PESGO Programme Energie Solaire Grand-Ouaga
Fase B EINDRAPPORTAGE
☼ ☼ ☼
Slijk-Ewijk, 16 oktober 2010 Stichting voor Urbane Projecten in Ontwikkelingslanden (SUPO) Hilde Toonen, projectleider PESGO
Inhoud Basisgegevens Samenvatting Inleiding Achtergrond en doelstellingen van PESGO Fase B Activiteiten en resultaten van PESGO Fase B Conclusie Mogelijke vervolgstappen Financiële eindrapportage PESGO Fase B Financiële rapportage PESGO Fase B eerste semester 2010
2 2 3 4 5 9 10 10 11
Basisgegevens Titel project: Uitvoerder:
Penvoerder: Begroting: Financiering:
Programme Energie Solaire Grand-Ouaga Phase B (PESGO Fase B) Stichting voor Urbane Projecten in Ontwikkelingslanden (SUPO) projectleiding Nederland: Coen Beeker, Hilde Toonen projectleiding Burkina Faso: Maurice Bonkoungou Voor contactgegevens en informatie, zie www.supo.nl Stichting KoZon (Koken met de zon als warmtebron) Voor contactgegevens en informatie, zie www.kozon.org € 24.300 Stichting Dijkverzwaring: €15.000 Donateurs SUPO: € 9.300, te weten: VPCO, Evangelische Lutherse Diaconie Amsterdam en particuliere donateurs.
Samenvatting Programme Energie Solaire Grand-Ouaga phase B (PESGO Fase B) is een project met als doel urbane huishoudens in Burkina Faso aan te sporen om het gebruik van brandhout te verminderen door het gebruik van zonne-energie. Centraal hierin staat de CooKit, een reflecterend karton waarin een pan kan worden gezet die verwarmd kan worden tot 70-90 graden Celsius. PESGO Fase B heeft zich gericht op twee groepen. Ten eerste is er een koksopleiding opgezet binnen de nieuwe vakscholen (PCH [Programme Centres d'Habitat]) van het ministerie van urbanisatie en habitat in Burkina Faso. Naast andere vakken kregen jongeren (vooral meisjes) kookonderwijs, waarbij er ruim aandacht was voor het koken met de zon. Een twaalftal meisjes heeft de driejarige koksopleiding afgerond. Bij deze koksopleiding is ook lesmateriaal ontwikkeld. Helaas zijn de vakscholen stopgezet, en heeft de koksopleiding daarmee geen structurele inpassing gekregen. De tweede doelgroep van PESGO Fase B waren meisjes en jonge vrouwen, die in hun eigen huishouden het gebruik van brandhout zouden kunnen verminderen. Om deze doelgroep te bereiken, zijn er verschillende stappen gevolgd. In eerste instantie is er in eigen beheer een kookcursus opgezet. Vervolgens is de uitvoering van de kookcursussen overgedragen aan twee lokale verenigingen. Deze verenigingen hebben contact gezocht met andere (vrouwen-) verenigingen en hen een demonstratiedag aangeboden. Na deze kennismaking kon een vereniging voor haar leden een kookcursus aanvragen. Op deze manier kon PESGO Fase B gekoppeld worden aan bestaande lokale structuren. Binnen de kookcursussen is er gebruik gemaakt van het ontwikkelde lesmateriaal. Daarnaast is er lokaal een productie van CooKits opgezet. Daarmee zijn de doelstellingen van PESGO Fase B gerealiseerd.
2
Inleiding Burkina Faso behoort tot de landen waarin ontbossing een groot probleem is. Het verlies aan Afrikaanse bossen in de jaren 2000-2005 is 0,6% per jaar (FAO [Food and Agricultural Organisation], 2007)1. In West-Afrika ligt dit verlies op 1,17%. Dit is niet alleen het hoogste percentage van het continent, ook het aantal hectare bos is in deze regio het laagst (74.312.000 hectare in 2005) (FAO, 2007) 1. Hier kan toegevoegd worden dat het aantal hectare herbebossing in deze regio het hoogst is, in de periode 2000-2005 is er 68.000 hectare aan bossen herplant. Het verschil tussen ontbossing en herbebossing blijft echter enorm. Hout vormt nog steeds een belangrijke bron van brandstof in Afrika. Het Internationaal Agentschap voor Energie (IEA [International Energy Agency], 2006)2 stelt dat 76 % van het hout in Sub-Sahara Afrika wordt gebruikt als brandstof, ten opzichte van 0,6% in de rest van de wereld. Een belangrijk gebruik van hout is als brandstof om te koken. Maar met de afnemende beschikbaarheid van brandhout neemt de prijs toe, wat mensen aanzet om hun kooktechniek te veranderen. Het gasfornuis doet zijn intrede in de Afrikaanse huishoudens, maar dit is lang niet voor iedereen betaalbaar. Naast ecologische en economische argumenten zijn er ook gezondheidsredenen om te zoeken naar een alternatief voor brandhout. Naar schatting van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO [World Health Organisation], 2006)3 zijn er wereldwijd 1,6 miljoen doden per jaar te betreuren door luchtvervuiling door rook in huis. Andere problemen zijn de risico’s op brandwonden, oogirritatie en longziekten (WHO, 2006)3. In 2006 hebben Stichting voor Urbane Projecten in Ontwikkelingslanden (SUPO) en Stichting KoZon (Koken met de Zon) het initiatief opgepakt om samen een project te ontwikkelen dat erop gericht is urbane huishoudens in Burkina Faso aan te sporen om zonne-energie zoveel mogelijk te benutten om het gebruik van brandhout te verminderen. Met dit doel is Programme Energie Solaire Grand Ouaga (PESGO) Fase B geformuleerd. Dit verslag biedt de eindrapportage voor PESGO Fase B. Deze eindrapportage is gebaseerd op de bevindingen van SUPO tijdens de monitoring van PESGO Fase B. SUPO heeft veel belang gehecht aan de monitoring. In de gehanteerde learning-by-doing benadering is reflectie en tijdige bijsturing noodzakelijk. Daarnaast is monitoring van belang voor een goede evaluatie4. Monitoring van PESGO Fase B heeft plaatsgevonden door: Observaties en evaluatieverslagen van de lokale representant en de projectcoördinatoren; Household survey, uitgevoerd in de herfst van 2007; Tussentijdse evaluaties van de projectleider (maart 2007 en juni 2008) Tussentijdse evaluatie van een Belgisch koppel (maart 2008); Pre-eindevaluatie van bestuurslid van KoZon (juli 2010). De observaties en aandachtspunten die uit de monitoring zijn voortgekomen, hebben geresulteerd in drie jaarverslagen (2007, 2008 en 2009), een mid-term review (2008) en deze eindrapportage. In deze eindrapportage worden allereerst de achtergronden en de doelstellingen van het programma beschreven. Vervolgens wordt er verslag gedaan van de activiteiten en resultaten, waarin de activiteiten binnen PESGO Fase B in 2010 wat uitgebreider worden beschreven. Daarna volgt de financiële eindrapportage, met daarbij de financiële rapportage over 2010.
1
FAO [Food and Agriculture Organisation of the United Nations] (2007). State of the World's Forests 2007. Rome: FAO. 2 IEA [International Energy Agency] (2006). World Energy Outlook 2006. Paris:IEA. 3 WHO [World Health Organisation] (2006). Fuel For Life. Geneva: WHO. 4 De coördinatoren hebben een interne evaluatie uitgevoerd. Daarnaast heeft een bestuurlid van KoZon (sociologe aan Wageningen Universiteit) in juli 2010 een bezoek gebracht aan Burkina Faso en uitgebreid gesproken met de projectleiding ter plaatse en deelneemsters. Zij heeft ook een aantal huisbezoeken afgelegd.
3
Achtergrond en doelstellingen van PESGO Fase B SUPO probeert sinds 1977 een bijdrage te leveren aan het verbeteren van de urbane leefomgeving in ontwikkelingslanden, en dan met name gericht op de bestaanskansen voor mensen die weinig bedeeld zijn. De projecten van SUPO zijn kleinschalig en gericht op innovatieve oplossingen die lokaal worden gedragen. KoZon tracht sinds 1998 het zonnekoken in de tropen te bevorderen. Centraal in de door KoZon gehanteerde methode staat de CooKit. De CooKit is gemaakt van karton en beplakt met zonlicht-reflecterende aluminiumfolie. In de CooKit wordt een zwarte pan in een hittebestendige plastic zak geplaatst, waarbij er temperaturen van 70 tot 90 graden Celsius kunnen worden bereikt. Omdat de CooKit alleen te gebruiken is bij voldoende zon, ziet KoZon zonne-energie als een complementaire energiebron. KoZon volgt een drie-punten strategie: een verbeterd houtkacheltje, de CooKit en een hooimand. In stedelijke gebieden is een gastoestel een alternatief voor het houtkacheltje.
de Cookit
Uit een eerder contact met KoZon heeft SUPO het zonnekoken met de CooKit overgenomen in een project ten behoeve van de dagopvang van kansarme kinderen in Burkina Faso. In deze CAFAs (Centres d’Accueil pour une Formation Adaptée) werd aan kinderen, naast alfabetisering en vakonderwijs (tuinbouw en timmerles), een maaltijd aangeboden Onder toezicht van de coördinator van de CAFA bereidden jongeren in de leeftijd van 10 tot 15 jaar zelf hun maaltijden. Gezien de interesse van (buur-) vrouwen in het zonnekoken, besloot SUPO extra lokalen in te richten voor een specifieke training op het terrein van zonne-energie. In het najaar 2005 is er een proeffase uitgevoerd, waarbij er een kookcursus werd aangeboden aan een groep vrouwen en een groep jongeren. In 2006 werd PESGO Fase A uitgevoerd, waarbij een zestal instructrices werd opgeleid en 60 vrouwen een kookcursus hebben gevolgd. Parallel aan deze initiatieven was SUPO betrokken bij het Programme Centres Habitat (PCH) 20052008 van het ministerie van urbanisme in Burkina Faso. De doelstelling van het PCH was om weinig geschoolde kinderen in de leeftijdsgroep van 10 tot 16 jaar te leren lezen, schrijven en rekenen in een nationale taal. Daarnaast was het programma gericht op de overdracht van praktische kennis en vaardigheden, zoals timmeren, metselen, lassen en naaien. In dit kader heeft SUPO willen bijdragen aan het opzetten van een koksopleiding, waarbij er ruime aandacht was voor de mogelijkheden van zonne-energie. In dit licht hebben SUPO en KoZon in 2006 samen een projectvoorstel voor PESGO Fase B ontwikkeld. De doelstellingen van PESGO Fase B zijn: a.
b.
een opleiding tot kok of kokkin op te zetten, die zich richt op meisjes en jongens; deze opleiding wordt geïntegreerd in het programma van de nieuwe vakscholen (PCH [Programme Centres d'Habitat]) van het ministerie van urbanisatie en habitat. In deze vakscholen leren kinderen van 13 tot 16 jaar lezen, schrijven en rekenen in de eigen taal (Mooré) en wordt hen een vakopleiding (timmeren, metselen, lassen, naaien) aangeboden. het gebruik van de CooKit in de keukens van weinig bedeelde huishoudens te bevorderen door vooral meisjes en jonge vrouwen een training aan te bieden in de CFES (Centres de la Formation en Energie Solaire).
Om deze doelstellingen op een duurzame wijze te realiseren, heeft SUPO een learning-by-doing benadering gehanteerd, waarbij ervaringen uit de praktijk leidend zijn voor de vervolgstappen. SUPO
4
streeft naar duurzame resultaten, dat wil zeggen dat het zonne-koken niet alleen binnen de koksopleiding of kooktrainingen wordt geoefend, maar ook een plaats krijgt in de huishoudens van Ouagadougou.
Activiteiten en resultaten van PESGO Fase B Teamsamenstelling PESGO Fase B heeft aan Nederlandse zijde een projectleider, ondersteund door het SUPO bestuur en geadviseerd door KoZon. In september 2009 is de leiding (tijdelijk) overgenomen door de voorzitter van SUPO. In Burkina Faso begon het programma met een gedelegeerd projectleider en twee coördinatrices. De coördinatrice CFES houdt zich bezig met de kookcursussen voor vrouwen, die plaatsvinden in CFES (Centres de la Formation en Energie Solaire). De koksopleiding binnen het Programme Centres d'Habitat (PCH) lag in handen van de coördinatrice PCH. De lokale representant van SUPO verzorgde de boekhouding. In 2009 kreeg de kookcursus in de CFES een andere vorm: SUPO vroeg de voorzitters van twee lokale verenigingen de uitvoer van de kookcursussen in de CFES op zich te nemen. Deze verenigingen zijn Duddal Leydi Men (DLM) en Association Ecologiste pour le Développement Social (AEDS). De voorzitster van DLM was sinds de start betrokken bij PESGO als coördinatrice van de CFES, en heeft lesmateriaal voor PESGO Fase B ontwikkeld. AEDS heeft de productie van CooKits ter hand genomen. De voorzitters AEDS en DLM deelden de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de kookcursussen voor vrouwen en de coördinatrice PCH bleef verantwoordelijk voor de koksopleiding. De lokale representant trad op als gedelegeerd projectleider en zorgde voor de boekhouding. Chronologisch overzicht van de activiteiten PESGO Fase B begon in 2007 als een tweejarig programma. Na het eerste jaar concludeerden SUPO en KoZon dat het programma beter gediend zou zijn met een projectduur van drie jaar (2007 - 2009). Reden hiervoor was de langzame start van de koksopleiding in het PCH en het feit dat het veranderen van een kookgewoonte tijd vergt. PESGO Fase B loopt in het laatste semester vertraging op. Door hevige regenval in september 2009 kwamen grote delen van Ouagadougou onder water te staan. Er werd besloten om het programma op te schorten en het laatste deel in het eerste semester van 2010 uit te voeren. Het volgende overzicht geeft een samenvatting van de activiteiten binnen PESGO Fase B. Voor een uitgebreid verslag wordt verwezen naar de jaarverslagen. De activiteiten in 2010 worden hieronder in meer detail beschreven.
5
eerste semester 2007
tweede semester 2007
Koksopleiding PCH Vanwege het gebrek aan een instructrice gaat de koksopleiding pas in april van start. Aangezien het schooljaar in juni eindigt, kent de opleiding maar een korte duur en heeft daarmee weinig structuur. Bij het begin van het nieuwe schooljaar (oktober) blijkt er geen instructrice beschikbaar te zijn.
eerste semester 2008
In januari wordt de koksopleiding gestart: de leerlingen die deelnemen aan de kooklessen zijn allen meisjes. Als het gerecht in de zon staat, worden er andere lessen gevolgd, zoals alfabetisering, borduur- en naailessen en sportactiviteiten. Door SUPO wordt lesmateriaal ontwikkeld om het lesprogramma meer structuur te bieden.
tweede semester 2008
Bij het begin van het nieuwe schooljaar (oktober) wordt de koksopleiding weer gestart. Instructrices werken met het lesmateriaal. Op twee locaties koken meisjes met de zon, in het ‘kleine’ centrum delen zij hun maaltijd met de leerling-lassers die op dezelfde locatie les hebben. In het grote centrum hebben leerling-metselaars en leerling-timmermannen een keuken gebouwd.
eerste semester 2009
De leerlingen gaan verder met hun koksopleiding. Hoewel de coördinatrice graag meer jongens voor het zonnekoken zou interesseren, blijft de opleiding op meisjes gericht.
tweede semester 2009
De overheid van Burkina Faso heeft besloten om het PCH stop te zetten. In oktober gaat er daarom geen nieuw schooljaar van start. SUPO wilde verdergaan met de koksopleiding, maar vanwege de overstroming in september 2009 kunnen er geen activiteiten worden ontplooid. Om ervoor te zorgen dat de leerlingen de koksopleiding kunnen afmaken, biedt SUPO hen in eigen beheer het vervolg aan. (zie beschrijving hieronder)
eerste semester 2010
6
Kookcursussen CFES In 5 centra (onder beheer SUPO) worden in totaal 179 vrouwen opgeleid. Zij hebben een CooKit in bruikleen gekregen om thuis te oefenen. Er wordt niet gestart met een nieuwe cursus. Het thuisgebruik van de CooKit wordt door de instructrices gevolgd. Een household survey laat zien dat 90% de CooKit regelmatig gebruikt. SUPO begint met de ontwikkeling van lesmateriaal. In januari leggen 104 deelneemsters uit fase A (2006) en B (eerste semester 2007) een toets af. Het slagingspercentage is 85 %. De vrouwen die zijn geslaagd, mogen de CooKit houden. In vier centra (onder beheer SUPO) worden 100 vrouwen opgeleid, hierbij wordt de kookcursus geïntegreerd met een alfabetiseringscursus. In juni leggen deelneemsters een toets af (slagingspercentage: 93 %). SUPO introduceert de plastic box i.p.v. de plastic zak. Er wordt lesmateriaal ontwikkeld. Er wordt niet gestart met een nieuwe cursus. Er is (meer) aandacht voor ‘train-the-trainer’: er zijn terugkoppelbijeenkomsten en het lesmateriaal biedt de instructrices meer handvatten. Extra aandacht wordt besteed aan de plastic box: in twee centra worden voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd. Er wordt gezocht naar mogelijkheden voor lokale productie van CooKits: AEDS produceert 50 CooKits. AEDS verzorgt voor vijf verenigingen een demonstratiedag (totaal ca 100 vrouwen) en voor drie van deze verenigingen een cursus (totaal ca 60 vrouwen). DLM verzorgt voor vijf verenigingen een demonstratiedag (totaal ca 100 vrouwen), en voor drie andere verenigingen een cursus (totaal ca 60 vrouwen). Deze drie cursussen worden gecombineerd met een alfabetiseringscursus. AEDS produceert 50 CooKits. Vanwege de overstroming in september 2009 worden er geen activiteiten ontplooid.
AEDS verzorgt voor acht verenigingen een demonstratiedag (totaal ca 160 vrouwen), en voor een vereniging een cursus (totaal ca 20 vrouwen). DLM verzorgt voor drie verenigingen een demonstratiedag (totaal 90 vrouwen), en voor een vereniging een cursus (totaal 30 vrouwen). Deze cursus wordt gecombineerd met een alfabetiseringscursus. AEDS produceert 50 CooKits. (zie beschrijving hieronder)
Activiteiten in 2010 De koksopleiding binnen PESGO was geïntegreerd in het onderwijs van het Programme Centres d’Habitat (PCH). Aangezien de Burkinabé overheid besloot om het PCH stop te zetten, is er in oktober 2009 geen nieuw schooljaar voor de leerlingen begonnen. SUPO was echter voornemens om in een locatie verder te gaan met deze huishoudschool, waarbij een groep leerlingen ook kooklessen kunnen blijven volgen. Echter, door de overstroming werden deze activiteiten uitgesteld. In 2010 werd er gestart met de kookcursus, gecombineerd met naai- en borduurlessen. In het PCH was de groep meisjes dat de koksopleiding volgde, in tweeën gedeeld. Een groep zat in een klein centrum in de Relais Cité (welke in beheer was van SUPO) en een andere groep zat in het grote centrum. In 2010 is de groep samengevoegd en vond de koksopleiding plaats in het kleine centrum. Over het algemeen volgden de meisjes het programma dat zij eerder ook volgden: per dag hebben twee of drie meisjes dienst als ‘chef de la cuisine’. Zij hebben de leiding en zorgen ervoor dat de zonneoven en de CooKits goed worden geplaatst. De voorbereidingen, zoals het schoonmaken van de groenten, worden gezamenlijk gedaan. Net als in 2009 heeft SUPO in 2010 gevraagd of AEDS en DLM de uitvoering van de kookcursussen voor vrouwen op zich wilden nemen. Het was de bedoeling dat zij contact zochten met andere verenigingen en een aantal demonstraties (één dag) en cursussen (één maand) zouden verzorgen. De ‘formule’ was gelijk aan die van 2009: het benodigde leerpakket werd beschikbaar gesteld door SUPO/BF. Dit leerpakket bestond uit een video/DVD (educatief theater), het lesmateriaal (guide en manuel), vier CooKits (met twee plastic bakken en twee zakken), zes zwarte pannen, een zonneoven, twee hooimanden en een één-pitsgastoestel. De demonstratiedag gold als introductie op het koken met zonne-energie. Wanneer de vereniging interesse had in de cursus, werden er afspraken gemaakt voor de organisatie van de kookcursus. Het precieze programma kon in onderling overleg worden samengesteld. De demonstatiedag en de cursus konden op locatie (bij de vereniging) of in het CFES in Kilwin en Riemkieta plaatsvinden. SUPO heeft de organisatie gevraagd extra aandacht te besteden aan de verkoop van de CooKit. DLM heeft in het eerste semester zeven CooKits weten te verkopen. SUPO heeft middelen voor de organisatie van demonstraties en cursussen ter beschikking gesteld. De promotie van de CooKit kon hierbinnen plaatsvinden of op een andere wijze. AEDS heeft acht demonstraties en een cursus verzorgd. De volgende vrouwenverenigingen hebben deelgenomen: - Association Songré - Association Namangué - Association Namangzanga - Association Songtaba - Association Biogonéré - Association Wendpanga - Association Delwendé - Association Tega Wende (demonstratiedag en cursus) DLM heeft drie demonstraties en een cursus verzorgd. De drie groepen die hebben deelgenomen aan een demonstratie zijn: - Membres DLM - Groupement des femmes du secteur 10 - Groupement des femmes de Nonsin De cursus is geïntegreerd in een alfabetisegscursus die DLM heeft verzorgd. De verkoop van de CooKit heeft DLM gepromoot door 20 vrouwen op krediet een CooKit te geven. De instructrices waren belast met het ophalen van het geld (maandelijks). In juli 2010 waren er zeven Cookits verkocht (afbetaald). De aandachtspunten die naar aanleiding van de activiteiten in 2010 genoemd worden, liggen in de lijn van aandachtspunten die eerder naar voren zijn gekomen. Vrouwen benadrukken dat zij graag meer (economische) activiteiten zouden willen ontplooien. Zij zouden graag zien dat de kookcursus wordt gecombineerd met bijvoorbeeld naailessen. Ten aanzien van de CooKit blijft de klacht dat er geen
7
grote maaltijden met de CooKit bereid kunnen worden. Daarnaast stellen vrouwen dat ze naast de CooKit ook graag een gaspit zouden willen aanschaffen. Zij blijken echter moeilijk in staat om dit bedrag bij elkaar te sparen, dit geldt overigens ook voor de veel minder prijzige CooKit. Stap-voor-stap Met PESGO Fase B heeft SUPO een learning-by-doing benadering gevolgd. Zo werd na een half jaar al duidelijk dat het tweede semester niet geschikt is om cursussen aan te bieden. De maanden julioktober zijn vanwege het regenseizoen minder geschikt voor het geven van cursussen in zonnekoken. Ook is dit de tijd dat veel vrouwen bezig zijn met landbouwactiviteiten (vrouwen uit de stad gaan vaak hun familie op het platteland helpen). Uit de eerste ervaringen in zowel de CFES als PCH bleek ook dat er behoefte was aan lesmateriaal. SUPO heeft zodoende een handleiding voor instructrices en een instructieboek voor de deelneemsters ontwikkeld. Deze zijn Franstalig en vertaald in twee nationale talen (Mooré en Fulfide). De coördinatrice CFES, zelf voorzitster van een vereniging die de alfabetisering van vrouwen tot doel heeft, legde vanaf het begin het verband tussen de kookcursus en een alfabetiseringscursus. In 2008 heeft SUPO ervaring opgedaan met deze combinatiecursus, die met veel enthousiasme is ontvangen. Daarnaast bleek de plastic zak snel kapot te gaan en werd het open- en dichtknopen als ‘gedoe’ ervaren. SUPO heeft daarom het gebruik van de plastic box gestimuleerd. Uiteindelijk blijkt dat veel vrouwen zonder zak of box koken, wat het kookproces niet onmogelijk maakt, maar wel vertraagt. In de werkwijze van KoZon is de lokale productie van CooKits altijd een onderdeel van een project: bij gebleken interesse en een succesvolle introductie op kleine schaal wordt er overgegaan op lokale productie, allereerst op kleine schaal. De deelneemsters waren enthousiast over de cursus en over de CooKit, en bleken veelal in staat ook thuis met de CooKit te koken. SUPO zag in dat het zonnekoken een lange adem vergt, en dat het investeren in een lokale productie op termijn lonend zou kunnen zijn. Hiertoe heeft SUPO samenwerking gezocht met een lokale vereniging, AEDS. AEDS blijkt goed in staat om CooKits tegen een redelijke prijs te produceren. Helaas moet gesteld worden dat de kwaliteit van het beschikbare karton een afbreuk doet aan de kwaliteit van de lokaal geproduceerde CooKits. AEDS blijft echter zoeken naar geschikt karton om de kwaliteit te verbeteren. Hoewel er vanaf 2008 CooKits gekocht konden worden, is er tot 2010 geen enkele CooKit verkocht. Deelneemsters aan PESGO Fase B hebben zeer beperkte financiële middelen. Uit gesprekken blijkt dat zij de CooKit bijzonder op prijs stellen en ook zien dat zij met de CooKit op hout kunnen besparen. Toch hebben zij dit financiële voordeel niet kunnen gebruiken om de CooKit aan te schaffen. Het is lastig te beoordelen wat hiervan de oorzaak is. Voor de minst bedeelde vrouwen zal de prijs van de CooKit nog steeds te hoog zijn, voor anderen zullen de nadelen zwaarder wegen dan de voordelen. DLM is er echter in 2010 in geslaagd om, d.m.v. een kredietsysteem, zeven CooKits te verkopen. Daarnaast is de indruk dat de CooKit een betere positie krijgt doordat de prijs van het hout steeds hoger wordt. Na de eerste twee jaar was SUPO van mening te hebben voldaan aan de basisvoorwaarden om de schaal van PESGO Fase B te vergroten. Hiervoor is samenwerking met lokale verenigingen noodzakelijk, waarbij taken en verantwoordelijkheden zoveel mogelijk bij deze verenigingen worden gelegd. In het begin was PESGO Fase B individu-gericht: de doelgroep voor de door SUPO beheerde CFES waren vrouwen die in de nabije omgeving van deze centra woonden en die tijd en interesse hadden. In 2009 werd er een nieuwe aanpak gelanceerd, waarbij de verenigingen DLM en AEDS fungeerden als ‘spin in het web’. Deze twee lokale verenigingen zijn veel beter in staat een grotere en bredere doelgroep aan te spreken. Zij vragen andere (vrouwen-) verenigingen of hun leden interesse hebben in het zonnekoken en in samenspraak wordt er dan een demonstratiedag en cursus georganiseerd. Hiermee kon PESGO Fase B veel meer worden ingebed in bestaande structuren. Doordat de specifieke inhoud van de cursus, zoals bijvoorbeeld de combinatie met alfabetisering, onderling wordt afgestemd, kan er nauw worden aangesloten bij de wensen van de betrokken verenigingen.
8
Ook met de koppeling aan PCH heeft SUPO geprobeerd aan te sluiten bij bestaande structuren, namelijk de overheid van Burkina Faso. Ondanks de opstartproblemen leek dit succesvol te zijn: doordat de koksopleiding een geïntegreerd onderdeel was van het lesprogramma, werd er voor minstens twee schooljaren lang dagelijks met de zon gekookt. De ervaring is dat jongeren snel leren en minder terughoudend zijn. Het is echter gebleken dat met het besluit van de overheid om het PCH stop te zetten, ook de koksopleiding op losse schroeven kwam te staan. Resultaten PESGO Fase B heeft geresulteerd in: Het opleiden van 12 kokkinnen in het kader van PCH; De ontwikkeling van een lesprogramma, voor zowel een koksopleiding voor jongeren als een kookcursus voor vrouwen; Lesmateriaal (in het Frans, Mooré en Fulfide), te weten een handleiding voor instructrices (guide) en een instructieboek voor deelnemers (manuel); Circa 900 vrouwen hebben kennis gemaakt met de CooKit, waarvan de helft heeft deelgenomen aan een kookcursus van minstens een maand en met de CooKit hebben geoefend om gerechten te bereiden en water te pasteuriseren; Het opzetten van een lokale productie van CooKits in Ouagadougou, waarbij gesteld moet worden dat de kwaliteit van het beschikbare karton afbreuk doet aan de kwaliteit van de lokaal geproduceerde CooKits; Een posterpresentatie op het lustrumsymposium ‘Sustainable Solutions, focus on Africa’ van de Technische Universiteit Delft, en daaraan gekoppeld een artikel in een peerreviewed tijdschrift5; Een posterpresentatie op de netwerkdag van het Burkina Faso platform. De vraag die moeilijk te beantwoorden blijft, is wat het daadwerkelijke gebruik is van de CooKit in de huishoudens. De household survey uit de herfst van 2007 laat zien dat de CooKit regelmatig wordt gebruikt. Hierbij moet worden gezegd dat dit niet is gebaseerd op observatie maar op de antwoorden van vrouwen op een enquête. Het is voorstelbaar dat men hierbij sociaal-wenselijk heeft geantwoord. Uit de gesprekken en observaties van een bestuurslid van KoZon, een sociologe verbonden aan Wageningen Universiteit, in juli 2010 valt echter af te leiden dat het gebruik van de CooKit in de afgelopen jaar is toegenomen. Het hout wordt namelijk steeds duurder en vrouwen beseffen dat zij met de CooKit geld kunnen besparen. Vrouwen die met de overstroming hun CooKit zijn verloren, deden hun beklag. De verkoop van CooKits, al zijn het er maar zeven, suggereert ook daadwerkelijke interesse en gebruik. Met de voorzitster van DLM heeft SUPO afgesproken om in de tweede helft van 2010 op basis van microkrediet de CooKit te verstrekken. De vrouwen krijgen de CooKit en betalen deze in een half jaar af. Conclusie SUPO heeft de doelstellingen van PESGO Fase B (zoals geformuleerd op pagina 4) in de ruim drie jaar dat het project liep, weten te verwezenlijken. Er is een koksopleiding opgezet, waarbij ook lesmateriaal is ontwikkeld, en een twaalftal meisjes is hierbinnen als kokkin opgeleid. SUPO vindt het bijzonder jammer dat deze koksopleiding geen doorgang kan vinden, maar denkt dat er een goede basis is gelegd om verder te gaan, mogelijk in een andere vorm, wellicht (ook) in andere landen. SUPO heeft circa 900 vrouwen laten kennismaken met het zonnekoken. Op de totale bevolking van Ouagadougou is dit maar een kleine groep. SUPO ziet echter PESGO Fase B als een aanzet tot een bredere aanpak van het gebruik van zonne-energie in de huishoudens van Ouagadougou en is van mening dat PESGO Fase B een vervolg verdient.
5
Toonen, H.M. (2009). ‘Adapting to an innovation; Solar cooking in Ouagadougou (Burkina Faso)’. In: Physics and Chemistry of the Earth. Volume 34, Issues 1-2, 2009, Pages 65-71.
9
Mogelijke vervolgstappen Met PESGO Fase B heeft de CooKit ingang gevonden in de huishoudens van Ouagadougou, maar nazorg en herhalingscursussen zullen eraan bijdragen dat het gebruik van de CooKit beklijft. De ingezette netwerkbenadering waarbij lokale verenigingen de uitvoering op zich nemen, blijkt te werken en kan uitgebreid worden, bijvoorbeeld naar andere regio’s. De ontwikkeling van voorlichtingsmateriaal is hierbij nodig, en er zullen randvoorwaarden moeten worden geschapen waarbij de projectleiding in Burkina Faso wordt gelegd. Daarnaast zou er een fond-de-roulement opgezet kunnen worden, waarbij microkrediet wordt verleend aan de vrouwenverenigingen die deel hebben genomen aan de demonstraties en cursussen. Op die manier kunnen vrouwen de CooKit kopen en daadwerkelijk integreren in hun huishouden.
Financiele eindrapportage PESGO Fase B Eindoverzicht (per 1 juli 2010) Post
1 2. 3.
4
Omschrijving
Bouw en inrichting CFES Training van koks en kokkinnen (PESGO/PCH) Leermateriaal voor vrouwen op eigen woonerf (PESGO/CFES) Supervisie en financieel beheer Onvoorzien Totaal PESGO Fase B Totaal KoZon Fase B Totaal SUPO Fase B
Begroting (€)
Uitgaven 2007/08/09 (€)
Uitgaven 2010 (€)
Totale uitgaven (€)
Begroting Totale uitgaven (€)
7.500 3.400
3.885,20 4.338,33
533,54 304,88
4.418,74 4.643,21
+3.081,26 -1.243,21
11.280
9.983,79
1.242,38
11.226,17
+53,83
1.200
3.423,95
457,32
3.881,27
-2.681,27
920 24.300 15.000 9.300
301,86 21.933,13 13.351,11 8.582,03
30,87 2.568,99 1.631,49 937,51
332,73 24.502,12 14.981,59 9.519,53
+587,27 -202,12 +18,41 -219,53
De financiële rapportage is opgesteld volgens de begrotingsposten zoals die in het oorspronkelijke projectvoorstel zijn genoemd. Er is een tweetal verschillen ten opzichte van de begroting in het projectvoorstel op te merken (beide zijn ook in eerdere jaarverslagen genoemd). Wat betreft de post 1, kan worden gesteld dat de raming te hoog is geweest. In 2008 zijn er twee hangars gebouwd, zodat de vrouwen tijdens de cursus in de schaduw konden zitten, maar er zijn geen keukens of opslagruimtes gebouwd. Hiervoor is gebruikt gemaakt van bestaande gebouwen op de gehuurde locaties. Er zijn onder post 1 uitgaven gedaan ten behoeve van de productie van CooKits. Ten aanzien van post 4 (Supervisie en financieel beheer) is er een overschrijding van de begroting. Binnen de financieringsaanvraag was uitgegaan van een vergoeding voor een gedelegeerd projectleider voor € 90 per maand en een deeltijd boekhouder voor € 30 per maand, voor een periode van 10 maanden. Dit verklaart het grote verschil, aangezien het programma 3,5 jaar heeft bestreken. Daarnaast zijn de vergoedingen in hoogte gevarieerd. Wanneer de taken in de uitvoering van het programma groter bleken, zijn de vergoedingen verhoogd. Waren er minder activiteiten, dan was de vergoeding lager. De totale begroting van PESGO was € 24.300; waarvan € 15.000 door KoZon (via Stichting Dijkverzwaring) zou worden gefinancieerd en € 9.300 door SUPO werd bekostigd. Voor een goede afsluiting van PESGO Fase B heeft het bestuur van SUPO begin 2010 besloten de lokale partners te vragen om demonstratiedagen en cursussen te organiseren en de coördinatrice van PCH te verzoeken de kookcursus voor de leerlingen doorgang te laten vinden. Dit verklaart de kleine overschrijding van de begroting van SUPO. Voor specificatie van de uitgaven in 2010, zie bijlage I. Voor de financiële rapportage over 2007, 2008 en 2009 verwijzen we naar de betreffende jaarverslagen.
10
Bijlage I: Financiële rapportage PESGO Fase B eerste semester 2010 Post 1 1.1 1.2
n 2.
3. 3.A1 3.A2 3.B1 3.B2 3.2
4 4.1 4.2.1
Omschrijving
Uitgaven (FCFA)
Bouw en inrichting CFES Inrichting CFES materialen voor productie CooKits Huur CFES Kilwin (6 mnd)
Uitgaven (€)
200.000
Sub-totaal 1 Sub-totaal 1a (KoZon) Sub-totaal 1b (SUPO) Training van koks en kokkinnen (PESGO/PCH) (niet gespecificeerd) Sub-totaal 2 Leermateriaal voor vrouwen op eigen woonerf (PESGO/CFES) Bijdrage aan AEDS demonstratiebijeenkomsten Bijdrage aan AEDS trainingen Bijdrage aan DLM demonstratiebijeenkomsten Bijdrage aan DLM trainingen Inkomsten verkoop zeven CooKits Sub-totaal 3 Sub-totaal 3a (KoZon) Sub-totaal 3b (SUPO) Supervisie en financieel beheer Vergoeding interne evaluatie Vergoeding Maurice Bonkoungou (6 maanden) Sub-totaal 4 Sub-totaal (som sub-totalen 1 - 4) Onvoorzien (reparaties CFES Kilwin) PESGO Fase B 2009 Totaal KoZon Fase B Totaal SUPO Fase B
11
Bijdrage
KoZon
150.000 350.000 200.000 150.000
533,54 304,88 228,66
SUPO KoZon SUPO
200.000
304,88
SUPO
325.000
KoZon
100.000 325.000
KoZon KoZon
100.000 -35.000 815.000 850.000 -35.000
KoZon SUPO
100.000 200.000 300.000 1.665.000 20.250 1.685.250 1.070.250 615.000
1.242,38 1.295,73 -53,35
457,32 2.538,12 30,87 2.568,99 1.631,48 937,51
KoZon SUPO SUPO SUPO SUPO KoZon