MONITOR RACISME & EXTREMISME
GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN 2 0 10
P E T E R R. R O D R I G U E S & W I L L E M W A G E N A A R
Anne Frank Stichting | Onderzoek en Documentatie Universiteit Leiden | Departement Bestuurskunde
© Anne Frank Stichting | Universiteit Leiden, 2010
Inleiding Aan de gemeenteraadsverkiezingen 2010 is door diverse extremistische partijen meegedaan, uitsluitend uit rechtsextremistische hoek. Slechts in een enkel geval bleek er sprake van een vermoeden van andere vormen van extremisme.
Bij de raadsverkiezingen van 2010 is sprake van een beeld dat enigszins vergelijkbaar is met de verkiezingen in 2002. In dat jaar werd alle aandacht opgeëist door de ‘Leefbaren’, vooral door de doorbraak van Leefbaar Rotterdam met als lijsttrekker Pim Fortuyn. Op het succes van Fortuyn poogden destijds diverse extreemrechtse partijen mee te liften. Nu, acht jaar later, staan de raadsverkiezingen in het teken van de Partij voor de Vrijheid (PVV) en dient de vraag zich aan of dit eenzelfde beeld laat zien.
Deelname extreemrechts in voorgaande raadsverkiezingen Sinds Hans Janmaat en zijn Centrumdemocraten in 1998 van het politieke toneel verdwenen, is er geen klassiek extreemrechtse partij meer geweest die een substantieel resultaat wist te behalen bij raadsverkiezingen. In 2002 behaalde de Nieuwe Nationale Partij (NNP) in één Rotterdamse deelraad twee zetels, maar verloor die weer in 2006. In 2006 behaalde Nieuw Rechts één zetel in Lansingerland. Nadat het raadslid langdurig afwezig was, onderzocht de gemeente of hij nog in Lansingerland woonachtig was. Toen dat niet het geval bleek te zijn, trok hij zich terug als raadslid. Andere kandidaten weigerden de plaats in te nemen en de zetel bleef tot 2010 onbezet.
Klassiek extreemrechtse partijen Drie partijen met een lange traditie in de extreemrechtse politiek deden in 2010 in verschillende gemeentes mee aan de raadsverkiezingen. Geen van allen slaagden zij erin om een raadszetel te behalen. Het betreft de Nederlandse Volks-Unie (NVU), de Partij Vrij Utrecht (PVU) en Gelderse Centrum Democraten (GCD).
Tabel 1: Deelname klassiek extreemrechtse partijen Nederlandse Volks-Unie
Gelderse Centrumdemocraten
Partij Vrij Utrecht
Arnhem
Arnhem
Utrecht
Nijmegen Overbetuwe Heerlen
2
Nederlandse Volks-Unie Van de drie genoemde partijen is de Nederlandse Volks-Unie (NVU) de enige die ook buiten verkiezingstijd actief is. De partij bestaat inmiddels 39 jaar en doet geen moeite om haar nationaalsocialistische sympathieën te verbergen. Tegelijkertijd probeert partijleider Constant Kusters om de scherpe kanten van die boodschap af te halen. Doel daarvan is enerzijds om niet in conflict met de strafwet te komen en anderzijds om het potentiële kiezerspubliek niet al te zeer van de partij te vervreemden. Doorgaans beperken de activiteiten van de partij zich tot het organiseren van demonstaties. Hiermee probeert de partij media-aandacht te krijgen. Dat lukt met enige regelmaat, vooral wanneer bij de demonstraties openbare ordeproblemen ontstaan door de aanwezigheid van politieke tegenstanders. Enige weken voor de verkiezingen van 2010 demonstreerde de NVU in Arnhem. Het nationaalsocialistische karakter van de partij werd hier nadrukkelijk uitgedragen..
Partij Vrij Utrecht In de gemeente Utrecht trachtte een nieuwe partij mee te liften op het succes van de Partij voor de Vrijheid: de Partij Vrij Utrecht. De PVU voerde campagne onder de leuze ‘PVV Wilders doet niet mee, de PVU wel!’. Nadere beschouwing leert dat het bij de PVU gaat om een nieuw initiatief van voormalig gemeenteraadslid Wim Vreeswijk. Vreeswijk zat een decennium in de Utrechtse raad voor verschillende extreemrechtse partijen (Centrumdemocraten en Nederlands Blok). Enige commotie ontstond vlak voor de verkiezingen toen de hechte banden tussen Vreeswijk en het Vlaams Belang aandacht kregen in de lokale media.
Gelderse Centrum Democraten De Gelderse Centrum Democraten is het laatste restant van de voormalige Centrumdemocraten (CD). Het gaat hier om een ‘spookpartij’: de enige activiteit bestaat uit periodieke deelname aan de raadsverkiezingen in Arnhem. De partij wordt formeel geleid door een oud-raadslid van de CD. In het verleden raakte dit raadslid regelmatig in opspraak wegens drugshandel en het op onrechtmatige wijze verzamelen van ondersteunende handtekeningen bij verschillende verkiezingen. In zijn raadsperiode (1994-1998) zat hij een substantieel gedeelte in de gevangenis. Recent werd hij nog
3
1
veroordeeld wegens handtekeningfraude bij verkiezingen. De woordvoerder van de partij verklaarde bij een radio-interview overigens dat zij niet verwachtten een zetel te zullen behalen.
Omgang met verkiezingsdeelname klassiek extreemrechts In het recente verleden werd het partijen als de NVU en de Centrumdemocraten vaak onmogelijk gemaakt om deel te nemen aan activiteiten als verkiezingsdebatten, verkiezingsmarkten en dergelijke. Door ingrijpen van het lokaal bestuur, organisatoren, andere partijen of actiegroepen werd voorkomen dat dergelijke partijen zich net als anderen konden manifesteren. Daarbij werd beargumenteerd dat deze partijen zich, door hun extremistische boodschap, zelf buiten het democratische proces plaatsen. Dat debat is grotendeels verstomd. Het wordt inmiddels als vanzelfsprekend gezien dat ook extremistische partijen deel kunnen nemen aan bijvoorbeeld debatten en verkiezingsmarkten. In 2010 werd alleen in Heerlen de NVU geweigerd bij een 2
verkiezingsdebat. Van grootschalige protesten tegen verkiezingsdeelname van extreemrechtse partijen was verder geen sprake.
Op een ander vlak speelde klassiek extreemrechts nog een bijrol tijdens de raadsverkiezingen. Er werden door individuen met een extreemrechtse achtergrond pogingen ondernomen om bij andere partijen op de kandidatenlijst te komen. Veelzeggend is een uitspraak van de voorzitter van de landelijke selectiecommissie van Trots op Nederland (TON): ‘Er zat een groot aantal bij dat Janmaat-achtige opvattingen 3
had. Die hebben we eruit gefilterd. Vaak kwam er dat al uit bij het eerste gesprek.’ In een enkel geval leidde de toenadering tot TON van mensen met een extreemrechtse achtergrond tot incidenten. Zo raakte een Twentse kandidaat in opspraak vanwege radicale uitlatingen op internet en deelname aan extreemrechtse manifestaties.
Nieuw extreemrechts Deze gemeenteraadsverkiezingen werden voor een belangrijk deel gedomineerd door de deelname van de Partij voor de Vrijheid. De vraag over de precieze kwalificatie van deze partij hield de gemoederen ruim voor de verkiezingen al bezig. In de achtste 1
Hoge Raad 11 juli 2008, S 07/11699. ‘Verkiezingsdebat weert extreemrechts’, Limburger 19 februari 2010. 3 ‘Niet alle gemeenteraadsleden zijn te screenen ‘, Dagblad De Limburger 2 maart 2010. 2
4
rapportage van de Monitor Racisme & Extremisme werd geconcludeerd dat de partij, met de nodige kanttekeningen, als extreemrechts was te kwalificeren. Een verdere uitwerking van deze beschouwing in de Trendanalyse Polarisatie en Radicalisering4 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken leidde tot een nadere duiding van de verschillen tussen de PVV en klassiek extreemrechtse formaties. Om de PVV van deze formaties te onderscheiden werd de PVV gekwalificeerd als nieuw rechts radicaal. Deze nadere duiding is een goede precisering. Omwille van continuïteit kiezen wij er voor om onderscheid te maken tussen klassiek extreemrechts en nieuw extreemrechts, waarbij nieuw extreemrechts synoniem is aan nieuw rechts radicaal.
De PVV domineerde de verkiezingen niet alleen in de berichtgeving en het voorafgaande debat. De partij behaalde ook een historische verkiezingszege in de twee plaatsen waar werd meegedaan, Almere en Den Haag. Daar wist de PVV respectievelijk als grootste en één-na-grootste partij te eindigen.
De PVV schermt zich af voor wetenschappelijke en journalistieke belangstelling, waardoor het moeilijk is om meer inzicht te verkrijgen over politieke ideeën, kader, aanhang en democratisch gehalte van de partij. Voor onderzoek naar partijen met een extremistisch karakter is de verkiezingstijd doorgaans een interessante periode. Er moet door de partij op grote schaal gecommuniceerd worden met de potentiële achterban. Daarnaast worden kaderleden en actieve ondersteuners zichtbaar door verplichte formele registraties. Toch leverde dat in de aanloop naar de verkiezingen weinig nieuwe inzichten op. De lokale deelname van de PVV werd gedomineerd door landelijke boegbeelden: de twee kandidatenlijsten werden aangevoerd door Kamerleden Raymond de Roon en Sietse Fritsma. De centrale regie zorgde voor weinig nieuwe informatie. Eén persoon met een extreemrechts verleden presenteerde zich voorafgaand aan de verkiezingen als Haagse coördinator van de PVV en werd prompt door Wilders in de ban 5
gedaan. Na de goede resultaten in Den Haag en Almere was Flip de Winter, gezicht van het extreemrechtse Vlaams Belang wel een van de eersten om de partij te
4
Trendanalyse polarisatie en radicalisering, Den Haag: Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, 2008. 5 ‘Nep-kaderlid brengt PVV in lastig parket’, Telegraaf 27 augustus 2009.
5
feliciteren. Hij noemde Nederland ‘het gidsland voor alle Europeanen die ervoor kiezen baas te zijn in eigen land’.6 Omdat de PVV maar in twee plaatsen deelnam aan de verkiezingen, probeerden in diverse andere plaatsen lokale partijen gebruik te maken van de populariteit van Wilders. Dit verschijnsel doet denken aan de wildgroei van Leefbaar-partijen in 2002, die gebruik probeerden te maken van het succes van Pim Fortuyn. In dit onderzoeksbericht maakten we al melding van de Partij Vrij Utrecht, maar ook in andere plaatsen lieten ‘vrijheids’-partijen van zich horen die zich als een soort lokale PVV probeerden te profileerden. De Partij Vrij Groningen behaalde geen enkele zetel en de Spakenburgse Vrijheids Partij behaalde er één.
Partij Vrij Almelo Opvallend was de situatie in Almelo. Daar werden enkele personen vanwege hun extreemrechtse achtergrond geweerd uit de lokale afdeling van Rita Verdonk’s Trots op Nederland. Het ging hier om mensen met een achtergrond in de Centrumpartij en de Centrumdemocraten van Hans Janmaat. Bovendien probeerden zij vier jaar geleden bij de raadsverkiezingen in Almelo verkozen te worden voor de extreemrechtse partij Nieuw Rechts. Dat mislukte nipt. Nadat zij door Trots op Nederland uit de partij waren gezet begonnen zij voor zichzelf met de Partij Vrij Almelo (PVA). De PVA kreeg voldoende stemmen voor twee raadszetels.
Allochtoon extremisme Voor zover ons bekend is, hebben er geen extremistische partijen meegedaan met een allochtone of islamitische achtergrond. In een enkel geval was er sprake van allochtone kandidaat met een extremistische achtergrond.
Een terugkerend verschijnsel in de afgelopen decennia is kandidaatstelling bij reguliere partijen van personen van wie na onderzoek blijkt dat ze zijn betrokken bij de Turkse Grijze Wolven. Vier jaar geleden speelde dit onder andere bij enkele kandidaten van de verder weinig succesvolle partij Duurzaam Nederland. Tijdens de raadsverkiezingen van 2010 lijkt dit probleem zich vrijwel niet te hebben voorgedaan. Er was op één
6
'Dewinter feliciteert Wilders met overwinning in Nederland', Algemeen Dagblad 4 maart 2010.
6
Rotterdamse kandidatenlijst sprake van één kandidaat die betrokken is geweest bij de Grijze Wolven.
In Rotterdam deed de Nederlandse Moslimpartij (NMP) mee en werd de lijst aangevoerd door Bouchra Ismaili. Ismaili is een voormalig deelraadslid van de PvdA, maar moest die fractie verlaten na enkele incidenten. Zo ondersteunde zij een petitie van de extremistische islamitische organisatie Hizb-Ut-Tahrir. Zij ontkende dit en moest vervolgens de PvdA-fractie verlaten.
Verkiezingsuitslagen Tabel 2: Verkiezingsuitslagen Klassiek extreemrechts Nederlandse
%
Volks-Unie
Gelderse
%
Centrumdem
Partij Vrij
%
%
Utrecht
ocraten Arnhem
0,6
Arnhem
0,2
Nijmegen
0,5
1,7
Overbetuwe
0,7
0,6
Heerlen
0,6
1,0
Utrecht
1,7
Nieuw radicaal rechts Partij voor de
Spakenburgs
Partij Vrij
Vrijheid
e Vrijheids
Groningen
Partij Vrij Almelo
Partij Almere
2,8
Den Haag
0,8
Bunschoten
5,8
Groningen
1,4
Almelo
6,4
Commentaar Geen van de klassiek extreemrechtse partijen heeft een zetel behaald bij de raadsverkiezingen in 2010. Daarmee komt geen verandering in de situatie, die al sinds het verdwijnen van Janmaat’s CD bestaat: klassiek extreemrechts speelt in de verkiezingen vrijwel geen rol van betekenis meer. De NVU wist, ondanks herhaalde pogingen bij diverse verkiezingen, nooit een zetel te behalen. Datzelfde geldt voor partijen die een voortzetting beogen te zijn van Janmaat’s Centrumstroming. In Arnhem behaalde de Gelderse CD wederom geen zetel. De mogelijkheid om zonder belemmeringen deel te nemen aan debatten, verkiezingsmarkten en dergelijke heeft
7
klaarblijkelijk geen grote verschillen opgeleverd in electorale steun voor klassiek extreemrechtse partijen.
Een enkele keer wordt een extreemrechtse partij lokaal verkozen. Bij deze raadsverkiezingen zien we dat twee nieuw extreemrechtse partijen enig succes behaalden: de SVP haalde een zetel in Bunschoten en de PVA twee zetels in Almelo. Het antwoord op de vraag of het succes van de PVV in 2010 en de grote aandacht daarvoor vergelijkbare gevolgen heeft als de deelname van Fortuyn met Leefbaar Rotterdam in 2002 kent twee kanten. Allereerst werden in 2002 overal in Nederland ‘Leefbaar’-partijen van zeer divers pluimage in de gemeenteraden gekozen. Stemmers meenden, vaak volstrekt ten onrechte, hier te maken te hebben met geestverwanten van Fortuyn. In 2010 deden enkele partijen een poging om mee te liften op de populariteit van de PVV door zich een ‘vrijheids’-naam aan te meten en, net als de PVV, een vogel in het logo af te beelden. In tegenstelling tot de Leefbaren in 2002 leverde dit echter een verwaarloosbaar effect op. Alleen de PVA in Almelo en de SVP in Bunschoten behaalden enig succes. In andere steden bleek deze strategie geen electoraal effect te hebben. Een mogelijke verklaring daarvoor is dat de PVV zich nadrukkelijk heeft gedistantieerd van dergelijk kopieergedrag.
Ten tweede waren de gevolgen van deelname van Fortuyn en de Leefbaren voor klassiek extreemrechts in 2002 ingrijpend. Fortuyn wist veel mensen uit extreemrechtse kringen achter zich te krijgen, omdat veel kiezers zich enerzijds herkenden in zijn waarschuwingen voor de islam en omdat ze anderzijds voordeel meenden te hebben van zijn pleidooi voor een grotere vrijheid van meningsuiting. De voordelen voor deelnemende extreemrechtse partijen waren in 2002 echter minimaal. In Rotterdam werden ze weggedrukt door het succes van Leefbaar Rotterdam. In andere steden werden echter evenmin zetels gehaald. Een direct succes bleef dus uit. Het vermeende profijt voor extremistische partijen laat zich vergelijken met de huidige situatie. De harde toon tegen islam, moslims, immigratie en criminaliteit verbindt Wilders’ PVV met klassiek extreemrechtse partijen. Maar ondanks het benadrukken van deze gezamenlijke boodschap door partijen als de NVU en PVU leverde hen dat geen electorale winst op.
8