III. Het stelsel voor zelfstandigen
C. Statistieken
4. Pensioenen (RVP)
4. Pensioenen 4.0 Methodologische nota Voorwaardelijke rust- en overlevingspensioenen In de ontwikkeling van de pensioenregeling voor zelfstandigen zijn drie fasen te onderscheiden. Tot voor de wet van 30.06.1956 ging het om een vrijwillig stelsel. De wet van 30.06.1956 introduceerde het stelsel van individuele kapitalisatie. Door de wet van 06.02.1976 werd de kapitalisatie als wijze van beheer afgeschaft. De wet van 15.05.1984 betreffende de harmonisatie van de verschillende pensioenregelingen is de meest belangrijke wet van de jongste jaren. Deze wet berust op vier grote basisbeginselen, met name: het behoud van rechten uit loopbaanjaren in de verschillende regelingen, gelijkheid van man en vrouw, uniformisering van termijnen voor indiening van aanvragen en vooral, de instelling van een pensioen in verhouding tot de door de zelfstandigen voor de loopbaanjaren na 1983 gestorte bijdragen. De rustpensioenen worden vanaf 1984 toegekend in functie van de beroepsinkomsten die als basis voor de berekening van de bijdragen gediend hebben. Op grond van de door de overleden echtgenoot uitgeoefende activiteit als zelfstandige kan de langstlevende echtgenoot, man of vrouw, een overlevingspensioen genieten. De statistische tabellen met betrekking tot de zogenaamde voorwaardelijke pensioenen (aantal begunstigden op 1 januari, indeling naar pensioensoort, geslacht en leeftijdsklasse, evenals het gemiddeld maandbedrag van het pensioenvoordeel) zijn op gelijkaardige wijze samengesteld als bij de werknemers. Specifiek voor het pensioenstelsel der zelfstandigen zijn de onvoorwaardelijke pensioenen, waarover hieronder meer.
Onvoorwaardelijke pensioenen Het onvoorwaardelijk pensioen wordt toegekend aan de volgende categorieën van personen: • degenen die geen aanvraag hebben ingediend voor een voorwaardelijk pensioen als zelfstandige; • degenen die geen aanspraak kunnen maken op de toekenning of de uitbetaling van een voorwaardelijk rust- of overlevingspensioen als zelfstandige; • zij voor wie het globaal bedrag van de rust- of overlevingsuitkeringen als zelfstandige lager ligt dan het bedrag van het onvoorwaardelijk pensioen. De statistische gegevens i.v.m. de onvoorwaardelijke pensioenen werden beperkt tot de uitgaven op jaarbasis (cf tabel 4.3)
Synthesetabel (tabel 4.5) In de synthesetabel van de pensioenuitgaven wordt de evolutie van de uitgaven voor de verschillende pensioenvoordelen samengevat. Voor informatie over de aantallen cumulaties van pensioenvoordelen voor zelfstandigen met voordelen uit andere pensioenstelsels, inzonderheid dat der werknemers of dat van de overheid verwijzen we naar het jaarverslag van de RVP. (website : http://www.rvponp.fgov.be/onprvp2004/).
315
III. Het stelsel voor zelfstandigen
C. Statistieken
4. Pensioenen (RVP)
4.1 Aantal begunstigden van een rust- en/of overlevingspensioen dat in januari wordt betaald Bron: RVP
01.2003
01.2004
01.2005
01.2006
01.2007
Mannen
225.169
225.848
226.117
226.231
226.216
Rustpensioenen Gehuwden, gezin Gehuwden, alleenstaand Niet-gehuwden Rust & overleving, gedeelte rust
224.831 115.888 52.968 49.828 6.147
225.481 115.495 53.596 50.419 5.971
225.750 114.617 54.429 50.967 5.737
225.847 113.421 55.338 51.979 5.109
225.841 112.396 55.999 52.545 4.901
1.115 898 217
1.075 840 235
1.071 834 237
1.011 771 240
995 756 239
-777
-708
-704
-627
-620
Vrouwen
270.602
266.151
265.398
264.747
260.171
Rustpensioenen Gehuwden, gezin Gehuwden, alleenstaand Niet-gehuwden Rust & overleving, gedeelte rust
165.131 419 58.543 37.572 68.597
162.290 364 56.751 37.219 67.956
163.307 330 57.080 37.968 67.929
164.572 323 57.910 38.785 67.554
161.033 290 55.888 38.191 66.664
Overlevingspensioenen Rust & overleving, gedeelte overleving Overleving
132.385 66.993 65.392
130.638 58.425 72.213
129.141 58.473 70.668
127.306 58.399 68.907
126.119 57.855 68.264
Dubbeltellingen
-26.914
-26.777
-27.050
-27.131
-26.981
Totaal rust
389.962
387.771
389.057
390.419
386.874
Totaal overleving
133.500
131.713
130.212
128.317
127.114
Totaal pensioenen
523.462
519.484
519.269
518.736
513.988
Totaal dubbeltellingen
-27.691
-27.485
-27.754
-27.758
-27.601
Totaal rechthebbenden
495.771
491.999
491.515
490.978
486.387
Overlevingspensioenen Rust & overleving, gedeelte overleving Overleving Dubbeltellingen
316
III. Het stelsel voor zelfstandigen
C. Statistieken
4. Pensioenen (RVP)
4.2 Gemiddeld bedrag van de rust- en/of overlevingspensioenen die in januari worden betaald (euro) Bron: RVP
01.2003
01.2004
01.2005
01.2006
01.2007
Mannen
360,28
378,36
398,34
419,32
441,06
Rustpensioenen Gehuwden, gezin Gehuwden, alleenstaand Niet-gehuwden Rust & overleving, gedeelte rust
360,31 448,43 232,21 296,02 323,98
378,45 472,98 244,33 308,85 341,51
398,42 500,31 257,22 325,25 352,66
419,44 529,39 271,17 344,10 350,80
441,19 558,87 285,90 361,86 367,09
Overlevingspensioenen Rust & overleving, gedeelte overleving Overleving
102,68 87,40 165,91
109,96 92,39 172,76
119,79 102,83 179,47
133,51 118,10 183,03
137,95 120,55 192,96
Vrouwen
271,86
284,92
298,09
311,71
329,10
Rustpensioenen Gehuwden, gezin Gehuwden, alleenstaand Niet-gehuwden Rust & overleving, gedeelte rust
170,17 191,78 172,91 203,21 149,60
175,95 214,77 180,81 207,79 154,24
180,89 240,35 186,50 212,18 158,39
186,40 253,07 193,21 218,72 161,69
193,79 284,37 202,91 226,21 167,18
Overlevingspensioenen Rust & overleving, gedeelte overleving Overleving
343,43 325,99 361,30
361,91 326,43 390,61
383,86 349,49 412,31
407,27 373,39 435,98
431,46 398,12 479,71
Totaal / rustpensioen
279,79
293,70
307,11
321,21
338,21
Totaal / overlevingspensioen
341,42
359,85
381,69
405,11
429,16
Totaal / pensioen
295,51
310,47
325,81
341,96
360,70
Totaal / rechthebbende
312,02
327,81
344,21
361,29
381,17
317
III. Het stelsel voor zelfstandigen
C. Statistieken
4. Pensioenen (RVP)
4.3 Pensioenuitgaven per categorie (voorwaardelijk of onvoorwaardelijk pensioen) Bron: RVP
2003
2004
2005
2006
2007
388.867 3.462,91 1.346.613
388.355 3.598,90 1.397.652
389.738 3.742,90 1.458.749
388.559 3.910,85 1.519.596
388.152 4.112,79 1.596.390
132.607 4.273,28 566.665
130.924 4.424,28 579.244
129.265 4.662,50 602.696
127.804 4.927,16 629.709
126.499 5.225,56 661.029
1.913.278
1.976.896
2.061.445
2.149.306
2.257.418
7.803 30.037
6.945 31.431
6.030 33.400
5.139 34.231
4.666 34.706
37.840
38.376
39.430
39.370
39.372
Voorwaardelijke pensioenen Rustpensioenen Gemiddeld aantal gerechtigden Gemiddeld jaarbedrag (euro) Uitgaven (duizend euro) Overlevingspensioenen Gemiddeld aantal gerechtigden Gemiddeld jaarbedrag (euro) Uitgaven (duizend euro) Totale uitgaven (duizend euro) Onvoorwaardelijke pensioenen (duizend euro) Uitbetaald door de sociale verzekeringsfondsen Uitbetaald door RVP Totaal
318
III. Het stelsel voor zelfstandigen
C. Statistieken
4. Pensioenen (RVP)
4.4 Rechthebbenden naar pensioensoort, leeftijdsklasse en geslacht Toestand op 1 januari 2007
Bron: RVP
Minder dan 60 jaar
60-64 jaar
65-69 jaar
70-74 jaar
75-79 jaar
80-84 jaar
85 jaar en ouder
Mannen Gehuwden, gezin Gehuwden, alleenstaand Niet gehuwd Rust & overleving Overlevingspensioenen
158 0 11 3 0 144
14.836 7.262 4.968 2.398 139 69
53.382 26.866 15.381 10.519 614 2
55.375 29.255 14.172 10.971 970 7
50.545 26.348 11.770 11.236 1.183 8
33.395 15.997 6.764 9.618 1.010 6
18.525 6.668 2.933 7.800 1.121 3
226.216 112.396 55.999 52.545 5.037 239
Vrouwen Gehuwden, gezin Gehuwden, alleenstaand Niet gehuwd Rust & overleving Overlevingspensioenen
9.179 0 81 5 0 9.093
16.059 77 5.973 2.551 1.782 5.676
39.723 123 16.908 8.952 9.920 3.820
47.628 52 15.403 8.304 16.926 6.943
52.391 29 10.480 7.584 22.360 11.938
49.091 6 5.212 6.010 23.279 14.584
46.100 3 1.831 4.785 23.271 16.210
260.171 290 55.888 38.191 97.538 68.264
Totaal rechthebbenden
9.337
30.895
93.105
103.003
102.936
82.486
64.625
486.387
319
Totaal
III. Het stelsel voor zelfstandigen
C. Statistieken
4. Pensioenen (RVP)
4.5 Synthesetabel: uitgaven voor de pensioenen (duizend euro) Bron: RVP
2003
2004
2005
2006
2007
1.951.272
2.016.348
2.103.244
2.192.286
2.306.056
Rustpensioenen 1.346.613 Overlevingspensioenen 566.665 Speciale bijslag 1.152 Onvoorwaardelijke pensioenen RVP 30.037 Toeslag brugrustpensioen landbouw 4.034 Toeslag pensioen (art. 5, K.B. 25.4.1997) 2.771 Welvaartsaanpassing 0 Herwaarderingspremie 0
1.397.652 579.244 1.126 31.431 3.687 3.205 2
1.458.749 602.696 1.162 33.400 3.533 3.699 4
1.519.480 629.711 1.176 34.231 3.490 4.199 -
1.596.410 661.004 1.198 34.706 3.385 4.658 4.695 -
7.801
6.945
6.030
5.139
4.666
50
34
-19
26
0
50
34
-19
26
0
1.959.124
2.023.327
2.109.255
2.197.451
2.310.722
Pensioenen RVP
Onvoorwaardelijke pensioenen SVF Tussenkomst van het repartitiestelsel in de renten Indexeringen Totaal
320