Kinderen uit nieuwe gezinnen Een hulpmiddel bij de opmaak van een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
Onze maatschappij wordt steeds meer geconfronteerd met het verschijnsel van de ‘nieuwe gezinnen’. Dit zet heel wat scholen ertoe aan zich te bezinnen over de manier waarop ze met deze realiteit willen omgaan. Sommige scholen gaan verder en maken een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’ op. Dit artikel wil een checklist aanbieden van mogelijke aandachtspunten voor zo’n schoolplan.
Wat zijn ‘nieuwe gezinnen’?
Ludo Driesen is klinisch psycholoog en gedragstherapeut. Hij is werkzaam in het CGG/LITP Campus Noord-Limburg te Overpelt. In 2002 publiceerde hij bij Garant ‘Kinderen en echtscheiding. Lees- en werkboek voor echtscheidingskinderen, ouders en begeleiders’ en onlangs ‘Ik wil mama én papa, allebei! Over echtscheiding, verwerking, loyaliteit en hulpverlening.’
Eenoudergezinnen zijn gezinnen met één ouder, als gevolg van een echtscheiding, het overlijden van een ouder of de bewuste keuze van de moeder om alleen
Caleidoscoop jg. 26 nr. 1
Ludo Driesen
Lang niet alle kinderen komen uit een kerngezin, een gezin met beide ouders en hun biologische kinderen of adoptiekinderen. Een op de vijf kinderen uit de lagere school komt uit een nieuw gezin. In het secundair onderwijs zijn er dat nog meer! Nieuwe gezinnen zijn eenoudergezinnen, stiefgezinnen, samengestelde gezinnen, co-oudergezinnen, roze gezinnen.
Kinderen uit nieuwe gezinnen. Een hulpmiddel bij de opmaak van een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
15
te blijven met haar kinderen. We kunnen spreken van moedergezinnen of vadergezinnen. In stiefgezinnen heeft een ouder een nieuwe partner. Het kan dan gaan om een stiefvadergezin met de moeder en een nieuwe vader of om een stiefmoedergezin, met een vader en een nieuwe moeder. Bij samengestelde gezinnen horen ook nog eens de kinderen van de stiefouder of hebben de ouder en de stiefouder op hun beurt samen kinderen. Soms verblijven echtscheidingskinderen bij een ouder en gaan ze bij de ander op bezoek. Bij co-oudergezinnen verblijven de kinderen evenveel bij vader als bij moeder. Roze gezinnen zijn gezinnen met twee ouders van hetzelfde geslacht. Er zijn ook kinderen die in een pleeggezin wonen en kinderen die in een instelling verblijven.
Een opdracht vol emoties De kinderen uit deze nieuwe gezinnen zijn dus bijna altijd echtscheidingskinderen. Ze hebben drie zeer belangrijke emotionele taken te vervullen: de echtscheiding van hun ouders verwerken, zich mogelijk aanpassen aan de nieuw samengestelde gezinnen met bijkomende ouders en misschien ook aan bijkomende broertjes en zusjes, en een evenwicht zien te vinden in hun loyaliteitsgevoelens tegenover al deze ouderfiguren.
Echtscheiding verwerken
Alle echtscheidingskinderen moeten sowieso door een verwerkingsproces van het echtscheidingsgebeuren. Kinderen verliezen door de echtscheiding de eenheid van hun gezin, de veiligheid en de geborgenheid van het nest waarin zij hun ontwikkeling zouden doormaken. Dit verwerkingsproces roept allerlei pijnlijke gevoelens op als boosheid, angst, verdriet, eenzaamheid, schuld. Zo’n verwerkingsproces kan uiteindelijk toch wel leiden tot een aanvaarding.
Aanpassen Caleidoscoop jg. 26 nr. 1
16
Ongevraagd en soms ook totaal onvoorbereid komen sommige kinderen dan nog eens in een nieuw gezin terecht. Soms gebeurt dat tegelijkertijd met de scheiding zelf. Zij worden geconfronteerd met nieuwe mensen om wie zij niet vragen. Deze nieuwe mensen dringen zich zomaar binnen in hun leven. Plots
moet het kind (een deel van) zijn verzorging krijgen van een persoon met wie het tot voor kort geen enkele emotionele band had. Plots moet het gehoorzamen aan een volwassene aan wie het helemaal geen boodschap heeft. Het moet zijn tijd en zijn ruimte delen met kinderen die het van haar noch pluim kent. De organisatie van zijn leven werd door de scheiding al behoorlijk door elkaar gegooid, maar nu wordt het nog erger. Deze kinderen moeten met steeds meer mensen in zowat alles wat ze doen rekening houden, of ze die mensen nu graag zien of niet, of ze dat nu willen of niet. Kinderen moeten al die veranderingen incasseren en ook dat kan slagen.
Loyaliteitsconflicten
Kinderen in echtscheidingssituaties lopen op verschillende fronten gevaar om in een loyaliteitsconflict terecht te komen. Eerst en vooral ligt het risico op een loyaliteitsconflict tegenover hun ouders op de loer. Vaak worden kinderen
gedwongen te kiezen aan welke ouder zij hun loyaliteit kunnen/moeten/ mogen betuigen. Het gevaar op een loyaliteitsconflict is inherent aan een echtscheiding. Als deze kinderen dan in nieuw samengestelde gezinnen moeten opgroeien, kunnen zij ook in een loyaliteitsconflict tegenover hun ouders versus hun stiefouders belanden. Zij kunnen (soms) het gevoel krijgen dat ze moeten kiezen tussen bijvoorbeeld hun vader en hun stiefvader. Doorgaans zal bij zo’n kind de loyaliteit aan zijn vader zwaarder doorwegen. Maar de loyaliteit die dat kind naar zijn moeder toe voelt kan ervoor zorgen dat het zich (op sommige momenten) verplicht voelt eerder voor de partner van moeder, de stiefvader dus, te kiezen dan voor zijn vader. Zo worden de loyaliteitsgevoelens van kinderen voortdurend heen en weer geslingerd. Soms wordt kinderen deze loyaliteitsconflicten bespaard of komen ze maar in beperkte mate voor.
BOX 1. HOE STAAT ONZE SCHOOL TEGENOVER HET NIEUWE GEZIN? Nieuwe gezinnen zijn gewone verschijnselen geworden. Als de school erin slaagt om deze visie uit te stralen en kinderen en hun ouders voelen dat de school hun ‘ongewoon’ gezin beschouwt als een normale variant van het gezinsleven, verhoogt dat in aanzienlijke mate hun veiligheidsgevoel en vertrouwen. 1. Onze school staat open voor nieuwe gezinnen - We beschouwen nieuwe gezinnen als gewone gezinnen. - We laten vooroordelen tegenover het nieuwe gezin vallen en spreken er in positieve bewoordingen over. - We bestrijden de vooroordelen van medeleerlingen, leerkrachten en ouders tegenover nieuwe gezinnen en zijn alert voor discriminatie. 2. Onze school communiceert helder - We kondigen uitdrukkelijk aan dat we kinderen uit nieuwe gezinnen als gewone kinderen beschouwen. - We maken ons schoolplan publiekelijk bekend. - We gebruiken daarvoor onze website, onze schoolbrochure, ons schoolreglement enzovoort. 3. Onze school informeert zich over de echtscheidingswetgeving en de regels over omgang met privacygevoelige aangelegenheden - We zijn op de hoogte van de wetten op het gezags- en verblijfsco-ouderschap1. - We zijn in het bijzonder op de hoogte van de gevolgen van deze wetten voor de school2. - Wij houden rekening met de richtlijnen i.v.m. de behandeling van privacygevoelige aangelegenheden3. - We houden bij de omgang met ouders en kinderen rekening met alle opgesomde reglementeringen.
Kinderen uit nieuwe gezinnen. Een hulpmiddel bij de opmaak van een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
Zowel het verwerkings- en aanvaardingsproces als het loyaliteitsconflict kunnen kinderen ernstige emotionele moeilijkheden bezorgen. De houding van de omgeving bepaalt in hoge mate of en hoe de kinderen deze problemen kunnen hanteren. De belangrijkste personen zijn uiteraard de ouders en de stiefouders zelf. Hoe helpen zij kinderen het verdriet van de scheiding te verwerken? Hoe helpen zij de kinderen zich aan te passen aan de nieuwe gezinssituatie? In welke mate dwingen zij kinderen emotionele keuzes tussen (al!) hun ouders te maken. De school kan hier ook een rol spelen. Daarom is het goed dat de leerkrachten nadenken over de manier waarop zij met de kinderen en de ouders uit deze nieuwe gezinnen omgaan. De reactie van de school kan de geschetste emotionele problematiek van de kinderen nog versterken, dan wel juist verzachten. We mogen van de school niet verwachten dat zij de emotionele problemen van de kinderen oplost, maar haar invloed mag niet onderschat worden. Om beter tegemoet te komen aan de zorgen van de kinderen, kan de school een strategie bedenken. Ze kan een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’ opmaken. Zo’n Schoolplan Nieuwe Gezinnen heeft verschillende elementen. Daarbij kan in de eerste plaats gedacht worden aan de algemene houding van de school tegenover nieuwe gezinnen (zie box 1), de omgang met de ouders (zie box 2) en de omgang met de kinderen (zie box 3). In een weloverwogen houding tegenover gezinnen, ouders en kinderen kan de school tegemoet komen aan de emotionele verzuchtingen van de kinderen uit nieuwe gezinnen. Ter inspiratie worden voor de opmaak van een Schoolplan Nieuwe Gezinnen voor deze drie elementen (nl. houding tegenover nieuwe gezinnen, omgang met ouders, omgang met kinderen) een reeks tips aangeboden. Ik ben ervan overtuigd dat in veel scholen al mooi werk geleverd wordt om kinderen uit nieuwe gezinnen goed op te vangen. Daarom kan men deze tips opvatten als een checklist, die ook inspiratie biedt voor wie het nog beter wil doen.
BOX 2. HOE GAAT DE SCHOOL OM MET DE OUDERS? Samenwerking tussen school en ouders is belangrijk, maar in de praktijk niet altijd vanzelfsprekend. Sommige leerkrachten zijn bang om zich te bemoeien met de thuissituatie. Sommige ouders willen dat ook niet. Andere willen dit juist heel graag. Er zijn ook heel wat leerkrachten die hun leerlingen graag willen helpen. We mogen niet vergeten dat elk kind zijn huiselijke problemen op de een of andere manier meebrengt naar school en de leerkracht er willens nillens mee wordt geconfronteerd. Die samenwerking tussen ouders en leerkracht kan op allerlei manieren bevorderd worden. 1. -
Onze school informeert zich over elk kind We kennen de gezinssituatie van elk kind. We verzamelen de informatie over de gezinssituatie van het kind uitsluitend bij de ouders. We weten welke ouder(s) het ouderlijk gezag heeft (hebben). We zijn in geval van echtscheiding op de hoogte van de precieze omgangsregeling van elk kind. We weten welke ouder toestemming moet/mag geven voor belangrijke beslissingen over het kind, zoals inschrijving, keuze godsdienst, deelname schooluitstappen enzovoort. We weten welke ouder(s) de schoolrekeningen krijgen. We weten wie het kind op welk moment van de week mag ophalen. We leggen hierover een lijst aan die door elk lid van het schoolteam kan geraadpleegd worden. We spreken met de ouders af wie van hen afwijkingen/wijzigingen mag melden. We weten wie we in geval van calamiteiten mogen/moeten verwittigen. We kennen de coördinaten van deze personen. We houden rekening met de gevolgen van de echtscheidingswetgeving voor het opvragen van informatie aan ouders, zoals omschreven in de Omzendbrief ‘Ouderlijk gezag in onderwijsaangelegenheden’2.
2. Onze school respecteert het recht op informatie van beide ouders - We weten welke ouder wel/geen gezag heeft over de kinderen. - We weten welke ouders wel/geen recht op informatie over de kinderen hebben zoals schoolrapporten, problemen, maatregelen, ongelukken, enzovoort en over schoolactiviteiten zoals oudercontacten, uitzonderlijke vrije dagen, studiedagen voor leerkrachten, uitstappen, schoolfeesten enzovoort. - We respecteren dat recht op informatie. - We weten op welke manier de ouders het best worden geïnformeerd (persoonlijk, telefonisch, per mail enzovoort). - We verstrekken zelf systematisch alle informatie aan beide ouders. - We lichten beide ouders in ieder geval in als er een regeling van verblijfsco-ouderschap geldt. - We nodigen beide ouders samen uit voor een oudercontact. - We stimuleren de ouders om samen naar de oudercontacten te komen. We respecteren een eventuele weigering van (een der) ouders. We ontvangen dan iedere ouder afzonderlijk. - We laten beide biologische ouders schriftelijk verklaren of de stiefouders al dan niet geïnformeerd mogen worden, aanwezig mogen zijn bij de oudercontacten enzovoort. - We houden rekening met de gevolgen van de echtscheidingswetgeving voor het doorgeven van informatie aan ouders, zoals omschreven in de Omzendbrief ‘Ouderlijk gezag in onderwijsaangelegenheden’2. 3. Onze school verwacht dat de ouders ons relevante informatie verschaffen Wij verwachten van de ouders dat zij: - bij de inschrijving van hun kinderen op school alle noodzakelijke informatie over het kind en zijn gezin meedelen; - de gezinssamenstelling en eventuele wijzigingen daarin doorgeven; - de school op de hoogte houden van de manier waarop het ouderlijk gezag is geregeld, wie beslissingsrecht heeft, wie informatie over de kinderen moet/mag krijgen, en eventuele wijzigingen daarin; - de omgangsregeling meedelen, de afspraken over het ophalen van de kinderen, en eventuele wijzigingen daarin; - ons doorgeven op welke concrete wijze zij het best worden geïnformeerd (persoonlijk, telefonisch, per mail enzovoort); - de school schriftelijk meedelen of zij er al dan niet mee akkoord gaan dat stiefouders informatie krijgen, en eventuele wijzigingen daarin. Wij spreken deze verwachtingen met de ouders door.
Kinderen uit nieuwe gezinnen. Een hulpmiddel bij de opmaak van een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
Caleidoscoop jg. 26 nr. 1
De school kan helpen: een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
17
Van checklist naar schoolplan 4. Onze leerkrachten hebben respect voor de loyaliteitsgevoelens van de kinderen - We laten ons in het contact met de ouders leiden door respect voor de loyaliteit van de kinderen aan hun beide ouders. - We spreken in positieve bewoordingen over alle ouders van de kinderen. - We nemen in geval van conflicten tussen de ouders een neutrale houding aan, stellen ons meerzijdig partijdig op en houden de belangen van alle partijen voor ogen, ook die van de kinderen. - We gaan ervan uit dat alle ouders goed voor hun kinderen zorgen, tot het tegendeel bewezen is. - We staan niet toe dat de ene ouder klachten over de andere ouder met ons in aanwezigheid van de kinderen bespreekt. 5. -
Onze leerkrachten hebben respect voor de stiefouders We betonen respect voor de rol van stiefouders. We spreken in positieve bewoordingen over stiefouders. We betrekken stiefouders in de informatieoverdracht, doch enkel als zij van beide biologische ouders de schriftelijke toestemming hiervoor hebben gekregen.
6. -
Onze leerkrachten bieden hulp aan de ouders We signaleren problemen van kinderen aan de ouders en spreken onze ongerustheid uit. We geven ook positieve elementen aan. We geven aan dat niet alle problemen noodzakelijk samenhangen met de nieuwe gezinssituatie. We vragen aan de ouders of zijzelf een relatie zien tussen de problemen van het kind op school en de gezinssituatie. We nemen bij gesprekken over conflicten tussen de ouders een luisterende houding aan. We laten persoonlijke ervaringen niet meespelen in het beoordelen van de gezinssituatie. We maken de ouders duidelijk welke hulp de school wel kan bieden, zoals het begeleiden van het leerproces, het bieden van beperkte hulpverlening enzovoort, en welke niet, zoals het kind psychotherapeutisch behandelen, bemiddelen tussen de ouders, verlenen van juridisch advies enzovoort. We verwijzen naar specialisten (zoals het CLB) van zodra de hulpvraag onze competenties overstijgt.
-
-
Ik ben ervan overtuigd dat heel wat scholen niet alleen al hebben nagedacht over hoe ze zich wensen te verhouden tot nieuwe gezinnen. Heel wat scholen hebben een eigen praktijk ontwikkeld over hun omgang met nieuwe gezinnen. Sommige hebben zelfs een tekst – een Schoolplan Nieuwe Gezinnen - opgemaakt en geïntegreerd in hun andere beleidsdocumenten. In deze teksten zullen ongetwijfeld heel wat van de tips uit de checklist terug te vinden zijn. Bovendien zullen deze ontwikkelde Schoolplannen Nieuwe Gezinnen nog andere belangrijke elementen bevatten die niet in deze checklist voorkomen. Om een haalbaar Schoolplan Nieuwe Gezinnen op te maken, is het aan te raden alle relevante partijen te betrekken: de directie, de leerkrachten, de administratief medewerkers, maar ook de ouders. Deskundigen zoals collega’s uit scholen die al aan zo’n schoolplan gewerkt hebben, CLB-medewerkers en andere hulpverleners kunnen eveneens een belangrijke bijdrage leveren. Om af te sluiten is de volgende bedenking nog belangrijk. Misschien krijgen alle elementen uit de checklist de goedkeuring van alle betrokkenen binnen en buiten de school, toch gaat het hier in wezen om een emotionele kwestie. Een ‘houding’ is een mengeling van inzichten en gevoelens. Inzichten veranderen is al niet gemakkelijk, gevoelens veranderen is nog veel moeilijker. Toch kan een school door een doorgedreven en volgehouden boodschap ook de gevoelens van de betrokkenen ‘overtuigen’ en zo stilaan groeien naar een houding die uiteindelijk heilzaam is voor de soms ernstig gekwetste kinderen uit nieuwe gezinnen.
Caleidoscoop jg. 26 nr. 1
18
Foto: Ned Horton
Kinderen uit nieuwe gezinnen. Een hulpmiddel bij de opmaak van een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
Leerkrachten zijn bijzondere figuren in het leven van – alle! – kinderen en kunnen voor echtscheidingskinderen van grote betekenis zijn. De veranderingen die een overgang van een kerngezin naar een nieuw gezin met zich meebrengen, veroorzaken heel wat stress bij kinderen. Bij vele kinderen is die overgang stressvoller dan die van de scheiding van hun ouders! Gelukkig kunnen leerkrachten hulp bieden. 1. Onze leerkrachten tonen respect voor de loyaliteitsgevoelens van de kinderen - We gaan ervan uit dat kinderen aanhankelijk en trouw zijn aan hun beide ouders. - We spreken met kinderen in louter positieve bewoordingen over hun ouders. - Als we met het kind in gesprek gaan over hun nieuwe gezin, spreken we het kind niet alleen aan over zijn (biologische) ouders, broers en zussen, maar ook over zijn stiefouders, stiefbroers en -zussen. - We zorgen voor gepaste attenties voor ouders en stiefouders bij feesten als Nieuwjaar,Vader- en Moederdag, zodat kinderen hun gevoelens zorgeloos kunnen uiten naar al hun (stief)ouders. 2. Onze leerkrachten bieden klassikale hulp aan de kinderen - We geven aan alle kinderen van de klas feitelijke informatie over nieuwe gezinnen in onze maatschappij. - We besteden aandacht aan de beleving van kinderen van nieuwe gezinnen. - We maken gebruik van beschikbare didactische werkvormen en technieken als gewone lessen, kringgesprekken, creatieve technieken als tekenen, schilderen, knutselen, verhalen maken, poppenkast, werken met poppetjes en blokjes, rollenspel, voorlezen, presentatie van kinderboeken, het maken van een genogram enzovoort4. - We zien erop toe dat kinderen elkaar accepteren en trachten pesterijen te voorkomen. - We zorgen voor een aangename sfeer in de klas waardoor elk kind er zich behaaglijk kan voelen. 3. Onze leerkrachten bieden individuele zorg voor de kinderen - We zijn op de hoogte van de gezinssituatie van elk kind en laten dit het kind ook blijken. - We proberen in te schatten hoe elk kind zijn nieuw gezin beleeft. - We luisteren naar kinderen die met hun verhaal over hun nieuwe gezin bij ons aankloppen en bieden hen troost en steun. - We nemen zelf het initiatief om kinderen aan te spreken die met gedragsproblemen of emotionele problemen kampen. - We respecteren de weigering van kinderen om over hun gezinssituatie te praten. - We houden deze kinderen in de gaten en geven aan dat ze ons altijd mogen aanspreken. - We geven aan dat we beschikbaar zijn en blijven voor alle kinderen met problemen. - We geven aan dat we kinderen accepteren in welke gezinsvorm zij ook leven.
LITERATUUR AMELINCKX,V. EN ARTEVELDEHOGESCHOOL. GENT (2009). http://nieuwegezinsvormen.be over didactische werkvormen nieuwe gezinnen in Vlaanderen. BELGISCH STAATSBLAD (1995-06-03). 13 april 1995. – Wet betreffende de gezamenlijke uitoefening van het ouderlijk gezag. BELIËN, B., & SCHOKKAERT, J. (2009). Vertel ik het? En tegen wie? Omgaan met privacygevoelige gegevens op school. Interview. Caleidoscoop, 21 (6), 16-20. CALLENS, N. (2006). Begeleiding van kinderen, jongeren en hun ouders tijdens en na een scheiding. Caleidoscoop, 18(2), 2-6. DESMET, N. (2005). Co-ouderschap, echtscheiding en school. Caleidoscoop, 17 (3), 10-15. DRIESEN, L., & VAN DORMAEL, R. (2005). Minidossier Echtscheiding. Kleuters en ik, 21(4), 2-9. DRIESEN, L. (2006). Kinderen en echtscheiding. Lees- en werkboek voor echtscheidingskinderen, ouders en begeleiders. Antwerpen-Apeldoorn: Garant. DRIESEN, L. (2007). Het loyaliteitsconflict bij echtscheidingskinderen nader bekeken. Caleidoscoop, 19 (1), 24-31. DRIESEN, L. (2012). Ik wil mama én papa, allebei. Over echtscheiding, verwerking, loyaliteit en hulpverlening. Antwerpen-Apeldoorn: Garant. EDULEX (2005). Omzendbrief Ouderlijk gezag in onderwijsaangelegenheden. HAVERKORT, C., & SPRUYT, E. (2012). Kinderen uit nieuwe gezinnen. Handboek voor school en begeleiding. Tielt: Lannoo Campus. VVKSO. Leerlingbegeleiding – communiceren over privacygevoelige informatie. VVKSO Mededeling M-VVKSO-2009-017.
1 Zie Belgisch Staatsblad (1995-06-03). 13 april 1995. – Wet betreffende de gezamenlijke uitoefening van het ouderlijk gezag. 2 Zie Edulex (2005). Omzendbrief Ouderlijk gezag in onderwijsaangelegenheden. 3 Zie VVKSO (2009). Leerlingbegeleiding – communiceren over privacygevoelige informatie. VVKSO Mededeling M-VVKSO-2009-017. 4 Zie o.m. Amelinckx, V. en Arteveldehogeschool Gent (2009). http://nieuwegezinsvormen.be over didactische werkvormen nieuwe gezinnen in Vlaanderen.
4. Onze leerkrachten verwijzen door naar de gespecialiseerde hulpverlening - We hebben oog voor ernstige problemen bij kinderen. - We bespreken onze ongerustheid over ernstige problemen met collega’s. - We spreken de ouders aan wanneer wij ons ongerust maken over hun kinderen. - We verwijzen het kind en zijn ouders voor verdere hulp op de eerste plaats door naar het CLB. - We verwachten van de CLB-medewerkers dat zij het kind en zijn ouders desgevallend naar meer gespecialiseerde hulp verwijzen. - We houden rekening met de regels over het doorgeven van privacygevoelige informatie aan ouders en leerkrachten, zoals omschreven in Mededeling M-VVKSO-2009-017 3.
Kinderen uit nieuwe gezinnen. Een hulpmiddel bij de opmaak van een ‘Schoolplan Nieuwe Gezinnen’
Caleidoscoop jg. 26 nr. 1
BOX 3. HOE GAAT DE SCHOOL OM MET DE KINDEREN?
19