Openbaar Lichaam RBT
Ontwerp Jaarstukken 2006 - Ontwerp jaarrekening - Ontwerp jaarverslag
Inhoudsopgave jaarstukken 2006 Hoofdstuk 1. Inleiding……………………………………………………………..……… 1 1.1 Inwerkingtreding Gemeenschappelijke Regeling RBT……………………….. 1 1.2 Bepalingen m.b.t. de jaarstukken in de Gemeenschappelijke Regeling (artikel 21)……………………………………………………………………...1 1.3 De functie van de Jaarstukken …………………………..……………………..1 Hoofdstuk 2 Leeswijzer de opbouw van de jaarstukken..........................................................3 Hoofdstuk 3 Voorstel aan het Algemeen Bestuur en Ontwerp Besluit……………………....4 Jaarrekening Hoofdstuk 4 De financiën van het Openbaar Lichaam RBT…………………………………6 4.1 Verschillen analyse begroting versus jaarrekening………...……………….…6 4.2 Balans en staat van Lasten en Baten……………………….………………….8 4.3 Toelichting…………………………………..………………………………...10 4,4 Verbonden partijen…………….………………………………….…………..13 Hoofdstuk 5 Programmaplan……………………………………………………...………. 15 Jaarverslag Hoofdstuk 6 6.1 6.2 6.3
Investeringen 2006 …………….…………………………………………….16 Begroting 2006……………………………………………………………….16 Bedrijventerreinen voor grote ruimtevragers…………………………………16 Duurzaamheid en parkmanagement…………………………………………..24
Hoofdstuk 7 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
Risico’s en weerstandsvermogen……………...…………………………...…25 Algemeen……………………………………………………………………..25 Risico-analyse grondexploitatie RBT………………………………………...25 Uitkomst……………………………………………………………………....25 Financiering………………………………………………………..………….26 Renterisicoberekening…..…………………………………………………….26 Planning & Control…………………………………….……………………...27 Grondbeleid…………………………………………….……………………..27
Hoofdstuk 1: 1.1.
Inleiding.
Inwerkingtreding Gemeenschappelijke Regeling RBT
Met het Besluit over de Gemeenschappelijke Regeling RBT door de Gemeenteraden van de betrokken gemeenten en de Provinciale Staten en daarmee het instellen van het Openbaar Lichaam RBT is met de inwerkingstelling van de Gemeenschappelijke Regeling op 18 mei 2005 de realisatiefase van het RBT gestart. Het Rapport Financiële haalbaarheid RBT (november 2004) van ADECS-Oost diende als financiële onderbouwing voor de besluitvorming. Dit rapport is daarmee tevens het vertrekpunt voor het opstellen van de herziening van de grondexploitatie. De herziening van de grondexploitatie vormde vervolgens weer de basis voor de Ontwerpbegroting voor 2006, De Begroting voor het dienstjaar 2006 is op 15 december 2005 vastgesteld door het Bestuur en vormt daarmee de basis voor de Jaarstukken
1.2.
Bepalingen m.b.t. de jaarstukken in de Gemeenschappelijke Regeling (artikel 21).
1. Het Dagelijks Bestuur legt voor 1 april (2007) aan het Algemeen bestuur verantwoording af over het afgelopen dienstjaar, onder toevoeging van de jaarstukken, de ingediende jaarstukken met de daarbij behorende bescheiden en indien noodzakelijk een berekening van de door de deelnemers te betalen bijdragen ten behoeve van de exploitatie van het RBT alsmede het rapport van de met de controles belaste registeraccountant. 2. De jaarstukken, de berekening van de bijdragen en de jaarstukken worden gelijktijdig aan Provinciale Staten en de Raden van de deelnemende gemeenten toegezonden die – binnen acht weken na ontvangst daarvan – schriftelijke bezwaren kunnen indienen bij het Algemeen Bestuur. 3. Het Algemeen Bestuur stelt vervolgens de jaarstukken alsmede de hierin opgenomen bijdragen in het eventuele exploitatietekort van het RBT voor 1 juli (2007) vast. 4. Twee weken nadat deze is vastgesteld, doch uiterlijk 15 juli (2007), zendt het Dagelijks Bestuur de jaarstukken aan de minister van Binnenlandse Zaken. 5. Het besluit tot vaststelling van de jaarstukken strekt – voorzover de daarin opgenomen baten en lasten – het Dagelijks Bestuur tot décharge behoudens later in rechte gebleken onregelmatigheden.
1.3.
De functie van de Jaarstukken.
Op basis van de Financiële Verordening (artikel 212 Gemeentewet) heeft het Algemeen Bestuur de Financiële verordening vastgesteld over het financiële beleid en het financiële beheer alsmede de kaders voor de inrichting van de financiële organisatie Bij de Controle verordening artikel 213 GW
1
heeft het Algemeen Bestuur de regels vastgesteld voor de controle op het financiële beheer en de inrichting van de financiële organisatie. De financiële functie in de verordening omvat alle directe en indirecte activiteiten en processen ter uitvoering van de onderwerpen die zijn opgenomen in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). De kernonderwerpen in het besluit zijn de begroting en jaarstukken, de paragraven en de financiële positie en in relatie daarmee de balans.
2
Hoofdstuk 2:
Leeswijzer de opbouw van de jaarstukken
Na de inleiding en deze leeswijzer treft u in Hoofdstuk 3 het voorstel aan het Algemeen Bestuur de overwegingen daarbij en het gevraagde Ontwerpbesluit aan. De jaarrekening treft u aan in de hoofdstukken 4 en 5 In Hoofdstuk 4 is het financiële kader aan van 2006 opgenomen. Hierin worden ook de baten, lasten en saldo van de investeringen weergegeven. In Hoofdstuk 5 is het Programmaplan opgenomen. Hierin worden het beleid met betrekking tot de uitgifte van bedrijventerrein aan bedrijven met een RBT-profiel weergegeven en de activiteiten in het kader van het realiseren van een duurzaam bedrijventerrein, onder andere door middel van parkmanagement. Hoofdstukken 6 en zeven vormen het jaarverslag. In Hoofdstuk 6 worden de investeringen in 2006 toegelicht Er wordt een vergelijking gemaakt van begrootte en werkelijke kosten en opbrengsten. Hoofdstuk 7 bevat de slotparagraaf van deze jaarstukken. Hierin wordt met name aandacht besteed aan de risico’s en het weerstandsvermogen, het grondbeleid en de financiering.
3
Hoofdstuk 3:
Voorstel aan het Algemeen Bestuur en Ontwerp Besluit.
Almelo 20 maart 2007 Vergadering Algemeen Bestuur d.d. 20 maart 2007. Onderwerp: Jaarstukken 2006. Nr: Wij stellen u hierbij voor 1.
De jaarstukken 2006 vast te stellen overeenkomstig het ontwerp;
2.
Het Dagelijks Bestuur voor het dienstjaar 2006, voor zover het de daarin opgenomen baten en lasten betreft – décharge te verlenen, behoudens later in rechte gebleken onregelmatigheden;
.
Overwegingen Hierbij bieden wij u aan ter besluitvorming de jaarstukken en de jaarstukken over het dienstjaar 2006. Met de vaststelling van de jaarstukken 2006 verleent u ons décharge voor het dienstjaar 2006 voor zover het de in de jaarstukken opgenomen baten en lasten betreft. De opzet van de jaarstukken is gebaseerd op de Financiële Verordening van het Openbaar Lichaam en het daarin aangegeven Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (B.B.V.) en de goedgekeurde Begroting 2005 – 2006 door het Dagelijks Bestuur (d.d. 20-12-2005). In de verschillenanalyse wordt een vergelijking gemaakt tussen enerzijds de “Jaarstukken 2006” en anderzijds de begroting 2006 De verschillenanalyse tussen de begroting 2006 en de jaarstukken 2006 ziet er als volgt uit: Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf saldo lasten en baten rente totaal saldo lasten en baten inclusief rente
26.372.957 3.565.000 29.937.957
begroting 2006 15.557.802 1.411.641 16.969.443
werkelijk 2006 1.172.518 1.071.162 2.243.680
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 14.385.284 27.545.475 340.479 4.636.162 14.725.763 32.181.637
Het Dagelijks Bestuur Voorzitter
Waarnemend secretaris
C. Abbenhues
A. Kremers
4
Nr.r.: Het Algemeen bestuur van het Openbaar Lichaam RBT Gelezen het voorstel van het Dagelijks Bestuur Gelet op artikel 190 van de Gemeentewet;
BESLUIT
1.
De jaarstukken 2006 vast te stellen overeenkomstig het ontwerp;
2.
Het Dagelijks Bestuur voor het dienstjaar 2006, voor zover het de daarin opgenomen baten en lasten betreft – décharge te verlenen, behoudens later in rechte gebleken onregelmatigheden;
Aldus gedaan door het Algemeen bestuur van het Openbaar Lichaam RBT in zijn openbare vergadering van 27 juni 2007 Almelo, 27 juni 2007-06-20 Voorzitter
Waarnemend Secretaris
C. Abbenhues
A. Kremers
5
Jaarrekening Hoofdstuk 4:
De financiën van het Openbaar Lichaam RBT
4.1 Verschillenanalyse begroting versus jaarrekening Op 20 december 2005 is door het Dagelijks Bestuur de begroting 2006 vastgesteld. De vergelijking tussen begroting en werkelijk gemaakt kosten ziet er als volgt uit.
begroting 2006
uitgaven - verwervingskosten - sloopkosten - milieu onderz kosten - bodemsanering - kunstwerken - bouw- en woonrijp maken - planvoorbereidingskosten (VTU) - overige kosten 1 - overige kosten 2 - rente Totaal uitgaven Inkomsten - overige opbrengsten Totaal inkomsten Totaal van inkomsten en uitgaven
werkelijke uitgaven en opbrengsten 2006
verschil
3.371.667 279.429 20.509 125.000 3.429.739 3.726.388 1.158.260 281.948 3.536.935 1.411.641 17.341.516
-34.346 300.196 8.140 0 0 52.492 1.459.776 7.356 0 1.071.162 2.864.776
3.406.013 -20.767 12.369 125.000 3.429.739 3.673.896 -301.516 274.592 3.536.935 340.479 14.476.740
372.073 372.073
621.096 621.096
-249.023 -249.023
16.969.443
2.243.680
14.725.763
De vanaf 1 januari 2006 gemaakte kosten hebben vooral betrekking op de planvoorbereidingskosten (VTU) en voor en kleiner deel op de uitvoeringskosten. De voorbereidingskosten bestaan uit kosten voor; de Projectorganisatie RBT (huisvesting, administratie en personeelskosten), het onderzoek naar een duurzaam bedrijventerrein (milieu, energie) , kosten ten behoeve van het bestemmingsplan. beeldkwaliteitplan en voor de civieltechnische voorbereiding van de ontsluiting en het bouwrijp maken van de eerste hectaren. De uitvoeringskosten betreffen met name het slopen van aangekochte opstallen Op totaalniveau ziet de verschillenanalyse tussen de begroting 2006 en de jaarstukken 2006 er als volgt uit:
6
Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf saldo lasten en baten rente totaal saldo lasten en baten inclusief rente
26.372.957 3.565.000 29.937.957
begroting 2006 15.557.802 1.411.641 16.969.443
werkelijk 2006 1.172.518 1.071.162 2.243.680
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 14.385.284 27.545.475 340.479 4.636.162 14.725.763 32.181.637
7
4.2 Balans en Staat van Lasten en Baten De balans per ultimo 2006 ziet er als volgt uit BALANS PER 31 DECEMBER 2006 Bedragen in hele euro's eind 2006 eind 2005 Debet Financiele vaste activa Vooruitbetaalde financieringskosten 367.550 Totaal vaste activa
367.550
Vlottende activa Voorraad onderhandenwerk
32.181.637
29.937.957
Onderhanden werk PMO & Duurzaamheid
233.995
Te vorderen omzetbelasting
133.440
68.595
15.965
50.740
1.256.441
3.466.428
Totaal generaal
33.821.479 34.189.029
33.523.720 33.523.720
Credit Vaste financieringsmiddelen Langlopende schulden
32.000.000
32.000.000
Totaal vaste financiering
32.000.000
32.000.000
192.260 646.854 772.513 233.000 344.402
192.260 396.957 0 913.000 21.503
2.189.029 34.189.029
1.523.720 33.523.720
Overlopende activa kort Liquide middelen Totaal vlottende activa
Vlottende passiva Te betalen rente Crediteuren Ontv. voorsch. subsidie Restant verwervingen Overlopende passiva Totaal vlottende passiva
Totaal generaal
De balanswaarde van de voorraden is toegenomen van € 29.937.957 eind 2005 naar € 32.181.637 eind 2006. De waarde van de voorraden komt overeen met de boekwaarde in de grondexploitatie van het Regionaal Bedrijvenpark Twente.
8
De staat van lasten en baten over 2006 ziet er als volgt uit
Lasten & Baten 2006
Mutatie onderhanden werk Overige opbrengsten
( Lasten = + ; Baten = - ) Werkelijk Werkelijk Budget 2005 2006 2006 793.765 2.243.680 16.969.446 -3.250
-621.096
-372.074
Verwervingskosten
202.187
-34.346
3.371.666
Sloopwerken
127.218
300.196
279.430
Milieuonderzoek
8.140
20.510
Bodemsanering
0
125.000
Kunstwerken
0
3.429.740
52.492
3.726.388
1.459.776
1.158.260
0
22.500
Kosten onderhanden werk:
Bouw- en woonrijp maken VTU-kosten (voorbereidingskosten)
318.835
Planschade Tijdelijke beheerskosten
9.448
Stelpost archeologie
7.356
250.000
Verwerving natte doorbraak
0
1.480.236
Opruimwerk natte doorbraak
0
88.930
Overig natte doorbraak
0
1.967.770
1.153.560
1.150.400
Rente langlopende lening
192.259
Rente kortlopende lening Rente liquide middelen
263.542 -43.484
-82.398
-2.300
De mutatie onderhanden werk is toegevoegd aan de post voorraden op de balans. Ze vormt tevens de mutatie in de boekwaarden in de grondexploitatie van het Regionaal Bedrijventerrein Twente.
9
4.3 Toelichting Parkmanagement en duurzaamheid In 2006 wordt voor het eerst gerapporteerd over het programma Parkmanagement en duurzaamheid. De reden hiervoor is dat alle bijbehorende uitgaven integraal worden doorbelast aan een aparte organisatie, die niet thuishoort in de grondexploitatie. De uitgaven worden direct op de balans geboekt. Grondslagen voor de waardering De jaarrekening 2006 is opgesteld met in achtneming van het “besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten” De waardering van activa en passiva en de bepaling van het bresultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Alle vermelde bedragen zijn nominaal. Resultaat op de grondexploitatie wordt pas genomen nadat het project is afgewikkeld. Balans Activa a) Vooruitbetaalde financieringskosten Dit zijn eenmalige kosten voor de cap/floor overeenkomst met de RABO bank voor de periode 1/1/2007 t/m 31/12/2017 b) Voorraden onderhanden werk Alle uitgaven en ontvangsten met betrekking tot de grondexploitatie worden ten gunste/ten laste van de post voorraden onderhanden werk geboekt. Volgens de laatste grondexploitatie wordt een verlies verwacht van minder dan € 9 miljoen (netto contante waarde 01- 01-2006) Omdat de deelnemers een eventueel verlies tot maximaal € 9 miljoen (netto contante waarde 01-01-2004) uiteindelijk compenseren, is het effect per saldo nihil. c) Te vorderen omzetbelasting Dit betreft de maanden november en december 2006 d) Overlopende activa Te ontvangen rente banksaldo 4e kwartaal 2006 Vooruitbetaalde huur
€ 13.515 € 2.415
e) Liquide middelen Het banksaldo bij de RABO bank
10
Passiva Vaste financiering Langlopende schulden Lening BNG tegen een vaste rente van 3,595% Op 2 november 2020 moet de lening ineens worden afgelost Vlottende passiva a) Te betalen rente BNG november en december b) Crediteuren Gemeente Almelo
€
98.438
Gemeente Enschede
€
17.079
Veltkamp (slopen)
€ 222.664
RGS (slopen)
€
Overigen
€ 241.350
Totaal
€ 646.854
67.323
c) Voorschot TIPP subsidie De relevante werkzaamheden vinden in 2007 plaats d) Restant verwervingen Ingehouden garantiebedragen inzake zekerheden van “schone oplevering”. Het gaat om zeven panden e) Overlopende passiva Facturen gedateerd 2007, echter ten laste van 2006 Gemeente Almelo
€ 142.500
RGS (slopen)
€
63.000
11
De stand van de voorraad onderhanden werk per ultimo 2006 is als volgt
Stand voorraad onderhanden werk per ultimo 2006 Overige opbrengsten
-1.219.875
Kosten: Verwervingskosten Sloopwerken
23.562.183 427.414
Milieuonderzoek
54.703
Bouw- en woonrijp maken
52.492
VTU-kosten (voorbereidingskosten) Niet verrekenbare BTW Stelpost archeologie Rente langlopende lening Rente liquide middelen
Totaal onderhanden werk
4.544.219 116.983 7.356 4.762.044 -125.882
32.181.637
12
De staat van de kapitaallasten ziet er als volgt uit
Staat van de kapitaallasten Lasten
Baten
Rente langlopende lening
1.153.560
Rente kortlopende lening
0
Credit-rente ongebruikt deel lening
82.398
Toerekening saldo rentelasten/-baten aan voorraden Totaal
1.071.162 1.153.560 1.153.560
De niet uit de balans blijkende verplichtingen per ultimo 2006 zijn de volgende
Niet uit de balans blijkende verplichtingen per ultimo 2006 Bedragen * € 1,000.-Acquisitiekosten Beheer & administratie Huur kantoor Archeologie Civiele techniek Energie advies Verwijderen kabels & leidingen Planontwikkeling Parkmanagement organisatie Juridisch advies Veiligheid Taxaties Diversen
82 215 113 14 64 32 71 120 46 34 25 60 7
totaal
883
4.4 Verbonden partijen Het Openbaar Lichaam Regionaal Bedrijventerrein Twente is een samenwerkingsverband van Aandeel in tekort of overschot Provincie Overijssel
23%
Gemeente Almelo
23%
13
Gemeente Enschede
23%
Gemeente Hengelo
23%
Gemeente Borne
8%
14
Hoofdstuk 5:
Programmaplan.
Bedrijventerrein voor grote ruimtevragers In de begroting 2006 is nog geen uitgifte van bedrijventerrein opgenomen, hoewel volgens de financiële haalbaarheids analyse van 2004 was voorzien dat in 2006 vijf hectaren zou worden uitgegeven. Door de uitspraak van de Raad van State in het voorjaar van 2006 moest de verwachte uitgifte worden bijgesteld. Deze bijstelling was al opgenomen in de begroting 2006 en in de herziening van de grondexploitatie 2006 . Uitgifte bedrijventerreinen in m2 fasering raportage fin. haalbaarheid herziening grondexploitatie 2006
2005 0 0
2006 50.095 0
2007 50.095 58.444
2008 50.095 58.444
2009 totaal 50.095 200.380 58.444 175.332
De 1e tranche van het bouwrijp maken vormt het gebied ten oosten van de Pastoor Ossenstraat. Met de voorbereiding van de 1e fase uit te geven terrein, binnen deze tranche, is inmiddels een begin gemaakt. Deze 1e fase wordt direct in uitvoering genomen nadat de verklaring van geen bezwaar is verkregen. Het betreft de aanleg van een tijdelijke ontsluiting op de Pastoor Ossenstraat, het eerste deel van de hoofdontsluiting en het bouwrijp maken van de eerste 10 hectaren. Ten behoeve van de civiel technische voorbereiding hebben de deelnemende overheden het intergemeentelijk ingenieursbureau opgericht. Dit bureau zal het grootste deel van de civieltechnische voorbereiding van de eerste tranche uitvoeren. Naast de civieltechnische voorbereiding is ook het opstellen van het beeldkwaliteitplan en inrichtingsplan ver gevorderd. Ruim voordat de eerste bedrijven de terreinen in gebruik kunnen gaan nemen zullen deze plannen zijn vastgesteld. In april/mei 2007 kunnen de eerste bedrijven de terreinen in gebruik gaan nemen. Het eerste bedrijf zal vervolgens in 2008 operationeel kunnen zijn.
Duurzaamheid en Parkmanagement In de kadernota 2003 zijn actiepunten opgenomen die als uitgangspunt dienen voor het verdere proces om tot een duurzaam bedrijventerrein te komen. In het kader zijn verschillende inhoudelijke thema’s opgenomen die verder moeten worden uitgewerkt (GR, artikel 3 lid 1 en 2.). In het voorjaar van 2006 is een Duurzaamheidplan vastgesteld. Binnen dit Duurzaamheidplan vormen energie en parkmanagement een apart thema.
15
Jaarverslag Hoofdstuk 6:
Investeringen 2006
6.1 Begroting 2006 Door het vaststellen van de herziening van de grondexploitatie 2006 werd de jaarschijf 2006 maatgevend voor de toelichting op de Ontwerpbegroting 2006. In de jaarschijf 2006 werden de volgende begrotingsposten opgenomen: jaarschijf 2006 herziene grondexploitatie uitgaven 1 verwerving 3.371.667 2 sloopkosten 279.429 3 milieu onderz kosten 20.509 4 bodemsanering 125.000 5 kunstwerken 3.429.739 6 bouw- en woonrijp maken 3.726.388 7 planontwikkelingskosten (VTU) 1.158.260 8 fonds bovenwijks 0 9 overige kosten 1 281.948 10 overige kosten 2 3.536.935 rente 1.411.641 totaal 17.341.516 inkomsten 11 grondopbrengsten terreinen 12 bijdragen Rijk 13 overige inkomsten totaal totaal uitgaven en inkomsten
0 0 372.073 372.073 16.969.443
In de begroting was er vanuit gegaan dat in 2006 nieuwe terreinen verworven zouden worden en dat al een begin zou zijn gemaakt met het bouwrijp maken en de aanleg van het viaduct over de Pastoor Ossenstraat. Door de uitspraak van de Raad van State in het voorjaar van 2006 zijn deze werkzaamheden vertraagd. Na het vaststellen van het bestemmingsplan door de Raad van de gemeente Almelo is de actieve verwerving gestart en is er een aanvang gemaakt met het voorbereiden van het bouwrijp maken van de eerste hectaren en met het ontwerp van het viaduct over de Pastoor Ossestraat. De kosten die voor 2006 waren begroot zullen nu in 2007 worden gemaakt. 6.2 Bedrijventerreinen voor grote ruimtevragers
1.
Verwervingskosten.
Voor de begroting van 2006 was er van uitgegaan dat direct na de uitspraak van de Raad van State zou kunnen worden begonnen met de actieve verwerving. De start van de actieve verwerving moest
16
echter uitgesteld worden tot na het vaststellen van het bestemmingsplan door de Raad van de gemeente Almelo. Tevens was rekening gehouden met het aanbieden van eigendommen in het kader van de Wet Voorkeursrecht Gemeente. Inmiddels zijn een aantal gesprekken voor het verwerven van gronden ver gevorderd. De kosten zullen nu in 2007 vallen. Bij de verwervingskosten hebben twee correctie boekingen plaats gevonden. Allereerst in de boekwaarde per 1 – 1 – 06. Het betreft nabetalingen in verband met oplevering van de objecten. Deze nabetalingen zijn in de boekwaarde verantwoord. Tevens is een correctie in de staat van lasten en baten 2006 opgenomen in verband met een correctie boeking van een nabetaling. Tussen de jaarstukken en de begroting kunnen de volgende verschillen worden geconstateerd: Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf verwervingskosten
23.593.373
Begroting 2006 3.371.667
werkelijk
verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 2006 -34.346 3.406.013 23.559.027
In 2006 is in tegenstelling tot de verwachten slechts een beperkt aantal gronden aangekocht. Onder deze post zijn tevens de kosten van de verwervers opgenomen. Een en ander resulteerde in een negatieve uitgave. Door deze boekingen ontstaat een negatieve kostenpost.
2.
Sloopkosten.
In 2006 is een begin gemaakt met het slopen van de aangekochte opstallen. Het betreft opstallen die liggen in het gebied ten oosten van de Pastoor Ossenstraat en die moeten wijken voor de bouwrijp maken van de eerste hectaren. Tevens is een pand gesloopt dat op de plaats stond waar het viaduct over de Pastoor Ossenstraat komt. Tussen de jaarstukken en de begroting kunnen de volgende verschillen worden geconstateerd: Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf sloopkosten
127.126
Begroting 2006 279.429
werkelijk
verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 2006 300.196 -20.767 427.322
De sloopkosten zijn enigszins hoger uitgevallen dan was begroot.
3.
Milieuonderzoekskosten.
De kosten voor het Milieuonderzoek lopen vooruit op de uitgifte van het bouwrijp maken. Er zijn in 2006 beperkte kosten gemaakt voor bodemonderzoek. Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf Milieuonderzoek
46.563
Begroting 2006 20.509
werkelijk
verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 2006 8.140 12.369 54.703
17
4.
Bodemsanering.
Er is in het gebied grofmazig bodemonderzoek gedaan naar voorkomende vervuilingen. Op basis van dit onderzoek is een stelpost opgenomen t.b.v. bodemsanering. Voor 2006 zijn er nog geen kosten gemaakt in het kader van bodemsaneringen.
jaarschijf Bodemsanering
5.
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 0 125.000
werkelijk 2006
verschil boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 0 125.000 0
Kunstwerken.
De kunstwerken hebben betrekking op de realisatie van het viaduct over de Pastoor Ossenstraat en de aansluiting van de hoofdontsluiting op de H. R. Holstlaan en de A35. In 2006 zijn hiervoor nog geen kosten gemaakt. Inmiddels is wel de civiel technische voorbereiding gestart. De kosten van de aanleg zullen nu voor een groot deel in 2007 vallen.
jaarschijf kunstwerken
6.
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 0 3.429.739
Werkelijk 2006
Verschil met begr. 2006 0 3.429.739
Begroting 1-1-2007 0
Kosten Bouwrijp maken
Omdat de planologische procedures nog niet waren afgerond kon in 2006 niet gestart worden met het bouwrijp maken van de terreinen in de eerste tranche. Wel moesten enige kosten worden gemaakt voor de drainage van de inmiddels verworven terreinen in verband met de aanleg van RW 35. Voor het uitvoeren van deze werkzaamheden waren geen vergunningen nodig...
jaarschijf bouwrijpmaken
7.
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 0 3.726.388
Werkelijk
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 2006 52.492 3.673.896 52.492
Planvoorbereidingskosten
Het budget aan voorbereidingskosten in de Financiële Haalbaarheidsanalyse (nov. 2004) was berekend aan de hand van traditionele kostenkengetallen op basis van de maakkosten (kosten sloop, kunstwerken en bouw- en woonrijp maken). In herziening van de grondexploitatie (april 2006) is deze methodiek gehandhaafd en feitelijk alleen aangepast (van 24,1% naar 27,3%) op basis van de gerealiseerde kosten 2005. Op het moment dat de begroting voor 2006 werd opgesteld was er nog onvoldoende inzicht om een gedetailleerde opzet van de planvoorbereidingskosten te maken. Voor
18
deze post is in de grondexploitatie 2006 dan ook een relatief hoog risico op overschrijding ingeschat. Daarbij werd de kanttekening geplaatst, dat de volgende herziening van de grondexploitatie gebaseerd zou moeten worden op een gedetailleerdere uitwerking van de planvoorbereidingskosten. De begrootte kosten 2006 zijn met € 316.305 overschreden als gevolg van onvoorziene (extra en buitengewone) planvoorbereidingskosten. Het betreft hier: A.
Extra Planvoorbereidingskosten (bestemmingsplan c.a.) . De extra kosten zijn een gevolg van het bijstellen van het bestemmingsplan naar aanleiding van de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (d.d. 19 april 2006) over de concrete beleidsbeslissing in de Streekplanherziening Overijssel 2000+ (april 2005). Als gevolg van deze uitspraak is door de Provincie, na overleg met het Dagelijks Bestuur van het Openbaar lichaam RBT en de gemeente Almelo als bevoegd gezag, besloten om wel tot een herziening van het Streekplan over te gaan maar daar geen concrete beleidsbeslissing meer aan te koppelen. Het bestemmingsplan Regionaal bedrijventerrein Twente werd hierdoor ook met betrekking tot bijvoorbeeld de onderwerpen locatiekeuze, Besluit luchtkwaliteit, en de MER voor beroep vatbaar. Gezien het feit, dat deze omzetting in de Nederlandse jurisprudentie geen voorbeeld kent is hiervoor ook extern advies ingewonnen (Prof. Koeman, OD205, Arcadis, ADECS). De belangrijkste aandachtspunten waren daarbij: 1) Er moest een zorgvuldige analyse gemaakt worden van de uitspraak van de Raad van State (Prof. Koeman en de provincie) waarop het plan van aanpak voor de aanpassing van het bestemmingsplan diende te worden gebaseerd. 2) Er diende tijdig een nieuw onderzoek (Arcadis en gemeente Almelo) in het kader van het Besluit Luchtkwaliteit uitgevoerd te worden en te worden ingepast in het bestemmingsplan (OD205). 3) De “Wet voorkeursrecht gemeenten” diende op het plangebied van toepassing te blijven (Arcadis, Prof. Koeman, gemeente Almelo). 4) De MER moest tekstueel worden toegesneden op het bestemmingsplan Regionaal Bedrijventerrein Twente i.p.v. op de herziening van het Streekplan Overijssel 2000+ (ADECS en gemeente Almelo). 5) De tekst en het kaartmateriaal van het bestemmingsplan moest worden omgezet naar een voor beroep vatbaar bestemmingsplan. Verwijzingen naar de concrete beleidsbeslissing moesten worden verwijderd. (OD205 en gemeente Almelo). 6) Er diende een zorgvuldige afstemming van de werkzaamheden en begeleiding van de procedures.(Provincie, gemeente Almelo, Openbaar Lichaam) plaats te vinden.
19
B.
Extra kosten voor pr. en acquisitie. Het Dagelijks Bestuur van het Openbaar Lichaam RBT heeft op 27 juni 2006 besloten tot het introduceren van de handelsnaam XL Businesspark Twente. Met het introduceren van een handelsnaam kan de communicatie over de procedures die betrekking hebben op de streekplanherziening en het bestemmingsplan worden losgekoppeld van communicatie rond de daadwerkelijke realisering van het bedrijvenpark en de contacten daarover met de marktpartijen De kosten hebben betrekking op:
C.
o
Opzetten website
o
Opzetten nieuwe informatiefolders t.b.v. de acquisitie
o
Bekendmaking naam XL Businesspark Twente via advertenties en bijeenkomst.
Buitengewone kosten voor gronduitgiftevoorwaarden (landlease) In de GR is vastgelegd dat er een onderzoek dient plaats te vinden naar de mogelijkheid om de grond in erfpacht ui te geven. Na overleg met het Dagelijks Bestuur is besloten om Nysingh advocaten en notarissen een advies te laten opstellen. De introductie van erfpacht (landlease) houdt in, dat er niet gewerkt kan worden met relatief eenvoudig aan te passen standaard contracten.
D.
Buitengewone kosten voor Juridisch advies vast te stellen beleid.(aanbesteding en staatssteun) In de GR is de vaststelling van een grondexploitatiebeleid, het verwervingsbeleid en aanbestedingsbeleid voorgeschreven. Het is niet gebruikelijk, dat het opstellen van dit beleid moet worden omgeslagen over de VTU-kosten van één grondexploitatie.
E.
Extra kosten voor onderzoek energie-infrastructuur Als gevolg van de nieuwe Energiewet, waarbij de producent van de energie (gas en elektriciteit) en de netbeheerder (kabels en buizen) bedrijfsmatig van elkaar worden gescheiden zou het Openbaar Lichaam te maken kunnen krijgen met onrendabele voorinvesteringen. In dat kader is een extern advies gevraagd (G3 Advies B.V.) op basis waarvan offertes zijn gevraagd aan de netwerkbeheerders. Hiertoe diende een bedrijvenprofiel en een energieprofiel te worden opgesteld teneinde de offerte te kunnen beoordelen. In de kostenkengetallen van de planvoorbereidingskosten Is hier geen rekening meegehouden.
F.
Extra kosten voor civieltechnische voorbereiding. Overeenkomstig de doelstelling van de GR is het initiatief genomen om de netwerksteden nauw te betrekken bij de ontwikkeling van het XL Businesspark Twente door de oprichting van een IIB (Intergemeentelijk ingenieursbureau). Hierdoor heeft er een overdracht moeten plaatsvinden van de ingenieurs van ARCADIS naar het IIB waarvoor extra kosten zijn gemaakt.
20
Als gevolg van de uitspraak van de raad van State heeft er een vertraging plaatsgevonden in de mate waarin is ingezet in de aankopen van grond en opstallen. Door de keuze van de 1e tranche uitgifte in een gebied waar het Openbaar Lichaam vrijwel alle gronden in bezit heeft hoeft er per saldo geen vertraging te ontstaan bij de uitgifte van gronden. Hierdoor kan het in 2006 gerealiseerd rentevoordeel ad € 260.000,- worden ingeboekt.
Het overzicht planvoorbereidingskosten ziet er als volgt uit: Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf Planvoorbereidingskosten (VTU)
2.863.524
Begroting 2006 1.158.260
Werkelijk
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 2006 1.459.776 -301.516 4.323.300
Onder de planvoorbereidingskosten 2006 vallen de volgende onderdelen. a. Planontwikkelingskosten Onder deze post zijn de kosten voor projectmanagement/directievoering, grondeconomie, juridische ondersteuning, uitgifte, ruimtelijke ordening en stedenbouw, omgevingsontwerp en overige techniek opgenomen. Tevens vallen hieronder de kosten van de gemeentelijke en provinciale ambtenaren, voor zover deze niet vallen onder het Intergemeentelijk ingenieurs bureau. b. Civiele techniek Hieronder vallen de kosten van het intergemeentelijk ingenieurs bureau en de kosten die door derden worden gemaakt ten behoeve van de civiel technische voorbereiding. c. Communicatie Het betreft kosten voor de nieuwsbrief, website en kosten voor de communicatie met de omgeving. d. Indirecte kosten Hieronder vallen beheer en administratie, kantoor en huisvestingskosten en kosten directievoering t.b.v. begroting en jaarstukken. f. Acquisitie en promotie Het betreft kosten die direct verband houden met het werven van bedrijven voor het XL Business Park, zoals kosten acquisiteur, kosten folders.
21
8.
Fonds Bovenwijks.
Onder de post Fonds Bovenwijks is een afdracht opgenomen aan het Fonds Bovenwijkse voorzieningen van de gemeente Almelo. De afdracht aan de gemeente Almelo loopt parallel aan de uitgifte van gronden. Er is in de begroting 2006 geen afdracht aan het fonds Bovenwijks voorzien en er zijn ook geen kosten geboekt.
jaarschijf Fonds bovenwijks
9.
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 0 0
werkelijk
verschil met begr. 2006
2006 0
boekwaarde 1-1-2007 0
0
Overige kosten 1.
Onder de post Overige kosten 1 zijn kosten opgenomen voor het archeologisch onderzoek en het eventueel ex situ veiligstellen (afgraven) van behoudswaardige elementen in de 1e fase. Verder vallen onder deze post planschade en tijdelijke beheerkosten tijdens de bouwfase. . Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf overige kosten 1
214.424
Begroting
Werkelijk
2006 281.948
2006 7.356
Verschil Boekwaarde met begr 1-1-2007 2006 274.592 221.780
De onder deze post geboekte kosten betreffen kosten in het kader van archeologisch onderzoek en beheerkosten aan de wegen in het gebied. 10.
Overige kosten 2.
Onder de post Overige kosten 2 zijn kosten opgenomen voor de bijdrage Natte Doorbraak. Daarnaast betreft het reserveringen opgenomen in verband met voorfinancieringskosten t.b.v. het energieleidingennet in het kader van het First Movers Principle (gebaseerd op de Elektriciteitswet) en het verlegging van de hoge druk gasleidingen.
jaarschijf overige kosten 2
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 0 3.536.935
Werkelijk 2006
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2007 0 3.536.935 0
In de begroting 2006 waren kosten opgenomen voor de bijdrage Natte Doorbraak en voor het verleggen van de gasleidingen. Beide projecten zijn echter in 2006 niet in de uitvoering gekomen. Er zijn dan ook in 2006 geen uitgaven gedaan voor deze posten.
22
11.
Grondopbrengsten bedrijventerrein.
De grondopbrengsten voor de 1e fase van de eerste tranche zijn gepland vanaf 2007. Er zijn in 2006 geen grondopbrengsten gerealiseerd. Boekwaarde 1-01-06 jaarschijf Grondopbrengsten terreinen
12.
Begroting
Werkelijk
2006 0
2006 0
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 0 0 0
Bijdragen Rijk.
De Bijdragen Rijk hebben betrekking op de TIPP-gelden die door het Rijk (Min. EZ) zijn toegezegd. Er is in 2006 geen subsidiebijdrage van het Rijk binnengekomen.
jaarschijf Bijdragen Rijk (TIPP)
13.
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 0 0
Werkelijk 2006
Verschil Boekwaarde met begr 1-1-2007 2006 0 0 0
Overige opbrengsten.
De Overige opbrengsten hebben betrekking op de verkoop van aangekochte agrarische gronden buiten het plangebied en de verkoop van gronden aan het Waterschap ten behoeve van de doorbraak. De meer opbrengsten bij deze post is ontstaan omdat in 2006 meer grond aan het Waterschap is verkocht dan was voorzien.
jaarschijf overige opbrengsten
Boekwaarde Begroting 1-01-06 2006 598.778 372.073
Werkelijk
Verschil Boekwaarde met begr. 1-1-2007 2006 2006 621.096 249.023 1.219.874
23
6.3 Duurzaamheid en parkmanagement Ter voorbereiding van het parkmanagement zijn in 2006 diverse kosten gemaakt tot een bedrag van € 233.995. Voor duurzaamheid en Parkmanagement (programma 2) was nog geen raming van kosten en opbrengsten opgenomen in de begroting voor 2006. Inmiddels zijn de voorbereidende werkzaamheden wel gestart, omdat een en ander gereed moet zijn op het moment, dat de 1e kavel wordt uitgegeven. De kosten voor parkmanagement worden apart geadministreerd van de grondexploitatie, omdat deze uiteindelijk voor de werkelijke kostprijs in rekening worden gebracht bij de ondernemers die grond afnemen. Per saldo loopt deze post budgettair neutraal. De kosten zijn rechtstreeks op de balans geboekt.
24
Hoofdstuk 7: 7.1.
Risico’s en weerstandsvermogen.
Algemeen.
De BBV schrijft als wettelijke verplichting voor, dat er bewust wordt omgegaan met de risico’s. Begroting en rekening dienen vanaf 2004 een weerstandsparagraaf te hebben. Daarin dient een overzicht te staan van de aard en omvang van de risico’s die het Openbaar Lichaam RBT loopt. Daarnaast dient er een kwantitatief inzicht te zijn in de weerstandscapaciteit waarmee de risico’s kunnen worden opgevangen. Ook dient het Openbaar Lichaam een risicobeleid te formuleren. Genoemde drie elementen komen in deze paragraaf aan de orde.
7.2.
Risico-analyse Grondexploitatie RBT.
In april 2006 is de herziening van de grondexploitatie vastgesteld. In 2006 is € 14.491.608 minder uitgegeven dan was begroot. Het betreft met name investeringen die in het laatste kwartaal waren voorzien voor verwervingen, bodemsanering, kunstwerken, bouw- en woonrijp maken en de Natte Doorbraak (overige kosten 2). Deze investeringen schuiven nu voor een belangrijk deel door naar 2007. De voorbereidingen voor deze investeringen zijn wel in 2006 gestart. Het uitstel van deze investeringen heeft in 2006 een rentevoordeel opgeleverd van ruim € 300.000. Dit rentevoordeel kan ingeboekt worden omdat investeringen en grondverkopen nu dichter bij elkaar zijn komen te liggen. Hiertegen over stonden in 2006 wel hogere investeringen in de planontwikkelingskosten (VTU) en niet geraamde kosten voor het parkmanagement. Deze laatste kosten brengen extra rentelasten met zich mee, omdat deze kosten pas later zullen worden terug verdiend. De planontwikkelingskosten zullen bij de herziening van de grondexploitatie 2007 nog eens nadrukkelijk worden bezien. Deze kosten zullen bij de herziening 2007 worden gebaseerd op een gedetailleerde uitwerking van de verschillende onderdelen. De hogere uitgaven in 2006 leiden wel tot hogere rentelasten. 7.3.
Uitkomst.
Aangezien de herziene grondexploitatie 2006 binnen de afgesproken risico’s blijft, is een aanvullende voorziening niet noodzakelijk. Het weerstandsvermogen wordt feitelijk gevormd door de garanties die de deelnemende partijen aan de gemeenschappelijke regeling hebben afgegeven. Voor het opvangen van deze risico’s staat in de GR onder art. 22, lid 5 het volgende vermeld: Bij de eerste vaststelling van de onderhavige gemeenschappelijke regeling dragen de deelnemers er zorg voor dat het RBT over voldoende middelen kan beschikken om haar taken te kunnen (doen) uitvoeren. De deelnemers stellen zich conform de bedoelde verdeelsleutel borg voor het gecalculeerde tekort per 1 januari 2004 (NCW) alsook voor de per die datum gecalculeerde risico’s.
25
7.4.
Financiering.
De doelstellingen van het treasurybeleid zijn vastgelegd in het Treasurystatuut welke door het Dagelijks bestuur en het Algemeen bestuur zijn vastgesteld. Voor het Regionaal Bedrijventerrein Twente is een rentecomité’ ingesteld onder voorzitterschap van de gemeente Enschede. De treasurer van de gemeente Hengelo verzorgt feitelijk het aantrekken van de leningen. Overeenkomstig artikel 2 van het Treasurystatuut worden de limieten voor geldleningen vastgelegd in de begroting. De uitgaven voor het RBT werd tot 1 oktober 2005 voorgefinancierd door de gemeente Almelo. De boekwaarde bedroeg op 1 oktober 2005 € 28.061.780,-. Inmiddels is een lening afgesloten van € 32.000.000,- met een looptijd van 15 jaar tegen 3,598% waarmee de voorfinanciering door de gemeente Almelo is terugbetaald (17 november 2005) en de begroting van 2006 werd gefinancierd. In 2006 is daarnaast een krediet capaciteit verkregen van € 18.000.000 tegen een rentepercentage van 1 maands Eurobor plus 0,14%. De rentepercentages liggen daarmee ruim onder de rekenrente van 6% dat was geprognosticeerd in het rapport Financiële Haalbaarheidsanalyse RBT. In de herziening 2006 van de grondexploitatie zijn de aangetrokken leningen verwerkt. Volgens de grondexploitatie loopt de financieringsbehoefte op tot een maximum van € 62,5 mln. In 2014.
7.5.
Renterisicoberekening.
In de renterisicoberekening hieronder wordt aangegeven in welke mate wel dan niet risico wordt genomen bij het aangaan van leningen in relatie tot de voorgeschreven normen van het Ministerie van Financiën. Renterisico 2006 De langlopende schuld heeft een resterende rentetypische looptijd van 14 jaar,. met een vast rentepercentage 3,595% De renterisiconorm is 20 %, dus:
6.400.000
In 2006 financieringstekort: Totaal vlottende passiva Te vorderen omzetbelasting Overlopende activa kort Liquide middelen Saldo tekort
-2.189.029 133.440 15.965 1.256.441 -783.183
26
Het tekort ligt onder de risiconorm In 2006 is de leencapaciteit verhoogd met een rekening courant krediet bij de Rabo Bank tot een maximum van € 18 miljoen. Hiervan is € 9 miljoen door middel van een “collar contract”verzekerd van een maximum rente van 4,75% De faciliteit loopt af op 31 december 2020 7.6
Planning & Control .
Deze financiële rapportage is zo opgezet dat die direct vergeleken kan worden met de begroting. Zowel de begroting als de jaar (c.q. kwartaal- of maand)rekeningen gebeuren volgens de richtlijnen BBV. De kern van de planning is de grondexploitatie, die over de hele looptijd van het project de jaarlijkse inkomsten en uitgaven weergeeft. Ook over de veranderingen in de grondbalans zal gerapporteerd worden. De Administratieve Organisatie zal in 2007 worden opgezet in overleg met de Controller, de Accountant en de Werkgroep Treasury en het Projectbureau RBT.
7.7.
Grondbeleid
Doelstelling grondbeleid De centrale doelstelling van het grondbeleid van de GR is het ontwikkelen, realiseren, exploiteren en beheren van het RBT. Een en ander op een manier die past binnen de doelstellingen die zijn geformuleerd in het kader van het ruimtelijk beleid, ontwikkeling duurzaamheid en aanverwante beleidsterreinen.
Verwervingsbeleid Na het vaststellen van het bestemmingsplan door de Raad van de gemeente Almelo is begonnen met het actief verwerven van de benodigde gronden. Leidraad hierbij vormen de taxaties die begin 2006 door een onafhankelijk bureau is gedaan en het grondverwervingbeleid zoals dat in het voorjaar 2006 in het Dagelijks Bestuur is besproken. De verwervingen worden uitgevoerd door verwervers van de gemeente Almelo. Zij worden hierin bijgestaan door een onafhankelijke taxatiecommissie.
Grondbeleidsinstrumenten Door de gemeente Almelo is op de gronden die nodig zijn voor de realisatie van het RBT de Wet Voorkeursrecht Gemeenten (WVG) gevestigd. De benodigde gronden zullen voor zover mogelijk minnelijk in eigendom worden verworven. Echter zo nodig zal de gemeente Almelo op voet van artikel 78 van de Onteigeningswet datgene verrichten, wat nodig is ter verkrijging van het eigendom door een onteigening ten name van het RBT.
27