Inspectierapport Kinderopvang Maikids Almere (BSO) Goudsbloemweg 4 1338RL ALMERE Registratienummer 160643740
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Flevoland Almere 27-01-2015 Jaarlijks onderzoek Definitief 26-02-2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................... 3 Observaties en bevindingen .................................................................................................. 4 Pedagogisch klimaat ........................................................................................................ 4 Personeel en groepen ....................................................................................................... 6 Veiligheid en gezondheid .................................................................................................. 7 Accommodatie en inrichting .............................................................................................. 8 Inspectie-items ................................................................................................................... 9 Gegevens voorziening ......................................................................................................... 12 Gegevens toezicht .............................................................................................................. 12 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ............................................................................. 13
2 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld. Met behulp van het model risicoprofiel zijn de inspectieactiviteiten bepaald. Deze inspectieactiviteiten richten zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties, of indien hier een andere aanleiding toe is. Beschouwing Algemene gegevens: Maikids Almere is een organisatie voor kinderopvang met een kinderdagverblijf en een buitenschoolse opvang in één pand. Het is gelegen in een woonwijk in Almere-Buiten. De buitenschoolse opvang vindt plaats in één grote ruimte. De ruimte is ingedeeld met een centrale keuken in het midden, twee grote tafels en diverse speelhoeken. De peuters van het kinderdagverblijf maken ook gebruik van deze ruimte tijdens de peuteropvang. Inspectie geschiedenis: Tijdens de jaarlijkse inspecties in 2013 en 2014 zijn er geen overtredingen geconstateerd. Huidige inspectie: Op 27 januari 2015 heeft er een onaangekondigde inspectie plaatsgevonden. Er zijn 2 beroepskrachten aanwezig die recent op deze locatie zijn gaan werken. De sfeer is open, de beroepskrachten geven uitleg over de werkzaamheden en de gemaakte werkafspraken. Op het moment van inspectie is niet voldaan aan alle voorwaarden met betrekking tot de domeinen veiligheid en gezondheid en personeel. In het kader van overleg en overreding heeft de houder de gelegenheid gekregen de overtredingen voor 17 februari 2015 op te heffen. Overleg en overreding: Op 17 februari 2015 heeft er een tweede inspectie plaatsgevonden. Tijdens dit inspectiebezoek is ook de teamcoach aanwezig. De beroepskrachten geven een duidelijke toelichting op de aanwezige documenten. Met de teamcoach is het beleid veiligheid en gezondheid en het personeelsrooster besproken. De houder heeft voldaan aan de gestelde eisen. Advies aan College van B&W Geen handhaving.
3 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Onder de Wet kinderopvang gelden normen voor de aanwezigheid van een pedagogisch beleidsplan, de inhoud van een pedagogisch beleidsplan en de relatie van het beleidsplan met de praktijk. In de praktijk dienen voorwaarden te worden vervuld voor het waarborgen van de emotionele veiligheid van kinderen, de ontwikkeling van de persoonlijke en de sociale competentie van kinderen en de overdracht van normen en waarden. Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het "Veldinstrument onderzoek en observatie" van januari 2015. Daarin staan de specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd. Hieruit citeert de toezichthouder enkele zinnen, die betrekking hebben op het geobserveerde pedagogisch handelen en illustreert deze met voorbeelden uit de praktijk. De illustraties zijn bedoeld als beknopte voorbeelden en pretenderen niet een volledig beeld van de praktijksituatie te geven. De toezichthouder stoelt haar inzicht en mening op de gegeven voorbeelden en op tijdens de observatie opgedane overige signalen.
Pedagogische praktijk De observatie van de pedagogische praktijk heeft op dinsdagmiddag plaatsgevonden. De kinderen komen aan op de BSO en gaan wat eten en drinken. Een deel van de kinderen gaat naar zwemles, en een ander deel gaat vrij spelen. Emotionele veiligheid: De beroepskrachten kennen ieder kind in de groep; ze kennen hen bij naam en weten persoonlijke bijzonderheden (bijv. karakter, hobby, allergieën). In het contact met het kind wordt die kennis gebruikt. Observatie: De beroepskrachten kennen de kinderen goed en vragen naar bijzonderheden. Bijvoorbeeld over een behaald zwemdiploma. Persoonlijke competentie: "Ieder kind heeft tenminste 2 kinderen van zijn eigen ontwikkelingsniveau. Er is gelegenheid voor uitdagend en interessant spel met gelijkgestemden (leeftijd, interesse, maatjes) in kleine groepjes van 2 of meer kinderen." Observatie: Voor alle kinderen zijn er leeftijdgenoten aanwezig. Tijdens het eten en drinken zijn er veel onderlinge gesprekken en worden er plannen gemaakt voor activiteiten. Sociale competentie: "De beroepskrachten dragen actief bij aan een positieve groepssfeer door grapjes te maken, behulpzaam te zijn, gerichtheid op alle kinderen, aandacht en zorg voor individuele kinderen. Kinderen worden aangesproken op hun medeverantwoordelijkheid voor een positieve sfeer en omgang met elkaar" Observatie: De beroepskrachten luisteren actief naar de kinderen en maken grapjes. De kinderen moeten elkaar uit laten praten. De kinderen zijn betrokken bij de praktische zaken zoals bijvoorbeeld brood halen.
4 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Normen en waarden: "Beroepskrachten hanteren de waarden en normen uit het pedagogisch beleid als vanzelfsprekende leidraad voor hun professioneel handelen. Zij spreken elkaar hierop aan en versterken elkaars gedrag". Observatie: De beroepskrachten praten op rustige toon tegen elkaar en de kinderen. Ze overleggen over de verdeling van de taken en geven hierbij het goede voorbeeld. Wat hierbij wel opvalt dat er veel tijd gaat zitten in het overleg met betrekking tot de zwemles en het halen/brengen van de kinderen. Mogelijke oorzaak is het ontbreken van duidelijke werkinstructies voor de relatief nieuwe beroepskrachten. De pedagogische praktijk voldoet aan de gestelde eisen. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (teamcoach) • Interview anderen (beroepskrachten) • Observaties
5 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Personeel en groepen Door middel van observatie in de praktijk en door het beoordelen van documenten op locatie is een beoordeeld of het personeel op locatie in bezit zijn van een geldig VOG en een passende beroepskwalificatie. Tevens is beoordeeld of de inzet van personeel, de samenstelling en omvang van de groepen aan de wettelijke eisen voldoet.
Verklaring omtrent het gedrag De houder kan voor beide aanwezige beroepskrachten een verklaring omtrent het gedrag overleggen.
Passende beroepskwalificatie Op het moment van inspectie kan de houder voor 1 van de aanwezige beroepskrachten geen diploma overleggen. In het kader van overleg en overreding heeft de houder de gelegenheid gekregen dit document voor 17 februari 2015 te overleggen. Overleg en overreding: Op 17 februari 2015 kan de houder het correcte document overleggen. Er is voldaan aan de voorwaarden.
Opvang in groepen De BSO werkt met 1 basisgroep voor maximaal 20 kinderen. Op het moment van inspectie zijn er 13 kinderen aanwezig. De opvang in groepen voldoet aan de gestelde eisen.
Beroepskracht-kindratio Er zijn 2 beroepskrachten aanwezig met 15 kinderen. Er is voldaan aan de beroepskracht-kindratio. De afwijking op de beroepskracht-kindratio is maximaal een half uur. Er gaat 1 beroepskracht met 2 kinderen naar het zwembad om ze weg te brengen en te helpen met omkleden en over te dragen aan de badmeester. Zij gaat deze kinderen later ook weer ophalen. De afwijking op de beroepskracht-kindratio is hiermee mogelijk langer dan de toegestane periode van een half uur. Het huidige rooster geeft onvoldoende garantie dat er te allen tijde kan worden voldaan aan de beroepskracht-kindratio. De toezichthouder heeft dit besproken met de teamcoach. Zij heeft tot 17 februari 2015 de gelegenheid gekregen om met een aanpassing in het rooster te komen. Overleg en overreding: De houder heeft op 17 februari 2015 een nieuw rooster opgesteld. In dit rooster is inzichtelijk dat de houder kan voldoen aan de beroepskracht-kindratio. Ook op de dagen dat er zwemles is. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (teamcoach) • Interview anderen (beroepskrachten) • Observaties • Presentielijsten (week 5) • Personeelsrooster (week 5, 8 en 9)
6 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Op het moment van de inspectie kunnen de beroepskrachten de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid niet tonen. Beide beroepskrachten hebben de documenten met betrekking tot veiligheid en gezondheid niet gelezen. De houder heeft in het kader van overleg en overreding tot 17 februari 2015 de gelegenheid gekregen om deze overtreding op te heffen. Overleg en overreding: Op 17 februari 2015 heeft er een gesprek plaatsgevonden met de aanwezige beroepskrachten en de teamcoach. Tevens is de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid 2014 en het kwaliteitshandboek ingezien. De beroepskrachten kunnen nu een duidelijke toelichting geven op het werken met de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid en de protocollen. Hierbij is bijvoorbeeld het beleid met betrekking tot de zwemles, vervoer van kinderen en bereiden van voedsel besproken. De teamcoach geeft aan dat het beleid veiligheid en gezondheid organisatie breed hoog op de agenda staat in 2015. De beroepskrachten hebben een scholing gehad en in mei 2015 volgt er nog een scholing over het werken met de risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid. De houder heeft na overleg en overreding voldaan aan de gestelde eisen.
Meldcode kindermishandeling De meldcode kindermishandeling en de bijbehorende sociale kaart voldoen aan de gestelde eisen. De beroepskrachten geven een duidelijke toelichting op de gemaakte afspraken met betrekking tot de meldcode kindermishandeling. Gebruikte bronnen: • Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (teamcoach) • Interview anderen (beroepskrachten) • Observaties • Meldcode kindermishandeling (Maikids 2014)
7 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Accommodatie en inrichting
Binnenruimte De BSO heeft de beschikking over minimaal 144 m². Dit is voldoende voor de geregistreerde 40 kindplaatsen. Er is een groepsruimte en een aula met grote hal beschikbaar voor de BSO. In de groepsruimte is een: • • • • • •
huishoek bouwhoek atelierruimte met knutselmateriaal tafel en stoelen bank leeshoek
In de aula staan grote kasten met spelletjes en een grote tafel met stoelen. De hal heeft een speelhoek met een bank. De binnenruimte voldoet aan de gestelde eisen.
Buitenspeelruimte De aangrenzende buitenruimte is het ruime omheinde schoolplein van de school. Er is onder andere een voetbalveld, glijbaan en een gedeelte met kunstgras aanwezig. De kinderen kunnen ook gebruik maken van het kinderdagverblijf. Gebruikte bronnen: • Observaties
8 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Opvang in groepen Ieder kind behoort bij een basisgroep. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 onder f Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
10 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan. (art 1.51b en 1.51c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting Binnenruimte De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Buitenspeelruimte De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
11 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Website Aantal kindplaatsen
: Kinderopvang Maikids Almere : http://www.maikids.nl : 38
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats Website KvK nummer
: : : : :
Kyza Holding bv Parosstraat 10 1060LP AMSTERDAM www.maikids.nl 34314781
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Flevoland Postbus 1120 8200BC LELYSTAD 088-0029910 M Deerenberg
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Almere : Postbus 200 : 1300AE ALMERE
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : :
27-01-2015 24-02-2015 Niet van toepassing 26-02-2015 26-02-2015
: 26-02-2015 :
12 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.
13 van 13 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 27-01-2015 Kinderopvang Maikids Almere te ALMERE