Keel-, Neus- en Oorheelkunde
Het verwijderen van de neusamandel (kind)
Uw kind wordt binnenkort opgenomen voor het verwijderen van de neusamandel. Na overleg met de arts heeft u ingestemd met deze operatie. Voor deze operatie komt uw kind in dagbehandeling. Deze folder geeft informatie over de gang van zaken rond de operatie. Uw behandelend arts heeft enkele zaken al met u besproken. In deze folder kunt u de informatie nog eens rustig nalezen en wordt op diverse zaken dieper ingegaan. Het is belangrijk om u te realiseren dat de medische situatie van iedere patiënt verschillend is. Het kan zijn dat hierdoor afgeweken wordt van de beschrijving in deze folder. Algemene informatie over een dagopname kunt u lezen in de folder ‘Kinderdagbehandeling’. Wat zijn ‘de amandelen’ en wat is hun functie? Het lichaam bezit een uitgebreid systeem om infecties te bestrijden, het zogenaamde lymfkliersysteem. De overgang van mond en neus naar de keel bevat, als een soort ring, veel van dit lymfklierweefsel: de amandelen. Dit weefsel vangt binnendringende ziekteverwekkers zoveel mogelijk op en maakt ze onschadelijk. Op een paar plaatsen is dit lymfklierweefsel verdikt: 1. In de neus-keelholte De neus-keelholte is de ruimte achter de neus, boven het zachte gehemelte. Het verdikte lymfklierweefsel in het dak van de neus-keelholte noemt men de neusamandel (het adenoïd). De neusamandel is vooral bij jonge kinderen aanwezig. Vanaf ongeveer het achtste levensjaar neemt de grootte af. Aan weerszijden van de neusamandel begint de zogenaamde buis van Eustachius, de verbinding waardoor lucht van de neus-keelholte naar de oren moet gaan. 2. In de keel De zogenaamde keelamandelen (de tonsillen) zijn te zien als knobbels links en rechts achter in de keel. De huig, het aanhangsel van het zachte gehemelte, hangt midden tussen de keelamandelen. 3. Achter op de tong Het lymfklierweefsel achter op de tong wordt de tongamandel genoemd. De tongamandel gaat aan de zijkanten van de tong over in de keelamandelen. De tongamandel geeft slechts zelden klachten en wordt in deze folder buiten beschouwing gelaten.
15131295
De amandelen vormen maar een klein gedeelte van het totale lymfkliersysteem van het lichaam. Een eventuele verwijdering van de amandelen heeft daarom geen merkbare gevolgen voor de afweer.
Wat voor klachten kunnen amandelen geven? Wanneer de amandelen de hoeveelheid binnendringende ziekteverwekkers niet meer aan kunnen, raken ze zelf ontstoken. Hierbij treedt in het algemeen een forse zwelling van de betrokken amandelen op. De klachten hangen samen met de amandel die ontstoken raakt. Een ontstoken neusamandel veroorzaakt meestal een voortdurende of telkens terugkomende verkoudheid met een vieze neus. Andere klachten kunnen zijn: slecht slapen, snurken, veel door de mond ademen of herhaalde oorontstekingen. Ontstoken keelamandelen brengen over het algemeen herhaalde perioden van keelpijn met slikklachten en temperatuurverhoging met zich mee. De keelamandelen kunnen ook voortdurend in een meer of minder ontstoken toestand verkeren waarbij klachten als moeheid, hangerigheid, wallen onder de ogen, een afgenomen eetlust en een slechte adem meer op de voorgrond treden. In de hals zijn dan vaak verdikte lymfklieren te voelen. Zeer grote keelamandelen kunnen zelfs de ademweg enigszins belemmeren, waardoor het kind ’s nachts onrustig is, regelmatig snurkt en soms stokkende ademhaling vertoont (apneu). Zijn de keel- en neusamandelen gelijktijdig ontstoken of vergroot, dan is er een combinatie van bovenstaande klachten. Wanneer is het gewenst om amandelen te verwijderen? De ernst van de klachten bepaalt of het nodig is de amandelen te verwijderen. Belangrijke overwegingen zijn hoe ziek het kind zich voelt en hoe vaak de klachten optreden. Wanneer de klachten niet goed te behandelen zijn met medicijnen, kan het verstandig zijn om de amandelen weg te laten halen. Vanzelfsprekend bepalen de klachten of alleen de neusamandel of zowel de keel- als neusamandelen verwijderd zullen worden. Bij de neusamandel is volledige verwijdering niet mogelijk. Alleen het middelste, meest verdikte deel wordt weggenomen. De neusamandel kan vanuit de randen weer aangroeien en soms na verloop van tijd opnieuw klachten geven. De keelamandelen kunnen in principe wél volledig worden weggehaald, maar soms groeit er vanaf de tongamandel nog een restje uit. Door de neusamandel te verwijderen verdwijnt de bron van de terugkerende ontstekingen. Voorbereidingen Voorbereidingen thuis Voorschriften over nuchter zijn kunt u vinden in de folder ‘Kinderdagbehandeling’. Als uw kind medicijnen gebruikt, kunt u met de arts of de verpleegkundige overleggen of uw kind deze mag innemen. Verhinderd Is uw kind verhinderd voor de operatie? Wilt u dit dan zo spoedig mogelijk (uiterlijk 48 uur voor de opname) melden aan de opnameplanner? Er kan dan iemand anders in plaats van uw kind komen. Bovendien kunt u meteen een nieuwe afspraak maken. De opname en operatie Melden In het Zuwe Hofpoort Ziekenhuis meldt u zich op het afgesproken tijdstip op de afdeling kinderdagbehandeling op de 4e etage.
Voorbereidingen in het ziekenhuis In de folder ‘Kinderdagbehandeling’ kunt u lezen hoe uw kind voor de operatie wordt voorbereid. Voor kleine kinderen geldt dat ze een eigen pyjama of T-shirt aan mogen. Anesthesie Het verwijderen van de neusamandel vindt plaats onder algehele verdoving. De medische term voor verdoving is anesthesie. Informatie over de verdoving vindt u in de folder ‘Kinderdagbehandeling’. Eén van de ouders/verzorgers mag bij de inleiding hiervan aanwezig blijven. De operatie De neusamandel wordt via de mond-/keelholte verwijderd. Plaatst de KNO-arts tijdens de operatie ook buisjes dan kunt u hiervoor de folder ‘Trommelvliesbuisjes’ lezen. De operatie duurt ongeveer vijf tot tien minuten. Na de operatie Na de operatie heeft uw kind wat pijn in de keel en voelt het zich niet zo lekker. De pijn gaat meestal snel over. Na een klein dutje voelt uw kind zich veelal weer aardig ‘de oude’. Vaak komt er nog bloed uit de neus en mond. Sommige kinderen braken na de operatie (oud) bloed. Complicaties Bij iedere operatie, ook bij het verwijderen van amandelen, is er sprake van enig risico. Bij het verwijderen van amandelen bestaat het risico voornamelijk uit de mogelijkheid van een nabloeding. Een normale bloedstolling is daarom heel belangrijk bij deze ingreep. Uw kind mag dus van tevoren en ook de eerste dagen na de operatie géén medicijnen innemen die de stolling nadelig beïnvloeden. Dit zijn met name pijnstillers die acetylsalicylzuur bevatten (Aspirine, Acetosal, et cetera). Geef uw kind bij voorkeur Paracetamol. Ontslag Als alles zonder problemen is verlopen, kunt u uw kind na een aantal uur weer mee naar huis. Controleafspraak Zes weken na de operatie komt uw kind voor controle bij de KNO-arts op de polikliniek. U kunt hiervoor zelf een afspraak maken via de polikliniek KNO. Adviezen voor thuis Klachten De eerste twee dagen na de operatie kan uw kind zich nog wat ziek voelen; soms kan dit langer duren. Een lichte temperatuurverhoging tot 38.5 graden is de eerste dagen normaal. Uw kind kan de eerste dagen zwart braken en zwarte ontlasting hebben (oud bloed). Pijn Wij adviseren u om uw kind op de operatiedag ’s middags en ’s avonds een Paracetamol zetpil te geven. Daarna kunt u dit geven als dit nodig is.
Eten Geef uw kind de dag van de ingreep zachte voeding die koud is of op kamertemperatuur. In de loop van de dag mag uw kind weer normaal (ook warm) eten. Activiteiten Naar buiten en/of school Als uw kind geen koorts meer heeft, mag hij of zij de dag na de operatie naar buiten. De tweede dag na de operatie mag uw kind weer naar school. Douchen en in bad Het is verstandig de eerste drie dagen voorzichtig te zijn met baden en douchen (vooral niet te lang en te warm). Zwemmen Geadviseerd wordt om uw kind de eerste week na het verwijderen van de neusamandel niet te laten zwemmen. Vliegen Het is belangrijk om de eerste drie weken na de operatie uw kind niet te laten vliegen. Dit met betrekking tot problemen die zouden kunnen ontstaan bij een eventuele nabloeding. Problemen Vaak komt er de eerste dagen bloederig slijm uit de neus. Spuugt uw kind vers bloed of geeft het veel zwart braaksel op, neem dan direct contact op. Bij dringende problemen in de eerste 24 uur na de operatie belt u: • Overdag: Polikliniek KNO T 0348 42 73 92 • In de avonduren of in het weekend: Afdeling Spoedeisende Hulp (via de receptie) T 0348 42 79 11 U wordt dan doorverbonden. Overige vragen • Voor overige, niet dringende, vragen neemt u contact op met uw eigen huisarts of de polikliniek KNO (op werkdagen van 9.00 - 16.00 uur) T 0348 42 73 92 Tot slot Vragen Heeft u na het lezen van deze folder vragen, dan kunt u deze bespreken met uw behandelend arts of de verpleegkundige van de kinderdagbehandeling. U kunt voor en na de operatie altijd bellen. Opmerkingen over de tekst Ontbreekt er informatie in deze folder of is iets onduidelijk beschreven, dan horen wij dat graag. U kunt uw opmerkingen doorgeven aan de polikliniek KNO-heelkunde of aan de afdeling patiëntenvoorlichting, T 0348 42 76 25, E-mail:
[email protected].
Belangrijke telefoonnummers
• • • • •
Zuwe Hofpoort Ziekenhuis algemeen telefoonnummer T 0348 42 79 11 Polikliniek KNO, voor medische vragen T 0348 42 73 92 Opnameplanner, voor vragen over opname of bij verhindering T 0348 42 73 92 Kinderdagbehandeling voor overige vragen kinderdagbehandeling T 0348 42 74 73 Spoedeisende Hulp T 0348 42 72 05
Interessante websites Informatie over de behandeling staat op de website van het Zuwe Hofpoort Ziekenhuis. Kijk op www.zuwehofpoort.nl en zoek op Specialismen Keel- Neus en Oorheelkunde. U vindt daar ook links naar de websites van patiëntenorganisaties. Bronvermelding Deze folder is gebaseerd op informatie van Polikliniek Keel-, Neus en Oorheelkunde. Augustus 2014
Zuwe Hofpoort Ziekenhuis Polanerbaan 2 3447 GN Woerden T 0348 42 79 11 I www.zuwehofpoort.nl