Jaarrapport 2010
INHOUDSOPGAVE Pagina
A B C D E F
Voorwoord Kerncijfers Karakteristieken van het pensioenfonds Verslag van het verantwoordingsorgaan Verslag van de deelnemersraad Bestuursverslag Hoofdlijnen Pensioenparagraaf Beleggingen Financiele positie Risicoparagraaf Verwacht en gepland voor 2011
3 6 10 16 19 22 23 27 28 30 33 35
JAARREKENING G H I J K L
Balans per 31 december 2010 Staat van baten en lasten over 2010 Kasstroomoverzicht 2010 Toelichting behorende bij de jaarrekening Toelichting op de balans per 31 december 2010 Toelichting op de staat van baten en lasten over 2010
37 38 39 40 46 58
OVERIGE GEGEVENS 1 2 3 4 5
Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum Herstelplan Resultaatverdeling Actuariële verklaring Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
65 65 65 66 67
BIJLAGEN 1
Verloopstaat deelnemers
70
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 2
A
VOORWOORD
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 3
VOORWOORD
Pensioen is niet saai. Persoonlijk heb ik pensioenen als onderwerp nooit saai gevonden, maar je hoorde het vaak in je omgeving. Inmiddels zijn velen het er over eens: pensioenen zijn niet saai. Je kan geen krant meer open slaan of er staat iets in over pensioenen. Het wordt in relatie gebracht met financiële markten, demografische ontwikkelingen, risicomanagement en sociale vraagstukken als solidariteit en ouderenbeleid. Het land is herstellende van de financiële crisis, maar in pensioenland galmen de effecten nog luid en duidelijk door. Afgelopen jaar was voor het pensioenbestuur dan ook een druk jaar. Per 1 januari 2010 is Mentor met 207 deelnemers toegetreden tot het fonds. Veel zaken zijn opgepakt en uitgewerkt. Centraal bij veel activiteiten stond risicobeheersing. In 2009 zijn wij reeds begonnen deze systematisch in kaart te brengen met behulp van het FIRM model. In het afgelopen jaar is dit model verder uitgewerkt en hebben wij een aantal maatregelen genomen om risico's verder te beperken. In nauw overleg met De Nederlandsche Bank zijn prioriteiten bepaald en acties in gang gezet. De focus van het pensioenbestuur heeft verder vorm gekregen door het instellen van een tweetal extra commissies: naast de "Communicatie Cie." en de "Beleggings Cie." hebben we nu ook de "Audit Cie." en de "Pensioen Cie.". De auditcommissie heeft in het eerste jaar van haar bestaan in elke bestuursvergadering verslag gedaan van de voortgang van de voorgenomen maatregelen om risico's te monitoren en te beheersen. In juni is het risicomodel door het bestuur geëvalueerd en bijgesteld. Voorts heeft de commissie de SAS70 type II-rapporten en Jaarverslagen van onze serviceorganisaties en vermogensbeheerders beoordeeld. Hieruit blijkt dat de organisaties juist zijn opgezet om te waarborgen dat onze bij hen uitbestede werkzaamheden goed worden beheerd en geadministreerd, en dat er geen aanleiding bestaat om maatregelen te nemen of beleid ten aanzien van de samenwerking te wijzigen. Daar waar aandacht of opvolging door de commissie of het bestuur noodzakelijk is, heeft de commissie dat kunnen aangeven. Eind van het jaar is een ALM-studie verricht. Deze studie geeft ons goed inzicht in de samenhang tussen onze ambitie en beleid en de impact van de diverse afzonderlijke beleidsinstrumenten op lange termijn De pensioencommissie heeft haar aandacht gericht op een aantal noodzakelijke wijzigingen in het Pensioenreglement omwille van actualisatie en enkele uitvoeringstechnische kwesties. Daarnaast zijn voor de nieuwe functie van compliance officer en voor de aanstelling van de nieuwe voorzitter van het fonds de takenpakketten en profielen vastgesteld. Met het oog op het Pensioenakkoord tussen werkgevers en werknemers en mogelijke wijzigingen van de Pensioenwet heeft de pensioencommissie zich gebogen over de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van relevante belanghebbenden bij mogelijke toekomstige wijzigingen van de pensioenregeling, uitvoeringsregeling en pensioenreglement. Met alle berichtgeving in de landelijke pers stond het onderwerp Pensioen volop in de belangstelling. Dat heeft de communicatiecommissie ook aangegrepen om een roadshow te organiseren om actieve deelnemers verder te informeren over de pensioenregeling. Daarnaast zijn voorbereidingen getroffen voor onderzoek naar de begrijpelijkheid en waardering van onze communicatie om de effectiviteit van onze communicatie-uitingen verder te verbeteren. Voor wat betreft de beleggingen is het jaar 2010 een prima jaar geweest. Het herstel van de aandelen en vastrentende waarden vanuit 2009 heeft zich doorgezet in het jaar 2010. Van onze vier "defined benefit"-vermogensbeheerders hebben er drie de benchmark over het gehele jaar genomen ruim verslagen. De vermogensbeheerder die de benchmark op 0,5 procentpunt heeft gemist, zal ook in 2011 weer van zeer dichtbij worden gevolgd. Voor het totale vermogen van het pensioenfonds geldt dat het resultaat 6,1 procentpunt hoger is uitgekomen dan de bijbehorende benchmark; een prima resultaat. Ook de resultaten van het "defined contribution" (lees: Robeco) zijn over gehele jaar 2010 goed te noemen; voor alle 6 de levensmixen is het uiteindelijke resultaat hoger uitgekomen dan de bijbehorende benchmark.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 4
De verwachting was aanvankelijk dat we het jaar zouden kunnen afsluiten met een fundamentele aanpassing van de pensioenwetgeving. Dat heeft echter niet plaatsgevonden en is doorgeschoven naar het nieuwe jaar. Naar het zich laat aanzien zal 2011 net zo interessant worden als de voorafgaande jaren. Pensioen blijft een heel interessante materie.
Leiden, 17 juni 2011 Wijnand de Valk Voorzitter Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 5
B
KERNCIJFERS
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 6
KERNCIJFERS Deelnemers, gewezen deelnemers en pensioentrekkenden 2010 Aantal Deelnemers (incl. AO-ers) Gewezen deelnemers Pensioentrekkenden
2009 %
Aantal
2008 %
Aantal
2007 %
Aantal
2006 %
Aantal
%
1.613
45,0
1.458
44,9
1.503
47,5
1.643
53,2
1.593
55,0
1.720 254
48,0 7,0
1.560 230
48,0 7,1
1.437 225
45,4 7,1
1.248 197
40,4 6,4
1.120 186
38,6 6,4
3.587
100,0
3.248
100,0
3.165
100,0
3.088
100,0
2.899
100,0
Per 1 januari 2010 is Mentor Medical Systems B.V., met in totaal 207 deelnemers, tot het fonds toegetreden. Premiebijdragen, saldo waardeoverdrachten, pensioenuitkeringen en pensioenuitvoerings- en administratiekosten (x € 1.000) 2010
Premiebijdragen van werkgevers en werknemers Premiebijdragen risico deelnemers
Saldo waardeoverdrachten risico pensioenfonds Saldo waardeoverdrachten risico deelnemers
Pensioenuitkeringen Pensioenuitvoerings- en administratiekosten
2009
2008
2007
2006
17.298
16.701
15.862
14.210
9.582
1.128
1.038
1.056
1.063
1.036
18.426
17.739
16.918
15.273
10.618
249
643
-169
25
610
-168
-157
-48
0
0
81
486
-217
25
610
-1.777
-1.631
-1.448
-1.429
-1.301
-744
-794
-662
-602
-431
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 7
Technische voorzieningen, stichtingskapitaal en reserves, belegd vermogen (x € 1.000) en dekkingsgraad (%) 31-12-2010
Technische voorzieningen - voor risico pensioenfonds - voor risico deelnemers
Stichtingskapitaal en reserves Beleggingen - voor risico pensioenfonds - voor risico deelnemers Liquide middelen Herverzekeringsdeel technische voorzieningen Saldo overige activa en passiva Totaal belegd vermogen Aanwezige dekkingsgraad FTK Minimaal vereiste dekkingsgraad FTK Vereiste dekkingsgraad FTK
31-12-2009
31-12-2008
31-12-2007
31-12-2006
207.304 13.468
164.574 11.069
159.156 8.433
102.540 9.647
104.663 8.726
220.772
175.643
167.589
112.187
113.389
-8.019
-10.697
-50.291
39.105
32.238
200.633 13.468 532
154.116 11.069 974
103.691 8.433 3.679
135.600 9.647 4.791
137.189 8.726 2.335
740 -2.620
0 -1.213
0 1.495
0 1.254
0 -2.623
212.753
164.946
117.298
151.292
145.627
96,1
93,5
68,4
138,1
130,8
104,3 144,9
104,5 144,1
104,5 141,3
105,1 145,2
145,7
Verdeling beleggingsportefeuille voor risico pensioenfonds (x € 1.000) 2010
2009 %
Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen
2008 %
2007 %
2006 %
%
150.683
75,1
109.262
70,9
68.464
66,0
97.822
72,1
104.831
76,4
49.692 258
24,8 0,1
44.634 220
29,0 0,1
35.121 106
33,9 0,1
37.461 317
27,6 0,3
32.358 0
23,6 -
200.633
100,0
154.116
100,0
103.691
100,0
135.600
100,0
137.189
100,0
Beleggingsopbrengsten en kosten vermogensbeheer risico pensioenfonds (x € 1.000) 2010
Directe opbrengsten Indirecte opbrengsten Kosten vermogensbeheer
2009
2008
2007
2006
14 31.966 -1.581
170 31.331 -638
731 -46.647 -375
493 -4.248 -428
469 5.472 -416
30.399
30.863
-46.291
-4.183
5.525
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 8
Beleggingsopbrengsten en kosten vermogensbeheer risico deelnemers (x € 1.000) 2010
Directe opbrengsten Indirecte opbrengsten
2009
2008
2007
2006
201 1.236
194 1.561
186 -2.408
105 -115
81 447
1.437
1.755
-2.222
-10
528
Beleggingsrendement
Totaal rendement Benchmark rendement
2010
2009
2008
2007
2006
%
%
%
%
%
20,3 14,2
27,5 20,2
-31,8 -26,1
-2,6 -0,6
5,0 5,5
2008
2007
2006
Pensioengegevens (x € 1) 2010 Franchise
2009
13.840
13.840
13.840
13.840
13.840
n.v.t.
n.v.t.
0%
0%
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
0%
2,75%
0%
Verleende toeslag boekjaar - actieve deelnemers - inactieve deelnemers
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 9
C
KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 10
KARAKTERISTIEKEN VAN HET PENSIOENFONDS
Profiel Juridische structuur en inschrijving Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland (verder te noemen "het fonds") is het ondernemingspensioenfonds van Johnson & Johnson in Nederland. Het fonds is opgericht in 1998, statutair gevestigd in Amersfoort en houdt kantoor in Leiden op het adres: Einsteinweg 92, Postbus 251, 2300 AG Leiden (tel.: 071-5242115). Het fonds staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel onder nummer 32072324. De statuten zijn laatstelijk gewijzigd op 10 januari 2011. Het fonds is een ondernemingspensioenfonds en is aangesloten bij de koepelorganisatie OPF. Statutaire doelstelling De stichting heeft ten doel rechten op pensioenen toe te kennen aan deelnemers, gewezen deelnemers en hun nagelaten betrekkingen en overige belanghebbenden, danwel werkzaamheden die daarmee verband houden. De stichting handelt daarbij met inachtneming van het bij of krachtens artikel 116 van de Pensioenwet (Verbod van nevenactiviteiten) bepaalde. Organisatie van het pensioenfonds Verdeling van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden In het vervolg van dit hoofdstuk beschrijven wij de huidige organisatie van ons fonds aan de hand van onderstaand schema.
Aangesloten ondernemingen
Deelnemers
Gepensioneerden (inclusief gewezen deelnemers)
Verantwoordings-
Adviserend actuaris
orgaan Certificerend actuaris
Intern toezicht / Visitatie
Accountant Bestuur
Deelnemersraad
Audit-
Beleggings-
Communicatie-
Pensioen-
commissie
commissie
commissie
commissie
Manager
Herver-
Externe
Pensioenfonds /
zekeraar
admini-
Compliance officer
Vermogensbeheerders
Custodian
strateur Risico
Pensioenadministratie
Beleggingsadministratie
herverzekering
Financiële administratie
Rendement, Risico en Compliance rapportage
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 11
Aangesloten bedrijven De volgende Johnson & Johnson-bedrijven zijn bij het fonds aangesloten:
Aangesloten bedrijven: Johnson & Johnson Medical B.V. Janssen-Cilag B.V. Ortho-Clinical Diagnostics N.V. (inclusief LifeScan) Johnson & Johnson Consumer B.V. Centocor B.V. Mentor Medical Systems B.V.
Afkorting: J&J J-C OCD JJC CBV Mentor
Met ingang van 3 januari 2011 is de naam van Centocor B.V. veranderd in Janssen Biologics B.V. Bestuur Het bestuur is verantwoordelijk voor het beheer van het pensioenfonds en het uitvoeren van de door de werkgever toegezegde pensioenregeling, waaronder het doen van pensioenuitkeringen aan gepensioneerden en nabestaanden van (niet-actieve) deelnemers. Onderdeel van deze verantwoordelijkheid is het uitvoeren van interne controlemaatregelen gericht op de juiste en volledige registratie van de gegevens van het pensioenfonds. Het bestuur heeft bevoegdheden, krachtens de statuten en reglementen alsmede de hiermee verbonden uitvoeringsbesluiten en de uitvoeringsovereenkomst, tot het verrichten van betalingen en het aangaan van contractuele verplichtingen met derden. Samenstelling van het bestuur Aan het eind van het verslagjaar was de samenstelling van het bestuur als volgt:
Naam
Functie
Vertegenwoordiging
Lid sinds
Einde zittingsduur
Herman Van Hoof
voorzitter
werkgever J-C
01-01-2001
31-12-2012
Gerard Elsinghorst Sjaak Bloem
vice-voorzitter secretaris
werknemers J&J werknemers J-C
15-12-1998 01-02-2002
31-12-2010 31-12-2010
Wijnand de Valk Robert-Jan van Berckel Kariem El Haddad Ronald Rombouts Harry Wesselman Erwin Tuinier Tamar Achterberg
vice-secretaris bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid bestuurslid
werkgever CBV werkgever J&J werkgever CBV werknemers CBV werknemers CBV werkgever Mentor werknemers Mentor
01-01-2002 01-01-2007 16-03-2010 01-02-2008 21-09-2010 01-01-2010 01-01-2010
31-12-2012 31-12-2010 31-12-2010 31-12-2012 31-12-2012 31-12-2012 31-12-2010
Het bestuur van het fonds bestaat in 2010 uit tien leden. De werkgevers en de ondernemingsraden van de aangesloten bedrijven benoemen ieder vijf leden. Het bestuur draagt zorg voor uitvoering van de statuten en het pensioenreglement. De leden van het bestuur ontvangen geen bezoldiging voor de uitoefening van hun functie. In 2010 hebben er zich enkele bestuurswijzigingen voorgedaan. Ron Verhulst is Harry Wesselman opgevolgd als Manager Pensioenfonds. Kariem El Haddad is door de werkgevers voorgedragen en benoemd in het bestuur. Peter van der Linden heeft het bestuur verlaten. Harry Wesselman is door de werknemers voorgedragen en benoemd in het bestuur. Per 01 januari 2011 heeft Herman Van Hoof het pensioenfonds verlaten. Wijnand de Valk is Herman van Hoof opgevolgd als voorzitter. Paul Korte is per 01 januari 2011 voorgedragen door de werkgevers en benoemd in het bestuur als vicesecretaris. Behalve Tamar Achterberg (niet herkiesbaar) zijn de, per 31 december 2010, aftredende bestuursleden herkiesbaar en inmiddels benoemd voor een volgende periode van 4 jaar. Er is een funktieprofiel gemaakt voor de vacature voor de positie van Tamar Achterberg. Er wordt gezocht naar geschikte kandidaten.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 12
Missie bestuur Het bestuur zal uitvoering geven aan de statuten en reglementen van de stichting. l Het bestuur werkt met een lange termijn beleggingstrategie die rekening houdt met risico, verwachte opbrengsten en l een realistische tijdshorizon. Het bestuur streeft ernaar de huidige en toekomstige kosten van de pensioenregeling beheersbaar te houden. l Het bestuur streeft naar een flexibele pensioenregeling die optimaal aansluit bij de behoefte van de individuele l deelnemers. Het bestuur zal hiertoe relevante ontwikkelingen in de markt en maatschappij nauwlettend volgen, deelnemers en l uitkeringsgerechtigden regelmatig informeren en de deelnemersraad consulteren. Commissies binnen het bestuur Ter bevordering van een effectieve werkwijze zijn binnen het bestuur commissies gevormd die elk verantwoordelijk is voor specifieke aspecten van het pensioenfonds. Zij rapporteren hierover in de vergaderingen van het bestuur.
Aandachtsgebied: Beleggingen Communicatie Pensioen Audit
Commissieleden: Ronald Rombouts (voorzitter), Kariem El Haddad, Gerard Elsinghorst, Erwin Tuinier Robert-Jan van Berckel (voorzitter), Sjaak Bloem, Tamar Achterberg, Martin Mulder (DNR) Juridische en reglementaire zaken: Wijnand de Valk (voorzitter), Robert-Jan van Berckel, Gerard Elsinghorst, Harry Wesselman Harry Wesselman (voorzitter), Kariem El Haddad, Ronald Rombouts, Erwin Tuinier
Beleggingscommissie De beleggingscommissie voert het overleg met de externe vermogensbeheerders en de custodian en adviseert het bestuur over te nemen besluiten met betrekking tot het vermogensbeheer. Communicatiecommissie De communicatiecommissie bestaat uit drie leden van het bestuur, aangevuld met twee vertegenwoordigers uit de deelnemersraad (1 positie is vacant). De commissie coördineert de communicatie naar alle deelnemers en adviseert het bestuur daarover. Pensioencommissie De pensioencommissie houdt zich bezig met ontwikkelingen op het gebied van wet- en regelgeving en adviseert het bestuur over te nemen besluiten met betrekking tot juridische en reglementaire zaken. Auditcommissie De auditcommissie ondersteunt het bestuur met het beoordelen van processen binnen het pensioenfonds en adviseert het bestuur daarover. Specifieke beoordelingsgebieden zijn interne- en externe verslaggeving, risico-analyse, invoeren wijzigingen (in overeenstemming met wet -en regelgeving) en het vaststellen of de eigen gedragscode wordt gevolgd. Deelnemersraad Naast het bestuur is er een deelnemersraad actief. De deelnemersraad adviseert het bestuur over aangelegenheden die het fonds betreffen, gevraagd of uit eigen beweging. De deelnemersraad bestaat uit minimaal zes en maximaal vijftien leden. Werknemers en gepensioneerden zijn naar evenredigheid van hun deelname in het pensioenfonds vertegenwoordigd in de deelnemersraad. De leden van de deelnemersraad ontvangen geen bezoldiging voor de uitoefening van hun functie.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 13
Leden deelnemersraad: Wilko Jansen Erwin Gerlof Michiel Molevelt Paul Bergmans Marian Smit-van 't Hof Lisette van Kraay Martin Mulder Olivier Luth Edwin Jakupovic Petra Holland Ruud van Loo Joop ter Laak Leon van Dam Anneke Middag Lex van Ginkel
Functie: voorzitter vice-voorzitter (vanaf 1 januari 2010) secretaris (tot 1 april 2010) secretaris (vanaf 1 april 2010) communicatiecommissie (tot 1 januari 2011) lid (tot 1 januari 2011) communicatiecommissie (vanaf 1 oktober 2010) lid lid (tot 1 november 2010) lid (vanaf 1 juni 2010) lid (vanaf 6 oktober 2010) lid (vanaf 24 november 2010) lid (tot 19 april 2011) lid lid
Namens: J-C CBV CBV J-C J&J CBV CBV J&J JJC Mentor OCD JJC gepensioneerden gepensioneerden gepensioneerden
Verantwoordingsorgaan In december 2007 is het verantwoordingsorgaan geïnstalleerd. Het bestuur legt verantwoording af over o.a. vermogensbeheer, financiering, uitvoering en administratie en solvabiliteit. Het verantwoordingsorgaan is samengesteld uit deelnemers uit alle geledingen en vergadert minimaal een keer per jaar samen met het bestuur. Bij belangrijke wijzigingen, zoals omschreven in de ABTN en het reglement van het verantwoordingsorgaan, vraagt het bestuur advies aan dit orgaan.
Leden verantwoordingsorgaan: Henno Meijerink Michiel Molevelt Lisette van Kraaij Anneke Middag
Functie : lid lid tot mei 2010 lid vanaf mei 2010 lid
Namens: werkgevers werknemers werknemers gepensioneerden
Intern Toezicht Het intern toezicht heeft betrekking op het kritisch bezien van het functioneren van (het bestuur van) het pensioenfonds door onafhankelijke deskundigen. Het intern toezicht rapporteert aan het bestuur en bespreekt de rapportage en de eventuele daarop voorgenomen bestuursbesluiten met het verantwoordingsorgaan. De bevindingen worden in het jaarverslag vermeld. Het bestuur heeft gekozen voor een visitatiecommissie als invulling voor het intern toezicht. De personele invulling van de visitatiecommissie heeft plaatsgevonden in maart 2010. Een eerste visitatie is in april 2010 uitgevoerd. Daarover is in juni 2010 gerapporteerd. Het bestuur onderschrijft de aanbevelingen van de visitatiecommisie en is direct gestart met de uitvoering van de benoemde aktiepunten. Uitvoeringsorganisatie Naast de bovenstaande interne organen kent het fonds ook meerdere uitvoeringsorganisaties. Het navolgende beschrijft de partijen die door het fonds worden ingeschakeld. Administrateur Administratie van de pensioenregeling is uitbesteed aan Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. te Tilburg. Per 1 januari 2010 is een eigen beheer contract afgesloten met Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. te Tilburg. Daarmee is het fonds economisch en juridisch eigenaar van de bezittingen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 14
Herverzekeraar De premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheids- en WIA Inkomensaanvulling Excedent risico's zijn herverzekerd bij N.V. Interpolis BTL te Tilburg. Per 1 januari 2010 is het overlijdensrisico herverzekerd bij Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. (Centraal Beheer Achmea) te Apeldoorn. Vermogensbeheerders Het vermogensbeheer is uitbesteed aan Capital International Ltd., Marathon NGF, Pacific Investment Management Company LLC (PIMCO) en Western Asset Management Company (Wamco). Het Defined Contribution (spaarkapitaal) gedeelte is ondergebracht bij Robeco Pension Providers. Accountant, actuaris en overige adviseurs Het pensioenfonds wordt bijgestaan door de volgende externe deskundigen: Accountant De externe accountant controleert de jaarrekening en de verslagstaten ten behoeve van De Nederlandsche Bank (DNB) en doet verslag van zijn werkzaamheden in de vorm van een controleverklaring en een verslag aan het bestuur, waarin opgenomen zijn opmerkingen en aanbevelingen omtrent de administratieve organisatie en interne controle van het fonds. Het pensioenfonds heeft PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. te Rotterdam voor deze dienst ingeschakeld. Certificerend actuaris De certificerend actuaris rapporteert jaarlijks over de financiële positie van het pensioenfonds en geeft een actuariële verklaring af. Aon Hewitt te Eindhoven verricht deze werkzaamheden voor het pensioenfonds. Adviseurs Het pensioenfonds wordt bijgestaan door externe deskundigen van Aon Hewitt te Rotterdam voor actuariaat en risicobeheersing op lange termijn. Ortec Finance B.V. te Rotterdam draagt zorg voor de uitvoering van de ALM-studie, de continuïteitsanalyse en de herstelplananalyse. De beleggingscommissie wordt geadviseerd door Kris Praet Cfa, als extern vermogensadviseur.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 15
D
VERSLAG VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 16
VERANTWOORDINGSORGAAN
Verslag van het verantwoordingsorgaan Het verantwoordingsorgaan Het verantwoordingsorgaan (VO) bestaat uit drie leden: een vertegenwoordiger uit de kring van deelnemers, een vertegenwoordiger uit de kring van pensioengerechtigden en een vertegenwoordiger van de werkgevers. Het VO is bevoegd jaarlijks een algemeen oordeel te geven over: a Het handelen van het bestuur aan de hand van het jaarverslag, de jaarrekening en andere relevante informatie, waaronder de bevindingen van de visitatiecommissie. b Het door het bestuur uitgevoerde beleid in het afgelopen kalenderjaar. c Beleidskeuzes die op de toekomst betrekking hebben. Activiteiten en ervaringen in 2010 en verwachtingen voor de nabije toekomst In 2010 is er voortgeborduurd op het werk wat in 2009 is verricht (volgen van aanvullende opleiding en nadere uitwerking van het reglement VO). Het VO is een direct voortvloeisel van de nieuwe pensioenwet die in 2007 van kracht is geworden met als doel goed pensioenfondsbestuur. Het VO bestaat uit de volgende leden: Lisette van Kraay, vertegenwoordiger deelnemers (per 01-04-2010) l Anneke Middag, vertegenwoordiger gepensioneerden l Henno Meijerink, vertegenwoordiger werkgevers l In 2011 is het VO eenmaal met een delegatie van het bestuur bijeengekomen (mei 2011). Het verzoek uit 2010 om meer responsetijd ter beoordeling van het concept te krijgen is naar tevredenheid beantwoord. Ook de door ons gestelde vragen over risicobeleid (algemene en beleggingsrisico's), leeftijdscorrecties bij levensverwachting alsmede over het uitgewerkte mandaat van de beleggingscommissie zijn naar tevredenheid beantwoord. Er is afgesproken met het bestuur dat het VO van alle bestuursnotulen en relevante studies en rapporten een kopie zal krijgen. Gezien de inhoud van de verstrekte documenten, de ter vergadering gegeven toelichting en de verkregen antwoorden op aanvullende vragen is het VO van oordeel dat het bestuur in 2010 de aan haar toebedeelde taken naar behoren heeft uitgevoerd en daarbij een evenwichtig beleid heeft gevoerd. Het VO is voorts van oordeel dat het bestuur de principes voor goed pensioenfondsbestuur correct naleeft.
Leiden, 8 juni 2011 Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland Het verantwoordingsorgaan
Lisette van Kraay Anneke Middag Henno Meijerink
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 17
Reactie van het bestuur op het verslag van het verantwoordingsorgaan Het bestuur heeft kennis genomen van het verslag van het Verantwoordingsorgaan. Het bestuur heeft alle stukken, die het Verantwoordingsorgaan voor de uitoefening van zijn taken redelijkerwijs nodig heeft, ter beschikking gesteld.
Leiden, 17 juni 2011 Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland Het bestuur
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 18
E
VERSLAG VAN DE DEELNEMERSRAAD
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 19
VERSLAG VAN DE DEELNEMERSRAAD
De deelnemersraad De deelnemersraad (DNR) is een afvaardiging van zowel werknemers in actieve dienst als gepensioneerden in ons pensioenfonds. Onze rol is het behartigen van de belangen en invloed uitoefenen op de pensioenregeling van alle deelnemers. Dat zijn naast werknemers en pensioengerechtigden ook ex-werknemers (personen die ooit in dienst geweest zijn van een J&J vestiging maar waarvan de pensioenwaarde niet naar een ander pensioenfonds is overgedragen). De activiteiten en ervaringen in 2010 De actuele realisatie van het herstelplan is een leidend thema geweest voor 2010. Per kwartaal werd de actuele dekkingsgraad vergeleken met het plan om zodoende vast te stellen of de aanwas voldoende was, of dat de aangesloten bedrijven een bijstorting moesten doen. Gelukkig lagen we het gehele jaar op koers dus er is geen extra injectie nodig geweest. Helaas was de dekkingsgraad het afgelopen jaar onder de 100% waardoor waardeoverdracht voor de nieuwe of uit dienst getreden deelnemers wettelijk niet mogelijk was. Daarnaast heeft de DNR, naar aanleiding van aanbevelingen van de visitatie commissie pensioenfondsen B.V., zich gefocust op de noodzaak van professionalisering van de DNR zelf. Dit omvat o.m. een betere verslaglegging binnen de DNR, ontwikkeling van een huishoudelijk/verkiezingsreglement DNR en een actieve deelname aan de communicatie commissie van het gehele pensioenfonds. De DNR heeft ook ondersteuning geleverd aan de door het J&J pensioenfonds georganiseerde roadshow in de vorm van een vraag en antwoord sessie. Deze door de pensioenfondsmanager gegeven roadshows waren een succes en het verdient het komend jaar zeker vervolg. In 2010 is geen indexatie toegepast. DNR betreurt dit besluit, maar heeft begrip voor het feit dat de financiële situatie van het J&J pensioenfonds geen ruimte voor indexatie bood. De DNR heeft in 2010 de volgende adviesaanvragen behandeld: Franchise handhaving. l Communicatieplan. l ABTN uitgangspunten. l Huishoudelijk/verkiezingreglement DNR. l Organisatorische zaken De DNR heeft in 2010 drie vergaderingen belegd. Verder voerden we tweemaal overleg met het J&J pensioenfondsbestuur. Daarnaast vond ook een gezamenlijke workshop/training over beleggen en pensioen plaats. Naast deze standaard vergadering vindt er ook maandelijks overleg plaats tussen het dagelijks bestuur van de DNR en de pensioenfondsmanager. Er zijn ook in 2010 weer mutaties geweest in het aantal leden van de DNR. Edwin Jakupovic (J&J Consumer) en Michiel Molevelt (Centocor) hebben de DNR verlaten. Petra Holland (Mentor), Ruud van Loo (OCD/Lifescan) en Joop ter Laak (J &J Consumer) zijn in 2010 toegetreden.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 20
Verwachtingen voor de nabije toekomst 2011 zal in het teken staan verdere professionalisering van de DNR o.a. resulterend in het opstellen van de volgende 7 speerpunten voor 2011: Deskundigheidsbevordering DNR. l Wet- & regelgeving (arbeidsvoorwaarden m.b.t. pensioen). l Pensioenregelingen & - soorten. l Communicatie. l Vermogensbeheer & risicomanagement. l Administratieve Organisatie + IC (verantwoordingsorgaan). l Actuarieel + verslaglegging (ABTN + ALM). l Deze zullen het komend jaar verder uitgewerkt gaan worden door diverse DNR werkgroepen. Bovendien zullen het komend jaar weer een aantal nieuwe DNR leden o.a. uit Mentor en Janssen Biologics B.V. toetreden. Aandachtspunt blijft de algemene continuïteit van de DNR zelf, dit gezien de werkzaamheden en het benodigde kennisniveau. Graag roepen we iedere deelnemer op te overwegen zich actief in te zetten voor een goed pensioen en zich kandidaat te stellen voor een positie in de DNR.
Leiden, 27 april 2011 Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland Namens de deelnemersraad,
Wilko Jansen (voorzitter) Erwin Gerlof (vice-voorzitter) Paul Bergmans (secretaris)
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 21
F
BESTUURSVERSLAG
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 22
BESTUURSVERSLAG
Algemeen Alle bedragen zijn vermeld in duizenden euro's, tenzij anders vermeld. Hoofdlijnen Het bestuur van het fonds heeft in 2010 vier maal reglementair vergaderd en heeft daarnaast in april 2010 een extra vergadering gehouden met als enige onderwerp de invulling van het deskundigheid stappenplan. Er is twee maal een overlegvergadering met de deelnemersraad gehouden en éénmaal overlegd met het verantwoordingsorgaan. Het afgelopen jaar is veel aandacht besteed aan de uitkomsten van het beleggingsonderzoek waarover op 22 juni 2010 is gerapporteerd door De Nederlandsche Bank (DNB). Per 1 januari 2010 is een Overeenkomst van Pensioenbeheer met een looptijd van drie jaar afgesloten met Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. De deelnemers- en financiele administratie wordt o.a. door Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. uitgevoerd. In het najaar van 2010 is een ALM-studie uitgevoerd door Ortec Finance B.V. De uitkomst van deze studie is beoordeeld door het bestuur en besproken met Algemeen Directeuren van de aangesloten ondernemingen. De uitkomsten van de ALM-studie geven geen redenen op grond waarvan het huidige strategische beleggingsbeleid aangepast hoeft te worden. Tijdens een training in juni 2010 is er aandacht besteed aan risicobeheer en is het risicomodel volgens FIRM geactualiseerd m.b.t. in te voeren beheersmaatregelen en mogelijke additionele beheersmaatregelen. Vervolgacties zijn benoemd en voorzien van een opleveringsdatum. Goed pensioenfondsbestuur (Pension Fund Governance) Integere bedrijfsvoering Wettelijk is geregeld dat een pensioenfonds maatregelen dient te treffen die goed pensioenfondsbestuur waarborgen. Met de invoering van de Pensioenwet per 1 januari 2007 zijn de STAR principes voor pension fund governance (PFG) verankerd in het wettelijk kader. Deze 32 principes betreffen de onderdelen zorgvuldig bestuur; transparantie, openheid en communicatie; deskundigheid; verantwoording en intern toezicht. Het beleid van het fonds hieromtrent is omschreven in de beleidsnotitie Prudent Person en is in gericht op een integere bedrijfsvoering. Deze verantwoordelijkheid is vastgelegd in artikel 143 van de Pensioenwet. Dit houdt onder meer in: Adequate administratieve organisatie en interne controle (AO/IC) en risicobeheersing. l Analyse en beheersing van integriteitsrisico's. l Voorkomen van belangenverstrengeling. l Duurzame beheersing van (financiële) risico's. l Eenmaal per 3 jaar een continuïteitsanalyse. l Intern toezicht en verantwoordingsorgaan Het bestuur van het fonds besteedt conform de Pensioenwet en de daarin opgenomen eisen voor goed pensioenfondsbestuur veel aandacht aan de opzet en inrichting van de organisatie, inclusief de interne beheersing. Reglementair is bepaald hoe het bestuur omgaat met de rol als bestuur en invulling geeft aan begrippen als goed bestuur, verantwoording en intern toezicht. Verantwoordingsorgaan Vanaf december 2007 is het verantwoordingsorgaan (VO) actief. Het VO bestaat uit een vertegenwoordiging van leden van de deelnemersraad (1 actieve deelnemer en een pensioengerechtigde) en een werkgevers-vertegenwoordiger. De opbouw is zodanig dat zoveel mogelijk wordt samengewerkt met de deelnemersraad om overlapping te voorkomen. De verantwoording die het bestuur aflegt, is onderdeel van de jaarverslagcyclus en in dat kader wordt er ook formeel overleg gevoerd tussen bestuur en VO. De opzet en inhoud van het jaarverslag zijn meer toegesneden op de verantwoordingswijze. In dit jaarverslag wordt separaat verslag gedaan van de bevindingen van het VO ten aanzien van het gevoerde beleid.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 23
Intern toezicht Voor het Intern Toezicht is gekozen voor een Visitatiecommissie (VC), die eens in de drie jaar de beleids- en bestuursprocedures en -processen, de checks and balances, de wijze waarop de uitvoering van de regeling wordt bestuurd en aangestuurd en de wijze waarop wordt omgegaan met de risico's op de langere termijn voor (de dekkingsgraad van) het pensioenfonds, beoordeeld. In april 2010 is de eerste visitatie uitgevoerd. Daarover is in juni 2010 gerapporteerd over de periode over de periode 1 januari t/m 31 december 2009. De VC heeft een goed geïnformeerd bestuur aangetroffen dat zeer betrokken is bij en overtuigd is van de wenselijkheid van het hebben van een eigen ondernemingspensioenfonds. Het bestuur erkent en onderkent de vele bestuurlijke taken die het besturen van een fonds impliceert. Het fonds beheert de pensioenen van medewerkers van inmiddels zes aangesloten werkgevers (1 januari 2010). De Deelnemersraad (DNR) is nog volop in ontwikkeling. Het Verantwoordingsorgaan (VO) is nog niet geheel van de grond gekomen. Beide organen zijn voor een goed fondsbestuur evenwel nodig. Een VO en DNR die beide goed functioneren, zijn ook in het belang voor het bestuur zelf (countervailing power). Inmiddels hebben zowel VO als DNR een eigen reglement en hebben de leden van beide organen de relevante SPO-opleiding gevolgd. De financiële situatie van het fonds fluctueert door de sterk op aandelen gerichte beleggingen op forse wijze (positief en negatief). Dit sterk op aandelen gerichte beleid is bewust beleid van de Amerikaanse moederonderneming en van het fonds. Het Bestuur is verantwoordelijk voor de beleggingen van het fonds. Maar feitelijk vervult de Beleggingscommissie deze rol en moet deze aldus aan de Beleggingscommissie verder worden gemandateerd. Risicoperceptie is aanwezig, maar de beheersing daarvan kan en mag verder worden ontwikkeld. Communicatie tussen fonds en deelnemers, maar ook tussen bestuur en DNR en VO behoeft nadere inspanning. Het bestuur heeft kennisgenomen van het rapport van de Visitatiecommissie. De bevindingen en aanbevelingen zijn uitgebreid besproken. Het bestuur herkent zich in de bevindingen en heeft de aanbevelingen ter harte genomen. Dit leidt in 2010 onder andere tot de verdere ontwikkeling van een risico-inventarisatie en -analyse model om tot een betere beheersing van de risico's te komen. Daarnaast heeft het bestuur het mandaat van de beleggingscommissie nader uitgewerkt en beschreven in de ABTN. Het bestuur is van mening dat de communicatie met deelnemers, DNR en verantwoordingsorgaan tijdig en adequaat is. Het bestuur dankt de Visitatiecommissie voor de uitvoering van haar werkzaamheden. De Visitatiecommissie heeft haar taak op een efficiënte en ter zake kundige wijze uitgevoerd. Deskundigheidsbevordering Gesprekken met DNB en het uitgevoerde onderzoek beleggingsbeleid hebben er toe geleid dat het bestuur hernieuwd aandacht besteed aan het trainingsprogramma voor de leden van het bestuur. Het bestuur gaat hierbij uit van de eisen die zijn vastgelegd in het plan van aanpak Deskundigheidsbevordering van VB, OPF en UvB van augustus 2009. De eisen voor bestuursleden zijn van toepassing op nieuwe benoemingen of herbenoemingen. Voorts moeten pensioenfondsen in de jaarverantwoording over 2010 verslag doen van de activiteiten die zij hebben ontplooid om er voor te zorgen dat het bestuur als collectief aan de eisen voldoet. Het bestuur voldoet aan de minimale eisen die de DNB stelt, maar een verdergaande kennisontwikkeling is gewenst. Op 20 april 2010 is door het bestuur een nieuw deskundigheidsplan opgesteld en eind april 2010 naar DNB verzonden. In dit plan zijn ook de trainingsdata voor 2010 vastgelegd. Uitvoering van het opleidingsplan wordt maandelijks door de pensioenfondsmanager gecontroleerd d.m.v. de deskundigheidsmonitor. In 2010 zijn alle afgesproken SPO-opleidingen gevolgd. Tevens worden de belangrijkste punten van bezochte congresssen gedeeld met het gehele bestuur. De beleggingscommissie heeft een Western Asset Learning Course gevolgd met als onderwerp wereldwijd vastrentende waarden management. Tijdens een training in juni 2010 is verder aandacht besteed aan risicobeheersing.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 24
Naleving wet- en regelgeving Overeenkomstig artikel 96 van de Pensioenwet wordt vermeld dat: - het pensioenfonds in het boekjaar 2010 geen dwangsommen en boetes zijn opgelegd; - het pensioenfonds in het boekjaar 2010 geen aanwijzing als bedoeld in artikel 171 van de Pensioenwet is gegeven; - in het boekjaar 2010 geen bewindvoerder als bedoeld in artikel 173 van de Pensioenwet is aangesteld; - een kortetermijn herstelplan van toepassing is; - een langetermijn herstelplan van toepassing is. Gedragscode Door nieuwe bestuursleden of bij herziening wordt de gedragscode getekend. In 2010 is de gedragscode niet aangepast en hebben alle bestuursleden de gedragscode ondertekend. Toezichthouder Het fonds is in oktober 2009 en februari/maart 2010 onderdeel geweest van het DNB onderzoek naar beleggingsbeleid van pensioenfondsen. Daarover is op 16 maart 2010 toelichting gegeven door DNB aan het bestuur. Op 22 juni 2010 heeft het bestuur in een brief van DNB de resultaten van het beleggingsonderzoek ontvangen. De belangrijkste bevinding is dat er sprake is van een onvoldoende beheerste en integere bedrijfsvoering. Het bestuur onderschrijft deze bevinding niet, zoals in het overleg op 16 maart 2010 ook is toegelicht. Het bestuur ziet wel punten voor verbetering. Op 29 juni 2010 heeft het bestuur een uitgebreid Plan van Aanpak naar DNB gestuurd. Op 30 augustus is hierover overleg tussen bestuur en DNB geweest om het plan op enkele punten nog concreter te maken. Op 2 november 2010 is de eerste set documenten naar DNB gestuurd, op 15 december 2010 gevolgd door een bijgewerkte ABTN inclusief bijlagen. Een volgend overleg vindt plaats in 2011. Uitbesteding Het bestuur heeft diverse malen overleg gevoerd met de uitvoeringsorganisatie over de overeenkomst van pensioenbeheer en de service-level-agreement. Daarnaast heeft het bestuur op grond van haar analyse van de SAS70 type II-rapportage aanvullende vragen gesteld aan de uitvoeringsorganisatie over bepaalde aspecten van de kwaliteit van de beheersmaatregelen. De vragen zijn naar tevredenheid beantwoord. Per 1 januari 2010 is een eigen beheer contract afgesloten met Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. te Tilburg. Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. voert daarin de deelnemers- en financiële administratie uit en is betrokken bij het jaarwerk 2010. De controle van de SAS70 type II- en AAF 01/06-verklaringen van de vermogensbeheerders zijn beoordeeld. Er zijn geen voorbehouden gemaakt. De bevindingen geven geen aanleiding voor additionele vragen. Communicatie In 2010 is veel aandacht besteed aan communicatie. Het communicatieplan is bijgewerkt. Er zal onderzoek gedaan worden naar het bereik en de waardering van pensioeninformatie en naar de begrijpelijkheid van de pensioencommunicatie, de zgn. 'bijsluiter test'. Naast de nieuwsbrief voor gepensioneerden is er in september ook een bericht verstuurd naar de deelnemers en gepensioneerden dat het J&J pensioenfonds niet bij de 14 ondernemingen behoort waar, volgens de media, mogelijk gekort moet worden. Ook zijn er bij elke vestiging plenaire bijeenkomsten met de manager van het pensioenfonds georganiseerd. Eén bijeenkomst is opgenomen met video en via het J&J intranet beschikbaar gemaakt, inclusief de presentatie voor alle medewerkers. Daarnaast is het mogelijk een afspraak met de manager van het pensioenfonds te maken op tijdstippen dat hij de vestigingen bezoekt. Deze data worden ruim van te voren bekend gemaakt. Het fonds stelt voor de deelnemers een pensioenplanner ter beschikking, waarmee op basis van actuele gegevens verschillende pensioenscenario's kunnen worden doorgerekend. De aanlevering van pensioendata aan het pensioenregister is tijdig afgerond. Het bestuur vertrouwt erop hiermee wederom een belangrijke stap voorwaarts in de pensioencommunicatie te hebben gezet.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 25
Ontwikkelingen op pensioengebied in 2010 In juni 2010 was er een pensioenakkoord tussen sociale partners. De praktische invoering van de besluiten van dit akkoord laat vooralsnog op zich wachten. Het pensioenfonds heeft de laatste prognose van de overlevingskansen waaruit blijkt dat deelnemers gemiddeld ouder worden dan eerder verwacht in de berekening van de pensioenverplichtingen per 31 december 2010 meegenomen. In het najaar van 2010 is een ALM-studie uitgevoerd door Ortec Finance B.V. De uitkomst van deze studie is beoordeeld door het bestuur en besproken met Algemeen Directeuren van de aangesloten ondernemingen. De uitkomsten van de ALM-studie geven geen redenen op grond waarvan het huidige strategische beleggingsbeleid aangepast hoeft te worden. Voor de verdere toekomst zal het bestuur op basis van dit onderzoek, met in achtneming van politieke en maatschappelijke besluitvorming over AOW en pensioenen, onderzoeken of en in hoeverre aanpassingen nodig zullen zijn.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 26
PENSIOENPARAGRAAF Kenmerken regeling In het boekjaar zijn er geen wijzigingen in de bestaande regelingen aangebracht. De kenmerken van de regeling zijn als volgt:
Pensioensysteem Pensioenleeftijd Pensioengevend salaris Franchise Pensioengrondslag Vakantietoeslag Opbouw vast salaris Nabestaandenpensioen Eigen bijdrage
Eindloonregeling Beschikbare premieregeling 65 65 Vast jaarsalaris Vast jaarsalaris € 13.840 € 12.700 Jaarsalaris -/- franchise Jaarsalaris -/- franchise Onderdeel van jaarsalaris Onderdeel van jaarsalaris 1,75% 0,25% (beoogd) Opbouw, 70% van OP 70% OP bij aankoop pensioen 6% van de grondslag voor de totale regeling
Toeslagbeleid Toeslagenmatrix Het pensioenfonds hanteert volgens de toeslagenmatrix de toeslagcategorie B: er is geen ambitie om jaarlijks toeslagen te geven op pensioenrechten en pensioenaanspraken. Er is geen maatstaf, omdat de eventuele toekenning van toeslagen berust op jaarlijkse beslissingen van het bestuur. De gewezen deelnemers en uitkeringsgerechtigden moeten er van uitgaan dat ze geen jaarlijkse toeslag zullen krijgen. Het pensioenfonds heeft geen geld gereserveerd om pensioenen te verhogen. Voorwaardelijk De voorwaardelijke toeslagverlening houdt in dat het pensioenfonds geen jaarlijkse toeslagverlening garandeert noch de hoogte ervan. Voor de actieve deelnemer speelt de toeslagverlening niet door toepassing van de eindloonregeling. De slapers en uitkeringsgerechtigden hebben geen recht op een toeslag. Verleende toeslagen Over 2009 en 2010 heeft het bestuur geen toeslagen verleend. Premie De kostendekkende premie over 2010 bedraagt € 19.278.000 en de gedempte premie € 18.423.000. De gedempte premie is gebaseerd op een verwacht rendement van 4,0%. De feitelijke door het fonds ontvangen premie bedraagt € 18.426.000. Aangezien de over 2010 ontvangen feitelijke premie meer is dan de gedempte premie is er geen sprake van premiekorting. Verwachte wijzigingen in het komend jaar Er worden geen wijzigingen in de regeling verwacht, met uitzondering van wettelijke aanpassingen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 27
BELEGGINGEN Gedurende het jaar heeft de beleggingscommissie 4 maal regulier vergaderd en is er 2 maal vergaderd met de vermogensbeheerders. Daarnaast zijn er diverse bijeenkomsten geweest met Kasbank voor invoering van de compliance monitoring tool en performance & risk rapportage. Beleggingsklimaat De financiële markten hebben turbulente jaren achter de rug, waarin stagnatie en opleving elkaar afwisselden. In de loop van 2007 begon de kredietcrisis doordat het aantal huishoudens in de VS dat niet meer aan zijn hypotheekverplichtingen kon voldoen, snel toenam. In september 2008 verhevigde de onrust op de financiële markten. Vanaf het tweede kwartaal van 2009 begon het vertrouwen langzaam terug te keren met stijgende beurskoersen tot gevolg. Gedurende 2010 stegen de beurskoersen verder en zijn goede rendementen behaald. Daartegenover stond een daling in 2010 van de gemiddelde rente (ultimo 2010: 3,45%; ultimo 2009: 3,87%). Dit heeft een stijgend (=negatief) effect op de verplichtingen. Beleggingsbeleid Het beleggingsbeleid is gericht op een verhouding van 70% in zakelijke waarden (aandelen) en 30% in vastrentende waarden (obligaties en spaarvormen). Hierbij geldt een marge van plus of min 10%. De strategische en feitelijke (ultimo 2010) positionering van de beleggingsportefeuille over de verschillende vermogensbeheerders is als volgt:
Aandelen Vermogensbeheerder Strategisch Capital International Ltd. 35% Marathon NGF 35% Vastrentende waarden Vermogensbeheerder PIMCO* Wamco**
Feitelijk 34% 41%
Strategisch
Feitelijk
15% 15%
13% 12%
* Pacific Investment Management Company LLC ** Western Asset Management Company
De overweging in aandelen en met name in Marathon is het gevolg van de goede resultaten van Marathon welke in 2010 ruim boven de benchmark liggen. Voor de benchmark worden de volgende indices en gewichten gebruikt: Aandelen MSCI World (genoteerd in €) 70% Vastrentende waarden Citigroup Euro BIG (genoteerd in €) 30% Binnen het aandelengedeelte is het fonds een verplichting aangegaan om maximaal USD 1,5 miljoen te beleggen in het Capital International Private Equity Fund V. In 2010 heeft het bestuur besloten ook voor USD 1,5 miljoen deel te nemen in Capital International Private Equity Fund VI. Dit is ca. 1% van het totaal aan beleggingen per 31 december 2010 (€ 214 miljoen). Het totaal aan beleggingen (incl. de beschikbare premieregeling) is in 2010 met € 48,8 miljoen gestegen, van € 165,2 miljoen naar € 214,0 miljoen. Het fonds heeft in 2010 geen extra bijdrage gevraagd aan deelnemers en/of sponsors.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 28
Het beleggingsrendement bedraagt in 2010 € 31,7 miljoen (20,3%). Dit is 6,1 procentpunt beter dan de benchmark. In 2009 bedroeg het beleggingsrendement € 32,6 miljoen. Dat was 7,3 procentpunt beter dan de benchmark.
St. Pfds. J&J Nederland
Benchmark
3 jaar
1,5%
0,5%
5 jaar
1,4%
1,2%
10 jaar
1,3%
0,6%
Vooruitblik Na de krimp in 2009 herstelde de wereldeconomie zich in 2010. De opkomende markten presteerden beter dan de ontwikkelde landen. Dit komt mede doordat de financiële crisis diepere sporen heeft nagelaten in de ontwikkelde landen. De ontwikkelingen in de eurozone, de arabische wereld en japan zullen nauwlettend gevolgd moeten. De beleggingscommissie zal zich verder richten op de ontwikkeling van de compliance monitoring tool en de performance & risk rapportage. Rekening houdend met onder meer de samenstelling en de gemiddelde leeftijd van de deelnemers in het fonds en de hoge volatiliteit van de markten en de rente is er geen reden om af te wijken van het strategische beleggingsbeleid zoals deze sinds 2008 wordt gehanteerd.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 29
FINANCIËLE POSTITIE Samenvatting van de financiële positie van het fonds en ontwikkelingen gedurende het jaar:
Vermogen Stand per 31 december 2009
Technische
Dekkings-
voorzieningen
graad (%)
153.877
164.574
93,5
Beleggingsresultaten
30.399
25.915
17,5
Premiebijdragen
17.298
11.913
3,4
Uitkeringen
-1.777
-1.839
-0,1
-512
6.741
-18,2
199.285
207.304
96,1
Overige Stand per 31 december 2010
De verbetering van de dekkingsgraad is voornamelijk het gevolg van het positieve resultaat. Ultimo 2010 bedraagt de gemiddelde marktrente 3,45% (ultimo 2009: 3,87%). De dekkingsgraad ultimo jaar (op basis van de jaarrekening) heeft zich de afgelopen jaren als volgt ontwikkeld:
Aanwezige dekkingsgraad FTK Minimaal vereiste dekkingsgraad FTK Vereiste dekkingsgraad FTK
31-12-2010
31-12-2009
31-12 2008
31-12 2007
31-12 2006
%
%
%
%
%
96,1
93,5
68,4
138,1
130,8
104,3 144,9
104,5 144,1
104,5 141,3
105,1 145,2
145,7
Het pensioenfonds heeft een onderdekking als de dekkingsgraad minder dan 104,3% is en een reservetekort als de dekkingsgraad lager dan 144,9% is. Beide geschetste situaties gelden ultimo 2010. Er is ultimo 2010 sprake van een reservetekort van 48,8 procentpunt en een dekkingstekort van 8,2 procentpunt. Herstelplan In 2008 is door de kredietcrisis en de dalende rente een dekkingstekort ontstaan. Het in 2009 ingediende herstelplan omvat een korte termijn herstelplan van 5 jaar en een lange termijn herstelplan van 13 jaar. Het korte termijn herstelplan is door DNB goedgekeurd op 22 september 2009 en het lange termijn herstelplan op 13 januari 2010. De belangrijkste maatregelen uit het herstelplan zijn: Verhoging van de premie door verlaging van de rentevoet, waarmee de premie wordt berekend, van 4,5% naar 4,0%. l Toetsing van de feitelijke dekkingsgraad aan het eind van elk kwartaal. Indien de dekkingsgraad lager is dan de in het l herstelplan veronderstelde dekkingsgraad aan het begin van het jaar, zal direct een extra premie van de werkgevers worden gevraagd. Zodra de minimaal vereiste reserve is bereikt (korte termijn herstelplan) zal de premie met een vaste toeslag van l 3,2% van de loonsom worden verhoogd, totdat het vereist eigen vermogen is bereikt, uiterlijk ultimo 2021. Het herstel gaat in werkelijkheid sneller dan verwacht. In het herstelplan werd een dekkingsgraad ultimo 2010 verwacht van 85,9%. De werkelijke dekkingsgraad ultimo 2010 is 96,1% (10,2 procentpunt hoger dan verwacht). Door het bestuur is de voorgeschreven jaarlijkse evaluatie van het herstelplan uitgevoerd. Deze evaluatie heeft niet geleid tot bijstelling van de oorspronkelijke uitgangspunten van het herstelplan. Op grond van de huidige situatie voorziet het herstelplan in herstel binnen de daarvoor geldende termijnen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 30
Actuariële analyse van het resultaat De samenstelling van het resultaat over 2010 en 2009 en de wijzigingen daarin blijken uit het volgende overzicht: 2010
Wijziging rentetermijnstructuur Resultaat op intrest/beleggingen Resultaat op premie Resultaat op kosten Resultaat op uitkeringen Resultaat op mutaties Resultaat op waardeoverdrachten Wijziging actuariële grondslagen Technisch resultaat
2009
-23.630 28.223 4.403 36 26 -328 238 -6.401 111
16.754 26.499 2.087 -131 -11 55 -260 -6.101 702
2.678
39.594
De belangrijkste verklaringen voor de ontwikkeling van het resultaat zijn: Wijziging rentetermijnstructuur In 2010 is de gemiddelde rente met 0,42 procentpunt gedaald (ultimo 2010: 3,45%, ultimo 2009: 3,87%). De lagere rente leverde een negatief resultaat op van € 23,6 miljoen. Resultaat op intrest/beleggingen Het behaalde directe en indirecte beleggingsrendement in 2010 was hoger dan de benodigde intrest voor de verplichtingen (gelijk aan de 1-jaars rente uit de rentetermijnstructuur per 31 december 2009: 1,303%). Daardoor ontstond een positief resultaat op beleggingsopbrengsten van € 28,2 miljoen. Resultaat op premie De ontvangen premie bestaat uit de bijdragen van werkgever en werknemers en eventueel derden (FVP). Als het eigen vermogen minder is dan het vereist eigen vermogen, dan is de feitelijke premie gelijk aan de kostendekkende premie. Bij de vaststelling van de kostendekkende premie wordt uitgegaan van een disconteringsvoet van 4,0%. De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: 2010
Kostendekkende premie Gedempte premie Feitelijke premie
19.278 18.423 18.426
2009
21.341 17.739 17.739
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 31
De samenstelling van de kostendekkende premie is als volgt: 2010
Actuarieel benodigde koopsom Opslag voor uitvoeringskosten Solvabiliteitsopslag (Vereist Eigen Vermogen)
2009
13.041 981 5.256
14.817 904 5.620
19.278
21.341
Resultaat op mutaties Hierbij kan men bijvoorbeeld denken aan flexibilisering bij pensioneren. Wijziging actuariële grondslagen In dit resultaat is onder andere het effect opgenomen van de overgang op de nieuwe AG Prognosetafel 2010-2060. Tegenover dit effect staat de vrijval van de per 31 december 2009 in de technische voorzieningen begrepen forfaitaire opslag voor de toegenomen levensverwachting. Deze opslag betrof namelijk het voorsorteren op de publicatie van de nieuwe prognosetafel. Technisch resultaat Het technisch resultaat bestaat onder andere uit het resultaat op sterfte en op arbeidsongeschiktheid. Het resultaat op sterfte is positief en bedraagt € 586 duizend. Dit resultaat is te splitsen naar het resultaat op lang leven ad -€ 25 duizend (verzekerden worden ouder dan werd verondersteld op basis van de fondsgrondslagen) en het resultaat op kort leven ad € 611 duizend (verzekerden sterven eerder dan werd verondersteld op basis van de fondsgrondslagen). De beschikbare risicopremies voor arbeidsongeschiktheidspensioen en de premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid bedragen € 452 duizend. In 2010 is de schade in verband met arbeidsongeschiktheid € 172 duizend. Daarnaast is er een voorziening voor zieke deelnemers gevormd van € 740 duizend. Deze voorziening bedraagt tweemaal de risicopremie voor arbeidsongeschiktheid en is bedoeld voor deelnemers die ziek zijn en mogelijk arbeidsongeschikt worden. Per saldo een resultaat op arbeidsongeschiktheid van € 460 duizend negatief. Oordeel van de externe actuaris op de financiële positie: De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend vastgesteld. Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, sprake van een dekkingstekort. Met inachtneming van het voorafgaande heeft de certificerend actuaris zich ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet, met uitzondering van de artikelen 131, 132 en 133. De Nederlandsche Bank heeft het pensioenfonds in haar brief van 24 mei 2011 meegedeeld dat het beleggingsbeleid niet in overeenstemming is met artikel 135 van de Pensioenwet. De vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland is naar mening van de certificerend actuaris slecht, vanwege het dekkingstekort. Reactie van het bestuur op het oordeel van de externe actuaris: Met betrekking tot de artikelen 131, 132 en 133 (dekkings- en reservetekort) merkt het bestuur op dat de onderdekking gemeld is bij DNB en er goedgekeurde korte- en langetermijn herstelplannen in werking zijn getreden. Het bestuur deelt de mening van DNB met betrekking tot het niet voldoen aan artikel 135 (eisen ten aanzien van beleggingen) niet. Ultimo mei 2011 is de dekkingsgraad zonder extra maatregelen op 101,6% gekomen en loopt het fonds voor op het oorspronkelijke pad voor herstel.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 32
RISICOPARAGRAAF Risico en beheersing/beleid Het beheer van het vermogen is uitbesteed aan 4 vermogensbeheerders. Het selectieproces van vermogensbeheerders is vastgelegd in de ABTN en gebeurd op basis van de 5 P's (Process, Portfolio construction, People, Performance en Price). De vermogensbeheerders beleggen volgens de criteria zoals omschreven in de ABTN. Bij de selectie van vermogensbeheerders zijn de prospectussen hierop beoordeeld. Het bestuur heeft zijn beleid verwoord in de ABTN. Algemene leidraad voor het uitvoeren van zijn beheertaken is risicomijdend operationeel management. Onderstaand treft u de risico´s die het bestuur met prioriteit heeft aangepakt: Beleggingsrisico's. l Actuariële risico's. l Renterisico. l In de toelichting op de balans per 31 december 2010 bij het onderwerp "Beleid en risicobeheer" wordt verder ingegaan op de risico's van het pensioenfonds. Beleggingsrisico's In het beleggingsbeleid is sprake van een spreiding over de verschillende beleggingscategorieën. De beleggingsportefeuille is verdeeld over twee aandelen- en twee vastrentende externe vermogensbeheerders. Deze vermogensbeheerders hebben verschillende visies op de markt waardoor het risico wordt gespreid. De beleggingscommissie heeft van het bestuur het mandaat gekregen om zelf binnen de bandbreedtes het taktisch beleid te bepalen en om de nieuwe gelden te verdelen. De belangrijkste beleggingsrisico's zijn het markt-, prijs-, valuta- en kredietrisico. Marktrisico De waarde van de beleggingen fluctueert met de koerswijzingen van de effecten waarin wordt belegd. Dit risico neemt toe bij een beperking van de spreiding van effecten in de portefeuille. De risico's kunnen verder toenemen wanneer gebruik gemaakt wordt van geschreven optieposities, indien belegd wordt met geleend geld of indien waardepapieren worden verkocht die het fonds niet bezit (short selling). Het beleggingsbeleid van het fonds sluit het beleggen met geleend geld uit evenals het verkopen van waardepapieren die het fonds niet bezit. Evenmin staat het beleggingsbeleid het schrijven van opties toe. De samenstelling van de beleggingen is weergegeven in de toelichting op de balans. Valutarisico De waarde van beleggingen in aandelen en vastrentende waarden wordt beïnvloed door de ontwikkelingen van de valutakoersen waarin de betreffende beleggingen luiden. Het valutarisico wordt niet afgedekt, tenzij op initiatief van de vermogensbeheerders binnen de richtlijnen van het mandaat. Het door het fonds gekozen beleggingsprofiel is agressief en tegelijkertijd gericht op de naar verhouding jonge populatie en de lange termijn met een sterke werkgever. Het fonds kent verder geen welomschreven toeslagenbeleid. Het afdekken van het valutarisico levert op de lange termijn niets op behalve extra kosten. Kredietrisico Dit risico wordt ook wel aangeduid als debiteurenrisico. De waarde van beleggingen in vastrentende waarden wordt onder meer beïnvloed door de ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de effectenuitgevende instellingen. Vooral de door beleggers gemaakte inschatting van de waarschijnlijkheid van het tijdig voldoen van rente- en aflossingsverplichtingen door de debiteur is hierbij bepalend. Ter beperking van het kredietrisico gelden binnen het fonds beperkingen voor de samenstelling van de vastrentende portefeuilles met beperking tot geografische spreiding, verdeling over verschillende debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit van de debiteur ('rating') en de omvang van de beleggingen per debiteur. Actuariële risico's Het fonds maakt gebruik van de zogenaamde AG Prognosetafel 2010-2060. In deze tafel is de sterftetrend verdisconteerd. Door toepassing van deze prognosetafel is het langlevenrisico voor het fonds sterk gereduceerd. Overige relevante actuariële risico's zijn het overlijdens- en het arbeidsongeschiktheidsrisico, die weer zijn herverzekerd bij Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. (Centraal Beheer Achmea) te Apeldoorn en bij N.V. Interpolis BTL te Tilburg.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 33
Renterisico Het fonds is gevoelig voor wijzigingen in de marktrente, omdat de duration van de beleggingen en de verplichtingen niet gelijk zijn. Bij het bepalen van het beleggingsbeleid weegt het bestuur zorgvuldig de voordelen (meer zekerheid) en nadelen (minder rendement) van meer of minder durationmatching af ten opzichte van alternatieve strategieën. Het renterisico wordt niet afgedekt, tenzij op initiatief van de vermogensbeheerders binnen de richtlijnen van het mandaat. Het door het fonds gekozen beleggingsprofiel is agressief en tegelijkertijd gericht op de naar verhouding jonge populatie en de lange termijn met een sterke werkgever. Het fonds kent verder geen welomschreven toeslagenbeleid. In verband met de complexiteit van het afdekken van het renterisico en het feit dat de baten op de lange termijn bezien niet op wegen tegen de lasten, heeft het bestuur besloten het renterisico niet af te dekken. Risico management Risico management is een terugkerend onderwerp op de agenda van het bestuur. Het beleid is omschreven in het Risico Analyse rapport. De Audit commissie controleert of dit proces gevolgd wordt. De risico's worden in kaart gebracht door gebruik te maken van het FIRM model van De Nederlandsche Bank.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 34
VERWACHT EN GEPLAND VOOR 2011 De uitkomsten van de ALM-studie geven geen redenen op grond waarvan het huidige strategische beleggingsbeleid aangepast hoeft te worden. Desondanks overweegt het bestuur om in de zomer van 2011 zich te beraden op het strategisch beleggingsbeleid naar aanleiding van overleg met DNB. Het bestuur zal de houdbaarheid van de regeling analyseren in 2011, mede in het licht van verwachte besluitvorming t.a.v. AOW en pensioenwetgeving.
Leiden, 17 juni 2011 Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland Het bestuur
Wijnand de Valk
Gerard Elsinghorst
Voorzitter
Vice-voorzitter
Sjaak Bloem
Paul Korte
Secretaris
Vice-secretaris
Robert-Jan van Berckel
Kariem El Haddad
Bestuurslid
Bestuurslid
Ronald Rombouts
Harry Wesselman
Bestuurslid
Bestuurslid
Erwin Tuinier Bestuurslid
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 35
JAARREKENING
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 36
G BALANS PER 31 DECEMBER 2010 (na verwerking van het resultaat) (in duizenden euro's)
31 december 2010
31 december 2009
ACTIVA Beleggingen voor risico pensioenfonds (1)
200.633
154.116
Beleggingen voor risico deelnemer
(2)
13.468
11.069
Herverzekeringsdeel technische voorzieningen
(3)
740
-
Vorderingen en overlopende activa
(4)
134
134
Liquide middelen
(5)
532
974
215.507
166.293
PASSIVA Stichtingskapitaal en reserves
(6)
-8.019
-10.697
Technische voorzieningen
(7)
207.304
164.574
Voorzieningen voor risico deelnemers
(8)
13.468
11.069
Kortlopende schulden en overlopende passiva
(9)
2.754
1.347
215.507
166.293
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 37
H
STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010
(in duizenden euro's) 2010
2009
Bijdragen van werkgevers en werknemers
(10)
17.298
16.701
Premiebijdragen risico deelnemers
(11)
1.128
1.038
Beleggingsresultaten risico pensioenfonds
(12)
30.399
30.863
Beleggingsresultaten risico deelnemers
(13)
1.437
1.755
Saldo waardeoverdrachten risico pensioenfonds
(14)
249
643
Saldo waardeoverdrachten risico deelnemers
(15)
-168
-157
Pensioenuitkeringen
(16)
-1.777
-1.631
Mutatie technische voorzieningen
(17)
Pensioenopbouw Rentetoevoeging Pensioenuitkeringen en afkopen Uitvoeringskosten Saldo overdrachten van rechten Wijziging marktrente Wijziging actuariële uitgangspunten Overige wijzigingen
-11.913 -2.285 1.839 -238 -11 -23.630 -12.502 -91
-13.710 -4.364 1.653 -274 -903 16.754 1.527
Mutatie overige technische voorzieningen
-48.831 6.101
683 -6.101 -42.730
-5.418
Mutatie voorzieningen risico deelnemers
(18)
-2.399
-2.636
Herverzekeringen
(19)
-760
-201
Mutatie herverzekeringsdeel technische voorzieningen
(20)
740
-
Pensioenuitvoerings- en administratiekosten
(21)
-744
-794
Diverse baten en lasten
(22)
5
-569
2.678
39.594
2.678
39.594
Bestemming saldo Mutatie algemene reserve
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 38
I
KASSTROOMOVERZICHT 2010
(in duizenden euro's) Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. 2010
2009
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten Verkopen beleggingen Aankopen beleggingen Directe opbrengsten Overige mutaties beleggingen Kosten vermogensbeheer
168 -15.738 215 -144 -1.581
157 -19.935 364 -391 -638 -17.080
-20.443
Kasstroom uit pensioenactiviteiten Bijdragen van werkgevers en werknemers Premiebijdragen risico deelnemers Saldo waardeoverdrachten risico pensioenfonds Saldo waardeoverdrachten risico deelnemers Pensioenuitkeringen Herverzekeringen Pensioenuitvoerings- en administratiekosten Diverse baten en lasten Mutatie vorderingen en overlopende activa Mutatie overige schulden en overlopende passiva
17.298 1.128 249 -168 -1.777 -760 -744 5 1.407
16.701 1.038 643 -157 -1.631 -201 -794 -569 1.242 1.466 16.638
17.738
-442
-2.705
Samenstelling geldmiddelen 2010
Liquide middelen per 1 januari Mutatie liquide middelen Liquide middelen per 31 december
2009
974
3.679
-442
-2.705
532
974
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 39
J
TOELICHTING BEHORENDE BIJ DE JAARREKENING
Algemeen Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland, statutair gevestigd te Amersfoort, heeft ten doel rechten op pensioenen toe te kennen aan deelnemers, gewezen deelnemers en hun nagelaten betrekkingen en overige belanghebbenden, danwel werkzaamheden die daarmee verband houden. De stichting handelt daarbij met inachtneming van het bij of krachtens artikel 116 van de Pensioenwet bepaalde. Overeenstemmingsverklaring De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen zoals deze zijn opgenomen in Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en met inachtneming van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving. Schattingswijziging Begin 2007 heeft het Actuarieel Genootschap (AG) de AG-tafel 2000-2005 gepubliceerd. Deze overlevingstafel bevat de afgeronde sterftekansen van de gehele Nederlandse bevolking in de jaren 2000 tot en met 2005. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) levert de basisgegevens voor deze tafel aan. Naast de AG-tafel 2000-2005 heeft het AG begin 2007 ook een prognosetafel voor de jaren 2005 tot en met 2050 uitgebracht. Eind 2007, 2008 en 2009 heeft het CBS de ruwe sterftekansen voor respectievelijk de jaren 2001-2006, 2002-2007 en 2003-2008 vrijgegeven. Dit heeft geleid tot respectievelijk de AG-tafel 2001-2006, AG tafel 2002-2007 en AG-tafel 2003-2008. Tevens zijn de uitkomsten van deze tafels beoordeeld in het kader van het nog niet beschikbaar zijn van de herziene AG Prognosetafel. De ontwikkeling van de toekomstige levensverwachting bleek aanzienlijk beter dan eerder voorzien en was daarmede ongunstiger voor pensioenfondsen. In het kader van de bepalingen uit de Pensioenwet en het Besluit Financieel Toetsingskader Pensioenfondsen dient met deze reële ontwikkelingen rekening te worden gehouden. Op 30 augustus 2010 is de nieuwe AG Prognosetafel 2010-2060 beschikbaar gekomen. Het totale effect van de overgang naar de nieuwe AG Prognosetafel 2010-2060 is becijferd op € 12,5 miljoen. In boekjaar 2009 is, vooruitlopend op het beschikbaar komen, het beoordelen en toepassen van die nieuwe AG Prognosetafel, een extra reservering sterftetrend opgenomen ter grootte van 3,85% van de technische voorzieningen, zijnde € 6,1 miljoen. Dit bedrag is verwerkt in de staat van baten en lasten over 2009. Het verschil ad € 6,4 miljoen is als last verantwoord in de staat van baten en lasten over 2010.
GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA Algemeen De gehanteerde grondslagen voor waardering en resultaatbepaling zijn ongewijzigd ten opzichte van voorgaand jaar. Alle bedragen zijn vermeld in duizenden euro's, tenzij anders vermeld. Beleggingen en pensioenverplichtingen worden gewaardeerd op reële waarde. Overige activa en passiva worden gewaardeerd op geamortiseerde kostprijs, tenzij anders is vermeld. Voor zover noodzakelijk, wordt op activa een voorziening voor mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 40
Schattingen en oordelen De opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW vereist dat het bestuur oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, en van baten en lasten. De schattingen en hiermee verbonden veronderstellingen zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en verschillende andere factoren die gegeven de omstandigheden als redelijk worden beschouwd. De uitkomsten hiervan vormen de basis voor het oordeel over de boekwaarde van activa en verplichtingen die niet op eenvoudige wijze uit andere bronnen blijkt. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden opgenomen in de periode waarin de schatting wordt herzien, indien de herziening alleen voor die periode gevolgen heeft, of in de periode van herziening en toekomstige perioden, indien de herziening gevolgen heeft voor zowel de verslagperiode als toekomstige perioden. Verwerking van activa en passiva Een actief wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen naar het pensioenfonds zullen toevloeien en de waarde daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Een verplichting wordt in de balans opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de afwikkeling daarvan gepaard zal gaan met een uitstroom van middelen en de omvang van het bedrag daarvan betrouwbaar kan worden vastgesteld. Baten worden in de staat van baten en lasten opgenomen wanneer een vermeerdering van het economische potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, en waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Indien een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle toekomstige economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico's met betrekking tot een actief of een verplichting aan een derde zijn overgedragen, wordt het actief of de verplichting niet langer in de balans opgenomen. Verder worden activa en verplichtingen niet meer in de balans opgenomen vanaf het tijdstip waarop niet meer wordt voldaan aan de voorwaarden van waarschijnlijkheid van de toekomstige economische voordelen en betrouwbaarheid van de bepaling van de waarde. Dit betekent dat transacties worden verwerkt op handelsdatum en niet op afwikkelingsdatum. Als gevolg hiervan kan sprake zijn van een post "nog af te wikkelen transacties". Saldering van een actief en een verplichting Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen indien sprake is van een wettelijke of contractuele bevoegdheid om het actief en de verplichting gesaldeerd en gelijktijdig af te wikkelen en bovendien de intentie bestaat om de posten op deze wijze af te wikkelen. De met gesaldeerd opgenomen financiële activa en financiële verplichtingen samenhangende rentebaten en rentelasten worden eveneens gesaldeerd opgenomen. Verwerking van waardeveranderingen van beleggingen Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen gerealiseerde en ongerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen. Alle waardeveranderingen van beleggingen, inclusief valutakoersverschillen, worden als beleggingsopbrengsten in de rekening van baten en lasten opgenomen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 41
Vreemde valuta Activa en verplichtingen in vreemde valuta worden omgerekend naar de rapporteringsvaluta euro tegen de koers per balansdatum. Deze waardering is onderdeel van de waardering tegen reële waarde. Baten en lasten voortvloeiende uit transacties in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers per transactiedatum. 31-12-2010
US Dollar (USD)
31-12-2009
1,34
1,43
Beleggingen Algemeen De beleggingen worden gewaardeerd op reële waarde. Slechts indien de reële waarde van een belegging niet betrouwbaar kan worden vastgesteld vindt waardering plaats op basis van geamortiseerde kostprijs. Participaties in beleggingsinstellingen, die gespecialiseerd zijn in een bepaald soort beleggingen worden gerubriceerd en gewaardeerd volgens de grondslagen van dat soort beleggingen. Aandelen Beursgenoteerde aandelen en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers. Niet aan een beurs genoteerde fondsen zijn gewaardeerd tegen de reële waarde op basis van de door de vermogensbeheerder van het fonds afgegeven intrinsieke waarde, zijnde een benadering van de marktwaarde. Vastrentende waarden Beursgenoteerde vastrentende waarden en participaties in beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatum geldende beurskoers, verhoogd met de lopende intrest. Niet aan een beurs genoteerde fondsen zijn gewaardeerd op basis van de geschatte toekomstige nettokasstromen (rente en aflossingen) die uit de beleggingen zullen voortvloeien, contant gemaakt tegen de geldende marktrente en rekening houden met het risicoprofiel en de looptijd. Overige beleggingen Onder overige beleggingen worden opgenomen die beleggingen die niet als een van de hiervoor opgesomde beleggingen geclassificeerd kunnen worden. Tevens worden onder de overige beleggingen opgenomen nog af te wikkelen beleggingstransacties en liquide middelen die beheerd worden door de vermogensbeheerder. De overige beleggingen worden gewaardeerd tegen marktwaarde. Beleggingen voor rekening en risico deelnemer Beleggingen voor rekening en risico deelnemers zijn middelen die aangehouden worden op rekeningen ten behoeve van deelnemers die zelf het beleggingsrisico dragen in het kader van de beschikbare premieregeling. De grondslagen voor de waardering van de beleggingen voor risico deelnemers zijn gelijk aan die voor de beleggingen die voor rekening van het fonds worden aangehouden.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 42
Herverzekering Betaalde herverzekeringspremies worden verantwoord in de periode waarop de herverzekering betrekking heeft. Vorderingen uit herverzekeringscontracten op risicobasis worden verantwoord op het moment dat de verzekerde gebeurtenis zich voordoet. Bij de waardering worden de herverzekerde uitkeringen contant gemaakt tegen de rentetermijnstructuur, onder toepassing van de actuariële grondslagen van het pensioenfonds. Bij de waardering van de vorderingen wordt rekening gehouden met de kredietwaardigheid van de herverzekeraar (afslag voor kredietrisico). Vorderingen uit hoofde van winstdelingsregelingen in herverzekeringscontracten worden verantwoord op het moment van toekenning door de herverzekeraar. Vorderingen en overlopende activa Vorderingen worden opgenomen tegen de reële waarde van de tegenprestatie, gewoonlijk de geamortiseerde kostprijs. Een voorziening wordt getroffen op de vorderingen op grond van verwachte oninbaarheid. Stichtingskapitaal en reserves De algemene reserve houdt rekening met de financiële positie en de aard en omvang van de risico's die het fonds loopt. De algemene reserve is bedoeld voor het opvangen van de verzekeringstechnische risico's en beleggingsrisico's. De maximale hoogte van de algemene reserve wordt bepaald door middel van de gestandaardiseerde methode zoals beschreven in het consultatiedocument Financieel Toetsingskader van de DNB. De algemene reserve is minimaal gelijk aan het minimum vereist eigen vermogen. Het jaarresultaat zal toegevoegd of onttrokken worden aan de algemene reserve zolang het maximum of het minimum niet bereikt is. Technische voorzieningen Voorziening pensioenverplichtingen De voorziening pensioenverplichtingen wordt gewaardeerd op reële waarde. De reële waarde wordt bepaald op basis van de contante waarde van de beste inschatting van toekomstige kasstromen die samenhangen met de op balansdatum onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen. Onvoorwaardelijke pensioenverplichtingen zijn de opgebouwde nominale aanspraken. De contante waarde wordt bepaald met gebruikmaking van de marktrente. Bij de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen is uitgegaan van het op de balansdatum geldende pensioenreglement en van de over de verstreken dienstjaren verworven aanspraken. Er wordt geen rekening gehouden met toekomstige salarisontwikkelingen. Bij de berekening van de voorziening wordt rekening gehouden met de premievrije pensioenopbouw in verband met invaliditeit op basis van contante waarde van premies waarvoor vrijstelling is verleend wegens arbeidsongeschiktheid. Bij de bepaling van de actuariële uitgangspunten wordt uitgegaan van voor de toezichthouder acceptabele grondslagen, waarbij rekening wordt gehouden met de voorzienbare trend in overlevingskansen. De berekeningen zijn uitgevoerd op basis van de volgende actuariële grondslagen en veronderstellingen: Rekenrente De rekenrente wordt bepaald conform de rentetermijnstructuur zoals gepubliceerd door DNB. Overlevingsgrondslagen Er wordt gebruik gemaakt van de door het Actuarieel Genootschap gepubliceerde Prognosetafel 2010-2060 (startkolom 2011) met een leeftijdsterugstelling voor mannen van drie jaar en voor vrouwen van één jaar.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 43
Partnerfrequentie Bij de berekening voor nabestaandenpensioen worden partnerfrequenties toegepast. Deze variëren tussen: Voor mannen: leeftijd 18 - 25: 0,020 l leeftijd 25 - 35: 0,856 l leeftijd 35 - 65: 0,946 l leeftijd 65 en ouder: 1,000 l Voor vrouwen: leeftijd 18 - 25: 0,070 l leeftijd 25 - 50: 0,985 l leeftijd 50 - 64: 0,886 l leeftijd 64 - 65: 0,746 l leeftijd 65 en ouder: 1,000 l De samenlevingsfrequentie is op de vroegst mogelijke pensioendatum gelijk aan 1,000. Leeftijdsverschil partners De partner van de mannelijke deelnemer wordt verondersteld drie jaar jonger te zijn. De partner van de vrouwelijke deelnemer wordt verondersteld drie jaar ouder te zijn. Leeftijdsbepaling De leeftijdsbepaling geschiedt in maanden nauwkeurig. Kostenopslagen Opslag voor excassokosten: 2% van de voorziening. Wezenpensioen 2% van de voorziening uitgesteld nabestaandenpensioen voor actieve en gewezen deelnemers. Arbeidsongeschiktheid Voor arbeidsongeschikte deelnemers wordt mede rekening gehouden met het premievrijgestelde deel van de toekomstige pensioenopbouw. Er wordt geen rekening gehouden met revalidatiekansen. Overige technische voorzieningen Op 30 augustus 2010 is de nieuwe AG Prognosetafels 2010-2060 beschikbaar gekomen. In boekjaar 2009 is, vooruitlopend op het beschikbaar komen, het beoordelen en toepassen van die nieuwe AG Prognosetafel, een extra reservering sterftetrend opgenomen ter grootte van 3,85% van de technische voorzieningen, zijnde € 6,1 miljoen. In 2010 is deze reservering vrijgevallen. Voorziening voor risico deelnemers De waardering van de voorzieningen voor risico van deelnemers wordt bepaald door de waardering van de tegenover deze voorzieningen aangehouden beleggingen. Overige schulden en overlopende passiva Deze worden gewaardeerd op nominale waarde.
GRONDSLAGEN VOOR RESULTAATBEPALING Algemeen Voor zover niet anders vermeld worden baten en lasten verwerkt in het resultaat van het jaar, waarop zij betrekking hebben.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 44
Premiebijdragen van werkgevers en werknemers Onder premiebijdragen van werkgevers en werknemers wordt verstaan de aan derden in rekening gebrachte c.q. te brengen bedragen voor de in het verslagjaar verzekerde pensioenen. Premies zijn toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben. Beleggingsresultaten Onder de directe beleggingsopbrengsten wordt verstaan alle aan het boekjaar toe te rekenen inkomsten uit beleggingen, zijnde dividend van aandelen en de aan het boekjaar toe te rekenen rentebedragen van vastrentende beleggingen. Onder indirecte beleggingsopbrengsten wordt verstaan de verandering in de waarde van beleggingen. Met de directe en indirecte beleggingsopbrengsten zijn verrekend de aan de opbrengsten gerelateerde transactiekosten, provisies en valutaverschillen. Saldo waardeoverdrachten risico pensioenfonds Deze post bevat het saldo van bedragen uit hoofde van overgenomen dan wel overgedragen pensioenverplichtingen. Pensioenuitkeringen De pensioenuitkeringen betreffen de aan deelnemers uitgekeerde bedragen inclusief afkopen. De pensioenuitkeringen zijn berekend op actuariële grondslagen en toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. Premies herverzekering De premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheids- en WIA Inkomensaanvulling Excedent risico's zijn herverzekerd bij N.V. Interpolis BTL te Tilburg. Per 1 januari 2010 is het overlijdensrisico herverzekerd bij Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. (Centraal Beheer Achmea) te Apeldoorn. Uitvoeringskosten De pensioenuitvoeringskosten zijn toegerekend aan de periode waarop ze betrekking hebben. Kasstroomoverzicht Het kasstroomoverzicht is conform de indirecte methode opgesteld. Er is onderscheid gemaakt tussen kasstromen uit beleggingsactiviteiten en pensioenactiviteiten.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 45
K
TOELICHTING OP DE BALANS PER 31 DECEMBER 2010
1. Beleggingen voor risico pensioenfonds
Aandelen
Stand per 1 januari 2009 Aankopen/verstrekkingen Overige mutaties Waardemutaties
Vastrentende waarden
Overige beleggingen
Totaal
68.464 14.502 277 26.019
35.121 4.201 5.312
106 114 -
103.691 18.703 391 31.331
Stand per 31 december 2009 Aankopen/verstrekkingen Overige mutaties Waardemutaties
109.262 12.006 106 29.309
44.634 2.401 2.657
220 38 -
154.116 14.407 144 31.966
Stand per 31 december 2010
150.683
49.692
258
200.633
Reële waarde Schattingen en oordelen Zoals vermeld in de toelichting zijn de beleggingen van het fonds nagenoeg allemaal gewaardeerd tegen reële waarde per balansdatum en is het over het algemeen mogelijk en gebruikelijk om de reële waarde binnen een aanvaardbare bandbreedte van schattingen vast te stellen. Voor sommige andere financiële instrumenten, zoals beleggingsvorderingen en -schulden, geldt dat de boekwaarde de reële waarde benadert als gevolg van het kortetermijnkarakter van de vorderingen en schulden. De boekwaarde van alle activa en de financiële verplichtingen op balansdatum benadert de reële waarde. Voor de meerderheid van de financiële instrumenten van het fonds kan gebruik worden gemaakt van marktnoteringen. Echter, bepaalde financiële instrumenten, zoals bijvoorbeeld derivaten zijn gewaardeerd door middel van gebruikmaking van waarderingsmodellen en -technieken, inclusief verwijzing naar de huidige reële waarde van vergelijkbare instrumenten. Directe marktnotering: beursnotering in een actieve markt (waarop geen prijsaanpassingen worden uitgevoerd). Afgeleide marktnotering: geen directe beursnotering maar andere uit de markt waarneembare data danwel een prijs gebaseerd op een transactie in een niet-actieve markt met een niet-significante prijsaanpassing (gebaseerd op aannames en schattingen). Waarderingsmodellen en -technieken: marktwaardebepaling niet gebaseerd op marktdata, maar gebaseerd op aannames en schattingen die de prijs significant beïnvloeden.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 46
Op basis van de boekwaarde kan het volgende onderscheid worden gemaakt: (directe en afgeleide) Marktnoteringen
Waarderingsmodellen en technieken
Totaal
Per 31 december 2010 Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen
149.837 49.692 258
846 -
150.683 49.692 258
199.787
846
200.633
108.673 44.634 220
589 -
109.262 44.634 220
153.527
589
154.116
Per 31 december 2009 Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen
Opgemerkt wordt dat schattingen naar hun aard subjectief zijn en dat de geschatte actuele waarden van financiële instrumenten derhalve inherent onderhevig zijn aan onzekerheden en waarde-oordelen ten aanzien van volatiliteit, rentestand en kasstromen. Deze schattingen zijn momentopnames, gebaseerd op de marktomstandigheden en de op dat moment beschikbare informatie. Aandelen De aandelen kunnen als volgt worden gespecificeerd: 31-12-2010
31-12-2009
Specificatie naar soort: Private equity aandelen Aandelenbeleggingsfondsen
846 149.837
589 108.673
150.683
109.262
In totaliteit is USD 3,0 miljoen toegezegd voor lopende private equity projecten, waarvan opgevraagd ultimo 2010 USD 1,1 miljoen (opgevraagd ultimo 2009: USD 0,8 miljoen). 31-12-2010
31-12-2009 In %
In %
Specificatie naar bedrijfstak: Beleggingsinstellingen Diversen
149.837 846
99,4 0,6
108.673 589
99,5 0,5
150.683
100,0
109.262
100,0
149.837 846
99,4 0,6
108.673 589
99,5 0,5
150.683
100,0
109.262
100,0
Specificatie aandelen naar regio Europa (euro-zone) Verenigde Staten
Per balansdatum zijn geen aandelen uitgeleend.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 47
Vastrentende waarden Ultimo 2010 en 2009 zijn de vastrentende waarden volledig belegd in obligatiebeleggingsfondsen. Ultimo 2010 en 2009 zijn de vastrentende waarden volledig belegd in beleggingsinstellingen in Europa (Euro-zone). Per balansdatum zijn geen obligaties uitgeleend.
31-12-2010
31-12-2009
Overige beleggingen Beleggingsdebiteuren en -crediteuren Liquide middelen
258
4 216
Stand per 31 december
258
220
2010
2009
2. Beleggingen voor risico deelnemer Stand per 1 januari Premiebijdragen en directe beleggingsresultaten risico deelnemers Uitkeringen en onttrekkingen Indirecte beleggingsresultaten risico deelnemers
11.069 1.331 -168 1.236
8.433 1.232 -157 1.561
Stand per 31 december
13.468
11.069
De beleggingen voor risico deelnemers betreffen een reeds opgebouwd beleggingskapitaal voor aanvullend pensioen voor een bedrag van € 13,2 miljoen (2009: € 10,9 miljoen), voor prepensioen voor een bedrag van € 0,2 miljoen (2009: € 0,2 miljoen) en voor de vrijwillige bijspaarregeling -die tot en met 2005 bestond- voor een bedrag van € 0,1 miljoen (2009: niet in de balans opgenomen).
De beleggingen voor risico deelnemer kunnen als volgt worden gespecificeerd: Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen
7.032 5.686 750
5.546 4.893 630
13.468
11.069
Stand per 1 januari Voorziening voor zieke deelnemers
740
-
Stand per 31 december
740
-
3. Herverzekeringsdeel technische voorzieningen
Het aandeel herverzekeraars in de voorziening voor pensioenverplichtingen betreft het herverzekerde gedeelte van de pensioenverplichtingen bij een verzekeraar. Een voorziening is opgenomen voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid respectievelijk arbeidsongeschiktheidsuitkeringen betreffende de toekomstige schadelast voor zieke werknemers (op balansdatum) die, naar verwachting, arbeidsongeschikt zullen worden verklaard.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 48
31-12-2010
31-12-2009
4. Vorderingen en overlopende activa Waardeoverdrachten
134
134
134
134
532
974
Alle vorderingen hebben een resterende looptijd van korter dan één jaar. 5. Liquide middelen Liquide middelen
Onder de liquide middelen worden opgenomen die kasmiddelen en tegoeden op bankrekeningen, die onmiddellijk dan wel op korte termijn opeisbaar zijn en niet het karakter van beleggingen hebben. Bankrekeningen die beheerd worden door de vermogensbeheerder zijn onder de overige beleggingen opgenomen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 49
PASSIVA 6. Stichtingskapitaal en reserves Algemene reserves
Stand per 1 januari 2009 Uit bestemming saldo van baten en lasten
-50.291 39.594
Stand per 31 december 2009 Uit bestemming saldo van baten en lasten
-10.697 2.678
Stand per 31 december 2010
-8.019
31-12-2010
31-12-2009
Solvabiliteit Minimaal vereist eigen vermogen Vereist eigen vermogen
8.914 93.079
7.406 72.577
De vermogenspositie van het pensioenfonds is slecht. Ondanks het herstel is er per ultimo 2010 nog steeds sprake van een dekkingstekort en een reservetekort. Voor de berekening van het vereist eigen vermogen wordt gebruik gemaakt van het standaard model en is uitgegaan van de feitelijke beleggingsmix. Herstelplan In 2008 is door de kredietcrisis en de dalende rente een dekkingstekort ontstaan. Het in 2009 ingediende herstelplan omvat een korte termijn herstelplan van 5 jaar en een lange termijn herstelplan van 13 jaar. Het korte termijn herstelplan is door DNB goedgekeurd op 22 september 2009 en het lange termijn herstelplan op 13 januari 2010. De belangrijkste maatregelen uit het herstelplan zijn: Verhoging van de premie door verlaging van de rentevoet, waarmee de premie wordt berekend, van 4,5% naar 4,0%. l Toetsing van de feitelijke dekkingsgraad aan het eind van elk kwartaal. Indien de dekkingsgraad lager is dan de in het l herstelplan veronderstelde dekkingsgraad aan het begin van het jaar, zal direct een extra premie van de werkgevers worden gevraagd. Zodra de minimaal vereiste reserve is bereikt (korte termijn herstelplan) zal de premie met een vaste toeslag van 3,2% l van de loonsom worden verhoogd, totdat het vereist eigen vermogen is bereikt, uiterlijk ultimo 2021. Het herstel gaat in werkelijkheid sneller dan verwacht. In het herstelplan werd een dekkingsgraad ultimo 2010 verwacht van 85,9%. De werkelijke dekkingsgraad ultimo 2010 is 96,1% (10,2 procentpunt hoger dan verwacht). Door het bestuur is de voorgeschreven jaarlijkse evaluatie van het herstelplan uitgevoerd. Deze evaluatie heeft niet geleid tot bijstelling van de oorspronkelijke uitgangspunten van het herstelplan. Op grond van de huidige situatie voorziet het herstelplan in herstel binnen de daarvoor geldende termijnen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 50
7. Technische voorzieningen Pensioenverplichting
Overige technische voorzieningen
Totaal
Stand per 1 januari 2009 Mutatie technische voorziening
159.156 -683
6.101
159.156 5.418
Stand per 31 december 2009 Mutatie technische voorzieningen
158.473 48.831
6.101 -6.101
164.574 42.730
Stand per 31 december 2010
207.304
-
207.304
De overige technische voorziening bestond per ultimo 2009 geheel uit de extra reservering sterftetrend. 31-12-2010
31-12-2009
Mutatie technische voorzieningen Pensioenopbouw Rentetoevoeging Pensioenuitkeringen en afkopen Uitvoeringskosten Saldo overdrachten van rechten Wijziging marktrente Wijziging actuariële uitgangspunten Overige wijzigingen
11.913 2.285 -1.839 238 11 23.630 12.502 91
13.710 4.364 -1.653 274 903 -16.754 -1.527
48.831
-683
Voor de toelichting op de verschillende posten wordt verwezen naar de toelichting in de staat van baten en lasten. De voorziening voor pensioenverplichtingen is naar categorie van deelnemers als volgt samengesteld: 31-12-2010
31-12-2009
Aantal Deelnemers Gewezen deelnemers Pensioentrekkenden Voorziening voor zieke deelnemers
Aantal
1.613 1.720 254 -
102.271 78.471 25.822 740
1.458 1.560 230 -
81.743 55.628 21.102 -
3.587
207.304
3.248
158.473
De methode voor de berekening van de pensioenverplichtingen is zodanig toegepast dat er geen sprake is van een financieringsachterstand. Dit betekent dat alle opgebouwde aanspraken zijn opgenomen in de technische voorzieningen. Naar hun aard hebben de technische voorzieningen in het algemeen een langlopend karakter.
Korte beschrijving van de pensioenregeling Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland voert een premieregeling op basis van eindloon uit. Verdere details over de pensioenregeling zijn opgenomen in het bestuursverslag.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 51
Toeslagverlening De toeslagverlening op pensioenen is altijd voorwaardelijk; er is geen recht op toeslag en het is niet zeker of en in hoeverre er in de toekomst een toeslagverlening zal plaatsvinden. Er is geen geld gereserveerd voor toeslagverlening. Gelet op de financiële positie van het fonds heeft over 2010 geen toeslagverlening plaatsgevonden. 2010
2009
8. Voorzieningen voor risico deelnemers Stand per 1 januari Premiebijdragen en directe beleggingsresultaten risico deelnemers Uitkeringen en onttrekkingen Indirecte beleggingsresultaten risico deelnemers
11.069 1.331 -168 1.236
8.433 1.232 -157 1.561
Stand per 31 december
13.468
11.069
31-12-2010
31-12-2009
9. Kortlopende schulden en overlopende passiva Vooruitontvangen premie Afdracht loonheffing en premies Waardeoverdrachten Uitkeringen Te betalen kosten Herverzekeringsmaatschappij
609 31 29 1 1.323 761
525 32 134 1 655 -
2.754
1.347
Alle schulden hebben een resterende looptijd van korter dan één jaar. Risicobeheer en derivaten Solvabiliteitsrisico Het fonds wordt bij het beheer van de pensioenverplichtingen en de financiering daarvan geconfronteerd met risico's. De belangrijkste doelstelling van het fonds is het nakomen van de pensioentoezeggingen. Voor het realiseren van deze doelstelling wordt gestreefd naar een toereikende solvabiliteit op basis van de marktwaarde van de pensioenverplichtingen. Het belangrijkste risico voor het fonds betreft het solvabiliteitsrisico, ofwel het risico dat het fonds niet beschikt over voldoende vermogen ter dekking van de pensioenverplichtingen. De solvabiliteit wordt gemeten zowel op basis van algemeen geldende normen als ook naar de specifieke normen welke door de toezichthouder worden opgelegd. Indien de solvabiliteit van het fonds zich negatief ontwikkelt, bestaat het risico dat het fonds de premie voor de onderneming en deelnemers moet verhogen en het risico dat er geen ruimte beschikbaar is voor een eventuele indexatie van opgebouwde pensioenrechten. In het uiterste geval kan het noodzakelijk zijn dat het fonds verworven pensioenaanspraken en pensioenrechten moet verminderen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 52
Vermogen
Technische voorzieningen
Dekkingsgraad %
Stand per 31 december 2009 Mutatie
153.877 45.408
164.574 42.730
93,5 2,6
Stand per 31 december 2010
199.285
207.304
96,1
31-12-2010
31-12-2009
Het tekort op FTK grondslagen is als volgt: Voorziening pensioenverplichtingen Buffers: S1 Renterisico S2 Risico zakelijke waarden S3 Valutarisico S5 Kredietrisico S6 Verzekeringstechnisch risico Diversificatie effect Totaal S (vereiste buffers) Vereist vermogen (art. 132 Pensioenwet) Aanwezig vermogen Saldo
207.304
164.574
37.995 57.229 40.862 522 9.354 -52.883
32.946 42.075 31.176 2.630 7.232 -43.482
93.079
72.577
300.383 199.285
237.151 153.877
-101.098
-83.274
Bij de berekening van de buffers past het pensioenfonds de standaardmethode toe. Voor de samenstelling van de beleggingen wordt uitgegaan van de feitelijke beleggingsmix op 31 december 2010. De buffer voor het grondstoffenrisico (S4) is in 2009 en 2010 nihil. Beleid en risicobeheer Het beheer van het vermogen is uitbesteed aan 4 vermogensbeheerders. Het selectieproces van vermogensbeheerders is vastgelegd in de ABTN en gebeurd op basis van "de 5 P's" (Process, Portfolio construction, People, Performance en Price). De vermogensbeheerders beleggen volgens de criteria zoals omschreven in de ABTN. Bij de selectie van vermogensbeheerders zijn de prospectussen hierop beoordeeld. Het bestuur beschikt over een aantal beleidsinstrumenten ten behoeve van het beheersen van deze risico's. Deze beleidsinstrumenten betreffen: - beleggingsbeleid; - premiebeleid; - herverzekeringsbeleid; - toeslagenbeleid. De keuze en toepassing van beleidsinstrumenten vindt plaats na uitvoerige analyses ten aanzien van te verwachten ontwikkelingen van de verplichtingen en de financiële markten. Daarbij wordt onder meer gebruikgemaakt van ALMstudies en continuïteitsanalyses. Een ALM-studie is een analyse van de structuur van de pensioenverplichtingen en van verschillende beleggingsstrategieën en de ontwikkeling daarvan in diverse economische scenario's. De uitkomsten van deze analyses vinden hun weerslag in jaarlijks door het bestuur vast te stellen beleggingsrichtlijnen als basis voor het uit te voeren beleggingsbeleid. De beleggingsrichtlijnen geven normen en limieten aan waarbinnen de uitvoering van het beleggingsbeleid moet plaatsvinden. Ze zijn gericht op het beheersen van de hierna volgende belangrijkste (beleggings-)risico's.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 53
Marktrisico Marktrisico omvat de mogelijkheden voor winst of verlies en omvat het prijs(koers)risico, valutarisico en het renterisico. De strategie van het fonds met betrekking tot het beleggingsrisico wordt bepaald door de beleggingsdoelstellingen. Het marktrisico wordt op dagelijkse basis beheerst in overeenstemming met de aanwezige beleidskaders en richtlijnen. De overall-marktposities worden periodiek gerapporteerd aan het bestuur. Prijsrisico Prijsrisico is het risico van waardewijzigingen door de ontwikkeling van marktprijzen, die wordt veroorzaakt door factoren gerelateerd aan een individuele belegging, de uitgevende instelling of generieke factoren. Omdat alle beleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde waarbij waardewijzigingen onmiddellijk in het saldo van baten en lasten worden verwerkt, zijn alle wijzigingen in marktomstandigheden direct zichtbaar in het beleggingsresultaat. Het prijsrisico kan worden gemitigeerd door diversificatie. Valutarisico Valutarisico is het risico dat wisselkoersschommelingen de waarde van een belegging beïnvloeden. Het grootste gedeelte van de beleggingsportefeuille is belegd in euro's genoteerde waarden. Het aandeel beleggingen dat niet in euro wordt belegd is ultimo verslagjaar circa 41,8% (2009: 36,6%) van de beleggingsportefeuille. De beleggingen in vreemde valuta wordt volledig in aandelen in US Dollar gedaan. Het valutarisico wordt niet afgedekt, tenzij op initiatief van de vermogensbeheerders binnen de richtlijnen van het mandaat. Het door het fonds gekozen beleggingsprofiel is agressief en tegelijkertijd gericht op de naar verhouding jonge populatie en de lange termijn met een sterke werkgever. Het fonds kent verder geen welomschreven toeslagenbeleid. Het afdekken van het valutarisico levert op de lange termijn niets op behalve extra kosten. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarden van de portefeuille vastrentende waarden en de pensioenverplichtingen veranderen als gevolg van ongunstige veranderingen in de marktrente. Dit risico bestaat doordat beleggingen en verplichtingen niet in dezelfde mate gevoelig zijn voor rentebewegingen. Het renterisico neemt af naarmate de looptijd van de beleggingen meer overeenkomt met de looptijd van de verplichtingen. Het renterisico wordt niet afgedekt, tenzij op initiatief van de vermogensbeheerders binnen de richtlijnen van het mandaat. Het door het fonds gekozen beleggingsprofiel is agressief en tegelijkertijd gericht op de naar verhouding jonge populatie en de lange termijn met een sterke werkgever. Het fonds kent verder geen welomschreven toeslagenbeleid. In verband met de complexiteit van het afdekken van het renterisico en het feit dat de baten op de lange termijn bezien niet op wegen tegen de lasten, heeft het bestuur besloten het renterisico niet af te dekken. De rentegevoeligheid kan worden gemeten door middel van de duration. De duration is de (met de contante waarde van de kasstromen) gewogen gemiddelde resterende looptijd in jaren. 31-12-2010
31-12-2009
Duration
Duration van de vastrentende waarden Voorziening pensioenverplichtingen
49.692 207.304
5,8 24,9
Duration
44.634 164.574
5,9 23,6
Op balansdatum is de duration van de beleggingen aanzienlijk korter dan de duration van de verplichtingen. Er is derhalve sprake van een zogenaamde "duration-mismatch". Dit betekent dat bij een rentestijging de waarde van beleggingen minder snel daalt dan de waarde van verplichtingen (bij toepassing van de actuele marktrentestructuur) daalt, waardoor de dekkingsgraad zal stijgen. Bij een rentedaling zal de waarde van de beleggingen minder snel stijgen dan de waarde van de verplichtingen, waardoor de dekkingsgraad zal dalen.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 54
De samenstelling van de vastrentende waarden naar looptijd is als volgt: 31-12-2010
31-12-2009 in %
Resterende looptijd > 5 jaar
49.692
in %
100,0
44.634
100,0
Kredietrisico Kredietrisico is het risico van financiële verliezen voor het fonds als gevolg van faillissement of betalingsonmacht van tegenpartijen waarop het fonds (potentiële) vorderingen heeft. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan partijen die obligatieleningen uitgeven, banken waar deposito's worden geplaatst en aan bijvoorbeeld herverzekeraars. Een voor beleggingsactiviteiten specifiek onderdeel van kredietrisico is het settlementrisico. Dit heeft betrekking op het risico dat partijen waarmee het fonds transacties is aangegaan niet meer in staat zijn hun tegenprestatie te verrichten waardoor het fonds financiële verliezen lijdt. Beheersing vindt plaats door het stellen van limieten aan tegenpartijen op totaalniveau, dat wil zeggen met inachtneming van alle posities die een tegenpartij heeft jegens het fonds; het vragen van extra zekerheden zoals onderpand en dergelijke bij hypothecaire geldleningen en het uitlenen van effecten; het hanteren van prudente verstrekkingsnormen bij hypothecaire geldleningen. Ter afdekking van het settlementrisico wordt door het fonds enkel belegd in markten waar een voldoende betrouwbaar clearing- en settlementsysteem functioneert. Ten aanzien van de kredietwaardigheid van de debiteuren van de vastrentende portefeuille kan het volgende overzicht worden gegeven: 31-12-2010
31-12-2009 In %
AAA AA A BBB BB Lager dan BB Geen rating
In %
27.012 9.500 5.594 4.907 2.465 214
54,4 19,1 11,3 9,9 5,0 0,3
23.126 5.754 7.712 4.376 800 2.491 375
51,8 12,9 17,3 9,8 1,8 5,6 0,8
49.692
100,0
44.634
100,0
Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico is het risico dat beleggingen niet tijdig en/of niet tegen een aanvaardbare prijs kunnen worden omgezet in liquide middelen, waardoor het fonds op korte termijn niet aan zijn verplichtingen kan voldoen. Waar de overige risicocomponenten vooral de langere termijn betreffen (solvabiliteit), gaat het hierbij om de kortere termijn. Dit risico kan worden beheerst door in het strategische en tactische beleggingsbeleid voldoende ruimte aan te houden voor de liquiditeitsposities. Er moet eveneens rekening worden gehouden met de directe beleggingsopbrengsten en andere inkomsten zoals premies.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 55
Actuariële risico's De belangrijkste actuariële risico's zijn de risico's van langleven, overlijden en arbeidsongeschiktheid. Het langlevenrisico is het belangrijkste actuariële (verzekeringstechnische) risico. Langlevenrisico is het risico dat deelnemers langer blijven leven dan gemiddeld verondersteld wordt bij de bepaling van de voorziening pensioenverplichtingen. Als gevolg hiervan volstaat de opbouw van het pensioenvermogen niet voor de uitkering van de pensioenverplichting. Door toepassing van overlevingstafels met adequate correcties voor ervaringssterfte is het langlevenrisico nagenoeg geheel verdisconteerd in de waardering van de pensioenverplichtingen. Voor het boekjaar 2009 had het bestuur, vooruitlopend op het beschikbaar komen, het beoordelen en toepassen van de nieuwe actuariële prognosetafel van het Actuarieel Genootschap 3,85% bovenop de berekende voorziening pensioenverplichtingen gereserveerd. De op 30 augustus 2010 gepubliceerde AG Prognosetafel 2010-2060 heeft geleid tot een verdere verhoging van de voorziening pensioenverplichtingen. Hierbij is ook rekening gehouden met de fondsspecifieke sterfte (de ervaringssterfte). Het overlijdensrisico betekent dat het fonds in geval van overlijden mogelijk een nabestaandenpensioen moet toekennen waarvoor door het fonds geen voorzieningen zijn getroffen. Dit risico kan worden uitgedrukt in risicokapitalen. Het arbeidsongeschiktheidsrisico betreft het risico dat het fonds voorzieningen moet treffen voor premievrijstelling bij invaliditeit en het toekennen van een arbeidsongeschiktheidspensioen ("schadereserve"). Voor dit risico wordt jaarlijks een risicopremie in rekening gebracht. Het verschil tussen de risicopremie en de werkelijke kosten wordt verwerkt via het resultaat. De actuariële uitgangspunten voor de risicopremie worden periodiek herzien. De premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheids- en WIA Inkomensaanvulling Excedent risico's zijn herverzekerd bij N.V. Interpolis BTL te Tilburg. De herverzekeringsovereenkomsten expireren in 2012. Per 1 januari 2010 is het overlijdensrisico herverzekerd bij Achmea Pensioen- en Levensverzekeringen N.V. (Centraal Beheer Achmea) te Apeldoorn. De herverzekeringsovereenkomst expireert in 2014.
Toeslagrisico Het bestuur van het fonds heeft niet de ambitie om toeslagen te geven op pensioenrechten en -aanspraken. De mate waarin een toeslag kan worden gerealiseerd is afhankelijk van de ontwikkelingen in de rente, rendement, looninflatie en demografie. Uitdrukkelijk wordt opgemerkt dat het verlenen van toeslagen voorwaardelijk is. Over 2009 en 2010 zijn geen toeslagen toegekend.
Concentratierisico In het algemeen geldt dat concentratierisico kan optreden als een adequate spreiding van activa en passiva ontbreekt. Concentratierisico’s kunnen optreden bij een concentratie van de portefeuille in regio’s, economische sectoren of tegenpartijen. Een portefeuille van leningen die sterk sectorgebonden is, kan door deze sectorconcentratie een verhoogd risico lopen. Indien aandelen in dezelfde sector worden aangehouden is sprake van een cumulatief concentratierisico. Grote posten zijn aan te duiden als een vorm van concentratierisico. Om te bepalen welke posten hieronder vallen moeten per beleggingscategorie alle instrumenten met dezelfde debiteur worden gesommeerd. Als grote post wordt aangemerkt elke post die meer dan 2% van het balanstotaal uitmaakt. 31-12-2010
MF Marath New Glb CIF Global Equity Fund Pimco Euro Bond Fund WA Euro Core Plus Bond Fund PLC
83.103 66.734 26.646 23.046
31-12-2009
55.857 52.816 23.351 21.282
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 56
Overige niet-financiële risico's Operationeel risico Operationeel risico is het risico van een onjuiste afwikkeling van transacties, fouten in de verwerking van gegevens, het verloren gaan van informatie, fraude en dergelijke. Dergelijke risico's worden door het fonds beheerst door het stellen van hoge kwaliteitseisen aan de organisaties die bij de uitvoering betrokken zijn op gebieden zoals interne organisatie, procedures, processen en controles, kwaliteit geautomatiseerde systemen, enzovoorts. Deze kwaliteitseisen worden periodiek getoetst door het bestuur. Het bestuur ontvangt van de opdrachtnemers jaarlijks een SAS70 type II-rapportage. Systeemrisico Systeemrisico betreft het risico dat het mondiale financiële systeem (de internationale markten) niet langer naar behoren functioneert, waardoor beleggingen van het fonds niet langer verhandelbaar zijn en zelfs, al dan niet tijdelijk, hun waarde kunnen verliezen. Net als voor andere marktpartijen, is dit risico voor het fonds niet beheersbaar.
Verbonden partijen Identiteit van verbonden partijen Er is sprake van een relatie tussen de verbonden partijen tussen het fonds en de sponsor, de aangesloten ondernemingen en hun bestuurders. Transacties met bestuurders De bestuurders ontvangen geen beloning van het fonds. Er zijn geen leningen verstrekt aan en er zijn geen vorderingen op (voormalige) bestuurders. Overige transacties met verbonden partijen Betreffende de uitvoeringsovereenkomst tussen pensioenfonds en werkgever met betrekking tot de financiering van de aanspraken en de uitvoering van de regeling is het volgende relevant: De werkgever is verplicht binnen 2 weken na maandeinde de gegevens te verstrekken die, naar het oordeel van de l stichting, nodig zijn voor een juiste uitvoering van het pensioenreglement. Indien de werkgever niet binnen een maand na de vermelde termijn zijn verplichting tot betaling is nagekomen, is de l werkgever aan de stichting interest verschuldigd over de periode gelegen tussen de notadatum en de feitelijke datum van betalen. Indien de middelen van de stichting ontoereikend zijn conform de door De Nederlandsche Bank gestelde l minimumeisen zal de werkgever het aldus vastgestelde tekort in overleg met het bestuur van de stichting financieren. Niet in de balans opgenomen activa en verplichtingen Langlopende contractuele verplichtingen Het pensioenfonds heeft per 1 januari 2010 een uitbestedingsovereenkomst afgesloten met Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. voor onbepaalde tijd met een opzegtermijn van 6 maanden. De jaarlijks te betalen vaste vergoeding bedraagt € 369 duizend (2009: € 298 duizend). De toename is het gevolg van het uitbesteden van de financiële administratie.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 57
L
TOELICHTING OP DE STAAT VAN BATEN EN LASTEN OVER 2010
2010
2009
10. Bijdragen van werkgevers en werknemers Premiebijdragen van werkgevers en werknemers FVP-koopsommen
17.255 43
16.640 61
17.298
16.701
De FVP-koopsommen worden aangewend voor inkoop van extra pensioenaanspraken. De kostendekkende, gedempte en feitelijke premie volgens artikel 130 van de Pensioenwet zijn als volgt: Kostendekkende premie Gedempte premie Feitelijke premie
19.278 18.423 18.426
21.341 17.739 17.739
De aan het boekjaar toe te rekenen feitelijke premie (incl. premiebijdragen risico deelnemers) is als bate verantwoord. De gedempte premie is gebaseerd op een verwacht rendement van 4,0%. Aangezien de over 2010 ontvangen feitelijke premie meer is dan de gedempte premie is er sprake van kostendekking. De samenstelling van de kostendekkende premie is als volgt: Actuarieel benodigde koopsom Opslag voor uitvoeringskosten Solvabiliteitsopslag (Vereist Eigen Vermogen)
13.041 981 5.256
14.817 904 5.620
19.278
21.341
12.459 969 4.995
12.315 854 4.570
18.423
17.739
1.128
1.038
De samenstelling van de gedempte premie is als volgt: Actuarieel benodigde koopsom Opslag voor uitvoeringskosten Solvabiliteitsopslag (Vereist Eigen Vermogen)
11. Premiebijdragen risico deelnemers Periodieke premies
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 58
12. Beleggingsresultaten risico pensioenfonds Directe beleggingsopbrengsten 2010
Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen Overige opbrengsten en lasten
Indirecte beleggingsopbrengsten 2010
Kosten van vermogensbeheer 2010
Totaal 2010
Totaal 2009
-1 15
29.309 2.657 -
-1.581
29.309 2.657 -1 -1.566
26.119 5.312 11 -579
14
31.966
-1.581
30.399
30.863
De kosten van vermogensbeheer bedragen in 2010 € 1,6 miljoen (2009: € 0,6 miljoen) en kunnen niet worden toegerekend aan de diverse beleggingscategorieën. Deze kosten bestaan in 2010 voor € 1,0 miljoen uit een performance fee en voor € 0,6 miljoen uit een management fee. 13. Beleggingsresultaten risico deelnemers Directe beleggingsopbrengsten 2010
Aandelen Vastrentende waarden Overige beleggingen
Indirecte beleggingsopbrengsten 2010
Kosten van vermogensbeheer
Totaal 2010
Totaal 2009
76 108 17
1.078 154 4
-
1.154 262 21
1.530 206 19
201
1.236
-
1.437
1.755
2010
2009
14. Saldo waardeoverdrachten risico pensioenfonds Overgenomen pensioenverplichtingen Overgedragen pensioenverplichtingen
701 -452
643 -
249
643
Dit betreft de ontvangst van of betaling aan pensioenfonds of pensioenverzekeraar van respectievelijk de vorige of nieuwe werkgever van de contante waarde van premievrije pensioenaanspraken van deelnemers die tot de ontslagdatum zijn opgebouwd. De ontvangen koopsommen worden aangewend voor de inkoop van extra dienstjaren. Pensioenfondsen mogen volgens de Pensioenwet geen waardeoverdrachten uitvoeren als de dekkingsgraad lager dan 100% is. De in 2010 en 2009 overgenomen pensioenverplichtingen betreffen daarvoor in gang gezette waardeoverdrachten. De toevoeging aan de technische voorziening uit hoofde van de overgenomen pensioenverplichtingen bedraagt € 859 duizend. Het resultaat op de overgenomen pensioenverplichtingen bedraagt in 2010 -€ 158 duizend. (2009: -€ 261 duizend). De afname van de technische voorziening uit hoofde van de overgedragen pensioenverplichtingen bedraagt € 848 duizend. Het resultaat op de overgedragen pensioenverplichtingen bedraagt in 2010 € 396 duizend (2009: nihil).
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 59
2010
2009
15. Saldo waardeoverdrachten risico deelnemers Overgedragen pensioenverplichtingen
-168
-157
1.320 396 27 21 13
1.175 384 27 20 25
1.777
1.631
16. Pensioenuitkeringen Ouderdomspensioen Partnerpensioen Wezenpensioen Arbeidsongeschiktheidsuitkeringen Afkopen
De post afkopen betreft de afkoop van pensioenen die lager zijn dan € 420,69 (2009: € 417,74) per jaar overeenkomstig de Pensioenwet (artikel 66). De toeslag op de opgebouwde pensioenrechten en -aanspraken voor de gewezen deelnemers en uitkeringsgerechtigden voor 2011 is door het bestuur vastgesteld op 0% (voor 2010: 0%). Voor de actieve deelnemer speelt de toeslagverlening niet door toepassing van de eindloonregeling. 17. Mutatie technische voorzieningen Mutatie technische voorzieningen
48.831
-683
Pensioenopbouw Onder pensioenopbouw is opgenomen de actuarieel berekende waarde van de diensttijdopbouw. Dit is het effect op de voorziening pensioenverplichtingen van de in het verslagjaar opgebouwde nominale rechten ouderdomspensioen en nabestaandenpensioen. Verder is hierin begrepen het effect van de individuele salarisontwikkeling (van de individuele werknemer). Toeslagen Voor de actieve deelnemer speelt de toeslagverlening niet, omdat de pensioenregeling een eindloonregeling is. De toeslagverlening voor de slapers en uitkeringsgerechtigden heeft een voorwaardelijk karakter en berust op jaarlijkse beslissingen van het bestuur. Het pensioenfonds heeft geen uitgewerkt plan om het pensioen te verhogen en heeft geen geld gereserveerd om het pensioen te verhogen. Rentetoevoeging De pensioenverplichtingen zijn opgerent met 1,303% (2009 2,544%), zijnde de eenjaarsrente per 1 januari 2010. Pensioenuitkeringen en afkopen Verwachte toekomstige pensioenuitkeringen worden vooraf actuarieel berekend en opgenomen in de voorziening pensioenverplichtingen. De onder dit hoofd opgenomen afname van de voorziening betreft het bedrag dat vrijkomt ten behoeve van de financiering van de pensioenen van de verslagperiode. Uitvoeringskosten Toekomstige uitvoeringskosten (in het bijzonder excassokosten) worden vooraf actuarieel berekend en opgenomen in de voorziening pensioenverplichtingen. De onder dit hoofd opgenomen afname van de voorziening betreft het bedrag dat vrijkomt ten behoeve van de financiering van de kosten van de verslagperiode.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 60
Wijziging marktrente Jaarlijks wordt per 31 december de marktwaarde van de technische voorzieningen herrekend door toepassing van de actuele rentetermijnstructuur. Het effect van de verandering van de rentetermijnstructuur wordt verantwoord onder het hoofd wijziging marktrente. Wijziging actuariële uitgangspunten Jaarlijks worden de actuariële grondslagen en/of methoden beoordeeld en mogelijk herzien ten behoeve van de berekening van de actuele waarde van de pensioenverplichtingen. Hierbij wordt gebruik gemaakt van interne en externe actuariële deskundigheid. Dit betreft onder meer de vergelijking van veronderstellingen ten aanzien sterfte, langleven, arbeidsongeschiktheid met werkelijke waarnemingen voor de gehele bevolking als voor de populatie van het fonds. De vaststelling van de toereikendheid van de voorziening voor pensioenverplichtingen is een inherent onzeker proces, waarbij gebruik wordt gemaakt van schattingen en oordelen door het bestuur van het fonds. Het effect van deze wijzigingen wordt verantwoord in het resultaat op het moment dat de actuariële uitgangspunten worden herzien. Overige wijzigingen 2010 Resultaat Resultaat Resultaat Resultaat
op kanssystemen: op sterfte op arbeidsongeschiktheid op mutaties
2009
586 -460 -217
588 884 55
-91
1.527
-6.101
6.101
Mutatie overige technische voorzieningen Mutatie overige technische voorzieningen
In boekjaar 2009 is, vooruitlopend op het beschikbaar komen, het beoordelen en toepassen van de nieuwe AG Prognosetafel 2010-2060, een extra reservering sterftetrend opgenomen ter grootte van 3,85% van de technische voorzieningen, zijnde € 6,1 miljoen. In 2010 is dit bedrag vrijgevallen. 18. Mutatie voorzieningen risico deelnemers Premiebijdragen en directe beleggingsresultaten risico deelnemers Uitkeringen en ontrekkingen Indirecte beleggingsresultaten risico deelnemers
1.441 -168 1.126
1.232 -157 1.561
2.399
2.636
-336 -132 -292
-132 -69 -
-760
-201
-
-
-760
-201
19. Herverzekeringen Premies Premies Premies Premies
voor stop loss verzekering voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid voor arbeidsongeschiktheid voor overlijdensrisico
Totaal premies Totaal uitkeringen
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 61
2010
2009
20. Mutatie herverzekeringsdeel technische voorzieningen Mutatie herverzekeringsdeel technische voorzieningen
740
-
473 163 6 102
423 325 18 28
744
794
21. Pensioenuitvoerings- en administratiekosten Administratiekosten Adviseurs- en controlekosten Bestuurskosten Overige kosten
De administratiekosten zijn de vergoedingen voor de administratie van de pensioenregeling door Syntrus Achmea Pensioenbeheer N.V. In de adviseurs- en controlekosten zijn onder andere de accountantskosten opgenomen. De accountantskosten bedragen in 2010 in totaal € 25 duizend, waarvan € 23 duizend voor controlewerkzaamheden van de jaarrekening 2010 en € 2 duizend voor controlewerkzaamheden van de jaarrekening 2009. In 2009 bedoegen de accountantskosten in totaal € 67 duizend, waarvan € 21 duizend voor controlewerkzaamheden van de jaarrekening 2009 en € 46 duizend voor controlewerkzaamheden van de jaarrekening 2008. Deze werkzaamheden zijn zowel in 2010 als 2009 uitgevoerd door PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. De bestuurskosten bestaan in 2010 uit opleidingskosten van het bestuur (€ 4 duizend) en kosten van de deelnemersraad (€ 2 duizend). Overeenkomstig artikel 96 van de Pensioenwet wordt vermeld dat: - het pensioenfonds in het boekjaar 2010 geen dwangsommen en boetes zijn opgelegd; - het pensioenfonds in het boekjaar 2010 geen aanwijzing als bedoeld in artikel 171 van de Pensioenwet is gegeven; - in het boekjaar 2010 geen bewindvoerder als bedoeld in artikel 173 van de Pensioenwet is aangesteld. 22. Diverse baten en lasten Overige baten Overige lasten
5 -
-569
5
-569
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 62
Personeelsleden en bezoldiging Bij het fonds zijn geen werknemers in dienst. Het bestuur ontvangt geen bezoldiging. Belastingen De activiteiten van het fonds zijn vrijgesteld van belastingheffing in het kader van de vennootschapsbelasting.
Leiden, 17 juni 2011 Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland Het bestuur
Wijnand de Valk
Gerard Elsinghorst
Voorzitter
Vice-voorzitter
Sjaak Bloem
Paul Korte
Secretaris
Vice-secretaris
Robert-Jan van Berckel
Kariem El Haddad
Bestuurslid
Bestuurslid
Ronald Rombouts
Harry Wesselman
Bestuurslid
Bestuurslid
Erwin Tuinier Bestuurslid
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 63
OVERIGE GEGEVENS
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 64
OVERIGE GEGEVENS 1
Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum
Er zijn na de balansdatum geen gebeurtenissen geweest van dien aard dat een wezenlijk ander beeld zou ontstaan van de financiële positie per 31 december 2010 dan op grond van dit verslag kan worden verkregen. 2
Herstelplan
Ultimo maart 2011 bedraagt de dekkingsgraad van het pensioenfonds 106,3% en loopt daarmee voor op de dekkingsgraad die ze ultimo 2011 zou moeten hebben volgens het herstelplan (92,5%). 3
Resultaatverdeling
Het resultaat over 2010 is volledig gemuteerd in de algemene reserve van het fonds.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 65
4
ACTUARIËLE VERKLARING
Opdracht Door Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland te Amersfoort is aan Aon Hewitt de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in de Pensioenwet over het boekjaar 2010. Gegevens De gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomen onder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing van de fondsmiddelen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd op de financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. In overeenstemming met de richtlijn "Samenwerking tussen accountant en actuaris terzake van de controle van verantwoordingen van verzekeringsinstellingen" heeft de accountant van het pensioenfonds mij geïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid en de volledigheid van de administratieve basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvorming van belang zijn. Werkzaamheden Ter uitvoering van de opdracht heb ik onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet. Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht: heb ik ondermeer onderzocht of de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogen en het vereist l eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld, en heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds. l Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. Ik heb mij een oordeel gevormd over de waarschijnlijkheid waarmee het pensioenfonds de tot balansdatum aangegane verplichtingen kan nakomen, mede in aanmerking nemend het financieel beleid van het pensioenfonds. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvan zijn in overeenstemming met de binnen het Actuarieel Genootschap geldende normen en gebruiken, en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel. Oordeel De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningsregels en uitgangspunten, als geheel bezien, toereikend vastgesteld. Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, sprake van een dekkingstekort. Met inachtneming van het voorafgaande heb ik mij ervan overtuigd dat is voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet, met uitzondering van de artikelen 131, 132 en 133. De Nederlandsche Bank heeft het pensioenfonds in haar brief van 24 mei 2011 meegedeeld dat het beleggingsbeleid niet in overeenstemming is met artikel 135 van de Pensioenwet. De vermogenspositie van Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland is naar mijn mening slecht, vanwege het dekkingstekort.
Eindhoven, 17 juni 2011 Ir. M.J.M. Pernot AAG verbonden aan Hewitt Associates B.V.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 66
5
CONTROLEVERKLARING VAN DE ONAFHANKELIJKE ACCOUNTANT
Aan: het bestuur van Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland Verklaring betreffende de jaarrekening Wij hebben de in dit rapport op pagina 36 tot en met 63 opgenomen jaarrekening 2010 van Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland te Leiden gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2010 en de staat van baten en lasten over 2010 en de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Verantwoordelijkheid van het bestuur Het bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van het bestuursverslag, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met inachtneming van het bepaalde in artikel 146 Pensioenwet. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de stichting. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de stichting gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden. Oordeel Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van het vermogen van Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland per 31 december 2010 en van het resultaat over 2010 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW) en met inachtneming van het bepaalde in artikel 146 Pensioenwet.
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 67
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het bestuursverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het bestuursverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW. Rotterdam, 17 juni 2011 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V.
S.A. van Kempen RA
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 68
BIJLAGEN
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 69
1
VERLOOPSTAAT DEELNEMERS 31-12-2010 Aantal
31-12-2009
Aantal
Aantal
Aantal
Deelnemers, incl. AO-ers Stand vorig boekjaar Nieuwe toetredingen Ontslag met premievrije aanspraak Ingang pensioen Overlijden
1.458 367 -207 -4 -1
Stand einde boekjaar
1.503 103 -144 -4 -
155
-45
1.613
1.458
1.560
1.437
Gewezen deelnemers Stand vorig boekjaar Ontslag met premievrije aanspraak Waardeoverdrachten Ingang pensioen Overlijden Afkoop rechten
207 -19 -23 -4 -1
Stand einde boekjaar
144 -1 -12 -3 -5 160
123
1.720
1.560
230
225
Pensioentrekkenden Stand vorig boekjaar Ingang pensioen Overlijden Afkoop rechten Expiratie
Stand einde boekjaar
33 -5 -3 -1
23 -7 -11 24
5
254
230
3.587
3.248
___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ ___________________________________________________________________________________________________________ Stichting Pensioenfonds Johnson & Johnson Nederland 70