Naar het buitenland met je pony/paard Wat mag je zeker niet vergeten als je naar het buitenland vertrekt met je paard/pony? Wat zijn de wettelijke bepalingen onderweg? Wat moet je allemaal meenemen? In dit handig overzicht krijg je een antwoord op deze vragen. 1. Gezondheidscertificaat / douanepapieren Binnen de EEG is het gezondheidcertificaat vereist (de Benelux heeft aparte faciliteiten. Men hoeft in België, Nederland en Luxemburg geen gezondheidsattest aan te vragen). Elke pony/paard dat ons land verlaat (tijdelijk), moet in het bezit zijn van een gezondheidscertificaat. Dit gezondheidscertificaat wordt afgegeven door het voedselagentschap. Het attest is maar tijdelijk geldig. Na de geldigheidsperiode moet het certificaat door een dierenarts verlengd worden, als je van het ene concours naar het andere gaat. Ter herinnering: EU-landen zijn België, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Ierland, Italië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Oostenrijk, Polen, Portugal, Slovenië, Slowakije, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk, Zweden. In die landen zijn alleen EEG-gezondheidscertificaten verplicht en zijn geen verdere douanepapieren verschuldigd. Het gezondheidscertificaat vormt samen met uw paspoort uw internationaal reisdocument. Andere belangrijke zaken zijn : 1. De pony’s/paarden moeten gechipt zijn zodra zij ons land verlaten. Het chipnummer moet in het paspoort van de pony’s/paarden officieel zijn aangebracht. 2. In het paspoort moet een exterieurbeschrijving staan omdat in het buitenland de chip nog niet overal geaccepteerd is als identificatiemiddel. 3. Let op de geldigheid van de gezondheidsattest. Na 10 dagen moet opnieuw een verklaring worden afgegeven door de lokale autoriteiten. Buiten de EEG-landen worden er naast een gezondheidsattest nog andere eisen gesteld, nl. douanepapieren. Het formulier dat je hiervoor nodig hebt, is het ATA-carnet. De pony’s/paarden moeten gechipt en gevaccineerd zijn (maximum 6 maanden tussen 2 vaccinaties en uiterst 3 weken voor een wedstrijd) en de pony’s moeten gemeten zijn. Het FEIpaspoort moet een officieel meetbewijs (gemaakt door een dierenarts aangesteld door de KBRSF) bevatten, Een pony moet jaarlijks gemeten worden tot en met zijn achtste levensjaar. Het gezondheidsattest moet ook in orde zijn. CONTROLEER VOOR U VERTREKT OF ALLE STEMPELS EN PAPIEREN IN ORDE ZIJN! 2. Reizen met je paard/pony: de wet Volgens de wet moet in elk geval na 8 uur reizen één uur gestopt worden, zodat de paarden kunnen drinken. Het is natuurlijk aangenamer om elke 2 à 3 uur te stoppen om te kijken of alles vlot verloopt. Het is niet veilig een pony/paard te lossen langs de baan. Dat is niet nodig. Opgelet : reizen per boot (Engeland, Zweden) telt ook mee bij deze 8 uur. Wie langer dan 24 uur onderweg is moet een verplichte rustpauze nemen van 8 uur. De paarden moeten in een box gestald worden om te overnachten. 3. Reizen met je paard/pony: de praktijk - Iedereen die een reis onderneemt met pony’s/paarden, moet zorgen voor een duidelijke routebeschrijving. - Vaak remmen en optrekken is voor een pony/paard belastend. Vermijd daarom tijdens de route zoveel mogelijk de binnenwegen en kies voor de hoofdwegen. - Reis nooit meer dan 700/800 km op een dag. - Hou er in de reisplanning rekening mee om minstens een dag voor de veterinaire keuring aan te komen, zodat je pony/paard zijn reisstijfheid kwijt is.
Houd in de auto een lijstje bij de hand met : 1) De mobiele telefoonnummers van de volgauto’s 2) Adressen en telefoonnummers van paardenklinieken langs de route 3) Het telefoonnummer van de Belgische ambassade en eventueel van het Belgische consulaat in het land van de bestemming 4) Het telefoonnummer van de wedstrijdorganisatie op de plaats van bestemming Een laag houtkrullen op de bodem neemt beter de urine op. In de stoppauze kan water, hooi en wortelen op de grond gegeven worden. Dan strekken de pony’s/paarden meteen hun hals. Zorg onderweg voor voldoende ventilatie en voor de juiste temperatuur. Controleer of de paarden niet te veel zweten (stress, te warm onder de dekens…). Opgelet met het bandageren van de staart. Het is beter een staartbeschermer te gebruiken. Bij warm weer moeten de paarden regelmatig kunnen drinken. Je kan het drinkwater eventueel aanvullen met electrolyten. 4. Wat neem ik mee? Een concourskist en reistas moet zeker altijd bevatten : - paardenpaspoorten - eigen paspoorten - verzekeringsbewijzen - gezondheidscertificaten EEG-landen - voor niet-EEG-landen : ATA-carnet voor de douane - wegenkaarten voor de route, ook al heb je een GPS! - Euro’s of andere munt (niet-EEG-landen en Engeland) - bevestigingspapieren van het concours - voorprogramma’s - mobiele telefoon + telefoonlijst - Speciale verlengdraad + adapter (zeker in Engeland = andere koppelingen dan in Europa) - EHBO kistje met thermometer, stethoscoop, betadine scrub, betadine wondspray, aluminiumspray en verschillende verbanden (verschillende maten): vetrap elastische bandages, katoenen windsels, steriele kompressen, watten, leukoplast, tape, zachte wondzalf, coldpacks, piepschuim bekertjes, gecontroleerde en toegestane verzorgingsproducten en medicijnen (DOPINGVRIJ), stompe schaar, antivliegenmiddelen, veiligheidsspeldjes, …. - Hardvoer voor de hele reis- en wedstrijdperiode + voederadditieven => Opgelet : alles moet dopingvrij zijn! (bijsluiters meenemen) - Eventueel hooi voor onderweg - water- en voeremmers - Reserveset van hoefijzers met enkele nagels en nijptangetje (ijzers kunnen alleen veranderd worden met toestemming van de voorzitter van de jury) - Voldoende paardendekens en zweetdekens - Hoofdstel (+ reserve) => Opgelet: gewoon trenshoofdstel meenemen voor vetcheck! - Reserve halster - Reserve touwen - scherp mesje - Zadel + singel (eventueel reserve singel) - poetsgerief voor hoofdstel en zadel - voldoende witte onderleggers met Belgische vlag KBRSF - voldoende witte bandages - enkele werkonderleggers en bescherming voor de benen (pijpkousen-bandages) - eventueel rustbandages - poetsspullen, sponzen, handdoeken, hoevekrabber - gerief voor het vlechten - teer en vet voor de hoeven
5. Wat neem ik mee voor de ruiter - Voldoende witte rijbroeken - Gewone rijbroeken - Rijbloesjes - Jabot met speld - haarnetjes - naaigerief - rijlaarzen + poetsgerief - rijvest met embleem van de Belgische federatie - Helm met drie aanknopingspunten - Handschoenen (wedstrijd + training) - Sporen (niet langer dan 1.5cm voor de pony’s. Ze mogen ook niet scherp zijn en moeten zonder wieltjes zijn.) - Zweep voor het losrijden (Niet langer dan 1.00 m met uiteinde erbij voor pony’s) - Nette kledij met loopschoenen voor de veterinaire keuring (in de mate van het mogelijke afstemmen met andere landgenoten) . - Fiets Nuttige adressen en telefoonnummers meenemen : KBRSF, FEI, LIGA, Chef d’équipe Deze lijst is niet exhaustief. Je kan er zelf allerlei zaken nog aan toevoegen. Opgesteld door Laurence Van Doorslaer (tekst gebaseerd op KNHS, aangepast aan Belgische wetgeving)