Het verhaal van mijn leven Biografische cursus waarin buurtgenoten zich verbinden
Cursus voor Fact-cliënten en andere buurtbewoners door Ria Velema, Ann Evers-Schillhorn van Veen, casemanagers Fact Lentis en Peter de Rijk, geestelijk verzorger Lentis 1. Achtergronden, aanleidingen
2. Inleidend over de cursus - doel, werkwijze spelregels - onderzoek 3. Een goede start maken
Doel: Fact cliënten versterken door hen de mogelijkheid te bieden om anders naar hun leven te kijken en betekenisvolle contacten in de eigen woonomgeving te maken
1. Kennismaken en uitleg over de cursus, het verhaal van mijn naam 2. Geboortegrond: waar kom ik vandaan? 3. Lijnen in mijn levensverhaal 4. Speciale momenten, overgangen 5. Kwaliteiten en valkuilen
6. Dromen en verlangens 7. Waar wil ik heen: plannen en stappen voor het vervolg 8. Afsluiting en evaluatie
Elke bijeenkomst duurt 2 uur en heeft een vast programma: - binnenkomen, koffie/thee - welkom - opening met muziek, een verhaal of gedicht - inleiding thema - verwerking: gesprek, creatieve werkvormen - afsluiting - muziek Aantal deelnemers: starten met minimaal zes deelnemers
1.Starten Verwelkomen, koffie/thee, cursusboek Voorstellen cursusleiders Info en uitleg over doel en werkwijze cursus: - doel - zelf aan het werk - spelregels - opnieuw: doel, nu in eigen woorden deelnemer Deelnemers stellen zich later voor
1. Doel: de hoofddoelstelling van de cursus ‘het verhaal van mijn leven’ is het maken van een verhaal van jouw leven waarin uiteenlopende ervaringen hun plaats hebben en dat openstaat voor nieuwe ervaringen. Belangrijke kenmerken van zo’n verhaal zijn: - jij bent de hoofdpersoon en in wat er gebeurt heb je zelf een hand, je bent geen slachtoffer
Feiten zijn een illusie. Want elk feit maakt deel uit van een verhaal en is doordrenkt met verbeelding. Thomas Moore (2001)
- het verhaal houdt rekening met jouw vermogens en grenzen - het verhaal ademt een sfeer van aanvaarding - het verhaal bevat zinvolle doelen - het verhaal straalt het vertrouwen uit dat je in staat bent om die doelen te verwezenlijken
2. Zelf aan het werk: de cursus maakt gebruik van verschillende werkvormen. Het belangrijkste is dat je zelf aan het werk bent. Verhalen ophalen, zoeken naar openingen in dat verhaal of alternatieve verhalen, luisteren naar wat anderen je aanreiken en daarmee aan de slag. werkvormen: - informatie - lezen en bespreken van verhalen en gedichten - je eigen verhalen vertellen (en eventueel opschrijven) - creatieve verwerking
3. Spelregels: de cursus gebeurt in een vrije ruimte, dat betekent: - de verhalen worden in vertrouwen verteld - er zijn geen goede of verkeerde verhalen - er is wel verschil in de manier waarop je omgaat met je verhalen: de cursusleiders en de andere cursisten kunnen je bijvoorbeeld vragen of je bepaalde zaken in je verhaal ook anders kunt bekijken of dat je een manier kunt bedenken om het verhaal anders te vertellen. - jij bent zelf als eerste verantwoordelijk voor het bewaken van je grenzen. Merk je bijvoorbeeld dat je het moeilijk vindt om iets te vertellen of te horen, bedenk dan dat het niet zonder moeite kan. Merk je dan dat het voor jou op dat moment te veel is, meld dat en overleg met de docent wat de beste manier is om hiermee om te gaan.
4. Opnieuw: doel, maar nu in jouw woorden:
Je bent gaan deelnemen aan deze cursus omdat e er iets van verwacht of er iets mee wil bereiken. Hieronder kun je opschrijven wat jij wilt bereiken met cursusdeelname. Schrijf daarbij ook op hoe je straks kunt nagaan of je dat hebt bereikt. (Met andere woorden: wat zijn voor jou de criteria om te kunnen beoordelen of je jouw doel hebt bereikt.)
…………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………
…………………………………………………………………………
Voorstellen - Valkuilen omzeilen - Duidelijk verband met doel en inhoud cursus - Eerste verkenning - Eerst individueel - Vervolgens in tweetallen - Om tenslotte elkaar voor te stellen
Starten: Kennismaken Kennismaken: Het verhaal van de naam: In deze bijeenkomst starten we de verkenning van de verhalen waarin je leeft bij de naam of namen die je aan het begin hebt gekregen. Welk verhalen zijn er verbonden met jouw naam? Wat kun jij over de naam vertellen en wat vertelt de naam over jou? Je eigen naamkaartje maken met teken, schilder en ander knutselmateriaal
Oefening met namen, in tweetallen aan de hand van de volgende vragen: - ben je vernoemd? - wat betekent je naam? - draag je je naam met plezier? - is je naam veranderd door jezelf of door anderen? - hoe wordt je het liefste genoemd? - heb je verschillende namen, bijvoorbeeld voor wie je het meest nabij zijn? - heb je een koosnaam of troetelnaam? Daarna elkaar presenteren in de groep.
-
-
Afsluiten: Samenvatten: wat hebben we vandaag gedaan als eerste stap in het beschrijven van het verhaal van je leven Aanduiding volgende stap: onderwerp volgende bijeenkomst Huiswerk: iets lezen, opzoeken, maken, vragen proberen te beantwoorden Beantwoorden onderzoeksvraag: wat neem je mee uit deze bijeenkomst Muziek
- hoe vond je het om over je naam na te denken en te vertellen? …………………………………………………………… ………………………………………………… - heb je iets nieuws geleerd over jezelf of heb je iets onder het stof vandaan gehaald? …………………………………………………………… ………………………………………………… - wat heb je geleerd van wat anderen vertelden over hun namen? …………………………………………………………… …………………………………………………
Onderzoek: - Rondom de cursus wordt onderzoek gedaan om de resultaten van de cursus goed voor ogen te krijgen en om de cursus te verbeteren. - Vorm die past bij doel en aanpak cursus: o Learner reports o Voor- en nameting: zelf beoordeling van aspecten dagelijks leven - Onderzoek bestaat uit twee onderdelen: o Learner report: een formulier waarop de deelnemer na iedere bijeenkomst in enkele woorden of zinnen kan noteren wat zij/hij meeneemt uit de bijeenkomst o Een lijst met negen items waarin aspecten van het dagelijks leven worden genoemd. De deelnemers kunnen door een rapportcijfer (110) uitdrukken hoe (on)tevreden ze over dat aspect van hun leven zijn (bijvoorbeeld: wonen, contacten, acceptatie, toekomst)