Opzet liturgie vredesdienst 21 september 2014 ‘Wapen je met vrede’
Voorgangers: Diaken dr. M. Sarot en ds. D.H.J. Steenks Organist: B. van Surksum Lectrix: mw. A. Slaghekke en mw. E. Veldhuizen
Voorbereiding Stilte en Orgelspel Welkom en drempelgebed Openingslied
Vrede voor jou
Niemand komt hier vrij van het kwade, niemand gaat hier straks weer vrijuit. Niemand te veel, niemand te weinig, niemand te groot, geen een te klein dit wordt verbeeld in woord en gebaar, tot ooit en overal, wij leven voor elkaar. U die ons kent, U die ons aanvoelt, U die de hele wereld draagt; kom naar ons toe, leer ons te leven, help ons te zien wat ieder vraagt tijd om te leven, kans om te zijn, een plek om nu en ooit gezien, aanvaard te zijn. Bemoediging en groet Over het thema Lied
Ontwapenend, ontwapenend
Kyriegebed met responsie
Heer, wij wapenen ons. Door muren op te bouwen proberen we het kwade buiten te houden. Maar zo schermen we ons ook af van het goede. Help ons muren af te breken en ruimte te geven aan uw vrede. Allen zingen: Heer, onze Heer, ontferm U over ons. Christus, wij wapenen ons. Door uit te zijn op ons voordeel proberen we onze eigen leefwereld uit te breiden. Maar zo ontstaat er ook scheefgroei. Help ons oog te krijgen voor het geluk van ieder mens en te groeien in solidariteit. Allen zingen: Heer, onze Heer, ontferm U over ons. Heer, wij wapenen ons. Door ons belangrijker te maken dan onze medemens proberen we aanzien te verwerven. Maar zo doen we de ander tekort. Help ons te ontwapenen en de eigen waarde van ieder mens te bevestigen en te bemoedigen. Allen zingen: Heer, onze Heer, ontferm U over ons.
Glorialied
Zoekend naar licht…
2. Zoekend naar rust zijn wij vol zorgen zoekend naar hoop, troost in uw woord. Spreek door ons heen tot de verdrukten, zo wordt uw stem gehoord. refrein 3. Zoekend naar brood lijden zij honger, zoekend naar water lijden zij dorst. Maak ons uw brood, breek ons voor allen, u bent de vredevorst. refrein 4. Zoekend naar troost zijn velen dakloos, zoekend naar warmte zijn velen koud. maak ons een huis van levende stenen, schuilplaats door u gebouwd refrein 5. Met zoveel gaven aan ons gegeven, voor zoveel leed, zoveel gemis. maak ons uw dienaars, leer ons te delen, totdat uw Rijk hier is. refrein
Dienst van het Woord Gebed bij de opening van de Schrift Eeuwige God, in uw Zoon, Jezus Messias, bemoedigt en troost U ons, én daagt U ons uit tot grotere onderlinge verbondenheid en eenheid. Wij vragen U: beziel ons met uw Geest, inspireer ons om niet uit te zijn op aanzien en macht, maar onszelf in goedheid te geven, ons te wapenen met uw vrede en te streven naar het geluk en het heil van ieder mens, naar het voorbeeld van uw Zoon, Jezus, onze Heer. Amen Gesprek met de kinderen (hierna gaan de kinderen naar de kindernevendienst) Lezing uit het Oude Testament
Jona 3 en 4
1 Opnieuw richtte de HEER zich tot Jona: 2 ‘Maak je gereed en ga naar Nineve, die grote stad, om haar aan te klagen met de woorden die ik je zeg.’ 3 En Jona maakte zich gereed en ging naar Nineve, zoals de HEER hem opgedragen had. Nineve was een reusachtige stad, ter grootte van drie dagreizen. 4 Jona trok de stad in, één dagreis ver, en riep: ‘Nog veertig dagen, dan wordt Nineve weggevaagd!’ 5 De inwoners van Nineve geloofden God: ze riepen een vasten uit en iedereen, van hoog tot laag, hulde zich in een boetekleed. 6 Toen de profetie de koning van Nineve bereikte, stond hij op van zijn troon, legde zijn staatsiegewaad af en ging, gehuld in een boetekleed, op de grond zitten. 7 En hij liet in Nineve omroepen: ‘Volgens bevel van de koning en zijn edelen is het niemand toegestaan te eten of te drinken, mens noch dier, rund noch schaap of geit. De dieren mogen niet grazen of water drinken. 8 Iedereen, mens en dier, moet zich hullen in een boetekleed en luidkeels God aanroepen. Laat iedereen anders gaan leven en breken met het onrecht dat hij doet. 9 Misschien dat God van gedachten verandert en op zijn besluit terugkomt; wie weet zal hij zijn woede laten varen, zodat wij niet te gronde gaan.’ 10 Toen God zag dat zij inderdaad anders begonnen te leven, kwam hij terug op wat hij gedreigd had hun aan te doen, en hij deed het niet. Dit wekte grote ergernis bij Jona en hij werd kwaad. 2 Hij bad tot de HEER: ‘Ach HEER, heb ik het niet gezegd toen ik nog thuis was? Daarom wilde ik naar Tarsis vluchten. Ik wist het wel: u bent een God die genadig is en liefdevol, geduldig en trouw, en tot vergeving bereid. 3 Laat mij maar sterven, HEER: ik ben liever dood dan dat ik zo verder moet leven.’ 4 Maar de HEER zei: ‘Is het terecht dat je zo kwaad bent?’ 5 Nadat Jona Nineve had verlaten, was hij aan de oostkant van de stad gaan zitten. Hij had er een hut gemaakt om in de schaduw af te wachten wat er met de stad zou gebeuren. 6 Nu liet God, de HEER, een wonderboom opschieten om Jona schaduw boven zijn hoofd te geven en zijn ergernis te verdrijven. Jona was opgetogen over de plant. 7 Maar de volgende morgen, bij het aanbreken van de dag, liet God de plant door een worm aanvreten, zodat hij verdorde. 8 En toen de zon opkwam, liet God een verzengende wind uit het oosten waaien; de zon brandde zo op Jona’s hoofd dat hij door de hitte werd bevangen. Hij bad om te mogen
sterven: ‘Ik ben liever dood dan dat ik zo verder moet leven.’ 9 Maar God zei tegen Jona: ‘Is het terecht dat je zo kwaad bent over die plant?’ Jona antwoordde: ‘Ik ben verschrikkelijk kwaad, en terecht!’ 10 Toen zei de HEER: ‘Als jij al verdriet hebt om die wonderboom, waar jij geen enkele moeite voor hebt hoeven doen en die jij niet hebt laten groeien, een plant die in één nacht opkwam en in één nacht verging, 11 zou ik dan geen verdriet hebben om Nineve, die grote stad, waar meer dan honderdtwintigduizend mensen wonen die het verschil tussen links en rechts niet eens kennen, en dan nog al die dieren?’ Lied
Rechter in het licht verheven
Hoor de bittere gebeden om de vrede die niet daagt. Zie hoe diep er wordt geleden, hoe het kwaad de ziel belaagt. Zie uw mensheid hier beneden, wat zij lijdt en duldt en draagt. Houd wat Gij hebt ondernomen, klief het duister met uw zwaard. Kroon de menselijke dromen met uw koninkrijk op aard. Laat de vrede eind’lijk komen, die uw hart voor ons bewaart. Epistellezing
Fillipenzen 2 : 1 t/m 11
1 Nu u door Christus zozeer bemoedigd wordt en liefdevol getroost, nu er onder u zo’n grote verbondenheid met de Geest is, zo veel ontferming en medelijden, 2 maak mij dan volmaakt gelukkig door eensgezind te zijn, één in liefde, één in streven, één van geest. 3 Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle bescheidenheid de ander belangrijker dan uzelf. 4 Heb niet alleen uw eigen belangen voor ogen, maar ook die van de ander. 5 Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. 6 Hij die de gestalte van God had, hield zijn gelijkheid aan God niet vast, 7 maar deed er afstand van. Hij nam de gestalte aan van een slaaf en werd gelijk aan een mens. En als mens verschenen, 8 heeft hij zich vernederd en werd gehoorzaam tot in de dood – de dood aan het kruis. 9 Daarom heeft God hem hoog verheven en hem de naam geschonken die elke naam te boven gaat, 10 opdat in de naam van Jezus elke
knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, 11 en elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader. Evangelielezing (staande)
Lucas 6 : 27 t/m 35
27 Tot jullie die naar mij luisteren zeg ik: heb je vijanden lief, wees goed voor wie jullie haten, 28 zegen wie jullie vervloeken, bid voor wie jullie slecht behandelen. 29 Als iemand je op de wang slaat, bied hem dan ook de andere wang aan, en weiger iemand die je je bovenkleed afneemt, ook je onderkleed niet. 30 Geef aan ieder die iets van je vraagt, en eis je bezit niet terug als iemand het je afneemt. 31 Behandel anderen zoals je wilt dat ze jullie behandelen. 32 Is het een verdienste als je liefhebt wie jullie liefhebben? Want ook de zondaars hebben degenen lief die hen liefhebben. 33 En is het een verdienste als je weldaden bewijst aan wie weldaden bewijzen aan jullie? Ook de zondaars handelen zo. 34 En is het een verdienste als je geld leent aan degenen van wie jullie iets terug verwachten? Ook zondaars lenen geld aan zondaars in de verwachting alles terug te krijgen. 35 Nee, heb je vijanden lief, doe goed en leen geld aan anderen zonder iets terug te verwachten; dan zullen jullie rijkelijk worden beloond, en zullen jullie kinderen van de Allerhoogste zijn, want ook hij is goed voor wie ondankbaar en kwaadwillig is. Acclamatie
U komt de lof toe
Overweging Lied
Geef vrede, Heer, geef vrede
Geef vrede, Heer, geef vrede, de aarde wacht zo lang, er wordt zo veel geleden, de mensen zijn zo bang, de toekomst is zo duister en ons geloof zo klein; o Jezus Christus, luister en laat ons niet alleen! Geef vrede, Heer, geef vrede, Gij die de vrede zijt, die voor ons hebt geleden, gestreden onze strijd, opdat wij zouden leven bevrijd van angst en pijn, de mensen blijdschap geven en vredestichters zijn. De kinderen komen terug uit de kindernevendienst.
Dienst van de Gebeden, Gaven en Zegen Dankgebed V: God, Bron van alle leven, wij danken U voor de tijd die we hier samen waren om te zijn bij U en bij elkaar. Wij danken U voor de woorden uit de Schrift, die richting geven aan ons leven en ons bemoedigen om ons geloof niet enkel met de mond te belijden, maar ook in daden om te zetten. Wij danken U voor uw Zoon, die ons wakker schudt uit onze ik-gerichtheid en ons voorgaat op de weg van ontwapening. Wij danken U voor deze plaats, waar woorden en gebaren ons dragen in twijfel én hoop, in ongeloof én geloof, op onze zoektocht naar wegen van vrede. Mag deze dankbaarheid ons vergezellen, God, opdat ons geloof in U doorwerkt in onze omgeving en bijdraagt aan vrede in uw Naam. Voorbeden met acclamatie
V: Heer, leer ons, leer mij om zonder vooroordeel op onze naaste af te gaan. Maak ons vrij van het verlangen om alleen maar bevestigd te worden in ons eigen doen en denken. Open onze ogen en oren opdat de ander ons hart kan bereiken. A: Kom, adem ons open… V: Heer, geef ons ook als kerk, de moed om open te staan voor een vreemdeling, voor iemand die anders is. Schenk ons de kracht om in onze eigen toekomst te geloven zodat we zonder angst onze broeder en zuster uit een vreemde cultuur tegemoet kunnen gaan. Maak ons sterk zodat we ook getuigenis durven af te leggen van uw Koninkrijk van geweldloosheid en vrede. A: Kom, adem ons open… V: Heer, leer ons, leer mij dat onze inzet het verschil kan maken. Laat ons niet wanhopen wanneer het in de eigen omgeving bijna onmogelijk is om in vrede met elkaar te leven. Houd in ons uw ideaal van een geweldloze samenleving levend, waarin de sterke de zwakke beschermt en niet onderdrukt. Wees met hen die zich bedreigd, verdrongen of verdrukt voelen in eigen stad en land, help hen en ons de vrijheid te hervinden en met liefde vast te houden. A: Kom, adem ons open… V: Heer, ontferm U over hen die door geweld en oorlog hun leven hebben verloren: laat hun offer niet tevergeefs zijn geweest. Wees met hun families en vrienden: stuur mensen die hen helpen de haat uit hun hart te laten verdwijnen. Stimuleer de bestuurders en leiders van volkeren en landen om te werken aan een vrede zonder bewapening. A: Kom, adem ons open… V: …in de stilte van deze morgen bidden wij onze eigen intenties die diep leven in ons eigen hart…
Stil gebed Oecumenisch Onze Vader Onze Vader die in de hemel zijt, Uw naam worde geheiligd. Uw koninkrijk kome. Uw wil geschiede, op aarde zoals in de hemel. Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden zoals ook wij onze schuldenaars vergeven. En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze. Want van U is het koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen. Vredeswens In deze vredesweek staan we stil bij de wens om meer eenheid en verbondenheid tussen allen die hoe dan ook geloven in de ontwapenende boodschap van vrede. Laten wij de bruggenbouwers en vredebrengers zijn in onze verdeelde en versplinterde wereld. V: De vrede van de Heer zij met U. A: En met Uw Geest. V: Wensen we elkaar de vrede toe… We wensen elkaar de vrede met een handdruk Collecte Slotlied
Komen ooit voeten gevleugeld
Dan zal ik huilen en lachen en drinken en slapen; dromen van vluchten en doden en huivrend ontwaken Maar niemand vlucht nergens alarm in de lucht
overal vrede geschapen. Dan zal ik zwaaien naar vreemden, zij zullen mij groeten. Wie was mijn vijand? lk zal hem in vrede ontmoeten. Dan zal ik gaan waar nog geen wegen bestaan vrede de weg voor mijn voeten. Zegen V: A: V: A: V: A:
V.
A.
Vrede is ons aangezegd. Moge God ons behoeden opdat wij dit onderweg onthouden. Vrede hebben we elkaar gewenst. Moge God ons behoeden opdat wij dit onderweg blijven doen. Vrede is een belofte voor onze wereld. Moge God ons behoeden opdat wij onze energie hier aan geven. Moge God ons behoeden, overal waar wij gaan en bij alles wat wij doen. Moge Hij onze dierbaren behoeden overal waar zij leven. Moge Hij alle levende wezens behoeden overal waar zij zijn. Mogen wij zo gezegend zijn door God, die wij noemen: Vader, Zoon en heilige Geest. Amen.
We zingen
Overvloedig geef Ik u…(2x)