Pedagogisch beleidsplan
Peutergroep De Poppenkast, Kamerik
1
Inhoudsopgave 1.
Ontstaansgeschiedenis
3
2.
Doelstelling
3
3.
Functies en visie op de ontwikkeling van kinderen Functies van de peutergroep Pedagogische doelstelling Visie op de ontwikkeling van kinderen Groepssamenstelling Voorbeeld van een dagdeel op de peutergroep Vroeg- en voorschoolse educatie (VVE) Kinderen met een beperking / handicap Inrichting van de groepsruimtes en buitenterrein Het scheppen van spel- en ontwikkelingsmogelijkheden Het overbrengen van waarden en normen aan de kinderen Belonen en straffen Omgangsvormen Omgaan met emoties Ontwikkeling van een positief zelfbeeld en zelfredzaamheid
4 4 4 4 5 5 5 5 6 6 7 8 8 8 8
4.
Volgen en signaleren Observeren en signaleren Overdracht naar de basisschool
9 9 9
5.
Ouderbeleid Communicatie met ouders en verzorgers Oudercommissie Klachtenregeling Protocol kindermishandeling
9 9 10 11 11
6.
Pedagogisch medewerkers Deskundigheid Het vier ogen principe
12 12 12
7.
Praktische informatie Openingstijden Inschrijven / uitschrijven peuters Vakanties Eten en drinken Kleding Verjaardagen en feesten Zindelijkheid Ziekte Wat geeft u uw kind mee naar de peutergroep GGD / Risico-inventarisaties / Brandveiligheid
12 12 12 13 13 13 13 14 14 15 15
Verzekering
15 2
1.
Ontstaansgeschiedenis
Op 4 november 1974 werd, na een inventarisatie onder de bevolking van Kamerik, Peuterspeelzaal De Poppenkast opgericht. De speelzaal kreeg geen subsidie van de gemeente en is in 1975, met behulp van een speelgoedactie en een door particulieren gedoneerd geldbedrag van Fl. 250,00 van start gegaan. In eerste instantie in een ruimte in het dorpshuis, later in een houten voetbalkantine en uiteindelijk. In maart 1984, werd het huidige gebouw betrokken, dat speciaal voor de peuteropvang gebouwd is. Peutergroep De Poppenkast is een stichting, geleid door een bestuur van vrijwilligers, meest ouders van kinderen die de peutergroep bezoeken. Het dagelijks beleid wordt uitgevoerd door gediplomeerde pedagogisch medewerkers, onder aanvoering van een coördinator.
2.
Doelstelling
De algemene doelstelling van Peutergroep de Poppenkast is: Onder deskundige leiding gelegenheid en stimulansen bieden voor het vrije beleven en ontdekken van verschillende materialen, situaties en eigen gevoelens, zonder nadruk op het leveren van prestaties. Pedagogische begeleiding van de kinderen en stimulering van de ontwikkeling staan op de eerste plaats. Sociale vaardigheden worden spelenderwijs geoefend en verder ontwikkeld. Ook op het gebied van spraaktaalontwikkeling, (senso)motorische ontwikkeling, cognitieve en creatieve ontwikkeling zullen de kinderen gestimuleerd worden zich te ontwikkelen.
3
3.
Functies en visie op de ontwikkeling van kinderen
Functies van de peutergroep De peutergroep is een voorschoolse basisvoorziening voor kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar met als doel: - het stimuleren van de ontwikkeling op sociaal-emotioneel, cognitief en motorisch gebied - Voorbereiding op de basisschoolperiode. Spelen en elkaar ontmoeten is leren en ontwikkelen. Pedagogische doelstelling De ontwikkeling van een kind wordt positief gestimuleerd door het creëren van een klimaat waarin acceptatie, veiligheid en geborgenheid voorop staan. Acceptatie We houden rekening met de eigenheid van elk kind, ongeacht zijn of haar achtergrond. Alle kinderen worden met respect, openheid en vertrouwen behandeld, waarbij de pedagogisch medewerkers een begeleidende en stimulerende taak hebben. Veiligheid Peuters ontlenen een gevoel van veiligheid aan vaste, voorspelbare programma’s. Dit realiseren wij door elk dagdeel dezelfde volgorde aan te houden: Kring – vrij spel/knutselen – eten en drinken – buitenspelen of een gemeenschappelijke activiteit. Door het dagprogramma te visualiseren met pictogrammen bieden we de kinderen houvast. Vanuit deze veilige basis kunnen ze initiatieven ontplooien en de wereld om hen heen ontdekken. Geborgenheid Elk kind krijgt aandacht en wordt gewaardeerd. Door positief gedrag te belonen ‘groeien’ kinderen. Wij werken met vaste pedagogisch medewerkers zodat kinderen weten wie hun ‘juf’ is. Omgekeerd leren de pedagogisch medewerkers de peuters goed kennen en kunnen dus inspelen op de behoeften, verhalen en achtergronden van de kinderen. Door grenzen duidelijk aan te geven weten kinderen waar ze aan toe zijn en voelen ze zich geborgen. Door kinderen vrij en zelfstandig te laten spelen geven we de mogelijkheid tot ontdekken en leren. Visie op de ontwikkeling van kinderen Elk kind is uniek en we houden hiermee zoveel mogelijk rekening. Voorop staat onvoorwaardelijke acceptatie. Wij werken vanuit een ontwikkelingsgerichte benadering. Gereedschap hierbij is onder meer het taalontwikkelingsprogramma ‘Puk en Ko’. Thema’s van Puk en Ko worden op de groep behandeld maar ook thema’s die passen bij de tijd van het jaar of bij een speciale gelegenheid. Zo sluiten de wij aan bij de ontwikkelingsmogelijkheden en belangstelling van de kinderen en stimuleren hen om nieuwe, nog onbekende stappen te zetten. 4
In het vrije spel is er veel ruimte om met andere peuters te spelen. Wij volgen het ontwikkelingsproces en proberen het kind een stapje verder te brengen door begeleiding, stimulansen en ondersteuning. Het programma Puk en Ko legt de nadruk op de taalvaardigheid van peuters, dus het spreken, luisteren en de uitbreiding van de Nederlandse taal. Daarnaast besteedt Puk & Ko ook aandacht aan de ontwikkeling van sociaal communicatieve vaardigheden en aan beginnend rekenen. De pop Puk is een belangrijk figuur in Puk & Ko. Puk vervult de rol van intermediair tussen de pedagogisch medewerker en de peuters. Via Puk kunnen peuters betrokken worden bij een activiteit. Via Puk kan ook op een veilige, prettige manier interactie met de peuters uitgelokt worden, zowel verbaal als non-verbaal. Groepssamenstelling De peutergroep bestaat uit maximaal 14 kinderen in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. Elke groep wordt begeleid door minimaal twee gediplomeerde pedagogisch medewerkers. Peutergroep De Poppenkast werkt met vaste pedagogisch medewerkers op een groep, zodat peuters en leiding een hechte band kunnen ontwikkelen. De coördinerend pedagogisch medewerker werkt op alle groepen en kent dus alle kinderen. Vroeg- en Voorschoolse Educatie (VVE) Sinds 1 maart 2010 werken wij met het eerdergenoemde taalontwikkelingsprogramma Puk en Ko. Dit programma is speciaal ontwikkeld om kinderen met een (dreigende) taalontwikkelingsachterstand een ‘duwtje in de rug’ te geven. Zo proberen wij te voorkomen dat 4 jarigen een taalachterstand hebben wanneer ze naar de basisschool gaan. Taalachterstand is moeilijker in te halen naarmate het kind ouder wordt. Alle kinderen van Peutergroep De Poppenkast profiteren mee van het programma. Wanneer een kind een specifieke VVE-indicatie van het consultatiebureau krijgt, komt het 4x per week naar de speelgroep, in plaats van het reguliere 2x per week. Alle pedagogisch medewerkers hebben scholing gevolgd om het Puk en Ko programma te kunnen uitvoeren. Kinderen met een handicap of beperking Ook peuters met een handicap of beperking zijn welkom op De Poppenkast. De toelating van kinderen met een beperking gebeurt in nauw overleg met de ouders en eventuele hulpverlenende instanties, waarbij steeds de volgende afwegingen gemaakt worden: Kan De Poppenkast het kind bieden wat het nodig heeft? Zijn er speciale voorzieningen nodig? Kunnen we de ‘reguliere’ peuters op dezelfde wijze blijven begeleiden als we een peuter met een beperking opnemen in de groep. Na plaatsing is er regelmatig overleg met de ouders en evt. andere betrokken instellingen die het kind bezoekt. Doel van het overleg is een zo goed mogelijk afgestemde begeleiding van het kind. In alle gevallen wegen de pedagogisch medewerkers zorgvuldig af of er voldoende tijd, deskundigheid, ervaring en middelen in de groep aanwezig zijn om de peuter met een beperking goed op te kunnen vangen.
5
Inrichting van de groepsruimtes en buitenterrein De speelruimte is overzichtelijk ingericht. De kinderen hebben voldoende ruimte om zich vrij te kunnen bewegen. Er zijn verschillende thema-hoeken ingericht en er is een voorleeskamertje met een grote voorraad boeken. Kinderen kunnen zelfstandig activiteiten kiezen en pakken. Het buitenterrein is veilig en goed afgeschermd. Er is voldoende buitenspeelgoed aanwezig en er is een zandbak waarin de kinderen kunnen spelen. Wanneer de peuters naar buiten gaan gaat minimaal één pedagogisch medewerker met hen mee. Wanneer er een medewerker binnen blijft, blijft die steeds in contact met buiten door de grote ramen in de zijgevel van het gebouw. Allereerst controleert de pedagogisch medewerker of het buitenhek gesloten is. Het schoolplein heeft een schuur waar het buitenspeelgoed in opgeslagen is. Verder heeft het schoolplein een glijbaan aan peuterklimrekje en een zandbak waarover een net gespannen wordt na gebruik. Het buitenspeelgoed nodigt uit tot bewegen. Zo kiezen de peuters uit tractors, driewielers, steppen, klossen, zandbakspeelgoed en dergelijke. Het scheppen van spel- en ontwikkelingsmogelijkheden Door te werken met thema’s en deze te bespreken in de kring, te zingen, te bewegen en te oefenen stimuleren wij de taalvaardigheid. De eerdergenoemde methode Puk & Ko geeft de pedagogisch medewerkers handvatten voor activiteiten op het gebied van taal, communicatie en beginnend rekenen. Ook de motorische ontwikkeling vinden wij belangrijk. Hiervoor bieden wij ook activiteiten aan, zoals dansen, een ‘parcours’ en evenwichtsoefeningen. Het spelmateriaal dat aan de kinderen worden aangeboden, sluit aan op de ontwikkeling en interesses van de peuters. Het speelgoed dat wordt aangeboden geeft mogelijkheden tot zowel individueel als groepsspel en er is voldoende materiaal voor de verschillen in ontwikkelingsniveau. Een kind van bijna 4 jaar oud heeft andere behoeften qua uitdagingen dan een peuter van 2,5 jaar. Ook zijn er voldoende mogelijkheden om rustig te spelen of druk te bewegen. Het aangeboden speelgoed is multifunctioneel en nodigt uit tot fantasiespel. De kinderen kunnen oefenen met wat zij kennen uit de wereld van de volwassenen. De poppen worden aangekleed, er wordt afgewassen en de auto moet in de garage worden gerepareerd. De peuters krijgen de gelegenheid materialen te ontdekken en hiermee te experimenteren, bijvoorbeeld spelen met water, klei, of scheerschuim, knutselen, scheuren, knippen, plakken en verven. Wij zijn van mening dat ook de interactie in de groep, de inrichting van de ruimtes en de houding van de pedagogisch medewerkers van invloed zijn op de wijze waarop kinderen zich ontwikkelen.
6
Voorbeeld van een dagdeel op de peutergroep Ouders en kinderen komen binnen. Elk kind wordt persoonlijk verwelkomd. Ze zetten hun beker drinken en een bakje schoongemaakt fruit in een daarvoor bestemde mand en zoeken een plekje in de kring. Wanneer alle kinderen er zijn en de ouders hebben afscheid genomen dan worden de deuren gesloten en beginnen we de dag met het luisteren naar de muziekklok en een welkomsliedje. Vervolgens kijken we of iedereen er is en krijgen de kinderen de gelegenheid om iets te vertellen of te laten zien. Dan vertellen we ook wie er vandaag de bekers en het fruit mogen uitdelen. Dit wordt steeds door twee peuters gedaan en is bedoeld om elkaars namen te leren kennen. De kinderen ervaren het als een ‘eer’ als zij aan de beurt zijn om uit te delen. Hierna praten en zingen we over het thema dat we op dat moment behandelen. Soms maken we er een spel bij en er is veel ruimte voor interactie. Na de kring is het tijd voor vrij spel, knutselen en voorlezen. We proberen kinderen die niet snel voor een activiteit als bijvoorbeeld voorlezen kiezen te stimuleren dit wel te proberen. We dwingen echter nooit. Rond 10.30 uur gaan we opnieuw in de kring om fruit te eten en te drinken. Dit doen we zittend en we wachten op elkaar. Daarna gaan we naar buiten om te bewegen en te ontdekken. Als het slecht weer is kiezen we een gezamenlijk spel waarin de kinderen flink kunnen bewegen. Om 11.15 komen de ouders hun kind halen en is er ook tijd om informatie uit te wisselen tussen ouders en leidsters. Indien nodig wordt een afspraak gemaakt voor een persoonlijk gesprek buiten de openingstijden van de speelgroep. Het overbrengen van waarden en normen aan de kinderen Een peutergroep is een samenleving in het klein waar kinderen samen komen en samen spelen. Ter voorbereiding op het leven in een samenleving is het belangrijk dat de kinderen waarden en normen leren. Pijlers voor het ontwikkelen van een normen- en waardenbesef zijn bij ons: Rekening houden met elkaar. We wachten op elkaar met eten en drinken, luisteren naar elkaar en iedereen is belangrijk. Respect We laten de kinderen merken dat we blij zijn dat zij er zijn. We besteden aandacht aan de verschillen in levensovertuiging tussen de kinderen en accepteren en respecteren deze volledig. Een kind mag boos zijn of verdrietig. Door begrip te tonen kan een kind zich veilig voelen. We leren kinderen ook respectvol om te gaan met het spelmateriaal, dus niet gooien of er tegenaan schoppen. De pedagogisch medewerkers zijn hierbij een belangrijk rolmodel; peuters imiteren en nemen hun gedrag als vanzelfsprekend over.
7
Belonen en straffen In de omgang met elkaar en met de peuters, kiezen we voor een positieve benadering. Dit doen we door het positieve gedrag van een peuter te benoemen en complimenten te geven. Als de peuter iets doet wat niet mag, dan wordt hij gecorrigeerd en legt de pedagogisch medewerker uit waarom iets niet mag. We proberen de aandacht te verleggen door hem af te leiden en een alternatief aan te bieden. Een enkele keer zetten we een kind even apart op een stoeltje. Dit is voor enkele minuten en volgt direct na het herhaaldelijk vertoonde negatieve gedrag. Na een paar minuten gaat de pedagogisch medewerker naar het kind toe en spreken ze samen over het waarom van het even apart zitten en wordt afgesproken dat het gedrag nu ‘over’ is. Niet de peuter wordt bestraft, maar het gedrag dat hij vertoont wordt gecorrigeerd. Omgangsvormen Elk kind wordt bij de naam genoemd. We leren de kinderen om te vragen: ‘wil je me even helpen?’ als ze hulp nodig hebben. Ook stimuleren we ze elkaar te helpen en te bedanken. Als een kind ‘grof in de mond’ is wordt dit door de pedagogisch medewerker gecorrigeerd. Omgaan met emoties De pedagogisch medewerkers laten zien en voelen dat ze de kinderen begrijpen. Door gevoelens te benoemen en ze niet te negeren, leren de kinderen hun eigen emoties ontdekken en er mee om te gaan. Als een kind boos is of verdrietig dan mag dat. De pedagogisch medewerker toont begrip en probeert uiteindelijk door afleiding de boosheid of het verdriet weg te nemen. Ontwikkelen van zelfvertrouwen en zelfredzaamheid Kinderen worden aangemoedigd eigen initiatieven te ontplooien. Zij krijgen de gelegenheid zich op zelfgekozen bezigheden te richten welke aansluiten bij de eigen interesses. Zelf de jas aantrekken, naar de WC gaan en zelf schoenen aantrekken wordt aangemoedigd en begeleid. Het kind wordt geprezen en gewaardeerd om wat het al kan. Door op deze wijze het kind te stimuleren in zijn ontwikkeling, wordt het zelfstandiger en flexibeler in onverwachte of veranderende situaties. De pedagogisch medewerkers schenken bewust aandacht aan het versterken van de eigenwaarde van het kind.
8
4.
Volgen en signaleren
Observeren en signaleren In de periode van 2,5 jaar tot 4 jaar worden alle kinderen twee keer extra intensief geobserveerd, door middel van een observatielijst. De observaties vinden plaats rond de derde verjaardag en rond 3 jaar en 11 maanden. De methode inventariseert op algemene wijze de -
Sociaal-emotionele ontwikkeling Spelontwikkeling Taalontwikkeling Motorische ontwikkeling Zelfredzaamheid
Bijzonderheden met betrekking tot de ontwikkeling van de peuter worden gedurende enkele weken extra geobserveerd en besproken met collega's. Bij zorgen omtrent de peuter wordt in eerste instantie gesproken met de ouders. In overleg met hen wordt eventueel contact gezocht met het consultatiebureau. Indien nodig kan de peuter doorverwezen worden naar een organisatie buiten de peutergroep. Een pedagogisch medewerker kan gebruik maken van advies van externe deskundigen, mensen die gespecialiseerd zijn in problemen die kunnen optreden bij opgroeiende peuters, zoals een logopediste, orthopedagoog of kinderfysiotherapeut. De primaire verantwoordelijkheid voor een kind ligt bij de ouders. Wanneer ouders niets doen met het advies en geen verdere stappen ondernemen of toestemming geven tot, dient de pedagogisch medewerker dit te allen tijde te respecteren. Hierop is één uitzondering: bij een vermoeden van kindermishandeling wordt contact opgenomen met het advies en meldpunt kindermishandeling. Overdracht naar de basisschool Wanneer een kind 4 jaar wordt en naar de basisschool gaat, worden de observatieformulieren in eerste instantie aan de ouders gegeven. Wanneer deze vragen hebben kan dit met de pedagogisch medewerkers worden besproken. Vervolgens worden kopieën van de observatie, samen met een door ouders ingevuld overdrachtsformulier door een pedagogisch medewerker afgeleverd op de basisschool. Wanneer een basisschool het nodig vindt kan contact gezocht worden met de Peutergroep voor nadere informatie. Als een kind een VVE-indicatie heeft worden de observatielijsten altijd persoonlijk en mondeling overgedragen door de pedagogisch medewerker die dat kind geobserveerd heeft. 5.
Ouderbeleid
Communicatie met ouders en verzorgers Wij vinden een open sfeer met de ouders belangrijk. Tijdens het halen en brengen van de peuters is er tijd voor een gesprekje met de ouders. Zo worden nieuwtjes omtrent de kinderen uitgewisseld en zijn pedagogisch medewerkers op de hoogte van wetenswaardigheden. Zonodig kan op verzoek van ouders of pedagogisch medewerker een afspraak gemaakt worden voor een één op één gesprek . Eerder in dit pedagogisch beleidsplan is vermeld dat de peuters twee maal worden geobserveerd, 9
door middel van een observatielijst op de leeftijd van 3 jaar en de leeftijd van 3 jaar en 11 maanden. Deze observatielijsten en de schriftelijke rapportage krijgen de ouders mee naar huis. Als ouders na aanleiding hiervan nog vragen hebben kan er altijd telefonisch contact plaatsvinden met een van de pedagogisch medewerkers. Ook kunnen ouders te allen tijde inzage krijgen in de observaties van hun kind. Bij de kennismaking met de peuterspeelzaal zijn ouders welkom om erbij te blijven op de groep om een indruk te krijgen van onze manier van werken en om hun peuter aan de nieuwe situatie te laten wennen. Door het jaar heen worden de ouders op de hoogte gehouden van speciale activiteiten als Sinterklaas Kerst Pasen Het Nationaal Voorleesontbijt Uitstapjes Ouderavonden Op uitnodiging willen we de ouders/verzorgers hier graag bij betrekken. De ouders van kinderen met een VVE-indicatie worden minimaal twee keer per jaar uitgenodigd om aan een activiteit deel te nemen. 4x Per jaar wordt een nieuwsbrief uitgegeven, waarin ouders op de hoogte worden gebracht van ontwikkelingen in het reilen en zeilen van de peutergroep. Er worden dagverslagen in opgenomen, waarin men kan lezen wat de peuters doen en wat ze allemaal vertellen. Ook worden er grappige uitspraken vermeld en boekrecenties en foto’s in geplaatst. Een aantal keer per jaar geven wij een themabrief uit, waarin ouders op de hoogte gesteld worden van het thema dat op dat moment behandeld wordt op de groep. In deze brieven staan liedjes en woorden die aan bod komen, boekjes en tips. Ook veranderingen in tarieven, openingstijden etc. worden schriftelijk aan de ouders gecommuniceerd.
Oudercommissie In 2014 heeft het bestuur van De Poppenkast via nieuwsbrieven en separate oproepen ouders gevraagd zitting te nemen in de oudercommissie. Voor de oudercommissie zijn ouders welkom die een adviserende rol willen hebben in het beleid van de peuterspeelzaal. Echter, vooralsnog hebben zich geen ouders aangemeld. Ook in 2015 zal De Poppenkast zich blijven inspannen om de Oudercommissie vorm te geven en ouders blijven oproepen (verzoeken) om lid van de oudercommissie te worden.
10
Klachtenregeling Tevreden ouders zijn ouders die met vertrouwen hun kind naar de peuterspeelzaal brengen en die betrokken zijn bij de leefwereld van hun kind daar. Indien ouders klachten hebben over de geboden diensten, is het van belang dat deze klachten zorgvuldig worden behandeld. In de meeste gevallen kunnen klachten met en door de directe betrokkene(n) worden opgelost. Voor situaties waarin dit niet mogelijk blijkt, is een vastgelegde regeling nodig. Naast de waarde van de regeling voor degene met de klacht, heeft een klachtenregeling ook waarde voor de peutergroep De Poppenkast. Klachten geven informatie over (mogelijk) zwakke plekken in de organisatie. Een klacht kan gezien worden als een kans. Door een klacht serieus te nemen en er serieus naar te kijken, kunnen we wellicht de kwaliteit van de opvang verbeteren. Een klacht dient in eerste instantie besproken te worden met de betrokkene/pedagogisch medewerker. Wanneer de klacht blijft bestaan, kan men contact opnemen met de coördinator of anders met het bestuur. Indien er na actie van de pedagogisch medewerkers, coördinator en bestuur nog geen bevredigende oplossing is, kan een klacht ingediend worden bij de Onafhankelijke Klachtencommissie van onze peuterspeelzaal. De Klachtencommissie is een onafhankelijke commissie, bestaande uit 3 personen waaronder een onafhankelijke voorzitter. In de klachtenprocedure zijn de namen opgenomen van de personen die zitting hebben in de klachtencommissie. Op de peutergroep ligt het klachtenreglement ter inzage en ook op onze website is de klachtenregeling te vinden, www.peuterspeelzaalkamerik.nl. Protocol Kindermishandeling Iedere organisatie die werkt met kinderen heeft vanuit de wetgeving de verplichting om een protocol kindermishandeling te hanteren. Kindermishandeling betreft niet alleen fysieke mishandeling, maar ook geestelijke mishandeling, seksueel misbruik en verwaarlozing. Als kinderopvangorganisatie hebben we een Protocol Kindermishandeling en van daaruit handelen we in voorkomende gevallen. Het protocol ligt ter inzage op de peutergroep en is te vinden op onze website, www.peuterspeelzaalkamerik.nl.
11
6.
Pedagogisch medewerkers
Deskundigheid Peutergroep De Poppenkast werkt uitsluitend met gediplomeerde pedagogisch medewerkers. Afgezien van het vereiste diploma zijn motivatie, enthousiasme, respect en liefde voor de kinderen van groot belang. Ouders mogen verwachten dat hun kinderen op een deskundige en respectvolle wijze worden begeleid. De functie van pedagogisch medewerker is veelomvattend. Dit vraagt om een goede basis van opleiding en ervaring. Al onze pedagogisch medewerkers zijn in het bezit van een recente Verklaring Omtrent Gedrag. Conform de geldende wet- en regelgeving voldoen de pedagogisch medewerkers aan de vastgestelde opleidingseisen. De pedagogisch medewerkers zijn in het bezit van een gericht MBO/ HBO-diploma. Regelmatig worden de pedagogisch medewerkers bijgeschoold op zowel pedagogisch en vakgericht gebied als ook op hun vaardigheden met betrekking tot brandpreventie, ziekte en ongevallen. Jaarlijks wordt een scholingsplan opgesteld. Het bestuur van Peutergroep De Poppenkast zal de pedagogisch medewerkers bij hun taken zo veel mogelijk steunen. Gedurende de dag is de sociale controle op de medewerkers en kinderen groot. Het vier ogen beleid Per 1 juli 2013 is wettelijk vastgelegd dat bij dagopvang van kinderen van 0 tot 4 jaar , een beroepskracht of beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene. Deze maatregel wordt het vierogenprincipe genoemd. Binnen De Poppenkast wordt het vierogenprincipe vorm gegeven door locatie zoveel mogelijk transparant te maken zodat er altijd zicht is op kinderen en collega’s. Er is slechts één speelruimte waarin zowel kinderen als medewerkers aanwezig zijn. In het geval dat een medewerker met een groepje kinderen gaat voorlezen, blijft de deur altijd open. Zodoende kan de kunnen de medewerkers elkaar en de kinderen steeds horen. Daarnaast zijn er in beide ruimtes grote ramen, waardoor er altijd binnen gekeken kan worden. Als De Poppenkast geopend is, zijn er altijd minimaal twee pedagogisch medewerkers aanwezig, dus het komt niet voor dat kinderen onopgemerkt samen zijn met een medewerker. 7.
Praktische informatie
Openingstijden Peutergroep De Poppenkast is geopend op maandagmorgen, dinsdagmorgen, woensdagmorgen en donderdagmorgen van 8.45 uur tot 11.15 uur. Wanneer er voldoende animo is zijn er mogelijkheden om uit te breiden naar 5 ochtenden per week. Inschrijven / uitschrijven peuters Wanneer u er over denkt om uw peuter in te schrijven dan kunt u daar, in overleg met de pedagogisch medewerker, eens een kijkje gaan nemen. De pedagogisch medewerkers vertellen u met alle plezier over de gang van zaken op de peutergroep en beantwoord al uw vragen. 12
Peuters worden toegelaten in de leeftijd van 2 tot 4 jaar. De ochtenden waarop een peuter mag komen worden in overleg vastgesteld. De plaatsing van peuters gebeurt op datum van inschrijving, gecombineerd met de gewenste ingangsdatum en de gewenste ochtenden. Wanneer u de speelgroep wilt opzeggen dient dit twee maanden van tevoren te gebeuren. Dus als uw kind in juni 4 jaar wordt, dient op 1 april de opzegging binnen te zijn. U kunt per brief of e-mail opzeggen bij de peuteradministratie. De peutergroep heeft een open aannamebeleid. Wanneer u zich kunt vinden in de doelstelling en de visie op opvoeding, kunt u uw peuter aanmelden. U kunt dan voor informatie bellen of mailen naar De Poppenkast of uw kind aanmelden via de website, www.peuterspeelzaalkamerik.nl Vakanties De vakanties van de peutergroep De Poppenkast zijn gelijk aan de vakanties van de omliggende basisscholen. Een overzicht van de schoolvakanties wordt op de website gepubliceerd en via de nieuwsbrieven aan ouders doorgegeven. Eten en drinken Tijdens de ochtend wordt een rustpauze ingelast om samen wat te eten en te drinken. Het is gebruikelijk dat uw kind zelf een bekertje drinken en een bakje schoongemaakt fruit mee naar de speelzaal neemt. Wij hechten zeer aan het eten van fruit en willen, met uitzondering van verjaardagstractaties, liever geen koekjes of andere zoetigheden aan de kinderen aanbieden. Wij verzoeken u de drinkbeker en eventuele bakje te voorzien van de naam van uw kind. Ditzelfde geldt voor de tas en de jas. Kleding Wij verzoeken u uw peuter te kleden in kleren waarin het goed kan spelen en bewegen. De kleding mag geen koortjes of touwtje bevatten. De peutergroep heeft een aanvullende WA-verzekering afgesloten maar deze aanvaardt geen aansprakelijkheid voor het wegraken en / of beschadigen van kleding. Verjaardagen en feesten Wanneer peuters jarig zijn mag er getrakteerd worden. De pedagogisch medewerkers zijn op de hoogte van eventuele allergieën of dieetwensen binnen de groep. U kunt aan de pedagogisch medewerkers doorgeven wanneer een van de ouders of grootouders jarig is. Uw peuter maakt dan samen met de pedagogisch medewerker een tekening of schilderij als felicitatie. Sinterklaas wordt gevierd met praten, dansen, zingen, knutselen, pepernoten en voor elk kind een kadootje. Om het feest niet te beladen te maken voor de peuters verkleden de pedagogisch medewerkers zich als Sint en Piet en ook de kinderen mogen verkleed komen. 13
Rond Kerst zetten we een kerstboom in de speelruimte. De kinderen maken versieringen voor de boom en andere kerstknutsels en we zingen en praten over kerstmis. Tijdens de viering vertellen we het kerstverhaal . Aan het eind van de ochtend eten we met de kinderen een broodmaaltijd. Met Pasen zaaien we tuinkers in kleine potjes en proeven dit op toast met ei. Ook worden eieren verstopt in de tuin van De Poppenkast. Koningsdag is in Kamerik een groot feest. We rijden met ouders en kinderen op een versierde kar door het dorp en zijn verkleed volgens een jaarlijks wisselend thema. Wanneer ons budget het toelaat organiseren we, meestal ter afsluiting van het schooljaar, een theatervoorstelling voor de kinderen. Hiervoor worden professionals uitgenodigd. Ter afsluiting van het schooljaar gaan we meestal met ouders en kinderen naar de kinderboerderij, gevolgd door een picknick in de tuin van De Poppenkast. Zindelijkheid Uw kind hoeft niet zindelijk te zijn om de peutergroep te bezoeken. In overleg met ouders kan de pedagogisch medewerker aandacht besteden aan zindelijkheidstraining. Pedagogisch medewerkers nodigen kinderen uit om te proberen op de wc te plassen. Wanneer kinderen dat van leeftijdsgenoten zien, stimuleert hen dat om het ook te gaan proberen. Ziekte Als uw kind ziek is, kan het de peutergroep niet bezoeken. Wij verzoeken u dit telefonisch door te geven tijdens de openingstijden. U wordt dringend verzocht zo spoedig mogelijk de pedagogisch medewerkers te waarschuwen als uw kind een besmettelijke ziekte heeft of wanneer deze heerst in uw gezin. Denk hierbij aan: rode hond, bof, roodvonk, geelzucht of waterpokken. De pedagogisch medewerkers zullen de informatie doorspelen naar de andere ouders. Als u kind een allergie heeft (overgevoelig is voor bepaalde stoffen) moet u dit aan de pedagogisch medewerkers melden. Uw kind kan uiteraard ook ziek worden tijdens het verblijf op de peutergroep. Dan is het van belang dat wij u snel kunnen bereiken. Zorg daarom dat uw (mobiele) telefoonnummer en eventueel een telefoonnummer van familie, buren of oppas bij ons bekend is. Om deze informatie wordt gevraagd bij inschrijving van het kind. Als een kind ziek wordt tijdens het bezoek aan de peutergroep, wordt de situatie altijd even aangekeken. Vervolgens kan dit voor ons aanleiding zijn de ouders te bellen met het verzoek het kind op te halen. In geval van nood wordt er 112 gebeld. In een acute situatie waarbij de ouders niet op tijd aanwezig zijn wordt de peuter door een van de pedagogisch medewerkers naar de dokter, de tandarts of het ziekenhuis begeleid. In een niet acute situatie wordt gewacht tot een ouder arriveert, zodat de ouder zijn kind verder kan begeleiden. 14
Wat geeft u uw peuter mee naar de peutergroep Wanneer uw kind naar de peutergroep komt, dient u een beker drinken en een bakje fruit mee te geven. Tevens moet er in zijn of haar tas een verschoning zitten, eventueel een reserve-luier, vochtige billendoekjes en een doek om op het aankleedkussen te leggen (bijvoorbeeld een katoenen luier of een handdoek). GGD inspecties / Risico-inventarisaties / Brandveiligheid Jaarlijks wordt Peutergroep De Poppenkast, zoals alle kinderopvangorganisatie in Nederland, geïnspecteerd door de GGD. Gecontroleerd wordt op veiligheid, gezondheid en brandveiligheid. Door de coördinator, i.o.m. de pedagogisch medewerkers, worden jaarlijks risico-inventarisaties (brand) veiligheid en gezondheid voor de ingevuld en aangepast aan de eisen van de GGD. Naast alle andere veiligheidsmaatregelen die we treffen, oefenen we twee keer per jaar met de kinderen een brandalarm. Tenslotte vindt er jaarlijks een inspectie door de brandweer plaats. Verzekering Voor de peuters is een ongevallenverzekering afgesloten, die van toepassing is tijdens het verblijf op de peutergroep.
Kamerik, januari 2015
15