Basis
Hoofdstuk 1 Inleiding Hoofdstuk 2 Hoofdindeling Magister 2.1 Bediening
7 7
2.2 Sneltoetsen
13
2.3 Magister-balk
14
2.4 Overzichtsscherm
16
2.5 Detailkaarten
17
Hoofdstuk 3 Help
23
3.1 Zoeken in Help
23
3.2 Context gevoelige Help
24
Hoofdstuk 4 Overzichtsschermen
27
4.1 Overzichtsscherm Basis
27
4.2 Overzichtsscherm kolommen
30
4.3 Leerlingoverzicht
34
4.4 Overzichtsscherm uitgebreid
36
Hoofdstuk 5 Opdrachten Index
3
45 49
Hoofdstuk I Inleiding
Basis
Hoofdstuk 1 Inleiding In de training Magister Basis worden de algemene principes van Magister besproken die in het hele pakket terugkomen. Als u deze principes kent, kunt u overal snel uw weg vinden in Magister. De volgende onderwerpen worden vandaag behandeld: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Basisprincipes van Magister: Openen van overzichtsschermen en detailkaarten en het toevoegen en wijzigen van gegevens; Magister Help; Overzichtsscherm Basis: Sorteren, filteren, zoeken, printen en exporteren; Overzichtsscherm Kolommen: Bewerken van lay-outs met de kolomkiezer en het opslaan van lay-outs; Filterbalk bij het leerlingenoverzicht Uitgebreide functionaliteit van het overzichtsscherm: Grafiek maken, Groeperen, Bewerken in overzichtsscherm en uitgebreid aanpassen van het uiterlijk van het overzichtsscherm
Het trainingsmateriaal is zo gemaakt dat u dit boekje zelfstandig door kunt werken. Het materiaal bevat uitleg en opdrachten. Als u tussendoor vragen heeft, kunt u deze natuurlijk aan onze cursusleider stellen.
3
Hoofdstuk II Hoofdindeling Magister
Basis
Hoofdstuk 2 Hoofdindeling Magister
Het hoofdscherm bestaat uit diverse werkbalken met verschillende functies. In de volgende paragrafen komt een aantal van deze werkbalken aan bod.
2.1
Bediening Deze paragraaf behandelt de bediening van Magister. Het scherm van Magister bevat hiervoor een menubalk, een filterbalk, een Magisterbalk, een werkbalk en een statusbalk. Op deze werkbalk zijn de navigatieknoppen, de exportknoppen, de lay-outknoppen en de lay-out bewerken knoppen beschikbaar. De knoppen op deze werkbalken worden verderop besproken.
2.1.1
Filterbalk De filterbalk bevat een zevental filters die onder andere van invloed zijn op de gegevens in de overzichten. Ook in andere schermen wordt gebruik gemaakt van deze instellingen.
Leerlingfilter Det filter bevat de volgende opties: · Alle leerlingen: Als in het leerlingfilter gekozen is voor Alle leerlingen toont Magister alle leerlingen, zonder gebruik te maken van een peildatum. Er worden geen klas-/lesgroepgegevens weergegeven, omdat Magister zonder peildatum de klas/lesgroep van een leerling niet kan weergeven. Een leerling kan immers in meerdere klassen/lesgroepen zitten/hebben gezeten. Ook de kolommen met aanmeldingsgegevens zullen leeg getoond worden; · Alle aanmeldingen: De leerlingen die op de peildatum een aanmelding hebben; · Actieve leerlingen: De leerlingen die op de peildatum daadwerkelijk op school zitten; · Uitgeschreven leerlingen: De leerlingen die in het opgegeven schooljaar tot de peildatum op school hebben gezeten en zijn uitgeschreven; · Leerlingen zonder aanmeldingen: De leerlingen die als leerling aanwezig zijn, maar nog geen enkele aanmelding hebben; · Examenkandidaten: De leerlingen die op de peildatum een aanmelding hebben voor een examenstudie; · Leerlingen in aanmeldingsgroep: De leerlingen die in het opgegeven schooljaar
7
Basis
wel in een aanmeldingsgroep zijn geplaatst, maar nog niet voor een studie zijn aangemeld. Het leerlingfilter maakt gebruik van de Magisterdatum. Bij het opstarten van Magister staat deze standaard op de systeemdatum. Lesperiodefilter Het lesperiodefilter geeft aan van welke lesperiode gegevens getoond moeten worden. Het lesperiodefilter is van invloed op de werking van de volgende filters op de filterbalk: · Studiefilter; · Klasfilter; · Lesgroepfilter. Alleen de studies, klassen en lesgroepen uit de geselecteerde lesperiode worden getoond. Ten tweede wordt het filter gebruikt als standaard invoersuggestie, bijvoorbeeld bij het openen van een tabel in het menu 'Schoolstructuur'. Wisselwerking lesperiodefilter en Magisterdatum Bij het wijzigen van het lesperiodefilter wordt de Magisterdatum als volgt aangepast: · De gekozen lesperiode valt voor de huidige lesperiode: de Magisterdatum wordt automatisch gezet op 31-07 van de geselecteerde lesperiode; · De gekozen lesperiode valt na de huidige lesperiode: de Magisterdatum wordt automatisch gezet op 01-08 van de geselecteerde lesperiode. Als de Magisterdatum gewijzigd is, wordt de nieuwe Magisterdatum weergegeven in de titelbalk van Magister. In de Magisterbalk > Wijzig Peildatum kan de Magister-peildatum ingesteld worden op een specifieke dag.
Wis filters Met de knop Wis filters leeggemaakt.
kunnen de filters aan de rechterzijde worden
Onderwijssoortfilter Het onderwijssoortfilter toont standaard de onderwijssoort die is opgegeven in het menu Beheer > Configuratiescherm. Er kan gekozen worden voor Beroeps onderwijs, Educatie, VAVO, Voortgezet Onderwijs. Locatiefilter Het locatiefilter maakt het mogelijk om alleen die leerlingen op het scherm te tonen die (administratief) aan één locatie zijn toegekend. De administratieve locatie van een leerling is de locatie die hoort bij de klas waarin de leerling zit. Als er een locatie
8
Basis
is geselecteerd, staan in het klasfilter alleen die klassen die bij deze locatie horen. Studiefilter In het studiefilter worden studies getoond aan de hand van de geselecteerde lesperiode in het lesperiodefilter. Aan de hand van het studiefilter verschijnen in de leerlingadministratie alleen leerlingen die die op de peildatum actief zijn in de geselecteerde studie. Klasfilter Standaard worden in het klasfilter de klassen getoond uit de lesperiode van het lesperiodefilter. Aan de hand van het klasfilter verschijnen in de leerlingadministratie alleen leerlingen die op de peildatum in de geselecteerde klas zitten. Als het studiefilter is opgegeven, worden alleen die klassen getoond die bij de opgegeven studie horen. Voor keuze van een andere klas, dient eerst het studiefilter leeggemaakt te worden met de knop Wis filters. Lesgroep- en vakfilter Met het lesgroepfilter verschijnen in het overzichtsscherm alleen leerlingen die op de peildatum les hebben in de geselecteerde lesgroep. Als in de lesgroep meerdere vakken gegeven worden kan in het vakfilter het gewenste vak gekozen worden. In het leerlingoverzicht staan dan die leerlingen die op de peildatum in de opgegeven lesgroep in dat vak les hebben. Overige knoppen filterbalk
· Voorbeeld weergave : Zorgt ervoor dat er onderin het scherm extra informatie over de geselecteerde leerling wordt getoond; · Toon info : Toont hulp over een aan te wijzen onderwerp.
2.1.2
Navigatiebalk De navigatiebalk is zichtbaar in de meeste schermen van Magister en bevat een aantal algemene functies. Met de knoppen op deze balk kan worden genavigeerd en kunnen gegevens worden bewerkt. Navigatieknoppen De eerste twee knoppen van de navigatiebalk verplaatsen de cursor naar de gegevens van het vorige en volgende item in het overzichtsscherm. Zo kan bijvoorbeeld door de leerlingen of de personeelsleden worden gebladerd. Als er een leerlingkaart op het scherm staat, zal bij het bladeren door de leerlingen dezelfde kaart getoond worden als van de andere leerlingen in de lijst. Afhankelijk van de sortering van de leerlingen in het overzichtsscherm zullen de leerlingen getoond worden. Actieknoppen Hieronder wordt de functie van de knoppen op de navigatiebalk beschreven: · Toevoegen personeelslid; · Verwijderen
: Voeg een nieuw item toe, bijvoorbeeld een leerling of een : Verwijder het geselecteerde item. Verwijder nooit zomaar een
9
Basis
item zoals een leerling of een relatieschool. In andere delen van Magister kan namelijk naar dit item verwezen worden; · Bewerken : Bewerk het geselecteerde item. Vanuit het overzichtsscherm worden hiervoor de gegevenskaarten van het item geopend; · Opslaan · Annuleren
: Sla de bewerkingen op; : Stop de bewerking en sla de wijzigingen niet op;
· Verversen : Ververs de gegevens op het scherm. Na het aanbrengen van wijzigingen in de filterbalk kan het scherm worden ververst; · Zoeken : Deze knop is alleen beschikbaar in het overzichtsscherm. Met deze knop kan bijvoorbeeld een leerling worden opgezocht. · Lijst afdrukken : Deze knop is beschikbaar in het overzichtsscherm en sommige detailkaarten. Met deze knop worden de gegevens naar een printvoorbeeld gestuurd om ze daarna eventueel te printen; · Actieknop : In dit menu staan alle andere handelingen. Het maken van een adreswijziging voor leerlingen en hun ouders is bijvoorbeeld terug te vinden in het actiemenu bij de leerlingkaarten; · Lay-out kiezen : Deze knop is alleen beschikbaar in het overzichtsscherm. Met deze knop kan een lay-out worden gekozen; Collectieve wijzigingen Bovenstaande knoppen worden gebruikt om één gegeven per keer te wijzigen. Magister biedt soms ook de mogelijkheid om meerdere gegevens tegelijkertijd aan te passen. De wijzigingen vinden dan collectief plaats, bijvoorbeeld voor meerdere leerlingen tegelijkertijd.
2.1.3
Lay-outbalk De lay-outbalk bevat een aantal knoppen om de weergave van het overzichtsscherm aan te passen. Er kunnen kolommen naar eigen wens worden verplaatst, toegevoegd of verwijderd. Met de laatste knop op de lay-outbalk kan het menu lay-out bewerken worden geopend. In de volgende paragraaf wordt het menu lay-out bewerken uitgebreid besproken. Lay-outbalk, uitleg van de knoppen
De functionaliteit van deze knoppen wordt hier kort besproken. In de tekst over het overzichtsscherm komen ze echter uitgebreid aan de orde. · Groeperen : Ordent de gegevens in het overzichtsscherm in groepen op basis van één van de kolommen in het overzichtsscherm. Als deze functie geactiveerd is
10
Basis
zijn de knoppen Alles uitvouwen
en Alles opvouwen
beschikbaar;
· Filteren : Vermindert het aantal weer te geven rijen op het scherm door een filter aan te brengen op één of meer kolommen; · Grafiek : Magister maakt een grafiek van de leerlingen in het overzicht op basis van de kolom waar de cursor in staat; · Managementkubus de Managementkubus;
: Magister stopt de gegevens uit het leerlingoverzicht in
· Bewerken in overzichtsscherm overzichtsscherm; · Lay-out bewerken · Lay-out opslaan
: Bewerk de gegevens in het
: Open de werkbalk lay-out bewerken. : Sla de huidige lay-out op onder dezelfde naam;
· Kolomkiezer : Voeg met de kolomkiezer kolommen op het scherm toe of verwijder kolommen. In Magister kan een functieknop vaak met dezelfde knop in- en uitgeschakeld worden. Als de knop ingeschakeld is, heeft deze een oranje rand. Door nogmaals op de knop te klikken, ziet de knop er weer gewoon uit en is de functie niet meer actief.
2.1.4
Lay-out bewerken Met de lay-out bewerken knop kan de weergave van het overzichtsscherm verder worden aangepast. Zo kan de opmaak van het scherm aangepast worden: vastgezette kolommen, ander lettertype of een andere achtergrondkleur van een kolom. De functionaliteit van deze knoppen wordt in de tekst over het overzichtsscherm uitgebreid behandeld.
· Lay-out bewerken worden geklapt;
: Met deze knop kan de lay-out bewerken knop in- en uit
· Automatische kolombreedte : Pas de breedte van alle kolommen op het scherm aan zodat het hele scherm gevuld wordt; · Maximale kolombreedte
: Pas de breedte van de kolommen aan zodat de
11
Basis
gehele inhoud getoond wordt; · Linker kolom vast : Maak aan de linkerzijde van het overzichtsscherm een gebied met kolommen dat altijd op het scherm zichtbaar blijft. Met deze knop wordt ook de linker vaste kolom verwijderd; · Rechterkolom vast : Maak aan de rechterzijde van het overzichtsscherm een gebied met kolommen dat altijd op het scherm zichtbaar blijft. Met deze knop wordt ook de rechter vaste kolom verwijderd; · Kolom Lettertype
: Pas het lettertype aan in de kolom waar de cursor staat;
· Kolomkleur kolomkleur aan in de kolom waar de cursor staat.
2.1.5
: Pas de
Export balk Met de Exportknop kan de weergave van het overzichtsscherm geëxporteerd worden. De functionaliteit van deze knop wordt in de tekst over het overzichtsscherm uitgebreid behandeld.
2.1.6
Menubalk Een deel van de functionaliteit van Magister is beschikbaar via de menubalk.
Magister Klik op het Magisterlogo voor het menu met de volgende opties: · Opnieuw inloggen: Hier kan opnieuw worden ingelogd in Magister; · Configuratie: Open hiermee het configuratie-scherm; · Verander wachtwoord: Hier kan het eigen wachtwoord worden gewijzigd; · Wijzig peildatum: Pas handmatig de peildatum van Magister aan; · Verbindingen: Verbinding met de My-SQL-server en database; · Onderhoud: Voor onderhoud aan de administratie; · Einde: Voor het afsluiten van Magister. Beeld In het menu 'Beeld' kan de weergave van het scherm in Magister worden bepaald: · Magisterbalk: De Magisterbalk bevindt zich aan de linkerzijde van het scherm. Hiermee kunnen de verschillende modules van Magister worden geopend. Met deze menu-optie kan de Magisterbalk op het scherm worden gezet of onzichtbaar worden gemaakt. Hierdoor is er meer plaats om de gegevens in het overzicht op het scherm te tonen; · Tekenstijl: Kies hiermee de tekenstijl van Magister; · Voorbeeldweergave: In de voorbeeldweergave wordt onderin het overzicht detailinformatie getoond. Deze gegevens kunnen hier echter niet bewerkt worden. Met de menu-optie 'Beeld - Voorbeeldweergave' kan de voorbeeldweergave aan- of uit worden gezet. Deze optie is ook aan te zetten op de filterbalk met het knopje
12
Basis
Voorbeeldweergave
.
Help In het menu 'Help' zijn de volgende functionaliteiten terug te vinden: · Help: Voor het openen van 'Magister Help'. De Help-functie van Magister kan op verschillende manieren worden geopend. Kijk hiervoor in het gedeelte 'Magister Help'; · Remote Help: Hiermee kan een remote-helpsessie met een helpdeskmedewerker van SchoolMaster worden opgestart; · Trefwoord zoeken: Hier kan op trefwoord worden gezocht; · Releasenotes: Hier staan de releasenotes van de laatste updates van Magister; · Over...: De versie en de geldigheidsdatum van de licentie.
2.1.7
Statusbalk Onder in het Magisterscherm staat de statusbalk.
Gebruik van de Statusbalk Als er na elkaar verschillende schermen geopend zijn in Magister zonder deze eerst te sluiten, verschijnen de titels van de schermen onder in het scherm in de statusbalk. Met een muisklik op één van de titels, wordt het betreffende scherm actief gemaakt. Het is wel zo dat als er vanuit een overzichtsscherm een detailkaart is geopend en het overzichtsscherm wordt weer actief gemaakt, dan wordt de detailkaart gesloten.
2.2
Sneltoetsen Overal in Magister kunnen de diverse knoppen ook met sneltoetsen benaderd worden. Het is niet zo dat geheel Magister met het toetsenbord bediend kan worden. Het openen van onderdelen op de Magisterbalk moet met de muis worden gedaan. Hieronder staat een overzicht van de knoppen en hun sneltoetsen: · Toevoegen
: Ctrl-Insert;
· Verwijderen · Bewerken · Opslaan · Annuleren
: Ctrl-Delete; : Ctrl-W;
: Ctrl-Enter; : Escape;
· Scherm verversen
: F5.
Navigeren in gegevenskaarten · Volgende veld: Tab; · Vorige veld: Shift + Tab; · Volgende gegevenskaart: Ctrl + Tab; · Vorige gegevenskaart: Ctrl + Shift + Tab; · Volgende leerling: Ctrl + '.' of Ctrl +
; · Vorige leerling: Ctrl + ',' of Ctrl + ; · Volgende pagina in wizard: Ctrl + ; · Vorige pagina in wizard: Ctrl + ; · Annuleren: Escape;
13
Basis
· Voltooien: indien deze knop zichtbaar is Ctrl-Enter; · Volgende pagina: Ctrl + Enter.
2.3
Magister-balk De Magisterbalk bevindt zich aan de linkerkant van het scherm van Magister. De Magisterbalk is onderverdeeld in vijf groepen die links onderin de Magisterbalk staan: Leerlingen of Deelnemers, School, Informatie, Agenda en Beheer. In deze groepen staan de verschillende onderdelen, zoals bijvoorbeeld de onderdelen Absenties, Cijfers en Stage binnen de groep Leerlingen. Op de onderdelen staan een aantal knoppen. Sommige knoppen komen vaker voor, andere knoppen horen specifiek bij een bepaald onderdeel. De knop Overzicht komt bijvoorbeeld in veel onderdelen terug. Weergave Magisterbalk De Magisterbalk wordt opgevouwen getoond als het Magistervenster kleiner is dan 900 pixels. Hierdoor ontstaat er meer ruimte voor het raadplegen of bewerken van gegevens in Magister. De Magisterbalk wordt dan aan de linkerzijde van het scherm opgevouwen weergegeven. Als de muis op deze smalle Magisterbalk wordt geplaatst, wordt deze weer uitgevouwen. Als Magister wordt maximaliseert, bijvoorbeeld op een pc met een beeldschermresolutie 1024 x 748, is de Magisterbalk volledig zichtbaar. Leerlingen of Deelnemers In de groep Leerlingen of Deelnemers staan alle onderdelen van Magister waarin gegevens van een leerling beheerd worden. Dit bevat onder andere het invoeren van leerlinggegevens, cijfers, absenties, kluisjes etc. · Leerlingen: Invoer en rapportage van Leerlingen- en vakkenpakketgegevens; · Cijfers: Invoer en rapportage van cijfers. Het beheer van de cijferadministratie is verplaatst naar de groep Beheer; · Aanwezigheid: Invoer en rapportage van aanwezigheid; · LVS: Observatie-invoer en rapportage van het leerlingvolgsysteem; · Examens: Invoer en rapportage van examengegevens; · Kluisjes: Invoer en rapportage van kluisverhuur; · Stage: Invoer en rapportage van stagebedrijven en stages. School In de groep School staan de onderdelen van Magister waarin algemene zaken binnen de school afgehandeld worden. · Personeel: Overzicht van personeelsleden, lessen en rapportage; · Financieel: Overzicht van facturen en alle verdere functionaliteit binnen de financiële module; · Relaties: Overzicht van relaties; · Rooster: Overzicht en import van het rooster; · Keuzewerktijd: Overzicht en functies voor keuzewerktijd; · Boekenfonds: Invoer, overzicht en rapportage boekenfonds; · Nieuw schooljaar: Overzicht nieuw schooljaar; · SMS: Overzicht voor SMS en E-mail. Informatie In de groep Informatie wordt op een abstracte manier naar gegevens gekeken, waarbij informatievoorziening voorop staat. · BRON VO: Bron-acties en controlemogelijkheden voor VO; · Bron BVE: Bron-acties en controlemogelijkheden voor Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie; · Tellingen: ILT, IDU, CBS en IvhO-telling;
14
Basis
· Management: Managementkubus en kengetallen. Agenda In de groep Agenda staat de agendafunctionaliteit van Magister. Er kan worden gekozen voor de volgende opties (of een combinatie hiervan): · persoonlijke agenda; · schoolagenda; · rooster. Beheer In de groep Beheer staat alle functionaliteit die met het beheer van Magister te maken heeft. In deze groep staan allerlei zaken die de applicatiebeheerder kan regelen. · Beheer: Configuratie, Schoolstructuur, LVS-structuur, Hulptabellen, Vrije velden en Actieve gebruikers in Magister; · Cijfers: Beheer van de cijferstructuur, het maken van lay-outinstellingen, cijferkolomselecties, import/export van cijfergegegevens en de bevorderingsberekeningen; · Autorisatie: Autorisatie van gebruikers, groepen, rollen en het beheer van de codebladen; · Ontwerp: Ontwerp van printlijsten en sjablonen; · MWP: Overzicht met instellingen; · Medius: Overzicht met Medius en console; · Maestro: Overzicht met Maestro instellingen.
15
Basis
2.3.1
Gebruik Magisterbalk Hieronder wordt besproken hoe de Magisterbalk kan worden gebruikt om de verschillende modules te openen. Openen van een onderdeel 1. Na het opstarten van Magister is altijd standaard de groep 'Leerlingen' of 'Deelnemers' geopend; 2. Door met de muis op een onderdeel te klikken wordt het menu uitgeklapt. Open een ander onderdeel door te klikken op een omschrijving in dit submenu. Klik bijvoorbeeld links onderin op de groep School en klik met de muis op het onderdeel Personeel. Dan komt de functionaliteit van het personeelsonderdeel in beeld; 3. Klik vervolgens op een van deze knoppen om daadwerkelijk iets te gaan doen met de personeelsmodule. Klik bijvoorbeeld op de knop Overzicht om het personeelsoverzicht te openen. Knoppen op de Magisterbalk De volgende knoppen komen in de meeste onderdelen voor: · Overzicht: het overzicht van de gegevens uit het betreffende onderdeel; · Rapportage: de printlijsten van het betreffend onderdeel. Verder zijn er ook onderdeel-specifieke knoppen, zoals: · Op de Magisterbalk Leerlingen - Cijfers bevindt zich de knop Invoeren voor het raadplegen en invoeren van cijfers; · Op de Magisterbalk Informatie - IBG bevinden zich de knoppen waarmee de uitwisseling met de Informatie Beheer Groep voor BRON plaatsvindt.
2.4
Overzichtsscherm Magister werkt met overzichtsschermen waar een aantal gegevens van leerlingen, personeelsleden, stagebedrijven etc. getoond worden. In het hoofdstuk 'Overzichtsschermen' worden deze schermen uitgebreid behandeld. Openen van een overzichtsscherm 1. Klik op de Magisterbalk op het onderdeel Personeel. De diverse knoppen van het
16
Basis
2. 3.
2.5
Personeelsonderdeel worden nu getoond; Klik op de knop Overzicht. Alle personeelsleden verschijnen nu in het overzicht; Blader door de verschillende personeelsleden met behulp van de muis of met de pijltjestoetsen.
Detailkaarten In het overzichtsscherm worden een aantal gegevens van meerdere personen weergegeven. Op een detailkaart worden alle gegevens van één item weergegeven. Op de detailkaart zijn de gegevens van bijvoorbeeld één leerling of één personeelslid te zien. Vaak zijn er meerdere detailkaarten beschikbaar die geopend kunnen worden door in de kaartenbak op de naam van de detailkaart te klikken. Openen van detailkaarten Zet eerst een overzichtsscherm in het scherm. Open vervolgens de detailkaarten door: · In een overzichtsscherm te dubbelklikken op een item; · In een overzichtsscherm de cursor op het betreffende item te zetten en op Enter te drukken. Wisselen van detailkaarten Als de detailkaarten geopend zijn, verschijnt rechts van de Magisterbalk een kaartenbak. Hier kunnen de verschillende detailkaarten van een leerling of personeelslid geselecteerd worden. Open een andere detailkaart door in de kaartenbak op een andere omschrijving te klikken. Sluiten van detailkaarten De detailkaarten kunnen afgesloten worden door terug te gaan naar het overzicht. Sluit de detailkaarten door: · Onder in het scherm op de statusbalk weer op het hoofdonderdeel te klikken; · Op de knop Sluiten, die rechtsboven de detailkaarten staat, te klikken.
2.5.1
Bewerken gegevens De gegevens van bijvoorbeeld een leerling of een personeelslid kunnen bewerkt worden. Bewerken van gegevenskaarten 1. Open het personeelsoverzicht; 2. Open van een personeelslid de gegevenskaarten. Automatisch wordt de detailkaart Basisgegevens geopend; 3.
Klik op de knop Bewerken op de navigatiebalk om de gegevens op de detailkaart te bewerken. De functie van de knoppen op de navigatiebalk wordt in de paragraaf over de Navigatiebalk nader besproken. Wijzigen van gegevens Op een detailkaart kunnen meerdere gegevens worden bewerkt of ingevoerd. Het is handig om hierbij met de Tab-toets naar het volgende veld op de detailkaart te springen. In de meeste velden kan de tekst gewoon worden ingevoerd, bijvoorbeeld in het veld Roepnaam. Bij sommige gegevens is een lijst met invoermogelijkheden beschikbaar. Dit wordt
17
Basis
een hulptabel genoemd. Bij het invoeren van een aanhef bij een personeelslid is bijvoorbeeld zo'n hulptabel aanwezig. 1. Klik op het pijltje rechts van het invoerveld, bijvoorbeeld van het veld aanhef. Er verschijnt een keuzelijst waaruit een aanhef gekozen kan worden. 2. Kies de juiste waarde door er met de muis op te klikken of door de naam in te typen. Het toevoegen van informatie in een hulptabel wordt beschreven in het onderdeel Hulptabel. Opslaan van wijzigingen Sla de wijzigingen op met de knop Opslaan
.
De wijzigingen kunnen desgewenst worden geannuleerd met de knop Annuleren .
2.5.2
Hulptabel Een hulptabel bevat een lijst met invoermogelijkheden die op één of meerdere plaatsen in Magister beschikbaar zijn. De hulptabel met Huisartsen wordt bijvoorbeeld gebruikt om bij een leerling een huisarts op te geven. Hulptabel openen Een hulptabel kan op 2 manieren geopend worden: · Via de Magisterbalk Beheer > Beheer > Hulptabellen. Selecteer de gewenste hulptabel. De hulptabellen zijn geordend aan de hand van de module waar ze bij horen; · Vanaf een gegevenskaart in Magister. In de hulptabel met Huisartsen staat bijvoorbeeld het veld 'Aanhef'. Een invoerveld met een hulptabel ziet er als volgt uit:
Klik op de knop met de drie puntjes, zodat de hulptabel wordt geopend. Hulptabel bewerken Klik op de knop Bewerken . De gegevens in de hulptabel kunnen nu bewerkt worden. Zie voor een uitleg van het bewerken van een hulptabel het betreffende onderdeel. Hulptabel sluiten Klik op het rode kruisje rechts bovenin de hulptabel om deze af te sluiten.
2.5.2.1
Hulptabel bewerken Als het juiste gegeven niet aanwezig is in de hulptabel, kan deze toegevoegd worden. Ook kunnen de gegevens in een hulptabel aangepast of verwijderd worden. Bewerken van gegevens in een hulptabel De gegevens in een hulptabel kunnen bewerkt worden met behulp van de knoppen op de navigatiebalk Toevoegen van een gegeven aan een hulptabel vanuit een detailkaart Als er tijdens het bewerken van een detailkaart, bijvoorbeeld een huisarts of een leerling, een gewenste aanhef of de basisschool van de leerling (nog) niet aanwezig is in Magister, is het mogelijk om direct het ontbrekende gegeven in Magister in te
18
Basis
voeren. 1. 2.
Klik op de knop met de drie puntjes rechts van het invoerveld; De betreffende hulptabel wordt op het scherm getoond;
3.
Klik op de knop Toevoegen en maak het ontbrekende item aan. Voeg bijvoorbeeld de basisschool van de leerling toe. Op een later tijdstip kunnen de ontbrekende gegevens (bijvoorbeeld de adresgegevens van de basisschool) nog toegevoegd worden.
Toevoegen van een gegeven aan een hulptabel vanuit het menu 1. Open de Magisterbalk Beheer > Beheer > Hulptabellen; 2. Selecteer de gewenste hulptabel; 3.
Klik op de knop Toevoegen en maak het ontbrekende item aan. Maak zo bijvoorbeeld een nieuwe standaardfactuur aan voor de financiële module of een nieuw absentietype.
19
Hoofdstuk III Help
Basis
Hoofdstuk 3 Help
Digitale Help Alle informatie in dit cursusboekje is ook aanwezig in de digitale Help van Magister. Het voordeel van het digitale Help-bestand is dat de gewenste informatie snel en doeltreffend opgezocht kan worden. De informatie in de digitale Help wordt voortdurend bijgewerkt. Het is mogelijk om hulp te vragen over het onderdeel van Magister waar op dat moment meegewerkt wordt. Dit is de context-gevoelige Help. Het helpbestand is uiteraard ook te raadplegen. Hier kan men zelf op zoek gaan naar de gewenste informatie.
3.1
Zoeken in Help U kunt op drie manieren in het Help-bestand op zoek gaan naar informatie. Wij raden aan om eerst op het tabblad Index te zoeken naar een trefwoord. Als dan de gewenste informatie niet op het scherm komt, kan op het tabblad Zoeken de gehele tekst doorzocht worden. Er zijn 3 tabbladen: · Inhoud: hier is de Help-informatie op onderwerp geordend, zoals in de inhoudsopgave van een boek;
23
Basis
· Index: zoek met trefwoorden in de index van de Help; · Zoeken: zoek in de gehele Help-tekst naar een trefwoord. Tabblad Inhoud 1. Open het Menu Help in de menubalk; 2. Kies voor Help. Elk pictogram dat een boek voorstelt geeft een thema weer. Dubbelklik op het gewenste pictogram om de inhoud van het thema weer te geven. Elk vraagteken stemt overeen met een help-onderwerp. Klik op een vraagteken om het gewenste onderwerp te openen. De inhoud wordt dan weergegeven in het rechtervenster. Tabblad Index 1. Open het Menu Help in de menubalk; 2. Kies voor Trefwoord zoeken. Aan de linkerzijde verschijnt een alfabetische lijst met trefwoorden. 3.
4. 5.
Typ in het invoervak Geef een trefwoord op de naam in van de functie, handeling of veld; In de alfabetische lijst wordt het gezochte onderwerp geselecteerd; Dubbelklik op het gewenste trefwoord of klik op de knop Weergeven; Klik op het kruisje rechts boven in het Help-venster om de Help af te sluiten.
Tabblad Zoeken 1. Open het Menu Help in de menubalk; 2. Kies voor Trefwoord zoeken; 3. Klik op het tabblad Zoeken; 4. Typ de tekst in waarop gezocht moet worden. 5. Klik op Onderwerpen zoeken. In de lijst worden alle onderwerpen weergegeven waar het tekstfragment in voorkomt. 6. Dubbelklik op een onderwerp om deze in het rechtervenster weer te geven
3.2
Context gevoelige Help Openen van de context-gevoelige Help · Klik met de rechtermuisknop op het betreffende onderwerp. De Help wordt geopend met de informatie die betrekking heeft op het onderwerp; · Er kan ook worden gekozen voor de knop help opvragen rechts op de filterbalk. Klik vervolgens in het scherm op het betreffende onderwerp. De Help wordt geopend met de informatie die betrekking heeft op het onderwerp.
24
Hoofdstuk IV Overzichtsschermen
Basis
Hoofdstuk 4 Overzichtsschermen 4.1
Overzichtsscherm Basis
Tot nu toe hebben we met name met gegevenskaarten gewerkt. Hieronder volgt een uitleg over de overzichtsschermen van Magister. In een overzichtsscherm staan de gegevens in kolommen naast elkaar. Open bijvoorbeeld het personeelsoverzicht of het overzicht met stagebedrijven. Het overzichtsscherm is handig om gegevens van bijvoorbeeld meerdere leerlingen tegelijk op het scherm te tonen, te bekijken en eventueel te wijzigen. De kolommen en de weergave van deze kolommen in het overzichtsscherm kunnen naar wens aangepast worden. Weergave van het overzichtsscherm In het overzichtsscherm kunnen gegevens worden opgezocht, gesorteerd, gefilterd, geprint of geëxporteerd. Ook kan de opmaak aangepast worden. Bewerken in het overzichtsscherm Het is mogelijk de gegevens in het overzichtsscherm te bewerken. Dit maakt het makkelijk om bijvoorbeeld snel achter elkaar voor meerdere leerlingen een sofinummer in te voeren. Opslaan van aanpassingen in het overzichtsscherm Wijzigingen in de weergave van de gegevens in het overzichtsscherm kunnen worden opgeslagen in een lay-out. Informatie over het opslaan van aangemaakte lay-outs is terug te vinden in het onderdeel lay-out. Verderop in deze cursus wordt uitgelegd hoe de lay-outs opgeslagen kunnen worden. Afsluiten overzichtsscherm
27
Basis
Het is mogelijk om het overzichtsscherm af te sluiten door op het knopje Sluiten te klikken.
4.1.1
Zoeken In het overzichtsscherm kan een gegeven opgezocht worden door in een kolom de cursor te plaatsen en een zoekterm in te typen. Het (intelligent) zoeken naar gegevens werkt in alle overzichtsschermen van Magister op dezelfde wijze. Gegevens zoeken 1. Zet de cursor in de kolom waarin moet worden gezocht; 2. Begin met het intypen van de zoekterm. De letters die worden ingetypt worden gemarkeerd; 3. Als Magister een gegeven heeft gevonden dat voldoet aan de ingetypte tekst, springt de cursor hier naar toe; 4. Ga verder met het typen van de tekst of druk op de toetscombinatie Ctrl + Enter om naar de volgende rij te springen die begint met de ingetypte tekst (=intelligent zoeken); 5. Magister gaat door met zoeken in de lijst tot hij aan het eind van de kolom is. Dan springt Magister automatisch naar het begin van de kolom om verder te zoeken. Het is dus niet nodig om de cursor bovenaan in de kolom te zetten. Als Magister aan het einde van de lijst het gegeven nog niet gevonden heeft, springt de cursor automatisch naar de eerste rij van de kolom. Voorbeeld U bent op zoek naar een personeelslid met als achternaam 'SchoolMaster': 1. Zet de cursor in de kolom achternaam; 2. Typ de letter 's' in; 3. Magister springt naar het eerst volgende personeelslid waarvan de achternaam begint met een 's'; 4. Voer de tweede letter in 'c' of druk op Ctrl + Enter om naar het volgende personeelslid met de achternaam met 's' te springen; 5. Ga door met het intypen van de achternaam of het drukken op Ctrl + Enter totdat het personeelslid is gevonden.
4.1.2
Sorteren Het is mogelijk om de gegevens in een overzichtsscherm te sorteren. Zo kunnen bijvoorbeeld personeelsleden worden gesorteerd op achternaam of stamnummer. Sorteervolgorde - Velden die letters bevatten worden van A t/m Z gesorteerd; - Velden die nummers bevatten worden van 0 t/m oneindig gesorteerd; - Velden met een datum worden op datum gesorteerd. Eén kolom sorteren 1. Klik eenmaal op de kolomkop; 2. Door nogmaals op de kolomkop te klikken, wordt de sortering omgekeerd (van A-Z naar Z-A etc.). Meerdere kolommen sorteren 1. Klik op de eerste kolomkop; 2. Houd de Shift-knop ingedrukt en klik op de kolomkop waar nog meer op moet worden gesorteerd. Zo kunnen bijvoorbeeld alle leerlingen van de school per klas en op achternaam worden gesorteerd.
28
Basis
4.1.3
Filteren Met een filter worden de gegevens in een overzichtsscherm beperkt. Beperk het aantal rijen in het scherm aan de hand van een voorwaarde. Voorbeelden van voorwaarden zijn: 'alle personeelsleden uit een specifieke gemeente' of 'alle leerlingen die van een bepaalde basisschool afkomstig zijn'. Filter aanmaken In onderstaand voorbeeld wordt een filter aangemaakt waarbij alleen die personeelsleden op het scherm verschijnen die in een bepaalde woonplaats wonen. 1.
2.
3.
Druk op de knop (kolom)filter op de lay-outbalk. Achter elke kolomnaam verschijnt een zwart driehoekje. Als de zwarte driehoekjes er niet staan, druk dan nogmaals op de filterknop; Klik op het zwarte driehoekje van de kolom waarop een filter moet worden gelegd. Afhankelijk van het soort veld verschijnen in het uitrolvenster de volgende keuzemogelijkheden: · Alles: toon alle rijen; · Aanpassen: geef een uitgebreid filter op; · Leeg: toon alle rijen waarvan het betreffende veld leeg is; · Niet Leeg: toon alle rijen waarvan het betreffende veld gevuld is; · Kies direct waar de inhoud van de betreffende kolom aan moet voldoen. Bijvoorbeeld: toon alleen die leerlingen waarvan de woonplaats ARUM is.
Maak een keuze uit de opties in het uitrolvenster.
Dat er een filter werkzaam is, is zichtbaar door een beschrijving van het filter links boven de kolomkoppen in het overzichtsscherm. Het is ook mogelijk om op meerdere kolommen tegelijk een filter aan te maken. Zo kunnen bijvoorbeeld alle leerlingen uit een bepaalde woonplaats en van een bepaalde basisschool in het scherm worden geplaatst. Filter verwijderen Het verwijderen van een filter kan op een drietal manieren: · Klik op de knop Filter op de lay-outbalk om de filterfunctie uit te zetten; · Klik links bovenin het scherm op het kruisje bij de beschrijving van het actieve filter; · Of klik op het zwarte pijltje op de kolomkop van het actieve filter en kies voor Alles ; · De knop Filters wissen overzichtsscherm.
wist de filters in de filterbalk, niet de filters van het
29
Basis
4.1.4
Printen De gegevens die in een overzichtsscherm staan, kunnen direct geprint worden. Zet de gewenste gegevens in het overzichtsscherm en druk op de knop Lijst afdrukken . De gegevens die in het overzichtsscherm stonden worden dan in een printvoorbeeld getoond. · Druk de gegevens af met de knop Lijst afdrukken . Er wordt dan gebruik gemaakt van de standaard printer zoals die op uw pc is ingesteld; · Met de printerknop met de Engelse sleutel kan voor het printen nog een andere printer worden ingesteld of het aantal afdrukken worden aangeven. Printvoorbeeld aanpassen Het printvoorbeeld kan op een aantal manieren aangepast worden. De koptekst en voettekst kunnen aangepast worden en de gegevens kunnen passend gemaakt worden op bijvoorbeeld 1 pagina. Ga hiervoor in het printvoorbeeld naar het menu Bestand > Pagina instelling.
4.1.5
Export De gegevens uit een overzichtsscherm kunnen op een zestal manieren geëxporteerd worden vanuit Magister.
Exporteren Geef bij het exporteren van gegevens de naam van het bestand op. Magister suggereert de standaard Exportmap die in Beheer > Configuratie > Bestandspaden is ingesteld. Nadat de gegevens geëxporteerd zijn, kunnen deze gebruikt worden om bijvoorbeeld in Word een mailmerge te doen.
4.2
Overzichtsscherm kolommen
4.2.1
Kolomkiezer In het overzichtsscherm, maar ook bij het aanpassen van printlijsten, is de kolomkiezer het middel om kolommen toe te voegen aan een lay-out of printlijst. Kolomkiezer 1.
Druk boven een overzichtsscherm op de knop Kolomkiezer verschijnt nu in het scherm;
. De kolomkiezer
30
Basis
2.
De kolomkiezer is verdeeld in twee delen: · Linkerzijde: Alle gegevens uit Magister die in het geopende overzicht geplaatst kunnen worden. Hierin zijn tabellen herkenbaar aan het + en/of – teken dat voor een omschrijving staat. Klik eventueel op een plusteken om de onderliggende gegevens te zien. Aan de bovenzijde wordt getoond welke velden geselecteerd zijn. · Rechterzijde: Alle gegevens die momenteel in het overzichtsscherm getoond worden. 3. Voeg een kolom toe door in de linkerzijde te dubbelklikken op een omschrijving. De omschrijving wordt nu ook zichtbaar in het onderdeel 'Gekozen kolommen'. 4. Klik na het selecteren van de kolommen op de knop Voltooien. Overige functionaliteit kolomkiezer In de kolomkiezer staan rechtsboven de volgende knoppen:
· Volgorde aanpassen: De groene pijlen beïnvloeden de volgorde van de velden in het rechter deel. Het bovenste veld verschijnt als eerste in de lay-out, de onderste als de meest rechtse kolom. De volgorde kan aangepast worden door de gegevens met de linkermuisknop te verslepen of door op één van de groene pijltjes te klikken; · Kolom verwijderen: Met het rode kruis kan een geselecteerd veld uit het rechterdeel worden verwijderd; · Sortering opgeven: Vanuit de keuzelijst met het woord GEEN kan de sortering op een kolom worden bepaald. De sortering kan later ook in het overzicht worden aangeven door op een kolomkop te klikken; · Volgorde opgeven bij sortering op meerdere kolommen: Door een getal te selecteren wordt de prioriteit van de sortering vast gelegd. Een laag getal correspondeert met een hoge prioriteit. De prioriteit bij de sortering op meerdere kolommen kan later ook worden opgegeven in het overzichtsscherm met behulp van de Shift-knop. In de kolomkiezer worden in Magister de gegevens weergegeven zoals ze ook op de diverse gegevenskaarten gegroepeerd zijn. Dat heeft als voordeel dat als men weet dat een bepaald gegeven op de leerlingkaart bij vooropleiding staat, deze in de kolomkiezer ook bij de vooropleiding zal staan. Ook het (intelligent) zoeken naar een gegeven door de tekst in te typen werkt hier.
31
Basis
Filteren Rechts onderin kunnen filters worden gemaakt. Er kan een onbeperkt aantal filters worden gemaakt op basis van de gegevens die rechts in het gedeelte 'Gekozen kolommen' staan. Het is ook mogelijk om kolommen aan het overzicht toe te voegen en die vervolgens onzichtbaar te maken. Zo kan bijvoorbeeld gefilterd worden op een gegeven, zonder dat het in het overzicht staat: 1. Selecteer de kolom, zodat die rechtsboven bij de 'gekozen kolommen' weergegeven wordt; 2. Zet het vinkje in de kolom 'zichtbaar' uit; 3. Maak rechts onderin een filter op het betreffende gegeven.
4.2.2
Kolommen acties De kolommen die in een overzichtsscherm zichtbaar zijn kunnen worden verplaatst, toegevoegd of verwijderd. Kolommen verplaatsen 1. Selecteer met de linkermuisknop een kolomnaam in het overzichtsscherm; 2. Sleep de kolomnaam met de linkermuisknop naar een andere plek in de rij met kolomnamen; 3. Laat de linkermuisknop los als de groene pijltjes de plaats aangeven waar de kolom moet komen te staan. Kolommen toevoegen In een lay-out is een aantal kolommen gedefinieerd. Er kunnen naar eigen wens kolommen worden toegevoegd. 1. 3.
4.
Open de Kolomkiezer op de lay-outbalk. Voeg een kolom toe door in de linkerzijde te dubbelklikken op een omschrijving. De omschrijving wordt ook zichtbaar in het onderdeel 'Gekozen gegevens'. Klik na het selecteren van de kolommen op de knop Voltooien.
Kolommen verwijderen 1. 2. 3. 4.
Druk op de knop Kolomkiezer op de lay-outbalk; Dubbelklik in het venster 'gekozen gegevens' (rechts) op een omschrijving om het veld uit de lay-out te verwijderen; Klik op de knop Voltooien. U kunt ook een gegeven verwijderen door in de kolomkiezer op de knop met het rode kruis te klikken.
Volgorde kolommen aanpassen De volgorde van de kolommen in de kolomkiezer kan op twee manieren worden beïnvloed bij de 'gekozen kolommen': 1. Open de kolomkiezer; 2. Selecteer het veld bij 'gekozen kolommen' en klik vervolgens op een van de twee 3.
pijlen , of: Klik met de linker muisknop op het veld, houd de knop ingedrukt en verplaats vervolgens de muis naar onder of boven. Zodra de gewenste positie is bereikt, kan de muisknop worden losgelaten.
Kolommen sorteren Het aanbrengen van een sortering op een kolom kan ook vanuit de kolomkiezer.
32
Basis
Indien op een veld een sortering is aangebracht verschijnt (oplopende sortering) of (aflopende sortering). 1. Open de kolomkiezer; 2. Selecteer het veld waarvan de sortering moet veranderen; 3. Maak in het selectieveld de gewenste keuze uit: · Geen: geen sortering op het veld · Oplopend: waarden worden van 'a naar z' gesorteerd; · Aflopend: waarden worden van 'z naar a' gesorteerd; Op meerdere kolommen sorteren Wanneer een sortering wordt aangebracht op tenminste twee velden, geeft het getal de volgorde van sorteren over meerdere kolommen aan. Voorbeeld: De kolom Achternaam heeft het getal '1' en de kolom Roepnaam heeft het getal '2'. Magister zal de gegevens eerst sorteren op Achternaam en vervolgens op Roepnaam.
4.2.3
Handmatig filteren U kunt ook een aangepast filter maken. Zet bijvoorbeeld alleen die personeelsleden in het scherm die wonen op de postcodes 9000AA tot en met 9999ZZ of leerlingen die vóór een bepaalde datum zijn geboren. Aanbrengen van een geavanceerd filter 1. Ga naar het personeelsoverzichtsscherm en kies via de kolomkiezer ook de kolom geboortedatum bij de 'gekozen kolommen'; 2. 3. 4. 5. 6.
7.
Zorg ervoor dat de knop Filter ingedrukt is in het overzichtsscherm. Als achter elke kolomnaam een zwart driehoekje staat, is het filter ingeschakeld; Klik op het zwarte driehoekje van de kolom waar een filter op aangebracht moet worden; Kies in het uitrolvenster voor Aanpassen; Vul op de eerste regel de voorwaarde in waarmee Magister moet gaan filteren. Bijvoorbeeld: Geboortedatum is groter dan 01-08-1988; Vul desgewenst op de tweede regel een tweede voorwaarde in: · Geef aan dat de gegevens op het overzichtsscherm aan beide voorwaarden tegelijk moeten voldoen door En te selecteren; · Geef aan dat de gegevens op het overzichtsscherm aan één van beide voorwaarden moeten voldoen door Of te selecteren. Klik op de knop OK.
Voorbeeld Om alleen die personeelsleden op het scherm te tonen waarvan de achternaam begint met een K, kies de volgende instellingen:
33
Basis
4.2.4
Lay-out De gegevens in een overzichtsscherm kunnen naar eigen wens aangepast worden. Vervolgens kan deze weergave van de gegevens opgeslagen worden in een lay-out. Een lay-out bestaat uit: · Een verzameling kolommen, bijvoorbeeld de kolommen stamnummer, klas, volledige naam, woonplaats en basisschool; · Een filter, bijvoorbeeld alle leerlingen uit een bepaalde woonplaats; · De opmaak, bijvoorbeeld een lettertype of de sortering op geboortedatum. Lay-out openen Bij het openen van een overzichtsscherm wordt de lay-out met de naam 'Basis' gebruikt. Vervolgens kunnen met de lay-outkiezer op de navigatiebalk andere lay-outs worden geopend. In de lay-outkiezer staan twee soorten lay-outs: · Algemene lay-outs: deze zijn zichtbaar voor alle gebruikers; · Persoonlijke lay-outs: deze zijn alleen zichtbaar voor de gebruiker die de lay-out heeft aangemaakt. De applicatiebeheerder kan persoonlijke lay-outs zichtbaar maken voor alle gebruikers door er een algemene lay-out van te maken. Lay-out aanpassen 1. 2. 3.
Druk op de knop Lay-out ; Selecteer in het venster lay-out kiezen de gewenste lay-out; Gebruik de kolomkiezer om kolommen toe te voegen om daarmee de weergave van de gegevens in het overzichtsscherm aan te passen.
Lay-out opslaan Bij het opslaan van een lay-out worden de volgende kenmerken opgeslagen: de aanwezige kolommen, sortering, filter op kolommen, lettertype en kolomkleur. Groeperingen worden niet opgeslagen in de lay-out. · Klik op Lay-out opslaan om de lay-out op te slaan. De eerder opgeslagen lay-out wordt overschreven. Om een nieuwe lay-out te maken kan bij het opslaan een andere naam worden opgeven.
4.3
Leerlingoverzicht De leerlingadministratie wordt opgestart met het leerlingoverzicht. De gegevens in dit overzicht worden bepaald door de Magisterfilters en de peildatum. Openen overzichtsscherm leerlingen Aan de linkerzijde van het venster bevindt zich de Magisterbalk. Klik in het onderdeel Leerlingen of Deelnemers en daarna op de knop Overzicht.
4.3.1
Magisterfilters Onder de menubalk van Magister bevindt zich de filterbalk. Hierop staan een aantal filters. Deze filters bepalen welke informatie in het overzichtsscherm wordt getoond. Leerlingfilter Het eerste filter is het leerlingfilter dat bepaalt welk soort leerlingen in het overzichtsscherm verschijnen: leerlingen die nu op school zitten of bijvoorbeeld leerlingen die vroeger op school hebben gezeten.
34
Basis
Bij dit filter maakt Magister gebruik van de peildatum. Deze staat standaard op de dag van vandaag. Op deze cursusdag maken we alleen gebruik van het filter: · Actieve leerlingen: de leerlingen die op de peildatum actief op school zitten; De overige opties van het leerlingfilter zullen tijdens de cursus Leerlingadministratie uitgebreid besproken worden. Overige filters De filterbalk bevat ook andere filters om de inhoud van de overzichtsschermen te bepalen. · Rolfilter: Als er ingelogd is door bijvoorbeeld een docent die ook mentor is, kan met dit filter gewisseld worden tussen de rollen; · Lesperiodefilter: Geef op uit welk schooljaar Magister gegevens moet halen. Bij het wijzigen van het lesperiodefilter past Magister de peildatum aan. Deze wordt bovenin de blauwe balk van Magister weergegeven; · Onderwijssoort: Als in Beheer > Beheer > Configuratie > Onderwijssoorten verschillende onderwijssoorten zijn aangegeven, kan hier ook op gefilterd worden; · Locatiefilter: Als de school meerdere locaties heeft kan de inhoud van het overzichtsscherm worden beperkt tot gegevens van één of meerdere van de locaties; · Organisatiefilter: Als de school meerdere organisaties heeft kan de inhoud van het overzichtsscherm worden beperkt tot gegevens van één of meerdere van de organisaties; · Studiefilter: Alleen de gegevens van de geselecteerde studie verschijnen in het overzichtsscherm; · Klasfilter: Alleen de gegevens van de geselecteerde klas verschijnen in het overzichtsscherm; · Lesgroepfilter: Alleen de gegevens van de geselecteerde lesgroep verschijnen in het overzichtsscherm. Als in een lesgroep meerdere vakken gegeven worden, kan in het vakfilter nog een verdere selectie gemaakt worden; · Vakfilter: Per lesgroep kan het vakfilter opgegeven worden. In het leerlingoverzicht staan dan die leerlingen die in de opgegeven lesgroep dit vak hebben. Sneller openen overzichtsscherm leerlingen Het is handig om vóór het openen van het overzichtsscherm een studiefilter en/of een klasfilter in te stellen. Het openen van het scherm kan hierdoor sneller verlopen. Alleen de gegevens van de leerlingen uit de geselecteerde studie of klas verschijnen in het overzicht.
4.3.2
Peildatum Als in het leerlingfilter gekozen is voor het tonen van actieve leerlingen, dan heeft Magister een peildatum nodig. Standaard is dit de systeemdatum, maar deze kan ook gewijzigd worden. Wijzigen van peildatum
35
Basis
In het menu Magister > Wijzig peildatum kan de peildatum worden aangepast. Bijvoorbeeld om examenkandidaten die voortijdig zijn uitgeschreven in beeld te krijgen. Als de Magisterdatum gewijzigd is, wordt de nieuwe Magisterdatum weergegeven in de titelbalk van het Magistervenster (de blauwe balk bovenaan het Magisterscherm).
4.3.3
Voorbeeldweergave Het is mogelijk om onderin het overzichtsscherm extra informatie te tonen. In de leerlingadministratie zijn op deze manier diverse gegevens van de leerling direct in beeld, zoals de foto van een leerling. Voorbeeldweergave inschakelen Zorg dat er een overzichtsscherm in het beeld staat. Onder de menubalk van Magister staat de filterbalk. Rechts op deze balk staat de knop Voorbeeldweergave . Hiermee kan de voorbeeldweergave bij het overzichtsscherm ingeschakeld worden. De gegevens in deze voorbeeldweergave kunnen niet bewerkt worden. Voorbeeldweergave uitschakelen Druk nogmaals op de knop Voorbeeldweergave het scherm te verwijderen.
om de voorbeeldweergave van
In Magister kan een functieknop vaak met dezelfde knop in- en uitgeschakeld worden. Als de knop ingeschakeld is, heeft deze een oranje rand. Door nogmaals op de knop te klikken, ziet de knop er weer gewoon uit en is de functie niet meer actief.
4.4
Overzichtsscherm uitgebreid
4.4.1
Grafiek Van alle kolommen in het overzichtsscherm kan een grafiek gemaakt worden. De weergave van de grafiek kan ook aangepast worden. De grafiek kan worden afgedrukt of opgeslagen als een bestand. Maken van een grafiek 1. Zet de cursor in de kolom waar een grafiek van gemaakt moet worden, bijvoorbeeld in de kolom woonplaats; 2. 3. 4.
Druk op de knop Grafiek ; De grafiek wordt getoond met de gegevens van de leerlingen die in het overzichtsscherm staan; In de legenda van de grafiek is het precieze aantal leerlingen per woonplaats weergegeven. De grafiek toont de percentages waarin de verschillende waarden voorkomen. Magister berekent bijvoorbeeld het percentage leerlingen per woonplaats;
36
Basis
5.
De grafiek toont de 10 grootste waarden. De kleinere waarden worden gezamenlijk weergegeven in de categorie 'overig'.
Selecteer in het menu linksboven een andere kolom om Magister direct een andere grafiek te laten aanmaken. Aanpassen van uiterlijk van de grafiek Het is mogelijk om de weergave van de grafiek aan te passen. De grafiek kan in een staafdiagram of donutdiagram weergegeven worden en er kunnen bepaalde waarden uit de grafiek gehaald worden: · Klik op de knop Grafiek om in de weergave van de grafiek te wisselen tussen een taartdiagram, donutdiagram en een staafdiagram; Klik op het menu 'Verbergen'. Klik op Grootste, de grootste categorie uit de grafiek wordt weggelaten. De percentages worden dan opnieuw berekend; Klik op Overig, de categorie 'overig' uit de grafiek wordt weggelaten. De percentages worden dan opnieuw berekend. Let op: Bij het weglaten van de grootste en/of de overige categorie worden de percentages opnieuw berekend. Opslaan van de grafiek Sla de grafiek op met de knop Opslaan
.
Afdrukken van de grafiek Druk op de knop Afdrukken
4.4.2
om de grafiek naar de printer te sturen.
Groeperen Bij het groeperen worden gegevens in groepen gezet. Bij het groeperen van bijvoorbeeld leerlingen op woonplaats, zet Magister alle leerlingen uit dezelfde woonplaats in groepjes bij elkaar. Tussen een groep verschijnt een grijze balk waarop te zien is op welke wijze de gegevens in groepen zijn gezet. Gegevens groeperen 1. 2. 3. 4. 5.
Klik op de knop Groeperen ; Boven de balk met kolomnamen verschijnt een gele balk. Ook verschijnen naast de knop groeperen de knoppen Alles uitvouwen en Alles opvouwen ; Sleep met de linkermuisknop een kolomnaam naar deze gele balk, bijvoorbeeld woonplaats; Magister groepeert de leerlingen in het scherm op woonplaats; Klik op het plus-teken aan de linkerkant van het overzichtsscherm om een groep uit te vouwen.
Met de knop Alles uitvouwen zichtbaar op het scherm.
wordt de inhoud van alle groepen in één keer
Met de knop Alles opvouwen wordt de inhoud van alle groepen verborgen. Alleen de namen van de groepen zijn nog zichtbaar. Groepering opheffen 1.
Klik nogmaals op de knop Groeperen
om de groepering te verwijderen.
37
Basis
4.4.3
Bewerken in overzichtsscherm Het is mogelijk om in het overzichtsscherm gegevens te bewerken. Hierbij worden de bewerkingen bij het verlaten van een veld direct opgeslagen. Er hoeft dus niet op 'wijzigingen opslaan' te worden geklikt. Een aantal velden kan niet in het overzichtsscherm gewijzigd worden, omdat hier bepaalde controles bij horen. Zo kunnen de studie en het profiel van een leerling bijvoorbeeld niet in het overzichtsscherm gewijzigd worden. Bewerken in het overzichtsscherm 1. 2. 3. 4. 5. 6.
4.4.4
Klik op de knop Direct bewerken in de lay-outbalk in het overzichtsscherm; Zet de cursor in het veld dat bewerkt moet worden; Druk op Enter. In een leeg veld verschijnt nu een tekstcursor. In een gevuld veld wordt de inhoud van het veld geselecteerd; Voer de gegevens in of wijzig de gegevens; Verlaat het veld met de cursortoetsen of door met de muis in een ander veld te klikken. De wijzigingen worden direct opgeslagen; Zet de cursor in het volgende veld dat bewerkt moet worden.
Opmaak in overzichtsscherm In het overzichtsscherm kan de opmaak van de kolommen aangepast worden. Er kunnen vaste kolommen gedefinieerd worden en de achtergrondkleur en het lettertype in een kolom kunnen worden aangepast. Vaste kolommen definiëren Als er veel kolommen in een lay-out zijn gedefinieerd, passen de kolommen niet in één keer op het scherm. Aan de onderzijde van het overzichtsscherm staat een schuifbalk. Hiermee schuiven de kolommen in beeld die eerst niet op het scherm stonden. Een vaste kolom zorgt ervoor dat een aantal kolommen altijd zichtbaar blijft als door het overzichtsscherm wordt gescrolld. 1.
Klik op de knop Lay-out bewerken : met deze knop kan de lay-out-bewerkenbalk worden uitgeklapt.
2.
Klik op de knop Linkerkolom vastzetten om aan de linkerzijde een vaste kolom te maken; In het overzichtsscherm verschijnt aan de linkerzijde een lege kolom met ernaast een zwarte streep; Sleep de kolommen uit het overzichtsscherm naar de linkerzijde van de zwarte streep.
3. 4.
Gebruik de knop Rechterkolom vastzetten scherm een kolom vast te zetten.
om aan de rechterzijde van het
Vaste kolommen verwijderen 1.
Klik op de knop Lay-out bewerken : met deze knop kan de lay-out-bewerkenbalk worden uitgeklapt.
2.
Klik nogmaals op de knop Linkerkolom om de vaste kolom te verwijderen.
(of rechterkolom
) vastzetten
Lettertype 1. Zet de cursor op de kolom waarvan het lettertype aangepast moet worden; 2.
Klik op de knop Lay-out bewerken : met deze knop kan de lay-out-bewerkenbalk worden uitgeklapt.
3.
Klik op de knop Lettertype
op de lay-out-balk;
38
Basis
4. 5.
Pas het lettertype, de lettergrootte, de letterkleur en de stijl aan; Klik op OK.
Kolomkleur 1. Zet de cursor op de kolom waarvan de achtergrondkleur aangepast moet worden; 2.
Klik op de knop Lay-out bewerken : met deze knop kan de lay-out-bewerkenbalk worden uitgeklapt.
3. 4. 5.
Klik op de knop kolomkleur Kies de gewenste kolomkleur; Klik op OK.
;
Vaste kolombreedte · Klik op de knop Lay-out bewerken : met deze knop kant de lay-out-bewerkenbalk worden uitgeklapt. · Met de knop Automatische Kolombreedte wordt de kolombreedte van alle kolommen op het scherm aangepast aan het veld met de breedste inhoud; · Door nogmaals op de knop Automatische Kolombreedte alle kolommen in een scherm geplaatst.
te drukken worden
De breedte van een individuele kolom kan ook aangepast worden: 1. Zet de cursor in de rij met de kolomkoppen op de scheiding tussen twee kolommen; 2. Druk op de linkermuisknop en beweeg de muis naar links of naar rechts om de kolom smaller en/of breder te maken. Dubbelklik in de rij met de kolomkoppen op de scheiding tussen twee kolommen. De kolom wordt zo breed dat van elke rij het gegeven volledig zichtbaar is.
4.4.5
Tellingen in de kolomkiezer Er kunnen in Magister ook allerlei tellingen per leerling in het overzichtsscherm worden gezet. Per leerling kunnen er aantallen in beeld worden gebracht en door te sorteren op deze kolommen kunnen de leerlingen met hoge scores eruit worden gehaald. Op deze manier komen bijvoorbeeld de leerlingen met de meeste absenties in beeld. Hieronder staan een aantal voorbeelden van gegevens die kunnen worden opgeteld. In het volgende onderdeel wordt beschreven hoe een telling gemaakt kan worden. Absenties · Welke leerlingen hebben veel absenties? · Welke absentieredenen hebben ze dan met name? · Heeft een leerling geoorloofde absenties of ongeoorloofde absenties? · In welke lesuren is een leerling vaak absent? · In welke lesuren is een leerling vaak ongeoorloofd absent? · hoe vaak is een leerling ongeoorloofd absent en verschilt dat per vak? Andere zaken · Naar welke schoolreisjes gaan de leerlingen? De categorieën kunnen worden uitgesplitst. · Welke leerlingen scoren laag op werkhouding? Die leerlingen moeten wellicht extra ondersteuning krijgen. Relatiescholen
39
Basis
Ga hiervoor naar de hulptabel met relatiescholen en klik op de knop Weergave wisselen. · Hoeveel leerlingen hebben ze aangeleverd? · En met wat voor adviezen worden de leerlingen doorgestuurd?
4.4.6
Telling maken Hieronder staan een aantal voorbeelden van tellingen die in het overzichtsscherm gezet kunnen worden. Hoeveel absenties heeft een leerling, uitgesplitst in geoorloofde absenties en ongeoorloofde absenties? · Hoe vaak is een leerling ongeoorloofd absent en verschilt dat per lesuur? Telling maken en uitsplitsen Hoeveel absenties heeft een leerling, uitgesplitst in geoorloofde absenties en ongeoorloofde absenties. 1. Open het leerlingoverzicht; 2. Open de kolomkiezer; 3. Klik op het tabblad Tellingen; 4. Geef in het veld hieronder aan dat er Absenties moeten worden geteld; 5. Splits de absenties uit op Geoorloofde absentie; 6. Klik op de knop Voltooien.
Als het vinkje Leeg resultaat onderdrukken aangezet wordt, dan worden leerlingen
40
Basis
met geen enkele absentie niet meer in het scherm getoond. Telling maken en uitsplitsen met een telvoorwaarde Hoe vaak is een leerling ongeoorloofd absent en verschilt dat per lesuur? 1. Open het leerlingoverzicht; 2. Open de kolomkiezer; 3. Klik op het tabblad Tellingen; 4. Geef in het veld hieronder aan dat er Absenties moeten worden geteld; 5. Splits de absenties uit op lesuur; 6. klik bij het veld Telvoorwaarde op de knop met de 3 puntjes; 7. Maak de voorwaarde zoals hieronder te zien is; 8. Klik op de knop Voltooien.
41
Hoofdstuk V Opdrachten
Basis
Hoofdstuk 5 Opdrachten Als u wilt oefenen met de basisprincipes van Magister, vindt u hieronder een aantal geschikte opdrachten.
1a Opdracht overzichtsscherm en detailkaarten 1. Open het personeelsoverzicht wat u vindt binnen de groep school en vervolgens het onderdeel personeel; 2. Open van een willekeurig personeelslid de detailkaarten en ga naar de detailkaart 'Diversen'; 3. Wijzig de geboortedatum van een personeelslid in uw eigen geboortedatum; 4. Voer bij hetzelfde personeelslid een extra telefoonnummer in, dit is een geheim telefoonnummer. 1b Opdracht toevoegen 1. Open op de Magisterbalk Beheer - Beheer - Hulptabellen - Leerlingen Huisartsen; 2. Maak een nieuwe huisarts aan via het plusknopje. Voer hier uw eigen gegevens in; 3. Sla de wijzigingen op. 1c Opdracht hulptabel bewerken 1. Zoek de huisarts op die u zelf ingevoerd heeft. Verzin voor deze huisarts een nog niet bestaande aanhef. Voeg deze aanhef toe door middel van de puntjes-knop aan de aanhef-hulptabel; 2. Sla de wijzigingen op.
1d 1. 2. 3. 4. 5.
Opdracht wijzigen van gegevens Open op de Magisterbalk in de groep Leerlingen het onderdeel Stage; Klik op de knop Bedrijven om het overzicht van stagebedrijven te openen; Open de gegevenskaarten van een willekeurig stagebedrijf; Vul bij het stagebedrijf een e-mailadres in; Sla de wijziging op.
In de volgende opdrachten oefent u met de Help-functie en het wijzigen van een aantal gegevens. 2a 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Opdracht 'relaties' zoeken in de Help Open de Help; Open het tabblad Zoeken; typ hierin 'relaties' en druk op enter; Zoek hier op waar u de gegevens van Relaties in Magister kunt invoeren; Ga terug naar Magister; Open het overzicht van relaties; Open de detailkaarten van een relatie.
2b Opdracht Relatie toevoegen 1. 2. 3. 4.
Klik op de knop Toevoegen om een relatie toe te voegen; Voeg als nieuwe relatie een restaurant of cateringbedrijf toe. Bedenk zelf een adres etc; Sla de wijziging op; Geef op de detailkaart NAW het type relatie op. Als het type relatie nog niet
45
Basis
aanwezig is in de hulptabel, kunt u dit aanmaken door op de puntjesknop naast het invoerveld te klikken. 2c 1. 2. 3.
Opdracht printlijst afdrukken Open op de Magisterbalk in de groep School het onderdeel Personeel; Klik op de knop Rapportage; Kies voor het afdrukken van een adressenlijst waarop de adressen van een vijftal personeelsleden verschijnen. Selecteer zelf welke vijf personeelsleden dat moeten zijn. Bekijk het afdrukvoorbeeld op het scherm.
3a 1. 2. 3. 4.
Opdracht Sorteren en filteren Zorg ervoor dat het personeelsoverzicht op het scherm staat; Pas de lay-out aan door te sorteren het geslacht(M/V) van de personeelsleden; Hoeveel mannen zijn er en hoeveel vrouwen?; Hoeveel vrouwen wonen er vervolgens in Leeuwarden?
3b 1. 2. 3.
Opdracht Zoeken Open het stagebedrijvenoverzicht binnen de groep Leerlingen; Zoek een stagebedrijf op door in de kolom zoeknaam de naam te typen; Open de detailkaart met NAW-gegevens en voer het type stagebedrijf in. Als dit veld al gevuld is, voer dan een ander extra gegeven in.
3c 1. 2. 3.
Opdracht Zoeken 2 Open het personeelsoverzicht; Zoek een personeelslid op waarvan de code begint met uw eigen voorletter. Wat is de achternaam van het personeelslid?
3d 1. 2. 3.
Opdracht Printvoorbeeld Open het personeelsoverzicht; Filter in het scherm alle personeelsleden waarvan de roepnaam niet is ingevuld; Bekijk de gegevens in het printvoorbeeld.
4a 1. 2. 3.
Opdracht lay-out aanmaken Open het personeelsoverzicht; Klik op de kolomkiezer; Dubbelklik in de rechterkolom "gekozen kolommen" op een omschrijving, om het veld uit de lay-out te verwijderen. Verwijder zo alle velden in dit venster; 4. Maak vervolgens een lay-out aan met de volgende gegevens: - code; - aanhef; - volledige naam; - hoofdvak docent; - plaats; - telefoon; - telefoonsoort 1. 3. Sorteer de personeelsleden op plaats; 4. Sla de lay-out op onder je "voornaam +woonplaats". 4b 1. 2. 3.
Opdracht geavanceerd filteren Open het personeelsoverzicht; Pas de lay-out aan door de kolom geboortedatum in het scherm te zetten. Alleen de personeelsleden die ouder zijn dan u moeten in het scherm zichtbaar zijn. Maak hiervoor een handmatig filter (kolomfilter "aanpassen...") aan op de kolom geboortedatum. Alleen de personeelsleden met een geboortedatum kleiner
46
Basis
4. 4c 1. 2. 3. 4. 5.
6. 7.
dan uw eigen geboortedatum mogen in het scherm getoond worden; Hoeveel personeelsleden zijn dit? Opdracht Printvoorbeeld Open het personeelsoverzicht; Zet de kolom "Plaats" in het overzichtsscherm; Zet in het scherm alle docenten die in Franeker wonen. Gebruik hiervoor het filter; Stuur de gegevens in het scherm naar het printvoorbeeld; In het menu Bestand - paginainstelling kunt u een aantal instellingen wijzigen. Wijzig de pagina-instelling zodat de gegevens op een staande pagina afgedrukt worden; Zet in de koptekst de tekst "Carpoolen vanuit Franeker" neer; Druk het document af.
4d Opdracht lay-out aanmaken - 2 1. Open het stagebedrijvenoverzicht; 2. Maak een lay-out aan met de volgende gegevens: - zoeknaam; - type stagebedrijf; - algemene contactpersoon - alle adresgegevens van het postadres. 3. Sorteer de bedrijven op zoeknaam; 4. Sla de lay-out op onder de naam "postetiketten".
5a Opdracht Wijzigen Peildatum 1. Zet in het leerlingenoverzicht alle leerlingen die vandaag actief op school zitten. 2. Wijzig de peildatum naar 01-10-2004 (let op de juiste lesperiode). Hoeveel leerlingen zaten er op de teldatum op school? 5b 1. 2. 3.
Opdracht grafiek Open het personeelsoverzicht; Zet de kolom woonplaats in het overzichtsscherm; Zorg ervoor dat alleen de personeelsleden in het scherm staan waarbij de plaats is ingevuld; 4. Maak een grafiek van de plaatsen van de personeelsleden; 5. Verberg de categorie "Grootste" om het plaatje wat mooier te maken. 5c 1. 2. 3. 4.
Opdracht Groeperen Open het personeelsoverzicht; Zet de kolom "Plaats" in het overzichtsscherm; Groepeer de personeelsleden op plaats; Stuur de gegevens in het overzichtsscherm naar het printvoorbeeld.
6 Opdracht Etiketten samenvoegen in Word 1. Open het stagebedrijvenoverzicht; 2. Open je lay-out postetiketten; 3. Exporteer de gegevens naar Excel. Sla het bestand op onder de naam "postetiketten"; 4. Maak in Word een samenvoegbestand met etiketten met de postgegevens van stagebedrijven. Gebruik de Help-functie van Magister of Word als u niet precies meer weet hoe u een samenvoegbestand kunt maken. Bedenk zelf de instellingen van de etiketten en de gegevens die er op moeten verschijnen.
47
Basis
7 Opdracht bewerken in overzichtsscherm 1. Open het leerlingenoverzicht; 2. Zet met de kolomkiezer de kolom "Advies vorige school" in het overzichtsscherm; 3. Maak een filter zodat alleen leerlingen zonder advies van de vorige school nog in het overzichtsscherm staan; 4. Vul bij een leerling in dat het advies van de vorige school "mavo" is; 5. Selecteer een andere leerling; 6. Waarom staat de leerling met het mavo-advies niet meer in het scherm?
48
Basis
Index
Handmatig 33 Klas 7, 34 Leerlingen 7 Lesgroep 7, 34 Lesperiode 7, 34 Locatie 34 Lokatie 7 Organisatie 34 Overzichtsscherm 29 Rol 34 Soort deelnemers 34 Soort leerlingen 34 Studie 7, 34 Vak 7, 34 Wissen 7
A Aangepast filter 33 Aanpassen kolombreedte Achtergrondkleur 38 Actieknop 9 Actieve leerlingen 7 Afdrukken 9, 30 Lijst 9 Annuleren
38
9
Filterbalk 7 Filters Magister 34
B Beeld (menu) Tekenstijl 12 Voorbeeldweergave Bewerken 9 Overzichtsscherm
Functietoetsen 12 38
C Collectieve wijzigingen 9 Configuratie 12 Context gevoelige Help 24
D Detailkaart Bewerken 17 Sluiten 17
E Eerste 9 Einde 12 Excel 30 Export Excel 30 HTML 30 Komma gescheiden 30 Tab gescheiden 30 Tekstbestand 30 XML 30 Exportknop
G Gegevenskaart Bewerken 17 Sluiten 17 Gevoelige Help 24 Grafiek 36 Groeperen 37 Groepering opheffen
37
H Handmatig filteren 33 Help 12 Context gevoelig 24 Zoeken in 23 Help (menu) Help 12 Over... 12 Releasenotes 12 Remote help 12 Trefwoord zoeken 12 HTML 30 Hulptabel Bewerken in hulptabel 18 Openen 18 Toevoegen in hulptabel 18
12
I
F Filter Aangepast
13
Info tonen
7
33 49
Basis
Bediening 7 Hoofdindeling
K
Magisterbalk 14 Aan- of uitzetten Gebruik 16 Module 14 Onderdeel 14 Weergave 14
Kegeldiagram 36 Klasfilter 7 Knoppen 9 Kolomacties 32 Kolombreedte 11, 38 Kolomkiezer 11, 30 Tellingen 39 Kolomkleur 11 Kolommen Aanpassen 32 Achtergrondkleur Lettertype 38 Sorteren 28, 32 Toevoegen 32 Vastzetten 38 Verplaatsen 32 Verwijderen 32
38
L Laatste 9 Lay-out 34 Aanpassen 34 Bewerken 11, 38 Kiezen 34 Openen 34 Opslaan 11, 34 Opslaan als 11 Lay-out bewerken balk 11 Lay-out kiezen 9 Lay-outbalk 10 Leerlingfilter Actieve leerlingen 7 Alle aanmeldingen 7 Alle leerlingen 7 Examenkandidaten 7 Leerlingen in aanmeldingsgroep 7 Leerlingen zonder aanmeldingen 7 Uitgeschreven leerlingen 7 Leerlingoverzicht 34 Lesgroepfilter 7 Lesperiodefilter 7 Lettertype 11, 38 Licentie 12 Lijst afdrukken 9 Locatiefilter 7
M
7 12
Magisterdatum 7, 35 Magisterfilters 34 Magisterlogo Configuratie 12 Einde 12 Onderhoud 12 Opnieuw inloggen 12 Peildatum wijzigen 12 Verbindingen 12 Wachtwoord veranderen
12
Menu - beeld 12 Menubalk 12 Module 14
N Navigatiebalk 9 Navigatieknoppen
9
O Onderhoud 12 Opheffen groepering 37 Opnieuw inloggen 12 Opslaan 9 Overzicht Leerlingen 34 Overzichtsscherm 16, 27 Bewerken 38
P Peildatum 7, 12, 35 Peildatum wijzigen 12 Percentages 36 Printen 30
R Releasenotes 12 Remote help 12
S Sneltoetsen
13
Magister 50
Basis
Sorteren 28 Statusbalk 13 Studiefilter 7
T Taartdiagram 36 Tekenstijl 12 Tekstbestand 30 Tellingen 39 Tellingen maken 40 Toetscombinaties 13 Toevoegen 9 Trefwoord 23 Trefwoord zoeken 12
V Vakfilter 7 Vaste kolommen 11 Verbindingen 12 Verversen 9 Verwijderen 9 Volgende 9 Voorbeeld weergave 7 Voorbeeldweergave 12, 36
W Wachtwoord veranderen Weergave wisselen 9 Werkbalk Navigatie 9 Wis filters
12
7
X XML
30
Z Zoeken 9, 28 Zoeken in Help
23
51