Reacties maatschappelijke organisaties per streefbeeld en verwerking Streefbeeld Organisatie 1 Groen-blauw STIEL Milieu geen reacties 2 Mobiliteit Kamer van Koophandel 3 Mobiliteit op Maat 4 Wonen FHLO 5 Economie Kamer van Koophandel 6 Hoofd Bedrijfschap Detailhandel 7 LTO Noord 8 Hou het Bloeiend 9 Voorzieningen Regionale Commissie Gezondheidszorg 10 REC WEST 11 Bureau Jeugdzorg 12 ROC Leiden 13 Steunpunt Medelanders 14 NOC*NSF 15 GGD 16 Valent RDB 17 Hogeschool Leiden
nr. Streefbeeld
1 Groen blauw
Reacties van Maatschappelijke organisaties en verwerking in streefbeeld groen-blauw regionale structuurvisie juni 2006 Organisatie Reactie op hoofdlijnen Verwerking in Streefbeeld
STIEL
2 Groen blauw
STIEL
3 Groen blauw
STIEL
4 Groen blauw
STIEL
5 Groen blauw
STIEL
6 Groen blauw
STIEL
7 Groen blauw
STIEL
8 Groen blauw
STIEL
Opmerkingen worden gemaakt over de (on)leesbaarheid van het stuk. Gesteld wordt dat het geheel weinig systematisch eis opgezet en in wat wollige taal vaak dezelfde algemeenheden herhaalt. Ook wordt gesteld dat getracht is alle elementen die spelen in een kort bestek te willen Bij een volgende versie van het streefbeeld zal aandacht worden besteed vermelden wat het geheel wat chaotisch maakt. aan de leesbaarheid Gestreefd wordt naar een evenwichtige ontwikkeling van de regio waarin de ruimtelijke claims integraal tegen elkaar worden afgewogen. Vanuit het behoud van het Groene Hart en het optimaal openhouden van de Gevraagd wordt op het verstandig is het gebied ten westen van Leiden bollenstreek, is in het Programma van Afspraken tussen SDB/SLR en de steeds verder vol te bouwen. De verbindingen zijn al moeilijk evenals provincie Zuid-Holland (2002) afgesproken een integrale de recreatiemogelijkheden. verstedelijkingsstrategie op te stellen voor de As Leiden Katwijk Gevraagd wordt of het niet verstandig is meer oostwaarts te bouwen zie punt 2. Aanvullend: het optimaal openhouden van het bollencomplex gezien ook de bezwaren uit de Bollenstreek tegen het bouwen van betekent niet de factor dat er geen enkele ruimte voor woningbouw is in het 3400 woningen op kostbare grond. Bollengebied. Bij het veenweidelandschap wordt een toekomstvisie over de melkveehouderij gemist. Is die nog wel lonend op den duur in deze Eens. De toekomstvisie op de melkveehouderij verdient nog uitwerking. In vorm? het streefbeeld wordt dit aanbevolen Opgemerkt wordt dat uitgebreid grasland door een enkel wandel- en fietspad nog geen recreatiegebied is. Gesteld wordt dat het wel mooi is om open te houden, maar voor die miljoenen bewoners als recreatieterrein ongeschikt is. Eens. Bij de uitwerking van (per gebied) in volgende fase meenemen Meer vrij te bewandelen gebieden eisen een andere inrichting en ook recreatieboerderijen, zoals Godstone Farm in Kent, kunnen daar aan bijdragen. Mee eens. Helemaal niet belicht in alle gebieden is de kleine watersport. Aan de kanoer, de recreatieroeier moet veel meer aandacht worden besteed. Het betreft toch een aanzienlijk aantal deelnemers dat zich vrij onzichtbaar voortbeweegt en de natuur niet verstoort. Gewezen wordt op de Beleidsvisie Kleine Watersprot 2001-2020 volgens bijgaande Bij de uitwerking in volgende fase meenemen. Tevens stelt het beschrijving die streeft naar verbetering van doorgaande routes in het samenwerkingsorgaan Holland Rijnland Toerisme een smallere vaarwater (bijgesloten) Uitvoeringsprogramma Toerisme op waarin watertoerisme een thema is. Gesteld wordt dat gestreefd moet worden naar een andere opzet van dit streefbeeld. Het streefbeeld wordt gedetailleerder uitgewerkt
nr.
Reacties van Maatschappelijke organisaties en verwerking in streefbeeld mobiliteit regionale structuurvisie juni 2006 Reactie op hoofdlijnen Verwerking in Streefbeeld Streefbeeld Organisatie Kamer van Koophandel Streefbeeld mobiliteit is in zijn algemeenheid prima Mobiliteit De 'sense of urgency' om op korte termijn belangrijke Kamer van verbeteringen aan te brengen wordt onvoldoende geproefd. Koophandel Bedrijfsleven wil daden, geen woorden. Mobiliteit Verbetering mobiliteit is hard nodig. Niet alleen om de In het streefbeeld Mobiliteit wordt geconstateerd dat sprake is toekomstige groei, maar nu reeds verlaten bedrijven het van achterstanden qua aanleg van nieuwe wegen en gebied in verband met bereikbaarheidsproblemen en onderhoud van het huidige wegennet. Deze moeten zo snel ruimtegebrek. In 2004 en 2005 hebben per saldo (immigratie als mogelijk worden opgepakt. Deze conclusie heeft een minus emigratie) 200 bedrijven de regio Holland Rijnland directe relatie met de door de Kamer van Koophandel verlaten. Met name de Leidse regio verliest veel geschetste problematiek. Kamer van bedrijvigheid. Om bedrijven te kunnen behouden is een Koophandel betere bereikbaarheid een must. Mobiliteit Deze aspecten maken deel uit van het lopende onderzoek De Rijnlandroute geniet de hoogste prioriteit bij het voor de tracékeuzes. Ook de regio is van mening dat een bedrijfsleven in Rijnland. Daaronder valt ook een hogere spoedige aanleg van de Rijnlandroute noodzakelijk is. capaciteit voor de verbinding Leiden-Katwijk. Of dit moet met behulp van een verbrede N206 dan wel een nieuwe route in combinatie met bebouwing van Vliegveld Valkenburg wordt in het midden gelaten. Het gaat om een duurzame (in de zin Kamer van dat het om een structurele robuuste oplossing gaat die een Koophandel flinke tijd meekan) en die snel realiseerbaar is. Mobiliteit Bedrijfsleven hecht groot belang aan RGL West. Deze Deze mening wordt door de regio gedeeld. In het streefbeeld verbinding kan een bijdrage leveren aan een oplossing voor is dan ook de noodzaak van de aanleg van de gehele RGL de groeiende mobiliteitsproblemen als het gaat om opgenomen. Aantakkingsmogelijkheden zullen na realisatie personenvervoer. Woon- en werklocaties kunnen met de van de gehele RGL verder worden onderzocht. RGL beter ontsloten worden, de kust kan er beter bereikbaar van worden (gunstig voor o.a. kusttoerisme, congrestoerisme) en de RGL zou goed passen in het Kamer van Zuidvleugelnet met de Stedenbaan en vertakkingen naar de Koophandel regio Schiphol en eventueel Den Haag. Mobiliteit
1 Mobiliteit
Kamer van Koophandel Kamer van Koophandel
2 Mobiliteit
Kamer van Koophandel
3 Mobiliteit
Kamer van Koophandel
4 Mobiliteit
Kamer van Koophandel
5 Mobiliteit
Kamer van Koophandel
6 Mobiliteit
Mobiliteit op Maat
7 Mobiliteit
Mobiliteit op Maat
Mobiliteit
Het bedrijfsleven onderschrijft de noodzaak van een rondweg Dit standpunt ondersteunt het gestelde over deze verbinding Katwijk-Rijnsburg. Deze weg zal van regionale betekenis zijn. in het streefbeeld Mobiliteit. Veiling Flora wordt beter bereikbaar, alsmede de regio Voorhout/Noordwijk en het nieuw aan te leggen bedrijventerrein op de MEOB-locatie is gebaat bij deze verbinding. Ook de verbinding N205-N207 bij Hillegom staat hoog op de Zie boven. prioriteitenlijst van het regionale bedrijfsleven. Het bedrijfsleven juicht initiatieven om als regio zelf geld Hiervan wordt kennis genomen. bijeen te brengen toe. Dit verhoogt de kansen om in MITprocedures hoger op de nationale agenda te komen. Bedrijfsleven adviseert om maximaal de mogelijkheden van Deze suggestie zal worden betrokken bij de verdere ontwikkelingsplanologie te benutten. Hierdoor kan ook uitwerking van de Regionale Investeringsstrategie. regionaal geld vrijkomen waardoor er grotere kansen op financiële steun vanuit het Rijk (MIT) ontstaan. Het regionaal bedrijfsleven wil graag meedenken en -doen Ook in de huidige situatie lopen er contacten op diverse als het gaat om het verbeteren van de regionale gebieden tussen het bedrijfsleven en de regio Holland bereikbaarheid. De bedrijfsleven organisaties worden Rijnland. Per project zal worden bezien op welke wijze dit daarom graag betrokken bij de ontwikkelingen. Het beste kan vormgegeven kan worden. Het aanbod wordt toegejuicht. dat via het orgaan Bedrijfsleven Rijnland. Het is van grote betekenis om marktpartijen in een vroegtijdig Ook hiervoor geldt dat per project bezien zal worden of, op stadium te betrekken bij de planontwikkeling. welke wijze en in welk stadium contacten gelegd worden met Ontwikkelingsplanologie kan niet zonder een vroegtijdige marktpartijen. inbreng van marktpartijen. De bedrijfslevenorganisaties zijn graag bereid om hierbij een faciliterende en ondersteunende rol te vervullen. Kan zich goed vinden in de lijn die gekozen is, met name de Hiervan wordt kennis genomen. aandacht die gevraagd wordt voor gevolgen van uitbreiding van woon- en bedrijvenlocaties voor verkeer en vervoer, is een belangrijk aandachtspunt. Deze mening wordt gedeeld. In het streefbeeld Mobiliteit wordt niet voor niets herhaalde malen aandacht gevraagd om tijdig aspecten als bereikbaarheid, parkeren, Bij confrontatie met problemen achteraf zijn oplossingen mobiliteitsmanagement in brede zin bij ontwikkelingen te moeilijker te vinden, terwijl goede voorzieningen bij de start betrekken. En dan bij voorkeur voorafgaand aan de realisatie vaak eenvoudig te realiseren zijn. daarvan.
8 Mobiliteit
Mobiliteit op Maat
Deze mening wordt gedeeld en zal in het vervolgstadium ook Aanvullende aandacht kan nog besteed worden aan de woon zeker nader ingevuld worden. Dit zal tevens plaatsvinden in werk pendel binnen de regio. Een groot deel van de het kader van het Uitvoeringsprogramma Regionaal Verkeer medewerkers van bedrijven woont immers vaak op minder en Vervoer Plan. dan 10 kilometer afstand. Aandacht kan in dat kader besteed worden aan fietsroutes van specifieke woon- naar werklocaties, aan overstappunten van fiets of auto naar OV en aan vervoersmanagement bij bedrijven. De gegevens over de pendelstromen waarover op pagina 6 gesproken wordt kunnen goede informatie bieden om te bepalen waar deze middelen het beste ingezet kunnen worden.
Reacties van Maatschappelijke organisaties en verwerking in streefbeeld wonen regionale structuurvisie juni 2006 nr. Streefbeeld Organisatie Reactie op hoofdlijnen Verwerking in Streefbeeld Wanneer regionale prestatie-afspraken zullen worden gemaakt, zullen betrokken maatschappelijke organisaties daarbij worden geconsulteerd. Waar mogelijk zal die inbreng er ook zijn buiten de formele Wil graag betrokken worden bij kaders waarbinnen prestatieinspraakronden bij de ontwikkeling van de kaders voor die afspraken. afspraken op regioniveau worden gemaakt en vast de Bestuurders zullen echter altijd eerst zelf een aantal afwegingen willen en Structuurvisie en de woonvisie op als zo'n kader. Verwijst daarbij moeten maken, vanuit het (regionaal) collectief belang, alvorens deze te naar de aanbevelingen van commissie Leemhuis. toetsen aan andere opvattingen 1 Wonen FHLO In het Projectplan RSV van 16 februari 2006 is opgenomen dat maatschappelijke organisaties op minimaal twee momenten worden betrokken bij de Regionale Structuurvisie. Dit is buiten de formele Merkt op dat de termijn te kort is om op de notitie Streefbeeld te inspraakmomenten. De tweede raadpleging vindt plaats rondom het reageren. Stellen voor om over adviestermijnen afspraken te opstellen van het concept RSV. Daarbij zal een redelijke reactie termijn in maken. Verwijst daarbij naar commissie Leemhuis die hierover en acht worden genomen. Overigens geeft de Commissie Leemhuis aan dat over financiële ondersteuning van huurderorganisaties verhuurders een verantwoordelijkheid hebben in de financiële opmerkingen heeft gemaakt. ondersteuning van huurderorganisaties. 2 Wonen FHLO
Reacties van Maatschappelijke organisaties en verwerking in streefbeeld economie regionale structuurvisie juni 2006 nr. Streefbeeld Organisatie Reactie op hoofdlijnen Verwerking in Streefbeeld De regio ligt in het brandpunt van de randstad, ingeklemd tussen Eens met constatering; wordt verwerkt in het Streefbeeld zuid én noordvleugel. Mainports Rotterdam én Schiphol zijn van Economie Kamer van Koophandel grote betekenis. 1 Economie De noordvleugel (het economisch belang daarvan) krijgt in dit Idem. Kamer van Koophandel streefbeeld te weinig aandacht. 2 Economie Aandacht voor de verhouding tussen wonen en werken waarbij Wordt aandacht aan besteed; oplossen pendelsaldo kan Kamer van Koophandel geconstateerd wordt dat er een negatief pendelsaldo is. 3 Economie echter nooit alleen op het niveau van Holland Rijnland Is afhankelijk van het woningtype dat wordt gebouwd, de ontwikkeling van de werkgelegenheid en beroepsbevolking. Met het forse woningbouwprogramma (plus de extra woningen Deze 3 factoren beïnvloeden elkaar bovendien. Kamer van Koophandel Gebiedsuitwerking) zal het negatief pendelsaldo toenemen. 4 Economie Gevraagd wordt of het positioneren van de regio als woonregio Idem. Kamer van Koophandel negatieve gevolgen heeft voor infrastructuur, pendel etc. 5 Economie In de Duin- en Bollenstreek is er nog 23 ha bedrijventerreinaanbod. Eens met constatering; wordt verwerkt in het Streefbeeld Met een gemiddeld uitgiftetempo van 7 ha per jaar (afgelopen 10 Economie jaar) betekent dat dus nog voor drie jaar ruimte (deze cijfers zijn van Kamer van Koophandel 2004/5) 6 Economie Door transformatie van terreinen (kwaliteitsslag richting woningbouw;Eens met constatering; wordt verwerkt in het Streefbeeld op zich prima) is er ook sprake van afname van bestaand aanbod Economie (prov. beleid vereist compensatie) Kamer van Koophandel bedrijventerrein. 7 Economie Het aanbod van nieuwe (planning) terrein is voorlopig beperkt. Mee eens. Kamer van Koophandel Ontwikkeling van terrein kost 5 tot 7 jaar. 8 Economie Met rapport van Greenport Duin- en bollenstreek is het nader Mee eens. Uitgegaan wordt van 2625 ha benodigd areaal bepalen van kritische massa niet meer aan de orde. Deze conform gebiedsuitwerking. Verlies aan bollenareaal dient Kamer van Koophandel terminologie dient te worden vermeden 9 Economie te worden gecompenseerd in de regio. Aandachtspunt bij verdere uitwerking De beelden in de notitie worden nog niet echt geoperationaliseerd in Kamer van Koophandel termen van ontwikkelingen per locaties e.d. 10 Economie Als je kiest voor hoogwaardige werklocaties en ook ruimte wil bieden Goede vraag! Aan beide ruimte bieden om zich te kunnen aan bestaande bedrijvigheid niet behorend tot de ontwikkelen op verschillende soorten locaties. speerpuntensectoren (wordt ook door het regionale bedrijfsleven bepleit en van harte onderschreven), wat betekent dat dan in de Kamer van Koophandel praktijk. 11 Economie Eens met constatering; wordt verwerkt in het Streefbeeld Kamer van Koophandel In de speerpunten wordt de zorgsector onderbelicht 12 Economie Economie Goede ontsluiting regio betekent inzetten Rijnlandroute en Eens met het 1e punt; 2e punt nog onderwerp van discussie Kamer van Koophandel noordelijke verbinding van N208-N207 richting A4. 13 Economie pag. 2 Het cluster bloemen & bollen beter omschrijven als Greenport Waar dit kan zal de term Greenport Duin- en Bollenstreek Kamer van Koophandel Duin- en Bollenstreek (bollen, bloemen en toerisme) 14 Economie worden gebruikt Kamer van Koophandel pag. 2 Een cluster toerisme / recreatie toevoegen 15 Economie Idem. pag. 2 In plaats van behoefte aan ruimte voor het bollencluster, Idem. stellen wat is de behoefte aan ruimte voor de Greenport Duin- en Kamer van Koophandel Bollenstreek (met zijn clusters bollen, bloemen en toerisme. 16 Economie Arbeidsmarkt hangt samen met beschikbaarheid van pag. 2 Toevoegen de vraag welke maatregelen en acties nodig zijn woningen (ook in kwaliteiten), mobiliteit en de economische om te zorgen voor een goede aansluiting tussen vraag en aanbod op structuur. Ten bate van de ruimtelijke uitwerking wordt dit de arbeidsmarkt. (Het human capital wordt gemist. Naast verder uitgewerkt. Eveneens nader uitwerken in een evt. op huisvesting en infrastructuur is de aanwezigheid van goed geschoold te stellen regionale visie voor de "sociale agenda" personeel een zeer belangrijke factor) Kamer van Koophandel 17 Economie pag. 4 Toevoegen aan het punt Arbeidsmarkt, dat knelpunten op de Mee eens; wordt verwerkt in het Streefbeeld Economie arbeidsmarkt moeten worden opgelost door verschillende partijen: Kamer van Koophandel overheid, bedrijfsleven en onderwijs. 18 Economie
19 Economie 20 Economie
21 Economie 22 Economie 23 Economie
24 Economie
25 Economie 26 Economie 27 Economie
28 Economie
29 Economie
30 Economie
31 Economie
32 Economie
pag. 6 cijfers aangepast: minimaal te behouden huidige bollenareaal 2500 hectare. Volgens de sector is vanwege nieuwe milieubepalingen voor hyacintenteelt in de Bollenstreek minimaal Kamer van Koophandel 2625 ha noodzakelijk. Kamer van Koophandel pag. 7 onderscheidt (t toevoegen) pag. 7 Greenport Duin- en Bollenstreek toevoegen aan visie op het beleidsveld bij opsomming sterke clusters, waarbij Greenport Duinen Bollenstreek (bollen, bloemen en toerisme), Toerisme en Kamer van Koophandel recreatie en maakindustrie toevoegen pag. 7 'diensten' toevoegen aan clusters die naast sterke clusters Kamer van Koophandel van belang zijn. De inhoudelijke lijn zou wat breder kunnen (zie de uitkomsten van Hoofdbedrijfsschap Detailhandel eerdere besprekingen, rapportage Goudappel Coffeng) Op zich prima om het terrein af te bakenen waarop gemeenten elkaar in hoge mate kunnen beïnvloeden, met name het PDV, soms Hoofdbedrijfsschap Detailhandel ook PDV+ en GDV beleid.
In het Streefbeeld Economie zal worden aangesloten op de Greenport: 2625 hectare.
Wordt aangepast Mee eens; wordt verwerkt in het Streefbeeld Economie
Voegt op zich weinig toe. Zal beter uitgewerkt worden in het Streefbeeld Economie Mee eens
Hier zal bij de verdere uitwerking van de Regionale De wenselijkheid van thematisch centra kan ter discussie komen te detailhandelsstructuurvisie in een uitvoeringsprogramma staan, indien het thema (bijvoorbeeld wonen en doe-het-zelf) wordt aandacht aan worden besteed. opgerekt of gewijzigd. Een thematisch centrum kan namelijk (ongewenste) concurrentie veroorzaken met bestaande Hoofdbedrijfsschap Detailhandel aankoopplaatsen, die de regiogemeenten juist willen verstrekken. Een aspect van ruimtelijke - economisch beleid in winkelland is altijd Mee eens Hoofdbedrijfsschap Detailhandel de juridische houdbaarheid v.k.g. aangenomen Hoofdbedrijfsschap Detailhandel Facts&figures kloppen voorzover te beoordelen Reactie ligt in het verlengde van de uitgebreide besprekingen vorig Hier zal bij de verdere uitwerking van de Regionale jaar over de regionale detailhandelsstructuurvisie, onder leiding van detailhandelsstructuurvisie in een uitvoeringsprogramma Hoofdbedrijfsschap Detailhandel Goudappel Coffeng. aandacht aan worden besteed. Bij project 1: ruimtelijke inpassing bovenregionale trekkers wordt Idem. opgemerkt dat het op zich gaat om een logische reeks van activiteiten. Geconstateerd wordt een behoorlijke ambitie en vraag of deze kan worden waargemaakt. De betreffende categorie bedrijven Hoofdbedrijfsschap Detailhandel laat zich moeilijk sturen. Bij project 2: het faciliteren van kleinschalige detailhandel wordt Idem. opgemerkt dat voor de begeleidende en scholende organisaties, waaronder de Kamer van Koophandel, is het vaak een probleem dat zoveel starters zich richten op de detailhandel (en de horeca), waarvan een fors aantal (nog) niet rijp is. Een te lage toetredingsdrempel vergroot de kans op mislukkingen, vooral nu de retail zich sterk professionaliseert. Er bestaan wettelijke beperkingen Hoofdbedrijfsschap Detailhandel aan het stimuleren van individuele bedrijven. Het heden en de toekomst van de retail ligt - naast het Idem. grootwinkelbedrijf - vooral bij het samenwerking midden- en kleinbedrijf (franchisers) en de internationalisering. Slechts een beperkt aantal zelfstandigen met een bijzondere formule maakt een kans. Overigens zullen geslaagde nieuwe zelfstandigen vaker proberen hun formule te vermenigvuldigen via het aantrekken van Hoofdbedrijfsschap Detailhandel franchisers. Bij project 3: weerstaan van teveel m2 (op ongewenste locaties) Idem. wordt opgemerkt dat dit aansluit op het punt van de inpassing bovenregionale trekkers, dus meer regie. Een prima lijst van activiteiten, behoorlijke ambitie en wellicht het hoofddoel van de regio op gebied van detailhandel. Er zit echter wel 'oud zeer', het vraagt nogal wat capaciteit en de slagingskans van alle inspanningen Hoofdbedrijfsschap Detailhandel lijkt matig en beperkt. Wel noodzakelijk.
33 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
34 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
35 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
36 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
37 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
38 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
39 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
40 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
41 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
42 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
43 Economie
Hoofdbedrijfsschap Detailhandel
44 Economie
LTO Noord
45 Economie
LTO Noord
Bij project 4: voorkomen eenvormigheid/stimuleren kleinschalige Idem. centra, wordt opgemerkt dat dit project ongeveer hetzelfde doel heeft als project 2, dat zich vooral richt op het startersbeleid. Kleine centra staan om economische (en ruimtelijke) redenen onder druk. Het gericht aantrekken van bepaalde branches, met andere woorden interveniëren in het natuurlijke proces van vraag en aanbod binnen bestaande centra, is overal waar dat geprobeerd wordt in het land moeizaam. Idem. Een goed beleid is een selectief ruimtelijk beleid: meer concentratie en sommige buurtcentra saneren; hierdoor kunnen de wat grotere centra (zeg maar wijkwinkelcentra) overleven. Het te sterk inzetten op de kleinste (buurt) centra lijkt kan leiden tot meer schade dan nodig is. In de ogen van o.a. het HBD ligt er de komende decennia een grote landelijke herstructureringsopgave m.b.t. ondersteunende centra die in de periode 1960-1980 zijn gebouwd. Bij project 5: kleinschalige stads- en dorpscentra versterken met Idem. meer leisure-elementen, wordt opgemerkt dat leisure-activiteiten ook een bepaald draagvlak nodig hebben. Dat zal in veel kleine kernen lastig zijn. Voor binnensteden gaat het om een 'must'. Concluderend ontstaat er een spanningsveld door de discrepantie Niet duidelijk wat hiermee wordt bedoeld. Doel van de tussen de bestuurlijke keuzes en de feitelijke trends in de keuzes is juist om feitelijke trends in goede banen te leiden. detailhandel. Trend: Schaalvergroting is een succes (denk aan supermarkten, Mee eens; indirect verwerkt in het Streefbeeld Economie . drogisten, bouwmarkten, wit- en bruingoed, enz.) Trend: Franchising is een sterk doorzettende trend van de afgelopen Mee eens, maar niet direct relevant voor Regionale jaren: samen met het grootwinkelbedrijf hebben winkelketens 85% Structuurvisie van de detailhandelsomzet. Trend: het lage marktsegment (discount e.d.) is een groot succes, Idem. zowel met het goedkoopste image (Aldi, Lidl, Kruitvat, Schoenenreus, Zeeman, Scapina, Action) als met een kwaliteitsuitstraling (H&M, Hema.) Mee eens; wordt verwerkt in het Streefbeeld Economie Trend: Het benodigde draagvlak (aantal inwoners) om een basisvoorziening (bijvoorbeeld een dorps- of buurtwinkelcentrum) in stand te houden neemt toe. Dit geldt ook voor individuele winkels. Trend: De detailhandel professionaliseert en internationaliseert en is Idem. vaak minder toegankelijk voor (laaggeschoolde) starters dan vroeger. Trend: Kopen op afstand groeit - vooral via internet, maar ook TV Is niet bewezen; ook bij kopen via internet blijft het (Tell Sell) explosief. Met Marktplaats.nl en E-bay is ook een belangrijk om producten te zien. groeiende 2e handsmarkt ontstaan. Deze ontwikkelingen leiden tot een afnemende behoefte aan fysiek winkellocaties. Trend: Nederland heeft al veel vierkante meters winkelruimte en er Mee eens. komt nog veel meer bij: niet marktconforme meters zullen daardoor verdwijnen. Reactie mede namens KAVB (waar in onderstaande reactie LTO v.k.g. aangenomen genoemd wordt moet ook KAVB gelezen worden) De gestelde reactietermijn is niet toereikend voor een goed Akkoord; gesprek met LTO Noord is gepland onderbouwde reactie. Reactie moet gezien worden als 'eerste reactie'. LTO Noord behoud zich recht voor om in een later stadium aanvullende informatie te leveren.
46 Economie
LTO Noord
47 Economie
LTO Noord
48 Economie
LTO Noord
49 Economie
LTO Noord
50 Economie
LTO Noord
De belangrijkste onderdelen van deze visie zullen worden Verwezen wordt naar het rapport van de Greenport Duin- en opgenomen in het Streefbeeld Economie Bollenstreek dat in februari 2006 gepresenteerd is. Het rapport bevat een uitgebreide analyse van de Greenport, inclusief een uitvoeringsagenda, waarbij de versterking van het economisch drieluik, bollen, bloemen en toerisme centraal staat. Gesteld wordt dat in het conceptstreefbeeld Economie de uitgangspunten om te komen tot een versterking van het totale bollencomplex niet voldoende en evenmin evenwichtig zijn uitwerkt. LTO Noord is van mening dat de greenportvisie in de volle breedte Idem. betrokken moet worden bij het opstellen van het Streefbeeld Economie. Deze schaalvergroting als constatering verwerken in het Het verzoek om het belang voor het aanwijzen van grotere streefbeeld. agrarische bouwpercelen in het Streefbeeld Economie op te nemen. Binnen de agrarische sector zal het proces van schaalvergroting doorgaan. Inherent aan het proces van schaalvergroting is dat in aantal minder, maar in omvang grotere bedrijven ontstaan. Deze bedrijfsontwikkeling moet (ruimtelijk) geaccommodeerd worden. In concreto betreft dit laatste vooral de noodzaak van grotere agrarische bouwpercelen. Bij het formuleren van (ruimtelijk) beleid in de RSV zal op deze ontwikkeling voorgesorteerd moeten worden. Noodzaak tot herstructurering wordt breed gevoeld in de Het verzoek om herstructurering van de agrarische sectoren als regio. Holland Rijnland werkt met Hou het Bloeiend in primair onderdeel op te nemen in het streefbeeld Economie. De Greenportverband aan de voorbereiding hiervan. schaalvergroting heeft tot gevolg dat de 'verkavelingsituatie' op de agrarische bedrijven verslechtert. Een herstructurering van het totale gebied is noodzakelijk en gewenst om het agrarische complex naar de toekomst tot te kunnen versterken. Deze herstructurering is van groot belang voor de agrarische sector, maar vervult tevens een belangrijke rol in de ontwikkeling van de totale regio. Het is bij uitstek een geschikt middel om de verschillende belangen die in de regio spelen op elkaar te kunnen afstemmen. Het Streefbeeld Economie is niet de plek om randvoorwaarden op te nemen voor gebruik van Verzocht wordt om de randvoorwaarden voor het gebruik van vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing in het streefbeeld op te vrijkomende agrarische bebouwing. Wel kan in algemene nemen. De schaalvergroting binnen de agrarische sector zal tevens zin worden onderschreven dat compensatie binnen of aan tot gevolg hebben dat agrarische bedrijfsbebouwing vrijkomt. Voor de rode contour plaatsvindt. het gebruik van voormalige agrarische bedrijfscomplexen ten behoeve van andere functies is veel belangstelling. Daarbij moet niet uit het oog worden verloren dat het landelijk gebied primair een agrarisch productiegebied is. LTO Noord is van mening dat een nieuwe functie in vrijkomende agrarische bedrijfsgebouwen of op de plaats van de voormalige agrarische bedrijfslocatie (ruimte voor ruimte) de toekomstige bedrijfsontwikkeling van de gevestigde agrarische bedrijven niet mag belemmeren. Specifiek met betrekking tot 'ruimte voor ruimte' is LTO Noord van mening dat voorkomen moet worden dat de compensatie voor het afbreken van voormalige agrarische bedrijfscomplexen gezocht moet worden in het landelijk gebied. Bij voorkeur dient deze compensatieruimte gevonden te worden binnen of aansluitend aan de bestaande kernen.
51 Economie
LTO Noord
52 Economie
LTO Noord
53 Economie
LTO Noord
54 Economie
LTO Noord
55 Economie
LTO Noord
56 Economie
Hou het Bloeiend
57 Economie
Hou het Bloeiend
Vanuit de Stuurgroep Pact zal in samenwerking met LTO een onderzoek worden verricht onder de veehouders. De Verzocht wordt om de veehouderijsector een volwaardige plek te geven in het streefbeeld Economie. Gestelt wordt dat de positie van resultaten van dit onderzoek bepalen mede de ontwikkeling van de veehouderij. Voortzetting van de veeteelt - incl. de veehouderijsector in het concept streefbeeld economie schaalvergroting - is een mogelijke uitkomst. Het onderbelicht is. De sector wordt in de kantlijn genoemd en dan Streefbeeld Economie zal niet vooruitlopen op deze vooral nog om andere belangen (recreatie, openheid, rust, etc) te dienen. Benadrukt moet worden dat voor alle agrarische sectoren en resultaten. Wel wordt geconstateerd dat andere functies dus ook voor de veehouderijsector, de (ruimtelijke) randvoorwaarden voor de graslanden en veehouderijen momenteel ter aanwezig moeten zijn om een economisch duurzame bedrijfsvoering discussie staan. te kunnen realiseren. Vanuit deze basis is het de agrarische ondernemer die de keuze maakt om de bedrijfsvoering primair te richten op de productie ofwel dat naast de primaire agrarische productie diverse nevenactiviteiten ontplooid worden. LTO stelt dat het economisch functioneren van het agrarisch bedrijf ter discussie komt te staan wordt getornd aan het bestaansrecht van de agrarische sector. Dit laatste zal zijn weerslag hebben op de karakteristieke aard van het landelijk gebied. Dit betekent dat de veehouderijsector alleen dan een rol kan spelen als landschapsbehe De positie van de glastuinbouw is van belang. Streven is he De ruimte voor de expansie van de glastuinbouw moet in de RSV gespecialiseerde glas te concentreren en waar mogelijk worden ingevuld. De glastuinbouwsector vormt een onlosmakelijk meervoudig en innovatief ruimtegebruik toe te passen. Ook onderdeel van het bollencomplex en moet ruimtelijk gefaciliteerd dat biedt ruimte aan de glastuinbouw. Vooralsnog is alleen worden. Het belang van de glastuinbouwsector klinkt in het sprake van uitbreiding van Trappenberg-Kloosterschuur conceptstreefbeeld Economie vooralsnog onvoldoende door. Met conform afspraken in de Knoop Leiden West resp. verwijzing naar de greenportvisie is versterking van het Stuurgroep Pact. Andere uitbreidingen zullen moeten glastuinbouwcomplex (Trappenberg/Kloosterschuur, Zijlhoek/De worden afgewogen tegen woningbouw, natuur, etc. Woerd en Rooversbroekpolder) noodzakelijk. LTO benadrukt dat voor het behoud en versterking van het Het Streefbeeld Economie volgt de genoemde 2625 ha in bollencomplex een areaal van minimaal 2.500 ha noodzakelijk is. Dit de Greenport als uitgangspunt. op basis van de afspraken die in de regio zijn gemaakt. In het kader van herstructurering van het bollencomplex is het van zie 53. belang op korte termijn duidelijkheid te hebben over de graslandpercelen die ingezet kunnen worden voor de versterking van het complex. Voorzover graslandpercelen worden ingezet voor de bloembollenteelt dient rekening te worden gehouden met de belangen van de veehouderijbedrijven. LTO vraagt aandacht voor een economische duurzame ontwikkeling Eens. Naast het bollencomplex is de veehouderij, met van de totale 'agrarische cluster' in de regio bij de formulering van de name in het veenweidegebied een punt van studie en algemene doelstelling op pag. 7 discussie. HHB wil graag in het kader van de Vitaliteit Greenport samen met In de Stuurgroep Pact is de Greenport-uitvoeringsagenda Regio Holland Rijnland en de provincie Zuid-Holland komend tot een vastgesteld. Eerder is afgesproken dat de integraal ontwikkelingsplan en een versnelde aanpak van de Greenportanalyse bouwsteen is voor de RSV. Holland herstructurering van het ruimtegebruik in de Duin- en Bollenstreek. Rijnland en Hou het Bloeiend werken nu samen aan de Daarmee kan een duurzame economische groei én verbetering van voorbereiding van de herstructurering en een regionale de landschappelijke kwaliteit bereikt worden, waarmee de vitaliteit ontwikkelingsmaatschappij. Dit kan als de invulling van wat Greenport Duin- en Bollenstreek versterkt kan worden conform het Hou het BLoeiend een "integraal ontwikkelingsplan" noemt, Greenport-beleid en de Nota Ruimte worden gezien. Meer nadruk op de werkfunctie dan op de woonfunctie van de regio Dit discussiepunt zal aan de orde komen in het proces van is essentieel voor de toekomst van Holland Rijnland. Natuurlijk is het het integreren van alle sectorale streefbeelden tot een belangrijk dat de regio aantrekkelijk blijft om in te wonen, maar het regionale structuurvisie. moet ook een regio zijn met voldoende werkgelegenheid. Dat betekent meer aandacht voor ondermeer de Greenport Duin- en Bollenstreek.
58 Economie
Hou het Bloeiend
59 Economie
Hou het Bloeiend
60 Economie
Hou het Bloeiend
61 Economie
Hou het Bloeiend
62 Economie
Hou het Bloeiend
63 Economie
Hou het Bloeiend
64 Economie
Hou het Bloeiend
65 Economie
Hou het Bloeiend
66 Economie
Hou het Bloeiend
67 Economie
Hou het Bloeiend
In februari 2006 is het eindrapport van de Greenport Duin- en De Greenportanalyse is als "sectordocument", als Bollenstreek gepresenteerd. Het rapport bevat een uitgebreide bouwsteen, door de Stuurgroep Pact vastgesteld. Dat analyse van de Greenport, inclusief een uitvoeringsagenda, waarbij betekent dat veel maar niet per definitie alles wordt de versterking van het economische drieluik bollen, bloemen en overgenomen in dit streefbeeld. toerisme centraal staat. In het conceptstreefbeeld Economie zijn die uitgangspunten om te komen tot een versterking van de greenport in opvatting van HHB niet voldoende en evenmin evenwichtig uitgewerkt. HHB is van mening dat de Greenportvisie in de volle breedte betrokken moet worden bij het opstellen van het Streefbeeld Economie. Daarbij achten zij de volgende constateringen van wezenlijk belang: Voor de Greenport Duin- en Bollenstreek is een duurzame mee eens herstructurering nodig om deze optimaal te ontwikkelen. HHB ziet daar mogelijkheden voor. De herschikking van de drie economische clusters in de Greenport De structuurvisie wordt opgesteld voor de gehele regio (bollen, bloemen en toerisme) én de kwaliteitsverbetering van het waarbij alle sectorale belangen integraal tegen elkaar landschap vragen om een integraal ontwikkelingsplan. De aan dit worden afgewogen. De greenportvisie vervult een plan ten grondslag liggende structuurvisie Holland Rijnland wordt op belangrijke rol in dat proces. dit moment opgesteld door de regio Holland Rijnland, in overleg met Hou het Bloeiend. Deze afweging zal in Holland Rijnland worden gemaakt in Het integraal ontwikkelingsplan zal o.i. in nauwe samenwerking met het kader van de Regionale Investeringsstrategie. Vooraf de provincie tot stand dienen te komen. Uit dit integraal koppelingen leggen tussen locale woningbouw en ontwikkelingsplan zal de ontwikkelingsdynamiek van de Greenport investeren in de greenport is niet aan de orde. Dat laat naar voren komen. Mocht hieruit blijken dat extra woningbouw onverlet dat de regio de infrastructuur als pijler ziet voor de mogelijk is, dan dient deze woningbouw in ieder geval hand in hand regio, en ook met name voor de greenport, en dat te gaan met investeringen in bereikbaarheid door verbetering van de woningbouw nodig kan zijn om middelen te genereren voor infrastructuur. die infrastructuur. Bovendien dienen de te bouwen woningen bij te dragen aan een op idem te richten regionaal ontwikkelingsfonds, waarmee de doelstellingen van het Pact en Offensief van Teylingen gefinancierd kunnen worden. Deze compensatie-eis is opgenomen in de De Stichting Hou het Bloeiend en het Platform Greenport Duin- en gebiedsuitwerking. Uitgangspunt is behoud van 2625 ha Bollenstreek blijven onverminderd vasthouden aan het standpunt dat bollenareaal. de ontwikkelingsmogelijkheden van de Greenport Duin- en Bollenstreek niet mogen worden aangetast. Zij verwijzen naar de eindconclusie van haar reactie op de Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer-Bollenstreek: extra woningbouw op 1e klas hyacintengrond is pas mogelijk bij volledige compensatie. idem Geen reductie van het bollenareaal en alleen compensatie van bollengrond binnen de eigen regio indien kwalitatief gelijkwaardig. Dit uitgangspunt wordt ondersteund, voor zover het niet leid Voldoende ruimte voor glastuinbouw (geconcentreerd op de locaties tot nieuwe ruimteclaims, met dien verstande dat nog Kloosterschuur / Trappenberg, Zijlhoek / De Woerd en onderzoek plaatsvindt naar de mogelijkheden in de Rooversbroekpolder) Rooversbroekpolder. Pact en Offensief gaan uit van grotere kwaliteit van het Geen verdere aantasting van het open karakter van het landschap landschap. Openheid is zo'n kwaliteit. Voldoende ruimte voor de bloembollenhandelsbedrijven en het Verwezen wordt naar de Pact-afspraken en de overig bedrijfsleven (dit moet op korte termijn resulteren in het mogelijkheden die het Offensief biedt. wegwerken van het tekort aan bedrijventerreinen).
68 Economie
Hou het Bloeiend
69 Economie
Hou het Bloeiend
70 Economie
Hou het Bloeiend
71 Economie
Hou het Bloeiend
72 Economie
Hou het Bloeiend
73 Economie
Hou het Bloeiend
74 Economie
Hou het Bloeiend
Voor het behoud en de versterking van het bollencomplex is een zie voorgaande reacties areaal van minimaal 2.700 ha noodzakelijk. Dit laatste op basis van de afspraken die in de regio zijn gemaakt. Goede hyacintengrond is een van de zorgen van HHB. Vanwege de vruchtwisseling in de hyacintenteelt is het zaak dat dit areaal zoveel mogelijk bestaat uit eersteklas bollengrond. HHB is niet blij met de resultaten van de Gebiedsuitwerking Haarlemmermeer-bollenstreek en herhalen nog maar een haar standpunt: zie de gebiedsuitwerking: woningbouw alleen mogelijk Twee van de drie gebieden die in de Gebiedsuitwerking zijn indien compensatie plaatsvindt. aangewezen voor verstedelijking, liggen op de strandwallen en bevatten de beste kwaliteit bollengrond, die bij uitstek geschikt is voor de hyacintenteelt. Hierbij gaat het om de zanderijgebieden in het westen van Hillegom en in de Bronsgeest in Noordwijk. Uit agrarisch en economisch oogpunt zouden juist deze bollenteeltgebieden niet prijsgegeven mogen worden. Ter compensatie van bollengronden zijn binnen de Duin- en Of dit zo is, moet nog blijken uit nader onderzoek dat in het Bollenstreek zowel kwalitatief en kwantitatief onvoldoende kader van de Greenport wordt uitgevoerd. graslanden beschikbaar, die geschikt te maken zijn voor de hyacintenteelt. Deze keuze voor mindere bollengronden of graslanden kan Als de vestiging van woningbouw of andere stedelijke functies op veelal niet om andere beleidsredenen. Woningbouw moet bollengrond onvermijdelijk is moet niet gekozen worden voor bij voorkeur aansluiten op bestaande rode contouren. De bebouwing van eersteklas hyacintengrond op de strandwallen, maar graslanden zijn onderwerp van verdere studie eerder voor de nog aanwezige graslanden of voor de bollengronden (veehouders), en de natuurorganisaties komen met een van mindere kwaliteit. In het kader van de herstructurering van het beoordeling van de graslanden in de Stuurgroep Pact van bollencomplex is het van belang op korte termijn duidelijkheid te augustus 2006. Dit zal verdere informatie bieden voor de hebben over de graslandpercelen die ingezet kunnen worden voor (on)mogelijkheden van graslanden voor andere functies. de versterking van het complex. De glastuinbouwsector kom ter in het conceptstreefbeeld Economie zie boven; uitbreidingen conform afspraken in (Stuurgroep) bekaaid van af. De glastuinbouwsector vormt een onlosmakelijk Pact. Het belang is economische cijfers kan worden onderdeel van de greenport en moet ruimtelijk gefaciliteerd worden. overgenomen in het Streefbeeld. Het belang van de glastuinbouwsector klinkt in het conceptstreefbeeld vooralsnog onvoldoende door. Met een exportwaarde van 850 miljoen euro en een werkgelegenheid van ca. 10.000 arbeidsplaatsen is de sierteeltcluster één van de belangrijkste economische peilers in de regio. De verwevenheid met de andere clusters in de greenport maakt het belang zelfs nog groter. Net als voor het bollencluster geldt dat het van levensbelang is dat de totale productiekolom in de regio in ondelinge samenhand in stand blijft. Dat betekent onder meer dat voor glastuinbouw voldoende ruimte gevonden moet worden. Deze ruimte zou concreet benoemd moeten worden in de Structuurvisie. Daarbij zouden de volgende elementen meegenomen moeten worden: Uitbreiden Kloosterschuur / Trappenberg met minimaal 20 ha netto; Herstructureren verouderde delen Kloosterschuur / Trappenberg; Uitbreiden Zijlhoek / De Woerd; Herstructurering De Woerd; Uitbreide In het conceptstreefbeeld Economie staat dat er voor Kloosterschuur 10 ha uitbreiding voor knoop klopt, de andere 10 ha komt / Trappenberg een uitbreiding is overeengekomen van 10 ha. Dit voort uit Pact-afspraken. moet 2 x 10 ha netto zijn: 10 ha netto als gevolg van de uitplaatsing van glas ten behoeve van de afspraken in het kader van Knoop Leiden West en 10 ha netto voor de uitplaatsing van verspreid liggend gespecialiseerd glas.
75 Economie
Hou het Bloeiend
76 Economie
Hou het Bloeiend
77 Economie
Hou het Bloeiend
78 Economie
Hou het Bloeiend
79 Economie
Hou het Bloeiend
80 Economie
Hou het Bloeiend
81 Economie
Hou het Bloeiend
82 Economie
Hou het Bloeiend
83 Economie 84 Economie
Hou het Bloeiend Hou het Bloeiend
wordt overgenomen HHB bepleit aparte aandacht voor toerisme en recreatie wat meer is dan voorjaarstoerisme. Ook het succes van toerisme en recreatie in de streek in de combinatie van voorjaar, zomer(kust), cultuur, water en congressen. Die combinatie geeft een breed draagvlak. H3. 1e alinea: in de beschrijving van de streek worden de wordt aangevuld badplaatsen Noordwijk en Katwijk gemist. H3, 3 trends: onder de beschreven toeristische trends mist HHB een wordt overgenomen opmerking over: in eigen land en vanuit de buurlanden zijn er goede kansen voor korte vakanties, die vaak als impuls aankoop dicht bij huis worden gehouden. wordt overgenomen H3, 3 onder bedreigingen toevoegen: de openheid van het landschap met karakteristieke vergezichten wordt aangetast door toenemende bebouwing alsmede de verrommeling in het landschappelijke gebied H4, 4,5 toerisme: behalve eventueel nieuwe verblijfsaccommodatie wordt overgenomen gaat het ook om de kwaliteitsverbetering van de bestaande accommodatie. De vraag 'nog uitzoeken' vindt HHB vreemd. Versterking van de akkoord greenport is ook versterking van het toerisme. Wat er moet gebeuren is duidelijk: versterking routestructuren; versterking kwaliteit van het landschap (zichtlijnen, verrommeling); centrumfunctie Keukenhof; cultuurhistorie, bollenschuren, ruïne, landgoederen; toeristisch-recreatieve functies agrobedrijven ontwikkelen. En in brede zin: stimuleren van kort verblijf toerisme; kwaliteit van de badplaatsen; versterken van de promotie en marketing; evenementen; combinaties van kust, cultuur, water, bloemen; congrestoerisme. H4.7 Wel of niet herhalen van het bovenstaande voor wat betreft akkoord toerisme. Maar als alleen verwezen wordt naar 4.5 dan tenminste hier herhalen: inzetten op het realiseren van een recreatieftoeristisch netwerk met Keukenhof als centrum. Als onderdeel van een knooppuntensysteem voor de hele regio; het verbeteren van de landschappelijke kwaliteit, verbeteren van de aantrekkelijke zichtlijnen en tegengaan van verrommeling; benutten van de aanwezige cultuurhistorie, bollenschuren, landgoederen en ruïne; ruimte geven aan agrobedrijven voor passende recreatieve activiteiten. De noordelijke ontsluiting maakt deel uit van de regionale Met het oog op een betere ontsluiting van de regio voor het investeringsstrategie; de invulling ervan volgt later. bedrijfsleven is HHB een groot voorstander van de aanleg van de Rijnlandroute. Maar we moeten de aandacht niet alleen richten op de ontsluiting aan de zuidkant van de regio. Ook het noorden heeft zijn problemen. Zo staat een verdubbeling van de N206 en N207 hoog op de wensenlijst van HHB. Daarnaast gaat het om een verbinding N206-N205/N207 en aansluitingen N444 en N229 op de A44. Ook deze voorzieningen zijn belangrijk voor de greenport. Het tekort aan bedrijventerreinen baart HHB grote zorgen. In het streefbeeld Economie worden deze zorgen nauwelijks gedeeld. HHb verzoekt het streefbeeld ten aanzien van dit onderwerp aan te scherpen, in die zin dat de urgentie onderschreven wordt en met grote voortvarendheid gewerkt gaat worden aan een adequate Bedrijventerreinenprogrammering. HHB zal in een later stadium haar zienswijze verfijnen.
nr.
1
2
3
4
5
Reacties van Maatschappelijke organisaties en verwerking in streefbeeld maatschappelijke voorzieningen regionale structuurvisie juni 2006 Streefbeeld Organisatie Reactie op hoofdlijnen Verwerking in Streefbeeld Constateert dat eerder geleverde inbreng in de vorm van het aanleveren van diverse recente notities op het vlak van wonen, zorg en welzijn die onder de vlag van de Regionale Commissie Gezondheidszorg zijn verschenen, niet gebruikt Regionale Cie. is meegenomen in notitie en op hoofdlijnen in streefbeeld Voorzieningen Gezondheidszorg zijn. Constateert dat in de conceptrapportage zoals deze nu voorligt geen gebruik is gemaakt van laatste bijdragen aan streefbeeld Voorzieningen. Dit betrof een tekstvoorstel voor het onderdeel 'stand van zaken' in hoofdstuk 3, alsmede de bijdrage vande RBG ZHN is in zijn geheel meegenomen in de enkel aanbevelingen met betrekking tot het nalopen en notitie, zij het dat dit procedureel gezien niet in het eerste opnemen van cijfermateriaal rondom Regionale Cie. concept kon worden meegenomen. Voorzieningen Gezondheidszorg eerstelijnsvoorzieningen. Teleurstellend te constateren dat deel van geleverde inspanningen niet zijn meegenomen. Ook inhoudelijk gemiste kans omdat verwerking van deze input had kunnen leiden tot de bijdrage vande RBG ZHN is in zijn geheel meegenomen in de een vollediger en meer kwantitatieve bijdrage aan de notitie, zij het dat dit procedureel gezien niet in het eerste structuurvisie vanuit het oogpunt van de maatschappelijke Regionale Cie. concept kon worden meegenomen. Voorzieningen Gezondheidszorg voorzieningen. Positieve ontwikkeling dat in het proces rond de totstandkoming van de regionale structuurvisie het thema Regionale Cie. v.k.a. Voorzieningen Gezondheidszorg 'maatschappelijke voorzieningen' wordt meegenomen. Bijdrage vanuit de maatschappelijke hoek moet meer vertaald worden in de richting van concrete, kwantitatieve indicaties voor het ruimtebeslag of zo handvatten te bieden om de maatschappelijke component ook een goede plaats te geven in de structuurvisie. De rapportage in zijn huidige vorm Regionale Cie. v.k.a. Voorzieningen Gezondheidszorg biedt dat handvat onvoldoende.
6 Voorzieningen
Regionale Cie. Gezondheidszorg
7 Voorzieningen
REC West
pag. 4, Naam van de organisatie GCGZ moet zijn GBG-ZHN 'Regionaal Bureau Gezondheidszorg Zuid-Holland Noord. wordt gewijzigd De wenselijkheid van een structuurvisie en de daarbij gehorende maatschappelijke voorzieningen inclusief het speciaal basisonderwijs het (voortgezet) speciaal onderwijs wordt onderschreven. v.k.a.
8 Voorzieningen
REC West
9 Voorzieningen
REC West
10 Voorzieningen
REC West
In de uitwerking wordt aandacht gevraagd voor het integrale karakter en de afstemming tussen de diverse beleidsonderdelen. Met name de integrale afstemming tussen zorg en SBO(V)SO vraagt nadere uitwerking in het kader van operatie Jong en herijking van de zorg. De problematiek van het kind komt integraal centraal te staan. Onderwijs en zorg zullen onderwijsarrangementen gaan maken voor de kinderen. De participerende scholen en besturen in REC WEST in de regio Holland Rijnland (Leo Kannerschool, De Brug, Cesar Franckschool en De Leidse Buitenschool) willen vanuit hun maatschappelijke opdracht een bijdrage leveren. H3 Onderwijs. In de stand van zaken worden de decentralisatie huisvesting in 1997 en de ontwikkelingen rondom passend onderwijs van 2006 niet genoemd. Beide zijn belangrijk omdat Holland Rijnland bij beide ontwikkelingen een regiefunctie heeft. Bij de trends wordt opvoeding tot burgerschap gemist met aspecten als socialisatie, gemeenschapszin, democratische waarden, normen en waarden. Binnen het achterstandenbeleid in het integratiebeleid wordt hiervoor met name aandacht gevraagd. Ook binnen het pedagogisch denken is hiervoor weer aandacht als aanvulling op het individualistisch denken.
mee eens/ v.k.a.
de gemeenten hebben woornamelijk een regiefunctie bij de decentalisatie van de onderwijshuisvesting in 1997 gehad. Niet het samenwerkingsorgaan.
v.k.a.
11 Voorzieningen
REC West
12 Voorzieningen
REC West
Op dit moment spelen er in het basisonderwijs, het speciale basisonderwijs en het speciaal onderwijs veel onderwijskundige vernieuwingen die allemaal te maken hebben met meer autonomie voor de leerling/meer zelfstandig worden voor je eigen leerproces (nieuw leren, portfolio etc.) meer individuele leerroutes (competentiegericht leren, individueel maatwerk), integrale aanpak (afstemming met alle stakeholders zoals ouders, jeugdzorg e.d.) en meer De insteek is juist. Maar dit onderdeel is meer beleidsinhoudelijk aandacht voor socialisatie dan dat dit binnen de structuurvisie op regionaal niveau kan (arbeidstoeleiding/stages/werkplaats en worden meegenomen. burgerschapszinprogramma's in het buiten de school e.d.) klop. In het eerste concept was dit nog onvoldoende uitgewerkt. Wordt als punt meegenomen in het streefbeeld maatschappelijke In het overzichtje ontbreek het speciaal onderwijs en de behoefte/ambitie wordt niet duidelijk gemaakt of uitgewerkt. voorzieningen.
REC West
Binnen de Duin- en Bollenstreek wordt door de ASOJ het aanbod SBO en SO cluster 4 uitgebreid en aangepast aan de behoeften (kwantiteit en integrale aanpak: SBO, SO en jeugdzorg). Indien gewenst tot nadere toelichting bereid. v.k.a.
13 Voorzieningen
14 Voorzieningen
REC West
15 Voorzieningen
REC West
16 Voorzieningen
REC West
17 Voorzieningen
REC West
18 Voorzieningen
REC West
19 Voorzieningen
REC West
20 Voorzieningen
REC West
21 Voorzieningen 22 Voorzieningen
REC West REC West
23 Voorzieningen
Bureau Jeugdzorg
24 Voorzieningen
Bureau Jeugdzorg
25 Voorzieningen
Bureau Jeugdzorg
26 Voorzieningen
ROC Leiden
Holland Rijnland kan een ondersteunende rol spelen bij het inzicht krijgen in de inventarisatie van kwantitatieve en kwalitatieve beleidswensen binnen de regio Duin- en Bollenstreek. Er is een dringende behoefte aan de snelle opening van de VSO cluster 4 locatie in de Bollenstreek (Dit aanbod valt onder het bevoegd gezag van de Leo Kannerschool). Holland Rijnland kan een bijdrage leveren aan een spoedige opening.
zal worden meegenomen.
In algemene zin wordt de problematiek van het speciaal odnerwijs meegenomen in het streefbeeld. Voor de korte termijn zal het samenwerkingsorgaan hier actie op ondernemen. Dit zijn specifieke projecten die op dit moment lopen maar niet Leidse regio: Intensivering van samenwerkingverbanden met van toepassing zijn op het streefbeeld of de regionale structuurvisie. jeugdzorg en behandelingsinstellingen (één kind, één plan) Leidse regio: Projectklassen met observatiefunctie en timeoutfunctie. v.k.a./ zie boven Leidse regio: Project/schakelklassen voor specifieke doelgroepen tussen regulier en speciaal onderwijs. v.k.a./ zie boven Leidse regio: De vorming van 'special classes' binnen het regulier onderwijs en speciaal onderwijs. v.k.a./ zie boven Leidse regio: Een intensieve handelingsgerichte en systeemondersteunende begeleiding vanuit het speciaal onderwijs v.k.a./ zie boven Leidse regio: Een interne zorgstructuur binnen het reguliere onderwijs. v.k.a./ zie boven Leidse regio: Samenvattend: een continuüm van zorg. v.k.a./ zie boven Concept streefbeeld geeft in het geheel een goed beeld van de te verwachten ontwikkelingen en hoe hier op zal worden geanticipeerd. Reactie BJZ meenemen Opvoeden en opgroeien, en de ondersteuning die hierbij wordt geboden, is van groot maatschappelijk belang. Vroegtijdig signaleren en reageren op opvoed- en opgroeiproblematiek kan erger voorkomen. Kwaliteit van de basisvoorzieningen en een sluitende, samenhangende keten van onderwijs- en zorg is van belang. Dit thema komt terug als aanbeveling bij punt 4. De onderbouwing of aanleiding wordt gemist in de voorafgaande tekst. Voorgesteld wordt om dit aan te vullen. Reactie BJZ meenemen
Vanuit Bureau Jeugdzorg zijn respondenten betrokken bij de 5% van de jeugd die zorg nodig heeft, met name voor de 1% die intensieve zorg nodig heeft. Zowel op individueel niveau voor de jeugdige en de ouders, alsmede maatschappelijk niveau (veiligheid, voorzieningen) kunnen problemen verstrekkende gevolgen hebben. Reactie BJZ meenemen Meer aandacht gevraagd voor verandering en vergroting aan behoefte van op het individu afgestemd onderwijs wordt meegenomen in notitie
27 Voorzieningen
28 Voorzieningen
ROC Leiden
ROC Leiden
29 Voorzieningen
ROC Leiden
30 Voorzieningen
ROC Leiden
31 Voorzieningen
ROC Leiden
32 Voorzieningen
ROC Leiden
33 Voorzieningen
ROC Leiden
Opgemerkt wordt dat er wordt gesproken over samenwerking tussen onderwijsinstellingen maar de ketensamenwerking met de landelijke kenniscentra en de regionale partners komt onvoldoende tot uitdrukking. Afstemming van onderwijs op de behoefte van de arbeidsmarkt is al eerder benoemd door Holland Rijnland maar zou ook meer tot uitdrukking moeten worden gebracht bij de paragraaf Onderwijs. Belangrijk hierbij is te vermelden het reeds ingezette beleid van het ROC om als loopbaancentrum te werken voor meer doelgroepen dan de reguliere doelgroep MBO. Hierbij moet gedacht worden aan de toeleidende en ondersteunende trajecten richting beroepsopleidingen en begeleiding naar werk (maatschappelijke-sociale participatie). En de belangrijke rol van het onderwijs, waaronder ROC, bij verhoging kwalificatie van werknemers binnen de bedrijven. Ook de verbreding van de rol van het MBO-onderwijs m.b.t. het idee van community-college komt niet aan de orde. Wel wordt er breed aandacht besteed aan de ontwikkeling van brede scholen, maar dit lijkt vooral gericht op de verbreding van het primair onderwijs. De rol die het onderwijs kan spelen bij verhoging van de arbeidsparticipatie en doelgroepen met een achterstand komt maar beperkt aan de orde. Bij veel steden is dit nu weer een belangrijk issue. De noodzaak van ketendenken middels samenwerking van juist de regionale partners wordt bij zowel onderwijs, gezondheidsorganisatie en maatschappelijke opvang onvoldoende belicht en vooral ook de wijze waarop hier in de regio invulling aan wordt gegeven. De beschreven analyse m.b.t. vergrijzing, actieve 55plussers, individualisering, mondige burger, complexere samenleving, ontwikkeling naar kenniseconomie, acceptatie controle en toezicht, meer arbeidsparticipatie en de trends die worden genoemd bij onderwijs (schaalverkleining basisonderwijs, toenemende samenwerking VMBO/MBO/HBO, onderwijstaken door het bedrijfsleven, ontwikkeling kenniscentra) kunnen alleen maar onderschreven worden. Ook het discussiepunt over het als regio koploper willen zijn bij ontwikkeling van kenniscentra, hightech-centra, brede scholen/ multifunctionele accommodaties, wordt onderschreven. Aandacht wordt gevraagd voor de consequenties van de vergrijzing en invloeden hiervan op de behoeften aan voorzieningen op het gebied van scholing.
wordt meegenomen in notitie en streefbeeld.
insteek wordt onderschreven. Dit punt wordt meegenomen in het streefbeeld bij onderwijs en Holland Rijland als kennisregio en de aansluiting van het onderwijs binnen Holland Rijnland op die kennisgebieden waarop Holland Rijnland zich in de komende jaren wil gaan profileren.
Ook het MBO wordt in het streefbeeld meegenomen bij de ontwikkeling van Holland Rijnland als kennisregio. Er wordt bij de ontwikkeling van brede scholen niet allee nuitgegaan van primair onderwijs, juist VO en MBO zullen in de komende jaren juist een grote inhaalslag op dit gebied gaan halen.
Het uitgangspunt wordt onderschreven. Dit punt wordt in het streefbeeld op hoofdlijnen meegenomen.
v.k.a.
v.k.a.
wordt op ingezet in het streefbeeld.
34 Voorzieningen
ROC Leiden
35 Voorzieningen 36 Voorzieningen
ROC Leiden Steunpunt Medelanders
37 Voorzieningen
Steunpunt Medelanders
38 Voorzieningen
Steunpunt Medelanders
39 Voorzieningen
Steunpunt Medelanders
40 Voorzieningen
NOC*NSF
41 Voorzieningen
NOC*NSF
42 Voorzieningen
NOC*NSF
Geconcludeerd wordt dat de inhoudelijke lijn vanuit ROC Leiden onderschreven worden en dat de juiste vragen worden gesteld. v.k.a. ROC Leiden ziet graag meer aandacht voor genoemde punten met betrekking tot de rol die het ROC-(onderwijs) kan wordt meegenomen. spelen op de hier boven beschreven terreinen. Beperkt reactie tot één opmerking vanwege de korte termijn In Hoofstuk 2 wordt bij CBS citaat m.b.t. allochtone groeperingen in de regio en onder het kopje 'trends' en segregatie opgemerkt dat het op zijn minst verwonderlijk is dat het slechts blijft bij een zijdelingse benoeming. Gesteld wordt dat valt te betwijfelen of aan de eis om de sociale component te betrekken bij de structuurvisie, wordt voldaan als niet ook uitdrukkelijk wordt gewezen op de noodzaak om in de komende jaren hard te werken aan het bevorderen van integratie van niet-Westerse migranten in de samenleving in onze regio. Initiatieven gericht op het bevorderen van integratie gebeuren onvoldoende en dienen krachtig te worden gestimuleerd. Als Holland Rijnland ernaar streeft om de kwaliteit van het leefklimaat in onze regio te behouden of zelfs te verbeteren, mag het aspect van integratie van niet- Westerse migranten niet ontbreken in het hoofdstuk 'aanbevelingen'. Gesteld wordt dat dit punt ten minste evenveel belang heet als bijv. het 'behouden en versterken van cultuurhistorische waarden en elementen'. Spreekt namens achterban (80 sportbonden en 30.000 verenigingen) Analyse streefbeeld is correct. Herkent aantal bevindingen uit nota's en onderzoeksrapportages, die mede namens NOC*NSF zijn gepubliceerd. Belangrijkste kritiekpunt is het ontbreken van een kwantitatieve analyse en (groei)ambitie. Zeker in een regio waarin de slag om de ruimte elke dag plaatsvindt, mag een kwantitatieve dimensie niet ontbreken. Nu zijn de conclusies te vrijblijvend en niet regiospecifiek
v.k.a.
Reactie van het steunpunt verwerken in de notitie
Reactie van het steunpunt verwerken in de notitie
Reactie van het steunpunt verwerken in de notitie v.k.a.
v.k.a.
meenemen in aanbevelingen
43 Voorzieningen
44 Voorzieningen
45 Voorzieningen
46 Voorzieningen
GGD
Vraagt na te denken over de te verwachten tekorten aan fysieke ruimte voor sport- en recreatievoorzieningen in Holland Rijnland. Daarbij niet alleen denken aan afgebakende accommodaties, bij voorkeur multifunctioneel opgezet, maar ook aan de benodigde openbare ruimte voor sport, spel en recreatie in en om steden. Daar ontstaan in de Randstad komende jaren de grootste knelpunten. Verwijst naar recente NOC*NSF -onderzoek 'Ruimte voor Sport', waarin calculaties nationaal zijn gemaakt en waarin de groeiende tekorten in de Randstad bevestigd worden. Het onderzoek is aan te vragen via www.sport.nl . De omschrijving van trends geeft de indruk dat het hier persoonlijke meningen betreft die niet geverifieerd zijn. Bronvermelding wordt zelden aangetroffen. (een voorbeeld wordt gegeven van verslaafden op pag. 8). GGD geeft aan dat zij desgewenst de trends in gebruik van de afgelopen jaren kunnen aanleveren per cluster van gemeenten in Holland Rijnland, alsook het aantal mensen in zorg. Hieruit blijkt dat het alcoholgebruik toeneemt en het cocaïnegebruik is gestabiliseerd. Het aantal mensen dat met een alcohol- of cocaïneverslaving aanklopt bij de verslavingszorg is toegenomen.
GGD
Dankzij de gezondheidspeilingen, die de GGD eens in de vier jaar uitvoert onder volwassenen, ouderen en jongeren in onze regio, bestaan er veel gegevens over de gezondheid en welbevinden van de burgers in de regio. Ook wordt duidelijk welke risicogroepen er zijn op dit terrein, zoals eenoudergezinnen, uitkeringsgerechtigden, niet westerse allochtonen, chronisch zieken en mensen met een lage sociaal economische status. Deze groepen worden gemist in het overzicht van hoofdstuk 5 over gezondheidszorg en maatschappelijke opvang Voor het ontwikkelen van een visie op maatschappelijke voorzieningen lijkt het de GGD een belangrijke voorwaarde, inzicht in de aard en omvang van risicogroepen te hebben.
GGD
Het terrein van de openbare gezondheidszorg, hetgeen een gemeentelijke verantwoordelijkheid is, wordt slechts beperkt uitgewerkt. In een eerder stadium heeft GGD teksten aangeleverd op het gebied van eenzaamheid en facetbeleid. Hier zien zij weinig van terug. Ter informatie stuurt de GGD Kennis genomen van de insteek van de GGD. Dit betreft een meer beleidsinhoudelijke insteek. Bij de structuurvisie gaat het deze nogmaals toe. (tekst m.b.t. preventie eenzaamheid meer om het ruimtelijk beslag. een gezamenlijke aanpak is bijgevoegd)
NOC*NSF
reactie NOC/NSF meenemen in streefbeeld
reactie GGD wordt meegenomen in notitie en in het streefbeeld. Gegevens zullen worden gecontroleerd en aangepast in streefbeeld
kennis genomen van reactie GGD. Getracht is, door de hoeveelheid aan informatie en de breedte van het beleidsterrein, een beperking in de gegevens aan te brengen door met name in te zoemen op de 4 thema's in de regionale structuurvisie en die zaken die een (indirecte) relatie met de fysieke pijler hebben. Met name de statistische gegevens van de RCGZ zijn meegenomen.
47 Voorzieningen
48 Voorzieningen
49 Voorzieningen
Valent RDB
Reactie op constatering hoofdstuk 2 Maatschappij, pag. 3 waarin onder trends staat dat er een steeds groter beroep gedaan wordt op derden om een deel van de zorgtaken over te nemen wordt aangevuld met: Tegelijkertijd zie je dat de bereidheid om deze zorgtaken op te nemen geringer wordt. De oorzaken hiervan zijn tweeledig. Aan de ene kant moeten ouderen ook langer blijven werken, de VUT is grotendeels afgeschaft. De vitale ouderen van 60 jaar die een belangrijk aandeel in mantelzorg en vrijwilligerswerk kan nemen, zal langzamerhand verdwijnen. Punt 2: ouders en kinderen wonen in toenemende mate niet meer bij elkaar in de buurt, waardoor het voor ouders ook veel lastiger wordt om reactie zal worden meegenomen in de notitie zorgtaken voor kleinkinderen op zich te nemen.
Valent RDB
Bij de conclusie op pag. 4 dat bij de opzet van nieuwe wijken, vooraf rekening gehouden moet worden met fysieke en sociale beveiliging en de leefbaarheid van de burger wordt aangevuld dat het daarbij belangrijk is de hiervoor noodzakelijke infrastructuur: huisartsen en andere voorzieningen op wijkniveau, mogelijkheden voor het vestigen van praktijken, zodanig dienen te zijn, dat ze ook wordt onderschreven, is meegenomen in de notitie nog voor de gemiddelde huisarts bereikbaar blijven.
Valent RDB
Bij hoofdstuk 3, onderwijs, ontwikkelingen betere scholen, het pleidooi (derde dot) voor de multidisciplinaire samenwerking als belangrijkste criterium voor de brede school. Hierin wordt bepleit, dat scholen, kinderopvang, welzijnszorg, cultuur en sport met elkaar gaan samenwerken. Opgemerkt wordt hierbij dat het een loffelijk streven is, maar het risico van teveel dingen tegelijk willen doen is, dat er niets gebeurt. Het is al heel wat als gemeenten er in slagen om zorg en welzijnsvoorzieningen geografisch zodanig te concentreren dat die in elkaars nabijheid liggen, dit maakt multidisciplinaire samenwerking tussen verschillende soorten zorginstellingen en welzijnsinstellingen mogelijk en zal voor de burger meerwaarde oplevingen. Als dit soort insteken ook nog gecombineerd kunnen worden met scholen kan dat een pré Reactie Valent RDB wordt grotendeels onderschreven. In de zijn, maar de vraag is of dit echt noodzakelijk is. notitie en het streefbeeld wordt de gewenste situatie beschreven.
50 Voorzieningen 51 Voorzieningen
52 Voorzieningen
Valent RDB Valent RDB
Valent RDB
Op p.6 wordt gesproken over trends in het onderwijs, vooral wordt daar genoemd de trend dat onderwijstaken door het bedrijfsleven worden uitgevoerd. Met name in de zorgsector bestaat de trend al jaren en van oudsher. Verpleegkundigen krijgen deels een theoretische en deels een praktische opleiding. Hetzelfde geldt voor verzorgenden In de thuiszorg worden vele verzorgenden door de sector zelf opgeleid. Het is van het grootste belang, gelet op de toenemende vergrijzing en het grote aandeel wat de zorg gaat uitmaken van het arbeidspotentieel, dat er een gode samenwerking ontstaat tussen scholen en zorginstellingen rondom de werving van leerlingen. Nu al bestaat er vanuit de STAGG en een samenwerkingsverband via de regionale commissie, aandacht voor dit probleem. Het is van het grootste belang dat initiatieven op dit terrein ondersteund worden door gemeenten, rijk en, zo mogelijk, met Europese subsidies. In het beleidsplan van Holland Rijnland dient hiervoor ruime aandacht ingeruimd te worden.
Reactie van Valent wordt onderschreven en is ook in het streefbeeld meegenomen. Dit sluit ook aan bij de gewenste profilering van de regio Holland Rijnland als kennisregio op het gebied van onder meer zorg.
In h.5 bij de trend dat ouderen, waar mogelijk, hun zorg thuis willen ontvangen, wordt opgemerkt, dat deze trend door Valent RDB wordt onderschreven en dat de wens zeer uitdrukkelijk is. Tegelijkertijd ziet Valent RDB een bezuinigende overheid, dat daar ook uitdrukkelijk grenzen aan stelt in de vorm van maximaal aantal uren dat de overheid via de AWBZ bereid is te betalen voor de zorg thuis. Aan de ene kant dus de trend en de wens om meer zaken thuis te doen. Aan de andere kant ook de trend om de zorg die thuis afgeleverd gaat worden duidelijk te limiteren. Mat name deze laatste ontwikkelingen voltrekken zich in de grijze zone tussen publieke besluitvorming en besluitvorming door overheidsorganen zoals het CIZ. Ze verdienen alle aandacht voor de zijde van de gemeenten, omdat zo ongemerkt, een optimale zorg thuis wordt afgegrendeld, met als gevolg dat er weer toenemende wachtlijsten zullen ontstaan voor intramurale instellingen. Gemeenten zullen hun krachten moeten bundelen om deze ontwikkelingen goed in het vizier In het streefbeeld worden de gewenste ontwikkelingen te krijgen en waar mogelijk tegenwicht tegen te bieden. meegenomen richting zorg van en voor ouderen.
53 Voorzieningen
Valent RDB
54 Voorzieningen
Valent RDB
Pag. 11, hier worden trends in ontwikkelingen gemeld, met name vermindering van de deelname van ouderen aan vrijwilligerswerk en daaronder dat ouderen een steeds grotere rol gaan spelen bij de opvoeding van kleinkinderen. Opgemerkt wordt dat deze twee ontwikkelingen min om meer tegenstrijdig zijn. Met name zie je dat door de verhoging van de pensioengerechtigde leeftijd de mogelijkheden de mantelzorgtaken en vrijwilligerstaken te gaan uitvoeren verminderen. Verder zie je de behoefte ontstaan om lang bij elkaar te wonen (project kangoeroe woningen) deze behoefte is er wel degelijk. In Voorhout is er een mooi voorbeeld uitgewerkt van hoe in deze behoefte voorzien kan worden. Het verdient de aanbeveling om nader te onderzoeken hoe Is meegneomen in notitie en in streefbeeld groot deze behoefte is. In h. 6 wordt er een aantal trends uitgewerkt omtrent de jeugd. Met name de afdelingen Maatschappelijk werk en Jeugdgezondheidszorg van Valent RDB zijn intensief bezig om in te spelen op veranderende behoeften en noodzaken bij kinderen. Het ontwikkelen voor programma's voor dikke kinderen maakt daar deel van uit (jeugdgezondheidszorg), maar ook speciale programma's gericht op het tegengaan van het ontsporen van kinderen speelt daarin een rol (maatschappelijk werk). Hierover is veel te zeggen. Valent is meegenomen in notitie en op hoofdlijnen in streefbeeld RDB biedt aan hierbij te helpen.
Valent RDB
Sport: in sector Valent RDB zien zij een tendens dat gezondheidszorg en welzijnsbevordering in elkaar overlopen. Een en ander betekent dat er specifieke programma's ontwikkeld worden voor senioren om fit en in goede conditie te blijven. De vraag is in hoeverre de gemeenten de ontwikkeling van dit soort speciale programma's, bijvoorbeeld deze insteek wordt onderschreven en is meegneomen in de notitie en het streefbeeld in het kader van de WMO, willen faciliteren.
Valent RDB
Hoofdstuk 8 gaat over cultuur. In dit hoofdstuk worden zeer globaal een aantal trends weergegeven. Echter een specifiek beleid gericht op het toegankelijk maken van cultuur voor verschillende doelgroepen vind je er niet in terug. Vanuit sector Valent RDB is het vooral van belang om cultuur ook toegankelijk te laten blijven voor ouderen. Het zou zinvol zijn daar nader aandacht aan te besteden in deze notitie. v.k.a.
55 Voorzieningen
56 Voorzieningen
57 Voorzieningen
Op blz. 2 onder 2.1 punt 1 wordt aangegeven dat Holland Rijnland kiest voor een ontwikkeling als woonregio: reageert niet eens te zijn met deze keuze. We moeten ook werkgelegenheid willen scheppen / vast willen houden. Dit is geen regio als het Gooi, maar een regio van doeners. Je moet hier geen slaapsteden willen creeeren, hetgeen zou gebeuren als iedereen buiten de regio werkt. En waar sprake is van steeds meer arbeidsparticipatie (zie h2) is er nb steeds méér werk nodig. Daarnaast is onze infrastructuur niet ingesteld op een nog grotere pendel. Daar kun je wel op in de keuze van Holland Rijnland voor een ontwikkeling als willen zetten, maar het is niet realistisch te veronderstellen woonregio is al in een eerder stadium door het AB van Holland dat verbeteringen van de infrastructuur op korte en Rijnland genomen. Hogeschool Leiden middellange termijn de forensen op kunnen vangen.
59 Voorzieningen
Op blz. 2 wordt onder punt 13 een keuze gemaakt voor hoogopgeleide, goedverdienende etc. bewonder. Ook dit beeld sluit niet aan bij de realiteit en is een geforceerd toekomstbeeld dat niet geworteld is. Wij zijn een streek van 'alle rangen en standen' en dat moet zo blijven. Wij moeten segregatie en polarisatie (zie ook h 2, 'maatschappij') Hogeschool Leiden tegengaan en daar als streek ook een bijdrage aan leveren. Op blz. 3 wordt onder punt 3 gesproken van regionale kenniscentra. Vanuit de functie als regioregisseur van Hogeschool Leiden doet repondent niets anders dan schakelen tussen regionaal bedrijfsleven en onderwijs, en zet onderzoeken op voor bedrijven, uitgevoerd door studenten, docenten en lectoren. Respondent zou graag binnen Holland Rijnland een bijdrage willen leveren aan het uitwerken van het door Holland Rijnland gewenste concept van regionale Hogeschool Leiden kenniscentra.
60 Voorzieningen
Het hoofdstuk onderwijs spreekt uiteraard extra aan. Waar gesproken wordt over 'iedereen een startkwalificatie'moet respondent denken aan het recent getekende convenant tussen vele partijen in de regio 'Een Leven Lang Leren'. Er is een eerste bijeenkomst geweest tijdens welke Holland Rijnland i.s.m. het RPA getracht heeft hier handen en voeten Terecht wordt gewezen op het belang van een startkwalificatie aan te geven. De opzet bleek niet geschikt. Maar een doortastende en verbindende bijdrage van Holland Rijnland voor iedereen. Op dit punt zal ook in de komende jaren flink dienen te worden geinvesteerd. Hogeschool Leiden blijft onverminderd van groot belang.
58 Voorzieningen
mee eens dat segregatie dient te worden voorkomen en integratie dient te worden bevordert. Daarom is het van belang dat ook de hoger opgeleiden binnen deze regio blijven wonen.
Van dit aanbod zal de regio Holland Rijnland graag gebruik maken.