Inspectierapport
Kinderdagverblijf Pomponella Boterzwin 3437 1788 WH JULIANADORP Registratienummer 191206805
Toezichthouder: In opdracht van gemeente: Datum inspectie: Type onderzoek: Status: Datum vaststelling inspectierapport:
GGD Hollands Noorden Den Helder 9 maart 2015 Onderzoek na registratie Definitief 28 april 2015
Inhoudsopgave Het onderzoek .................................................................................................................3 Observaties en bevindingen ...............................................................................................4 Pedagogisch klimaat .....................................................................................................4 Personeel en groepen....................................................................................................6 Veiligheid en gezondheid ...............................................................................................8 Accommodatie en inrichting ......................................................................................... 11 Ouderrecht................................................................................................................ 12 Inspectie-items.............................................................................................................. 14 Gegevens voorziening..................................................................................................... 21 Gegevens toezicht.......................................................................................................... 21 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum .......................................................................... 22
2 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een aangekondigd onderzoek na registratie. Beschouwing Algemeen: Kinderdagverblijf (KDV) Pomponella is een kleinschalige, particuliere kinderopvangorganisatie, waar maximaal zestien kinderen tegelijk opgevangen mogen worden in één stamgroep. Het is sinds 3 november 2014 in exploitatie en gelegen in Julianadorp. Pomponella is eigendom van twee houders, die ook als beroepskracht werkzaam zijn. Naast hen zijn tot dusverre nog geen andere beroepskrachten werkzaam. Pomponella beschikt over een grote binnenspeelruimte met diverse speelhoeken. Kinderen kunnen zowel in als uit het zicht van de beroepskrachten spelen. De buitenruimte is direct aangrenzend. Inspectiehistorie: Op 6 oktober 2014 heeft op verzoek van de gemeente Den Helder, een onderzoek voor registratie plaatsgevonden. Hierna is KDV Pomponella opgenomen in het landelijk register kinderopvang en peuterspeelzalen (LRKP). De inspectie: Dit aangekondigde eerste jaarlijkse inspectiebezoek heeft niet binnen drie maanden na start exploitatie plaatsgevonden. Na overleg met de gemeente Den Helder, is eind 2014 besloten de eerste inspectie uit te stellen vanwege het lage aantal kinderen dat in de beginperiode gebruik maakte van kinderopvang bij Pomponella. Inmiddels is een andere situatie ontstaan en heeft een aangekondigde inspectie plaatsgevonden. Hierbij zijn alle voorwaarden van de Wet kinderopvang getoetst, waaronder het pedagogisch klimaat, het aantal beroepskrachten op de groep en hun diploma's en verklaringen omtrent het gedrag, de beroepskracht-kindratio en de aspecten rondom de veiligheid en hygiëne. De toezichthouder heeft gesprekken gevoerd met beide houders, tevens beroepskrachten. Verder heeft een (pedagogische) observatie plaatsgevonden en zijn de nodige documenten ingezien. Conclusie: Tijdens het inspectiebezoek werd niet aan alle getoetste voorwaarden voldaan. Met betrekking tot een aantal voorwaarden waar niet aan werd voldaan, zijn met de houders afspraken gemaakt in het kader van overleg en overreding. Deze afspraken zijn nagekomen, waardoor bij afronding van het concept van dit inspectierapport alsnog aan deze voorwaarden werd voldaan. Aan twee voorwaarden (één betreffende het item Meldcode kindermishandeling en één betreffende het item Vierogenprincipe) is nog niet voldaan. Zie verder de toelichtingen in het rapport. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid.
3 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen de Wet kinderopvang gelden normen voor de aanwezigheid van een pedagogisch beleidsplan, de inhoud van een pedagogisch beleidsplan en de relatie van het beleidsplan met de praktijk. Tijdens dit onderzoek is het pedagogisch beleidsplan beoordeeld op inhoud en volledigheid. Onderzocht is of in het pedagogisch beleidsplan onder andere de vier wettelijk gestelde pedagogische basisdoelen (van professor Riksen-Walraven) zijn uitgewerkt. Daarnaast is geobserveerd of de beroepskrachten in de praktijk van de opvang handelen naar de pedagogische basisdoelen in het algemeen en het pedagogisch beleidsplan specifiek. Pedagogisch beleid De houder dient te beschikken over een beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende pedagogische visie staat beschreven. Hiertoe behoort onder andere een beschrijving van de volgende basisaspecten: inzet van slechts één beroepskracht; inzet van andere volwassenen; de maximale groepsgrootte; het wenbeleid; het vierogenprincipe. Pomponella beschikt over een pedagogisch beleidsplan en een pedagogisch werkplan. Onder ander wordt omschreven dat kinderen geobserveerd worden via het zogenaamde Ziko-systeem. De houders hebben aangegeven, dat men voornemens is dit systeem toe te gaan passen, maar dat dit nog niet is gerealiseerd. Verder worden ontwikkelingen van kinderen bijgehouden in een documentatiemap. Hierin staan naast opmerkingen (bijvoorbeeld dat een kind voor het eerst zelfstandig gestaan heeft) ook foto's van de kinderen. Aan de voorwaarden betreffende het item Pedagogisch beleid wordt voldaan. Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor de uitvoering van het pedagogisch beleidsplan en de relatie hiervan met de praktijk middels veelvuldig overleg tussen beide houders onderling. Daarnaast plannen zij maandelijks een overleg in waar onder andere een onderwerp uit het pedagogisch beleidsplan besproken wordt. De onderwerpen staan vermeld in een jaaroverzicht. Daarnaast worden ook de kinderen besproken. Pomponella werkt met thema's. Het thema tijdens de inspectie was 'Dit ben ik'. Voor de beoordeling van de pedagogische praktijk is het openbare ‘veldinstrument observatie pedagogische praktijk kindercentra en peuterspeelzalen’ (januari 2015) gebruikt. Daarin staan de specifieke aspecten beschreven waarop wordt geobserveerd. Citaten uit dit veldinstrument zijn cursief weergegeven. Uit het inspectiebezoek is gebleken dat tijdens de observaties aan de getoetste voorwaarden van de pedagogische praktijk werd voldaan.
4 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Emotionele veiligheid: Er is een aangename sfeer in de groep. De meeste kinderen tonen in hun gedrag dat ze zich op hun gemak voelen. Kinderen laten hun emoties zien, zowel in positieve zin (blij, tevreden, nieuwsgierig, enthousiast) als in negatieve zin (boos, verdrietig). De emoties zijn passend bij de situatie. De beroepskrachten verwelkomen zowel de ouders als het kind op persoonlijke wijze. Ouders mogen hun kind(eren) in de groepsruimte brengen en ophalen. Ouders krijgen de gelegenheid om groepsgenootjes aan te spreken en te zien waar het kind die dag mee bezig is geweest. Praktijkvoorbeeld: Bij aanvang van de inspectie lagen alle vier de kinderen te slapen, waardoor er complete rust heerste. Na elkaar ontwaakten de kinderen en ze konden rustig op gang komen. De kinderen kregen iets te drinken, werden eventueel verschoond en de kleding werd aangetrokken. De kinderen mochten vervolgens zelf kiezen wat ze wilden doen; het ene kind bleef even rustig op schoot van de beroepskracht zitten, het andere kind ging direct spelen. Hiervoor was alle gelegenheid. Twee kinderen werden halverwege de middag opgehaald. Een van deze kinderen was juist met de verkleedkleren aan het spelen. Ze wilde graag haar activiteit voltooien en toonde de ouder hoe mooi ze er uit zag. Daarna sprak de ouder met het kind over een zelfgemaakte knutsel om het vervolgens te bewonderen. Het andere kind, een baby, wachtte rustig tot de ouder het toesprak. Persoonlijke ontwikkeling: Er is (binnen en buiten) voldoende spelmateriaal voor de verschillende ontwikkelingsgebieden. Er is gesloten en open spelmateriaal waar kinderen mee kunnen ontdekken en fantaseren. Er zijn (enkele) specifieke speelhoeken. De beroepskrachten maken het mogelijk dat kinderen privacy zoeken of creëren, in een rustig deel van de groepsruimte. Praktijkvoorbeeld: Bij dit nieuwe kindercentrum is nagenoeg al het materiaal en speelgoed nieuw. Diverse speelhoeken zijn ingericht, zoals een knutselhoek, een huishoek en een hoek met twee grote kussens waarop bijvoorbeeld een boekje gelezen kan worden. Dit laatste hoekje is afgeschermd van de grote ruimte, waardoor kinderen zich kunnen afzonderen. Kinderen mogen speelgoed zelf pakken. Veel kasten en laden zijn op kindhoogte. Gevaarlijke spullen zoals scharen, liggen hoger opgeborgen. Gebruikte bronnen: Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (ingevuld door mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Observaties Pedagogisch beleidsplan (oktober 2014) Pedagogisch werkplan (maart 2015) Notulen teamoverleg (28-02-2015)
5 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Personeel en groepen Binnen de Wet kinderopvang gelden normen voor de kwalificatie en inzet van beroepskrachten, stagiaires en beroepskrachten in opleiding. Tijdens de inspectie is onder andere naar verklaringen omtrent het gedrag, passende beroepskwalificaties, het samenstellen van de stamgroep en de verhouding tussen het aantal beroepskrachten en aantal kinderen (de beroepskracht-kindratio) gekeken. Verklaring omtrent het gedrag Personen, werkzaam in de kinderopvang of in het peuterspeelzaalwerk, worden door de overheid continu gescreend op functieaspecten passende bij hun functie, de zogenaamde continue screening. De toezichthouder heeft de verklaringen omtrent het gedrag (VOG) van beide beroepskrachten beoordeeld. Beiden waren in bezit van een geldige VOG. Aan de getoetste voorwaarden is voldaan. Passende beroepskwalificatie De toezichthouder heeft de diploma’s van beide beroepskrachten beoordeeld. Allebei beschikten ze over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO kinderopvang is opgenomen. Aan de getoetste voorwaarde is voldaan. Opvang in groepen Pomponella vangt kinderen op in één stamgroep. Deze bestaat uit maximaal zestien kinderen in de leeftijd van 0-4 jaar. Doordat kinderen in één stamgroep en in één ruimte opgevangen worden, zijn de voorwaarden met betrekking tot opvang in een andere stamgroep en een tweede stamgroepsruimte niet beoordeeld. Het daadwerkelijk aantal op te vangen kinderen varieert. Per dag worden tussen de drie en zes kinderen tegelijk opgevangen. Hier komen de zogenaamde 'flex-kinderen' nog bij. Aan de voorwaarden wordt voldaan. Beroepskracht-kindratio Tijdens de inspectie is de beroepskracht-kindratio beoordeeld. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl (www.1ratio.nl). Bij Pomponella worden de kinderen door één beroepskracht opgevangen aan het begin van de dag. Vanaf de openingstijd (06.30 uur) tot 08.30 uur is één beroepskracht aanwezig. Dit geldt ook vanaf ongeveer 16.00 uur. Dan blijft één beroepskracht achter met de kinderen. Echter, het kindaantal is dusdanig dat niet afgeweken wordt van de beroepskracht-kindratio. De beroepskrachten houden na elkaar een half uur middagpauze. Degene die van de locatie weggaat, neemt de mobiele telefoon mee en is continu bereikbaar. De achtergebleven persoon blijft niet alleen in het gebouw achter. Meerdere organisaties zijn ondergebracht in het gebouw. Aan de voorwaarden is voldaan.
6 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voertaal is Nederlands. Hiermee wordt aan de voorwaarde voldaan. Gebruikte bronnen: Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Observaties Verklaringen omtrent het gedrag Diploma's beroepskrachten Plaatsingslijsten Presentielijsten
7 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Veiligheid en gezondheid Binnen de Wet kinderopvang gelden normen die betrekking hebben op de veiligheid en gezondheid in een kindercentrum. De houder van een kindercentrum dient beleid te voeren dat ertoe leidt dat de veiligheid en de gezondheid van de op te vangen kinderen in en rond het kindercentrum zoveel mogelijk is gewaarborgd. Tijdens de inspectie is beoordeeld of in een risico-inventarisatie schriftelijk staat vastgelegd welke risico's de opvang van kinderen met zich meebrengt. In de praktijk is beoordeeld of de uitvoering van bijbehorend beleid de risico’s ook daadwerkelijk ondervangt. Tevens is beoordeeld of de houder overeenkomstig de wettelijke meldplicht met betrekking tot kindermishandeling handelt, de kennis hiervan bevordert en hoe de uitvoering van het vierogenprincipe zich uit in de praktijk. Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid Voor de uitvoering van de risico-inventarisaties heeft KDV Pomponella zelf inventarisatieformulieren samengesteld. De risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid dateren van februari 2015. De houders hebben gesteld, dat het bespreken van de risico-inventarisaties en de daaruit voortvloeiende afspraken, onderdeel zijn van het werkoverleg. Risico-inventarisatie veiligheid In de risico-inventarisatie veiligheid waren in eerste instantie veel risico's uitgesloten, terwijl de bron wel aanwezig was. De houders hebben hierover aangegeven, dat zij maatregelen genomen hadden om een risico te voorkomen en daarom het risico uitgesloten hadden. De maatregelen betroffen daadwerkelijke acties (bijvoorbeeld ombouwen van de radiator) en afspraken (bijvoorbeeld nooit een kind alleen laten op de commode). De uitgevoerde maatregelen waren zichtbaar, echter uitsluiten van het betreffende risico is niet mogelijk. Zo liet bij een aantal radiatoren een onderdeel los, waardoor het risico op het branden van vingers aan de radiator direct weer groot was. Gemaakte afspraken werden onderling gecommuniceerd, maar waren niet inzichtelijk. Om eenduidig te kunnen werken (zeker ook als nieuwe beroepskrachten ingezet gaan worden) is het van belang dat afspraken schriftelijk vastgelegd en daarmee inzichtelijk zijn. De binnenruimte van Pomponella bestaat uit meerdere ruimtes. In de risico-inventarisatie dienen alle voor kinderen toegankelijke ruimtes geïnventariseerd te worden. In eerste instantie had men één hal geïnventariseerd, terwijl er twee hallen zijn. Hetzelfde geldt voor de slaapkamers. Men maakt gebruik van twee slaapkamers, die beide apart geïnventariseerd dienen te worden. Risico-inventarisatie gezondheid De inventarisatie van gezondheidsrisico's ontbrak in eerste instantie. Wel inzichtelijk was een rijtje met onder andere het volgende: 'We leren de kinderen zorgvuldig de handen te wassen'; 'We maken de commode direct na gebruik schoon' en 'We smeren de kinderen in met zonnebrandcrème als zij buiten gaan spelen'. Achter al deze regels stond 'ja' vermeld. Bovenstaande zijn afspraken en is niet een inventarisatie van diverse gezondheidsrisico's op de thema's zoals gesteld in de voorwaarden (ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen). Zo wordt bijvoorbeeld gesteld dat kinderen met zonnebrandcrème ingesmeerd worden, maar niet hoe groot de kans op een zonnesteek is of de kans op uitdrogen bij hitte. En hoe men de kans daarop kan verkleinen. Met andere woorden, niet vastgelegd is hoe men omgaat met hoge buitentemperaturen. In een volledige risico-inventarisatie gezondheid zou dit aan de orde gekomen zijn. Pomponella heeft schoonmaakschema's opgesteld, het betreft dagelijkse, wekelijkse en maandelijkse schoonmaaktaken. Verder wordt de temperatuur van de koelkast en de vriezer wekelijks bijgehouden.
8 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Het ontruimingsplan is nog niet opgesteld. Wel is een opzet gemaakt en is nagedacht over eventuele verzamelplekken, mocht er sprake zijn van een calamiteit. De houders hebben aangegeven, zo spoedig mogelijk het ontruimingsplan op te stellen, waarna het geoefend kan worden. Als streefdatum voor het opstellen heeft men 1 april 2015 gesteld. Met betrekking tot de voorwaarden 'De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie'; 'De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie'; en 'De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema's: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen' zijn met dit kindercentrum afspraken gemaakt in het kader van overleg en overreding. Hiermee is Pomponella in de gelegenheid gesteld de tekortkomingen op te lossen. Risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid zijn opnieuw uitgevoerd, waarmee zij dateren van maart 2015. Voor beide betrof het de actuele situatie. Daar waar de bron aanwezig is, werden risico's niet uitgesloten. Uit de inventarisaties is een actieplan gekomen, waarin het volgende werd aangegeven: afspraken met betrekking tot de veiligheid worden toegevoegd aan het werkplan; het protocol 'Veiligheid en hygiëne' wordt aangepast; het ziekteprotocol wordt aangepast; een hitteprotocol wordt opgesteld. Met de aan de toezichthouder gestuurde documenten voldoet Pomponella aan de getoetste eisen. Meldcode kindermishandeling De Wet verplichte meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling is op 1 juli 2013 in werking getreden. In de Wet Kinderopvang is de vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs aangeduid als deskundige. Ouders, kinderen, medewerkers en houders in de kinderopvang kunnen allemaal advies vragen bij de vertrouwensinspecteurs om te bepalen of aangifte aan de orde is. Tijdens het onderzoek voor registratie is de meldcode besproken met beide houders. Opvallend hierin was, dat niet de 'vertrouwensinspecteur van de Inspectie van het Onderwijs' vermeld werd, maar wel de 'vertrouwensarts'. De houders konden destijds niet aangeven of hiermee hetzelfde werd bedoeld en gaven aan dit aan te passen. Tijdens de huidige inspectie was dit niet aangepast. Verder is het volgende van belang. De GGD Hollands Noorden geeft vanaf 1 januari 2015 vorm aan de Steunpunten Huiselijk Geweld (SHG) en de Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (AMK) in de regio Noord-Holland Noord. SHG en AMK heten vanaf 1 januari 2015 ‘Veilig Thuis’. KDV Pomponella was van deze verandering niet op de hoogte en deze informatie was nog niet opgenomen in de sociale kaart. Met betrekking tot de voorwaarde 'De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen' is met het kindercentrum een afspraak gemaakt in het kader van overleg en overreding, om de tekortkoming op te lossen. Deze afspraak is nagekomen, de meldcode is aangepast en de sociale kaart aangevuld. Hierdoor voldoet de meldcode aan de beschreven eisen. Tijdens het gesprek met de houders is geïnformeerd naar de kennis inzake de meldcode en het te bewandelen traject in het geval van een vermoeden van kindermishandeling. Beide houders waren inhoudelijk onvoldoende op de hoogte van de inhoud van de meldcode. Zo herkenden zij begrippen als 'vertrouwensinspecteur' en 'meldplicht' niet. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan.
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
9 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Vierogenprincipe De houder dient een beleid te hebben opgesteld zodat alle beroepskrachten en beroepskrachten in opleiding bij hun werkzaamheden gezien of gehoord kunnen worden door een andere volwassene. In de praktijk zijn de volgende voorzieningen getroffen en afspraken gemaakt (en opgenomen in het werkplan): Ramen worden niet dichtgeplakt met bijvoorbeeld werkjes of aankondigingen. De hoekjes worden op kind hoogte gecreëerd, zodat de pedagogisch medewerksters de ruimte in zijn geheel kunnen overzien. In de slaapkamers staan babyfoons die ook aanstaan en beluisterd worden. De pedagogisch medewerksters durven elkaar aan te spreken. De tuin is van buitenaf in te zien. In beide slaapkamers staat een babyfoon, waaronder één beeldbabyfoon. Ook ouders behoren tot het vierogenprincipe tijdens het halen en brengen. Verder wordt tijdens het intakegesprek gesproken over het vierogenprincipe en staat het vierogenprincipe beschreven in de informatiebrochure. Dat ouders in principe onderdeel zijn van het vierogenprincipe (bij het brengen en halen van hun kind(eren), is nog niet vermeld. De houders hebben aangegeven, dit op te nemen in de afsprakenlijst die gebruikt wordt bij ieder intakegesprek. Verder bleek tijdens de inspectie, dat op woensdag en vrijdag een dusdanig laag aantal kinderen daadwerkelijk aanwezig is, dat met één beroepskracht gewerkt kan worden. In die situaties werden onvoldoende maatregelen getroffen om aan het vierogenprincipe te voldoen. De beroepskracht kon gedurende een langere periode op de dag de werkzaamheden verrichten zonder dat zij gezien of gehoord kon worden door een andere volwassene. De houders hierna hebben aangegeven, tijdens dit soort dagen beiden aanwezig te zullen zijn, tot een andere oplossing gerealiseerd is. Bijvoorbeeld het ophangen van camera's. Op basis van bovengenoemde heeft de houder bij de implementatie van het vierogenprincipe de ruimten en momenten die een hoog risico vormen, voldoende in beeld gebracht. Aan de voorwaarden wordt voldaan. Gebruikte bronnen: Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (ingevuld door mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Observaties Risico-inventarisatie veiligheid (maart 2015) Risico-inventarisatie gezondheid (maart 2015) Actieplan veiligheid (12-03-2015) Actieplan gezondheid (12-03-2015) Meldcode kindermishandeling Pedagogisch werkplan (maart 2015) Protocol voeding en hygiëne, maart 2015 Ziektebeleid, maart 2015
10 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Accommodatie en inrichting Binnen de Wet kinderopvang gelden normen die betrekking hebben op de hoeveelheid vierkante meter per kind voor de binnen- en de buitenruimte. Ook de inrichting van de ruimten is van belang om minimaal te kunnen voorzien in de basisbehoeften om kinderen te stimuleren in hun ontwikkeling. Tijdens de inspectie is beoordeeld of de houder heeft gezorgd voor voldoende speeloppervlak en voor passend ingerichte ruimten voor kinderen om te kunnen spelen en rusten, in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Binnenruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum dient ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar te zijn. De oppervlakte van de stamgroepsruimte bedraagt 96 m². Dit is ruim voldoende voor de maximale groepsgrootte bij Pomponella. De ruimte is verdeeld in diverse speelhoeken. Een deel is afgeschermd met een hekje, waardoor de kleinsten die nog kruipen ongestoord kunnen spelen in een eigen hoekje. De houders hebben aangegeven, ook een eigen plekje te willen creëren voor de grotere kinderen, waardoor ook zij ongestoord een activiteit uit kunnen voeren. Pomponella beschikt over twee slaapkamers met totaal zeven bedden. Aan de voorwaarden betreffende de binnenruimte wordt voldaan. Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum dient ten minste 3 m² passend ingerichte buitenspeelruimte beschikbaar te zijn. De buitenspeelruimte dient voor kinderen toegankelijk, aangrenzend aan het kindercentrum en vast beschikbaar te zijn. De oppervlakte van de buitenspeelruimte bedraagt 66 m². Dit is voldoende voor de opvang van maximaal zestien kinderen. De inrichting is nog niet helemaal voltooid, maar de kinderen kunnen naar hartenlust spelen met los spelmateriaal, een zandbak en een buitenkeuken. De houders zijn voornemens de buitenspeelplaats met natuurlijke materialen aan te vullen en een zogenaamde natuurtuin te maken. Aan de voorwaarden wordt voldaan. Gebruikte bronnen: Observaties
11 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Ouderrecht Binnen de Wet kinderopvang gelden normen die betrekking hebben op de wijze waarop de houder de ouders betrekt en informeert inzake het beleid. Ouders dienen juist geïnformeerd te zijn over de gang van zaken in het kindercentrum en over minimaal het meest recente inspectiebezoek van de GGD. Tijdens de inspectie is beoordeeld of de ouders in de gelegenheid gesteld zijn medezeggenschap te kunnen uitoefenen. Tevens is beoordeeld of in het geval van tegengestelde belangen tussen de houder en ouders, de ouders een beroep kunnen doen op een onafhankelijke klachtencommissie. Informatie Op de website van Pomponella is verschillende informatie beschikbaar, waaronder het inspectierapport van het onderzoek voor registratie en een informatiebrochure over de locatie. Naast de website informeert de houder ouders via: het intakegesprek en een intakemap; social media zoals facebook; nieuwsbrieven en flyers; diverse formulieren; mondeling aan het begin en eind van de dag. Aan de getoetste voorwaarden wordt voldaan. Oudercommissie Kindercentra dienen te beschikken over een oudercommissie. Pomponella heeft twee ouders bereid gevonden zitting te nemen in de oudercommissie. Dit is nog niet officieel gebeurd, maar nieuwe kindercentra hebben tot zes maanden na aanvraag tot exploitatie de tijd een oudercommissie in te stellen. De aanvraag van Pomponella is op 22 september 2014 bij de gemeente binnen gekomen. Dit houdt in dat deze locatie wettelijk gezien tot 22 maart 2015 de tijd heeft een oudercommissie in te stellen. Het reglement oudercommissie stelt dat de oudercommissie uit minimaal drie leden moet bestaan. De houders hebben aangegeven, dit te veranderen in twee. Daarmee is het samenstellen van een oudercommissie eenvoudiger haalbaar. Tijdens deze eerste inspectie zijn de voorwaarden met betrekking tot de oudercommissie en het bijbehorende adviesrecht niet beoordeeld. Dit zal bij de volgende jaarlijkse inspectie aan bod komen. Klachten Bij het onder de aandacht brengen van de klachtenregeling moet duidelijk zijn dat een ouder zich te allen tijde rechtstreeks en zonder tussenkomst van de houder tot de externe klachtencommissie kan richten. De houder mag niet de indruk wekken dat een ouder eerst de interne procedure moet doorlopen, eer hij de klacht kan deponeren. KDV Pomponella is aangesloten bij de stichting Klachtencommissie kinderopvang (sKK). Voor de oudercommissie is men aangesloten bij de Klachtenkamer Kinderopvang van de sKK. Zowel op de website als in de informatiebrochure wordt de interne en externe klachtenregeling kenbaar gemaakt. Echter heeft men niet duidelijk gemaakt, dat een klacht te allen tijde rechtstreeks bij de externe klachtenregeling neergelegd mag worden. De houders hebben aangegeven, dit aan te passen. De houders zijn bekend met de eis elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag op te stellen, alsmede dit naar de toezichthouder toe te sturen voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar.
12 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Aan de getoetste voorwaarden is voldaan. De voorwaarden betreffende het openbaar klachtenverslag van ouders en van de oudercommissie worden tijdens de volgende jaarlijkse inspectie beoordeeld. Gebruikte bronnen: Vragenlijst houder en/of locatieverantwoordelijke (ingevuld door mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (mevrouw P. en T. Pompert, houders Pomponella) Reglement oudercommissie Informatiemateriaal voor ouders (intakemap) Website Nieuwsbrieven (februari 2015) Klachtenregeling Klachtenregeling oudercommissie
13 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogisch beleid De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. (art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub b Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub c Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub d Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub g Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub e Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub f Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Het pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
14 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft het vierogenprincipe overeenkomstig zijn pedagogisch beleidsplan ingevoerd. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a en 7 lid 1 sub h Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 3 en art 3.8g lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Een verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger werkzaam bij de onderneming is niet ouder dan twee jaar. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en art 3.8g lid 3 en 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
15 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in stamgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
OF De stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7 en 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 7, 8 en 12 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Bij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 10 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
16 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Indien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 11 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gebruik van de voorgeschreven voertaal De voorgeschreven voertaal wordt gebruikt. (art 1.55 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
OF Er wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode. (art 1.55 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit registers kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
17 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
In het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Meldcode kindermishandeling De houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2a Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode. (art 1.51a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan. (art 1.51b lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Vierogenprincipe De houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 2 sub b Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Accommodatie en inrichting Binnenruimte Elke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Er is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 9 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 9 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
18 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Buitenspeelruimte Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 10 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Ouderrecht Informatie De houder informeert de ouders over het te voeren beleid. (art 1.54 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats. (art 1.54 lid 2 en 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Oudercommissie De houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld. (art 1.59 lid 1 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Het reglement omvat regels omtrent het aantal leden. (art 1.59 lid 2 sub a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Het reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden. (art 1.59 lid 2 sub b Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Het reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden. (art 1.59 lid 2 sub c Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Het reglement omvat geen regels omtrent de werkwijze van de oudercommissie. (art 1.59 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie. (art 1.59 lid 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
19 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Klachten De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 2 lid 1 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement. (art 2 lid 3 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie. (art 2 lid 5 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder leeft de geheimhoudingsplicht na. (art 4 Wet klachtrecht cliënten zorgsector)
De houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie. (art 1.60a Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
20 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening Aantal kindplaatsen Gesubsidieerde voorschoolse educatie
: Pomponella : 16 : Nee
Gegevens houder Naam houder Adres houder Postcode en plaats KvK nummer
: : : :
Kinderdagverblijf Pomponella Boterzwin 3437 1788 WH JULIANADORP 61223506
Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD Adres Postcode en plaats Telefoonnummer Onderzoek uitgevoerd door
: : : : :
GGD Hollands Noorden Postbus 9276 1800 GG Alkmaar 088-0100549 Mevrouw J. Kramer
Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente Adres Postcode en plaats
: Den Helder : Postbus 36 : 1780 AA DEN HELDER
Gegevens toezicht
Planning Datum inspectie Opstellen concept inspectierapport Hoor en wederhoor Zienswijze houder Vaststelling inspectierapport Verzenden inspectierapport naar houder en oudercommissie Verzenden inspectierapport naar gemeente Openbaar maken inspectierapport
: : : : : :
09-03-2015 07-04-2015 21-04-2015 21-04-2015 28-04-2015 28-04-2015
: 28-04-2015 : 29-04-2015
21 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Geacht mevrouw Kramer Wij hebben het rapport gelezen, wij kunnen ons erin vinden en wat ons betreft kan het naar de gemeente gestuurd worden. Nog wel enkele andere punten; -het ontruimingsplan is klaar en ligt voor goedkeuring op de afdeling brandveilig gebruik van de gemeente. -we hebben een ouderraad bestaande uit 3 ouders, morgen gaan we het contract tekenen. -we hebben een hitteprotocol, deze sturen we als bijlage mee. -klachtenprocedure is aangepast, zowel op de site als in de intakemap staat vermeld dat we ook aangesloten zijn bij de klachtenkamer voor de oudercommissie en dat er ten alle tijden een klacht daar kan worden neergelegd, ook zonder het op de locatie te bespreken. -in de nieuwsbrief staan nog een extra uitleg over het vierogen principe, hierin staat vermeld dat ouders tijdens haal- en brengtijden hier onderdeel van zijn. We hopen je zo voldoende te hebben geïnformeerd. Vriendelijke groeten, Thea Pompert Priscilla Pompert
22 van 22 Definitief inspectierapport dagopvang onderzoek na registratie 09-03-2015 Pomponella te JULIANADORP