Onderwerpen
Jeugdzorg Noordoost Brabant
Verandering in de jeugdzorg Inhoudelijke opgave centraal Wat komt er op gemeente af Regionale samenwerking Provinciaal beleid Rijksbeleid
Invoeringskosten
Voor u ligt een nieuwsbrief over de Transitie Jeugdzorg. Met deze nieuwsbrief willen wij de raadsleden in Noordoost Brabant informeren over landelijke en regionale ontwikkelingen in de decentralisatie van de jeugdzorg. De nieuwsbrief is op verzoek van het ambtelijk regionaal aanjaagteam samengesteld door K2 Adviesbureau voor Jeugdvraagstukken. Ten aanzien van landelijke ontwikkelingen willen we u ook verwijzen naar de reader Transitie jeugdzorg die K2 gemaakt heeft en regelmatig actualiseert. U vindt de reader op www.k2.nl.
Veranderingen in de jeugdzorg
Inhoudelijke opgave centraal
In het jeugdzorgdomein werken allerlei zorg-en hulpverleningsinstanties samen, onder de verantwoordelijkheid van diverse overheden. In de praktijk leidt dit tot versnippering van de zorg. Hierdoor schiet de jeugdzorg soms tekort. De samenwerking tussen deze instanties kan beter. Het kabinet wil vanaf 2014 ondersteuning en zorg voor de jeugd onderbrengen bij de gemeenten. Dit proces wordt de transitie van de jeugdzorg genoemd. Jeugdzorg is een vorm van hulpverlening voor jongeren en hun ouders. Wat voor soort hulp een kind of ouders nodig hebben hangt af van de situatie. Er zijn verschillende vormen van jeugdzorg zoals; Hulp bij de opvoeding, dagbehandeling, jeugdbescherming, jeugdreclassering, geestelijke gezondheidszorg, licht verstandelijke gezondheidszorg, residentiële jeugdzorg en gesloten jeugdzorg
De transitie van de jeugdzorg gaat niet alleen over het overhevelen van geld, verantwoordelijkheden en bevoegdheden. Centraal moet een inhoudelijke vernieuwing van het gehele stelsel voor hulp en ondersteuning van ouders en kinderen staan. Het kabinet wil voorkomen dat lichte problemen uitgroeien tot zware problemen waarvoor specialistische zorg nodig is. Dit wil ze bereiken door gerichte ondersteuning en hulp aan te bieden in de eigen leefomgeving van de jeugdige en het gezin. Mogelijkheden voor maatwerk, ondersteuning in de buurt en samenhangend jeugdbeleid maken de gemeente tot de meest geschikte bestuurslaag om de zorg en ondersteuning rond jeugdigen en gezinnen te organiseren.
Bron rijksoverheid.nl
Wat komt er op de gemeente af? Gemeenten worden in 2015 verantwoordelijk voor het gehele jeugdbeleid, inclusief de provinciale jeugdzorg, de zorg voor jeugdigen LVG ( licht verstandelijke gehandicapten) en de jeugd GGZ ( geestelijke gezondheidszorg) . Hiervoor moet de Wet op de Jeugdzorg worden omgebouwd tot een Wet op de Zorg voor Jeugd. De verantwoordelijkheid voor het goed functioneren van de zorg in een gemeente is de verantwoordelijkheid van de wethouder.
Algemene Zorgplicht In de nieuwe wet Zorg voor Jeugd wordt een algemene zorgplicht geïntroduceerd. Het recht op de jeugdzorg maakt plaats voor plicht tot opvoeden. Gemeenten krijgen de plicht om jeugdigen en hun ouders opvoed- en opgroeiondersteuning te bieden. Daarnaast krijgen gemeenten de opdracht om ouders en jeugdigen ‘op maat’ te ondersteunen. Een dergelijke opdracht wordt in de geest van de compensatieplicht uit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) geformuleerd.
Rol van het CJG Gemeenten krijgen de opdracht om zorg te dragen voor een herkenbare en laagdrempelige plek van waaruit preventieve gezondheidszorg, opvoedingsondersteuning en hulp aan jeugdigen, gezinnen en medeopvoeders integraal wordt aangeboden. Ook wordt in de wet opgenomen dat de geboden hulp en ondersteuning aan een jeugdige afgestemd wordt met de ondersteuning op school en dat er op deze plek een bepaalde deskundigheid aanwezig hoort te zijn. Het Rijk schrijft niet voor hoe elke gemeente een Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) moet vormgeven.
Positie Jeugdgezondheidszorg Er wordt een preventief gezondheidspakket voor alle kinderen in Nederland wettelijk vastgelegd. Dit pakket bestaat uit de programma’s en activiteiten die het Rijk vanuit volksgezondheidsbelang aan kinderen actief en op identieke wijze wil aanbieden via de Jeugdgezondheidszorg (JGZ). Het preventieve pakket wordt vastgelegd in de wet Publieke Gezondheid. Het niet uniforme pakket aan JGZ diensten wil het kabinet onderbrengen in de nieuwe wet Zorg voor Jeugd. Jeugd GGZ en Jeugd LVG Gemeenten zijn straks verantwoordelijk voor de uitvoering van Jeugd GGZ en Jeugd LVG. Hierdoor ontstaat een stimulans om in te zetten op preventieve en lichte vormen van zorg en voor het zoveel als mogelijk benutten van de eigen kracht. Door de integrale verantwoordelijkheid van gemeenten worden tevens de financiële barrières weggenomen voor vroegtijdige inzet vanuit de Jeugd GGZ en Jeugd LVG in multidisciplinaire zorgtrajecten. Het beroep op de gespecialiseerde Jeugd GGZ en de behandelzorg voor LVG jongeren kan hiermee mogelijk worden teruggebracht. Bronnen: Beleidsbrief staatssecretarissen Veldhuijzen van Zanten en VWS en Teeven van V&J, 8 november 2011 Samenwerkenvoordejeugd.nl, 10 november 2011
Regionale samenwerking In Noord-Brabant zijn provincie en de Brabantse gemeenten gezamenlijk aan zet, ieder vanuit de eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheden. Samenwerking tussen de partijen is hierbij van belang. In NoordBrabant wordt voortgebouwd op de samenwerking die de afgelopen jaren succesvol is opgebouwd. Het bestuurlijke opdrachtgeverschap voor het transitieproces is belegd bij gemeenten. Door onderlinge afstemming is mandaat gegeven voor gezamenlijke uitwerking op (sub) regionaal niveau. Het regionaal bestuurlijk overleg ( RBO) is opdrachtgever van het transitieproces. Op ambtelijk niveau is er een “aanjaagteam” opgericht hierin zijn alle subregio’s en de provincie vertegenwoordigd. De gemeenten in de regio Noordoost Brabant oriënteren zich op de transitie door zich te (laten) informeren over en voor te bereiden op het aanbod waarvoor zij verantwoordelijk worden. Op 13 oktober 2011 heeft er een masterclass Transitie Jeugdzorg plaatsgevonden voor wethouders en ambtenaren. De opkomst was groot en het resultaat nog groter. In de transitie courant (www.k2.nl) kunt u het verslag van deze middag nalezen. In 2011 heeft de regio Noordoost gewerkt aan een startnotie voor de transitie van de jeugdzorg. Deze notitie is in het najaar van 2011 in iedere afzonderlijke gemeente vastgesteld. Centraal bij de uitvoering van de transitie staat: ‘Het belang om kinderen, jongeren en gezinnen in een vroegtijdig stadium, snel en zo dichtbij mogelijk te ondersteunen en te helpen bij het opgroeien en opvoeden tot volwassen en zelfstandige burgers in de context van hun leefomgeving’. Bestuurlijke, organisatorische of instellingsbelangen zijn hieraan ondergeschikt. Onderzocht wordt wat lokaal kan en wat (sub) regionaal moet, bezien vanuit de inhoud. Hierbij wordt er zoveel mogelijk recht gedaan aan de ‘couleur locale’ van iedere gemeenten. De regionale actieplannen Noordoost Brabant en het convenant ‘Oost West, Tuis Best ‘zijn de onderleggers voor de transitie. Aansluiting tussen het onderwijs en de jeugdzorg wil de regio zo optimaal vormgeven. In 2012 ontwikkeld het aanjaagteam in overleg met vertegenwoordigers uit de jeugdzorg, ouders en de jeugdigen aan een regionale visie voor de transitie. Om een goed beeld te krijgen van de huidige jeugdzorgaanbieders organiseert het aanjaagteam enkele werkbezoeken voor ambtenaren en wethouders in februari en maart. Daarnaast heeft erop 26 januari jl. een veldbijeenkomst plaatsgevonden met de directies van jeugdzorgaanbieders.
Provinciaal beleid De provincie is en blijft op basis van de huidige wetgeving verantwoordelijk voor de kwaliteit en toegankelijkheid van de jeugdzorg tijdens de transitie tot het moment dat de stelselherziening wettelijk is geregeld. De continuïteit van zorg dient te allen tijde te blijven gegarandeerd, juist omdat het over een zeer kwetsbare doelgroep kan gaan. De provincie ziet de transitie als een kans om de inhoudelijke ontwikkelingen die de afgelopen jaren in gang zijn gezet, in een stroomversnelling te brengen.
Uitgangspunt van het huidige beleidskader is dat opgroei-en opvoedproblemen vroegtijdig en meer op lokaal niveau moeten worden opgelost. De volgende strategische beleidsdoelstellingen zijn geformuleerd:
Het bieden van goede en efficiënte hulp aan jongeren met opvoed en opgroeiproblemen. Tot aan de formele overdracht van de jeugdzorg blijft dit het uitgangspunt voor het provinciaal handelen. Zorgdragen voor een ‘Stelsel in balans’. Dit verwijst naar het streven om de juiste zorg op de juiste plek te organiseren en daarmee de groei in de jeugdzorg om te buigen. Het refereert aan de voortdurende groei van de jeugdzorg, die in contrast staat met het stabiele aantal jongeren in Brabant. Daarnaast is voor een jeugdzorgstelsel in balans versterking van eerstelijns aanbod én het verlagen van de drempels voor opvoedingsondersteuning nodig. Als laatste verwijst een stelsel in balans ook naar de verhouding met aanpalende geïndiceerde zorg jeugd GGZ en jeugd LVG. De juiste zorg moet op de juiste plaats worden geboden.
De provincie Noord-Brabant heeft middelen beschikbaar gesteld zodat de regio's zorg in kunnen kopen om het lokale aanbod te versterken en de druk op de jeugdzorg te verminderen. Experimenteren dus, in 2011 en 2012. Bron: Provinciaal uitvoeringsprogramma 2012
Rijksbeleid In het eerste kwartaal van 2012 verschijnt er naar verwachting het transitieplan. In het plan leggen Rijk, Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en het Interprovinciaal Overleg (IPO) de fasering van de Transitie Jeugdzorg neer. Ook wordt ingegaan op de ondersteuning aan gemeenten. Het Rijk blijft toezicht houden op de volgende vormen van zorg: Gesloten jeugdzorg Jeugdigen die vallen onder de wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ) Verplichte maatregelen jeugdbescherming en jeugdreclassering. Meer informatie over het rijksbeleid treft u aan op samenwerkenvoordejeugd.nl. Dit is een gezamenlijke website van de ministeries van VWS, OCW en VenJ, bestemd voor iedereen die professioneel betrokken is bij de uitvoering van lokaal jeugdbeleid. De site informeert over actuele ontwikkelingen op vier hoofdthema's: Centrum voor Jeugd en Gezin, stelselwijziging: zorg voor de jeugd, passend onderwijs/ZAT en de aanpak kindermishandeling.
Invoeringskosten In de septembercirculaire 2011 van het Gemeentefonds staat dat voor de invoeringskosten van de Transitie Jeugdzorg in 2012, €16 miljoen beschikbaar is en voor 2013, €48 miljoen. Inmiddels zijn de invoeringskosten per gemeente voor 2012 bekend. Dat blijkt uit de decembercirculaire van het Gemeentefonds. In 2012 ontvangen gemeenten € 10,5 miljoen via een decentralisatie-uitkering. Het bedrag wordt verdeeld op basis van het aantal jongeren (2/3e deel) en een vast bedrag voor iedere gemeente (1/3e deel). In 2012 wordt een deel van het budget bestemd voor provincies (€ 1,6 miljoen) en een deel voor de transitiecommissie (€ 0,5 miljoen). Het resterende bedrag (€ 3,4 miljoen) wordt gereserveerd voor onderzoek, congressen en andere ondersteunende activiteiten. Een overzicht met de toekenning per gemeente in de regio Noordoost Brabant treft u hiernaast aan. Bron: VNG, 7 december 2011
Gemeenten Bernheze Boekel Boxmeer Boxtel Cuijk Grave Haaren Heusden Landerd Maasdonk Mill en Sint Hubert Oss Schijndel s-Hertogenbosch Sint-Anthonis Sint-Michielsgestel Sint-Oedenrode Uden Veghel Vught
Bedrag € 22.235 € 13.194 € 20.876 € 21.571 € 19.175 € 14.032 € 14.360 € 27.130 € 15.117 € 13.562 € 13.178 € 44.026 € 18.063 € 64.686 € 13.780 € 20.950 € 16.169 € 26.125 € 25.213 € 19.642