PACTNIEUWS een uitgave van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg
Voorzitter VWL Henk Evers:
Het gaat ons om de maatschappelijke effecten “W
aar het bij het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg
(VWL) uiteindelijk om gaat, zijn de maatschappelijke effecten: jonge mensen interesseren voor techniek, voldoende ‘handen aan het bed’, terugdringen van het aantal voortijdig schoolverlaters, toeleiden van mensen naar de sector horeca en toerisme, enzovoort. De structuur van het bestuurlijke netwerk blijkt een goed middel om afstemming van beleid te bereiken en de coördinatie van middelen. Op die basis kunnen concrete projecten worden gerealiseerd”, aldus Henk Evers die vindt dat de projecten veel hebben opgeleverd.“Vanwege de effecten zal ik me blijven inzetten voor het VWL.”
Voor Henk Evers is het belang van het VWL evident: “Het bestrijden van de grote werkloosheid stond prominent op de agenda toen het VWL werd opgericht. Het bestrijden van werkloosheid zal gezien de economische crisis de komende jaren opnieuw veel aandacht vragen. Een ander, blijvend thema dat is opgepakt, gaat over de vraag naar oplossingen voor moeilijk vervulbare functies in onder meer de zorg en de industrie. Het arbeidsmarktbeleid dat we momenteel nodig hebben, heeft dan ook twee verschijningsvormen: het bestrijden van werkloosheid én het beter op elkaar afstemmen van vraag en aanbod, zodat de krapte die in bepaalde sectoren nog steeds bestaat, opgelost kan worden. Het zou mooi zijn als we in de komende periode tussen die twee verschijningsvormen een verbinding konden leggen.” Rollen
“Er is een belangrijke rol in het VWL weggelegd voor de provincie”, vindt Henk Evers.“Dat benadrukken ook de partners. Doordat wij geen directe rol op de
1
Pactnieuws Uitgave december 2002 jaargang 5 nummer 15
lees verder op pagina 2
•
PACTN PACT • vervolg:“Voorzitter VWL Henk Evers: Het gaat ons …” arbeidsmarkt hebben, zijn wij in de positie om partijen bij elkaar te brengen en te houden.Wij nemen daarbij geen verantwoordelijkheden over, maar kiezen positie in termen van informeren, coördineren (voorzitten) en faciliteren.Wij bieden ondersteuning in de ambtelijke voortrajecten en onderzoeken de mogelijkheden om projecten te stimuleren via financiële bijdragen. Er is vanaf het begin een klimaat van halen en brengen geweest.” Uit de grote bereidheid van de partijen op de arbeidsmarkt om bijeen te komen en het duidelijke onderlinge respect leidt Evers af dat de werkwijze functioneert.“Van de partners wordt bij dit alles behoorlijk wat gevraagd, waaronder een financiële bijdrage van gemeenten, onderwijs en sociale partners om het VWL in stand te houden. Ik waardeer het zeer dat partijen bereid zijn om hun nek uit te steken en zich open te stellen.” Discussie
Arbeidsmarktbeleid is geen wettelijke taak van de provincie.Waarom bepleit Henk Evers dan toch een actieve en ondernemende rol? “Als provincie hebben we een boodschap aan de problemen die in Limburg bestaan; werkloosheid is één van de ernstigste zaken die onze burgers kan treffen. Daar zoeken we oplossingen voor, onder meer door de autonome taak op ons te nemen om in het totaal van het economisch beleid ook arbeidsmarktbeleid te ontwikkelen. Dat doen we via de netwerkaanpak van het VWL. Het is een keuze waar ik volledig achter sta, omdat we op deze wijze de economische en sociale ontwikkeling van Limburg kunnen stimuleren. Politiek gezien kun je daar natuurlijk ook
anders tegenaan kijken. Je kunt je dan ook voorstellen dat er bij de vorming van een nieuw provinciebestuur volgend jaar discussie zal ontstaan over het VWL. Zelf zou ik het zeker geen goede zaak vinden als de provincie niet meer haar huidige rol kan vervullen. Ik denk dat het nu goed werkt en dat we daar gewoon mee moeten doorgaan.” Voorbeeld
Evers wijst op de ontwikkelingen in andere provincies, waar in navolging van de successen in Limburg gelijksoortige initiatieven zijn gestart. Hij geeft echter toe dat niet altijd direct zichtbaar is wat de effecten van het VWL zijn.“Het VWL is geen uitvoerend orgaan. Het is weliswaar sterk oplossingsgericht, maar dan in beleidsmatige zin. Er wordt gesproken over de haalbaarheid van de uitvoering. Maar uiteindelijk is dat de verantwoordelijkheid en de prestatie van de partners.” Henk Evers verklaart het gebrek aan zichtbaarheid van het VWL nog op een ander manier:“Vanuit bestuurlijke optiek is de netwerkstructuur een groot goed en is het een belangrijke basisvoorwaarde gebleken voor het behalen van resultaat. Uiteindelijk telt voor politici en burgers het effect in termen van bijvoorbeeld arbeidsplaatsen of uitstroom uit de WAO. Die resultaten worden gerealiseerd door uit het Vertrouwenspact afgeleide organisaties en niet door het Vertrouwenspact zelf.”
In memoriam Eind oktober overleed Rob Bosma.Als beleidsmedewerker van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg was hij de enthousiaste kartrekker van Pactnieuws. Hij zette een duidelijke stempel op het blad. Toen hij in mei ziek werd, misten wij hem dan ook zeer bij het samenstellen van de vorige uitgave. Zijn ziekte en overlijden hebben ons verbijsterd. Wij wensen zijn vrouw Marion en zijn familie en vrienden veel sterkte. De redactie van Pactnieuws
2
Colofon Pactnieuws geeft vier keer per jaar informatie over oplossingen voor problemen op de Limburgse arbeidsmarkt. De informatie is afkomstig van de partners van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg. Voor meer informatie of suggesties voor projecten die aansluiten bij de doelstellingen van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg kunt u contact opnemen met: Mevr. S. Boltong, Provincie Limburg, Postbus 5700, 6202 MA Maastricht. tel. 043 389 78 56 fax 043 389 71 07 e-mail sgwa.boltong@ prvlimburg.nl www.vertrouwenspact.nl Tekst: karin dormans bureau voor tekst en communicatie, Geleen Oplage: 1.500 Ontwerp: Mediaan Communicatie Projecten bv, Heerlen Fotografie: Bert Janssen, Maastricht Druk: Drukkerij Huntjens, Stein
NIEUWS Contactpersonenoverleg arbeidsmarkt Maastricht & Mergelland:
Een brug slaan tussen beleid en uitvoering M
aastricht en de gemeenten van het Mergelland hebben een sterke sociaal-economische samenhang.Voor de ontwikkeling van de regio
is het daarom belangrijk om met name het arbeidsmarktbeleid op elkaar af te stemmen.Tegen die achtergrond ontstond ruim tien jaar geleden het Contactpersonenoverleg Arbeidsmarkt Maastricht & Mergelland (CAMM). Het overleg blijkt nu volledig aan te sluiten bij de nieuwe structuren waarbij in rayonale platforms beleid wordt gemaakt dat vervolgens geïmplementeerd moet worden.
“We wilden niet het zoveelste overleggremium worden”, vertelt initiatiefnemer Richard Damoiseaux. “Daarom besloten we om niet alleen beleidsmakers in het overleg te betrekken, maar ook vertegenwoordigers van uitvoerende organisaties. Daarmee bereik je dat er veel sneller een vertaalslag van beleid naar uitvoering wordt gemaakt. Bovendien ontstaat er een verbreding en verdieping van de kijk op de arbeidsmarkt en worden de speerpunten in het beleid door de partners gedeeld.” De opzet is sinds de start vrijwel ongewijzigd: vijf keer per jaar wordt een bijeenkomst gehouden met een hoog informatiegehalte. Er zijn presentaties gevolgd door een discussie en veel tijd voor gesprekken. Oren open
Accountmanager ROC Leeuwenborgh Marianne Derks is één van de bijna dertig deelnemers:“We hebben onlangs gevraagd om te mogen meedoen.
In het CAMM hoor je immers welke ontwikkelingen er gaande zijn op de regionale arbeidsmarkt en hoe de verschillende partijen daarmee omgaan.Als onderwijsorganisatie kunnen we op een effectieve manier peilen welke behoeften er zijn en hoe wij hier als onderwijsorganisatie het beste op kunnen inspelen.We kunnen vervolgens intern of in overleg met anderen bekijken hoe we tijdig haalbare projecten voorbereiden. Momenteel denken we bijvoorbeeld na over de mogelijkheid voor een eenvoudige horeca-opleiding en over de wijze waarop wij kunnen bijdragen aan de wijkgerichte aanpak van arbeidsmarktproblemen.” Contact, geen contract
Uit het Contactpersonenoverleg zijn inmiddels heel wat acties voortgekomen. Soms omdat daarover tijdens het overleg gezamenlijke afspraken werden gemaakt: het project ‘Gezamenlijke inkoop van reïntegratiediensten’ bijvoorbeeld, of de beide rayonplannen voor de regio.Vaak ook gaan partijen met elkaar aan de slag op basis van wat er aan oplossingsrichtingen ter sprake komt tijdens het CAMM. Hoofd werk en inkomen Sociale Dienst Valkenburg Pierre Steijns:“Neem bijvoorbeeld het project Inkoop van de gemeentes.Wij presenteren ons voorstel en reïntegratiebedrijven krijgen tijdens de discussie de kans om hun mening te geven en over hun best practices te praten. Dat brengt de gemeentes dan weer verder bij het ontwikkelen van
3
PACTN PACT het inkoopbeleid, maar ook de reïntegratiebedrijven krijgen beter zicht op onze wensen en zijn daarmee in staat om hun product aan te passen. Zo kun je elkaar versterken, al zien we er streng op toe dat het om het contact blijft gaan. Er worden in het CAMM geen contracten afgesloten!”
sectoren en verbeteren daarmee de randvoorwaarden voor de uitvoering. Het onderwijs brengt deskundigheid over kwalificaties in, de stichting Phoenix over gesubsidieerde arbeid. In het CAMM zitten dus mensen bij elkaar die gezamenlijk de keten van de sluitende aanpak kunnen vormen.”
Integraal
Hoofdtaak
Uit de hoge opkomst van 75% leidt Richard Damoiseaux af dat de deelnemers het Contactpersonenoverleg waardevol vinden:“Het is echt een kwestie van elkaar informeren en versterken. De werkelijkheid van de arbeidsmarkt komt aan de orde via intermediairen, CWI en Stichting Arbeidsmarkt Midden- en Kleinbedrijf (SAM), maar ook de mogelijkheden en ontwikkelingen op het niveau van het Vertrouwenspact worden besproken en de gegevens uit onderzoeken van RAIL en ETIL. De ontwikkelingen bij de aanwezige partijen én de manier waarop initiatieven ondersteund kunnen worden, komen aan bod. Het CWI bijvoorbeeld brengt kennis in over de speerpunten in het rayon en ondersteunt ontwikkelingen die gemeenten in gang zetten. UWV is mede door de brede mogelijkheden voor ondersteuning gestart met sociale activering in ons rayon. Daarmee lopen ze vooruit op landelijke ontwikkelingen. Reïntegratiebedrijven kennen de landelijke trends en de afspraken in de
Pierre Steijns benadrukt dat binnen het CAMM ook kleinere gemeenten hun betrokkenheid bij arbeidsmarktbeleid kunnen vormgeven:“We werken mee aan de totstandkoming van het rayonplan, geven mee vorm aan het gezamenlijke beleid voor Niet UitkeringsGerechtigden (NUG’ers) in Maastricht en Mergelland, participeren uitdrukkelijk in de verantwoordelijkheden rond inkoop.” Hij geeft onmiddellijk toe dat de praktijk daarna toch weerbarstig blijft: “Het kost enorm veel tijd om een project tot in detail uit te werken. Dat heeft te maken met het aantal partners dat bij een project betrokken is en met het feit dat ieder gebonden is aan specifieke regelgeving. Het vergt het nodige doorzettingsvermogen en inzicht om ondanks de belemmeringen van die regels een weg te vinden. Gelukkig help je elkaar vooruit door het overleg. Dan realiseer je je weer eens goed wat je hoofdtaak is: mensen aan het werk krijgen!”
Inkoop reïntegratiediensten:
netwerk in ontwikkeling I
n SUWI is gedefinieerd wie reïntegratiediensten mag inkopen. Omdat de indruk
bestaat dat samenwerking bij inkoop van reïntegratiediensten voordelen biedt, heeft het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg (VWL) opdracht gegeven voor het project ‘Versterking samenwerking inkoop’. Peter van Eekert en David Post van de adviesgroep Werk
partijen voordelen kunnen opleveren.” Aan het woord is David Post. In de quick scan die hij en zijn collega Peter van Eekert hebben uitgevoerd onder sociale partners, gemeenten, werkgevers, provincie en onderwijsinstellingen, blijkt dat er in principe draagvlak is voor samenwerking.“Maar de werelden liggen nog ver uit elkaar”, legt Peter van Eekert uit. “Niet iedereen herkent de voordelen van samenwerking.”
en Inkomen van Cap Gemini Ernst & Young zijn belast met het opzetten en uitvoeren van
Quick scan
het project. Zij berichten over de stand van
Gemeenten voelen wel voor een inkoopbureau op rayonale schaal. Er worden her en der initiatieven genomen om zo’n bureau te ontwikkelen, al regeert vaak de waan van de dag en is men gefixeerd op het regelen van de eigen inkoopprocedures, of bestaan er drempels door oude relatiepatronen. Gemeenten melden dat zij behoefte hebben aan het uitwisselen van informatie en aan ruimte voor experimenten, bijvoorbeeld om deskundigheid en budgetten te bundelen. Zij zouden voor het inkopen van reïnte-
zaken.
4
“Het project is gericht op gemeenten, UWV en sociale partners. Zij hebben immers door SUWI een taak bij het reïntegreren van zieke en arbeidsgehandicapte werknemers, uitkeringsgerechtigden en ook Niet Uitkeringsgerechtigde werkzoekenden. De benodigde diensten kunnen zij inkopen bij private reïntegratiebedrijven. Samenwerking zou voor alle
NIEUWS provincie is ook rond inkoop uitsluitend faciliterend en stimulerend. Er wordt dus gezocht naar mogelijkheden om met name ontwikkelprojecten te financieren. Thema’s
gratietrajecten ook kennis over de doelgroepen en hun behoeften moeten verzamelen. Die kennis en het regionale beleid ten aanzien van bijvoorbeeld de arbeidsmarkt zouden als uitgangspunt moeten dienen voor de inkoop en aanbesteding.Verder hebben gemeenten nog weinig ervaring met het controleren van de uitvoering van trajecten. UWV heeft juist veel inkoopervaring opgebouwd, maar deelt, ondanks de vaak goede wil, die kennis slechts zelden met anderen. Hier is belangrijke winst te halen. Gemeenten zouden op hun beurt de ervaring met casemanagement met UWV kunnen delen. Concrete samenwerking met UWV wordt echter gehinderd door de interne fusieprocessen en de zeer beperkte regionale beleidsvrijheid van UWV. Bovendien heeft UWV, net als andere inkopende partijen, geen geld voor het ontwikkelen van projecten, al zullen in 2003 enkele regionale pilots starten. Meer dan toevallig
Werkgevers zijn nog niet echt bezig met het thema reïntegratie, niet wat betreft de eigen zieke medewerkers en niet wat betreft de mogelijkheden om vanuit reïntegratietrajecten te voorzien in de behoefte aan nieuw personeel. Samenwerking staat dus ook niet echt op de agenda, af en toe komt die min of meer toevallig tot stand. Door onbekendheid met de wetgeving, met het aanbod en de kwaliteit van reïntegratiebedrijven en met de kwaliteiten van kandidaten lijken werkgevers zichzelf vooralsnog tekort te doen. Bewust gezochte kennisuitwisseling met gemeenten en UWV kan hierin verandering brengen, zeker als dat op brancheniveau gebeurt. De positie en de mogelijkheden van het onderwijs in de reïntegratietrajecten zijn vooralsnog onduidelijk, zowel aan de inkoopkant als bij de ROC’s en de Hogeschool Zuyd zelf. Scholing hoort echter thuis in de regionale infrastructuur en daarvoor zal een strategie gekozen moeten worden. De rol van de
Uit de quick scan blijkt dat mogelijkheden voor samenwerking door partijen niet altijd herkend worden. In het rapport van Post en Van Eekert worden dan ook suggesties gedaan.“Men beseft nog niet goed welke voordelen samenwerking kan hebben. De bouwsector en een gemeente zouden bijvoorbeeld gezamenlijk een reïntegratiebedrijf kunnen inschakelen om de vacatures in de bouw op te lossen met behulp van de mensen uit de bestanden van de gemeente,” suggereert Peter van Eekert. “Door best practices uit te wisselen kan het inkopen van reïntegratiediensten meer opleveren.Wat zijn de ervaringen van en met reïntegratiebureaus? Kunnen we gezamenlijk deskundigheid opbouwen? Hoe kunnen we werkzaamheden verdelen? Hoe kunnen we een sterkere onderhandelingspartij worden? Kunnen we doelgericht voor grotere groepen inkopen? Samenwerkingsthema’s te over, lijkt ons.” Kijkje over de schutting
“Samenwerking bij de inkoop van reïntegratiediensten vergt een andere manier van denken”, David Post benoemt daarmee de basis voor de volgende fase van het project. Hij geeft een voorbeeld:“Een sector zou beter moeten plannen en meer moeten investeren in het vervullen van vacatures. Nu verwacht een aannemer nog dat een lege plek binnen een dag is opgevuld.” “Wij willen over deze en andere kwesties het gesprek op gang brengen en daarvoor hebben we een aantal middelen, structuren en thema’s benoemd”, vertelt Van Eekert.“Je kunt bijvoorbeeld aan de slag met onderwerpen als gedeeld opdrachtgeverschap, het gebrek aan financiële ruimte om te experimenteren, de subsidiemogelijkheden, de ruimte die wetgeving biedt.Tegelijk met de informatieoverdracht groeit zo het netwerk rond inkoop.” De faciliteiten die daarvoor worden ingezet, zijn momenteel in ontwikkeling: een bestand van e-mailadressen, een nieuwsbrief en artikelen in bestaande media, een projectsite, inkopersoverleg en conferenties. Ook zullen lobby-activiteiten worden opgezet richting de regionale en landelijke beleidsmakers en beslissers op het terrein van Inkoop Reïntegratie. “Informatie-uitwisseling en netwerkvorming is de basis, samenwerking het doel. Eigenlijk is dat dezelfde aanpak die in het VWL al zoveel jaren succesvol is gebleken”, aldus David Post.
5
PACTN PACT Levendige Limburgse Arbeidsmarkt D
e Limburgse Arbeidsmarktdag heeft na vijf keer een traditie opgebouwd.Telkens
weer zijn er vernieuwende elementen. Zo gaf op 31 oktober de nieuwe voorzitter van het VWL Henk Evers een inleiding op het thema employability. Evers deed verder een oproep om de discussie over de regierol van de provincie in het VWL voort te zetten:“Ik wil benadrukken dat ik een groot voorstander ben van een ondernemende provinciale overheid die
een plooiproces, waarbij werkgever en werknemer zich naar elkaar voegen.“Vraag is hoeveel plooimarge je krijgt, gaan we de buik inhouden of de broek uitwijden?” De plooiruimte kun je alleen door creativiteit oprekken. Creativiteit wordt dan niet aangewend voor agressie of voor escapes, maar om de dingen ten goede te veranderen. Dat betekent dat mensen gaan meedenken en voor vol worden aangezien. Echter: creativiteit moet je als werkgever wakker kietelen. Door er slechts 2% van de tijd aan te besteden, kan het als verbindende factor gaan
haar verantwoordelijkheid durft te nemen op het gebied van economisch- en werkgelegenheidsbeleid.”
Push en pull
Frits Haan die voor VNU Business Publications het jaarlijkse Intermediair-onderzoek naar ‘de beste werkgever’ leidt, schetste een beeld van de factoren die werkgevers kunnen benutten om nieuwe medewerkers te krijgen en om mensen te behouden: “Er zijn veel onbeïnvloedbare factoren, maar als werkgever kun je wel werken aan je imago, aan een goede begeleiding en aan de push en pull van medewerkers.”
Workshop Hogeschool Zuyd
dienen tussen vakmanschap, probleembetrokkenheid en flexibiliteit, allemaal zaken die zo belangrijk zijn voor ondernemerssucces. Thema’s
Plooimarge
De inspirator van de dag was Prof. Dr. De Bruin, emeritus hoogleraar Toegepaste Economie en oprichter van Creatief Denkcentrum Windekind. Hij beschreef employability op beeldende wijze als
Een viertal zeer uiteenlopende workshops gaf de bezoekers zicht op actuele thema’s. De Hogeschool Zuyd introduceerde een model – afgeleid van de APK-keuring – waarmee medewerkers elkaar kunnen coachen. Er was een toelichting over de stand van
Pauze … om bij te praten, te ontspannen met een stoelmassage of om je de maat te laten nemen
6
door Leeuwenborgh Contracting
NIEUWS
dag 2002: employability
zaken rond het VWL-project ‘Gezamenlijke inkoop reïntegratiediensten’ (zie elders in deze uitgave).Top Care Reïntegratie BV liet zien welke dilemma’s er zijn rond het verzuim van medewerkers.Verzuim wordt in veel gevallen niet veroorzaakt door ziekte! Dat vraagt dus een nieuwe benadering van verzuim. Ook werden enkele concrete employability projecten, onder andere voor de detailhandel, gepresenteerd. Theo Mommers
Middag
Er volgde een onthullend exposé van ‘familiebedrijf White Line inc.’, dat geen ziekteverzuim kent door alleen jonge, mannelijke medewerkers aan te nemen die fysiek afgehard worden of anders een C(ruciaal) A(rbeids) O(ngeval) oplopen.Voormalig manager van Fortuna-Sittard,Theo Mommers, pleitte voor een omgekeerde salarispiramide:“Als je zegt dat mensen je human capital zijn, laat dat dan ook zien.”
Geanimeerd slotdebat
Tot slot wist Wouke van Scherrenburg forum en zaal te bewegen tot een geanimeerd debat over de WAO.“We zouden het niet over de WAO hebben”, zegt ze achteraf, ”maar over employability.” Adviseur Robin Linschoten had liever aandacht gevraagd voor het thema dat volgens hem snel aandacht behoeft: de dalende arbeidsproductiviteit.“De WAO is het probleem niet, evenmin als employability.” Jan Marijnissen (Socialistische Partij), Agnes Jongerius (FNV) en Tof Thissen (DIVOSA) reageerden fel op zijn relativerende standpunten. Zij pleitten ervoor om goede oplossingen met elkaar te delen en om mensen meer verantwoordelijkheid te geven. Joop Andriolo van SAPPI oogstte dan ook veel bijval voor zijn aanpak van ziekteverzuim bij Sappi (zie Pactnieuws 14).
7
PACTN PACT Brussel vraagt om ‘Innovatieve acties’ I
n december wordt een nieuwe fase in de groei van het VWL ingeluid. Het bestuur van
het VWL beoordeelt dan namelijk een plan om de vervlechting van de rayonale en sectorale structuur daadwerkelijk van de grond te krijgen. Het plan beschrijft onder de noemer ‘Innovatieve Acties’ een aantal pilots die overdraagbare modellen, methodieken en instrumenten moeten opleveren voor het opbouwen en versterken van de rayonale structuur.
Sinds de start van het VWL in 1997 en de doorstart in 2000 is in Limburg een duidelijke structuur neergezet: er zijn zeven Regionale Platforms Arbeidsmarkt (RPA’s) met op provinciaal niveau het VWL. De rayonale platforms functioneren volgens dezelfde structuur als het VWL: partners op de arbeidsmarkt werken gezamenlijk aan oplossingen voor arbeidsmarktvraagstukken in de regio. RPA’s in opbouw
De volgende stap in de ontwikkeling van de Limburgse arbeidsmarktstructuur is de versterking van de rayons.Vraag en aanbod zouden meer bij elkaar gebracht kunnen worden door rayonen sectorplannen daadwerkelijk met elkaar te verknopen. Hoewel dat vanaf het begin de bedoeling was, blijkt het moeilijk om die verknoping voor elkaar te krijgen. Daarom is het plan ‘Innovatieve acties’ geformuleerd. Met dit plan geeft het VWL gehoor aan een oproep van de Europese Commissie om plaatselijke werkgelegenheidsstrategieën te ontwikkelen en voorstellen daarvoor vóór 1 februari 2003 in te dienen. Pilots
8
In het plan worden vijf pilots genoemd. Een overkoepelend project richt zich op de structuurversterking op provinciaal niveau om zo de regie-rol van het VWL te versterken. In dit project worden ook de financieringsmogelijkheden voor projecten en structuren onderzocht, de zogeheten financial engineering. Een ander kernproject is ‘Structuurversterking op rayonaal niveau’ dat methodieken en instrumenten ontwikkelt voor het organiseren van het rayonale overleg. Onder de noemer ‘Blikveldverbreding van de gemeenten’ zal gezocht worden naar samenwerkingsmogelijkheden tussen gemeenten en UWV wat betreft hun bestanden. Een vierde pilotproject zoekt naar wegen om de communicatie
tussen beleid en uitvoering te verbeteren, onder andere door het ontwikkelen van een productenhandboek over mogelijkheden om werkzoekenden aan het werk te helpen.‘De sector in de regio’ tracht een vertaalslag te vinden tussen de landelijke en provinciale sectorplannen en de rayonale arbeidsmarkt. Het is de bedoeling dat datgene wat in de pilots ontwikkeld wordt overdraagbaar is. Zo kunnen de rayons van elkaars ervaring profiteren. Het budget dat als extra impuls voor de pilotprojecten beschikbaar is, bedraagt ongeveer 1 miljoen euro.Als de Europese Commissie het voorstel selecteert, zullen de pilots in oktober 2003 starten.
NIEUWS Kansen voor duaal HBO D
oorstroming van MBO-gediplomeerden naar het HBO verdient de aandacht. Het helpt namelijk om de discrepanties op de arbeidsmarkt
te reduceren. Dankzij doorstroming daalt immers zowel het aanbodoverschot op MBO-niveau, als het vraagoverschot op HBO-niveau.
het MBO redelijk, matig of zelfs slecht is. De discrepanties zouden kunnen afnemen door doorstroming van MBO-gediplomeerden naar het HBO te stimuleren.Voor een soepele doorstroming zou het duaal HBO een oplossing kunnen zijn.
Duaal onderwijs in het HBO biedt mogelijkheden. Verder leren
De komende jaren is voor de meeste HBOopleidingen een extra aanwas van studenten noodzakelijk om de (verwachte) knelpunten op de arbeidsmarkt te bestrijden. 29 van de 34 HBOopleidingen bieden dan ook een goed tot zeer goed perspectief op een baan, vanwege tekorten die oplopen tot zelfs 25% van de werkgelegenheid bij de HBO-lerarenopleiding economie & maatschappij. Dat blijkt uit het onderzoek ‘De Arbeidsmarkt naar opleiding en beroep tot 2006’, dat voor alle opleidingen in Nederland de perspectieven op de arbeidsmarkt schetst.Tegelijkertijd wijst het onderzoek ‘De Limburgse arbeidsmarkt 2001-2006’ uit dat het perspectief van 11 van de 34 opleidingen in
Een jaar na het verlaten van het MBO begint landelijk 39% van de gediplomeerde schoolverlaters van de Beroeps Opleidende Leerweg (BOL) niveau 3 of 4 aan een HBO-studie.Van de gediplomeerde schoolverlaters van de Beroeps Begeleidende Leerweg (BBL) van niveau 3 of 4 maakt slechts 4% die keuze. Wie eenmaal aan het werk is, is blijkbaar minder snel genegen om een HBO-opleiding te gaan volgen. Het duaal onderwijs is een alternatief voor mensen die een salaris wensen of op zoek zijn naar een andere wijze van competentie-ontwikkeling. Dat geldt ook voor voltijdstudenten die de schoolbanken willen verlaten om een salaris te kunnen incasseren. Zij zijn immers hooguit bereid tot een >> combinatie van werken en leren.
9
10
PACTN PACT Tweede weg
Op HBO-niveau is na het deeltijdonderwijs nu het duaal onderwijs ontdekt. De voordelen zijn duidelijk: op weg naar het diploma ontvangt de student salaris, een andere manier van competentie-ontwikkeling, een gunstige overdracht van kennis, vaardigheden en gedrag en een nauwere aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt.Werkgevers krijgen door het duaal onderwijs kansen om ambitieuze jongelui binnen te halen, om het zittende personeel een beter loopbaanperspectief te bieden of om tekorten aan arbeidskrachten te bestrijden.Voor de hogescholen is het een manier om een nieuw potentieel aan studenten te vinden: MBO-gediplomeerden die toe zijn aan salaris maar toch willen doorleren, HBOstudenten die gestopt zijn, deeltijdstudenten HBO die naast de opleiding een gekwalificeerde baan hebben en werkenden die een tweede kans grijpen. Experimenten
De afgelopen jaren zijn diverse experimenten uitgevoerd om te achterhalen hoe en waar competenties het beste verworven kunnen worden. Het ‘Coöperatief HBO’, de ‘MKB-route’, de duale variant van de opleiding HBO-verpleegkunde, het project Leraar in Opleiding en het Gilde-HBO hebben ervaringen opgeleverd die kunnen helpen om het duaal onder-
wijs in het HBO nu goed op gang te brengen. Het vraagt echter om ingrijpende veranderingen waarmee studenten, docenten, de HBO-instellingen zélf en de leerbedrijven te maken krijgen. Praktijk
Momenteel komt het duaal onderwijs nog maar mondjesmaat op gang. De Fontys Hogeschool heeft in Sittard, Roermond en Venlo minder dan 5 studenten die een duale opleiding volgen. Bij Hogeschool Zuyd, waar 16 opleidingen gestart zijn met een duale variant, zijn in 2001 bijna 200 studenten ingestroomd in een duale opleiding. Of het duaal onderwijs daadwerkelijk een succes wordt, hangt af van tal van factoren. Er moet veel worden aangepakt, zoals de organisatorische aanpassingen en het opstellen van contracten tussen onderwijsinstelling, student en werkgever. Ook speelt een rol dat studenten in een duale opleiding meer collegegeld betalen dan studenten in een deeltijdopleiding.Verder is het duaal onderwijs conjunctuurgevoelig, hetgeen een mogelijke expansie in deze tijd niet bevordert. In theorie kent het duaal HBO-onderwijs een grote toekomst, maar de praktijk lijkt weerbarstig.
Voortgang internationale projecten Op 18 en 19 oktober 2002 heeft in Luxemburg de eerste vakbijeenkomst plaatsgevonden in het kader van het project “Interregionales Austauschnetzwerk für bewährte Praktiken”. Er waren ongeveer 60 deelnemers vanuit de verschillende pacten en aanverwante arbeidsmarktinstanties. Zij discussieerden met elkaar en wisselden informatie uit over de organisatie van arbeidsmarktbeleid op lokaal niveau en de financiering hiervan. Namens het VWL hebben aan deze bijeenkomst deelgenomen de heren Bressers (gem. Maastricht/PSW), Hermans (Hogeschool Zuyd) én mevr. Dirks en de heer Widdershoven (provincie Limburg).
RAIL is een samenwerkingsverband van CWI, Limburgse gemeenten, Limburgs bedrijfsleven, Limburgs beroepsonderwijs, provincie Limburg. www.railsite.nl
NIEUWS Programma Grotestedenbeleid Venlo:
de volle breedte van de arbeidsmarkt
A
rbeidsmarktbeleid is een belangrijk thema in het Grotestedenbeleid (GSB) van de provincie.Venlo heeft daarvoor evenals onder andere
Heerlen en Maastricht een programma ontwikkeld.
arbeidsmarktbeleid. Zowel de vraag van het bedrijfsleven als het aanbod van de arbeidsmarkt werden betrokken in het gemeentelijke beleid.We kijken nu verder dan onze eigen bestanden en denken bijvoorbeeld ook na over de mogelijkheden voor Niet UitkeringsGerechtigden (NUG’ers),WW’ers en WAO’ers.” Opschalen
Door de Structuur Uitvoering Werk en Inkomen (SUWI) zijn inmiddels ook rayonale platforms voor de arbeidsmarkt (RPA’s) gevormd. De Contourennota Werkgelegenheidsoffensief vormde een belangrijke pijler onder het arbeidsmarktbeleid van het RPA Venlo.“Gezien de samenhang van stad en regio konden we de oplossingen die we voor Venlo hebben bedacht, opschalen”, vertelt Jos van der Heijden.“Het regionale plan bleek op zijn beurt goed aan te sluiten bij het provinciale Grotestedenbeleid.” Ervoor gáán
Jos van der Heijden schetst wat er is veranderd sinds het GSB twee jaar geleden van start ging: “Voorheen ontwikkelden we projecten, die op deelaspecten van de arbeidsmarkt waren gericht. Nu hebben we op basis van onze hoofddoelen én de hoofddoelen van de provincie een meerjarenprogramma als uitgangspunt voor projecten.Aan het einde van de vier jaar waarin het programma loopt, rekenen we met de provincie af op basis van de resultaten.We leggen tussentijds dus geen verantwoording af over elk project. Dat geeft meer ruimte, maar ook meer verantwoordelijkheid. Je moet nu werkelijk gáán voor je structurele doelstellingen, je afvragen wat je precies wilt bereiken.” Ruimte
Programmacoördinator GSB Jos van der Heijden begint met een korte terugblik:“Gemeenten hebben zich lange tijd beperkt tot het verstrekken van uitkeringen en het zorgen dat mensen uit de gemeentelijke bestanden aan het werk komen. Enkele jaren geleden hebben wij onze uitgangspunten echter verbreed: voor een gezonde economische ontwikkeling van Venlo is een gezonde arbeidsmarkt nodig. In 1999 leidde dat tot de Contourennota Werkgelegenheidsoffensief, waarin we uitgingen van integraal
Jos van der Heijden zegt blij te zijn met de programmatische benadering en de denkruimte, denkkracht die daardoor vrijkomt.“Alles is gericht op de effecten en minder op de afzonderlijke doelen van een project. De projecten krijgen dankzij het programma onderlinge samenhang, zodat je vraag en aanbod kunt verknopen. Er zijn nieuwe mogelijkheden voor gezamenlijk beleid. Brengt een project structureel iets teweeg, dan kun je besluiten om het regulier in te bedden. Ook kun je op basis van het programma overall afspraken maken met sectoren, die je vervolgens in projecten nuanceert voor een specifieke sector.”
11
12
PACTNIEUWS PACT Voor de muziek uit
Dat de financieringsvorm uiteindelijk niet zoveel bewegingsruimte aan de gemeente bood als de bedoeling was, viel enigszins tegen. Jos van der Heijden:“De provincie wilde aanvankelijk de impulsgelden en het reguliere beleidsgeld bundelen. Dat bleek door de onbekendheid met het programmatisch werken nog niet haalbaar. De hele groep die in Venlo en bij de provincie bezig is met GSB loopt blijkbaar voor de muziek uit! Toch heeft het GSB een forse impuls gegeven aan integraal arbeidsmarktbeleid.We hebben onderzoek kunnen doen, bijvoorbeeld naar het evenwicht tussen werk en privéleven.We proberen nieuwe methodieken uit om kinderen in het basisonderwijs vroegtijdig te interesseren voor techniek. In het project ‘Duale opleidingen’, dat een antwoord biedt op de regionale behoefte aan HBO-opleidingen, hebben we impulsgeld aan reguliere middelen gekoppeld.” Even wennen
Een andere hobbel was de uitvoering van het programma.“Programmatisch werken vergt een andere houding van de medewerkers bij de gemeente. Het is even wennen dat zichtbaar wordt hoe je werk bijdraagt aan de ontwikkeling van de stad. Uiteindelijk is dat natuurlijk veel leuker werken, omdat je ziet wat je werk teweeg brengt.” Venlo is
momenteel bezig om de hele gemeentelijke organisatie te kantelen en in te richten op programmatisch werken. Er is één dienst Stadsbeleid met drie afdelingen die programma’s ontwikkelen: Economische Zaken en Cultuur, Onderwijs en Welzijn, Stedelijke Ontwikkeling. Aanjager
Volgens Van der Heijden heeft GSB er sterk toe bijgedragen dat de gemeente nu daadwerkelijk als aanjager voor de ontwikkelingen op de regionale arbeidsmarkt gaan fungeren:“Stad en regio kun je niet los zien van elkaar, evenmin als de vraag van werkgevers en het bestaande aanbod. De Stimuluscirkel, die acties beschrijft voor het oplossen van het aanbodtekort op de arbeidsmarkt, gebruiken we als uitgangspunt om op alle aspecten vooruitgang te boeken.We zijn dan ook intensief in gesprek met werkgevers. Ook zij zullen creatiever moeten omgaan met het huidige aanbod, anders is de mismatch tussen hun vraag naar hoog opgeleide medewerkers en laag opgeleide werkzoekenden niet op te lossen.” Jos van der Heijden ziet echter een groeiend onderling vertrouwen tussen alle betrokken partijen.“Nu mensen het voordeel beginnen te zien van over de schutting kijken, worden er forse stappen gezet. Dat levert tijdwinst én betere oplossingen.”
Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg Werkgelegenheids- en arbeidsmarktproblemen kunnen volgens de Europese Commissie het meest effectief op regionaal niveau aangepakt worden. Dat was de aanleiding voor de oprichting van het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg (VWL) in 1997. De partners onderschreven in een convenant in 1999 de doelstellingen en het samenwerkingsverband. Sinds 2002 houden de partners het VWL zelf in stand en richten zij zich op verzoek van de Europese Commissie ook op internationale samenwerking met andere pacten. De partners hanteren de volgende programmalijnen als basis voor rayonaal en sectoraal beleid: inschakelen stille reserves; optimaliseren inzet werkenden (employability); versterken van het onderwijs; verbeteren bedrijfsvoering; optimaliseren beleidsafstemming, middelencoördinatie.
• • • • •
In het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg zijn vertegenwoordigd:
Centrum voor Werk en Inkomen Limburgse gemeenten: Maastricht, Roermond,Weert,Venray,Venlo, Heerlen, Sittard Onderwijs:Agrarisch Opleidings Centrum Limburg, Gilde Opleidingen, ROC Arcus Heerlen, Leeuwenborgh Opleidingen, Hogeschool Zuyd Provincie Limburg Sociale partners: Limburgse Werkgevers Vereniging, Limburgse Organisatie van Zelfstandige Ondernemers, FNV Regiowerk, de Limburgse Land- en Tuinbouw Bond, CNV Sittard, De Unie Uitvoeringsorgaan Werknemersverzekeringen Op www.vertrouwenspact.nl vindt u meer informatie over het VWL én de eerdere uitgaves van Pactnieuws.