1.
5. Nu ‟t rouwrumoer rondom jou is verstomd,
Heer,
de stoet voorbij is, de schuifelende voeten,
toen ik in het diepe dal zat
nu voel ik dat er een diepe stilte komt,
en geen spatje meer zag
en in die stilte zal ik je opnieuw ontmoeten,
van het licht aan de top,
en telkens weer zal ik je tegenkomen.
heb ik U aangeroepen
We zeggen veel te gauw : het is voorbij.
en het werd lichter.
Hij heeft alleen je lichaam weggenomen,
Het licht kwam in het dal,
niet wie je was en ook niet wat je zei.
en langs het licht
Ik zal nog altijd grapjes met je maken,
klauterde ik weer omhoog,
we zullen samen door het stille landschap gaan.
moeizaam,
Nu je mijn handen niet meer aan kunt raken,
maar eenmaal aan de top
raak je mijn hart nog duidelijker aan.
zag ik het licht in volle glorie.
Toon Hermans 2 ----------------------------------------------------------------------------
Het leed was geleden en dankbaar
Sterven doe je niet ineens,
heb ik Uw licht omhelsd.
maar af en toe ‟n beetje.
Nu weet ik het zeker :
En alle beetjes die je stierf,
U bent het stralende licht
‟t is vreemd, maar die vergeet je.
aan de top van de berg,
Het is je dikwijls zelf ontgaan,
maar ook
je zegt ik ben wat moe.
de schittering van het vonkje in het dal.
Maar op ‟n keer dan ben je aan je laatste beetje toe. Toon Hermans 3 ----------------------------------------------------------------------------
Toon Hermans 6 ---------------------------------------------------------------------------Ik wil alleen zijn met de zee, ik wil alleen zijn met het strand, ik wil mijn ziel wat laten varen,
De laatste uren voor het einde
niet mijn lijf en mijn verstand.
dan wordt die grote wereld klein. Is plotseling alles onbeduidend
Ik wil gewoon een beetje dromen
tot aan het laatste beetje pijn.
rond de dingen die ik voel
Wat wij zo indrukwekkend vonden
en de zee, ik weet het zeker,
verliest zijn glans, verliest zijn zin,
dat ze weet wat ik bedoel.
maar achter de gesloten ogen glanst een gigantisch groot begin. Toon Hermans 4 ---------------------------------------------------------------------------Heer,
Ik wil alleen zijn met de golven, „k wil alleen zijn met de lucht, ik wil luist‟ren naar mijn adem, ik wil luisteren naar mijn zucht.
Wij geloven dat U de Heer bent van leven en dood.
Ik wil luist‟ren naar mijn zwijgen,
Die gedachte geeft ons hoop.
daarna zal ik verder gaan
Maar als we iemand
en de zee, ik weet het zeker,
die ons dierbaar is, verliezen
zal mijn zwijgen wel verstaan.
hebben we geen antwoord.
Toon Hermans
Laat ons, Heer, ons leven in Uw handen leggen en leer ons telkens weer ”Uw wil geschiede” zeggen. Toon Hermans
1
7.
12. Ik zal je troosten, als je komt met je verhaal,
Al het leven is zinnig
totdat je ‟t leven weer een beetje aardig vindt.
hoe onbegrepen ‟t ook mag zijn
Ik speel mijn rol, als stond ik voor een volle zaal,
of het blij is, droef of innig
maar als je weg bent, zal ik huilen als een kind.
of het onrust is of pijn.
Toon Hermans 8 ----------------------------------------------------------------------------
Zinnig is ons hopen, vrezen de kleinste bloem in ‟t lage gras.
Het is niet te zeggen in een vers of in een woord,
Daarom zou het onzin wezen
‟t is niet te zeggen in een psalm of in een lied,
als de dood onzinnig was.
je voelt gewoon op zekere dag dat Hij je hoort, je merkt gewoon opeens dat Hij je ziet. Toon Hermans 9 ---------------------------------------------------------------------------EEUWIGHEID
Toon Hermans 13 --------------------------------------------------------------------------Heer, er valt geen blad van een boom buiten U om. U bent aanwezig in alle leven
Dacht je dat al het grootse leven
en in de loop der dingen.
dat hier op aarde heeft geleefd
U weet van mijn vreugden,
ineens totaal is afgeschreven
van mijn beproevingen
ineens geen enkel nut meer heeft?
en van mijn tranen. Laat die gedachte
Dat alle liefde die zij gaven
mijn troost zijn.
hun wijsheid en hun droefnis
U raapt op wat is gevallen
onder de aarde ligt begraven
en maakt het nieuw.
en dat daar niets van over is?
Toon Hermans 14 ---------------------------------------------------------------------------
Ze leven verder en ze slapen
Als een vale grijze sprei
niet één moment, geen enk‟le stond
viel de schaduw over mij
Hij heeft de mensen niet geschapen
ik heb gehuild,
om op te bergen in de grond.
maar vatte toch weer moed
Toon Hermans 10 --------------------------------------------------------------------------TIJD
de dagen waren leeg en grauw ik wist wel dat het komen zou het gaat niet zo, dat je ineens de geest zult geven
Of wij jaren
bij elk verdriet verlies je
in getallen tellen,
kleine beetjes leven
je kunt wat komen moet
er komt van lieverlee
vertragen noch versnellen.
een leegte in de lijven Toon Hermans
11 --------------------------------------------------------------------------RUST
met net te weinig fut om langer hier te blijven en alle pijn en alle tranen die je schreit
Te zijn,
ze zijn een duit
bij wie er niet meer zijn.
in ‟t zakje van de eeuwigheid
Heel diep in je gedachten
Toon Hermans
en niet met woorden lang en luid kan af en toe een stille pijn verzachten. Er gaat een wonderlijke rust van uit. Toon Hermans
2
15.
20. Je hebt iemand nodig stil en oprecht
Moederke
die als het er op aan komt voor je bidt of voor je vecht
‟t En is van u
pas als je iemand hebt
hiernederwaard,
die met je lacht en met je grient
geschilderd of
dan pas kun je zeggen :
geschreven
„k heb een vriend.
mij, moederke, Toon Hermans
16 --------------------------------------------------------------------------Ik heb lang en gelukkig geleefd,
geen beeltenis, geen beeld van u gebleven.
niets gevraagd en veel gekregen en van alle goede dingen voldaan,
Geen tekening,
stilletjes ter Here gegaan.
geen lichtdrukmaal, Stijn Streuvels
17 --------------------------------------------------------------------------Want van die goede waart ge één
geen beitelwerk van stene ‟t en zij dat beeld in mij, dat gij
die goud in ‟t hart bewaren:
gelaten hebt,
de wereld ziet er overheen
allene,
maar God zal ze openbaren
o Moge ik, u
G.Gezelle 18 ---------------------------------------------------------------------------
onweerdig, nooit die beeltenis
Ik mis U waar ik henenvaar
bederven,
of waar ik henenkeer
maar eerzaam laat
den morgenstond, de dagen rond
ze leven in
en de avonden nog meer.
mij, eerzaam in
Wanneer alleen ik tranen ween
mij sterven.
‟t zij droevig het zij blij
Guido Gezelle
ik misse U, o ik misse U zo, ik misse U neffens mij.
21 --------------------------------------------------------------------------Hoe zijt gij ons ontvlucht,
G. Gezelle 19 ---------------------------------------------------------------------------
gij kleene troostverschaffer; de blijdschap van ons huis,
Wij minden ‟t zoo
het licht van onze baan?
wij zagen ‟t noo,
Hoe zijt gij ons geroofd;
te noo misschien, ontdragen;
wie, onbermhertig, gaf er
maar, JESU zoet,
uw ijdel wiegsken ons
ons herte bloedt
te vinden ledig staan?
en ‟t breekt van niet te klagen! Geeft weer! – o Neen,
O God, gij zijt te goed
ons kindtje kleen,
opdat men ‟t U zou wijten;
we‟n durven ‟t U niet te vragen!
o Vader, duizendmaal
G.Gezelle
gezegend zij uw naam; maar zendt ons sterkte toe en, om de plicht te kwijten der christ‟ne droefheid, maakt ons lijdend hert bekwaam! Guido Gezelle
3
22.
27. God gaf het ons,
Rechtveerdig is de dood :
God nam het ons,
ze‟n spaart noch vorst
Gods name zij geprezen;
noch koning,
‟t was wel bij ons
zij klopt zowel
‟t ging weg van ons,
aan ‟s keizers hof
‟t was beter in den hemel;
als aan de boer
daar blijft het ons,
zijn woning.
daar wacht het ons,
Guido Gezelle
daar zien wij ‟t eenmaal weder! Guido Gezelle 23 --------------------------------------------------------------------------De wijzer wijst
28 --------------------------------------------------------------------------Verkieslijk is het, duizendmaal, te rusten in Gods hemelzaal, als op der aarde, al wierd men rijk,
elk uur en tijd,
te slaven om wat ijdel slijk.
maar het uur niet dat
„k Beminde uw huis, o Heer, en zag
gij schuldig zijt te sterven !
den luister geren van uw dag:
Zijt dus voorbereid,
uw dag, hij is mij opgestaan;
de wijzer wijst
uw huis , ik ben erin gegaan.
naar d‟eeuwigheid Guido Gezelle
Vaartwel, en die dit leest onthoudt dat ge ook in de tijds de dood beschouwt.
24 --------------------------------------------------------------------------Gij vloogt, o vriend, en leeft nu daar
Guido Gezelle 29 ---------------------------------------------------------------------------
waar ‟t geen nacht meer is en sterreklaar
Je leven lang
maar dag, bij God den Heer
heb je gestreden
en nacht en wordt het nimmer weer.
je hebt je hoofd
Guido Gezelle 25 ---------------------------------------------------------------------------
zacht neergelegd en je ogen gesloten
Tot wederzien, tot wederzien !
je hebt de rust gevonden
Al waar het moge wezen,
waar je jarenlang
na lang of korten tijd
naar zocht.
misschien in ‟t ongekend na dezen.
Ugo Verbeke 30 ---------------------------------------------------------------------------
Guido Gezelle 26 ---------------------------------------------------------------------------
Met u zijn er geen verten meer en alles is nabij.
Vaarwel …
Des levens aanvang glinstert weer,
in ‟t ander leven
geen gisteren en geen morgen meer,
zal God U loon
geen tijd meer en geen uren,
naar werken geven, terwijl wij hier
geen grenzen en geen muren, en alle angst voorbij,
nog lange jaren
verlost van schaduw en van schijn
‟t geheugen van
wordt pijn en smart tot vreugd verheven.
uw deugd bewaren. Guido Gezelle
Hoe kan het zo eenvoudig zijn? Felix Timmermans
4
31.
35. De kern van alle dingen
GELOOF
is stil en eindeloos alleen de dingen zingen
Daar droomt iets in uw ogen,
ons lied is kort en broos.
wen gij ten hemel ziet. Daar zingt iets in uw zuchten, héél verre, van verdriet …
En donker zingt mijn bloed van heimwee zwaar doorwogen ik zeil langs regenbogen
Daar sust iets in uw stemme,
Gods stilte tegemoet.
een troost, die „k zelden vond. Uit “Adagio”
In woorden die gedijen
Felix Timmermans
uit menselijke mond.
32 --------------------------------------------------------------------------Hoe kan het leven hemel zijn met U,
Daar juicht iets in uw vreugde
O kern van alle leven.
en, zo ge wel eens schreit, Felix Timmermans
33 ---------------------------------------------------------------------------
dan lacht er door uw tran zoveel gelatenheid …
Hoe kan het leven hemel zijn met U, o kern van alle leven.
O Lieve, zeg me stille, Felix Timmermans
34 --------------------------------------------------------------------------‟t is goed in ‟t eigen hert te kijken
Is dat soms verre schijn van de eindeloze weelde, héél dicht bij Hem te zijn ?
nog even voor het slapen gaan of ik van dageraad tot avond geen enkel hert heb zeer gedaan.
Alice Nahon 36 --------------------------------------------------------------------------Bidden is niet enkel knielen; ‟t Is in ‟t huis van onbeminden
Of ik geen ogen heb doen schreien,
En in grauw mizerie-zielen
geen weemoed op een wezen lei.
Veel verborgen liefde vinden.
Of ik aan liefdeloze mensen een woordeke van liefde zei.
Bidden is de bittere dingen Met een zacht gezeg vergoeden;
En vind ik, in het huis mijns herten
‟t Is doorheen zijn tranen zingen
dat in één droefenis genas,
En in alles ‟t schoon vermoeden.
dat ik in mijn armen heb gewonden rondom één hoofd, dat eenzaam was.
Bidden is langs donkere paden Lampen van gevoel doen branden;
Dan voel ik, op mijn jonge lippen,
Bidden is de schoonste daden
die goedheid lijk een avond-zoen.
Dragen op zijn eigen handen.
‟t Is goed in ‟t eigen hert te kijken en zo zijn ogen toe te doen. Alice Nahon
Bidden is in stilte weten Weelde en weedom van elkander; Bidden is zichzelf vergeten Om te peinzen aan een ander. Alice Nahon
5
37.
40. Samen
Als ik doodga,
hebben wij de weg
begraaf me dan niet,
van het leven bewandeld.
verstik me niet onder een zware steen.
Samen pret gemaakt,
Laat me de kans om vrij te zijn,
samen verdriet beleefd.
te gaan over de grenzen van de dood
Nu ga jij alleen verder …
mee met de wind als de vogels die ik bewonderde tijdens
Maar
mijn leven.
niemand is ooit alleen. In onze herinnering
Als ik doodga
leef je verder.
verstik me dan niet met je tranen
Voor altijd.
maar schep een herinnering aan mijn lach in je eigen levenssfeer, daar …
38 ---------------------------------------------------------------------------
waar ik gelukkig was.
De stilte bij je heengaan
41 ---------------------------------------------------------------------------
is groot,
Afscheid nemen is
maar in ons hart
verwijlen bij een brok leven
blijf je
en stilstaan op de pieken
verder leven.
van pijn en vreugde.
39 ---------------------------------------------------------------------------
Afscheid nemen is
Als je leeft maak je stormen mee die pijn doen,
met dankbare handen
want je bent je bewust van wat je overkomt.
weemoedig meedragen
Er zijn ook momenten van rust,
al wat waard is
geluk en liefde, die je goed doen.
om niet te vergeten.
Want ook daarvan ben je je bewust. Als je dood bent blijft alleen de rust over,
Afscheid nemen is
zonder bewustzijn.
het moeilijkste in het leven.
Dus geen vreugde, maar ook geen pijn meer.
Men leert het nooit …
Als ik dood ga
Gelovig sterven is
hoop ik dat je erbij bent
afscheid nemen van de tijd,
dat je me aankijkt
niet van het leven …
dat ik je hand voel dan zal ik rustig dood gaan
42 ---------------------------------------------------------------------------
dan hoeft niemand verdrietig te zijn
We zijn je zo dankbaar
dan ben ik gelukkig.
voor de vele dingen die je ons geleerd hebt voor je steeds gulle hart voor je blijheid … voor je liefde. We zullen je missen ...
6
43.
48. Als ik dood ga
Bij ‟t slapen sluit de kelk haar knop
sluit dan het raam.
en rust gesloten uit.
Kijk naar de vogels die wegvliegen met
In stilte spaart een bloem haar pracht.
de dromen van ongestoord geluk.
Met morgendauw en drop bestrooit de zon
Kijk naar de rivier vol geheimen die hij
met licht het ingehouden schoon.
met zich meedraagt.
Ik sluit mijn hoofd mijn ogen dicht
Kijk naar een kind dat speelt en lacht
ik baan in ‟t licht en bid.
onbezorgd voor het leven.
Uit “fresco‟s”
Luister naar de wind die fluistert je naam.
Paul Fierens
Sluit je ogen en denk even na.
49 ---------------------------------------------------------------------------
Denk niet aan morgen,
Nu is de tijd gekomen
de zorgen komen vanzelf.
ik stoot de boot van land.
Denk aan mij en vergeet me niet.
Ik heb de wrikspaan reeds ter hand genomen ik vaar naar d‟overkant
44 ---------------------------------------------------------------------------
en „k neem maar wat herinneringen mee …
Leven is
De avond daalt nu snel,
vanaf zijn geboorte
de boot glijdt rustig over zee …
voortdurend afscheid nemen,
Mijn blik door ‟t duister hier alom
loshaken om voort te gaan,
peilt vorsend naar het andere strand.
zichzelf verliezen
Ik kijk nog even om en „k wuif heel zachtjes met
om zichzelf te vinden,
de hand
het risico nemen van de graankorrel
en „k zeg zeer stil … vaarwel …
om vruchten voort te brengen.
Afscheid nemen
J.L.T.
50 ---------------------------------------------------------------------------
is het moeilijkste in het leven:
Mijn levenstaak is afgedaan,
men leert het nooit …
en ik ben, als een op het strand getrokken boot,
45 --------------------------------------------------------------------------Zoveel soorten van verdriet,
luisterend naar de dansmuziek, van het getijde in de avond.
ik noem ze niet.
Tagore
Maar één, het afstand doen en scheiden.
51 ---------------------------------------------------------------------------
En niet het snijden doet zo‟n pijn,
Geheel onverwacht ging je heen
maar het afgesneden zijn.
zonder afscheid te nemen M. Vasalis
46 --------------------------------------------------------------------------Vriendschap geeft ogen aan de afstand
geen handdruk, geen laatste zoen zelfs de bloemen ontbrak de tijd hun kelken te sluiten en te verwelken.
en een steun aan de stilte. Johan Daisne 47 ---------------------------------------------------------------------------
Wij kunnen slechts hete tranen plengen om ons verdriet te verzachten
Wanneer je droevig bent,
onze rood-doorlopen ogen
kijk dan opnieuw in je hart
achter onze handen verbergen
en je zult zien dat je weent
en in gedachten je beeltenis vasthouden
om wat je vreugde heeft gebracht.
en bewaren in droeve eenzaamheid.
K.Gibran
Ugo Verbeke
7
52.
54.
PAX TECUM
Vader, de tranen in onze ogen
In fide constans In het geloof getrouw In spe radicatus In de hoop geworteld In caritate fundatus In de liefde gegrondvest. 53 --------------------------------------------------------------------------Als je van iemand houdt
getuigen van diepe droefheid om uw heengaan, maar ook dankbaarheid om uw schoon en vruchtbaar leven. Een leven van eenvoud en toewijding, van werkzaamheid en genegenheid voor ons allemaal. Dank u wel.
en je bent van hem gescheiden kan niets de leegte van zijn afwezigheid vullen.
Vader,
Je moet dan niet proberen.
nu u gestorven bent
Je moet eenvoudig aanvaarden en volharden.
beseffen we maar pas wat ‟n goede man U was.
Dat klinkt erg hard, maar het is ook een grote
De herinnering aan U
troost,
blijft een innig diepe vreugde
want zolang de leegte blijft,
voor altijd.
blijf je met elkaar verbonden. 55 --------------------------------------------------------------------------Het is fout te zeggen : God vult die leegte.
Je bent een gelukkig man
Hij vult haar helemaal niet, integendeel.
gaat op in je werk en je gezin
Hij houdt die leegte leeg en helpt ons zo
veel van je dromen gaan in vervulling
de vroegere gemeenschap te bewaren,
je leeft je eigen leven zo goed je kan
zij het dan ook in pijn.
een gezonde oude dag lijkt heel normaal
Hoe mooier en rijker de herinneringen,
maar je wordt ziek, je weet niet waarom
des te moeilijker de scheiding.
je klaagt niet, denk: och, kom
Maar dankbaar verandert de pijn der herinnering
toch verandert het stilaan allemaal
in stille vreugde.
je levensboot dobbert naar de donkere overkant
De mooie dingen van vroeger
het gaat slechter, je hoopt: ik kom wel aan de
zijn geen doorn in het vlees
beterhand
maar een kostbaar geschenk dat je meedraagt.
maar één na één worden de touwen losgeknoopt
Je moet zorgen
je sterft je eigen eenzame dood …
dat je niet in je herinneringen blijft graven en je erin verliest.
56 ---------------------------------------------------------------------------
Een kostbaar geschenk bekijk je niet aldoor
Geen grote dingen heeft hij gedaan,
maar alleen op bijzondere ogenblikken.
hij was een stille ziel
Buiten die ogenblikken is het een verborgen schat,
die echter in zijn leven
een veilig bezit:
hard heeft gewerkt.
dan wordt het verleden een blijvende bron
Eenvoudig en oprecht van harte was hij,
van Vreugde en Kracht.
en daarom door ons bemind.
Duits theoloog Dietrich Bonhoeffer
8
57.
60. Va,
Wanneer ik morgen doodga,
De laatste jaren nam je stilaan van ons afscheid,
vertel dan aan de bomen
maar je beeld zal ons eeuwig bijblijven.
hoeveel ik van je hield. Vertel het aan de wind,
Jouw geluk, wanneer je een lach op andermans
die in de bomen klimt
lippen kon toveren,
of uit de takken valt,
getuinde van een aanstekelijke levensvreugde.
hoeveel ik van je hield.
Niet zelden kwam dat net op tijd.
Vertel het aan een kind, dat jong genoeg is om het te begrijpen.
Jouw doorzetting en enthousiasme om iets te
Vertel het aan een dier,
verwezenlijken,
misschien alleen door het aan te kijken.
heb je als aannemer zeker volbracht.
Vertel het aan de huizen van steen, vertel het aan de stad,
Jouw gemeende fierheid over ons doen en laten,
hoe lief ik je had.
was een bijzondere stimulans voor ons. Maar zeg het aan geen mens. Jouw dankbaarheid, aan hen die je verzorgden,
Ze zouden je niet geloven.
zal hen altijd bijblijven.
Ze zouden niet willen geloven dat alleen maar een man alleen maar een vrouw,
Va,
dat een mens een mens zo liefhad
het huis waarvan jij de grondvesten bouwde,
als ik jou.
zullen we verder opbouwen. Tot kijk …
61 --------------------------------------------------------------------------Moeder, dank je wel
58 ---------------------------------------------------------------------------
voor al die mooie jaren
Vader, wij danken U voor alles wat gij
dat we samen gelukkig waren.
voor ons gedaan hebt.
Voor uw geduld,
Nu wij U moeten missen, zullen wij
bezorgdheid en begrip.
pas ten volle beseffen wat gij voor ons
Voor de liefde die jij,
geweest zijt.
in alle oprechtheid
Samen zullen wij uw laatste wil, de zorg
en eenvoud schonk
voor moeder, op onze schouders nemen.
aan uw echtgenoot, kinderen, kleinkinderen
Wij danken U voor uw opofferende
en achterkleinzoontje.
liefde en blijven deze als herinnering in ons hart bewaren. 59 --------------------------------------------------------------------------Een gewoon goede moeder,
In gedachten ben je steeds bij ons. Wij hielden toch zo van je. 62 ---------------------------------------------------------------------------
altijd beschikbaar,
Zo onverwacht is het stil geworden
je helpende hand voor elk van ons.
‟t kan niet waar zijn en toch …
Goedlachs, zenuwkalm,
in schone herinnering zal jij bij ons
zacht en lief, je waarmerk.
blijven voortleven,
Een vroege herfststorm,
omdat wij jou kenden
daar had je niet op gerekend.
als onze blijmoedige en liefhebbende boma.
Er was nog zoveel te doen. Waarheen je ook gaat, weg ben je nooit.
9
63.
67. Moeder,
Rust nu maar uit.
de dag dat je ons verlaat
Je hebt je strijd gestreden,
hoop ik dat de regen zich vermengt
je hebt het meer dan moedig gedaan.
met onze tranen
Wie kan begrijpen wat je hebt geleden,
onze zielepijn zich stort
wie kan voelen wat je hebt doorstaan.
over de granen
68 ---------------------------------------------------------------------------
zodat jouw naam
De strijd is gestreden,
voor ons
de liefde is nog daar.
voor altijd
Nu ben jij weg uit het heden,
in het wassen van de veldgewassen
maar we houden nog van elkaar.
zal geschreven zijn.
69 --------------------------------------------------------------------------Mireille Hugaert
64 ---------------------------------------------------------------------------
Sterven doe je nooit helemaal, het beeld blijft steeds leven.
Goedheid,
Het is geen eind aan het verhaal,
bezorgdheid, bescheidenheid :
er is nog zoveel te geven.
in deze drie woorden
70 ---------------------------------------------------------------------------
staat voor ons
Het leven dat jij gulzig dronk
zijn/haar onvergetelijk beeld gebeiteld.
omdat zoveel levenslust je werd gegeven,
Hij/zij was ons sterkte,
werd je stap voor stap ontnomen.
steun en trots
Niemand weet hoeveel je hebt geleden.
voor ons de ware gave Gods.
Toen je zo stil dit leven hebt verlaten,
Al het goede dat hij/zij deed
verscheen er op je gelaat
O Heer
een glimlach die ons wilde zeggen,
Geef het vader/moeder, duizend maal,
ik ben verlost en hoef niets meer te vrezen
in de Hemel weer. 65 ---------------------------------------------------------------------------
71 --------------------------------------------------------------------------Moeder,
Moegestreden is hij van ons heengegaan,
voor elke blik,
verlost van alle pijn en smart.
voor elke lach
Op zoek naar ‟t eeuwige leven,
die, stralend en gul,
laat hij ons allen met pijn in ‟t hart.
ge ons steeds schonk …
Opa we zullen je nooit vergeten.
zeggen we je dank !
66 --------------------------------------------------------------------------In zijn eenvoud was deze man
Voor elk moment,
zo groot dat velen hem zullen missen.
van lief en leed
Gans zijn leven heeft hij gewerkt
dat, innig saam,
om zijn jeugd-ideaal,
wij dragen mochten …
een wereld van liefde en
zeggen we je dank !
rechtvaardigheid, waar te maken.
Heer,
Dienen en dienstbaarheid
voor elke dag
waren voor hem geen ijdele woorden.
die, pijnlijk stil,
In zijn en ons geloof weten wij hem nu
zo zonder haar,
op de eindbestemming van zijn leven:
nog komen zal …
de volmaakte liefde van de Heer,
zeggen we je dank !
en ons allen zeer nabij.
72 --------------------------------------------------------------------------Afscheid is de geboorte
Vader, wij danken U voor zijn leven.
van een herinnering.
10
73.
77. Dank je wel
Niemand leeft voor zichzelf alleen,
voor de korte tijd
niemand sterft voor zichzelf alleen,
dat wij samen
wij leven en sterven voor God onze Heer.
gelukkig waren.
Aan Hem behoren wij toe.
Voor de eenvoud,
78 ---------------------------------------------------------------------------
waarmee je van mensen
Hij die dit alles waarborgt spreekt :
en dingen hield.
Ja, ik kom spoedig. Ja kom, Heer Jezus !
Voor je liefde die jij ons gaf, moge eeuwig geluk
Apokalyps 22:21 79 ---------------------------------------------------------------------------
en diepe vreugde
Wie zijn taak als mens vervulde in dit
bij de Heer nu je deel zijn.
leven, hem zal God zijn vriendschap
Moeder wij hielden toch zo van je.
en zijn vreugde geven.
74 ---------------------------------------------------------------------------
80 ---------------------------------------------------------------------------
Goede God,
Want we weten dat het
de naam van elke mens
lijden van de tegenwoordige
staat gegrift in de palm van uw hand.
tijd niet opweegt tegen de
Nu zijn leven onder ons is afgebroken,
heerlijkheid, die over ons
vragen wij U, dat Gij hem zou doen opstaan
geopenbaard zal worden.
tot eeuwig leven om hem voor altijd gelukkig te maken
Rom. 8 : 18 81 ---------------------------------------------------------------------------
en dat wij hem weer mogen ontmoeten
God geeft de tijd bij dag en jaar,
in de vreugde van Uw Rijk.
ach neen, bij kleine tikskens maar,
75 --------------------------------------------------------------------------Heer, dank U voor deze goede mens,
en ‟t laatste tikske komt aleer men peinst of weet, helaas, te zeer! 82 ---------------------------------------------------------------------------
groot in al zijn eenvoud.
“Nu ging Jezus met hen naar Nazaret terug.
Laat hem verder in ons leven,
En hij was hun onderdanig.”
door al het goede, waarin hij ons is voorgegaan. Amen. 76 ---------------------------------------------------------------------------
(Lucas, 2-51) 83 --------------------------------------------------------------------------Ik laat de schaduw achter mij
Je leed in stilte,
en stijg tot in de zon
wij begrepen het niet steeds.
honger en dorst
Je glimlach en je handdruk
laat ik achter mij
vertelden ons van je liefde,
en daal af in de
je goedheid en je tederheid.
bron
We hielden van je,
vragen en krijgen
zo deelden we je leed.
laat ik achter mij
Nu ben je thuis,
ik wil alleen nog
thuis bij de Heer.
geven pijn en dood
God is die goed is,
laat ik achter mij
woorden van liefde doet,
want ik vond het
vrede voor mensen is,
leven
tijd geeft van leven.
Bart Mesotten
11
84.
89. We hebben afscheid genomen
Lieve vader/moeder,
van jouw hart
Heel dankbaar bewaren we Uw beeld in
met ons hart
ons hart,
we hebben onze handen
uw zin voor rechtvaardigheid,
gevouwen om de jouwe
uw dienstbaarheid,
om ze te warmen
uw openheid voor het goede en
een laatste maal
afkeur voor het slechte,
we hebben afscheid genomen
uw belangstelling voor het mooie
een laatste groet gebracht
in deze wereld.
onze gedachten bij jou
Wij danken U voor alles wat u voor
die wij lief hadden
uw gezin hebt gedaan. Wij houden van U.
en niet vergeten kunnen.
In dit aardse leven zullen we U missen.
85 --------------------------------------------------------------------------God is die goed is,
Eerlang zien we elkaar terug. 90 ---------------------------------------------------------------------------
woorden van liefde doet,
Sta stil en verwonder je
vrede voor mensen is,
over de gewone dingen
tijd geeft van leven.
sta stil en herinner je
86 ---------------------------------------------------------------------------
een eenvoudig gebaar
Vriendschap geeft ogen aan de afstand
sta stil met een glimlach
en een steun aan de stilte.
en weet dat ik besta. Johan Daisne
87 ---------------------------------------------------------------------------
91 --------------------------------------------------------------------------De bomen komen uit de grond
Afscheid nemen van een geliefde die sterft,
en uit de stam hun twijgen
is met dankbare handen meedragen
en iedereen vindt het heel gewoon
alles wat waarde heeft om van te leven.
dat zij weer bladeren krijgen
88 ---------------------------------------------------------------------------
we zien ze vallen naar de grond
Zoals de koelte ‟s nachts langs lelies
en dan opnieuw weer groeien
en langs rozen
zo heeft de aarde ons geleerd
als wit koraal en parels diep in zee
dat al wat sterft zal bloeien.
zoals wat schoon is rustig schuilt
92 ---------------------------------------------------------------------------
maar straalt wanneer ik schouwen wil
De dood is niet het uitdoen van het licht
zo meen ik dat ook jij bent.
het is het uitblazen van de lamp omdat de dag is aangebroken.
Als melk
93 ---------------------------------------------------------------------------
als leem
Het leven sterft niet,
en ‟t bieke rood van vaal gesteent
voortdurend van vorm en inhoud
of porcelein
op weg naar een kosmisch bewustzijn.
zoals wat ver is en gering en lang vergeten voor het oud is
Onze inzet nu,
zoals een waskaars en een koekoek
bepaald een hemel of hel,
en een oud boek en een glimlach
hier op aarde, nu en later.
en wat onverwacht en zacht is en het eerste en wat schuchter en verlangend en vrijgevig gaaf maar broos is zo meen ik dat ook jij bent. Jan Hanlo
12
94.
98. Dankbaar …
Noch het uur,
Om wat zij/hij was
noch de dag weet je
Om haar/zijn eenvoud
van te voren,
Om haar/zijn trouw
dat Hij je terug roept.
Om haar/zijn levensmoed
Doch als de tijd er is
Om haar/zijn inzet
gaat ook
Om haar/zijn geduld
de kaars des levens uit.
Om haar/zijn voortdurende bereidheid om haar
99 ---------------------------------------------------------------------------
menselijkheid
‟t is stil geworden in huis
Om haar/zijn diep geloof in Christus.
nu je er niet meer bent
95 --------------------------------------------------------------------------O, als ik dood zal zijn,
doch… je hart bleef bij ons
dood zal zijn
alles spreekt over jou
kom dan en fluister,
100 -------------------------------------------------------------------------
fluister iets liefs,
Toen hebt Gij
mijn bleke ogen zal ik opslaan
mijn droefheid
en
veranderd
ik zal niet verwonderd zijn.
in blijdschap;
En ik zal niet
ik ging in rouw
verwonderd zijn;
en Gij hebt mij gekleed
in deze liefde zal de dood
in vreugde.
alleen een slapen,
En nu, van ganser harte
slapen gerust
zing ik dit lied voor U,
een wachten op u,
en
een wachten zijn.
daarom, God mijn God, J.H. Leopold
96 --------------------------------------------------------------------------Hoe smartelijk
dank ik U eindeloos. 101 ------------------------------------------------------------------------Wij zaten samen, zwijgend
is de herinnering
bij het haardvuur;
aan het geluk,
mijn lieve moeder en ik.
als
Bij elk klokgetik
men in de schaduw zit
kwam haar stervensuur,
van het verdriet.
nader en nader.
97 --------------------------------------------------------------------------We zagen U,
Maar toen ik haar zacht
gesterkt tot rust
naar het bed geleidde,
ten sluimer
wist ik
‟t oog geloken.
hoe een Engel, zingend
Heel zacht had U
aanschreed achter ons beide.
de dood gekust heel stil
Want moedig had mijn moeder,
uw hart gebroken.
in mijn handen afstand van daad en tijd gedaan. Trots en wenend ben ik van haar heengegaan. M. Gijsen
13
102.
105. Het is een wonderbaar iets
Wat er ook gebeure…
een moeder:
Hij zal de schelp
Anderen mogen U lief hebben,
van jouw geluk
uw moeder alleen begrijpt u,
dragen in Zijn hand.
ze werkt voor u, bemint u,
V. Deschacht 106 -------------------------------------------------------------------------
vergeeft u alles wat ge doet,
Hij was rustig en goed
ze bidt voor u,
lijk hij had geleefd
en het enige kwaad dat ze doet,
zijn fijne hand
is te sterven en u te verlaten.
heeft gebeefd
103 -------------------------------------------------------------------------
op de mijne.
Je sliep zo stil vannacht
Een nevel van
De zon kon het niet weten
ontwakend land…
Dat jij zo vreedzaam en zo zacht De ochtend zou vergeten
M.Gijsen 107 ------------------------------------------------------------------------Ik heb gedroomd, o moeder
Er helpt geen meelij,
dat gij op sterven laagt,
geen geschrei
en voor het af te sluiten
Je handen die verbleken
mij lang in „d ogen zaagt.
En niemand had nog meer dan jij Naar deze zomer uitgekeken. 104 -------------------------------------------------------------------------
Gij spraakt van eerlijk blijven, van recht door ‟t leven gaan;
Als je echt van iemand houdt
hebt toen nog eens geglimlacht,
iemand alles toevertrouwt,
en alles was gedaan.
één die echt weet hoe je bent ook je zwakke plekken kent.
„k Wou om vergeving smeken, waarvoor, ik wist het niet,
Die bij je staat en vergeeft
en bij u nederknielen;
één die „naast‟ en „in‟ je leeft,
mijn knieën bogen niet.
dan voel je pas wat „leven‟ is maar ook wat „afgeven‟ is.
Toen wist ik dat „k u nimmer nog iets vergelden kon.
Je lach, je steun, je dankbaar zijn,
Uw stem deed mij ontwaken
elk gebaar, soms maar klein,
in ‟t klare licht der zon.
een oor, een woord, op elk moment t‟is daarom dat jij zoveel vrienden kent.
Daar blonken grote tranen van heil en droefenis.
Ons leven samen was iets moois
En „k voelde diep in ‟t harte
vol lieve blije dagen
wat een moeder is.
ook al ging ‟t soms minder goed
W. Elschot
nooit hoorden we je klagen. Ons leven samen wordt nog mooi vol lieve kleine dingen ook al ben je „r niet meer bij je leeft bij ons, in vele mooie herinneringen.
14
108.
111. Soms is de dood
Ziet lieve mensen
milder dan het leven
‟t is volbracht.
soms is het hard
Wat gaan wij doen?
zich eindeloos weg te geven.
Wij konden bidden, dan blijf ik nog wat
Soms is de dood
in uw midden,
zachter dan het weten,
gij krijgt toch
dat men zijn droom
geen slaap vannacht.
tot later moet vergeten.
Willem Elsschot 112 -------------------------------------------------------------------------
Soms is de dood
De tijd om God te zoeken
een onbegrepen vriend,
is het leven.
waardoor men ongevraagd
De tijd om Hem te vinden
de eeuwigheid verdient.
is de dood. De tijd om God te bezitten
Soms is de dood
is de eeuwigheid.
een herder en een hoeder,
113 -------------------------------------------------------------------------
die voor haar kinderen zorgt
Mijn laatste groet is voor hen
als een eenvoudige moeder.
die mij in mijn onvolmaaktheid N.N.
kenden en mij lief hadden.
109 ------------------------------------------------------------------------Gij zijt voorbij,
Tagore 114 -------------------------------------------------------------------------
maar duwt met zoveel sporen in ons gezin, ons hart, onze herinnering nu wij plots maar niet gehéél verloren.
TEN LAATSTE De bomen wuiven zacht, de bladeren zingen; en ik die u door duizend dalen heb gezocht troost nu mijn hart voor de vergeefse tocht hier is het eind, waartoe ik ééns moest dringen
Want alles wat eenelk van u ontving aan zorg en warmte en vertedering
Mij blijft niet veel nu alles is geschied: een zachte avond waarin vogels riepen, de stille klanken van een eenzaam lied en al de wegen wie wij samen liepen…
blijft allen onverliesbaar toebehoren. Anton van Wilderode 110 -------------------------------------------------------------------------
Mijn liefde werd niet vruchteloos gekweld, dit wankel hart niet tevergeefs benomen
Gelovig sterven
door trots verdriet: de droefheid wordt geteld,
is afscheid nemen van de tijd
de smart ver keert tot winst en
niet van het leven;
en gaat niet meer verloren,
is zichzelf blijven geven
en elke avond in een eenzaam veld
zoals men geworden is;
zal ik de vleugelslagen van uw ziel toch horen…
is het ene mysterie verlaten
Anton van Wilderode
om het andere in te gaan; is op het woord van Jezus de hoop verwisselen voor de zekerheid dat God liefde is.
15
115.
119. Als ik dood zal zijn…
De zon scheen innig rondom ‟t gras omdat zij een
Zult Gij mij dan dragen, God,
goede moeder was.
Zoals een moeder draagt?
Haast blij, want alles blonk en geurde, haast dood
Mag uw schoot mijn nieuwe wereld zijn
als ik dacht wat er gebeure …
onverwoestbaar terder ?
Toen, na wat zacht en haperend praten, hebben
En is Uw adem dan de polsslag
we haar alleen gelaten.
van mijn leven
Maria Vasalis
Uw liefde, mijn geluk
120 -------------------------------------------------------------------------
voor eeuwen en voor eeuwen ?
Voor elk moment waarop
Manu Verhulst 116 -------------------------------------------------------------------------
je mij hebt blij gemaakt Voor elk verdriet waarvan
In het stille van mijn handen
je mij hebt deel gemaakt
Ligt besloten al mijn weten
Voor elke keer dat
Zie ik leg ze als gebroken
Voor elke schakel die
je bij mij vertrouwen zocht
Op uw altaar van erbarmen
ons nauwer binden mocht Voor al je goedheid die
Neem ze mede, omvat ze teder Leer ze vouwen in gebeden
ik ondervinden mocht zeg ik je dank, zeg ik je duizendmaal dank.
Dat op ‟t einde van dit leven Ik slechts U kenne
121 ------------------------------------------------------------------------Ja, mijn liefste ik ging dood
in al mijn leden. R.E. 117 -------------------------------------------------------------------------
en uw verdriet, uw pijn is groot, maar geloof mijn welbeminde dat wij ons in de dood hervinden.
De kern van alle dingen is stil en eindeloos
Alles wat verloren schijnt
allen de dingen zingen
en plotseling in het niets verdwijnt
ons lied is kort en broos
is niet vergaan, is niet voorbij, het wordt weer goed voor u en mij
en donker zingt mijn bloed
.
van heimwee zwaar doorwogen
Want alle pijn en al ‟t verdriet
ik zeil langs regenbogen
klinkt als een lied,
Gods stilte te gemoet.
en als de dood ons niet meer scheidt F. Timmermans
118 -------------------------------------------------------------------------
omhels ik u in d‟eeuwigheid. 122 -------------------------------------------------------------------------
“Ik weet het niet, ik vind geen naam,
Uw blijde lach, uw levensmoed
ik krijg het met geen woorden saam
zullen ons niet meer troosten.
wat er nu omgaat in mijn ziele.
Uw ziel verliet nu deze aarde
Is het soms blijdschap ? is ‟t verdriet ?
waar je zoveel van gehouden hebt.
of allebei ? En ook niet weer niet …
Wij zeggen dank, voor al die liefde
ik kan slechts zwijgend knielen.”
die gij ons hebt gegeven,
F. Timmermans
waardoor uw hart, tot ‟t laatste toe nog bij ons is gebleven …
16
123.
128. Afscheid nemen doet zo pijn
Een mens
Afscheid nemen doet zo zeer
om van te houden,
Om je blikken zonder woorden
een mens
Om je warmte van weleer
om nooit te vergeten,
Om je ogen
zo is moeder
Om je handen
voor ons geworden.
Om je glimlach keer op keer
Zij ging haar weg
Om de dagen
kranig en weemoedig;
Om de uren
ten dienste van velen.
Om eergister nog zeer teer
129 -------------------------------------------------------------------------
Om dit alles en nog meer
En altijd is het zo geweest
is vandaag nog slechts teer zeer.
dat de liefde haar diepte niet kent
Mireille Hugaert 124 -------------------------------------------------------------------------
dan op het uur der scheiding. 130 -------------------------------------------------------------------------
Wij zijn te oud om te leven
Heer,
en steeds te jong om te gaan.
Wil uw troost en kracht schenken
Achter de bocht van de laan,
aan allen die bedroefd zijn
komt God als tegenligger aan.
om dit heengaan.
Verblindend is Zijn Licht, gerijpt in het paradijs.
Wij vragen U, Heer,
Wie op Hem vertrouwt,
schenk aan onze dierbare overledene
is nooit eenzaam op zijn laatste reis.
voor immer de zalige rust bij U.
Mark Meekers 125 -------------------------------------------------------------------------
131 ------------------------------------------------------------------------Haar beklemmende ziekte
Het is een genade van God,
heeft ze zonder klagen gedragen.
een hoge leeftijd
Vertrouwend op Gods barmhartigheid
te mogen bereiken. Laten wij dankbaar zijn dat wij hem zolang bij ons mochten houden. Zijn gezin betekende alles voor hem.
is ze rustig de eeuwigheid ingegaan. 132 ------------------------------------------------------------------------Heer, herinner U zijn naam, die hij van mensen heeft ontvangen en waarin hij gekend wordt, ook al is hij gestorven, die naam hebt Gij geschreven
Heer, geef hem in de hemel het geluk waar hij zo voor heeft gewerkt. 126 -------------------------------------------------------------------------
in de palm van Uw hand. 133 ------------------------------------------------------------------------Vader,
Afscheid nemen
te vroeg hebt gij ons verlaten.
is met dankbare handen
Moeder en wij hadden u
weemoedig meedragen
nog zo graag bij ons gehad.
al wat waard is
Wij zullen
om niet te vergeten
voortaan uw wijze raad missen,
127 ------------------------------------------------------------------------De moeders gaan, maar sterven niet,
uw liefde voor ons ontberen. Onze sterke steun is nu verloren.
ze leven naar ze geven; zolang men moeders kinderen ziet, zolang zal moeder leven.
17
134. Vader, u was, in uw zorgzame leven, een voorbeeld van stille werkzaamheid. God weet wat gij hebt gedaan voor uw gezin en voor de mensen rondom U. 135 ------------------------------------------------------------------------Wij danken om dit leven, verduldig, niet van leed gespaard; om deze vader, die na dit plots verscheiden een leemte laat. Om deze mens steeds gevend van zichzelf. Het lijden heeft hem niet verbitterd maar van hem een mens gemaakt om van te houden. Mocht ons leven het zijne waardig zijn. 136 ------------------------------------------------------------------------Als ik dood ga, huil maar niet ik ben niet echt dood moet je weten, ‟t is maar een lichaam dat ik achterliet, dood ben ik pas als jij me bent vergeten.
En als ik dood ga, treur maar niet, ik ben niet echt weg moet je weten, ‟t is de heimwee die ik achterliet, dood ben ik pas als jij dat bent vergeten.
En als ik dood ga, huil maar niet, ik ben niet echt dood moet je weten, „t is het verlangen dat ik achterliet, dood ben ik pas als jij dat bent vergeten. Bram Vermeulen 137 ------------------------------------------------------------------------Op een leeftijd der zeer wijzen is het leven U stilletjes ontglipt. Met U sterft een generatie; met U verdwijnt de goede oude tijd. Maar U blijft in ons hart, in onze herinnering. U bent een stukje van onze geschiedenis…
18
138.
143. Lorsque vous quittez votre ami,
O maitre, que je ne cherche pas tant
vous n‟étes pas attristés;
A être consolé … qu‟a consoler ;
Car ce que vous chérissez le plus en lui
A être compris … qu‟a cornprendre ;
peut s‟éclaircir en son absence,
A ëtre aimé … qu‟a aimer :
comme les sommets apparaissent plus clairement
Car :
aux yeux du montagnard qui les contemple de la
C‟est en donnant …qu‟on reçoit ;
plaine.
C‟est en s‟oubliant … qu‟on trouve ; Khalil Gibran
139 -------------------------------------------------------------------------
C‟est en pardonnant … qu‟on est pardonné ; C‟est en mourant … qu‟on ressuscite a L‟éternelle vie.
Voici mon secret. Il est très simple :
Saint François
on ne voit bien qu‟avec le coeur. L‟essentiel est invisible pour les yeux. A. de Saint-Exupéry 140 -------------------------------------------------------------------------
144 ------------------------------------------------------------------------Tu étais notre mémoire. Toujours tendrement présente, Tout ce que la vie t‟a donné Tu nous l‟a transmis :
Il y a quelque chose de plus fort que la mort. C‟est la présence des absents dans la mémoire des vivants.
L‟affection, la confiance, la simplicité Avec laquelle tu acceptais Les peines et les joies de chaque jour
J. d‟Ormesson 141 ------------------------------------------------------------------------Le Seigneur est mon berger : je ne manque de rien. Sur des prés d‟herbe fraîche, Il me fait reposer.
Aujourd‟hui, tu abordes l‟autres rive … La t‟attendent tes chers Dans le Bonheur Eternel. 145 ------------------------------------------------------------------------L‟amour ne disparaît jamais La mort n‟est rien.
Grâce et bonheur m‟accompagnent
Le fil n‟est pas coupé.
tous les jours de ma vie;
Pourquoi serais-je hors de votre pensée
j‟habiterai la maison du Seigneur
Parce que je suis hors de votre vue ?
pour l‟éternité.
Je ne suis pas loin,
142 ------------------------------------------------------------------------Beata Mater,
Juste de l‟autre côté du chemin. 146 ------------------------------------------------------------------------
intercede pro nobis.
La mort peu bien t‟oublier un jour,
Vierge Sainte,
Mais elle ne t‟oubliera pas le lendemain.
ayez pitié de ceux qui s‟aiment et
Quand je serai mort, très chere,
qui ont été séparés.
Ne chante point tristement pour moi ; Ne plante pas de roses à ma tête
Dieu a donné un frère
Ni de cyprès ombreux.
à l‟espérance :
Sois l‟herbe verte au-dessus de moi.
Il s‟appelle
Humide de pluie et de rosée
le souvenir.
Et si tu veux, souviens-toi Et si tu veux, oublie.
Vous voyez l‟ombre et moi je contemple les étoiles, chacun a sa façon de regarder la nuit.
19
147.
151. J‟ai beau me dire
Alors sans avoir rien
Qu‟il faut du temps
Que la force d‟aimer.
J‟ai beau l‟écrire
Nous aurons dans nos mains
Si noir sur blanc
Amis le monde entier. Quand –on que l‟amour J. Brel
Quoi que je fasse Ou que je sois
152 -------------------------------------------------------------------------
Rien ne t‟efface,
Présente sans jamais peser
Je pense à toi.
Discrète à nos côtés Droite et décidée
Passent les jours
153 -------------------------------------------------------------------------
Vides sillons
La bonté de son caractère,
Dans la raison
Son grand cœur et
Mais sans amour.
Surtout son courage inébranlable Lui avaient conciié l‟estime de tous.
Passe ma chance Tournent les vents
Il reste à ceux qui la pleurent
Reste l‟absence
Ce qu‟il y a de plus précieux,
Obstinément …
L‟espérance de la rejoindre Un jour dans l‟éternité
J. J. Goldman 148 -------------------------------------------------------------------------
Et en attendant,
FORT
Sur la terre, le souvenir
BELLE
Et l‟exemple de sa vie.
ELLE
Bossuet
DORT
154 ------------------------------------------------------------------------SORT
Rayons de la même lumière
FrêLE
Se lèvent des millions de mains ;
QUELLE
Le faisceau de l‟espoir humain
MORT
Eclaire et chauffe la terre. ROSE
V. Zàvada
CLOSE
155 ------------------------------------------------------------------------« On ne voit bien qu‟avec le cœur
LA BRISE L‟A PRISE 149 -------------------------------------------------------------------------
l‟essentiel est invisible pour nos yeuxé A.
de Saint-Exupéry
156 ------------------------------------------------------------------------Après la dernière prière,
« Ne crains pas, car Je t‟ai racheté.
Sur ma fosse, plantez la croix ;
Tu comptes beaucoup à mes yeux,
Et si l‟on me donne une pierre
Et Moi, je t‟aime ! »
Gravez dessus : « J‟ai cru, je vois ».
Livre d‟Isaïe
Louis Veuillot
150 ------------------------------------------------------------------------… Et s‟il demande où vous étes qeu faut-il répondre ? Donnez-lui mon anneau d‟or sans rien lui répondre… Et s‟il m‟interroge alors sur la dernière heure ? Dites-lui que j‟ai souri de peur qu‟il ne pleure… Maurice Maeterlinck
20
157.
162. La famille ne se détruit pas,
Aimer, c‟est vivre
Elle se transporte. « … Que la pire journée de votre vie Une part d‟elle va dans l‟invisible
si vous l‟analysez de très près,
Et ceux qui restent
était malgré tout remplie
Se sentent
de petits événement merveilleux. »
Entourés, Gardés,
J. Nicholson 163 -------------------------------------------------------------------------
Inspirés
Pour tout ce que tu nous as donné,
Par ceux qui sont partis.
Pour toutes les joies
P. Sertillanges
Que nous avons partagées avec toi, Pour ta gentillesse et ta bonne humeur,
158 ------------------------------------------------------------------------Ne dédaigne aucun homme
Cher Papa, encore merci. 164 -------------------------------------------------------------------------
Et ne mépris aucune chose,
Seigneur,
Car il n‟y a pas d‟homme
Nous te remercions pour sa longue et belle vie,
Que n‟ait son heure
Pour sa générosité et son hospitalité.
Et il n‟y a pas de chose
Elle aimait être entourée et
Qui ne trouve sa place
De partager avec sa famille,
159 -------------------------------------------------------------------------
Ses amis te connaissances.
La où la foi à un engagement Effectif pour la justice,
Son départ laissera un grand vide en nos cœurs.
Et inspire une véritable volonté de paix, La mort recule et la vie du Christ s‟affirme ;
Puisse le Père de toutes bontés
La où meurt celui qui a vécu dans la foi,
Lui accorder la joie éternelle.
L‟amour et l‟offrande de sa souffrance,
165 -------------------------------------------------------------------------
La résurrection du Christ apporte
Une grande droiture de cœur,
L‟espérance d‟une vie nouvelle.
Un jugement éclairé,
Extrait du Livre de la Foi. 160 ------------------------------------------------------------------------Il faut un concours de circonstances
Une aimable simplicité Le rendaient agréable à Dieu et aux hommes. 166 -------------------------------------------------------------------------
Exceptionnel pour permettre a un homme
Ton sourire a illuminé notre vie.
La vie jusqu‟ a 70 ans et le bonheur de poursuivre
Ton amour sera toujours avec nous.
Passionnément ce qu‟il a aimé. Auguste Rodin 161 -------------------------------------------------------------------------
167 ------------------------------------------------------------------------L‟amour C‟est penser à l‟autre
Que j‟ai raison
C‟est l‟aider quand il se trouve en difficulté
Ou que j‟ai tort
C‟est l‟applaudir quand is a du mérite
Je ne peux être que moi.
C‟est penser à ce qui lui fat plaisir C‟est oublier ses chagrins pour le faire rire
La route ou j‟avance
C‟est merveilleux et c‟est sensationnel
Et le réve qui me guide
C‟est chose simple, agréable et belle.
Me font ce que je suis …
21
168.
171. Tant de choses
She was my North, my South, my East and West,
N‟ont pas besoin de se dire,
My working week and my Sunday rest,
On les sait pourtant
My noon, my midnight, my talk, my song;
Et elles sont l‟essentiel de l‟amour.
I thought that love would last for ever; I was wrong.
La mort, ce n‟est pas la nuit. C‟est la lampe qui s‟éteint
The stars are not wanted now ;
Parce que le jour se lève.
Put out every one,
169 -------------------------------------------------------------------------
Pack up the moon and dismantle the sun,
« Lost
Pour away the ocean and sweep up the wood;
on a painted sky
For nothing now can ever come to any good.
where the clouds are hung
W.H. Auden (1907-73)
for the poet‟s eye you may find him if you may find him
There On a distant shore By the wings of dreams Through an open door You may know him If you may
Be As a page that aches for a word Which speaks on a theme That is timeless While the sun god will make For your day Sing as a song in search Of a voice that is silent …” Neil Diamond 170 ------------------------------------------------------------------------And now these three remain : Faith, hope and love. But the greatest Of these is love. 1 Corinthians 13:13
22
23