ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv
HOLLAND NYELV KÖZÉPSZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2011. október 21. 14:00
I. Olvasott szöveg értése Időtartam: 60 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
NEMZETI ERŐFORRÁS MINISZTÉRIUM
középszint — írásbeli vizsga 1111 I. Olvasott szöveg értése
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához szótár nem használható. A szürke négyzetsor az értékelés számára van fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke négyzetsorba.
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
2 / 12
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
Név: ........................................................... osztály:......
3 / 12
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 1 Hieronder vertelt een meisje over haar land. Lees de tekst en beantwoord de vragen in een paar woorden. Als er meerdere juiste mogelijkheden zijn, hoeft u er slechts één aan te geven. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
De zee is hier overal Katerina (11) vertelt over haar land: Mijn vader is Grieks Cyprioot en mijn moeder is Nederlandse. Mijn vader heeft in Nederland gewoond, maar wilde weer terug naar Cyprus. Ik vind het echt wel leuk om op Cyprus te wonen omdat het mijn geboorteland is en omdat ik hier mijn hele leven al woon, maar ik ga ook graag naar Nederland en Griekenland, omdat ik ook daar familie heb wonen. Ik zit op een Griekse lagere school in Tremithousa, het dorp waar ik woon. Het is een kleine school met in totaal 41 kinderen. De taal is Grieks natuurlijk, maar voor mij is het niet moeilijk want Grieks is mijn tweede moedertaal dus ik spreek het vloeiend. Voor mijn moeder is het wel moeilijk! Als ik in Nederland op vakantie ben dan bezoek ik mijn Nederlandse familie en ik zie daar ook mijn Nederlandse vriendinnetjes. Verder doe ik leuke dingen zoals naar Artis gaan. Als je op Cyprus gaat wonen, bedenk dan dat het hier een erg hete zomer is!!! Maar gelukkig is het een eiland, dus overal is de zee! Het is handig als je (wat) Engels kan spreken, omdat dat de tweede taal is en bijna iedereen Engels kan. Verder rijden de auto's hier links, dus dat zal ook wennen zijn. Naar www.wereldkids.nl, 18 september 2007
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
4 / 12
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint Hoe oud is Katerina?
11 / elf jaar
0
.
Waar komen de ouders van Katerina vandaan? 1
Haar vader ________________________________________________________________
2
Haar moeder ______________________________________________________________ Waar is Katerina geboren?
3
_________________________________________________________________________ Waar heeft Katerina familie wonen?
4
_________________________________________________________________________ Waar woont Katerina?
5
_________________________________________________________________________ Hoeveel leerlingen zitten op Katerinas school?
6
_________________________________________________________________________ Waarom spreekt Katerina vloeiend Grieks?
7
_________________________________________________________________________ Vindt Katerinas moeder Grieks een makkelijke taal?
8
_________________________________________________________________________ Wat doet Katerina als ze op vakantie is in Nederland? Noem twee dingen!
9
_________________________________________________________________________
10
_________________________________________________________________________ Wat is er op Cyprus anders dan in Nederland? Noem drie dingen!
11
_________________________________________________________________________
12
_________________________________________________________________________
13
_________________________________________________________________________
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
Max. Elért 13
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
5 / 12
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint OPDRACHT 2
In het schema vindt u 5 beweringen waarom Nederlandse vrouwen parttime willen werken. Onder het schema staan argumenten vóór en tegen deze beweringen. Uw taak is om het schema in te vullen door de letters van de argumenten op de juiste plaatsen te zetten. Bij elke bewering is er alleen één voor- en één tegenargument juist. Vraag 01 en 02 zijn als voorbeeld gegeven.
Fulltime werken? Echt niet!
“Mijn kinderen hebben mij nodig” Voor: (01)
C
Tegen: (02)
.
H
.
“Mijn partner werkt al fulltime” Voor: (14) _______
Tegen: (15) _______
“Ik verdien te weinig om de opvang te kunnen betalen” Voor: (16) _______
Tegen: (17) _______
“Ik heb zo veel hobby’s” Voor: (18) _______
Tegen: (19) _______
“Ik kan met parttime werk genoeg verdienen” Voor: (20) _______
Tegen: (21) _______
A
Wie het beste voor haar kind wil, moet vrij veel uitgeven voor kinderopvang. Een kindermeisje brengt rust in het gezin, maar wie kan dat betalen?
B
De vraag is natuurlijk: waarom kunnen mannen vaak wél een hobby combineren met een fulltime baan? Als de zorgtaken eerlijker verdeeld zijn in huis, komen vrouwen met een fulltime baan in hun vrije tijd ook meer toe aan hun hobby’s.
C
De belangrijkste aanleiding voor vrouwen om minder te gaan werken, is dat ze moeder worden. Zo’n tien procent stopt zelfs helemaal met werken na de geboorte van een kind. En dat is niet vreemd: uit vele onderzoeken blijkt dat kleine kinderen veel behoefte hebben aan structurele aanwezigheid van hun ouders.
D
Toch is kinderopvang in Nederland voor iedereen beschikbaar. Want hoe lager het salaris, hoe hoger de kinderopvangtoeslag. Die varieert van 96,5% van alle kosten per kind bij een laag inkomen, tot 33% van de totale kosten bij een inkomen van € 130.000 of meer.
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
6 / 12
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint
E
Nederlandse vrouwen hechten veel waarde aan hun vrije tijd. Zo werkt 38% van de jonge vrouwen zónder kinderen parttime omdat ze zo meer ruimte hebben voor hun hobby’s, cursussen, sport of gewoon voor zichzelf.
F
Lang niet alle mannen zijn blij met deze taakverdeling. Een derde zou graag wat uurtjes inleveren om zo meer tijd door te brengen met het gezin, blijkt uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau.
G
Wat is precies genoeg? Maar liefst 55% van de vrouwen die parttime werken is niet economisch zelfstandig, dat wil zeggen dat haar inkomen onder het bijstandsniveau ligt. Bovendien hebben veel vrouwen een hogere levensstandaard dan ze zelf kunnen betalen. Als hun huwelijk stukloopt, kunnen ze zonder partner dezelfde levensstijl niet aanhouden. Die situatie kan heel pijnlijk zijn: je zult maar van een lekker huis moeten verhuizen naar een kleine flat en nauwelijks geld hebben voor de boodschappen.
H
Kinderen hebben niet alleen een moeder nodig, maar ook een vader. Als een moeder alle zorgtaken op zich neemt, krijgen mannen niet de kans zich te hechten aan hun kinderen. Bovendien worden veel moeders depressief als ze veel alleen thuis zijn met de kinderen.
I
Als je genoeg geld verdient om de rekeningen te betalen én leuke dingen te doen, waarom zou je dan fulltime werken? In bepaalde sectoren kunnen hoogopgeleide parttimers een prima salaris verdienen.
K
De meeste Nederlandse gezinnen kiezen voor een ‘anderhalf-verdienmodel’: de man werkt fulltime en de vrouw verdient wat bij. Een duidelijke arbeidsverdeling: doordat vrouwen parttime werken, hebben ze meer aandacht en tijd voor het huishouden en voor de kinderen.
Naar Libelle, Nr. 12 19 t/m 25 maart 2010
14
15
16
17
18
19
20
21
Max.
Elért
8 írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
7 / 12
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 3 Teksten A tot en met F zijn rondvaartadvertenties, vragen 0 tot en met 30 zijn vragen over deze advertenties. Het is uw taak om de letter of letters van de juiste antwoorden te omcirkelen. Deze letters vindt u rechts in de blokjes. Let op: in deze opdracht is het mogelijk dat er meer antwoorden juist zijn! Dit betekent dat u één of meer letters moet omcirkelen. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
A
Day Canal Cruise Beleef Amsterdam vanaf het water met de Day Canal Cruise en laat je verrassen door een 1 uur durende rondvaart door de Amsterdamse grachten. Gidsenservice: beschikbaar in 15 talen Vertrektijden: elk uur Eerste afvaart: 10:00 Laatste afvaart: 17:00
B
Evening Canal Cruise Een avondrondvaart door sfeervol Amsterdam. Laat u betoveren door de prachtig verlichte grachten en beleef een onvergetelijke avond met Rederij Lovers! Vertrektijden: vrijdag t/m zondag, 21:00
C
Prijzen: Volwassene: € 12.50 Kind 4 t/m 12 jaar: € 6.25
Duur: 1 uur
Candlelight Cruise Een romantische avondrondvaart van anderhalf uur door de verlichte grachten van Amsterdam. De in ruime mate aanwezige rode of witte wijn, jus d'orange en ijswater, geserveerd met diverse Hollandse kazen en noten brengen u in de juiste stemming! Tijdens deze cruise wordt er ook een stadswandeling door het Amsterdamse wallengebied gemaakt onder begeleiding van een professionele gids. Tevens bieden wij u een glaasje jenever aan in ons Van Gogh Café. Prijs: € 29.50
Vertrektijden: dinsdag t/m zaterdag, 20:00 D
Museum Line Met dit combinatie ticket krijgt u een rondvaart en stapt u uit nabij het Museumplein. Daarvandaan wandelt u in enkele minuten naar zowel het Rijksmuseum als het Van Gogh Museum. Uw retourtocht vangt aan bij onze opstapplaats schuin tegenover het Rijksmuseum. Gidsenservice: beschikbaar in 15 talen Vertrektijden: elke twee uur Eerste afvaart: 10:00 uur Laatste afvaart: 16:00 uur
E
Prijs: € 12.50
Duur: 2 uur
Prijzen: Volwassene: € 39.00 Kind: € 6.25
WinterMagic Dinner Cruise Geniet van de bijzondere Kerstsfeer op de Amsterdamse grachten. Op de mooiste boten van Amsterdam serveren we een compleet vijfgangen diner. Het menu is speciaal ontworpen om lang te genieten van een fantastische vaartocht door het kerstdecor van Amsterdam. Vertrektijden: 21 dec t/m 24 dec en 28 dec t/m 30 dec, 19:30
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
Duur: 2.5 uur
8 / 12
Prijs: € 75.00
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint F
Artis Zoo Express De ideale manier om samen met het gezin een dagje uit te gaan: met de Artis Zoo Express combineert u een bezoek aan de oudste en beroemdste dierentuin van Nederland met een 1 uur durende rondvaart. De Artis Zoo Express vervoert u binnen 20 minuten vanaf het Centraal Station naar Artis. Op de terugweg naar het Centraal Station kunt u genieten van een rondvaart van 35 minuten door de mooie grachten van Amsterdam. Vertrektijden: elk uur Eerste afvaart: 10:00 uur Laatste afvaart: 14:00 uur
Prijzen: Volwassene: € 23.00 Kind van 3 t/m 9 jaar: € 18.00
Bron: www.lovers.nl
Welke rondvaart is / Welke rondvaarten zijn 0
het kortst?
A
B
C
D
E
F
22
het langst?
A
B
C
D
E
F
23
het duurst?
A
B
C
D
E
F
24
voor gezinnen met kinderen bedoeld?
A
B
C
D
E
F
25
niet op elke dag beschikbaar?
A
B
C
D
E
F
26
goedkoper voor kinderen?
A
B
C
D
E
F
27
Welke rondvaart vaart / Welke rondvaarten varen het laatst af?
A
B
C
D
E
F
Op welke rondvaart / Op welke rondvaarten 28
is gidsenservice beschikbaar?
A
B
C
D
E
F
29
wordt eten en/of drank geserveerd?
A
B
C
D
E
F
30
wordt gedurende de vaart uitgestapt?
A
B
C
D
E
F
Max.
Elért
22
23
24
25
26
27
28
29
30
9 írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
9 / 12
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
10 / 12
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
11 / 12
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 13 I. Olvasott szöveg értése 2. feladat 8 3. feladat 9 Feladatpont összesen 30 VIZSGAPONT ÖSSZESEN 33
javító tanár
Dátum: ………………………..
__________________________________________________________________________ pontszáma programba egész beírt egész számra pontszám kerekítve I. Olvasott szöveg értése
javító tanár
Dátum: ………………………..
jegyző
Dátum: ………………………..
Megjegyzések: 1. Ha a vizsgázó a II. írásbeli összetevő megoldását elkezdte, akkor ez a táblázat és az aláírási rész üresen marad! 2. Ha a vizsga az I. összetevő teljesítése közben megszakad, illetve nem folytatódik a II. összetevővel, akkor ez a táblázat és az aláírási rész kitöltendő!
írásbeli vizsga, I. összetevő 1111
12 / 12
2011. október 21.
ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv
HOLLAND NYELV KÖZÉPSZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2011. október 21. 14:00
II. Nyelvhelyesség Időtartam: 30 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
NEMZETI ERŐFORRÁS MINISZTÉRIUM
középszint — írásbeli vizsga 1111 II. Nyelvhelyesség
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához szótár nem használható. A szürke négyzetsor az értékelés számára van fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke négyzetsorba.
írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
2/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 1 Vul op de open plaatsen de juiste vorm van het werkwoord tussen haakjes in. Gebruik het imperfectum (onvoltooid verleden tijd). Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Een man uit Antwerpen weet nu hoe het écht voelt om slapend rijk te worden. Vijf jaar lang (0)
kreeg
(krijgen) hij een salaris, terwijl hij helemaal niet (1) ___________________ (werken).
Dat (2) ___________________ (gaan) zo: bijna dertig jaar geleden (3) ___________________ (beginnen) hij te werken als theatertechnicus voor de stad Antwerpen. De stadsdienst leende hem een vijftal jaar later uit aan een theatergezelschap in dezelfde stad. Daar (4) ___________________ (zeggen) ze hem in 2003 dat ze hem niet meer nodig (5) ___________________ (hebben) en dat hij thuis (6) ___________________ (mogen) blijven. Hij (7) ___________________ (moeten) zich wel ter beschikking houden voor eventuele opdrachten. Dat (8) ___________________ (doen) hij, maar ze (9) ___________________ (geven) hem geen opdrachten. Hij (10) ___________________ (worden) wel heel de tijd uitbetaald. Vijf jaar lang (11) ___________________ (verschijnen) zijn salaris elke maand netjes op zijn bankrekening. Pas toen (12) ___________________ (merken) de personeelsdienst van de stad dat er geld (13) ___________________ (vloeien) naar een mysterieuze werknemer. Een rechter heeft nu beslist dat de man het geld mag houden. Bron: www.taalblad.be, 19 november 2010
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
Max. Elért 13
írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
3/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 2 Maak zinnen van de losse woorden. Elk woord moet gebruikt worden. Als er meerdere juiste mogelijkheden zijn, hoeft u er slechts één aan te geven. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven. Het eerste zinsdeel van elke (bij)zin is als hulp gegeven.
Vlaming is tevreden met zijn buren Een oude volkswijsheid luidt: "Beter een goede buur dan een verre vriend". Dat klopt, want wat doe je als (0)
je pannenkoeken wilt bakken
,
bakken – je – pannenkoeken – wilt maar je hebt net één eitje te kort? Of als je een spijker in de muur moet slaan, maar (14) ________________________________________________________________________ ? de – hamer – je – niet – vindt Dan bel je natuurlijk aan bij je buur, die (15) ___________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________________ . de – helpen – je – kan – misschien – nood – uit Volgens een recent onderzoek zegt tachtig procent van de Vlamingen dat (16) ___________________________________________________________________________ _________________________________________________________________________________ : buren – de – doet – eens – hij – iets – voor – wel de planten water geven, iets uitlenen, enzovoort. Toch (17) __________________________________________________________________________ aan – dertig – geeft – procent dat er een buur is met wie hij wel eens ruzie heeft. Om (18) __________________________________________________________________________ buurtbewoners – de – kennen – leren – te blijken buurtactiviteiten de ideale manier.
írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
4/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Meer (19) _________________________________________________________________________ __________________________________________________________________________________ dan – de – de – helft – ondervraagde – van – Vlamingen – zegt dat er wel eens iets georganiseerd wordt in de buurt. Dankzij de nieuwjaarsreceptie of de buurtbarbecue (20) _____________________________________ __________________________________________________________________________________ de – komen – mensen – te – weten wie er zoal in de straat woont.
14
15
16
17
18
19
20
Max.
Elért
7 írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
5/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 3 Vul op de open plaatsen een vraagwoord in. Als er meerdere juiste mogelijkheden zijn, hoeft u er slechts één in te vullen. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Loesje is 10 jaar oud en woont in Zuid-Afrika. Reporter: (0) Loesje:
Waarom
woon je Zuid-Afrika?
Mijn papa en mama hebben hier een reisbureau.
Reporter: (21) __________________ ben je geboren? Hier of in Nederland? Loesje:
Hier, in Zuid-Afrika.
Reporter: (22) __________________ vind je het om hier te wonen? Loesje:
Ik vind het hier prachtig: het is lekker warm weer, de mensen zijn lief en er zijn fantastische stranden.
Reporter: (23) __________________ taal spreek je? Loesje:
Ik spreek Engels. We leren ook de lokale taal, Xhosa en Afrikaans, dat op Nederlands lijkt. Toen ik 10 werd mocht ik een maand alleen naar Nederland. Ik vond het heel leuk. Ik ben mee geweest naar school en ik heb geschaatst. Het was super, maar wel koud!
Reporter: (24) __________________ heb je toen gelogeerd? Loesje:
Bij mijn opa en oma en bij vriendjes die hier gewoond hebben en nu in Nederland wonen.
Reporter: (25) __________________ bijzondere dieren zijn er in Zuid-Afrika? Loesje:
Oh, heel veel! We hebben veel wilde dieren: leeuwen, giraffes, zebra’s, olifanten, krokodillen en neushoorns.
Reporter: (26) __________________ zal je missen als je ooit weg zou gaan uit Zuid-Afrika? Loesje:
Alles! Vooral mijn vrienden en mijn prachtige huis. Maar we blijven lekker hier!
Reporter: (27) __________________ blijf je hier nog wonen, denk je? Loesje:
Ik blijf hier voor altijd!
Naar www.wereldkids.nl
21
22
23
24
25
26
27
Max.
Elért
7 írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
6/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
Név: ........................................................... osztály:......
7/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 13 II. Nyelvhelyesség 2. feladat 7 3. feladat 7 Feladatpont összesen 27 VIZSGAPONT ÖSSZESEN 18
javító tanár
Dátum: ………………….
__________________________________________________________________________ pontszáma programba egész beírt egész számra pontszám kerekítve I. Olvasott szöveg értése II. Nyelvhelyesség
javító tanár
jegyző
Dátum: ……………………….
Dátum: ……………………….
Megjegyzések: 1. Ha a vizsgázó a III. írásbeli összetevő megoldását elkezdte, akkor ez a táblázat és az aláírási rész üresen marad! 2. Ha a vizsga a II. összetevő teljesítése közben megszakad, illetve nem folytatódik a III. összetevővel, akkor ez a táblázat és az aláírási rész kitöltendő!
írásbeli vizsga, II. összetevő 1111
8/8
2011. október 21.
ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv
HOLLAND NYELV KÖZÉPSZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2011. október 21. 14:00
III. Hallott szöveg értése Időtartam: 30 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
NEMZETI ERŐFORRÁS MINISZTÉRIUM
középszint — írásbeli vizsga 1111 III. Hallott szöveg értése
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához szótár nem használható. A szürke négyzetsor az értékelés számára van fenntartva. Kérjük, ne írjon a szürke négyzetsorba.
írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
2/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Welkom bij het luistergedeelte van het eindexamen. U gaat nu het luistermateriaal en de instructies beluisteren. De opdrachten en de bijbehorende instructies vindt u in dit tekstboekje. •
Er zijn drie opdrachten. Elk fragment zal twee keer worden afgespeeld.
•
Ieder fragment begint met een muziekje. Daarna hoort u de instructies bij de opdracht. (U kunt de instructies ook meelezen in het tekstboekje).
•
Na deze instructies is er iedere keer een stilte. U kunt deze tijd gebruiken om de opdracht in het tekstboekje goed door te lezen voordat de tekst wordt afgespeeld.
•
Vervolgens wordt het fragment in zijn geheel afgespeeld.
•
Na alweer een korte stilte, krijgt u het fragment voor de tweede keer te horen. Dit keer is het fragment echter opgedeeld in kortere stukjes. Na ieder stukje krijgt u de tijd om uw antwoorden op te schrijven. Natuurlijk kunt u uw antwoorden ook opschrijven terwijl u naar het fragment luistert.
•
Aan het eind van de opdracht krijgt u ook nog de tijd om al uw antwoorden na te kijken.
De volledige test duurt 30 minuten. Succes!
írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
3/8
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint OPDRACHT 1
In dit fragment gaat u luisteren naar enkele alledaagse gesprekken. Het is uw taak om te bepalen welk gesprek waar plaatsvindt en de letters van de gesprekken bij de daarbijhorende nummers te schrijven. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
A In een café B
In de bus
C Op het postkantoor D In een groentewinkel E
In de bibliotheek
F
Aan de kassa van een theater
G Bij de huisarts
1
0
2
3
4
5
6
C
1
2
3
4
5
6
Max.
Elért
6 írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
4/8
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint OPDRACHT 2
Dit fragment gaat over het schrikkeljaar. Het is uw taak om de onderstaande vragen in een paar woorden te beantwoorden. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Waar gaat de tekst over? 0
over het schrikkeljaar / de schrikkeldag
.
Welke dag is de schrikkeldag? 7 _____________________________________________________________________________ Wat is de schrikkeldag? 8 _____________________________________________________________________________ Uit hoeveel dagen en hoeveel uur bestaat een jaar? 9 _____________________________________________________________________________ Hoeveel dagen zijn er in een schrikkeljaar? 10 _____________________________________________________________________________ Om de hoeveel jaar hebben we een schrikkeljaar? 11 _____________________________________________________________________________ Was 2010 een schrikkeljaar? 12 _____________________________________________________________________________ In welk land mogen vrouwen op de schrikkeldag een huwelijksaanzoek doen? 13 _____________________________________________________________________________
7
8
9
10
11
12
13
Max.
Elért
7 írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
5/8
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint OPDRACHT 3
In dit fragment gaat u luisteren naar een interview met een model waarover ware en onware uitspraken worden gedaan. Het is uw taak om aan te geven welke uitspraak waar en welke uitspraak onwaar is door bij elke uitspraak een X op de juiste plaats te zetten. Vraag 0 is als voorbeeld gegeven.
Waar
Onwaar
X
0 Christien Veldhoven is een negentien jaar oud model.
14 Christien vindt het heel leuk om model te zijn.
15 Modellenbureaus vinden Christien lelijk.
16 Christien vindt andere modellen lelijk.
17 Tegenwoordig moeten alle modellen maat 34 hebben.
18 Op de dag voor een fotoshoot gaat Christien vroeg naar bed.
19 Als Christien naar een fotoshoot moet, gaat ze met de trein.
20 De meeste fotoshoots duren uren lang. 21 Behalve fotoshoots horen ook andere activiteiten bij het werk van een model. 22 Christien wil zo lang mogelijk als model blijven werken.
23 Christien denkt dat ze nooit gaat trouwen.
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
Max.
Elért
10
írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
6/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
Név: ........................................................... osztály:......
7/8
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint
maximális elért pontszám pontszám 1. feladat 6 III. Hallott szöveg értése 2. feladat 7 3. feladat 10 Feladatpont összesen 23 VIZSGAPONT ÖSSZESEN 33
javító tanár
Dátum: …………………………
__________________________________________________________________________
pontszáma programba egész beírt egész számra pontszám kerekítve I. Olvasott szöveg értése II. Nyelvhelyesség III. Hallott szöveg értése
javító tanár
Dátum: ………………….
jegyző
Dátum: ………………….
Megjegyzések: 1. Ha a vizsgázó a IV. írásbeli összetevő megoldását elkezdte, akkor ez a táblázat és az aláírási rész üresen marad! 2. Ha a vizsga a III. összetevő teljesítése közben megszakad, illetve nem folytatódik a IV. összetevővel, akkor ez a táblázat és az aláírási rész kitöltendő!
írásbeli vizsga, III. összetevő 1111
8/8
2011. október 21.
ÉRETTSÉGI VIZSGA ● 2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv
HOLLAND NYELV KÖZÉPSZINTŰ ÍRÁSBELI VIZSGA 2011. október 21. 14:00
IV. Íráskészség Időtartam: 60 perc
Pótlapok száma Tisztázati Piszkozati
NEMZETI ERŐFORRÁS MINISZTÉRIUM
középszint — írásbeli vizsga 1111 IV. Íráskészség
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Fontos tudnivalók A feladatsor megoldásához nyomtatott szótár használható.
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
2/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 1 U hebt onderstaande uitnodiging ontvangen.
KOM JIJ OOK? DAN VIEREN WE SAMEN DE VERJAARDAG VAN
MICHIEL!
DATUM 17 JUNI 2011 TIJD 19:00 UUR LOCATIE EIKENLAAN 34 GRAAG ANTWOORD AAN
[email protected] OF elze *
[email protected] ORGANISATOREN BERT EN ELZE ALLE IDEEËN ZIJN WELKOM
Bron: www.uitnodiging.nl
Schrijf een e-mail van 50-80 woorden aan Bert of Elze waarin u 1. 2. 3. 4.
hen bedankt voor de uitnodiging; vertelt dat u zal komen; vraagt wat voor eten en drinken u mee moet brengen; een voorstel doet voor een progammapunt of spelletje.
U begint uw brief met: Hallo ...,
___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
3/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
4/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
OPDRACHT 2 Werk één van de twee volgende opdrachten (dus A of B) uit: A Bekijk de onderstaande serie tekeningen en schrijf een verhaal van 80-120 woorden met de titel: Meneer en mevrouw De Groot gaan een avondje uit.
B U hebt tijdens uw vakantie enkele nachten in een Nederlands hotel geslapen. Als u thuiskomt, merkt u dat u uw horloge bent vergeten. U schrijft een brief van 80-120 woorden aan de directie van het hotel. In uw brief: 1. vertelt u wie u bent en waarom u schrijft; 2. schrijft u in welke periode u in het hotel was en welke kamer u had; 3. zegt u waar in de hotelkamer het horloge volgens u is blijven liggen (u geeft twee mogelijke locaties aan); 4. vraagt u of het horloge opgestuurd kan worden (u zegt dat u de kosten zult betalen); 5. vertelt u waarom u het horloge beslist terug wilt hebben en bedankt u de directie voor de moeite. U begint uw brief met: Geachte mevrouw/meneer,
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
5/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
Geef aan of u opdracht A of opdracht B heeft gekozen.
___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
6/8
2011. október 21.
Holland nyelv — középszint
Név: ........................................................... osztály:......
___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
7/8
2011. október 21.
Név: ........................................................... osztály:......
Holland nyelv — középszint
Feladat
1.
2.
maximális pontszám A feladat teljesítése és a szöveg hosszúsága 5 Érthetőség, nyelvi megformálás 5 Íráskép 1 1. feladat összesen 11 5 A feladat teljesítése, a megadott szempontok követése Hangnem, az olvasóban keltett benyomás 2 Szövegalkotás 4 Szókincs, kifejezésmód 5 Nyelvhelyesség, helyesírás 5 Íráskép 1 2. feladat összesen 22 VIZSGAPONT ÖSSZESEN 33 Értékelési szempont
elért pontszám
javító tanár
Dátum: ……………………….
__________________________________________________________________________
pontszáma programba egész beírt egész számra pontszám kerekítve I. Olvasott szöveg értése II. Nyelvhelyesség III. Hallott szöveg értése IV. Íráskészség
javító tanár
Dátum: ………………….
írásbeli vizsga, IV. összetevő 1111
jegyző
Dátum: …………………
8/8
2011. október 21.