Prostitutie Brussel in Beeld Bouwstenen voor een Integraal Prostitutiebeleid
Seinpost Adviesbureau BVErasmus Hogeschool Brussel m.m.v. Katholieke Universiteit Leuven
Arnhem, juni 2008
Prostitutie Brussel in Beeld Bouwstenen voor een Integraal Prostitutiebeleid Seinpost Adviesbureau BVErasmus Hogeschool Brussel m.m.v. Katholieke Universiteit Leuven Uitgebracht aan: Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV, Erasmus Hogeschool Brussel m.m.v. de Katholieke Universiteit Leuven Drs. Ing. R. van den Hazel Drs. D. Lesger MSc Drs. T. Peters Mr. S van Oijen Dr. M. Loopmans Dr. K. Gabiam Prof. Dr. C. Kesteloot Projectnummer: 27080 © Seinpost Adviesbureau BV. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enigerlei wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
Arnhem, juni 2008
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Voorwoord
Het is voor mij een leerrijke ervaring geweest om van op de zijlijn mee te werken aan het onderzoek over prostitutie in Brussel, uitgevoerd door het Nederlandse adviesbureau Seinpost BV en mijn vroegere medewerker, Maarten Loopmans, thans werkzaam op de Erasmus Hogeschool Brussel. Het onderzoek brengt voor de eerste keer de verschillende vormen van prostitutie in Brussel letterlijk in kaart en reflecteert mee op basis van de analyse van het prostitutiebeleid in enkele andere West-Europese steden over de pistes die het beleid kan uitbouwen om de ongewenste gevolgen van prostitutie op het vlak van leefbaarheid, welzijn van de betrokken personen en criminaliteit weg te werken, zoniet de prostitutie als uitdrukking van lichamelijke en financiële uitbuiting van medemensen uit de wereld te helpen. Meer dan elders zijn prostitutie in Brussel en het politiek antwoord op het verschijnsel complexe verschijnselen. Er zijn snelle verschuivingen in de tijd waar te nemen in de prostitutievormen, de oorsprong van de prostituees, de plaatsen en vermoedelijk ook de klanten van de prostitutie. Door haar internationale functies is Brussel ook gekenmerkt door een duale prostitutiemarkt. Naast de publieke en de besloten vormen van prostitutie is er nog een tweedeling binnen de laatste sector tussen de dure escortbureau's en "darkrooms" achteraan bars of nachtclubs. Beleidsmatig strekt het probleem zich uit over alle mogelijke bestuursschalen, gaande van de Verenigde Naties die in 1949 een abolitionistische conventie ter ondertekening van de lidstaten voorlegt, over de uitbreiding van de Europese Unie, waardoor een nieuwe golf van Bulgaarse en Roemeense migranten de prostitutiesector komen voeden, over de meer gekende gefragmenteerde Belgische regelgeving en beleidsinstellingen gaande van de Federale overheid over het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de Gemeenschappen en hun Brusselse vertegenwoordiging, de zes politiezones en de 19 gemeenten. En het eindigt allemaal bij mensen die meestal veel miserie meesleuren. Voor de meeste prostituees is hun activiteit wat we in vorige onderzoeken een overlevingsstrategie genoemd hebben - een berekende manier om aan bestaansmiddelen te geraken omdat de gewone kanalen het niet toelaten. Het initiatief van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest om de prostitutie in Brussel in kaart te brengen en een integraal gewestelijk prostitutiebeleid uit te bouwen getuigt van politieke moed.
Pagina 1
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Het is ook een uitdaging, waarin de bestuurbaarheid van het Gewest en de geloofwaardigheid van haar complexe institutionele structuur op de proef gesteld worden. Verder onderzoek zou het Gewest daarin steun kunnen bieden. Gelet op de omvang van de onderzoeksopdracht, was het vooralsnog niet mogelijk om op meer systematische wijze de historische evolutie en de logica van de geografische verschuivingen van de prostitutieactiviteiten te bepalen. We weten relatief veel over de persoonlijke welzijnsnoden van de prostituees die de moed hebben om zich aan te melden bij hulpdiensten, maar weinig of niets over hun woonomstandigheden, hun sociale activiteiten buiten de beroepssfeer, hun eventuele kinderen en de intergenerationele effecten van prostitutie. Het zou zeer de moeite zijn uit te zoeken of er voorwaarden zijn waaronder vrouwen die in de prostitutie werkzaam zijn een eigen vrije keuze kunnen maken voor wat betreft hun toekomst.
Chris Kesteloot, Instituut voor Sociale en economische Geografie, Katholieke Universiteit Leuven.
Pagina 2
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Inhoudsopgave
Voorwoord
1
1
7
Inleiding 1.1
Het verkennend onderzoek
7
1.2
Het inventariserend onderzoek
8
1.3
De stedenvergelijking
9
1.4
Oplossingsrichtingen Brussels Hoofdstedelijk Gewest
9
1.5
Opzet rapport
10
1.6
Leeswijzer
11
Deel 1 Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
13
2
15
3
4
Vormen, aard en ruimtelijke aspecten 2.1
Publieke vormen
17
2.2
Raamprostitutie: bars en carrés
18
2.3
Tippelprostitutie
21
2.4
Besloten vormen
25
2.4.1
Heteroprostitutie
25
2.4.2
Homoprostitutie
29
2.4.3
Conclusie
31
Zorg en welzijn
35
3.1
Fysiek geweld
35
3.2
Slechte arbeidsomstandigheden
37
3.3
Politie
37
3.4
Verslaving
38
3.5
Onveilige seks
39
3.6
Slechte huisvesting
39
3.7
Sociaal isolement
40
3.8
Conclusie
41
Leefbaarheid 4.1
Bars en carrés
43 43
Pagina 3
Prostitutie Brussel in Beeld
5
6
4.2
Straatprostitutie
44
4.3
Besloten vormen van prostitutie
45
4.4
Conclusie
46
Criminaliteit
47
5.1
Pooierschap en mensenhandel
47
5.2
Illegaliteit
48
5.3
Minderjarigen in de prostitutie
49
5.4
Randcriminaliteit
50
5.5
Conclusie
50
Instituties 6.1
7
Seinpost Adviesbureau BV
51
Wet- en regelgeving
51
6.1.1
Inleiding en internationale context
51
6.1.2
Gezondheid en welzijn
52
6.1.3
Overlast
54
6.1.4
Criminaliteit
57
6.2
Conclusie
58
6.3
Beleid en handhaving
59
6.3.1
Zorg en welzijn
59
6.3.2
Overlast
62
6.3.3
Criminaliteit
63
Conclusie en overzicht knelpunten
67
7.1
Aantallen en vormen
67
7.2
Leefbaarheid
68
7.3
Zorg en welzijn
70
7.4
Criminaliteit
71
7.5
Institutioneel
72
Deel 2 Stedenvergelijking
75
8
Quickscan steden
77
9
Antwerpen
79
9.1
Vormen, aard en ruimtelijke aspecten
79
9.2
Zorg en welzijn
82
9.3
Leefbaarheid
84
9.4
Criminaliteit
85
Pagina 4
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
9.5
Instituties
86
9.5.1
Wetgeving
86
9.5.2
Beleid
87
Conclusie
92
9.6
10
11
Seinpost Adviesbureau BV
Rotterdam
95
10.1
Vormen, aard en ruimtelijke aspecten
10.2
Zorg en welzijn
101
10.3
Leefbaarheid
105
10.4
Criminaliteit
107
10.5
Instituties
110
10.6
Conclusie
116
Glasgow
95
119
11.1
Vormen, aard en ruimtelijke aspecten
119
11.2
Zorg en welzijn
121
11.3
Leefbaarheid
125
11.4
Criminaliteit
126
11.5
Instituties
128
11.6
Conclusie
133
Deel 3 Integraal Prostitutiebeleid in Brussel137 12
13
14
Noodzaak van een integraal prostitutiebeleid
139
12.1
Inleiding
139
12.2
Huidige omstandigheden en knelpunten
140
12.3
Huidige belemmeringen om te komen tot een IPB
142
12.4
Hoofdlijn van de beleidsopgave
144
Lessen uit de steden
145
13.1
Inleiding
145
13.2
Vormgeving van het beleid
146
13.3
Organisatorische aandachtspunten
148
Streefbeeld IPB Brussel
155
14.1
Inleiding
155
14.2
Vijf bouwstenen
155
Pagina 5
Prostitutie Brussel in Beeld
14.3
15
Seinpost Adviesbureau BV
Streefbeeld
Drie routes
157
159
15.1
Inleiding
159
15.2
Visieroute
159
15.3
Drie sectorenroute
160
15.4
Welzijnsroute
161
16
Organisatie, planvormen en informatie
163
17
Literatuur
169
18
Literatuur Brussel, Antwerpen
169
Literatuur overig
176
Bijlagen
179
Bijlage 1 Overzichtskaart Brussel
179
Bijlage 2 E-mailsurvey Nederlands
183
Bijlage 3 E-mailsurvey Frans
189
Bijlage 4 Quickscan
197
Bijlage 5 Prostitution policy statement
213
Bijlage 6 Overzicht interviews
215
Pagina 6
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
1 Inleiding Vanuit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (BHG) heeft de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) te kennen gegeven, te willen komen tot een integrale, Gewestelijke beleidsvisie inzake prostitutie. Alvorens een dergelijk beleid kan worden geformuleerd is het noodzakelijk dat de gehele prostitutiebranche in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in kaart wordt gebracht. Met dit doel heeft het Gewest de volgende opdracht geformuleerd: In eerste instantie dient de onderzoeker de prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest te kwantificeren en in kaart te brengen. Dit om een klaar en objectief beeld te krijgen op de prostitutie in het Gewest. In tweede instantie dient de onderzoeker een vergelijkende studie te maken van tenminste drie Europese steden waar een prostitutiebeleid is uitgewerkt. Op basis van deze benchmark dient de onderzoeker een eerste algemene aanzet te geven voor een integraal prostitutiebeleid in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Met bovenstaande opdrachtformulering als uitgangspunt heeft Seinpost Adviesbureau, in samenspraak met de KU Leuven en de Erasmushogeschool Brussel, een onderzoek voorgesteld dat bestaat uit drie afzonderlijke gedeelten. De te onderscheiden onderzoeksdelen zijn: a) een inventariserend onderzoek van de prostitutie en het prostitutiebeleid in Brussel; b) een vergelijking van deze met een drietal Europese steden; c) een verkenning van de oplossingsrichtingen voor het Brussels Gewest. Het inventariserend onderzoek bestaat uit een verkenning en een kwantitatief onderzoek.
1.1 Het verkennend onderzoek Het verkennend onderzoek zorgde voor een eerste screening van het Gewest en was belangrijk om het verdere onderzoek richting te geven en te kaderen volgens de specificiteit van de lokale situatie.
Pagina 7
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De verkenning heeft plaatsgevonden op basis van deskresearch en 10 face-to-face interviews met zorgvuldig geselecteerde sleutelinformanten, die wat prostitutie betreft een helikoptervisie hebben over het hele Gewest. In het onderzoek zijn de volgende vragen aan de orde gesteld: -
Welke vormen van prostitutie komen in het Gewest Brussel voor?
-
Welke organisaties (lokaal, Gewestelijk, federaal) houden zich op enigerlei wijze bezig met prostitutie?
-
Welke problemen komen er voor in relatie tot prostitutie?
-
Zijn er relevante signalen, indicaties, informele bronnen die de prostitutieomgeving inkleuren?
Tevens heeft het verkennend onderzoek ertoe gediend verdere sleutelinformanten en relevante informatiebronnen die van nut kunnen zouden zijn in het verdere onderzoek, te inventariseren. Aan de hand van de uitkomsten van het verkennend onderzoek is, in samenspraak met de opdrachtgever, bepaald op welke aspecten in het vervolg onderzoek (inventariserend onderzoek voor Brussel, stedenvergelijking) moest worden ingezoomd.
1.2 Het inventariserend onderzoek Tijdens het vervolgonderzoek is dieper ingegaan op omvang, aard en vormen van prostitutie in het Brussels Gewest, het beleid dat hiertegenover wordt gesteld en de betrokken actoren. Hiervoor is gebruik gemaakt van een diversiteit aan methoden. De basis van dit rapport bestaat uit gesprekken met sleutelrespondenten. Zowel in het verkennend onderzoek als in het vervolgonderzoek, zijn langdurige interviews (2-3 uur) gehouden met een diverse groep aan actoren die zij het op lokale, zij het op Gewestelijke schaal betrokken zijn bij verschillende vormen van prostitutie en er een bijzondere kennis over bezitten. Deze interviews werden aangevuld met literatuuronderzoek, een e-mail enquête naar de lokale overheden over hun kennis en aanpak van de lokale prostitutieproblematiek en desktop- ‘veldonderzoek’ naar verdoken prostitutievormen die adverteren via internet. Op basis van deze informatiebronnen kunnen uitspraken worden gedaan over de omvang, vormen, aard en ruimtelijke aspecten van de prostitutie in Brussel, maar ook van de beleidsaanpak die de verschillende actoren hier tegenover stellen.
Pagina 8
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
1.3 De stedenvergelijking Een onderdeel van het prostitutie onderzoek ten behoeve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vormt de stedenvergelijking. In dit deel van het onderzoek zijn de oplossingrichtingen die in drie andere Europese steden zijn gevonden voor de regulering van de prostitutiebranche in kaart worden gebracht. Zoals voorgesteld door de opdrachtgever maken de steden Antwerpen en Rotterdam in ieder geval deel uit van het onderzoek. Bij opdrachtverlening werd het onderzoeksteam, voor wat betreft de derde stad die deel zou moeten uitmaken van de stedenvergelijking, de keuze gelaten. Naar het oordeel van het team kwamen -bezien vanuit diverse invalshoeken- meerdere steden voor de stedenvergelijking in aanmerking, waaronder Amsterdam, Stockholm, Glasgow en Zürich. Om tot een gefundeerde keuze van te onderzoeken steden te komen zijn alle steden aan een zogenaamde quickscan onderworpen, waarbij het verschijnsel prostitutie aan de hand van literatuuronderzoek in al zijn facetten in kaart werd gebracht. Tijdens de quickscan werden de steden beoordeeld aan de hand van de thema’s: aard van prostitutie, beleid, voorzieningen, locaties, overlast, criminaliteit, handhaving, wet- en regelgeving, evt. bijzonderheden. Na bestudering van het fenomeen vanuit deze dimensies is uiteindelijk besloten de stad Glasgow als derde stad aan een nader onderzoek te onderwerpen. De steden Antwerpen, Rotterdam en Glasgow zijn vervolgens aan een verdiepend onderzoek onderworpen waarbij de drie steden zijn bezocht, diverse sleutelfiguren zijn geïnterviewd en zowel de prostitutielocaties als voorzieningen aan de hand van eigen waarnemingen zijn beoordeeld.
1.4 Oplossingsrichtingen Brussels Hoofdstedelijk Gewest Rekening houdend met de resultaten van het onderzoek die een beeld schetsen van de situatie rond het prostitutiebeleid in diverse steden anno 2008 en de gesprekken die hierover met betrokkenen zijn gevoerd is een beleidsopgave voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest geformuleerd om te komen tot een integraal prostitutiebeleid. Hierbij zijn allereerst op basis van de ervaringen elders inhoudelijke bouwstenen geformuleerd die voor het toekomstige prostitutiebeleid van belang zijn. Vervolgens zijn drie routes uitgezet aan de hand waarvan kan worden gekomen tot een integraal prostitutiebeleid en bijbehorende organisatiestructuur.
Pagina 9
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
1.5 Opzet rapport Voor wat betreft de opzet van het rapport is gekozen voor een driedeling. In de drie afzonderlijke delen is aansluiting gezocht bij de vraagstelling van het Brussels Stedelijk Gewest (beschrijving casus Brussel, beschrijving Europese steden, oplossingsrichtingen om te komen tot een integraal prostitutiebeleid). Om eenvormigheid te bewerkstelligen is -binnen de drie afzonderlijke delen- gekozen voor eenzelfde systematiek van beschrijven. Hierbij is uitgegaan van de volgende thema’s: -
Leefbaarheid
-
Zorg en welzijn
-
Criminaliteit
-
Instituties
Leefbaarheid Criminaliteit
Zorg en Welzijn Institutioneel
Onder het thema leefbaarheid worden alle aspecten van prostitutie beschreven die betrekking hebben op de openbare (fysieke) ruimte zoals; vormen en aard waarin prostitutie zich voordoet, ruimtelijke aspecten, aspecten van overlast.
Pagina 10
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Binnen het thema zorg en welzijn wordt aandacht besteed aan alle gezondheidsrisico’s waaraan prostituees zijn blootgesteld (geweld, verslaving, slechte arbeidsomstandigheden, gezondheidsrisico’s, armoede etc.). Tevens worden de voorzieningen die hiervoor zijn getroffen (of ontbreken) en de organisaties/samenwerkingsverbanden die zich bezighouden met dit thema, in kaart gebracht. Onder het thema criminaliteit worden een inventarisatie gedaan van alle vormen van prostitutiegerelateerde criminaliteit (mensenhandel, geweld, etc.). waarbij tevens aandacht wordt besteed aan de methoden die in de diverse steden worden toegepast om de verschillende vormen van criminaliteit het hoofd te bieden. Het thema instituties behandeld de institutionele kaders waarbinnen prostitutiebeleid is vormgegeven in de breedste zin van het woord. Zo wordt beschreven welke kaders van wet- en regelgeving er landelijk en lokaal gelden, welke samenwerkingsverbanden zijn gevonden (structuren) en op welke wijze deze verbanden zijn vormgegeven en geformaliseerd.
1.6 Leeswijzer In deel 1 wordt verslag gedaan van de bevindingen met betrekking tot de omvang en verschillende vormen van prostitutie in het Brussels Gewest. Aard, typen en locaties worden zowel kwantitatief als kwalitatief beschreven. Tevens wordt het fenomeen belicht vanuit de hierboven beschreven thema’s. Tenslotte zal, op basis van het voorgaande, een overzicht worden gegeven van de belangrijkste knelpunten die worden ondervonden. In deel 2 wordt verslag gedaan van het stedenvergelijkend onderzoek. In dit gedeelte worden de steden Antwerpen, Rotterdam en Glasgow aan de hand van de vier thema’s beschreven waarbij tevens een overzicht wordt gegeven van initiatieven die in de diverse steden tot successen hebben geleid. Daarnaast wordt bezien in hoeverre de steden (zowel qua aard en omvang van de branche, institutionele kaders, wijze van benadering) met Brussel overeenkomen dan wel verschillen. In deel 3 wordt, uitgaande van de situatie in Brussel rond prostitutie, en gebruik makend van de ervaringen met prostitutiebeleid in andere Europese steden een schets gegeven van hoe het Brusselse prostitutiebeleid er uit zou kunnen zien, en via welke route daar gekomen kan worden.
Pagina 11
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 12
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Deel 1 Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Pagina 13
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 14
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
2 Vormen, aard en ruimtelijke aspecten Navolgend wordt verslag gedaan van de bevindingen met betrekking tot de omvang en verschillende vormen van prostitutie in het Brussels Gewest. De belangrijkste bronnen voor dit onderdeel waren de interviews met de verschillende politiediensten (politiezone Brussel-Elsene, politiezone Schaarbeek-Sint-Joost-Evere en de federale gerechtelijke politie); De email-enquête, eigen internetsearches voor de besloten vormen en gesprekken met Entre2, Espace P en CAW Mozaïek-straathoekwerk vullen de gegevens verder aan. Belangrijk om aan te stippen is dat geen van de respondenten exacte aantallen konden geven (prostituees worden, wegens het abolitionistische standpunt van de Belgische wetgeving, nergens geregistreerd). Daarom is steeds gewerkt met een minimum- en maximumschatting, waarbij men ervan mag uitgaan dat het minimum een zekerheid is (het zijn er zeker niet minder; vaak is dit minimum wel geteld) en het maximum een waarschijnlijkheid (het kunnen er meer of minder zijn). Er is steeds getracht om verschillende bronnen met elkaar te combineren en te vergelijken, om de betrouwbaarheid van de schatting te controleren. In dit rapport wordt een onderscheid gemaakt tussen de publieke vormen van prostitutie en de besloten vormen van prostitutie. Beide vormen hanteren immers niet enkel hun eigen bedrijfs- en vestigingslogica, het onderscheid zal ook relevant blijken in termen van aanwezige problematiek en beleidsaanpak. Het Gewest kent de volgende prostitutievormen: Wat de publieke vormen betreft kent men de raamprostitutie (bars en carrés) en tippelprostitutie (op straat of op café, zowel hetero- als homoprostitutie). Bij de meer besloten vormen hebben we een drievoudig onderscheid gemaakt. Enerzijds is er het onderscheid tussen homo- en heteroseksuele prostitutie. Anderzijds is er ook het onderscheid tussen vormen die aan een bepaalde plek verbonden zijn en zij die dit niet zijn (de escortprostitutie). Vervolgens dient men een onderscheid te maken tussen plekken die expliciet ingericht zijn voor prostitutie, en plekken waar prostitutie vermengd voorkomt met andere, ook niet betalende seksuele en erotische handelingen. Tenslotte is er nog het verschil tussen zelfstandig werkende prostituees en georganiseerde, meer grootschalige prostitutie-inrichtingen. Bij de locatiegebonden heteroprostitutie heb je enerzijds de clubs, cabarets en stripteasetenten waar prostitutie vaak een belangrijke nevenactiviteit is.
Pagina 15
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Ook in Turkse en Bulgaars-Turkse Verenigingen Zonder Winstoogmerk of theehuizen komt prostitutie als nevenactiviteit voor in verschillende vormen. Louter op prostitutiegerichte inrichtingen (‘bordelen’) komen voor onder de noemer van privéhuis, sauna of massagesalon. Daarnaast zijn er ook zelfstandig werkende prostituees die aan thuis- of privé-ontvangst doen. Tenslotte is er de niet-locatiegebonden hetero-escortbranche, waar prostituees aan huis werken, of afspreken in een van de Brusselse rendez-vous hotels. Ook hier vindt men grootschalige vormen (escortbureaus) en zelfstandig werkende escorts. Bij de homoprostitutie heb je zowel escorts als thuisontvangende jongens, die echter bijna uitsluitend op zelfstandige basis werken; ook komt prostitutie vermengd voor op besloten plekken die ook dienst doen als locaties voor vrije, onbetaalde seksuele ontmoetingen als dark- en backrooms, sauna’s, en sekscinema’s. In de prostitutiebranche in het gehele Brussels Gewest waren in 2006 volgens verschillende bronnen tussen de 4.000-5.000 prostituees actief, die als volgt over de 1
verschillende vormen verdeeld zijn .
1
Interview Espace P: 4000; interview federale politie GDA Brussel: 5000 +/- 2000. Op basis van onze eigen berekeningen komen we tot een cijfer tussen 2250-3890, waarbij 2250 slaat op een minimale inschatting, en de 3890 op een realistische extrapolatie op basis van de ter beschikking staande gegevens. Niet in dit cijfer inbegrepen zijn de besloten vormen die niet via internet ronselen (bv. aankondigingen in week- en dagbladen, via persoonlijke reclame door de pooier of het netwerk, in Turkse en Bulgaarse horecazaken (vzw’s)), terwijl het aantal onafhankelijke escorts meer dan waarschijnlijk sterk onderschat is (zie verder). Deze vorm van activiteiten komen zeker ook voor in Brussel, maar hebben we via de ons ter beschikking staande methodieken en bronnen niet (afdoende) kunnen tellen.. Daarom denken we dat de inschatting van Espace P en de federale politie dicht bij de waarheid moet liggen en nemen we dit cijfer hier over.
Pagina 16
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
PROSTITUTIEVORMEN BRUSSELS GEWEST
Publieke vormen (600-
-
970):
Raamprostitutie: bars (230-350) en carrés (100-130).
-
Tippelprostitutie (straat- en café): heteroseksueel (70-90), homoseksueel (200-500).
Besloten vormen (1635-
-
2920):
Privé-huizen, sauna’s en massagesalons, (280-650)
-
Privé-ontvangsten (160-260)
-
Onafhankelijke escort (+50)
-
Escortbureaus (185-360)
-
Private clubs, cabarets, Stripteasegelegenheden (510-600)
-
Turkse/Bulgaarse VZW’s (onbekend aantal)
-
Besloten homoprostitutieplekken: Darkrooms, sekscinema’s, sauna’s (onbekend aantal werkenden, samen 25-tal bekende locaties)
-
Internetprostitutie homo (450-1000)
2.1 Publieke vormen In het Brussels Gewest kunnen de volgende publieke vormen van prostitutie worden onderscheiden: -
Raamprostitutie: bars/carrés
-
Straatprostitutie
Achtereenvolgens zullen deze vormen worden besproken waarbij allereerst een definitie zal worden gegeven. Vervolgens zal aandacht worden besteed aan de locaties waar deze specifieke vorm van prostitutie is gesitueerd, de aantallen prostituees die – bij benadering- in de specifieke bedrijfstak werkzaam zijn, en de persoonskenmerken van de prostituees werkzaam in deze bedrijfstak.
Pagina 17
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
2 . 2 R a a m p r o st i t u t i e : b a r s e n c a r r é s De raamprostitutie in het Brussels hoofdstedelijk Gewest komt voor in twee varianten te weten, prostitutie in bars en in carrés. De bars staan officieel te boek als ‘drankgelegenheden’, maar in feite zitten prostituees achter de ramen om klanten te lokken. De bars zijn 24 uur per dag geopend en prostituees zijn er ingeschreven als werkneemsters (diensters), in drie opeenvolgende diensten. De tweede vorm van raamprostitutie die het Gewest kent is de carréprostitutie. In deze vorm huurt een vrouw een gelijkvloerse voorkamer (carré) –en eventueel nog een belendende kamer voor het afwerken- van de huiseigenaar. De prostituee werkt hier zelfstandig en kan niet onderverhuren aan andere prostituees. Bijgevolg zijn carrés gedurende de dag/nacht meestal gedurende slechts één periode geopend. Bars Aantallen en locaties bars Bars vindt men vooral op het grondgebied van de gemeente Schaarbeek in de 2
Aarschotstraat. Rond het jaar 2000 waren er in Schaarbeek ‘een vijftigtal’ bars.
De
onderzoekers van comité P (Comité P, 2001) telden er in 2001 58 in de Aarschotstraat, twee in de Kwatrechtstraat en één in de Rogierstraat; de politie van Schaarbeek telde er in datzelfde jaar 59. Einde 2007 telde de lokale politie 58 bars in 3
de Aarschotstraat . Uit voorgaand cijfermateriaal kan worden geconcludeerd dat het aantal zich in de loop van de jaren heeft gestabiliseerd. Aantallen en typering prostituees Gelet op het feit dat er per bar naar schatting twee tot drie dames per dienst werken en in een etmaal gemiddeld twee diensten worden gedraaid maakt dat het totaal aantal werkzame prostituees per dag een 230-350 meisjes per dag voor de hele Aarschotstraat. In sommige bars is er wel wat verloop, zodat het totaal aantal meisjes dat per jaar in de Aarschotstraat werkt wel hoger zal zijn. Het aantal prostituees in de Aarschotstraat is relatief goed gekend, want de politie van Schaarbeek controleert regelmatig de bars en hun personeelsregisters, à rato van minstens twee bars per 4
maand . 2 3
BS 2-152/1.
Interview federale politie GDA; bij Espace P schatte men dat er gemiddeld een zestal meisjes per dag aan het werk zijn; de lokale politie spreekt van één tot drie meisjes per shift per raam, à rato van twee shifts per dag. 4 Comité P, 2004; interview politiezone Schaarbeek-Sint Joost-Evere.
Pagina 18
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Op dit moment bevolken met name Oost-Europese meisjes (in toenemende mate Roemeense en Bulgaarse) van steeds jongere leeftijd deze straat. Er zijn nog een of twee Belgische meisjes actief, voor de rest vooral Oost-Europese. Vroeger waren dit vooral Albanese meisjes met valse documenten en Albanese pooiers (waarbij ‘Albanees’ staat voor afkomstig uit Albanië of een van de landen uit het vroegere Joegoslavië); dan waren het Bulgaarse meisjes met Albanese pooiers, nu zijn het vooral Bulgaarse meisjes met Bulgaarse pooiers (voor 70%); verder nog 15% Roemeense meisjes (met Roemeense of ‘Albanese’ pooiers; deze groep wordt kleiner), 5
10% Albanese meisjes; en nog 5% andere nationaliteiten . Evoluties en opmerkingen Onderzoekers van het comité P beschreven in 2001 hoe de Aarschotstraat in sectoren was ingedeeld, met vooral West- en Oosteuropese vrouwen nabij de toegangen tot het Noordstation, en vrouwen uit 6
Zwart-Afrika aan het einde van de straat . Espace P meldde dat er destijds ook een indeling in tijd is, waarbij West-Europese vrouwen de middagdienst deden. Op dit moment lijken Afrikaanse en WestEuropese vrouwen echter volledig uit de straat 7
verdwenen . Er zijn nog een of twee Belgische meisjes actief, voor de rest vooral Oost-Europese. Vroeger waren dit vooral Albanese meisjes met valse documenten en Albanese pooiers (waarbij ‘Albanees’ staat voor afkomstig uit Albanië of een van de landen uit het vroegere Joegoslavië); dan waren het Bulgaarse meisjes met Albanese pooiers, nu zijn het vooral Bulgaarse meisjes met Bulgaarse pooiers (voor 70%); verder nog 15% Roemeense meisjes (met Roemeense of ‘Albanese’ pooiers; deze groep groeit nu terug), 10% Albanese meisjes; en nog 5% andere nationaliteiten.
5 6 7 8
8
Interview lokale politie BruNo. Comité P, 2001. Observaties studenten Erasmushogeschool Brussel. Interview politiezone Schaarbeek-Sint Joost-Evere; Espace P.
Pagina 19
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Carrés Aantallen en locaties carrés Carrés vindt men vooral op het grondgebied van Sint-Joost en Schaarbeek, in de Linné-, Planten-, Weide- en Groenstraat. 9
In de jaren 1999-2002 is het aantal carrés toegenomen van in totaal 125 naar 151 . De sluiting van een aantal ramen in Antwerpen in diezelfde periode zou hier debet aan zijn. Vanaf 2001 heeft Sint-Joost een uitdoofbeleid gevoerd waarbij, bij sluiting van een carré, deze niet opnieuw mag worden geopend door een andere prostituee. In 2001 had dit beleid nauwelijks effect, de meeste carrés die werden gesloten werden even snel weer geopend. Vanaf 2002 heeft het beleid meer succes, in de gemeente Sint-Joost zijn er vandaag nog 86 carrés; Op het grondgebied Schaarbeek zijn er nog een 15-tal wat het totaal op ongeveer 100 brengt. Aantallen en typering prostituees In principe hoort het aantal prostituees gelijk te zijn aan het aantal carrés: het is verboden onder te verhuren. In realiteit is bekend dat de Afrikaanse prostituees toch vaak samenwerken of onderverhuren en elkaars paspoorten verwisselen om dit te 10
verdoezelen
. Het aantal prostituees schatten we daarom tussen 100 (minimale
schatting) en de 130 (rekening houdend met de praktijken van Afrikaanse prostituees). In 2002 meldt de Guide Social dat van de 150-tal dames werkzaam achter de 151 ramen, 48% van Belgische afkomst waren, 13% van Ghanese, 9% 11
Nigeriaanse, 7% Franse
. De geregistreerde leeftijd zou variëren tussen de 20 en 72
jaar. Recentere bronnen spreken mekaar tegen. Burgemeester Demannez beweert dat nog slechts een 20% van de huidige prostituees oudere Belgische dames zijn, en de rest Afrikaanse of Zuid-Amerikaanse. Anderzijds stelt de lokale politie dat de meerderheid nog steeds Belgische dames zijn tot 60 jaar oud, en de rest vooral 12
Afrikaanse prostituees, vaak met een Belgisch paspoort verkregen via huwelijk
9
.
1999: vijfentachtig carrés in Sint-Joost en veertig in Schaarbeek. 2001: plusminus honderd in Sint Joost, veertig in Schaarbeek. 2002: totaal 151. 10 Interview Espace P; interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere. 11 zie http://www.guidesocial.be/actualites/augmentation-de-la-prostitution-a-bruxelles.html 14/03/2002. 12 Interview Burgemeester Demannez Sint Joost.
Pagina 20
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Opmerkingen en evoluties Zowel de lokale politie Schaarbeek-Sint-Joost-Evere als Espace P beweren dat de Afrikaanse dames vaak onderverhuren en dus wel verschillende shifts doen in 1 pand; ze geven mekaar dan meteen ook hun identiteitskaart (en eventueel pruik) door. Op die manier zou het aantal dames dat per dag in de carrés werkt licht hoger zijn dan 13
het aantal carrés zelf
.
2.3 Tippelprostitutie De straat- en caféprostitutie is in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vaak sterk verweven. In de Alhambrawijk en in de wijk aan het Zuidstation tippelt men zowel in cafés als op straat. Ook in de buurt van het Fontainasplein wordt door jongens zowel op straat als op café getippeld. Wat betreft de aantallen prostituees en hun kenmerken zijn beide vormen dan ook samengenomen. Binnen de straat- en caféprostitutie kunnen we een onderscheid maken tussen de heteroseksuele en de homoseksuele tippelprostitutie.
Heteroseksuele straat- en caféprostitutie Aantallen en locaties tippelplekken Men treft straat- en caféprostitutie aan in Sint-Gillis bij het Zuidstation (Ruslandstraat, vroeger ook Merodestraat, Engelandstraat), straatprostitutie in Brussel-stad en Elsene (Louizalaan) en op de grens tussen Brussel, Schaarbeek en Sint-Joost
13
Interview politiezone Schaarbeek-Sint Joost-Evere; interview Espace P.
Pagina 21
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
(Koopliedenstraat -Albert II-Laan). De locatie van tippelprostituees is afhankelijk van de aanwezigheid van (goed bereikbare) oppikplaatsen en afwerkplaatsen. Afwerken gebeurt bij straatprostituees vooral in rendez-vous hotels, maar ook in de auto of op een studio. Rendez-vous hotels vindt men vooral in de Kooplieden- en de Van Gaverstraat, vlakbij vindt men ook een bekend tippelcafé waar vooral op het terras wordt getippeld (Tropicana)
14
.
Een uitloper van deze tippelzone bestond tot voor kort nog richting de Albert II-laan: aan de kant van Schaarbeek-Sint Joost tippelden Zuid-Amerikaanse travestieten, aan de Brusselse kant Oost-Europese en Afrikaanse meisjes. Daar is, door repressief optreden vanwege de politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere echter een eind aan gemaakt: op dit moment wordt er nog slechts sporadisch getippeld door maximaal vier transseksuelen of travestieten op de Albert II-Laan, wanneer het te druk wordt in de Alhambrawijk
15
; ook de Zuid-Amerikaanse travestieten hebben zich meer ingebed in
de Alhambrawijk (en huren daar bijvoorbeeld ook appartementen)
16
.
Tot voor kort was er een concentratie aan tippelcafés met erboven afwerkplaatsen nabij het Zuidstation (Valentino, La Jonction, Charlemagne, Zottegem en SaintRaphaël) waarvan bekend was dat er prostitutie werd bedreven; dezelfde prostituees tippelden soms ook in de nabijgelegen straten. Sinds de zomer van 2007 zijn al deze cafés afgebroken om plaats te maken voor de grootschalige vastgoedprojecten langs 17
de Fonsnylaan; De vrouwen werken nog slechts in de Ruslandstraat
. Aan de
Louizalaan wordt er afgewerkt in de hotels in de omgeving. Aantal en typering prostituees In 2008 rapporteert de politie van de zone Brussel-Elsene 64 actieve 18
straatprostituees 20
cafés
19
. Een 15-tal personen daarvan werken aan de Louizalaan
; 34 in
; de rest houdt zich voornamelijk op in de Alhambrawijk. In Sint-Gillis telt men
er nog een zestal in de Ruslandstraat. In de Alhambrawijk zou de tippelprostitutie, onder druk van verschillende maatregelen, sinds 2003 met 60% zijn gedaald.
14 15 16 17 18 19 20
Informatie Espace P (2006). Interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere. Interview lokale politie zone Brussel/Elsene; interview Espace P. Enquête Sint-Gillis. De federale politie spreekt van een 80-tal straatprostituees. Interview Espace P; politiezone Brussel-Elsene. Enquête lokale politie zone Brussel/Elsene.
Pagina 22
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
In de hetero-straatprostitutie zijn zowel mannen als vrouwen actief. Bij de straatprostitutie zijn vooral Oost-Europese meisjes uit Albanië en Kosovo betrokken. In toenemende mate stelt men de aanwezigheid vast van andere Oost-Europese nationaliteiten, vooral Roemeense en Bulgaarse meisjes en jonge vrouwen uit de 21
vroegere Sovjet-Unie
. De in 2005 gecontroleerde tippelprostituees in de zone
Brussel-Elsene waren afkomstig uit 33 verschillende landen; ongeveer een derde was afkomstig uit Oost-Europese landen
22
. Bijna 60% van alle prostituees bleek niet over
geldige verblijfsdocumenten te beschikken. Het merendeel van de huidige meisjes hadden het statuut van kandidaat-politiek vluchteling aangevraagd, waardoor zij 23
beschikten over een « bijlage 26 »
. In meer geringe mate zijn ook West-Europese
meisjes betrokken bij de straatprostitutie. Uit de ervaring blijkt dat deze laatste vrouwen slechts in uitzonderlijke gevallen deel uitmaken van een netwerk van mensenhandelaars. Dit gegeven neemt niet weg dat zij onder het toezicht kunnen 24
staan van « souteneurs », voor wiens rekening zij dienen te werken
.
In de cafés aan het Zuidstation ontmoette Espace P in 2006 vrouwen uit Albanië, Rusland, Bulgarije, Polen, Roemenië, Ecuador en de Dominicaanse Republiek; de politie van de zone Zuid meent dat er ook Braziliaanse en Zwart-Afrikaanse vrouwen 25
actief zijn
.
Evoluties en opmerkingen Volgens de lokale overheden zou het fenomeen straatprostitutie in de laatste jaren 26
sterk zijn afgenomen
. In 2005 had de politie van de zone Brussel-Elsene in totaal
met 301 verschillende prostituees contact. Begin 2006 werden door strenge controles vele straatprostituees uit de zone verjaagd; ook het aandeel illegalen onder de prostituees nam door uitwijzingen sterk af
27
. Het 28
aantal minderjarige meisjes dat zich prostitueert blijft beperkt maar lijkt te stijgen 21 22
.
Interview politiezone Brussel-Elsene.
Bron: http://www.guidesocial.be/actualites/moins-de-prostitution-de-rue-a-bruxelles.html (03/02/06). 23 (tijdelijke) verblijfsvergunning op basis van asielaanvraag (dit document verviel op 1 juni 2007 door de nieuwe verblijfswet). 24 Interview politiezone Brussel-Elsene. 25 Jaarverslag 2006, politie zone Midi, 2007. 26 Interview politiezone Brussel-Elsene; Interview politiezone Schaarbeek-Sint Joost; Interview burgemeester Clerfayt Schaarbeek; schriftelijk antwoord burgemeester Thielemans Brussel. 27
28
Activiteitenrapport 2006, Politie zone Brussel-Elsene, 2007. Dieleman, 2006.
Pagina 23
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Daarnaast is met name de groep van prostituees, jonger dan 25 jaar, dominant 29
aanwezig (ongeveer de helft van alle prostituees zou jonger dan 25 zijn) Homoseksuele straat- en caféprostitutie
.
30
Aantallen en locaties tippelplekken De scène van homoseksuele prostitutie is gevarieerd en vindt zowel plaats op straat als in cafés, via internet en advertenties. CAW Mozaïek heeft vooral contact met straat- en caféprostituees in de buurt rond het Fontainasplein, Bogaardenstraat, Rue de la Gouttière. Een twaalftal cafés in deze buurt zijn bekend als oppikplekken en er wordt ook druk getippeld op straat. Het Warande- en Jubelpark, maar ook andere 31
grote Brusselse parken, alsook parkings langs autostrades en openbare toiletten
,
zijn plekken voor ‘cruising’ (een gratis vorm van homo-erotische ontmoeting), waar prostitutie zich echter vaak mee vermengt. In en om de Ravensteingalerij waren vroeger Ex-Joegoslavische (vooral uit Macedonië) jongens actief, maar deze zijn rond 2000 verdreven door intensievere politieactiviteit. In het Centraal Station wordt er 32
gewerkt tijdens de ochtend- en avondspits
.
Aantallen en typering prostituees In 2007 had CAW Mozaïek in deze omgeving contacten gehad met 205 jongensprostituees; De totale groep homo-tippelprostituees in het Brussels Gewest zou naar schatting echter zeker een 500-tal bedragen. CAW Mozaïek geeft immers toe lang niet alle jongensprostituees te bereiken binnen hun eigen territorium (het is een weinig toegankelijke groep vanwege de taboes die rusten op homoseksualiteit en op prostitutie): op basis van terreinkennis (CAW Mozaïek doet straathoekwerk) schat men dat ten hoogste de helft van de aanwezige prostituees contact met hen heeft; ook zijn er nog verschillende andere plekken waar tippelen en cruisen gangbaar is.
29 30
Interview politiezone Brussel-Elsene.
Het voormalige Adzon werkte expliciet met een publiek van jongensprostituees. Intussen is Adzon ondergebracht bij CAW Mozaiek-afdeling Onthaal; het werkt nu niet langer doelgroepgericht, maar via de bij de CAW’s meer gangbare territoriale aanpak; desondanks blijven ze de enige sociale werkers die intensief met jongensprostituees in aanraking komen; doordat jongensprostitutie ook van de politie geen prioriteit krijgt, zijn zij de enige geïnformeerde bron voor deze groep. 31 Interview CAW Mozaiek. Gabiam, K. (2006) benadrukt dat cruising op parkings van autosnelwegen en openbare toiletten, door toenemende politierepressie, stilaan tot de folklore gaat behoren. 32 Interview CAW Mozaiek; Gabiam, K. (2006) Insertion et contribution des communautés gays et lesbiennes aux changements urbains à Bruxelles, Mémoire présenté en vue de l’obtention du titre de licencié en géographie, ULB, Faculté des Sciences.
Pagina 24
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Sinds 2003 komt men rond het Fontainasplein vooral Bulgaarse prostituees en in de 33
cafés vooral Maghrebijnse jongens van 1ste, 2de, 3de generatie tegen
. Dit is het
resultaat van sociale selectie, waarbij tippelen op café een stapje hoger op de sociale ladder staat dan straatprostitutie. Om werkzaam te zijn in een café heeft de prostituee immers een ‘startbudget’ nodig (ze moeten een drankje kunnen kopen), bovendien is het noodzakelijk om enkele woorden Frans of Nederlands te spreken. Het café is ook een veiligere plek dan de straat, er is meer controle en uitwijkingsmogelijkheid: de prostitutie is er met een zekere flou omgeven en de prostituees kunnen zich hier verschuilen achter een dubbele rol van klant en prostituee; ze hebben ook tijd om de klant wat te leren kennen, te onderhandelen over bepaalde zaken, zonder dat er druk is. Op straat is dit anders, ook door de vele politiecontroles, is er minder tijd, en is het er onveiliger; men stapt vaak ook mee in een auto waar je meer onder controle staat van de klant. De Bulgaarse jongens, die vaak niet over de nodige vaardigheden beschikken (ze kennen vaak het Latijnse schrift niet -gebruiken het Cyrillisch- of zijn soms zelfs analfabeet), zijn echter aangewezen op de straat. Opmerkingen en evoluties De werkers van CAW Mozaïek maken zich zorgen over de sterke toename aan straatprostituees waar ze mee te maken krijgen. Met een kleiner aantal personeelsleden actief op het terrein (4 in plaats van 7 VTE) bereiken ze nu meer prostituees (205 in 2006 tegenover 160 in 2004); dit is vooral te wijten aan de toestroom van Bulgaarse prostituees.
2.4 Besloten vormen
2.4.1 Heteroprostitutie Onder de besloten vormen van heteroprostitutie van prostitutie worden de volgende types onderscheiden: •
Privé-huizen;
•
Massagesalons;
•
Privé-ontvangsten;
•
Escort;
33
Van Turkse of zigeunerorigine, groepen die in Bulgarije in een sociaal-economisch zwakkere situatie leven. Deze groep beslaat 1/3 van het totaal aantal prostituees waarmee CAW Mozaïek contact heeft.
Pagina 25
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
•
Private clubs;
•
Turkse/Bulgaarse cafés (onder de noemer Verenigingen Zonder Winstoogmerk (vzw’s));
•
Cabarets;
•
Stripteasegelegenheden.
De overeenkomst tussen deze varianten is de besloten wijze waarop klanten worden bediend. De klantenwerving vindt binnen deze prostitutievormen meestal plaats door middel van advertenties in dag- en weekbladen, via internet en mobiele telefoon. Over de besloten vormen van prostitutie bestaat bij onze respondenten zeer weinig kennis; Zowel sociale diensten als politie hebben het moeilijk om in deze sectoren binnen te dringen, enerzijds omdat men er soms minder graag ‘pottenkijkers’ schijnt te hebben, anderzijds omdat het zo een complexe wereld is dat men zich, bij gebrek aan middelen, beperkt tot de meer gemakkelijk toegankelijke vormen van prostitutie. Enkel Adzon heeft, met betrekking tot internetprostitutie, een relatief succesvolle werking opgezet en heeft hierdoor een iets duidelijkere kijk. Door middel van de enquête en internet-searches werd getracht een beeld te krijgen van de besloten vormen die minder bekend zijn. De politiezone Brussel-Elsene kon hierover gedetailleerde registraties voorleggen, waarbij ze echter zelf aangeven dat deze gegevens met de nodige voorzichtigheid moeten worden geïnterpreteerd en meer dan waarschijnlijk onvolledig zijn. Ook onze internetanalyse kan geen uitsluitsel brengen over exacte aantallen (en is hoogstens indicatief voor de prostitutievormen die zich sterk toeleggen op internet als advertentievorm, met name internationaal opererende escorts en escortbureaus, thuisontvangsten en privé-huizen mikkend op een internationaal of in het algemeen rijker cliënteel). De ‘tussenklasse’ van minder dure escorts en thuisontvangsten lijkt zich minder tot internet te richten als medium (waarschijnlijk omwille van de investeringskost en de beperktere anonimiteit). Mogelijk richten deze zich meer op de Brusselse advertentiebladen als VLAN, Brussel Deze Week, Le Soir e.d. Tenslotte is er ook nog een scène die slechts via mond-tot-mond reclame opereert en dus het sterkst in de verborgenheid blijft; hier vind je pooiers die als koppelaar optreden voor prostituees 34
die in appartementen verborgen zijn, Turkse horeca, etc.
34
Federale politie; Espace P.
Pagina 26
.
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Privé-huizen, sauna’s en massagesalons In privé-huizen kunnen verschillende prostituees tegelijkertijd aan het werk zijn, volgens de principes van de barprostitutie. Deze vorm speelt zich echter af in beslotenheid, klanten worden van het bestaan ervan op de hoogte gebracht via kranten, tijdschriften, internet of mond-tot-mond reclame. Massagesalons en privéhuizen (die vaak ook escortservices aanbieden) vormen duidelijk het upmarket-deel van de prostitutiesector. We vonden via onze internetsearches 48 privé-huizen of massagesalons en 12 sauna’s. Op basis van inschattingen door de politiezone Brussel en op basis van eigen screening van het gemiddeld personeelsbestand van de salons en privé-huizen waar het aantal prostituees wordt vermeld op de website, komen we op een schatting van een 280 (minimumschatting) tot 650 prostituees (maximumschatting op basis van het aantal waargenomen internetadvertenties voor privé-huizen en massagesalons). Deze schijnen zich te concentreren in de oostelijke, meer welvarende gemeenten, met een opvallende concentratie in en om de Europese wijk. De nationaliteit van de prostituee wordt vaak vermeld op de website, en vaak zijn ook foto’s van de prostituees voorzien. Op basis van die informatie komen we tot de conclusie dat in Brusselse massagesalons en privé-huizen naast Belgische of WestEuropese, veel buitenlandse vrouwen voor komen, vooral Zuid-Amerikaanse, NoordAfrikaanse, of Aziatische en veel minder Oost-Europese. Privé-ontvangsten Sommige vrouwen ontvangen zelfstandig privé. Klanten worden geronseld via advertenties in kranten en tijdschriften, op internet, of men heeft een vast klantenbestand. Op basis van internetsearches werden 160 adressen in het Gewest gevonden; door te vergelijken met de door de politie bekende adressen in de politiezone Brussel/Elsene komen we op een schatting van maximaal 230 adressen en tussen de 160 en 260 thuisontvangsters (afhankelijk van het gemiddeld aantal dames dat per adres ontvangt: bij thuisontvangsten werken dames vaak samen, omwille van de veiligheid). Thuisontvangsten vindt men eveneens vooral in de meer gegoede wijken in het oosten van de stad. Een opvallende concentratie aan thuisontvangers vormt zich rondom de Louizalaan, wat een verwevenheid met andere 35
prostitutievormen daar aanwezig doet vermoeden
. Wat de herkomst van de
prostituees betreft merken we dezelfde nationaliteiten als bij de privé-huizen. Ook bij de thuisontvangsten worden soms escortservices aangeboden.
35
De lokale politie van Brussel-Elsene suggereerde dat voor straatprostituees die daar werkten thuisontvangsten een carrièrestap betekenen; vroegere straatprostituees uit de Louizalaan zouden in de omgeving naar een appartement zoeken.
Pagina 27
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Escort Een escortbureau bemiddelt telefonisch tussen prostituee en klant waarna de prostituee de klant thuis of in een hotel bezoekt. Wie slechts escortservices aanbiedt kan via internetsearches niet worden gelokaliseerd; men geeft enkel zijn/haar telefoonnummer op. Ook escortbureaus geven zelden tot nooit het adres van hun hoofdzetel vrij. De prostitutieactiviteit op zich vindt dan ook verspreid plaats over het Brusselse Gewest, zowel bij de klanten thuis als in de bestaande rendez-vous hotels. Wel wordt meestal (per prostituee) gemeld welke stad men als uitvalsbasis of voornaamste werklocatie gebruikt. In de hier opgegeven aantallen werden enkel escorts opgenomen die aangeven van Brussel en omgeving als uitvalsbasis en voornaamste werklocatie te gebruiken; de vele escorts die vanuit andere steden opereren (tot in Warschau toe) maar aangeven naar Brussel te willen overkomen werden niet in de berekeningen opgenomen. De activiteiten van de escortsector in het BHG worden in dit rapport dus per definitie onderschat omdat men ervan mag uitgaan dat de zeer mobiele escorts met een andere stad als uitvalsbasis wel degelijk regelmatig in Brussel komen werken. Topescorts reizen bovendien vaak Europa of de wereld rond en ‘resideren’ dan voor enige tijd in een grote stad waar men ze voor die periode kan boeken. Ook deze groep werd niet in de berekeningen opgenomen. Wat de escortbureaus betreft, werden zo een 185-360 prostituees ontdekt die Brussel als permanente uitvalsbasis hebben. De groep van onafhankelijke escorts is moeilijker te berekenen. Deze dames hebben vaak geen eigen website maar posten slechts een telefoonnummer op specifieke sites op internet of in lokale advertentiebladen. Voor Brussel werd slechts 1 overzichtssite gevonden waar ook onafhankelijke escorts op werden vermeld; hier telden we er 50. Meer dan waarschijnlijk is dit een ruime onderschatting van het reële aantal omdat andere belangrijke advertentiemethodes niet systematisch werden onderzocht; spijtig genoeg kunnen we geen betrouwbare inschatting geven van de mogelijke fout waarmee rekening moet worden gehouden. Turkse/Bulgaarse vzw’s Net als in andere Belgische steden voorzien ook in Brussel Turkse of Bulgaars-Turkse vzw’s wel eens prostituees/serveuses in hun cafés. Enkel ‘leden’ van de vzw hebben – althans officieel- toegang tot deze cafés. Het fenomeen wordt door de politie in de gaten gehouden, maar anders dan bv. in Gent wordt hierover niet echt alarm geslagen (comité P, 2005). Soms wordt er in deze cafés ook gehosseld en worden bereidwillige klanten vervolgens meegenomen naar een auto of appartement nabij waar het meisje op hen wacht.
Pagina 28
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Turkse of Turks-Bulgaarse vzw’s vindt men vooral in de wijken met veel Turkse 36
bewoners zoals Schaarbeek, Sint-Joost, Molenbeek
.
Cabarets, clubs en stripteasetenten Dit is een gevarieerde groep waarin alles is ondergebracht waar ‘prostitutie’ niet altijd de hoofdactiviteit is. Sommige cabarets hebben ‘séparées’ waar men zich kan terugtrekken met een ‘artieste’; soms gaan ‘artiestes’ ook naar een hotel met een klant. Ook in strip- en lapdancingclubs is de grens tussen strippen, dansen en prostitutie vaak dun. In parenclubs worden vaak prostituees ingehuurd om het aandeel vrouwen op te drijven. In tegenstelling tot de privé-huizen en massagesalons is in private clubs een lidkaart vereist om toegelaten te worden. Cabarets, strip- en andere clubs zijn geconcentreerd in Brussel en in mindere mate Elsene, met name in de bekende prostitutiebuurten (rond de Circussstraat en de Louizalaan). Een derde kern bevindt zich rondom de Europese wijk.
2.4.2 Homoprostitutie Ook in de homoprostitutie is de sector van de besloten vormen omvangrijk. Er kunnen twee vormen worden onderscheiden: enerzijds de prostitutie in allerlei private of semiprivate voorzieningen zoals darkrooms, homosauna’s en sekscinema’s; Anderzijds de prostitutie (escort of thuisontvangst) via internet. Back-/darkrooms, seksclubs, homosauna’s, sekscinema’s Prostitutie vindt ook plaats op private of semi-private voorzieningen voor homoseks. Homosauna’s en sekscinema’s zijn bekende plaatsen waar vluchtige seksuele contacten kunnen plaatsvinden tussen klanten; jongensprostituees mengen zich hier al eens onder. In seksclubs en andere instellingen (bv. fuiven, discotheken, cafés) met ‘backrooms’, darkrooms of cabines, waar seks een expliciete doelstelling is, is dit ook het geval.
36
Interview Federale gerechtelijke politie; interview politiezone Schaarbeek-sint-Joost-Evere.
Pagina 29
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Cijfers hieromtrent kunnen door CAW Mozaiek niet worden gegeven, ook omdat ze niet prioritair in deze instellingen werk(t)en; wel merken ze op dat de wereld van de caféen internetprostitutie hier sterk mee verweven zijn en ze, bij sporadische bezoeken, prostituees uit andere contexten ontmoeten. Volgens de medewerkers van CAW Mozaiek zijn er in het Brusselse Gewest een drietal darkrooms, een 10tal sauna’s en nog 10 seks cinema’s waar wel eens prostitutie plaatsvindt; over het aantal personen dat er als prostituee werkt (eigenlijk ‘tippelt’; ze zijn meestal niet in dienst bij deze instellingen) tasten ze in het duister. Deze instellingen vindt men eveneens terug in de 37
Sint-Jacobswijk en verder verspreid over het Gewest in de meer residentiële wijken
.
Internet De internetsector werd zelf slechts tentatief gescreend, omdat de respondenten van CAW Mozaiek via hun internetpermanentie een relatief goed beeld hebben van de internetactiviteiten van haar publiek. Op internet treft men intussen bijna alle 38
gangbare nationaliteiten aan
; de leeftijd is er ook meer variabel en zelfs iets oudere
mannen adverteren via internet. De Belgen hebben als eerste voor het internet gekozen als nichemarkt toen de straat werd overspoeld door goedkopere OostEuropese prostituees, maar nu vind je er jongens van alle origines (Zwart- en NoordAfrika, Zuid- en Midden-Amerika, Azië en ook Oost-Europa). Voor de huidige Bulgaarse straatprostituees is het internet nog een brug te ver; niet alleen zijn ze door hun armoede technologisch niet altijd in staat om hier op in te zetten, door hun lage geletterdheid en gebrekkige kennis van de hier gesproken en geschreven landstalen is het internet voor hen gewoon niet het ideale forum om hun klanten te bereiken.
37
Gabiam, K. (2006) Insertion et contribution des communautés gays et lesbiennes aux changements urbains à Bruxelles, Mémoire présenté en vue de l’obtention du titre de licencié en géographie, ULB, Faculté des Sciences. 38 Interview Adzon, eigen waarnemingen desktop research.
Pagina 30
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
De meeste prostituees die via internet werken, werken zelfstandig en adverteren via allerlei sites. CAW Mozaiek heeft via haar internetpermanentie een 350-400 contacten per jaar met een 200-tal verschillende prostituees; Op basis van deze ervaringen schat CAW Mozaiek, met het nodige voorbehoud, het aantal Brusselse prostituees dat via 39
internet adverteert op ongeveer 1000
.
2.4.3 Conclusie Prostitutievorm
Locaties Aarschotstraat
Aantal instellingen 58
Aantal prostituees 230-350
Bar Carré
Plantenstraat e.o.
110
110-140
Heterotippel
Louizalaan; Alhambrawijk; (Zuidstation); (AlbertII-Laan). SintJacobswijk/Fontain asplein/parken/Cen traal Station Circusstraat/ omgeving Louizalaan/ omgeving CEE Residentiële wijken oosten/noordweste n; omgeving CEE Residentiële wijken oosten/noordweste n/omgeving Louizalaan N/A
(rendezvoushotels: 4-5 Cafés: 2) Cafés: 12
105-135
70
510-570
?
60-110
280-650
160-230
160-260
België/West-Europa, Zuid-Amerika, Noord-Afrika, Azië België/West-Europa, Zuid-Amerika, Noord-Afrika, Azië
25
180-360
N/A
N/A
+50
N/A
N/A
450-1000
België/West-Europa, Noord-Afrika
Sint-Jacobswijk/ verspreid over Brussel
25
?
?
Homotippel
Cabarets, clubs, striptease Privé-huizen (massagesalons, sauna’s etc.) Privé-ontvangsten
Escortbureau Zelfstandige escort vrouwen Zelfstandige escort/privéontvangsten mannen Besloten seksinrichtingen voor homo’s (back/dark rooms, sekscinema’s, sauna’s)
39
200-500
Herkomst prostituees Bulgarije; Roemenië; Albanië Zwart-Afrika (Nigeria, Ghana) en België/Frankrijk Roemenië; Bulgarije; Rusland; Zuid-Amerika (travestie); België. Bulgarije/NoordAfrika
België/West-Europa, Zuid-Amerika, Noord-Afrika, Azië onbekend
Interview Adzon.
Pagina 31
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Uit bovenstaande kunnen we afleiden dat de Brusselse prostitutiebranche omvangrijk en gevarieerd is, en meer dan waarschijnlijk tussen de 4000-5000 prostituees beslaat; ongeveer een derde hiervan zijn jongensprostituees. Hierbij valt op te merken dat de besloten vormen een veelvoud uitmaken van de publieke vormen van prostitutie, zowel bij de homo- als de heteroprostitutie, en dat dus veel prostitutie zich aan het oog –en dus aan elke controle- onttrekt. Verschillende respondenten hebben bovendien opgemerkt dat het laatste decennium de prostitutie evolueert naar beslotenheid, ten koste van de activiteiten in publieke vormen. In de zichtbare prostitutie merkt men de laatste jaren een toevloed van de Bulgaarse (Bulgaars-Turkse) en in mindere mate Roemeense prostituees, zowel bij de hetero- als de homoprostitutie; de toetreding van deze (relatief arme) landen tot de EU heeft deze migratie vergemakkelijkt. Deze nieuwe groep exploreert ook nieuwe vormen van besloten prostitutie zoals prostitutie in Bulgaarse of Turkse cafés, ronselen via tussenpersonen. In de meer gevestigde besloten vormen van prostitutie komen deze groepen echter nauwelijks voor; daar vindt men vooral West-Europese en (Noord-) Afrikaanse prostituees (in de zelfstandige escort en thuisontvangsten, zowel heteroals homo-) en (in de georganiseerde besloten vormen, zowel escort- als bordeel) ook Zuid-Amerikaanse, Noord-Afrikaanse en Aziatische prostituees. Twee belangrijke vaststellingen kunnen worden gedaan in verband met de geografische spreiding van prostitutie. Om te beginnen valt het op dat de goedkopere vormen van prostitutie als straat- en raamprostitutie ook in de meer achtergestelde wijken van de stad voorkomen, terwijl de luxueuzere vormen van prostitutie zich situeren in meer residentiële wijken, nabij belangrijke verkeersassen of, meer specifiek, nabij de Europese Instellingen. Tenslotte merken we ook op dat op diverse locaties verschillende vormen van prostitutie samen voorkomen en elkaar lijken te versterken, zij het doordat er uitwisseling plaatsvindt tussen de vormen, zij het doordat een concentratie van verschillende vormen erin slaagt meer (potentiële) klanten aan te trekken. Een dergelijke synergetische situatie merken we op in de omgeving rond het Noordstation, waar de onderlinge nabijheid van verschillende vormen van raam- en straatprostitutie elkaar lijken te versterken, en in de omgeving van de Louizalaan, waar er een uitwisseling lijkt te bestaan tussen straatprostitutie, clubs, cabarets en privé-ontvangsten. In de literatuur wordt duidelijk gemaakt dat de lokatie te maken heeft met plaatsen waar hoge mobiliteit heerst (stations, havens) of een concentratie aan potentiële klanten te vinden is (nogmaals havens, kazernes).
Pagina 32
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Er treedt een tendens tot concentratie op die plaatsen, niet alleen omwille van de kans om klanten te vinden, maar ook omwille van de concurrentie tussen de prostituees ten opzichte van de klanten, volgens het Hotelling principe - dat gewoonlijk met het voorbeeld van ijsventers op een strand wordt uitgelegd. Deze zullen naast elkaar in het midden van het strand staan om een maximaal aantal klanten te kunnen krijgen. Wie van die plaats afwijkt krijgt minder klanten omdat deze anders de dichtstbijzijnde ijsventer nemen. Op de concentratieplek wordt de concurrentie door prijs en kwaliteit uitgevochten. Dit verschijnsel komt niet voor bij producten die nog in prijs noch in kwaliteit kunnen variëren (bijvoorbeeld apothekers of krantenwinkels, die zijn dus verspreid in plaats van geconcentreerd).
Pagina 33
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 34
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
3
Seinpost Adviesbureau BV
Zorg en welzijn
Wil men een integraal prostitutiebeleid ontwikkelen dan zal aandacht moeten worden besteed aan de aspecten van zorg en welzijn die met deze branche samenhangen. Prostitutie an sich is natuurlijk een fysiek en mentaal belastend beroep door het specifieke karakter van de activiteit. Gelet op het feit dat de beroepsgroep veelal nog in een schemerzone werkzaam is en het beroep niet altijd vrijwillig wordt beoefend, maakt dat er sprake is van een breed spectrum van aanvullende gezondheidsrisico’s. Achtereenvolgens zal aandacht worden besteed aan de volgende bijzondere risico’s voor de gezondheid van de prostituee: fysiek geweld, slechte arbeidsomstandigheden, opjaagbeleid politie, verslavingsproblematiek, onveilige seks, slechte huisvesting en sociaal isolement.
3.1 Fysiek geweld Bij de prostituees die met een hulpvraag bij Espace P aanklopten bleken fysieke risico’s de tweede belangrijkste groep van vermelde problemen (19%). Geweld is een probleem dat van verschillende daders kan komen: klanten, netwerken, individuele pooiers, racketeers, politie. Afhankelijk van de branche lijkt dit risico echter te verschillen. Binnen de raamprostitutiebranche worden verschillende typen van onveiligheid ervaren: De prostituees werkzaam in de Aarschotstraat klagen over een gevoel van onveiligheid door rondhangende jongerenbendes en een tekort aan 40
politietoezicht in de straat, vooral in het weekend
. Ten aanzien van klanten is het
veiligheidsgevoel echter groter omdat er meestal een dame aanwezig is die toezicht houdt. Desondanks stipt de lokale politie aan dat, omdat de (vroeger voornamelijk Belgische) gezelschapsdames nu meer en meer vervangen worden door oudere Bulgaarse dames, de onveiligheid voor de prostituee toeneemt: de Bulgaarse gezelschapsdame zal, indien nodig, immers de politie niet kunnen contacteren omdat 41
ze geen Frans of Nederlands spreekt
. Geweld door klanten is vooral een kwestie van
de nachtelijke uren: overdag is het cliënteel vooral samengesteld uit klanten die hun bezoek zoveel mogelijk verborgen willen houden voor het thuisfront en dan ook zo weinig mogelijk problemen zoeken; ’s nachts zijn het vaak dronkaards of 42
druggebruikers die wel al eens gewelddadig worden
40 41 42
.
Comité P. Interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere. Interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere.
Pagina 35
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De prostituees werkzaam in de carrés voelen zich soms onveilig in het bijzijn van de klant. Omdat veel dames alleen werken is men, wanneer de gordijnen dicht zijn, alleen met de klant, en dat is soms enigszins gevaarlijk, bijvoorbeeld als er discussies ontstaan in verband met de betaling. Enkele dames hebben in de carré een gezelschapsdame ter sociale controle; sommigen hebben een hond. De Afrikaanse dames worden soms bedreigd door hun pooiers/ ’madames’ met voodoorituelen, hetgeen voor zware psychische druk kan zorgen. Volgens Espace P zorgt de concentratie van straatprostituees in de Alhambrawijk voor sociale controle en kunnen prostituees daardoor aan elkaar informatie doorgeven over gevaarlijke klanten; veel prostituees kennen hele reeksen van nummerplaten uit hun hoofd zoals bijvoorbeeld van de zedenpolitie, van ‘gestoorde’ klanten, van wanbetalers e.d.
43
. Ook de hoteleigenaars in de hôtels de passe zouden voor een zekere sociale
controle zorgen, al beweren sommige prostituees dat ze op hen niet kunnen rekenen 44
wanneer er problemen zijn met klanten
. Tenslotte wordt er in de enquêtes ook
melding gemaakt van agressie bij de meer besloten vormen van prostitutie zoals 45
cabarets of stripteaseclubs
.
Ook bij homoprostituees spelen onveiligheidsgevoelens een rol. Vooral de straatprostituees, vaak jonge kerels (18-25 jaar), staan bloot aan gevaren: bedreigingen door passanten, door klanten; schrik om te worden herkend (en eventueel bedreigd) door kennissen of familie. Sinds eind jaren negentig zijn er ook regelmatig politiecontroles, waardoor de prostituee minder tijd heeft om met klanten te onderhandelen en deze te leren kennen en inschatten: men stapt ook in een auto vaak waar de prostituee meer onder controle staat van de klant. Omwille van de veiligheid verkiezen zij die kunnen het café als oppikplek, of werken via internet. In het café is er meer controle en uitwijkingsmogelijkheid: de prostitutie is er met een zekere flou omgeven en je kan je hier verschuilen achter een dubbele rol van klant en prostituee. De prostituee heeft ook tijd om de klant wat te leren kennen, 46
te onderhandelen over bepaalde zaken, zonder dat er druk is
43 44 45 46
Interview Espace P. Gesprek met straatprostituees, Quinzaine des Femmes. Enquête politiezone West. Interview CAW Mozaiek.
Pagina 36
.
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
3.2 Slechte arbeidsomstandigheden Volgens verschillende bronnen zijn de arbeidsomstandigheden in de bars aan de 47
Aarschotstraat zeer slecht
. Espace P legt uit dat, omdat het om bars
(=drankgelegenheden) gaat, er zelfs geen bed aanwezig mag zijn. De prostituee is dan genoodzaakt de klant op de canapé af te werken. Zelfs een lavabo ontbreekt vaak, laat staan een douche. Vaak is er enkel een kraantje met koud stromend water aan 48
een aanrecht
. Omdat de hygiënische voorschriften van drankgelegenheden beperkt
zijn, was er tot voor kort nauwelijks controle door de politie of andere instanties. Intussen is er echter, op vraag van de burgemeester, wel meer druk gekomen op de baruitbaters: sinds kort worden er minstens twee bars per maand gecontroleerd op de aanwezigheid van een minimum aan sanitair en een geschikte afwerkruimte, zodat het niet meer op de canapé hoeft te gebeuren. Die controle (van de barexploitant) houdt in: aangifte verdiensten; sanitair; sociale inspectie; dienst sociale wetgeving politie schaarbeek (die controleert i.v.m. de normen voor de uitbating van ‘een café, i.e. verzekering, brandweer, elektriciteit e.d.); de hygiënische en stedenbouwkundige 49
inspectie wordt er bij geroepen ingeval van problemen
.
Ook voor wie op straat werkt zijn de arbeidsomstandigheden verre van ideaal. Straatprostitutie in Brussel gebeurt op plaatsen die daarvoor niet zijn voorzien of ingericht. Straatprostituees staan vaak een hele nacht buiten, zonder toegang tot een (openbaar) toilet of enige mogelijkheid tot lichamelijke hygiëne; enkel wanneer men afwerkt in afwerkhotels kan men soms daar van de aanwezige faciliteiten (toilet, lavabo,…) gebruik maken, maar vaak gebeurt dit eerder in de auto. Dit heeft bovendien als gevolg dat straatprostituees soms hun gevoeg doen op straat en hun 50
afval (o;a. condooms, soms ook spuiten) achter laten op straat
.
3.3 Politie Op aandrang van het wijkcomité Alhambra hanteert de Brusselse politie een opjaagbeleid zowel ten opzichte van prostituees als van klanten. Volgens Entre2 nemen hierdoor de risico’s voor de prostituees toe: 47
Klanten op hookers.nl; Espace P; Pléiade Nord ; interview politiezone Schaarbeek-Sint JoostEvere. 48 Interview Espace P. 49 Interview politiezone Schaarbeek-sint-Joost-Evere; interview Burgemeester Clerfayt Schaarbeek. 50 Interview Espace P, Entre2.
Pagina 37
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
51
Er is minder tijd om met de klant te overleggen over de prijs en de voorwaarden
.
Bovendien verliezen gearresteerde prostituees een belangrijk deel van hun inkomsten waardoor ze soms achteraf grotere risico’s nemen. Entre2 geeft aan dat vrouwen door 52
dit beleid geneigd zijn andere steden of andere vormen van prostitutie op te zoeken
.
CAW Mozaiek geeft aan dat ook voor de jongensprostitutie in de omgeving van het Fontainasplein de toegenomen politiecontroles een negatief effect hebben op het veiligheidsgevoel omdat er grotere risico’s worden genomen bij het onderhandelen met 53
klanten
.
3.4 Verslaving Veel heteroseksuele straatprostituees prostitueren zich om hun verslaving te financieren. Zij werken enkel wanneer ze geld nodig hebben, en nemen dan soms grotere risico’s. Door de repressieve aanpak van de administratieve politie van de laatste jaren zou op dit moment op straat nog vooral een harde kern van verslaafde prostituees overblijven; dit is een groep die enkel tot deze vorm van prostitutie 54
toegang heeft
.
Voor de meeste mannen is de reden voor prostitutie niet gelegen in een verslavingsproblematiek, dit in tegenstelling tot straatprostitutie in een stad als Luik. Wel gebruiken de mannelijke tippelprostituees vaak alcohol en andere drugs (geen heroïne, maar wel speed, pillen, coke, marihuana) om het werk draaglijk te maken en zich losser te voelen. Ook andere vormen van verslaving zoals gokken of koopverslaving komen relatief vaak voor bij deze groep. Ofschoon niet de aanleiding tot prostitutie, blijkt verslaving en middelenmisbruik vaak intens met prostitutie verweven. Verslaving is ook bij andere vormen van prostitutie een probleem. Zo wordt dit ook 55
vermeld in massagesalons, bij privé-ontvangsten en in cabarets en stripteaseclubs
.
Verslaving (aan verschillende soorten drugs) en een problematische mentale gezondheid is in 2006 voor 26% van de bezoeksters van Espace P een reden om hier contact mee op te nemen. 51
Entre2, 2006, p. 19; gelijkaardige opmerkingen hoorden we bij het interview met de politiezone Brussel-Elsene, met de Federale Gerechtelijke Politie en met Espace P. 52 Interview Entre2. 53 Interview Adzon. 54 Interview Espace P; interview politiezone Brussel-Elsene. 55 Interview Espace P; enquête Sint-Agatha-Berchem, enquête pôlitiezone West, enquête politiezone Brussel/Elsene.
Pagina 38
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
De problematiek is complex omdat heroïne, cocaïne, amfetamines, alcohol of medicamenten vaak een middel zijn om de psychosociale druk die uitgaat van het 56
beroep te kunnen dragen
. Espace P werkt samen met andere Belgische organisaties
aan een voorstel tot onderzoeksproject om de verslavingsproblematiek bij prostituees 57
in kaart te brengen
.
CAW Mozaiek vermeldt hoe, vooral bij de Belgische homoprostituees, prostitutie verweven is, niet alleen met generatiedruggebruik, maar ook met een verleden van misbruik, weglopen, instellingen e.d. Verslaving is dan vaak niet alleen een reden om zich te prostitueren; het is tegelijk ook verbonden met de psychische problemen tengevolge van de stress en de totale objectificering van het lichaam die gepaard gaan 58
met prostitutie
.
3.5 Onveilige seks Zoals al eerder aangegeven maakt geldgebrek soms dat prostituees grotere risico’s nemen. Roemeense, maar vooral de nieuwe groep Bulgaarse jongensprostituees zijn vaak nauwelijks op de hoogte van Seksueel Overdraagbare Infecties (SOI’s); maar ook bij de Maghrebijnse en Belgische jongens is de kennis vaak veel te beperkt. CAW Mozaiek wijst erop dat, omdat er geen specifiek beleid meer bestaat naar deze groep (CAW Mozaiek doet nu algemeen territoriaal straathoekwerk en is niet vervangen door een andere organisatie), deze moeilijk bereikbare groep straatprostituees een zwakke schakel vormen in het SOI-beleid. De Bulgaarse jongens werken goedkoop en, uit onwetendheid en op vraag van de klant, vlot zonder condoom; zij en hun klanten 59
worden zo vectoren van SOI’s die zich verspreiden naar de rest van de bevolking
.
Maar ook prostituees die zich bewust zijn van de gevaren zijn niet helemaal veilig; niet 60
zelden trachten klanten nog stiekem het condoom te verwijderen tijdens de seks
.
3.6 Slechte huisvesting De lokale politie van de zone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere stipt ook het probleem van slechte huisvesting aan voor de prostituees.
56 57 58 59 60
Espace P, 2007. Interview Hans Willems. Interview Adzon. Interview CAW Mozaiek. Gesprek met prostituees, Quinzaine des Femmes.
Pagina 39
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Veel buitenlandse prostituees in de Aarschotstraat zijn gehuisvest in krotten en kamertjes door huisjesmelkers uit de buurt; vooral met de Bulgaars-Turkse prostituees gaat het vaak om Turkse huisjesmelkers, die hen voor veel geld huisvesten in abominabele situaties: elektriciteit, verwarming, sanitair is vaak niet in orde of op 61
gevaarlijke manier geïnstalleerd
. De prostituees namen deze situatie voor lief; men
is niet veel luxe gewoon en men leeft hier met een tijdelijk perspectief. Desondanks lijken de Bulgaarse prostituees nu stilaan te verhuizen naar aparthotels, in Schaarbeek of omgeving. Ze huren er met 3-6 meisjes een appartement van 1000-1500 euro; dit is ook duur, maar meestal van een betere kwaliteit.
3.7 Sociaal isolement Met betrekking tot jongensprostitutie werd nadrukkelijk de problematiek van het sociaal isolement aangekaart. Doordat pooierschap in de homoprostitutie niet voorkomt, hebben deze prostituees minder van doen met uitbuiting. Anderzijds voelen deze jongens zich wel vaak erg geïsoleerd van de maatschappij. Voor de Bulgaarse 62
straatprostituees vormen hun klanten vaak hun enige contact met de maatschappij
.
Dit isolement betreft ook de toegang tot zorg en andere instellingen: taal- en administratieve problemen verhinderen de toegang tot gezondheidszorg. Voor de Belgische en Noord-Afrikaanse jongensprostituees op internet betekent sociale isolement ook een gebrek aan relaties en kennissen waarmee men over zijn leven kan spreken: vaak blijft hun prostitutieactiviteit in de verborgenheid voor hun onmiddellijke omgeving, en heeft men verder geen contact met ander prostituees. Problemen van isolement werden ook vermeld bij vrouwelijke prostituees, om dezelfde redenen: Men leeft sterk geïsoleerd van de maatschappij, omwille van administratieve en taalproblemen en men mijdt contact met collega’s uit het eigen land omwille van schaamte en de angst dat hun activiteiten door familie en kennissen in het thuisland 63
zouden worden ontdekt
.
61
Interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere; de respondent gaf het voorbeeld van een eigenaar die al zijn huurders een voor een heeft buitengezet om ze door dubbel zoveel prostituees te vervangen; er werd ook verteld van een geval waar op een tuin gewoon een dak op wordt gelegd en dan met gyprocwanden in kleine kamertjes onderverdeeld, zonder enige isolatie, zonder verwarming, met gedeeld sanitair; deze kamers van 3x3meter werden verhuurd voor 400 euro per maand. 62 Interview CAW Mozaiek: men vertelde hier een anekdote van een Bulgaarse jongen die inschatte dat in België ongeveer 70% van de bevolking homo was. 63 Interview Espace P.
Pagina 40
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
3.8 Conclusie Prostitutie is an sich een fysiek en mentaal belastende activiteit waarvoor een aangepast zorgaanbod nodig is. Doordat deze zich in een schemerzone afspeelt, komt daar echter nog een aantal extra problemen bij kijken. Zo staan prostituees, maar ook klanten bloot aan verschillende vormen van geweld; wat de publieke vormen van prostitutie betreft gaat het niet enkel om geweld door klanten of pooiers, maar komt daar ook nog geweld door derden bovenop. Ook verslaving is een problematiek die sterk verbonden lijkt met alle vormen van prostitutie. Bij de publieke vormen van prostitutie heeft men ook te kampen met slechte en onhygiënische arbeidsomstandigheden; over besloten vormen kunnen, vooral door een gebrek aan informatie, hierover geen uitspraken worden gedaan. De internationalisering van de prostitutie heeft bovendien ook bijkomende problemen teweeggebracht. Slecht geïnformeerde, vooral Bulgaarse prostituees wagen zich vaker aan onveilige seks en vormen dus een risicogroep voor SOI’s. Diezelfde groep komt bovendien vaak in handen van huisjesmelkers waardoor ook hun huisvestingssituatie te wensen over laat. Tenslotte verergert de internationalisering het probleem van sociaal isolement waarmee elke prostituee in zekere mate mee te kampen heeft.
Pagina 41
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 42
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
4
Seinpost Adviesbureau BV
Leefbaarheid
Overlast is een probleem dat vooral met publieke vormen gepaard gaat. De meer besloten vormen komen immers niet alleen minder geconcentreerd voor, meestal gebeurt alles ook achter gesloten deuren en heeft de activiteit geen impact op de publieke ruimte. Voor directe buren kunnen er natuurlijk wel negatieve effecten zijn.
4 . 1 Ba r s e n c a r r é s Recent werden in de Aarschotstraat en de Plantenbuurt verschillende projecten opgezet om de samenlevingsproblemen tussen prostitutie en bewoners te verbeteren. Als resultaat hiervan zou de tolerantie met betrekking tot prostitutie zijn toegenomen, maar wordt er nog steeds geklaagd over geluidsoverlast en een gevoel van 64
onveiligheid
. Ook de burgemeester Clerfayt van Schaarbeek vermeldt regelmatige
klachten, ondermeer van de winkeliers van de nabijgelegen Brabantstraat, die bezorgd 65
zijn om het imago van de wijk bij hun overwegend moslimklanten
; Burgemeester
Demannez van Sint-Joost ten Node beaamt dit, maar relativeert tegelijkertijd, en wijst erop dat sinds hij er is in geslaagd de carrés weg te houden uit straten met scholen of 66
kinderopvang, de problemen heel wat minder zijn
. De overlast kan worden
veroorzaakt door klanten, prostituees, of kleine criminelen die de prostitutiewijk als 67
werkterrein kiezen
.
Klanten Overlast door klanten betreft het drukke verkeer, het lawaai (zowel van verkeer als van gevechten tussen dronkelappen, vuile straten, inciviek gedrag door klanten (beledigingen, spugen e.d.). Vooral op vrijdag en zaterdag veroorzaakt een NoordFrans cliënteel sinds enige tijd veel overlast; door een meer repressieve aanpak van 68
prostitutie in Frankrijk zakken deze af naar Brussel, vooral naar de Aarschotstraat
.
Lawaai-, verkeers- en parkeeroverlast door klanten wordt in de carrébuurt als storend ervaren. Meer dan in de Aarschotstraat rijden klanten hier rondjes, vooral ’s avonds durven ze niet gemakkelijk te voet door deze buurt te gaan.
64 65 66 67 68
Espace P, 2006. Interview Clerfayt Schaarbeek. Interview Demannez Sint-Joost ten Node. Interview Pléiade Nord. Interview Clerfayt Schaarbeek.
Pagina 43
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Prostituees Wat de prostituees betreft zijn er vooral klachten over het feit dat sommige weinig kleding dragen terwijl ze werken in of vlakbij een woonwijk. Vooral bij de carrés speelt dit een belangrijke rol. De carrés liggen verspreid in een woonbuurt met veelal moslimgezinnen met kinderen. Enkele jaren geleden heeft Sint-Joost de meeste ramen in de Groenstraat gesloten omdat deze te dicht bij een school gelegen waren. Wat de eigenaars van de bars en carrés betreft zijn er klachten over het gebrek aan onderhoud van de woningen; men laat het gewoon verkrotten, men zit er enkel om zoveel mogelijk geld te verdienen
69
. Verschillende actoren wijzen ook op de wat
hypocriete situatie dat veel Turkse huiseigenaren officieel wel klagen over de prostitutie, maar door of kamers of carrés te verhuren er zelf wel flink aan 70
verdienen
.
Randcriminaliteit De prostitutiewijk wordt, door een gebrek aan controle ook een speelterrein voor kleine criminelen die auto-inbraken en overvallen plegen; klanten zijn daarbij gewillige slachtoffers omdat men toch geen aangifte durft te doen; soms leidt dit ook tot gevechten.
4 . 2 S t r a a t p r o st i t u t i e Overlast verbonden met de straatprostitutie is goed gedocumenteerd door wijkcomité Alhambra; het lijkt erop dat de overlast vooral in deze wijk sterk is, omdat de straatprostitutie hier geconcentreerder voorkomt, in smalle en door woningen gedomineerde straten. In Sint-Gillis of aan de Louizalaan lijkt de overlast beperkter. Klanten Meer nog dan de carréprostitutie trekt de straatprostitutie veel autoverkeer aan. De autocarrousel door de wijk zorgt voor verkeerschaos én stank- en lawaaioverlast. Klanten spreken vaak ook toevallige passanten en bewoners aan als prostituees, wat als opdringerig wordt ervaren.
69 70
Interview Espace P; Interview Clerfayt Schaarbeek; interview Demannez Sint-Joost.
Interview Projet Rousseau; interview burgemeester Demannez Sint Joost; interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere.
Pagina 44
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Prostituees Ook de prostituees gedragen zich erg opdringerig, vooral ’s nachts. Bovendien brengt straatprostitutie veel afval met zich mee (sigarettenpeuken, naalden en spuiten, uitwerpselen, gebruikte condooms e.d. slingeren elke morgen op straat rond). Bewoners met kinderen vinden het ook storend dat hun kinderen met prostituees worden geconfronteerd. De bewoners van de Alhambrawijk wijzen erop dat de straatprostitutie overdag voor relatief weinig overlast zorgt; er werkt dan een beperkt aantal, vooral Belgische dames en er is een soort van verstandhouding met deze prostituees; ook de klanten zijn dan weinig opdringerig. ’s Avonds wordt de sfeer wat grimmiger en wordt het drukker. De ergste overlast lijkt echter vooral ’s nachts plaats te vinden. Rond 12 uur verandert het publiek: er tippelen dan nog voornamelijk zwaar verslaafde prostituees en travestieten, en deze groepen zouden agressiever zijn. Aan de Louizalaan lijkt afval de belangrijkste problematiek
71
; In Sint-Gillis wordt straat- en
72
caféprostitutie bovendien geassocieerd met verkrotting
.
Randcriminaliteit ’s Nachts trekt de Alhambrawijk, die dichtbij de Brusselse uitgaanscentra ligt, ook dronkaards, kleine criminelen en jongerenbendes aan, wat vaak leidt tot vechtpartijen en lawaai. Bovendien is er ook overlast van dealers die de dames (en andere klanten) 73
komen bevoorraden
.
Homotippelprostitutie Homoprostitutie wordt over het algemeen, zelfs waar het publieke vormen betreft, niet of nauwelijks als overlastgevend beschouwd. Het feit dat homoprostitutie, ook het tippelen, eerder subtiel en discreet gebeurt, en bovendien grotendeels beperkt is tot de ‘gay’ wijk van Brussel kan daarvoor een verklaring zijn.
4 . 3 B e sl o t e n v o r m e n v a n p r o st i t u t i e Overlast verbonden met besloten vormen van prostitutie, weerom omwille van de ermee verbonden discretie en omdat het fenomeen minder geconcentreerd voorkomt, is relatief beperkt. Toch wordt er door verschillende gemeenten vormen van overlast aangeduid in relatie met de aanwezigheid van massagesalons of privé-huizen.
71 72 73
Interview Entre2. Enquête Sint-Gillis. Interview Entre2.
Pagina 45
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Geluidsoverlast is er een issue, maar ook parkeerproblemen en onveiligheidsgevoelens. Bovendien blijken omwonenden vaak ook ethische problemen te hebben met de aanwezigheid van seksinstellingen en willen ze niet dat zijzelf of hun wijk hiermee worden geassocieerd.
4.4 Conclusie De problematiek van overlast is vooral belangrijk bij publieke vormen van prostitutie, met name waar deze zich in of nabij woonbuurten situeert. Vooral bij straatprostitutie, die volledig op het openbaar domein plaatsvindt, is de problematiek groot. Carrousselrijden, opdringerige en lawaaierige klanten en prostituees, afval en uitwerpselen op straat, publieke seks zijn daarbij de grootste klachten. Daarbij komt nog dat de activiteit ‘casseurs’ en dealers aantrekt met bijkomende overlast tot gevolg. Bij raamprostitutie wordt de lawaai, parkeer en andere overlast vooral veroorzaakt door klanten en randcriminelen; Over prostituees worden vooral morele klachten geuit over onzedige kledij e.d. Homotippelprostitutie en besloten vormen van prostitutie zijn discreter en de overlast is hier eerder beperkt en sporadisch.
Pagina 46
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
5 Criminaliteit
5.1 Pooierschap en mensenhandel Waar prostitutie in België legaal is, is pooier- of souteneurschap verboden, zoals elke vorm van exploitatie van andermans prostitutie (bv. het verhuren van een locatie voor 74
prostitutie tegen abnormaal hoge prijzen)
. Desondanks lijkt pooierschap bijna
intrinsiek verbonden met vrouwelijke prostitutie (terwijl het nagenoeg afwezig zou zijn bij de prostitutie door mannen waarschijnlijk in mindere mate voorkomt bij de thuisontvangsten)
75
. Deels omwille van de risico’s waar prostituees automatisch aan
blootstaan, deels omdat pooiers het systeem zelf in stand houden: een straat- of raamprostituee die zonder pooier werkt, zal niet lang getolereerd worden en wordt verjaagd. De meeste vrouwelijke prostituees schijnen wel een of andere vorm van pooier of ‘beschermer’ te hebben; een belangrijk aandeel wordt ook gecontroleerd door criminele organisaties en netwerken. Vormen van pooierschap en mensenhandel •
Het fenomeen 'loverboys' lijkt in België minder sterk aanwezig dan in 76
Nederland
. Soms liggen er in het land van oorsprong (bv. Bulgarije) wel
loverboys aan de basis van de immigratie van een prostituee naar België, maar deze wordt dan overgeleverd aan een netwerk. •
Bij de Zwart-Afrikaanse prostituees werken ‘madams’ of pooiers wel eens met voodoopraktijken om macht te kunnen uitoefenen op de prostituee en deze te 77
kunnen uitbuiten •
. 78
De praktijken van Oost-Europese pooiers zijn sterk geëvolueerd
. De
Albanese pooiers uit de jaren negentig gebruikten veel geweld en controleerden hun prostituees strak; prostituees waren vaak minderjarig en werden soms nagenoeg ontvoerd. Daarmee liepen ze in het oog, shockeerden 74
Partners van prostituees worden in België volgens de strafwet sinds 1995 echter niet langer als pooier aanzien en de grens tussen beide is vaak dun. 75 Interview politiezone Brussel-Elsene; interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere: de lokale politie geeft hier aan dat de Belgische, zelfstandig werkende oudere raamprostituees erover klagen dat ze meer en meer worden weggepest door de Oost-Europese netwerken die alle ramen opeisen voor ‘hun meisjes’. Interview CAW Mozaiek. 76 comité P, 2005; Gesprek met Espace P 77 Afrikaanse landen ten zuiden van de Sahara die van oorsprong een zwarte bevolking hebben. 78 Interview Espace P; interview politiezone Brussel/Elsene; politiezone Schaarbeek/Sint-
Pagina 47
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
klanten en de prostituees waren snel geneigd om uit de prostitutie te stappen en hun pooier aan te geven als ze de kans kregen. De huidige, meestal Bulgaarse, pooiers gebruiken een andere tactiek: zij werken met meisjes die vaak in Bulgarije al een ‘carrière’ in de prostitutie hadden, en gunnen de prostituee meestal 50% van de inkomsten of nemen deze tenminste niet openlijk af (waardoor de prostituee vaak pas na lange tijd, wanneer ze terug naar huis keert, 79
merkt dat ze wordt uitgebuit)
. Ze blijven vaak in Bulgarije en laten het geld ophalen
door tussenpersonen in plaats van zelf over te komen. En wanneer een prostituee dan toch tegenstribbelt, bedreigen ze niet of niet enkel de prostituee zelf, maar haar familie (bv. haar kinderen) in Bulgarije, of dreigen ze haar situatie in België thuis kenbaar te maken: de Bulgaarse netwerken zijn immers beperkt tot enkele steden (Pazarçik, Sliven en Varna), waardoor de pooiers en mensenhandelaars een sterke greep hebben op de familie van hun slachtoffer.
5.2 Illegaliteit 80
Voor illegalen is prostitutie een van de weinige manieren om geld te verdienen
.
Illegaliteit komt dus nog steeds voor in de prostitutie. Doordat de administratieve politie bij straatprostitutie uitzettingen als instrument gebruikt tegen de overlast, is 81
illegaliteit daar naar verluidt sterk geminderd
. Ook in de raamprostitutie, waar nu
vooral Bulgaarse en Roemeense EU-burgers werken, gebeurt het niet meer zo vaak dat de prostituee niet langer een geldig visum heeft; ook al omdat ook hier het netwerk erop let om te vermijden dat de prostituees voor langere tijd werkloos zouden zijn wegens een uitzetting. Wanneer het visum verlopen is, reist men even heen en 82
weer om het te vernieuwen en de familie te bezoeken
.
De Zwart-Afrikaanse prostituees hebben vaak door huwelijk een Belgische identiteit verworven. Ook bij de Bulgaarse meisjes ziet men (ondermeer in Antwerpen) de tendens om een West-Europese identiteitskaart te verwerven via huwelijk zodat men toegang krijgt tot heel het Schengengebied; er zou een sterk en groeiend verband bestaan tussen schijnhuwelijken en prostitutie waarvan men zich pas recent bewust
Joost/Evere; federale gerechtelijke politie 79 Zie ook Centrum Voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding, 2008. 80 Zie Agustín, L.M. (s.d.) Seks at the Margins: Migration, Labour Markets and the Rescue Industry, London: Zed Books; ook Adzon, (s.d.) verband tussen migratie, illegaliteit en mannenprostitutie: focus op de Noord-Afrikaanse gemeenschap 81 Interview politiezone Brussel/Elsene. 82 Interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere.
Pagina 48
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
van begint te worden. Er rijzen echter ook andere administratieve problemen die onrechtstreeks te maken hebben met de vreemde origine van de prostituees. Zo is ‘serveuse’ in een bar geen knelpuntberoep (en prostitutie is al helemaal geen beroep), zodat de Oost-Europese prostituees in de bars niet over een arbeidskaart en dus een arbeidscontract kunnen beschikken.
5.3 Minderjarigen in de prostitutie Het uitbuiten van minderjarigen in de prostitutie wordt in de Belgische wet beschouwd als een bezwarend feit, dat een strengere strafmaat verdient dan uitbuiting of mensenhandel van volwassenen. Volgens onze respondenten komt (officiële) 83
minderjarigheid echter in Brussel steeds minder voor
. Ook hier lijken de pooiers en
netwerken hun les te hebben geleerd en willen zij het risico niet meer lopen; in de straatprostitutie verklikken oudere prostituees bovendien wel eens minderjarigen om zo deze concurrentie uit te schakelen. Het gebeurt volgens onze respondenten echter wel dat valse, of echte paspoorten met een valse foto, worden gebruikt, waardoor een minderjarig meisje meerderjarig lijkt; ook zitten er vaak meisjes achter de ramen of op straat die twee dagen eerder 18 jaar zijn geworden, en in Bulgarije of Roemenië als minderjarige wel al als prostituee hebben gewerkt. De dwang van de markt om steeds jongere meisjes tewerk te stellen lijkt niet te stoppen. Ook bij de jongensprostitutie zijn de situaties uit de jaren negentig, wanneer het Fontainasplein en de omgeving van het Centraal Station bekend waren om hun minderjarige jongens verleden tijd, ofschoon ook in deze sector een jonge leeftijd het ultieme verkoopsargument blijft; ook hier lijkt een strikte aanpak van minderjarigen in de prostitutie hiertoe de aanleiding. De minderjarige jongensprostitutie lijkt zich intussen minstens gedeeltelijk te hebben verplaatst naar Antwerpen; de betrokken organisaties tasten echter in het duister over of het binnen Brussel ook naar besloten 84
vormen zou zijn verschoven
.
83
Interviews Espace P; interview politiezone Brussel/Elsene; politiezone Schaarbeek/sintJoost/Evere; interview Federale Gerechtelijke Politie; interview CAW Mozaiek. Dieleman (2006) echter stelt, op basis van registraties van de cel mensenhandel van de politiezone Brussel-Elsene, dat sinds 2001 er een lichte, maar jaarlijkse toename van het aantal minderjarige prostituees kan worden vastgesteld; in 2005 waren 25 van de 632 gecontroleerde prostituees minderjarig; in de periode 2001-2005 was gemiddeld 15% van de prostituees jonger dan 20. 84 Dieleman (2006) suggereert dat de prostitutie van minderjarigen zich vooral in besloten vormen afspeelt en daarom minder zichtbaar is.
Pagina 49
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
5.4 Randcriminaliteit Alle publieke vormen van prostitutie lijken ook kleine criminelen en jongerenbendes aan te trekken die klanten en prostituees viseren om ze te beroven of amok te maken. Maar ook de organisaties betrokken bij de exploitatie en organisatie van prostitutie zijn mogelijk nog bij andere criminele activiteiten betrokken. In Brussel (België) lijkt hiervoor voorlopig weinig aandacht te bestaan –in tegenstelling tot bijvoorbeeld Nederland, waar met de opheffing van het bordeelverbod de politionele aandacht net is verschoven naar het ook na legalisering van exploitatie van prostitutie blijvend voorkomen van deze randcriminaliteit-, en worden deze criminele randactiviteiten niet expliciet vanuit een prostitutiegerichte aanpak benaderd.
5.5 Conclusie Mensenhandel en pooierschap zijn de belangrijkste criminele activiteiten verbonden met prostitutie in Brussel en krijgen de meeste aandacht. Allerlei vormen van randcriminaliteit komen minder aan bod bij de betrokken actoren. Met uitzondering van de meeste jongensprostituees hebben prostituees meestal een of andere vorm van pooier. De mensenhandelproblematiek is de laatste jaren sterk geëvolueerd en gaat meer in de richting van een soort ‘transnationaal pooierschap’. Doordat de nieuwe generatie prostituees (Roemeense en Bulgaarse) uit EU-landen komt, is prostitutie minder gelinkt aan (semi-)permanente migratie en gaat het vaak meer om een soort lange-afstand pendelwerken. In plaats van echte mensenhandel gaat het bovendien vaak om min of meer vrijwillige prostitutie, waarbij de prostituee op meer subtiele manier wordt uitgebuit; bovendien controleren pooiers hun prostituees steeds meer vanuit het buitenland. Het aantal illegale en minderjarige prostituees zou verminderd zijn ten aanzien van vroeger, zowel bij de homo- als de heteroprostitutie.
Pagina 50
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
6 Instituties
6.1 Wet- en regelgeving
6.1.1 Inleiding en internationale context Sinds de tweede Wereldoorlog hebben veel Europese landen een ommekeer meegemaakt van een reglementaristisch naar een abolitionistisch beleid met betrekking tot prostitutie. Het reglementarisme beschouwde prostitutie als een noodzakelijk kwaad en probeerde de overlast voor de ruimere maatschappij te reduceren door de activiteit te reglementeren. Het abolitionisme beschouwt prostitutie als een vorm van genderongelijkheid en uitbuiting van de vrouw, en ziet het reglementarisme als een impliciete aanvaarding van een dergelijke toestand. De abolitionistische beweging is erin geslaagd om haar ideeën internationaal ingang te doen vinden en leidde uiteindelijk tot de VN-Conventie van New York van 2 december 1949 met betrekking tot mensenhandel en de uitbuiting van prostitutie. Deze conventie stipuleert dat de ondertekenende landen in straffen voorzien voor pooierschap, mensenhandel en –smokkel met het oog op prostitutie (art. 1), het uitbaten of verhuren van plaatsen voor de uitoefening van prostitutie (art. 2). Verder vraagt dit verdrag dat de ondertekenende landen reglementaristische instituties (ihb. Specifieke vormen van registratie of controle) afschaft (art. 6), de nodige voorzieningen treft voor de preventie van prostitutie en maatschappelijke rehabilitatie van (ex-)prostituees (art. 16) en de nodige maatregelen treft om de internationale handel in personen met het oog op prostitutie tegen te gaan (art. 17). België heeft de volledige aanvaarding van deze conventie in een wet gegoten op 2 mei 1965 en het verdrag geratificeerd op 22 Juni 1965. Naast dit verdrag werd ook het VN-verdrag tegen de transnationaal georganiseerde misdaad van 15 november 2000, met een aanvullend protocol inzake de preventie, bestrijding en bestraffing van mensenhandel, in het bijzonder vrouwenhandel en kinderhandel op 24 juni 2004 bij wet aangenomen; bij Koninklijk Besluit van 16 mei 2004 werd in relatie hiermee bovendien een hernieuwde basisstructuur opgesteld voor de ontwikkeling van een geïntegreerd beleid inzake de bestrijding van mensensmokkel en mensenhandel.
Pagina 51
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Daarnaast wordt de bescherming van minderjarigen (jonger dan 18) zoals opgenomen in de overeenkomst nr. 182 van de Internationale Arbeids Organisatie te Geneve betreffende het verbod van de ergste vormen van kinderarbeid (waaronder prostitutie) van 17 juni 1999 aanvaard bij Wet op 12 september 2001. Deze verdragen hebben een belangrijke impact gehad op de Belgische wetgeving, zij het in relatie tot gezondheid en welzijn van de prostituee, overlast en criminaliteit.
6.1.2 Gezondheid en welzijn Het reglementarisme vertrok voornamelijk vanuit de bezorgdheid over de goede zeden in de ruimere maatschappij en vanuit een bezorgdheid over de volksgezondheid. Tegelijk hadden de (meestal lokale) verordeningen vanuit dit oogpunt ook effect op de gezondheid en het maatschappelijk welzijn en positie van de prostituee. Met de opkomst van het abolitionisme verdween de hele set van reglementen toegespitst op de specifieke situatie van de prostituee. Wat het sociaal en arbeidsrecht van de prostituee betreft, ontbreekt het op dit moment aan regels die zijn aangepast aan de specifieke situatie van de prostituee. Sociaal en arbeidsrecht De sociale en arbeidsrechten van prostituees verschillen naargelang het statuut waarin ze werken: als zelfstandige, als werknemer, als niet-ingeschrevene of illegaal in het 85
land verblijvende
.
Zelfstandigen Voor de uitoefening van een zelfstandig beroep moeten een aantal formaliteiten vervuld worden: •
inschrijving in het Handelsregister (vanaf 1 juli 2003 moeten ondernemingen zich rechtstreeks inschrijven in de Kruispuntbank van Ondernemingen);
•
inschrijving bij de BTW;
•
lid worden van een sociale verzekeringskas: voor de sociale bescherming binnen het sociaal statuut der zelfstandigen.
Handelsregister Bij de inschrijving in het Handelsregister moet men een aantal gegevens van de onderneming meedelen: naam, adres, mandatarissen, rechtsvorm, rechtstoestand, activiteiten, vergunningen, erkenningen, vereiste hoedanigheid voor de uitoefening van de activiteit. Deze gegevens zijn openbaar, ook de gegevens in het Handelsregister.
85
http://www.vrouwenraad.be/dossiers/2003/prostitutie_inhoud.html#sociale_bescherming
Pagina 52
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Wat betreft de economische activiteit kunnen enkel de gegevens worden vermeld die in de NACE-nomenclatuur staan. De rubriek prostitutie is daar niet in opgenomen. De activiteiten die zelfstandige prostituees uitoefenen behoren blijkbaar tot het toepassingsgebied van de ambachtelijke of handelsactiviteiten. Sociale verzekeringskas Prostituees die zijn aangesloten bij een sociale verzekeringskas, worden opgenomen onder de activiteiten die verband houden met amusement, persoonlijke en maatschappelijke dienstverlening, horeca. Ook hier wordt prostitutie niet als een aparte beroepscategorie erkend. Door de aansluiting bij een sociale verzekeringskas genieten zelfstandigen van het sociaal statuut der zelfstandigen. Ze betalen bijdragen op basis van hun aangegeven inkomsten. De ziekteverzekering beschermt voor grote risico's. Via een aanvullende verzekering is bescherming voor de kleine risico's ook mogelijk. Prostituees beschikken dus voor zichzelf en voor personen ten laste over het gamma van de gezondheidszorgen, arbeidsongeschiktheid/invaliditeit, moederschapsverzekering, pensioen, kinderbijslag, faillissementsverzekering. Volgens het Koninklijk Besluit van 27 juli 1967 houdende de inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen moet er voldaan zijn aan een sociologisch en fiscaal criterium. Aan het eerste criterium is voldaan wanneer de persoon bij de uitoefening van zijn activiteit niet gebonden is door een arbeidsovereenkomst of een statuut en het een bezigheid betreft die gewoonlijk wordt uitgeoefend. Het fiscaal criterium is zeer ruim en omvat elke bezigheid die regelmatig wordt uitgevoerd en daardoor een professioneel karakter vertoont (Arbeidsrechtbank Antwerpen 27/05/1975). Reeds in 1979 kwam het Arbeidshof van Antwerpen (01/06/1979) tot volgende beslissing: het louter aanbieden van zijn charmes tegen betaling is niet verboden door de wet en vormt derhalve geen ongeoorloofde beroepsactiviteit. Een dergelijke activiteit moet bijgevolg worden beschouwd als zijnde een beroepsactiviteit die aanleiding geeft tot een verzekeringsplicht in het kader van het KB nr. 38 van 27 juli 1967. Werkne(e)m(st)ers Een klein deel van de prostituees (bv. in de Schaarbeekse bars) is ingeschreven als loontrekkende (dienster, serveuse, hostes, masseuse e.d.). Ze genieten de sociale bescherming van de werknemers. Een inschrijving 'als prostituee' gaat niet omdat het Strafwetboek dat verbiedt. De zogenaamde werkgever moet immers ingeschreven zijn in het Handelsregister, maar de tewerkstelling (exploitatie) van prostituees is verboden.
Pagina 53
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Een werkgever kan zich slechts inschrijven onder de (NACE-)noemer: exploitant van schouwburgen (92.321); of van overige activiteiten in verband met recreatie (92.724); producent van films (92.113); hoteluitbater (55.1) e.d. Niet-ingeschreven prostituees De meeste prostituees zijn niet ingeschreven en werkt in het zwart. Vanuit sociaal oogpunt verschilt hun statuut niet van dat van andere vrouwen die niet beroepsactief zijn en waarvan de sociale bescherming afhangt van hun burgerlijk statuut. Als ze gehuwd zijn of gescheiden verschilt hun sociale bescherming niet van die van de huisvrouwen. Ze genieten afgeleide rechten. Personen die zich niet in de vorige situaties bevinden kunnen een beroep doen op het leefloon (bestaansminimum) of later, wanneer ze de pensioengerechtigde leeftijd bereiken, het gewaarborgd inkomen voor bejaarden. Ten aanzien van personen die beroep doen op een leefloon of gewaarborgd inkomen voor bejaarden, of voor asielzoekers –voor wie een werkverbod geldt- kunnen wel sancties worden genomen indien zij betrapt worden op het uitoefenen van prostitutie. Recht op gezondheidszorg Zowel rechtmatige verblijvende als illegale prostituees of prostituees met enkel een verblijfsvergunning of asielaanvra(a)g(st)ers hebben in elk geval recht op gezondheidszorg in het kader van de verplichtingen van het OCMW. Voor wie geen lid is van een mutualiteitskas (zoals voor vele buitenlandse prostituees het geval is) is meer uitgebreide gezondheidszorg echter moeilijk toegankelijk of betaalbaar.
6.1.3 Overlast De bestrijding van overlast en openbare zedenschennis door prostitutie kan op verschillende terreinen gebeuren. Door de abolitionistische wet van 1948 blijven de wetgevende instrumenten op dit vlak echter beperkt en zijn een exclusief gemeentelijke aangelegenheid. Ruimtelijke ordening Verschillende lokale besturen vermelden het gebruik van het vergunningenbeleid in de ruimtelijke ordening als middel om overlast door prostitutie geografisch in te perken.
Pagina 54
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Deze strategie wordt gebruikt in Schaarbeek bij de inperking van de barprostitutie tot de Aarschotstraat en in Sint-Joost om te voorkomen dat carréprostitutie zich zou 86
vestigen nabij scholen
. Te Brussel worden terrasvergunningen geweigerd aan 87
tippelcafés om de daarmee gepaard gaande overlast beter te kunnen beteugelen
.
De bevoegdheden van de gemeenten binnen het ruimtelijke ordeningsdomein beperken zich echter grotendeels tot het vergunningenbeleid. Het regelgevende initiatief hierin ligt bij het Brussels Gewest. Het Brussels Gewest heeft zowel het aanvullend protocol bij de VN-overeenkomst van 15 november 2000 als de IAOovereenkomst van 17 juni 1999 bij ordonnantie aanvaard en is dus gehouden aan het 88
uitvoeren van deze bepalingen binnen de grenzen van haar bevoegdheden
.
In feite heeft het Gewest door de wet van 1948 echter geen bevoegdheid om regelgeving te ontwikkelen rond het fenomeen prostitutie. Deze berust bij de federale overheid en, waar het de openbare orde en rust aanbelangt, de gemeenten. Het GewOP en het GBP hebben dan ook geen aanduiding voor prostitutie; de bestaande prostitutieactiviteiten worden onder ‘horeca’ gecatalogeerd. Problematisch –in relatie tot overlast- is dat de publieke vormen van prostitutie allen plaatsvinden in buurten aangeduid voor versterking van de woonfunctie; vooral de combinatie wonenprostitutie lijkt immers tot klachten van overlast te leiden. Door burgemeester Clerfayt van Schaarbeek werd dan ook gepleit om op Gewestelijk niveau ‘prostitutie’ als een specifieke categorie in de plannen op te nemen en zones af te bakenen om zo het 89
vergunningenbeleid van de gemeenten beter te ondersteunen
.
Politiereglementen Tot de wet van 1948 werden de lokale besturen en de zedenpolitie belast met het toezicht op prostitutie (art. 96 van de gemeentewet van 1836) en werden gevraagd om, vanuit het oogpunt van de goede zeden en de gezondheid, verordeningen op te stellen om prostitutie te controleren. Met de wet van 1948 werden lokale overheden deze bevoegdheid ontzegd. 86
Interview burgemeester Clerfayt Schaarbeek; interview politiezone Schaarbeek/SintJoost/Evere; interview burgemeester Demannez, Sint-Joost. 87 Website comité Alhambra; interview BRAVVO. 88
27 november 2003: Ordonnantie houdende instemming met het Aanvullend Protocol bij de overeenkomst van de Verenigde Naties ter bestrijding van de transnationale georganiseerde misdaad met het oog op het voorkomen, onderdrukken en bestraffen van de mensenhandel en in het bijzonder de handel in vrouwen en kinderen, gedaan te New York, op 15 november 2000 / J. Chabert [et al.] ; Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Moniteur belge ; 11.12.2003, p. 58741-58742. 89
Interview burgemeester Clerfayt Schaarbeek.
Pagina 55
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Het is de gemeenten echter wel toegestaan specifieke verordeningen aan te nemen ten aanzien van prostitutie indien zij tot doel hebben de openbare zedelijkheid en de 90
openbare rust te verzekeren (art. 121, Gemeentewet)
. Tot nog toe werden echter in
geen van de Brusselse gemeenten een dergelijke verordening in het algemeen politiereglement opgenomen. Lokale belastingen De gemeenten Brussel, Elsene, Etterbeek, Schaarbeek, Sint-Joost, Oudergem, Ukkel, Sint-Pieters Woluwe, Molenbeek en Sint-Gillis hebben allen belastingen ingevoerd die betrekking (kunnen) hebben op prostitutie. De invoering van deze belastingen zou een ontradend effect moeten hebben op de prostitutie en worden soms expliciet ingezet om overlast te beteugelen. Deze belastingen hebben echter een dubieus statuut: ze zijn mogelijk in strijd met de wet van 1948 en de conventie van New York, die elke specifieke reglementering met betrekking tot prostitutie verbiedt en kunnen ook worden geïnterpreteerd als exploitatie van andermans prostitutie. De formulering wordt echter bewust vaag gehouden: het woord prostitutie is nergens terug te vinden in deze belastingsreglementen. Desondanks worden ze wel eens aangevochten door actoren vanuit de prostitutiesector die zich specifiek geviseerd voelen, zoals is gebeurd met de carrébelasting in Sint-Joost en de rendez-vousbelasting in Brussel. Te Brussel is een kamertaks ingevoerd gericht op de hôtels de passé ofte wel ‘rendezvous huizen’. Deze belasting is vastgesteld op 2500 euro per kamer ‘die ter beschikking wordt gesteld voor intieme ontmoetingen’. Brussel heft ook belasting op ‘serveuses’ (‘dames die de consumptie stimuleren’) à rato van 1250 euro voor de eerste, en 750 euro voor elke extra tewerkgestelde serveuse. Tenslotte heft Brussel nog een belasting per cabine van 5000 euro voor erotische of pornografische vertoningen. Etterbeek heft een belasting van 5750 euro op privé-clubs, waaronder ook seksclubs kunnen vallen, en een belasting van 1600 euro per werknemer in bars. Ook Molenbeek en Oudergem belasten privé clubs, à rato van respectievelijk 1239,50 en 1250 euro per jaar.
90
[Art. 121 (W. 27.5.1989, B.S. 30.5.1989)]. - Door de gemeenteraden kunnen verordeningen tot aanvulling van de wet van 21 augustus 1948 tot afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie worden vastgesteld, indien zij tot doel hebben de openbare zedelijkheid en de openbare rust te verzekeren. De door die verordeningen bepaalde misdrijven worden met politiestraffen gestraft.
Pagina 56
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
In Schaarbeek bestaat er net als in Brussel een hele reeks belastingen. Er is de belasting op private clubs van 2500 euro per jaar; een belasting van 2479 euro per jaar per serveuse in bars; en een belasting van 5000 euro per jaar per cabine voor erotische en pornografische vertoningen. In Sint-Gillis wordt een belasting van 7450 euro geheven op bars, te verhogen met 350 euro indien ze na middernacht geopend blijven. Bovendien wordt er een jaarlijkse belasting van 870 euro gevraagd per serveuse, barmeid/man, zanger(es) of danser(es) die er werkt. Tenslotte heft Sint-Gillis nog een jaarlijkse belasting per cabine voor erotische of pornografische vertoningen. Sint-Joost heeft een belasting van 620 euro per carré; maar de meeste dames die in carrés werken worden, omdat ze er niet wonen en omdat een carré niet officieel als een werklocatie wordt beschouwd, een tweede maal belast met een belasting op de tweede verblijven van 496 euro per jaar. Private clubs worden in Sint-Joost belast à rato van 1239,50 euro per jaar. Serveuses, danser(essen), zanger(essen) worden belast aan 1487 euro per jaar. Tenslotte wordt er ook een cabinetaks geheven voor pornografische of erotische spektakels van 4958 euro per jaar. In Sint-Pieters Woluwe bestaat een belasting op private clubs van 2478,90 euro per jaar. In Ukkel bedraagt deze 5000 euro per jaar. In Elsene bestaat een belasting op private clubs van 3750 euro per jaar, en een belasting op bars met serveuses van 5000 indien er gedurende het jaar maximum 4 serveuses aan het werk zijn, en van 12500 euro indien er meer dan 4 aan het werk zijn.
6.1.4 Criminaliteit Het abolitionisme werd in België reeds voor de conventie van New York in de praktijk gebracht met de wet van 21 augustus 1948 tot afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie. In het kader van deze wet werd in het strafwetboek een artikel 380bis opgenomen (nu artikel 380) die overeenkomt met de teneur van art.1 en 2 van de VN-conventie. Verder regelt het artikel 380bis de ronseling van klanten in publieke plaatsen; het maken van reclame voor seksuele diensten via andere weg (bv. internet, krantenadvertenties) wordt via art. 380ter geregeld; In alle gevallen wordt een zwaardere strafmaat voorzien indien het prostitutie van minderjarigen betreft.
Pagina 57
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De wet van 1948 werd vooral in de jaren 1990-2000 verder aangevuld (9 maart 1993: strafbaar maken van sekstoerisme; 27 maart 1995: strafbaar maken ronselen via advertenties/internet ; 13 april 1995: bestrijding van mensenhandel en kinderpornografie, afschaffing bestraffing souteneurschap; 28 november 2000: strafrechterlijke bescherming van minderjarigen, 10 augustus 2005 : Versterking van de strijd tegen de mensenhandel en mensensmokkel en tegen praktijken van huisjesmelkers). Deze opeenvolging van nieuwe wetten bestendigt de abolitionistische strekking van de Belgische wetgeving. (De exploitatie van) prostitutie wordt beschouwd als een vorm van geweld en/of slavernij die moet worden tegengegaan. Prostitutie op zich is niet strafbaar, de exploitatie ervan en het aanzetten ertoe -door klanten te ronselen op straat, via advertenties of op andere manieren- wel; de betrokkenheid van minderjarigen wordt daarbij beschouwd als een bezwarend feit. Verschillende wetsvoorstellen hebben reeds getracht om niet-dwingende of nietuitbuitende tewerkstelling en organisatie van volwassenenprostitutie uit de strafwet te halen, maar deze zijn tot nu toe nog niet goedgekeurd. Op deze manier kunnen werkgevers van prostituees worden erkend en zouden deze ook aan de noodzakelijke 91
controle kunnen worden onderworpen
.
6.2 Conclusie De wetgeving omtrent prostitutie in België moet worden beschouwd in het licht van het abolitionistische VN-verdrag van New York dat door België is geratificeerd en in wetten is omgezet. Hierdoor is sinds 1948 prostitutie legaal, maar de uitbuiting ervan niet. Bovendien is het besturen verboden reglementen in te voeren die de uitoefening van prostitutie regelen; met uitzondering van reglementen die de goede zeden moeten beschermen of de overlast beperken: deze kunnen op gemeentelijk niveau worden opgesteld. Door dit abolitionistisch kader heeft een prostituee recht op alle sociale rechten die aan andere beroepen worden toegekend. Er rijzen echter problemen omdat prostitutie niet kan worden geregeld en dus leidt tot dubieuze statuten.
91
zie ook Vermeulen e.a. (2006) Mensenhandel in België: status questionis, toekomstopties en evaluatie, Brussel: Koning Boudewijnstichting.
Pagina 58
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Bovendien verkiezen vele prostituees voor zwartwerk, of hebben geen kennis van hun rechten; tenslotte is het effectueren van deze sociale rechten moeilijker door specifieke drempels die prostituees ervaren bij toegang tot reguliere instellingen, bv. in de gezondheidszorg. De overlast veroorzaakt door prostituees wordt op deze manier ook in de eerste plaats een aangelegenheid voor lokale besturen. De instrumenten die daarvoor worden ingezet zijn beperkt. Zo gebruiken de Brusselse lokale besturen veelvuldig het instrument van de lokale belasting, waarvan het ontradend effect miniem lijkt te zijn. Ook wordt getracht via het vergunningenbeleid in de ruimtelijke ordening de prostitutie te beperken; hier wordt de bewegingsvrijheid van de gemeenten beperkt door het feit dat de regelgevende bevoegdheid op het vlak van ruimtelijke ordening op Gewestelijk niveau gesitueerd is. Tenslotte is het voor gemeenten mogelijk om via de politieverordeningen overlastgevende prostitutie aan te pakken; hiervan hebben tot op heden echter nog geen gemeenten gebruik gemaakt.
6.3 Beleid en handhaving
6.3.1 Zorg en welzijn Gezondheids- en welzijnsvoorzieningen voor prostituees zijn in Brussel vooral een zaak van de civiele maatschappij, gesubsidieerd door de Franstalige Gemeenschap, de Vlaamse Gemeenschap of de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie. Zij danken hun bestaan en financiering voornamelijk aan de vaststelling dat het recht op gezondheidszorg voor prostituees door specifieke drempels niet steeds kan worden gewaarborgd en dat dit een gevaar betekent voor de volksgezondheid. Espace P heeft een laagdrempelig aanbod van gezondheidszorg aan prostituees, oorspronkelijk in de eerste plaats gericht op seksueel overdraagbare infecties (SOI’s). Daarnaast wordt er ook tijd gemaakt voor een babbel en psychische en sociale begeleiding. Espace P werkt echter vooral naar de zichtbare vormen van heteroprostitutie toe (raam- en straatprostitutie). Er is een permanentie die openstaat naar alle prostituees, maar zolang er geen middelen zijn om contact buiten de permanentie te zoeken, lukt het moeilijk om deze te bereiken. Door haar situering in het raamprostitutiegebied is er een oververtegenwoordiging van deze groep .
Pagina 59
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Entre2 heeft eveneens een aanbod aan medische, psychische en sociale begeleiding, maar bereikt daarmee evenmin gemakkelijk de besloten vormen van prostitutie. Entre2 werkt vooral met straatprostituees en rekent erop te verhuizen naar de buurt van de Koopliedenstraat om meer op het terrein aanwezig te zijn. Entre2 is ontstaan uit Le Nid, een internationale katholieke organisatie die als prioriteit had om prostituees uit de prostitutie te halen. Entre2 wil een andere weg inslaan, en werken met respect voor het perspectief van de prostituee zelf, ook wanneer deze (nog) niet beslist uit het beroep te stappen. Entre2 biedt naast medische informatie, preventie en begeleiding ook een luisterend oor en persoonlijke begeleiding op korte, middellange en lange termijn. Entre2 wil bovendien informatie aanbieden en sensibiliseren naar de overheid en het grote publiek om het respect te bevorderen voor mensen die werken in de prostitutie. Adzon-CAW Mozaiek heeft een hulpverleningsaanbod (medische, psychische en sociale begeleiding) naar homoprostituees. Adzon richtte zich vroeger uitsluitend tot homoprostituees, maar sinds zij onder CAW Mozaiek vallen, zijn ze gehouden algemeen territoriaal straathoekwerk te doen in de wijk rond het Fontainasplein, en niet langer enkel voor deze specifieke doelgroep te werken. Desondanks blijven homoprostituees een belangrijk deel van hun cliënteel uitmaken. Adzon heeft bovendien reeds geruime tijd, en in samenwerking met andere organisaties die zich bezighouden met homoprostitutie, een internetpermanentie uitgewerkt om de groeiende groep internetprostituees te kunnen bereiken. Deze internetpermanentie heeft als doel om informatie te verstrekken over gezondheids- en andere kwesties, en om de doelgroep warm te maken voor een persoonlijke face-to-face begeleiding in de gebouwen van Adzon zelf. Tenslotte is er nog Pag-asa. Pag-asa is een erkend opvangcentrum voor slachtoffers van mensenhandel, waarvan een grote groep uitgebuit werd in de prostitutie. Men heeft slechts toegang tot het zorgaanbod van Pag-Asa als men het officiële statuut slachtoffer van mensenhandel of mensensmokkel heeft verkregen. Deze organisatie beschikt over een multidisciplinair team van sociaal assistenten, opvoeders en criminologen en biedt het slachtoffer een begeleidingsplan aan bestaande uit een psychosociale en medische, administratieve en juridische component. De opvang is hetzij residentieel in een opvanghuis (op geheime locatie), hetzij na verloop van tijd op ambulante basis. Ook deze organisatie vermeldt hoe moeilijk het is om toegang te krijgen tot meer besloten vormen van prostitutie.
Pagina 60
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
De controle van de werkomstandigheden is een zaak voor de lokale overheid, die vooral de nadruk legt op de sociale wetgeving met betrekking tot de uitbating van de bars en andere instellingen. Men controleert met de sociale inspectie of men in orde is met de aangifte van tewerkstelling (DIMONA), verzekering, brandveiligheid e.d. Alle lokale politiezones doen wel eens controles op bij hen bekende locaties voor prostitutie, maar voor de zones met zichtbare prostitutie komt daar ook een dimensie overlastbestrijding bij. In Schaarbeek worden er sinds kort minstens twee bars per maand gecontroleerd op de aanwezigheid van een minimum aan sanitair en een geschikte afwerkruimte, zodat het niet meer op de canapé hoeft te gebeuren. Die controle (van de barexploitant) houdt in: aangifte verdiensten; sanitair; sociale inspectie; dienst sociale wetgeving politie schaarbeek (die controleert i.v.m. de normen voor de uitbating van een horecazaak, i.e. verzekering, brandweer, elektriciteit); de hygiënische en stedenbouwkundige inspectie wordt er bij geroepen ingeval van problemen op dit vlak
92
. Ook de carrés in Sint-Joost en Schaarbeek worden met een zekere regelmaat
gecontroleerd. Knelpunten Hoewel er in Brussel een goed uitgewerkte voorzieningenstructuur bestaat voor gezondheidszorg en preventie ten aanzien van prostituees, blijft het bereik ervan grotendeels beperkt tot de meer zichtbare vormen van prostitutie. Met uitzondering van Adzon zijn er geen welzijnsorganisaties die structureel een werking hebben in relatie tot meer besloten vormen van prostitutie. De betrokken organisaties werken naar eigen zeggen goed samen, en op dit moment, met de ideologische ommezwaai van Entre2, zitten ze ook allen op een gelijkaardige pragmatische lijn van schadebeperking. Er bestaat bovendien een zeker taakverdeling tussen de organisaties waarbij Adzon zich specialiseert in de jongensprostitutie, Entre2 in de heteroseksuele tippelprostitutie en Espace P in de raamprostitutie. De samenwerking en coördinatie is echter niet structureel en gebeurt slechts ad hoc, waar activiteiten elkaar kruisen. Een belangrijk knelpunt is bovendien de beperkte kennis van westerse talen bij de huidige generatie prostituees. Dit bemoeilijkt de toegang tot zorginstellingen, zelfs tot organisaties die zich expliciet richten op prostitutie; in toenemende mate voelen deze zich genoodzaakt om met tolken te werken.
92
Interview Burgemeester Schaarbeek; interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere.
Pagina 61
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
6.3.2 Overlast Preventie In het kader van de preventie- en samenlevingscontracten zijn er in de jaren negentig verschillende projecten opgestart om het samenleven tussen prostitutie en bewoners te verbeteren. Projet Rousseau, Pléiade Nord en Bravvo zijn alle organisaties die vanuit een preventielogica rond prostitutie werken. Pléiade Nord is een project in het kader van het Schaarbeekse veiligheids- en preventiecontract (Federale Overheid) dat de sociale cohesie wil versterken en een harmonieuze samenleving van prostitutie en bewoning nastreeft in de wijk Aarschot-Brabant. Pléiade Nord werkt nauw samen met Espace P om de overlast te beperken en de sociale banden te versterken. Het eveneens Schaarbeekse ROUSSEAU-project wil mensen in de prostitutie en kansarmen meer zelfstandigheid en maatschappelijke aanpassing bieden via opvang en psychosociale begeleiding, het verminderen van de respectieve risico’s en het verschaffen van de nodige informatie; wat dit betreft past Rousseau ook in het rijtje van welzijnsorganisaties als Espace P en Entre2 en stemt er zijn werking ook mee af. Projet Rousseau heeft als doel om hulp te bieden aan prostituees: PR biedt prostituees de keuze om uit de prostitutie te stappen of deze activiteit voort te zetten onder de best mogelijke omstandigheden. Verder doet Projet Rousseau ook aan sensibilisering met als doel de stigmatisering van prostitutie tegen te gaan. De activiteiten van het Brusselse BRAVVO (Bruxelles Avance-Brussel Vooruit) ten aanzien van prostitutie zijn beperkt; er is wat straathoekwerk in de Alhambrawijk, zonder specifieke oriëntatie op de prostitutie, en er wordt medewerking verleend aan het wijkfeest van het Alhambracomité. Het wijkcontract Kaaien voorziet een beperkte heraanleg van de Kooplieden- en Van Gaverstraat in relatie tot de prostitutie en een sociaal-economisch luik waarin sprake is van het tot stand brengen van een dialoog tussen straatprostituees en bewoners door BRAVVO. Er werd ook meegewerkt aan de uitwerking van de rendez-voustaks en het circulatieplan die een ontradende werking moeten uitoefenen naar de prostituees toe. Tenslotte heeft BRAVVO ook een studie laten uitvoeren naar prostitutie, in aanvulling op voorliggende studie. Repressie Naast deze preventieve projecten wordt de overlast ook aangepakt via repressieve maatregelen. De overlastproblematiek in Schaarbeek wordt, naast regelmatige politiepatrouilles, vooral gewaarborgd door een politiek van containment.
Pagina 62
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
In het kader van de wijkcontracten werden door de gemeente hoekpanden van straten die uitkomen op de Aarschotstraat opgekocht en tot woningen verbouwd, om te vermijden dat het werkgebied van de prostitutie zich zou uitbreiden tot naburige 93
straten; ook werden er enkele bars gesloten in de zijstraten
.
Onder druk van het wijkcomité Alhambra is de zone Brussel-Elsene sterker beginnen optreden tegen straatprostitutie; de mogelijkheden om in te grijpen zijn echter beperkt omdat prostitutie geen strafbaar feit is; men moet dus op secundaire inbreuken werken om prostituees van de straat te houden en de politie werkt dan ook vaak samen met Dienst VreemdelingenZaken voor eventuele uitwijzingen. Een andere methodiek is om klanten te beboeten en hen zo af te schrikken. Knelpunten De aanpak van overlast gebeurt redelijk gefragmenteerd en op gemeentelijk niveau, zowel wat de preventieve als de repressieve kant betreft. Daardoor is er weinig tot 94
geen onderling overleg tussen de initiatieven
. Ook wordt in het preventieve luik nog
slechts in beperkte mate de relatief evidente mogelijkheden van samenwerking met zorg- en welzijnsinitiatieven geëxploreerd. De repressieve en preventieve kant lijken soms ook niet aan hetzelfde zeel te trekken. Zo wordt in de Alhambrawijk enerzijds door middel van repressie ingezet op het verwijderen van prostituees uit het straatbeeld; anderzijds wordt via de preventieve aanpak vanuit een ‘cohabitatie’-filosofie gewerkt. Deze ‘cohabitatie’-filosofie botst bovendien –bijvoorbeeld in de Alhambrawijk- op zijn grenzen wanneer men –mede door de repressieve aanpak- geconfronteerd wordt met een relatief eenzijdig samengestelde, bijzonder problematische en moeilijk bereikbare groep prostituees. Opvallend is dat in de Alhambrawijk er door respondenten die op een dergelijke cohabitatie mikken ook op wordt gewezen dat de Vlaamse gentrifiers in deze wijk soms te weinig tolerant zijn.
6.3.3 Criminaliteit De gerechtelijke politie richt zich op het aanpakken van pooierschap en, meer in het bijzonder, mensenhandel. Hiertoe is het belangrijk voldoende bewijsmateriaal te verzamelen om een rechtszaak te kunnen openen en winnen tegen de exploitant/ mensenhandelaar.
93 94
Interview Burgemeester Clerfayt Schaarbeek. Interview burgemeester Demannez Sint-Joost; Interview burgemeester Clerfayt Schaarbeek.
Pagina 63
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Een vaak gebruikte strategie daarbij is om als politiedienst een vertrouwensband op te bouwen met de prostituee, zodat die genoeg vertrouwen in je krijgt om uiteindelijk de 95
pooier of mensenhandelaar aan te geven en ertegen te getuigen
. De lokale
gerechtelijke en de federale gerechtelijke politie lijken daarbij echter op enigszins verschillende manier tewerk te gaan. Waar de laatste de aanpak van de mensenhandel vooropstelt, lijken de lokale diensten meer aandacht te hebben voor de bescherming van de prostituee en het aanbieden van het statuut slachtoffer van de mensenhandel. Beide lokale politiediensten uitten hun bezorgdheid over de gedaalde aangiftebereidheid bij de prostituee (waar de federale politie expliciet stelt geen rekening te houden met de aangiftebereidheid) en dus de onmogelijkheid om beroep te doen op het statuut van slachtoffer van mensenhandel. Ook Pag-Asa merkte op dat in hun opvangcentrum het aantal slachtoffers van mensenhandel uit de prostitutie in dalende lijn is (in Payoke in Antwerpen is deze tendens echter niet merkbaar) en wijst op de evolutie van de prostitutiesector als 96
verklaring
. Waar het fenomeen mensenhandel vroeger vooral in verband werd
gebracht met prostitutie, blijkt uit cijfers van Pag-asa dat tegenwoordig ook smokkel en andere vormen van economische uitbuiting vaak aan de oorsprong liggen van mensenhandel
97
. Ook daalt sinds 2003 het aantal door Pag-Asa opgevangen personen
waarbij prostitutie aan de oorsprong ligt van de mensenhandel (van 54 in 2003 naar 28 in 2005). Dit zou geen reële daling inhouden, maar vooral te maken hebben met een evolutie in haar verschijningsvorm (meer besloten vormen, minder straatprostitutie) waardoor opsporing wordt bemoeilijkt
98
. Het aantal begeleidingen in
het kader van economische uitbuiting alsook smokkel blijft vrij stabiel. Volgens de lokale politiediensten is het slachtofferstatuut aan een update toe, omdat voor de huidige generatie prostituees de voordelen ervan niet opwegen tegen de nadelen: ze verdienen goed aan hun prostitutieactiviteit en zijn niet altijd bereid deze op te geven, zelfs indien ze hun pooier willen aangeven omdat hij hen mishandelt of hun aandeel in de verdiensten inpikt, en willen ook niet altijd in een residentiële opvang waar ze alle contact met de buitenwereld tijdelijk moeten verbreken.
95
Interview federale politie GDA Brussel; interview politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere; interview politiezone Brussel/Elsene. 96 Payoke, 2005; Payoke, 2006. 97 Jaarverslag Pag-Asa 2002, 2003, 2004 en 2005, geciteerd in Observatorium voor Gezondheid en Welzijn, 2007. 98 Activiteitenverslag Politie Zone Brussel-Elsene.
Pagina 64
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
In ruil krijgen ze slechts een voorlopige verblijfsvergunning (eerst een immatriculatiebewijs van drie maanden; dan van zes maanden, telkens met zes maanden verlengbaar; slechts wanneer de rechtszaak met succes is afgesloten of wanneer het openbaar ministerie de klacht van mensenhandel heeft weerhouden kan een verblijfskaart van onbepaalde duur volgen), wat voor de huidige Bulgaarse en Roemeense prostituees niet langer altijd een belangrijk document is. Het statuut is ooit opgezet om te verhinderen dat slachtoffers van mensenhandel die hun exploitanten wilden aangeven het land zouden worden uitgezet nog voor ze bewijzen hadden kunnen aanleveren en getuigen; de huidige generatie prostituees moet echter in de eerste plaats nog overtuigd worden om aangifte te doen. Knelpunten Op het vlak van toezicht en handhaving door de politie melden de respondenten een spanningsveld tussen de aanpak van overlast voor de omgeving door de administratieve politie, en de aanpak van criminele feiten verbonden met prostitutie als mensenhandel en pooierschap door de gerechtelijke politie of de lokale zedenbrigades. De aanpak van de overlast en de sociale controles door de administratieve overheid stroken niet altijd met de strategieën die de gerechtelijke lokale en federale politie gebruiken. Grootscheepse razzia’s waarbij vrouwen door de administratieve politiediensten plots het land worden uitgezet doorkruisen de strategieën van de gerechtelijke politie om vertrouwensbanden op te bouwen met potentiële slachtoffers van mensenhandel of pooierschap. Omgekeerd is er vanuit de administratieve overheid niet altijd begrip voor de manier waarop de gerechtelijke politie prostituees in 99
de prostitutie laat zitten om als lokaas te dienen voor de pooier
. Desondanks
beamen alle betrokken respondenten dat, hoe moeilijk balanceren ook, er momenteel wel een modus vivendi bestaat tussen de twee politielogica’s waarmee men kan leven. Zoals hierboven uitvoerig is uiteengezet merken de lokale gerechtelijke politiediensten op dat de evoluties in de prostitutiesector en de strategieën van mensenhandelaars en pooiers het ooit vooruitstrevende systeem van bescherming voor slachtoffers van de mensenhandel te hebben ingehaald, waardoor hun werking wordt bemoeilijkt.
99
Interview Burgemeester Clerfayt Schaarbeek
Pagina 65
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 66
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
7 Conclusie en overzicht knelpunten
7.1 Aantallen en vormen De Brusselse prostitutiebranche is omvangrijk en gevarieerd, en beslaat waarschijnlijk tussen de 4000-5000 prostituees, ongeveer een derde hiervan zijn jongensprostituees. Hoewel het moeilijk exact aan te geven is, lijkt het dat het prostitutieaanbod in Brussel in vergelijking tot steden als Rotterdam en Zürich van een grotere omvang is, ook als rekening wordt gehouden met de verschillen in bevolkingsomvang van de steden. Een gedeeltelijke verklaring die hiervoor wordt genoemd is het de aanwezigheid van een omvangrijke groep internationale klanten die vaak tijdelijk in Brussel werkzaam zijn bij de grotere instituties. Slechts een relatief klein deel van de prostituees (ongeveer 1000) is werkzaam in de zogenaamde publieke/zichtbare vormen als raam- en straatprostitutie. Het grootste deel van het Brusselse prostitutieaanbod vindt plaats bij de zogenaamde besloten vormen, zowel bij de homo- als de heteroprostitutie. ‘Niet zichtbaar’ heeft waarschijnlijk ook tot gevolg dat een belangrijk deel van de Brusselse prostitutie zich aan elke controle onttrekt. De tendens lijkt te bestaan dat de prostitutie zich meer en meer beweegt naar de besloten vormen, ten koste van de activiteiten in publieke vormen. Voor een deel kan dit verklaard worden door de druk die uitgaat van de stadsvernieuwing: zo werden tippelcafés aan het Zuidstation gesloopt voor kantoren en is er een toenemende vraag naar repressie van straatprostitutie door de politie. In de zichtbare prostitutie is de laatste jaren een toevloed van de Bulgaarse (BulgaarsTurkse) en in mindere mate Roemeense prostituees, zowel bij de hetero- als de homoprostitutie te merken. Deze nieuwe groep exploreert ook nieuwe vormen van besloten prostitutie zoals prostitutie in Bulgaarse of Turkse cafés. De toestroom van Bulgaarse en Roemeense prostituees in de straat- en barprostitutie heeft een verdringing van andere groepen naar carrés en meer besloten vormen teweeggebracht. In de meer gevestigde besloten vormen van prostitutie vindt men vooral West-Europese en (Noord-) Afrikaanse prostituees (in de zelfstandige escort en thuisontvangsten, zowel hetero- als homo-) en Zuid-Amerikaanse, Noord-Afrikaanse en Aziatische prostituees in de georganiseerde besloten vormen, zowel escort- als bordeel.
Pagina 67
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutievorm
Locaties Aarschotstraat
Aantal instellingen 58
Aantal prostituees 230-350
Bar Carré
Plantenstraat e.o.
110
110-140
Heterotippel
Louizalaan; Alhambrawijk; (Zuidstation); (AlbertII-Laan). SintJacobswijk/Fontaina splein/parken/ Centraal Station Circusstraat/ omgeving Louizalaan/omgevin g CEE Residentiële wijken oosten/noordwesten ; omgeving CEE Residentiële wijken oosten/noordwesten /omgeving Louizalaan N/A
(rendezvoushotels: 4-5 Cafés: 2) Cafés: 12
105-135
70
510-570
?
60-110
280-650
160-230
160-260
België/West-Europa, Zuid-Amerika, Noord-Afrika, Azië België/West-Europa, Zuid-Amerika, Noord-Afrika, Azië
25
180-360
N/A
N/A
+50
N/A
N/A
450-1000
België/West-Europa, Noord-Afrika
SintJacobswijk/verspreid over Brussel
25
?
?
Homotippel
Cabarets, clubs, striptease Privé-huizen (massagesalons, sauna’s etc.) Privé-ontvangsten
Escortbureau Zelfstandige escort vrouwen Zelfstandige escort/privéontvangsten mannen Besloten seksinrichtingen voor homo’s (back/dark rooms, sekscinema’s, sauna’s)
200-500
Herkomst prostituees Bulgarije; Roemenië; Albanië Zwart-Afrika (Nigeria, Ghana) en België/Frankrijk Roemenië; Bulgarije; Rusland; Zuid-Amerika (travestie); België. Bulgarije/NoordAfrika
België/West-Europa, Zuid-Amerika, Noord-Afrika, Azië Onbekend
7.2 Leefbaarheid Het zijn met name de publieke prostitutievormen die in straten, buurten en wijken waar prostitutieactiviteiten plaatsvinden problemen voor de omgeving veroorzaken, de woonkwaliteit negatief beïnvloeden en de leefbaarheid soms ernstig aantasten. De bekendste gebieden in Brussel waar de publieke prostitutievormen zichtbaar zijn, zijn de Aarschotstraat en de buurt van de Plantenstraat, waar de concentratie van raamprostitutie zich bevindt (bars en carrés).
Pagina 68
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
In deze gebieden is sprake van lawaai-, verkeer- en parkeeroverlast veroorzaakt door klanten, verloedering van de panden en het openbaar gebied door achterstallig onderhoud en de vele rommel op straat, aantrekken van verschillende vormen van randcriminaliteit (diefstal, drugshandel) etc. Naast de feitelijke problemen zorgt de aanwezigheid van prostitutie ook voor meer subjectieve problemen. Zo is er sprake van een spanning met de bewoners en ondernemers (veelal moslim) woonachtig en werkzaam in de omliggende wijken die bang zijn voor het imago van de wijk of vanuit ethische en morele overwegingen moeite hebben met de (nabijheid van) het fenomeen prostitutie. Overigens is de prostitutie in deze gebieden hier al decennialang gevestigd en zijn het naast de verandering van het karakter van de prostitutie zelf (meer bloot, minder aanspreekbaar, minder scrupules) ook de veranderingen in en van de omgeving (bijvoorbeeld een veranderende bevolkingssamenstelling) die voor problemen zorgen die vroeger wellicht minder aanwezig waren. De problemen die straatprostitutie voor de omgeving veroorzaakt zijn grotendeels te vergelijken met de raamprostitutie alhoewel deze vaak wel ernstiger zijn. Carrouselrijden, opdringerige klanten en prostituees op straat, vervuiling en publieke seks. De belangrijkste plekken voor straatprostitutie zijn de Alhambrawijk, de Louizalaan en Sint-Gillis. De overlast voor de omgeving lijkt bij de laatste twee locaties beperkter. Met name in de Alhambrawijk is de situatie soms ernstig (maar is hier ook goed gedocumenteerd door een actieve bewonersorganisatie). Nog niet lang geleden was deze voormalige havenbuurt van Brussel een enigszins verpauperde en weinig bewoonde wijk (veel pakhuizen en fabriekjes). De ook toen al aanwezige straatprostitutie kon relatief ongestoord zijn gang gaan aangezien er weinig bewoners waren die hier last van hadden. De toename van de problematiek de laatste jaren is een combinatie van een sterkere concentratie van overlastgevende prostitutie in de wijk, ook omdat deze elders werd verdreven en het feit dat de Alhambrawijk langzaam transformeert in een (middenklasse) woonwijk. De confrontatie wordt hierdoor steeds scherper. De invloed van de meer besloten vormen van prostitutie op de leefbaarheid van wijken is minder groot, vooral omdat het fenomeen minder geconcentreerd voorkomt. Toch wordt er door verschillende gemeenten vormen van overlast aangeduid in relatie met de aanwezigheid van massagesalons of privé-huizen, zoals geluidsoverlast, parkeerproblemen en onveiligheidsgevoelens.
Pagina 69
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Bovendien blijken omwonenden vaak ook ethische problemen te hebben met de aanwezigheid van seksinstellingen en willen ze niet dat zijzelf of hun wijk hiermee worden geassocieerd. In deze lijn kan vastgesteld worden dat de goedkopere vormen van prostitutie als straat- en raamprostitutie in de meer achtergestelde wijken van de stad voorkomen. Hierbij is het overigens niet altijd duidelijk aan te geven of ‘slechte’ wijken prostitutie aantrekken, of dat prostitutie de verklaring is waarom wijken achteruitgaan. De meer luxueuzere vormen van prostitutie situeren zich in meer residentiële wijken, nabij belangrijke verkeersassen of, meer specifiek, nabij de Europese Instellingen. Vanuit een ruimtelijke optiek is het ook interessant vast te stellen dat op diverse locaties verschillende vormen van prostitutie samen voorkomen en elkaar lijken te versterken. Zij het doordat er uitwisseling plaatsvindt tussen de vormen, zij het doordat een concentratie van verschillende vormen erin slaagt meer (potentiële) klanten aan te trekken. Een dergelijke synergetische situatie kan opgemerkt worden in de omgeving rond het Noordstation, waar de onderlinge nabijheid van raam- en straatprostitutie elkaar lijken te versterken, en in de omgeving van de Louizalaan, waar er een uitwisseling lijkt te bestaan tussen straatprostitutie, clubs, cabarets en privé-ontvangsten. Ten behoeve van een nieuw op te stellen integraal prostitutiebeleid is het van belang rekening te houden met het feit dat prostitutie in ruimtelijke termen geen statisch fenomeen is. Ontwikkelingen binnen de branche zelf, ontwikkelingen in de gebieden waar het zich manifesteert en de (on)gewenste effecten van beleid (het bekende ‘waterbedeffect’) maken dat het zich steeds op nieuwe plekken en in nieuwe vormen zal presenteren, die dan wederom om een nieuw antwoord vragen.
7.3 Zorg en welzijn Indien het risicoprofiel van een prostituee vergeleken wordt met de beroepsrisico’s van andere beroepen zijn er waarschijnlijk geen of nauwelijks professies waar het risico om geestelijke en/of lichamelijke aandoeningen op te lopen zo hoog is (en als ze er waren zouden ze zeer waarschijnlijk door vakbonden of belangenorganisaties niet geaccepteerd worden). Fysiek geweld van pooiers, klanten en soms ook jongerengroepen. Slechte en zeer onhygiënische arbeidsomstandigheden en gelijk slechte huisvestingssituaties. Verslavingsproblematiek. Onveilige seks en de risico’s van geslachtsziekten. Continu opgejaagd worden, sociaal isolement en onzekerheid over de dag van morgen.
Pagina 70
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Een sombermakende lijst die in een wat schril contrast staat met de roze waas van (valse) romantiek die toch ook nog rond prostitutie hangt. Natuurlijk is het zo dat er grote verschillen zijn tussen de heroïneverslaafde tippelprostituee en escortdame uit het ‘topsegment”. En vanuit een welzijns- en zorgoptiek is met name de eerste groep de grootste zorg. Maar onderzoek laat steeds weer zien dat er slechts zelden sprake is van een positieve beroepskeuze voor de prostitutie, de keuze wordt in eerste instantie vaak ingegeven door problemen (psychisch, verslaving) en schulden, of meer algemeen economische achterstelling (bijvoorbeeld de onmogelijkheid om in het thuisland een goed loon te verdienen). Als groep gezien zitten prostituees in een moeilijke positie, en hebben ze extra zorg nodig. Deze zorg is ook in Brussel aanwezig, maar hierbij zijn wel enige aandachtspunten. Omdat er geen volledig beeld bestaat van de omvang van de problematiek (hoeveel prostituees zouden welke vormen van zorg nodig hebben) is ook niet duidelijk of het huidige aanbod in enige mate toereikend is. De inschatting van de professionals is overigens dat de behoefte aan zorg vele malen groter is dan het aanbod. Het wordt steeds moeilijker prostituees te bereiken. Dat geldt zeker voor de besloten prostitutievormen (men weet niet waar ze zijn), maar ook voor de meer publieke vormen (door taalproblemen, isolement). Het huidige zorgaanbod is wat fragmentarisch (verschillende doelgroepen, verschillend aanbod), en hoewel de organisaties elkaar steeds beter lijken te vinden is de samenwerking nog niet structureel.
7.4 Criminaliteit Criminaliteit in relatie tot de prostitutiebranche is een vraagstuk dat op straat niet of slechts beperkt zichtbaar is, maar waarvan aangenomen kan worden dat het een belangrijke drijvende kracht achter het fenomeen prostitutie is. In het kader van het onderzoek heeft geen criminologisch onderzoek plaatsgevonden, zodat het hier beperkt wordt tot enkele hoofdlijnen. Mensenhandel en pooierschap zijn belangrijke criminele activiteiten verbonden met prostitutie in Brussel, in ieder geval wat betreft de aandacht die het krijgt. Met uitzondering van veel jongensprostituees hebben de meeste prostituees een of andere vorm van pooier.
Pagina 71
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De mensenhandelproblematiek heeft in België reeds sinds de jaren 1990 veel aandacht gekregen en geleid tot vooruitstrevende en efficiënte wetgevende en beleidsinitiatieven zoals de opvang van en het statuut voor slachtoffers van mensenhandel. Evoluties in de mensenhandelproblematiek hebben de laatste jaren de effectiviteit van dit systeem echter ondergraven en bij de betrokken actoren leeft de vraag naar verdere beleidsvernieuwing. De mensenhandel is de laatste jaren geëvolueerd naar een soort ‘transnationaal pooierschap’. Er is meestal geen sprake meer van overduidelijk gedwongen tewerkstelling in een vreemd land, maar om meer subtiele vormen van controle, uitbuiting en afhankelijkheidsrelaties die over landsgrenzen heengaan. Voor de opsporing vanzelfsprekende complicerende factoren, maar dit onderschrijft de breed gedragen opvatting dat de aanpak van mensenhandel niet (alleen) vanuit een lokaal perspectief kan plaatsvinden. Ten aanzien van andere vormen van criminaliteit en illegaliteit verbonden aan prostitutie, zoals illegaliteit (onrechtmatige verblijf), geweldsdelicten of de tewerkstelling van minderjarigen spelen (op dit moment) minder grote problemen volgens betrokkenen. Zo stelt men minder flagrante illegaliteit vast en minder minderjarigen dan vroeger. De drugshandel is sterk met prostitutie verweven en een belangrijke problematiek. Maar de bestrijding van drugshandel richt zich vanzelfsprekend niet uitsluitend op de prostitutie (dealers worden aangepakt als dealers, niet als dealers aan prostituees). Ook is er geen specifieke aandacht voor mogelijke relaties tussen onder- en bovenwereld in relatie tot vastgoed waar prostitutie in gevestigd is.
7.5 Institutioneel Bij het institutionele perspectief gaat het om de geldende wet- en regelgeving, het bestaande beleid, de betrokken organisaties de samenwerkingen etc. Daar valt vanzelfsprekend veel over te zeggen, in dit kader wordt het beperkt tot enkele hoofdzaken. Nadrukkelijk moet benadrukt worden dat er door veel organisaties en mensen al veel gebeurt, op veel verschillende terreinen en dat ook zeker al successen zijn behaald. Zo is de aanpak van de mensenhandel een voorbeeld voor andere landen en sinds geruime tijd erg succesvol. Ook de integrale aanpak die wordt ontwikkeld door de gemeente Schaarbeek, waar een ruimtelijk beleid van ‘containment’ wordt aangevuld met voorzieningen voor prostituees, preventiewerk en maatregelen om de onderlinge tolerantie tussen prostituees en omwonenden te verhogen vormt een interessant experiment dat echter vooralsnog beperkt blijft tot de lokale context.
Pagina 72
Prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Seinpost Adviesbureau BV
Wel zijn er ten aanzien van een aantal punten verbeteringen mogelijk. Deze zijn te groeperen rondom een drietal thema’s: -
Er is (was) geen samenhangend beeld van de omvang, aard en samenstelling van het fenomeen prostitutie en de onderliggende oorzaken en gevolgen. Betrokkenen werken dus niet op basis van het totaal inzicht om te bepalen welke acties nodig zijn. Ook is er sprake van een beperkte capaciteit in relatie tot omvang problematiek.
-
Er is sprake van een zeer sterke sectorale oriëntatie op alle niveaus. Vanuit verschillende perspectieven wordt gewerkt aan het oplossen van vraagstukken rond leefbaarheid, zorg en welzijn en criminaliteit, maar alleen op ad hoc basis worden er dwarsverbanden gelegd waardoor de effectiviteit van maatregelen achterblijft of zelfs wordt tenietgedaan. Daarnaast lijkt de sectorale uitwerking nog lang niet optimaal, zijn meer maatregelen mogelijk en is er soms ook sprake van een ‘onderbenutting’ van de mogelijkheden die wet- en regelgeving bieden.
-
De specifieke Brusselse situatie kan in organisatorische termen als zeer complex gekarakteriseerd worden. Er lijkt sprake te zijn van bestuurlijke tegenstellingen en onduidelijkheden, politieke huiver (niet weten is soms handig, lastig dossier) en verschillen in prioriteitsstelling tussen de belangrijkste actoren.
Pagina 73
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 74
Seinpost Adviesbureau BV
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Deel 2 Stedenvergelijking
Pagina 75
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 76
Seinpost Adviesbureau BV
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
8 Quickscan steden Een onderdeel van het prostitutieonderzoek ten behoeve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vormt de stedenvergelijking. In dit deel van het onderzoek zijn de oplossingrichtingen die in drie andere Europese steden zijn gevonden voor de regulering van de prostitutiebranche in kaart gebracht. Het Gewest heeft bij de opdrachtverlening te kennen gegeven dat de steden Antwerpen en Rotterdam in ieder geval deel uit zouden moeten maken van het onderzoek. Bij opdrachtverlening werd het onderzoeksteam, voor wat betreft de derde stad die deel zou moeten uitmaken van de stedenvergelijking, de keuze gelaten. Naar het oordeel van het team kwamen -bezien vanuit diverse invalshoeken- meerdere steden voor de stedenvergelijking in aanmerking, waaronder Amsterdam, Stockholm, Glasgow en Zürich. Om tot een gefundeerde keuze van de derde stad te komen zijn alle steden aan een zogenaamde quickscan onderworpen. Tijdens de quickscan werden de steden op basis van literatuuronderzoek beoordeeld aan de hand van de thema;s aard van prostitutie, beleid, voorzieningen, locaties, overlast, criminaliteit, handhaving, wet- en regelgeving, evt. bijzonderheden. De resultaten van de quickscan zijn in bijlage 4 bijgevoegd. Bij de keuze van de derde stad is allereerst beoordeeld in hoeverre de problematiek rondom prostitutie overeenkomsten vertoonde met het fenomeen in Brussel. Vervolgens is bezien in hoeverre in de betreffende steden- vanuit de thema’s leefbaarheid, welzijn en zorg, criminaliteit en instituties- aanvullingen konden worden gevonden op Antwerpen en Rotterdam. Op basis van het voorgaande is besloten Glasgow als derde stad te kiezen. Aan deze keuze lagen de volgende argumenten ten grondslag: -
In Glasgow staat de ontwikkeling van integraal prostitutiebeleid sinds enige jaren bovenaan de agenda. Aanleiding vormde een recent aantal moorden op prostituees en de maatschappelijke commotie die hierover ontstond.
-
Glasgow kent bij benadering dezelfde prostitutievormen als Brussel (met uitzondering van de raamprostitutie).
-
Brussel en Glasgow kennen (deels) dezelfde problematiek waar het om leefbaarheid gaat. Zo heeft Glasgow, evenals Brussel, een prostitutiegerelateerde overlastproblematiek in ‘de betere’ woon/werkcentra in het centrum van de stad.
Pagina 77
Prostitutie Brussel in Beeld
-
Seinpost Adviesbureau BV
Ook op het gebied van welzijn en zorg zijn de problemen grotendeel identiek. Bij voorkoming/bestrijding van deze risico’s past Glasgow een bijzondere vorm van overheidsgestuurde ‘multi-agency’ aanpak toe.
-
Glasgow heeft een voor Europese begrippen unieke vorm gevonden om het verschijnsel prostitutie te reguleren. Het beleid kenmerkt zich door een integrale, multidisciplinaire aanpak waarbij door alle betrokken partners wordt gehandeld vanuit een gemeenschappelijk gedragen visie.
-
Beleid en uitvoering zijn strak en efficiënt vormgegeven. De algehele prostitutie aanpak is goed gedocumenteerd en toegankelijk.
Pagina 78
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
9 Antwerpen
9.1 Vormen, aard en ruimtelijke aspecten In de prostitutiebranche in de stad Antwerpen waren in 2007 volgens een ‘beredeneerde’ schatting door Van San 1716 prostituees actief: 797 mannen en 919 vrouwen. Over de hele provincie zouden het er een 4000 zijn, aldus dezelfde 100
studie
. Haine e.a. hanteren een ruimere marge en schatten het totaal aantal 101
prostituees in de stad actief tussen 1800-2400
100 101
.
Van San, 2007. Haine e.a., 2007.
Pagina 79
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Deze waren als volgt over de verschillende vormen verdeeld:
PROSTITUTIEVORMEN ANTWERPEN
Publieke vormen:
-
Raamprostitutie: 400 vrouwen en 60 mannen
-
Tippelprostitutie: heteroseksueel 80 straat, 50 café; homoseksueel 200
Besloten vormen:
-
Bars (semi-publiek): 140-240
-
Privé-ontvangsten: 100-270
-
Escort: (163) 700-1200
-
Homo-escort en privé (internet): 530
-
Turkse/Bulgaarse vzw’s: onbekend aantal
Vitrines De Antwerpse raamprostitutie is nu, door het Antwerpse beleid, ruimtelijk geconcentreerd in een gedoogzone van drie straten (en een galerij, de zgn. Villa Tinto). Het aantal ramen (273) is ongeveer even groot als voorheen (284 in 2000), de gemiddelde bezetting is zo’n 70%. In de raamprostitutie werken vooral blanke prostituees; de laatste jaren in toenemende mate Roemeense en Bulgaarse. Er zijn nog nauwelijks minderjarige of illegale prostituees in het Schipperskwartier omdat deze intensief worden gecontroleerd. Een aantal raamprostituees in het Schipperskwartier zijn transseksuele of travestiete mannen. Tippelprostitutie Eind jaren negentig waren er een 100-150tal straatprostituees bekend, nu nog een 80, de meeste lokale bewoonsters uit Antwerpen-Noord. Velen tippelen onregelmatig, waardoor er per maand zo’n 20-25 echt actief zouden zijn. De straatprostituees met een sterker profiel hebben zich teruggetrokken in de sector van de thuisontvangsten; de Oost-Europese netwerken hebben de Antwerpse straatprostitutie verlaten, Afrikaanse vrouwen tippelen nu op café (rond het De Coninckplein, in de Oudemansstraat). De scène van homoseksuele tippelprostitutie is gevarieerd en vindt zowel plaats op straat als in café’s (in de Van Schoonhovenstraat). Bekende prostitutieplaatsen zijn het westelijk deel van het Stadspark, maar ook op de as Meir-de Keyserlei-Astridplein
Pagina 80
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
en in de groene zones op Linkeroever komt het voor. Vooral Oost-Europese Roma-jongens werken op straat, soms zeer jonge 102 minderjarigen . Verder zijn er ook Belgische, Zuid-Amerikaanse en Centraal103 Afrikaanse jongensprostituees actief . Bars De Antwerpse bars zijn, anders dan in Brussel, geen ‘publieke’ vormen: de ‘gezelschapsdames’ zitten er niet achter het raam te kijk, en er hangen gordijnen tegen pottenkijkers. Ze bevinden zich vooral langs grote invalswegen, zoals Amerikaen Italiëlei, Plantin-Moretuslei en Grote Steenweg. In de bars zouden vooral Belgische vrouwen, vaak van middelbare leeftijd werken (Wouters e.a., 2002, p. 35). Privé-ontvangsten, clubs, massagesalons Over privé-ontvangsten bestaat in Antwerpen weinig kennis; wel heeft de lokale politie in het jaar 2002-2003 een systematische screening gedaan van deze besloten vormen. Daarbij kwam aan het licht dat deze over de hele stad verspreid waren. Massagesalons en private clubs zijn er in Antwerpen overvloedig aanwezig. Hoewel ze nog niet door een officiële instantie werden geteld, levert een snelle screening via Google meteen een zestigtal seksclubs en massagesalons op, alleen al in de stad Antwerpen; een veelvoud daarvan in de provincie. In de seksclubs lijken vaak Belgische vrouwen actief; in de massagesalons zijn, meer dan in Brussel, vaak Thaise of Zuidoost104
Aziatische vrouwen aan het werk
.
Turkse of Bulgaarse vzw’s In Antwerpen wordt prostitutie in Turkse en Bulgaarse vzw’s, door Bulgaarse prostituees van Turkse of Roma-origine, vooral aangetroffen in de buurt rond het SintJansplein. Er zijn aanwijzingen dat het hier veelal om gedwongen prostitutie gaat. Het is echter 105 onduidelijk over welke aantallen het hier gaat .
102
Boysproject (2007), jaarrapport 2006. Ongeveer de helft van de door Boysproject bereikte jongens is van Oost-Europese afkomst; 35 (17%) van de 208 bereikte jongens waren minderjarig, waarvan één 15-jarige, Belgische jongeren vormen met 10 procent de tweede grootste groep; deze werken echter vooral via internet als escort (Het Nieuwsblad, 25/06/2005). 103 Donckers, 2007. 104 In het rapport Van San (2007) komt deze georganiseerde verborgen prostitutie nauwelijks aan bod, wat maakt dat het door haar geregistreerde aantal privé-ontvangsten en internetprostitutie waarschijnlijk een sterke onderschatting oplevert en de politietelling meer realistisch zal zijn. 105 Comité P, 2005.
Pagina 81
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Escortbedrijven Escortservices werden door de politie wel gescreend; de getelde escortservices zijn deze die adverteren en werken in Antwerpen, ze hoeven er daarom nog niet gevestigd te zijn. Wat de homo-escorts betreft werd door de Antwerpse politie geen onderzoek gedaan, terwijl Van San hier wel aandacht voor heeft; zij schat dit aantal op meer dan 106
500, voornamelijk Belgische prostituees
.
9.2 Zorg en welzijn In Antwerpen is bekend dat de prostituees vooral blootstaan aan fysieke onveiligheid, opjaagbeleid van de politie, verslavingsproblematiek, onveilige seks. Net als elders blijken prostituees hun werk zowel emotioneel als fysiek zwaar te vinden. Fysieke onveiligheid Bij de prostituees leven verschillende gevoelens van onveiligheid, mede afhankelijk van de branche. Vooral met betrekking tot de straatprostituees wordt in Antwerpen melding gemaakt van een verhoogd onveiligheidsgevoel; dit zou te maken hebben met het ontbreken van veilige afwerkplekken sinds de rendez-vous hotels werden gesloten. In de raamprostitutie zou geweld nu minder voorkomen omdat Afrikaanse dames –die vaker hun klanten zouden bestelen en zo geweld uitlokken- door de eigenaars worden geweerd. Bij thuiswerkende (vaak voormalige straat-)prostituees zou de problematiek des te ernstiger zijn geworden, omdat ze het thuismilieu niet langer kunnen afschermen. Slechte arbeidsomstandigheden (conditie werkplek) De mensonterende arbeidsomstandigheden in de raamprostitutie waren een van de redenen om in Antwerpen een integraal prostitutiebeleid op te zetten. Op dit moment zijn deze dankzij het Antwerpse beleid sterk verbeterd en is de tevredenheid hieromtrent groter. Door de sluiting van de rendez-voushotels zijn in de straatprostitutie de werkomstandigheden echter verslechterd en moet er vaker op straat, in de auto of op het thuisadres worden gewerkt. In de besloten sectoren lijkt de 107
problematiek wat minder urgent, al is de situatie afhankelijk van de instelling
106 107
.
Van San, 2007.
Het Europese TAMPEPVII-raport concludeert over Antwerpen en Brussel echter dat in de escortsector, waar in erg informele settings wordt gewerkt, de veiligheid en hygiëne voor de sekswerkers vaak erg laag is en vaak de context is van extreme uitbuiting van prostituees. (Brussa, 2007)
Pagina 82
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Opjaagbeleid politie Vooral de (heteroseksuele) tippelprostitutie wordt geviseerd door de lokale politie. Voor de raamprostitutie opereert het Schipperskwartier als gedoogzone en ook andere vormen van prostitutie worden, zolang ze niet voor overlast zorgen, met rust gelaten. De angst voor politieacties leeft dan ook vooral bij de nog actieve straatprostituees in de Atheneumwijk. Verslaving Drugsgebruik en –verslaving wordt de laatste tijd zeer ernstig genomen in Antwerpen. Deze zou vooral bij straatprostituees spelen, maar ook bij raamprostituees en in de besloten sector is het gebruik van drugs of drank (bv. bars) relatief frequent. De drugsproblematiek is vaak gerelateerd aan psychosociale klachten. Dit leidt tot een vicieuze cirkel (men gebruikt om trauma’s –al dan niet prostitutiegerelateerd- te overwinnen, men prostitueert zich om het gebruik te betalen). Druggebruik verergert bovendien het probleem van SOI’s, door besmette naalden te delen en door minder veilige seks toe te staan. Onveilige seks Met name geldgebrek maakt dat prostituees soms grotere risico’s nemen en dus ook overgaan tot onveilige seks. Prostituees die een verhoogd risico lopen op geweld door een gebrek aan sociale controle (bv. de straatprostituees) lopen ook een groter risico om gedwongen te worden tot onveilige seks. Door een actief gezondheidsbeleid blijkt echter het aandeel personen met SOI’s onder de Antwerpse prostituees niet hoger te liggen dan bij de Antwerpse bevolking. De SOI-prevalentie is wel hoger bij niet West108
Europese en transgender of mannelijke prostituees
. De raamprostituees die werden
geïnterviewd door Van San melden dat ze goed waren voorgelicht over SOI’s en geen onveilige seks hebben, zelfs geen orale seks zonder condoom. Desondanks kampen 109
ook zij met vaginale klachten, klachten aan de baarmoeder etc
.
Anders is het gesteld met de straatprostituees; vooral de doelgroep van verslaafde straatprostituees wordt onvoldoende bereikt door zorginstanties terwijl ze in een schrijnende situatie verkeren en in moeilijke omstandigheden moeten werken; hygiëne en veilige seks zijn vaak niet gegarandeerd, mede door het repressieve optreden van de gemeente.
108 109
Wouters e.a., 2002, p. 35-36. Van San, 2007
Pagina 83
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Hetzelfde geldt voor de jongensprostituees, waarvan de meest kwetsbaren aan onveilige seks zouden doen als klanten daarvoor meer betalen; diegenen die door Boysproject worden bereikt zijn wel beter voorgelicht en zijn naar eigen zeggen weerbaarder op dit vlak -dit is echter slechts een fractie van de populatie. Geen uitweg Heel wat prostituees zouden aangeven met het werk te willen stoppen. Prostitutie is echter een val waaruit in onze maatschappij moeilijk valt te ontsnappen. Financiële en administratieve problemen, weinig sociale contacten buiten de prostitutie, geen andere werkervaring op het CV en sociale stigmatisering maken het moeilijk naar een ander beroep over te stappen.
9.3 Leefbaarheid In het algemeen kan worden gesteld dat prostitutie vaak gepaard gaat met diverse vormen van overlast en criminaliteit. Tegen het eind van de jaren negentig veroorzaakten vooral de raam- en straatprostitutie veel overlast. Met name de raamprostitutie in het Schipperskwartier, die uitwaaierde over 17 straten en zich mengde in het woonweefsel, zorgde voor overlast door het voorkomen van randcriminaliteit, geweld, en vooral de auto-carroussel die permanent door de wijk toerde. Prostitutiepanden in het Schipperskwartier waren vaak verkrot, de leegstaande bovenverdiepingen waren een paradijs voor ongedierte en duiven en oefenden een negatieve invloed uit op de omgeving. De straatprostitutie in de Atheneumbuurt kende een gelijkaardige problematiek, waar nog bijkwam dat vaak drugsverslaafde prostituees, dealers en pooiers het openbaar domein inpalmden en spuiten, condooms en ander afval op straat lieten rondslingeren. Dankzij het prostitutiebeleid is deze overlast zeer sterk geminderd. De randcriminaliteit in het Schipperskwartier is spectaculair gedaald, de prostitutiewijk is 110
nu enkel nog te voet toegankelijk en ontmengd van de woonbuurt
. In de
Atheneumbuurt is de autocarrousel eveneens zo goed als verdwenen, het aantal prostituees sterk teruggedrongen (al zijn het vooral de zwaar verslaafde prostituees die overblijven), en wordt het afvalprobleem mee opgevangen door de werking van Free Clinic (met ondermeer spuitenruil en spuitenopruimacties).
110
Seinpost, 2004.
Pagina 84
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
9.4 Criminaliteit Pooierschap, loverboys, mensenhandel Vrouwenhandelaars en pooiers zijn nog veelvuldig aanwezig in het Schipperskwartier, 111 melden prostituees zelf (over andere prostituees) . Ook omwonenden melden dat er in de omgeving van de gedoogzone nog ‘safe houses’ zijn waar de prostituees worden 112 heen geëscorteerd na hun werk . Vooral bij de nieuwere Bulgaarse en Roemeense meisjes zou dit het geval zijn. Mensenhandel en pooierschap zouden echter ook gewoon terug wat zichtbaarder worden, omdat de huidige hoofdinspecteur van politie ze niet meer uit de zone tracht te verjagen, maar ze meer laat betijen om ze beter te kunnen observeren en bewijzen te verzamelen voor een aanklacht. Opvallend verschil met Brussel is dat uit de cijfers van Payoke, het Antwerpse opvangcentrum voor slachtoffers van de mensenhandel, geen (relatieve of absolute) daling van het aantal 113. opgevangen slachtoffers met betrekking tot prostitutie is te constateren Recent zouden er in Antwerpen ook veel Nederlandse meisjes aan het werk zijn, die door Nederlandse loverboys naar Antwerpen werden gebracht omdat de Nederlandse 114
justitie ze het vuur aan de schenen legt
. In 2006 waren 202 van de 561 nieuw
geregistreerde prostituees Nederlands, waarvan een groot deel maar net 18 jaar, wat 115
zou wijzen op de activiteiten van loverboys
. Anders dan in Nederland, waar
souteneurs- of pooierschap niet langer strafbaar is, worden loverboys in België gewoon vervolgd als pooiers. Minderjarigen Minderjarige prostitutie vind je nauwelijks meer terug in het Schipperskwartier, maar kom je wel vaak tegen in de jongensprostitutie; het gaat daarbij om Roma-jongens die 116
door hun familie de straat op worden gedreven om voor inkomsten te zorgen
111 112 113 114 115 116
.
Van San, 2007. Interview Guido Dirickx, bewonerscomité Schipperskwartier. Payoke, 2005; Payoke, 2006. Bovenkerk e.a., 2004. Elsevier, 2007.
Boysproject, 2007. 35 (17%) van de 208 door Boysproject bereikte jongens waren minderjarig, waarvan één 15jarige.
Pagina 85
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Overige vormen van criminaliteit De Antwerpse prostitutiebuurten waren niet alleen onveilig voor de prostituees, maar ook voor de klanten en omwonenden. Klanten waren veelvuldig slachtoffer van overvallen en auto-inbraken. Omwonenden werden bedreigd door pooiers en mensenhandelaars. Drugs werden op straat verhandeld. Door de zichtbare prostitutie in Antwerpen-Noord nagenoeg te doen verdwijnen en deze in het Schipperskwartier in te perken, terwijl tegelijkertijd de criminele netwerken van het nabijgelegen Falconplein werden verdreven, daalden de 117
criminaliteitscijfers in beide wijken spectaculair
. Zowel in het Schipperskwartier als
in de Atheneumwijk worden nog steeds drugs verkocht aan prostituees.
9.5 Instituties Antwerpen kent dezelfde overkoepelende wet- en regelgeving als Brussel. Desondanks worden er lokaal pistes verkend waar men zich in Brussel tot nog toe niet aan waagt.
9.5.1 Wetgeving Internationale verdragen en federale wetgeving De internationale en federale wetgeving in Antwerpen is dezelfde als in Brussel. Hiervoor verwijzen we daarom naar het hoofdstuk over Brussel. Regelgeving Vlaams Gewest Anders dan in het Brussels Gewest is het beleid voor ruimtelijke ordening in Vlaanderen minder gecentraliseerd en hebben gemeenten ruimere bevoegdheden om in te grijpen in de ruimtelijke ordening en gebiedsbestemmingen te sturen. Het Vlaams Gewest heeft met andere woorden geen wet- of regelgeving die van toepassing is met betrekking tot het prostitutiebeleid. Gemeentelijke regelgeving De Gemeentewet (decreet 15 juli 2005) biedt mogelijkheden om specifieke verordeningen aan te nemen ten aanzien van prostitutie indien zij tot doel hebben de openbare zedelijkheid en de openbare rust te verzekeren. Sinds 1999 mogen gemeenten ook Administratieve Sancties opleggen. Op 1 april 2005 werd door de federale wetgever het toepassingsgebied voor Gemeentelijke Administratieve Sancties verruimd en kunnen gemeenten ook vlotter administratieve sancties opleggen. In Antwerpen werd van deze mogelijkheid reeds uitvoerig gebruik gemaakt.
117
Seinpost, 2004.
Pagina 86
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
In mei 2005 werd de nieuwe politiecodex goedgekeurd, waarbij er voor werd gekozen 118
om alle overtredingen doormiddel van een GAS te bestraffen
.
Om de straatprostitutie efficiënter te kunnen beteugelen stelde Antwerpen niet alleen het kenbaar maken dat men seksuele handelingen tegen betaling aanbiedt (behoudens 119
in de gedoogzone
) strafbaar; ook het consumeren van deze op de openbare weg
aangeboden diensten kan aanleiding geven tot een GAS. Daarnaast kan ook een straatverbod worden opgelegd aan wie herhaaldelijk de openbare orde verstoort. Met betrekking tot de raamprostitutie werd de gedoogzone opgenomen in de politiecodex. Voorts werd een geschiktheidsverklaring opgelegd aan raamprostitutiepanden in de gedoogzone. Tenslotte verbiedt de politiecodex expliciet het verhuren of onderverhuren van kamers of woningen voor prostitutie, en verbiedt het ter beschikking stellen van gebouwen voor alle vormen van prostitutie (ook besloten) in woonbuurten en nabij scholen en gebouwen voor erediensten. De Stad Antwerpen heft ook twee belastingen met betrekking tot prostitutie. Er is de belasting op rendez-voushuizen, waartoe zowel hotels, raam- of barprostitutiepanden of homo-tippelcafé’s met afwerkplekken worden gerekend, aan 2480 euro per kamer per jaar. Daarnaast bestaat er ook een belasting op private clubs aan 6000 euro per jaar.
9.5.2 Beleid Zorg en welzijn In Antwerpen coördineert de centrale prostitutieambtenaar alle inspanningen die worden gedaan in relatie tot prostitutie; hij heeft een goed overzicht van de repressieve, preventieve en sociaal-medische initiatieven, stuurt deze deels aan, brengt ze samen en adviseert ook het beleid. Er bestaan vier organisaties in de welzijnssector die zich expliciet met prostitutie bezighouden: -
Payoke is het Antwerpse opvangcentrum voor slachtoffers van mensenhandel
-
Gh@pro, het Gezondheidshuis Antwerpse Prostitutie, biedt toegankelijke gezondheidszorg (SOI-screening, hepatitis B-vaccinatie, gynaecologisch onderzoek en baarmoederhalskankerscreening) en, sinds 2007 ook psychosociale hulpverlening, inclusief een uitstaptraject onder de noemer Connect@.
118
Zie voor prostitutie politiecodex Antwerpen, hoofdstuk 6: Specifieke regelgevingen, afdeling 2: daden van ontucht en prostitutie; afdeling 3: straat- en plaatsverbod. 119 aanpassing op 23 januari 2006 van het oorspronkelijke artikel 285 waarbij expliciet de raamprostitutie, behoudens in de gedoogzone, mee wordt opgenomen in de formulering.
Pagina 87
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Gh@Pro wordt gefinancierd met middelen van het Grotestedenbeleid, door de Vlaamse Gemeenschap en de Stad Antwerpen (Stedenfonds). In 2006 had Gh@pro contact met 1054 prostituees, waarvan 469 nieuwe. Gh@pro heeft door haar ligging vooral contacten met vrouwen in het Schipperskwartier, maar bereikt met outreach ook wel vrouwen in bars, clubs, privé- en thuisontvangsten. Bij escortservices raakt ze moeilijk binnen, en straatprostituees worden nauwelijks bereikt. -
Naast Gh@pro is er ook Boysproject (door CAW de Terp, gefinancierd door Stedenfonds), dat zich specifiek richt op mannelijke prostituees. Boysproject geeft psychomedische begeleiding en info en vorming ter voorkoming van SOI’s en tracht mannelijke prostituees een veilige ruimte te bieden. Boysproject bereikte in 2006 208 jongens. Gh@pro organiseert tweewekelijks een consultatiemoment bij Boysproject.
-
Medisch Sociaal Opvangcentrum (MSOC) Free Clinic, een drugshulpverleningsproject in de Atheneumbuurt komt veelvuldig in contact met straatprostituees. Free Clinic wordt gefinancierd via een RIZIV-conventie die de individuele prestaties terugbetaalt, en via de Preventiecontracten en Stedenfonds van de federale overheid. Via een eenmalige toelage van het fonds Demotte werd PROject opgericht, een genderspecifieke werking voor vrouwen waar ook verslaafde prostituees toegang toe hebben, maar een verlenging van de budgetten voor dit project is nog onzeker. Free Clinic biedt ondermeer gezondheidszorg aan, en haar medewerkers zijn door hun specifieke know-how eigenlijk beter geplaatst om de groep zwaar verslaafde prostituees te helpen (bv. wondverzorging bij geweldpleging etc.). Wat psychosociale ondersteuning met betrekking tot de specifieke problematiek van prostitutie betreft zijn ze echter niet echt toegerust. Het nieuwe programma ‘Outreach en basiszorg voor straatprostituees’, dat gefinancierd wordt vanuit de middelen voor prostitutiebeleid van de stad Antwerpen en waarvoor nog dit jaar een voltijdse straathoekwerker van Free Clinic zal worden ingeschakeld, is een eerste stap naar een meer integrale, 120
ketenaanpak voor straatprostituees
120
.
Interview Hans Willems. De prostitutieambtenaar meent dat een huiskamerproject specifiek gericht op zwaarverslaafde straatprostituees erg nuttig zou zijn en tracht dit op poten te zetten; een goed uitgeruste gedoogzone zou echter de beste oplossing zijn, omdat daarmee een hoop problemen met het opjaagbeleid kunnen worden tegengegaan.
Pagina 88
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Toezicht en handhaving Reeds geruime tijd bestond er binnen de lokale recherche een sectie zeden die zich bezighield met toezicht op de prostitutie, maar die heeft sinds 2003 haar activiteiten toegespitst op zaken van verkrachting en kinderporno en houdt zich niet langer bezig met prostitutie. In de plaats bestaat er sinds 2002 binnen de Antwerpse lokale politie een speciale cel prostitutie, bestaande uit 12 personen. Deze controleert het toezicht en de handhaving met betrekking tot prostitutie op het grondgebied Antwerpen. De handhavingsacties concentreren zich vooral op de gedoogzone in het Schipperskwartier en op de straatprostitutie. In het Schipperskwartier beschikt de politie over een klein kantoortje binnen het Villa Tinto-complex; hoewel ze daar niet langer permanent aanwezig zijn, is dit een groot voordeel omdat ze, in geval van problemen, niet langer met arrestanten naar het verderafgelegen politiekantoor moeten rijden en dus ook tijdens de ondervraging een oogje op de wijk kunnen houden. Een belangrijk element van de handhaving is de controle op de geschiktheid van de panden en de administratieve controle van de er werkende prostituees. In de Atheneumbuurt spitst de handhaving zich toe op het ontraden van straatprostitutie, zowel naar de prostituees als naar de klanten toe. Voor de invoering van de GAS voor klanten in 2005 werden klanten voornamelijk verjaagd door het afsluiten van straten met behulp van roadblocks en door intensieve verkeerscontroles. Nu is de GAS voor klanten een belangrijk middel; van 2005-2007 werden er al meer dan 400 dergelijke GAS uitgedeeld. Voor de herziening van de politiecodex werden straatprostituees vooral verjaagd door de zogenaamde ‘100dagenacties’, waarbij voor een periode van 100dagen intensieve politiecontroles en veelvuldige razzia’s prostituees moesten afschrikken; uitzetting van illegale prostituees was daarbij het belangrijkste middel. Straatprostituees kunnen worden beboet, maar bij herhaaldelijke inbreuken kan hen door de burgemeester ook een straatverbod worden opgelegd of kunnen ze tijdelijk worden opgepakt. Straatprostituees kregen van 2005-2007 reeds 500 keer een GAS; er werden bovendien al 67 straatverboden opgelegd. De zwaarverslaafde prostituees laten zich hierdoor echter volgens de prostitutieambtenaar niet afschrikken. Daarom wordt er op dit moment door de dienst Integrale Veiligheid, nagedacht over een gedwongen zorgtraject voor zwaarverslaafde veelplegers. De juridische en organisatorische mogelijkheden daartoe worden echter nog onderzocht.
Pagina 89
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Integraal beleid Antwerpen kent in toenemende mate een tendens tot het voeren van een integraal prostitutiebeleid. Hiertoe is in 1998 de eerste steen gelegd met het goedkeuren van het beleidsplan prostitutie Antwerpen. Dit beleidsplan kwam tot stand in reactie op de toenemende criminalisering van de prostitutiesector, de schrijnende werkomstandigheden voor de prostituees en de groeiende overlast voor de omwonenden in de buurten met publieke prostitutievormen als raamprostitutie en straatprostitutie. De uitgangspunten van het plan (dat enkel de zichtbare prostitutievormen behandelde) waren dat de raamprostitutie in de Korte en Lange Winkelhaakstraat en de straatprostitutie in de Atheneumbuurt moesten verdwijnen; dat de raamprostitutie in het Schipperskwartier kan blijven maar in aantal en omvang terug moet worden gebracht om het te kunnen controleren en hanteren, en dat de jongensprostitutie ongemoeid zou worden gelaten. De Korte en Lange Winkelhaakstraat waren ten tijde van het plan reeds grotendeels prostitutievrij gemaakt door onteigeningen. Voor de straatprostitutie in de Atheneumbuurt werd aanbevolen een alternatieve tippellocatie te zoeken voorafgaand aan een repressieve fase waar zowel meisjes als afwerkhotels worden aangepakt. Voor het Schipperskwartier werd een integraal drie-sporenbeleid vooropgesteld. Ten eerste een beleid dat is gericht op het totstandkomen van een kwalitatieve, gecontroleerde gedoogzone met een kleiner aantal ramen dan voorheen en aangenamere werkplekken; Een twee spoor gericht op goed beheer van het Schipperskwartier als geheel ten aanzien van het continueren van de concentratiezone en het tegengaan van overlast naar de omliggende wijk en een derde spoor gericht op de herontwikkeling van de wijk door het stimuleren van functieverandering van het achterblijvend vastgoed na concentratie, een versteviging van de woon-, werk- en leeffunctie en de ontwikkeling en realisatie van nieuwbouwplannen in de wijk. Voor de integrale uitvoering van het plan werd, politieke besluitvorming inbegrepen, gerekend op minimaal 5 jaar (van 1999-2005) en werd uitgevoerd in 3 fasen. De eerste fase, waarbij vooral prostitutieambtenaar Karin Martens betrokken was, betrof een fase van gezamenlijke visie- en coalitievorming (waarvoor met name het beleidsplan een belangrijk instrument was), terwijl een sterk repressieve aanpak vorm kreeg en leidde tot de concentratie van de zichtbare prostitutie in de gedoogzone. In tegenstelling tot het advies van het beleidsplan werd echter niet voorzien in een alternatieve tippellocatie, in de eerste plaats omdat hierover geen politieke consensus kon worden gevonden.
Pagina 90
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Dit heeft als gevolg dat de tippelprostitutie nooit volledig uit de Atheneumbuurt verdwenen is, en bijgevolg met steeds scherpere repressieve maatregelen werd aangepakt. In de eerste fase werden woonstraten permanent afgesloten voor de autocarroussel, werden geregeld politiecontroles gehouden en werden afwerkhotels gesloten. Mettertijd werden deze maatregelen aangevuld met Gemeentelijke Administratieve Sancties voor prostituees en voor klanten. De tweede fase, onder prostitutieambtenaar Joris Wils, heeft vooral ingezet op de herwaardering van de (voormalige) prostitutiestraten in het Schipperskwartier en de interne regulering van de gedoogzone (spoor 2 en 3 uit het beleidsplan); deze fase richtte zich sterk op ruimtelijke stadsontwikkeling en vond plaats in nauwe samenwerking met de Antwerpse Planningscel (in de persoon van Kitty Haine); onder Joris Wils werd verder ook werk gemaakt van de GAS tegen straatprostituees en hun klanten en de realisatie van Gh@pro. De tot nog toe laatste fase, waarvan de nieuwe prostitutieambtenaar Hans Willems de verpersoonlijking is, wil de vooral repressieve/preventieve aanpak verder vervolledigen met een sociaal luik, met name naar de straatprostituees toe. Met middelen van het Federale Grotestedenbeleid werd door Gh@pro een tweede evaluatieonderzoek besteld, dat werd uitgevoerd door de Erasmus Universiteit Rotterdam onder leiding van Marion van San. Zij formuleerde in haar studie een aantal 121
aanbevelingen, rond welke de stad reeds een aantal initiatieven aan het nemen is -
:
Samen met Pasop (Gent) en Espace P (Brussel/Wallonië) probeert Gh@pro bij de Federale Overheid een project in te dienen om zicht te krijgen op de verwevenheid tussen prostitutie en drugsverslaving.
-
Op 15 februari 2008 werd het project ‘outreach en basiszorg straatprostituees’ goedgekeurd door het college, waarbij laagdrempelige gezondheidspreventiezorg aangeboden wordt aan straatprostituees en waardoor de zorgcontacten met deze moeilijk bereikbare doelgroep zullen toenemen.
-
Het vroegere EXIT-project werd, na een mislukte start waar nogal eng gefocust werd op uitstap uit de prostitutie, omgewerkt en uitgebreid tot Connect@, een integraal psychosociaal hulpverleningstraject waarin begeleiding bij uitstap uit het beroep slechts een optioneel onderdeel is. Voor het uitstaptraject wordt samengewerkt met Levanto dat de stap naar een
121
Interview Hans Willems; Mossiaux, 2008
Pagina 91
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
nieuwe job moet ondersteunen. -
Tenslotte herhaalde Van San de aanbeveling om een gecontroleerde tippelzone uit te bouwen. Hierover bestaat in Antwerpen echter (nog steeds) geen politieke consensus; er lijkt vooral veel vrees te bestaan voor NIMBY-reacties van omwonenden.
9.6 Conclusie De prostitutie in Brussel is in grote mate vergelijkbaar met die in Antwerpen. Door het schaalverschil tussen de twee steden is de Brusselse prostitutiesector natuurlijk omvangrijker dan de Antwerpse, en door de specifieke lokale context zijn er enkele nuanceverschillen in de organisatievormen waarin prostitutie zich uit in beide steden. Antwerpse bars zijn bijvoorbeeld eerder besloten vormen, terwijl die vorm in Schaarbeek raamprostitutie betekent; Antwerpen is ook een knooppunt voor Nederlandse en Duitse prostitutienetwerken, terwijl de Brusselse prostitutiesector sterker verbonden is met circuits in Latijnse landen. Zo worden er in de Antwerpse prostitutiesector meer slachtoffers van Nederlandse loverboys gesignaleerd, en zijn er veel meer Aziatische massagesalons dan in Brussel. Door een verschil in beleid is de raamprostitutie in Antwerpen sterker gereguleerd en is ook de straatprostitutie sterker ingedijkt; onder de tippelende jongens zijn er in Antwerpen ook meer minderjarigen dan in Brussel. Belangrijk in de Antwerpse aanpak is de consequent gecoördineerde aanpak van de prostitutie. Een belangrijke voorwaarde hiervoor was, zeker in het begin, de sterke samenhang van het schepencollege rond dit thema, en de leidende rol die burgemeester Detiège hierin heeft gespeeld. Maar ook het aanstellen van een prostitutieambtenaar, die weliswaar niet bevoegd is om alle activiteiten direct aan te sturen, maar die dankzij de steun van het college toch een coalitie tot stand heeft kunnen brengen en, als centrale figuur, een goed overzicht houdt op de ontwikkelingen, is belangrijk geweest om een volgehouden gecoördineerde actie, waarbij zorg, handhaving en ruimtelijke ordening elkaar ondersteunen, te kunnen realiseren. Tenslotte speelt het feit dat de stad Antwerpen voor een groot deel zelf de financiering van middenveldorganisaties controleert, en dat de Antwerpse burgemeester effectief hoofd is van de politie op zijn grondgebied, een grote rol. In Brussel is een dergelijke aanpak tot op heden niet gerealiseerd. De bestuurlijke versnippering maakt de vorming van een sterke coalitie moeilijk, en het is niet duidelijk of er op het niveau van het gewest wel een coördinerend ambtenaar kan worden aangesteld die voldoende bevoegdheden kent om een verschil te maken of die
Pagina 92
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
als voldoende legitiem zal worden aanzien door de lokale besturen en de middenveldorganisaties. De noodzaak van een gezamenlijk project lijkt echter wel door iedereen te worden erkend, en vooral op het niveau van de verschillende politiediensten lijkt er zelfs al enige toenadering en overleg te bestaan. Een mogelijke strategie om deze hindernissen te overwinnen is om een gewestelijk ambtenaar aan te stellen voor het bundelen en verwerven van informatie en het organiseren van overleg. De prostitutie is een uitermate dynamische sector die continue opvolging behoeft, zowel vanuit het perspectief van handhaving en criminaliteitsbestrijding, als vanuit het perspectief van de zorg. Een ambtenaar die het internationale en nationale onderzoek continu opvolgt en communiceert en mogelijke partners samenbrengt, zou een eerste opstap kunnen zijn naar een gezamenlijke visie en van daaruit naar een meer gecoördineerde aanpak. Een tweede interessant element is dat in Antwerpen het prostitutiebeleid gradueel, maar consequent volgens dezelfde lijn is uitgebouwd; de betrokken Antwerpse actoren hebben zo de tijd gehad om naar elkaar toe te groeien binnen een duidelijk kader, terwijl het beleid een zekere flexibiliteit heeft behouden ten aanzien van nieuwe evoluties in de prostitutiesector. Het wetgevend kader waarbinnen men in Antwerpen opereert verschilt weinig van het Brusselse (vooral de federale wetgeving is in deze relevant). Veel meer dan in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft men in Antwerpen echter gebruik gemaakt van de hierdoor geboden mogelijkheden. Het is de vraag of in Brussel de geesten al rijp zijn voor een dergelijke aanpak; heel wat instanties verkiezen een goed zichtbare prostitutie omdat die vlotter toegankelijk is, zowel voor de zorgsector als voor de controles op souteneurschap of mensenhandel; het is opvallend dat over de onzichtbare vormen nauwelijks enige kennis bestaat, zelfs niet bij de federale politie. In Antwerpen heeft men gekozen om in de eerste plaats overlast te beteugelen door de zichtbare prostitutievormen in te perken; dit heeft in het Schipperskwartier bovendien eerder de toegang tot prostituees voor de zorgsector en de politie vergemakkelijkt, wat hen toelaat om ook meer verdoken vormen intensiever te controleren. Een screening van de verdoken prostitutievormen na de inkrimping van het Schipperskwartier door de Antwerpse politie zou ook de these ontkrachten dat de Antwerpse aanpak prostituees meer in de verdokenheid zouden hebben gedreven: in de onderzochte sectoren van de verdoken prostitutie werden er nauwelijks prostituees teruggevonden die vroeger als raamprostituee bekend waren.
Pagina 93
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Het rapport Van San daarentegen beweert dat de verdoken prostitutie wel is toegenomen, maar dan vooral als gevolg van het bannen van de straatprostitutie. De Antwerpse gedoogzone voor raamprostitutie als regulatievorm wordt door de meeste actoren in Brussel met argusogen bekeken; hier worden niet altijd rationele argumenten voor aangedragen en in de beeldvorming wordt de gedoogzone ook nogal eens verward met Villa Tinto, waarbij er wordt gesteld dat in de gedoogzone met vingerafdrukken wordt gewerkt (terwijl dit enkel zo is in Villa Tinto, en slechts met als doelstelling om het onderverhuren van vitrines te beteugelen en de veiligheid van binnen Villa Tinto werkende prostituees te beperken), terwijl Villa Tinto wordt vergeleken met een ‘ghetto’ voor prostituees, terwijl men hierbij waarschijnlijk eerder op de gedoogzone doelt (maar ook in de gedoogzone zijn er bijvoorbeeld nog restaurants, een discotheek, gh@pro, een politiekantoor etc.). Meer uitwisseling tussen beide steden zou ertoe kunnen bijdragen dat good practices gemakkelijker hun weg vinden over en weer. De belangrijkste knelpunten in Antwerpen zijn om te beginnen het ontbreken van een goed inzicht in de besloten prostitutie. Sinds 2003, toen de cel Zeden van de lokale recherche werd geheroriënteerd, is er geen systematische controle meer op de situatie in bars, clubs en andere besloten vormen van prostitutie. Enkel de afdeling pandtoezicht van Integrale Veiligheid komt nog kamers tellen om deze door te geven aan de lokale belastingen, maar houdt geen toezicht op de werksituatie of de mensenhandelproblematiek in deze vormen. Daarnaast is er ook slechts een beperkte aandacht voor de problematiek (o.m. van minderjarigen) in de jongensprostitutie, en de halfslachtige, eenzijdig repressieve aanpak voor de straatprostitutie. Vooral deze laatste problematiek blijft het stadsbestuur achtervolgen en de repressieve aanpak lijkt intussen zijn limiet te hebben bereikt; om de overlast en de welzijnsproblematiek van de straatprostituees ten gronde aan te pakken lijkt een meer integrale aanpak, met ondermeer de ontwikkeling van een afgezonderde tippelzone en een uitgebouwd zorgtraject toegespitst op verslaafde prostituees, de enige oplossing.
Pagina 94
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
10 Rotterdam
10.1
Vormen, aard en ruimtelijke aspecten
De prostitutiebranche in Rotterdam werd geruime tijd gekenmerkt door bordeelprostitutie op Katendrecht. Katendrecht was lange tijd een tussenstation in de route tussen Amsterdam en Antwerpen, en met Rotterdam verbonden door middel van een veerpont. Na aanleg van een haventerrein in 1911 was Katendrecht een schiereiland geworden met goedkope arbeidswoningen, zeemanskroegen, goedkope logementen en spoorwegemplacementen. De aanwezigheid van zeelui trok prostituees naar het havengebied. Toen in de jaren zeventig de verstandhouding tussen de bewoners en de exploitanten van de bordelen verslechterde, kwam in 1981 een definitief einde aan de prostitutie in Katendrecht. De bordelen vestigden zich, veelal in de vorm van privé-huizen, verspreid door de stad. Daarnaast was en is animeren, het oppikken van klanten in een bar of café, in Rotterdam nog steeds een belangrijk fenomeen binnen de prostitutie. Dit gebeurt van 122
oudsher vooral in het Scheepvaartkwartier
. In de jaren tachtig was straatprostitutie
in opkomst, zoals in meerdere steden in Nederland. Aanvankelijk vond er een concentratie plaats aan de G.J. de Jonghweg, maar in 1994 werd een gedoogzone aan de Keileweg, een doorgaande weg in een bedrijventerrein, geopend. Op de zone werden afwerkplekken en een huiskamer ingericht, een veilige plek waar de – veelal drugsverslaafde - prostituees uit konden rusten, douchen en drugs gebruiken.
122
Goderie et al., 2006.
Pagina 95
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Tevens vond er verstrekking van condooms, injectienaalden en eten plaats. Inmiddels is de tippelzone opgeheven, omdat deze niet goed functioneerde en er mensenhandel en daaraan gerelateerde criminaliteit voorkwam. Voor zover bekend heeft de sluiting van de tippelzone niet tot noemenswaardige verplaatsing in de openbare ruimte geleid. Op 1 oktober 2000 werd in Nederland de opheffing van het bordeelverbod van 123
kracht
. Het doel van de opheffing is dat gemeenten prostitutie beter kunnen
reguleren, onder andere door het invoeren van een gemeentelijk vergunningenbeleid voor pandgebonden prostitutie. Ook in Rotterdam werd een vergunningstelsel voor pandgebonden prostitutie ingevoerd. Een van de uitvloeiselen van het invoeren van het vergunningenbeleid in Rotterdam was de verschuiving van prostitutievormen. Onderzoek heeft uitgewezen dat de prostitutiebranche verschoof van vergunningplichtige (pandgebonden) prostitutie richting escortservice, straatprostitutie 124
en virtuele bemiddeling/exploitatie (internet)
. Om meer grip te krijgen op de meer
verborgen vormen van prostitutie, waaronder escort, is momenteel een wetsvoorstel 125
voor landelijke vergunningplicht voor exploitatie van prostitutie in voorbereiding
In de prostitutiebranche in Rotterdam waren in 2000 ongeveer 3.000 prostituees actief
123 124 125 126
126
.
De Savornin Lohman et al., 1999. Goderie et al., 2002. Ministerie van Justitie, 2008. Goderie et al., 2006.
Pagina 96
.
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Rotterdam kent de volgende prostitutievormen (tussen haakjes is een schatting van het aantal werkzame prostituees per dag aangegeven):
PROSTITUTIEVORMEN ROTTERDAM Publieke vormen
-
Straatprostitutie: de tippelzone aan de Keileweg is in 2005 gesloten.
Besloten vormen
Legaal: -
Privé-huizen, incl. privé-salon voor Thaise massage (70)
-
Seksclubs (130)
-
Erotische massagesalons (30)
-
Uurhotels
-
Kamerverhuurbedrijven (28)
-
Sauna’s (20)
-
SM-studio’s (<10)
-
Escortbedrijven (veelal regionaal georganiseerd) (25)
-
Thuiswerksters (>28)
-
Seksshops met cabines en seksbioscopen (20)
-
Overig (20)
Illegaal:
127
128 129
130
-
Erotische massagesalons (veelal Thais);
-
Escortbedrijven;
-
Chinese kappers;
-
Turkse horeca;
-
Zonnestudio’s;
-
Sauna’s;
-
Animeren in horeca;
-
Omgekeerd tippelen.
127
Geen nauwkeurige schatting mogelijk, afhankelijk van dagelijkse klandizie en niet te achterhalen of prostituee legaal of illegaal is. 128 Geen nauwkeurige schatting mogelijk omdat thuiswerksters niet vergunningplichtig zijn. 129 Zowel seksshops met cabines als seksbioscoop valt binnen het begrip ‘seksinrichting volgens de definitie als opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening van Rotterdam. 130 Omvang niet bekend.
Pagina 97
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Het aantal vergunde bedrijven is exact bekend, maar het aantal daar werkzame prostituees niet. In totaal zijn 63 seksinrichtingen in bezit van een vergunning. Hier zouden ongeveer 400 personen gemiddeld per dag seksuele diensten verlenen. Opvallend is dat de wijze waarop een bedrijf gepresenteerd wordt, niet altijd overeenkomt met wat er in de vergunning vermeld staat. Uit onderzoek wordt geconcludeerd dat er bij de vergunningverlening geen eenduidige terminologie voor de 131
invulling van het type exploitatie en de aard van het bedrijf gehanteerd wordt
.
Illegale praktijken, zoals mensenhandel, uitbuiting of dwang, binnen de vergunde branche in Rotterdam zijn – door nauwgezet toezicht en handhaving- nagenoeg verdwenen. Er blijken nog wel andere illegale en semi-legale praktijken, zoals prostituees met een pooier op de achtergrond, vrouwen die toch onder een bepaalde dwang werken en drugshandel, voor te komen. De precieze aard en omvang hiervan zijn niet bekend. Over het illegale deel van de branche bestaan geen statistische gegevens. Het betreft hier vooral erotische massagesalons, escort, reguliere dienstverlening en horeca met een prostitutiecomponent, animeren en het zogenaamd omgekeerd tippelen, waarbij door loopjongens contact wordt gezocht met klanten. Vanwege de vluchtige aard van dit deel van de branche is dit aandeel alleen te schatten. Aangenomen wordt dat het aantal illegale prostituees minstens net zo groot, maar waarschijnlijk omvangrijker, is dan de legale branche. Een beredeneerde schatting van het gemiddeld per dag 132
werkzame personen ligt op 450
.
Publieke vormen Raamprostitutie Opvallend voor Rotterdam is dat er, in tegenstelling tot enkele andere grote steden in 133
Nederland, geen raamprostitutie voorkomt
. Dit type prostitutie wordt sinds de
jaren zeventig niet meer gedoogd en is sindsdien uit het straatbeeld verdwenen. Straatprostitutie Straatprostitutie is in 2005 op lokaal niveau verboden en als gevolg daarvan is de prostitutiezone aan de Keileweg is gesloten. De meeste verslaafde prostituees zijn in zorgtrajecten opgenomen en enkelen hebben hun heil gezocht in niet-vergunde 134
prostitutie
131 132 133 134
.
Goderie et al., 2006. Goderie et al., 2006. Interview Directie Veiligheid en Mensenhandel, gemeente Rotterdam. Idem.
Pagina 98
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
In de straatprostitutie waren onder meer vrouwen uit Peru, Duitsland, Marokko, 135
Suriname, Groot-Brittannië, Montenegro, België en Roemenië werkzaam
. Met de
herontwikkeling en het repressieve beleid rond het Centraal Station en andere publieke ontmoetingsplaatsen is de zichtbaarheid van de eerder aanwezige jongensprostitutie afgenomen. Voor het werven van klanten wordt steeds meer gebruik gemaakt van het internet. Omgekeerd tippelen Er vind in Rotterdam ook zogenaamde omgekeerde prostitutie plaats door middel van 136
(loopjongens van) pooiers, die in de openbare ruimte op zoek gaan naar klanten
.
Klanten zijn bekend geraakt met dit fenomeen en zij gaan zelf op zoek naar prostitutiecontacten. De handelswijze is hierbij als volgt; De prostituant rijdt in de auto naar bepaalde straten in Rotterdam. Hij gaat langs de weg staan en na verloop van tijd tikt er (meestal) een Turkse of Marokkaanse jongere op de autoruit, die drugs en/of prostituees aanbiedt. Bij interesse wordt er per GSM een prostituee geregeld voor een lagere prijs dan in de gangbare escort. De vrouwen zijn jong, soms minderjarig, en veelal van Bulgaarse, Roemeense, Turkse en Marokkaanse afkomst. Vaak is hier sprake van een duidelijke verbinding tussen drugs- en mensenhandel. Besloten vormen Panden De pandgebonden prostitutie (zowel legaal als illegaal) in Rotterdam is versnipperd en bevindt zich langs verkeersaders aan de rand van het centrum. Ten tijde van de legalisering van de prostitutie in 2000 hebben 88 bedrijven een vergunning gekregen, deze locaties zijn aldus aangewezen als prostitutielocaties. In het nieuwe vergunningenstelsel worden geen nieuwe vergunningen meer verleend, alleen heraanvragen worden mogelijk gehonoreerd. In 2006 waren nog 63 bedrijven in het 137
bezit van een vergunning
. De teruggang in het aantal vergunningen is voornamelijk
te verklaren doordat exploitanten de bedrijvigheid beëindigd hebben. De bedrijven die niet gesloten zijn, waren in de periode 2000-2006 niet actief. De vergunningen van deze laatste groep zouden binnen bepaalde tijd weer geactiveerd kunnen worden. In privé-huizen wordt de meeste prostitutie bedreven door prostituees uit onder andere Nederland, Hongarije, Bulgarije en Polen. In clubs werken veelal vrouwen uit
135 136 137
Goderie et al., 2006. Interview Controleteam Prostitutie en Mensenhandel, Politie Rotterdam-Rijnmond. Goderie et al., 2006.
Pagina 99
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Nederland en Zuid-Amerika en in animeerbars vrouwen uit Oekraïne, Rusland en Litouwen. Escort De vergunde escortbranche heeft te maken met een slechte markt, vanwege het gebrek aan prostituees die bemiddeling aanvaarden. De escort is vooral interessant voor prostituees die anoniem willen of moeten blijven. Het werken bij een vergund bedrijf betekent dat ze zich kenbaar moeten maken bij instanties en dergelijke. Hierdoor kiezen veel prostituees voor het werken in de anonimiteit (zelfstandig of illegaal). Opmerkelijk is dat de niet vergunde escortbureaus vaak voor een heel scala aan nationaliteiten en etniciteiten bemiddelen. Dit is bij vergunde bureaus in mindere mate het geval. Typerend voor Rotterdam is de grote Turkse gemeenschap, waarin de vraag naar (illegale) prostituees groot is
138
. Hierbij is de meeste vraag naar Bulgaarse
prostituees, vanwege het feit dat ze dezelfde taal spreken. Internet Het internet biedt, als laagdrempelig en anoniem medium, talloze mogelijkheden om vraag en aanbod rondom prostitutie samen te brengen. Een bekend fenomeen op het internet is webcamprostitutie. Hierbij wordt contact gelegd met een prostituee die voor de camera seksuele handelingen verricht. De webcammers zijn meestal meerderjarige personen die deze werkzaamheden vrijwillig verrichten. Vaak is er echter ook de keuzemogelijkheid voor ‘teencams’, waar minderjarigen te zien zijn. In het aanbod is niet duidelijk welke prostituees Rotterdam bedienen, wel wordt duidelijk welke 139
prostituees in Nederland werkzaam zijn
.
Thuiswerk Naast de vergunde inrichtingen bestaat er ook het zogenaamde thuiswerk, hetgeen in Rotterdam niet vergunningplichtig is zolang de prostituees individueel en vanuit hun eigen woonhuis opereren. Klanten worden vooral geworven via internet, GSM, via-via en advertenties in de krant en op teletekst. De combinatie van de wijzen van contact zoeken en het werken zonder vergunning, maakt deze groep moeilijk traceerbaar. Thuiswerkende prostituees komen veelal uit Nederland en Oost-Europa, waaronder 140
Rusland
138 139 140
.
Interview Controleteam Prostitutie en Mensenhandel, Politie Rotterdam-Rijnmond. Interview Controleteam Prostitutie en Mensenhandel, Politie Rotterdam-Rijnmond. Idem.
Pagina 100
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Ruimtelijke aspecten De pandgebonden prostitutie, zowel legaal als illegaal, in Rotterdam is versnipperd. Er is sprake van enige mate van concentratie langs verkeersaders als de ’sGravendijkwal, Delfshaven, Dordtselaan en het Marconiplein. In het havengebied, vroeger bekend om zijn straatprostitutie, vindt nu vooral prostitutie plaats in animeerbars in het Scheepvaartkwartier. Er is tevens sprake van een groep Oost-Europese (veelal) escortprostituees die tussen Rotterdam en 141
Leeuwarden heen en weer pendelt
. Een mogelijke verklaring is het feit dat beide
steden een grote Turkse gemeenschap hebben, waarbinnen de vraag naar vrouwen die dezelfde taal spreken groot is.
10.2
Zorg en welzijn
Uit onderzoek is gebleken dat de prostituees in Rotterdam vooral blootstaan aan onveiligheid, slechte arbeidsomstandigheden, verslavingsproblematiek, onveilige seks en sociaal isolement. Onveiligheid is een belangrijk onderdeel van het leven als prostituee, met name onder de prostituees die werkzaam zijn in de illegale sector. In de illegale prostitutie is het gevaar voor mensenhandel groot en is er vaak sprake van uitbuiting, geweld en slechte arbeidsomstandigheden. De arbeidsomstandigheden in vergunde seksinstellingen worden regelmatig gecontroleerd en hier komen dan ook weinig misstanden, zoals mensenhandel of uitbuiting, voor. De afdeling Milieu en Hygiëne van de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) controleert jaarlijks de vergunde inrichtingen op hygiëne. Ook worden de inrichtingen driemaal per jaar bezocht ter preventie van seksueel overdraagbare aandoeningen en HIV. Bij niet-vergunde bedrijven vindt geen periodieke controle plaats. De politie raadt hulporganisaties het bezoeken van de illegale branche zelfs af vanwege eventuele agressie. De hulporganisaties hebben dan ook alleen zicht op het vergunde deel van de branche. Over de arbeidsomstandigheden buiten de vergunde sector is zodoende ook weinig bekend. Sociaal isolement is een psychisch risico waar veel prostituees aan blootgesteld zijn. Vooral Oost-Europese vrouwen zijn door hun sociaal isolement gemakkelijk in de prostitutie te houden. De Oost-Europese vrouwen komen namelijk veelal uit de zigeunerminderheid in hun land van herkomst (o.a. Bulgarije) en werden daar al als minderwaardig gezien en behandeld. 141
Idem.
Pagina 101
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Deze vrouwen worden vaak misleid en naar Nederland gehaald, waar ze niemand kennen, geen kennis hebben van de wetgeving en waar ze de politie en overheid niet vertrouwen. Als zij uit de prostitutie willen stappen, zijn hun mogelijkheden tot een ander leven beperkt. Advocaten van de tegenpartij proberen vaak aan te tonen dat zij in het land van herkomst ook al losbandig waren in hun seksleven om zodoende de vrouwen ook geen weg terug naar hun land van herkomst te bieden. De politie heeft moeite om met deze Oost-Europese vrouwen te werken vanwege hun sterke overlevingsdrang en het feit dat zij de overheid vaak niet vertrouwen, waardoor zij weinig loslaten. In alle vormen van prostitutie zijn Oost-Europese vrouwen werkzaam. Verandering in de visumplicht, waaronder de afschaffing hiervan voor Bulgaren, zijn direct merkbaar geworden door de aanwas van prostituees uit deze landen. Anders dan in veel andere steden, komt verslaving onder prostituees in Rotterdam steeds minder voor. Eerder was dit het grote probleem onder de straatprostituees aan de Keileweg. Deze groep verslaafde straatprostituees is na de sluiting van de tippelzone echter grotendeels afgekickt en uitgestroomd via zorgtrajecten, begeleid door Prostitutie Maatschappelijk Werk. De vrouwen zijn opgevangen door Bouman Geestelijke Gezondheidszorg, waarna ze in huizen voor Intensief Begeleid Wonen 142
(IBW) met oud-collega’s terecht gekomen zijn
.
Voorzieningen en organisaties In Rotterdam is een klein aantal grote hulporganisaties actief, te weten: de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD), Rode Draad en het Prostitutie 143
Maatschappelijk Werk (PMW)
. De GGD is voornamelijk werkzaam op het terrein
van volksgezondheid. Hieronder vallen onder andere advisering over vergunningaanvraag, preventie van seksueel overdraagbare aandoeningen en HIV, versterking van de positie van prostituees en het vervullen van een vertrouwensfunctie. Hiernaast coördineert de GGD de Ketenaanpak Mensenhandel. Prostitutie Maatschappelijk Werk is een onderdeel van de stichting Humanitas Thuiszorg en Maatschappelijke Dienstverlening Rotterdam. PMW houdt zich voornamelijk bezig met individuele hulpverlening, advies en informatie, veldwerk en voorlichting. Zij verwijzen onder andere door naar organisaties die medische, psychiatrische, psychologische en sociale zorg bieden.
142
Archief Zorg & Welzijn. Bouman Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) verleent zorg aan mensen die lijden aan verslavingsziekten of andere psychische ziekten. 143 Sociale Kaart Jeugdprostitutie, 2006.
Pagina 102
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
De Rode Draad is een belangenorganisatie voor prostituees die zich hoofdzakelijk richt op informatieverschaffing aan prostituees door wekelijkse bezoeken aan prostituees op hun werkplek. Er is een tweemaandelijks overleg tussen de hulporganisaties en zij zijn ook vertegenwoordigd in de Ketenaanpak Mensenhandel, waarin ook andere partijen, zoals politie en Belastingdienst, zitting hebben. Binnen de samenwerking zijn de lijnen kort, al zijn de organisaties groot. De ketenaanpak als best practice wordt verder uitgewerkt in de paragraaf Institutionele kaders. Ook zijn er veel kleinere organisaties bekend die zich voornamelijk bezighouden met preventie, zoals Vrouwenopvang, Scala en het Scharlaken Koord. Deze werken vooral zelfstandig, maar worden regelmatig door de grotere partners geconsulteerd. Er bestaat geen volledig beeld van de cliënten die door de kleinere organisaties begeleid worden. Bij de preventie die uitgevoerd wordt, ligt de nadruk op het herkennen van signalen van prostitutie en mensenhandel. De GGD geeft een signalenlijst uit op scholen en zorgt voor voorlichting en PMW heeft een centraal meldpunt waar signaleerders worden geholpen met het duiden van deze signalen. Succesvolle initiatieven Beschermingsarrangement Na onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut wordt in Rotterdam gebruik gemaakt van het beschermingsarrangement. Hierbij wordt de volgende definitie gebruikt: “Een beschermingsarrangement is een samenstel van formele en informele afspraken, procedures en institutionele inspanningen dat erop is gericht essentiële belangen van burgers te beschermen en dat voldoet aan de rechtsstatelijke criteria dienaangaande” 144
. Vanuit het perspectief van de prostituees wordt bekeken hoe verschillende
partijen zo effectief mogelijk bescherming van de betrokken vrouwen kunnen organiseren. Kerndoel van het beleid is de bescherming van de betrokken prostituees. Het arrangement is gericht op twee complementaire doelen: een versterking van de legale sector en een betere afstemming in de aanpak van de illegale sector. Hiervoor zijn onder andere een signalenlijst, voor het signaleren van tekenen van mensenhandel en/of uitbuiting, en een meld- en verwijsroute opgesteld en een protocol voor opvang en hulp opgesteld.
144
Goderie et al., 2006, p. 84.
Pagina 103
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Netwerk Mensenhandel Prostitutie Maatschappelijk Werk (PMW) coördineert een netwerk voor integrale opvang van en hulpverlening aan slachtoffers van mensenhandel in de regio 145
Rotterdam
.
Slachtoffers van mensenhandel die in de prostitutie geraakt zijn, komen op twee manieren in contact met PMW. Enerzijds zijn er de meldingen van de Stichting Tegen Vrouwenhandel (STV) die een vrouw in Rotterdam kan plaatsen, waarna PMW een zorgtraject voor de cliënt uitzet. Dit betreft vrouwen die in een andere provincie onvrijwillig of onder misleidende voorwaarden in de prostitutie hebben gewerkt. Daarnaast kunnen slachtoffers van mensenhandel bij PMW worden aangemeld door instellingen uit Rotterdam en omgeving, via veldwerk, vrienden of familie. Mits zij veilig kunnen verblijven in de regio Rotterdam, kunnen zij voor begeleiding bij PMW terecht; anders zoekt PMW in overleg met STV een veilige plek buiten de regio. De cliënten die bij PMW bekend zijn als slachtoffers van mensenhandel worden geregistreerd door STV en het Bureau Nationaal Rapporteur Mensenhandel. Tweemaal per jaar wordt een netwerkbijeenkomst georganiseerd, waarin de laatste ontwikkelingen in de bestrijding van mensenhandel en wetgeving worden uitgewisseld. Ook zijn er supportgroepen en trainingen op het gebied van scholing en werk beschikbaar. Sociale Kaart Jeugdprostitutie De Sociale Kaart is een instrument uit het Preventiepakket, onderdeel van de 146
Rotterdamse Aanpak Jeugdprostitutie
. De organisatie wordt gecoördineerd door de
Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) Rotterdam en bestaat verder uit het Lokale Zorgnetwerk, een samenwerkingsverband tussen hulpverlenende instanties die waar nodig actief hulp verlenen in de directe leefomgeving van de doelgroep. Het doel van de organisatie is het in een vroegtijdig stadium signaleren van problemen, het onderzoeken van meldingen en signalen, het organiseren van een passend zorgaanbod en het leiden naar reguliere zorg. Samenwerking met webmasters Door hulporganisaties worden sites waar geadverteerd wordt voor prostitutie regelmatig bezocht, om contact te kunnen leggen met prostituees. Er is samenwerking aangegaan tussen Prostitutie Maatschappelijk Werk (PMW) en enkele webmasters van
145
In dit netwerk participeren Vrouwenopvang Rotterdam (VR), Stichting Opvang Mensen in Knelsituaties (SOMIK), The Village (Leger des Heils), Noodopvangcentrum Vlaardingen (NOC), Bureau Rechtshulp, Bonded Labour in Nederland (BlinN) en Stedelijke Zorg (SoZaWe). Bron:Jaarverslag Prostitutie Maatschappelijk Werk, 2007. 146 Sociale Kaart Jeugdprostitutie, 2006.
Pagina 104
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
advertentiesites, waarbij adverteerders voor commercieel seksueel contact worden geattendeerd op het hulpaanbod van deze organisatie. Ook worden op internet de trends binnen de jongerencultuur gevolgd op het gebied van seksualiteit. Resocialisatietraject en uitstaphulp Uit onderzoek is gebleken dat veel prostituees het werk als tijdelijk zien, maar uiteindelijk toch langer in de prostitutie werken dan zij hadden gepland, onder andere 147
vanwege geldproblemen, multi-problematiek en eventueel ook onder dwang
.
Rotterdam loopt landelijk voorop waar het gaat om uitstapmogelijkheden voor prostituees. Veel prostituees stappen op eigen kracht, eventueel met begeleiding van 148
Prostitutie Maatschappelijk Werk, uit de prostitutie
. Soms brengt uitstappen echter
een veelheid aan problemen met zich mee. Te denken valt hierbij aan schulden, huisvestingsproblemen, verblijfsstatus e.d. Ook genieten prostituees nauwelijks arbeidsrechtelijke bescherming en ervaren problemen bij het in aanmerking komen voor sociale voorzieningen. Voor deze prostituees is het Resocialisatietraject ontwikkeld, een samenwerkingsverband van verschillende gemeentelijke en landelijke 149
partners
.
Voordat mensen in het traject opgenomen kunnen worden, moet er aan een aantal basiseisen voldaan zijn. Hieronder vallen onder andere een legale verblijfsstatus in Nederland en het onder controle hebben van eventuele verslavingsproblemen. Vaak is er sprake van multi-problematiek waarbij in praktische en psychische zin veel zaken aandacht behoeven, hierbij biedt PMW ondersteuning. Er is veel belangstelling uit het land voor het concept Resocialisatietraject. Zo heeft het PMW in Den Haag training gegeven over het opzetten van een resocialisatietraject en is ook vanuit Zwolle de vraag naar een soortgelijk project. Het resocialisatietraject van PMW dient hierbij als voorbeeld van een geïntegreerde hulp- en dienstverlening aan ex-prostituees.
10.3
Leefbaarheid
Er wordt in Rotterdam nauwelijks prostitutiegerelateerde overlast ervaren, noch vanuit legale noch vanuit illegale sector. Vergunde seksinrichtingen zijn gebonden aan allerlei vestigings- en bedrijfsvoeringsvoorwaarden, die mogelijke overlast beperken.
147 148 149
Vanwesenbeeck et al., 2002. Jaarverslag Prostitutie Maatschappelijk Werk, 2007.
Onder deze partners vallen o.a. de Dienst Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Dienst Stedenbouw en Volkshuisvesting, Reïntegratiebureaus, Stedelijk Maatschappelijk Werk en het Bureau Rechtshulp.
Pagina 105
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De politie streeft ernaar zesmaal per jaar steekproefsgewijs vergunde instellingen te controleren. Bij constatering van misstanden en/of overlast wordt de vergunning ingetrokken. De niet-vergunde instellingen worden, voor zover zij traceerbaar zijn, actief door politie opgespoord en hiertegen wordt direct opgetreden. Deze bedrijven geven over het algemeen weinig overlast, zij zijn gebaat bij een zo onopgemerkt mogelijk opereren. De tippelzone aan de Keileweg veroorzaakte wel overlast, maar deze prostitutie- en drugsoverlast op de Keileweg is na sluiting van het gebied afgenomen, hetgeen een positief effect heeft gehad op de hele stad. De sluiting van de tippelzone heeft geen noemenswaardige verplaatsingseffecten tot gevolg gehad; Er is geen sprake geweest 150
van het ‘waterbedeffect’, maar eerder van versnippering
. Een klein deel van de
prostituees is naar andere steden vertrokken om daar op de tippelzone te werken (voornamelijk Utrecht). Anderen zijn overgegaan naar escortservice, niet officiële prostitutieplaatsen, straatprostitutie of prostitutie via internet. Succesvolle initiatieven Interventieteams De inzet van interventieteams is gericht op het verbeteren van de leefbaarheid en veiligheid in Rotterdamse wijken. Tijdens bezoeken aan panden wordt nagegaan of verschillende zaken, onder andere met betrekking tot aanwezige personen in orde zijn
151
. De interventieteams worden ook getraind in het opvangen en doorgeleiden
van signalen van mensenhandel. Alijda-aanpak De Alijda-aanpak loopt al een aantal jaren er is officieel vastgesteld sinds september 2003. Toen werd door het College van Burgemeester en Wethouders een convenant gesloten met het Openbaar Ministerie, de Belastingdienst, de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD) en de politie Rotterdam-Rijnmond om malafide eigenaren van panden met alle ter beschikking staande wettelijke mogelijkheden aan te pakken. Met behulp van de Alijda-aanpak kunnen niet alleen malafide woningeigenaren maar ook faciliteerders, zoals notarissen en hypotheekverstrekkers worden aangepakt. Ook kunnen panden van deze partijen aangekocht worden. De kracht van de aanpak zit in de samenwerking tussen verschillende gemeentelijke en landelijke partijen 150 151 152
152
.
Interview Directie Veiligheid, gemeente Rotterdam. Geen illegaal in Nederland verblijvende of minderjarige prostituees toegestaan.
Partners: programmabureau Veilig, Directie Veiligheid, Dienst Stedenbouw en Volkshuisvesting, Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de politie, het openbaar Ministerie, de Fiscale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (FIOD), de Belastingdienst en Gemeentebelstingen
Pagina 106
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Er is inmiddels een lijst opgesteld van 450 eigenaren en/of verhuurders van wie ernstig vermoeden bestaat dat zij er malafide praktijken op na houden. De Alijdaaanpak heeft zich als succesvol bewezen door de strafrechtelijke onderzoeken die lopen en de hoge bedragen die als achterstallig belastinggeld geïnd zijn.
10.4
Criminaliteit
In Rotterdam bestaat de aan prostitutie gerelateerde criminaliteit voornamelijk uit mensenhandel, gedwongen prostitutie (met name in de illegale escortbranche), prostitutie door illegalen/minderjarigen en drugsgerelateerde criminaliteit. Er zijn verschillende verschijningsvormen van gedwongen prostitutie. Enerzijds is dit (internationale) mensenhandel, waarbij prostituees in een netwerk van georganiseerde criminaliteit onder dwang of misleidende omstandigheden in de prostitutie terecht komen. Anderzijds worden mensen de prostitutie ingelokt door emotionele chantage en dwang door pooiers en ronselaars (‘loverboys’). Slachtoffers van mensenhandel zijn veelal (illegale) vreemdelingen, maar ook personen jonger dan 18 jaar, leden van hechte migrantengemeenschappen en alleenstaande minderjarige asielzoekers (AMA’s) 153
zijn risicogroepen.
In Rotterdam komt de mensenhandel op kleine schaal voor en
bestaat dan veelal uit één man en/of vrouw die enkele prostituees exploiteert. Op grotere schaal wordt mensenhandel gefaciliteerd door stromannen (o.a. huisvesting, taxi’s). Het fenomeen mensenhandel overschrijdt slechts in enkele gevallen de landsgrenzen. Doordat de grenzen met Oost-Europa open zijn gegaan, is mensenhandel moeilijker aan te pakken. Oost-Europeese vrouwen die in de prostitutie werken, hebben geen visum meer nodig en kunnen niet meer in vreemdelingenbewaring genomen worden en zijn daardoor minder goed bereikbaar voor politie en hulpverlening. Jeugdprostitutie is wettelijk per definitie mensenhandel. Het gaat hier om een vorm van gedwongen prostitutie, omdat kinderen onder 18 jaar niet kunnen kiezen wat goed voor ze is. Strafbaar zijn zowel de pooier (als uitbuiter) en de klant (als ontuchtpleger). Op jeugdprostitutie is tot nu toe weinig zicht, maar het komt voor dat 18-jarigen door de politie worden ondervraagd en aangeven al een aantal jaar als prostituee werkzaam te zijn. De GGD spreekt van een vermoedelijke stabilisatie van het aantal gevallen. Rotterdam. 153
Actieprogramma Maatschappelijke Integriteit, 2007.
Pagina 107
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Zij vermoeden dat er ongeveer 125-150 gevallen van jeugdprostitutie per jaar plaatsvinden. Dit gebeurt volgens politie vooral in uitgaanscircuits en onder vrienden en bekenden. Zo waren er in Rotterdam nog wel eens zogenaamde ‘gangbangs’, een vorm van groepsseks, voornamelijk binnen de Antilliaanse gemeenschap. Specifiek voor jeugdprostitutie is de mate waarin de minderjarigen door hun pooiers door het land verplaatst worden om zodoende de pakkans te verminderen. Zo kan het voorkomen dat iemand ’s ochtends in Utrecht werkt en later op de dag in Amsterdam. Er wordt gesproken over het verhogen van de wettelijke minimumleeftijd van 18 naar 21 jaar, maar het is nog onduidelijk of hierdoor het beoogde doel zal worden 154
bereikt
.
Binnen de jeugdprostitutie is het met name moeilijk zicht te krijgen op jongensprostitutie en prostitutie van immigranten. Het Ministerie van Justitie is momenteel bezig met een landelijk onderzoek naar jongensprostitutie tot 18 jaar. De resultaten hiervan zullen pas over 1,5 jaar beschikbaar zijn. Immigranten raken vaak verzeild in de prostitutie doordat zij slachtoffer zijn geworden van zogenaamde ‘eercultuur’. Door verkrachting wordt de ‘waarde’ van de meisjes afgenomen, waardoor voor hen de drempel lager is om in de prostitutie te gaan of blijven werken. Van deze prostitutievorm is nu een beter beeld, onder andere door middel van samenwerking met zelforganisaties, waaronder ook islamitische organisaties. Met enige regelmaat zijn illegaal in Nederland verblijvende personen – al dan niet gedwongen- werkzaam in de hennepteelt. Een bijkomend probleem voor vrouwen kan zijn dat zij in deze setting gedwongen worden zich te prostitueren. Vaak worden slachtoffers van mensenhandel eerst verkracht. De slachtoffers komen veelal uit culturen waarin ze door verkrachting niks meer ‘waard’ zijn en in hun lot als prostituee berusten. Ook worden vrouwen in de illegale branche vaak gedwongen verdovende middelen te verkopen. Op kleine schaal wordt verslaving als machtsmiddel gebruikt om illegale prostituees in de branche te houden. In Rotterdam is slechts een klein deel van de prostituees verslaafd, dit aandeel is afgenomen sinds de sluiting van de tippelzone aan de Keileweg. Een duidelijke verbinding tussen drugs- en mensenhandel kan gevonden worden in het ‘omgekeerd tippelen’, waar loopjongens zowel drugs als (illegale) prostituees aanbieden. Binnen de aanpak van prostitutie in Rotterdam heeft escort de prioriteit, omdat dit de meest omvangrijke vorm van prostitutie is, hier veel misstanden (o.a. mensenhandel) plaatsvinden en er over deze vorm van prostitutie te weinig bekend is. 154
Ministerie van Justitie, 2008.
Pagina 108
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Eerder werd illegale escort aangepakt door middel van ‘uitlokking’. Als prostituee uitgedoste agentes in burger werden uitgezet om de prostituanten te beboeten die de ‘prostituee’ wilden oppikken. Ook werd er via echte prostituees informatie, onder andere over drugshandel, verkregen. Momenteel wordt hoofdzakelijk met opsporing via internet en advertenties gewerkt. Bij vermoedens van mensenhandel en/of illegale prostitutie wordt door politie een ‘afspraakje’ gemaakt met een prostituee. Bij ontmoeting met de prostituee moet snel gehandeld worden om ter plekke te kunnen bewijzen dat er sprake is van een misdrijf. Hierin ligt de moeilijkheid; als hier geen duidelijke bewijzen zijn, is de interventie mislukt. 155
Ook is er sprake van vrouwen die in vrouwen handelen
. In de context van
mensenhandel worden mannen vaak geportretteerd als daders en vrouwen als slachtoffers. Maar uit onderzoek is gebleken dat vrouwen ook andere, zelfs leidinggevende taken in netwerken van mensenhandel kunnen vervullen. De grootste groep vrouwen zijn, al dan niet gedwongen, werkzaam als uitvoerders voor de mannelijke leider(s), maar ook ‘partners in crime’ en madammen komen voor. Soms is de vrouw doorgegroeid van slachtoffer naar handlanger en in andere gevallen groeit de deelname van vrouwen in mensenhandel uit een bestaande (familie)relatie. Opvallend is dat de madammen veelal van Afrikaanse afkomst zijn. Succesvolle initiatieven Signalering illegale prostitutie door burgers In een aantal Rotterdamse wijken is door de gemeente een assertief beleid gevoerd om de wijkbewoners aan te spreken en te stimuleren zich in te zetten voor de sociale 156
cohesie in hun buurt
. Deze ogen en oren in de buurt kunnen signalen over illegale
prostitutie en/of mensenhandel opvangen en melden bij een meldpunt. Maatregel Inrichting Stelselmatige Daders (ISD) De maatregel ISD is een maatregel om meerderjarige stelselmatige daders, al dan niet met een verslavings- of psychiatrische problematiek, te plaatsen in een daartoe 157
aangewezen inrichting
. De wet is op 1 oktober 2004 in werking getreden en heeft
als doel stelselmatige daders, die door het plegen van reeksen delicten veel criminaliteit en onveiligheid veroorzaken, voor een periode van maximaal twee jaar in een speciale inrichting te plaatsen.
155 156 157
Siegel et al., 2008. Goderie et al., 2006. Website Openbaar Ministerie.
Pagina 109
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Voor stelselmatige geweldplegers zal in 2008 (super)snelrecht worden ingevoerd. Dat geeft een mogelijkheid tot eerder en meer gestructureerd ingrijpen.
10.5
Instituties
Tijdens het verkennend onderzoek is een inventarisatie gemaakt van de wet- en regelgeving op de diverse overheidsniveaus. Landelijke regelgeving Zoals gezegd werd het bordeelverbod bij wetswijziging van 1 oktober 2000 opgeheven. Achterliggende gedachte van de wetgever was dat het wenselijk werd geacht bedrijfsmatige vormen van prostitutie, waarin meerderjarige prostituees vrijwillig werkzaam waren, niet langer te verbieden, teneinde beter in staat te zijn deze vorm van prostitutie in goede banen te leiden, zo gezond, veilig en transparant 158
mogelijk te maken en te ontdoen van criminele randverschijnselen
. Tegelijkertijd
dienden de onaanvaardbare vormen van prostitutie, daar waar prostituees onvrijwillig in de prostitutie werkzaam waren, of waar het minderjarige dan wel illegale prostituees betrof, krachtig te worden bestreden. Naar het idee van de landelijk wetgever had de centrale overheid hierbij slechts een sturende taak voor zover het zou gaan om de totstandkoming van beleid en wetgeving op het gebied van het strafrecht, vreemdelingenrecht en de volksgezondheid. Voor het overige moest de publieke bemoeienis met prostitutie worden overgelaten aan gemeenten, omdat zij, als lokale overheid, het meest betrokken waren bij het verschijnsel. De rijksoverheid gaf gemeenten mee dat aan het te ontwikkelen prostitutiebeleid de volgende 6 doelstellingen ten grondslag zouden moeten liggen
159
-
Beheersing en regulering van exploitatie van prostitutie.
-
Verbetering van de bestrijding van exploitatie van onvrijwillige prostitutie.
-
Bescherming van minderjarigen tegen seksueel misbruik.
-
Bescherming van de positie van prostituees.
-
Ontvlechting van criminaliteit en seksindustrie.
-
Terugdringing van (exploitatie van) prostitutie door personen zonder geldige
:
verblijfstitel.
158 Het fenomeen straatprostitutie heet geen bedrijfsmatige vorm van prostitutie te zijn aangezien niet kan worden gesproken over bordeelhouderij. Deze vorm van prostitutie is dan ook niet strafbaar. 159 Memorie van Toelichting, Tweede Kamer vergaderjaar 1996-1997, 25437, nr.3, p. 4-6.
Pagina 110
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Om deze doelstellingen te kunnen bereiken was naar het idee van de wetgever naast bestuurlijke ook strafrechtelijke bemoeienis gerechtvaardigd. De toegestane exploitatie van prostitutie diende, ter bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de prostituee, door de overheid aan regels te worden gebonden. De strafbare vormen van prostitutie (prostitutie door minderjarigen, illegalen en onvrijwilligen) moest echter zowel bestuursrechtelijk als strafrechtelijk worden bestreden. Daarnaast is landelijke regelgeving van toepassing ten aanzien van: -
Belastingwetgeving (toezicht en controle op correcte vaststelling en inning van belastingafdrachten).
-
Sociale zekerheid (toezicht en controle op correcte vaststelling en inning van premieafdrachten).
-
Strafwetgeving (strafrechtelijke bestrijding van mensenhandel, seksueel geweld, seksueel misbruik en seksuele uitbuiting).
-
Arbeidsomstandighedenregelgeving (met daarin vereisten t.a.v. onder andere: voorkoming van noodsituaties, verzorgingsruimten, arbeidsplaatsen). SOIbestrijding, agressie en geweld.
Gemeentelijke regelgeving en beleid De gemeentelijke regelgeving aangaande prostitutie is opgenomen in Algemene Plaatselijke Verordening en uitgewerkt in nota Prostitutiebeleid. Onder vergunningplichtige seksinrichtingen vallen alle inrichtingen waar seksuele handelingen worden verricht. Ook inrichtingen waar seksuele handelingen worden verricht, zonder dat sprake is van prostitutie, worden aangemerkt als seksinrichting. Onder het begrip seksinrichting vallen o.a.: bordelen, seksclubs, sekshotels, privéhuizen, erotische massagesalons, parenclubs etc. Als prostitutie verricht wordt door één prostituee in de eigen woning, is het vrijgesteld van de vergunningplicht. Dit type prostitutie is dan ook moeilijk te controleren op tekenen van gedwongen tewerkstelling en/of mensenhandel. Ook escortbedrijven zijn vergunningplichtig, hetgeen ook geldt voor de niet-plaatsgebonden vormen van prostitutie, prostitutie die niet vanuit een voor publiek toegankelijke inrichting plaatsvindt. Hieronder vallen niet alleen de kantoren van waaruit escort gearrangeerd wordt, maar ook de gebruikte telefoons en websites, waardoor het een voor bestuurlijke sancties nauwelijks vatbare bedrijfstak is. Escortbedrijven zijn moeilijk aan regels te onderwerpen en het is moeilijk de regels te handhaven.
Pagina 111
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Op basis van het Rotterdamse vergunningstelsel dienen zij voor de gemeente aanspreekbaar te zijn middels een vast adres en alle telefoonnummers waarop zij voor klanten bereikbaar zijn. Er wordt een wetsvoorstel voorbereid dat bedrijven landelijk wil verplichten aan een 160
vast adres en een vast telefoonnummer verbonden te zijn
. Door het invoeren van
deze maatregel wil men meer zicht krijgen op de prostitutie en op de escortbranche in het bijzonder. 161
In de kern komt het gemeentelijke beleid van Rotterdam neer op het volgende -
:
Bescherming van de openbare orde en het woon- en leefklimaat. Beleid is gericht op decriminalisering van de prostitutiebranche, maar dit mag niet ten koste gaan van de openbare orde en het woon- en leefklimaat. Aanpak:
-
•
antecedententoets exploitanten seksinrichtingen;
•
strafbare feiten opgespoord door politie en vervolgd door OM;
•
optreden tegen strafbare feiten langs bestuurlijke weg.
Verbetering van de positie van de prostituee Beleid ter bevordering van de gezondheid en welzijn van de individuele prostituee. Als gevolg van het vergunningstelsel worden inrichtings- en bedrijfsvoeringseisen gesteld die ook van invloed zijn op de positie van de prostituee. De positie van de prostituee in de bedrijfsmatige prostitutie wordt in belangrijke mate bepaald door de relatie tussen de exploitant en de prostituee. De rol van de gemeente is bescheiden, maar zij zal toch waar nodig aanvullende maatregelen treffen. Aanpak: •
gerichte medische zorg, laagdrempelige voorzieningen SOI-controle;
•
hulpverleningsprojecten voor weerbaarheid, zelfredzaamheid en zelfrespect;
•
vergunningstelsel (bouwkundige eisen, sluitingstijden, eisen veilige seks).
-
Bestendiging bestaande situatie De gemeente heeft gekozen voor een zo soepel mogelijke overgang van het bestaande illegale prostitutieaanbod naar een legale en gereguleerde bedrijfstak. Om dit te bereiken wordt zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij het huidige aanbod. Het nieuwe beleid na opheffing van het bordeelverbod mag niet leiden tot ongelimiteerde groei van het (nationale en internationale)
160 161
Ministerie van Justitie, 2008. Bestuursdienst gemeente Rotterdam, 2000.
Pagina 112
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
prostitutieaanbod. Met het bestaande aanbod lijkt, qua aantal en spreiding over de stad, een redelijk stabiel evenwicht te zijn bereikt. Een (grote) toename van nieuwe seksinrichtingen zou dit kunnen verstoren, hetgeen tot overlast kan leiden. De derde reden om voor bestendiging te kiezen is dat een aanzienlijke toename van het aantal seksinrichtingen ongewenste (regionale) verplaatsingseffecten tot gevolg kan hebben. Uitsluitend bestaande inrichtingen komen voor een vergunning in aanmerking. De gemeente Rotterdam is ook op andere manieren actief in het prostitutiebeleid. Enkele voorbeelden hiervan zijn actieve voorlichting over prostitutie, het bevorderen van zelforganisatie en belangenbehartiging en het tegengaan van stigmatisering van prostituees, met name aan de onderkant van de markt. Ook is er een meldpunt voor prostituees, hulpverlening voor voormalige straatprostituees op de Keileweg en veldwerk voor jongensprostitutie opgericht teneinde de contacten met de doelgroep minder vluchtig van aard te laten zijn. De Rotterdamse deelgemeenten zijn redelijk autonoom in hun optreden. Omdat de prostitutiesector in de stad het grootst is, hebben slechts enkele deelgemeenten een lokaal prostitutiebeleid. Verder geldt het gemeentelijk prostitutiebeleid. Mochten er vanuit het gemeentelijke beleid acties op het niveau van een deelgemeente voorkomen, wordt dit afgestemd op het beleid van de betreffende deelgemeente. De legale branche wordt streng gecontroleerd, maar er is weinig aandacht geweest voor de illegale branche. Dit heeft erin geresulteerd dat de legale branche het moeilijker kreeg vanwege een slechtere marktpositie. De omvang van de legale branche is – mede als gevolg hiervan- afgenomen van 87 naar 63 inrichtingen. Dit echter heeft niet tot gevolg gehad dat de vraag is afgenomen, waardoor de illegale branche mogelijkheid kreeg om te groeien. Bij sluiting van een seksinrichting is gebleken dat de meeste prostituees de illegaliteit ingaan, er is bijna geen sprake is van overloop naar steden in de omgeving. Succesvolle initiatieven Handhavingsarrangement Prostitutiebeleid Middels het lokale Handhavingsarrangement Prostitutiebeleid Rotterdam zijn afspraken gemaakt met verschillende (keten)partners, waaronder politie, gemeente, GGD, het Openbaar Ministerie (OM), de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), Belastingdienst, Arbeidsinspectie en het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV).
Pagina 113
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
In het Handhavingsarrangement staan onderlinge handhavingsafspraken gericht op 162
verboden vormen van prostitutie en naleving van de vergunningplicht.
Het doel van de handhaving is het voorkómen en bestrijden van de verboden vormen van prostitutie (onvrijwillig, minderjarig, illegaal) en op de naleving van de vergunningplicht in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Voor wat betreft de strafrechtelijke handhaving heeft de bestrijding van mensenhandel zowel landelijk als lokaal prioriteit. De feitelijke acties die uitgevoerd worden, zijn onder andere het sluitingen van inrichtingen waar illegalen en/of minderjarigen werkzaam zijn. Ook houdt het handhavingsteam zich bezig met opsporing, vervolging van strafbare feiten die gerelateerd zijn aan prostitutie. Tevens vinden er handhavingscontroles op vergunningvoorschriften en schouwen in risicogebieden voor tippelprostitutie plaats door multidisciplinaire teams. Sinds de invoering van het Handhavingsarrangement in 2000 zijn meerdere inrichtingen gesloten. Controle en toezicht vinden plaats via algemene handhavingscontroles, onaangekondigde controles tijdens openingstijden. De uitkomst van het onderzoek van Verwey-Jonker was dat de gemeente er het beste aan zou doen de vergunde sector uit te breiden zodat de illegale prostitutie minder draagvlak 163
heeft
. Het gemeentebestuur heeft hierop geen actie ondernomen, hetgeen in de lijn
ligt van landelijke ontwikkelingen. De gemeente wil geen faciliteerder zijn van prostitutie en gaat ervan uit dat zichtbare bordelen de vraag stimuleren. Op dit moment is er een wetsvoorstel in voorbereiding dat ervoor pleit de vergunde sector uit 164
te breiden
.
Ketenaanpak De Rotterdamse ketenaanpak bestaat uit de, recent samengevoegde, onderdelen Mensenhandel en Jeugdprostitutie, waarbij het Handhavingsarrangement het kader van handelen vormt
165
. Het voordeel hiervan is dat er één ingang is naar de
gezamenlijke ketenaanpak van prostitutie en dat er naar buiten toe één aanpak is. Een mogelijk nadeel is het aanzienlijke aantal samenwerkende partners, waardoor de lijnen van communicatie lang dreigen te worden.
162 163 164 165
Bestuursdienst gemeente Rotterdam, 2000. Goderie et al., 2006. Ministerie van Justitie, 2008. Partners: GGD, Bureau Jeugdzorg, Reclassering, Prostitutie Maatschappelijk Werk, Openbaar Ministerie en politie.
Pagina 114
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Of dit daadwerkelijk een belemmering is zal de tijd leren. Het arrangement beperkt zich tot de gemeente Rotterdam, maar wordt waarschijnlijk uitgebreid tot regionaal beleid voor de aanpak van illegale prostitutie. In Rotterdam werden in 2004 signalen opgevangen van het bestaan van jeugdprostitutie. Hierop is in 2006 de gemeentelijke Ketenaanpak Jeugdprostitutie in het leven geroepen. Deze ketenaanpak ziet op preventie van jeugdprostitutie, zorg voor slachtoffers en opsporing van daders. De prioriteit ligt binnen deze keten bij de zorg voor de slachtoffers. De verschillende partijen werken samen op drie terreinen: preventie, hulpverlening/opvang en repressie. Doel van de ketenaanpak is het voorkomen van meer slachtoffers, het eerder signaleren van jeugdprostitutie, het eerder inzetten van interventies, het intensiveren van hulpverlening en zorg en het opsporen en vervolgen van daders. De ketenaanpak Mensenhandel is in 2007 onder regie van de gemeente Rotterdam tot 166
stand gekomen
. Deze keten biedt mogelijkheden om criminaliteit op het vlak van
prostitutie en op sociaal economisch gebied in gezamenlijkheid aan te pakken. De werkterreinen van de Ketenaanpak Mensenhandel zijn: -
entree (o.a. ronseling, ontvoering; faciliteerders: loverboys, smokkelaars)
-
huisvesting (overbewoning en uitbuiting, voornamelijk in de wijken Charlois, Feijenoord, Delfshaven)
-
identiteit (identiteitsfraude)
-
arbeid (uitbuiting, onderscheid prostitutie en niet-prostitutiegerelateerde arbeid)
Integrale horecacontrole Horecagelegenheden worden gecontroleerd door speciale handhavingsteams, bestaande uit politie, Vreemdelingendienst en externe partners, met als doel het verbeteren van de veiligheid door controle op naleving van regels. Deze handhavingsteams gaan in risico-horecagelegenheden op zoek naar signalen van mensenhandel en illegale prostitutie en melden dit aan het Controleteam Prostitutie en Mensenhandel (CPM) van politie. Ontwikkeling modelcontracten voor prostituees en exploitanten Het Ministerie van Sociale Zaken heeft opdracht gegeven modelcontracten voor het werken in de prostitutie op te stellen. 166
GGD Rotterdam-Rijnmond, 2007.
Pagina 115
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De modelcontracten voor het werken als zelfstandige ondernemers in clubs en privéhuizen liggen momenteel ter beoordeling bij het Ministerie van Financiën en het UWV. Over raamhuurcontracten is nog geen overeenstemming bereikt.
Vergunningstelsel voor seksinrichtingen In een nieuw wetsvoorstel wordt exploitatie van prostitutie landelijk vergunningplichtig 167
gesteld
.
Hiermee wordt een landelijk uniform kader neergezet voor controle, regulatie en handhaving van de prostitutie. Dit is met name belangrijk om zicht te krijgen op de escortbranche. Naast de landelijke vergunningplicht wordt ook geadviseerd een centraal register voor vergunninghouders in de escortbranche op te zetten. Gemeenten zijn hierbij verantwoordelijk voor de aanlevering van de gegevens en het up-to-date houden daarvan. Een toezichthouder kan hiermee, onafhankelijk van de plaats waar de vergunning is afgegeven, inzicht krijgen in de vergunning en de voorwaarden die daarbij van kracht zijn.
10.6
Conclusie
In zowel Brussel als Rotterdam bestaat geen volledig beeld van de exacte aard en omvang van de prostitutiebranche. In Rotterdam is ongeveer de helft van de branche inzichtelijk dankzij de vergunningplicht. In tegenstelling tot de Brusselse situatie is er in Rotterdam geen sprake meer van raamprostitutie en straatprostitutie. Raamprostitutie wordt vanaf de jaren zeventig niet meer gedoogd en de tippelzone is in 2005 gesloten. De handhavingsprioriteit ligt in Rotterdam op mensenhandel en prostitutie van minderjarigen. Uit het onderzoek is gebleken dat de prostituees in Rotterdam vooral blootstaan aan onveiligheid, slechte arbeidsomstandigheden, verslavingsproblematiek (in mindere mate), onveilige seks en sociaal isolement. Deze onderwerpen zijn ook in Brussel aan de orde. In Rotterdam zijn vooral de prostituees die werkzaam zijn in de illegale sector vatbaarder voor problemen. Het Ministerie van justitie ziet dan ook de uitbreiding van het vergunningstelsel als oplossing voor deze problematiek.
167
Ministerie van Justitie, 2008.
Pagina 116
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Er wordt in Rotterdam, in tegenstelling tot de situatie in Brussel, nauwelijks prostitutiegerelateerde overlast ervaren. Dit verschil is waarschijnlijk gerelateerd aan het niet aanwezig zijn van straatprostitutie, terwijl deze in Brussel voor de meeste overlast zorgt. Bovendien krijgen vergunde seksinrichtingen in Rotterdam problemen met het behoud van de vergunning als er meldingen van overlast gedaan worden. Illegale inrichtingen zijn om onopgemerkt te blijven juist gedwongen de overlast te beperken tot een minimum. De prostitutiegerelateerde criminaliteit in Rotterdam en Brussel komt in grote delen op hetzelfde neer, in beide steden komt vooral mensenhandel, prostitutie door illegalen en minderjarigen en drugsgerelateerde criminaliteit voor. Een van de duidelijkste items waarin Nederland en België van elkaar verschillen is de opvatting over prostitutie. In Nederland wordt prostitutie beschouwd als een maatschappelijk gegeven en probeert de overheid de overlast voor de maatschappij te reduceren door de branche te reglementeren. Een duidelijk voorbeeld hiervan is de vergunningplicht in Rotterdam. Het beleid in België is gebaseerd op abolitionisme, waarin prostitutie beschouwd wordt als een vorm van genderongelijkheid en uitbuiting van de vrouw. In de praktijk wordt het fenomeen echter opgevat als noodzakelijk kwaad waarmee op een maatschappelijk verantwoorde manier moet worden omgegaan, vergelijkbaar aan de Nederlandse situatie. In Brussel is onder meer geconstateerd dat de welzijnsinitiatieven ongecoördineerd zijn en er sprake is van een toenemende internationalisering van de prostitutie. Het prostitutiebeleid in Rotterdam kenmerkt zich, anders dan in Brussel, door een integrale aanpak van prostitutie en mensenhandel. Het beleid in Rotterdam is gericht op het decriminaliseren van prostitutie, bescherming van de openbare orde, verbetering van de positie van de prostituee en bestendiging van de bestaande situatie. De beleidsmaatregelen zijn vooral gericht op het opsporen en voorkomen van mensenhandel. Ook gedwongen prostitutie heeft prioriteit, hieronder vallen onder andere prostitutie van minderjarigen en illegalen. Om deze problematiek het hoofd te bieden is het Handhavingsarragement Prostitutiebeleid opgezet. In het arrangement is de samenwerking tussen de kernpartners, de politie, het openbaar Ministerie en de gemeente vastgelegd. Recentelijk is de ketenaanpak Mensenhandel samengevoegd met de ketenaanpak Jeugdprostitutie, de samenwerking wordt op dit moment vormgegeven en zal de paraplu zijn waaronder alle andere initiatieven vallen.
Pagina 117
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
In de samenwerking is belangrijk gebleken dat er rekening gehouden wordt met individuele beperkingen en prioriteiten van de verschillende organisaties. De vorming van een goed functionerende ketenaanpak heeft tijd gekost, tijd om te komen tot een gezamenlijke doelstelling en om te leren wat de partners voor elkaar kunnen betekenen. Momenteel wordt een landelijk wetsvoorstel voor regulering van de prostitutiebranche uitgewerkt door middel van vergunningplicht, zoals in Rotterdam al het geval is. Middelen die hierbij gebruikt gaan worden zijn onder andere een landelijk register voor vergunde escortinrichtingen en vergunningplicht voor thuiswerksters, waardoor beter zicht op deze, veelal verborgen, typen prostitutie verkregen wordt.
Pagina 118
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
11 Glasgow
11.1
Vormen, aard en ruimtelijke aspecten
Glasgow, met een inwonersaantal van plusminus 580.000, is de grootste stad in Schotland. Glasgow heeft van oudsher geen beste reputatie; de voormalige industriële gigant werd door velen ervaren als grauw en deprimerend. De stad heeft sinds de jaren zeventig echter een opmerkelijke omwenteling ondergaan: Nadat de scheepsbouw en de daaraan gerelateerde industrieën in de jaren 60 en 70 verdwenen kwam Glasgow vanaf de jaren 80 in opkomst als centrum van cultuur. In 1990 werd de stad zelf bekroond als ‘Europese stad van cultuur’. Glasgow heeft in de afgelopen decennia het imago weten om te buigen van ‘industriestad in verval’ tot ‘cultuurstad van betekenis’ De stad wordt bestuurd door de Glasgow City Council, bestaande uit 79 168
gekozen leden
.
Prostitutie in Glasgow is van oudsher met name geconcentreerd in twee gebieden binnen het centrum. In deze gebieden is (was) met name sprake van tippelprostitutie. Het betreft de volgende gebieden: •
Gebied ten westen van Central Station en verspreid over het centrum (met name tippelprostitutie gedurende de avond/nacht).
•
168
Op enkele hotspots oostelijk van het centrum (East End).
www.glasgow.gov.uk
Pagina 119
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
In de afgelopen vijf jaar hebben verschillende ontwikkelingen ertoe geleid dat de tippelprostitutie in Glasgow significant is gedaald. Recent onderzoek wijst uit dat om 169
en de nabij 50% van alle prostituees uit de ‘red light districts’ zijn verdwenen
. Dit
heeft slechts in geringe mate geleid tot een toename van straatprostitutie in de overige wijken van Glasgow. Over eventuele verplaatsing naar andere vormen van prostitutie is weinig bekend. Er is incidenteel bewijs dat vrouwen hun werkterrein hebben verplaatst van de straat naar flats en tegenwoordig via de mobiele telefoon werven
170
.
Om en de nabij een en derde van de prostituees is afkomstig uit het Verenigd Koninkrijk. Binnen het resterende gedeelte worden 14 verschillende nationaliteiten 171
onderscheiden, veel vrouwen zijn afkomstig uit Afrika en Oost-Europa
. Ook
mannenprostitutie komt voor in Glasgow. Mannen zijn vaak werkzaam in de straatprostitutie of werven via mobiele telefoon en internet. Exacte cijfers over mannenprostitutie zijn niet bekend. Zie ook ‘Zorg en Welzijn’, succesvolle initiatieven, Open Road Project, paragraaf 11.2. Omtrent de besloten vormen van prostitutie bestaat betrekkelijk weinig informatie. De autoriteiten zijn bekend met enkele clubs en privé-huizen verspreid over de stad maar precieze aantallen kent men niet. Onder de werking van de ‘Scotland Act 1982’, werden vanaf 1982 een toenemend aantal sauna’s en massagesalons vergund. Terwijl het in deze bedrijven slechts is toegestaan een (in de vergunning omschreven) aantal legale activiteiten te verrichten 172
blijkt meer en meer dat in veel van deze inrichtingen prostitutie plaatsvindt
. Tot op
heden ontbreken de middelen/ instrumenten om deze ontwikkeling te keren. De Glasgow City Council en de politie onderzoeken momenteel samen naar mogelijkheden om prostitutie in deze inrichtingen te weren. Zo wordt bekeken of de vergunning kan worden aangescherpt en worden vergunningaanvragen meer nauwlettend gescreend.
169 170 171 172
Evening Times, d.d. 21/01/08. Interview Jan Macleod, Women’s Support Project. Interview TARA ( Trafficking Awareness Raising Alliance).
Het fenomeen prostitutie is in Schotland niet strafbaar gesteld. Onder de werking van de Civic Government (Scotland) Act 1982, section 46(1) zijn activiteiten die leiden tot prostitutie (zoals uitlokking, en het leven van ‘immorele verdiensten’ ) echter wél strafbaar gesteld. Op de overtreding staat geen gevangenisstraf, maar een boete tot max. £500.
Pagina 120
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
PROSTITUTIEVORMEN GLASGOW
Publieke vormen:
-
Straatprostitutie vrouwen:
-
tot 5 jaar geleden:1000-1200 totaal, 80-120 per avond. Recentelijk teruggebracht naar enkele tientallen.
-
Straatprostitutie mannen: aantallen onbekend.
-
Straatprostitutie travestie: aantallen onbekend.
Besloten vormen:
11.2
-
Bordelen;
-
Escortbureaus;
-
Sauna’s en privé-appartementen;
-
Individuele prostitutie
173
.
Zorg en welzijn
Gezondheidsrisico’s De meeste vrouwen werkzaam in de straatprostitutie, kampt met een veelheid van problemen, waaronder: -
Armoede
-
Crimineel verleden
-
Huisvestingsproblemen
-
Seksueel/emotioneel misbruik en geweld (in heden en verleden)
-
Emotionele instabiliteit/psychische problemen
-
Werkeloosheid/gebrek aan opleiding
-
Alcohol-/drugsmisbruik
Recent onderzoek wijst dat uit dat bij benadering 95% van alle straatprostituees 174
drugs, voornamelijk heroïne, gebruikt
173
.
Geen definitieve statistiek over prostitutie, aantallen niet bekend.
174
Gebaseerd op Strathclyde Police Intelligence, Crime Management figures en gegevens van de Base 75 .
Pagina 121
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Veel vrouwen zijn werkzaam in de straatprostitutie om te overleven, slechts voor een 175
klein gedeelte was het een bewuste keuze
.
In Glasgow is de bescherming van en zorg voor de prostituees een van de Leitmotieven van het beleid. De Glasgow City Council, politie en de diverse betrokken instanties voelen het als een gemeenschappelijke ‘multi-agency’ verantwoordelijkheid om hiervoor zorg te dragen. Partijen hebben met elkaar initiatieven ontwikkeld die zijn gericht op zowel preventie, zorg en exit. Uitgangspunten hierbij zijn: -
Het ontwikkelen van preventief beleid teneinde vrouwen te weerhouden van prostitutie.
-
Te voorzien in duurzame alternatieven die vrouwen in staat stellen de prostitutie te verlaten (voorzien in woonruimte, werk/inkomen, kinderopvang, drugsopvang, educatie).
-
Het verzorgen van prostitutie-exit begeleidingstrajecten.
-
Het kweken van maatschappelijk bewustzijn omtrent de veiligheid en welzijn van vrouwen.
-
Het wijzigen van de publieke opinie omtrent het fenomeen prostitutie.
-
Het voorlichten van prostituanten omtrent het fenomeen prostitutie als zijnde een vorm van uitbuiting van vrouwen.
Betrokken partijen hebben –vanuit een gemeenschappelijk gedragen visie- een multidisciplinaire aanpak ontwikkeld waarbij uitvoering wordt gegeven aan 176
bovenstaande uitgangspunten
. Dit heeft geleid tot een tal van initiatieven.
Succesvolle initiatieven Routes Out of Prostitution De ‘Routes Out of Prostitution’ is een gezamenlijk initiatief van meerdere partners (Glasgow City Council, Drugverslavingsteam, Vrouwen Ondersteuningsproject, Politie, gevangeniswezen, opleidingsinstituut) waarbij de focus is gericht op de multiproblematiek van vrouwen. Binnen het samenwerkingsverband bestaat de overtuiging dat een aanpak alleen effectief kan zijn als alle betrokken partners de handen ineen slaan om barrières te slechten zodat het voor vrouwen mogelijk wordt de prostitutie te verlaten. Uitgangspunt hierbij is de ontwikkeling van een model waarbij een servicegericht hulpaanbod aan vrouwen wordt geboden, bestaande uit een brede range van lange en korte termijn interventies. Doormiddel hiervan worden vrouwen ondersteund bij het beëindigen van hun prostitutieactiviteiten en het deelnemen aan onderwijs, training en werkgelegenheidstrajecten. 175 176
Scottish Executive, 2004. Zie voor toelichting paragraaf 11.5.
Pagina 122
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
De twee belangrijkste partijen bij de ontwikkeling en uitvoering van dit model zijn ‘the 177
Routes Out Intervention Team’ en de ‘Base 75’
.
De Strathclyde City Police is verantwoordelijk voor de handhaving van wet- en regelgeving inzake prostitutie. Deze taak wordt echter uitgeoefend vanuit de gedachte dat prostituees veelal zélf slachtoffer zijn en blootstaan aan vele vormen van geweld. De politie neemt daarom actief deel aan initiatieven die prostituees beschermen. In die hoedanigheid maken zij deel uit van de ‘Routes Out of Prostitution Social Inclusion partnership’. 178
Open Road Project
Het Open Road project is een initiatief dat ondersteund wordt door de West Glasgow Community Health and Care partnership. Doelstelling van het project is de verborgen populatie van mannelijke prostituees te bereiken en ervoor te zorgen dat deze groep voorzien wordt van een adequaat zorgaanbod. De groep mannelijke prostituees blijkt een van de meest kwetsbare en meest lastig te benaderen groep binnen de branche. De gezondheidstoestand van de mannen is veelal slecht, vaak is er sprake van depressie, suïcidale neigingen, verslaving, en seksueel gerelateerde aandoeningen (HIV, SOI’s). Over aantallen mannelijke prostituees is vooralsnog weinig bekend. De Open Road Project werkt momenteel, samen met de Glasgow Caledonian University, aan een onderzoek naar de omvang en aard van prostitutie door mannen in Glasgow. Base 75 De Base 75 is een huiskamerproject, gesitueerd in het gebied nabij Central Station in Glasgow (voormalig centrum tippelprostitutiegebied). Het is opgericht vanuit een samenwerkingsverband tussen Glasgow City Social Work (dienst Sociale Zaken Glasgow) en de Greater Glasgow Health Board (Gezondheidsdienst). De Base voorziet in een time-outplek voor vrouwen tussen de werkzaamheden door. Er wordt mogelijkheden geboden om te douchen, kleren te wassen en te eten. Daarnaast worden condooms en naalden verstrekt. Tevens worden de volgende services verleend: -
Informatieverlening met betrekking tot o.a. exit-trajecten, drugsopvang, kinderopvang.
177 178
Slagvaardig multidisciplinair team, Belast met 1e opvang en doorgeleiding van vrouwen Open Road Project, 2007.
Pagina 123
Prostitutie Brussel in Beeld
-
Seinpost Adviesbureau BV
‘Beware-notices’. Boek met daarin waarschuwingen van vrouwen voor vrouwen voor gevaarlijke klanten (tevens bron voor street liason teams, zie hieronder).
-
Doorverwijzing naar tijdelijk onderdak.
-
Mogelijkheden tot medische check-up.
De Base 75 wordt bezocht door vrouwen werkzaam in alle typen van prostitutie. Er aparte inloopavonden georganiseerd voor vrouwen werkzaam in privé-huizen en clubs. Vrouwen mogen alleen gebruik maken van de service van ‘De Base’ als zij toestemmen in registratie. Het registratiesysteem van de Base is een van de weinige databases over prostitutie in Glasgow. Street Liason Teams De erkenning van de zorgbehoefte bij prostituees leidde tot de oprichting van de multifunctionele Street Liason teams. Het betreft hier politie wijkteams in burger met als taak: -
Het handhaven van de openbare orde, met name waar het overlast door prostitutie betreft.
-
Het reduceren van prostitutiegerelateerde criminaliteit.
-
Het toezien op de persoonlijke veiligheid van prostituees.
-
Het opbouwen van een vertrouwenrelatie met prostituees vanuit een ‘victim centered approach’.
-
Het bieden van hulp en voorlichting aan prostituees.
-
Het begeleiden van prostituees richting ‘Routes Out of Prostitution’.
De street liason teams zijn actief in de prostitutiehotspots in Glasgow. Zij spreken prostituees aan op overlastgevend gedrag maar zijn – door een laagdrempelige aanpak- tevens in staat vertrouwensrelaties met de vrouwen op te bouwen. Vanuit die positie is het mogelijk vrouwen door te verwijzen naar zorg/opvang faciliteiten als de Base 75. Ook wordt informatie ingewonnen die kan leiden tot het opsporen van daders van geweldsdelicten (waarbij tevens gebruik wordt gemaakt van het ‘beware’- book’ van Base 75) en mensenhandel. Deze informatie wordt vervolgens doorgespeeld aan de recherche en/of aan TARA (zie onder criminaliteit/mensenhandel). 218-project Het 218-project is ontstaan als initiatief vanuit een samenwerkingsverband tussen politie, justitie en zorginstellingen. Het project bestaat uit trajecten die (verslaafde) vrouwen worden aangeboden als alternatief op een gevangenisstraf. Het project biedt een afkickgelegenheid waarna vrouwen worden begeleidt richting ‘Routes Out Of Prostitution’.
Pagina 124
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Het Barbados-street team De leden van het Barbados street team maken contact met jonge kwetsbare vrouwen (jonger dan plm. 25 jaar) die rondhangen in de straten van Glasgow. Oorspronkelijk was het team niet ingericht op prostitutieproblematiek. Sinds men echter is toegetreden tot de Routes Out of Prostitution partnership wordt actief voorlichting verleend en hulp geboden teneinde jonge vrouwen ervan te weerhouden zichzelf te prostitueren. Communicatie De ervaring in Glasgow leert dat veel vrouwen geen gebruik maken van de aangeboden services omdat deze diensten worden benoemd als ‘services voor prostituees’. Vrouwen voelen zich hierdoor gestigmatiseerd. Teneinde meer vrouwen te bereiken zal – op initiatief van Glasgow City Social Work - op korte termijn slechts nog worden gesproken over initiatieven voor ‘kwetsbare vrouwen’.
11.3
Leefbaarheid
In de afgelopen jaren zijn de locaties waar tippelprostitutie van oudsher plaatsvond, ingrijpend getransformeerd. Zo is het gebied rondom Central Station- oorspronkelijk een commercieel centrum met bedrijvigheid van 9 tot 5- ontwikkeld tot een van de leidende financial and business service centers binnen het Verenigd Koninkrijk. In het betreffende gebied heerst sinds enkele jaren een 24-uurs economie, hetgeen ertoe leidde dat medewerkers van de diverse bedrijven in de avond- en nacht hinderlijk geconfronteerd werden met de prostitutiebranche; de medewerkers werden lastig gevallen door prostituanten en voelden zich geïntimideerd door de aanwezigheid van prostituees. Onder druk van zowel bewoners van de luxeappartementen aldaar als van bedrijven besloot de Glasgow City Council de straatprostitutie in beide gebieden te 179
reguleren
. Hiertoe werden de volgende maatregelen genomen:
Camerabeveiliging Vanuit de gedachte de openbare orde in twee ‘red light zones’ te herstellen en de gebieden veiliger te laten zijn voor zowel bewoners, bezoekers als prostituees, is in 1994 een CCTV-circuit aangelegd waarbij in de gebieden in totaal 32 camera’s zijn geplaatst.
179
Community Safety Department, Police Headquarters.
Pagina 125
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Onderzoek wees uit dat overlast en criminaliteit sinds de invoering van het CCTV180
circuit in totaliteit daalde
. Sommige typen overtredingen daalden echter slechts
licht (mishandeling, vandalisme, verkeersovertredingen). Conclusie was dat het CCTV-circuit zeker effectief is maar dan met name voor wat betreft het tegengaan van (zware) criminaliteit. Als instrument ter bestrijding van overlast lijkt het minder effectief. CCTV in combinatie, betere verlichting, adequaat politietoezicht (waaronder de street liason teams) hebben in Glasgow echter zeker vruchten afgeworpen. Met name het gebied rondom Central Station, dat voorheen bekend stond als ‘onguur en onveilig’ , behoort momenteel tot de een van de meest veilige en aantrekkelijke gebieden in het centrum van Glasgow
181
.
Street Liasonteams Zie onder ‘zorg en welzijn’, paragraaf 11.2 Kerb Crawl legislation Zie onder ‘instituties, wet- en regelgeving’, paragraaf 11.5 Resultaat van bovengenoemde maatregelen is dat -gedurende een periode van enkele maanden- de straatprostitutie in het gebied rondom Central Station is teruggedrongen van gemiddeld 20 prostituees per avond tot gemiddeld twee. Ook in East End is straatprostitutie aanzienlijk afgenomen. Tot op heden is niet duidelijk of de maatregelen hebben geleid tot een verplaatsing van de prostitutie (naar andere gebieden/en of de meer verdoken vormen). In de komende periode zal dit aspect voor zowel de Glasgow City Council als de politie een punt van aandacht zijn.
11.4
Criminaliteit
Mensenhandel Binnen de prostitutiebranche is mensenhandel een prominent probleem. Over de omvang ervan bestaat tot heden echter slechts anekdotische informatie. Vanuit registratie gegevens van de B75 is bekend dat zowel Schotse als buitenlandse 182
vrouwen slachtoffer van mensenhandel worden, veelal vanuit een schuldensituatie
180 181
Scottish Office Central Research Unit on July 7th 1999.
Gebaseerd op informatie van zowel de Glasgow City Council, Strathclyde Police als ook op basis van eigen waarneming 182 Veelal afkomstig uit Afrika (Nigeria) en Oost-Europa (Roemenie)
Pagina 126
.
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Vaak werden zij onder valse voorwendselen en met het vooruitzicht op aanzienlijke 183
inkomsten in de prostitutiescène van Glasgow tewerkgesteld
. De Glasgow City
Council is – in samenwerking met politie en justitie- in 2003 gestart met een verkenning naar het fenomeen vrouwenhandel ten behoeve van prostitutie in Glasgow. Dit initiatief resulteerde in 2004 in het project TARA (Trafficking Awarness Raising Alliance). Zie voor een toelichting van dit project onder ‘succesvolle initiatieven’, TARA. Overige criminaliteit De inzet van effectieve maatregelen als camerabeveiliging, verbeterde verlichting, inzet van de street liason teams intensief politietoezicht hebben ertoe geleid dat (straat)prostitutiegerelateerde criminaliteit (beroving, drugsdealen e.d.) in de prostitutiegebieden in Glasgow zijn gedaald. Gelet hierop heeft de prostitutiegerelateerde criminaliteit -anders dan mensenhandel- niet langer de hoogste prioriteit bij Council, politie en justitie. Succesvolle initiatieven Camerabeveiliging Zie onder ‘leefbaarheid’, paragraaf 11.3. Street Liasonteams Zie onder ‘zorg en welzijn’, paragraaf 11.2. TARA Ter bestrijding en voorkoming van mensenhandel kent Glasgow het TARA (Trafficking Awareness Raising Alliance-project). Het betreft een samenwerkingsverband tussen Glasgow City Council, Politie, justitie en immigratiedienst welke wordt gefinancierd met zowel Schotse als Europese gelden. De doelstellingen van het project zijn: -
Het kweken van bewustzijn voor mensenhandel door informatievoorziening (campagnes).
-
Het ontwikkelen van een methodiek om vrouwen te bewegen onder de vleugels van mensenhandelaren vandaan te komen.
-
Het ondersteunen en faciliteren van deze vrouwen (tijdelijke uitkering, behuizing, hulp bij aangifte e.d.).
183
Vrouwen dachten dat ze in de horeca zouden gaan werken of slechts een korte periode in de prostitutie, totdat de schulden waren terugbetaald.
Pagina 127
Prostitutie Brussel in Beeld
-
Seinpost Adviesbureau BV
Het ontwikkelen van contacten met landen van herkomst teneinde een veilige terugreis te bewerkstelligen.
-
Een integrale werkwijze (nauwe samenwerking met onder andere politie, justitie, social services, immigratie).
-
Het monitoren en evalueren van resultaten (momenteel wordt een database ontwikkeld).
Het TARA project wordt bemand door twee medewerkers van de Glasgow City Council. De medewerkers werken nauw samen met de Base 75 en the Routes Out Intervention Team teneinde optimale zorg en opvang te kunnen bieden. In het afgelopen jaar zijn zij erin geslaagd 19 vrouwen te helpen. In twee gevallen verdwenen vrouwen die met TARA-medewerkers in contact waren gekomen -waarschijnlijk door tussenkomst van mensenhandelaren- uit het zicht.
11.5
Instituties
Landelijke ontwikkelingen In 2003 werd door de minister van Justitie een Expert Group on Prostitution in het leven geroepen, bestaande uit vertegenwoordigers van politie, justitie, gezondheidszorg, parlement, gemeenten. De commissie heeft tot taak de juridische, politieke, welzijns- en sociale aspecten met betrekking tot prostitutie in kaart te brengen en te evalueren. De commissie werd opgericht nadat zich ten aanzien van prostitutie op zowel landelijk als lokaal niveau enkele ontwikkelingen hadden voorgedaan. Zo was er – vanuit zowel sociaal als politiek oogpunt- groeiende interesse voor de invoering van zogenaamde ‘Tolerance zones’ (gebieden waarin straatprostitutie wordt gedoogd) en voor wetgeving waarbij klanten van (straat)prostituees strafbaar werden gesteld. Een van de belangrijkste uitgangspunten van de commissie was dat hun werk zou moeten leiden tot een grotere mate van bescherming van vrouwen én bescherming van bevolkingsgroepen die last ondervinden van (gevolgen) van prostitutie. De commissie vergaarde informatie vanuit het Verenigd Koninkrijk en Europa en 184
bracht de situatie van de vier grootste steden van Schotland in beeld
. Uit het
onderzoek werden de navolgende kernfactoren met betrekking tot straatprostitutie in Schotland gedestilleerd:
184
Aberdeen, Dundee, Edinburgh en Glasgow.
Pagina 128
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
-
Seinpost Adviesbureau BV
Straatprostitutie moet worden gezien als een ‘manier van overleven’ voor vrouwen die veelal kampen met een veelheid aan persoonlijke problemen.
-
Armoede, drugsmisbruik, en in mindere mate alcoholmisbruik zijn intrinsiek verbonden met straatprostitutie.
-
Repressief optreden tegen straatprostitutie werkt contraproductief en zal de mogelijkheid om adequaat op te treden compliceren.
-
Zorg- en welzijnsinstellingen moeten speciaal worden toegerust op prostitutievraagstukken, willen zij effectief kunnen werken. 185
Naar aanleiding van het onderzoek deed de commissie de volgende aanbevelingen -
:
Ontwikkel een kenniscentrum op nationaal niveau waar informatie wordt verzameld over straatprostitutieproblematiek op lokaal niveau, lokale beleidsontwikkelingen en good practices.
-
Ontwikkel – indien noodzakelijk – een implementatieplan op lokaal niveau waarin het gehele spectrum aan beleid, diensten en voorzieningen is opgenomen. Het plan dient zich zowel te richten op behoeften van de prostituee als op gebieden waar de negatieve effecten van prostitutie worden ervaren.
-
Aan het plan moet een adequaat monitoring- systeem worden toegevoegd.
-
De aanpak van straatprostitutie moet worden opgevat als zijnde een gemeenschappelijke multi-agency verantwoordelijkheid.
-
Tegelijkertijd moeten zowel op nationaal als op lokaal niveau initiatieven worden ontwikkeld om de publieke opinie te vormen/beïnvloeden. Hierbij dient met name aandacht te worden besteed aan de gezondheidsrisico’s verbonden met seksuele omgang met prostituees en de elementen van misbruik die samenhangen met prostitutie.
De Scottisch Executive heeft de conclusies van de commissie grotendeels 186
overgenomen
. Zij ondersteunt de aanbevelingen om – in samenwerkingsverband -
lokale implementatieplannen te ontwikkelen. Zij is van mening dat dergelijke plannen op lokaal niveau moeten worden ontwikkeld in nauwe samenwerking met de politie, zorginstanties, de lokale bevolking en vrijwilligersinstanties. Initiatieven voor wat betreft educatie, preventie en schadebeperking moeten onderdeel uitmaken van het plan.
185 186
Scottish Executive, 2004. Dagelijks bestuur in Schotland.
Pagina 129
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Het instellen van tolerance-zones werd verworpen omdat er te weinig bewijs was geleverd dat dergelijke zones zouden bijdragen aan de veiligheid van vrouwen en/of overlast zou beperken. Voor wat betreft de conclusies aangaande wet- en regelgeving, zie hierna. Wet- en regelgeving Binnen het Verenigd Koninkrijk is prostitutie nooit strafbaar geweest. De wetgever heeft van oudsher gekozen voor een pragmatische aanpak waarbij alleen activiteiten verband houdend met prostitutie en bevoordeling uit prostitutie strafbaar zijn gesteld. Zo worden uitlokking tot prostitutie en voorzien in een inkomen door middel van prostitutie strafbaar gesteld. Daarnaast is (uiteraard) kinderprostitutie en 187
mensenhandel met als doel personen in de prostitutie te werk te stellen, strafbaar
.
De Expert Group on Prostitution concludeerde in haar onderzoek dat adequate wetgeving een van de belangrijkste instrumenten is om kwetsbare mannen en vrouwen te behoeden voor seksuele uitbuiting en misbruik. De commissie beoordeelde in dit licht de huidige wetgeving als discriminerend omdat alleen de prostituee strafbaar wordt gesteld en de prostituant ongemoeid wordt gelaten. Zij stelde voor de wet dusdanig aan te passen dat aanstootgevend gedrag gerelateerd aan prostitutie- veroorzaakt door zowel aanbieder als koper- strafbaar zou worden gesteld. Voortvloeiend uit deze aanbeveling is in 2007 de Kerb Crawl legislation in werking getreden. Kerb Crawl legislation In april 2007 is in Schotland de ‘Prostitution (Public Places) (Scotland) Act in werking 188
getreden, bekend geworden als de ‘Kerb Crawl legislation
. Onder deze nieuwe
wetgeving wordt het uitlokken van prostitutie strafbaar gesteld. Achterliggende gedachte bij de invoering van de Act was dat prostitutie moet worden gezien als een vorm van misbruik van vrouwen. Daarnaast worden gebieden waar (straat)prostitutie zich voordoet, geconfronteerd met aanzienlijke overlast en onveiligheid. Deze ongewenste effecten kunnen alleen effectief worden bestreden als binnen de prostitutie branche (ook) de vraagkant wordt aangepakt. Vanuit deze gedachte is 189
besloten prostituanten strafbaar te stellen
187 188 189
.
Civic Government (Scotland) Act 1982, section 46(1). Kerb crawling betekent, vrij vertaald, dralen aan de stoeprand.
Lord Advocates Guidelines to chief constables on the enforcement of prostitution related offences.
Pagina 130
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
De Act kent twee overtredingen, te weten; -
Het benaderen van een prostituee in openbaar gebied met als doel seksuele handelingen te verrichten.
-
Het dralen in openbaar gebied met als doel een prostituee te benaderen teneinde seksuele handelingen te verrichten.
Een persoon die zich schuldig maakt aan bovenstaand gedrag wordt gestraft met een boete van 1.000 pond. Visieontwikkeling Glasgow In 1998 ontstond in Glasgow de nodige maatschappelijk commotie rondom het fenomeen straatprostitutie nadat binnen een kort tijdsbestek zes prostituees werden vermoord. Aanvankelijk vermoedde men dat er sprake was van een seriemoordenaar. Onderzoek wees echter uit dat de prostituees om het leven waren gebracht door 190
personen waarmee zij in de uitoefening van hun beroep bekend waren geraakt
.
Naar aanleiding van deze gebeurtenissen zag de Glasgow City Council zich genoodzaakt actie te ondernemen. Voordat nieuw beleid werd ontwikkeld werd ervoor gekozen om, samen met alle andere betrokken partijen, een gemeenschappelijke visie op het fenomeen prostitutie te ontwikkelen. Mede onder druk van de publieke opinie zagen partijen zich genoodzaakt het gemeenschappelijke doel boven hun eigen doelstellingen te laten uitstijgen. Na een moeizaam proces waarbij partijen zich uitvoerig op de hoogte stelden van pro’s en contra’s van beleidsontwikkelingen in diverse Europese steden (en de gevolgen daarvan voor de prostituees) werd uiteindelijk door alle partijen nadrukkelijk de stelling ingenomen dat: Prostitutie moet worden aangemerkt als een vorm van uitbuiting van vrouwen en daarmee bestempeld als een significant probleem dat moet worden bestreden. Bij deze aanpak dient de zorg voor en de bescherming van de vrouwen echter altijd uitgangspunt te zijn. Van visie naar structuur Nadat zowel overheidsdienst als private partijen zich hadden gecommitteerd aan de gemeenschappelijk ontwikkelde visie aangaande prostitutie, werd naar een structuur gezocht waarin partijen konden samenwerken.
190
Klant, exploitant, drugsdealer etc.
Pagina 131
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Onder bezielende leiding van deputy counselor James Coleman werd allereerst een 191
‘Policy and Resourses Workinggroup on prostitution’ gevormd
. Deze groep had tot
doel een dusdanig samenwerkingsverband te organiseren dat sturing kon geven aan de ontwikkeling en sturing van integraal prostitutiebeleid. Vervolgens werd besloten 192
tot het aanstellen van een general manager prostitutiebeleid
. De general manager
was (en is) integraal verantwoordelijk voor beleidsontwikkeling, uitvoering en voorlichting aangaande het prostitutiebeleid. 193
Zij fungeert als ‘spin in het web’ richting alle betrokken partijen
, de vijf regio’s en
het gemeentebestuur en zorgt ervoor dat de belangrijkste thema’s aangaande 194
prostitutie bij de diverse partnerships (zie hierna) worden geagendeerd
. Besloten
werd vervolgens tot een structuur waarbij prostitutie als subthema werd ondergebracht in diverse themagerichte partnerships op strategisch niveau,waarbij de volgende partnerships werden onderscheiden: -
Glasgow Community Planning Partnership Executive Group (behandeld thema’s rondom community planning als Veiligheid, Gezondheid, Werken en Leren).
-
Glasgow Community Safety Partnership Board (behandeld alle thema’s rondom veiligheid).
-
Glasgow Violence Against Women partnership (behandeld thema’s rondom geweld tegen vrouwen, het subthema prostitutie zal hier met name vertegenwoordigd zijn).
De partnerships geven vervolgens sturing aan diverse werkgroepen die als volgt zijn onderverdeeld: -
GVAWP (Glasgow Violence Against Women) werkgroepen, gericht op bescherming, voorzieningen, preventie en WAIR (Women Asylum Immigration and Refugee Issues group).
-
Werkgroep gericht op seksuele commerciële exploitatie (onder deze werkgroep vallen onder andere de Routes out of Prostitution Partnership en TARA).
191 192
Loco-burgemeester van Glasgow.
In de persoon van Ann Hamilton, General Manager South East Locality & Central Policy & Development Glasgow Community & Safety Services 193 Partijen zijn (niet uitputtend): Glasgow City Council, Community & Safety services, Glasgow City Council, social work services, Glasgow City Council, Housing services, Council’s Personnel Services (werkgelegenheid) B75, Strathclyde police, Women’s Support Project, de 5 regio’s, publieke/private samenwerkingsverbanden als: the Routes Out Of Prostitution Social Inclusion Partnership, the prostitution intervention team, TARA. 194 Glasgow is administratief onderverdeeld in 5 regio’s. Binnen elke regio is een ‘lead-officer’ integraal verantwoordelijk voor alle regionale thema’s rondom openbare orde, huisvesting, sociale zaken, werkgelegenheid, gezondheid en welzijn en kan in die hoedanigheid ook op prostitutievraagstukken binnen de eigen regio worden aangesproken.
Pagina 132
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Indien noodzakelijk wenselijk worden vanuit de working groups projectgerichte subgroepen geformeerd. Voor zover mogelijk worden overheidsfinanciering afgestemd op de project die binnen de partnerships/working groups worden ontwikkeld. Op deze wijze is men er van verzekerd dat ook private partijen toegewijd blijven.
11.6
Conclusie
Zoals gezegd is er in Glasgow- evenals in Brussel voorafgaand aan dit onderzoekweinig bekend over de exacte aard en omvang van de prostitutiebranche. Met name over de besloten vormen van prostitutie en de prostitutie van mannen bestaat nog weinig kennis. Nu rondom straatprostitutie echter een groot aantal succesvolle initiatieven zijn ontwikkeld – en dit verschijnsel nagenoeg onder controle lijkt- zal de focus zich op korte termijn verplaatsen richting de andere prostitutievormen. Evenals in Brussel wordt in Glasgow momenteel nog gezocht naar een effectieve wijze van monitoren. Brussel en Glasgow kennen (deels) dezelfde problematiek waar het om leefbaarheid, gaat. Zo heeft Glasgow, evenals Brussel, een prostitutiegerelateerde overlastproblematiek in ‘de betere’ woon/werk centra, in het centrum. In de afgelopen jaren heeft Glasgow deze problematiek grotendeels het hoofd weten te bieden door de inzet van een breed scala aan instrumenten (Kerb crawling-legislation, Street Liason Teams, verscherpt toezicht, CCTV-circuit, verbeterde verlichting). In Brussel is een dergelijke aanpak meer complex, zeker waar hotspots over gemeentegrenzen heen 195
gaan
. Op gebiedsniveau zijn in Brussel echter enkele succesvolle initiatieven
ontwikkeld. Ook de gezondheidsrisico’s zijn (deels) overeenkomstig (onveiligheid, verslaving, onveilige seks). Bij de voorkoming/beperking van deze risico’s past Glasgow een overheidsgestuurde ketenaanpak toe (preventie/zorg/exit) welke zich tot op heden met name richt op straatprostitutie. In Brussel zijn gezondheids- en welzijnsvoorzieningen vooral een zaak van private partijen- veelal vanuit een eigen ideologie en gefinancierd door de overheid. Er bestaat geen uitgewerkte voorzieningenstructuur en het bereik blijft veelal beperkt tot de meer zichtbare vormen van prostitutie.
195
Schaarbeek/St. Joost.
Pagina 133
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Een van de belangrijkste aspecten waarin Glasgow (Schotland) en Brussel (België) fundamenteel van elkaar verschillen is het verschil in opvatting over het verschijnsel prostitutie: In Schotland wordt prostitutie -zowel in wetgeving als in de publieke opinie- erkend als zijnde een vorm van vrouwenuitbuiting, en daarmee als maatschappelijk ongewenst. Vanuit het abolitionistisch beleid hangt België formeel het zelfde uitgangspunt aan, maatschappelijk lijkt het fenomeen echter te worden opgevat als zijnde een ‘noodzakelijk kwaad’ waarmee op een maatschappelijke (meest) verantwoorde manier moet worden omgegaan. Het prostitutiebeleid in Glasgow kenmerkt zich- anders dan in Brussel- door een integrale, multidisciplinaire aanpak waarbij door alle betrokken instanties wordt gehandeld vanuit een gemeenschappelijk gedragen visie. Tijdens diverse interviews met vertegenwoordigers van de diverse instanties werd 196
deze visie overtuigd en eenduidig uitgedragen
. Aspecten van leefbaarheid, zorg en
criminaliteit worden benaderd vanuit deze visie. Juist deze aanpak maakt – naar zeggen van alle professionals- het prostitutiebeleid in Glasgow tot een succes. Glasgow heeft de structuur van samenwerking vormgegeven aan de hand van themagerichte partnerships en working groups waarin zowel publieke als private partijen deelnemen. Door overheidsfinanciering aan te passen aan de projecten die binnen deze gremia worden gerealiseerd, behoudt men het commitment. Voor wat betreft de benadering van het fenomeen prostitutie zijn in Glasgow de volgende conclusies te trekken: Het meest opmerkelijke is dat men in Glasgow - met inachtneming van alle politieke gezindten, doelstellingen van organisaties etc. – op zowel politiek als bestuurlijk niveau heeft weten te komen tot een gemeenschappelijk gedragen visie. Deze visie wordt door betrokken partners niet alleen met de pen beleden maar ook overtuigd en eenduidig uitgedragen. Trigger voor het gezamenlijk optreden was de dringende maatschappelijke noodzaak (en druk) om de positie van prostituees te verbeteren nu enkelen als gevolg van de uitoefening van hun beroep om het leven waren gekomen Vanuit deze visie heeft men een structuur van samenwerking weten op te bouwen die zich kenmerkt door bestuurlijke en ambtelijke vertegenwoordigers met doorzettingsmacht, korte lijnen, integrale verantwoordelijkheid voor bestuurders/ambtenaren op sleutelposities en samenwerking van overheids- en non196
Gesproken werd met de deputy councillor (loco burgemeester) van Glasgow en vertegenwoordigers van: de Glasgow City Council Community & Safety Services en Social Work, Strathclyde police, TARA-project, B75, Women’s support project.
Pagina 134
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
gouvernementele organisaties volgens probleemgerichte partnerships en working groups. Met gebruikmaking van deze structuur heeft men weten te komen tot een tal van initiatieven zowel binnen de sectoren leefbaarheid, welzijn, zorg en criminaliteit als sectoroverstijgend. Naar de mening van betrokken is het beleid van Glasgow succesvol. Prostituees zijn steeds beter in staat de prostitutie te verlaten, overlast in de hotspots is nagenoeg verdwenen en criminaliteit kan steeds effectiever worden bestreden. Het wachten is op een effectief monitoring systeem waarmee een en ander met cijfermateriaal kan worden gestaafd.
Pagina 135
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 136
Seinpost Adviesbureau BV
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Deel 3 Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Pagina 137
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 138
Seinpost Adviesbureau BV
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
12
Seinpost Adviesbureau BV
Noodzaak van een integraal prostitutiebeleid
12.1
Inleiding
Vanuit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie te kennen gegeven, te willen komen tot een integrale, Gewestelijke beleidsvisie inzake prostitutie. In dit deel van de eindrapportage wordt, uitgaande van de situatie in Brussel rond prostitutie, en gebruik makend van de ervaringen met prostitutiebeleid in andere Europese steden een schets gegeven van hoe het Brusselse prostitutiebeleid er uit zou kunnen zien, en via welke route daar gekomen kan worden. De opbouw van dit deel is als volgt: Allereerst worden in dit hoofdstuk op hoofdlijnen de omstandigheden en knelpunten opgesomd met betrekking tot het huidige Brusselse prostitutie-beleid. Vervolgens wordt op hoofdlijnen geschetst wat tot op heden de belemmeringen zijn om te komen tot een integraal Prostitutiebeleid (IPB). Tenslotte wordt de opgave geformuleerd waar betrokkenen in Brussel voor staan ten aanzien van het toekomstige prostitutiebeleid. In hoofdstuk 13 worden concrete lessen uit andere steden met weergegeven die voor Brussel relevant zouden kunnen zijn. In hoofdstuk 14 wordt het streefbeeld van het Integraal Prostitutiebeleid beleid geschetst dat tegemoet komt aan de vraagstukken die er spelen in het Gewest en de gemeenten. En in hoofdstuk 15 wordt aangegeven via welke verschillende routes daar gekomen kan worden. Ten slotte wordt in hoofdstuk 16 een en ander zo concreet mogelijk vertaald naar consequenties voor de wijze van organiseren en plannen.
Pagina 139
Prostitutie Brussel in Beeld
12.2
Seinpost Adviesbureau BV
Huidige omstandigheden en knelpunten
Zonder nu hier de onderzoeksresultaten te herhalen gaat het in Brussel om de volgende inhoudelijke noties inzake de omstandigheden van de Brusselse prostitutiebranche en de knelpunten per sector: Aantallen en vormen De Brusselse prostitutiebranche is omvangrijk en gevarieerd, en beslaat waarschijnlijk tussen de 4000-5000 prostituees. Slechts een relatief klein deel van de prostituees (ongeveer 1000) is werkzaam in de zogenaamde publieke/zichtbare vormen als raamen straatprostitutie. Het grootste deel van het Brusselse prostitutieaanbod vindt dus plaats bij minder zichtbare besloten vormen. ‘Niet zichtbaar’ heeft waarschijnlijk ook tot gevolg dat een belangrijk deel van de Brusselse prostitutie zich aan elke controle onttrekt. De tendens lijkt te bestaan dat de prostitutie zich meer en meer beweegt naar de besloten vormen, ten koste van de activiteiten in publieke vormen. Leefbaarheid Het zijn met name de publieke prostitutievormen die problemen voor de omgeving veroorzaken en de woon- en leefkwaliteit soms ernstig aantasten. Naast feitelijke problemen als lawaai-, verkeer- en parkeeroverlast, achterstallig onderhoud en rommel op straat, het aantrekken van randcriminaliteit (diefstal, drugshandel), zorgt de aanwezigheid van prostitutie ook voor subjectieve problemen. Zo is er sprake van spanning met de bewoners en ondernemers in de omliggende wijken die bang zijn voor het imago van de wijk of vanuit ethische en morele overwegingen moeite hebben met de (nabijheid van) het fenomeen prostitutie. De invloed van de besloten vormen op de leefbaarheid is minder groot (soms geluidsoverlast, parkeerproblemen en onveiligheidsgevoelens). Maar zeker als het aantal vestigingen toeneemt hebben omwonenden problemen met de aanwezigheid van de seksinstellingen. Voor het integraal prostitutiebeleid is het van belang rekening te houden met het feit dat prostitutie in ruimtelijke termen geen statisch fenomeen is. Ontwikkelingen binnen de branche zelf, ontwikkelingen in de gebieden waar het zich manifesteert en de (on)gewenste effecten van beleid (het bekende ‘waterbedeffect’) maken dat het zich steeds op nieuwe plekken en in nieuwe vormen zal presenteren, die dan wederom om een nieuw antwoord vragen.
Pagina 140
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Zorg en welzijn Wordt het risicoprofiel van een prostituee vergeleken met de beroepsrisico’s van andere beroepen dan zijn er waarschijnlijk geen professies waar het risico om geestelijke en/of lichamelijke aandoeningen op te lopen zo hoog is. Fysiek geweld van pooiers, klanten en soms ook jongerengroepen. Slechte en zeer onhygiënische arbeidsomstandigheden en gelijk slechte huisvestingssituaties. Verslavingsproblematiek. Onveilige seks en de risico’s van geslachtsziekten. Continu opgejaagd worden, sociaal isolement en onzekerheid over de dag van morgen. Een sombermakende lijst die in een wat schril contrast staat met de roze waas van (valse) romantiek die toch ook nog rond prostitutie hangt. Zeker als bedacht wordt dat, hoewel er grote verschillen zijn tussen de heroïneverslaafde tippelprostituee en escortdame uit het ‘topsegment’, onderzoek steeds weer laat zien dat er slechts zelden sprake is van een positieve beroepskeuze voor de prostitutie. De keuze wordt in eerste instantie vaak ingegeven door problemen (psychisch, verslaving) en schulden, of meer algemeen economische achterstelling (bijvoorbeeld de onmogelijkheid om in het thuisland een goed loon te verdienen). De inschatting van de professionals is dat de behoefte aan zorg vele malen groter is dan het aanbod. Belangrijk is dat het steeds moeilijker wordt prostituees te bereiken. Dat geldt zeker voor de besloten prostitutievormen (men weet niet waar ze zijn), maar ook voor de meer publieke vormen (door taalproblemen, isolement). Criminaliteit Hoewel niet altijd zichtbaar, is criminaliteit een belangrijke drijvende kracht achter het fenomeen prostitutie. Mensenhandel en pooierschap zijn belangrijke criminele activiteiten verbonden met prostitutie in Brussel, en dit heeft in toenemende mate een internationale dimensie. De aanpak van mensenhandel kan dan ook niet (alleen) vanuit een lokaal perspectief plaatsvinden. Ten aanzien van andere vormen van criminaliteit en illegaliteit verbonden aan prostitutie, zoals illegaliteit (onrechtmatige verblijf), geweldsdelicten of de tewerkstelling van minderjarigen spelen (op dit moment) minder grote problemen volgens betrokkenen. De drugshandel is sterk met prostitutie verweven en een belangrijke problematiek. Er lijkt geen specifieke aandacht te zijn voor mogelijke relaties tussen onder- en bovenwereld in relatie tot vastgoed waar prostitutie in gevestigd is.
Pagina 141
Prostitutie Brussel in Beeld
12.3
Seinpost Adviesbureau BV
Huidige belemmeringen om te komen tot een IPB
De wens om vanuit een Gewestelijke optiek te komen tot een integraal prostitutiebeleid betekent echter nadrukkelijk niet dat er op dit moment in het Brusselse Gewest en de gemeenten nog geen beleid zou zijn ten aanzien van het fenomeen prostitutie. Integendeel, door veel organisaties en mensen wordt al jarenlang hard gewerkt aan het bestrijden van ongewenste effecten van de prostitutie, zoals het tegengaan van overlast voor de omgeving, het zorgen voor het welzijn van de prostituees en het bestrijden van pooierschap. Op veel verschillende terreinen zijn ook al zeker al successen zijn behaald. Zo is de aanpak van de mensenhandel een voorbeeld voor andere landen en sinds geruime tijd erg succesvol. Ook de integrale aanpak die wordt ontwikkeld door de gemeente Schaarbeek, waar een ruimtelijk beleid van ‘containment’ wordt aangevuld met voorzieningen voor prostituees, preventiewerk en maatregelen om de onderlinge tolerantie tussen prostituees en omwonenden te verhogen vormt een interessant experiment, vooralsnog wel beperkt tot de lokale context. De belangrijkste redenen waarom er tot op heden in het Brusselse Gewest nog geen sprake is van een integraal prostitutiebeleid zijn te groeperen rondom een drietal thema’s: -
Er is (was) geen samenhangend beeld van de omvang, aard en samenstelling van het fenomeen prostitutie en de onderliggende oorzaken en gevolgen. De consequentie hiervan is dat betrokkenen niet werken op basis van het totaal inzicht om te bepalen welke acties nodig zijn, maar af moeten gaan op onvolledige beelden met het risico dat niet effectief gewerkt wordt. Ook is er geen of onvoldoende zicht op de omvang van de problematiek waardoor het risico bestaat dat de beschikbare capaciteit veel te beperkt is om daadwerkelijke resultaten te bereiken (‘druppel op een gloeiende plaat’).
-
Er is sprake van een zeer sterke sectorale oriëntatie op alle niveaus (bestuurlijk, management, uitvoering). Vanuit verschillende perspectieven wordt gewerkt aan het oplossen van vraagstukken rond leefbaarheid, zorg en welzijn en criminaliteit, maar alleen op ad hoc basis worden er dwarsverbanden gelegd. Door het ontbreken van een integrale benadering kan de effectiviteit van afzonderlijk maatregelen achterblijven of zelfs teniet worden gedaan. Daarnaast lijkt de sectorale uitwerking nog lang niet optimaal te zijn. Er zijn waarschijnlijk meer maatregelen mogelijk en er is soms ook sprake van een ‘onderbenutting’ van de mogelijkheden die wet- en regelgeving bieden.
Pagina 142
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
-
Seinpost Adviesbureau BV
De specifieke Brusselse situatie kan in organisatorische termen als zeer complex gekarakteriseerd worden. Er lijkt sprake te zijn van bestuurlijke tegenstellingen en onduidelijkheden, politieke huiver (niet weten is soms handig, lastig dossier) en verschillen in prioriteitsstelling tussen de
Knelpunten
Acties
Doelen
Uitgangspunten
belangrijkste actoren.
Leefbaarheid
Welzijn
Criminaliteit
Geen overlast voor bewoners
Welzijn prostituee staat voorop
Geen uitbuiting prostituee
Onrust in wijken tegengaan
Risicoprofiel prostituee beperken
Mensenhandel en pooierschap bestrijden
o.a Vergunningenbeleid; razzia’s
o.a. Medische, psychische en sociale begeleiding; opvang
o.a. Interventies gerechtelijke politie
Overlast in wijken, waterbedeffect, harde kern
Zorgaanbod niet toegerust op behoefte
Maatregelen niet toegerust op nieuwe ontwikkelingen
In bovenstaande figuur staat het huidige sectorale prostitutiebeleid in Brussel schematisch en op hoofdlijnen weergegeven (in deel 1 staat dit uitgebreid beschreven). De essentie hiervan is dat er tussen de drie onderscheiden sectoren Leefbaarheid, Welzijn en Criminaliteit niet of nauwelijks dwarsverbanden worden gelegd, en er dus van integraliteit weinig sprake is.
Pagina 143
Prostitutie Brussel in Beeld
12.4
Seinpost Adviesbureau BV
Hoofdlijn van de beleidsopgave
De resultaten van het onderzoek die een beeld schetsen van de situatie rond het prostitutiebeleid anno 2008 in Brussel en de gesprekken die hierover met betrokkenen zijn gevoerd geven duidelijk richting aan de beleidsopgave van het Gewest en de gemeenten om te komen tot een integraal prostitutiebeleid. Het optimaliseren van het beleid en het bestrijden van de geconstateerde knelpunten en belemmeringen dient plaats te vinden door: -
Het versterken van de inzet binnen de onderscheiden sectoren Leefbaarheid, Welzijn & Zorg en Criminaliteit op een zodanige wijze dat deze beter aansluit op de aard en omvang van de aanwezige problematiek binnen de sectoren in Brussel.
-
Een organisatorische verbeterslag te maken van een sectorale benadering naar een meer integrale benadering van het prostitutievraagstuk. Doel hierbij is meer afstemming, wederzijdse versterking en bewustwording van de consequenties van handelen in de ene sector voor de andere sectoren.
-
Dit te realiseren binnen het bestaande wettelijke regime waarbij bestaande mogelijkheden maximaal benut worden.
Het vormgeven van een integraal prostitutiebeleid is, zeker in de Brusselse context, een organisatorisch complexe opgave. Er zijn veel organisaties bij betrokken die moeten gaan samenwerken, het gaat om de verdeling van bevoegdheden, over geldstromen etcetera. Hierin veranderingen realiseren vraagt aandacht, energie en tijd. Waarvoor gewaakt moet worden is dat het Integraal Prostitutiebeleid alleen als een organisatorisch vraagstuk wordt gezien. Het oplossen van concrete problemen waar de prostituees mee worden geconfronteerd, het bevorderen van de leefbaarheid en het tegengaan van criminaliteit moeten centraal staan. De organisatievorming moet daarom afgestemd worden op wat de oplossing van een probleem nodig heeft.
Pagina 144
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
13
Seinpost Adviesbureau BV
Lessen uit de steden
13.1
Inleiding
Het is nadrukkelijk de bedoeling dat gebruik gemaakt wordt van de ervaringen van andere Europese steden waar prostitutiebeleid al in meer of mindere mate is uitgewerkt. Zoals beschreven in deel II van deze rapportage zijn Antwerpen, Glasgow en Rotterdam diepgaand onderzocht, en zijn Stockholm, Zürich en Amsterdam op hoofdlijnen bekeken. Op basis van deze ervaringen worden in dit hoofdstuk een aantal belangrijke inzichten en ervaringen gepresenteerd die in Brussel meegenomen kunnen worden bij het opstellen van het integrale prostitutiebeleid. Aangezien de lokale problematiek, de aard van de betrokken organisaties, de geldende wet- en regelgeving etcetera tussen de steden sterk verschilde is er vooral gekeken naar min of meer algemene lessen die betrekking hebben op de wijze waarop het beleid is vormgegeven. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen meer inhoudelijke uitgangspunten bij de vormgeving van het beleid en de meer praktische organisatorische aandachtspunten.
Lessen uit de steden Vormgeving van het beleid •
Meten is weten
•
Samenwerken vanuit een gedeelde visie
•
Probleemgericht werken
•
Integraal: breed en evenwichtig
•
Effectieve instrumenten
Organisatorische aandachtspunten •
Coördinatie en regie
•
Flexibele organisatiestructuur
•
Boegbeelden
•
Financiële sturing
•
Communicatie
Pagina 145
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
13.2 Vormgeving van het beleid Meten is weten Een goede probleemanalyse is onontbeerlijk om de soms omvangrijke en hardnekkige prostitutieproblemen aan te pakken. Pas wanneer de oorzaken van de problemen en de onderliggende mechanismen duidelijk zijn, kan worden bepaald hoe deze kunnen worden doorbroken. Een goed zicht op de ‘breedheid’ en de nuances van het fenomeen prostitutie, gedeeld door betrokkenen (gezamenlijk beeld) is daarom belangrijk. Samenwerken vanuit een gedeelde visie op alle niveaus Een gedeelde visie over de positie van prostitutie in de maatschappij en de rol van beleidsactoren met betrekking tot het reguleren van deze positie wordt in alle steden als onontbeerlijk ervaren om een gezamenlijk, sectoroverstijgend beleid duurzaam te kunnen ontwikkelen (waarbij overigens inhoudelijk de visies tussen de steden sterk verschillen). Met name in Glasgow is het belang van deze gedeelde visie, vastgelegd in het ‘Prostitution Policy Statement’ voor de ontwikkeling en uitvoering van het beleid aantoonbaar van belang geweest. In Antwerpen heeft het beleidsplan lange tijd als zo’n richtinggevend document gediend. Daarnaast is er sprake van een min of meer consequente doorvertaling van visie naar concrete doelstellingen van overheidsdiensten en organisaties, en een vertaling naar het werken op straatniveau. Voorbeelden hiervan zijn de multidisciplinaire teams in Glasgow en interventieteams in Rotterdam. Naast de lokale samenwerking is ook regionale en (inter)nationale samenwerking van belang bij regulering en aanpak van de escortbranche en de mensenhandel. Probleemgericht werken Het oplossen van de concrete problemen is een leidend principe, waarbij het besef aanwezig is dat er geen makkelijke oplossingen zijn voor moeilijke problemen. Door probleemgericht te werken wordt de focus daar gelegd waar die hoort, namelijk bij het maatschappelijk vraagstuk en op wat de oplossing van dat vraagstuk nodig heeft. Zo werken in Glasgow overheids- en non-gouvernementele organisaties samen volgens een vastgesteld stramien van ‘probleemgerichte partnership’. In Antwerpen werd vertrokken vanuit het overlastprobleem en de werkomstandigheden in de raamprostitutie en zijn samenwerkingsverbanden opgezet met sociale organisaties, de afdeling ruimtelijke planning en de politie.
Pagina 146
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Integraal: brede en evenwichtige benadering Een integrale aanpak houdt in dat uiteenlopende maatregelen en activiteiten op een dusdanige wijze worden verbonden dat een overzichtelijk en samenhangend geheel ontstaat, waarin (centrale) sturing en (decentrale) uitvoering goed samengaan. Integraal betekent niet dat alle partijen en partners op elk niveau in beleid moeten participeren. Integraliteit impliceert selectiviteit en prioriteiten stellen. Daarbij moet er sprake zijn van een zekere mate van evenwicht tussen de aanpakken van leefbaarheid, zorg en criminaliteit. Het gaat hierbij niet om het inleveren van verantwoordelijkheden en zeggenschap, maar rekenschap van de gevolgen (positief en negatief) van eigen sectorale handelen voor anderen. Zo kan een eenzijdig opjaagbeleid vanuit leefbaarheidsoverwegingen ongewenste gevolgen hebben voor de welzijnspositie van de prostituees. Maar ook een te sterke focus op de welzijnsproblematiek, zonder oog te hebben voor de overlast en criminaliteit, werkt uiteindelijk niet goed uit. Het prostitutiebeleid bevindt zich niet op een eiland. Er is sprake van afstemming met beleidsterreinen waarbij er een relatie is, of zou kunnen zijn met prostitutievraagstukken. Voorbeelden uit Rotterdam zijn de Integrale horecacontrole waarbij signalen van illegale prostitutie worden doorgegeven aan het Controleteam Prostitutie en Mensenhandel of de zogenaamde Alijda-aanpak, waarbij de aanpak van malafide vastgoed leidt tot opsporing van illegale prostitutiebedrijven. In Glasgow wordt prostitutie aangepakt binnen bredere kaders als 'geweld tegen vrouwen', 'veiligheid' en 'community planning'. Effectieve instrumenten Het ontwikkelen en uitvoeren van een integraal prostitutiebeleid vraagt om de inzet van veel verschillende instrumenten in onderlinge samenhang. Voor een deel heeft dit betrekking op het regulerende instrumentarium dat afhankelijk is van het geldende systeem van wet- en regelgeving. In Rotterdam is het legale deel van de branche redelijk onder controle (zowel qua welzijn vrouwen, bestrijden overlast, tegengaan criminaliteit) vanwege de mogelijkheid vereisten in vergunningvoorschriften vast te leggen. Deze mogelijkheden bestaan in Brussel niet maar het bestaande instrumentarium kan wel beter worden benut (politieverordeningen e.d.). Naast wet- en regelgeving is ook de inzet van projecten etc. relevant. In de tabel op pagina 143 zijn enkele ‘veelbelovende’ voorbeelden uit de onderzochte steden opgenomen die in Brussel ter inspiratie gebruikt kunnen worden.
Pagina 147
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Daarnaast blijkt dat continu gezocht moet worden naar nieuwe manieren en wegen om bepaalde problemen aan te pakken, en dat soms ook de randen van wat wettelijk mogelijk is worden opgezocht. Zo zijn er in Rotterdam wervingsacties om burgers aan te zetten signalen van illegale prostitutie te melden.
13.3
Organisatorische aandachtspunten
Sterke coördinatie en regie Om de noodzakelijke integraliteit waar te kunnen maken is zowel in Glasgow als in Antwerpen het bestaan van een centrale ‘spin in het web’ een belangrijke succesfactor. Het gaat om een prostitutieambtenaar die het die het sectorale beleid coördineert, opvolgt en waar nodig initiatief neemt om tot bijsturing te komen. Deze heeft een korte lijn naar het bestuurlijke niveau, en wordt hierdoor ook gedekt. Daarnaast is er per onderscheiden sector sprake van één coördinator die de verantwoordelijkheid heeft voor de sectorale uitwerking. De noodzakelijke samenwerkingsstructuren worden zo veel mogelijk geformaliseerd in de zin dat taken, bevoegdheden en maatregelen van alle partners worden vastgelegd. Rotterdam is met het beschermingsarrangement, het handhavingsarrangement en de ketenaanpak hiervan een goed voorbeeld. Flexibele organisatiestructuur De prostitutiesector is uitermate veranderlijk en kan in enkele jaren tijd van karakter veranderen. De organisatiestructuur moet mee kunnen groeien met deze veranderingen. Dat betekent het aanpassen van activiteiten, maar ook het uitbreiden van betrokkenen als de situatie daar om vraagt. De Antwerpse case laat zien hoe een graduele uitbouw van een prostitutiebeleid vanuit een gedeelde visie het toeliet in te spelen op veranderingen in de sector. Zo werd de geplande tippelzone, ten tijde van het opstellen van het beleidsplan een ‘standaardoplossing’ in Nederland, halverwege het proces toch niet ingericht omdat uit Nederlandse ervaringen bleek dat dit niet altijd het gewenste effect teweegbracht. Op dit moment blijkt dat de tippelprostitutie niet kan worden ingetoomd door louter repressief beleid, en lijkt de stad weer over te schakelen op een meer welzijnsgericht beleid en komt zelfs de idee van een tippelzone weer op tafel. Boegbeelden Het hebben van voorvechters van een integraal prostitutiebeleid met ‘doorzettingsmacht’ is van grote invloed op de totstandkoming van het beleid. Het gaat dan om boegbeelden op bestuurlijk en ambtelijk niveau.
Pagina 148
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Zo heeft de trekkersrol van Antwerpse burgemeester een grote rol gespeeld in het op de sporen zetten van een integraal prostitutiebeleid. In Glasgow speelde de vice Burgemeester deze rol. In de Nederlandse situatie is dit op dit moment minder goed meer te herkennen. Prostitutiebeleid is geen nieuw beleidsterrein meer in Rotterdam en Amsterdam en lijkt al min of meer verankerd in de bestuurlijke en ambtelijke structuren. Financiële sturing Daar waar er financiële relaties bestaan tussen de overheid en, veelal, de welzijnsorganisaties is aanpassing van de overheidsfinanciering aan gezamenlijk bepaalde inhoudelijke en organisatorisch doelstellingen een effectieve manier om gewenst gedrag te bereiken (men krijgt alleen geld als gedaan wordt wat is afgesproken op de manier die is afgesproken). Communicatie Het ontwikkelen en uitvoeren van het prostitutiebeleid is nadrukkelijk niet een traject dat zich alleen afspeelt tussen de professionals onderling. Het is een maatschappelijk fenomeen dat veel beroering kan veroorzaken en waar men in brede lagen van de samenleving een mening over heeft. Het is van belang dat er, wederom in gezamenlijkheid, een realistisch beeld uitdragen wordt van de doelen en inhoud van het beleid in al zijn facetten, en dat ook duidelijk aangegeven wordt waar geen directe oplossingen voor zijn. In het communicatiebeleid, dat onlosmakelijk een onderdeel moet vormen van het prostitutiebeleid, zal aandacht moeten zijn voor verschillende doelgroepen als de Brusselse samenleving, de prostituees, klanten en natuurlijk de professionals. Kansrijke initiatieven Uit het stedenvergelijkend onderzoek komen - samengevat per sector- de volgende kansrijke initiatieven naar voren:
Pagina 149
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
KANSRIJKE INITIATIEVEN STEDEN Sector
Antwerpen
Rotterdam
Glasgow
Uitputtend gebruik van legale middelen om overlastgevende vormen van prostitutie te beteugelen
Interventieteams, belast met controle legale pandgebonden prostitutie op vergunningvoorschriften.
Street liason teams. Multifunctionele politie interventieteams, gericht op bestrijding overlast, informatievoorziening en opsporing.
Leefbaarheid
Vertaling Brussel Taak voor juridische diensten: Gewest zou voorbeeld kunnen uitwerken.
Vertaling Brussel Indien vergunningsvoorschriften werden uitgewerkt zoals in Antwerpen, dan zou deze taak moeten worden opgepakt door de administratieve lokale politie. De administratieve lokale politie houdt al immers al toezicht op bepaalde domeinen (bv. brandveiligheid)
Een gereguleerde gedoogzone als overlastbeperkend instrument voor de raamprostitutie
Alijda-aanpak: achterhalen en vervolgen malafide pandeigenaren
Vertaling Brussel Gemeenten zouden gedoogzone kunnen uitwerken in samenwerking met Gewest en politiediensten
Vertaling Brussel Heeft op dit moment geen voorrang maar zou taak voor –lokale?gerechtelijke politie kunnen zijn
Vertaling Brussel De administratieve politie zou deze taak op zich kunnen nemen maar werkt nu vooral vanuit repressieve logica ter bestrijding van overlast
CCVT-circuit. Cameratoezicht op prostitutiehotspots Vertaling Brussel Wordt momenteel reeds toegepast in Alhambrawijk maar heeft tot op heden weinig effect/ Wellicht combinatie zoeken met andere vormen van verscherpt toezicht (als in Glasgow) Kerb-crawling legislation Wetgeving waarbij prostituant straatprostitutie strafbaar wordt gesteld Vertaling Brussel Federale materie; in Brussel kan echter wel via GAS gewerkt worden om prostituant te straffen
Pagina 150
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Zorg en Welzijn
Gh@pro: een initiatief in samenwerking de UA die het gezondheids- en welzijnsbeleid voor prostituees grotendeels centraliseert. Vertaling Brussel CAW Mozaïek, Entre2 en EspaceP bieden reeds een gezondheids- en welzijnsaanbod ism onafhankelijke artsen, maar dit zou, zoals in Antwerpen, gecentraliseerd kunnen worden zodat voor de verschillende vormen van prostitutie van eenzelfde artsenteam gebruik kan worden gemaakt Aanpak verslaafde tippelprostituees vanuit de drugshulpverlening is een veelbelovend initiatief dat echter nog in de steigers staat. Vertaling Brussel in Brussel werken Entre2 en Espace P wel al samen met drugshulporganisaties; ook project Rousseau werkt rond drugsmisbruik; hierop kan worden verder gebouwd
Seinpost Adviesbureau BV
Beschermingsarrangement opgesteld door meerdere partijen met onder andere: - Meld- en verwijsroute - Protocol voor opvang en hulp Vertaling Brussel Niet aanwezig; kan worden uitgewerkt dor de verschillende zorgorganisaties die in Brussel actief zijn
Integrale opvang- en hulpverlening voor slachtoffers van mensenhandel. Samenwerking prostitutie maatschappelijk werk, Stichting tegen vrouwenhandel, Bureau Nationaal rapporteur mensenhandel Vertaling Brussel bestaat in Brussel; uitgebreide federale wetgeving, gerechtelijke politie (lokaal/federaal) en Pag-Asa
Routes out of prostitution. Samenwerkingsverband overheid, politie, justitie, zorg. Gericht op servicegericht hulpaanbod bestaande uit lange- en korte-termijninterventies Vertaling Brussel bestaat niet in Brussel, voorwaarde is dat verschillende partijen samenwerken, zou best plaats krijgen onder integrale aanpak
Open Road project. Zorginitiatief gericht op mannelijke prostituees Vertaling Brussel Adzon was een succesvol zorginitiatief voor mannelijke prostituees maar is opgegaan in straathoekwerk CAWMozaiek en werkt dus niet meer specifiek naar mannelijke prostituees; de ervaring en know how bestaat echter nog en het zou terug opgepikt kunnen worden
Pagina 151
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Sociale Kaart Jeugdprostitutie. Samenwerkingsverband hulpverlenende instanties. Doelstelling - meldpunt jeugdprostitutie - probleemsignalering - zorgaanbod Vertaling Brussel prostitutie van minderjarigen is een aandachtspunt in Brussel, zowel bij zorg- als bij politieinstanties; er is geen specifieke zorg voor minderjarigen maar het komt ook weinig frequent voor Samenwerking met webmasters teneinde prostituees via internet te bereiken Vertaling Brussel CAWMozaiek heeft hiermee veel ervaring; bij Espace P is er interesse; beide zouden partners kunnen zijn in project
Pagina 152
Base 75. Huiskamerproject. Combinatie van medische en sociale zorg- en informatievoorziening. Tevens registratie Vertaling Brussel Espace P, Entre2 en vroeger ook Adzon hebben huiskamer waar gelijkaardigs wordt aangeboden. Entre2 wil huiskamerproject opzetten in Alhambrawijk als aanbod naar straatprostituees die daar intussen geconcentreerd zijn Street liason teams. Multifunctionele politie interventieteams, gericht op bestrijding overlast, informatievoorziening en opsporing. Vertaling Brussel hier zou samenwerking van zorginstellingen met de administratieve politie mogelijk zijn maar die werkt nu vooral vanuit repressieve logica overlast; Pléiade Nord en Projet Rousseau zijn wel projecten met een gelijkaardige doelstelling
Resocialisatietraject en uitstaphulp. Samenwerkingsverband stedelijke diensten. Geïntegreerde hulp- en dienstverlening aan (ex)prostituees
TARA. Samenwerkingsverband gemeente, politie, justitie, immigratie gericht op bestrijding mensenhandel, zorg en exit
Vertaling Brussel bestaat niet in Brussel, zou best vanuit welzijnsorganisaties gedragen worden maar draagvlak daar is onzeker; Entre2 –voormalig Le Nid is beste kandidaat)
Vertaling Brussel bestaat in Brussel; uitgebreide federale wetgeving, gerechtelijke politie (lokaal/federaal) en Pag-Asa)
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Communicatie en voorlichting. Materiaal gericht op kwetsbare vrouwen, in plaats van prostituees Vertaling Brussel Bredere kijk op kwetsbare vrouwen vanuit bestaande welzijnsorganisaties is wellicht mogelijk. Initiatief bij Gewest Politiekantoor in prostitutiewijk om kort op de bal te spelen
Criminaliteit
Vertaling Brussel niet aanwezig in Brussel, zou aan te bevelen zijn. Vestiging bijvoorbeeld in hoekpand van Aarschotstraat
Aanpak mensenhandel (identiek in Brussel)
Signaleringssysteem illegale prostitutie door burgers. Gemeentebestuur stimuleert burgers zich op deze wijze in te zetten voor sociale cohesie in hun buurt Vertaling Brussel niet aanwezig in Brussel, illegale prostitutie bestaat niet in België, mensenhandel en uitbuiting worden soms door klanten aan politie gemeld, er zou een meldpunt kunnen worden opgericht Maatregel Inrichting Stelselmatige daders. Combinatie hechtenis en zorgverlening Vertaling Brussel Volgens prostitutieambtenaar Antwerpen moeilijk realiseerbaar binnen Belgische wetgeving
Street liason teams. Multifunctionele politie interventieteams, gericht op bestrijding overlast, informatievoorziening en opsporing Vertaling Brussel Zie onder zorg en welzijn
B75. Combinatie hechtenis en zorgverlening Vertaling Brussel Volgens prostitutieambtenaar Antwerpen moeilijk realiseerbaar binnen Belgische wetgeving Street liason teams. Multifunctionele politie interventieteams, gericht op bestrijding overlast, informatievoorziening en opsporing Vertaling Brussel Zie onder zorg en welzijn
Pagina 153
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
CCVT-circuit. Cameratoezicht op prostitutie-hotspots Vertaling Brussel Zie onder leefbaarheid TARA. Samenwerkingsverband gemeente, politie, justitie, immigratie gericht op bestrijding mensenhandel, zorg en exit
Instituties
Vertaling Brussel Zie onder zorg en welzijn Centrale informatieopvolging, coördinatie en aansturing door prostitutieambtenaar
Handhavingsarrangement prostitutie. Formalisering samenwerkingsverband en handhavingsafspraken tussen ketenpartners
Ontwikkeling van gemeenschappelijke visie. Neergelegd in ‘Prostitution policy statement’
Graduele uitrol beleid
De Rotterdamse ketenaanpak. Samenwerkingsverband ketenpartners met als doel illegale prostitutie en jeugdprostitutie te bestrijden
Structuuropbouw: werkgroep op strategisch niveau, probleemgerichte partnerships, working groups
Voor vertaling institutieinitiatieven naar Brusselse situatie zie hfd 14 en 15
Afstemming overheidsfinanciering op projecten opgezet vanuit bovenstaande structuur
maakt flexibele aanpassing aan veranderingen in de sector mogelijk
Integrale aanpak problematiek raamprostitutie (ruimtelijke ordening, zorg, politioneel optreden) vanuit gemeenschappelijke visie
Pagina 154
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
14
Streefbeeld IPB Brussel
14.1
Inleiding
Seinpost Adviesbureau BV
Op basis van de feitelijke situatie in Brussel, de lessen uit de andere steden en kennis en ervaring met (prostitutie)beleidsvraagstukken wordt in dit hoofdstuk de hoofdlijn beschreven van hoe een effectief functionerend Integraal Prostitutiebeleid (IPB) in het Brussels hoofdstedelijk Gewest er uit zou kunnen zien. Hierbij komen achtereenvolgens aan de orde: -
De vijf bouwstenen die gezien kunnen worden als meer fundamentele uitgangspunten voor het te ontwerpen beleid.
-
Het streef- of ideaalbeeld waar naar toe gewerkt kan worden, en
-
Een schets op hoofdlijnen hoe een en ander georganiseerd zou kunnen worden en vastgelegd in verschillende planvormen.
14.2
Vijf bouwstenen
Toegespitst op de ‘casus Brussel’ zijn voor de totstandkoming van Integraal Prostitutiebeleid de volgende bouwstenen van belang: -
Gezamenlijke visieontwikkeling en uitvoering.
-
Sectorale aanpak als ruggengraat van beleid.
-
Gezamenlijk zoeken naar integraliteit.
-
Regiefunctie instellen.
-
Monitoren en evalueren.
Navolgend worden de bouwstenen kort toegelicht, in de volgende paragrafen (14.3 en 14.4) vindt een meer concrete uitwerking plaats. 1
Gezamenlijke visieontwikkeling en uitvoering
In zijn algemeenheid is het van belang dat er in Brussel meer samenwerking ontstaat rondom het thema prostitutie op de verschillende niveaus en tussen de verschillende sectoren. De basis voor deze samenwerking kan gevonden worden in een gedeelde visie over de positie van prostitutie en de rol van beleidsactoren met betrekking tot deze positie.
Pagina 155
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Om tot een dergelijke gedeelde visie te komen die doorwerkt tot op uitvoeringsniveau kan gebruik gemaakt worden van de trits ‘richten, inrichten en verrichten’, waarbij elk niveau een andere aanpak vraagt. -
Richten/Strategisch niveau Op het meer strategische niveau gaat het om het, mede vanuit een bestuurlijke optiek, benoemen van de visie en de daarbij behorende doelen, en daarmee het geven van een richting aan de inspanningen om de visie te realiseren.
-
Inrichten/Tactisch niveau Op tactisch niveau gaat het om het inrichten van het gehele beleidsproces. Wie doet wat, op welke manier, hoe verhouden de sectoren Leefbaarheid, Welzijn en Criminaliteit zich tot elkaar, in welke samenhang dient de uitvoering plaats te vinden, waarmee moet rekening gehouden worden bij de implementatie?
-
Verrichten/Operationeel niveau Tenslotte gaat het op het operationele niveau om het daadwerkelijk verrichten van de activiteiten binnen de kaders en afspraken die gezamenlijk vastgesteld zijn. en worden daar waar afgesproken de integrale dwarsverbanden ten behoeve van de uitvoering (al dan niet in multidisciplinaire teams).
2
Sectorale aanpak als ruggengraat beleid
Het huidige beleid is te kenschetsen als een sectorale aanpak van problemen rond prostitutie die past bij de bestaande structuur van verantwoordelijkheden in de Brusselse context. Deze sectorale aanpak is en blijft de ruggengraat van integraal prostitutiebeleid in Brussel. Verbetering en verdere uitbouw van de sectorale aanpak is wel gewenst. Te noteren valt dat het Brussels Gewest voornamelijk invloed heeft op de sector welzijn. Wat de sectoren criminaliteit en leefbaarheid betreft liggen de bevoegdheden veeleer bij de gemeenten en bij de federale overheid. 3
Gezamenlijk zoeken naar integraliteit
Naast de meerwaarde die ontstaat door te werken vanuit een helder geformuleerde en gedeelde visie, en een versterking van de sectorale benadering zal het prostitutiebeleid ook versterkt moeten worden door het bewerkstelligen van integraal denken en handelen. Betrokken partijen zullen gezamenlijk moeten benoemen en uitwerken waar dit concreet betrekking op heeft. Het kan gaan om het delen van informatie, het van te voren inschatten van de effecten buiten de eigen sector, een gezamenlijke aanpak van overlast en verslaving etc.
Pagina 156
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
4
Seinpost Adviesbureau BV
Regiefunctie instellen
Om tot een integraal prostitutiebeleid te komen, en dit ook in de toekomst te kunnen continueren en aan te passen aan een veranderende beleidsomgeving is een op het juiste niveau goed uitgeruste regiefunctie noodzakelijk. In bestuurlijke zin zal er, gezien de verantwoordelijkheden, sprake zijn van een gedeelde regie tussen Gewest, Gemeenten, Politie en Parket. Ambtelijk lijkt het zinvol om de coördinatie en regiefunctie op gewestelijk niveau te organiseren in de vorm van een Prostitutieambtenaar, waarbij de relatie met de sectoren ook van belang is. 5
Monitoring en evaluatie
Het behouden van een goed zicht op de ontwikkelingen binnen de prostitutie dient een standaard onderdeel van het beleid te worden. Het gaat hier dan enerzijds om inzicht in de ontwikkelingen van en in aantallen, herkomst van prostituees, leefbaarheidsvragen, welzijnsaspecten, criminaliteit etc. om een goed beeld te hebben ten behoeve van de beleidsformulering. Anderzijds is de informatie relevant om op termijn in beeld te kunnen brengen of de met de gezamenlijke inspanningen ook de gewenste resultaten behaald worden.
14.3
Streefbeeld
In de volgende figuur is het streefbeeld van het Integrale Prostitutiebeleid schematisch weergegeven. Vanuit een gezamenlijk ontwikkelde en gemeenschappelijk gedragen visie op het fenomeen prostitutie wordt op elk horizontaal niveau (uitgangspunten, doelen en acties) de afstemming gezocht. De teksten die in deze figuur staan zijn vooral te zien ter illustratie. Zij zijn weliswaar gebaseerd op de huidige situatie, en liggen ook voor de hand, maar zijn niet het resultaat van een door betrokken partijen gezamenlijk doorlopen proces.
Pagina 157
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Gemeenschappelijk gedragen visie
Welzijn
Criminaliteit
Geen overlast voor bewoners
Welzijn prostituee staat voorop
Geen uitbuiting prostituee
Integrale gebiedsgerichte aanpak; schoon, heel en veilig
Integrale aanpak vanuit zorg voor de prostituee als persoon
Mensenhandel en pooierschap bestrijden
Gebiedsgericht toezicht
Versterking naar besloten vormen; drugshulp; taakverdeling
Versterking naar besloten vormen; versterking parket
Acties
Doelen
Uitgangspunten
Leefbaarheid
Integrale aanpak verslaafde veelplegers
Pagina 158
Exit-traject
Opvang slachtoffers mensenhandel verruimen
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
15
Drie routes
15.1
Inleiding
Seinpost Adviesbureau BV
In het vorige hoofdstuk is een streefbeeld beschreven voor integraal prostitutiebeleid in het Gewest Brussel. Dit is een ambitieuze opgave die plaats moet vinden in een complexe omgeving. Wellicht is niet alles in eenmaal te realiseren. Er zijn verschillende routes om hier, min of meer geleidelijk naar toe te werken. Er worden er hier een drietal onderscheiden: -
de visieroute,
-
de drie sectorenroute en
-
de welzijnsroute.
Het zijn routes die min of meer in elkaars verlengde liggen, en variëren in ambitie en haalbaarheid.
15.2
Visieroute
De visieroute kan worden gezien als de meest ambitieuze en zal waarschijnlijk ook de meeste inzet vragen. Zij vertrekt van het niveau van visievorming en daalt zo systematisch af naar concrete projecten op de verschillende terreinen. Ingrediënten van deze route zijn ondermeer:
VISIE
Leefbaarheid
Welzijn
Criminaliteit
Gemeenschappelijk geformuleerde uitgangspunten
Doelen
Doelen
Doelen
Acties
Acties
Acties
Pagina 159
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
-
Ontwikkelen gezamenlijke visie en gezamenlijke beleidsontwikkeling.
-
Coalitievorming Gewest, gemeenten en anderen op bestuurlijk, management en uitvoerend niveau (uitgaande van eigen bevoegdheden).
-
Politieke en ambtelijke voortrekkers.
-
Gewestelijk prostitutieambtenaar (procesbewaking, informatievoorziening).
-
Structuur samenwerking vastleggen in handhavingsarrangementen en convenanten.
-
15.3
Informatie/monitoring.
Drie sectorenroute
De drie-sectorenroute vertrekt in feite een trapje lager, vanuit het idee dat de sectorale aanpak van problemen de ruggengraat blijft vormen van het beleid en tracht in de eerste plaats elk van de sectoren te versterken in hun aanpak. Het werken aan integraliteit vindt vooral plaats op projectniveau ook te werken aan integraliteit. Ook dit is nog een enigszins ambitieuze route voor het Brussels Gewest, omdat de bevoegdheden van dit niveau niet in alle sectoren even groot is, en men dus nog zal moeten rekenen op de goodwill van anderen.
Leefbaarheid
Welzijn
Criminaliteit
Versterking
Gemeenschappelijk geformuleerde uitgangspunten
Doelen
Doelen
Doelen
Acties
Acties
Acties
In vergelijking met het visieroute is het ambitieniveau enigszins afgezwakt in die zin dat men de aparte sectorale visies onaangeroerd laat en tracht binnen de bestaande (soms impliciete) sectorale visies tot een versterking te komen.
Pagina 160
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Ingrediënten van deze route zijn ondermeer: -
Gemeenschappelijke uitgangspunten formuleren.
-
Visie- en coalitievorming op niveau van uitgangspunten (geen overlast, bescherming vrouwen, tegengaan mensenhandel).
-
15.4
Versterking sectoren vanuit deze uitgangspunten.
Welzijnsroute
De meest pragmatische route is de welzijnsroute. De bevoegdheden van het Brussels Gewest zijn in deze sector het grootst. Deze route kiest ervoor om eerst en vooral de welzijnssector zo goed mogelijk te versterken los van de andere sectoren, en, waar vanuit een welzijnslogica integraliteit vereist is, te zoeken naar mogelijke samenwerkingsverbanden over de sectoren heen.
Welzijn
Versterking
Uitgangspunten
Doelen
Versterking
Acties
Leefbaarheid
Criminaliteit
Uitgangspunten
Uitgangspunten
Doelen
Doelen
Acties
Acties
Pagina 161
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Indien hier succesvolle projecten kunnen worden ontwikkeld, zou zo van onderop integraliteit kunnen worden opgebouwd op basis van groeiende ervaring. Nadeel is dat het gevaar bestaat dat dit integraal beleid een incrementeel karakter zal krijgen en weinig samenhang vertoont. Versterking sector welzijn vanuit Gewestelijke bevoegdheden, vervolgens aanhaken overige sectoren (geleidelijke uitrol). Ingrediënten van deze route zijn ondermeer: -
Gewestelijk initiatief tot het versterken van de sector welzijn.
-
Coördinatie welzijnsorganisaties/initiatieven.
-
Uitrol naar andere sectoren.
Pagina 162
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
16 Organisatie, planvormen en informatie Ongeacht welke route gekozen wordt om te komen tot een Integraal Prostitutiebeleid, er zal aandacht moeten worden besteed aan het bouwen van dusdanige organisatiestructuur die het integraal werken kan initiëren, ondersteunen en onderhouden. Hieronder wordt in één figuur samengevat wat de consequenties zouden kunnen zijn van een Integraal Prostitutiebeleid in termen van de organisatiestructuur (verdeeld over de drie niveaus strategisch, tactisch, uitvoering), de beleidslijnen (doorgetrokken pijlen), de benodigde planvormen (aan de rechterzijde) en informatiestromen
Integraal uitvoeringsprogramma
Tactisch
Stuurgroep
Beleidscommissie Observatorium Prostitutieambtenaar
Sectorale actieplannen
Criminaliteit
Welzijn
Leefbaarheid
Operationeel
GewestelijkeKa dernota prostitutie
Strategisch
(stippellijn).
Pagina 163
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Organisatie Uitgangspunt is dat wordt voortgebouwd op de sectorale inspanningen zoals die nu al plaatsvinden. Een aantal extra organisatievormen moeten echter worden toegevoegd: -
Stuurgroep De bestuurlijke inbreng is bij het Intergaal Prostitutiebeleid van groot belang. Het voorstel de totstandkoming en uitvoering van dit beleid onder de verantwoordelijkheid van een Stuurgroep plaats te laten vinden. Hierin hebben de verantwoordelijke ministers van het Gewest, de betrokken burgemeesters (of een vertegenwoordiging van de Conferentie van Burgemeesters van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) en een vertegenwoordiging van de politie en het parket zitting hebben.
-
Beleidscommissie In een gefragmenteerde beleidsstructuur als het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, waar niet altijd directe hiërarchische lijnen bestaan tussen partners, lijkt het wenselijk om een pragmatisch ingestelde beleidscommissie, waar vertegenwoordigers van de betrokken actoren zitting in hebben, een belangrijke coördinerende rol te geven. Mogelijke deelnemers zijn de lokale prostitutieambtenaren of equivalenten, vertegenwoordigers van diverse politiediensten en het parket. Nader overwogen moet worden op welke wijze de organisaties uit de civiele maatschappij hierbij betrokken worden (al dan niet in de commissie).
-
Prostitutieambtenaar Deze beleidscommissie wordt voorgezeten door een prostitutieambtenaar als vertegenwoordiger van het Gewest. Het zou in de Brusselse context onrealistisch zijn te veronderstellen dat deze ambtenaar alle nodige instrumenten in handen heeft om aansturing te realiseren. Maar de Prostitutieambtenaar kan zorgen voor opvolging van het gezamenlijk aangestuurde beleid, procesbewaking, informatiecentralisering en screenen van beleidsontwikkelingen in andere contexten. Aandachtspunt is hoe de relatie tussen Gewest, gemeenten en politiezones geregeld wordt in dit kader.
Pagina 164
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
-
Seinpost Adviesbureau BV
Sectoraal overleg Op sectoraal niveau kan aangesloten worden op de bestaande structuren en de aanwezige actoren, zoals beschreven in het onderdeel Instituties uit sectie 1. De gewestelijke prostitutieambtenaar zou een voorzittersrol moeten spelen voor de Welzijnssector met onder andere Espace P, Entre2, CAW Mozaïek. Ook voor de sector Leefbaarheid, waarin naast organisaties uit civiele maatschappij (project Rousseau, Pléiade Nord) ook een vertegenwoordiging van de administratieve politie uit gemeenten met prostitutiegerelateerde leefbaarheidsproblemen moet zitten en vanzelfsprekend van de gemeenten, zou de prostitutieambtenaar de voorzitterrol kunnen hebben. Voor de sector Criminaliteit ligt het initiatief bij de lokale én de federale politie. Wellicht kan hierbij een relatie gelegd worden met de zonale veiligheidsraden, de overlegstructuur tussen parket en politiediensten op het niveau van de politiezone. De beleidscommissie zou dan eventueel een rol kunnen spelen bij een ‘bovenzonale’ coördinatie.
Planvormen Er worden een drietal planvormen onderscheiden: -
Gewestelijke Kadernota Prostitutie In het Brussels Gewest is het van belang om tot visievorming te komen en het advies is om dit te laten plaatsvinden door het opstellen van een Gewestelijke Kadernota Prostitutiebeleid. Hiermee wordt richting gegeven aan het te voeren beleid en kunnen ook afspraken worden vastgelegd met gemeentelijke of andere partners. Het opstellen van een Gewestelijke Kadernota Prostitutie is te zien als een 197
strategisch instrument
, waarbij de bestuurlijke inbreng van groot belang is.
Het voorstel is deze kadernota tot stand te laten komen onder verantwoordelijkheid van een Stuurgroep Wegens de complexe institutionele structuur waarin de betrokken beleidsmakers en uitvoerders in Brussel moeten opereren, is het waarschijnlijk
197
In Antwerpen bijvoorbeeld heeft het proces van visievorming plaatsgevonden in het kader van de opmaak van het beleidsplan prostitutie Antwerpen door Seinpost Adviesbureau B.V.. Dit was een proces waarbij Seinpost niet enkel bilaterale gesprekken voerde met actoren, maar waar ook een overkoepelend discussieorgaan aan werd gekoppeld waarbij de noodzakelijke actoren betrokken waren, alsook de betrokken politici. Het gezamenlijk werken aan een beleidsnota onder leiding van een derde actor legde de kwestie van gezamenlijke visievorming ter tafel en bracht hieromtrent gesprekken op gang.
Pagina 165
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
nuttig dat een derde actor wordt aangetrokken om als neutrale aanstuurder te functioneren. -
Integraal uitvoeringsprogramma De kadernota is een visiedocument waarin op hoofdlijnen de afspraken tussen betrokken partijen zijn vastgelegd. Dit zal zijn vertaling moeten krijgen in een concreter plan voor de uitvoering. Het advies is gezamenlijk te komen tot het opstellen van een meerjarig Integraal uitvoeringsprogramma. Zo kan er beter worden afgestemd binnen en tussen sectoren over prioriteiten, wenselijke projecten en taakverdelingen. Eventueel kan de verdeling van budgetten gezamenlijk worden aangestuurd zodat ook hier geen ad hoc beslissingen moeten worden genomen op het niveau van projectaanvragen. Verantwoordelijk voor het komen tot het uitvoeringsprogramma is een beleidscommissie onder voorzitterschap van de prostitutieambtenaar.
-
Sectorale Actieplannen Elke sector kent zijn eigen actieplan, voortkomend uit de lijnen zoals vastgelegd in het Integrale Uitvoeringsprogramma. Hieronder wordt op hoofdlijn geschetst uit welke elementen zo’n sectoraal actieplan zou kunnen bestaan. Een vast format voor de actieplannen is overigens aan te raden (knelpunten, organisatie, actiepunten, financiën etc): Sector welzijn Drie knelpunten vragen om een oplossing. De gebrekkige toegang tot de besloten vormen van prostitutie, de steeds maar toenemende invloed van de migratie in de prostitutie die de toegankelijkheid van voorzieningen voor veel prostituees belemmert. Tenslotte ontbreekt er structureel overleg en samenwerking binnen de sector. Om aan deze problemen het hoofd te bieden wordt voorgesteld dat het Gewest inzet op een coördinatiestructuur binnen de sector Welzijn, waar de prostitutieambtenaar en een structureel overleg met betrekking tot welzijn van de prostituee een belangrijke rol kunnen spelen. Deze coördinatiestructuur zou een rol kunnen spelen in het wegwerken van verschillende knelpunten/hiaten in de sector, bijvoorbeeld: o
Een samenwerkingsverband om via internet ook verborgen vormen van prostitutie te bereiken en hierover inzicht te verwerven (CAW Mozaiek).
o
Uitbouwen van afspraken over een gestroomlijnde tolkenwerking waarvan alle organisaties gezamenlijk kunnen profiteren.
Pagina 166
Integraal Prostitutiebeleid in Brussel
o
Seinpost Adviesbureau BV
Terugbrengen van een specifiek aanbod voor jongensprostitutie (CAW Mozaiek, via Gewestelijke financiering).
o
Samenwerking zoeken met actoren uit de drugshulpverlening (bijvoorbeeld MSOC-MASS) om de problematiek van prostitutie en verslaving gerichter 198
te kunnen opvangen
.
Sector Leefbaarheid Straatprostitutie, en in mindere mate andere vormen van zichtbare prostitutie veroorzaken reële overlast. De verschillende maatregelen tegen overlast in het Brussels Gewest zijn tot nu toe incrementeel en relatief ad hoc ontwikkeld. Het gemis van een gedeelde visie achter de initiatieven laat zich merken. Bovendien worden bepaalde instrumenten om overlast te beperken, zoals de instrumenten van de ruimtelijke ordening of de politiereglementen onderbenut. Voor deze sector is een sterker uitgebouwd overleg zinvol. In de eerste plaats tussen de betrokken burgemeesters, waarbij uitgegaan wordt van de respectievelijke ‘specialiteiten’ van elke gemeente. Dit overleg zou in ideale omstandigheden kunnen leiden tot de afbakening van gedoogzones voor de verschillende vormen van zichtbare prostitutie, met in overleg vastgelegde maximumaantallen voor werkplekken per werkvorm, dit rekening houdend met de geografische logica van de verschillende prostitutievormen. Het vastleggen van deze gedoogzones zal gebruik moeten maken van de ter beschikking staande instrumenten van de ruimtelijke ordening en/of het politiereglement. Vooral de selectie en ontwikkeling van een geschikte tippelzone lijkt de enige mogelijkheid om de straatprostitutie uit de 199
woongebieden te houden en zo de overlast te doen verdwijnen
.
Sector Criminaliteit Wat de sector criminaliteit betreft blijken de belangrijkste knelpunten dat men hier evenmin een sterk inzicht heeft in de besloten prostitutievormen en dat de huidige regelgeving en beleidspraktijken lijken te worden voorbijgestoken door
198
Interessante ervaringen hieromtrent werden genoteerd in Rotterdam. Het Antwerpse project waar het MSOC Free Clinic een straathoekwerking uitbouwt voor verslaafde straatprostituees is nog pril, maar kan in de toekomst misschien een leerzame ervaring betekenen voor Brussel. 199 De ervaringen uit Antwerpen, Rotterdam en Glasgow kunnen dienen om de problemen en valkuilen die met een dergelijke keuze gepaard gaan te verkennen en hierop te anticiperen.
Pagina 167
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
ontwikkelingen in de prostitutiesector zelf. Dit is echter het terrein waarop het Brussels Gewest de facto het minst impact heeft. Informatie Vanuit de sectoren dient er een informatiestroom te ontstaan naar de Beleidscommissie en Stuurgroep. Naast de ‘dagelijkse’ informatie is het advies om periodiek (één–/tweejaarlijks) een inventarisatie (prostitutiebarometer) uit te voeren en deze informatie breed beschikbaar te stellen (gedeelde database). De werkwijze die gebruikt is om ten behoeve van dit advies de prostitutiebranche in kaart te brengen zou model kunnen staan voor de prostitutiebarometer. Aandachtspunt is waar deze activiteit ondergebracht zou kunnen worden, wellicht is het observatorium een geschikte plek.
Pagina 168
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
17 Literatuur
L i t e r a t u u r B r u sse l , A n t w e r p e n
Rapporten en verslagen •
Belgische Senaat (2000) De mensenhandel en de prostitutie in België, verslag namens de subcommissie ‘mensenhandel en prostitutie’ uitgebracht door de dames Thijs en de T’Serclaes, Wetgevingsstuk 2152/1, , 12 juli 2000, Brussel: Belgische Senaat, http://www.senaat.be/www/?MIval=/publications/viewPub.html&COLL= S&LEG=2&NR=152&VOLGNR=1&LANG=nl.
•
Comité P (2005) Jaarverslag 2004, hoofdstuk 2: toezichts- en opvolgingsonderzoeken, te consulteren op http://www.comitep.be/nl/nl.html (laatst bezocht 25/05/2008)
•
Comité P (2003) Jaarverslag 2002, bijlage 3: werkwijze en optreden van de politiediensten die te maken hebben met het prostitutiemilieu, http://www.comitep.be/2002/Verslag_bijlagen/ann_I_nl.pdf (laatst bezocht 25/05/2008)
•
Comité P (2002) Jaarverslag 2001, deel 3, te consulteren via http://www.comitep.be/nl/nl.html (laatst bezocht 25/05/2008)
•
Polite van Brussel Hoofdstad Elsene (2007), Activiteitenrapport 2006, http://www.polbru.be/Public/Files/media/fichiers/ra2006nl.pdf (laatst bezocht 25/05/2008)
•
Politiezone Zuid (2006) Jaarverslag 2004-2005, http://www.polbrumidi.be/Verslag%20NL%20-%20Lage%20Def.pdf (laatst bezocht 25/05/2008)
•
Brussa, L. (2007, ed.) TAMPEP7 Activity report 2007, Brussels: European Commission for Health and Consumer Protection.
•
Espace P (2007) Rapport d’activités 2006, Bruxelles: Espace P.
•
Payoke (2006) Jaarverslag 2005, http://www.payoke.be/pages/jaarverslag2005.pdf (laatst bezocht 25/05/2008).
Pagina 169
Prostitutie Brussel in Beeld
•
Seinpost Adviesbureau BV
Payoke (2005) Jaarverslag 2004, http://www.payoke.be/pages/webjaarverslag2004.pdf (laatst bezocht 25/05/2008).
•
Dieleman, M. (2006) Jeunes prostituées et réponses sociales, état des lieux et recommendations, projet pilote, avec le concours du Ministère de l'Enfance et de la Santé et de l'Aide à la Jeunesse en Communauté Française en collaboration avec le Nid ASBL, http://www.carrefoursaj.be/Documents/Jeunes%20prostitu%E9es%20et%20r%E9ponses%20sociales%20(2).pdf (laatst bezocht 25/05/2008).
•
Entre2 (2007) Rapport d’activités 2006, Bruxelles: Entre2
•
Centrum voor Gelijkheid van Kansen en Racismebestrijding (2008) Mensenhandel-mensensmokkel: jaarverslag 2007, een beleidsanalyse vanuit de visie van een nationaal rapporteur, Brussel: CGKR, te downloaden op http://www.diversiteit.be/?action=publicatie_detail&id=25&thema=5 (laatst bezocht 25/05/2008).
•
Pag-Asa (2006) Jaarverslag 2005, http://www.pagasa.be/uploads/documenten/jaarverslag2005electronndl. pdf. (laatst bezocht 25/05/2008).
•
Pag-Asa (2007) Jaarverslag 2006, http://www.pagasa.be/uploads/documenten/JAARVERSLAG_LR.pdf (laatst bezocht 25/05/2008).
•
Observatorium voor Gezondheid en Welzijn (2007), Brussels Armoederapport 2007: Externe Bijdragen, http://www.observatbru.be/nl/Social/Externe%20bijdragen%202007.pdf (laatst bezocht 25/05/2008).
•
Van San, M. (2007) Schone schijn bedriegt: over opbloeiende prostitutie in de rafelrand, Rotterdam: RISBO.
•
Seinpost Adviesbureau BV (1999): Beleidsplan Prostitutie Antwerpen, Rotterdam: Seinpost Adviesbureau BV.
•
Seinpost Adviesbureau BV (2004): Evaluatie uitvoering integraal prostitutiebeleid, Rotterdam: Seinpost Adviesbureau BV.
Pagina 170
Prostitutie Brussel in Beeld
•
Seinpost Adviesbureau BV
Dienst Prostitutiebeleid (2004) Integrale aanpak van de prostitutie: stand van zaken. Raadscommissie 12 januari 2004, Antwerpen: Stad Antwerpen. Artikelen en boeken
•
Mossiaux, J. (2008) Huidig hulpverleningsaanbod voor sekswerkers onder de loep, indymedia.be, 11/03/2008- 13:09, http://www.indymedia.be/node/26413
•
Verelst, J. (2008) Seks in de schemerzone, De Morgen, 15/03/2008.
•
Haine, K., Willems, H., Wils, J., Moortgat, K., Onzia, M. & E. Keppens (2007) Een Rode Draad voor het Schipperskwartier: prostitutiebeleid en stadsontwikkeling in Antwerpen, Antwerpen: Stad Antwerpen.
•
Donckers, W. (2007) Boysproject: jongensprostitutie in Antwerpen, ZIZOmagazine, januari/februari 2007, www.zizomagazine.be/pdf/jongensprostitutie.pdf.
•
Wouters, K., Van Damme, P., Vercauteren, A., Verheyen, J., Castermans, S. & A. Meheus (2002) Sexually transmitted infections (STI) among prostitutes in Antwerp, Belgium, Archives of Public Health, 60, pp. 27-38.
•
Sioen, P. (1996) Het jongenskwartier. Straatprostitutie in Brussel, Antwerpen: Dedalus.
•
L.M. Agustín (s.d.) Sex at the Margins: Migration, Labour Markets and the Rescue Industry, London: Zed Books.
•
CAW Mozaiek, (2005) verband tussen migratie, illegaliteit en mannenprostitutie: focus op de Noord-Afrikaanse gemeenschap, http://mozaiek.vgc.be/brochure/verband%20tussen%20migratieilligalitei t%20en%20mannenprostitutie.pdf (laatste bezoek 27/05/2008)
•
Vermeulen e.a. (2006) Mensenhandel in België: status questionis, toekomstopties en evaluatie, Brussel: Koning Boudewijnstichting.
•
Stevens, L., Strafrecht en seksualiteit. De misdrijven inzake aanranding van de eerbaarheid, verkrachting, ontucht, prostitutie, seksreclame, zedenschennis en overspel, Intersentia, Antwerpen-Groningen, 2002.
•
Kooistra, J. (2007) Loverboys dumpen Nederlandse meisjes in België, Elsevier, 10 maart 2007, http://www.elsevier.nl/nieuws/buitenland/artikel/asp/artnr/142892/inde x.html
Pagina 171
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Websites •
http://www.guidesocial.be/actualites/augmentation-de-la-prostitution-abruxelles.html (14/03/2002)
•
http://www.guidesocial.be/actualites/moins-de-prostitution-de-rue-abruxelles.html (03/02/06)
•
www.hookers.nl
•
http://www.vrouwenraad.be/dossiers/2003/prostitutie_inhoud.html#soci ale_bescherming
•
http://www.vrouwenraad.be/pdf/prostitutie/prostitutie_geschiedenis_we tg.pdf
•
http://www.vrouwenraad.be/pdf/strafrecht.pdf
Wet- en regelgeving
Politiereglementen •
Algemeen Politieglement Antwerpen, hoofdstuk 6: Specifieke regelgevingen, afdeling 2: daden van ontucht en prostitutie; afdeling 3: straat- en plaatsverbod.
•
Algemeen Politieglement Anderlecht.
•
Algemeen Politieglement Brussel.
•
Algemeen Politieglement Elsene.
•
Algemeen Politieglement Ganshoren.
•
Algemeen Politieglement Jette.
•
Algemeen Politieglement Koekelberg.
•
Algemeen Politieglement Oudergem.
•
Algemeen Politieglement Sint-Agatha-Berchem.
•
Algemeen Politieglement Sint-Gillis.
•
Algemeen Politieglement Sint-Jans-Molenbeek.
•
Algemeen Politieglement Sint-Lambrechts-Woluwe.
•
Algemeen Politieglement Sint-Pieters-Woluwe.
•
Algemeen Politieglement Ukkel.
•
Algemeen Politieglement Vorst.
•
Algemeen Politieglement Watermaal-Bosvoorde.
•
Algemeen Zonaal Politieglement Schaarbeek/Sint-Joost-ten-Node/Evere.
•
Algemeen Politieglement Etterbeek.
Pagina 172
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Lokale belastingen •
Ville de Bruxelles (2007) Règlement taxes 2008-taxe sur les locaux abrités dans des maisons de rendez-vous ou dans des immeubles où s’exercent des activités analogues, Arrête-Conseil du 19/11/2007, code: 19/11/2007/A/017.
•
Ville de Bruxelles (2007) Règlement taxes 2008-taxe sur les serveuses et serveurs occupés dans les débits de boissons, Arrête-Conseil du 19/11/2007, code: 19/11/2007/A/034.
•
Ville de Bruxelles (2007) Règlement taxes 2008-taxe sur les locaux où sont organisés des spectacles de charme, Arrête-Conseil du 19/11/2007, code: 19/11/2007/A/014.
•
Commune d’Etterbeek (2007) Taxe sur les cercles privésrenouvellement, Séance du 15 octobre 2007, Extrait du registre aux procès-verbaux des séances du Conseil communal, code: 15.10.2007/A/037.
•
Commune d’Etterbeek (2007) Taxe sur les personnes occupies dans les bars et autres établissements analogues-renouvellement, Séance du 15 octobre 2007, Extrait du registre aux procès-verbaux des séances du Conseil communal, code: 15.10.2007/A/029.
•
Commune de Molenbeek-Saint-Jean (2007) Taxes communales-cercles privés-renouvellement, Séance du 23 novembre 2006, Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, code: 06/11/23/A/006.
•
Commune d’Auderghem (2007) Finances Reglement-taxe sur les cercles privés et sur les établissements dont l’acces est reserve a des personnes qui se soumettent à certaines formalités-renouvellement-modification, Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, code: 25.10.2007/A/015.
•
Commune de Schaerbeek (2005) Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, séance du 21 décembre 2005, code: 21.12.2005/A/004.
•
Commune de Schaerbeek (2007) Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, séance du 19 décembre 2007, code: 19.12.2007/A/008.
Pagina 173
Prostitutie Brussel in Beeld
•
Seinpost Adviesbureau BV
Commune de Schaerbeek (2005) Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, séance du 30 novembre 2005, code: 30.11.2005/A/005.
•
Commune de Saint-Gilles (2007) Règlement de taxe sur les debits de boissons ouvert après minuit-renouvellement, modification, Séance du 13 décembre 2007, Extrait du registre aux procès-verbaux des séances du Conseil communal, code: 13.12.2007/A/019.
•
Commune de Saint-Gilles (2004) impot sur les établissements don’t l’accès est reserve à des personnes qui se soumettent à certaines formalités et où régulièrement il est offert la possibilité de consommer des boissons de tout type, Séance du 2 décembre 2004, Extrait du registre aux procès-verbaux des séances du Conseil communal, code: 02.12.2004/A/24.
•
Commune de Saint-Gilles (2007) taxe sur les serveuses et serveurs de bar: renouvellement, modification du tarif, Séance du 27 octobre 2004, Extrait du registre aux procès-verbaux des séances du Conseil communal, code: 27.10.2004/A/33.
•
Commune de Saint-Gilles (2007) impots sur les locaux où sont organizes des spectacles de charme, Séance du 29 mars 2007, Extrait du registre aux procès-verbaux des séances du Conseil communal, code: 29.03.2007/A/50.
•
Commune de Saint-Josse-ten-Noode (2004) taxe sur les immeubles ou parties d’immeubles appelés ‘carrées’, Séance du 27 octobre 2004, Extrait du registre aux procès-verbaux du Conseil communal, code: 27.10. 04/A/012.
•
Commune de Saint-Josse-ten-Noode (2006) taxe sur les cercles privés, Séance du 25 octobre 2006, Extrait du registre aux procès-verbaux du Conseil communal, code: 25.10.06/A/027.
•
Commune de Saint-Josse-ten-Noode (2005) taxe sur les débits de boissons avec serveuses (serveurs, danseuses (danseurs), chanteuses (chanteurs), de tabac etc…, Séance du 30 novembre 2005, Extrait du registre aux procès-verbaux du Conseil communal, code: 30.11.05/A/013.
•
Commune de Saint-Josse-ten-Noode (2005) impôt sur les locaux où sont organize des spectacles de charme, Séance du 30 novembre 2005,
Pagina 174
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Extrait du registre aux procès-verbaux du Conseil communal, code: 30.11.05/A/015. •
Commune de Woluwe-Saint-Pierre (2006) Règlement-taxe relative aux cercles privés-renouvellement-prorogation, Extrait du registre des déliberations du Conseil communal, séance du 18 décembre 2006, code: 48-18.12.2006/A/038.
•
Commune d’Uccle (2006) Renouvellement du règlement-taxe sur les cercles privés, Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, séance du 22 juin 2006, code: 22.06.2006/A/042.
•
Commune d’Ixelles (2007) taxes sur les cercles privés. Modification, Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, séance du 15 novembre 2007, code: 15.11.2007/A/091.
•
Commune d’Ixelles (2007) taxes sur les établissements au sein desquels exerce du personnel de bar. Modification, Extrait du registre aux déliberations du Conseil communal, séance du 15 novembre 2007, code: 15.11.2007/A/092. Internationale verdragen
•
UN-Convention for the Suppression of the Traffic in Persons and of the Exploitation of the Prostitution of Others, New York, 2 December 1949.
•
UN-Convention against Transnational Organized Crime, New York, 15 November 2000.
•
ILO-Convention C182 concerning the Prohibition and Immediate Action for the Elimination of the Worst Forms of Child Labour Geneva, 17 june 1999. Federale wetgeving
•
Belgisch Staatsblad (1948) Wet van 21 augustus 1948 tot afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie, Brussel: B.S. 13.09.1948, p. 7352.
•
Belgisch Staatsblad (2001) Wet van 28 november 2000 betreffende de strafrechtelijke bescherming van minderjarigen, B.S. 17/03/2001.
•
Belgisch Staatsblad (1995) Wet van 13 april 1995 houdende bepalingen tot bestrijding van de mensenhandel en van de kinderpornografie, Brussel: B.S., 25
Pagina 175
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
april 1995 (gewijzigd bij de wetten van 17 juni 1995 (err., B.S., 17.VI.1995) 6 juli 1995 (err., B.S., 6.VII.1995), Laatste wijziging: wet van 10 augustus 2005 (B.S. 2.IX.2005). •
Belgisch Staatsblad (1995) Wet van 27 maart 1995 tot invoeging in het Strafwetboek van een art. 380quinquies en tot opheffing van het art. 380quater, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, B.S., 25 april 1995.
•
Belgisch Staatsblad (1993) Wet van 9 maart 1993 ertoe strekkende de exploitatie van huwelijksbureaus te regelen en te controleren, Brussel: B.S. 24.04.1993 (gewijzigd bij de wetten van 11 april 1999 (B.S. 30.04.1999) en van 15 december 2005 (B.S. 28.12.2005)).
Ordonnanties Brussels Hoofdstedelijk Gewest •
Belgisch Staatsblad (2003), 27 november 2003 : Ordonnantie houdende instemming met het Aanvullend Protocol bij de overeenkomst van de Verenigde Naties ter bestrijding van de transnationale georganiseerde misdaad met het oog op het voorkomen, onderdrukken en bestraffen van de mensenhandel en in het bijzonder de handel in vrouwen en kinderen, gedaan te New York, op 15 november 2000 / J. Chabert [et al.] ; Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Moniteur belge ; 11.12.2003, p. 58741-58742.
Literatuur overig •
Bestuursdienst gemeente Rotterdam (2000): Het Rotterdams Prostitutiebeleid. Rotterdam: Gemeente Rotterdam.
•
Gemeente Rotterdam (2007): Actieplan Maatschappelijke Integriteit. Rotterdam: Gemeente Rotterdam.
•
GGD Rotterdam en omstreken (2006): Sociale Kaart Jeugdprostitutie. Rotterdam: GGD.
•
Goderie, M. & Boutellier, H. (2006): Prostitutie in Rotterdam. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.
•
Goderie, M., Spierings, F. & Woerds, S. ter (2002): Illegaliteit, onvrijwilligheid en minderjarigheid in de prostitutie een jaar na de opheffing van het bordeelverbod. Utrecht: Verwey-Jonker Instituut.
Pagina 176
Prostitutie Brussel in Beeld
•
Seinpost Adviesbureau BV
Ministerie van Justitie, Directoraat-Generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving (2008): Brief prostitutiebeleid, 5542735/08. Den Haag: Ministerie van Justitie.
•
Open Road Project (2007): Men Involved in Prostitution in Glasgow - A summary of agency responses. Glasgow: Open Road Project.
•
Prostitutie Maatschappelijk Werk (2007): Jaarverslag 2007. Inzet en resultaten Prostitutie Maatschappelijk Werk. Rotterdam: Prostitutie Maatschappelijk Werk.
•
Savornin Lohman, P.M. de, Remme, H.W.G. & Hillenaar, W.A.G. (1999): De opheffing van het algemeen bordeelverbod. Den Haag: VNG Uitgeverij.
•
Scottish Executive (2004): Being Outside: constructing a response to street prostitution. A report of the Expert Group on Prostitution in Scotland. Edinburgh: Blackwell’s Bookshop.
•
Siegel, D. & De Blank, S. (2008): Vrouwen die in vrouwen handelen. De rol van vrouwen in mensenhandelnetwerken. Tijdschrift voor Criminologie, 2008 (50) 1, p. 35-48.
•
Vanwesenbeeck, I., Höing, M. & Vennix, P. (2002): De sociale positie van prostituees in de gereguleerde bedrijven, een jaar na wetswijziging. Utrecht/Den Haag: Rutgers NISSO Groep/WODC, Ministerie van Justitie. Websites
•
Gemeente Glasgow: www.glasgow.gov.uk
•
Openbaar Ministerie: http://www.om.nl/parket/arrondissementsparket_amsterdam/informatie /isd/, 26-06-2008.
•
Zorg en Welzijn (2006): De dames van ‘voorheen de Keileweg’ willen er iets van maken. Mensenwerk. http://www.zorgwelzijn.nl/archief/id2010765661/de_dames_van_voorheen_de__keileweg_willen_er_iets_van_mak en_mensenwerk.html, 23-05-2008.
Pagina 177
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 178
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
18 Bijlagen
Bijlage 1 Overzichtskaart Brussel
Pagina 179
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 180
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Pagina 181
Prostitutie Brussel in Beeld
Pagina 182
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Bijlage 2 E-mailsurvey Nederlands
Enquête prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Geachte heer/mevrouw,
Ingesloten sturen wij u een enquête omtrent prostitutie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Deze enquête wordt naar alle Brusselse gemeenten gestuurd en kadert in een onderzoek van studiebureau Seinpost nv en de Erasmus Hogeschool Brussel in opdracht van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering. De studie peilt naar de omvang en spreiding van de prostitutieproblematiek in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en heeft tot doel om te komen tot een integrale gewestelijke beleidsvisie inzake prostitutie. Uw medewerking wordt gevraagd om een beeld te kunnen vormen van de schaal waarop de prostitutie zich afspeelt binnen het Gewest en van de aanpak die de verschillende gemeenten daar tegenover stellen. De vragenlijst is eerder beknopt gehouden. Het invullen van deze enquête zou u slechts een kwartiertje tijd mogen kosten maar is voor het goede verloop van dit onderzoek van groot belang. U kan uw antwoorden digitaal invullen in de grijze vakken. Spring naar het volgende vak met TAB. Wanneer de vragenlijst afgewerkt is, kan u hem mailen naar:
[email protected] Graag danken wij u bij voorbaat voor uw medewerking,
Dr. Maarten Loopmans Afdeling Stedenbouw en Ruimtelijke Planning Departement Industriële Wetenschappen en Technologie Erasmus Hogeschool Brussel Nijverheidskaai 170 1070 Brussel
Pagina 183
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Begin van de enquête ↓ Aanwezigheid prostitutie op het gemeentelijk grondgebied De volgende vragen peilen naar de aard en aantallen van de aanwezige prostituees op het grondgebied van uw gemeente 1.
Geef in onderstaande tabel aan a.
hoeveel (schatting) prostitutie-instellingen in de volgende vormen zich op het gemeentelijke grondgebied bevinden;
b.
hoeveel prostituees er in TOTAAL PER TYPE op uw grondgebied min of meer actief zijn. Indien u het niet weet, duid dan aan met “weet niet”. Indien deze vorm niet voorkomt op uw grondgebied, duid dan aan met N/A;
c.
in welke straten de verschillende vormen van prostitutie voorkomen.
Vorm van prostitutie
Aantal instellingen
Aantal prostituees
Aantal
Aantal
N/A
Weet niet
Bars Carrés Hôtels de passe Tippelzones Cafés Private clubs Escortbureaus Privé-huizen Massagesalons Cabarets of stripteasetenten Thuisontvangst Andere vormen van prostitutie, namelijk
Pagina 184
N/A
Weet niet
Locaties
Prostitutie Brussel in Beeld
2.
Seinpost Adviesbureau BV
Indien u weet hebt van prostitutie op uw grondgebied, kan u ook aangeven welke actoren er in de branche actief zijn? Actoren Prostituees
Aantal
Leeftijd
Herkomst (voornamelijk)
mannelijk vrouwelijk travestie transseksueel
Pooiers, exploitanten van bars, clubs, etc… Zorg en welzijn In onderstaande vragen peilen we naar uw perceptie van de zorg- en welzijnsproblematiek van prostituees op het grondgebied van de gemeente.
3.
Werd het gemeentebestuur reeds geconfronteerd met specifieke problemen op het vlak van gezondheid of welzijn van prostituees die actief zijn in een of meerdere van deze vormen van prostitutie? Ja Nee a.
Indien ja, geef in onderstaande tabel aan welke soort problemen bij welke vorm van prostitutie voorkomt en eventueel op welke manier. Soort prostitutie
Problemen
Bars
Carrés
Tippelzones,
Clubs
Escort,
Massage-
Cabarets, striptease
gezondheid en
Hôtels de
Privé-
salons,
welzijn
passé, cafés
ontvangsten
privéhuizen
Drugs Alcohol Tabak Agressie Fysieke klachten Psychische klachten Werkomstandigheden prostituees Overig, namelijk
4.
Zijn er in uw gemeente specifieke projecten of organisaties met betrekking tot zorg en welzijn van prostituees? Ja Nee a.
Indien ja, welke?
Pagina 185
Onderzoek prostitutie Brussel
5.
Seinpost Adviesbureau BV
a. Zijn er in uw gemeente specifieke projecten of organisaties met betrekking tot de samenlevingsproblematiek en leefbaarheid tussen prostitutie en omwonenden? Ja Nee a.
Indien ja, welke?
Overlast In deze vragen peilen we naar de mate en vorm van overlast veroorzaakt door prostitutie of gerelateerde activiteiten in uw gemeente. 6.
Werd het gemeentebestuur reeds geconfronteerd met klachten i.v.m. overlast door een of meerdere van deze vormen van prostitutie? Ja Nee a.
Indien ja, geef in onderstaande tabel aan welke vorm van overlast bij welke vorm van prostitutie voorkomt en eventueel op welke manier. Soort prostitutie
Soort overlast
Bars
Carrés
Tippelzones,
Clubs
Escort,
Massage-
Cabarets,
Hôtels de
Privé-
salons,
striptease
passé, cafés
ontvangsten
privéhuizen
Verkeersoverlast Parkeeroverlast Vervuiling (condooms, naalden, overige) Geluidsoverlast Verkrotting Gevoelens van onveiligheid Waardevermindering vastgoed Ongewenste associatie met de bedrijfstak Anders, namelijk
Criminaliteit In deze vragen peilen we naar de vaststelling van criminele feiten in verband met prostitutie. 7.
Heeft u kennis van gevallen van criminaliteit gerelateerd aan prostitutie in uw gemeente? Ja Nee a.
Pagina 186
Indien ja, geef in onderstaande tabel aan welk soort criminaliteit bij welke vorm van prostitutie voorkomt en eventueel op welke manier.
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Soort prostitutie Prostitutie-
Bars
Carrés
Tippelzones,
Clubs
Escort,
Massage-
Cabarets, striptease
gerelateerde
Hôtels de
Privé-
salons,
criminaliteit
passé, cafés
ontvangst
privé-
en
huizen
Mensenhandel Onvrijwillige prostitutie Prostitutie door illegalen Prostitutie door minderjarigen Mishandeling Beroving Oplichting Drugshandel Loverboys Bedreiging Overig, namelijk
Handhaving 8.
Wordt er in uw gemeente door de lokale politie specifieke aandacht besteed aan de beheersing en controle van bepaalde vormen van prostitutie? Ja Nee a.
Indien ja, wat wordt er gedaan?
b.
Bij welke vorm van prostitutie?
Pagina 187
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Wet- en regelgeving 9.
Zijn er in uw gemeente in de politiecodex of in andere reglementen verordeningen opgenomen die specifiek verband houden met de regulatie van de prostitutie? Ja Nee a.
10.
Indien ja, op welke onderdelen van de problematiek hebben zij betrekking?200
Is er binnen uw gemeente nog andere regelgeving aangaande prostitutie van toepassing? Ja Nee a.
11.
Indien ja, vanuit welk bevoegd orgaan en waarop heeft de regelgeving betrekking201?
Ziet u knelpunten aangaande prostitutie binnen uw gemeente?
Ja Nee
a.
12.
200 201
Indien ja, welke, en welke oplossingsrichtingen/mogelijkheden zou u eventueel aanraden?
Heeft u nog elementen die in deze enquête niet aan de orde zijn gekomen en die relevant kunnen zijn voor de ontwikkeling van een gewestelijk integraal prostitutiebeleid?
Indien mogelijk graag kopie van regelgeving bijvoegen. Indien mogelijk graag kopie van regelgeving bijvoegen.
Pagina 188
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Bijlage 3 E-mailsurvey Frans
Enquête: La prostitution dans la Région de Bruxelles-Capitale
Cher Monsieur,Chère Madame,
Nous vous envoyons, ci-jointe, une enquête concernant la prostitution en région de Bruxelles-Capitale. Cette enquête est envoyée à toutes les communes bruxelloises et s’intègre dans une étude du bureau d’étude Seinpost nv et de la Haute Ecole Erasme sur commande du gouvernement de la région bruxelloise. L’étude s’interesse à l’ampleur de la prostitution en région bruxelloise et a pour objectif d’arriver à une politique régionale intégrée de la prostitution à Bruxelles-Capitale. Votre collaboration est utile dans l’optique d’esquisser une image, une cartographie de la prostitution dans la région et pour déterminer comment votre commune traite cette problématique. Le questionnaire a d’ores et déjà été réduit en taille. Votre participation à l’enquête pourrait prendre un quart d’heure mais aidera au bon déroulement de cette étude de grande importance. Vous pouvez répondre digitalement à l’aide des cases grises. Le passage à la case suivante s’exécute grâce à la touche TAB. Lorsque le questionnaire a été rempli, veuillez l’envoyer à l’adresse e-mail suivante:
[email protected] Nous vous remercions d’avance pour votre collaboration,
Dr. Maarten Loopmans Afdeling Stedenbouw en Ruimtelijke Planning Departement Industriële Wetenschappen en Technologie Erasmus Hogeschool Brussel Nijverheidskaai 170 1070 Brussel
Pagina 189
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Début de l’enquête ↓ Présence de la prostitution sur le territoire communal Les questions suivantes visent à estimer la nature et le nombre de prostitué(e)s présen(te)s sur le territoire de votre commune. 13.
Le tableau ci-dessous aborde les questions suivantes: d.
Combien(estimation) d’établissements de prostitution des formes suivantes se trouvent sur le territoire communal;
e.
Combien de prostitué(e)s au TOTAL ET PAR TYPE sont plus ou moins actifs sur votre territoire. Si vous l’ignorez, indiquez-le par “ Ne sais pas”. Si ces formes de prostitution nes e trouvent pas sur votre territoire, indiquez-le par N/P
f.
Dans quelles rues les diverses formes de prostitution se situent.
Forme de prostitution Bars Carrés Hôtels de passe Prostitution de rue Cafés Clubs privés Bureau d’escorts Maisons privées Salons de massage Cabarets ou striptease Reception à la maison Autres formes de prostitution dont:
Pagina 190
Nombre
Nombre de
d’établissements
prostitué(e)s
Nombre
Nombre
N/P
Sais pas
N/P
Localisations Sais pas
Prostitutie Brussel in Beeld
14.
Seinpost Adviesbureau BV
Si vous avez connaissance d’activités de prostitution sur votre territoire, pouvez-vous aussi indiquer quels acteurs sont actifs dans ce secteur ? Acteurs Prostitué(e)s
Nombre
Âge
Origine (principalement)
hommes femmes travestis Transsexuel(le)s
Maquereaux, exploitants de bars, clubs, etc… Santé et Bien-être Dans les questions sous-mentionnées, nous visons votre perception des problématiques de la santé et du bien-être des prostitué(e)s exerçant sur le territoire de votre commune.
15.
L’administration communale a-t-elle déjà été confrontée par des problèmes spécifiques touchant à la santé et au bien-être les prostitué(e)s actif(ve)s dans une ou plusieurs des formes de prostitutions suivantes? Ja Nee b.
Si oui, indiquez dans le tableau ci-dessous quelles sortes de problèmes sont associées à quelle forme de prostitution et éventuellement de quelle manière. Sorte de prostitution
Problèmes de santé et de bien-être
Bars
Carrés
Prostitution
Clubs
Escort,
Salons de
Cabarets,
de rue Hôtels
Réception
massage,
striptease
de passé,
à la
maisons
cafés
maison
privées
Drogues Alcool Tabac Agression Plaintes physiques Plaintes psychiques Conditions de travail des prostituées Autres, notamment:
Pagina 191
Onderzoek prostitutie Brussel
16.
Y a-t-il dans votre commune des projets spécifiques ou des organisations impliquées dans les questions liées à la santé et au bien-être des prostituées ? Oui Non b.
17.
Seinpost Adviesbureau BV
Si oui lesquel(le)s?
a. Y a-t-il dans votre commune des projets spécifiques ou des organisations impliquées dans les problèmes de cohabitation et de viabilité entre la prostitution et le résidentiel? Oui Non b.
Si oui, lesquel(le)s?
Les nuisances À travers ces questions nous voudrions estimer la mesure et les formes de nuisances occasionées par la prostitutions ou les activités connexes dans votre commune.
Pagina 192
Prostitutie Brussel in Beeld
18.
Seinpost Adviesbureau BV
Votre administration communale a-t-elle déjà été confrontée à des plaintes en rapport avec des nuisances occasionées par une ou plusieurs de ces formes de prostitution? Oui Non
b.
Si oui, indiquez dans le tableau ci-dessous quelle forme de nuisances est associée à quel type de prostitution et éventuellement de quelle manière. Type de prostitution
Type de nuisances
Bars
Carrés
Prostitution
Clubs
Escort,
Salons de
Cabarets,
de rue,
Réception
massage,
striptease
Hôtels de
à la
maisons
passé, cafés
maison
privées
Problèmes de circulation Problèmes de parking Malpropreté (condoms, seringue, autres) Problèmes de bruit Délabrement Sentiment d’insécurité Dévaluation des biens immobiliers Association indésirable avec le secteur Autres, notamment Criminalité À travers ces questions, nous visons la constatation de faits criminels en rapport avec la prostitution. 19.
Avez-vous connaissance de cas de criminalité liés à la prostitution dans votre commune?
Oui
Non b.
Si oui, indiquez dans le tableau ci-dessous quelle sorte de criminalité peut accompagner quelle sorte de prostitution et éventuellement de quelle manière. Sorte de prostitution
Prostitution-
Bars
Carrés
Prostitution de
Clubs
Escort,
Salon de
Cabarets, striptease
criminalité en
rue, Hôtels de
récep-tion
massage,
relation
passé, cafés
à la
maison
maison
privée
Traite d’êtres humains Prostitution involontaire
Pagina 193
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitution des illégaux Prostitution des mineurs Maltraitance Vols Escroquerie Trafic de drogues Loverboys Menaces Autres, notamment
Maintien de l’ordre 20.
La police locale de votre commune met-elle l’accent sur la maîtrise et le contrôle de formes de prostitution données? Oui Non c.
Si oui, comment cela a été réalisé?
d.
Sur quelle forme de prostitution?
Loi et règlements 21.
Y a-t-il dans votre commune, dans le code de Police ou dans d’autres règlements, des décrets qui ont été pris concernant spécifiquement la régulation de la prostitution? Oui Non b.
22.
Si oui, quelle(s) partie(s) de la problématique sont-elles abordées?202
Y a-t-il encore dans votre commune un autre règlement en application concernant la prostitution? Oui Non
202
Serait-il possible de joindre une copie du règlement?
Pagina 194
Prostitutie Brussel in Beeld
b.
23.
Seinpost Adviesbureau BV
Si oui, de quel organe compétent a rédigé le règlement et sur quelle matière porteil203?
Voyez-vous des points problématiques concernant la prostitution dans votre commune?
Oui
Non b.
24.
203
Si oui, lesquels, et quelles voies de solutions pouvez-vous éventuellement recommander?
Pensez-vous à d’autres éléments qui n’ont pas encore été évoqués dans cette enquête et pouvant être relevant dans le cadre du développement d’une politique intégrée et régionale de la prostitution?
Serait-il possible de joindre une copie du règlement?
Pagina 195
Onderzoek prostitutie Brussel
Pagina 196
Seinpost Adviesbureau BV
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Bijlage 4 Quickscan
Onderzoek prostitutie Brussels Hoofdstedelijk Gewest: Quickscan steden Een onderdeel van het prostitutie onderzoek ten behoeve van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest vormt de stedenvergelijking. In dit deel van het onderzoek zullen de oplossingrichtingen die in drie andere Europese steden zijn gevonden voor de regulering van de prostitutiebranche in kaart worden gebracht. Zoals voorgesteld door de opdrachtgever zullen de steden Antwerpen en Rotterdam in ieder geval deel uitmaken van het onderzoek. In de offerte-opdracht wordt de onderzoekers, voor wat betreft de derde stad die deel zou moeten uitmaken van de stedenvergelijking, de keuze gelaten. In de Seinpost offerte is aangegeven dat, bezien vanuit diverse invalshoeken, meerdere steden voor de stedenvergelijking in aanmerking komen, waaronder Stockholm, Glasgow en Zürich. Om tijdens het start-overleg tot een gefundeerde keuze van te onderzoeken steden te komen zijn alle steden aan een zogenaamde quickscan onderworpen. Dit eerste verkennende onderzoek geeft slechts een schets van de prostitutie-aangelegenheden en is nadrukkelijk niet volledig. Navolgend zijn de resultaten van de quickscan weergegeven, bestaande uit een korte beschrijving per stad aan de hand van de criteria aard, beleid, voorzieningen, locaties, overlast, criminaliteit, handhaving, wet- en regelgeving, evt. bijzonderheden. Tot slot zijn de gegevens in enkele tabellen grafisch samengevat.
Brussel Aard Publiek: -
Raamprostitutie
-
Straatprostitutie vrouwen
-
Straatprostitutie mannen
-
Straatprostitutie travestie
Besloten: -
Clubs/luxehotels
-
Privé-huizen met bars
-
Escortbureaus. Ruim vertegenwoordigd, internationaal georiënteerd
Beleid België heeft een abolitionistisch beleid, wat gericht is op het afschaffen van reglementering en registratie. (De exploitatie van) prostitutie wordt beschouwd als een vorm van geweld en/of slavernij die moet worden tegengegaan. Het openstellen van de grenzen in EU-verband voor werknemers heeft tot een grote toename van prostituees geleid met alle bijkomende verschijnselen.
Pagina 197
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Voorzieningen Merendeels georganiseerd door belangenorganisaties. Locaties Sommige sectoren van prostitutie zijn meer verspreid en ook verder in de rand. Men kan drie verschillende prostitutiesectoren met eigen kenmerken onderscheiden: -
Emile Jacqmainsector: straatprostitutie met gebruikmaking van hotelfaciliteiten. De Albert II-laan: travestieten uit Zuid-Amerika.
-
Sector Louizalaan: prostituees afkomstig van de Oostbloklanden (Albanië en Kosovo). Aanwezigheid meerdere luxehotels.
-
Sector Fontainasplein: homoseksuele prostitutie, «gay»-aangelegenheden.
Overlast -
Agressie prostituees en pooiers. Over slachtofferschap van prostituees is weinig geweten
-
Geluidsoverlast
-
Verkrotting, maar geen aanwijzingen voor een causaal verband met de prostitutie
Gerelateerde criminaliteit -
Drugsgerelateerde criminaliteit
-
Mensenhandel, maar vooralsnog weinig data hierover
-
Prostitutie illegalen
-
Prostitutie minderjarigen
Handhaving Uitdoofbeleid op carrés. In Sint-Joost wordt geen nieuwe vergunning voor carrés meer verleend; wanneer een carré stopt, kan in hetzelfde pand bovendien geen nieuwe uitbating opstarten. Dit uitdoofbeleid heeft het aantal panden van 140 naar 85 gebracht in de laatste vijf jaar; er zou nu op de markt een krapte zijn. Er bestaat sinds 2000 rendez-vousbelasting op afwerkhotels als afschrikmiddel, maar dit heeft weinig resultaat. In de Alhambrawijk is cameratoezicht. Wet- & regelgeving Prostitutie op zich is niet strafbaar, de exploitatie ervan wel. Het is ook verboden om klanten te ronselen op straat, via advertenties of op andere manieren. In de praktijk is er een gedoogbeleid van de exploitatie. Er wordt niet systematisch opgetreden tegen souteneurs. Dit heeft als gevolg dat prostitutie zich afspeelt in een schemerzone. Het gevaar bestaat dat verschuivingen tussen vrijwillige prostitutie en mensenhandel minder gemakkelijk worden opgemerkt. Bijzonderheden Meerdere gesproken talen in de stad. De prostitutiesector in het bijzonder is erg internationaal (vooral uit Oost-Europa). De wetgeving in Brussel loopt via het Brussels Hoofdstedelijk gewest, de Franse gemeenschapscommissie, de Vlaamse gemeenschapscommissie, de verschillende gemeenten binnen het Brussels hoofdstedelijk gewest en de federale overheid. De samenwerking met en tussen gemeenten is erg beperkt. Er bestaat zelfs een “afschuifbeleid” om de prostituees uit de ene gemeente te verbannen, de andere gemeente in.
Pagina 198
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Antwerpen Aard Publiek: -
Raamprostitutie
-
Straatprostitutie vrouwen
-
Straatprostitutie mannen
-
Bars
Besloten: -
Clubs/luxehotels
-
Privé-huizen
-
Escortbureaus
-
Sauna’s/massagesalons
-
Er zou ook prostitutie plaatsvinden in Turkse café’s (maar geen officiële bronnen)
Beleid België heeft een abolitionistisch geïnspireerd beleid, wat gericht is op het afschaffen van reglementering en registratie. (De exploitatie van) prostitutie wordt beschouwd als een vorm van geweld en/of slavernij die moet worden tegengegaan, prostituees worden echter als slachtoffers gezien en worden zelf niet gecriminaliseerd. Het openstellen van de grenzen in EU-verband voor werknemers heeft tot een grote toename van prostituees geleid met alle bijkomende verschijnselen. Voorzieningen Belangenorganisaties; Gezondheidsproject Universiteit Antwerpen Locaties Sommige (besloten) sectoren van prostitutie zijn meer verspreid en ook verder in de rand. Hierin zouden naar politieschattingen een 900-1100 prostituees actief zijn. Naast een kleine harde kern van verslaafde straatprostituees in de traditionele Atheneumbuurt, die sterk wordt bestreden, vindt er nog (getolereerde) prostitutie plaats aan: Stadspark/Van Schoonhovenstraat/groenzones Linkeroever; Roma, Belgische, Afrikaanse en Zuid-Amerikaanse prostituees actief (een 150-tal). Schipperskwartier: hier is een tolerantiezone in drie straten (300-tal ramen) -
Italiëlei-Amerikalei: barprostitutie (35- à 40-tal); toenemende verspreiding van het fenomeen.
Overlast -
In het tippelgebied Atheneumbuurt was veel overlast, ook van dealers; van de prostitutie zelf is dit fel geminderd maar dealen gebeurt er nog steeds.
-
In het Schipperskwartier is de overlast sterk geminderd na de zonering.
Gerelateerde criminaliteit -
Drugsgerelateerde criminaliteit.
-
Mensenhandel, maar weinig data hierover.
-
Prostitutie illegalen.
-
Prostitutie minderjarigen
-
Gewelddaden
-
Overvallen klanten en prostituees
Pagina 199
Onderzoek prostitutie Brussel
-
Seinpost Adviesbureau BV
In het Schipperskwartier is de criminaliteit sterk afgenomen; vooral in de gebieden omheen de tolerantiezone; binnenin de tolerantiezone is de afname minder scherp.
Handhaving Er wordt streng opgetreden tegen straatprostitutie in de Atheneumbuurt; raamprostitutie wordt nog enkel toegestaan (en streng gecontroleerd, zowel qua verblijfsstatuut van de prostituees als qua toestand van de werklocatie) binnen een gedoogzone van drie straten in het Schipperskwartier. Andere vormen van prostitutie veroorzaken weinig overlast en worden minder aangepakt; indien bij controles geen mensenhandel, gedwongen prostitutie of minderjarigen wordt aangetroffen, wordt hieraan de laagste prioriteit geschonken. Antwerpen heft een rendez-voustaks. Wet- & regelgeving Prostitutie op zich is niet strafbaar, de exploitatie ervan wel. Het is ook verboden om klanten te ronselen op straat, via advertenties of op andere manieren. In de praktijk is er een gedoogbeleid van de exploitatie. Er wordt niet systematisch opgetreden tegen souteneurs. Dit heeft als gevolg dat prostitutie zich afspeelt in een schemerzone. Het gevaar bestaat dat verschuivingen tussen vrijwillige prostitutie en mensenhandel minder gemakkelijk worden opgemerkt. Antwerpen heeft via gemeentelijke reglementering een gedoogzone met voorwaarden afgebakend voor publieke vormen van prostitutie, en voor straatprostitutie werden overlastboetes ingevoerd voor klanten. Bijzonderheden Door een eensgezinde aanpak en een gedreven burgemeester is Antwerpen er als eerste Belgische stad in geslaagd een coherent prostitutiebeleid op te zetten; de stad blijft echter pleiten voor een nationale hervorming van de prostitutiewetgeving (voornamelijk met als doel de prostituee een wettelijk statuut te geven; dit maakt regulering van de prostitutie op lokaal niveau ook wettelijk eenvoudiger).
Rotterdam Aard Besloten Legaal: Privéhuizen, seksclubs, massagesalons, uurhotels, kamerverhuurbedrijven, sauna’s, sm-studio’s, escortbedrijven (veelal regionaal georganiseerd), thuiswerksters, seksshops met cabines, seksbioscopen
204
. In totaal zijn 64 seksinrichtingen gelegaliseerd (in bezit van een
vergunning). Van deze inrichtingen maken in totaal 238 werkruimten, 18 cabines en 3 filmzalen deel uit. In de vergunde sector zijn gemiddeld per dag 400 prostituees werkzaam. Op jaarbasis plm. 2000. Illegaal: erotische massagesalons, escortbedrijven, Thaise massagesalons, Chinese kappers, Turkse horeca, zonnestudio’s, sauna’s, animeren in horeca. Omvang inrichtingen niet bekend. Aantal prostituees gemiddeld per dag werkzaam in de illegale sector: 450. Op jaarbasis bij benadering minstens 2000.
204
Zowel seksshops met cabines als seksbioscoop valt binnen het begrip ‘seksinrichting volgens de definitie als
opgenomen in de Algemene Plaatselijke verordening van Rotterdam.
Pagina 200
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Publiek De tippelzone is in 2005 gesloten. Dit heeft niet tot noemenswaardige verplaatsingseffecten binnen Rotterdam geleid. Wel is een klein deel van de prostituees naar de tippelzone in Utrecht vertrokken. Na de sluiting is een omgekeerde vorm van tippelen ontstaan: loopjongens zoeken in openbare ruimte naar klanten die vervolgens bij een prostituee wordt gebracht. Afwerkplekken zijn naar keuze van de klant (hotel, bij de klant, auto etc.). Overig Internet/webcam Beleid Rotterdam’s beleid gericht op: - Bescherming prostituee (tegengaan uitbuiting, geweld, slechte arbeidsomstandigheden, mensenhandel) - tegengaan van onveilige situaties - tegengaan illegaliteit Beleid voor wat betreft seksinrichtingen vastgelegd in vergunningenstelsel. Regelgeving stelt eisen aan: -
in seksinrichting werkzame prostituees (niet minderjarig, geldige verblijfstitel)
-
arbeidsomstandigheden/hygiëne/gezondheidszorg
Bij afhandeling vergunning aanvraag heeft de politie, GGD en brandweer een adviserende rol. Aspecten die bij vergunningverlening worden meegewogen zijn eventuele aantasting woonleefklimaat, ruimtelijke ordening, deelgemeentelijk horecabeleid. Overige beleidsinitiatieven/best practices -
Rotterdamse aanpak jeugdprostitutie, beschermingsarrangement met o.a. signalenlijst, meld- en verwijsroute, protocol opvang en hulp, daderaanpak, Sociale kaart Jeugdprostitutie, convenant ketenpartners
-
Signalering illegale prostitutie door burgers en professionals
-
Alijda-aanpak (aanpak malafide vastgoed-eigenaren)
-
Interventieteams gericht op leefbaarheid en veiligheid in de wijken (o.a. opvangen en doorgeleiden signalen van mensenhandel.
-
Integrale horeca-controle (verbetering veiligheid door naleving regels)
-
Ontwikkeling kwaliteitskeurmerk seksinrichtingen
-
Ontwikkeling modelcontracten voor prostituees en exploitanten
-
Centraal register vergunninghouders escortbranche (landelijk beheer door het Openbaar Ministerie)
Voorzieningen Landelijk -
Stichting de Rode Draad: belangenorganisatie voor prostituees in Nederland. Doelstelling: Emancipatie en positieverbetering voor de prostituee.
-
Stichting tegen Vrouwenhandel, Amersfoort
-
Soa centrum Den Haag, Soa infolijn
-
Informatiepunt jeugdprostitutie, Utrecht
-
Stichting Religieuzen tegen Vrouwenhandel
-
Vereniging Exploitanten Relaxbedrijven
-
Prostitutie maatschappelijk Werk, Humanitas Rotterdam
Pagina 201
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Rotterdam -
Opvang psychisch gestoorde en drugsverslaafde (voormalig) straatprostituées
Locaties Clubs en privéhuizen verspreid over enkele deelgemeenten waaronder: Centrum, Crooswijk, Noord Overlast Nauwelijks overlast, noch vanuit legale noch vanuit illegale sector. Wel maatschappelijke onrust in nabije omgeving prostitutiegebied of seksinrichting. Tevens gevoelens van onveiligheid, met name onder prostituees werkzaam in de illegale sector. Criminaliteit Mensenhandel (met name in de illegale escortbranche) Prostitutie door illegalen/minderjarigen Drugsgerelateerde criminaliteit Handhaving Betrokken instanties: politie, gemeente, GGD, OM, IND, Belastingdienst, Arbeidsinspectie, UWV. Partijen hebben gezamenlijk een handhavingsarrangement Prostitutiebeleid Rotterdam opgesteld met daarin onderlinge handhavingsafspraken gericht op verboden vormen van prostitutie en naleving vergunningplicht. Feitelijke acties: -
Sluitingen inrichtingen (illegaal of bij overtreding vergunningvoorschriften)
-
Opsporing, vervolging strafbare feiten gerelateerd aan prostitutie
-
Handhavingscontroles op vergunningvoorschriften door multidisciplinaire teams
-
Schouwen in risicogebieden tippelprostitutie
Wet- & regelgeving Landelijk: het bordeelverbod is in 2000 uit Wetboek van Strafrecht geschrapt. Rotterdam heeft daarna- als de meeste andere Nederlandse gemeenten- lokale regelgeving ontwikkeld. Deze regelgeving is opgenomen in Algemene Plaatselijke Verordening, uitgewerkt in nota Prostitutiebeleid. Voor uitwerking vergunningplicht zie onder beleid. Tevens is landelijke regelgeving van toepassing ten aanzien van: -
Belastingwetgeving (toezicht en controle op correcte vaststelling en inning van belastingafdrachten)
-
Sociale zekerheid (toezicht en controle op correcte vaststelling en inning van premieafdrachten)
-
Strafwetgeving (strafrechtelijke bestrijding van mensenhandel, seksueel geweld, seksueel misbruik en seksuele uitbuiting)
-
Arbo-regelgeving (met daarin vereisten t.a.v. onder andere: voorkoming van noodsituaties, verzorgingsruimten, arbeidsplaatsen, SOA-bestrijding, agressie en geweld.
Pagina 202
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Glasgow Aard Publiek: -
Straatprostitutie vrouwen (1000-1200 totaal, 80-120 per avond)
-
Straatprostitutie mannen (meer vanuit besloten vormen)
-
Straatprostitutie travestie
Besloten: -
Bordelen
-
Escortbureaus
-
Sauna’s en privé-appartementen
-
Individuele prostitutie
Geen definitieve statistiek over prostitutie, dus zijn aantallen niet bekend. Beleid Het beleid in Glasgow wordt getypeerd als ‘half-way house’ en bestaat uit verscheidene uitgangspunten en benaderingen. Dit varieert van harde maatregelen tegen overlast tot een ‘blind eye’-benadering door middel van informele tolerantie. Zo is er een onofficieel prostitutiegebied in het centrum, waar de vrouwen prefereren te werken vanwege de aanwezige camerabewaking. Deze ‘blind eye’-benadering zorgt echter niet voor een minder negatieve houding van politie en bevolking ten opzichte van de vrouwen. Voorzieningen Prostitutie wordt door het stadsbestuur gedefinieerd als beledigend voor vrouwen. Een lokale wet verbindt de stad tot het uitroeien van prostitutie, het promoten van de samenwerking tussen relevante organisaties (bijv. via kerk, maatschappelijk werk) om het leed van de prostituees te beperken. Locaties Het prostitutiegebied van Glasgow concentreert zich vooral in kleine kernen rond het centrum. Overlast -
Lastigvallen vrouwen (Ook al is het rustig overdag, ’s avonds en vooral in de weekends is het er druk. Vrouwen die alleen over straat liepen worden er regelmatig benaderd door mannen die een prostituee zoeken. Mensen in auto’s worden door prostituees benaderd)
-
Lange tijd zeer groot gevoel van onveiligheid.
Gerelateerde criminaliteit -
Drugsgerelateerde criminaliteit: 95% intraveneus drugsgebruik heroïne bij straatprostitutie vrouwen. Bij de mannen is dit minder dan 10%.
-
Geweld. Veel agressie tegen vrouwen en zeven prostituees vermoord in de jaren ’90.
-
Prostitutie minderjarigen.
Handhaving De straatprostitutie valt onder de Civic Government (Scotland) Act 1982, section 46(1), die luidt dat een prostituee in publieke plaatsen aan het werk is een strafbaar feit pleegt. Op de overtreding staat geen gevangenisstraf, maar een boete tot max. £500. Er is geen gedooggebied in Glasgow, maar in de praktijk wordt wel gedoogd. Vanwege enkele moorden op
Pagina 203
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
prostituees heeft Glasgow een veilige zone waar straatprostitutie gedoogd wordt binnen afgesproken tijden. De vrouwen werken in goed verlichte straten, waar ze bewaakt worden d.m.v. cameratoezicht. Sindsdien zijn er geen prostituees meer vermoord. Het hele systeem kost per jaar minder dan een moordonderzoek. Wet- & regelgeving In Schotland is prostitutie illegaal, maar wordt het gedoogd. De prostituees moeten boven de 18 zijn en mogen niet in publieke plaatsen werken. Sinds 15 oktober is de Prostitution (Public Places) (Scotland) Act van kracht en is het kopen van seksuele diensten illegaal. Ook alle activiteiten daaromheen, zoals bordeeleigenaarschap en pooierschap, zijn illegaal. Bijzonderheden Een werkgroep bestaande uit sleutelfiguren uit de welzijnssector, gemeentelijke overheid en politie hebben de problemen rondom prostitutie in de stad geïnventariseerd. Conclusie was onder andere dat de betrokken instanties veelal langs elkaar werkten. In navolging daarop is er een multidisciplinaire stuurgroep samengesteld die een voorstel tot strategisch partnerschap heeft geformuleerd met als doelstelling gezamenlijk beleid te ontwikkelen en uit te voeren. De inspanningen hebben vooralsnog geresulteerd in: 1.
De oprichting van een vennootschap op stadsschaal, ondersteund door een manager, met als opdracht strategisch beleid te ontwikkelen inspelend op alle facetten van de prostitutieproblematiek
2.
De samenstelling van een klein en specialistisch interventieteam. Dit team moet inspringen bij hulvragen vanuit de branche waarbij vooral aandacht moet zijn voor de vrouwen die de prostitutie willen verlaten. Het interventieteam bevordert tevens de samenwerking met relevante instellingen waardoor deze instellingen toegankelijker worden voor vrouwen in de prostitutie.
3.
De verplichting van alle partners om hun huidige organisatie opnieuw door te lichten en deze aan te passen op de strategie van het interventieteam.
Beleid en uitvoering zijn strak en efficiënt vormgegeven. De algehele prostitutie aanpak is goed gedocumenteerd en toegankelijk.
Pagina 204
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Stockholm Aard Publiek: -
Straatprostitutie vrouwen (180-200 per jaar)
-
Straatprostitutie mannen (weinig)
-
Straatprostitutie travestie (2-3 bekend)
Besloten: -
Bordelen, zonnestudio’s, massagesalons
-
Individueel via internet
-
Escortbureaus
-
Contact wordt o.a. gezocht in restaurants, bars en clubs
Aantallen vooralsnog niet bekend. Beleid In Zweden wordt prostitutie gezien als een aspect van mannelijk geweld tegen vrouwen en kinderen, die hierdoor als slachtoffer worden gezien. Prostitutie draagt bij aan de obstructie van gelijkheid tussen mannen en vrouwen. Gelijkheid tussen de seksen is een fundamentele prioriteit in Zweden, ook het prostitutiebeleid moet hiervan uitgaan. De Zweedse wetgeving is een duidelijk voorbeeld van de Zweedse sociale welzijnsbenadering voor sociale problemen. Er is geld beschikbaar om vrouwen de prostitutie uit te helpen en voor afkickbehandeling (alcohol- en drugs) van prostituees. De wetgeving is niet alleen ideologisch, maar ook holistisch van aard. De nadruk ligt zowel op het vestigen van de aandacht op de realiteit en consequenties van prostitutie als op de handhaving van de wetgeving. Voorzieningen Er bestaan zowel belangenorganisaties als voorzieningen vanuit de overheid voor prostituees én kopers van seksuele diensten. Locaties Straatprostitutie geconcentreerd rond het kantorengebied van Malmskillnadsgatan, na kantoortijd geheel verlaten. Overlast Niet van toepassing. Gerelateerde criminaliteit -
Drugsgerelateerde criminaliteit onder prostituees en pooiers. Maar veel minder handel in drugs dan voor de nieuwe wetgeving.
-
Geweld en mishandeling behoren tot het leven van alledag. Door de nieuwe wet zijn er minder klanten op straat, dus is het aandeel vreemde klanten met vreemde wensen (bijv. zonder condoom) en dus het risico voor de prostituees groter. Ook zijn de prijzen gedaald en zodoende verhandelen veel vrouwen de eis op een condoom om geld. Ze kunnen het zich ook niet veroorloven om nee te zeggen tegen de randgevallen.
-
Officieel is er geen toename in het aantal meldingen van geweld tegen vrouwen.
-
De situatie op straat is hierdoor ook veel gehaaster geworden vanwege het risico ontdekt te worden en omdat er minder vrouwen op straat werken, zodat het moeilijker in te schatten is of een klant in orde is. Er is ook minder tijd om elkaar te waarschuwen voor gewelddadige klanten. De prostituees hebben het gevoel dat het gevaarlijker is geworden op straat.
Pagina 205
Onderzoek prostitutie Brussel
-
Seinpost Adviesbureau BV
Er worden veel klanten opgepakt voor gebruik van alcohol in het verkeer (zero-tolerance beleid in Zweden).
-
Mensenhandel (schatting politie: 400-600 vrouwen). De wet op het kopen van seksuele diensten werkt als een barrière de vestiging van mensenhandelaren in Zweden tegen.
-
Prostitutie minderjarigen, slechts beperkt.
Handhaving De depenalisatie van de verkoop van seks betekent dat de prostituees niet meer gearresteerd en geïntimideerd mogen worden door de politie. Dit kan ervoor zorgen dat de prostituees zich minder gestigmatiseerd voelen. De politie richt zijn acties vooral op klanten van straatprostitutie en houders van bordelen in privé-appartementen. Verder zorgt dit systeem ervoor dat de vrouwen uit de prostitutie geholpen kunnen worden en gereïntegreerd kunnen worden in de samenleving. Wet- & regelgeving De wet op het kopen van seksuele diensten (1999), verbiedt het kopen van seks. De verkoop is niet verboden. De straf bestaat uit boetes of een gevangenisstraf tot max. 6 maanden. Zweden is hiermee uniek in de wereld. Sinds de invoering van de nieuwe wet is de straatprostitutie in Stockholm met meer dan tweederde afgenomen. Toch is prostitutie in Zweden illegaal, het is geen erkend beroep en de prostituees hebben geen recht op pensioen en sociale voorzieningen. Ook bordeeleigenaarschap is illegaal. Bijzonderheden Prostitutie is in Zweden nooit uitgebreid geweest. De aanleiding voor de wet was dus niet ingegeven vanuit de noodzaak tot regulering. Juridische veranderingen zijn in Zweden meestal gekoppeld aan de invoering van nieuwe en gewenste morele normen, in het geval van prostitutie is dit de gelijkheid van vrouwen die ondermijnd wordt door prostitutie.
Zürich Aard Publiek: -
Raamprostitutie (drastisch toegenomen)
-
Straatprostitutie vrouwen (neemt drastisch toe, 11 prostituees per 1.000 inwoners, dwz. +/- 350 prostituees)
-
Straatprostitutie mannen (ca. 1000)
-
Straatprostitutie travestie
Besloten: -
Bordelen (neemt toe), veel privé-huizen
-
Escortbureaus (groot aantal)
-
Individueel, de meeste prostituees werken onafhankelijk vanuit kleine studio’s via mobiele telefoons.
Beleid Zürich heeft een liberaal prostitutiebeleid, maar probeert vooral de raamprostitutie te reguleren. Sommige wetgevers voorspellen dat de prostitutie nog meer zal groeien nu de regering werkvergunningen voor de 10 nieuwe EU-landen onnodig heeft gemaakt. Dit leidde eerder al tot een groei in de prostitutie, van 3000 in 2004 tot bijna 4000 in 2005.
Pagina 206
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Voorzieningen Georganiseerd door zowel belangenorganisaties als overheidsorganisaties. Locaties Het prostitutiegebied is geconcentreerd tot het gebied rond Langstrasse, in het centrum van de stad en in de nabijheid van het centraal station. De gemeente heeft 20 bordelen in het gebied opgekocht om ze tot huizen om te bouwen en het gebied te verbeteren. De bordelen zijn verplaatst naar de periferie, waar de klanten geen parkeerproblemen hebben en geen overlast veroorzaken. Overlast -
Geluidsoverlast.
-
Verkrotting.
-
De Zwitserse overheid meent dat de nieuwe regels de economische groei bevorderen, maar anti-immigratiegroeperingen beweren dat de toename van de prostitutie laat zien dat de wet niet de opgeleide professionals aantrekt die Zwitserland nodig heeft.
Gerelateerde criminaliteit -
Mensenhandel, maar de groeiende prostitutie gaat het misbruik van vrouwen door mensenhandelaren tegen. Er wordt een daling van de illegale handel in vrouwen verwacht. Een van de redenen om vrouwen te smokkelen was namelijk de restrictieve wetgeving.
-
Prostitutie minderjarigen.
Handhaving De politie van Zürich heeft de aanbeveling gekregen om databestanden te koppelen en zo een veiligheidsmonitor mogelijk te maken voor de stad waarin de ontwikkelingen van jaar tot jaar kunnen worden gevolgd. Deze database kan dan een basis vormen om te nemen maatregelen op te funderen. Men werkt met KRISTA (Kriminalstatistiek (Langjarige reeksen)), POLIS (politiejournalen) en wil dit koppelen aan GIS- bestanden en aan uitkomsten van bevolkingsonderzoeken (enquêtes). Zodoende ontstaat een goed ruimtelijk beeld over alle vormen van criminaliteit. Deze ontwikkelingen staan echter nog in de kinderschoenen. Wet- & regelgeving Prostitutie is legaal in Zwitserland en de prostituees moeten een geldige werkvergunning hebben. De prostituees moeten de Zwitserse nationaliteit hebben, zich inschrijven bij de gemeente en de gezondheidsdienst en worden regelmatig op hun gezondheid onderzocht. Ook zijn er “verboden” zones om de prostitutie in te perken. Bordeeleigenaarschap is sinds 1992 legaal. Bevorderen en aanmoedigen van prostitutie is strafbaar. De Zwitserse wetgeving verbiedt de prostitutie van minderjarigen niet. Het is echter in strijd met door Zwitserland ondertekende “International Labor Conventions” die de prostitutie van minderjarigen verbied. Mensenhandel kan resulteren in een gevangenisstraf tot max. 20 jaar en het overhalen van een persoon tot prostitutie tot max. 10 jaar. Naast mensensmokkel ten behoeve van prostitutie wordt er een wet gemaakt om smokkel van arbeidskracht en ten behoeve van orgaantransplantatie strafbaar te maken.
Pagina 207
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Bijzonderheden Het gebrek aan beperkingen, gecombineerd met de rijkdom van Zwitserland, heeft het aantal prostituees per capita in Zürich doen oplopen tot de hoogste in de geïndustrialiseerde landen. Zwitserland heeft een liberale wetgeving en dat geldt ook voor de prostitutiewetgeving. Met het ook op de Europese kampioenschappen in 2008 is er op dit moment veel aandacht voor het fenomeen prostitutie. Ontwikkelingen bevinden zich echter nog in een pril stadium.
Pagina 208
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
De feiten grafisch weergegeven
Tabel 1. Prostitutievormen Publiek Raam
Besloten Bar
Straat vrouw
Straat man
Privé
Clubs
Escort
Massage/ Café Sauna
Bordeel
Brussel
Antwerpen
Rotterdam
Glasgow
Stockholm
Zürich
z Aanwezig z Waarschijnlijk aanwezig z Niet aanwezig
Pagina 209
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Tabel 2. Overlast en criminaliteit Overlast
Criminaliteit
Carrousel geluid
Onveilig Moreel heid
Mense n handel
pooiers Minder illegalen drugs geweld jarigen
Brussel
z
z
z
z
z
z
Antwerpen
z
z
z
z
z
z
Rotterdam
z
z
z
z
z
z
z
z
z
Glasgow
Stockholm
Zürich
z
z z
z Niet aanwezig z Waarschijnlijk aanwezig z Aanwezig
Pagina 210
z
z
z
z z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
z
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Tabel 3. Wetgeving en handhaving Wetgeving kope n
Brussel Antwerpen Rotterdam Glasgow Stockholm Zürich
Handhaving
verkope n
z z z z z z
z z z z z z
exploitatie regelgevin g
z z z z z z
z Legaal z Illegaal
z z z z z z z Ja z Nee
publiek privaat overlast rand mense criminaliteit n handel
z z z z z z
z z z z z z
z z z z z z
z z z z z z
z Actieve handhaving z Passieve handhaving z Geen handhaving
Tabel 4. Zorg medisch psychisch sociaal Brussel Antwerpen Rotterdam Glasgow Stockholm Zürich
z z z z
z z z z z z
z z z z z z
exit
z z z
Pagina 211
z z z z z z
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
Tabel 5. Concentratie publiek privaat Brussel Antwerpen
z z
Rotterdam Glasgow Stockholm Zürich
z z z
z z z z z z
Arnhem, 21 november 2007 __________________________
Pagina 212
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
B i j l a g e 5 P r o st i t u t i o n p o l i c y st a t e m e n t GLASGOW CITY COUNCIL Glasgow City Council recognises street prostitution as a significant social problem in Glasgow, which affects women, families and communities. As with other social problems the Council has a lead role to play in tackling the causes and the impact of prostitution. The Council is therefore publicly stating its commitment to taking action on this issue, which has blighted the lives of so many Glasgow women for so long. The majority of women involved in prostitution are citizens of this city who find themselves socially excluded and unable to participate in the life of the city. Their views are not heard and their needs are not addressed. This Council is determined to take a proactive and radical approach to women involved in prostitution and to social exclusion. This Council will support the development of a strategic, long term approach in the context of the Council’s Objectives and other policies such as Social Inclusion, Equality, Community safety, and Violence against women. Violence, experience of abuse, homelessness, poverty and drugs are at the root of street prostitution in Glasgow. The Council absolutely rejects the view of prostitution as work, which merely requires legalising and regulating. The Council absolutely rejects the argument that prostitution is a civil right – no woman wants the right to be sexually exploited, abused and demeaned. Women are often involved in prostitution because of their need to fund drug use and because they have no other viable or legitimate means of earning the amount of money which they require. There is overwhelming evidence that the money which women make in prostitution primarily goes straight to those supplying drugs and that women themselves do not benefit apart from ensuring their own and their partner’s drug supply. The Council is particularly concerned that it is the women involved in prostitution who are consistently blamed for the existence and continuation of prostitution. Women’s accounts of involvement in street prostitution are harrowing and involve a range of abusive behaviour by men. The Council calls for the men who use women in prostitution to be called to account and that these men’s actions be recognised as anti social and consequently diminishing the quality of life of the city. The Council is committed to working towards eliminating street prostitution in the city whilst providing support to, and opportunities for, women involved in prostitution and their children. It is the view of the Council that prostitution is one form of commercial sexual exploitation.
Pagina 213
Onderzoek prostitutie Brussel
Seinpost Adviesbureau BV
The Council will seek to minimise the harm done to women involved in prostitution and their families whilst also seeking to reduce the number of women entering prostitution and increase the number who leave. The Council recognises and acknowledges the complex issues surrounding prostitution and the need for public agencies to work together in addressing the situation in Glasgow. The key elements of this approach will be: •
Respect for women involved in prostitution
•
Concern for women’s safety and well being
•
Recognition of the harm done to women and their families through prostitution
•
Recommending that Council services take a non-judgmental and confidential approach to women involved in prostitution and ensure that attitudes to prostitution do not adversely affect the service which women receive e.g. child care, housing allocation
•
Preventative strategy, particularly aimed at young women which recognises that young women are victims of sexual exploitation
•
Concern about men’s use of prostitution and other forms of commercial sexual exploitation
•
Interagency working with other public, private and voluntary sector agencies.
Pagina 214
Prostitutie Brussel in Beeld
Seinpost Adviesbureau BV
Bijlage 6 Overzicht interviews Brussel •
Burgemeester Clerfayt, Schaarbeek, Brussel.
•
Politiezone Schaarbeek/Sint-Joost/Evere, Brussel.
•
Federale politie GDA Brussel.
•
Politiezone Brussel/Elsene.
•
Hans Willems; Mossiaux, Brussel.
•
Lokale politie BruNo, Brussel.
•
Espace P, Brussel.
•
Burgemeester Demannez Sint Joost, Brussel.
•
Federale gerechtelijke politie, Brussel.
•
Adzon, Brussel.
•
Straatprostituees, Quinzaine des Femmes, Brussel.
•
Entre2, Brussel.
•
Demannez Sint-Joost ten Node, Brussel.
•
Projet Rousseau, Brussel.
Antwerpen •
Prostitutieambtenaar, Stad Antwerpen.
•
Planningscel, Stad Antwerpen.
•
Voormalig prostitutieambtenaar, Stad Antwerpen.
•
Dienst stedenbouwkundige vergunningen, Stad Antwerpen (informeel gesprek).
•
Coördinator bewonersgroep Schippersbuurtcomité, Antwerpen.
Rotterdam •
Directie Veiligheid, Gemeente Rotterdam.
•
Controleteam Prostitutie en Mensenhandel, Politie Rotterdam-Rijnmond.
•
ketenregisseur Jeugdprostitutie, Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD) Rotterdam.
•
Gesprek Prostitutie Maatschappelijk Werk (PMW), Rotterdam.
Glasgow •
Deputy counsillor (loco-burgemeester), Glasgow.
•
Vertegenwoordigers van: de Glasgow City Counsil Community & Safety Services, Glasgow.
•
Social Work, Glasgow.
•
Strathclyde police, Glasgow.
•
TARA-project, Glasgow.
•
B75, Glasgow.
•
Women’s support project, Glasgow.
Pagina 215