Gemeente Leiderdorp r 11:!

.,w.„.„;„„.

i

Gemeente Leiderdorp

ïïïšš

SW;

M,

,4

Concernzaken, Concernbeleid (O71) 5454848 [email protected]

iii:

,

Z/14/008965/17644

,

_

¿fíïgßlllig

1

Kopie

Z

H j

r

11:!

Aan de leden van de raad Z/14/008965/17644 19 december 2014

: 16 december 2014 : Z/14/002758/16748

datum kenmerk bijlagen betreft

.

2 1' 3D stand van zaken december 2014 2

VERZONDEN ï 9 UEC-

lm!!

Geachte leden van de raad,

Regelmatig spreken wij met u over verschillende thema's binnen de drie decentralisaties in het sociaal domein. Omdat de invoeringsdatum van 1 januari 2015 nadert, willen wij u voor deze datum graag nog op de hoogte brengen van de stand van zaken. Wij gaan in deze brief in op de laatste ontwikkelingen binnen het Wmo-, jeugden werkdomein. Daarbij schetsen we wat gerealiseerd is op 31 december 2014 en wat nog doorloopt in 2015. Tevens staan we kort stil bij de projectfinanciën, de algehele 3D-communicatie en hoe de informatievoorziening er verder uit ziet.

Voor 1 januari 2015 is veel gerealiseerd. Alle wettelijk benodigde besluitvorming (verordening, beleidsregels en financieel besluit) is dan afgerond. We venrvachten dat de beleidsregels in 2015 nog wel aangepast moeten worden. Een van de zaken waar nog nadere regels voor moeten worden geformuleerd betreft de persoonlijke verzorging aan cliënten met een zintuigelijke, psychische en verstandelijke beperking. Het betreft dan de persoonlijke verzorging waarbij geen sprake is van verpleging. Tot nu toe dachten we dat alleen de persoonlijke verzorging gekoppeld aan de groepsbegeleiding over zou komen naar gemeenten. Uit een recent schrijven van het ministerie blijken ook cliënten uit de bovengenoemde doelgroepen met sec persoonlijke verzorging onder de verantwoordelijkheid van de gemeente te vallen. De groep die het betreft is erg klein. Alle administratieve werkzaamheden zoals voor het Centraal Administratiekantoor (CAK), de Sociale Verzekeringsbank (SVB) worden in januari afgerond, zodat aan het eind van januari de eerste betalingen, declaraties kunnen plaats vinden. Begin januari en februari worden ook nog werkzaamheden verricht om de ICT-processen aan te laten sluiten op ons interne systeem en landelijke vereisten.

\j

1 Z 0

6

F

:ei

m

.í

0

i

j

g =e-.=...ï

._.._._.....=..

<

.„_...„____.

1 *

F i

f l

Bezoekadres Willem-Alexanderlaan 1 2351 DZ Leiderdorp Postbus 35 2350 AA Leiderdorp telefoon (071) 5458500 [email protected] www.leiderdorp.nl

F A

D4

2

*

Scan nummer 1 van 2 - Scanpagina 1 van 95

Z/14/008965/17644

_2_

Het Sociaal Team Leiderdorp (STL) is vanaf 1 januari 2015 telefonisch bereikbaar. Het realiseren van een kantoorruimte voor de backoffice medewerkers van het STL, Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en het Jeugd en Gezinsteam (JGT) is voorzien in de Buit aan de Buitenhoflaan. We verwachten dat het STL, JGT en CJG vanaf 19 januari op deze nieuwe werkplek kunnen gaan werken. Per 1 januari zal de locatie van het CJG de fysieke toegang (frontoffíce) worden voor alle inwoners van Leiderdorp met vragen voor het CJG, STL en/of JGT. De frontoffice is vanaf dan op werkdagen van 9.00-17.00 uur bereikbaar. Een drietal consulenten uit het huidige Wmo-loket zal onderdeel gaan uitmaken van het STL. De administratieve werkzaamheden voor de Wmo worden nog steeds in het gemeentehuis uitgevoerd.

ln het eerste kwartaal van 2015 worden de leden van het STL verder ingewerkt. Het team leert werken met het registratiesysteem en wordt bekend gemaakt met de privacywetgeving, de Verordening, de beleidsregels en het financieel besluit, de regels rondom klachten en beroep en bezwaar en de mandaatregeling. Overige procedures zijn voor de start van het STL verwerkt in een handboek voor de medewerkers. Alle cliënten die op grond van de gegevens van het Zorgkantoor bij de gemeente bekend zijn, zijn per brief geïnformeerd over de komende tijd (zie ook onder communicatie). Cliënten met een persoonsgebonden budget (Pgb) die nog geen zorgovereenkomst bij de SVB hebben aangeleverd zijn door ons gebeld. Het niet op tijd aanleveren van de zorgovereenkomst kan er toe leiden dat declaraties nog niet in januari kunnen plaatsvinden. Tijdens de kerstvakantieperiode blijft het Wmo-loket bereikbaar voor vragen en staanf.. medewerkers van de afdeling beleid standby om, indien nodig, actie te ondernemen. .

.

Met alle aanbieders zijn contracten gesloten. Voor de persoonlijke verzorging worden op korte termijn nog afspraken gemaakt. ln 2015 zal in het kader van het bestuurlijk contracteren verder gewerkt worden aan het afstemmen van afspraken op de ervaren praktijk. We verwachten dat we nog wel wat vraagstukken zullen tegenkomen die zich op het snijvlak van de verschillende wetgeving afspelen. Belangrijk is dat we daar gezamenlijk een passend antwoord op formuleren. Mocht u dit proces willen volgen dan kan dit op http;]/wvvw.servicebunt71_nl/inkooo-en-aanbestedenl. U vindt op de site de verslagen en andere relevante documenten. Op advies van SP71 wordt voor de Wmo geen apart privacyprotocol ontwikkeld. De Wmo 2015 kent in feite een Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp)-conforme regeling die aan het college is opgedragen. Daarin zijn doel, verstrekker, ontvanger en bewerker genoemd. De regeling van de verwerking van persoonsgegevens in de Wmo 2015 is zodanig uitgebreid en Wbp-conform dat op dit moment geen nadere regelgeving via een privacy protocol wordt ovewvogen. integendeel; een protocol zou juist verwarrend kunnen werken in de uitvoering. De regeling is opgenomen in Hoofdstuk 5 van de Wmo 2015. ln de Jeugdwet is de doorwerking van de Wbp niet zo uitvoerig gedaan.

De implementatie van hetjeugdhulpbeleid is in volle gang. De pilot (proeftuin) van het Jeugden Gezinsteam (JGT) is geëvalueerd. Het JGT voor Leiderdorp en Zoetenivoude gaat in 2015 verder. ln het najaar zijn alle proeftuinen van de JGT's in Holland Rijnland geëvalueerd. ln


Z/14/008965/17644

_3_

bijlage 1 bij deze bief voegen we deze evaluatie. De samenwerking tussen het JGT en de netwerkpartners is in de proeftuin reeds tot stand gekomen. Met name in de samenwerking met het onderwijs -zowel primair als voorgezet- is veel geïnvesteerd. Beide partijen zijn erg te spreken over deze samenwerking. Er wordt druk gewerkt aan de huisvesting van het JGT die gezamenlijk wordt opgepakt met het STL (zie onder Wmo). Het administratiesysteem PlusPlan is in de proefperiode doorontwikkeld, waarbij veel aandacht is besteed aan het voldoen aan de privacywetgeving en het verlagen van de administratielast. ln Holland Rijnland verband is de werkgroep druk bezig met het vormgeven van de coöperatie waar alle JGT's in de regio onder gaan vallen.

We zijn in overleg met de huisartsen van Leiderdorp. Het Hagro1Leiderdorp heeft drie contactpersonen aangewezen voor de thema's waarop wij de komende periode gaan samenwerken te weten jeugdhulp, GGZ en ouderenzorg. De afgelopen periode is er al met de huisartsen samengewerkt in de pilot van het JGT. De concept samenwerkingsagenda wordt begin 2015 met de huisartsen besproken. Er zijn samenwerkingsafspraken met de Raad voor start op 5 de Kinderbescherming gemaakt. De hieruit voortvloeiende Jeugdbeschermingstafelz januari met de eerste casus. Om dit te kunnen realiseren heeft de Raad voor de Kinderbescherming tot half februari 2015 om niet een voorzitter beschikbaar gesteld. De benodigde besluiten zijn genomen en het beleidsplan 'Hart voor de jeugd', de Verordening jeugdhulp Leiderdorp 2015 en de nadere regels jeugdhulp zijn vastgesteld. Bij de totstandkoming van deze documenten zijn ouders, jeugdigen en andere partners betrokken.

ln navolging van uw besluit op 16 juni jl. is het proces van het regionaal opdrachtgeverschap afgerond. Holland Rijnland gaat voor gemeenten in het kader van het opdrachtgeverschap een aantal taken uitvoeren. De afspraken hierover zijn vastgelegd in de Dienstverleningsovereenkomstjeugdhulp 2014-2016 Gemeenten-Holland Rijnland. Holland Rijnland voert de taken in het kader van het opdrachtgeverschap uit in mandaat. Uiteindelijk blijven de gemeenten als opdrachtgever financieel en juridisch verantwoordelijk en aansprakelijk. Het college heeft op 25 november de Dienstverleningsovereenkomstjeugdhulp 2014-2016 Gemeenten-Holland Rijnland vastgesteld en de daarbij horende mandaten afgegeven. Begin december is aan iedereen in Leiderdorp die een Pgb jeugd ontvangt een brief hierover gestuurd. Het college heeft besloten om niet te korten op de Pgb-indicaties voorjeugdhulp, die doorlopen in 2015 en om de indicaties die voor 1 april 2015 aflopen met 2 maanden te verlengen tot maximaal 1 mei 2015, dit in het kader van het overgangsrecht. Dit komt overeen met de besluiten uit de andere gemeenten in de Leidse regio. Op 1 januari 2015 is de jeugdhulp voor alle soorten jeugdhulp (jeugd bescherming, basis en specialistische zorg en de inzet voor de JGT's) gecontracteerd. Op de website van Holland Rijnland staat een actueel overzicht van de gecontracteerde jeugdhulpaanbieders.

1

Huisartsengroep overleg Leiderdorp De jeugdbeschermingstafel is het huidige casus overleg bescherming (het overleg waarbij het besluit wordt genomen of er een onderzoek door de Raad voor de Kinderbescherming gedaan moet worden) maar dan uitgebreid met een onafhankelijk voorzitter, secretaris, ouders, de betrokken kinderen als zij 12 jaar of ouder zijn, de melder en de betrokken hulpverlener. 2


Z/14/008965/17644

-4_

De diverse organisaties die een aparte crisisdienst hebben is gevraagd te komen tot één regionale crisisdienst. Zij zijn hier inmiddels mee aan de slag en streven er naar deze in het eerste kwartaal 2015 te kunnen laten functioneren, vooralsnog alleen voorjeugd. Op termijn zal deze worden uitgebreid naar een crisisdienst voor 0-100 jaar. De aanbieders hebben aangegeven dit niet voor 1 januari te kunnen realiseren. Het oude telefoonnummer blijft hierdoor nog van kracht en zal zowel op de gemeentelijke als de CJG-website worden gepubliceerd.

Het privacyprotocol voorjeugd is gereed. Ons college heeft het privacyprotocol 16 december vastgesteld. ln bijlage 2 vindt u een afschrift van het privacyprotocol jeugd. Werk De voorbereiding voor de invoering van de Participatiewet ligt op schema en is voor het belangrijkste deel afgerond vóór de invoeringsdatum van 1 januari 2015. De centrale uitgangspunten en beleidskeuzes met betrekking tot de doelgroepen, instrumenten en de inzet van de beschikbare middelen zijn door uw raad inmiddels vastgesteld (beleidsplan), evenals het beleid en de keuzes ten aanzien van de invulling van de tegenprestatie. Het college heeft de besluitvorming over de nota en beleidsregels minimabeleid afgerond, tenivijl uw raad zich medio januari 2015 definitief zal kunnen uitspreken over de beschikbaarstelling van de daartoe benodigde middelen. De invoering van de Participatiewet heeft voorts gevolgen voor een substantieel deel van de verordeningen en beleidsregels. ln een aantal gevallen zijn nieuwe besluiten, voortvloeiend uit beleidsplan of notitie tegenprestatie, noodzakelijk. Soms betreft het slechts redactionele of technische aanpassingen. Tot slot kan een beperkt aantal beleidsregels vervallen. Ook hier liggen we op schema. De belangrijkste verordeningen die waar nieuwe en inhoudelijke keuzes moeten worden gemaakt- zijn inmiddels door uw raad vastgesteld. Het betreft de reintegratieverordening, de afstemmingsverordening en de verordening tegenprestatie. Een tweetal verordeningen de individuele inkomenstoeslag en individuele studietoeslag zal naar verwachting in de raadscyclus van januari/februari ter besluitvorming aan uw raad worden voorgelegd. We blijven daarmee overigens ruim binnen de door het rijk gestelde termijn van 1 juli 2015. De technische en redactionele aanpassing van de beleidsregels inkomstenvrijlating, opstapsubsidie (voorheen loonkostensubsidie) en verlagingen - ronden wij in december af. Hetzelfde geldt voor het intrekken van een drietal beleidsregels per 1 januari 2015: op het terrein van premies, scholing of educatie, en vergoeding kosten arbeidsinschakeling en reintegratie. Een aantal technische aanpassingen volgt in het eerste kwartaal van 2015. Het betreft de verordening cliëntenparticipatie, de handhavingsverordening en de verordening verrekening bestuurlijke boete en de beleidsregels terugvordering en verhaal. ^

-

-

-

-

De uitvoeringsorganisatie in Leiden is druk bezig met de voorbereiding op de invoering van de Participatiewet. Het vastgestelde beleid, de verordeningen en beleidsregels zijn vertaald in werkinstructies. Het is de bedoeling dat ook op het terrein van Werk en Inkomen per 2015 gewerkt gaat worden met wijkteams. Leiderdorp zal samen met een of meerdere Leidse wijken in één wijkteam worden ondergebracht. Tussen de uitvoeringsorganisatie (inclusief Leiderdorp) en DZB zal op korte termijn een nieuw managementcontract worden gesloten, waarin concrete afspraken worden vastgelegd over de uitvoering op het gebied van reintegratie en Wsw, inclusief nieuwe instrumenten als de social firm en nieuw beschut werk. Bestaande en nieuwe klanten zijn direct en via diverse media geïnformeerd over de


Z/14/008965/17644

_5_

Naast de algemene communicatie gericht op alle inwoners zijn we, samen met onze maatschappelijke partners, sinds oktober individuele inwoners aan het informeren over hun specifieke situatie, wijzigingen en een eventuele overgangsperiode. Zij krijgen hierover brieven, soms van de gemeente, soms van aanbieders. ln de brieven wordt geïnformeerd over wat de wijziging inhoudt, waar iemand meer informatie vindt, en waar iemand met vragen terecht kan, bijvoorbeeld bij het CJG, de zorgaanbieder, Team Werk en Inkomen of de gemeente zelf. Het Wmo-loket is sinds november ingericht met extra telefoonbezetting, zodat inwoners goed te woord kunnen worden gestaan. informatie naar de raad Ook na de invoeringsdatum van 1 januari blijven wij met u in gesprek over de ontwikkelingen op het sociaal domein. Tijdens de verdere implementatie en uitvoeringsfase blijven wij u uiteraard informeren en raadplegen via presentatieavonden, informatiebijeenkomsten, voorstellen, financiële rapportages en brieven.

Hoogachtend,

f`\.

en wethouders, buremeester

`*

f

0

ßlj¿/

„. eüretgršs

Driessefmlars/erf

LM burgemeester

rßw,/I”


"

Z/14/008965/17644

_5_

wijzigingen en de daaruit voortvloeiende gevolgen. Dit in aanvulling op de algemene communicatie-uitingen, die zich ook richten op een bredere doelgroep. Voorts zullen op korte termijn binnen de uitvoeringsorganisatie contactpersonen voor het STL en het JGT in Leiderdorp worden aangewezen. Holland Rijnland opgepakt. Het Werkbedrijf is op het gebied van de arbeidsmarktregio Gekozen is voor een netvverkorganisatie, met een beperkte facilitaire ondersteuning, en een subregionale uitvoering door de bestaande werkgeversservicepunten. Voor Leiderdorp is dit het werkgeverservicepunt in Leiden. Het Werkbedrijf is op 1 januari bedrijfsklaar en in staat de belangrijkste taken uit te voeren. Omdat sprake is van een groeimodel zal het Werkbedrijf de komende maanden verder vorm krijgen. De bestuurlijke aansturing van gemeenten en vertegenwoordigers van werkgevers en werknemers is geregeld, er zijn afspraken gemaakt met het UWV over onder meer de loonwaardemeting, het doelgroepenregister en het delen van de expertise op het terrein van de Wajong. Ook de no-riskpolis (voor mensen met een (onder meer voor mensen die een arbeidsbeperking) en PEP (PraktijkEn/aringPlek)-polis verband in geregeld. regionaal tegenprestatie vervullen) zijn -

-

De werkgeversdienstverlening is een belangrijke taak van het regionale Werkbedrijf en de subregionale werkgeversservicepunten. Naast het daadwerkelijk koppelen van garantiebanen aan werkzoekenden is het adequaat informeren van werkgevers van groot belang. Hoewel veel werk reeds is verzet en veel werkgevers in redelijke mate op de hoogte zijn, geldt dit nog niet voor iedereen. Vooral binnen het midden- en kleinbedrijf leven nog veel vragen. Hier ligt primair een taak voor het Werkbedrijf. Van werkgeversorganisaties mag eveneens venNacht worden dat zij hun eigen achterban goed informeren. Maar ook de gemeente ziet hier voor zichzelf nadrukkelijk een taak. De wethouders vervullen een ambassadeursrol en in de reguliere overleggen zal dit ondeniverp, waar nodig en relevant, regelmatig geagendeerd worden.

Financien ln 2014 hebben wij diverse 3D-projeotuitgaven en implementatiekosten gemaakt. Het door u beschikbaar gestelde 3D-projectbudget voor de implementatie van de drie decentralisaties in 2014 en 2015 is nog niet volledig besteed. Bij het opmaken van de jaarrekening 2014 wordt een en ander inzichtelijk gemaakt. Medio februari 2015 wordt u tussentijds geïnformeerd over de uitputting van de projectgelden. Vooralsnog gaan wij er vanuit dat de resterende implementatiegelden ook voldoende zijn voor de eenmalige (implementatie)uitgaven in 2015. Communicatie ln de afgelopen maanden hebben we via SamenLeiderdorp algemene informatie verstrekt over de veranderingen. De communicatie was met name gericht op informeren over het proces en wat de veranderingen voor inwoners van Leiderdorp betekenen. ln november heeft de derde special “Samen Leiderdorp” in het Leiderdorps Weekblad gestaan. Het doel van SamenLeiderdorp is aandacht te genereren voor de veranderingen en een zo breed mogelijke doelgroep te bereiken. ln week 50 is een groot inten/iew met de wethouders 3D gepubliceerd in het Leiderdorps Weekblad. Als laatste communicatie uiting van 2014 ontvangt iedere inwoner van Leiderdorp in week 51 de 3D-wegwijzer. Deze wegwijzer geeft weer waar iemand terecht kan met vragen of hulp voor Wmo, jeugd en werk. ln 2015 wordt de communicatie voortgezet en in februari verschijnt een nieuwe special 'Samen Leiderdorp' in het Leiderdorps Weekblad.


Z/14/008965/17644

wg

centrum voor jeugd en gezin

Eindevaäuatie Pmeftuinen Jeugd- en (šezínsteams Molíand Rijnïand

wee! 1: De regionale øpbrengsten

,

va

"”

Oktober 2014 Projectieiding, coaches, teams


Z/14/008965/17644

Deel 1: De regionale opbrengsten

........................................................................ ._

...................................................................... _.

..

... .

__ ._ 1. Onze jeugdigen en gezinnen ......... 1.1 De aanmeldingen .......... ...._. 1.2 De aanmeldingsvragen __......_._.____._. .. 1.3 Het proces na de aanmelding 1.4 De ervaringen vanjongeren en ouders.__.__.. 1.5 Aanbevelingen en actiepunten

__

..

.. .. . .__....... _____.__.

.__..__.„ ..__ ........_..13

_ __ _

............ .... .. ................... .._..... _... . . .

_ _ __ _„ _ 2. Ervaringen van de teams ...._____ _ _ ___ _ 2.1 Uitvoering van de proeftuin opdracht 2.2 Tevredenheid van de medewerkers.__..._ 2.3 Aanbevelingen en actiepunten .......

.._.

_

__

_

__ _

__ __

RDUJID

Inleiding Samenvatting

.. . .. .....

„ _ __ _.

...._._..._17

_ _

..__..

.._.„....__. ._.__._.18

. ._

...._

._..

_ _.

_

.............................................................................. .. .. . ...._. ... ..., .. . .. ..... ..

3. Integratie binnen het CJG 3.1 Watgaat goed ......... 3.2 Wat kan beter ...... 3.3 Aanbevelingen en actiepunten 4.

4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7

__

_ ,

__

__

_ _ __ _

__.

„

_ _ _.

.................................................... _.26

Belangrijke samenwerkingspartners .... _._._. .________ .._______ ._____ _ __ __ Samenwerken met het onderwijs_..._... ..._._._._ _. . ... .. .. __.__. Samenwerken met huisartsen __._._.__..._.___._.... _ _ _. .......__ _. ____. _.. _. Samenwerken binnen het sociale domein ___._.__ _ Samenwerken met Integrale Vroeghulp ._____ Samenwerken met het jeugdpreventieteam..___...______..____.__.__.__.__.__._. Samenwerken met eerstelijns psychologen..._.___._______ Samenwerken op het snijvlak tussen vrijwillig en gedwongen kader__._...,_. ....__

Eindevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

.. .

2


.. .

Deel 1: Regionale opbrengsten

Z/14/008965/17644

Inleiding Transitie

De gemeenten in Holland Rijnlandlwerken nauw samen aan de transitie en transformatie van de huidige jeugdzorg. Er is een regionaal toekomstmodel opgesteld en een regionaal beleidsplan Hart voor dejeugd vastgesteld. Daarin nemen de integrale Jeugd- en Gezinsteams een centrale plaats in. De teams bestaan uit werkers vanuit de huidige jeugden opvoedhulp, de GGZ, de zorg voorjeugd met een verstandelijke beperking, MEE, Bureau Jeugdzorg en maatschappelijk werkz.De teams werken vanuit het CJG in een gemeente, dorpskern of wijk. Zij zijn nauw verbonden met de daar aanwezige basisvoorzieningen als scholen, kinderopvang, huisartsen en sociale teams. Naast consultatie en advies bieden de teams ook enkelvoudige diagnostiek en ambulante hulp. ln zes proeftuinen in de regio deden gemeenten en zorgaanbieders de afgelopen 10 maanden ervaring op met deze nieuwe manier van werken. De teams zijn in januari 2014 begonnen, vanaf maart 2014 konden ouders en jongeren

zich aanmelden.

Opdracht aan de proeftuinen De teams in de proeftuinen ontwikkelden nieuwe manieren om de jeugdhulp te organiseren. Met als doelstelling dejeugd en haar gezinnen in de regio Holland Rijnland zo goed mogelijk bij te staan bij het opvoeden en opgroeien, daar waar dat niet vanzelf gaat. ln de proeftuinen is gewerkt vanuit de overtuiging dat de transitie van de jeugdzorg kansen biedt op een werkelijke transformatie van de hulpverlening. De transitie geeft de kans de hulp weer echt nabij, op maat, snel en deskundig in te zetten. Door waar mogelijk de kinderen en hun ouders de regie terug te geven. En door de organisatie van deze hulpverlening zó vorm te geven, dat de professional weer aan zet komt. Dat noemen we het organiseren van de variatie. zijn we op zoek gegaan naar nieuwe en Wouter Hartø', Geïnspireerd door Annemarie van Dalen3 vormen van organisatie van de hulp. Zonder die dicht te timmeren met regels en procedures, waardoor de hulp afstandelijk en anoniem dreigt te worden. Zonder nieuwe indicatiestellingen in het leven te roepen, die administratieve arbeid opleveren en de hulp ook nog duurder bleken te maken. De opdracht aan de teams in de proeftuinen was drieledigsz Opdracht 1: Geefconcrete uitwerking aan de doelstelling en kernwaarden van de Jeugd- en Gezinsteams:

Doelstelling Jeugd- en Gezinsteams Een gezonde ontwikkeling van kinderen en jongeren. Op het moment dat opvoeden en opgroeien, om welke reden dan ook, ingewikkeld blijkt krijgen gezinnen ondersteuning bij het vinden van hun eigen antwoorden op hun eigen vragen. Kernwaarden: Verbinden, versterken, doen wat nodig is, deskundig ln deze evaluatie doen we verslag van de wijze waarop aan deze opdracht is gewerkt en wat dit heeft opgeleverd voor ouders, jeugdigen, teamleden en belangrijke samenwerkingspartners.

1

Alphen aan den Rijn, Hillegom, Kaag en Braasem, Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Lisse, Nieuwkoop, Noordwijk, Noordwijkerhout, Oegstgeest,

Teylingen, Zoeterwoude 2

Zorgaanbieders die participeren in de proeftuinen: Bureau jeugdzorg, Cardea Jeugdzorg, Curium-Lumc,

Gemlva, 's Heerenloo, lnzowijs,

lpse de Bruggen, Kwadraad, Mee, Rivierduineri 3

Zie ook: www.amiersorgagjsereiivaggggggggll

"

Zie ook: ïww.verdr§g±çlenrganisaties.nl

5

Zie ook: Plan van aanpak proeftuinen, oktober 2013

Elndevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

3


Deel l: Regionale opbrengsten

Z/14/008965/17644

Opdracht 2: Lever input voor het vaststellen van de kaders: de grootte en samenstelling van de teams, de precieze taakstelling en afbakening, verhouding tot andere zorgpartners etcetera. Vanaf de start van de proeftuinen participeerden projectleider, coaches en teamleden o.a. in werkgroepen, denksessies, inspiratiebijeenkomsten, meeleesgroepen om deze input te leveren. Een en ander heeft inmiddels zijn beslag gekregen (of krijgt dat nog voor het eind van jaar) in gemeentelijke verordeningen, contracten die met de zorgaanbieders worden afgesloten, nadere regels rond beschikkingen en PGB's, regionale afspraken met samenwerkingsverbanden onderwijs, afspraken met regionale huisartsenverenigingen, etc.

Opdracht 3: Lever een overgangsplan op zodat op 1 januari' 2015 in alle gemeenten kunnen gaan.

voldoende teams van start

Inmiddels zijn zeven nieuwe coaches aangetrokken en zijn de 24 (nieuwe) teams bijna compleet. ln november en december 2014 doorlopen de coaches en de teams een inwerkprogramma. Door coaches en teamleden uit de proeftuinen wordt momenteel hard gewerkt aan het vullen van de online JGT-gids: het handboek voor de nieuwe teams. Ook de coördinatoren van de Centra voor Jeugd en Gezin en de lokale projectleiders (ambtenaren jeugd) uit de proeftuinen leveren daaraan hun bijdrage. Gemeenten en betrokken zorgaanbieders zijn druk doende de randvoorwaarden rond huisvesting, passende organisatievorm, ICT en dergelijke voor 2015 te realiseren. Eindevaluatie ln deze rapportage presenteren we de opbrengsten van de proeftuinen die in januari 2014 van start gingen. De evaluatie bestaat uit drie delen: Deel 1: De regionale opbrengsten Deel 2: De zes Jeugd- en Gezinsteams vertellen Deel 3: Evaluatiebijeenkomsten met cliënten en samenwerkingspartners Het was een intensieve tijd voor alle betrokkenen. We liepen over een brug die we tegelijkertijd samen aan het bouwen waren, om ons heen kolkte de rivier Wat ons hielp was dat we ons telkens weer konden verbinden aan de bedoeling: de kinderen, jongeren en gezinnen die onze hulp nodig hebben. Met als richtinggevend kompas onze

kern waarden: verbinden, versterken, doen wat nodig is en deskundig zijn. Wat ook hielp was dat steeds meer mensen zich verbonden aan de bedoeling en onze kernwaarden, en zo in belangrijke mate bijdroegen aan het volbrengen van onze opdracht. ln het bijzonder de lokale projectleiders en CJG-coördinatoren. Maar ook allen die vanuit de "moederorganisaties” hun bijdragen leverden, ambtenaren in de werkgroepen, ondersteuning vanuit Holland Rijnland en wethouders die op het juiste moment telkens achter ons stonden. En last but not least: de niet aflatende steun van onze transitiemanager Marion Goedhart.

31 oktober 2014 Quirien van der Zijden (projectleider), Jeannette Anker, José Huls, Karin Stam, Sophie Hospers, Cees Neuvel -interim-, Vanessa Slavenburg (teamcoaches) Jeugd- en Gezinsteams Alphen aan den Rijn aan den Rijn, Katwijk, Leiden, Leiderdorp/Zoeterwoude, Lisse en Nieuwkoop

Eindevaluatie Proef-tuinenHolland Rijnland

4



Z/14/008965/17644

Samenvatting De zes teams in de proeftuinen hadden de opdracht om hun hulp op nieuwe manieren te organiseren: nabij, op maat, snel en deskundig. Met als doelstelling de jeugd en haar gezinnen in de regio Holland Rijnland zo goed mogelijk bij te staan bij het opvoeden en opgroeien, daar waar dat niet vanzelf gaat. De opdracht aan de teams in de proeftuinen was drieledig: 1. Geef concrete uitwerking aan de doelstelling en kernwaarden van de Jeugd- en Gezinsteams 2. Lever input voor het vaststellen van de kaders: de grootte en samenstelling van de teams, de precieze taakstelling en afbakening, verhouding tot andere zorgpartners etcetera. 3. Lever een overgangsplan op zodat op ljanuari 2015 in alle gemeenten voldoende teams van start kunnen.

ln deze eindevaluatie wordt met name verslag gedaan over de wijze waarop aan de eerste opdracht is gewerkt en wat dit heeft opgeleverd voor ouders, jeugdigen, teamleden en belangrijke samenwerkingspartners. De opbrengsten uit de eerste opdracht zijn de afgelopen maanden al direct benut voor de uitvoering van opdracht 2 en 3.

Onze jeugdigen en gezinnen ln de periode maart augustus 2014 zijn totaal 733 aanmeldingen verwerkt. Het aantal gezinnen dat is begeleid ligt een flink stuk hoger: voor een kortdurend contact, een consultatie of advies hoeven door huidige ouders geen aparte aanmelding te doen. Ook zijn noodgedwongen financieringsregels- nog veel begeleidingstrajecten vastgelegd in de systemen van de -

-

moederorganisaties.

De aanmeldingsvragen blijken onder te verdelen in drie hoofdcategorieën: -

-

-

Opvoedingsvragen (34 %) Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (59 %) Vragen rond analyse (en organiseren) van benodigde ondersteuning

(18 %)

Ouders en jongeren geven de teams als rapportcijfer een 8,4. Ze zijn met name tevreden over het laagdrempelige contact, de bereikbaarheid, de snelheid en het feit dat medewerkers op huisbezoek komen. Ook de positieve houding en betrokkenheid wordt gewaardeerd. Het hebben van een vaste en de samenwerking met andere instanties via 1GezinlPlan wordt ook gewaardeerd. contactpersoon Aanbevelingen *

*

*

in de teams. En neem de door ouders Bespreek de verslagen van de evaluatiebijeenkomsten gedane aanbevelingen mee bij de vervolgstappen richting 2015. De teams gaan gebruik maken van een instrument waarmee zij meer directe cliënt feedback krijgen op resultaat en bejegening: twee korte vragenlijstjes die aan het eind van een gesprek ter plekke door de cliënt ingevuld. Onderzoek wijst dat uit dat het gebruik van dit instrument in de praktijk leidt tot minder drop-out en een beter afgestemde behandelduur en

behandelfrequentie. De evaluatiebijeenkomsten worden door de aanwezige ouders en jongeren gewaardeerd. Maar het aantal aanwezige ouders en jongeren was laag. Neem voor de bijeenkomsten in 2015 de adviezen van JSO op dit gebied over (zie deel lll van de rapportage).


5



Z/14/008965/17644

Ervaringen van de teams ln de proeftuinen hebben de teams zich op de ontwikkeling van vijf domeinen gericht: 1. het organiseren van instroom en bereikbaarheid 2. methodisch werken als integraal team u-|:|>.u›

. .

integratie binnen het CJG gebiedsgericht werken bijdragen aan de doorontwikkeling

van PlusPlan (online aanmelding en gezinsplan)

Momenteel worden de ervaringen, ontwikkelde werkwijzen en instrumenten vastgelegd in de online JGT-gids: het handboek voor de nieuwe teams. De ervaringen die de teams hebben opgedaan vormden tevens belangrijke input voor de uitwerking van de kaders (gemeentelijke verordeningen, contracten met zorgaanbieders, regionale afspraken) en het inwerkprogramma van de zeven nieuwe coaches en de achttien nieuwe teams die in januari 2015 van start gaan. Twee nieuwe taken verdienen daarbij de komende maanden, en de eerste periode van 2015 nog extra aandacht: de nieuwe werkwijze rondom de inzet van PGB's. En de samenwerking op het snijvlak van vrijwillig en gedwongen kader (zie verderop). Aan de teamleden is op twee verschillende momenten gevraagd naar hun tevredenheid over het werken in de Jeugd- en Gezinsteams. Op beide momenten gaven de meeste medewerkers het werken in het team gemiddeld een zeven. De meerderheid kan het goed vinden met de nieuwe collega's en voelt zich trots op het team. De

medewerkers ervaren redelijk tot voldoende steun van hun coaches en ervaren redelijk tot voldoende ruimte om zelf allerlei zaken te regelen. Bijna de helft van de medewerkers stelt in de proeftuin minder bureauwerk/papierwerk te doen dan in hun oude werk. Bijna de helft van de medewerkers stelt sneller de zorg te kunnen realiseren dan voorheen in hun oude werkomgeving. Over het algemeen vinden zij de zorg die geboden wordt door de teams goed. De meerderheid vindt dat door het bij elkaar brengen van medewerkers met diverse expertise de kwaliteit van de zorg is toegenomen.

De medewerkers in de proeftuin zijn niet tevreden over de faciliteiten op het werk. Dit is belangrijk punt van aandacht in de voorbereidingen richting 2015.

Uit de evaluaties van en met de teams blijkt dat zij het werken als JGT-er over het algemeen positief beoordelen. Maar ook wordt duidelijk dat de druk op de teams hoog is: nieuw team, nieuwe taken, nieuwe werkomgeving, alles in ontwikkeling. En dat onder grote externe belangstelling. Goede ondersteuning en toerusting is voor de teams essentieel. Ook is het belangrijk om realistische verwachtingen te hebben en de teams de tijd te geven zich goed te ontwikkelen. Het is wijsheid hier met elkaar enkele jaren voor uit te trekken.

Aanbevelingen *

*

*

Investeer in de ondersteuning van de teams door de teamcoaches. En investeer in de samenwerking tussen de coaches en de leidinggevenden van de teamleden. Investeer in 2015 stevig in de toerusting van de teamleden. Geef daar prioriteit aan en belast dit eerstejaar teamleden niet ook nog met verplichte scholing binnen de moederorganisaties. Maak wel een plan voor het behoud van ieders specifieke deskundheid. Geef voor ljanuari 2015 nog praktisch uitwerking aan nadere regels van gemeenten rond de inzet van PGB's.Ontwikkel een implementatieplan voor toerusting en ondersteuning van de 24 teams bij het uitvoering van deze nieuwe taak in 2015.


6



Z/14/008965/17644

Houd realistische verwachtingen: houd goed voor ogen wat wel en wat niet binnen de opdracht van de Jeugd- en Gezinsteams thuishoort. Maak een overzicht van instanties die verantwoordelijk zijn voor bemoeizorg, crisishulp en gedwongen hulp; dit zijn geen taken van de teams. Stimuleer dat alle betrokkenen in het jeugdstelsel hun verantwoordelijkheid te nemen, in plaats van alles neer te leggen bij de teams.

*

integratie binnen het CJG De Jeugd- en Gezinsteams maken onderdeel uit van het CJG. Bij de start moesten zowel de JGT-ers als de mensen die al langer binnen het CJG werkten hier erg aan wennen. Van beide kanten is stevig geïnvesteerd in de relatie. De C.lG-coördinatoren hebben daarbij een belangrijke verbindende rol

gespeeld.

Aanbevelingen: * Besteed vanaf het begin aandacht aan de integratie van de teams binnen het CJG. * Draag zorg voor goede faciliteiten voor de huidige teams, en de 18 teams die starten per 2015 (huisvesting, kantoorinrichting, ICT en telefonie). * Draag zorg voor goede ondersteunende communicatie naar buiten (folders, posters, visitekaartjes, website etc.). En bouw daarbij voort op de huisstijl, website en die door de CJG's de afgelopen jaren is opgebouwd. communicatiestructuur * Organiseer in 2015 ook de interne communicatie per CJG-locatie zodat medewerkers goed ge'informeerd raken over elkaars werk en lokale ontwikkelingen. Belangrijke samenwerkingspartners In de proeftuinen is door de teamleden stevig geïnvesteerd op de lokale partners. De samenwerking met scholen (primair en voortgezet onderwijs) en huisartsen had daarbij prioriteit. Daarnaast werd samenwerking gezocht met sociale teams, WMO-loketten, jongerenwerk, integrale vroeghulp, Jeugdpreventieteams, eerstelijns psychologen en diverse andere lokale partners. De ervaringen die in deze samenwerkingsrelaties zijn opgedaan zijn op twee manieren geëvalueerd: ln september '14 organiseerden we lokale evaluatiebijeenkomsten voor samenwerkingspartners, ouders en jongeren. Bedoeld om met deze partners samen na te gaan wat er nu goed gaat, wat er beter kan, en hoe we gezamenlijk verder kunnen bouwen. Deze bijeenkomsten werden door de samenwerkingspartners goed bezocht en gewaardeerd. Los van deze bijeenkomsten zijn scholen en huisartsen door de medewerkers van de Jeugd- en Gezinsteams extra bevraagd op de samenwerking. In het algemeen zijn heel positieve ervaringen opgedaan in de samenwerking

met deze partijen.

Aanbevelingen: Onderwijs Besteed in 2015 veel aandacht aan de samenwerking op en de communicatie met de scholen. Wissel goede voorbeelden uit en ontwikkel samen, in de praktijk, bij de school passende werkwijzen. Neem in de werkwijze op dat JGT en school met elkaar en met de leerling/het gezin telkens op maat afspraken maken over de wijze van terugkoppeling. -

-

Huisartsen -

-

-

Terugkoppeling na een verwijzing is voor huisartsen belangrijk, maak hier goede afspraken over en kom ze na. Het lijkt nuttig elkaar te vooral te zien of te spreken wanneer het nodig is/er aanleiding toe is. Overleg rond een concrete casus blijkt een verbindende factor. Maak als vaste contactpersoon van de huisarts concrete afspraken over de onderlinge bereikbaarheid.


7



Z/14/008965/17644

Sociaal domein De wijze waarop gemeenten vormgeven aan de verbinding tussen de WMO, de participatiewet en de jeugdwet verschilt. Speel hier vanuit de Jeugd- en Gezinsteams actief op in en sluiten aan op de lokaal gewenste situatie. Maak gebruik van positieve ervaringen uit andere gemeenten. -

Integrale vroeghulp Continueer de in gang gezette samenwerking met lVH, zorg dat ieder Jeugd- en Gezinsteam een aandachtfunctionaris IVH heeft. Zorg voor nauwe samenwerking tussen de Jeugdgezondheidszorg en het Jeugd- en Gezinsteam, maak bij zorgen om ontwikkelingsachterstanden gebruik van elkaars expertise. -

Jeugdpreventieteam (JPT) Draag zorg voor een nauwe samenwerking JPT-JGTvoor die jongeren die met politie in aanraking komen en die behandeling/begeleiding nodig hebben voor stoornis/drugsgebruik of waarbij sprake is van een problematische opvoedingssituatie. -

Eerstelijns psychologen Zorg voor een lijst met gecontracteerde zorgaanbieders, waaronder de eerstelijns psychologen. Zoek vanuit de teams contact met de eerstelijns praktijken in het werkgebied en maak lokaal afspraken over de wijze waarop verbinding wordt gelegd en samen wordt gewerkt

-

-

Samenwerken op het snijvlak van vrijwillig en gedwongen kader Coaches ontwikkel op korte termijn, samen met deskundigen vanuit en buiten de teams, een passende werkwijze met concrete handvatten voor het werken met veiligheidsplannen, Verzoeken Tot Onderzoek bij de Raad en het COB+. Ontwikkel tevens een implementatieplan voor toerusting en ondersteuning van de 24 teams bij het uitvoering van deze nieuwe taak in 2015. -

-


8



Z/14/008965/17644

1. Onze jeugdigen en gezinnen ln dit hoofdstuk schetsen we een beeld van de gezinnen en jongeren waarmee de teams het afgelopen halfjaar contact hadden. Met welke vraag kwamen zij naar hetleugd- en Gezinsteam? Hoe vaak werd met hen een gezinsplan opgesteld? Hoe vaak zijn specialisten ingeschakeld? Hoeveel

trajecten zijn het afgelopen halfjaar afgesloten, en op welke wijze? In de laatste paragraaf van dit hoofdstuk komen ouders en jongeren zelf aan het woord: hoe hebben zij de hulp van deleugd- en Gezinsteams ervaren?

1.1

De aanmeldingen

Vanaf 1 maart 2014 zijn de zes teams in de proeftuinen gestart met het aannemen van vragen. Tot 1 september 2014 zijn totaal 733 aanmeldingen vastgelegd. Bij 92% van deze aanmeldingen had de cliënt binnen een week een gesprek met een teamlid.

"cliënten

vastgelegd in PIusP/an Alphen aan den Rijn Katwijk Leiden Noord Leiderdorp/Zoeterwoude

mj l

99 71

Lisse WWW

176 nu

Totaal

%*_š_*

%_Nieuwkoop

uu

I

103 137 š

_

\i

Aantal

Het aantal vastgelegde aanmeldingen betreft slechts een deel van het totaal aantal gezinnen waarvoor de teams zich hebben ingezet. Alleen wanneer het voor de cliënt zinvol is om een dossier op te starten worden cliëntgegevens vastgelegd in P|usPlan. Daarom wordt bij het beantwoorden van

een eenmalige vraag of consultatie, bij een of twee gesprekken of tijdens een groepsbijeenkomst meestal geen dossier opgestart. Daarnaast zijn er cliënten waarvoor wel een dossier werd geopend, maar niet in PlusP|an. Dit heeft te maken met de huidige -oude- ¿nancieringsstromen, waardoor ook binnen de eigen organisatie nog moest worden geregistreerd. Extra bureaucratie voor cliënten en professionals wilden we voorkomen. Team Katwijk heeft het uitgezocht en daar bleek dat minstens een derde van het totaal aan cliënten dat werd begeleid, nog in de oude systemen werd geregistreerd.

De soms forse verschillen tussen de teams kunnen hierdoor ook worden verklaard. Daarnaast spelen

ook de mate van bekendheid en introductie van het team binnen het werkgebied en verschillen in omvang van de daadwerkelijke zorgvraag per proeftuingebied een rol. De cijfers over aantallen aanmeldingen worden eigenlijk pas echt van waarde wanneer we na enkele jaren trends gaan zien en kunnen vergelijken. Maar vooral ook door er met elkaar over in gesprek

gaan en te blijven.

1.2

Deaanmeldlngsvragen

Aanmeldingen worden vastgelegd via de CJG-website.Veelal doen ouders dit zelf, nadat zij eerst telefonisch of face to face hebben gesproken met een JGT-medewerker. Er zijn ook verwijzers, zoals scholen, huisartsen, zorgverleners, die het aanmeldformulier samen met ouders invullen. Daar waar dit gewenst is, heeft de JGT-medewerker, op verzoek van de betreffende ouders of jongere, het aanmeldformulier ingevuld. Er is verschil in de wijze waarop ouders de reden van aanmelding formuleren. De ene ouder doet dit kort en bondig, de ander uitgebreid en gedetailleerd. Eindevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

9



Z/14/008965/17644

ll

Enkele voorbeelden van aanmeldingen:

WWWWWWWWWWWW

M

M

_

_

WN

uw

Ouder: Ik heb met de medewerkster van hetJGTop onze school over mijn zoon gesproken. Wesley heeftvanafapril klachten. Hij wil niet graag naar school. Ik wil graag weten wat er met Wesley is. Hij kan niet erg tegen veranderingen, denk ik. We zitten nu ook metstress in huis. Ik heb geen werk en straks geen woning. Hij heeftveel buikpijn en is steeds boos. Ik hoop dat Wesley beter in zijn vel gaat zitten en geen klachten meer heeft. Jongere.' lk wil praten over wat mij dwars zit en over thuis. Jongere: lk woon nog bij mijn moeder thuis en zij' heeftkanker. Ik kan daar niet goed over praten met anderen. Mijn ouders zijn gescheiden en mijn zus woont bij' mijn vader. De zorg komt deels ook op mij' neer. Ik heb wel goede vriendinnen en een lieve vriend. Maar ik wil graag met iemand anders er over praten.

Ouder: Ik heb onvoldoende grip op mijn drie kinderen (16, 12 en 9). Vooral de oudste maakt veel ruzie. lk vind het belangrijk dat mijn kinderen luisteren. Mijn man en ik denken vaak verschillend over hoe we de zaken aan moeten pakken. Ook is het vaak niet gezellig meer. Ik heb vaak het gevoel dat ik er helemaal alleen voor sta. Ik zou graag wat ondersteuning willen bijde opvoeding zodat de kinderen beter naar mij luisteren en het gezelliger ís in huis.

Voor de evaluatie is ruim 70% van de vastgelegde aanmeldingen geanalyseerd. Op basis van deze analyse is een indeling naar soort aanmeldvragen gemaakt. De aanmeldingen blijken uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: -

-

-

Opvoedingsvragen (34%) Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (41 %) Vragen rond analyse en organiseren van benodigde ondersteuning (18 %)

Vervolgens zijn de aanmeldingen gecodeerd en ingedeeld in een van deze categorieën. Sommige ouders hadden zowel een vraag over het kind als de opvoedsituatie. ln deze gevallen is een inschatting gemaakt van het hoofdprobleem in de aanmelding. Soorten aanmeldingsvragen 1. Opvoedingsvragen -

Opvoedvragen/ondersteuning basiszorg, ouders hebben handvatten nodig voor de opvoeding, er is vraag naar ondersteuning. Hoe breng ik structuur/routinein mijn opvoeding? Hoe geef ik mijn grenzen aan ? Hoe zorg ik voor een goed dag/nacht ritme?

-

Opvoed vragen/ondersteuning probleemgedrag, ouders hebben ondersteuning nodig bij de

omgang van het probleemgedrag van hun kind. Mijn kind luistert niet, schopt, schelt, slaat,

heeft

geen respect, hoe ga ik hier mee om? Hoe zorg ik dat mijn kind naar mij luistert en doet wat ik

vraag? -

Opvoedvragen omtrent

stoornis/ontwikkeling

kind, hoe kunnen ouders het beste omgaan met

de stoornis/ontwikkeling van hun kind. Mijn kind

heeftADHD/autisme/pdd-

nos/angsten/ontwikkelingsach terstond, hoe ga ik hier het beste mee om? -

Coaching binnen gezin, communicatie

ouder-kind verbeteren,

rust

in het gezin met pubers/jongeren

verbeteren, relatie

brengen in het gezin, verhoudingen in gezin positief veranderen,


10



l

Z/14/008965/17644

interactie in gezin verbeteren,

Scheiding en opvaedvragen, het ondersteunen van ouders met de opvoeding na de scheiding. aan een omgangsregeling na de scheiding. Scheiding en bezoekregeling, behoefte

problemen met de band tussen de ouders en kind. Spanningen in huis, er is sprake van spanning in huis naar aanleiding van de scheiding, er is Loyaliteitsproblematiek,

sprake van ruzie, geweld of van een vechtscheiding. Zorgen over de ontwikkeling Problemen met justitie

van het kind of vermoeden afglijden richting

criminaliteit/drugsgebruik/ontspoord

gedrag. Ouders maken zich zorgen over de ontwikkeling van hun kind. Mijn kind drinkt/gebruikt drugs/is in aanraking met justitie. Voorkomen dat het kind verder afglijdt/met justitie in aanraking

komt/verslaafdraakt/ontspoort.

Emotioneel sociaal psychische problemen, zorgen van kind wordt gepest, is onzeker,

heeftangsten,

over het kind; ouders/school/huisarts

weinig vriendjes, moeite met sociale vaardigheden,

is vaak verdrietig en alleen. Wat gaat er in het kind am?

Stoornis, vraag om diagnostiek.

kind na scheiding, ouders maken zich zorgen over de ontwikkeling van hun kind na aanleiding van de scheiding. Hoe gaat mijn kind goed om met de scheiding om? Coaching jongeren, leren omgaan met eigen gedragsproblemen/ beperkingen/ emotionele

Zorgen ontwikkeling

problematiek. Inzicht krijgen in eigen gedrag. Waarom doe ik zo?

van benodigde ondersteuning

Vragen op het gebied van analyse en organiseren

Analyse: wat is er aan de hond in het gezin en welke hulpverlening

heefthet gezin

hierbij nodig.

Hulp bij' indicatieaanvraag. Organiseren van praktische opvoedondersteuning (hulp in huis). Ondersteuning

bij

financiëleproblemen of woonprablemen.


ll



Z/14/008965/17644

Tabel aanmeldvragenô Soorten aanmeldvragen (in %)

Leiderdorp-

Katwijk

Zoeterwoude Opvoedingsvragen

Leiden

Alphen

Noord

ad Rijn

Lisse

Nieuwkoop

30

42

33

32

32

35

Opvoed- vragen/ondersteuning basiszorg

7

12

7

14

8

9

Opvoed- vragen/ondersteuning probleemgedrag

3

9

4

6

5

7

Opvoedvragen omgang stoornis/ontwikkeling kind

5

1

3

3

3

5

Opvoedvragen n.a.v. scheiding

2

1

2

4

3

5

Bezoekregeling n.a.v. scheiding

0

2

0

0

3

2

Spanningen in

huis/vechtscheiding/geweld/ruzies

Coaching binnen gezin

Zorgen over ontwikkeling kind

Justitie/criminaliteit/ontspoort gedrag

4

0

2

1

3

7

9

18

15

4

6

2

57

44

32

34

53

34

2

1

2

6

3

1

16

8

4

15

19

9

Stoornis (vraag diagnostiek)

2

1

4

1

15

3

Zorgen ontwikkeling kind na scheiding*

1

7

5

0

0

O

35

27

17

11

16

21

13

19

33

15

21

1

O

Emotioneel sociaal psychische problemen

Coaching jongeren

Totaal

34

41

Vragen rond analyse (en organiseren) van

benodigde ondersteuning

Bi

Niet te coderen

Totaal

5

1

16

100%

100%

100%

100% 100%

10 100%

100%

Analyse categorieën Bij het interpreteren van de aanmeldvragen is het goed om te weten, dat de reden van aanmelding niet altijd hetzelfde is als het uiteindelijke probleem waarvoor hulp wordt geboden. Een ontwikkelingsstoornis bij een kind blijkt soms de reden te zijn waardoor ouders problemen ervaren in de opvoeding. Achter een eenvoudige diagnostiekvraag, kan een gezinssituatie schuil gaan waarbij sprake is van een vechtscheiding, schulden of psychiatrische problematiek van ouders. Opvoedingsvragen Opvoedingsvragen zijn bij een derde van de aanmeldingen de aanleiding om contact te zoeken met het JGT (34%). Opvoedingsvragen omtrent basis verzorging, probleemgedrag of omgang met stoornissen van het kind maken 18% uit van het totaal aantal aanmeldingsvragen. Bij 6% van alle aanmeldingen is er een duidelijke link met echtscheidingsproblematiek. Een vraag om coaching binnen het gezin is in 9% van de gezinnen aanleiding om aan te melden. Zorgen over ontwikkeling kind Veel van de aanmeldingsvragen (41 %) betreffen zorgen van ouders over de ontwikkeling van hun kind. Wat in deze categorie opvalt is de vraag naar coaching jongeren: 22% van alle aanmeldvragen, ruim één op de vijf aanmeldingen. Deze aanmeldingen worden zowel doorjongeren als door ouders

gedaan. Jongeren hebben onder andere behoefte aan training/begeleiding om te leren omgaan met 6

de categorie zorgen ontwikkeling kind na scheiding is pas toegevoegd na codering van de eerste 250 aanmeldvragen in de regio Alphen aan den Rijn, Lisse en Nieuwkoop. ln Leiden Noord, Leiderdorp/Zoeterwoude en Katwijk is dit wel voor alle aanmeldvragen gebeurd. Hierdoor kan het zijn dat het aantal aanmeldvragen onder het kopje zorgen over kind n.a.v. scheiding in Alphen aan den Rijn, Lisse en Nieuwkoop lager is dan in de andere drie proeftuinen.


12



Z/14/008965/17644

hun problemen of gedrag. Leiderdorp/ Zoeterwoude scoort hier beduidend hoger dan het gemiddelde (35%), Alphen aan den Rijn naar verhouding laag (11%). Op dit moment is onduidelijk wat de reden voor deze verschillen is. Daarnaast scoort de categorie emotioneel sociaal psychische problemen hoog: 11% van alle maken zich zorgen over de ontwikkeling van een kind of aanmeldvragen. Ouders/school/huisarts weten niet wat er in het kind omgaat. Hier willen ze meer duidelijkheid over of ze willen hier hulp bij. Er is hier geen groot verschil tussen de teams.

Analyseren en organiseren benodigde ondersteuning Bij 18% van de aanmeldingen willen ouders graag inzicht in welke hulp ze nodig hebben en hoe dat te organiseren. Ook is er sprake van indicatieaanvragen, vraag naar praktische opvoedondersteuning en hulp bij financiële problemen. ln Alphen aan den Rijn wordt beduidend vaker dit soort vragen gesteld (33%) en in Leiderdorp/ Zoeterwoude beduidend minder vaak (23%).

1.3

Het proces na de aanmelding

Bij 92% van de vastgelegde aanmeldingen had de cliënt binnen een week een gesprek met een teamlid. Op het moment dat in een gezin meerdere hulpvragen speelden of al meerdere hulpverleners actief waren is met gezinsleden, sociaal netwerk en zorgverleners een gezinsplan opgesteld. Doel van zo'n plan is dat ouders en direct betrokkenen overzicht hebben en de diverse interventies en acties goed afgestemd worden ingezet.

Het plan bevat de doelen van de gezinsleden en afspraken over: wie, doet wat, wanneer. Ook staat in het gezinsplan vermeld wie de zorgcoördinator is van en met dit gezin. Het is mogelijk om een online gezinsplan op te stellen, waarin ouders en jongeren zelf ook kunnen werken. Zij kunnen ook hun supporters (uit netwerk, maar ook professionals) toegang verlenen. Vanaf 2015 kan, wanneer dat nodig is om de gezinsdoelen te bereiken, op basis van zo'n gezinsplan rechtstreeks specialistische jeugdhulp worden ingeschakeld.

Wmp ercen tage OO

denRijn

42

31%

Katwijk Noord ___Leiden

78

_

l

53%

44%.

_.L.si.ei.@ .r <*°fp/2°e=ef~!25§le „f±±.

______

Maa'

ZZ??

Lisse Nieuwkoop _-

31

44%

99

56%

,3›83„l .

5223

„„.„____

ln ruim de helft van de begeleidingstrajecten is de afgelopen maanden een gezinsplan opgesteld. Het valt daarbij op dat in sommige teams al meer met een gezinsplan wordt gewerkt dan binnen andere teams, met name Alphen aan den Rijn spant hierin de kroon.

percentage

Aantal keer specialist mgeschake/d W

Katwijk Leiden Noord Leiderdorp/Zoeterwoude

37%

“"3o%,__

j

40%

59 W

É


15%

Ul

Alphen aan den Rijn”

cliënten geregistreerde

-l>UJ l-\O0

sat

van het aantal

l-1

_

6%

4

Alphen aan

van het aantal geregistreerde cliënten_

uw

00 RD

Z

aantal

13



Z/14/008965/17644

H

V

l

Nieuwkoop

l..

ss

33%

T°=@,=<=.!„..l... 232

Bij ongeveer een derde van de gezinnen die door de teams werden begeleid is besloten om een jeugdhulpspecialist buiten het team in te schakelen (kinderen jeugdpsychiatrie, provinciaal gefinancierde jeugdzorg, of AWBZ-zorg voor mensen met een verstandelijke beperking). Het JGT blijft dan in principe betrokken. De hulpvraag van het gezin en de aard van de ingezette gespecialiseerde zorg die is bepalend voor de wijze waarop het JGT erbij blijft. Waar nodig doet het JGT de zorgcoördinatie, waar gewenst kan dit worden afgesloten of overgedragen aan de specialist. Wie de Zorgcoordinatie doet wordt altijd vastgelegd in het gezinsplan. Andere keren biedt het JGT begeleiding thuis, naast specifiek onderzoek of behandeling van een kind bij de specialist. Ook kan het JGT even op de waakvlam ernaast, of erna als de gespecialiseerde zorg wordt afgesloten. Iedere keer bekijken we samen met ouders, jongeren en de betrokken specialist wat nodig is vanuit het team. Deze afspraken maken onderdeel uit van het gezinsplan.

Hul a

eslo ten

aantal

e

Percenta

geregistreerde cliënten

Alphen aan den Rijn Katwijk Leiden Noord Leiderdorp/Zoeterwoude Lisse

14% mm-ü-

14%

49 16s

23%

|-

O

i i

I

21% 28%

É

,i

24%

21,

Nieuwkoop Totaal

253/“Ã

1

.i

wuui-\

M

;

2

›

r

›

van het aantal

l

l

Van de begeleidingstrajecten die het afgelopen halfjaar door de teams zijn opgestart werd 23% voor 1 september ook weer afgesloten. Meestal verliep deze beëindiging van de hulp volgens plan (66%). Een derde van de afsluitingen was niet gepland: bij 17% waren cliënten en JGT het er over eens dat de hulp kon worden afgerond. Bij 13% van de afsluitingen besloot de cliënt eenzijdig het hulpcontact te verbreken. Bij 2% was er een externe oorzaak voor de afsluiting, bijvoorbeeld verhuizing.

Vaortijdig, in

Voortíjdig,

door cliënt

overeenstemming _?

H

WWWWW

MW

2

4

22

8

6

18

8

LH

l

al 2 l

LH

aan den Rijn A`lpl1eWn l .„.'§_f='f).'ß,„„..„...„„„„„„.„„ .............

Externe oorzaak

_8

]

C

Volgens plan

O

Hulp afgesloten

-_._.

_________

___

_

Totaalíw i

1.4

De ervaringen

( ss%) W:WlW.10

zs(1-1%)

I-1 llllllllllllll

s

37

WWWW

.......„_

O

,„

8

O

17

lisse..

5 21

gay.)

f

ln de dagelijkse werkwijze van het Jeugd- en Gezinsteam staan aansluiting en verbinding hoog in het vaandel. We nemen de vraag van ouders en jongeren serieus, luisteren en geven aandacht aan het verhaal dat zij ons vertellen. We zien het als onze opdracht om samen met ouders en jongeren 14


we

1

van jongeren en ouders


ii

IU

ii

Leiden Noord Leiderdorp/Zoeterwoude


412%)

Z/14/008965/17644

oplossingen te vinden die aansluiten bij hun vragen, hun mogelijkheden en hun wensen. Het is voor ons dan ook belangrijk om te evalueren in hoeverre we daar de afgelopen zes maanden al in zijn geslaagd. Het blijkt nog wel een zoektocht om de juiste vorm voor dat evalueren te vinden. Ondanks dat meetbare cliënttevredenheid steeds belangrijker lijkt te worden in de jeugdzorg bestaat er geen consensus over de wijze waarop cliënttevredenheid het beste kan worden vastgesteld. Uit onderzoek

is namelijk gebleken dat de mate van cliënttevredenheid sterk samenhangt met de initiële motivatie en verwachtingen van ouders en jongeren. Gemotiveerde cliënten zullen zich positiever opstellen, waardoor hulpverlening beter verloopt en meer effect heeft wat uiteindelijk meer tevredenheid tot

gevolg heeft. ln het kader van deze evaluatie hebben de teams daarom twee instrumenten bijeenkomsten en cliënttevredenheid vragenlijsten.

ingezet: evaluatie

Evaluatíebijeenkomsten De lokale evaluatiebijeenkomsten zijn georganiseerd en begeleid doorJSO (Kennis- en adviesbureau binnen het sociaal domein). Naast ouders en jongeren werden hiervoor ook de belangrijkste samenwerkingspartners uit het werkgebied uitgenodigd (huisartsen, scholen, jongerenwerk, kinderopvang etcetera). De opbrengsten van deze bijeenkomsten treft u aan in Deel lll van dit evaluatierapport. Hier beperken we ons tot de feedback die ouders en jongeren tijdens deze

bijeenkomsten gaven.

"Fijn dat deze avond wordt georganiseerd, zodat we onze ervaringen kunnen delen.

"

ln totaal hebben tien ouders deelgenomen aan de bijeenkomsten: een in Katwijk, twee in Lisse, een in Leiden, twee in Alphen aan den Rijn en vier in Nieuwkoop. ln Nieuwkoop gaven ook twee jongeren

hun feedback. Hoewel dit aantal lager is dan we hadden gehoopt, is hun bijdrage bijzonder waardevol geweest. Hieronder de belangrijkste feedback: Wat gaat goed

Laagdrempelig contact Ouders benoemen dat de naam Jeugd- en Gezinsteam beter klinkt dan jeugdzorg, wat een negatief beeld opriep. Zij vinden dat het Jeugd- en Gezinsteam goed bereikbaar is. Ouders geven aan dat zij konden houden. De medewerker komt bij je thuis, het prettig vinden dat zij dezelfde contactpersoon wat logistiek handig is (je hoeft geen oppas te regelen) en het is fijn dat zij nu zien hoe het er bij jou thuis echt aan toe gaat, aldus de ouders. Ouders vinden dat de medewerkers een positieve benadering hebben of ze zijn positief ingesteld. Ze komen je niet beoordelen, maar kijken echt hoe ze je kunnen helpen, zegt een ouder. Er is een vast team als aanspreekpunt. Het is fijn datje altijd bij het Jeugd- en Gezinsteam terecht kunt. Jongeren en ouders zijn tevreden over de snelheid waarmee hulp wordt verleend. *

Bejegening en eigen kracht HetJeugd- en Gezinsteam praat niet over, maar metje. Ouders worden in CC gezet van alle mails. Ze spelen in op je eigen kracht. Eén ouder geeft aan dat ze zich meer gehoord voelt. Goed dat er een open attitude is en dat er uit wordt gegaan van (eigen) kracht. *


15



Z/14/008965/17644

De regie wordt bij de ouders gelegd, want je hebt veel inspraak als ouder om mee te denken in wat er moet gebeuren. *

Betrokkenheid Jeugd- en Gezinswerkers

De JGT-er brengt een bezoek aan huis, waardoor de hulpverlening echt dichtbij het gezin wordt gegeven. Ze werken op flexibele tijden, zoals in de avonduren. Er is genoeg tijd voor een afspraak en

tijdens het bezoek wordt de tijd genomen. Hierbij heeft de professional een goed luisterend oor voor heel het gezin. De professional is deskundig, enthousiast, betrokken en snel doortastend. Samenwerking met andere professionals Het werken volgens één gezin, één plan biedt kansen, omdatje niet meer langs verschillende instanties hoeft, maarje geholpen wordt door één team. De verschillende experts hebben contact met elkaar en vormen daarmee een goed netwerk. Hetleugd- en Gezinsteam heeft goede samenwerking met andere professionals. Hierdoor is inschakelen van experts en het doorverwijzen makkelijker, maar ReSet heeft mij bijvoorbeeld ook doorverwezen naar het team. Het Jeugd- en Gezinsteam helpt en zorgt voor het hele gezin: voor de jeugdigen én de ouders. *

Wat kan beter Kennismaking Mijn eerste contact met het JGT vond plaats bij de instantie waarbij ik voorheen hulp kreeg. Voor het JGT en deze instantie bleek het ook een kennismaking, waar ik bij zat. Het was beter als ik eerst kennis had kunnen maken met het JGT en we daarna pas samen naar deze instantie waren gegaan voor de 'overdracht'. *

*

Website

De website werkt slecht en is voor mij niet toegankelijk. *

Wachtliisten

Soms zijn er te lange wachttijden voor vervolghulp, en is de route daardoor te lang, ook sinds de komst van het Jeugd- en Gezinsteam. Voorlichting over de transitie jeugdzorg Er is bij ouders te weinig kennis over de transitie en wat dit voor hen betekent. Organiseer een voorlichtingsavond voor ouders. *

*

Communicatie

Een van de ouders meldt dat de communicatie

met betrekking tot afspraken maken en verslaglegging beter kan. Ook wordt de opmerking gemaakt dat er meer gebruik gemaakt zou moeten worden van online toepassingen. Tevens wordt benoemd dat er nog onduidelijkheid is over het Jeugd- en Gezinsteam: wat doen ze nu precies? Voorkom dat je hetzelfde imago krijgt alsjeugdwerk/Bureau jeugdzorg. Het is belangrijk aandacht te besteden aan positieve verhalen en deze te delen. *

Maak gebruik van ervaringsdeskundigen

Wat ouders en jongeren belangrijk vinden in de transitie van alle jeugdhulp naar gemeenten Onderstaande aandachtspunten formuleerden ouders en jongeren op basis van eerdere ervaringen met de jeugdzorg, buiten de proeftuinen. *

Verhaal iedere keer vertellen


16



Z/14/008965/17644

Je moet als oudersje verhaal aan elke professional opnieuw vertellen. Dat is vervelend. Belangrijk dat dit na 2015 beter wordt. Privacy Geef duidelijkheid over privacy. Wat gebeurt er met gegevens? Met wie worden die gedeeld en wie heeft er toegang toe? *

* Eigen kracht Tegen de tijd dat ouders om hulp vragen hebben ze vaak al alles geprobeerd wat in hun macht ligt en zijn ze al over hun eigen grenzen heen gegaan. Vaak hebben ze ook familie en vrienden al 1000 keer om hulp en advies gevraagd. Het is dan heel frustrerend als de eerste vraag is "wat denkje datje zelf nog meer kunt doen". Benoem eigen kracht niet, maar stimuleer het zonder het te zeggen. De instelling moet eerder zijn: wat knap datje het zo lang zelf hebt gered en wat goed datje nu hulp

vraagt. Leg niet de gehele regie bij de ouders. Je roept pas hulp in als deze echt nodig is, dus geef die hulp als

hulpverlener dan ook.

Cliënttevredenheid svra gen lijsten

Gemiddeld cijfer cliënttevredenheid: (op basis van 46 respondenten7)

8,4

Omdat onzeker was of er voldoende ouders en jongeren op de bijeenkomsten zouden komen hebben de meeste teams zelf vragenlijsten gemaakt en uitgezet onder hun cliënten: Medewerkers van JGT Alphen aan den Rijn en Nieuwkoop deelden in september tevredenheidsvragenlijsten uit nadat zij ouders en jongeren eerst hadden gevraagd of zij wilden deelnemen aan de evaluatieavond. Veel ouders gaven aan liever niet naar een evaluatieavond toe te gaan. Een aantal ouders sprak uit liever niet over de eigen problemen in het openbaar te praten, andere ouders hadden geen oppas of andere redenen om liever niet deel te nemen. Deze ouders en jongeren is vervolgens gevraagd de lijst in te vullen. ln Leiderdorp/Zoeterwoude, Leiden-Noord, Lisse en Katwijk is slechts aan een beperkt aantal cliënten de tevredenheidslijst uitgedeeld. Zomervakanties (onvoldoende voorbereidingstijd) en hoge werkdruk waren hier debet aan. De respons was daarom beperkt. Een aantal ouders gaf direct aan geen zin te hebben om een dergelijke lijst in te vullen (vragenlijstmoeheidj.

Totaal zijn 54 lijsten ingeleverd: 40 vragenlijsten werden door ouders ingevuld, 14 doorjongeren. merendeel van de respondenten kwam uit Alphen aan den Rijn (26) en Nieuwkoop (10). De resultaten per team treft u aan in Deel ll van dit rapport.

1.5

Het

Aanbevelingen en actiepunten

Op basis van de feedback en deze eerste ervaringen met het organiseren van cliëntenfeedback rond de Jeugd- Gezinsteams worden de volgende acties ondernomen:

7

De teams

rapportcijfer

hebben zelf vragenlijsten

gemaakt met vragen die zij belangrijk

vonden. Niet op alle lijsten kon een

worden gegeven.


17



Z/14/008965/17644

*

*

De verslagen van de evaluatiebijeenkomsten worden in de teams besproken. De door ouders gedane aanbevelingen worden meegenomen bij de vervolgstappen richting 2015. De teams gaan gebruik maken van de CDOI vragenlijsten. Hiermee krijgt de JGT-er directe cliënt

feedback op resultaat en bejegening. De twee korte vragenlijstjes worden aan het eind van een gesprek ter plekke door de cliënt ingevuld. Onderzoek wijst dat uit dat het gebruik van dit instrument in de praktijk leidt tot minder drop-out en een beter afgestemde behandelduur en behandelfrequentie. *

De evaluatiebijeenkomsten worden door de aanwezige ouders en jongeren gewaardeerd. Maar het aantal aanwezige ouders en jongeren was laag. Voor de bijeenkomsten in 2015 zullen ouders en jongeren nog gerichter uitgenodigd worden en maken we graag gebruik van de adviezen van .ISO (zie deel lll).

2. Ervaringen van de teams Uitvoering van de proeftuin opdracht

2.1

Bij de start van de zes proeftuinen kregen de teams de opdracht om in de praktijk vorm te geven aan het conceptleugd- en Gezinsteam. De kernwaarden verbinden, versterken, doen wat nodig is en deskundig zijn vormden daarbij voor hen het ankerpunt.

De opdracht bestond uit het ontwikkelen van een passende werkwijze op de vijf onderstaande domeinen. ln deel ll van dit evaluatierapport treft u een beschrijving per team aan. Daarnaast worden alle opbrengsten momenteel vastgelegd in de online JGT-gids: het handboek voor de nieuwe teams.

1.

Bereikbaarheid en instroom

Opdracht.' Organiseer met elkaar een laagdrempelige bereikbaarheid voor ouders, jongeren en samenwerkingspartners. En ontwikkel een soepele werkwijze rondom de instroom: eerste contact, aanmelding en het matchen aan een vaste Jeugd- en Gezinswerker.

Bereikbaar zijn is de concrete uitdrukking van onze eerste kernwaarde: verbinden. We willen dat onze gezinnen met een vraag, mensen in nood, met pijn, onzekerheid, verdriet, bij ons terecht kunnen wanneer ze dat nodig hebben. En we willen dat ze zich gehoord voelen. We willen ook dat onze samenwerkingspartners ons makkelijk weten te vinden en een antwoord op hun vragen krijgen. Bereikbaarheid hebben we op verschillende manieren vormgeven: We hebben een website, waarjeugdigen en ouders zich direct kunnen aanmelden. Er is per team een direct nummer dat zowel gezinnen als ketenpartners tussen 9 en 5 uur kunnen bellen om een vraag te stellen, te overleggen of zich aan te melden. Mensen kunnen, ook tijdens kantooruren, langs gaan op de locatie, de thuisbasis van waaruit we werken. En we zijn zichtbaar op de belangrijkste plekken in de wijk. Voor iedere samenwerkingspartner is in het team een contactpersoon aangewezen. In onderling overleg wordt bepaald hoe dat contact en de zichtbaarheid/bereikbaarheid worden vormgegeven.

Ouders en/ofjeugdigen die zich aanmelden hebben vaak al een drempel moeten overwinnen om de stap te zetten om te bellen of te mailen. Ze melden zich 'als de tijd rijp is'. Wij ontvangen die vraag daadwerkelijk door op korte termijn ruimte te maken om in gesprek te gaan. De vraagsteller wordt door een van de teamleden daarom direct (in principe binnen een week) benaderd voor een afspraak voor een eerste gesprek, bij voorkeur bij het gezin thuis. De bedoeling is dat ouders en jeugdigen zich gehoord en begrepen voelen, om op basis daarvan te bepalen of en welke hulp nodig is. Het kan best zijn dat daar meer gesprekken voor nodig zijn. Eindevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

18



Z/14/008965/17644

Uit de feedback die ouders, jongeren (hoofdstuk 1) en samenwerkingspartners (hoofdstuk 2) geven, blijkt dat de laagdrempelige bereikbaarheid en de snelheid van handelen alom zeer worden

gewaardeerd. 2.

P|usPlan

Opdracht: Draag bij aan de ontwikkeling voor ouders, jongeren en teamleden.

van PIusP!anals prettige ondersteunende werkomgeving

is speciaal voor de proeftuinen ontwikkeld. Enerzijds met als doel te voorzien in de digitale ondersteuning van de teams rondom aanmeldingen en het werken met online gezinsplannen. Anderzijds om ervaring op te doen en input te leveren voor het digitale systeem dat de 24 teams P|usP|an

vanaf 2015 in gebruik zullen nemen. ln mei 2014 is PlusP|an door de teams geëvalueerd. Een gedetailleerde lijst met knelpunten en wensen is verzameld. Sindsdien heeft een groep teamleden (de aandachtsfunctionarissen PlusP|an) een actieve bijdrage geleverd aan de bouw van het verbeterde P|usPlan voor 2015. Dezelfde aandachtsfunctionarissen vervullen straks een belangrijke rol bij de instructie en ondersteuning van de 18 nieuwe teams. De verantwoordelijkheid voor de bouw van het verbeterde P|usP|an is opgepakt door de gezamenlijke zorgaanbieders. Vanuit de proeftuinen wordt hierin meegedacht en, met name vanuit Nieuwkoop, verbinding gelegd met ICT-ontwikkelingen binnen gemeenten. Momenteel wordt onderzoek gedaan naar de ervaringen van JGT-ers met het samenwerken met ouders en jongeren met gebruikmaking van online gezinsplannen. Dit onderzoek moet praktische handvatten opleveren voor de nieuwe teams. 3. Integraal werken Opdracht: ontwikkel een basismethodiek (houding, samenwerking, vaardigheden, intervisie, instrumentarium) van waaruit we aiiemaai werken. Een manier van werken waar alle teamleden mee uit de voeten kunnen, met ruimte vaar behoud en versterking van ieders specifieke deskundigheid. De ervaringen die hiermee zijn opgedaan, nieuwe werkwijzen, instrumenten en goede voorbeelden zijn verzameld en worden momenteel verwerkt in de JGT-gids. Om een idee te geven hieronder een

korte weergave van de belangrijkste elementen: *

De bedoeling van integraal werken is samen te vatten in de leuze 'Hou het simpel voor het gezin'. Het gezin heeft over het algemeen het liefst één hulpverlener voor alle voorkomende problemen. Tegelijk hebben de gezinsleden behoefte aan deskundigheid: de juiste kennis op de juiste plaats. Binnen de teams is een waaier aan (specialistische) kennis aanwezig. Door die 'slim' in te zetten is de juiste kennis zo snel mogelijk op dejuiste plaats. Dus integraal werken betekent niet: iedereen moet alles kunnen.

*

Alle leden van het team zijn in staat om een eerste inventarisatie met een jeugdige en/of ouders te doen: wat is de vraag precies. Teams hebben daarvoor hun eigen hulpmiddelen ontwikkeld. Op basis daarvan wordt de meest 'passende' hulpverlener gekoppeld aan het gezin. Dat kunnen er ook twee of meer zijn, als de vraag dat vereist.

*

We werken in het JGT altijd met een plan. Dat betekent dat we samen met de hulpvrager(s) formuleren wat de vraag nou precies is. Dat doen we oplossingsgericht. 'Wat wil je bereiken' is de vraag die leidend is (in plaats van: 'Wat is het probleem?'). Soms zijn één of twee gesprekken voldoende. Soms is er meer nodig. Een langer traject, of met meerder hulpverleners. ln die gevallen werken we altijd via de 1Gezin1Plan-methodiek.

Eindevaluatíe Proeftuinen Holland Rijnland

19



Z/14/008965/17644

*

Het 'koffertje' is de naam voor de set van instrumenten (vragenlijsten, checklists etc.) die we in het JGT gebruiken ter ondersteuning van het primaire proces. We doen wat nodig is, en zetten de instrumenten uit dit digitale koffertje alleen in op het moment dat het nodig is. Dat is dus niet noodzakelijk in álle gevallen. Beoordelen wanneer wel en wanneer niet vraagt een gedegen kennis van de instrumenten en een goede inschatting van wat een specifieke situatie vraagt. De individuele hulpverlener wordt geacht in staat te zijn dat te kunnen, en bij twijfel de hulp van teamleden of de specialist in te roepen. ln de intervisie is dit onderwerp van reflectie.

*

Binnen de teams is aandacht voor de veiligheid van kinderen en andere gezinsleden. Elementen uit Signs Of Safety worden ingezet binnen de teams. En onlangs is bij alle teamleden het zogenaamde vlaggensysteema ge'introduceerd. Daarnaast wordt met de meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling gewerkt.

*

Belangrijk aandachtspunten de komende twee maanden zijn de nieuwe taken waan/oor de teams met ingang van 2015 verantwoordelijk worden: de samenwerking met de Raad voor de Kinderbescherming en de werkwijze rond het inzetten van PGB's. De nadere regels die de hieraan stellen staan nog niet vast, maar zijn wel min of meer duidelijk. Door coaches en teamleden worden deze nu omgezet in praktische handvatten voor de teams.

gemeenten

4. Integratie CIG Opdracht: geef vorm aan de wederzijdse samenwerking met de jeugdgezondheidszorg en leg verbinding met de preventieve activiteiten die al vanuit het CJG worden georganiseerd (cursusbureau, Homestart, Opvoedadviespunt etc.). De ervaringen binnen het CJG staan opgetekend in hoofdstuk 3. 5. Gebiedsgericht werken Opdracht: draag zorg voor de inbedding van het team in de lokale structuren. Met extra aandacht voor de samenwerking met primair onderwijs, voortgezet onderwijs en huisartsen. De ervaringen met de belangrijkste samenwerkingspartners staan beschreven in hoofdstuk 4

2.2

Tevredenheid van de medewerkers

Aan de medewerkers is op twee verschillende momenten gevraagd om een rapportcijfer te geven over hun tevredenheid over het werken in het Jeugd- en Gezinsteam. Op beide momenten (15 mei en 22 september 2014) gaven de medewerkers het werken in het team gemiddeld een zeven. Daarnaast is met behulp van een vijfpuntschaal (0 = helemaal mee oneens; 5 = helemaal mee eens) aan de hand van 21 vragen in kaart gebracht in hoeverre het lukt om te werken volgens de kernwaarden van de Jeugd- en Gezinsteams.

Verbinden Versterken Doen wat nodig is Deskundigheid

in contact met cliënten, contact met teamgenoten, ondersteuning coaches versterken eigen kracht cliënt, versterken eigen kracht team ervaren ruimte en vermindering bureaucratie eigen functioneren en expertise, samenwerking met teamgenoten en kwaliteit van zorg

Verbinden De meerderheid van de medewerkers merkt op dat cliënten tevreden zijn over het hulpverlenerscontact dat met hen wordt opgebouwd. ln de proeftuin ervaren medewerkers

B

Het Vlaggensysteem helpt opvoeders bij het verbeteren van het signaleren, duiden en handelen bij seksueel

grensoverschrijdend

gedrag.


20



Z/14/008965/17644

voldoende tijd te hebben om met cliënten in gesprek te gaan. De meerderheid kan het goed vinden met de nieuwe collega's en voelt zich trots op het team. De medewerkers ervaren redelijk tot voldoende steun van de coaches van de teams. Versterken Medewerkers vinden veelal dat er voldoende aandacht is voor het versterken van de eigen kracht van cliënten. Medewerkers vinden dat er redelijk tot voldoende aandacht is voor het stimuleren van de eigen krachtvan het team door de coaches. Doen wat nodig is

Medewerkers ervaren redelijk tot voldoende ruimte om zelfallerlei zaken te regelen. Medewerkers ervaren voldoende ruimte om de eigen werkzaamheden te organiseren. De medewerkers in de proeftuin zijn over het algemeen niet tevreden over de faciliteiten op het werk. Een deel van de medewerkers in de proeftuin geeft aan nog regelmatig last te hebben van bestaande (oude) regelgeving en procedures. Bijna de helft van de medewerkers stelt in de proeftuin minder bureauwerk/papierwerk te doen dan in hun oude werk. Bijna de helft van de medewerkers stelt sneller de zorg te kunnen realiseren dan voorheen in hun oude werkomgeving. Deskundig Over het algemeen zijn de medewerkers tevreden over hun functioneren in de Jeugd- en Gezinsteams. Toch geeft een kwart van de medewerkers aan zich regelmatig nog onzeker te voelen over zijn/haar functioneren in het nieuwe team. Daarintegen zijn de medewerkers tevreden over de kennis en vaardigheden van co|lega's en vinden zij hun eigen expertise goed bruikbaar in de teams. Over het algemeen vinden zij de zorg die geboden wordt in de teams goed. De meerderheid vindt dat door het bij elkaar brengen van medewerkers met diverse expertise de kwaliteit van de zorg is t0egEn0|'T1En.

2.3


Uit de evaluaties van en met de teams blijkt dat de medewerkers het werken als JGT-er over het algemeen positief beoordelen. Maar ook wordt duidelijk dat de druk op de teams hoog is: nieuw team, nieuwe taken, nieuwe werkomgeving, alles in ontwikkeling. En dat onder grote externe

belangstelling. Goede ondersteuning en toerusting is voor de teams essentieel. Ook is het belangrijk om realistische verwachtingen te hebben en de teams de tijd te geven zich goed te ontwikkelen. Het is wijsheid hier met elkaar enkele jaren voor uit te trekken. Ondersteuning

Aanbeveling: investeer in de ondersteuning van de teams door de teamcoaches. En investeer in de samenwerking tussen de coaches van de teams en de leidinggevenden van de teamleden. Acties die zijn en worden ondernomen: Er zijn 12 coaches aangesteld om de 24 teams in 2015 te begeleiden. Net als de Jeugd- en Gezinsteams zelf is ook het team van coaches complementair: iedere coach brengt specifieke deskundigheid en ervaring in. Elk Jeugd- en Gezinsteam krijgt een vaste coach, maar kan ook gebruik maken van de deskundigheid van de andere coaches. Momenteel werken de coaches aan de ontwikkeling en uitvoering van het inwerkprogramma van de teams. ln november en december 2014 worden vier dagdelen voor teamleden georganiseerd om hen

voor te bereiden op 2015.


21



Z/14/008965/17644

De teamleden zijn bij de start in 2015 nog in dienst van de eigen moederorganisatie. Deze organisaties werken momenteel aan de oprichting van een gezamenlijke coöperatie voor de Jeugden Gezinsteams. Op dit moment is nog onduidelijk op welke termijn de medewerkers daar in dienst

treden. De moederorganisaties spelen in 2015 een belangrijke ondersteunende rol spelen. Voor de teamleden is het van groot belang dat de coaches en de leidinggevenden vanuit de moerorganisaties samen optrekken, op een lijn staan, een gezamenlijke boodschap uitdragen. Op elkaar vertrouwen en elkaar bij knelpunten snel weten te vinden. Vanuit de coöperatie (io) wordt, met het oog hierop, begin 2015 een bijeenkomst georganiseerd voor de coaches en de leidinggevenden. Toerusting Aanbeveling: investeer in 2015 stevig in de toerusting van de teamleden. Geefdaar prioriteit belast teamleden niet ook nog met verplichte scholing binnen de moederorganisaties.

aan en

Verbinden, versterken, doen wat nodig is en deskundig zijn. Dat zijn de kernwaarden van waaruit de teams werken. Maar hoe doe je dat? De nieuwe teamleden zijn allen goed geschoolde professionals, maar zij krijgen er wel veel nieuwe taken bij, nieuwe en vaak grotere- verantwoordelijkheden, in een nieuwe werkomgeving in buurten en wijken. -

Acties die zijn en worden ondernomen: JGT-gids: De ervaringen die zijn opgedaan door de teams in de proeftuinen, worden momenteel vastgelegd in de online JGT-gids. Dit is het handboek voor de teams. Daar zijn de opdracht, de kaders, de bedoeling, de kernwaarden, werkprocessen, methodische handelen, instrumenten en praktische tips te vinden. Met links naar onderliggende formele bronnen, én links naar belangrijke inspiratiebronnen.

Scholingsplanz De ervaring heeft geleerd dat binnen het team erg veel kan worden geleerd: van elkaar en van de coaches. Tijdens de proeftuinen is ook geïnvesteerd in de uitwisseling tussen de teams. Ook in 2015 worden op subregionaal niveau bijeenkomsten voor teams georganiseerd om dit leren te stimuleren. Daarnaast stellen de coaches momenteel een scholingsplan op. Tijd en geld: Het is belangrijk dat de moederorganisaties in 2015 alle ruimte geven voor de toerusting van hun mensen opdat zij het vakleugd- en Gezinswerker in de vingers krijgen. Ook het behoud van ieders eigen expertise staat binnen de teams hoog in het vaandel. Voor scholing op dat terrein moet vanaf 2016 weer meer tijd en geld worden gereserveerd. De coöperatie (io) maakt afspraken met de moederorganisaties over een gezamenlijk scholingsbudget en de ruimte die hun medewerkers krijgen.

Realistische verwachtingen Aanbeveling: houd goed voor ogen wat wel en wat niet binnen de opdracht van de Jeugd- en Gezinsteams thuis hoort. Stimuleer dat alle betrokkenen in het jeugdstelsel hun verantwoordelijkheid nemen, in plaats van alles neer te leggen bij' de teams. In de proeftuinen werkten de teams onder hoge druk. Alles moest immers nog ontwikkeld worden. Door het vele werk dat is verzet zijn voor de nieuwe teams nu wel de benodigde kaders en

handvatten klaar gezet om goed van start te kunnen.

EindevaluatieProeftuinen Holland Rijnland

22



Z/14/008965/17644

Maar deze mensen stappen op ljanuari 2015 wel in een nieuw team, met nieuwe co||ega's uit andere organisaties, met nieuwe taken en verantwoordelijkheden, in een nieuwe werkomgeving. En daarbij komt dan ook nog dat de teams enorm in de schijnwerpers zullen staan. De teams verdienen daarom alle steun vanuit gemeenten en zorgaanbieders, om zich te kunnen ontwikkelen, en stevige support als er een keer iets fout gaat. Samen durven leren is essentieel in deze onwikkelfase. Een belangrijk risico zijn de soms onjuiste of irreële verwachtingen van de Jeugd- en Gezinsteams, als ware zij hét panacee voor alles wat nu niet goed loopt in de zorg. Belangrijk is om voor ogen te houden wat wel en wat niet binnen de opdracht van de teams thuis hoort. De teams leveren bijvoorbeeld geen ongevraagde bemoeizorg, gedwongen hulp en hebben geen eigen cirisdienst. Daar zijn andere deskundige instanties voor beschikbaar in de regio. Ook hebben de teams geen controlerende functie richting andere zorgaanbieders. Die leggen zelf verantwoording af aan, en worden waarnodig bijgestuurd door, hun opdrachtgevers: de gemeenten. De teams trekken natuurlijk wel samen op met zorgaanbieders en andere deskundigen. ln het bijzonder rond kwetsbare gezinnen. Maar daarbij behoudt iedere professional zijn eigen verantwoordelijkheid, en moet worden opgeschaald richting leidinggevenden of gemeenten op het moment dat er knelpunten zijn.


23



Z/14/008965/17644

3. Integratie

binnen het CJG

Voor de start van de proeftuinen hebben de gezamenlijke gemeenten er in 2013 voor gekozen om de Jeugd- en Gezinsteams onder te brengen binnen de lokale Centra voorJeugd en Gezin. Daarom is in de proeftuinen stevig geïnvesteerd in de integratie van de teams binnen de bestaande CJG's. De CJGcoördinatoren hebben daarbij een belangrijke verbindende rol gespeeld. Binnen de CJG's is de samenwerking in september 2014 geëvalueerd. De opbrengsten per CJGzijn te vinden in deel ll. Hieronder een samenvatting van de resultaten.

Tegelijkertijd is het afgelopen jaar in gemeenten hard gewerkt aan de herinrichting van het sociale domein en wordt de positionering van het JGT daarbinnen ook steeds belangrijker. De ervaringen die de teams daarmee opdeden staan beschreven in hoofdstuk 4, paragraaf 3.

3.1

Wat gaat goed

ln de communicatie naar buiten toe presenteren JGT-ers zich altijd als onderdeel van het CJG: op folders, visitekaartjes en bij presentaties wordt de huisstijl van het CJG gehanteerd. Op de site van het CJG staat informatie over het JGT en ook de link om aan te melden is daar te vinden. De samenwerking met de Jeugdgezondheidszorg binnen het CJG gaat steeds beter. JGT-ers en JGZers weten elkaar steeds beter te vinden. Er zijn gezamenlijke gesprekken met cliënten en medewerkers schakelen elkaar waar nodig in voor consult of verwijzing.

Na toestemming van ouders overlegt een jeugdverpleegkundige met haar collega uit het JG T. Het gezin staat onder druk door gedragsproblemen bij een van de kinderen. Er is tijdelijk extra

opvoedondersteuning nodig. De JG T-er biedt deze hulp en rondt dan aj'. Het gezin kan weer verder en de jeugdverpleegkundige onderhoudt de verdere contacten met het gezin.

In vier van de zes CJG'szijn daadwerkelijk korte lijnen gerealiseerd. Dat zijn de plekken waar JGZ en JGTfysiek dicht bij elkaar werken. Binnen de twee CJG'swaar dit niet het geval is blijken korte lijnen moeilijker te realiseren. Leden van het team Leiderdorp / Zoeterwoude werken wegens een (tijdelijk) tekort aan flex-plekken regelmatig op een andere locatie. Het team Leiden-Noord werkt wel in

hetzelfde (grote) gebouw, maar ver van de JGZ-werkplekken waardoorje tegenkomt.

elkaar niet zo maar

Als werkzame factoren voor deze samenwerking worden genoemd: Samenwerking rond gezinnen versterken: * Bij een aanmelding gaat de JGT-er standaard na wie deze hulpvraag binnen het CJG het beste op kan pakken (het JGT zelf, de JGZ of het Opvoedadviespunt). *

Tijdens de intake gaat de JGT-er met ouders na of het voor het gezin zinvol is om afstemming te zoeken met andere collega's binnen het CJG.

Elkaars werk leren kennen: * Samen optrekken rond gezinnen * Samen optrekken op scholen * Meekijken op elkaars werk (bijvoorbeeld tijdens spreekuur consultatiebureau) * Aansluiten bij elkaars overleg


24



Z/14/008965/17644

Elkaar als co|lega's leren kennen: Fysieke nabijheid: werken in hetzelfde pand * Een smoelenboek (of andere manieren om informatie over contactgegevens, individuele taken en deskundigheden van alle CJG-ers met elkaar te delen) *

* *

aanwijzen Gezamenlijke bijeenkomsten gericht op teambuilding

werkdagen,

Contactpersonen

(lunches, themabijeenkomsten)

JGZ-er over de samenwerking JGZ-JG7': "Er is duidelijk een groei zichtbaar in de samenwerking, inmiddels is iedereen meer gewend, heeftzijn plekje gevonden en zijn de taken helderder geworden. De kennismaking en het leren van elkaar is op gang gekomen door de maandelijkse

lunchb/jeenkomst voor alle CJGmedewerkers. Er is een aantal positieve ervaringen opgedaan met het JGT, vanuit de diverse betrokkenen. De korte lijnen werken prima, Het bij' elkaar te rade gaan ook. Zo wordt ook de hulp voor het gezin sneller georganiseerd en het gezin wordt er beter bij' betrokken. Het JGTbestaat uit enthousiaste mensen, waarmee het prettig samen werken is. Het voordeel van " het JGTis de expertise die hiermee dich ter bij huis komt.

3.2

Wat kan beter

De samenwerking komt goed op gang, maar blijft punt van aandacht binnen de zes CJG'sen zal dat ook bij de start van de nieuwe teams in 2015 zijn. In formatieuitwisseling

Een ander punt van aandacht is de uitwisseling van cliëntgegevens. Vanzelfsprekend gebeurt dit alleen met toestemming van ouders en jongeren. Maar doordat er niet met hetzelfde registratiesysteem wordt gewerkt zijn JGZ en JGT niet vanzelf op de hoogte van elkaars betrokkenheid bij een gezin.

De Jeugdgezondheidszorg zou graag zien dat vanuit het Jeugd- en Gezinsteam iedere aanmelding aan hen wordt doorgegeven. Ook zouden zij bij iedere afronding een bericht willen ontvangen. Dit wringt met de werkwijze van de Jeugd- en Gezinsteams: doen wat nodig is en maatwerk leveren. ln dit geval betekent dat: actief samen op trekken bij kwetsbare gezinnen die niet buiten beeld mogen raken. En verder de regie zoveel mogelijk bij ouders en jongeren laten, zo min mogelijk bureaucratie organiseren. Afspraak is nu dat als een cliënt via de Jeugdgezondheidszorg binnenkomt, het Jeugd- en Gezinsteam aan hen terugkoppelt. Daarnaast bekijkt de Jeugd- en Gezinswerker per gezin en per situatie met ouders en jongeren of het voor hen meerwaarde heeft om de JGZ te informeren, informatie bij hen op te vragen of hen te betrekken. Afgelopen zomer zijn in het gezamenlijke document "Verbinding JGT en JGZ" samenwerkingsafspraken op een rijtje gezet. Onderlinge informatie uitwisseling maakt daar deel vanuit.

Werkplekken en faciliteiten Tijdens de tussenevaluatie in mei 2014 werd al duidelijk dat de praktische randvoorwaarden voor de teams bij de start niet goed geregeld waren. Dit belemmert de integratie binnen het CJG. Mensen gaan dan vaker thuis werken of bij hun moederorganisatie. De afgelopen maanden zijn de randvoorwaarden voor de meeste teams wel verbeterd, maar nog niet overal werkt de Wifi optimaal, zijn er voldoende werkplekken, geluidsdichte spreekkamers en printfaciliteiten. Dit is een belangrijk aandachtspunt voor de komende tijd (zie aanbevelingen en actiepunten). Eindevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

25



Z/14/008965/17644

3.3


Inwerkprogramma nieuwe teams Aanbeveling: Besteed vanafhet begin aandacht aan de integratie

van de teams binnen het CJG.

Hier is en wordt op de volgende manieren uitvoering aan gegeven: De nieuwe teams maken in november voor het eerst kennis met elkaar. Dit vindt plaats op het CJG, de CJG-coördinatoren heten de teams ter plekke welkom.

-

-

-

-

-

De CJG-coördinatoren bereiden de huidige CJG-medewerkers voor op de komst van de nieuwe teams. Snel na de start van de teams worden in januari/februari georganiseerd om elkaar te leren kennen.

2015 in ieder CJG lunchbijeenkomsten

Deze worden vervolgd met meer verdiepende bijeenkomsten om elkaars werkwijze en deskundigheid te leren kennen. Daarnaast zal de integratie binnen het CJG in zowel de nieuwe als de huidige teams in 2015 punt van aandacht blijven.

Werkplekken en faciliteiten Aanbeveling: draag zorg voor goede 2015.

faciliteitenvoor de huidige

teams en de 18 teams die starten per

Hier is en wordt op de volgende manier uitvoering aan gegeven: Naar aanleiding van de tussenevaluatie is een uitgebreide inventarisatie randvoorwaarden waaraan moet zijn voldaan voordat de nieuwe teams huisvesting, kantoorinrichting, ICT en telefonie. Vervolgens is de afspraak gemaakt dat gemeenten verantwoordelijk zijn passende huisvesting. De zorgaanbieders die de teamleden leveren, zijn overige faciliteiten.

gemaakt van de praktische starten. Dit betreft zaken als

voor het realiseren van verantwoordelijk voor de

Zowel gemeenten als de gezamenlijke zorgaanbieders (coöperatie io) zijn doordrongen van de noodzaak dit goed te regelen en werken hier momenteel voortvarend aan. Hierbij wordt onderling afgestemd zodat goed aangesloten wordt op de lokale situatie. Communicatie

Aanbeveling: draag zorg voor goede ondersteunende communicatie naar buiten (folders, posters, visitekaartjes, website etc. ). En bouw daarbij' voort op de huisstijl, website en communicatiestructuur die door de CJG'sde afgelopen jaren is opgebouwd. Organiseer in 2015 ook de interne communicatie per CJGzodat medewerkers goed geïnformeerd raken over elkaars werk en de lokale ontwikkelingen. Hierop is en wordt op de volgende manier uitvoering gegeven: De externe communicatie is in 2014 verzorgd vanuit Holland Rijnland en de huidige CJG's. in de nieuwe situatie per 2015 krijgt de coöperatie (i.o.) daarin ook een rol. De communicatieadviseurs van deze partijen trekken op dit moment al samen op om de communicatie goed vorm te geven. Naast de regionaal georganiseerde communicatie is het belangrijk om ook aandacht te besteden aan de lokale interne communicatie, binnen het CJG. Bijvoorbeeld door informele ontmoetingen te organiseren, maar ook gezamenlijke nieuwsberichten vanuit de CJG-coördinator en de teamcoach

kunnen helpend zijn. De coaches en CJG-coördinatoren hebben de opdracht dit in 2015 gezamenlijk vorm te geven.

ElndevaluatieProeftuinen Holland Rijnland

26



Z/14/008965/17644

4.

Belangrijke samenwerkingspartners

Je verbinden, en integraal en gebiedsgericht werken, zijn belangrijke pijlers voor de Jeugd- en Gezinsteams. Dit betekent voor de teamleden een stevige investering op heel diverse samenwerkingspartners binnen hun werkgebied. In alle proeftuinen lag de focus op de samenwerking met scholen (primair en voortgezet onderwijs) en huisartsen. Daarnaast werd samenwerking gezocht met sociale teams, WMO-loketten, jongerenwerk, integrale vroeghulp, jeugdpreventieteams, eerstelijns psychologen en diverse andere lokale partners.

die in deze samenwerkingsrelaties zijn opgedaan zijn op twee manieren geëvalueerd. In september 2014 organiseerden we lokale evaluatiebijeenkomsten voor samenwerkingspartners, ouders en jongeren. Deze bijeenkomsten waren bedoeld om met deze partners samen na te gaan wat er nu goed gaat, wat er beter kan, en hoe we gezamenlijk verder kunnen bouwen. De opbrengsten van deze bijeenkomsten treft u aan in deel lll van dit evaluatierapport. De ervaringen

Los van deze bijeenkomsten zijn scholen en huisartsen door de medewerkers van de Jeugd- en Gezinsteams extra bevraagd op de samenwerking. De opbrengsten daarvan staan in dit hoofdstuk beschreven. Daarnaast waren binnen de proeftuinen aandachtsgebieden verdeeld. ln de ene proeftuin is extra ervaring opgedaan met de samenwerking binnen het sociale domein, binnen de

andere met Integrale Vroeghulp, de Jeugdpreventieteams of de eerstelijns psychologen. Ook hiervan wordt in het onderstaande verslag gedaan.

4.1

Samenwerken met het onderwijs

Vanaf de start van de proeftuinen was de samenwerking met scholen (primair onderwijs/ onderwijs / V0) een van de prioriteiten van de teams. voortgezet

P0 en

Vrijwel alle scholen binnen de proeftuingebieden kregen in de eerste maanden van het jaar een vaste contactpersoon vanuit het JGT. Deze JGT-medewerkers zijn op de scholen laagdrempelig beschikbaar en houden er inloopspreekuren. Daarnaast bieden deze JGT-ers consultatie en advies (aan leerlingen, ouders, het ondersteuningsteam van de school) en zo nodig ambulante hulpverlening. Indien specialistische zorg nodig is, kan de zorg door de JGT-er ingeschakeld worden. De JGT-medewerker maakt geen vast deel uit van het ondersteuningsteam van de school, maar schuift op afroep aan wanneer het ondersteuningsteam dit nodig heeft. Indien het gezin buiten het werkgebied van het JGT woont, dan schakelt de JGT-er met het team in de woonplaats. Desgewenst kan ook de JGT-er uit de woonplaats aanschuiven in het ondersteuningsteam. Met het speciaal onderwijs is in de zes proeftuinen nog weinig ervaring opgedaan. Er participeerden wel twee praktijkscholen. Vanuit de proeftuinen is een actieve bijdrage geleverd aan de zogenaamde Samen met ouders, vertegenwoordigers van speciaal onderwijs en mensen “ontwikkelgesprekken”. vanuit de proeftuinen is onderzocht hoe begeleiding (nu nog AWBZ) in 2015 op een meer effectieve en efficiënte manier kan worden ingezet op deze scholen. Een gezamenlijke rapportage vanuit Samenwerkingsverbanden en Holland Rijnland over dit thema volgt in november 2014. De evaluatie De evaluatie van de samenwerking met de scholen in de proeftuingebieden heeft op twee manieren plaatsgevonden. Ten eerste zijn alle betrokken scholen uitgenodigd voor de lokale evaluatie bijeenkomst, samen met ouders, jongeren en andere samenwerkingspartners. Zie deel lll van dit

rapport.


27



Z/14/008965/17644

Daarnaast zijn de betrokken scholen door hun JGT-er in een evaluatiegesprek bevraagd: wat gaat er volgens u goed en wat kan naar uw idee beter? Hieronder een verslag van de opbrengsten.

-

-

-

-

-

Wat gaat er goed? De scholen geven aan de samenwerking met de contactpersonen als erg prettig te ervaren. De korte lijnen, snelheid en slagvaardigheid waarmee zaken door het JGT opgepakt worden wordt gewaardeerd. Al zijn er ook nog enkele scholen die aangeven die korte lijnen juist nog te missen. De scholen geven aan dat het JGT goed bereikbaar en laagdrempelig is. Er is waardering voor het brede spectrum aan expertise dat kan worden ingezet. De werkwijze van het Jeugd- en Gezinsteam is duidelijk. Wanneer dit niet zo is, dan voelen

scholen zich vrij om verduidelijking te vragen. Binnen het primair onderwijs komt de samenwerking in de driehoek het gezin, de school en de hulpverlening goed op gang.

-

Wat kan beter? Terugkoppeling: dit gaat goed met de vaste contactpersonen binnen het JGT. Maar blijkt lastiger wanneer een ander teamlid een zaak oppakt (bijvoorbeeld vanwege de gevraagde expertise). Scholen willen graag weten (uiteraard met toestemming van ouders) wat er ingezet is. Ook geven scholen aan dat ze soms al heel lang bezig zijn, voordat ouders de stap naar de hulpverlening zetten. Scholen begrijpen dat ouders gemotiveerd moeten zijn, maar sommige ouders hebben net even iets meer nodig. Hier missen scholen iets in; naar hun mening worden dergelijke dossiers te snel afgesloten door hulpverleners, omdat ouders aangeven dat het weer goed gaat. Terwijl school dagelijks ervaart dat het nog niet goed gaat. ln het voortgezet onderwijs is het nog zoeken naar de samenwerking in de driehoek -

-

-

ouders/kind, school, hulpverlening. Op enkele scholen verliep deze zoektocht moeizaam. Het binnen zowel passend onderwijs als de jeugdhulp is het versterken van de rol van ouders. Dit betekent binnen het VO een andere manier van werken, en dat heeft tijd nodig. Er zijn goede voorbeelden, bijvoorbeeld het Flex-ZAT waarin samen met ouders en jongeren wordt gewerkt volgens de werkwijze 1Gezin1P|an. Maar op andere scholen moet deze omslag nog worden gemaakt en is de aansluiting tussen school en JGT nog volop in ontwikkeling. streven

Aanbevelingen: Besteed in 2015 veel aandacht aan de samenwerking op de scholen. Deel goede voorbeelden en ervaringen en zoek elkaar actief op. Met vanuit de werkvloer de oproep: houd het praktisch, laten we in de praktijk rond casuïstiek van elkaar leren, elkaarfeedback geven en vragen. En op die wijze samen in de praktijk ontwikkelen hoe we het beste kunnen samenwerken met en rond leerlingen en hun ouders. Neem in de werkwijze op dat JGT en school met elkaar en met de leerling/het gezin telkens op maat afspraken maken over de wijze van terugkoppeling (bijvoorbeeld over de hulp die is ingezet, de voortgang, de beëindiging). Zodat in ieder ondersteuningsplan / gezinsplan helder staat wat hierin de verantwoordelijkheid van de ouders is, de verantwoordelijkheid van hetJGT, en de verantwoordelijkheid van de school. -

-

4.2

Samenwerken met huisartsen

Vanaf de start was de samenwerking met de huisartsen een prioriteit van de teams. Met de huisartsen binnen hun werkgebied is contact gezocht en zijn afspraken gemaakt over de wijze van samenwerking.


28



Z/14/008965/17644

De evaluatie van deze samenwerking heeft op drie manieren plaatsgevonden: feedback van bij de huisartsen tijdens de lokale evaluatiebijeenkomsten, navraag via de contactpersonen

huisartsen en ervaringen van hetieugd- en Gezinsteam in de proeftuingebieden. Verwijzingen via de huisarts De ervaring is dat de huisartsen actief verwijzen naar de Jeugd- en Gezinsteams. Bij sommige proeftuinen was dit meer het geval dan bij andere teams. Soms is er via de Praktijkondersteuner(POH) verwezen. Per team kwamen het afgelopen jaar ongeveer 10

aanmeldingen via de huisarts. Het soort verwijzingen wordt passend gevonden. Het betrof bijvoorbeeld aanvragen voor opvoedondersteuning (vaak ook bij echtscheiding), rouwverwerking, slaapproblemen, vragen om nader psychiatrisch onderzoek, niet lekker in het vel zitten van het kind, erbij vragen van de Basis-GGZ (psychiatrische )behandeling en aanvraag voor eerstelijns hulp (niet nader gespecificeerd) en diverse andere vormen van hulpvragen.

Terugkoppeling indien de huisarts verwijzer is De terugkoppeling na een aanmelding door de huisarts heeft wisselend plaatsgevonden. Als er aanleiding voor was (vragen of zorgen), werd wel contact met de huisarts of de praktijkondersteuner gezocht. Soms werd dit vergeten (vooral bij de opstart). Ook werd terugkoppeling niet altijd zinvol gevonden. Soms is terugkoppeling gevraagd aan de ouders (en werd dit soms wel, maar ook niet altijd gedaan door de ouder). Ook is het door het JGT zelf gedaan. Een enkele keer heeft de huisarts zelf contact opgenomen met de ouders om te horen hoe het ging. Vanuit hetJGT is het de visie om de ouder zelf hierin een leidende rol te geven. Maar er is ook gemerkt dat ouders vaak niet terugkoppelen (lage prioriteit, vergeten, te veel problemen?). De teams zijn het er wel over eens dat een meer reguliere terugkoppeling na aanmelding zinvol is. Het lijkt voor de samenwerking prettig als de verwijzer weet of de klant is aangekomen. Daarvoor is het handig dat mailadressen van de huisartsen bekend zijn. Een afweging van een van de teams is ook om een korte brief bij afsluiting te mailen ter kennisgeving en indien er inhoudelijke zaken zijn om te melden (ingezette methodieken, diagnostiek) dan kan dit vermeld worden (natuurlijk met toestemming van de ouders). Een actieve rol van de huisarts zelf om navraag te doen bij ouders en/ofJGTwordt ook zeer gewaardeerd.

Terugkoppeling aan de huisarts indien deze m'et de ven/vijzer is Als de verwijzing niet via de huisarts is gelopen, zijn de volgende ervaringen opgedaan: ln de zaken waar de huisarts niet verwijst, werd er niet altijd aan gedacht om met het gezin te bekijken of contact met een huisarts wenselijk is. Als het relevant is (zorgen), dan lijkt het zinvol wel de huisarts met toestemming te benaderen. Gelijk bij de intake bespreken met ouders is dan beter, dat wordt nu nog weleens vergeten. Het moet geen contact worden omdat het regel is (een must), maar omdat het meerwaarde heeft. ln een aantal zaken is wel contact gezocht met de huisarts, na overleg met het gezin, om beter samen op te kunnen trekken richting gezin. Hier is tevredenheid over

Als het echter niet direct nodig is, komt dit in een latertraject naar voren. Soms geven ouders alle openheid en vrijheid om contact op te nemen, en soms willen ze niet dat de huisarts iets weet. Dan legt het team de verantwoordelijkheid bij de ouders neer om de huisarts te contacten. Bij specifieke problematiek is de huisarts erbij gevraagd voor advies en behandeling. Vervolgens vond goed afstemmingsoverleg plaats. Met betrekking tot de vorm van terugkoppeling wordt het soms aan de ouder gevraagd of ze dit zelf willen doen of dat het JGT dit doet. Hoe

en/oren

huisartsen de samenwerking met de teams? Wat gaat goed


29


/

wat kan beter?


Z/14/008965/17644

Een huisarts gaf aan geen goed antwoord te kunnen geven op de vragen, omdat hij geen ervaring met het JGT heeft en daar ook nog niet naar heeft doorverwezen. Deze huisarts had veel vragen over de toekomst, rol van de gemeente etc. Een andere huisarts had ook nog geen ervaring. Deze huisarts gaat er van uit dat de scholen vaker

signaleren en zullen verwijzen. Deze huisarts stelt het contact met de contactpersoon wel op prijs, meer dan aansluiten op grote bijeenkomsten. Hij heeft liever het korte lijntje, dat ook minder tijdsintensief is. De huisarts geeft als kanttekening dat er veel partijen op de zorgmarkt zijn met wisselend aanbod, waardoor hij het overzicht niet kan houden en slecht kan bepalen waar zijn patiënt nou het beste geholpen is (door de bomen het bos niet meer zien). Een praktijkondersteuner gaf aan dat in haar beleving de samenwerking nog niet zo goed tot stand was gekomen. Zij miste het overleg. ln een huisartsenoverleg was besproken dat terugkoppeling gemist werd. Verdere ervaringen waren positief Een contactpersoon heeft meerdere gesprekken gevoerd met huisartsen. Er is besproken dat zij een korte lijn voor hen is, wat de huisartsen als prettig ervaren. Ook als vraagbaak over waar een hulpvraag het beste terecht kan. Ook is afgesproken hoe zorgmijders toch bij hetJGT terecht kunnen, zoals voor kleine probleem waar het gezin wel hulp bij wil. Zo kan contact en vertrouwen opgebouwd worden en onderzocht worden waar we nog meer bij zouden kunnen helpen. Door casu'istiekbespreking is het zo een aantal keer gelukt om tot goede samenwerking te komen. Hoe ervaren de teams de samenwerking met de huisartsen? Wat gaat goed? Wat kan beter? Een team geeft aan dat de samenwerking goed gaat, de huisartsen weten het JGT te vinden.

Een ander team gaf aan over het algemeen tevreden te zijn over de contacten met huisartsen. leder neemt zijn rol goed en er wordt tijd vrijgemaakt voor overleg. Naar hun idee is het goed om contacten te blijven leggen, structureel een korte afspraak in te plannen met de huisarts, om de

lijntjes kort te houden. Een groot leerpunt is om in zaken waar in eerste instantie geen huisarts betrokken is, toch te bekijken of dit van meerwaarde kan zijn. Praktisch punt blijft dat huisartsen over het algemeen moeilijker bereikbaar zijn. Het lijkt soms onduidelijk wat huisartsen nodig hebben van het JGT om een goede doorverwijzing te kunnen geven. Regionale huisartsenvereniging Met de regionale huisartsenvereniging zijn afspraken gemaakt over de communicatie. Op de site van de vereniging wordt in november 2014, in samenspraak met Holland Rijnland, informatie geplaatst over: de transitie jeugdhulp en de rol van de huisarts als een van de verwijzers de Jeugd- en Gezinsteams in onze regio waarbinnen iedere huisarts zijn eigen vaste contactpersoon krijgt; op welke wijze en waarvoor huisartsen de teams kunnen inschakelen; afspraken over terugkoppeling na een verwijzing. de voorwaarden waaronder en de wijze waarop huisartsen zelf rechtstreeks kunnen verwijzen naar specialistische jeugdhulp de door de gemeenten gecontracteerde zorgaanbieders -

-

-

-

Aanbevelingen: Terugkoppeling na een verwijzing is voor huisartsen belangrijk, maak hier goede afspraken over en kom ze na. Het lijkt nuttig elkaar te vooral te zien of te spreken wanneer het nodig is/eraanleiding toe is. Overleg rond een concrete casus blijkt een verbindende factor. Maak als contactpersoon concrete afspraken over de onderlinge bereikbaarheid. Meer aanmeldingen via huisartsen kunnen helpen om samenwerking te verbeteren. Vanuit de teams kan hierin ook bijgedragen worden door vaker contact te zoeken met huisartsen rond cliënten die niet via hen zijn aangemeld (en waarvoor dit contact wel van meerwaarde is). -

-

-


30



Z/14/008965/17644

4.3

Samenwerken binnen het sociale domein

De wijze waarop gemeenten vormgeven aan de verbinding tussen de WMO, de participatiewet en de jeugdwet verschilt. Opdracht aan de Jeugd- en Gezinsteams is om hier actief op in te spelen en aan te sluiten op de lokaal gewenste situatie. ln Lisse participeerde een medewerker van de schuldhulpverlening in het team. Dit had als voordeel dat er snel geschakeld kon worden bij problemen rond schulden en inkomen. Ook is de deskundigheid van het team op dat terrein flink toegenomen. De teams in Leiden en Alphen aan den Rijn hadden de aansluiting met het sociale domein als

aandachtsgebied. In Alphen aan den Rijn aan den Rijn werkte hetJGT nauw samen met collega's van het Serviceplein (dienstverlening op gebied van werk, inkomen, Wmo, schuldhulp, leerplicht) en de gebiedsadviseurs van de afdeling Wijken en kernen. ln een zestal werksessies hebben ze gezamenlijk de Leidende Principes voor de Uitvoering geformuleerd. Tijdens dit proces hebben de medewerkers van elkaar in te zetten is. Het besef is gegroeid dat we met alle geleerd wie welke expertise heeft, wie waan/oor disciplines samen dezelfde opdracht hebben, namelijk zorg te dragen voor de ondersteuning van gezinnen en huishoudens in de wijk. Iedere discipline heeft hierin zijn eigen toegevoegde waarde. Door slimme samenwerking tussen de disciplines worden gezinnen beter, integraler ondersteund. In de praktijk hebben JGT en Serviceplein en/of gebiedsadviseurs elkaar op individuele casussen ook opgezocht en nauw samengewerkt. Dit elkaar kennen en opzoeken moet vanaf 2015 een natuurlijk

gegeven worden.

Vanuit het team Leiden-Noord zijn positieve ervaringen opgedaan in de samenwerking met de medewerkers van het Sociaal Wijkteam (SWT). Het SVVTwordt gehuisvest in dezelfde locatie zodat deze teams elkaar nog beter kunnen vinden. Met name rond casuïstiek die valt in een zogenaamd 'grijs gebied' tussen de teams, wordt nauwe samenwerking als meerwaarde ervaren. De ervaringen die zijn opgedaan worden opgenomen in de JGT-gids en overgedragen aan de nieuwe Want hoewel de wijze waarop gemeenten vormgeven aan de verbinding tussen de WMO, de participatiewet en de jeugdwet verschilt, kunnen de teams wel leren van positieve ervaringen uit

teams.

andere gemeenten.

4.4

Samenwerken met Integrale Vroeghulp

Op het moment dat ouders of professionals zorgen hebben over de ontwikkeling van een jong kind omdat sprake is van een ontwikkelingsachterstand of gedragsproblemen, kan een kind worden aangemeld bij Integrale Vroeghulp (IVH). IVH is een regionale samenwerking tussen verschillende organisaties (MEE, kinderrevalidatie, jeugdartsen, kinderdagcentra, etc). Na aanmelding wordt een kind besproken in een team van deskundigen. Zij doen in overleg met ouders onderzoek en geven advies en ondersteuning met betrekking tot de zorg waarmee een kind verder geholpen kan worden in zijn ontwikkeling. Een IVH-team bestaat in de meeste gevallen uit een jeugdarts, een gedragswetenschapper, een maatschappelijk werker en een casemanager. Afgelopen jaar hebben vele zorgorganisaties en medewerkers van het CJG gepleit voor het voortbestaan van IVH. ln het IVH-team zitten deskundigen met een specifiek specialisme op het gebied van ontwikkeling van jonge kinderen zoals een verstandelijke beperking, autisme, epilepsie, etc.

In de zes proeftuinen zitten medewerkers van MEE die bekend zijn met IVH en weten op welk moment IVH ingeschakeld moet worden. ln twee teams zitten JGT-medewerkers van MEE die zelf ook casemanager bij IVH zijn. Binnen het CJG is de verwachting dat, naast de JGZ ook het JGT Eindevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

31



Z/14/008965/17644

vindplaats is voor kinderen die gebaat zijn bij diagnostiek, onderzoek en advies door een IVH-team. Verder zal er behoefte blijven om casemanagers vanuit het JGT in het IVH-team mee te laten draaien. ln de periode maart-september 2014 is één kind via het JGT in contact gebracht met het IVH-team. Het wordt belangrijk gevonden om extra aandacht te hebben in de JGT's voor signalering van ontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen.

Aanbevelingen voor 2015: Samenwerking met IVH continueren JGT's informeren over signalen van ontwikkelingsachterstanden en de mogelijkheden voor diagnostiek en behandeling. Nauwe samenwerking JGZ-JGT zodat signalen van ontwikkelingsachterstand gedeeld kunnen worden en daar waar nodig IVH snel ingeschakeld kan worden E|kJGT aandachtfunctionaris IVH. -

-

-

4.5

Samenwerken met hetjeugdpreventieteam

De afgelopen periode is nauw samengewerkt met het jeugdpreventieteam (JPT). Het JPT begeleidt jongeren jonger dan 18 jaar die in aanraking zijn gekomen met de politie. ln de regio Zuid-Holland komt jaarlijks minder dan twee procent van de jongeren als verdachte in aanraking met de politie. Maar in het dagelijks werk ontmoet de politie vaak jongeren die problemen hebben in de

thuissituatie, op school of met de vrijetijdsbesteding. Het JPT biedt hen, in tegenstelling tot het JGT, met name ook ongevraagd ondersteuning. HetJPT biedt ook begeleidingstrajecten aan om jongeren op het rechte pad te houden. Bij hetJPT werken coördinatoren van de politie en medewerkers van het JPT nauw samen. Het JPT is in 2014 (en 2015) nog onderdeel van Bureau Jeugdzorg. Medewerkers van politie, Bureau Halt en Bureau Leerplicht kunnen zelf rechtstreeks jongeren aanmelden bij het JPT. Waar nodig kan hetJPT toe leiden naar zorg. Afgelopen jaar heeft het JPT in Alphen aan den Rijn en Nieuwkoop een aantal jongeren aangemeld voor zorg bij het JGT. Het betreft veelal jongeren die onaangepast gedrag hebben laten zien, waardoor zij in aanraking kwamen met politie. Het JPT heeft deze jongeren gemotiveerd om behandeling voor hun problemen te accepteren. Bij een aantal van deze jongeren was excessief cannabis gebruik onderdeel van hun problematiek. ln twee gevallen liep het zorgtraject door het JGT spaak omdat de twee jongeren herhaaldelijk niet verschenen op hun afspraak. Na overleg hierover is het JPT opnieuw gestart met een vorm van bemoeizorg om hen niet verder af te laten glijden.

Aanbeveling 2015: -

-

4.6

Continuering samenwerking JPT-JGT Zorgdragen voor een nauwe samenwerking JPT-JGT voor die jongeren die met politie in aanraking komen en die behandeling/begeleiding nodig hebben voor stoornis/drugsgebruik waarbij sprake is van een problematische opvoedingssituatie.

of

Samenwerken met eerstelijns psychologen

ln de proeftuinen zijn in de loop van 2014 contacten gelegd met lokale eerstelijns praktijken. Langzaam maar zeker wordt door de teams meer gebruik gemaakt van dat hulpaanbod.

Zowel in Alphen aan den Rijn als in Nieuwkoop zijn vertegenwoordigers van de eerstelijns praktijken vanaf de start nauw bij het JGT betrokken. Het is in het begin zoeken geweest op welke wijze de twee psychologen uit de eerste lijn het beste konden deelnemen aan het JGT. Naast inhoudelijke kennis zijn zij ook gevraagd om mee te denken in de zelfsturing van de teams. Eerstelijnspraktijken Eindevaluatie Proeftuinen Holland Rijnland

32



Z/14/008965/17644

weten immers als geen ander met welke praktische zaken je rekening moet houden om effectief en

efficiënt te kunnen werken. Beiden hebben met name in het begin wel kunnen bijdragen aan de wijze waarop afspraken met cliënten het beste kunnen worden gepland. Verder hebben beide eerstelijns psychologen deelgenomen aan de wekelijkse casuìstiekbesprekingen. Een aantal maal hebben zij, bij het bespreken van de aanmeldingen, aangeboden om met de JGT-er mee te gaan op intakegesprek omdat de problematiek bij aanvang al leek op een eerstelijns (enkelvoudige psychiatrische) hulpvraag. Bij een aantal andere cliënten is in de casuïstiek bespreking gevraagd of zij een deelbehandeling willen doen bij een kind of ouder. De eerstelijns psychologen hebben vervolgens beoordeeld of deze behandeling door henzelf of een andere lokale eerstelijnspraktijk kon worden aangeboden. Het afgelopen jaar kostte het beide eerstelijns psychologen ongeveer drie uur tijdsinvestering per week.

Zowel het JGT als de eerstelijns psychologen hebben meerwaarde en/aren aan hun deelname in het JGT. Beide hebben actief meegedacht aan het vormgeven van werkprocessen waarbij hun eigen praktijkervaring zinvol is. De eerstelijnspsychologen ervaren de samenwerking met hetJGT als zinvol. Zij hebben afgelopen jaar veelvuldig uitleg gegeven over de mogelijkheden van een eerstelijnsbehandeling. Bij een aantal kinderen en ouders die zijn aangemeld bij hetJGT hebben zij een (deellbehandeling geboden. Wanneer er meer aan de hand bleek te zijn, dan vonden zij het prettig dat een JGT-medewerker de zorgcoördinatie en hulpverlening thuis op zich nam. De lijnen voor overleg zijn dan kort en efficiënt. Daarnaast denken zowel de eerstelijnspsychologen als medewerkers van het JGT dat korte lijnen en het snel kunnen inschakelen van een eerstelijnspraktijk bijdraagt aan de effectiviteit van hulpverlening. Er vindt in de teams regelmatig discussie plaats of een eerstelijns psycholoog of de gespecialiseerde GGZ moet worden ingeschakeld voor een bepaald probleem. Door beiden aan tafel te hebben kan er een onderbouwd advies aan ouders worden gegeven.

Aanbevelingen 2015: Vanuit Holland Rijnland moet er een overzicht komen van gecontracteerde zorgaanbieders, waaronder de eerstelijns psychologen. De teams kunnen dan contact zoeken met de eerstelijnspraktijken in hun werkgebied en afspraken maken over de wijze waarop verbinding kan worden gelegd en samen kan worden -

-

gewerkt

4.7

Samenwerken op het snijvlak tussen vrijwillig en gedwongen kader

Vanuit de proeftuinen is, met name door de coaches, meegedacht over nieuwe vormen van samenwerking in situaties waarin zorgen zijn omtrent de veiligheid van kinderen per 2015. Belangrijke samenwerkingspartners zijn daarin Veilig Thuis (de integratie van het steunpunt huiselijk geweld en het AMK), de Raad voor de Kinderbescherming, de Gecertificeerde Instellingen (aanbieders die in 2015 jeugdbescherming en jeugdreclassering verzorgen) en gemeenten. De gezamenlijke inzet van deze partners is om de onderlinge samenwerking "niet dicht te timmeren". Elke casus is uniek. De expertise van de hulpverleners is verschillend en moet casusafhankelijk ingezet kunnen worden.

De Jeugd- en Gezinsteams krijgen per 2015 nieuwe taken op dit gebied. Samengevat komt dat op het volgende neer: Indien er zorgen zijn over de veiligheid of de ontwikkeling van kinderen in een gezin dat door het team wordt begeleid, dan wordt door het JGT samen met ouders een veiligheidsplan opgesteld.


33



Z/14/008965/17644

-

-

-

Waarnodig zoekt het JGT contact met Veilig Thuis. Voor consultatie en advies, om samen op te trekken of om daar een melding te doen. Op het moment dat het Jeugd- en Gezinsteam van mening is dat het veiligheidsplan onvoldoende waarborg biedt voor de veiligheid van de kinderen, er sprake is van een bedreigde ontwikkeling, of de afspraken uit dit plan niet worden nagekomen door ouders, dan wordt een Verzoek tot Onderzoek voor de Raad voor de Kinderbescherming (VTO) opgesteld. Inbreng van beide documenten zijn de start voor een zogenaamd Casus Overleg Beter Beschermd (COB”'"s overleg). Dit overleg wordt voorgezeten door een onafhankelijke, door de gemeente aangestelde, voorzitter. Ouders en jongeren zijn bij dit overleg aanwezig, samen met de Jeugd- en Gezinswerker als melder van de zorgen, iemand van de Raad voor de Kinderbescherming en iemand van een gecerti¿ceerde instelling. Op maat kunnen ook andere professionals (betrokken zorgverleners, deskundige vanuit de Gecertificeerde Instelling) worden uitgenodigd. Tijdens dit overleg wordt besloten of de hulp in het vrijwillig kader zal worden voortgezet dan wel dat er een Onderzoek vanuit de Raad voor de Kinderbescherming wordt opgestart, met het oog op een mogelijke noodzakelijke uitspraak van de rechter. Bij grote waarschijnlijkheid van een jeugdbeschermingsmaatregel, zal de Gecerti¿ceerde Instelling vast met het gezin starten.

De coaches gebruiken de komende twee maanden om deze regionale afspraken samen met teamleden om te zetten in concrete handvatten en werkprocessen voor de teams. Op korte termijn moet tevens een implementatieplan worden opgesteld voor de toerusting van de 24 teams op dit gebied. Zodat zij weten hoe te handelen bij zorgen om veiligheid en het inschakelen van de Raad voor de Kinderbescherming. Omdat dit voor veel teamleden een nieuwe taak betreft moet hier in de eerste maanden door de coaches expliciet aandacht aan besteed worden en verdient het aanbeveling tijdelijk extra ondersteuning te organiseren.

Aanbevelingen Coaches ontwikkelen op korte termijn, samen met deskundigen vanuit en buiten de teams, een passende werkwijze met concrete handvatten voor het werken met veiligheidsplannen, Verzoeken Tot Onderzoek bij de Raad en het COB"'”5. De ambtelijke werkgroep Kind en veiligheid stelt momenteel een plan op voor de regionale implementatie met de betrokken partijen. De coaches ontwikkelen op basis hiervan een implementatieplan voor toerusting en ondersteuning van de 24 teams bij het uitvoering van deze nieuwe taak in 2015. -

-


34



Z/14/008965/17644

Eindevaluatie proeftuinen Jeugd- Gezinsteams Holland Rijnland

Deel 2: De teams vertellen

mu-|,z:-ua

2

. . . ..

Integraal werken binnen ons team ..... .... Integrale toegang tot het sociale domein .„ Samenwerking binnen het CJG .. Gebiedsgericht werken ....................... Ervaringen van ouders en jongeren ......

›

I

I

. .. W

I

-

„

............... ... ....„...... . .. ..... ..... »

I

iI i

......

I

...

„

«

-~

«- ›

I

..„ ..

..„ „ ...„„.„..

„ -~

--

..››.›...

......

..., ..

.............

\ILI1-§ëUJIJJ?\Jl\J

1. Jeugd- en Gezinsteam Alphen aan den Rijn ...„ ...„ ..„ ....» ..„ ., . . 1 . De aanmeldvragen .............................

.. .................. ..............

:bu-›|\›|-1

2.

Jeugd- en Gezinsteam Katwijk De aanmeldvragen Instroom en bereikbaarheid Integratie in het Gebiedsgericht werken........„„

......

›

„

.„ . . ...

.. . ›

J

U'|-bUJl\J

.. 3 Jeugd- en Gezinsteam Leiden-Noord ........ „ 1 Bereikbaarheid en instroom ............ Integraal werken .............. Integratie binnen het CJG Gebiedsgericht werken......... Cliënttevredenheid .......

U1-hw

2

.„ . -

<

„›-....›„

15 15

....

......... ......... ....... .. ... .......

„«„„.„

U

._

4 Jeugd- en Gezinsteam Leiderdorp-Zoetervvoude

1

«

.„ .„ , , .. I

»I

.„

...„„„

.«

22 24

25 26 28

.......

u1_4>uu

Aanmeldingen en bereikbaarheid......... Integraal werken binnen ons team Samenwerking binnen het CJG ....... .. Gebiedsgericht werken ................. Clienttevredenheid

~«

.. »

~

„

. . I

- ~ » -........

30 30 31 32 32

..33 ............................... ........................................................

.........

._ 6. Jeugd- en Gezinsteam Nieuwkoop „ De aanmeldingen .......................... 1 2 Integraal werken Integratie van het JGT in het CJG Gebiedsgericht werken................ „

............................. ..

u-|_4=.u.›

17 18 19 20

..................................................................... ..22

Bereikbaarheid en aanmeldingen Integratie binnen het CJG............. .. Integraal werken .......... ....„ Gebiedsgericht werken......... ,_ Cliënttevredenheid ....

5 .Jeugd- en Gezinsteam Lisse ....

1 2

10 CI 11 12 15

Cliënttevredenheid ........

Eindevaluatíe proeftuinen Holland Rijnland

„

..›.„„.

36 36 37

38 40

.......

41

_.

1

Deel 2: De zes Jeugd- en Gezinsteams vertellen


Z/14/008965/17644

1. Jeugd- en Gezinsteam Alphen aan den Rijn

De aanmeldvragen

1.

Vanaf 1 maart tot 1 september 2014 zijn in Alphen aan den Rijn 103 online aanmeldingen vastgelegd in PlusPlan Dit aantal betreft slechts een deel van het totaal aantal gezinnen waarvoor het team zich heeft ingezet. Alleen wanneer het voor de cliënt zinvol is om een dossier op te starten worden cliëntgegevens vastgelegd in P|usPlan. Bij het beantwoorden van een eenmalige vraag of consultatie, bij een of twee gesprekken of tijdens een groepsbijeenkomst wordt geen dossier opgestart. Daarnaast zijn er cliënten waarvoor wel een dossier werd geopend, maar niet in PlusP|an. Dit heeft te maken met de huidige -oude- financieringsstromen, waardoor ook binnen de eigen organisatie nog moest worden geregistreerd. Extra bureaucratie voor cliënten en professionals wilden we voorkomen. De aanmeldingen blijken uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: -

-

-

Opvoedingsvragen (32%) Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (34 %) Vragen rond analyse, en organiseren, van benodigde ondersteuning (33 %)

Soorten aanmeldvragen (in %)

Gemiddeld over de 6 teams

Alphen

ad Rijn Opvoedingsvragen Opvoed-

vragen/ondersteuning basiszorg

32

34

14

9


6

6


3

3


4

3


0

1

1

2

4

9

Spanningen in

huis/vechtscheiding/geweld/ruzies/


34


Justitie/criminaliteit/ontspoort

gedrag

6

41 2


15

11


1

4


0

3

Coaching jongeren

11

22

Vragen rond analyse (en organiseren) van benodigde ondersteuning

33

18

1

6

100%

100%

Niet te coderen

Totaal

Het aantal vragen op het gebied van analyse (en organiseren) van de benodigde ondersteuning ligt in Alphen aan den Rijn met 33% ruim hoger dan bij de andere teams (gemiddeld 18%).

Eindevaluatie proeftuinen Holland Rijnland

2



Z/14/008965/17644

-

Dit betreft vragen als: wat is er aan de hand in het gezin en welke hulpverlening heeft het gezin hierbij nodig Hulp bij indicatieaanvraag Organiseren van praktische opvoedondersteuning (hulp in huis) Ondersteuning bij financiële problemen of woonproblemen

-

-

-

2.

integraal werken binnen ons team

Sinds de evaluatie in mei 2014 hebben wij het volgende aangevuld: Intake We gaan in koppels op intakegesprek en stemmen ouders/gezin kan aansluiten.

onderling afwie het beste bij de vraag van

Casusoverleg Alle intakes worden ingebracht in het casusoverleg. Er is altijd ruimte voor dringende zaken. We inventariseren bij aanvang van het overleg wie iets in te brengen heeft aan de hand van het volgende schema: Intake: Evaluatie: Vraag:

De inbrenger heeft zijn vraag duidelijk en mag deze op een persoonlijke manier mondeling of schriftelijk inbrengen. Er is een roulerende voorzitter die gespreksleider en tijdsbewaker is. Alle casuïstiek komt een keer langs zodat we één manier van werken hebben, waarbij we de kennis van co||ega's meenemen.

Focusgroep: 1 team 1 plan Om de drie á vier weken komt het team bij elkaar om te spreken over wat een ieder nodig heeft om een goed team te zijn. We bespreken hoe een ieder zich veilig kan voelen en inbreng kan hebben

zodat elke medewerker zijn/haar kwaliteiten kan laten zien. We bespreken de werkprocessen voor goede hulpverlening. Hoe ga je om met werkdruk. De focusgroep is een overleg zonder coaches. Intervisie Tijdens intervisie is hetmogelijk om los van casu'istiek een vraag te stellen en je kwetsbaar op te stellen. intervisie zal één keer per zes weken plaats vinden. Hierbij zijn de coaches niet aanwezig. Caseload bespreken We bespreken de caseload in koppels, waarbij je tips en vragen van je collega krijgt. Hierdoor zijn we bezig met procesbewaking.

3.

Integrale toegang tot het sociale domein

De gemeente Alphen aan den Rijn kiest voor één integrale toegang tot het sociale domein, onder gemeentelijke paraplu. Het JGT werkte nauw samen met col|ega's van het Serviceplein (dienstverlening op gebied van werk, inkomen, Wmo, schuldhulp, leerplicht) en de gebiedsadviseurs van de afdeling Wijken en kernen.

ln een zestal werksessies hebben we gezamenlijk de Leidende Principes voor de Uitvoering geformuleerd. Tijdens dit proces hebben we van elkaar geleerd wie welke expertise heeft, wie

Eindevaluatieproeftuinen Holland Rijnland

3



Z/14/008965/17644

waarvoor in te zetten is. Het besef is gegroeid dat we met alle disciplines samen dezelfde opdracht hebben, namelijk zorg te dragen voor de ondersteuning van gezinnen en huishoudens in de wijk. Iedere discipline heef-t hierin zijn eigen toegevoegde waarde. Door slimme samenwerking tussen de disciplines kunnen we de gezinnen beter, integraler ondersteunen. ln de praktijk hebben JGT en Serviceplein en/of gebiedsadviseurs elkaar op individuele casussen ook opgezocht en nauw samengewerkt. Dit elkaar kennen en opzoeken moet vanaf 2015 een natuurlijk gegeven worden. Vanafjanuari 2015, wanneer de Multidisciplinaire teams op orde zijn (door uitbreiding outreachende medewerkers in de wijk, integrale intakers en specialisten) en ieder gebied een JGT heeft, zal gei'nvesteerd worden in de verbinding tussen MDT en JGT, gebiedsadviseurs en Tom in de buurt, de nieuwe organisatie die de sociale participatie in Alphen aan den Rijn vorm gaat geven. Deze medewerkers vormen een netwerk aan co||ega's in de wijk die gezamenlijk, vanuit de gemeentelijke verantwoordelijkheid op het sociale domein, de ondersteuning van huishoudens/gezinnen in die wijk realiseren.

4.

Samenwerking

binnen het CJG

Op 5 augustus 2014 hebben wij het domein Integratie CJG in de teamvergadering geëvalueerd. Hier is het volgende uitgekomen: 1. Wat gaat goed Samenwerken metJGZ loopt prima: 0

0 I I

I I

0

I

~ U

JGZ-medewerkers weten ons te vinden er vindt regelmatig overleg plaats over gezamenlijke cliënten het is duidelijk voor iedereen wie de contactpersonen zijn er is een smoelenboek er wordt een gezamenlijke workshop gegeven er is één poster voor de scholen met de naam van de contactpersoon voor het hele CJG aanwezigheidsbord met namen er wordt goed nagedacht of het andere team iets voor de cliënt kan betekenen. er is een gevoel van wederzijdse vriendelijkheid/behulpzaamheid (geen concurrentie) ADO-team hoort positieve signalen van ouders die via huisarts naarJGT verwezen zijn met goed resultaat

Praktijkvogibeelden

___

W

__

__

van ouders overlegt JGZ-medewerker met JGT. Er is tijdelijk meer op voedondersteuning nodig. Medewerker JG T biedt kortdurende hulp, waarna het gezin weer verder kan. Het vervolgtraject wordt weer opgepakt door JGZ. Na toestemming

D

JGZ-arts constateert gedragsverandering bij moeder wat neigt naar depressiviteit. JGZ-medewerker voert samen met JG T-medewerker intakegesprek. JGT-medewerker ven/olgt het traject. Er ontstaan zorgen omtrent welzijn van de kinderen, er blijken ook zorgen te zijn bij JGZ-medewerker. In een gezamenlijk gesprek met ouders delen JGZ- en JGT-medewerker deze zorgen en wordt met ouders

een vervolgtraject

afgesproken.

JGZ-medewerker krijgt vraag van ouders voor sociaal medische indicatie i. v.m. kinderopvang. JG T-medewerker voert samen met integrale intaker van de gemeente een intakegesprek met ouder. Integrale intaker onderneemt verdere actie t. a. v. SMI. JGT-medewerker koppelt dit terug aan JGZ van ouder. ___inet__tt_i_esteijji_ming* _ *

_

W

2. Wat kan beter ~

Terugkoppeling door JGT naar JGZ gebeurt nog te weinig.

Eindevaluatie proef-tuinen Holland Rijnland

4

Deel 2: De zes Jeugd› en Gezinsteams vertellen


Z/14/008965/17644

De mogelijkheid van overleg zit nog niet in ieders systeem.

0

Daarom hebben we dit nu als vast

aandachtspunt bij onze intake opgenomen.

3. Wat wordt gemist Praktische zaken zoals werkruimtes, geluidsdichte spreekkamers, goede Wi-Fi verbinding, het kunnen printen. 4. Zijn er aanbevelingen

Fysieke nabijheid blijkt een belangrijk punt te zijn voor de integratie van JGZ-JGT Alle faciliteiten die nodig zijn om goed te kunnen werken , zoals genoemd bij punt 3 zijn nodig voor de nieuwe Jeugd- en Gezinsteams. Bij de start van een nieuwleugd- en Gezinsteam z.s.m. laten kennis maken met de CJGmedewerkers en daarop volgend een uitgebreidere kennismaking t.a.v. elkaars werkwijze. Lokale nieuwsbrief voor CJG-medewerkerst.a.v. de ontwikkelingen Een goede communicatie tussen achterban JGZ en JGT, de integratie JGZ-JGT is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Duidelijke informatie t.a.v. de toegang (hoe meld je aan, bij wie, wie kan melden etc) Het beschikbaar zijn van JGT-folders

~ 0

0

0

0

0

0

5.

Gebiedsgericht werken

(postcode) _Gem_eente

Alphenaan den

____

Aantal inwoners

...„ „„„„„„„„„„„„„„„„„

a

Aantal speciaal onderwijs Aantal huisartsen R

_

_____

_-

-_

P

f

V

__.

ONTO

23000

fAantalprimairondervvjjs Aantal v°°ffe<-Het ¿¿dëfwiis

..............

Rijn, 2405 en 2408

MMMM

M

j 6 praktijken

_

______

ss

en 5

eenp_i_tters

l

gelegd met bovenstaande ketenpartners? aangewezen. Deze hebben in de maand maart/april Binnen het team zijn contactpersonen kennisgemaakt met de ketenpartners. Hierin is uitgelegd wat het Jeugd- en Gezinsteam kan betekenen voor de ketenpartner en zijn eerste afspraken gemaakt over de manier waarop we elkaar

Hoe is er contact

kunnen vinden. ls er een plattegrond van de gemeente

1

_

`

¿Ja

W

Ja, er is een professionalsoverleg, hierbij zijn aanwezig: politie, woningbouwvereniging, Activite, Participe, ordehandhaving, Kwadraad en de gebiedsadviseuwrs de gemeente.

ls er een overleg met alle (semi) professionals die werken in de wijk? Zo ja, wie zitten bij dit overleg?

van

Beschrijf een leuke ervaring. Op uitnodiging van de gebiedsadviseurs hebben wij aangesloten bij een informele lunch om kennis te maken, lijnen te leggen en ons te introduceren. De huidige vorm van het professionalsoverleg was onderwerp van gesprek. Er zijn plannen om met de betrokken professionals te gaan kijken hoe in de wijk. te laten zijn met het oog op de zorg_enV_rondom een___gezin wij ditoverlegrreffekctiever Beschrijf een lastig punt of vraag. I Het werkgebied van de proeftuin komt niet overeen met de pilot wijkteam van de gemeente waardoorje in meerdere (professionals) overleggen moet aansluiten. Hoe ga je om met de privacy van cliënten in bovenstaand overleg? Hoe gaan wij om met vragen van ouders, scholen etc. waarbij de school in de postcodes valt van de proeftuin, maar de verblijfplaats van de cliënt niet? En vice versa? Vooral met het oog op scholen 0

die een regionale functie hebben.


5

Deel 2: De zes Jeugd› en Gezinsteams vertellen


Z/14/008965/17644

Wat zijn de reacties van ketenpartners op het JGT? Positief, zij zien de meerwaarde van de doelstelling, maar hebben wel vragen of de doelstelling in de praktijk haalbaar is. Daarnaast maken ketenpartners zich zorgen over hun eigen positie. En is het met zowel basisscholen als met middelbare scholen zoeken naar een goede vorm van samenwerken

jluit bilhunšorgstructuur i.v.m. de invoering van het passend onderwijs. _ Situatie nu in september 2014 Er is goed contact met de netwerkpartners. De afgelopen maanden is het contact met diverse netwerkpartners concreter geworden en geïntensiveerd door de aanmeldingen die binnen zijn gekomen waaruit echt diverse (langdurige) hulpverleningstrajecten lopende zijn. Dat blijkt ook uit de evaluatiebijeenkomst van 23 september. Netwerkpartners geven over het algemeen aan dat wij goed bereikbaar zijn en dat het fijn is om een contactpersoon te hebben. De keuze om ons eerst intensief te richten op de 'le schil' van netwerkpartners isjuist goed geweest. En dat moet zo blijven. We zouden ons over een maand wellicht kunnen gaan richten op netwerkpartners van de '2° schil.'

Eindevaluatie proeftuínen Holland Rijnland

6



Z/14/008965/17644

Ervaringen van ouders en jongeren

6.

,

Qiïjššlšif

<:>

,

Q

)

<;›@@

De enquête: Er waren 10 respondenten, waarvan 8 ouders en 2 jongeren

De cliënten zijn bij het JGT terechtgekomen

viai Huisarts School Curium

JPT 0

BJZ

0

Zelfstandige aanmelding via telefoon of website

0

Zelfstandige aanmelding via de gemeente

Van aanmelding tot het eerste gesprek

\X gezínsteam

werd

1

H

en

~.„

3

2

Ei

4

~“'"~~«„

ii

na de

aanmelding

door

het

ll

jeugd-

en gezinstearn

“"~w„.

benaderd

benaderd.


Ik ben

~

›--

K. ef”

het jeugd-

voordat o-

ik door

lang

“X

Het duurde

4,6

7



Z/14/008965/17644

De mate waarin de cliënt zich gehoord, begrepen en gerespecteerd voelde

Z

u:è›

r

›å f„~„ii\¿ ir u ii

=

f

_

zw<'*~*"fs«„„«<-< IfU

.,»,

-

=“

*

r

e,

4,8

r

..

Ik voelde me r„g„lg„t gehoord, begrepen en

-

-~

Ik voelde me gehoord,

-›

"fM:`"ibegrepen en

5

4

3

2

1

\

-r

~

f\

gerespecteerd.

gerespecteerd.

Aansluiting bijde hulpvraag van de cliënt

5,0 We hebben @

We hebben gewerkt aan ._

f

J

(

,››1'“\-t

“M”

F

ur

\-

,r \_

*`

ua

`»;fM}›

N

over de dingen die voor

f

,

1

gewerkt aan of gepraat

en

~

"N

of gepraat over de di¿ße" die

VOUV

mij

belangrijk waren.

mij belangrijk waren.

Sluitende manier van hulpverlenen van de jeugden gezinswerker

4,6 De manier van werken

~

,„f~'":'}'“~„1

van de jeugd› en

l

gezínswerker

De manier van werken

~

2

3

4

5

van de jeugden

l

ï„,1`_:f,„gezinswerker

paste giifnšif

amd hii mil.

paste

:mei bij mil.

M,.g§»,(%.`.`,= r ir

i

,

w.

Duur van de hulpverlening 0 % te kort 70 % niet

Van

0 % te lang

tOEPaSSing

30 % precies goed (Dit antwoord werd veelal gegeven, omdat het huipverleningsproces nog in gang is)


8



\\› «

Z/14/008965/17644

Prettig verlopen, Ontspannen, Heel erg betrokken, Verzorgd, Fijn, Doortastend, Opluchting, Gehoord, Nog steeds fijn dat ik iemand achter me heb staan, Professioneel, Plezierig, Voorbereid, Geruststellend, Hulp is er, Efficiënt, Behulpzaam, (Des)kundig, Positief, Heleen is een topper! Ontspannen, Prettig verlopen, Open, Goed.

TIPS 'Wat ik wel jammer vind is dat de gemeente in juli heeftgesproken over een keukentafelgesprek, maar die heeftnog niet plaatsgevonden en er is ook nog geen datum voor. lk hoop binnenkort toch wel op een datum.'

'Ik vond het erg chaotisch door alle informatie, twee mensen en het gesprek dat bij Curium was. Best indrukwekkend ook dat heel het netwerk er was. Ik zou aanraden om de eerste kennismaking niet met andere hulpverleners erbij te doen. Het zou ook helpen als er voor die tijd wat informatieis, zodat ik me daarop kan voorbereiden.' 'Bij ernstige problemen in een gezin, de indicatie afgeven voor langere tijd, dit i.v.m. de nodige energie die gestopt moet worden in een her-indicatie.'

Gemiddeid cijfer voor het JGT


8,7

9



Z/14/008965/17644

2.

Jeugd- en Gezinsteam Katwijk

1.

De aanmeldvragen

Vanaf 1 maart tot 1 september 2014 zijn in Katwijk 137 aanmeldingen vastgelegd in PlusPlan. Dit aantal betreft slechts een deel van het totaal aantal gezinnen waarvoor het team zich heeft ingezet. Alleen wanneer het voor de cliënt zinvol is om een dossier op te starten worden cliëntgegevens vastgelegd in PlusPlan. Bij het beantwoorden van een eenmalige vraag of consultatie, bij een of twee gesprekken oftijdens een groepsbijeenkomst wordt geen dossier opgestart. Daarnaast zijn er cliënten waarvoor wel een dossier werd geopend, maar niet in PlusPlan.Team Katwijk heeft het uitgezocht en daar bleek dat minstens 1/3 van het totaal aan cliënten dat werd begeleid, nog in de oude systemen werd geregistreerd. Dit heeft te maken met de huidige -oude- financieringsstromen, waardoor ook binnen de eigen organisatie nog moest worden geregistreerd. Extra bureaucratie voor cliënten en professionals wilden we voorkomen. De aanmeldingen blijken in Katwijk uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: Opvoedingsvragen(42%) Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (44 %) -

-

-

Vragen rond analyse, en organiseren,

van benodigde ondersteuning (13 %) Gemiddeld over de


Katwijk

6 teams

Opvoedingsvragen

42

34


12

9


9

6


1

3


1

3


2

1

Spanningen in


0

2


18

9


44

41

Justitle/criminaliteit/ontspoord

gedrag

1

2

8

11


1

4


7

3

Coaching jongeren

27

22


13

18


Niet te coderen

Totaal


1

6

100%

100%

10



Z/14/008965/17644

Instroom en bereikbaarheid

2.

Bij de evaluatie in mei hadden we het volgende aangegeven:

DO DO DO DO DO

-

-

-

-

-

Vaste contactpersonen per netwerkpartner Laagdrempelig zijn, door verschillende aanmeldplaatsen Fysieke aanwezigheid op bijv. scholen, spreekuren Eigen grenzen en die van team in de gaten houden Doen wat nodig is

DON'T Aanmelding aannemen zonder dat ouders DON'T Klakkeloos alles doen wat wordt gevraagd -

en/an

weten.

-

Inmiddels zijn we vijf maanden verder. Er zijn rond de 200 aanmeldingen gedaan. We hebben en floppers gehad en we kregen feedback van de omgeving tijdens de evaluatiebijeenkomst over instroom en bereikbaarheid. De belangrijkste reacties op een rijtje:

toppers

Wat gaat goed

Leerkracht: om de week komt er iemand op school van hetJGT, dat is prettig en laagdrempelig. Huisarts: het is laagdrempelig, korte termijn, je zit midden in het netwerk. POH: snel contact, altijd bereikbaar, snel overleg, door meerdere disciplines wordt het hele systeem meegenomen. JGZ: snel bereikbaar, goed te vinden, bekend. Halt: goed bereikbaar, goed overleg mogelijk. Hoeft geen selectie te maken qua doorverwijzing. Politie: nog niet veel ervaring, tot nu toe wel goed contact. Kinderopvang: prima bereikbaarheid, om ouders te motiveren dat hulp nodig is, is het prettig om een gezicht te hebben. De drempel naar hulp gaat omlaag. Het is minder dreigend dan Bureau Jeugdzorg. Van JGZ naarJGT is een kleine stap (mensen op de opvang). Voortgezet onderwijs: elke week overleg en goede terugkoppeling. Ouders zijn makkelijk over te halen. Snelle reactie na aanmelding. Snelheid van oppakken aanmeldingen. integratie in school. Erg korte lijnen. lk hoef niet meer na te denken over wie ik Zichtbaarheid van de contactpersoon.

moet benaderen. intentie samenwerking verschillende professionals/disciplines. Eén aanspreekpunt. JGT op school is laagdrempelig. Overleg met leerkrachten. Enthousiast team

Wat kan beter POH: we willen graag terugkoppeling over hoe het opgepakt is en dát het opgepakt is. Halt: hoe komen we aan info over signalering, wat krijgen we inhoudelijk nog terug? School: verzorg informatie voor scholen, bijvoorbeeld met folders. Huisartsen en andere hulpverleners willen op de hoogte worden gehouden van het

hulpverleningstraject. Communicatie over het JGT, zichtbaarheid en PR Communicatie over het CJG, de taken van de JGZ en de taken van hetJGT

De in mei aangegeven do's en dont's met daarbij de inmiddels opgedane ervaringen

en vergaarde

informatie: D0 D0

-

-

Vaste contactpersonen per netwerkpartner Laagdrempelig zijn, door verschillende aanmeldplaatsen

Eindevaluatie proeftulnen Holland Rijnland

11



Z/14/008965/17644

DO Fysieke aanwezigheid op bv scholen, spreekuren D0 Eigen grenzen en die van team in de gaten houden DO - Doen wat nodig is -

-

De vaste contactpersonen hebben verdieping in het contact gezocht. JGT-ers zijn bij diverse bijeenkomsten en vergaderingen geweest van netwerkpartners om uit te leggen wie en wat het JGT is. Daarnaast is op bijna alle scholen binnen het postcodegebied een spreekuur, wat zorgt voor verschillende aanmeldplaatsen. Nog steeds komen hulpvragen vanuit de moederorganisaties binnen, maar ook via scholen, JGZ, huisartsen en overige netwerkpartners.

Er wordt, over het algemeen, aangegeven dat het JGT op een prettige manier bereikbaar is door snelle reactie en de vaste contactpersonen. De terugkoppeling wordt regelmatig genoemd als verbeterpunt, de teamleden herkennen zich over het algemeen in dit punt.

Het JGT Katwijk kent tot op heden geen wachtlijst. Dit vraagt echter wel wat van de teamleden. Er zijn teamleden die een te hoge werkdruk hebben ervaren. DON'T Aanmelding aannemen zonder dat ouders ervan weten. DON'T Klakkeloos alles doen wat wordt gevraagd -

-

Het gebeurt nog wel dat er zonder medeweten van ouders wordt gebeld, maar het standpunt dat ouders op de hoogte moeten zijn van de aanmelding of, nog beter, zelfaanmelden, blijven wij uitdragen. We pakken de vraag pas op zodra ouder(s) op de hoogte zijn van de aanmelding.

Omdat de proeftuin zich slechts op een deel van Katwijk richtte is gekozen voor niet teveel publiciteit. De netwerkpartners geven echter wel aan dat behoefte is aan meer zichtbaarheid en het verspreiden van informatie. Dit is een mooi punt om mee te nemen bij de start van de nieuwe teams in 2015. Goede folders, herhaling van informatie over bijvoorbeeld bereikbaarheid zijn belangrijk. Er zijn in sommige situaties vragen teruggelegd bij een melder, maar we proberen dit wel altijd op een manier te doen die zo klantvriendelijk als mogelijk is voor de ouders. We bespreken alle aanmeldingen in het team en kijken hierbij of er voorliggend iets mogelijk is, zoals JGZ of het Opvoedadviespunt en of de vraag past binnen het JGT.

3.

Integratie

3.1

Het team vertelt

in het CJG

Wat gaat goed? De eerste periode kenmerkte zich door onduidelijkheid over de positie van het nieuwe JGT. De afgelopen periode (mei-sept 2014) is meer duidelijkheid gekomen en is er volop verbinding gezocht met andere onderdelen van het CJG. Op de site van het CJG staat info over het JGT met daarin een link om aan te melden. Er staan video's op de site van het CJG waarin de werkwijze van het hele CJG getoond wordt. Bij presentaties

gegeven door medewerkers van het JGT wordt altijd vermeld dat wij een onderdeel zijn

het CJG. Op verschillende manieren is contact opgebouwd tussen de medewerkers. Dit gebeurt op casusniveau, door inhoudelijk overleg en door informele activiteiten.


12



Z/14/008965/17644

Casusniveau

Bij het bespreken van de intakes in het JGT wordt standaard gekeken of de hulpvraag bij het JGT hoort of dat vanuit de JGZ of het Opvoedadviespunt ondersteuning geboden kan worden. Medewerkers JGT zijn nu beter op de hoogte van het aanbod van het hele CJG. Medewerkers JGT informeren cliënten over de samenwerking met JGZ en vragen (indien nodig) toestemming om contact op te nemen met JGZ. Medewerkers van de JGZ weten het JGT te vinden, leggen casussen voor en verwijzen ouders

eventueel door naar het team. Overlegvormen Binnen het CJG bestond al een regelmatige overlegvorm, Hierbij zijn ook twee JGT-ers aangesloten. Er zijn thema bijeenkomsten georganiseerd door de CJG-coördinator. Regelmatig overleg tussen jeugdverpleegkundigen 0-4jr en contactpersonen JGT kinderopvang. JGT basisscholen met arts JGZ en Regelmatig overleg tussen contactpersonen Jeugdverpleegkundige 4-12jr die betrokken zijn bij deze scholen.

lnformeel Lunch bijeenkomst(en) georganiseerd door CJG coördinator. CJG uitje. Wat wordt gemist Het gebouw waarin het CJG zit is wel bij veel cliënten bekend. De indeling van het gebouw is niet prettig. Voor cliënten is het niet duidelijk waar ze naartoe moeten. Er heeft een inventarisatie van de

eenfplek-f wensen van de CJG-medewerkers plaatsgevonden. Daaruit~bleek~o.afdatferfbehoefteeis-aan waar CJG-medewerkers elkaar kunnen treffen, bijv. een kantine. Afspraken We blijven elkaar op regelmatige basis spreken. JGT-ers benoemen in hun eigen team de mogelijkheden van het JGZ. Wat kan beter Bij de start van de nieuwe teams is het belangrijk dat zij meteen weten dat zij onderdeel uitmaken van het CJG. Kennismaken met de andere medewerkers is belangrijk en daar moet veel aandacht voor zijn. JGZ-medewerkers kunnen meer vertrouwen hebben dat JGT-medewerkers willen samenwerken. Echter staat niet de behoefte van de medewerkers voorop, maar de meerwaarde van samenwerking voor dit kind/gezin. Het tempo van de hulpvrager is daarbij belangrijk. Mogelijk een idee, zoals ook in andere teams is gebeurd, om een dagdeel mee te lopen met elkaar om zo elkaars werkwijze en aanbod beter te leren kennen. Eventueel waar mogelijk indien kennis, vaardigheden dat toelaten een combinatie maken bij

cursussen/trainingen ? informatieavonden/ Aanbevelingen Er moet een juiste afspiegeling zijn in het team van de zorgbehoefte in de wijk. Er ontbreekt al tijden een GGZ-medewerker in team Katwijk, deze expertise is wel belangrijk. Momenteel is er behoefte aan verdieping rond de kennis van elkaars expertise. Er is meer behoefte aan aandacht voor methodiek door coaches. Hoe behoud je je expertise? Bij loskoppeling moederorganisaties loop je risico de expertise te verliezen. Wat houdt het team dan nog multidisciplinair?


13



Z/14/008965/17644

3.2

De collega's ult het CJG vertellen

Wat loopt er goed? Organisatie van bereikbaarheid van hetJGT middels contactpersonen en teamtelefoon, zorgt voor goede vindbaarheid en zichtbaarheid. Dit zorgt voor korte lijnen in intercollegiaal contact. Collega's van hetjeugd- en gezinsteam en de jeugdgezondheidszorg vinden elkaar steeds beter. Er wordt door jeugden gezinswerkers (op casusniveau) contact gezocht en geconsulteerd. Er wordt aan elkaar gedacht. Bij schoolse en voor- en vroegschoolse voorzieningen zijn CJG duo's gemaakt, van een

medewerkerjeugdgezondheidszorg en een jeugden gezinswerker. Dit werkt erg goed! Ze worden beiden gecommuniceerd als contactpersoon. Dit zorgt voor een goede vertegenwoordiging van beiden deskundigheden op school, goede onderlinge afstemming, normaliseren, en is in geval van afwezigheid minder kwetsbaar. Casuìstiekoverleg is opgezet per leeftijdscategorie (O-4, 4~12, 12+). Dit is nu een goede formule om beter bekend te raken met elkaars deskundigheid en goede verbindingen te maken. De JGT heeft met zijn werkwijze laten zien dat zij tot een snelle inzet van hulp kunnen komen. De samenwerkingsafspraken

over de verbinding van financiële deskundigheid aan het CJG team

via het AMW wordt regelmatig geconsulteerd en werkt naar tevredenheid. AMW ervaart de open deur verbinding tussen AMW en JGT als positief om dit het mogelijk maakt om snel te schakelen met elkaar over een casus en zichtbaar te zijn voor elkaar. Wat kan er beter ? Onderlinge interne afstemming tussen de verschillende disciplines het CJG:waarvoor kun je als ouders en jongeren terecht bij de JGZ, waarvoor bij het Opvoed Adviespunt (OAP) en waarvoor bij hetJGT. En vervolgens goede externe communicatie daarover. Met daarbij een duidelijke profilering van het JGT als onderdeel van het CJG. Afstemming met elkaar bij welke overleggen wie aanwezig is op de basisscholen. JGT kan meer gebruik maken van informatie over ontwikkeling kind en gezin die reeds bekend is bij de JGZ. Ook kan de medische kijk door een JGZ-arts vaker worden benut. Beter vorm geven aan de samenwerking tussen AMW en JGT bij kindspoor zaken Bij kindspoor zaken is niet vaak een hulpvraag en een motivatie tot hulpverlening. Wel kan er spraken zijn van signaalgedrag bij kinderen en kan het nodig zijn om preventief in te stappen om trauma of problematiek bij de kinderen te voorkomen/verzachten. Welke rol kan hetJGT hierin spelen? Wie heeft welke rol? Duidelijkheid over wat de rol is van de coördinator en die van de medewerkers in het CJG in contact met de lokale voorzieningen. Met een goede afstemming tussen beiden. Duidelijkheid over de rol en functie van de jeugden gezinswerkers in geval van signalering van

groepssignalen (hanggroepen) zowel door lokale partners als door teamleden zelf. Afspraken over terugkoppeling richting venrvijzers en semi-vervvijzers.

Een goede vertegenwoordiging

van de GGZ deskundigheid in het jeugden gezinsteam.

Aanbevelingen: Bij multi probleem gezinnen/casuïstiek, een risico inschatting maken waarbij standaard de JGZ wordt geconsulteerd. Ouders wel toestemming vragen, maar juist bij deze doelgroep actief aanraden en uitleggen. Concrete rolbeschrijving van het jeugden gezinsteam bij zorgmijders Deelname van het jeugden gezinsteam aan JeugdMatch Gebruik maken van een goed instrument voor signalering van verslavingsproblematiek en een deskundige op dat gebied goed beschikbaar maken voor het CJG.

Eindevaluatie proef-tuinen Holland Rijnland

14



Z/14/008965/17644

~

Verder verdiepend bouwen en onderzoeken hoe het contact tussen de jeugdgezondheidszorg

en

het jeugden gezinsteam (alle disciplines in het CJG)er uit moet zien in de begeleiding van jeugd en gezin.

4.


Er is vanaf het begin van hetJGT veel energie gestoken door het team in het gebiedsgericht werken. Er is een evaluatiebijeenkomst geweest met de netwerkpartners (15 september 2014) begeleid door JSO. Met sommige organisaties (zoals bijvoorbeeld scholen, jongerenwerk en CJG) zijn nog aparte

evaluatiemomenten

-

-

-

-

-

geweest.

Wat gaat er goed? ln het Jeugd- en Gezinsteam Katwijk zijn voor de start in maart voor alle netwerkpartners teamleden van het JGT aangesteld als contactpersoon. Op scholen hebben de contactpersonen ook vaste tijden afgesproken waarop ze op de school aanwezig zijn en een inloopspreekuur houden. Op de evaluatiebespreking met de netwerkpartners in september 2014 bleek dat scholen hierover erg tevreden zijn. Er wordt snel gereageerd na een aanmelding, aanmeldingen worden snel opgepakt en er is goed overleg. Doordat er een bekend gezicht is, wordt het Jeugden Gezinsteam sneller gebeld/bereikt en lopen nu ook ouders binnen op het inloopspreekuur (PO). Huisartsen en praktijkondersteuners ervaren het JGT als laagdrempelig. Er is snel overleg en het hele systeem van de cliënt wordt meegenomen. De kinderopvang meldt dat het JGT makkelijk bereikbaar is en dat ze graag een vast gezicht willen zoals dit bij de scholen is. De politie geef-t aan nog weinig ervaring te hebben met het JGT. Er is echter wel kort geleden in het team met wijkagenten gepraat over de voortgang en de wensen van deze wijkagenten. Vooral de korte lijnen en het direct kunnen doorverwijzen als mensen open staan voor hulp, zou voor de agenten een verbetering zijn. Het jongerenwerk en Halt geven aan dat de contacten goed en snel verlopen.

Wat kan er beter? De JGZ wil graag meer terugkoppeling. Ze willen graag geïnformeerd worden als er een JGTmedewerker in een gezin betrokken is.

-

-

-

-

Het BSO zou graag beter betrokken willen worden bij het JGT. Er is nog onduidelijkheid bij ouders en netwerkpartners over de taken van het CIG en hetJGT. Huisartsen en andere hulpverleners beschouwen zichzelf als een belangrijke schakel in het hulpverleningsweb. Zij willen op de hoogte gehouden worden van het traject. Zij vinden de weg naar aanmelden bij het JGT soms nog een grote drempel. Ouders zouden dit volgens hen hetzelfde vinden als BJZ. De informatievoorziening aan ouders en netwerkpartners kan dus nog worden verbeterd.


15



Z/14/008965/17644

3. Jeugd- en Gezinsteam Leiden-Noord

1.

Bereikbaarheid en instroom

Sinds 1 maart 2014 zijn er in Leiden Noord 178 cliënten/gezinnen vastgelegd in P|usPlan. ln de meeste gevallen door een medewerker zelf na telefonisch contact tijdens bureaudienst of door een verwijzer zoals de huisarts. Een enkele keer hebben ouders zelf het aanmeldformulier ingevuld, meestal na advies van een verwijzer. Onlangs hebben 2 ouders zich gemeld bijde balie van het CJG, omdat zij zich zorgen maakten om hun dochter en dringend hulp zochten. Zij hadden op internet gekeken en kwamen bij het CJG uit. Er is in het afgelopen jaar zes keer crisishulpverlening ingezet (ASH, FF of verblijf op de crisisopvang 12+). Er hebben circa 20 verwijzingen naar specialistische hulpverlening plaatsgevonden. Enkele hiervan betroffen verwijzingen naar Curium ten behoeve van diagnosestelling en/of medicatiebegeleiding. Een groot deel betrof een verwijzing naar specialistische jeugdhulpverlening van Cardea zoals de naschoolse leergroep, dagbehandeling 3-6 of daghulp 12+. Voor de GGZmedewerker en de cliënt is het een aantal keer als lastig ervaren dat na onderzoek door de GGZmedewerker de cliënt bij Curium (in dit geval) op de wachtlijstlgeplaatst moet worden om een officiële diagnose te kunnen verkrijgen. De aanmeldingen blijken uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: -

-

-

Opvoedingsvragen (33 %) Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (32 %) Vragen rond analyse, en organiseren, van benodigde ondersteuning

Soorten aanmeldvragen

lin %)

Leiden

Gemiddeld over de 6

Noord

teams

33

34

7

9


4

6


3

3


2

3


O

1

2

2

15

9

32

41

2

2


4

11


4

4

Opvoedingsvragen Opvoed- vragen/ondersteuning

Spanningen in

basiszorg




Justitie/criminaliteit/ontspoort

gedrag


5

3

Coaching jongeren

17

22

Vragen rond analyse (en organiseren] van benodigde ondersteuning

19

18

1

(19 %)

Dit kon in de meeste gevallen wel met enige voorrang geregeld worden.


15



Z/14/008965/17644

16

6

100%

100%

Niet te coderen

Totaal

Het valt het team op dat er opvallend veel vraag is naar de aard van de gedrag(sproblematiek) van jongeren. Team Leiden Noord is van mening dat de GGZ qua uren beperkt vertegenwoordigd is gezien de hulpvragen uit de wijk. De psycholoog die voor de helft van haar uren aan het team verbonden is, kan de aanvraag niet alleen behappen. Gelukkig kan Leiden Noord tot januari 3 dagen per week gebruik maken van twee orthopedagogen met een werkervaringsplek bij Curium. Vanaf januari zullen wij het echter zonder deze twee waardevolle krachten moeten stellen. Met oog op de hulpvragen uit de wijk zouden ook meer uren/eenextra medewerker met expertise gezinsbegeleiding welkom zijn. ln oktober is het voor het eerste niet gelukt om alle nieuwe aanmeldingen te verdelen, omdat een ieders 'caseload' vol is. Het team wil graag kunnen blijven voldoen aan een le contact binnen één à twee weken. Dit lukt nog net, maar de blijvende instroom

baart team Leiden Noord wel zorgen.

2.

Integraal werken

Sinds de tussenevaluatie in mei '14 hebben meer ruimte gehad om te reflecteren op wat een zelfsturend team inhoudt. ls dat dat je als team alles zelf moet regelen en uitzoeken, of kan een zelfsturend team ook aangeven waar het wel sturing in nodig heeft? De laatste maanden zijn we er achter gekomen dat je voor sommige dingen ook een niet-team lid nodig hebt. We zijn hierover in gesprek gegaan met de coaches en een tweede uitnodiging voor gesprek volgt. Voor zowel het team als de coaches is dit een zoektocht. Door af en toe te reflecteren op het proces wordt steeds duidelijker waar we als team behoefte aan hebben: reflectie op processen, bijsturen indien nodig, input van andere teams, input van dat waar de coaches mee bezig zijn. Door verwachtingen naar elkaar toe uit te spreken zijn we er ook achter gekomen dat deze soms van elkaar verschilden. Het is goed om hier bij stil te staan. In onze werkwijze hebben we nu intervisie en casu'istiekbespreking ingevoerd. Zo houd je elkaar scherp en draagje bij aan de kwaliteit van je dienstverlening. Ook hebben we afgesproken om zo veel mogelijk samen naar een intake te gaan. Zo leerje direct van elkaar en leerje elkaars invalshoek beter te begrijpen. Een ander continu proces is het behoud van je eigen expertise vanuitje moederorganisatie en het integraal werken. We weten dat we onze eigen expertise graag willen behouden, want dit is onze toegevoegde waarde. We weten alleen nog niet precies hoe we hiervoor moeten zorgen. Dit zal ook deels in de moederorganisaties belegd/uitgedacht kunnen worden.

ln de hectiek van alle dag komen we niet allemaal aan onze ontwikkeltijd toe. September was voor ons het moment om even pas op de plaats te maken en hierbij stil te staan. Nu hebben we deze tijd nog en moeten we die ook benutten, niet alleen voor ons zelf maar ook voor de nieuwe teams. We willen een gids maken voor alle nieuwe JGT-ers om hen een startdocument mee te geven voor de eerste maanden.

Wat betreft opleiding hebben we in mei/juni een aantal opleidingen kunnen volgen en leren we natuurlijk ook van elkaar on the job. Vechtscheidingen is een veel voorkomend thema, waar we meer van willen weten. We gaan in november naar een bijeenkomst hierover. Het koffertje geeft vorm aan onze JGT-methodiek, oplossingsgericht, systeemgericht en gericht op het sociale netwerk zijn hierin

de basisbegrippen.

Eindevaluatle proeftuinen Holland Rijnland

17



Z/14/008965/17644

3.

lntegratie

binnen het CJG

Tijdens de eerste 'Lunch en Learn bijeenkomst' met de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) in februari '14 zijn er vele opvattingen en ideeën geweest over de samenwerking, de visie, de werkwijze en de

knelpunten. HetJGT is nu ruim een halfjaar werkzaam binnen het CJG Leiden-Noord. Bij de aanvang in januari 2014 was het JGT fysiek dichter bij het JGZ-team aanwezig. Dit maakte dat de lijntjes kort waren en ze elkaar konden gaan leren kennen doordat ze elkaar zeer vaak tegen kwamen. Per 1 april heeft het JGT een andere plek in het Gebouw gekregen, waardoor de afstand en daardoor ook de lijntjes weer langer zijn geworden.

Door een aantal keer perjaar een grote bijeenkomst te organiseren waarbij teambuilding, werkwijze, expertise en casul'stiek bespreken centraal staan, wordt de samenwerking beter. Eenmaal per vier weken vindt het CJG-overleg plaats. Bij dit overleg zijn de verschillende disciplines vertegenwoordigd. Actuele zaken worden besproken, casu'istiek, visie etc. Ook regelmatig samen lunchen versterkt het 'wij' gevoel. De samenwerking groeit langzaam, het valt op dat de JGZ vaker een beroep doet op het JGT dan andersom. De JGZ heeft duidelijker voor ogen wat het JGT kan bieden dan andersom. Hiervoor wordt

een profielen-map ontwikkeld. Iedere medewerker maakt een profiel van zichzelf. Wat is zijn/haar expertise, werkwijze en ervaring. Wat heeft hij/zij te bieden. Op deze manier wordt het CJG-breed duidelijk wie er 'in huis zijn' en wat ze te bieden hebben. Het is wenselijk dat het JGT vaker informatie uitwisselt en terugkoppelt naar de JGZ. Hierdoor kunnen 'dubbelingen' van een aanmelding worden voorkomen. Starten met 1G1P is een belangrijk middel om een overzicht te krijgen wie bij het gezin betrokken zijn en welke hulp geboden is of nog wordt geboden. De terugkoppeling naar andere professionals is ook zeer wenselijk. Wanneer een huisarts ouders het advies heeft gegeven om hulp te zoeken bij het JGT, is het voor de huisarts belangrijk om te weten of dat gezin het advies ter harte heeft genomen of niet. Het JGT is goed bereikbaar vanwege de bureaudienst en de website. Het JGT kan consultatief bij een gesprek met ouders en professionals aanschuiven, zodat de drempel voor hulpverlening voor het gezin lager wordt. Het JGT en de JGZ moeten ervoor open staan om de verbinding blijven zoeken, elkaar versterken door casu'istiek bespreking, hun expertise over en weer te blijven inzetten en vooral doen wat nodig

is;1G1P, korte lijnen en transparantie.


18



Z/14/008965/17644

4.


voor de verschillende ln het team Leiden bestond al een lijst met contactpersonen weer doorgenomen en samenwerkingspartners. Recent hebben we de lijst met contactpersonen aangepast waar nodig. Vanuit het team zijn nieuwe rondes met de contactpersonen gepland.

zijn nieuwe afspraken gemaakt. De contactpersonen werkgebied langs geweest om het JGT te uit het kinderdagverblijven uit het JGT zijn bij de vooral hun eigen kinderdagverblijven introduceren. Bij opvoedproblemen blijken gedragsdeskundigen te consulteren. Een enkel kinderdagverblijf heeft behoefte aan een Jeugd- en Gezinswerker die periodiek aanwezig is op het kinderdagverblijf. We hebben besloten om (nog) niet aan dat verzoek te voldoen. ln het vervolg willen we de contacten met de kinderdagverblijven via de jeugdverpleegkundigen van het CJG laten lopen om v.w.b. de route duidelijkheid te scheppen. De jeugdverpleegkundigen zullen in hun bezoeken het JGT onder de aandacht brengen en ze zullen een Over de contacten

met de kinderdagverblijven

voorstel doen om de JGT-ers op een ouderavond uit te nodigen. Vanuit het team is er een nauwe samenwerking met de medewerkers van het CJG en het SWT. Het SWT wordt gehuisvest in dezelfde locatie zodat we elkaar nog beter kunnen vinden. Met het CJG zijn er initiatieven om een gezamenlijke themaochtend te organiseren. ln de afgelopen maanden is gezocht naar verbinding met de eerstelijns professionals in de wijk Leiden-Noord. Met name de rol van de huisartsen binnen de eerste lijn is van groot belang. We hebben dan ook actief contact gezocht met huisartsen en praktijkondersteuners GGZ (POH-GGZ). Gebleken is dat deze gesprekken een goede eerste stap zijn geweest. Ook bleek dat een goed vervolg voor de naar de wensen van de huisartsen en een goede informatievoorziening geven op maat huisartsen in algemene zin erg belangrijk zijn. Binnen de verschillende praktijken is het wenselijk dat zij snel kunnen schakelen met het JGT. De huisartsen zouden graag een vaste route afspreken over het terugkoppelen van aanmeldingen. Ook wanneer een ouder ofjongere hulp vraagt bij het JGT zouden ze dit graag teruggekoppeld krijgen. Het is erg belangrijk dat er een modus wordt gevonden die werkbaar is voor alle partijen en dus ook voor ouders en jongeren meerwaarde heeft. -

-

Het gehele sociale domein is in beweging. Dat maakt datjuist het contact met een van de belangrijkste ketenpartners, de huisarts, gewaarborgd moet worden en blijven. Enkele teamleden van het Sociaal Wijkteam Leiden-Noord en hetJGT Leiden-Noord gaan dit najaar in overleg met het REOS,de CJG-coördinator en huisarts(en). Doel van deze bijeenkomst is om een grotere bijeenkomst te organiseren ter bevordering van de samenwerking en met name ook om het verschil tussen de twee teams toe te lichten zodat de huisartsen in Leiden in 2015 weten waar ze terecht kunnen. Contact vrijgevestigde 1e lijns GGZ-ers. De vrijgevestigde psychologen, psychiaters en psychotherapeuten hebben een collectief gevormd. Zij hebben binnenkort een website in de lucht waar de contactgegevens en de expertise van de 50 vrijgevestigde 1e-lijns GGZ-ers in de regio op terug te vinden zijn. Wanneer de site in de lucht is

tijdens de teamvergadering hier e.e.a. over toelichten. De komen twee contactpersonen zich nog weinig gezien en gehoord door het JGT. Daar lijkt na deze eerste voelden vrijgevestigden kennismaking al verandering in te zijn gekomen.


19



Z/14/008965/17644

5.

Cliënttevredenheid

ln september hebben we een enquête uitgezet, zes respondenten hebben de negen vragen beantwoord: -«

1 : Hoe tevreden bent u met de manier waarop u in contact bent gekomen met een medeweker van het Jeugd- en Gezinsteam?

1

w

Oh-lJ>0\O0

lfi

g

l

I Aantal...

__

be?

eq,

ü,§'*

,1-2,

32-

,`Q,

Ne?

R.6* af*

l

2 :Hoe tevreden bent u over de manier van aanmelden? 6

2

i

4;

5

mAanta|...

Ošf)

om

0,),

9%

,V

3

l l

2

a

g

a

IAHMHI...

o

f

Gqao

'7/óf

99,9 %f›

ø

0

l

al

4%,

3 : Hoe tevreden bent u over de snelheid waarmee hulpverlening is gestart?

lb

'Q

41

0%)

0

so ø 4/3„

2%

4: Hoe tevreden bent u over de mate waarop de medewerker JGT is ingegaan op uw hulpvraag?

4

L

Eíndevaluatie proef-tuinen Holland Rijnland

20

aas oêo

U Aanta|..„

O4,

lb

fe1%

6

a

F060 sale 'è

Oï\lJ>O\(XI

i



Z/14/008965/17644

5 \l

5 : Hoe tevreden bent u over de deskundigheid van de

O3

medewerker JGT?

\II

ï`.l`l=1ï`f`3`*1l

«$>~

i§1".r:?I*~I5i

LN

I Aa ntal

respondenten :lšii

O

l-I

N

. `W“f*i

°o;,4

in

Aantal...

f

_

4

417'

oëø 7

4,5;

4% 35%

1

1

3›

2,5

i

„

2

“

`

1

i

05

WI: tevreden

weet niet

ontevreden

8

6

4

H Aantal

respon denten

L5

8 :Welke behoefte heeft u met betrekking tot inzage in verslaglegging over het hulpverleningstraject?

ontevreden

0%,

91'

-x*

\,0

7 : Hoe tevreden bent u over de samenwerking van de medewerkers JGT met andere instanties of personen die ook betrokken zijn bij uw hulpvraag?

weetniet

§1;;;“"`°~1;:`.;;

E e

6 : Hoe tevreden bent u over de mate waarin u gevraagd wordt om actief mee te denken en te handelen in zoeken naar een oplossing van uw hulpvraag?

ONJ>O100

tevreden

f

X

2

m Aantal...

f

1 wel behuafelxt nlgeemibehoefte 9 :Hoe tevreden bent u over de manier waarop uw sociale omgeving betrokken wordt bij het oplossen van uw hulpvraag?

4 3

9

V

a

1

'ie 0

o

cr"

ef

11,

0

oo!

llMAantal...

10 : ls er nog een ander punt wat u verder wil toelichten? Deze antwoorden werden gegeven: *

lk / wij zijn blij metjulliel


21



Z/14/008965/17644

4. Jeugd- en Gezinsteam Leiderdorp-Zoeterwoude 1.

Bereikbaarheid en aanmeldingen

Bereikbaarheid Wij zijn op drie manier bereikbaar: telefonisch via de mail/websiteen op locatie. De telefoon gaat niet vaak tijdens een dienst. Het is jammer als een medewerker dan toch de hele

dag haar agenda vrij houdt, dus we zoeken naar manieren om dit anders te organiseren. Via internet komen veel aanmeldingen binnen. Er wordt ook vaak verwezen naar de site. Dit is blijkbaar een makkelijk toegang voor de gezinnen in Leiderdorp en Zoeterwoude.. We zouden daarom de mogelijkheden graag uitbreiden. We denken daarbij aan de mogelijkheid om ook online een (korte) vraag te kunnen stellen, op een algemeen emailadres bijvoorbeeld. Ook de website van het JGT zou meer aansprekend en toegankelijk gemaakt kunnen worden. Er staat weinig informatie op en het ziet er in onze ogen niet voldoende uitnodigend uit. Dit jaar zijn ouders soms nog in verwarring geraakt door de verschillende mailadressen (met naam van de moederorganisatie) van de .IGT-ers.

Qua inloop-bereikbaarheid: in Leiderdorp gaat het steeds beter, mensen lopen soms binnen bij het CJG en worden dan direct gehoord door een aanwezig JGT-er. ln Zoeterwoude kunnen ouders dat niet doordat de teamleden daar niet fysiek aanwezig kunnen zijn. Aanmeldingen Sinds de start in maart 2014 tot medio september zijn er 1172aanmeldingen vastgelegd in PlusPlan Dit aantal betreft slechts een deel van het totaal aantal gezinnen waarvoor het team zich heeft ingezet. Alleen wanneer het voor de cliënt zinvol is om een dossier op te starten worden cliëntgegevens vastgelegd in PlusPlan. Bij het beantwoorden van een eenmalige vraag of consultatie, bij een of twee gesprekken of tijdens een groepsbijeenkomst wordt geen dossier opgestart. Daarnaast zijn er cliënten waarvoor wel een dossier werd geopend, maar niet in PlusPlan. Dit heeft te maken met de huidige -oude- financieringsstromen, waardoor ook binnen de eigen organisatie nog moest worden geregistreerd. Extra bureaucratie voor cliënten en professionals wilden we voorkomen. Op de peildatum 1 september waren 99 aanmeldingen vastgelegd, waarvan een derde (30 aanmeldingen) uit Zoeterwoude en tweederde (69) uit Leiderdorp. De meeste aanmeldingen komen binnen via scholen. ln de zomervakantie werd dit nog extra duidelijk; tijdens de vakantie kregen we

bijna geen nieuwe aanvragen binnen en na de vakantie loopt het aantal nieuwe cliënten hard op. Scholen lijken goed op de hoogte te zijn van de aanmeldroute voor ouders. Waar aan het begin vaak door scholen aan hun eigen werkwijze werd vastgehouden lijken ze nu de routes naar het team te kennen. Ook via huisartsen krijgen we steeds meer aanmeldingen binnen en tot slot weten ouders ons ook beter binnen het CJG te vinden. Er is sinds de vakantie geen postcodeknip meer in Leiderdorp, waardoor nu aanmeldingen uit heel Leiderdorp komen. Hierbij is het lastig dat het aanmeldsysteem niet eenvoudig aangepast kan worden, waardoor ouders (nog) niet zelf met hun eigen postcode kunnen aanmelden indien hun postcode eerst buiten het gebied viel. Dit werkt voor ouders soms verwarrend.

Z

Deze telling is van medio september, de telling in Deel l van de evaluatie is gedaan op 1 september. Juist in de weken direct na de vakantie namen de aanmeldingen sterk toe: 18 aanmeldingen in 2 weken.


22



Z/14/008965/17644

We voeren binnen het team regelmatig het gesprek over welke vragen door het team opgepakt kunnen worden, en voor welke zaken we 'de specialist' nodig hebben. Kindspoorzaken, schuldhulpverlening bij jongeren en Bureau Jeugdzorgzaken zijn vaak ingewikkelde zaken die veel expertise vragen.

Er zijn geen wachttijden. iedereen die zich aanmeldt wordt binnen een week gebeld voor een afspraak. Binnen het team bespreken we wie welke aanmelding het beste kan oppakken. Daarbij proberen we te zorgen voor een goede match tussen vraag en specialisme van het teamlid dat daar het beste bij past. De eerste afspraak doen we bij voorkeur thuis bij het gezin, maar soms ook, als dat beter lijkt, op het CJG. De aanmeldingen blijken uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: -

-

-

(27%)

Opvoedingsvragen

Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (57 %) Vragen rond analyse, en organiseren, van benodigde ondersteuning

Soorten aanmeldvragen

Gemiddeld overde 6 teams

_

(in %)

|_eíderd0rp_

Zoeterwoude 30

34


7

9

0pvoed~ vragen/ondersteuning probleemgedrag

3

6

Opvoedvragen omgang stoornis/ontwikkeling

5

3

n.a.v. scheiding

2

3


0

1

4

2

9

9

57

41

Opvoedingsvragen

Opvoedvragen

Spanningen in

kind



Zorgen over ontwikkeling

kind

2

Z

16

11


2

4


1

3

35

22

8

18

Justitie/criminaliteit/ontspoord

gedrag


Coaching jongeren Vragen rond analyse (en organiseren) van benodigde ondersteuning

Niet te coderen Totaal


23

(8%)

5

6

100%

100%



Z/14/008965/17644

2.

Integratie binnen het CJG

Ons team is in maart ingetrokken in het pand van het CJG in Leiderdorp. De ruimte is eigenlijk te klein. We hadden geen goede vergaderruimte en een gebrek aan werkplekken. De andere medewerkers van het CJG moesten ook wennen aan de aanwezigheid van zoveel extra mensen. ln de zomer is besloten dat we van een ruimte in Cardea gebruikt gemaakt kon worden. Inmiddels hadden

we echter gemerkt dat we, om goed samen te werken, elkaar ook moesten tegenkomen. We bleven dus toch vaak op het CJG afspreken. Na een dus wat moeizame en zoekende start van ons JGT in het CJG is nu wel een hoop bereikt. We hebben elkaar beter leren kennen na teambijeenkomsten in Leiderdorp en een geslaagde

teambuildingmiddag

in Zoeterwoude.

We hebben de samenwerking in het CJG, dus van het JGT, de JGZ, MW en OAP met elkaar geëvalueerd. Daarvoor heeft iedereen een vragenlijst ingevuld. Hieronder vatten we de belangrijkste punten daaruit samen.

Wat gaat er goed? De teambijeenkomsten

worden in het vervolg ook volledig gezamenlijk bijgewoond. De meerwaarde van het gezamenlijk bespreken van casuìstiek wordt door allen gezien. Om het integratieve werken te bevorderen wordt steeds meer initiatief genomen om te vragen om een keer mee te kunnen kijken met een jeugdarts en een jeugdverpleegkundige binnen het CJG tijdens het draaien van een JGZ-spreekuur. Dit wordt zeer op prijs gesteld. Het helpt om meer inzicht te krijgen in de manier waarop gewerkt

wordt en hoe zaken praktisch geregeld worden. Langzaam maar zeker leert het JGT het CJG kennen. Er worden verbindingen gelegd met de andere disciplines binnen het CJG en we streven naar meer samenwerking. Het CJG wordt veelvuldig gebruikt als een plek om cliënten te ontmoeten. De JGT-ers voelen zich inmiddels welkom in het CJG, mensen zijn aardig, gastvrij en altijd bereid om te helpen. Het kan pas beter worden als we allemaal bij elkaar kunnen werken. We merken dat we meer fysieke aanwezigheid nodig hebben om ook daadwerkelijk de verbinding met elkaar te krijgen. Naast het kunnen bespreken van werkinhoudelijke zaken is het voor de teamvorming erg van belang om elkaar als persoon en collega beter te leren kennen. We hebben goed contact bij individuele casuïstiek.

Wat is voor verbetering vatbaar? Overleg over zaken of we onderling kunnen overdragen, samen optrekken, terugvenlvijzen naar het voorliggende veld. Hoe meer we weten van bijvoorbeeld het OAP, hoe beter we eraan kunnen denken om hen ook in te schakelen bij bepaalde vragen. We hebben ook niet altijd dezelfde verwachtingen en wensen t.a.v. bijvoorbeeld terugkoppeling. Vanuit het JGT bestaat zeer sterk de behoefte aan een structurele werkplek voor alle JGT-ers binnen het CJG. We merken dat het voor de 'oude CJG-ers' ook best een grote omslag is. Alle CJG medewerkers moeten in onze ogen nog meer initiatief tonen om beter te kunnen samenwerken. Soms voelt het nog wat eenzijdig. We zouden het fijn vinden als de teambijeenkomsten ook echt door iedereen worden bezocht. Eenduidige communicatie naar de buitenwereld aangaande het CJG schept helderheid voor de gezinnen en de samenwerkingspartners.


24



Z/14/008965/17644

Zi1'ner aanbevelingen? Zorg voor een goede gezamenlijke werkruimte voor álle medewerkers van het CJG. Denk na over het inrichten van 'een loket' van het CJG, met bijvoorbeeld één telefoonnummer

en

een inloopspreekuur van het JGT. Loop met elkaar mee in het werk, en experimenteer met gezamenlijk huisbezoek. Informeer de nieuwe JGT's en de CJG'swaar die gaan werken nu alvast over elkaars werkwijze, hulpaanbod en kennis en kunde.

Integraal werken

3.

Met betrekking tot het evalueren op het onderwerp 'Integraal werken' hebben wij antwoord bedacht op een paar concrete vragen aan de leden van het JGT Zoeterwoude-Leiderdorp.

Welke (basis)kennis en -vaardigheden heb je nodig om op (relatief) onbekend terrein aan de slag te gaan? De basiskennis die iedereen nodig heeft ligt op het vlakvanz hoe doe je een intake, hoe onderzoekje of er nog andere hulpverleners in het gezin zijn, hoe motiveer en stimuleer je cliënten, hoe bepaal je welke zorg nodig is. Daarnaast is kennis nodig van veel voorkomende situaties zoals vechtscheidingen, misbruik, pesten, autisme, ADHD of andere psychische stoornissen. Niet iedereen hoeft uitputtend alles te weten, de bedoeling is dat we elkaar aanvullen. Het is bijvoorbeeld niet noodzakelijk dat iedereen veel kennis over VG heeft, wel dat iedereen LVG herkent. Dit omdat het toch minder voorkomt. We merken dat een basis nodig is van relevante juridische kennis en kennis van gesprektechnieken, waarvan mensen vinden dat ze die nog onvoldoende bezitten of hiervoor toegerust zijn. Vooral in zaken waar sprake is van een (v)echtscheiding is het heel belangrijk om de gesprekken tactisch en neutraal te voeren, de verantwoordelijkheden te laten waar ze horen en om enigszins te weten wat de rechten en plichten van de ouders zijn. Tips: ~

w n

Dingen/informatie durven delen, ook je onzekerheden. Leer van elkaar. Basistraining Juridische Zaken, gesprekstechnieken, oplossingsgericht werken en motivatietechnieken. Zoek de verdieping in de gezamenlijke visie en stroomlijn de intakes. werk een gedegen intervisie/supervisie-structuur uit.

Welke goede ervaringen heb je de afgelopen maanden gehad {m.b. t. het integraal werken)? Over het algemeen zijn wij tevreden over de samenwerking binnen het team: met elkaar meelopen, ondersteuning bieden aan elkaar. Het is prettig om taken te verdelen en om een maatje te hebben in een bepaalde casus om mee te sparren. Vooral tijdens de vergaderingen merken we dat we een samengesteld team zijn, omdat iedereen op haar eigen wijze naar een casus kijkt. Daarin gaan we elkaar langzamerhand steeds meer aanvullen. Bijzonder om te ervaren dat zoveel verschillende mensen bij elkaar, vanuit verschillende organisaties, werkend vanuit verschillende perspectieven een veilige sfeer kunnen creëren, dat alles gedeeld kan worden. De 'persoonlijke' start die wij gemaakt hebben in januari, doorjezelf voor te stellen aan de hand van een voorwerp heeft daar mede voor gezorgd. Tips: 0

0

Pak regelmatig een casus samen met een collega op. Plan tijd in om elkaar te informeren over elkaars speci¿eke kennis


25



Z/14/008965/17644

Wat heb je nodig om je een teamlid te (blijven) voelen? We voelen ons aan de ene kant wel 'team|id', al voelen sommigen dat zij zichzelf onvoldoende kunnen profileren in het team door de schaarste aan aanmeldingen op hun vakgebied. Zij kunnen hun expertise onvoldoende delen, wat zij jammer vinden. ln oktober '14 hebben wij een middag gepland waarin wij elkaar uitgebreid inlichten over onze moederorganisaties en de 'producten' die daar te halen zijn m.b.t. specialistische hulp. Op dit moment vullen we elkaar daar nog in aan. Wat erg jammer blijft, is dat we elkaar heel weinig zien. Het echt samenwerken in één ruimte helpt natuurlijk ook om je meer teamlid te voelen omdatje dan hoort hoe anderen werken, bijvoorbeeld door telefoongesprekken of het even bespreken van een casus. Tips: Blijf elkaar zien op regelmatige basis, niet alleen tijdens vergaderingen. ~ Besteed voldoende tijd aan de kennismaking en teambuilding van je samengestelde team. 0 Zorg voor één werkplek, waarje elkaar regelmatig tegenkomt, eventueel langere tijd achter elkaar kan werken en waar tevens ruimte is om cliënten te ontvangen. ~

4.


Er zijn contactpersonen vanuit het team met alle ketenpartners. Alle teamleden zijn contactpersoon voor meerdere ketenpartners. Met sommige ketenpartners is het afgelopen jaar een eenmalig contact geweest om onszelf bekend te maken, te denken valt aan IVH, de Brijder, Kristal, de Stadsbank, de Zijlbedrijven en de woningbouw. Soms is de afspraak gemaakt om na een aantal maanden weer contact op te nemen. Vanuit Zoeterwoude komen relatief gezien minder aanmeldingen, vanuit het team is de visie dat alle leden casussen uit Zoeterwoude oppakken. Om de band met Zoeterwoude sterk te houden, hebben we ervoor gekozen om een beperkt aantal contactpersonen (drie) voor de gemeente aan te wijzen, zodat zij voor de samenwerkingspartners de bekende gezichten zijn. Met de huisartsen verloopt op cliëntniveau het contact naar wens. De huisarts als ketenpartner is nog een beetje een zoektocht en vraagt nog om intensivering van wederzijds contact. Binnen het team wordt het begrip 'contactpersoon zijn' op maat opgepakt. Sommige collega's zoeken af en toe contact met een ketenpartner zoals het JPT of Halt om wat te vertellen over de stand van zaken in het team. Anderen hebben hier een minder actieve houding in, wachten totdat de ketenpartner contact

opneemt.

Met een aantal ketenpartners is wel regelmatig contact, bijv. door middel van participeren in een overleg met name in de scholen, met het CJG, een ZAT. Deze overleggen verlopen goed, met de middelbare school Visser 't Hooft is het nog zoeken naar de juiste vorm omdat zij nog moeten wennen aan overleg met de cliënt erbij. De basisscholen geven aan dat het prettig is dat er snel gehandeld kan worden. Zij moeten er wel aan wennen dat soms een andere hulpverlener in het gezin aan het werk gaat. Het JGT moet er goed aan denken ook dan goed terug te koppelen. Het ZAT 0-4 jaar in Leiderdorp wordt omgevormd. We willen als JGT, samen met de JGZ een soort vraagbaak functie gaan vervullen bijde kinderdagverblijven in de gemeente. Een soort roulerend systeem om één keer per maand als JGT aanwezig te zijn op momenten dat ouders hun kinderen komen ophalen. Dit in samenwerking met het CJG. Reden hiervan is dat er weinig tot geen casussen binnenkomen via het ZAT en men denkt dat het effectiever en preventiever is om naar de ouders toe te gaan en daar eenvoudig bereikbaar te zijn. "Het CJG komt naarje toe” is de centrale gedachte.


25



Z/14/008965/17644

Een paar leden van ons JGT en coördinator van het CJG zijn zowel bij een Jongeren Adviesraad in

Zoeterwoude als in Leiderdorp geweest om uitleg en voorlichting te geven over het JGT als onderdeel van het CJG. Dit met als doel kennismaking en in gesprek met elkaar gaan over wat de jeugd zelfvindt wat zij nodig heeft indien zij hulp nodig hebben. Na een halfjaar zal dit herhaald worden. gemeente

Er is zeer regelmatig contact met ketenpartners op cliëntniveau. Organisaties die genoemd worden waarmee op cliëntniveau contact is zijn: scholen (basisscholen uit Leiderdorp en Zoeterwoude) en middelbare scholen uit Leiderdorp en Leiden, ID college en ROC Leiden, Rijnlands Revalidatiecentrum, LUMC, Rijnland Ziekenhuis, Kwadraad, GGZ, CIZ, Sociaal Cultureel werk, Rosa Manus, de Waag, Humanitas, De Kinderkring, Curium, KDC de Walnoot, |VH, MEE, BKK, Gemiva-SVG uit Zoeterwoude, Cardea, Bewindvoerders, Horizon, Kristal, Prodeba, lnzowijs, opvoedpoli Zoetermeer, kinderdagverblijven en peuterspeelzalen uit zowel Leiderdorp als Zoeterwoude, leerplichtambtenaren en BJZ. Een collega beschrijft het volgende: "Soms is het nog een beetje zoeken naar de juiste weg/vorm. Zoals laatst had ik í.v.m. een casus een kinderarts van poli geneeskunde Rijnland ziekenhuis aan de telefoon.Samen hebben we gezocht naar een goede aansluiting bij hetJG T waarbij dit teruggekoppeld wordt in ons team en daar afspraken over gemaakt gaan worden". Onze proeftuin is gericht op twee gemeentes: Leiderdorp en Zoeterwoude. In Leiderdorp liepen we er tegen aan dat een deel van de scholen niet in de proeftuin zit of dat een bepaald kind niet in het postcodegebied woont, maar wel op een school uit het gebied zit. We

probeerden hier oplossingen op cliëntniveau voor te vinden. Dit heeft ook te maken met de problematiek (school of thuis gerelateerd). Vanaf september worden alle scholen in Leiderdorp in de proeftuin meegenomen. De tijd zal een belangrijke bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van het gebiedsgericht werken, het fundament zal langzamerhand steviger worden. Verder zal het team de visie wat betreft de jeugdhulpverlening verder moeten gaan ontwikkelen zodat het duidelijker wordt voor de ketenpartners wat er wel en niet van het JGT verwacht kan worden.


27



Z/14/008965/17644

5.

Cliënttevredenheid

De door ons uitgezette enquête werd door vier respondenten uit ons werkgebied ingevuld.

1: Hoe ben je bij het Jeugd- en Gezinsteam terecht gekomen?

a

I Aantal

respondent en

°°/

„__._±i,

Gi-\NIUJ-lå

Andere antwoorden * Kristal

E1

1

'<0'._;<ß". _-ga-" `~`\')

2 : Kun je in drie woorden aangeven hoe je het eerste contact met de Jeugd- en Gezinswerker(s) hebt en/aren? Deze antwoorden werden gegeven: -

-

-

-

Vriendelijk, behulpzaam, luistert goed. Het was goed. Lastig, ik wist niet meer dat school mijn zoon had aangemeld. Snel, onduidelijk

3 :Omcirkel het cijfer dat voorjou het meest van toepassing is: 1 = Het duurde lang voordat de JGT-er contact met me opnam. 5 = Ik ben snel na de aanmelding door het JGT benaderd.

3 6

,

4

I Aantal

respodende

llsliiii \ll

ï 0....

nten

12345

4: Omcirkel het cijfer dat voor jou het meest van toepassing is: 1 = De JGT-er luisterde niet altijd naar me. 5 = De JGT-er luisterde naar me.

4 6

4

2

,

U

Aantal respodende

5

nten

12345

~

5 : Omcirkel het cijfer dat voorjou het meest van toepassing is: 1 = We hebben niet gewerkt aan ofgepraat over de dingen die voor mij belangrijk waren. l\)UJ-5

I Aantal

respodende nten


U1

li -l>

,.

W

28

N

Eindevaluatíeproeftuinen Holland Rijnland

„

O

l›-4

5 = We hebben gewerkt aan of gepraat over de dingen die voor mij belangrijk waren

5

Z/14/008965/17644

6 : Omcirkel het cijfer dat voor jou het meest van toepassing is: 1 = De manier van werken van de JGT-er paste niet goed bij mij. 5 = De manier van werken van de JGT-er paste goed bij

6 6

i

4

W Aantal

respmrlende

2

men

mlj. i

0

12345 M

7 : Het aantal afspraken met de Jeugd- en Gezinswerker

W-au-„........„„„

is voor mij:

4?.r~

âi-A\"~Jb.3,à

7

“N

responclent

en

'af

1..

'-3'

“G

dage èøëß

M Aantal

8 : Kun je een cijfer geven voor jou algehele ervaring met het Jeugd- en Gezinsteam?

8 3.

Gemiddelde waarde: 7.50

2.

w Aantal respodende

1

men 1

0„.„

13579

9 : Eventuele tips en adviezen voor verbeteringen: Deze antwoorden werden gegeven: Ga zo door!

*


29



Z/14/008965/17644

5. Jeugd- en Gezinsteam Lisse

1.

Aanmeldingen en bereikbaarheid

Op dit moment (begin oktober 2014) zijn 80 trajecten gestart door het JGT Lisse. De aanmeldingen blijken uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: -

Opvoedingsvragen (32 %)

~

Zorgen over de ontwikkeling van kinderen (53 %) Vragen rond analyse, en organiseren, van benodigde ondersteuning (15 %)

~

Gemiddeld over de 6 Soorten aanmeldvragen

(in %j

Lisse

teams

Opvoedingsvragen Opvoed- vragen/ondersteuning basiszorg

8

9

Opvoed- vragen/ondersteuningprobleemgedrag

5

6


3

3


3

3


3

1

3

2

6

9

Spanningen in

32


Coaching binnen gezin Zorgen over ontwikkeling kind

34

53

41

Justitie/criminaliteit/ontspoort gedrag

3

2


19

11


15

4


O

3

Coaching jongeren

16

22


15

Niet te coderen Totaal

18

0

6

100%

100%

Er zijn geen wachttijden bij het JGT Lisse. Ouders en jongeren worden binnen een week gebeld. Tijdens de vakantie hebben wij de vraag gesteld of het aanmeldgesprek enkele weken later gepland kan worden. De aanmeldingen komen via de huisartsen, scholen, moederorganisaties. De inwoners van Lisse zijn veelal bekend met het inloop spreekuur op het CJG. De JGZ , Opvoedadviespunt en het AMW maken een inschatting bij welk team de hulpvraag het beste past. Zij komen met deze ouders naar de kamer van hetJGT als zij inschatten dat de hulpvraag het beste bij het JGT past. Kunnen zij de inschatting niet maken, komen zij om dit met ons te overleggen. Het komt een aantal keer per week voor dat ouders binnen komen lopen met een vraag voor het JGT. Ons streven is dat elke ochtend een medewerker aanwezig is.

Eindevaluatie proe¿uinen Holland Rijnland

30



Z/14/008965/17644

Als telefonisch een aanmelding wordt gedaan, nodigen wij de ouders ofjongere uit voor een aanmeldingsgesprek of verwijzen we ze door naar de website van de Jeugd- en Gezinsteams zodat zij zelf de aanmelding kunnen doen. Sinds juli dit jaar hebben wij een telefoonabonnement waardoor we zonder angst, dat ons beltegoed niet toereikend is, kunnen terug bellen en de voicemail afluisteren. Op de site van het CJG Lisse is ons telefoonnummer goed te vinden. Wanneer een ouder ofjongere zich aanmeldt, komt er een eerst aanmeldgesprek. Hierin wordt samen met de ouder/jongere bekeken of de hulpvraag passend is bij het JGT. ls dit een ja dan volgt een terugkoppeling in het team. Gezamenlijk wordt een voorstel voor een aanbod bedacht. Dit voorstel wordt besproken tijdens een afstemmingsgesprek met dejongere/ het kind en ouders. ls er een overeenkomst dan wordt gezamenlijk in .leugdweb de aanmelding gemaakt en kan het traject starten. Deze aanpak geeft ons werkers handvaten en de cliënten duidelijkheid waar ze aan toe zijn.

Integraal werken binnen ons team

2.

(V)echtscheidingen Een van onze terugkerende thema's. Iedere scheiding is anders en het blijft een terugkerende vraag hoe we ons t.a.v. ouders verhouden, die in een vechtscheiding verwikkeld zijn. Door de ervaringen van de afgelopen periode hebben we wel een steeds duidelijkere visie ontwikkeld. We gaan natuurlijk allereerst het gesprek aan met ouders en kinderen. Indien daaruit blijkt dat er sprake is van een vechtscheiding zullen we aan ouders terugkoppelen dat wij op dat moment geen passend hulpaanbod hebben voor hun kinderen en voor henzelf. We hebben de afgelopen maanden ervaring opgedaan met verwijzingen naar mediators. Ouders worden in zo'n situatie naar een mediator verwezen om de situatie tussen ouders tot rust te brengen. Daarna willen wij graag weer meedenken en het gescheiden gezin begeleiden met hun opvoedvragen.

De vechtscheidingen komen regelmatig voor en het blijft belangrijk om voor ons om dit goed met elkaar te bespreken en telkens te zoeken naar het gesprek met beide ouders, zodat beiden het

belang van de kinderen voorop zetten. De coördinator van het CJG is druk bezig om de cursus “family transitions" binnen de regio aan te

bieden. Overleg/vergaderstructuur -

-

-

Casuìstiekbespreking is erg belangrijk, maar raakt soms ondergesneeuwd door de hoeveelheid beleidszaken die besproken moeten worden. Oplossing: wekelijks is er casu'istiek bespreking (1,5 uur). Om de week vergadering ook over beleidszaken (1,5 uur extra). Begin met casuïstiek zodat de beleidszaken niet uitlopen in casu'istiektijd. Verdeel team bij casuìstiekin twee groepen, dat werkt efficiënter.

Er is een opzet voor een vergaderstructuur intervisie, casuïstiek en verdieping.

gemaakt. Hierin is voldoende tijd en ruimte voor

Elke dag proberen we ons de vraag te stellen: Verbinden, versterken, doen wat nodig en deskundig? Regelmatig bedenken wij of onze coach hier een leuke anekdote voor. De houthakker hakte en hakte maar. Hij had geen tijd meer om zijn bijl te sIijpen...Met een botte bijl kon hij geen hout meer hakken.


31



Z/14/008965/17644

3.

Samenwerking binnen het CJG

ln de zomer is een BBQ bij de coördinator thuis georganiseerd voor alle CJG-medewerkers. Dit is een van de manieren die is gebruikt om de samenwerking meer vorm te geven. We hebben maandelijks een gezamenlijke lunch, we zijn aanwezig bij de casui'stiekbespreking. De samenwerking gaat steeds beter, we weten elkaar meer te vinden, zowel op consultbasis als werkinhoudelijk. Er zijn gezamenlijke gesprekken en we verwijzen door naar elkaars team. De verbeterpunten die we nog kunnen maken is om meer kennis en inzicht te krijgen in elkaars expertise en werkwijze. Met de GGD-medewerkers die werkzaam zijn op het VO is overleg over de samenwerking. Een JGT-er heeft een dag meegelopen met de GGD. Zij gebruiken ook de GIZ. Een gezamenlijk registratiesysteem voor het hele CJG is wenselijk. Hier kunnen we natuurlijk Plan voor gebruiken, echter moeten de CJG medewerkers ook in hun eigen systeem registreren. Het dubbel registreren naar de moederorganisaties is ook voor de medewerkers van het JGT een obstakel in het werken. Laten we hopen dat dit per 2015 niet meer nodig is. ln het zelfde pand als het CJG is de GGZ-volwassenen gevestigd. Wij hebben hier een presentatie gehouden.

4.

Gebiedsgericht werken.

Samenwerking huisartsen/JGZ Huisartsen en JGZ verwijzen ouders en kinderen naar hetJGT. Dit is geen officiële venlvijzing, maar meer een tip om eens langs te gaan bij hetJGT. Ouders komen soms met een briefje van de huisarts binnen lopen, soms bellen ze ons op. Huisartsen zouden ze graag een terugkoppeling willen of hun patiënt ook daadwerkelijk is aangekomen. ln eerste instantie was het de bedoeling om dit door de ouders zelf terug te laten koppelen aan de huisarts of andere verwijzer (JGZ). Maar in de praktijk blijkt dit niet te werken. Ouders vergeten het vaak en voor ons is het ook niet altijd duidelijk op wiens advies ouders bij ons komen binnen lopen. Om de samenwerking tussen ons en huisartsen/JGZ te versoepelen zijn we voornemens om ouders actief te vragen op wiens advies zij zijn gekomen. Indien dit een huisarts/JGZ arts is vragen wij toestemming aan ouders om een mail te sturen (met enkel de voornaam en eerste letter achternaam) aan de verwijzer met de mededeling dat ouders bij ons zijn aangemeld. Wij zullen ook bijde afsluiting van een traject actief aan ouders vragen. De mailadressen van de JGZ hadden wij al en van de huisartsen ook veelal. Er zijn nog enkele die hiervoor benaderd moeten worden. Indien er inhoudelijke redenen zijn om contact te leggen met de huisarts/JGZ arts doen we dat in samenspraak met de ouders.

Eíndevaluatie proeftuinen Holland Rijnland

32

Deel Z: De zes Jeugd› en Gezinsteams vertellen


Z/14/008965/17644

Huisartsen geven aan enkele keren verwezen te hebben. Maar hierop geen reactie van ouders te hebben gehad over hoe zij de hulp ervaren hebben. Enkele keren ging dit om een verzoek tot diagnostiek, waarvoor wij ouders naar een passend hulpaanbod hebben doorverwezen en er geen traject is gestart. Enkele andere trajecten lopen nog. Samenwerking

met het onderwijs

We zijn op alle scholen al aardig ingeburgerd. Hebben zelfs al één keer het smoelenboek gehaald, geven presentaties en staan in een nieuwskrant. Op alle scholen is er uiteindelijk een spreekuur vanuit het JGT gerealiseerd. De frequentie varieert van één keer per twee weken tot één keer per vier weken.

Samenwerken met het jongerenwerk Het jongerenwerk (JOL)heeft te maken met overlast op hun terrein van adolescenten, waardoor ze moeilijker te bereiken zijn voor dejongeren. Twee medewerkers zijn samen met ouders, gemeente, het JOL en de politie in gesprek om de overlast terug te dringen. Hierbij werken we niet vanuit de vraag van aangemeldejongeren, maar richten we op ons een bredere vraag t.a.v. jongerenwelzijn in de gemeente. We zijn een aantal maal bij de inloopavonden van het jongerenwerk aanwezig geweest en in gesprek gegaan metjongeren uit Lisse. Ook met ouders maken we nu de link naar hetjongerenwerk en de politie. De scholen en het jongerenwerk zijn tevreden over de start die is gemaakt.

5.

Clienttevredenheid

1

2,5 2 15 1 0,5 0

ln totaal vulden zes respondenten de enquête in.

1 : Hoe bent u bij het Jeugd- en Gezinsteam terecht gekomen?

lult*

^

¿Aantal... I

xp-' gp

qßaf

»\,$` „,._ë~°;'b„ae «5'~*b

Andere antwoorden: via SMW Don Bosco het Raamwerk, Biz + Aiviw

.i.<°

**`

4*”

2 : Kunt u en in drie woorden aangeven hoe u het eerste contact met de jeugden gezinswerker(s) hebt ervaren?

Deze antwoorden werden gegeven: positief, duidelijk, 'to the point'

-

prettig

-

goed, ondersteunend, helpend klantvriendelijk, behulpzaam, begrip heel goed

-

-

-

4

3 g

Vanafvraag 1

=

5=

3.' helemaal mee oneens helemaal mee eens

2

3 : Omcirkel het cijfer dat voor en u het meest van toepassing is:


33

W Aama'-"

_

.

0 1

2

l

~

3

4

5



Z/14/008965/17644

1 = Het duurde lang voordat de Jeugd- en Gezinswerker contact met me opnam. 5 = Ik ben snel na de aanmelding door hetleugd- en Gezinsteam benaderd.

Gemiddelde: 4.33

4: Omcirkel het cijfer dat voor en u het meest van toepassing is: 1 = De Jeugd- en Gezinswerker luisterde niet altijd naar me. 5

=

4

10 1

_.

5

De Jeugd- en Gezinswerker luisterde naar me.

7%Aantal...

~

0

.

_

,

, V

1

4

5

W

5 : Omcirkei het cijfer dat voor u het meest van toepassing is: 1 = We hebben niet gewerkt aan of gepraat over de dingen die voor mij belangrijk waren. 5 = We hebben gewerkt aan of gepraat over de dingen die voor mij belangrijk waren.

10

i 5

6 : Omcirkei het cijfer dat voor en het meest van toepassing is: 1=De manier van werken van deJeugd- en Gezinswerker paste niet goed bij mij.

5

5

`

1 Aanta|___

10

De manier van werken van de Jeugd- en Gezinswerker paste goed bij mij. =

6

A

J

5

j

lllllß-H|'1t2|-~

1

2

3

4

5

W

7 : Ik vond de duur van de hulpverlening:

7

.

O

N

4

»

Ra

IAantal...

<:t~'

13

4)

.

1°:

x¿ëa.;,§>Q" *fa *l-'šk ag.

,ga

.E0 'ï°„\~

J


34



Z/14/008965/17644

8 :Kunt u en een cijfer geven voor en uw algehele ervaring met het Jeugd- en Gezinsteam?


8

6 4

,_ l

,

ene

l

0 . .

M

.

j

2

V

1„_

fl

5

7

Aantal...

_

Cl

9 : Eventuele tips en adviezen voor verbeteringen: Deze antwoorden werden gegeven: -

-

Tevreden Als er mensen bellen met nood help ze dan ook gelijk. Wij hebben het als erg vervelend ervaren dat er wordt beloofd om terug gebeld te worden en dit gebeurt dan niet. We hebben wel een zoontje die hard hulp nodig had. Verder heeft onze gezinsteam medewerker ons echt goed geholpen. Ze heeft goed meegedacht en stond altijd voor ons klaar; kon onze tranen wegnemen

en wat

vertrouwen

geven.


35



Z/14/008965/17644

6. Jeugd- en Gezinsteam Nieuwkoop

De aanmeldingen

1.

ln Nieuwkoop zijn tot 1 september 2014 176 aanmeldingen in PlusPlan vastgelegd. De aanmeldingen blijken uiteen te vallen in drie hoofdcategorieën: -

-

-

Opvoedingsvragen (36 %) Zorgen over de ontwikkeling van kinderen ( 34 %) Vragen rond analyse, en organiseren, van benodigde ondersteuning


(21 %)

Nieuwkoop

Gemiddeld Over de 6 teams

36

34


9

9


7

6


5

3


5

3

Opvoedingsvragen

Bezoekregeling n.a.v. scheiding Spanningen in

2

1

7

2

2

9

34

41

1

2




Justitie/criminaliteit/ontspoord

gedrag


9

11


3

4


0

3

Coaching jonge ren

21

22

Vragen rond analyse lenorganiseren) van benodigde ondersteuning

21

18

Niet te coderen

10

6

100%

100%

Totaal


36



Z/14/008965/17644

2.

Integraal werken

Teamogbouw

Momenteel bestaat het Jeugd- en Gezinsteam Nieuwkoop uit negen teamleden, waarvan twee gedetacheerd vanuit Kwadraad, één vanuit MEE, één vanuit lpse de Bruggen, twee vanuit Cardea, één vanuit Bureau Jeugdzorg, één basispsycholoog vanuit Curium-LUMC en één GZ-psycholoog vanuit Rivierduinen. Daarnaast is bij ons team ook een eerstelijns psycholoog aangesloten die meedenkt met ons casu'istiekoverleg en die wij kunnen benaderen wanneer toeleiding naar een eerstelijns psycholoog nodig lijkt te zijn. Overlegstructuur Binnen het JGT Nieuwkoop hebben we verschillende vormen van overleg, die wij hieronder zullen bespreken.

Aanmeld- en beleidsoverleg We hebben een wekelijkse vergadering van twee uur met het gehele team waarin we diverse agendapunten bespreken. De vaste onderdelen hierin zijn: de verdeling van de nieuwe aanmeldingen (half uur), de werkwijze en de werkprocessen. Daarnaast hebben we iedere zes weken binnen deze vergadering een thema op de agenda staan, waar we ons als team over buigen. Tot nu toe hebben wij als thema's onder andere de werkwijze lgezinlplan en de meldcode besproken. Casuilstiekoverleg Het team is opgesplitst in twee casuìstiekgroepen, die elk eenmaal per week een één tot anderhalf uur durend overleg hebben. Binnen elke casuìstiekgroep is een goede mix wat betreft de achtergrond en expertise van de JGT-ers. Hierdoor worden casussen zo breed mogelijk bekeken. Na een nog nader te bepalen periode willen wij de samenstelling van de casu'|`stiekgroepen wisselen. De intakes die in de voorgaande week hebben plaatsgevonden, worden standaard in het casuïstiekoverleg besproken. De JGT-ers vatten de probleemstelling samen en doen een voorstel voor een plan van aanpak voor het gezin. Hierna kunnen de overige teamleden hier vragen over stellen en feedback op geven. Daarna wordt het definitieve plan van aanpak opgesteld en wordt afgesproken wanneer de casus opnieuw wordt besproken. Het inbrengen van de intakes in het

heeft als doel om als team steeds meer tot een integrale werkwijze te komen. Ook voorkomen dat het plan van aanpak voor een cliënt afhankelijk is van welke te doel heeft het als individuele Jeugd- en Gezinswerker die het gesprek heeft gevoerd. Naast intakegesprekken die worden besproken, kunnen de teamleden naar eigen inzicht casuïstiek inbrengen die zij willen delen, waar zij vragen over hebben of waar zij in vast lopen.

casuïstiekoverleg

Intervisie Naast het casuìstiekoverleg willen we ook met elkaar reflecteren op ieders persoonlijk handelen. Dit doen wij teambreed om de drie weken tijdens een intervisiebespreking van twee uur. Vanwege de wisselende werkdagen van de teamleden vindt het overleg afwisselend op verschillende dagen plaats. Middels intervisie willen wij elkaar als team leren elkaar beter vinden en te steunen.

Teamberaad Het teamberaad is een teamochtend waarin wij uitgebreider de tijd nemen om elkaar als team te leren kennen. Wij staan hierbij stil bij de visie van ons team en hoe we dit in de praktijk willen toepassen en tot een gemeenschappelijke werkwijze willen komen. Tot nu toe hebben wij één teamberaad gehad, waarin we op een interactieve wijze feedback hebben gegeven aan elkaar over elkaars kwaliteiten. Daarnaast is er aan de hand van kritische stellingen gesproken over de visie van ons team. Een volgend teamberaad is gelijk na afloop gepland en vindt binnenkort plaats. Thema's


37



Z/14/008965/17644

die hierbij aan de orde kunnen komen zijn onder andere: Hoe geefje als JGT-er en als JGTje grenzen aan? Hoe maak je onderlinge verschillen en overeenkomsten tussen de JGT-ers zichtbaar en bespreekbaar? Hoe spreek je elkaar aan op elkaars handelen? Er zijn nog geen afspraken gemaakt over wat de frequentie van het teamberaad zal zijn.

Cliëntbegeleíding Binnen het JGT Nieuwkoop worden intakegesprekken in principe door twee Jeugd- en Gezinswerkers gedaan. Dit zijn degenen waarvan tijdens het aanmeldoverleg wordt in geschat dat hun achtergrond en/of expertise passend is bij het gezin en de hulpvraag. Eén JGT-er is de zorgcoördinator. De andere JGT-er heeft een aanvullende rol en kan bij de uitvoering van het plan van aanpak specifieke taken op zich nemen of een stap terug doen. Deze keuze wordt gemaakt naar aanleiding van de informatie van het gezin en hun hulpvraag. Hierbij is het motto: doen wat nodig is.

Valkuilen Wat wij als JGT Nieuwkoop als lastig ervaren is dat we (doordat we dit jaar nog vanuit verschillende organisaties werken) geen zicht hebben op elkaars agenda, we niet in elkaars computersysteem kunnen kijken en PlusPlanenkel toegankelijk is voor de zorgcoördinator van het gezin. Dit zorgt voor

lastige situaties tijdens vakanties van JGT-ers of wanneer er dringende telefonische vragen over casussen binnen komen en de betrokken JGT-ers op dat moment niet aanwezig zijn. Daarnaast merken we dat er door de hoge werkdruk weinig tijd is geweest voor teambuilding. Dit is dan ook een onderwerp dat we de komende periode nogmaals hoog op de agenda willen zetten. Verder is in de gemeente Nieuwkoop voor het JGT geen aparte ruimte ingericht die enkel voor het team is bedoeld. Wij maken gebruik van de bestaande kantoorruimtes en gesprekskamers van het Centrum voorJeugd en Gezin, verdeeld over meerdere locaties binnen de gemeente. Dit betekent dat wij als team geen vaste plek hebben waar wij altijd met elkaar kunnen zitten en gemeenschappelijke materialen neer kunnen leggen. Hierdoor missen wij een stuk binding met elkaar als team. Ook worden momenteel de mogelijkheden onderzocht voor een registratiesysteem. ln het systeem

kunnen alle medewerkers digitaal spreekkamers reserveren. Nu wordt nog gewerkt met een 'schriftje' op de spreekkamer zelf en dat blijkt in de praktijk niet efficiënt.

3.

Integratie van het JGT in het CJG

In deze evaluatie hebben wij ons gericht op vier vragen, te weten: 1. Wat gaat goed?

2. PU)

_

Wat kan beter? Wat wordt gemist? Zijn er aanbevelingen?

De vragen zijn uitgezet onder verschillende betrokkenen, zoals enkele JGT-medewerkers zelf, een aantal jeugdartsen en -verpleegkundigen 0-4 en 4-18 en maatschappelijk werkers. Wat gaat er goed? Er is een duidelijke groei zichtbaar in de samenwerking, inmiddels is iedereen meer gewend, en heeft zijn plekje gevonden en zijn de taken helderder geworden. De kennismaking en het leren van elkaar is op gang gekomen door de maandelijkse lunchbijeenkomst voor alle CJG-medewerkers. Tijdens

deze CJG/JGT-lunches kan ook casuìstiek ingebracht worden. Dit is nu een aantal keren gebeurd en werd als waardevol ervaren Er is een aantal positieve ervaringen opgedaan met hetJGT, vanuit de diverse betrokkenen. De korte lijnen werken prima. Het bij elkaar te rade gaan ook. Dit levert informatiewinst op (van elkaar weten


38

Deel 2: De zes Jeugd- en Gezlnsteams vertellen


Z/14/008965/17644

dat je met het gezin bezig bent, met verschillende kinderen binnen een gezin). ln de samenwerking hoeven betrokkenen meestal niet lang te wachten om over een gezin te overleggen. De mensen zijn snel bij elkaar te krijgen. Zo wordt ook de hulp voor het gezin sneller georganiseerd en het gezin wordt er beter bij betrokken. Het JGT bestaat uit enthousiaste mensen en prettig om mee samen te werken. Het voordeel van het JGT is de expertise die hiermee dichter bij huis komt. Vanuit het JGT zijn we tevreden over de bereikbaarheid van andere CJG-medewerkers , omdat we van dezelfde ruimtes gebruik maken. Het is makkelijk bij elkaar binnen lopen, we hebben elkaars rechtstreekse contactgegevens. CIG-medewerkers zijn goed op de hoogte van de ontwikkelingen in gezinnen in Nieuwkoop, waardevolle samenwerkingspartners in veel opzichten. Ook het samen op trekken van JGZ en JGT-medewerker in een bepaalde kern wordt als meerwaarde gezien in de directe samenwerking, maar ook naar de externe samenwerkingspartner in die kern, de scholen met -

name. Wat kan beter en wat wordt gemist? Vanuit de CJG-medewerkers wordt duidelijk aangegeven dat het bij de JGT leden het nog onvoldoende ingesleten is dat ze ook contact met de CJG-medewerker opnemen bij nieuwe aanmeldingen, of op zijn minst laten weten dat er bemoeienis is. Dit voorkomt dubbel werk. Ook voor het aansluiten bij overleggen rondom een kind op de basisschool geeft de JGZ aan dat zij graag een terugkoppeling ontvangen. Vanuit het JGT wordt opgemerkt dat andere medewerkers vinden dat het initiatief voor uitwisseling bij het JGT moet liggen. Dit zou ook van beide kanten kunnen. Over en weer zijn medewerkers nog niet voldoende op de hoogte van elkaars werk. Tijdens gezamenlijke lunches is er wel ruimte genomen voor uitleg over de verschillende functies, maar dit is een proces, kwestie van tijd en elkaar regelmatig ontmoeten voor o.a. casu'istiek.Ook wordt aangegeven dat het nog onvoldoende duidelijk is voorJGT-ers er dus ook voor samenwerkingspartners wat de werkzaamheden van de JGT-er precies inhouden (ook generalist versus specialist) en dat maakt het voor beide partijen erg lastig. Aangegeven wordt dat het behoud van de eigen het eigen specialisme als zeer belangrijk wordt ervaren. Ook is nog niet geheel duidelijk wat de mogelijkheden binnen het JGT zijn bij GGZ-problematiek.. Het zou ookfijn zijn als er wordt nagedacht over een structureel overleg om de knelpunten te bespreken. Dat gaat nu “hap sna p" op de lunches. En dan is niet iedereen aanwezig (alleen degene die kunnen of die op de locatie aanwezig zijn) waardoorje nog niet goed afspraken kan maken of uitleg van elkaars werkzaamheden kan geven (niet iedereen krijgt dezelfde info). Ook kunnen de lunchbijeenkomsten nog beter voorbereid worden om van nog meer meerwaarde te zijn. De vindbaarheid van co|lega's is niet voor iedereen duidelijk, wie werkt wanneer, hoe is degene

bereikbaar. Er zijn momenten dat er veel medewerkers aanwezig zijn. Dan is er niet altijd genoeg plek als kantoorruimte, en ook als spreekkamer. JGT-medewerkers voelen zich niet altijd vrij om een plek te zoeken in alle ruimtes, en voelen zich niet altijd even welkom, hoewel dit al verbeterd is ten opzichte van de start. Er is nog geen nieuwe folder over het JGT Nieuwkoop. Dat wordt gemist. Er is veel communicatie via de mail, waardoor niet altijd door de bomen het bos wordt gezien. Het JGT en de overige CJG-medewerkerstreden nog te weinig als één naar buiten. De JGZ vindt dat het JGT nog erg op zichzelf gefocust is. Dit past ook bij het opbouwen van een nieuwe werkvorm. Hopelijk komt er meer ruimte voor samenwerking. Vanuit Kwadraad wordt nog gemist dat inhoudelijke werkwijzen en procedures van het JGT duidelijk zijn. Hoe ziet het JGT multi-problem, welke problematieken pakken ze daarvan op. ls dit afhankelijk van de oorspronkelijke visie of expertise van de werker. Dit lijkt niet eenduidig.


39



Z/14/008965/17644

Aanbevelingen.' Aandacht houden voor samenwerking middels lunchafspraken en/of eventueel nieuw te vormen (casu'istiek)over|eg. Vergeet daarbij niet vooral ook de mooie voorbeelden van samenwerking te bespreken. Vorm vinden om benodigde informatie met elkaar te delen/terug te koppelen. Deel informatie over vindbaarheid van medewerkers, en dee|taken/- verantwoordelijkheden. Wees voor de andere ketenpartners en gezinnen een gemeenschappelijke voordeur. Straal dit uit. Blijf ook delen over groei, nieuwe ideeën, vernieuwde werkwijzen, om zo niet met achterhaalde informatie te zitten. Voor nieuw te vormen JGT's: laat medewerkers CJG en JGT vroegtijdig (voor de start) kennismaken, deel over de taken, benadruk de aanvulling die het JGT gaat worden, zodat dat gezien wordt in plaats van een mogelijke bedreiging. Blijf aandacht houden voor de expertise van diverse JGT-medewerkers, draag er zorg voor dat de individuele expertise niet verdwijnt. Beter inkaderen welke problematiek bij het JGT hoort. Schep duidelijkheid over volwassenproblematiek binnen een gezin, bijvoorbeeld. -

-

-

-

-

-

-

-

4.


Hoe hebben jullie de verbinding met P0, VO en huisartsen tot nu toe vormgegeven? Mei: Omdat Nieuwkoop een groot gebied is hebben wij ervoor gekozen om het gebied te verdelen over de teamleden. ln een bepaalde gebied van de gemeente is vervolgens een teamlid contactpersoon voor de huisartsen en PO. Er is maar één VO-school in het gebied. Hoe dit contact vormgegeven wordt, stemmen we zoveel mogelijk af op de wensen van huisartsen en PO (binnen onze mogelijkheden). Dit kan een structureel overleg zijn, een spreekuur op locatie of contact wanneer nodig.

September: Sinds de vorige evaluatie hebben we deze structuur in stand gehouden. Een aanmelding via een school of een huisarts bij een contactpersoon betekent niet direct dat deze contactpersoon de aanmelding ook zelf oppakt omdat we ervoor kiezen om de juiste expertise in te zetten na een aanmelding of indien nodig na een intake. Wat betreft de contacten met de scholen (en ook de peuterspeelzalen/kinderdagverblijven) is inmiddels ook het idee ontstaan om deze in samenwerking met de desbetreffende jeugdarts/verpleegkundige te bezoeken om op deze manier meer als één CJG naar buiten te treden.

Leuke en positieve ervaringen ter inspiratie Mei: We worden heel goed gevonden door de scholen. Het aantal verwijzingen is bijzonder hoog te noemen. Aanmeldingen kunnen snel opgepakt worden en daar wordt positief op gereageerd. Een nogal moeilijk bereikbare huisarts binnen het gebied kwam op de algemene voorstelavond van het JGT, maar ging helaas vroegtijdig weg omdat hij een meer persoonlijke benadering had verwacht. Vervolgens is de contactpersoon van deze huisarts bij hem op bezoek geweest, ze hebben een goed gesprek gehad en er is een vervolgafspraak gemaakt.

September: Inmiddels zijn we als team in drie kernen beschikbaar op locatie, namelijk Ter Aar, Nieuwkoop en Noorden. In deze laatste plaats heeft het team het initiatief opgepakt om een spreekuur aan te bieden. Op deze manier zijn er zelfs in vier kernen spreekuren van het Centrum voorleugd en Gezin. Twee spreekuren bemand door de JGZ, een spreekuur op de hoofdlocatie van het CJG en een spreekuur door leden van ons team. Een intensivering van de samenwerking met de JGZ kan er op deze manier toe leiden dat dit in de toekomst dit als algemene spreekuren gezien kan


40



Z/14/008965/17644

worden en het voor onze cliënten niet uitmaakt op welke CJG-locatie zij binnen lopen. Een toekomst waar ook binnen het CJG Nieuwkoop hard aan gewerkt wordt, één voordeur voor de hele jeugdzorg, van de kleintjes op het consultatiebureau tot de ouders met opvoedvragen en jongeren met gedragsproblemen. Lastige punten en vragen waarop jullie nog antwoord zoeken Mei: Het grote gebied vraagt soms veel. We zijn momenteel nog druk zoekende op welke locaties we moeten zitten om de verbinding met de dorpskernen te maken en daarnaast de verbinding met het team te houden. Daarnaast zijn nog niet alle contacten gelegd.

September: We werken momenteel zoveel mogelijk vanuit de grote locatie in Nieuwkoop, maar desondanks zijn we veel onderweg en missen hierdoor de onderlinge verbondenheid in het team soms. De vraag die we in het belang van het team dus ook nog moeten zien te beantwoorden is hoe we het grote gebied, de vele vragen kunnen blijven bedienen maar daarnaast ook oog blijven houden voor het belang van een stevig team.

Wat vinden deze ketenpartners tot nu toe van deze samenwerking? Mei: De eerste geluiden zijn positief, ketenpartners hoeven niet meer zo lang te zoeken naar de juiste hulpverlening en vinden het erg prettig dat alles onder één dak zit.

September: Nog steeds zijn niet alle contacten gelegd. Niet alleen het grote gebied is hier de oorzaak van, maar met name de toestroom van vragen waardoor hier tijdelijk geen prioriteit lag. De belangrijkste partners worden gevonden, maar het wordt straks ook tijd voor de kleine zelfstandigen, de meer specialistische zorg. Wij hopen dat deze partners de verantwoordelijkheid voor het contact in de toekomst ook niet meer alleen bij ons team zoeken. We hebben de verwachting blijkbaar geschept dat we met iedereen zouden komen kennismaken, maar dit blijkt niet haalbaar te zijn. Dit laatste is terug gehoord op de evaluatieavond op 30 september j.|.. Met de aanwezige partners die uitgewisseld en was er ook begrip voor het hiermee naar voren kwamen, zijn wel contactgegevens de wens. met altijd feit dat de haalbaarheid niet overeenstemt

5.

Cliënttevredenheid

Jongeren vertellen

1 g

W

'Aantal

èâê

1: Hoe ben je bij hetieugd- en Gezinsteam terecht gekomen?

ON!-l>01O0

ln totaal vulden 12 jongeren deze enquête in.

af* üvk” .„<*f” .._«*'° '*2“ ws

W

'lg'

6°' ~\` ~fJ"b å¿ \

2 : Kun je in drie woorden aangeven hoe je het eerste contact met de Jeugd- en Gezinswerker(s) hebt ervaren? Deze antwoorden werden gegeven: spannend, vertrouwelijk fijn omdat ik kon praten spannend, duidelijkheid goed, ¿jn

-

-

-

-


41



Z/14/008965/17644

spannend, gezellig, leerzaam goed open, waardevol, goed spannend, fijn, gezellig goed anders, goed, vrij

-

-

»

-

-

Vanafvraag drie lees je de schaal 1

=

5

=

als volgt:

3

helemaal mee oneens helemaal mee eens

3 :Omcirkel het cijfer dat voor jou het meest van toepassing is: 1 = Het duurde lang voordat de Jeugd- en Gezinswerker contact met me opnam. 5 = lk ben snel na de aanmelding door het jeugden gezinsteam

U

Aantal...

12345,

benaderd.


4

4 : Omcirkel het cijfer dat voor jou het meest van toepassing is: 1 = De Jeugd- en Gezinswerker luisterde niet altijd naar me. 5

=

W Aantal...

De Jeugd- en Gezinswerker luisterde naar me.

2

1


5 : Omcirkel het cijfer dat voorjou het meest van toepassing is: 1 = We hebben niet gewerkt aan ofgepraat over de dingen die voor mij belangrijk waren. 5 = We hebben gewerkt aan of gepraat over de dingen

3

5

4

5

V

M Aantal...

die voor mij belangrijk waren. Gemiddelde waarde: 4.80 1

6 : Omcirkel het cijfer dat voor jou het meest van toepassing is:

3

4

5

6

1 = De manier van werken van de Jeugd- en Gezinswerker paste niet goed bij mij. 5 = De manier van werken van de Jeugd- en Gezinswerker paste goed bij mij.


2

I Aantal...

42

1 2 4 3 5 Deel2: De zes Jeugd- en Gezlnslzeamsvertellen


Z/14/008965/17644


7: Het aantal afspraken met de Jeugd- en Gezinswerker is voor mij:

7

15 ›

5

IAantal...

1

te weinig

*

8

6

4


precies goed

l

2

,

\11 I Aantal...

_

,

0

_

_

_

š

algehele ervaring met

4

8 : Kun je een cijfer geven voorjou het Jeugd- en Gezinsteam?

te veel

12345678910

9 : Eventuele tips en adviezen voor verbeteringen: Opdrachtjes of spelletjes zijn leuk. En voel ik me op mijn gemak.

Ouders vertellen

Jïä

*

BJZ

*

Kwadraad

šï

_

MA an t a |..„

_

53

*co

Andere antwoorden * na contactjeugdzorg *telefonisch na contactjeugdzorg * wijkverpleegkundige

,

Q

N

1 : Hoe bent u bij het Jeugd- en Gezinsteam terecht gekomen?

Gi

ln totaal vulden 14 ouders deze enquête in.

61"' *_-$.'~"*"($<'*'7” ba, Q

34%

2 : Kunt u in drie woorden aangeven hoe u het eerste contact ervaren? persoonlijk, dichtbij, open begripvol, persoonlijk, vriendelijk vriendelijk, open, duidelijk vriendelijk, kennismaking, ¿jn daadkrachtig, ongedwongen, laagdrempelig

met

"Ã

,

'29

8

MQ”~4,;§" Q4,

`l`

de Jeugd- en Gezinswerkerls)

hebt

-

-

-

-

-


43



Z/14/008965/17644

goed, gezellig, vertrouwd goed, open, begrip goed, prettig, open snel, professioneel, behulpzaam goed, rustgevend en welkom snel, soepel, hulpvaardig goed, persoonlijk, geduldig, ontspannen heel goed, duidelijk fijn, rustig, goed

-

~

-

~

~-

«~

-

-

-

3 : Omcirkel het cijfer dat voor u het meest van toepassing is:

3 j

1

=

Het duurde lang voordat de Jeugd- en Gezinswerker met me opnam.

contact

5 = lk ben snel na de aanmelding door het jeugden gezinsteam benaderd.

I Aantal...

12345


4: Omcirkel het cijfer dat voor u het meest van toepassing is: 1 = De Jeugd- en Gezinswerker luisterde niet altijd naar me. 5 = De Jeugd- en Gezinswerker luisterde naar me.

4

j

l

¿Aantal...

i


12345

5 : Omcirkel het cijfer dat voor u het meest van toepassing is: 1 = We hebben niet gewerkt aan of gepraat over de

dingen die voor mij belangrijk waren. 5 = We hebben gewerkt aan of gepraat over de dingen die voor mij belangrijk waren. Gemiddelde waarde: 4.79

5

j

4

W Aantal...

“llillii

“

_

,

12345

6 : Omcirkel het cijfer dat voor u het meest van toepassing is: 1 = De manier van werken van de Jeugd- en

6

Gezinswerker paste niet goed bij mij. 5 = De manier van werken van de Jeugd- en Gezinswerker paste goed bij mij.

L

IAantal...

Gemiddelde waarde: 4.58 1


44

2

3

4

5



Z/14/008965/17644

7: Het aantal afspraken met de Jeugd- en Gezinswerker

is voor mij:

7

15 10?

5

0

lAantal... ;

te weinig

8 : Kunt u een cijfer geven voor uw algehele en/aring met hetleugd- en Gezinsteam?

_

I

te veel

precies goed

8

5 H

4

5


„

O

í

N

¿Aantal...

12345678910

9 : Eventuele tips en adviezen voor verbeteringen: Evaluatieformulier later in laten vullen. Hulp is nog niet gestart. Er zijn nog veel onduidelijkheden hoe dingen straks gaan lopen. Toch ook wel van de een naar de

andere instantie. Ga zo door! Col|ega's inzage geven in elkaars dossiers (toegankelijk maken). Verder goeie indruk gekregen. Fijn ook zo dichtbij! Wij zijn en worden nog steeds heel goed geholpen door de JGT-er. Vooral zo doorgaan!! Het is zeker heel fijn!! Als ik er nu kritisch naar kijk kan er zeker nog ontwikkelt worden: beter uitleggen wat de waarde is van verschillende deskundigen bij elkaar in een team. ik weet het (gelukkig) maar wat de waarde is van een Jeugd- en eigenlijk niet. Er is één contactpersoon Gezinsteam??? Zelf actiever mee denken. De expertise moet in het team zitten maar ik ervaar weinig meedenken en sturing. Misschien eerste overleg met alle leden van het team zodat je weet wie wie is. ls het mogelijk dat je ook contact neemt met anderen uit het team? Het digitale dossier had mee geholpen aan duidelijkheid en informatieve dingen. Als je in de problemen zit vergeet je vaak dingen of overzie je het anders dan anderen. Het heeft voor mij zeker waarde dat ik in gesprek ben met een gezinswerker. Als dit team er niet was geweest had ik mooi alleen gestaan. Er is verder geen instantie waar ik terecht kan met mijn zorgen. Dat de gezinswerker ook nog eens contact heeft met de huisarts en school/kdv geeft een soort vangnet en dat werkt echt versterkend!! Ik vind dat dit door moet gaan, het kan veel waarde geven en -

-

een hulp zijn voor anderen.


45



Z/14/008965/17644

Jeugd- en Gezinsteams Evaluatiebijeenkomsten Holland Rijnland

Q

e

Ã,

land mm Hmttandïäy §

Colofon

Uitgever: Tekst: Redactie: Eindredactie: Datum uitgave: Bezoekadres:

JSO Thijs Janssen Fietje Schelling Thijs Janssen Oktober, 2014 JSO Nieuwe Gouwe Westzijde 1, 2802 AN Gouda Postbus 540, 2800 AM Gouda T 0182 547888 F 0182 547889 E [email protected]| www.jso.nl

Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt doorfinanciële Zuid Holland.

steun van Holland Rijnland en de provincie

copyright © 2014 Jso

Uit deze uitgave mag niets worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, micro¿lm, retrieval systemen of op welke andere wijze dan ook zonder toestemming van JSO.

Evaluatie Jeugd- en Gainsteams JSO

Holland Rijnland


Z/14/008965/17644

Inhoudsopgave

._ 1. Inleiding .................................................................................

2. Samenvatting evaluatiebijeenkomsten

Jeugd- en Gezinsteams

2.1 Positieve punten .................................................................. .. 2.2 Ontwikke|punten........ 3. Aanbeve|ingen.......

......

......

......

......


Z/14/008965/17644

1. Inleiding Regio Holland Rijnland is in 2014 gestart met een pilot waarbij zes Jeugd- en Gezinsteams een belangrijke impuls hebben gegeven aan de transfomwatie van de jeugdhulp. De visie op de Jeugdhulp

"ledereen doet mee" van Holland Rijnland vormde de basis voor de Jeugd- en Gezinsteams. Kerndoelen uit deze visie luiden: 1. Wanneer ouders ofjeugdigen hulp vragen en krijgen bij het opvoeden en opgroeien hebben ze zoveel als mogelijk zelf de regie. Voor iedereen is het van belang steun te krijgen uit de directe omgeving van het sociale netwerk. Daarom wordt eerst gekeken welke steun en hulp het eigen sociale netwerk kan bieden en hoe dat netwerk versterkt kan worden. Steun dichtbij, hoe klein ook, is effectief en duurzaam. 2. Wanneer jeugdigen, jongeren en ouders advies, ondersteuning of hulp nodig hebben, wordt bij het bepalen van de hulp integraal naar hun vraag en behoefte gekeken. Daarbij wordt breed gekeken naar de totale sociale context en naar alle leefdomeínen. 3. Voorjeugdigen, jongeren en ouders die hulp nodig hebben bij het opvoeden en/of opgroeien, moet informatie, advisering, ondersteuning en hulp snel, dichtbij en laagdrempelig beschikbaar zijn, gericht op het versterken van de eigen kracht van ouders en opvoeders. Dit geldt ook voor de mensen om hen heen, zoals leerkrachten, leidsters, et cetera. Voorjeugdigen en gezinnen die dat nodig hebben, is specialistische hulp snel beschikbaar. Deze deskundigheid wordt "erbij" gehaald, er wordt niet doon/enivezen. Specialistische hulp wordt zo dicht mogelijk bij de eigen leefomgeving georganiseerd. Voor kinderen en gezinnen die permanente ondersteuning nodig hebben, is langdurige stut en steun

beschikbaar. Het doel van de teams is dat zij jeugdigen en gezinnen met problemen op het gebied van opvoeden en opgroeien ondersteunen bij het vinden van hun eigen antwoord bij hun eigen vragen. De gezonde ontwikkeling van de jeugdigen staat hierbij voorop. De kernwaarden van de Jeugd- en Gezinsteams zijn verbinden, versterken, doen wat nodig is en deskundig zijn.

W

ïÃ^“5'“““" .jt

ww

\E _;

W

'¿s¿fß

\......

,..„..«

"

V%í 8

we

nasa

3*

”`f_

,.a-›

'rw zi...

`

nu

\f""

:ef-=›

gs

we <›

G

<““'*E'”3'.-w'.:«V'„„^

ft: ..._

“

\

~1›

W

tsš

<5”

...ü

uw-itå.

›

'

an-

1

_

'

z .:

;

"

-..se

:le

P-Q

_...

._„

0*:

"“1U'„3~§`.`›v

1

E

-"rai “›"“"°'.“"" ““W`7`.'"'

-

nv-

1.-mt -2;

fe-

we

'32 .as

,...

-

É.

auf*

r

W

'_

'»:›

«

f~_„.

\Ewa

9

=

_~$O

om:

„.....§«

aus;

§?~',-

¿¿

5

V

*mz

ana

„..,..

Fm..V““'““*“.“ì'“ .r

sa-gt.

.ägeee

_; 0ëtåygttnalxaatimatemåägptanvxaniïltt§trlm=1«iiši3uållz~è4;i§z~11t«)t=t|m-tamtxøllm=n;7ll1

w f~ ,aa <1íw.~±..««.~

2

l

8

\›

w e

. ë , al Q, .›,~„_.w L,.._„,~`M ïï*2í=3 l*lal1lvtIiü{äLWänNt=1vLgtilšgí¿lwUí=Il*IW19{«l=t|lCI#›2›4!1M(=}f-T1|tmvxmtiøl¿twzšn¿«f:If=ll3'llïm} I _,

W..

7-.sw.

`

áitgtggltgtttuentmxmltlnumltmtnim-ëävtztcttšïijåiliïlïälïëïlllñtgtalzp:=zImtiwi«t=z tl islt“`“l illll"llllltlllllll\l tlt* ltr ,M”

mac

'""

:r_o_;i

'_

*

is;

9

Q

::.::\› 9

.„,

zo

if' ,wa

išäø

.mept

š.......c

**=:::~

, a..

§,_

ze-er

vw

ønna¿ g›..,

ow

É

`

'

,_-::'

ss

“íåå

15:10

en a-.

:fwg

f,f`....„

É

›

›

<š::;

›

.z

._

*I

fc..

en-E

gets,

2::/, ›

-.......,.

er

„.

“<2

. °

-we --c

É

,.....„.

A

__

5:.

.low

aa

ii

-zu

1%

'S

›:±.g,'

~ _„_,g;m

,gaas

ï

-~f=-,2

Oå-ir

å”ßI«

'

3*?

itâ

šIf..,.„.......

3

x.g„.. 1

,_

e“"

0.....

›

.„

\É

Q A

1›„,;'

""*

off;

$›~

=*

"f:: za

"M

~C"$'›$

âtiü

43

›--f,

s mea

v

M

<›

0%:

,$'..=

._I\i

--

.

i ä

-'

.aef;3_¿II3_~ wâëa

ršgeaeu “fs vE›gn.a.e!.__„

››

§<,._.z. „„

en-1

0““

aa-|›»~1› :aaa

§

_ 1! ...L-..

see

3%' -

§e

o›-

-r

sta*

Y

šsgg¿f

:ww

äšïït

CIO;

'20

Qi;

Q3-'ø'

WJ;

_u_a_,o_:_il.;<_o›___'„±_o_^g„_z„„„;„a,„,„„„„f,p^_: s fm Q ~.llllllllll„,,,,„„„„„„

c

,9 :vi

Q :H:

mmmwmm

-"“““”“

„

ma Q na: M.:

„.„„„„„„1wm„»»««›«~›-v|›

_

`

„

z i

_

ütlrmmwltiëüt=zmux„~llf|twt:x,t,§;1lt=1im-:mamltåiltültxfm¿øgi1~:@gL;„gn~ßtW;<=1lit1tm=x@;e

tszøäzglqtm»m.nm;(;tn|.~§;mt:„;1mt=nøt*,*1:ltlëjt±~~ ~

M

"~=»;-t-...`f;""

2


Z/14/008965/17644

Met de monitoring en evaluatie van de -s komt er meer zicht op de mate waarin de visie en doelen van de gemeenten in Holland Rijnland daadwerkelijk gestalte krijgen in de praktijk. ln september 2014 hebben jongeren, ouders en samenwerkingspartners de Jeugd- en Gezinsteams in zeven bijeenkomsten (Leiden Noord twee bijeenkomsten, één 's middags en één *s avonds) geëvalueerd.

Doel van de bijeenkomsten: Feedback krijgen van jongeren, ouders en samenwerkingspartners; Samen metjongeren, ouders en samenwerkingspartners bouwen aan de nieuwe jeugdhulp; Onderzoeken hoe mensen willen participeren en of er mensen zijn die mee willen doen aan bijvoorbeeld een gebruikerspanel.

-

-

-

De bijeenkomsten werden meestal geopend door een betrokken wethouder. Vervolgens was er een korte inleiding over het Jeugd- en Gezinsteam van een CJG coördinator of ambtenaarjeugd van de betreffende gemeenten(n). Vervolgens werd uiteengegaan in groepen met twee gespreksrondes. ln de eerste ronde hebben jongeren, ouders, samenwerkingspartners in homogene groepen stilgestaan bij wat er goed gaat in de Jeugd- en Gezinsteams, waar de Jeugd- en Gezinsteams mee moeten stoppen en wat de Jeugd- en Gezinsteams kunnen verbeteren. ln de tweede ronde is er over verschillende thema's gepraat zoals samenwerking, toegang, eigen kracht en sociaal netwerk, gezinsplan en doelen, regie bij jongeren en ouders en klantvriendelijkheid. Dit werd gedaan in heterogene groepen als er ouders en/of jongeren aanwezig waren. Het bleek lastig om jongeren en ouders te vinden die mee wilde praten en hun ervaringen wilde delen. Ouders gaven verschillende redenen aan om niet te komen naar de bijeenkomst. De meest gehoorde reden was dat zij het moeilijk vonden om in het openbaar te vertellen dat zij opvoedingsondersteuning

nodig hebben. Ook vonden een aantal ouders het moeilijk om in gesprek te gaan met mensen die zij nauwelijks kennen. En er waren ook ouders die praktische bezwaren hadden zoals, geen oppas, werk of vrijetijdsbesteding.

Maar twee jongeren hebben de evaluatiebijeenkomsten bezocht. Jongeren gaven aan het moeilijk te vinden om in het openbaar te praten over het feit dat zij hulp hadden. En zij vonden het lastig om met volwassenen over hun ervaringen te praten. Toch waren erjongeren en ouders bereid om naast samenwerkingspartners op deze avonden mee te praten. ln Lisse (2), Leiden (1), Alphen (2) en Nieuwkoop (4) hebben ouders meegedaan aan de evaluatie en in Nieuwkoop 2 jongeren.

ln deze rapportage is een weergave te vinden van de ervaringen, reflectie en feedback die jongeren, ouders en samenwerkingspartners hebben gegeven op de Jeugd- en Gezinsteams. Voor de bijeenkomsten waren samenwerkingspartners, jongeren en ouders uitgenodigd die ervaringen hebben gehad met het Jeugd- en Gezinsteam. Het is jammer dat er bij de bijeenkomsten ook veel samenwerkingspartners en raadsleden aanwezig waren die zelf geen ervaring hebben met het team, maar die uit interesse aanwezig waren. Hierdoor zijn de uitkomsten ook gekleurd door opmerkingen zorgen of vragen die bij deze groep leefden. Van elke bijeenkomst is een verslag gemaakt, welke besproken zijn in de teams. De belangrijkste en meest voorkomende uitkomsten van de verschillende evaluatiebijeenkomsten van de Jeugd- en Gezinsteams zijn in deze rapportage samengevat. Deze rapportage wordt afgesloten met een aantal aanbevelingen.

3


Z/14/008965/17644

2. Samenvatting

Jeugd- en Gezinsteams

evaluatiebijeenkomsten

De gemeenten worden vanaf 2015 verantwoordelijk voor de jeugdhulp. ln de visie op de Jeugdhulp "Iedereen doet mee” en in het beleidsplan "Hart voorde jeugd" staat beschreven hoe de gemeenten in Holland Rijnland dit willen doen. Belangrijk nieuw onderdeel zijn de Jeugd- en Gezinsteams. Het doel van de teams is datjeugdigen en hun ouders met problemen op het gebied van opvoeden en opgroeien, ondersteuning krijgen bij het vinden van hun eigen antwoorden op hun vragen. De gezonde ontwikkeling van de jeugdigen staat hierbij voorop. De kernwaarden van de teams, verbinden, versterken, doen wat nodig is en deskundig zijn, vormen de leidraad in het dagelijks werk metjeugdigen

en ouders.

De visie op de Jeugdhulp vormde de basis voor de Jeugd- en Gezinsteams. De kerndoelen uit de en laagdrempelig visie luiden: Informatie, advisering, ondersteuning en hulp moet snol, otirrhrlzii/' naar hun en lmhcwfrrr gekeken en wang inlag'r“aal en beschikbaar zijn voorjeugdigon ouders. Er wordt wanneer jeugdigen of ouders hulp vragen en krijgen hebben ze zoveel mogelijk zalf de regio. voor te krijgen. voor iedereen is het van belang steun te krijgen van het .sociale netwerk en steun rrlllzlrtirrü hulp met beschikbaar en voor jeugdigen en gezinnen die dat nodig hebben is s,om2inll;9rischo jeugdigen en gezinnen die permanente ondersteuning nodig hebben is langdllrlge stift en steun

beschikbaar. ln 2014 is de regio Holland Rijnland gestart met een pilot met zes Jeugd- en Gezinsteams. ln deze pilot wordt een nieuwe werkwijze ontwikkeld om jeugdigen en gezinnen met problemen rond opvoeden en opgroeien te ondersteunen. ln september 2014 hebben twee jongeren, acht ouders en meer dan 200 professionals van samenwerkingspartners de verschillende Jeugd- en Gezinsteams in zeven bijeenkomsten geëvalueerd. De aanwezigejongeren, ouders en samenwerkingspartners stelden het op prijs dat zij de mogelijkheid hebben gehad om mee te kunnen praten en denken met de evaluatie. Hieronder zijn de belangrijkste en meest voorkomende punten die uit de evaluatiebijeenkomsten naar voren zijn gekomen samengevat.

lxatggjgzliatsmjraalnxgwuäi¿x¿iktaaattoznijjgßrwttnmijnlla¿wmmzlrltzmwmallmmmm;«r«n=1«mmw1«mr=;;j|;:«-w-»~«m . i_-_ ~

r

-

=i„..„„.

rc.

'

i

_

i

j

*ølanajjjttmmwtarmrnr,s1:rmrt»1m~r=j»&gr2rrt=1;j;.W .

2.1 Positieve

punten

Hieronder worden positieve punten weergegeven die zijn aangegeven tijdens de evaluatie. Laagdrempeligheid

De Jeugd- en Gezinsteams zijn toegankelijk en laagdrempelig volgens ouders en samenwerkingspartners. De teams werken in de wijk of kern en op vindplaatsen zoals scholen. Er is direct contact met jeugdigen en ouders en de medewerkers komen bij de mensen thuis. De Jeugd- en Gezinsteams zijn proactief, goed bereikbaar en er is snel contact mogelijk. Het wordt als zeer prettig ervaren dat er één vaste contactpersoon is. De medewerkers praten mét en niet over de gezinnen en er wordt meer vraaggericht gewerkt dan aanbodgericht. Omdat er geen indicatie meer nodig is, werkt dit drempelverlagend. Daarnaast komen de Jeugd- en Gezinsteams niet zo bedreigend over als Bureau Jeugdzorg. "Zorg er dan wel voor dat dit imago zo blijft en niet zoals Bureau Jeugdzorg wordt", aldus een ouder. Zorg dat het voorjongeren ook laagdrempelig te bereiken is via bv. Social media of WhatsApp. 4


Z/14/008965/17644

l

_,

éïm_ßà%íWï}¿ 2. ,

I-,

,

.;;;;111

_

J

„

,.

„

-\«

v

“af

2fz¿artartiëëírßtettxåggße¿

Snelheid Wat sterk naar voren komt is het snelle handelen van de Jeugd- en Gezinsteams en het snel in kunnen zetten van hulpverlening in de gezinnen. Volgens velen is dit te danken aan de korte lijnen die er zijn en dat er een vast contactpersoon is voor organisaties. De teams zijn goed bereikbaar waardoor er snel geschakeld kan worden. Omdat er geen indicatie nodig is en er makkelijk in multidisciplinair overleg en met ouders gekeken kan worden wat er nodig is, kan er snel hulpverlening in de gezinnen ingezet worden. Vaste contactpersonen Vooral de scholen zijn zeer te spreken over het feit dat er vaste contactpersonen zijn. Hierdoor hebben ze een vast gezicht en is het voor hen makkelijker om contact op te nemen en casussen voor te leggen en te bespreken. Omdat men elkaar kent, weet men ook wat de ander kan en kan betekenen. Zorg daarbij dat men goed bereikbaar is. De medewerkers van het Jeugd- en Gezinsteam hebben daarbij ook een multidisciplinair team achter zich, waar ze snel en makkelijk op terug kunnen vallen. Ook voor de gezinnen en de professionals en netwerkpartners werkzaam in het gezin is het prettig dat er één contactpersoon is die een coördinerende functie heeft en hierdoor zicht heeft op de hele situatie. N

e

ik

Korte lijnen De Jeugd- en Gezinsteams zitten veelal op één centrale plek in één gebouw en zij komen veel op de vindplaatsen. Hierdoor zijn de teams goed bereikbaar. De contactpersonen zijn goed zichtbaar, waardoor er snel en makkelijk contact kan worden gelegd. Er zijn korte lijnen onderling in het team waardoor er makkelijk en snel geschakeld kan worden. Multidisciplinair

team

Professionals, netwerkpartners en de Jeugd- en Gezinsteams zijn zeer te spreken over het multidisciplinaire karakter van de teams. Kennis, informatie en ervaringen worden met elkaar gedeeld, zodat de medewerkers in het Jeugd- en Gezinsteam van elkaar kunnen leren. Door de

multidisciplinaire basis kunnen de teams zelf al veel betekenen voor de gezinnen. waarbij één medewerker de contactpersoon is. Daarnaast kan er makkelijk en snel overlegd en met elkaar gespard worden, waardoor er vanuit een multidisciplinaire blik op de casus sneller de juiste hulpverlening ingezet kan worden.

Qätänweg:traumatamxåïiiltttgafatnnärileelil,›1t=z~tü;tag§:~t=zim-tuxüšïlímtšä¿iiïå¿¿¿liteätwtlämaaïttlraxtftaa er

H

,

„~~ tijm1„{i1›1Wit›;aimixr=f;jjg„gt@itmtimilllmñilirøriméfzë¿ifiëiiiïi „

»„!j““ï.-

Bejegening Er wordt niet meer gesproken óverjeugdigen en ouders, maar mét jeugdigen en ouders. Samen met het gezin wordt er gekeken wat nodig is. Er is meer hulp op maat en de cliënt staat centraal. 5


Z/14/008965/17644

Ouders vinden dat de medewerkers van de Jeugd- en Gezinsteams betrokken zijn en een positieve benadering hebben. Er is een open attitude en er wordt meer uitgegaan van eigen regie, waardoor

.

ihm'

'

V-**“w:.

~-›;

~-

PE '31

ouders zich meer gehoord voelen.

.

'

_„„.....„,mE

_

ttfggjqttmauaçjjlftï'Wm'llllev¿üxltawvtlga¿iaešïïfåilïägt¿š E

r»t=liIi|“m?“[q¿gg=l«lt»t\*x:l|x:ilt›ala1f=1lw uuuuuuuu

-J

-

WW'

ï

*¿ffmm

(W

2.2 Ontwikkelpunten Hieronder worden ontwikkelpunten die geuit zijn tijdens de evaluatie.

weergegeven voor 2015. Het betreft vooral vragen en/of zorgen

Privacy De Jeugd- en Gezinsteams gaan goed om met de privacy van gezinnen. Maar sommige mensen maakten zich ook zorgen omdat er in de teams én met verschillende organisaties wordt samengewerkt. Ouders en samenwerkingspartners geven aan dat zij het belangrijk vinden dat er duidelijke afspraken gemaakt worden of een convenant komt waarin staat hoe infomiatie en gegevens uitgewisseld en gedeeld worden. Er moeten ook afspraken worden gemaakt over dossiervorming en regelementen. Ook wordt de vraag gesteld of ouders altijd op de hoogte moeten worden gesteld als een jeugdige van vijftien of zestien jaar bij het Jeugd- en Gezinsteam om hulp vraagt.

jjjjjjiiiwë »I=1m`m_›j_|jlit-°lIE5tlmll=Z=lnlíqšvlxtwlntfml¿tiøï1nlIW:tmtaßttzlfälliïg¿í¿lnttnlallnñlüäåp¿gßgïgflåtšüïllmå¿tlírW,Z~tlN _.

_„

“Mt

j

M

`_

Terugkoppeling

Verschillende samenwerkingspartners geven aan dat zij graag meer terugkoppeling willen. Ven/vijzers of aanmelders willen graag horen of een gezin bij het Jeugd- en Gezinsteams is aangekomen en wensen een terugkoppeling over wat er wordt gedaan en hoe de hulpverlening verloopt. Valkuil hierbij is dat er dan weer over het gezin gepraat wordt in plaats van met. En dat het team meer bezig is met het informeren van venivijzers in plaats van werken met het gezin zelf. Het is wenselijk dat er goede afspraken gemaakt worden over de terugkoppeling. En dat de verantwoordelijkheid van een terugkoppeling over welke hulpverlening er worden geboden en hoe dit verloopt in eerste instantie bij de gezinnen zelf ligt. De Jeugd- en Gezinsteams moeten wel terugkoppelen of een gezin bij hen goed is aangekomen. Regiofunctie

scholen

voortgezet

onderwijs

Rond het voortgezet ondenlvijs zijn er zorgen hoe de wijkgebonden teams zich verhouden tot de regionale functie van scholen voor het voortgezet onderwijs. Scholen zijn bang dat er straks teveel contactpersonen zijn uit alle verschillende teams en regio's. Hierdoor zou het voor de scholen lastig zijn om overzicht te krijgen over wie de zorg levert voor welke leerlingen en gezinnen (ook als ouders

gescheiden zijn).

-l §jak›:<=zš§f~11t:lmitfljgmm¿fitll11:15lir=1?ëi~t=lit»"lz§š;u=:l§:eitifåtëlïlit=t=;tltt=Mm:«t=i„« ““'"“t

W,

W,

....

6


Z/14/008965/17644

Bemoeizorg Voor veel professionals is er nog onduidelijkheid over wat de rol van het Jeugd- en Gezinsteam is als het gezin zelf niet gemotiveerd is voor hulp of als er behoefte is aan bemoeizorg. En wat de rol is van het team als straks Bureau Jeugdzorg verdwijnt en het AMK samengevoegd wordt met het meldpunt huiselijk geweld? Waar kunnen professionals en het sociale netwerk dan terecht met hun zorgen over gezinnen of kinderen? Het Jeugd- en Gezinsteam is er voorjeugdigen en ouders die zelf hulp zoeken in het vrijwillige kader. Bekendheid en informatie ln de evaluatie wordt door de samenwerkingspartners aangegeven dat ook al zijn de Jeugd- en Gezinsteams goed bekend en te vinden- het belangrijk is dat er in 2015 veel aandacht besteed wordt aan de PR. Bij de pilots is er bewust voor gekozen niet teveel promotie te maken, omdat dat venn/arrend kan werken. ln de evaluatiebijeenkomsten zijn allerlei suggesties gedaan voor de PR bijvoorbeeld folders, posters, nieuwsbrieven, filmpjes en voorlichtingsbijeenkomsten om informatie over het Jeugd- en Gezinsteam te verspreiden. De informatie moet gericht zijn op wat het Jeugd- en Gezinsteam is, wat het doet en welke taken het heeft, wie er deel van uitmaken (smoelenboek) en hoe je gezinnen aan kan melden. Het is belangrijk om duidelijk te maken of een Jeugd- en Gezinsteam psychologisch/psychiatrisch onderzoek uit kan voeren of kan verwijzen naar de GGZ. En het is ook belangrijk om het verschil tussen het CJG. JGZ, AMW en het Jeugd- en Gezinsteam uit te leggen. -

i ,6

,.

_

~(~EK=lil'l'àm1„lm§=xlrlmorrntørorarnrrvliïâlfmnGlI5„t=r§=M»1~$:l«r:«11~.-llwil:arvm»lrrztrzzzmlnm åaiïtr_§ï,g1§=rr=1lii“iil›lr;lill~ll<=¿~>*[email protected]:=›I!lmr.r±l-mirlm¿rrerwlrrm¿rrrtnan¿tl¿¿i~ir-rïïwrT ll

t

~

M

“„.„

`“„.„,;_

-f

,

i-"WM

Samenwerking

_» M ~ , , 11„1;.;igI:ffr.›,;,<;r@a 1_;mr tlt7';›f?r,r,;,g-;~;,f§;l ~“^^""*',.„,;„_,f1r›$l„„.„,„'.',.v››r›f§«w«››«r „.,.w:„„„~lilvÉ wi vzw af

-

,

,...,....,...,„-

›

i'

met andere organisaties

De samenwerking tussen de Jeugd- en Gezinsteams en de verschillende samenwerkingspartners

nulde- en eerstelijns) wordt over het algemeen als prettig ervaren. Er is wel behoefte aan nog meer samenwerking. Het is van groot belang dat processen niet naast elkaar lopen, maar dat er afstemming en samenwerking is. Zorg voor een warme overdracht. Deel informatie met elkaar en ga (waaronder

hierbij uitvan gelijkwaardigheid en een gezamenlijke verantwoordelijkheid. gedaan voor een structureel casusoverleg. Regie, coördinatie

Er wordt een suggestie

en taken

Sommige ouders en gespecialiseerde hulpverleners hebben vragen of opmerkingen over regie en coördinatie. Zij geven aan behoefte te hebben aan meer duidelijkheid over wie wanneer de regie heeft in een gezin en wie van de hulpverleners de coördinatie heeft. Ook opperen zij dat er duidelijkheid moet komen over wie, wat doet en waar verantwoordelijk voor is. Hierdoor kan de verantwoordelijke

zijn of haar rol pakken of diegene kan hierop aangesproken worden. Zorg dat venrvachtingen over en weer duidelijk zijn. Het is belangrijk dat er een goede match is tussen de gezinnen en hun contactpersoon die het overzicht heeft en dat diegene het gezin meeneemt in het proces. W

MW

„

-

“Wm

_

_,

_

„

gartctmíïfßeilrmtn¿tslrrwacla¿

ea

-JWM

,

,_

-M

¿rmll¿l ïllatrïørrggaraïi¿ørüøw

'-

~

Preventie Sommige samenwerkingspartners

maken zich zorgen dat Jeugd- en Gezinsteams preventieve taken uit gevoerd worden. Het

overneemt die op dit moment al door verschillende samenwerkingspartners gaat hierbij dan vooral om het preventiewerk van de jeugdgezondheidszorg,

het opvoedsteunpunt

en/of het algemeen maatschappelijk werk. 7


Z/14/008965/17644

3 Aanbevelingen Aanbevelingen

> Privacy Leg in een convenant vast hoe de Jeugd- en Gezínsteams met privacy omgaan. Het is belangrijk dat de Jeugd- en Gezínsteams duidelijkheid geven over hoe infomlatie en gegevens uitgewisseld en gedeeld worden en hoe dit vorm krijgt in de samenwerking. Betrek hierjongeren en ouders bij. >

Terugkoppeling

Breng met medeweten van het gezin de aanmelder of verwijzer op de hoogte dat het gezin goed is aangekomen bij het Jeugd- en Gezinsteam. Daarnaast is het wenselijk om met ouders en

samenwerkingspartners goede afspraken te maken over het terugkoppelen van informatie over welke hulp het gezin krijgt en hoe dat verloopt. De verantwoordelijkheid voor de terugkoppeling van deze informatie ligt in principe bij de gezinnen zelf. Hiemiee wordt voorkomen dat er over gezinnen wordt gesproken, in plaats van mét de gezinnen.

> Regiofunctie scholen voortgezet onderwijs Maak met de scholen voor voortgezet onderwijs en de MBO scholen goede afspraken over wie hun aanspreekpunt is. Maak samen met scholen afspraken over wie (welk team) verantwoordelijk is voor welke hulp. Zorg dat de concrete afspraken bekend zijn bij de teams, de scholen en de gemeenten zodat er geen jeugdigen en hun ouders tussen wal en schip vallen.

> Bemoeizorg Zorg er voor dat samenwerkingspartners weten dat het Jeugd- en Gezinsteam alleen zorg verleend aan gezinnen die zelf om hulp vragen. Maak professionals duidelijk waar zij terecht kunnen zodra er behoefte aan bemoeizorg is. Breng goed in beeld waar professionals, maar ook het sociale netwerk van gezinnen terecht kunnen als zij zich zorgen maken. > Bekendheid en informatie ln 2015 als de Jeugd- en Gezínsteams in volle omvang gaan werken in de regio Holland Rijnland is het belangrijk dat er bij de start veel aandacht wordt geschonken aan PR. Geef door middel van een website, folders, voorlichtingsbijeenkomsten en bijvoorbeeld filmpjes informatie over wat het Jeugd- en Gezinsteam is, wat het doet en hoe gezinnen aangemeld kunnen worden. Betrek hier jongeren en ouders bij om te zorgen dat de infonnatie voor hen duidelijk en begrijpelijk is. Maak ook gebruik van ervaringsverhalen van jongeren en ouders die hulp hebben gekregen in de pilots. Zorg voor een positief imago.

>

Samenwerking

met samenwerkingspartners

Zorg voor een warme overdracht. Maak met de samenwerkingspartners goede, maar vooral duidelijke afspraken over samenwerking, zonder dat hieraan voorbij wordt gegaan aan de privacy van en bejegening aan gezinnen. Ga ook samenwerken met jongeren en ouders die als ervaringsdeskundige een actieve rol kunnen vervullen in de toeleiding en de hulpverlening zelf.

>

Regie, coördinatie

en taken

Maak met samenwerkingspartners duidelijke afspraken over wie welke rol, taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden heeft. Zorg dat er duidelijk is welke persoon en/of partij de regie heeft. Zijn ouders dit ín eerste instantie zelf? Mogen jeugdigen en ouders diegene bijvoorbeeld zelf kiezen? Betrek hierbij ook het sociale netwerk van de gezinnen. 8


Z/14/008965/17644

>

Preventie Maak samenwerkingspartners duidelijk dat het Jeugd- en Gezinsteam geen preventieve taken uitvoert die beter door andere organisaties uitgevoerd kunnen worden. Maak duidelijke afspraken over het 'grijze gebied', om te voorkomen dat gezinnen tussen wal en schip vallen.

mm¿¿ > Nodig alleen jongeren, ouders en samenwerkingspartners

met ervaring met de Jeugd-

en Gezinsteams uit

Voor een goede evaluatie is het raadzaam om alleen jongeren, ouders en samenwerkingspartners uit te nodigen die ook daadwerkelijk ervaring hebben met het Jeugd- en Gezinsteam. De medewerkers van de Jeugd- en Gezinsteams kunnen het beste zelf de mensen gericht uitnodigen. Dit levert meer bruikbare feedback op.

>

Praat eerst apart met jongeren, ouders en samenwerkingspartners. Het is aan te raden om aparte evaluatiebijeenkomsten te organiseren voorjongeren, ouders en samenwerkingspartners. De ven/vachting is dat er dan meer jongeren en ouders willen meedoen aan de evaluatie. Vervolgens kunnen er op bepaalde punten verbetergroepen worden georganiseerd waarin medewerkers, samenwerkingspartners, ouders en jongeren samen verbeteringen bedenken en uitwerken rond een bepaald punt. Daarnaast kan er gekeken worden naar andere manieren waarop jongeren en ouders (anoniem en praktisch) actief betrokken kunnen worden om hun ervaringen met het Jeugd- en Gezinsteam te delen. Hierbij valt o.a. te denken aan een (online) vragenlijst of een telefonisch interview.

> Heldere en duidelijke verslaglegging Zorg dat er duidelijke en heldere verslaglegging is van de evaluatie. Vraag in het gesprek met jongeren, ouders en samenwerkingspartners door over hun bevindingen en en/aringen. Voorkom dat er losse kreten worden geroepen of dat er zinnen ontstaan die niet in de context te plaatsen zijn.

> Verbeterplan Maak op basis van de uitkomsten van de evaluatie een verbeterplan. Leg mogelijke verbeterpunten voor aan jongeren, ouders en samenwerkingspartners. Laat hen meedenken, meepraten en meebeslissen over verbeteringen.

„, , -W

tt

gt¿¿¿¿w, . “

“

_

M

.„.

W

www

.

l

„.l,„.„„„.„„.,„,„„„„«„„„„„„„„,t;wl,@;±m-,-_

uw

f

W

„,„„„„„%„„„„..„„„„„„l_„W«„w„,..=_„„„„„ -

.,

_

~W«„,„„..

Mmmww¿m

~ l-we . .. . , ,_ , "H J;.%ï›1mm;r»1«›%x„ltm~t»:g»m%›;@»jßmømïtaxr ,___sw

,

-

~f-

«

«›l

~_---WM-~¿-;'.

1

l.

W

l

›

-

WM

„

~

„.l„~\_=„ __-

..

1 „„--„Mimi-l„~_›.-_ l

l

. _

“

.-_1

.

9


Gemeente Leiderdorp r 11:!

Recommend Documents