Het grote Photojitsu.nl Photoshop handboek
Written by Maarten Jelle Kuiper
CEO of Photojitsu.nl
All rights reserved
Versie 25-10-2015
1.
Standaard bewerkingen in Photoshop (raw editor) ................................................................. 4
3.
Selective Colour ........................................................................................................................... 17
2.
4.
Selective vignetting ..................................................................................................................... 12 3.1 De accurate methode ................................................................................................................ 17
3.2 De snelle methode ..................................................................................................................... 21
5. 6. 7. 8. 9.
10. 11. 12. 13.
Lichtstralen of zogenaamde Godrays ...................................................................................... 25 Rookeffecten................................................................................................................................. 39
High Dynamic Range ................................................................................................................. 46 Sepia en andere kleurenfilters ................................................................................................... 52
Horizon rechtzetten .................................................................................................................... 58 Het Orton effect ........................................................................................................................... 62 Je eigen logo creëren en gebruiken ....................................................................................... 69 Kleurwisseling (grote seizoensverandering)....................................................................... 77 Sprekende ogen bij portretfotografie ................................................................................... 83
Het wegwerken van wallen bij portretfotografie ............................................................... 87
2
Voorwoord
Photoshop. Veel fotografen kunnen niet meer zonder. In het dagelijks leven kom je overal bewerkte fotografie tegen. In alle gedrukte media (met uitzondering van de krant)wordt wel een vorm van
bewerking toe gepast. Foto’s die genomen zijn met een digitale reflexcamera missen nu eenmaal wat scherpte en kleurverzadiging.
Voor de beginnende fotograaf kan een programma als Photoshop nogal overdonderend zijn. Met deze
handleiding heb ik getracht om bepaalde effecten stapsgewijs toegankelijk te maken. Ook ik weet niet álle ins en outs van dit zeer uitgebreide programma en de effecten die ik hier beschrijf zijn vanuit mijn eigen ervaring uiteen gezet. De handleiding beschrijft een aantal basis aanpassingen in Photoshop CC en een aantal geavanceerde technieken die je foto nét dat beetje extra kunnen geven.
Als ik een boek over Photoshop lees komt dit meestal neer op een hoop technische praat en weinig
praktische voorbeelden. Met deze handleiding wil ik dit veranderen. Ik beschrijf niet overal precies welk
principe er achter welke techniek zit. Wat ik wel beschrijf is welke knoppen er ingedrukt moeten worden om een bepaald effect te verkrijgen.
Het is vooral belangrijk om te leren experimenteren. Leren door te doen. Wees niet bang om eens een
icoontje aan te klikken en te kijken wat er gebeurd. Photoshop is non-destructief, wat wil zeggen dat de originele foto (mits geschoten in RAW) nooit verloren gaat.
Deze handleiding zal regelmatig worden geüpdatet met nieuwe technieken. Ik ben ook nog lang niet uitgeleerd en elke keer als ik iets verzin/ontdek/leer van anderen zal dit worden opgenomen in deze handleiding.
Mochten er onderwerpen missen is het mogelijk om mij een email te sturen (
[email protected]). Ik zal er dan zo snel mogelijk voor zorgen dat het onderwerp wordt toegevoegd (mits ik over de vaardigheden beschik om dit te doen).
Ik hoop dat een grote groep mensen geholpen worden door deze handleiding. Deze handleiding is
gebaseerd op Photoshop CC, maar het grootste gedeelte van de bewerkingen zijn ook goed mogelijk in oudere versies.
3
1. Standaard bewerkingen in Photoshop (Raw editor)
Het gebruik van RAW heeft als grote voordeel dat er achteraf makkelijk aanpassingen gedaan kunnen worden ( http://photojitsunl.blogspot.nl/2015/05/raw-vs-jpeg.html ). De foto’s van een digitale camera
missen altijd wat scherpte, kleur en contrast. Ook kan er bij hoge ISO waardes ruis optreden in de foto’s.
Deze paragraaf geeft een korte uitleg over het gebruik van de ingebouwde RAW editor van Photoshop. De RAW editor opent zich zodra een RAW file wordt geopend met Photoshop. De makkelijkste manier om te
leren werken met de RAW editor is door het te doen. Wees niet bang dat je je bronmateriaal kwijt raakt, het
originele RAW bestand zal nooit overschreven worden. Klik op File -> Openen en zoek de foto die geopend moet worden.
Nu opent automatisch de RAW editor van Photoshop. Het begin scherm is de “standaard” bewerking.
4
De icoontjes boven de schuifbalkjes geven de verschillende mogelijkheden weer die de RAW editor biedt.
In het beginscherm “standaard” kunnen basic bewerkingen uitgevoerd worden zoals belichting, contrast, lokaal contrast, kleurverzadiging, kleurtemperatuur etc. LET OP: het te rigoureus aanpassen van deze parameters kan de kwaliteit van de foto verminderen!
5
Het tweede tabblad is de kleurtintcurve. Deze curve geeft de intensiteit van de hooglichten en de schaduwen weer.
Het derde tabblad geeft de optie tot verscherpen. Foto’s met weinig ruis kunnen beter verscherpt worden dan foto’s met ruis. LET OP: het verscherpen van foto’s leidt altijd tot meer ruis in de foto!
6
Onder verscherpen staat ruisreductie. Deze optie kan worden gebruikt om eventuele aanwezige ruis uit de foto te halen. Let er echter op dat het verwijderen van ruis gepaard gaat met het verwijderen van detail.
Het vierde tabblad geeft de optie tot de zogenaamde KVL parameters. KVL staat voor Kleurtoon,
Verzadiging en Luminantie. Deze opties geven de mogelijkheid om elke kleur apart aan te passen.
7
Tevens geeft dit tabblad de optie tot het omzetten naar zwart-wit. Als de foto wordt omgezet naar zwart wit kunnen de schuifjes worden gebruikt om het contrast in de foto te vergroten of te verkleinen.
Het 4e tabblad kan worden gebruikt om de hooglichten en schaduwen van een aparte kleurtoon te voorzien en hier kan tevens de balans tussen de hooglichten en schaduwen worden aangepast.
8
Het 5e tabblad beslaat de lenscorrectie. Veel lenzen hebben een afwijking in kleur, vignetting (de donkere
randen van de foto), vervorming etc. Dit gaat vooral op voor groothoeklenzen. Photoshop heeft een groot aantal ingebouwde correctie profielen.
Zoals te zien is op onderstaande foto is deze gemaakt met een groothoek lens. Photoshop heeft de
vignetting en vervorming uit de foto gehaald. Als de vignetting of vervorming gewenst is kan deze worden aangepast in dit scherm.
9
Het 6e tabblad beschrijft wat effecten die verwerkt zitten in de RAW editor.
Als je klaar bent met het aanpassen van de RAW foto druk je op Afbeelding openen.
10
De RAW foto zal nooit overschreven worden. Met andere woorden, je originele beeld raak je nooit kwijt.
Photoshop zal een zogenaamd XMP bestand maken. Het XMP bestand is een soort overlay voor de RAW
foto. De volgende keer dat je deze RAW foto opent, zal de bewerking er nog steeds in staan. Als je de XMP verwijderd, zal de RAW foto openen zoals hij oorspronkelijk was.
11
2. Selective vignetting
Selective vignetting is een manier om het hoofdonderwerp meer aandacht te geven. Vignetting zijn
normaliter de donkere hoeken in de foto’s, veroorzaakt door de lens. Om selectieve vignetting toe te passen open je de foto waar je het op toe wilt passen.
Zoals gezien kan worden zijn delen van de foto overbelicht. Het doel is om de aandacht op de naald te vestigen. Dit doen we met een laag. Om dit te doen, klikken we rechtsonder op “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken”.
12
Selecteer vervolgens “Curven”.
Nu opent een venster.
13
Sleep het vierkantje van rechtsboven naar rechts beneden en stop ongeveer op drie kwart. De foto die geopend is is nu stukken donkerder geworden.
Met een penseel is het mogelijk om de aanpassingslaag weg te “gummen”. Selecteer penseel aan de linker kant van het scherm.
14
Selecteer het ronde zachte penseel en zet de hardheid op 0. Selecteer een goede grootte.
Zorg ervoor dat de voorgrond kleur op zwart staat.
Nu kan de aanpassingslaag worden weggegumd. Mocht er teveel worden weggegumd moet de voorgrondkleur op wit gezet worden, daarmee kan de laag hersteld worden.
15
Poets nu weg wat niet donker hoeft te blijven.
Samenvatting: -
Open de gewenste foto
-
Selecteer curven
-
Klik rechtsonder op opvullaag of aanpassingslaag maken Sleep het vierkantje rechtsboven naar beneden (verder is donkerder)
Gebruik een zacht rond penseel om de laag weg te gummen waar dat gewenst is
Een zwarte voorgrondkleur betekent laag weggummen, een witte voorgrondkleur betekent laag herstellen
16
3. Selective Colour
Er zijn vele manieren om gebruik te maken van selective colours. De ene is langzaam maar zeer accuraat, de ander is snel maar minder accuraat. Er worden hier twee methoden beschreven, eerst een langzame doch accurate methode en vervolgens een snelle doch ruwe methode.
De methode die gebruikt kan worden hangt af van de foto. De snelle methode maakt gebruik van de
“snelle selectie tool” van Photoshop. Deze tool maakt gebruik van contrast verschillen tussen vlakken in de foto. Op deze manier kan Photoshop een onderwerp selecteren zonder de achtergrond mee te nemen.
Echter werkt dit alleen op foto’s waarvan het contrast tussen hoofdonderwerp en achtergrond groot genoeg is. In het eerste voorbeeld is dit niet het geval en zal de langzamere methode gebruikt moeten worden. In het tweede voorbeeld is er een foto gebruikt waarbij het hoofdonderwerp en de achtergrond voldoende contrast hebben voor de snelle selectie tool.
3.1 De accurate methode
Deze methode wordt gebruikt als het contrast tussen het hoofdonderwerp en de achtergrond niet groot
genoeg is om de snelle selectie tool te gebruiken. Het meisje in de foto heeft donkere kleding aan en staat tegen een donkere achtergrond. In deze situatie wordt dus gekozen voor de accurate methode.
Open de foto die bewerkt moet worden en ga rechtsonder naar “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken” en selecteer zwart wit.
17
Photoshop zal nu een zwart-wit laag over het origineel heen leggen. Er opent zich nu een venster waar de individuele kleuren kunnen worden aangepast. Met de sliders is het mogelijk om de kleurtinten wat donkerder of lichter te maken. Om dit scherm weg te krijgen wordt het icoontje met twee pijltjes aangeklikt.
18
Nu is het mogelijk, net als bij selective vignetting, de laag weg te gummen. Selecteer hiervoor het penseel.
Zorg ervoor dat, bovenin het scherm, de zachte ronde penseel geselecteerd is. Zet de hardheid op 0 en pas de grootte aan die nodig is.
19
Zorg ervoor dat de voorgrondkleur is ingesteld op zwart.
Het is nu mogelijk om het penseel te gebruiken om de laag weg te gummen.
Let op: om de laag weg te gummen dient aan de RECHTER kant van het scherm de laag zwart-wit te zijn geselecteerd.
Gum nu alles weg wat kleur moet behouden. Pas de grootte van het penseel aan aan de toepassing. Tip: Als het lastig wordt om binnen de lijnen te gummen, zoom dan in tot 100%.
20
3.2 De snelle methode Deze methode wordt gebruikt als het contrast tussen het hoofdonderwerp en de achtergrond groot genoeg is om de snelle selectie tool te gebruiken. De klaproos heeft een duidelijk afstekende kleur (fel rood) ten
opzichte van de achtergrond (donker groen). In deze situatie wordt dus gekozen voor de snelle methode. Open de foto die bewerkt moet worden. Selecteer de snelle selectie tool.
Gebruik de snelle selectie tool om het onderwerp te selecteren wat in kleur moet blijven. De stippellijntjes geven aan wat er geselecteerd is.
21
Vervolgens moet de selectie worden omgekeerd. Doe die door met de rechter muisknop op het onderwerp te klikken en “selectie omkeren” te selecteren.
De selectie zal nu de gehele foto omvatten, met als uitzondering het onderwerp wat in kleur moet blijven.
22
Selecteer vervolgens, rechts onderin, nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken.
In de lijst die nu verschijnt, selecteer zwart-wit.
23
Photoshop zal nu alles wat geselecteerd is zwart-wit maken. Des te nauwkeuriger geselecteerd wordt, des te nauwkeuriger de omzetting.
Een combinatie van beide technieken is ook mogelijk. Begin met de snelle methode en gebruik vervolgens een penseel om de zwart-wit laag te herstellen/weg te gummen. Samenvatting: -
De accurate methode o
Open de foto
o
Selecteer zwart-wit
o o o -
Selecteer aanpassingslaag Gebruik een zacht rond penseel, hardheid 0, om de aanpassingslaag weg te gummen Een zwarte voorgrondkleur betekent laag weggummen, een witte voorgrondkleur betekent laag herstellen
De snelle methode o
Open de foto
o
Selecteer wat je in kleur wilt houden
o o o o
Selecteer de snelselectie tool Keer de selectie om
Selecteer aanpassingslaag Selecteer zwart-wit
24
4. Lichtstralen of zogenaamde Godrays
Voor sommige foto’s kan het wenselijk zijn om lichtstralen of zogenaamde godrays toe te voegen.
Iedereen kent wel de foto’s met prachtige lichtstralen door de bomen in het bos. Helaas zijn die lichtstralen er niet altijd. Gelukkig zijn ze met Photoshop prima na te maken. Open de foto die bewerkt moet worden.
Klik met de rechtermuisknop op de laag “achtergrond” aan de rechter kan van het scherm en selecteer laag dupliceren (of druk op ctrl+j).
25
Klik vervolgens op ok.
Er is nu een kopie gemaakt van de achtergrond, als het goed is staat deze ook aan de rechterkant van het scherm.
26
Klik bovenin op afbeelding, aanpassingen, niveaus.
Pak het middelste puntje (de zogenaamde grey slider) en sleep deze helemaal naar rechts.
27
Wat overblijft is het lichte deel van de foto, oftewel de lichtbron (in dit geval de zon).
Klik nu bovenin het scherm op Filter, Vervagen, Radiaal vaag.
28
Het volgende scherm opent. Zorg ervoor dat Hoevlh op 100 staat, methode op Zoomen en kwaliteit op best.
In het vakje aan de rechterkant zie je twee lijnen die het vlak verdelen. Het puntje in het midden kan verschoven worden om overeen te komen met de lichtbron (de zon in dit geval).
29
Sleep het puntje met je muis naar het punt in de foto waar de lichtbron zich bevind. Des te nauwkeuriger dit gebeurd, des te realistischer het resultaat.
Klik vervolgens op OK. Photoshop gaat nu de radiaal vaag toepassen. Herhaal dit een aantal keer om
zachtere stralen te krijgen door op ctrl+f te drukken (als je op Filter klikt staat de hele actie al bovenaan).
30
Zet de blending van normaal op “Bleken”.
Nu valt de achtergrond kopie mooi over de achtergrond heen en worden de lichtstralen zichtbaar. Maar we zijn er nog niet.
Om de stralen wat intensiever te maken moeten we terug naar het Niveau scherm.
31
Klik op Afbeelding, Aanpassingen, Niveaus. Dit is het scherm waar we net de lichtbron hebben geïdentificeerd door de middelste punt naar rechts te schuiven.
Als we nu de meest rechter punt naar links verschuiven zullen de lichtstralen, of zogenaamde Godrays, intenser worden.
32
Schuif de slider dusver dat het gewenste effect bereikt wordt. Voor deze foto werken felle stralen prima.
We gaan nu alleen nog iets doen aan de kleur van de stralen. Klik op het oogje naast “achtergrond” aan de rechterkant van het scherm. Dit betekent dat de originele laag niet zichtbaar is.
Ga rechtsonder naar “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag” en selecteer Kleurtoon/Verzadiging.
33
In het venster wat opent, selecteer Vullen met kleur door op het hokje ervoor te klikken.
34
Gebruik nu de sliders om de gewenste kleur voor de zonnestralen te krijgen. Dit is een nazomerse foto dus gelig licht is gewenst.
Wat we nu moeten doen is de kleurtoon laag samenvoegen met de achtergrond kopie en er voor zorgen dat deze NIET samen gaat met de originele laag “achtergrond”. Gelukkig hebben we de “achtergrond”
uitgezet. Klik met de rechtermuisknop op de laag Kleurtoon/Verzadiging 1 aan de rechterkant van het scherm. Selecteer vervolgens “verenigen zichtbaar”. Photoshop zal nu alle lagen samenvoegen die een oogje voor de laag hebben staan.
35
Selecteer vervolgens Bleken in de Blending opties (er staat nu weer Normaal).
Zet vervolgens de originele achtergrond weer aan door op het hokje te klikken. Er zal nu weer een oogje verschijnen, wat betekent dat de laag zichtbaar is.
We hebben nu mooie gouden zonnestralen gecreëerd. Echter kan het zijn dat je bepaalde delen van de foto niet met stralen wilt zien.
36
Om dit voor elkaar te krijgen kunnen het gummetje gebruiken. Selecteer het gummetje aan de linker kan
van het scherm en selecteer de gewenste dekking. Des te hoger dit getal, des te harder de gum gumt. Als je dus de stralen wel wilt blijven zien maar niet zo duidelijk (zoals in dit geval boven de zon) selecteer je dus een laag getal. Vergeet niet dat je met CTRL+ALT+Z altijd een stap terug kunt.
Om alles netjes af te werken zou je nu met het gummetje de bomen die voor ze zon staan moeten uitgummen omdat het licht daar natuurlijk niet overheen valt.
37
Samenvatting: - Open de foto
- Dupliceer de achtergrond (ctrl+j)
- Klik Afbeelding, Aanpassingen, Niveaus
- Sleep het middelste punt helemaal naar rechts - Klik op Filter, vervagen, radiaal vaag
- Zet de methode op Zoomen, 100% en beste kwaliteit
- Verplaats het middelpunt van het vlak naar waar de lichtbron zich op de foto bevindt - Druk op OK, druk vervolgens op CTRL+F om het nog een keer te doen - Ga weer naar Afbeelding, aanpassingen, Niveaus
- Sleep nu het meest rechterpuntje naar links, zover dat de stralen intensief genoeg zijn - Verberg de achtergrond
- Ga naar nieuwe opvullaag of aanpassingslaag - Kies kleurtoon/verzadiging
- Kies vullen met kleur en selecteer de gewenste kleur
- Klik met rechtermuisknop op de achtergondkopie en selecteer “verenigen zichtbaar”.
- Haal vervolgens de achtergrond weer tevoorschijn door op het vakje naast de laag te klikken. - Gebruik de gum tool om de vlakken weg te gummen waar je geen straling wilt.
38
5. Rookeffecten
Het creëren van rookeffecten in CS6 is vrij lastig. Het lijkt eigenlijk niets anders dan het uitvegen van witte vormen, echter zal de praktijk uitwijzen dat het niet zo eenvoudig is als dat het lijkt. Open de foto die je van mist/rook wilt voorzien.
Selecteer het gereedschap “Vormen” en kies het ovaal.
39
Zorg ervoor dat de voorgrondkleur op wit staat ingesteld.
Trek nu een aantal vormen op de foto. Zorg ervoor dat de vormen niet buiten de foto vallen. Zo voorkom je harde randen in aan de zijkanten van de rook.
40
Zet de achtergrond laag uit door op het oogicoontje te klikken.
Verenig de vormen door met de rechtermuisknop op een van de vormen te klikken. Selecteer vervolgens “verenigen zichtbaar”.
41
Klik boven in het beeld op Filter, vervagen en vervolgens op Gaussiaans vervagen.
Stel de gewenste hoeveelheid pixels in. Des te meer pixels, des te waziger de vormen worden. Als je echter teveel pixels instelt zal de vorm onzichtbaar worden.
42
Zodra je het juiste aantal pixels hebt geselecteerd klik je weer op Filter, Uitvloeien.
Er opent zich nu een venster waar je dit filter kunt toepassen. Dit filter maakt de pixels als het ware
vloeibaar. Stel de penseeldruk niet te hoog in. Veeg nu met de cursor door de vormen. Hoe je de vormen precies moet vervormen ligt helemaal aan jouw eigen smaak. Dit vergt veel oefening!
Als je de desgewenste vormen hebt bereikt klik je op OK. De computer zal nu het uitvloeien toepassen.
43
Nu zijn we klaar om de achtergrond laag weer aan te zetten en het effect van de laag te bekijken.
Voor het toevoegen van meer rook klik je met de rechtermuisknop op de laag Ovaal en selecteer je laag dupliceren. Nu krijg je een kopie van de rook die je vrij kunt verplaatsen.
Dit is een erg lastige techniek die veel oefening vergt. Probeer het meerdere malen te doen!
44
Als alles gaat zoals je wilt heb je mooie rook effecten gecreëerd in je foto. Lukt het niet direct, probeer het dan gewoon nog een keer!
Samenvatting:
-
Open de foto die bewerkt moet worden
-
Selecteer Filter, vervagen, Gaussiaans vervagen
Selecteer de vorm tool, gebruik een ovaal Trek een aantal vormen over de foto Verberg de achtergrond
Voeg de vormen samen door met de rechte muisknop erop te klikken en “verenig zichtbaar” te selecteren
Selecteer Filter, uitvloeien
Haal de achtergrond laag weer tevoorschijn door op het vakje naast de laag te klikken.
45
6. High Dynamic Range
HDR (High Dynamic Range) is een techniek die gebruikt kan worden in situaties waar grote contrasten
bestaan. Denk hierbij aan bijvoorbeeld een zonsondergang of fel licht met harde schaduwen. De camera
kan in deze situaties onmogelijk details vastleggen die het oog wel kan zien. Bij HDR maak je minimaal 3 foto’s van hetzelfde onderwerp (5 , 7 of 9 is ook mogelijk). Een foto is normaal, een overbelicht en een
onderbelicht. Met speciale software is met mogelijk om deze drie foto’s samen te voegen tot één beeld. De normale foto geld als de basis, de onderbelichte foto wordt gebruikt om de lichte delen uit te halen, de
overbelichte foto wordt gebruikt om de donkere delen uit te halen. HDR is ook mogelijk met Photoshop.
Bovenstaande foto geeft een situatie waarin HDR prima bruikbaar is. Tijdens een wandeling zag ik deze prachtige lucht. Mooie gouden randen, schitterende witte golven en een hel blauwe lucht over groene
grasvelden. Het samenspel tussen donkere en lichte kleuren was schitterend, maar helaas wist mijn camera zich geen raad met het tafereel. Van deze plaat gaan we een HDR maken.
46
Open Photoshop CS6 en ga naar Bestand, Automatisch, Samenvoegen tot HDR Pro.
Klik op bladeren om foto’s toe te voegen.
47
Selecteer de foto’s die je toe wilt voegen (als je CTRL ingedrukt houd kan je meerdere individuele foto’s selecteren).
Klik vervolgens op Openen en daarna op OK. Photoshop zal nu een HDR foto maken van de foto’s die zijn ingevoerd. Zoals te zien is op onderstaande foto ziet het geheel er nogal flets uit. De sliders aan de linkerkant gaan daar verandering in brengen.
De makkelijkste manier om te leren welke slider wat doet is door het gewoon te proberen. Schuif de sliders totdat je het beeld hebt gekregen wat je wilde hebben zonder je druk te maken om het contrast.
48
Nu hebben we een HDR foto gemaakt met Photoshop, maar hij oogt nog steeds niet helemaal zoals het tafereel deed. Dit komt vaak omdat het contrast niet helemaal klopt.
Om dit recht te zetten selecteren we “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag” rechts onderin het scherm. Vervolgens selecteren we curven.
49
In het schermpje wat opent staan drie pipetjes. De bovenste is voor zwart. Klik op dit pipetje en selecteer in je foto het meest zwarte punt. Photoshop zal de foto nu aanpassen zodat het punt waarop je gelikt hebt zwart is.
Doe hetzelfde voor grijs.
50
Doe hetzelfde voor wit.
Het enige wat nu nog rest is het samenvoegen van de curven laag en de achtergrond laag. Om dit te doen klik je met je rechtermuisknop op de curven laag en kies je “een laag maken”.
De HDR foto is nu klaar. Er zijn betere programma’s voor HDR foto’s (zoals Photomatix), maar in
Photoshop is het zeker haalbaar. HDR is niet voor iedereen weggelegd. Voor meer voorbeelden is google een goede start.
51
7. Sepia en andere kleurenfilters
Soms is het wenselijk om een kleuren filter over een foto heen te leggen. Het is mogelijk om een kleuren filter op je lens te schroeven, echter kunnen de meeste filters achteraf met Photoshop worden toegepast.
Open de foto die bewerkt moet worden. Zorg ervoor dat het een kleurenfoto’s is. Als de foto in zwart wit is is het niet mogelijk om een kleurenfilter toe te voegen.
Klik rechtsonder op “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken” en selecteer Fotofilter.
Selecteer nu een geschikt filter, experimenteer met zoveel mogelijk verschillende filters!
52
Verschillende kleuren hebben verschillende effecten op de foto. Experimenteren is dus een must.
Het kan ook zijn dat je toch graag een zwart wit foto wilt met een sepia gloed, of juist een warme kleur. Ik heb net beschreven dat deze filters alleen werken als de foto in kleur is geopend. Gelukkig bestaat er ook een zwart-wit laag.
53
Ga terug naar de foto die je zwart-wit-sepia wilt hebben en selecteer wederom “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken” en selecteer zwart-wit.
Photoshop zal nu een zwart-wit laag over de foto heen leggen zonder de onderliggende kleurdata te
verwijderen. Nu is het wel mogelijk om kleuren filters toe te passen! Selecteer wederom “nieuwe opvullaag of aanpassingslaag maken” en klik op fotofilter.
Alle kleurenfilters zullen nu ook op de zwart-wit foto werken. 54
Experimenteer met verschillende kleuren en instellingen.
55
De dichtheid van het filter bepaald hoe sterk het effect is op de foto.
56
Het enige wat we nu nog hoeven te doen is alles samenvoegen. Klik hiervoor met de rechtermuisknop op de laag fotofilter aan de rechterkant van het scherm en selecteer Een laag maken.
De foto is nu klaar. Samenvatting:
-
Open de foto in kleur
Selecteer nieuwe aanpassingslaag en vervolgens fotofilter Stel de kleur in en de dichtheid
Als de foto zwart-moet zijn selecteer je eerst een nieuwe aanpassingslaag Selecteer zwart-wit
Ga vervolgens verder met het selecteren van de fotofilter en de instellingen
57
8. Horizon rechtzetten Het overkomt de beste fotografen. Je staat voor een prachtige zonsondergang, het licht is goed, de
omgeving is prachtig en je weet dit wordt die ene foto. Je klikt, gaat vol genoegen naar huis en komt
erachter dat de horizon scheef is. Dit is natuurlijk onacceptabel. Gelukkig kunnen we met Photoshop de horizon weer rechtzetten.
Open de foto met de scheve horizon. Selecteer Open File en open het bestand waar je de horizon van recht wil zetten.
Pas de foto aan in de RAW converter naar de gewenste instellingen
58
Selecteer aan de linker kant van je scherm de “crop” tool en selecteer bovenin het scherm “straighten” of “rechtzetten”.
Trek een lijn over de horizon. Zorg ervoor dat de lijn goed over de horizon loopt.
59
Photoshop zal nu zelf berekenen hoeveel graden de foto moet worden gedraaid. Tevens zal Photoshop zelf een gepaste cropbox toevoegen aan de foto.
Als je het eens bent met de selectie van Photoshop klik je met de rechtermuisknop op de foto en selecteer je “Crop”. Photoshop zal nu de foto aanpassen.
60
De foto is nu recht en klaar om verder bewerkt te worden. Samenvatting: -
Open de foto
-
Trek een lijn over de horizon
-
Selecteer de crop tool
Klik met de rechtermuisknop op de foto en selecteer “Crop”
61
9. Het Orton effect Het Orton effect is een effect dat gebruikt wordt om een foto een dromerige sfeer mee te geven door licht
en onderwerp een illusie van soft focus (wat ontstaat als het onderwerp nét niet goed scherp gesteld is) te geven terwijl het detail van de scherpe foto gehandhaafd blijft. Het creëren van het Orton effect is vrij eenvoudig.
Open een foto waar je het Orton effect op wilt toepassen. Landschappen en portretten doen het doorgaans goed.
Klik met de rechter muisknop op de achtergrond laag en selecteer “Laag dupliceren”. Je kan hiervoor ook op Ctrl+j drukken.
62
In dit scherm kan je de laag een naam geven. Aangezien we niet meer dan één laag maken is het niet noodzakelijk om deze goed te labelen. Klik vervolgens op OK.
63
Selecteer nu aan de rechterkant de achtergrond kopie. Selecteer nu Filter -> vervagen -> Gaussiaans vervagen.
Dit roept het filterscherm op. Op dit scherm kan je de “straal” aangeven. Des te hoger deze straal, des te
groter het vervagings effect. Des te hoger de straal des te sterker ook het Orton effect. Pas op dat je de straal niet zo hoog zet dat de objecten in de foto niet meer herkenbaar zijn. Als de straal te hoog staat verlies je het Orton effect.
Selecteer vervolgens in de laag opties (staat op Normaal) voor de optie bedekken of zacht licht. 64
Photoshop zal nu de twee foto’s op elkaar leggen.
Zoals nu gezien kan worden zijn de kleuren wat oververzadigd en is de foto een stuk donkerder geworden.
65
Om dit aan te passen kan de optie “Dekking” worden aangepast. Experimenteer met deze optie. Deze optie zorgt voor de “doorzichtigheid” van de bovenste laag.
Als je tevreden bent over het resultaat klik je met de rechter muisknop op de achtergrond laag en selecteer je één laag maken.
Het Orton effect is nu toegepast. De foto heeft een wat dromerige uitstraling en de kleuren zijn feller. In de
modelfotografie wordt deze truck vaak toegepast om de huid van modellen zachter te doen lijken. Mocht je de kleuren te fel vinden, kan je gebruik maken van de aanpassingslaag “levendigheid”.
66
Voor
Na
67
Samenvatting: -
Open de foto
-
Selecteer Filter -> Vervagen -> Gaussiaans vervagen
-
Dupliceer de achtergrond laag (Ctrl+j)
Selecteer de gewenste straal en druk op OK
Selecteer bij laag opties (staat nu Normaal) de optie “Bedekken” Varieer “Dekking” totdat het gewenste effect bereikt is
Selecteer de hoofdlaag en klik met de rechtermuisknop Selecteer nu één laag maken De foto is nu klaar
68
10. Je eigen logo creëren en gebruiken
Het creëren en gebruiken van je eigen logo kan heel eenvoudig met Photoshop. Om dit te bewerkstelligen gaan we een eigen Penseel aanmaken.
Open een nieuw document door op File -> Nieuw te klikken.
In principe maakt het niet uit hoe groot je het canvas maakt, het belangrijkste is dat de achtergrond op transparant staat. Klik vervolgens op OK.
69
Dit is het canvas waarop het logo gecreëerd wordt. Natuurlijk is een logo heel persoonlijk. In dit voorbeeld wordt het photojitsu.nl logo opnieuw gecreëerd. Doe hier je eigen ding.
Als je tekst in je logo hebt (zoals ik) dien je deze om te zetten naar pixels voordat je er op kunt tekenen. Dit doe je door met een penseel op de letters te klikken vervolgens op OK te klikken.
70
De handtekenging heb ik gecreëerd met een standaard penseel en een tekentablet. Als je klaar bent met het creëren van het logo klik je op “Bewerken -> Voorinstellingen penseel definiëren”.
Geef het penseel nu een naam en klik op OK.
71
Selecteer nu het Penseel aan de linker kant. Ga naar het penseelscherm en scroll naar beneden. Het penseel wat je gemaakt hebt staat altijd helemaal rechts onderaan (achter aan de rij).
Nu ben je klaar om het logo toe te passen op een foto. Om dit te doen open je een foto waar je het logo op wilt plaatsen.
72
Om te voorkomen dat de foto niet permanent een logo heeft (wellicht dat je het logo later eens wilt
veranderen of weg wilt halen) is het verstandig om een nieuwe laag te maken. Tevens kunnen we het logo
dan voorzien van wat schaduw en gloed als dat gewenst is. Selecteer rechts onder “nieuwe laag maken” of create new layer.
Selecteer het penseel en de grootte. De voorgrondkleur bepaald de kleur van het logo zoals deze op de foto komt.
73
In dit geval is er gekozen voor zwart. Maar je bent natuurlijk vrij om hier zelf voor te kiezen. Zoek een mooie plaats op de foto en klik op de linker muisknop.
Het logo zal nu op de foto staan. Het logo is nu echter niet goed zichtbaar. Omdat kleuren in foto’s vaak
veranderen en het logo vaak dezelfde plek heeft, is het verstandig om wat slagschaduw toe te voegen. Om dit te doen klik je met de rechtermuisknop op layer 1 en selecteer je blending options.
74
Vervolgens klik je op Drop Shadow. Je kunt nu schaduw effecten toevoegen aan layer 1 en dus aan je logo.
Gebruik nu het gekleurde vakje om de kleur van de schaduw te selecteren. Omdat mijn logo zwart is, heb ik een witte schaduw ingesteld. Gebruik de sliders om het gewenste effect te verkrijgen.
75
Het logo zal nu een duidelijke witte schaduw hebben en veel beter leesbaar zijn. Mocht ik het, om wat voor reden dan ook, in de toekomst willen verwijderen, kan ik gewoon layer 1 deleten. Samenvatting: -
Creeer een nieuw bestand door op File new te klikken
-
Gebruik de tekst tool om tekst in je logo te krijgen
-
Zet de achtergrond op “transparent” of transparant en klik op OK Teken eventueel iets in je logo
Klik op bewerken (Edit) en vervolgens op Voorinstellingen penseel definiëren (define brush preset) Selecteer het penseel dat je net gemaakt hebt Maar een aanpassingslaag (new layer) Zet je logo ergens op de foto
Voeg (optioneel) slagschaduw (Drop Shadow) toe om het logo beter leesbaar te maken
76
11.Kleurwisseling (grote seizoen verandering)
Het kan voor komen dat je in de zomer op een bepaalde plek bent, waarvan je weet dat deze plek er in de
herfst ook mooi uit ziet. Je kan een maand of 5 wachten en dan terug komen, of je kunt moeder natuur een handje helpen. Deze bewerking kan uiteraard ook in andere situaties toegepast worden. Open de foto die je wilt bewerken.
Pas de standaard bewerking toe (zie paragraaf 1). Klik vervolgens op Afbeelding openen.
77
Ga rechtsonder naar “nieuwe opvullaag of aanpassings laag maken” en kies Kleurtoon/verzadiging.
Er opent zich nu het laag aanpassingsvenster. Selecteer “groene tinten” in het drop down menu.
78
Nu is het mogelijk om met de slider “kleurtoon” de groentinten in de foto te veranderen. Werkt dit echter niet zoals je dat wilt, gebruik dan het pipetje met het plusje ervoor om groentinten toe te voegen aan de selectie.
Pas de kleurtoon zodanig aan dat het gewenste effect bereikt is.
79
Mochten er delen van de foto zijn die niet moeten verkleuren, poets deze dan weg met een penseel (zie ook selective colour). Zorg ervoor dat de voorgrondkleur van het penseel is ingesteld op zwart.
Als je tevreden bent over het resultaat druk je met de rechtermuisknop op de laag en selecteer je “één laag maken”.
80
Selecteer je logo in de penselen lijst en zet deze op de plek van je keuze.
De foto is nu klaar.
81
Samenvatting: -
Open de foto
-
Selecteer een nieuwe aanpassingslaag -> Kleurtoon/Verzadiging
-
Pas de standaard bewerkingen toe Selecteer enkel de groene kleuren
Selecteer de groen tinten die je wilt aanpassen met het pipetje met de + Gebruik de kleurtoon slider om de kleuren aan te passen
Gebruik een penseel met zwarte voorgrond om delen weg te poetsen Klik met de rechtermuisknop op de laag en selecteer één laag maken Selecteer het penseel met je logo (optioneel) Pas het logo toe op je foto (optioneel).
82
12.Sprekende ogen bij portretfotografie
Heb je ooit een portret gemaakt en leken de ogen niet zo te spreken als bij het model zelf? Dit kan komen
doordat de camera de belichting aanpast op een middengrijs waarde. Het oogwit van mensen is, zoals de naam al zegt, wit. Omdat de camera de belichting aanpast, komen ogen vaak dof en grauw op de foto te staan (mits je overbelicht). Gelukkig is hier met Photoshop makkelijk een mouw aan te passen. Open de foto door op file open te klikken en dubbelklik dan op de foto.
Doe de standaard bewerking naar smaak in de RAW editor
Gebruik het vergrootglas om in te zoomen tot 100% (of klik op 100% boven in het beeld).
83
Selecteer vervolgens de Dodge tool. Met de Dodge tool kan je plekken van de foto lichter maken (in het Nederlands heet dit doordrukken). Met de Burn tool (in het Nederlands heet dit tegenhouden) kan je plekken in de foto donkerder maken.
84
Gebruik de Dodge tool om het oog lichter te maken. Maak het penseel groter of kleiner zodat je niet een te groot oppervlakte in één keer pakt. Dit kan boven in beeld. Pas op dat je het niet overdrijft, anders
beginnen mensen op aliens of demonen te lijken! In dit voorbeeld is het effect lichtelijk overdreven om de illustreren hoe het werkt.
Als het oog naar wens opgelicht is, zoom dan weer uit met het vergrootglas of klik op Fit Screen boven in beeld. De ogen van je portret zullen nu meer spreken dan voor deze bewerking!
Samenvatting: -
Open de foto
-
Zoom in tot 100% met het vergrootglas of klik op 100% boven in beeld
-
Gebruik de RAW converter om de foto naar behoefte bij te stellen Selecteer de Dodge (doordrukken) tool
Verlicht het oog tot de gewenste sterkte, pas zo nodig de grootte van het penseel aan. 85
86
13. Het wegwerken van wallen bij portretfotografie
Alle mensen hebben wallen onder hun ogen. Door stress, zorgen of slapeloosheid worden deze wallen
erger. Op portretfoto’s is dat natuurlijk niet zo flatterend. Natuurlijk kan je hier met visagie een hoop aan
doen. Maar voor diegene die geen zin/tijd/kennis hebben om lagen make-up op zijn/haar model te smeren is er een makkelijkere oplosing. Gelukkig is het niet moeilijk om wallen weg te werken met Photoshop. We beginnen, zoals gewoonlijk weer met het openen van de foto. Klik op File Open en selecteer het bestand dat je wilt bewerken.
Vervolgens kan je de RAW converter gebruiken om standaard aanpassingen te doen aan de foto. Denk
eraan dat bewerkingen in Photoshop non-destructief zijn. Experimenteer dus met de instellingen die voor jou het beste werken.
87
Druk vervolgens op “Open image” of “afbeelding openen”. De foto kan nu gebruikt worden voor verdere
bewerking. Selecteer het vergrootglas en zoom in tot ongeveer 50%, of zo ver dat het gezicht van het model goed in beeld is.
In dit voorbeeld is ingezoomd tot 50%.
88
Maak een nieuwe laag aan door op CTRL+J te klikken. Aan de rechter kant van het scherm zie je nu de
Background layer en Layer 1. Layer 1 gaan we bewerken. Zorg er dus voor dat Layer 1 geselecteerd is en dat de “screenmodus” op “Normal” staat.
Nu het gezicht van het model goed te zien is en we een nieuwe laag hebben gemaakt is het tijd om
daadwerkelijk de wallen weg te werken. Selecteer je de “patch” tool. Deze tool zit verstopt onder de “spot healing brush”. Klik met de rechtermuisknop op de spot healing brush en selecteer de patch tool.
89
Gebruik nu de patch tool om een van de wallen van het model te selecteren. De patchtool werkt net als de lasso tool. Je kunt dus vrij selecteren.
Als je het goed gedaan hebt verschijnt er een stippellijntje om hetgeen je net geselecteerd hebt. Sleep nu de selectie (door de linker muisknop ingedrukt te houden en je muis te bewegen) naar een deel van de huid die egaal is. Vaak is dat net onder de ogen.
90
Als je nu de muis loslaat, zal je zien dat Photoshop de wallen dezelfde (egale) structuur geven als hetgeen je geselecteerd hebt met behoud van de belichting en kleur. Vergeet niet dat de meeste mensen 2 ogen hebben en dat je bovenstaande handelingen dus ook twee keer uit moet voeren.
Gebruik bij voorkeur hetzelfde stukje huid als bij het eerste oog. Nu ben je klaar met het wegwerken van de wallen van je model. Het kan echter voorkomen dat hetgeen je gedaan hebt erg onnatuurlijk lijkt, alsof het gezicht van het model van plastic is. Dit komt omdat geen enkel mens een perfect gladde huid onder de
ogen heeft (er is altijd wel iets van wallen te zien). Om dit te verhelpen kan gebruik gemaakt worden van de “Opacity” van de laag. Als je deze een beetje omlaag zet, komen de wallen van het model een klein beetje terug en oogt het geheel wat natuurlijker.
91
De vergelijking:
Voor
Na
Zodra alles naar wens is, ben je klaar om de foto verder te bewerken. Samenvatting: -
Open de foto
-
Zoom in tot ongeveer 50% of zo ver dat het gezicht van het model in beeld is
-
Doe de standaard bewerkingen in de RAW converter
Dupliceer de achtergrond laag door op CTRL+J te drukken
Selecteer (met de rechtermuisknop op spot healing brush) de patchtool
Sleep met de patchtool een selectie om een van de wallen van het model Sleep de selectie naar een egaal stuk huid Doe hetzelfde voor het tweede oog
Pas de Opacity van de laag aan om het geheel wat realistischer te laten ogen Bewerk de foto verder zoals jij dat wilt
92
93