Liturgie voor de morgendienst in kerkcentrum Open Hof Op 19 april 2015 om 9:30 uur Voorganger: ds. Gerhard J. Heeringa Organist: Cor van Kooten Derde zondag van Pasen
Zingen: Evangelische Liedbundel 228 Heer, U staat in ons midden, Uw nabijheid maakt ons stil; tot U richt zich ons bidden, ons zoeken naar uw wil. Vol liefde zijn uw ogen, U noemt mijn echte naam; geduldig met mijn pogen leert U mij recht te staan; en waar ik steeds bleef falen om uw liefde recht te doen, daar kom uw Geest neerdalen en bouwt ook daar uw troon. Zo bent U steeds aanwezig als de Koning die regeert; zo blijft U met ons bezig, tot elke daad U eert.
VOORBEREIDING Mededelingen Zingen: Psalm 116 : 1 en 3 God heb ik lief, want die getrouwe Heer nam, toen ik riep, met toegenegen oren mijn woorden aan. Hij zal mij blijven horen en levenslang ben ik niet eenzaam meer. Hij is goedgunstig in gerechtigheid, Hij wil zich altijd over ons ontfermen. Zijn kracht kwam mij, eenvoudige, beschermen. Rust nu, mijn ziel, de Heer heeft u bevrijd.
Stil gebed Bemoediging Voorganger: Allen: Voorganger:
Onze hulp in de naam van de Heer Die hemel en aarde gemaakt heeft Die altijd trouw blijft En niet loslaat het werk van zijn handen
Groet Zingen: Psalm 116 : 6 en 8 Hoe zal ik naar geloften, toen gedaan, nu danken voor de redding van mijn leven? Ik heb de kelk van ’s Heren heil geheven en noem voor heel het volk zijn grote naam. Voor ’t oog van al de zijnen zal ik Hem offers van dank naar mijn beloften brengen, in ’s Heren voorhof mijn gejubel mengen met uw lofprijzingen, Jeruzalem.
Aansteken van de kaarsen en openen van de bijbel MnoDtV Zingen: Zingende Gezegend 161 O vlam van pasen, steek ons aan, de Heer is waarlijk opgestaan! De Zoon, die voor geen zonde zwicht, de Zoon is als de zon, zo licht!
De Vader laat niet in het graf een kind dat zoveel vreugde gaf, Hij tilt het uit de kille grond het loopt als vuur de wereld rond. De oude nacht voorgoed gedood, de toekomst kleurt de morgen rood, ziehier hoe God vergevend is en hoe zijn liefde levend is. Ziehier het licht van lange duur, ziehier de Zoon, de zon, het vuur; o vlam van Pasen, steek ons aan de Heer is waarlijk opgestaan!
Leefregel Voorganger: Eén van hen, een wetsleraar, stelde Jezus een vraag. Hij zei: 36 ‘Meester, wat is de belangrijkste regel in de wet?’ Hij hoopte dat Jezus iets verkeerds zou zeggen. 37-38 Jezus antwoordde: ‘De eerste en belangrijkste regel is deze: «De Heer is je God. Je moet van hem houden met je hele hart, met je hele ziel, en met je hele verstand.» 39 Maar de tweede regel is net zo belangrijk: «Van de mensen om je heen moet je evenveel houden als van jezelf.» 40 Die twee regels zijn de basis van de wet en van de andere heilige boeken.’ Allen: Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u, God, de Vader, dankt door Hem (Kol.3:17)
Zingen: Psalm 25 : 4 en 6 God is goed, Hij is waarachtig en gaat zijn getrouwen voor, brengt, aan zijn verbond gedachtig, zondaars in het rechte spoor. Hij zal leiden ’t zacht gemoed in het effen recht des Heren: wie Hem ned’rig valt te voet, zal van Hem zijn wegen leren. Wie heeft lust de Heer te vrezen, ’t allerhoogst en eeuwig goed? God zal zelf zijn leidsman wezen, leren hoe hij wandelen moet. Wie het heil van Hem verwacht zal het ongestoord verwerven, en zijn zalig nageslacht zal ’t gezegend aardrijk erven.
Geschikt/ongeschikt? HET WOORD Gebed Uitleg aan de kinderen door leiding kindernevendienst Schriftlezing: Johannes 21 : 15 – 24 15
Toen ze gegeten hadden, sprak Jezus Simon Petrus aan: ‘Simon, zoon van Johannes, heb je mij lief, meer dan de anderen hier?’ Petrus antwoordde: ‘Ja, Heer, u weet dat ik van u houd.’ Hij 16 zei: ‘Weid mijn lammeren.’ Nog eens vroeg hij: ‘Simon, zoon van Johannes, heb je me lief?’ Hij antwoordde: ‘Ja, Heer, u weet dat ik 17 van u houd.’ Jezus zei: ‘Hoed mijn schapen,’ en voor de derde maal vroeg hij hem: ‘Simon, zoon van Johannes, houd je van me?’ Petrus werd verdrietig omdat hij voor de derde keer vroeg of hij van hem hield. Hij zei: ‘Heer, u weet alles, u weet toch dat ik van u 18 houd.’ Jezus zei: ‘Weid mijn schapen. Waarachtig, ik verzeker je: toen je jong was deed je zelf je gordel om en ging je waarheen je wilde, maar wanneer je oud wordt zal een ander je handen grijpen, 19 je je gordel omdoen en je brengen waar je niet naartoe wilt.’ Met deze woorden duidde hij aan hoe Petrus zou sterven tot eer van God. Daarna zei hij: ‘Volg mij.’ 20 Toen Petrus zich omdraaide zag hij dat de leerling van wie Jezus hield hen volgde – de leerling die zich tijdens de maaltijd naar Jezus toegebogen had om te vragen wie het was die hem zou verra21 den. Toen Petrus hem zag vroeg hij Jezus: ‘En wat gebeurt er 22 met hem, Heer?’ Maar Jezus antwoordde: ‘Het is niet jouw zaak 23 of hij in leven blijft totdat ik kom. Maar jij moet mij volgen.’ Op grond van deze uitspraak hebben sommige broeders en zusters gedacht dat deze leerling niet zou sterven, maar Jezus had niet gezegd: ‘Hij zal niet sterven,’ maar: ‘Het is niet jouw zaak of hij in leven blijft totdat ik kom.’ 24 Het is deze leerling die over dit alles getuigenis aflegt, en het ook heeft opgeschreven. Wij weten dat zijn getuigenis betrouwbaar is.
Zingen: Lied 649 : 1, 2, 6 en 7 O Heer, blijf toch niet vragen. Gij weet dat ik U haat, dat ik geen kruis wil dragen, niet gaan waarheen Gij gaat. O Heer, blijf toch niet vragen.
O Heer, heb mededogen. Vraag toch niet weer. Gij weet dat ik U steeds verloochen, dat ik U steeds vergeet. O Heer, heb mededogen. Gij weet toch alles, Here. Ik heb U lief. Gij weet: liefde zal mij verteren, zelfs als ik U vergeet. Gij weet toch alles, Here. O Heer, vraag altijd verder. Uw liefde triomfeert. Huurlingen worden herder. Het offerlam regeert. O Heer, vraag altijd verder.
Verkondiging: Zingen: Zingende Gezegend 72 (mel. Gez.389 LdK) Heer Jezus, goede herder, Gij weet: ik kan niet verder, ik kan niet zonder U; o herder, blijf mij leiden, ik kan mijzelf niet weiden, ik kan niet verder zonder U. Rotsvast zou ik geloven, geen mens zou mij ontroven mijn onbegrensde trouw maar Heer, Gij ziet mij schromen om nu tot U te komen met niets dan ootmoed en berouw. Vergeef mijn grote woorden o, dat ik beter hoorde naar wat Gij vroeg van mij: mijn hoogmoed op te geven, mijn overmoedig leven De goede herder? Dat zijt Gij!
Gij draagt mij in genade, Gij vraagt niet naar mijn daden, Gij koestert zelfs geen grief; Gij vraagt niet te beloven weer rotsvast te geloven Gij vraagt alleen: Hebt gij Mij lief?
GAVEN & GEBEDEN Gebeden Mededelingen Inzameling der gaven Slotlied: Lied 791 : 1, 2, 3 en 6 Liefde, eenmaal uitgesproken als uw woord van het begin, Liefde, wil ons overkomen als geheim en zegening. Liefde, die ons hebt geschapen, vonk waarmee Gij zelf ons raakt, alles overwinnend wapen, laatste woord dat vrede maakt. Liefde luidt de naam der namen waarmee Gij U kennen laat. Liefde vraagt om ja en amen, ziel en zinnen metterdaad. Liefde boven alle liefde, die zich als de hemel welft over ons: wil ons genezen, bron van liefde, liefde zelf!
HEENZENDING Zegen