Nieuwsbrief 1, januari 2014

Nieuwsbrief

1, januari 2014

Maurits Hoenders

Zorg dat het past Knelpunten in het werk zélf oplossen

In dit nummer: Pagina 3 Beoordelingsruimte voor professionals Pagina 4 Implementatie leerlijnen en loopbaanstappen Pagina 5 Zet jezelf op de kaart Pagina 6 Leernetwerk Leidinggeven in een veranderende context Pagina 7 Workshop Job Crafting

Welke knelpunten ervaar je in je werk als rijksmedewerker en welke mogelijkheden zie je om ze zélf op te lossen? Die vragen stonden centraal tijdens de werkconferentie ‘Zorgen dat het past’ op 31 oktober in De Fabrique in Utrecht. De bijna veertig deelnemers gingen zo voortvarend aan de slag, dat het volgens projectleider Maurits Hoenders ‘gonsde van de energie’. Het vervolgtraject is inmiddels in volle gang. Beleidsmedewerkers, inspecteurs, vertegenwoordigers van ministeries, maar ook van uitvoerende diensten: het was een divers gezelschap dat de door het A+O fonds Rijk en Ynnovate georganiseerde werkconferentie bijwoonde. De deelnemers luisterden eerst naar een inspirerende presentatie van filosoof Ad Verbrugge. Vervolgens verdeelden zij zich over een aantal thematafels om driemaal twintig minuten, in wisselende groepjes en gestimuleerd door twee ‘ynnovators’, de meest urgente knelpunten te bespreken en mogelijke oplossingen aan te dragen. Deze knelpunten, die iedereen tevoren via de ‘online challenge’ had kunnen benoemen, waren: te weinig feedback, inefficiënt vergaderen, te weinig professionele ruimte

om resultaten te bereiken, te weinig kennisdeling en te weinig oog voor de behoeften van medewerkers. ‘Iedereen vond de aanpak hartstikke leuk. Een zeer positieve sfeer’, zegt Hoenders. Ideeteams De conferentie eindigde met een plenaire presentatie van de gekozen oplossingsrichtingen en de vorming van vijf ‘ideeteams’. Hoenders enthousiast: ‘Ik was onder de indruk van de denk- en daadkracht van deze groep. Iedereen meldde zich spontaan aan voor minimaal één ideeteam. Dat was meteen al voldoende om verder te kunnen.’ De ideeteams zorgen ervoor dat het niet bij praten blijft. Ze werken, opnieuw begeleid door Ynnovate, de oplossingen

1

vervolg pagina 1. verder uit tot concrete initiatieven. Als volgende stap testen ze de ideeën als pilot in de praktijk. Er zijn per ideeteam vier vervolgbijeenkomsten gepland, waarvan een aantal inmiddels heeft plaatsgevonden. De ideeteams zijn aangevuld met collega-ambtenaren die willen meedenken en actief meewerken aan innovatieve oplossingen voor de geïdentificeerde knelpunten. Facebook De communicatie tijdens het traject, onderling, maar ook met de buitenwacht, is goed verzorgd. Zo is voor elk ideeteam een groep op Pleio aangemaakt. ‘Daar wisselen de leden met elkaar van gedachten tussen de bijeenkomsten door’, zegt Hoenders. ‘Elk team heeft ook een Facebook-pagina om publiekelijk te kunnen delen waar ze mee bezig zijn. In lijn met de aard van het project – de rijksmedewerker zelf aan zet – vragen we hen zelf te communiceren over de voortgang in de ideeteams. Ze mogen zelf bepalen hoe ze dat doen: een blog, een periodiek verslag, een smartphone-filmpje over een bijeenkomst, als het maar creatief is.’ Daarnaast kunnen geïnteresseerden actuele informatie vinden op de ‘Zorg dat het past’-pagina op de site van het A+O fonds Rijk.

Pitchday De slotbijeenkomst is de Pitch Day in april. Daar presenteren de ideeteams hun concrete oplossingen aan het bestuur van A+O fonds Rijk, leidinggevenden van deelnemers en andere geïnteresseerden. De ideeteams krijgen tips & tops aangereikt, waarmee hun plannen aan kracht winnen. Op basis waarvan wordt verder onderzocht wat de teams nodig hebben om hun plannen in de praktijk te gaan testen en welke ondersteuning het A+O-fonds Rijk of anderen kunnen bieden om dat mogelijk te maken.

‘Het was een supermiddag. Ik heb best veel van dit soort bijeenkomsten meegemaakt, maar dit was een van de beste in tijden.’ Cor Cok, Secretaris Onderdeelcommissie, Douanekantoor Schiphol Passagiers, en lid van het ideeteam ‘Oeverloos gezwam’

‘Een zeer goed georganiseerde bijeenkomst: professioneel aangekondigd, goede procesbegeleiding op de dag zelf, vlekkeloos samenwerkende organisatoren en een programma waar ook écht iets uitkwam. Zo ga ik zelf aan de slag met het ideeteam ‘Gedeelde kennis=kracht!’, met een diverse groep deelnemers die willen voorkomen dat het spreekwoordelijke wiel binnen de overheid telkens opnieuw wordt uitgevonden. Deze uitkomst sluit nauw aan bij mijn persoonlijke ambitie om efficiënt en effectief innoveren binnen de overheid op de kaart te zetten.’ Mikis Winter, Programmamanager bij het ministerie van Financiën

‘Op de werkconferentie ‘Zorgen dat het past’ kijk ik met een positief gevoel terug. Het is goed om na te denken over de problemen en mogelijke oplossingsrichtingen. Tegelijkertijd voel ik ook de frustratie van langzame verandering. De probleemanalyse is snel gemaakt, maar de praktijk niet snel veranderd… Via het ideeteam ‘Ruimte voor de professional’ hoop ik bij te dragen aan concrete oplossingen.’ Daniël van Geest, projectleider bij ICTU

Meer informatie: • www.aofondsrijk.nl/projecten-2013/projecten-van-devakbonden/zorgen-dat-het-past • www.aofondsrijk.nl/zorgendathetpast • www.facebook.com/zorgendathetpast

2

Beoordelingsruimte voor professionals ‘Benut de ruimte die je beschikbaar hebt’ Iedere rijksmedewerker heeft de ruimte om professioneel te kunnen werken. De vraag is alleen: benut je die ruimte optimaal of ervaar je beperkingen? In het project ‘Beoordelingsruimte voor professionals’ is onderzocht hoe een aantal rijksorganisaties voor uitvoering en toezicht de ruimte van hun medewerkers beïnvloeden. Dat heeft praktische inzichten opgeleverd, die rijksbreed van belang zijn. ‘Beoordelings-’ of ‘professionele ruimte’ is de ruimte die je hebt om je werk goed te kunnen uitvoeren. Projectleider Renate Beckers was benieuwd hoe het met die ruimte staat bij rijksorganisaties die direct contact hebben met de buitenwereld, met burgers of ondernemers. Daaronder vallen de Dienst Justitiële Inrichtingen, de Nederlandse Douane en de Immigratieen Naturalisatiedienst, maar ook de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en de Inspectie SZW. ‘De professionals

daar, bleken in hun werk de oordelen en belangen van vier ‘invloeden’ te moeten meewegen: politiek, maatschappij (zoals de burgers en ondernemers), organisatie en professie (vakgebied of zelfs een beroepscode). Hier goed mee omgaan, vergt vakmanschap! Iedere professional moet dat soort afwegingen maken. Daarmee is professionele ruimte iets van alledag’, zegt Beckers. Publicatie Beckers onderzocht de maatregelen waarmee een aantal rijksorganisaties het gedrag van hun medewerkers binnen de gegeven professionele ruimte beïnvloeden. Het resultaat is vastgelegd in een publicatie over professionaliseringsmaatregelen die bij uitvoering en toezicht plaatsvinden. Het boekje omschrijft welke veranderingen, intern of extern, ervoor zorgen dat medewerkers anders moeten handelen – oftewel: anders met hun professionele ruimte moeten omgaan – en hoe de

organisaties de nieuwe handelswijze ondersteunen. Ze ontwikkelen bijvoorbeeld nieuw beleid en methodieken, investeren in leiderschap of bieden medewerkers een training aan. Optimaal benutten ‘We hebben gemerkt dat ‘professionele ruimte’ een subjectief begrip is, dat iedereen anders beleeft’, zegt Beckers. Daarom nodigen het Rijk als werkgever en de vakbonden iedere rijksmedewerker uit om de professionele ruimte die hij of zij beschikbaar heeft, optimaal te benutten. ‘Daarbij helpt het om de ruimte en ieders keuzes daarbinnen bespreekbaar te maken tussen leidinggevende, medewerkers en vakcollega’s onderling of met de klant.’ Meer informatie: • www.aofondsrijk.nl/projecten-2013/ leiderschap-professionele-ruimte/ beoordelingsruimte-voor-professionals

Renate Beckers

3

Alice van ‘t Veer

Implementatie leerlijnen en loopbaanstappen Managementondersteuner krijgt meer kansen bij het Rijk Managementondersteuners bewust maken van hun talenten en de mogelijkheden die het Rijk biedt om deze beter te benutten. Dat is de insteek van ‘Implementatie leerlijnen en loopbaanstappen’. Het project omvat de ontwikkeling van een opleiding, getrokken door het ministerie van Economische zaken (EZ) en de kans om werkervaring op te doen bij andere Rijksonderdelen, getrokken door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).

vervolgd met een langduriger vorm: functieruil. Dan mag je een half jaar lang elders binnen het Rijk je functie uitoefenen.’ Op 21 januari kunnen managementondersteuners zich tijdens de bijeenkomst van een halve dag, getiteld ‘Hoe houd jij alle ballen in de lucht?’, laten informeren over de (nieuwe) mogelijkheden. Ook staan er voor hen workshops ‘empowerment’ bij het Expertisecentrum Organisatie en Personeel (EC O&P) op stapel. Meer informatie over deze initiatieven volgt binnenkort via Rijksportaal.

Het is een dynamische tijd, vooral door de ontwikkelingen in ICT en Het Nieuwe Werken, zegt projectleider Alice van ’t Veer. Managers maken tijdens vergaderingen zelf aantekeningen op hun iPad, zodat notuleren overbodig is. Een afdeling plant zelf via de datumprikker een vergadering zonder tussenkomst van een secretaresse. Collega’s werken vaker thuis. ‘Door die dynamiek verandert de functie van de managementondersteuner. Dat vergt aanpassing, maar biedt ook kansen om te kijken: wat kan ik nog meer en hoe kan ik mijzelf verbreden? Dit project helpt daarbij.’

Meer zelfvertrouwen Dounia Atmani (34) werkt als managementondersteuner bij het ministerie van SZW en liep een snuffelstage van drie dagen bij EZ. ‘Ik houd ervan om steeds nieuwe dingen te leren. Zo blijf je scherp en voorkom je dat het werk routine wordt. Mijn stage bij een ander ministerie was een leuke ervaring. Hoewel ik het best spannend vond, ging het heel goed. Ik ben blij dat ik het heb gedaan, je krijgt er meer zelfvertrouwen van.’

Kwaliteitscertificaat Zo start begin dit jaar de pilot van een opleiding die volledig is toegespitst op managementondersteuners bij het Rijk – met zijn grote organisaties, complexe structuren, politieke invloeden en gevoeligheden en omvangrijke processen en papierstromen. ‘De opleiding is ontworpen na een inventarisatie naar de behoeften van managementondersteuners en leidinggevenden’, zegt Van ’t Veer. ‘Wie deze met succes afrondt, ontvangt een kwaliteitscertificaat. Dat kan straks bij sollicitaties binnen het Rijk een voordeel opleveren. Met het basiscertificaat voldoe je minimaal aan de normen van het Functiegebouw Rijk. Daarnaast kun je modules voor extra vaardigheden volgen.’ Snuffelstages De loopbaanstappen omvatten snuffelstages bij andere rijksorganisaties, om ervaring op te doen en de blik te verruimen. Van ’t Veer: ‘Deze stages worden straks rijksbreed uitgezet en

4

Andere omgeving Miranda van Amelsvoort (47) werkt bij het ministerie van EZ en snuffelde een week bij het ministerie van SZW. ‘Tijdens de stage heb ik onder andere veel gelezen over wat SZW precies doet en ging ik met een lid van het management mee naar een vergadering. Ik vond het heel fijn om eens in een andere omgeving te zijn en de verschillen te zien. Ik merkte bijvoorbeeld dat het er rustiger was dan bij ons, er is minder aanloop op het secretariaat dan bij EZ.’ Meer informatie: • Op de website van A+O fonds Rijk www.aofondsrijk.nl/projecten-2013/van-werk-naar-werkarbeidsmarkt/ontwikkeling-loopbaanstappen-en-leerlijnenfunctiegebouw-rijk

Zet jezelf op de kaart ‘Zorg dat je inzetbaar blijft’ Je werkt hard, je werkt goed en je denkt: meer kan ik niet doen om mijn inzetbaarheid op peil te houden. Dan mis je nog iets. In deze tijd van digitale media is het zaak om jezelf en je kwaliteiten zichtbaar te maken, bijvoorbeeld via LinkedIn. Dit vergroot je kans op een volgende loopbaanstap als je daaraan toe bent. Het Rijk biedt verschillende trainingen om ‘jezelf op de kaart te zetten’.

Betty Feenstra

Jezelf aantrekkelijk houden voor de arbeidsmarkt, binnen of buiten het Rijk, daar moet je tegenwoordig wel wat voor doen. Bijvoorbeeld jezelf promoten via ‘personal branding’. Een training op dat gebied maakt je onder meer bewust van het veranderde sollicitatieproces, de rol van sociale media daarin en het belang om jezelf via die media te presenteren en positief te onderscheiden. Kortom: wat is jouw merk en hoe verbeter je dat? ‘Jezelf promoten past niet helemaal bij de gemiddelde rijksambtenaar. Die opereert liever in de luwte. Toch is het slim om die drempel over te stappen’, zegt Betty Feenstra. Ze leidde het project ‘Zet jezelf op de kaart’, waarin zowel de trainingen ‘personal branding’ zijn geïnventariseerd en het effect ervan als de invloed van sociale media op de loopbanen van rijksambtenaren. Vindbaar Een van de conclusies uit de onderzoeken is dat rijksambtenaren wel LinkedIn, maar nog nauwelijks Twitter gebruiken om een andere baan of functie te zoeken. Ook heeft het gebruik van LinkedIn een positief effect op je beroepsexpertise en je interne inzetbaarheid. Datzelfde geldt voor zelfpromotie: het is aardig om collega’s op te hemelen, maar zo nu en dan ook je eigen prestaties en competenties benadrukken, levert ook echt iets op. Feenstra: ‘De meeste collega’s weten ook goed hoe ze op internet moeten zoeken, maar zijn nog lang niet altijd zelf vindbaar.’

Profiel aanmaken Leren hoe je jezelf op de kaart zet kan via een training, bijvoorbeeld bij een van de vier Shared Service Centra. En wie meer informatie zoekt over zelfpromotie en het gebruik van sociale media, kan op internet ook documentatie en filmpjes hierover vinden, zegt Feenstra. Of je kunt er een boek over lezen, zoals ‘Solliciteren via LinkedIn’ of ‘Jobmarketing 2.0’ van Aaltje Vincent. ‘Maak in elk geval je eigen profiel aan op LinkedIn en Twitter. Al is het maar om te zien hoe collega’s zichzelf op de kaart zetten.’ Meer informatie: • Twee factsheets met de uitkomsten van de onderzoeken kunt u opvragen bij [email protected]. • De vier Shared Service Centra van het Rijk bieden cursussen aan over sociale media, inzetbaarheid en personal branding. Medewerkers van de Belastingdienst, DJI en van Rijkswaterstaat kunnen terecht bij hun eigen mobiliteitscentrum. Alle anderen kunnen gebruikmaken van het aanbod van EC O&P op www.ec-op.nl/ trainingen/in-door-en-uitstroom. • Interne vacatures vind je op www.rijkstalentencentrum.nl

5

Birgit Dewez

Jan Gudde

Leernetwerk Leidinggeven in een veranderende context

‘Elke manager heeft er wat aan’ Geen theoretische verhandelingen, maar praktijkverhalen over thema’s die bij de doelgroep leven. Daar gaat het om bij het Leernetwerk Leidinggeven in een veranderende context. In dit Rijksbrede netwerk delen managers en adviseurs op het gebied van leiderschapsontwikkeling kennis en ervaring. Interactie staat centraal. Een krimpende organisatie, resultaatgericht leidinggeven, jobcarving, mobiliteit. Het zijn onderwerpen die aan bod kwamen tijdens de acht lunchbijeenkomsten die het leernetwerk in 2013 organiseerde. ‘We willen dat het thema voor alle managers binnen de rijksoverheid interessant is’, zegt medeorganisator en regelmatig dagvoorzitter Birgit Dewez van De Werkmaatschappij. ‘De setting moet aantrekkelijk zijn, het onderwerp moet relevant gebracht worden en het moet ook te doen zijn in twee uur: 12:00 uur beginnen, broodje pakken en dan meteen aan de gang tot 14:00 uur. Dat blijkt een goede formule. Leidinggevenden hebben dan vaak ruimte in hun agenda, als ze er maar van op aan kunnen dat het op tijd begint en afgelopen is. Dus daar zorgen we voor.’ Ervaringsdeskundige Voor elke sessie nodigt het leernetwerk een of meer gastsprekers uit. ‘Dat kan een ervaringsdeskundige uit de rijksdienst zelf zijn of iemand van buitenaf, die zo’n relevante boodschap heeft dat deze uitnodigt tot gesprek. De gasten vinden het interessant om te horen hoe buren, collega’s, vakgenoten dingen doen, wat voor- en

6

nadelen van hun aanpak zijn, en daarover van gedachten te wisselen’, weet Dewez. Er komen twintig tot tachtig bezoekers per bijeenkomst, die altijd ergens hartje Den Haag plaatsvindt. Aanmelden kan via de LinkedIn-groep ‘Management binnen de rijksoverheid’. Wie al eens een bijeenkomst heeft bijgewoond, ontvangt voor de volgende keren een uitnodiging per e-mail. De eerstvolgende bijeenkomst is in januari en gaat over ‘wat een succesvol team kenmerkt en hoe je dat als manager kunt realiseren’, met toelichting van een overheidsmanager van een ‘bewezen’ succesvol team. Inspirerend Jan Gudde, directeur Bestuursondersteuning bij BZK, heeft diverse lunchbijeenkomsten bijgewoond. ‘Mij gaat het vooral om de ontmoeting over de ministeries heen, om te horen hoe collega’s met vraagstukken omgaan. Er komen mensen uit de beleidskolom, uitvoerende organisaties, werkmaatschappijen, die allemaal tegen hetzelfde aanlopen. En het gaat altijd over onderwerpen die leidinggevenden raken. Zo vaak praten we niet met elkaar over leidinggeven. Meestal gaat het over de

inhoud en wat we willen bereiken, maar niet over hóe we dat doen. Het leernetwerk biedt daar gelegenheid toe. Ook is het inspirerend om van sprekers nieuwe inzichten te krijgen. Dat vind ik de waarde ervan.’ Meer informatie: Verslagen van de bijeenkomsten zijn te vinden op de LinkedIn-groep ‘Management binnen de rijksoverheid’. Voor nadere informatie over het leernetwerk: Hella van de Velde, [email protected]

Workshop Job Crafting

‘Je hebt meer invloed op je werkomgeving dan je denkt’ ‘Vandaag gaat me helpen om nog meer plezier uit mijn werk te halen. Ik heb concrete handvatten gekregen waarmee ik aan de slag kan.’ Rob Kuiper, bedrijfsvoeringsadviseur en sinds kort contractmanager bij het ministerie van Financiën, kijkt tevreden terug op de zojuist gevolgde workshop Job Crafting. Samen met veertien collega’s met diverse functies bij verschillende rijksonderdelen heeft hij ervaringen uitgewisseld, theoretische uitleg gekregen, geoefend en een Persoonlijk Crafting Plan gemaakt. Doel: een bevlogen medewerker blijven door werkdruk en hulpbronnen op elkaar af te stemmen. ‘Het leuke aan deze workshop is dat je met jezelf en je dagelijks werk bezig mag zijn. De kleine aanpassingen die je gaat maken, komen voort uit je eigen behoeften’, zegt Maggie van den Heuvel, trainer/coach bij Art of Work en universitair docent aan de UvA. Zij is een van de drie bedenkers van de training, die ze sinds 2010 verzorgt. Job Crafting is geschikt voor elke beroepsgroep. Het project ‘Job Crafting: Sleutel aan je werk’, waar de workshop deel van uitmaakt, is voor iedereen die bij het rijk werkt. Hulpbronnen Voorafgaand aan de workshop hebben de deelnemers een vragenlijst ingevuld en zo een persoonlijke analyse van hun werksituatie gemaakt. Die rapporten dienen als uitgangspunt voor deze trainingsdag. Daarop staan drie begrippen centraal. Ten eerste het vergroten van hulpbronnen: activiteiten waar je energie van krijgt. Ten tweede het verlagen van taakeisen: activiteiten die je energie

kosten (stressoren). En ten derde het zoeken van uitdagingen om het werk interessant te houden. De achterliggende gedachte is dat je heel wat taken aankunt, zolang je maar voldoende hulpbronnen hebt om de stressoren te compenseren. Feedback Van den Heuvel geeft voorbeelden: ‘Een hulpbron kan zijn dat je je leidinggevende om steun of advies vraagt, dat je een collega aanspreekt om irritaties weg te nemen of meer samen te werken, of dat je feedback vraagt – of geeft. Maar ook zou je tijd kunnen nemen om kort te mediteren. Al wat jou helpt om met meer plezier te werken. Taakeisen verlagen kun je bijvoorbeeld door assertiever te zijn – vaker nee te zeggen, grenzen te stellen –, maar ook door je werkplek op te ruimen. Om een uitdaging te zoeken kun je je bijvoorbeeld in vakliteratuur verdiepen, een cursus volgen of een andere manier vinden om je talenten beter te benutten.’ Fenomeen Aan de muren van de Louis Couperuszaal bij het CAOP in Den Haag hangen nog de posters vol post-its, waarop de deelnemers hun werkomgeving in kaart hebben gebracht. Persoonlijke hulpbronnen, taakeisen en uitdagingen staan rondom werkactiviteiten. ‘Ze hebben besproken wat ieder op dat gebied al doet, hoe ze dat doen en wat het oplevert’, vertelt Van den Heuvel. ‘Job Crafting is dan ook geen sturingsinstrument, maar een fenomeen: je doet het al! Deze training maakt je ervan bewust waar je het al doet en waar het nog meer kan. Want je hebt meer invloed op je werkomgeving dan je

7

Deze nieuwsbrief is een uitgave van het A+O fonds Rijk en bestemd voor ministeries, Hoge Colleges van Staat en aanverwante organisaties. Initiëren, coördineren, stimuleren en ontwikkelen; dat is de rol van het Arbeidsmarkten Opleidingsfonds van het Rijk (A+O fonds Rijk). Het A+O fonds Rijk initieert vernieuwende activiteiten op het gebied van arbeidsmarkt-, werkgelegenheids- en scholingsbeleid in de sector. Het fonds investeert nadrukkelijk in initiatieven die zijn gericht op de toekomst van het werken bij de Rijksdienst. Het A+O fonds Rijk draagt bij aan visievorming en biedt een proeftuin voor vernieuwende ideeën.

Colofon © Nieuwsbrief 1, januari 2014 oplage 1.500 Vormgeving en opmaak: Mitsgaders, Den Haag

Foto’s: Charles Yeung Fotografie Madelon Vink (Workshop Job Crafting) Tekstbijdragen: redactie CAOP

A+O fonds Rijk Wendy Minderhoud ambtelijk secretaris Lange Voorhout 13 Postbus 556 2501 CN Den Haag 070 376 57 02

Druk: G3M, Zoetermeer

www.aofondsrijk.nl info@aofondsrijk

vervolg pagina 7

Maggie van den Heuvel denkt. Zo zei iemand vandaag dat ze een kerstboompje op haar bureau had gezet. Dat lijkt klein, maar kan een grote gevoelswaarde hebben en een impact op hoe jij je werk ervaart.’ Wetenschappelijk De methode is gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek en wordt ook als zodanig geëvalueerd, zegt Van den Heuvel. Dat uit zich vooral in de vragenlijsten. Op 30 januari, na vier werkweken het geleerde te hebben toegepast in de praktijk, volgt een halve terugkomdag. Daarvoor vult elke deelnemer een tweede en later nog een derde vragenlijst in. Datzelfde doet een naaste collega vooraf en achteraf. Zo wordt duidelijk welke impact de training heeft op bijvoorbeeld werkplezier en welzijn en of

8

een ander dat ook merkt. ‘Dit Job Craftingmodel is “evidence-based”, maar toch simpel uit te leggen. Dat maakt het sterk.’ Verwachtingsvol Rob Kuiper ziet de komende weken verwachtingsvol tegemoet. Zijn Persoonlijke Crafting Plan omvat een week hulpbronnen vinden/creëren, een week werkzaamheden anders inplannen, een week meer uitdagingen realiseren en weer een week hulpbronnen vinden/creëren. Wat hij van de methode vindt? ‘De werkvorm is interessant, mede door de wetenschappelijke onderbouwing. De combinatie van luisteren en meedoen maakt het afwisselend en het post-its plakken helpt het denkproces op gang brengen. Bovendien is het leuk om van collega’s die je niet kent te horen waar zij tegenaan lopen. Ik wil graag meer voldaan

Rob Kuiper van mijn werk thuiskomen. Dat gaat vast lukken.’ Meedoen aan ‘Job Crafting: Sleutelen aan je werk’? Schrijf je in op www.aofondsrijk.nl/ sleutel-aan-je-werk