eventueel nog gerepareerd kan worden, dan moet het voor zover mogelijk naar de dichtstbijzijnde officiële BMW dealer getransporteerd worden.
.
Het voertuig mag niet getrokken of gesleept worden. Het transport is alleen op een transporter mogelijk. Alle andere sleepvarianten zijn verboden. Het kort trekken uit de gevarenzone is mogelijk. Een beveiliging van het voertuig wordt via de wielen aanbevolen.
Bij het optillen van het voertuig mogen de rood omrande vlakken niet als steunvlak gebruikt worden (uitzondering na brand) . © 2015 BMW AG München, Deutschland Kopiëren, nadruk of vermenigvuldiging, ook gedeeltelijk, alleen met schriftelijke toestemming van BMW AG München. 01/2015
file://C:\Users\QX54891\AppData\Local\Temp\14\DW_Temp_QX54891\VUL-REL-BM... 2/24/2015