Omgaan met diversiteit Wat? Het begrip diversiteit Diversiteit betekent verscheidenheid. Mensen kunnen op heel veel vlakken van elkaar verschillen en het is die veelheid die we in het begrip diversiteit willen inbouwen. Een opdeling van diversiteit in een aantal categorieën, zoals religieuze diversiteit, etnische diversiteit of seksuele diversiteit is weliswaar populair en kan op het eerste gezicht misschien verhelderend werken. Op de keper beschouwd gaat het dikwijls om veralgemeningen en stereotypen die onrecht doen aan zowel de meervoudige persoonlijkheid van individuen als aan de complexiteit en dynamiek van de sociale werkelijkheid. Kennis over diversiteit haal je niet zozeer uit de boekjes maar wel door zelf, geval per geval, ogen en oren grondig de kost te geven in een specifieke context. Dit noemen we breed observeren.
Diversiteit op zich dekt nog niet volledig de lading De vraag is, hoe gaan we met de diversiteit om. We zien dit als een proces dat bestaat uit drie grote stappen, die niet door iedereen in elke omstandigheid dienen te worden gezet. Het gaat om: 1. Diversiteit aanvaarden; 2. Interactie aangaan met betrekking tot de op dat moment relevante diversiteit, bijvoorbeeld via dialoog of samenwerking; 3. Toewerken naar een gezamenlijk product.
Het product van een positieve omgang met diversiteit kan velerlei vormen aannemen. Het kan een werkstuk zijn waarin de verschillende samenwerkende partners hun diverse talenten hebben kunnen ontplooien en hun verschillende zienswijzen hebben ingebracht. Of het kunnen een consensus of compromis zijn als resultaat van een onderhandeling. De resultaten hoeven ook niet altijd even spectaculair of zichtbaar te zijn. Een referentiekader van een individu dat onder invloed van een confrontatie met diversiteit – een ander perspectief, een andere invalshoek – een kleine wijziging heeft ondergaan, ‘telt’ ook mee. Dit laatste kan je ook eenvoudigweg omschrijven als ‘leren van elkaar’.
De competentie ‘omgaan met diversiteit’ Algemeen Wat moet een individu allemaal in zich hebben, kunnen en weten om een succesvolle omgang met diversiteit te realiseren? Inhoudelijk laten we de competentie uiteenvallen in de grote blokken waaruit een proces van
omgaan met diversiteit idealiter bestaat: als normaal aanvaarden, breed observeren, in interactie treden, leren van elkaar. -
Normaliteit: diversiteit zien als een normaal fenomeen waar iedereen dagelijks in
-
Onbevooroordeeldheid en non-discriminatie: vooroordelen en veralgemeningen waar mogelijk en wenselijk vermijden. Zich bewust zijn en zich onthouden van elke vorm van
verschillende situaties mee te maken krijgt
discriminatie -
Multiperspectiviteit: gebeurtenissen, contexten en personen perspectieven bekijken (
vanuit verschillende
-
Flexibliteit: functioneren in verschillende contexten, steeds wisselende omstandigheden
-
en nieuwe situaties Kiezen voor dialoog en samenwerking
-
Leren van elkaar: leren van andermans visies, ervaringen en competenties
Leerkracht Toch moeten we aan de ‘algemene’ competenties omgaan met diversiteit nog een aantal elementen toevoegen om het plaatje te vervolledigen. Het gaat hier dan meer bepaald om competenties die specifiek zijn voor het leerkrachtenberoep, alle in de didactische en/of pedagogische sfeer. Alle samen vormen zij een pedagogisch-didactisch referentiekader omgaan met diversiteit dat scholen zouden kunnen aanwenden om de doelen van een schooleigen diversiteitbeleid vorm te geven. -
Diversiteit waarnemen in de klas, op school en daarbuiten Diversiteit op een positieve manier benaderen
-
Kinderen en jongeren begeleiden tot kwaliteitsvolle interactie met elkaar en met anderen
-
Diversiteit integreren in het totale onderwijsleerproces van kinderen en jongeren Goed omgaan met de diversiteit van collega’s, ouders en externe partners
-
De eigen maatschappelijke verantwoordelijkheid zien en ernaar handelen
School Een diversiteitbeleid op school is in eerste instantie een schoolbeleid dat de voorwaarden invult voor een aanpak die streeft naar een succesvolle omgang met diversiteit op leerlingen en leerkrachtenniveau. Of met andere woorden: hoe organiseer je als leerkracht en als school leerprocessen waarin de diversiteit van elke leerling als meerwaarde kan worden benut? Deze redenering kan men vervolgens doortrekken naar een aantal andere facetten van het schoolleven: de samenwerking met externe partners of het personeelsbeleid. -
Omgaan met diversiteit als competentie bij alle leerlingen en leerkrachten van de school
-
nastreven Pedagogische en didactische voorwaarden invullen voor een effectieve diversiteitaanpak
op klas- en schoolniveau -
De school uitbouwen als een interactieve en lerende organisatie
-
Streven naar een diverse samenstelling van alle geledingen in de school De school als leer- en leefomgeving een plaats geven binnen een breed netwerk van partners
Waarom?
We zien twee belangrijke redenen om aandacht te besteden aan omgaan met diversiteit: 1. Werken aan de doelstelling omgaan met diversiteit bij leerlingen, als een onderdeel van burgerschapsvorming; 2. Werken aan de doelstelling omgaan met diversiteit binnen de school, als noodzakelijke voorwaarde voor gelijke kansen voor alle leerlingen op een succesvolle schoolloopbaan. We voorzien een sleutelrol voor de school als het gaat over leren omgaan met diversiteit. De school is een van die plaatsen waar diversiteit nog moeilijk kan worden genegeerd. Bovendien is het de plaats waar op een georganiseerde manier wordt geleerd. Kinderen en jongeren kunnen er leren omgaan met elkaars diversiteit. Maar er is nog meer. Als scholen inderdaad in toenemende mate worden gekenmerkt door de diversiteit van hun leerlingenpopulatie betekent dit automatisch dat de opdracht voor scholen en leerkrachten complexer en delicater wordt. Zij zullen oplossingen moeten bedenken voor die nieuwe uitdagingen. Hieraan verzaken zou in veel gevallen gelijkstaan met negatief inspelen op een aantal cruciale factoren voor schoolsucces, zoals welbevinden of leerrendement. Scholen zien zich met andere woorden met betrekking tot diversiteit dus voor deze dubbele opdracht geplaatst. Ze hebben een belangrijke opdracht op het gebied van burgerschaps- en persoonsvorming. De democratische samenleving waarop we leerlingen voorbereiden, is een veelvormige, meerstemmige, complexe, mondiale samenleving. Niet alleen voor toerusting voor de arbeidsmarkt maar ook voor de participatie en ‘inburgering’ van kinderen en jongeren in de samenleving vormen scholen onmiskenbaar een belangrijk kanaal. Op school moeten leerlingen in beginsel vaardigheden opdoen om hun rol als actieve, kritische burger in een democratische samenleving te kunnen spelen. Naast burgerschapsvorming heeft het onderwijs als tweede doelstelling de taak gelijke kansen te scheppen voor alle leerlingen. In de eerste plaats gaat het er ons om dat leerkrachten krachtige leeromgevingen scheppen die alle leerlingen voldoende leerkansen bieden op het veroveren van sleutelcompetenties, rekening houdend met hun talenten en mogelijkheden. Daarin vatten wij de diversiteit aan ervaringen, gezichtspunten, ideeën, leerbronnen en leerstijlen van leerlingen als een verrijkend gegeven op. Met een krachtige leeromgeving bedoelen we een leeromgeving die participatie, betekenisgericht leren, levensechte contexten en zelfsturing mogelijk maken. Een dergelijke leeromgeving is een teken van ‘goed onderwijs’. Het draagt bij aan de kwaliteitsverbetering van het onderwijsaanbod
en aan de verhoging van het leerrendement bij alle leerlingen dus ook deze uit sociale achterstandsgroepen.
Hoe? Wanneer en hoe kunnen leerkrachten en scholen werken aan de competentie omgaan met diversiteit bij leerlingen? We formuleren enkele krachtlijnen.
Zorg voor voldoende variatie in het onderwijsaanbod Omgaan met diversiteit betekent onder andere dat we moeten leren functioneren in wisselende contexten en steeds nieuwe situaties. Als we oefenkansen willen creëren voor leerlingen moet dat soort contexten ook binnen de school worden aangeboden. Regelmatig vaste patronen doorbreken, een breed didactisch repertoire aansnijden, een ruim register aan leerinhouden bespelen, een rijke waaier aan leermiddelen aanbieden, stijlbreuken en verrassingen voorzien: het is geen pleidooi om kinderen en jongeren alle gevoel voor regelmaat te laten verliezen – je hoeft dus ook niet te overdrijven – wél om hen te wennen aan omgevingen waarin verscheidenheid de dienst uitmaakt. Bovendien heeft een dergelijke aanpak nóg een onmiskenbaar voordeel. Het zijn niet enkel de leerlingen die erdoor leren omgaan met diversiteit. De leerkracht die variatie integreert in zijn didactische aanpak zal de kans verhogen dat meer leerlingen regelmatiger en actiever worden betrokken en aangesproken. Op hún interesse, op hún leerstijl, op hún vorm van intelligentie, op hún gevoeligheden. Hij zal met andere woorden zelf beter omgaan met de diversiteit in de leerlingengroep en op die manier het leerrendement verhogen.
Zoek de diversiteit niet te ver Elke klas en school in Vlaanderen zit vol diversiteit. Natuurlijk zal de multiculturele wereldschool te Antwerpen op vlak van etnische diversiteit beter scoren dan de gemeentelijke basisschool van Zonnebeke. Maar er zal in elke school, in elke klas en voor elke leeftijd hoe dan ook meer dan voldoende stof overblijven om dat oefenen in omgaan met diversiteit voeding te geven, zoals: -
ingaan en voortbouwen op invallen en ideeën van kinderen en jongeren
-
leerlingen met elkaars oplossingsstrategieën confronteren tijdens de les
-
wiskunde leerlingen in groepen laten samenwerken aan een taak en de samenstelling van die groepen regelmatig wijzigen
-
als leerkracht verschillende perspectieven introduceren op een historisch feit of persoon
-
er
-
vanzelfsprekende wijze aan bod komt …
voor
zorgen
dat
in
de
gebruikte
leermiddelen
diversiteit
op
een
De mogelijkheden zijn talrijk en welke benut worden, hangt af van heel wat factoren: toeval, aard van de leerstof, persoonlijkheid van de leerkracht, aanwezige diversiteit in de klas … Het is in elk geval belangrijk dat omgaan met diversiteit als doelstelling heel dicht bij het dagelijkse les- en schoolgebeuren aansluit, ja zelfs erin wordt geïntegreerd. Omdat het efficiënter is. Geen enkele school of leerkracht kan het zich immers veroorloven om ‘omgaan met diversiteit’ als doelstelling er nog eens bovenop te nemen.
Zorg voor voldoende interactiviteit bij en tussen leerlingen Daarnet pleitten we voor variatie. Er bestaat ook niet zoiets als één werkvorm of aanpak die zich exclusief leent tot omgaan met diversiteit. We zouden zelfs zo ver kunnen gaan te stellen dat de diversiteit onder leerkrachten waaraan elke jongere gedurende zijn schoolloopbaan wordt blootgesteld, namelijk verschillen qua persoonlijkheid, sekse, stijl, aanpak, specialiteiten, onhebbelijkheden… op zich al een stevige portie omgaan met diversiteit voor leerlingen omvat. Toch willen we nog een extra lans breken voor voldoende interactiviteit. Omgaan met diversiteit is een sociale competentie. Dit soort competentie oefen je best door zelf ervaringen op te bouwen. Dan is de effectiviteit het grootst. Uiteenzettingen over samenwerken, zich inleven, dialoog, zelfkritiek en leren van elkaar kunnen misschien wel interessant zijn, maar in de regel toch minder beklijvend dan een opdracht waarbij samenwerking, dialoog, elkaar helpen, vergelijken... moeten worden ingezet om tot een goed resultaat te komen. We verwezen al naar de dubbele doelstelling van een diversiteitaanpak in het onderwijs. Kinderen en jongeren voorbereiden op burgerschap door hen gedurende de schoolloopbaan permanent met diversiteit te laten en te leren omgaan én als leerkracht en school op een positieve manier omgaan met de diversiteit van elke leerling zodat deze maximaal kansen krijgt op een succesvolle schoolloopbaan. Bovenstaande drie bouwstenen kunnen een aanzet zijn om deze doelen met elkaar te verweven en te bundelen in een krachtige leeromgeving.