Parkweg 22A 6212 XN Maastricht Postbus 480 6200 AL Maastricht T +31 (0)43-3467878 F +31 (0)43-3476347 E
[email protected] www.chri.nl K.v.K 58792562 IBAN NL71 RABO 0112 075584
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
Datum Referentie
13 februari 2014 20110066-15
Referentie Rapporttitel
20110066-15 Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
Datum
13 februari 2014
Opdrachtgever
Gemeente Boxtel Postbus 10.000 5280 DA BOXTEL De heer E.J. van Mil
Contactpersoon
Behandeld door
ing. R.H.R. Slangen DPA Cauberg-Huygen B.V. Parkweg 22A 6212 XN MAASTRICHT Postbus 480 6200 AL MAASTRICHT Telefoon 043-3467878 Fax 043-3476347
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 1
Inhoudsopgave 1
Inleiding
3
2
Plangebied
4
3
Mogelijkheden vigerend bestemmingsplan
5
4
Industrielawaai en vergunningverlening
6
4.1 4.2 4.3 4.4
Langtijdgemiddeld of gemiddelde geluidniveaus (LAr,LT) Maximale geluidniveaus (LAmax) Verkeersaantrekkende werking Algemene richtlijnen
6 8 9 10
5
Juridische status van de Nota Industrielawaai
11
6
Overleg en inspraakreacties
12
6.1 6.2
Resultaten overleg (bedrijven, inspectie, provincie) Resultaten inspraak
12 12
Figuren Figuur I Figuur I-1
Begrenzing plangebied
Bijlagen Bijlage I Bijlage I-1
Voorschriften
Bijlage II Bijlage II-1
Ingekomen zienswijzen
Bijlage III Bijlage III-1
Nota van zienswijzen en wijzigingen
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 2
1
Inleiding
Op 21 oktober 1998 is aan alle besturen van gemeenten en provincies de ‘Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening’ aangeboden. Deze handreiking vervangt de Circulaire Industrielawaai van 1 september 1979 en is daarmee het nieuwe hulpmiddel ter voorkoming en beperking van industrielawaai in het kader van vergunningverlening. De nieuwe handreiking biedt gemeenten de mogelijkheid om voor een bepaald gebied beleid vast te stellen dat richtinggevend is voor milieuvergunningverlening binnen dat gebied. Op die manier kunnen de milieuvergunningen meer worden afgestemd op de lokale situatie dan bij de Circulaire Industrielawaai het geval was. Momenteel is het bedrijventerrein Ladonk gezoneerd krachtens de Wet geluidhinder. De gemeente Boxtel is voornemens het bedrijventerrein te revitaliseren en beperkt uit te breiden met de deelgebieden Ladonk III, de Spoorzone en Vorst A. De plannen voorzien erin dat grote lawaaimakers (zoals voorheen opgenomen in artikel 2.4 van het Inrichtingen en vergunningenbesluit milieubeheer en momenteel onderdeel van het Bor) zich niet kunnen vestigen op het bedrijventerrein. De enige op het industrieterrein Ladonk gevestigde grote lawaaimaker, wordt bestemmingsplanmatig gehandhaafd en mag binnen de huidige planologische voorschriften beperkt uitbreiden. Op basis van dit voornemen vervalt de noodzaak het gehele bedrijventerrein inclusief uitbreiding te zoneren. Met toepassing van artikel 41 Wet geluidhinder en jurisprudentie hieromtrent moet de vigerende zone teruggebracht worden tot de noodzakelijke geluidruimte voor de resterende grote lawaaimaker. Zonebeheer voor het resterend gezoneerd industrieterrein is hiermee gereduceerd tot op het vergunningniveau van de solitaire inrichting op het industrieterrein. Deze nota bevat beleidsintenties die van toepassing zijn op vergunningverlening in het kader van de Wabo/Wet milieubeheer voor bedrijven in het gebied zoals afgebakend in het bestemmingsplan Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel, zie figuur 1. Het betreft hier vergunningverlening voor zowel bestaande als nieuw te vestigen bedrijven. Waar in de nota wordt gesproken van milieuvergunning wordt hiermee tevens een melding krachtens het Activiteitenbesluit (voorheen AMvB) bedoeld. Het vigerende bestemmingsplan biedt de mogelijkheid om behalve bedrijven ook bedrijfswoningen te realiseren. In het nieuwe bestemmingsplan worden bestaande woningen als bedrijfswoningen bestemd en worden geen nieuwe woningen toegelaten. De (bestaande) woningen kunnen belemmeringen vormen voor de toelaatbare bedrijvigheid. Anderzijds kan ter plaatse van woningen ontoelaatbaar geachte hinder optreden ten gevolge van mogelijk te ontplooien bedrijvigheid. In voorliggende nota is na een integrale afweging van de belangen van omwonenden en van de bestaande en toekomstige bedrijven, een keuze gemaakt voor de mogelijk te stellen geluidgrenswaarden voor de bedrijven in het plangebied.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 3
2
Plangebied
Het gebied waar deze nota van toepassing is, ligt ten zuidwesten van de bebouwde kom van Boxtel, ten oosten van de kern Lennisheuvel. Het gebied wordt globaal begrensd door het Smalwater en de kern Kalkheuvel in het noorden, de spoorlijn Boxtel-Eindhoven en de Vorst in het westen, en kleinschalige groene ruimten richting Lennisheuvel in het zuiden. Figuur 1 geeft de situering van het plangebied in haar directe omgeving. Binnen het plangebied, op het bedrijventerrein, bevinden zich woningen. Buiten het plangebied bevinden zich aan vrijwel alle zijden (bestaande) woningen, deels in de vorm van lintbebouwing. De nota is van toepassing op het gebied aangeduid als bedrijventerrein Ladonk. Uit voorgaande blijkt dat de nota direct betrekking heeft op de bedrijven en (bedrijfs)woningen die zijn gelegen binnen het aangegeven gebied. Bij vergunningverlening van bedrijven gelegen binnen dit gebied, dient de geluidbelasting tevens getoetst te worden ter plaatse van een woning gelegen buiten het aangegeven gebied.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 4
3
Mogelijkheden vigerend bestemmingsplan
Het bestemmingsplan Bedrijventerrein Ladonk beschrijft het plangebied. Dit bestemmingsplan biedt de mogelijkheid voor het vestigen van bedrijven in de milieucategorie 2 t/m 4. Hierbij is de volgende systematiek toegepast: - als uitgangspunt geldt de milieuzonering van de vigerende bestemmingsplannen; - indien bestaande legale bedrijvigheid behoort tot een afwijkende (hogere) milieucategorie dan op basis van het vigerende bestemmingsplan is toegestaan, wordt in principe deze afwijkende categorie bestemd; - indien bestaande legale bedrijvigheid daardoor leidt tot een hogere milieucategorie dan volgens inwaartse zonering is gewenst, wordt in het bestemmingsplan een regeling opgenomen dat bij beëindiging van het bedrijf alleen een lagere milieucategorie conform de inwaartse zonering is toegestaan; - indien voor een bedrijf in het verleden een hogere milieucategorie is opgenomen in de vigerende bestemmingsplannen en dat bedrijf momenteel niet meer aanwezig is, wordt een milieucategorie toegestaan conform de systematiek van inwaartse zonering; - milieucategorie 1 wordt niet bestemd maar als zodanig aangeduid op de plankaart. Uitgaande van de bestaande burgerwoningen aan de omliggende wegen is middels een inwaartse zonering bepaald welke bedrijven binnen het plangebied kunnen worden toegestaan. Dit heeft geresulteerd in bedrijven uit de milieucategorieën 1 en 2 aan de rand en bedrijven uit de categorieën 3 en 4 in het overige plangebied. Tevens is in het bestemmingsplan reeds aandacht geschonken aan de mogelijke hinder zoals dit ten gevolge van het verkeer dat van en naar de inrichtingen rijdt ter plaatse van de woningen kan ontstaan. Het bestemmingsplan is zodanig van opbouw, dat ter plaatse van woningen gelegen buiten het plangebied geen onaanvaardbare hinder zal ontstaan, rekening houdend met de volledige invulling van het bedrijfsterrein conform de voorschriften. De akoestische consequenties van de voorgenomen planontwikkeling, inclusief zonewijziging, zijn opgenomen in het door Cauberg-Huygen in opdracht van de gemeente Boxtel opgesteld rapport met referentie 20110066-10 van februari 2013. In hoofdlijn omvatten de resultaten van het uitgevoerd onderzoek dat: - de gecumuleerde geluidbelasting ten gevolge van alle (voorgenomen) bedrijven op het bedrijventerrein plus industrieterrein ter plaatse van woningen buiten het bedrijventerrein gelijk is aan de voorheen geldende geluidbelasting ten gevolge van het gezoneerde industrieterrein en omliggende bedrijventerreinen; - de gecumuleerde geluidbelasting ten gevolge van alle (voorgenomen) bedrijven op het bedrijventerrein plus industrieterrein ter plaatse van bedrijfswoningen binnen het bedrijventerrein maximaal 66 dB(A) bedraagt. Deze geluidbelasting wordt uitsluitend bepaald door direct naastgelegen bedrijfsactiviteiten. Overige bedrijven dragen cumulatief minder dan 55 dB(A) bij.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 5
4
Industrielawaai en vergunningverlening
In het traject van vergunningverlening voor bedrijven als bedoeld in de Wabo/Wet milieubeheer dient de geluidemissie te worden gemeten en berekend volgens de Handleiding Meten en rekenen Industrielawaai. De beoordeling van de gemeten en berekende geluidniveaus dient volgens de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening (MBG 98065226) en de Circulaire Indirecte hinder (29 februari 1996) plaats te vinden. De per bedrijf te verwachten geluidemissie dient in het kader van een vergunningaanvraag Wet milieubeheer ten aanzien van het milieuaspect geluid op 3 hoofdaspecten ter plaatse van (bedrijfs)woningen te worden beoordeeld: 1. De langtijdgemiddeld geluidniveaus (LAr,LT) zoals deze in de omgeving kunnen ontstaan ten gevolge van activiteiten binnen de grenzen van het bedrijfsterrein; 2. De maximale geluidniveaus (LAmax) zoals deze in de omgeving kunnen ontstaan ten gevolge van activiteiten binnen de grenzen van het bedrijfsterrein; 3. De langtijdgemiddeld geluidniveaus (LAr,LT) zoals deze in de omgeving kunnen ontstaan ten gevolge van het verkeer dat van en naar het betreffende bedrijfsterrein rijdt. Door de gemeente wordt ten aanzien van de eerdergenoemde beoordelingsgrootheden het navolgende beleid nagestreefd. 4.1
Langtijdgemiddeld of gemiddelde geluidniveaus (LAr,LT)
Het plangebied behelst een gebied dat in het vigerende bestemmingsplan wordt getypeerd als zijnde een bedrijfsterrein waarop diverse bedrijfswoningen zijn gerealiseerd. Het beleid van de gemeente is erop gericht dat ook woningen gelegen op, voornamelijk de grens van, het bedrijfsterrein enige bescherming ten behoeve van mogelijke geluidoverlast vanwege de verwachte bedrijvigheid behoeven. Daar duidelijk sprake is van een combinatie van wonen en werken acht de gemeente de algemeen aanvaardbare grenswaarden voor burgerwoningen hier niet van toepassing. In vergelijking met de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening genoemde gebiedstyperingen komt het onderhavige gebied meer overeen met de gebiedstypering nr. 5 met als omschrijving gemengde woonwijk, combinatie van wonen en lichte bedrijfsactiviteiten. De volgens de handreiking aangegeven mogelijke streefwaarden zijn 55 dB(A) tijdens de dag-, 50 dB(A) tijdens de avond- en 45 dB(A) tijdens de nachtperiode. In de milieureeks nr. 9 Bedrijven en milieuzonering wordt voor bedrijven per milieucategorie een afstand aanbevolen om een geluidniveau van 45 dB(A) te garanderen. Voor een categorie 2 bedrijf bedraagt deze afstand maximaal 30 meter en voor een categorie 3 bedrijf maximaal 100 meter. Dit betekent dat de door de gemeente voorgestelde streefwaarde van 50 dB(A) voor de bedrijven uit de milieucategorie 3 op ca. 32 meter wordt bereikt en voor de bedrijven uit de milieucategorie 2 op ca. 10 meter. Na een zorgvuldig bestuurlijk afwegingsproces kan worden afgeweken van de aanbevolen streefwaarden met een maximum tot de grenswaarde van 65 dB(A) etmaalwaarde.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 6
Behalve een discussie omtrent de mogelijk te treffen voorzieningen kan bij een motivatie tot hogere waarden ook de lokale geluidsituatie een rol spelen. Immers, indien de geluidbelasting vanwege het bedrijf waarvoor een vergunning wordt aangevraagd ter plaatse van een bedrijfswoning lager is dan de geluidbelasting vanwege de bedrijfsactiviteiten op het perceel waarop de bedrijfswoning is gesitueerd, kan een hogere waarde milieuhygiënisch toch als verantwoord worden geacht. Voor bedrijven die ressorteren onder het Activiteitenbesluit (voormalige AMvB bedrijven) gelden grenswaarden die standaard vaak ruimer zijn dan de grenswaarden die in deze paragraaf worden voorgesteld, een en ander afhankelijk van de afstand tot woningen. Verder kan op basis van de vigerende vergunning ter plaatse van bestaande woningen reeds een hogere geluidbelasting dan de streefwaarde zijn toegestaan. In deze gevallen kan op basis van deze nota gebruik worden gemaakt van de mogelijkheid tot het stellen van Maatwerkvoorschriften ten aanzien van de geluidgrenswaarden. Voor woningen binnen het plangebied maar buiten het beoogde bedrijventerrein is in het vigerend bestemmingsplan op basis van de hierin opgenomen zonering, reeds vastgelegd dat een cumulatieve geluidbelasting buiten het gezoneerd industrieterrein niet meer dan 55 dB(A) en lokaal middels een MTG waarde 57 dB(A) mag bedragen. Om dit te bereiken mag de grenswaarde ter plaatse van deze woningen voor individuele bedrijven niet meer dan 50 dB(A) bedragen. Uitzondering hierop zijn bedrijven die op basis van hun vigerende vergunning reeds hogere geluidniveaus mogen veroorzaken bij woningen buiten het plangebied. Voor bedrijven onder het Activiteitenbesluit (Wet milieubeheer) gelden grenswaarden die mogelijk afwijkend zijn dan de grenswaarden die in deze paragraaf worden voorgesteld. In deze gevallen kan op basis van deze nota gebruik worden gemaakt van de mogelijkheid tot het stellen van maatwerkvoorschriften ten aanzien van de geluidgrenswaarden. Samengevat luiden de voorschriften: Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) ten gevolge van activiteiten binnen een inrichting gelegen binnen de grenzen van een bedrijfsterrein mogen ter plaatse van bedrijfswoningen binnen het bedrijventerrein niet meer bedragen dan de in navolgende tabel aangegeven waarden. Bedrijfswoningen Streefwaarden Hogere waarden Maximale grenswaarden
Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
50 dB(A)
45 dB(A)
40 dB(A)
Geluidbelasting conform vigerende vergunning 65 dB(A)
60 dB(A)
55 dB(A)
Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) ten gevolge van activiteiten binnen een inrichting gelegen binnen de grenzen van een bedrijfsterrein mogen ter plaatse van woningen buiten het bedrijventerrein niet meer bedragen dan de in navolgende tabel aangegeven waarden. (Bedrijfs)woningen Grenswaarden Hogere waarden
Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
50 dB(A)
45 dB(A)
40 dB(A)
Geluidbelasting conform vigerende vergunning
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 7
De voorgestelde grenswaarden zijn het resultaat van de afweging tussen mogelijke overlast en gewenste bedrijvigheid binnen het plangebied. 4.2
Maximale geluidniveaus (LAmax)
In de Handreiking Industrielawaai en Vergunningverlening wordt aanbevolen te streven naar het voorkomen van maximale geluidniveaus ter plaatse van woningen die meer dan 10 dB(A) boven het aanwezige langtijdgemiddeld geluidniveau (LAr,LT) uitkomen. Voor bedrijfswoningen wordt in de handreiking geen aanbeveling gedaan voor een mogelijke normstelling. Ten aanzien van de normstelling voor de maximale geluidniveaus (LAmax) bij bedrijfswoningen wordt het volgende opgemerkt. Het bestemmingsplan biedt de mogelijkheid tot realisatie van bedrijven uit de milieucategorieën 1 t/m 4. Hiertoe behoren ook transportbedrijven waarbij sprake kan zijn van vrachtwagens die gedurende 24 uur per etmaal van het bedrijfsterrein kunnen rijden. Het gedachtegoed uit het bestemmingsplan voortzettend betekent dit dat ten gevolge van het verkeer over de ontsluitingsweg hoge maximale geluidniveaus (LAmax) van 75 dB(A) tijdens de dag-, avond- en nachtperiode ter plaatse van bedrijfswoningen kunnen optreden (rustig voorbijrijdend respectievelijk optrekkend). Deze maximale geluidniveaus worden in het bestemmingsplan hiermee ter plaatse van bedrijfswoningen als aanvaardbaar geacht. Het is naar onze mening milieuhygiënisch niet verantwoord om in het kader van vergunningverlening voor de afzonderlijke bedrijven maximale geluidniveaus (LAmax) toe te staan die hoger zijn dan de niveaus die ten gevolge van het verkeer over de ontsluitingsweg ter plaatse van die woningen kunnen ontstaan, tenzij deze door bedrijfsactiviteiten op het terrein waarop de woning is gelegen reeds kunnen voorkomen. Bij de grenswaarden wordt dan ook een uitzondering gemaakt voor maximale geluidniveaus (LAmax)die ten gevolge van transportbewegingen kunnen optreden. Aan deze transportbewegingen zijn binnen redelijkheid geen bronmaatregelen te treffen ter reductie van de maximale geluidniveaus (LAmax). Daarbij geldt dat deze niveaus ook nu reeds optreden en (transport)bedrijven niet onnodig belemmerd hoeven te worden door grenswaarden voor transportbewegingen die lager zijn dat de maximale geluidniveaus (LAmax)die kunnen optreden als gevolg van verkeersbewegingen op de ontsluitingswegen. Dit neemt niet weg dat de maximale geluidniveaus (LAmax), zoals deze ten gevolge van activiteiten op een bedrijfsterrein kunnen ontstaan, ook ter plaatse van de burgerwoningen gelegen buiten het plangebied getoetst moeten worden aan de aanbevolen grenswaarden uit de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening. Samenvattend worden voor ieder bedrijf afzonderlijk de volgende grenswaarden voorgeschreven: Bedrijfswoning binnen het plangebied: Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
Streefwaarde
65 dB(A)
60 dB(A)
55 dB(A)
Grenswaarde*
70 dB(A)
65 dB(A)
60 dB(A)
Bedrijfswoningen
*Grenswaarde is in elke periode niet van toepassing op maximale geluidniveaus als gevolg van transportbewegingen.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 8
Woning buiten het plangebied:
Woningen
Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
Streefwaarden
60 dB(A)
55 dB(A)
50 dB(A)
Grenswaarden
70 dB(A)
65 dB(A)
60 dB(A)
Concluderend Bij iedere milieuvergunningaanvraag dient de eerste toetsing plaats te vinden aan de streefwaarden en kan na een bestuurlijke afweging wat betreft de maximale geluidniveaus zoals deze ten gevolge van transportbewegingen kunnen optreden, voor bedrijfswoningen binnen het plangebied worden afgeweken met als maximum de grenswaarde van 75 dB(A). Hierbij kan als motivatie dienen dat de maximale geluidniveaus vanwege het bedrijf waarvoor een vergunning wordt aangevraagd ter plaatse van een bedrijfswoning niet lager hoeven te zijn dan de maximale geluidniveaus, zoals deze ontstaan vanwege bedrijfsactiviteiten op het perceel waar de bedrijfswoning is gesitueerd. Aan de andere kant hoeven (transport)bedrijven niet onnodig belemmerd te worden door grenswaarden voor transportbewegingen die lager zijn dat de maximale geluidniveaus die kunnen optreden als gevolg van verkeersbewegingen op de ontsluitingswegen. Voor de overige inherente en beperkbare maximale geluidniveaus geldt als maximum de voorgestelde grenswaarde voor de langtijdgemiddelde beoordelingsniveaus vermeerderd met 10 dB(A). Wellicht ten overvloede wordt opgemerkt dat bovenstaande normstelling niet van toepassing is voor calamiteuze maximale geluidniveaus (LAmax). Deze maximale geluidniveaus (LAmax) worden niet getoetst aan enige normstelling. In analogie met de inmiddels algemeen aanvaarde bijzondere regelingen uit de besluiten Wet milieubeheer wordt het ook voor deze omgeving verantwoord geacht de geluidniveaus zoals deze ten gevolge van laad-, losactiviteiten en transportbewegingen ter plaatse van woningen kunnen ontstaan voor wat betreft de beoordelingsperiode tussen 06.00-21.00 uur uit te sluiten van toetsing. Immers binnen deze periode kan ervan uit worden gegaan dat sprake is van een zekere bedrijvigheid op het bedrijventerrein. 4.3
Verkeersaantrekkende werking
Het doel van het bedrijventerrein is ruimte te bieden aan plaatselijk verzorgende bedrijven, die elders in de gemeente uit hun jasje groeien of die om andere redenen willen verplaatsen. Indirecte hinder kan optreden ten gevolge van de werknemers die van en naar het bedrijfsterrein rijden en ten gevolge van andere transportbewegingen (afgifte en ophalen van goederen). In het kader van het bestemmingsplan worden geen nieuwe woningen gerealiseerd. Indien de beoordeling van indirecte hinder per afzonderlijk bedrijf plaats vindt volgens de circulaire Geluidhinder veroorzaakt door het wegverkeer van en naar de inrichting’ van het Ministerie van VROM d.d. 29 februari 1996 dan kan reeds nu geconcludeerd worden, dat voor geen enkel bedrijf de totale geluidbelasting wegverkeer met meer dan 2 dB toeneemt. Immers de transportbewegingen van alle bedrijven cumulatief zijn nu reeds meegenomen in de reguliere verkeersintensiteiten. Er is dus ter plaatse van (bedrijfs)woningen wat betreft het gemiddelde geluidniveau geen hinder te verwachten vanwege het verkeer dat van en naar de bedrijven rijdt.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 9
4.4
Algemene richtlijnen
De indeling van de percelen is zodanig, dat ter plaatse van een gevel van een bedrijfswoning voorkomen wordt dat er sprake is van een relevante cumulatie van geluidhinder van meer dan drie bedrijven. Er kunnen wel meerdere bedrijven akoestisch relevant zijn bij een woning doch in deze gevallen heeft de geluidbelasting betrekking op verschillende gevels van die woning. Dit betekent dat de onder paragraaf 4.1 gestelde grenswaarden voor ieder bedrijf afzonderlijk vergund kunnen worden. Er hoeft dus bij de individuele normering geen rekening te worden gehouden met cumulatie. De geluidniveaus dienen conform de ‘Handleiding Meten en rekenen Industrielawaai’ (1999) te worden bepaald. Aangezien sprake is van bedrijfswoningen of woningen in de vigerende geluidzone krachtens de Wet geluidhinder, is het toepassen van een correctie vanwege mogelijke reflecties tegen de achterliggende gevel niet opportuun. Het beschermen van mogelijke buitenverblijfruimten (tuinen en balkons) tegen potentiële geluidoverlast vanwege bedrijvigheid gaat voor dit type woonomgeving te ver, mede ook vanwege het feit dat de geluidbelastingen alhier reeds indirect door de voorgestelde benadering (invallend op de gevel) zijn bepaald. De geluidniveaus dienen derhalve exclusief gevelreflecties dus invallend op de gevel bij een waarneemhoogte van 5 meter te worden beoordeeld. Het beoordelen van de geluidbelasting op een andere waarneemhoogte dan 5 meter kan in die gevallen waarbij sprake is van bijvoorbeeld alleen bedrijfsactiviteiten tijdens de dagperiode of één bouwlaag bij de woning. Deze afwijkende beoordelingshoogte kan tevens worden gebruikt als motivering om op 5 meter beoordelingshoogte (vanwege minder afscherming) hogere geluidniveaus toe te staan dan als streefwaarde wordt voorgesteld.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 10
5
Juridische status van de Nota Industrielawaai
De Nota Industrielawaai heeft geen rechtstreeks bindende werking voor burgers en bedrijven. De gebiedsgerichte grenswaarden hebben enkel de werking als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De Nota kan echter wel belangrijke gevolgen hebben voor burgers en bedrijven. De nota krijgt haar uitwerking met name via de vergunningverlening aan bedrijven, waarbij het in de Nota vastgestelde beleid als randvoorwaarde geldt.
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 11
6
Overleg en inspraakreacties
6.1
Resultaten overleg (bedrijven, inspectie, provincie)
Voor het vaststellen van de nota wordt de openbare voorbereidingsprocedure gevolgd, krachtens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Hierbij wordt de ontwerpnota gedurende 6 weken ter inzage gelegd, waarbij iedere belanghebbende de mogelijkheid heeft zijn of haar zienswijze kenbaar te maken. Tevens zal advies worden gevraagd aan Inspectie VROM en aan de provincie NoordBrabant. 6.2
Resultaten inspraak
Bijlage II bevat de schriftelijke reacties naar aanleiding van de ontwerpnota industrielawaai. DPA Cauberg-Huygen B.V.
ing. R.H.R. Slangen Senior Adviseur
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13 februari 2014 Bladzijde 12
Figuur I Figuur I-1
Begrenzing plangebied
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13-02-2014 R. Slangen
Figuur 1: begrenzing plangebied
Bijlage I Bijlage I-1
Voorschriften
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13-02-2014 R. Slangen
VOORSCHRIFTEN Artikel 1
Begripsomschrijvingen In deze nota wordt onder de gebruikte termen datgene verstaan zoals omschreven in artikel 1 van de voorschriften uit het bestemmingsplan bedrijventerrein Ladonk, voor zover in deze nota geen afwijkende definitie is opgenomen. Grenswaarde: de vastgestelde, gebiedsgerichte waarde voor de geluidbelasting ter plaatse van woningen welke niet overschreden mag worden. Incidentele bedrijfssituatie: toestanden die in totaal maximaal 12 keer per jaar voorkomen waarbij gedurende een aaneengesloten periode van maximaal één etmaal, meer geluid wordt veroorzaakt dan in de representatieve bedrijfssituatie. Inrichtingen: inrichting zoals omschreven in artikel 1.1 lid 1 van de Wet milieubeheer. Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau (LAr,LT): equivalent A-gewogen geluidsniveau op een beoordelingspunt over een specifieke beoordelingsperiode ten gevolge van een specifieke bedrijfstoestand, zo nodig gecorrigeerd voor de aanwezigheid van tonaal, impulsachtig of muziekgeluid. Maximaal geluidsniveau (LAmax): het maximaal te meten geluidsniveau, gemeten in de meterstand “fast” gecorrigeerd met de meteocorrectieterm Cm. Representatieve bedrijfssituatie: toestand waarbij de voor de geluidsproductie relevante omstandigheden kenmerkend zijn voor een bedrijfsvoering bij volledige capaciteit in de te beschouwen periode. Streefwaarde: de vastgestelde, gebiedsgerichte waarde voor de geluidbelasting ter plaatse van woningen welke bij voorkeur in acht wordt genomen. Waarneemhoogte: hoogte ten opzichte van het plaatselijk maaiveld.
Artikel 2
Wijze van meten en berekenen Voor de toepassing van de voorschriften wordt gemeten en berekend conform de richtlijnen en procedures zoals bepaald in de Handleiding meten en rekenen Industrielawaai (1999). Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) en het maximaal geluidsniveau (LAmax) dienen invallend op de gevels van woningen te worden bepaald en getoetst aan de gestelde grenswaarden op een waarneemhoogte van 5 meter.
Artikel 3
Grenswaarden langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) ten gevolge van activiteiten binnen inrichtingen gelegen binnen de grenzen van een bedrijfsterrein mogen ter plaatse van bedrijfswoningen binnen het plangebied niet meer bedragen dan de in navolgende tabel aangegeven waarden.
Bedrijfswoningen Streefwaarden Hogere waarde Grenswaarden
Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
50 dB(A)
45 dB(A)
40 dB(A)
Geluidbelasting conform vigerende vergunning 65 dB(A)
60 dB(A)
55 dB(A)
Het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT) ten gevolge van activiteiten binnen inrichtingen gelegen binnen de grenzen van een bedrijfsterrein mogen ter plaatse van woningen buiten het plangebied niet meer bedragen dan de in navolgende tabel aangegeven waarden.
(Bedrijfs)woningen Grenswaarden Hogere waarde
Artikel 4
Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
50 dB(A)
45 dB(A)
40 dB(A)
Geluidbelasting conform vigerende vergunning
Grenswaarden maximale geluidniveaus (LAmax) De maximale geluidniveaus (LAmax) ten gevolge van activiteiten binnen inrichtingen gelegen binnen de grenzen van een bedrijfsterrein dienen in eerste instantie ter plaatse van woningen binnen het plangebied getoetst te worden aan onderstaande streefwaarden. Een overschrijding van de streefwaarden is mogelijk tot de grenswaarden. Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
Streefwaarde
65 dB(A)
60 dB(A)
55 dB(A)
Grenswaarde*
70 B (A)
65 B(A)
60 dB(A)
Bedrijfswoningen
* Grenswaarde is in elke periode niet van toepassing op maximale geluidniveaus als gevolg van transportbewegingen.
De maximale geluidniveaus (LAmax) ten gevolge van activiteiten binnen inrichtingen gelegen binnen de grenzen van een bedrijfsterrein dienen in eerste instantie ter plaatse van woningen buiten het plangebied getoetst te worden aan onderstaande streefwaarden. Een overschrijding van de streefwaarden is mogelijk tot de grenswaarden. Dagperiode
Avondperiode
Nachtperiode
07.00-19.00 uur
19.00-23.00 uur
23.00-07.00 uur
Streefwaarde
60 dB(A)
55 dB(A)
50 dB(A)
Grenswaarde
70 dB(A)
65 dB(A)
60 dB(A)
Bedrijfswoningen
Dit artikel is niet van toepassing op de maximale geluidniveaus (LAmax) zoals deze ten gevolge van laad- en losactiviteiten op en transportbewegingen over het bedrijfsterrein in de periode tussen 06.00-21.00 uur ter plaatse van woningen kunnen optreden. Artikel 5
Conform het gestelde in de Handreiking Industrielawaai en vergunningverlening zijn de grenswaarden uit artikel 3 en 4 niet van toepassing op regelmatige afwijkingen van de repesentatieve bedrijfssituatie en incidentele bedrijfssituaties.
Artikel 5
Indirecte hinder Het bepalen van Indirecte hinder vanwege de verkeersbewegingen die van en naar een inrichting kunnen plaatsvinden kan achterwege blijven tenzij hier door het bevoegde gezag specifiek om wordt verzocht. In dit laatste geval dient bij de vergunningprocedure de indirecte hinder ter plaatse van die woningen te worden bepaald, die gelegen zijn binnen een afstand van 60 meter van de poort van het bedrijf waarvoor de vergunningprocedure wordt doorlopen. De wijze van berekenen en beoordelen dient daarbij te geschieden volgens de circulaire Geluidhinder veroorzaakt door het wegverkeer van en naar de inrichting van het Ministerie van VROM d.d. 29 februari 1996.
Artikel 6
Zon- en feestdagen Voor zon- en landelijk algemeen erkende feestdagen is in de beoordelingsperiode van 07.00-19.00 uur de normstelling voor LAr,LT en LAmax van toepassing zoals vermeld in artikel 3 en 4 voor de beoordelingsperiode tussen 19.00-23.00 uur.
Bijlage II Bijlage II-1
Ingekomen zienswijzen
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13-02-2014 R. Slangen
Bijlage III Bijlage III-1
Nota van zienswijzen en wijzigingen
Nota industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk te Boxtel Vastgesteld bij Raadsbesluit van 28 januari 2014
20110066-15 13-02-2014 R. Slangen
1
Nota Industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk Nota van zienswijzen en wijzigingen Aanleiding In verband met de herzonering van het bedrijventerrein Ladonk is in de Nota Industrielawaai Bedrijventerrein Ladonk het gemeentelijk beleid vastgelegd voor het geluid veroorzaakt door bedrijven. Voor het vaststellen van de nota is de openbare voorbereidingprocedure gevolgd, krachtens afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. De ontwerpnota is van 31 mei 2013 gedurende 6 weken ter inzage gelegd, waarbij iedere belanghebbende de mogelijkheid heeft zijn of haar zienswijze kenbaar te maken.
Nota van zienswijzen Binnen de voornoemde termijn zijn zienswijzen ingediend door: 1. Vion Boxtel BV (Brief Witteveen+Bos van 4 juli 2013 met kenmerk BTL142-14/zegv/023) 2. Distrifresh (Brief Witteveen+Bos van 4 juli 2013 met kenmerk BTL142-14/zegv/022) 3. Rabobank Nederland (Brief van 10 juli 2013 met kenmerk SHJR/) 1. Vion Boxtel BV Samenvatting De huidige aan Vion vergunde normen/rechten zijn hoger dan de voorgestelde grenswaarde van 50 dB(A) etmaalwaarde bij de woningen Parallelweg zuid 29-31 en 33b-35. Daarnaast kan Vion niet voldoen aan de voorgestelde grenswaarden bij Stapelen op 10 meter hoogte. Vion verzoekt, ten aanzien van woningen buiten het industrieterrein, de bestaande geluidsrechten te respecteren. Beoordeling Voor woningen buiten het bedrijventerrein is in de Nota Industrielawaai de grenswaarden van 50 dB(A) opgenomen. Enkele woningen buiten het bedrijventerrein hebben in navolging op het uitgevoerde saneringsonderzoek een grenswaarde (MTG) ten gevolge van het gehele industrieterrein van 55 dB(A). Specifiek voor de situatie van Vion geldt dat enkele woningen zo dicht bij de inrichting zijn gelegen dat deze geluidbelasting van 55 dB(A) nu al geheel door de vergunde rechten van VION wordt ingevuld. De nu gehanteerde (algemene) grenswaarde van 50 dB(A) beperkt het bedrijf daarmee in zijn vergunde bedrijfsvoering. Wijziging In de tekst wordt toegelicht dat de hogere geluidsniveaus van de vigerende vergunning gezien worden als toelaatbare hogere waarde. Aan artikel 3 voor woningen buiten het bedrijventerrein toegevoegd: Hogere waarde = Geluidbelasting conform vigerende vergunning. Samenvatting Vion vreest dat ingeval van uitbreidingen (aankoop van percelen) of samenvoeging van bedrijven er geluidsruimte moet worden ingeleverd wat een sterke inperking is van de uitbreidingsmogelijkheden. Beoordeling De vrees wordt geuit dat door samenvoeging van twee bestaande (afzonderlijke) kavels de geluidruimte wordt ingeperkt wanneer voor iedere kavel afzonderlijk 50 dB(A) bij woningen geldt en per samengestelde kavel dezelfde 50 dB(A) bij woningen. Deze vrees wordt niet gedeeld. Binnen de zonering gold ter plaatse van woningen een cumulatieve grenswaarde voor inrichtingen, ongeacht de grootte van kavels. Beoordeling of de Nota mogelijkheden voor ontwikkelingen van bedrijven beperkt moet dan ook niet gemaakt worden door twee kavels met ieder 50 dB(A) ter plaatse van een woning te vergelijken met 1 samengevoegde kavel die eveneens 50 dB(A) grenswaarde heeft maar deze samengevoegde kavel moet vergeleken worden met de mogelijkheden binnen de voorheen geldende zonegrenswaarden. Daar bij samengevoegde kavels het oppervlak en afstand tot eenzelfde woning groter is wordt dit niet als belemmering voor toekomstige ontwikkelingen gezien. Wijziging Geen 2. Distrifresh Samenvatting Woningen op het bedrijventerrein zijn geluidgevoelige objecten geworden. Dat betekent dat bestaande bedrijven in de nabijheid van deze woningen minder geluid mogen produceren.
2
Beoordeling Voor woningen op het bedrijventerrein zijn in de nota (paragraaf 4.1) de streefwaarden, hogere grenswaarden en maximale grenswaarden opgenomen. Het bedrijf Distrifresh heeft een vigerende vergunning waardoor ter plaatse van bedrijfswoningen op het bedrijventerrein de hogere waarde geldt conform de vigerende vergunning. Het bedrijf wordt daarmee niet belemmerd in de vergunde bedrijfsvoering door de aangegeven streef-, hogere- en grenswaarden. Samenvatting De toetsingswaarde (etmaalwaarde) voor woningen op het bedrijventerrein dient, zoals in het onderzoek dat bij het bestemmingsplan hoort, 55 dB(A) te zijn. Distrifresh verzoekt de streefwaarde voor woningen op het bedrijventerrein in overeenstemming te brengen met de toetsingswaarden uit het bestemmingsplan en overal een streefwaarde van 55 dB(A) etmaalwaarde op te nemen. Beoordeling De opmerking dat in algemene zin voor bedrijfswoningen een streefwaarde van 55 dB(A) geldt, is correct. Zoals opgenomen in de nota (paragraaf 4.1 en artikel 3) kan de aanbevolen en gehanteerde streefwaarde van 50 dB(A) worden verruimd tot een maximum (grenswaarde) van 65 dB(A). Waar nodig biedt deze Nota daarmee de ruimte voor maatwerk en kan per bedrijf een beoordelingsniveau worden vastgesteld tussen 50 dB(A) en 65 dB(A). Uit het voorgaande volgt dat de rechten van bestaande bedrijven niet worden belemmerd. Wijziging Geen 3. Rabobank Samenvatting De Rabobank gaat ervan uit dat de Nota geen (negatieve) invloed kan hebben op reeds verleende vergunningen. Verzocht wordt dit expliciet in de Nota op te nemen. Beoordeling Voor woningen buiten het bedrijventerrein is in de Nota Industrielawaai de grenswaarden van 50 dB(A) opgenomen. De gehanteerde (algemene) grenswaarde van 50 dB(A) kan een bedrijf daarmee beperken in zijn vergunde bedrijfsvoering. Wijziging In de tekst wordt toegelicht dat de hogere geluidsniveaus van de vigerende vergunning gezien worden als toelaatbare hogere waarde. Aan artikel 3 voor woningen buiten het bedrijventerrein toegevoegd: Hogere waarde = Geluidbelasting conform vigerende vergunning. Samenvatting Rabobank verzoekt duidelijkheid over mogelijke consequenties van de Nota voor de uitbreiding van e het datacenter met een 2 fase. Beoordeling De uitbreiding van het datacenter van de Rabobank ligt buiten het plangebied en wordt daardoor niet belemmerd door deze Nota. Wijziging Nota Geen
Nota van wijzigingen Nr. 1.
Tekst / Voorschriften Tekst
2.
Voorschriften
29 oktober 2013
Wijziging
Aanleiding
Toevoeging: dat de hogere geluidsniveaus van de vigerende vergunning gezien worden als toelaatbare hogere waarde. Aan artikel 3 voor woningen buiten het bedrijventerrein toegevoegd: Hogere waarde = Geluidbelasting conform vigerende vergunning.
Zienswijzen 1 en 2 Zienswijzen 1 en 2