Gebruik het bijgevoegde gelinieerde papier voor beantwoording van de vragen. Vermeld telkens nauwkeurig het nummer van de vraag waarop een gegeven vraag betrekking heeft. Het examen dient duidelijk (met ballpoint, fijne schrijfstift of scherp potlood) te worden ingevuld.
Blad I (van 4)
Methodiek Zang Lichte muziek
Anatomie en Fysiologie
Vraag 1
In welke delen kan het zanginstrument opgesplitst worden?
Vraag 2
Noem alle kraakbeenderen van het strottenhoofd en geef deze aan op de illustratie.
Blad 2 (van 4)
Vraag 3
Wat is het belang van het Os Hyoideum m.b.t. de stemgeving?
Vraag 4
Benoem de strottenhoofdspieren en hun functie en geef ze aan in de illustratie
Vraag 5
Hoe heet het membraan aan de binnenkant van de trachea?
Vraag 6
a) Hoe heet de ruimte tussen de stemplooien en hoe is deze onder te verdelen? b) Geef een schematische weergave van de opening tussen de stemplooien bij •
gewone ademhaling
•
fluisterstand
•
bij hoge tonen
•
bij lage tonen
Blad 3 (van 4)
Stemproblemen Vraag 7
Een persoon meldt zich bij u voor zangles. Bij een eerste les hoort u aan de stem dat er vermoedelijk sprake kan zijn van stembandknobbeltjes. a) Wat zijn stembandknobbels en hoe kunnen deze ontstaan? b) Wat hoort u aan de stem? c) Wat gaat u wel en niet doen met deze persoon in de les? d) Hoe kunnen stembandknobbels verholpen worden? e) Stel, de leerling is nu geholpen aan de knobbels. Wat gaat u met de leerling vooral doen om te voorkomen dat de knobbels terugkomen?
Vraag 8
Wat is het effect van roken op de stemplooien en op het stemgeven? Wat is er te verwachten m.b.t. het stemgeven in de eerste periode nadat iemand is gestopt met roken?
De Ademhaling Vraag 9
a) Noem 3 ademhalingstypen. b) Welke ademhaling heeft de voorkeur bij het Belten en waarom?
Vraag 10
Welke ademspieren kennen we en wat is hun functie?
Vraag 11
Wat houdt het begrip ademsteun in en geef hiervoor een oefening.
Vraag 12
Wat verstaan we onder het begrip vitale capaciteit van de longen en in welke 3 onderdelen kan dat begrip nog gesplitst worden?
Vraag 13
Wat is het risico van zingen met te veel ademdruk en wat voor oefening geeft u in dat geval?
Registers Vraag 14
Wat gebeurt er op stemplooi-niveau bij zwaar registreren en wat bij licht registreren?
Vraag 15
a) Wat gebeurt er bij een ongeschoolde stem op de klinker ‘AA’ rond de noot e’? Verklaar. b) Hoe wil een popzanger met dit gegeven omgaan? Wat is zijn doel?
Vraag 16
Beschrijf wat er gebeurt wanneer men luid van laag naar hoog zingt.
Vraag 17
Wat gebeurt er wanneer iemand in de hoogte ‘knijpt’ en wat kan men daar aan doen?
Blad 4 (van 4)
Articulatie en klinkers Vraag 18
Wat verstaan we onder de term formant?
Vraag 19
Wat is een klinker? Door welke factoren wordt een klinker bepaald?
Vraag 20
Verklaar aan de hand van het formantenprincipe waarom het voor een hoge sopraan zo moeilijk is om in de hoogte een echte ‘IE’ te zingen.
Vraag 21
Rond hoeveel Hertz klinkt het wanneer iemand flink ‘twangt’?
Vraag 22
Voor welk technisch probleem zou u de volgende medeklinkers kunnen gebruiken en geef aan of ze stemhebbend of stemloos zijn: H, J, P, M.
Stemclassificatie Vraag 23
Hoe noemt CVT het stemgebruik van zangeres Anouk?
Vraag 24
Welke twee EVTS figuren worden gebruikt in zowel ‘Lost’ van Anouk en in ‘Bleeding Love’ van Luena Lewis, als in vele nummers van Mariah Carey? (U mag eventueel ook beschrijven wat er op stemplooiniveau gebeurt.)
Vraag 25
Noem 2 sterke ‘Belters’.
Vraag 26
Wat verstaan we onder de term legit in de musicalwereld en noem 2 stukken uit musicals die men op die manier uitvoert.
Vraag 27
Omschrijf het stemgebruik van Stevie Wonder volgens de EVTS, of CVT.
Gebruik het bijgevoegde gelinieerde papier voor beantwoording van de vragen. Vermeld telkens nauwkeurig het nummer van de vraag waarop een gegeven vraag betrekking heeft. Het examen dient duidelijk (met ballpoint, fijne schrijfstift of scherp potlood) te worden ingevuld.
a) In welke geschriften vinden we de eerste aanwijzingen om de stem te scholen? b) Voor wie waren die bedoeld? c) Wat was de belangrijkste ‘tip’?
Vraag 2
a) Wie was de eerste belangrijke pedagoog in Italië? b) Hoe heette zijn traktaat? c) Rond welke tijd werd dit geschreven en waarom was er juiste nu behoefte aan richtlijnen? d) Noem minstens 3 pedagogische aanwijzingen van deze pedagoog.
Vraag 3
Waarom was de castraatstem zo bijzonder?
Vraag 4
Waar komen de termen falsettist, haut contre, altus en counter tenor vandaan (verklaar de termen afzonderlijk) en wat hebben ze gemeenschappelijk?
Vraag 5
Welke Italiaanse pedagoog spreekt voor het eerst van register-egalisatie?
Vraag 6
Beschrijf de inzichten van minstens 3 zangpedagogen omtrent registers in de zangstem.
Vraag 7
Wat is ‘het dekken van de stem’? Wanneer begon men dit toe te passen en waarom?
Vraag 8
Wanneer leefde Manuel García en welke uitvinding deed hij?
Vraag 9
Hoe denkt men in de historie, en heden ten dage over de ‘harde’ stemaanzet, oftewel de glottisslag?
Vraag 10
Welke ontwikkeling hebben de inzichten over de stand van de mond doorgemaakt in de historie van de castratentijd tot nu?
Vraag 11
Welke pedagoog werkte nauw samen met Richard Wagner? Wat is zijn bijdrage geweest voor de zangkunst in Duitsland?
Vraag 12
Waarom is er zo weinig geschreven over de techniek van de zangstem in de lichte zang?
Vraag 13
In 1949 werd de term R&B voor het eerst gelanceerd door het toonaangevende vakblad Billboard. Wat is het verschil tussen R&B vroeger en nu? Noem uit beide perioden een zanger of zangeres.
Vraag 14
Verklaar vanuit de geschiedenis waarom een Jazz-zanger zijn repertoire bijna altijd zal transponeren. Dit was het laatste blad van dit examen