Handboek Inrichting Openbare Ruimte Hoofdstuk:
15
Datum:
1 augustus 2011
Versie:
1.0
Controle:
GRONDWERK
Objecten en eisen
N.t.b.
Vrijgave:
P.M.M. Buijs
Eigenaar:
C. van Dam
Hardheid
Bron
Bijlage
Stedenbouwkundig niveau (eisen m.b.t. stedenbouw, verkeer, beleid) Gebiedsoort
Onderwerp
Beleidseisen (en evt. gebruikseisen)
Alle gebieden
Beleid
Houd rekening met de criteria duurzame inkoop voor grondwerken.
R
1
Procedures (Besluit bodemkwaliteit)
Voor grond die in een werk verwerkt wordt en niet van dezelfde locatie als de verwerkingslocatie afkomstig is, geldt een meldingsplicht. Meldingsplicht geldt niet voor schone grond en bagger (< 50 m3). De melding moet uiterlijk vijf werkdagen voorafgaand aan de werkzaamheden worden gedaan bij het landelijk meldpunt bodemkwaliteit (www.meldpuntbodemkwaliteit.senternovem.nl). Van daar uit wordt de melding doorgegeven aan het bevoegd gezag. Bij de melding moet informatie over de ligging en globale omvang van het werk worden verschaft en moeten gegevens inzake de bodemkwaliteitsklasse van de ontvangende bodem en de kwaliteitsklasse van de toe te passen grond worden gevoegd (of relatie leggen met al bekende gegevens bij het bevoegd gezag).
W
2, 3, 4
Toepassing op de landbodem vindt plaats in het kader van de Wet bodembescherming. Daarvoor is de afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling van de gemeente Wijdemeren het bevoegd gezag. Toepassing in watergangen/waterpartijen vindt plaats in het kader van het Besluit bodemkwaliteit. Daarvoor is het Hoogheemraadschap AGV het bevoegd gezag. Het toepassen van partijen grond dient door de eigenaar of erfpachter in het kader van de Vrijstellingsregelinggrondverzet minimaal vijf werkdagen voorafgaand aan de uitvoering gemeld te worden bij de gemeente.
W
5
W
6
B
7
De gemeente beoordeelt de melding en stuurt een ontvangstbevestiging naar de melder. Indien de verstrekte gegevens naar het oordeel van de gemeente onduidelijk, onvolledig of anderszins niet toereikend zijn kan de gemeente nadere gegevens van de melder verlangen. De gemeente raadpleegt bij de beoordeling het bodeminformatiesysteem om na te gaan of er op de locatie waar de grond vrijkomt dan wel op de locatie waar de grond wordt toegepast geen sprake is van een lokale bijzondere situatie.
B
7
De gemeente Wijdemeren registreert de meldingen. De afronding van het project wordt teruggemeld aan de gemeente waarbij eventuele afwijkingen ten opzichte van de oorspronkelijke melding worden gerapporteerd. Wanneer tijdens de werkzaamheden zintuiglijk verontreiniging van de grond wordt waargenomen, dient de grond in depot te worden gezet en dient contact te worden opgenomen met de gemeente. De grond moet onderzocht worden door middel van een partijkeuring conform het Bouwstoffenbesluit. De afronding van het project wordt teruggemeld aan de gemeente waarbij eventuele afwijkingen ten opzichte van de oorspronkelijke melding worden gerapporteerd.
B
7
B
7
De gemeente is verantwoordelijk voor de handhaving van het grondstromenbeleid. De handhaving dient te worden uitgevoerd door iemand die geen belanghebbende partij is bij projecten waarin licht verontreinigde grond wordt hergebruikt. De handhaving van het grondstromenbeleid kan door de gemeente aan derden worden uitbesteed voor zover de handhaver zelf geen belanghebbende partij is bij hergebruik van grond.
B
7
1 van 5
1
H 15 Grondwerk
Handboek Inrichting Openbare Ruimte Objecten en eisen
Hardheid
Bron
Bijlage
B
7
2
B
7
B
7
B
7
B
7
N
8
Stedenbouwkundig niveau (eisen m.b.t. stedenbouw, verkeer, beleid) Gebiedsoort
Onderwerp
Beleidseisen (en evt. gebruikseisen)
Alle gebieden
Toepassing bodemkwaliteitskaart
Bij grondverzet dient aan de hand van de bodemkwaliteitskaart gecontroleerd te worden of vrijkomende grond als “verdacht” moet worden aangemerkt. Indien de vrijkomende grond als “verdacht” wordt aangemerkt, geldt het volgende:
Grondtransport
Milieukundig bodemonderzoek, partijkeuring
- Tijdens de uitvoering van de werkzaamheden dient met een gesloten grondbalans te worden gewerkt. Dit houdt in dat er geen grond van de locatie mag worden afgevoerd. - Indien onverhoopt op de locatie toch grond vrijkomt, dient voldaan te worden aan de geldende regelgeving voor de afvoerverwerking en eventueel hergebruik van de verontreinigde grond. Grondtransport binnen de gemeente mag plaatsvinden op basis van de bodemkwaliteitskaart van de gemeente. Het verwerken van grond moet wel worden gemeld bij het Bevoegd Gezag . Het toepassen van partijen grond die van buiten de gemeente komen dient gemeld te worden bij de bouwstoffencoordinator (afdeling Ruimtelijke Ontwikkeling) van de gemeente. Voor grond afkomstig van buiten de gemeente worden de resultaten van een partijkeuring conform het Bouwstoffenbesluit verlangd als bewijsmiddel voor de milieuhygiënische kwaliteit van de grond. Bij deze partijkeuring dienen per 1.250 m3 grond minimaal twee analyses te zijn uitgevoerd. De melding van het verwerken van grond dient vergezeld te gaan van de resultaten van het bodemonderzoek conform NEN 5740. De bestemming van de af te voeren grond/teelaarde/zand is voor verantwoordelijkheid van de initiatiefnemer, na toepassing is de nieuwe eigenaar verantwoordelijk. Bij grondverzet dient een milieukundig bodemonderzoek uitgevoerd te worden door een ter zake kundig bureau, conform de regelgeving van het Besluit bodemkwaliteit. Bevoegd gezag mag alleen gegevens accepteren van een erkende intermediair. Alle keuringen en analyses dienen toegespitst te zijn op Kwalibo. Dit betekent dat onderzoek en advies alleen geaccepteerd mag worden van instanties die voor de betreffende werkzaamheden zijn erkend door Senternovem/Bodem+. Bovendien moeten de personen en instellingen die bepaalde cruciale functies in het bodembeheer vervullen (milieukundige begeleiding, monsterneming bij partijkeuringen, veldwerk, certificatie en inspectie) onafhankelijk zijn van hun opdrachtgever (eigenaar / initiatiefnemer). Functiescheiding en het (laten) uitvoeren van de aangewezen werkzaamheden door erkende bodemintermediairs gelden vanaf de datum dat erkenning verplicht is. Werkzaamheden die vóór de ingangsdatum van de verplichte erkenning zijn uitgevoerd, verliezen hun geldigheid door de invoering van Kwalibo niet. De ingangsdata zijn opgenomen op de website van Bodem+, zie www.senternovem.nl.
Het adviesbureau brengt aan de hand van het onderzoek een milieukundig advies uit. Toetsing vindt plaats door de gemeente.
2 van 5
R R
R
H 15 Grondwerk
Handboek Inrichting Openbare Ruimte Objecten en eisen
Hardheid
Bron
Bijlage
Stedenbouwkundig niveau (eisen m.b.t. stedenbouw, verkeer, beleid) Gebiedsoort
Onderwerp
Beleidseisen (en evt. gebruikseisen)
Grondwateronttrekking, lozing Provincie Noord-Holland is het bevoegd gezag voor de Grondwaterwet en daarmee voor onttrekkingen van grondwater (bijv. bij bouwputbemalingen); grondwateronttrekkingen moeten tijdig bij bevoegd gezag worden gemeld.
Hergebruik bouwstoffen
W
Provincie Noord-Holland is tevens bevoegd gezag voor de Wet bodembescherming en daarmee voor onttrekkingen van verontreinigd grondwater; saneringen moeten tijdig bij bevoegd gezag worden gemeld. Bij (tijdelijke) grondwateronttrekking wordt, afhankelijk van de situatie, bezien of de initiatiefnemer moet aantonen dat de voorgenomen onttrekking op een milieutechnisch aanvaardbare wijze zal geschieden en er geen schade ontstaat aan de fundering van bestaande woningen. Voor het afvoeren van bemalingswater op het riool dient een vergunning bij de gemeente aangevraagd te worden.
W
Het lozen van schoon water op oppervlakte water moet worden gemeld bij het Hoogheemraadschap AGV.
B
Verontreinigd grondwater mag niet op oppervlaktewater worden geloosd, voor het lozen van verontreinigd grondwater op het riool is een vergunning nodig van het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht. De hoeveelheden onttrokken grondwater moeten 1x per week gemeten en geregistreerd worden door of voor de toezichthouder.
B
Afvoer van bemalingwater vindt in principe plaats op open water. De exacte locatie van de afvoer wordt in overleg met de toezichthouder van de gemeente vastgesteld. De (onder-)aannemer van de initiatiefnemer dient in het bezit te zijn van een geldige (paraplu-)ontheffing voor het lozen van bronneringswater op oppervlaktewateren in het beheersgebied van Hoogheemraadschap AGV. De initiatiefnemer dient zelf of via zijn (onder-) aannemer zorg te dragen voor de melding van lozing op het oppervlaktewater aan het Hoogheemraadschap AGV. De initiatiefnemer dient, afhankelijk van de hoeveelheid of de periode van onttrekking, zelf of via zijn (onder)-aannemer, zorg te dragen voor het verkrijgen van een vergunning voor het onttrekken van grondwater of het doen van een melding voor onttrekking van grondwater bij de provincie Noord-Holland. Er dient, binnen de kaders van wet- en regelgeving, zoveel mogelijk gebruik gemaakt te worden van hergebruikte bouwstoffen.
R
Bij de toepassing van hergebruikte materialen die verstuivingsgevoelig zijn, dienen maatregelen getroffen te worden om overlast door stuiven te voorkomen.
R
B
B
R
B B B
R
Inrichtingsniveau (eisen m.b.t. ontwerp, gebruik en prestatie) Straatsoort
Onderwerp
Ontwerp- en gebruikseisen (en evt. prestatie-eisen)
Alle straten
Grondbalans
Het uitgangspunt is een gesloten grondbalans.
R
Indien een gesloten grondbalans niet mogelijk is, wordt eerst onderzocht of zinvol hergebruik binnen de gemeente Wijdemeren mogelijk is. Pas als dit aantoonbaar niet gelukt is, vervalt de vrijgekomen grond aan de aannemer.
R
Ophogingen
Algemeen
Het ophogen van het maaiveld dient selectief toegepast te worden.
R
Indien een ophoging wordt voorgesteld, dient deze te worden voorzien van een duidelijke onderbouwing. Ophogingen moeten functioneel zijn en mogen niet worden gebruikt om overtollige grond kwijt te raken.
R
3 van 5
H 15 Grondwerk
Handboek Inrichting Openbare Ruimte Objecten en eisen
Hardheid
Bron
Bijlage
Inrichtingsniveau (eisen m.b.t. ontwerp, gebruik en prestatie) Straatsoort
Onderwerp
Ontwerp- en gebruikseisen (en evt. prestatie-eisen)
Ophogingen
Geotechniek
Wanneer zettingen worden verwacht of blijken op te treden, dienen afspraken met de opdrachtgever gemaakt te worden over acceptabele waarden en aansprakelijkheid alsmede eventuele gevolgen voor buiten het plangebied. De maximale restzetting na voorbelasting dient vooraf met de opdrachtgever te worden overlegd.
R
Onderhoud
Voorkom voor ophogingen die met ruig gras worden afgewerkt steilere taluds dan 1:2. Bij afwerking met gazon mogen de taluds niet steiler zijn dan 1:3. Taluds van waterpartijen bij woningen mogen niet steiler zijn dan 1:4. Onder aan het talud moet een platberm aanwezig zijn breed 1 m. Voor de oever moet een plasberm aanwezig zijn breed minimaal 1,50 m, met een waterdiepte van max. 50 cm. boven de plasberm.
R
Voorkom taluds groter of langer dan 5 meter. Indien dit ontwerptechnisch een probleem oplevert, kan een tussenberm worden aangebracht. Voorkom bij geluidswallen taluds steiler dan 2:3. Deze taluds moeten toegankelijk zijn voor onderhoudsmaterieel. Zo nodig een opritconstructie aanleggen.
R
R
R
R
Uitvoeringsniveau (eisen m.b.t. prestatie, constructie, materiaal, bouwstoffen, beheerniveau) Elementsoort
Onderwerp
Prestatie-eisen, constructie-eisen, materiaaleisen, bouwstofeisen)
Alle elementen
Ontgraven, vervoeren en verwerken
De gemeente Wijdemeren schrijft voor dat hoeveelheidsbepaling moet plaatsvinden aan de hand van meting in het werk. Afwijken van deze methode mag alleen na goedkeuring van de directie UAV. Dit kan het geval zijn indien afwijkingen in het werk worden verwacht (dan: hoeveelheidsbepaling aan de hand van meting in middelen van vervoer) en in geval van niet verrekenbare hoeveelheden.
R
9
Grondverwerking
Bij verwerking van zand voorkomen dat grond/zand kan verstuiven. In droge perioden moet het materiaal eventueel besproeid worden.
R
9
Bodemverontreiniging
Wanneer bodemverontreiniging wordt geconstateerd, dient het werk direct stilgelegd te worden. Vervolgens moet er melding gedaan worden bij het bevoegd bezag. Bij levering van grond dient een certificaat van herkomst en samenstelling te worden overlegd aan de opdrachtgever.
R
Aanvullingen
Algemeen
R
Zand moet worden geleverd met een fabrikant eigen verklaring (certificaat) voor het aantonen van de kwaliteit. Er zijn vijf typen milieuhygiënische verklaringen die geaccepteerd worden (partijkeuring, erkende kwaliteitsverklaring, fabrikant eigen verklaring, (water)bodemonderzocht, bodemkwaliteitskaart). Bij het accepteren van zand moet ook de afleveringsbon overgedragen worden aan de gemeente, omdat daaruit blijkt of het geleverde zand wel uit dezelfde vindplaats komt als waar de verklaring betrekking op heeft.
R
Te leveren grond en zand voor tuinen en speelplaatsten mag categorie "Wonen" zijn. Grond voor gebruik in wegen mag categorie 1 zijn. Categorie "industrie" mag niet gebruikt worden voor aanvullingen. Het te leveren zand dient te voldoen aan de Standaard RAW Bepalingen artikelen 22.06.01 en 22.06.03.
R
4 van 5
R
9
H 15 Grondwerk
Handboek Inrichting Openbare Ruimte
GRONDWERK Bijlagen Nr. 1 2
Omschrijving Handreiking Bbk (Bijlage niet toegevoegd, kan via intranet en internet geraadpleegd worden) Bodemkwaliteitskaart (Bijlage niet toegevoegd, kan via intranet en internet geraadpleegd worden)
Brondocumenten Nr. Omschrijving 1 http://www.senternovem.nl/duurzaaminkopen/Criteria/gww/grondwerken_bouwrijp_maken_en_saneringbodemreiniging.asp 2 3 4 5 6 7 8 9
Besluit bodemkwaliteit (Bbk) Handhavings- en Uitvoerings Methode Bbk Wet milieubeheer Wet bodembescherming Wet verontreinging oppervlaktewateren Bodemkwaliteitskaart en bodembeheerplan gemeente Wijdemeren (2008) NEN 5740 - Strategie voor het uitvoeren van verkennend bodemonderzoek Standaard RAW-bepalingen