GEBRUIKSAANWIJZING. Digitaal telefoontoestel

GEBRUIKSAANWIJZING

Digitaal telefoontoestel

VOORWOORD

Wilt u veel tijd besparen? Wilt u gewaarschuwd worden wanneer uw collega zijn gesprek heeft beëindigd? Wilt u dat al uw oproepen worden doorgeschakeld indien u zich op een andere plaats bevindt? Wilt u een boodschap achterlaten indien u afwezig bent, in vergadering of met vakantie...? Of wilt u gewoon een oproep aannemen of een gesprek doorverbinden naar een van uw collega’s of naar een ander telefoonnummer?

Van dit toestel kunt u uw persoonlijke terminal maken. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig en u zult zien dat u de tijd die u hier investeert, later ruimschoots zult terugwinnen. Wij wensen u veel gebruiksgemak met uw nieuw telefoontoestel.

3

INHOUD

1

Beschrijving .................................................................................8 Toestel met klein display ......................................................................8 Toestel met groot display .....................................................................8

2

Telefoneren ................................................................................10 2.1 Binnenkomende oproepen .........................................................10 2.1.1 2.1.2 2.1.3 2.1.4

Externe of interne oproep op uw toestel ...................................................10 Externe oproep op een ander toestel .......................................................10 Interne oproep op een ander toestel ........................................................10 Interne oproep via het tweede gesprekskanaal ........................................10

2.2 Gesprekken behandelen .............................................................11 2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.2.4 2.2.5 2.2.6

Een gesprek in wacht plaatsen .................................................................11 Een gesprek uit wacht halen ....................................................................11 Een gesprek parkeren ..............................................................................11 Een gesprek uit de parkeerstand halen ....................................................12 Een gesprek aankondigen zonder doorverbinden ....................................12 Doorverbinden met of zonder aankondiging ............................................12

2.3 Uitgaande oproepen ....................................................................13 2.3.1 Een extern nummer oproepen ..................................................................13 Een extern nummer kiezen ...............................................................13 Een netlijn reserveren bij bezet .........................................................13 Een netlijnreservatie opheffen ...........................................................13 2.3.2 Een intern nummer oproepen ...................................................................13 Een intern nummer kiezen ................................................................13 Terugbellen bij bezet .........................................................................14 Opheffen terugbellen bij bezet ..........................................................14 Prioriteitsoproep ................................................................................15 Interne stemoproep ...........................................................................15 2.3.3 Verkort kiezen (Geheugennummers) .......................................................16 Geheugennummers programmeren ..................................................16 Geheugennummers kiezen ...............................................................18 Geheugentoetsen programmeren .....................................................20 2.4.4 Nummerherhaling .....................................................................................21 Manuele nummerherhaling ...............................................................21 Automatische nummerherhaling .......................................................22

3.

Visualisatietoetsen ....................................................................23 3.1 Visualisatietoetsen programmeren ............................................23

4.

Functies ......................................................................................24 4.1 Boodschapindicatie .....................................................................24 4.1.1 Instellen ....................................................................................................24 4.1.2 Reageren ..................................................................................................24

4

Copyright

INHOUD 4.1.3 Annuleren .................................................................................................25

4.2 Oproepdoorschakeling ...............................................................26 4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.3.4

Omleiden instellen op uw eigen toestel ....................................................26 Omleiding opheffen ..................................................................................28 Volgstand (Follow-me) instellen op een ander toestel ..............................29 Volgstand opheffen ...................................................................................30

4.3 Niet Storen (DND) ........................................................................30 4.4 Omroep .........................................................................................31 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4

Interne omroep .........................................................................................31 Een interne omroep beantwoorden ..........................................................32 Externe omroep .......................................................................................33 Een externe omroep beantwoorden .........................................................33

4.5 Conferentie ...................................................................................34 4.6 Tekstberichten .............................................................................35 4.6.1 Standaard tekstberichten instellen ...........................................................35 4.6.2 Tekstberichten verwijderen .......................................................................36

4.7 Achtergrondmuziek ....................................................................37

5.

Instellingen ................................................................................38 5.1 5.2 5.3 5.4 5.5

Toestel personaliseren ................................................................38 Datum en tijd instellen ................................................................38 Taal instellen ................................................................................39 Alarmfunctie .................................................................................39 Oproepsignaal instellen ..............................................................41 5.5.1 5.5.2 5.5.3 5.5.4

Beloproep op het eerste gesprekskanaal .................................................41 Stemoproep op het eerste gesprekskanaal ..............................................41 Beloproep op het tweede gesprekskanaal ...............................................41 Stemoproep op het tweede gesprekskanaal ............................................42

5.6 Beltonen .......................................................................................43 5.6.1 De interne en externe beltonen controleren .............................................43 5.6.2 De interne en externe beltonen programmeren .......................................43

6

Overzicht interactieve functies ................................................44 6.1 Klein display .................................................................................44 6.2 Groot display ................................................................................45

7. 8.

Overzicht console .....................................................................46 Codes .........................................................................................48 8.1 Één-digit codes: Tijdens bezet of onbeantwoorde oproep ......48 8.2 Twee-digit codes: Overnamecodes ............................................48 8.3 Gebruiks- en programmeercodes ..............................................49 5

INLEIDING Gebruikte symbolen en termen Volgende symbolen en termen worden in deze handleiding gebruikt: Toestel met klein display, bediening met softkeys Toestel met groot display, bediening met softkeys Systeemprogrammering van de centrale Neem de hoorn op of druk op de SPK-toets Leg de hoorn neer of druk op de SPK-toets Numerieke toetsen voor het invoeren van numerieke gegevens Toestelnr.

Één van de tien geheugentoetsen waaronder zich ook de karakters bevinden voor de ingave van namen

Versie 01.2000

6

Copyright

INLEIDING Toesteltypes Deze handleiding is opgesteld voor twee types digitale telefoontoestellen. Het toestel met een klein display en het toestel met een groot display. Het toestel met klein display bestaat in een uitvoering met 12 of 24 visualisatietoetsen. Procedures De procedures voor bediening en programmering bestaan uit drie delen. Het eerste deel beschrijft de procedures zonder gebruik te maken van de interactiviteit. Dit is de snelste manier van werken via codes, die vaak verkozen wordt door de ervaren gebruiker. Het tweede en het derde deel betreffen de procedures voor interactief gebruik van het toestel met klein display en het toestel met groot display . Invoeren van tekst Om tekst in te voeren volgt u de instructies op de bijgevoegde kaart, die u het beste naast of in de buurt van uw toestel kunt bewaren. Codes Voor de bediening en de programmering van de toestellen wordt gebruik gemaakt van twee soorten codes: 1. De gebruikscodes Dit zijn cijfercodes (vb. 855, 867 enz…) die universeel zijn voor alle types van digitale, analoge en draadloze toestellen. De systeembeheerder kan functies voor een aantal toestellen toelaten of beperken. Achteraan in deze handleiding vindt u een volledig overzicht van deze codes. 2. De programmeercodes Dit zijn codes die bestemd zijn voor digitale toestellen. Ze maken uw toestel gebruiksvriendelijk en vormen het om tot uw persoonlijke terminal. Met deze codes, de zogenaamde „1000-codes”, kunt u bepaalde functies, lijnen, toestellen en andere visualiseren en programmeren onder toetsen op het toestel. Zo kunt u bijvoorbeeld zien dat er een lijn bezet is, uw collega in gesprek is of dat u een gemiste oproep heeft enz. Afhankelijk van het type toestel zijn dat 12, 16, 24 of 32 functievisualisatietoetsen. Bijgevoegde kaart Op de bijgevoegde kaart vindt u een handig overzicht van de menu’s voor interactieve werking met het display en de softkeys, de lijst van de meest gebruikte codes en een schema van de mogelijke letters en tekens voor het invoeren van namen. Als u de kaart in de buurt van uw toestel bewaart, heeft u de handleiding in principe niet meer nodig. Indien u tijdens het doorlezen van deze handleiding nog vragen heeft over bepaalde functies of het type centrale, dan kunt u steeds terecht bij de systeemverantwoordelijke van uw bedrijf.

7

1 BESCHRIJVING Boodschappenlampje (Message Waiting) Toetsen voor interactieve bediening (softkeys) Toetsen voor geheugennummers en ingave van letters (geheugentoetsen)

Toetsen voor visualisatie, functies en netlijnen (visualisatietoetsen) (Type 12BTXH)

Toestel met klein display Type 12BTXH (12 visualisatietoetsen) 24BTUXH (24 visualisatietoetsen)

Boodschappenlampje (Message Waiting)

Softkeys: toetsen voor interactieve bediening, geheugennummers en ingave van letters (tevens geheugentoetsen)

Toetsen voor visualisatie, functies en netlijnen (visualisatietoetsen)

Toestel met groot display Type 24BTSXH (24 visualisatietoetsen)

8

Copyright

BESCHRIJVING Klein display: Karakters onder geheugentoetsen ABCD

EFGH

IJKL

MNOP

QRST

UVWXYZ

–

SPATIE

àéèä

?:.;!

Wisselen tussen hoofden kleine letters Eén plaats (digit) vooruit

Groot display: Karakters onder softkeys

Eén plaats (digit) terug

Wisselen tussen hoofden kleine letters Eén plaats (digit) vooruit Eén plaats (digit) terug

Klein en groot display: Verklaring toetsen Display-informatie wissen Diverse informatie opvragen Niet storen (Do Not Disturb) Algemeen verkortkies- of geheugennummer (Direct Call) Terugnemen buitenlijn (FLASH) Herhalen laatst gekozen nummer (Last Number Dialing) Een gesprek doorschakelen naar een ander toestel (Transfer) Microfoon aan/uit voor ruggespraak Gesprekskanaal 1 (Caller Line 1) Gesprekskanaal 2 (Caller Line 2) Luidspreker aan-/uitschakelen of meeluisteren of handenvrij telefoneren (Speaker) Gesprek in wacht zetten Volumeregeling luidspreker, hoorn, belsignaal en interactieve scrolltoets 9

2 TELEFONEREN

2.1 Binnenkomende oproepen 2.1.1 Externe of interne oproep op uw toestel Uw toestel belt: een oproep komt binnen. De interne en externe oproepen worden van elkaar onderscheiden door een verschillend belsignaal. 1. Neem de hoorn op of druk op SPK. 2. U heeft verbinding.

2.1.2 Externe oproep op een ander toestel U hoort het extern belsignaal op een ander toestel. 1. Neem de hoorn op of druk op SPK. 2. Druk op de rode snel knipperende netlijntoets. 3. U heeft verbinding.

2.1.3 Interne oproep op een ander toestel U hoort het intern belsignaal op een ander toestel. 1. Neem de hoorn op of druk op SPK. 2. Toets de overneemcode # 0 in de eigen groep of de overneemcode ## in een andere groep. 3. U heeft verbinding.

2.1.4 Interne oproep via het tweede gesprekskanaal Terwijl u in gesprek bent, tracht een tweede persoon u te bereiken. Het CL2-lampje van uw toestel knippert en u hoort een gedempt belsignaal. 1. Druk op de HOLD-toets om uw eerste gesprekspartner in wacht te zetten. 2. Druk op de CL2-toets. 3. U heeft verbinding met de tweede gesprekspartner.

10

Copyright

TELEFONEREN

2.2 Gesprekken behandelen 2.2.1 Een gesprek in wacht plaatsen U voert een intern of extern gesprek en wilt uw gesprekspartner even in de wachtstand plaatsen. Gedurende deze wachtstand hoort uw gesprekspartner de wachtmuziek van de centrale. 1. Druk op de HOLD-toets. 2. U hoort een kiestoon. 3. Leg de hoorn neer.

Het gesprek werd in wacht geplaatst. Na een vast ingestelde tijd geeft uw toestel een speciaal belsignaal om u erop attent te maken dat er nog een gesprek in wacht staat. De lijnen die u in wacht heeft gezet, worden gevisualiseerd door een groen knipperende netlijntoets op uw toestel.

2.2.2 Een gesprek uit wacht halen Een externe lijn

1. 2. 3.

Neem de hoorn op. Druk op de knipperende netlijntoets. U heeft weer verbinding met de externe lijn.

Een interne lijn

1. 2. 3.

Neem de hoorn op. Druk op de knipperende CL1 of CL2-toets. U heeft weer verbinding met de interne lijn.

2.2.3 Een gesprek parkeren Indien verschillende netlijnen onder een verzameltoets werden geprogrammeerd, kan men niet zien hoeveel en welke lijnen er in wacht werden gezet. Om dit op te lossen, kunt u een gesprek parkeren onder een zelf te bepalen functietoets. U voert een extern gesprek: 1. Druk op de HOLD-toets. 2. Toets de parkeercode 831. 3. Toets het nummer van de parking. (01-08 voor 16i en 32i centrale, 01-32 voor 288 centrale)* 11

TELEFONEREN 4.

Leg de hoorn neer.

+

-

* Voor het type van de centrale, kunt u contact opnemen met de systeemverantwoordelijke van uw bedrijf.

2.2.4 Een gesprek uit de parkeerstand halen 1. 2. 3. 4.

Neem de hoorn op van een willekeurig toestel. Toets de code 861. Toets het nummer van de parking. (01-08 voor 16i en 32i centrale, 01-32 voor 288 centrale)* U heeft verbinding.

+

-


2.2.5 Een gesprek aankondigen zonder doorverbinden Nadat u uw gesprekspartner in wacht heeft gezet, heeft u de mogelijkheid uw collega hiervan op de hoogte te brengen. Deze kan dan zelf beslissen waar en wanneer hij deze gesprekspartner te woord wil staan. 1. Druk op de HOLD-toets. 2. Toets het gewenste toestelnummer. 3. Kondig het gesprek aan met vermelding van het lijnnummer. 4. Leg de hoorn neer.

Toestelnr.

2.2.6 Doorverbinden met of zonder aankondiging Met deze functie schakelt u een oproep naar een intern of extern nummer door. U beslist zelf of u dit gesprek al dan niet eerst wilt aankondigen. 1. Druk op de HOLD-toets. 2. Kies het gewenste intern of extern nummer. 3. Kondig eventueel het gesprek aan. 4. Druk op de TRFR-toets en leg de hoorn neer.

Toestelnr.

12

Copyright

TELEFONEREN

2.3 Uitgaande oproepen 2.3.1 Een extern nummer oproepen Een extern nummer kiezen 1. 2. 3.

Neem de hoorn op. Toets 0 of druk op de gewenste netlijntoets. Toets het telefoonnummer.

of

Tel. nr.

Een netlijn reserveren bij bezet U wilt een externe oproep doen, maar alle netlijnen zijn in gesprek. Deze functie biedt de mogelijkheid u automatisch te laten oproepen zodra een gereserveerde netlijn vrijkomt. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets 0 of druk op de gewenste netlijntoets. 3. U hoort de bezettoon. 4. Toets de reservatiecode ✱. 5. U hoort het oproepsignaal zodra er een lijn vrijkomt. 6. Zodra u opneemt, krijgt u de vrije buitenlijn.

of

…

Een netlijnreservatie opheffen 1. 2. 3.

Neem de hoorn op. Toets de code 870. Leg de hoorn neer.

2.3.2 Een intern nummer oproepen Een intern nummer kiezen 1. 2.

Neem de hoorn op of druk op SPK. Toets het gewenste toestelnummer of druk op de functietoets die uw collega visualiseert.

Toestelnr.

of

13

TELEFONEREN OF

Interactief met groot display: 1. 2. 3. 4.

Kies OVERZICHT. Selecteer eventueel de gewenste groep. Kies het gewenste toestel of de gewenste naam. Met behulp van BLADEREN kunt de lijst doorlopen.

Terugbellen bij bezet U belt een intern nummer op, maar hoort de bezettoon. Deze functie biedt de mogelijkheid u automatisch te laten oproepen zodra het bezet toestel vrijkomt. 1. U hoort de bezettoon. 2. Toets de code ✱. 3. Leg de hoorn neer. 4. U hoort het oproepsignaal zodra het toestel vrijkomt. 5. Zodra u opneemt, zal het systeem automatisch het vrijgekomen toestel oproepen.

… Opheffen terugbellen bij bezet 1. 2. 3.


OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4.

Druk op een willekeurige softkey. Kies ANN. Kies AANS. Nu kunt u kiezen: ALL voor interne oproepen en buitenlijnen; INT voor alle interne oproepen; LIJN voor buitenlijnen.

OF

Interactief met groot display: 1. 2. 3.

14

Druk op MENU. Kies het WIS-MENU. Kies AANSCHUIVEN WISSEN.

Copyright

TELEFONEREN 4.

Kies de gewenste optie: WIS AANSCH. BEIDE WIS AANSCH. INTERN WIS AANSCH. EXTERN

om „terugbellen na bezet” intern en extern op te heffen; om enkel „terugbellen na bezet” voor interne lijnen op te heffen; om enkel „terugbellen na bezet” voor externe lijnen op te heffen.

Prioriteitsoproep U wilt een interne gesprekspartner spreken die reeds in gesprek is met een andere gesprekspartner. 1. Toets het toestelnummer. U hoort de bezettoon. 2. Toets de prioriteitsoproepcode 2. 3. Uw oproep komt binnen via het tweede gesprekskanaal.

Toestelnr.

Interne stemoproep U wilt uw gesprekspartner een mededeling doen zonder dat deze de hoorn moet opnemen. 1. Kies het gewenste toestelnummer. 2. U hoort de beltoon. 3. Druk op 1. 4. Uw stem komt door de luidspreker van het gekozen toestel.

Toestelnr.

Het is mogelijk om uw toestel standaard in te stellen op stemoproep, maar dat is niet aan te raden, omdat u uw collega’s dan ook direct door de luidspreker te horen krijgt. (Zie 5.5 Oproepsignaal instellen.) OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5.

Kies het gewenste toestelnummer. U hoort de beltoon. Druk op een willekeurige softkey. Kies Si/St. Uw stem komt door de luidspreker van het gekozen toestel.

OF


Kies het gewenste toestelnummer. U hoort de beltoon. Kies BELSIGNAAL/STEMOPROEP. Uw stem komt door de luidspreker van het gekozen toestel.

15

TELEFONEREN

2.3.3 Verkort kiezen (Geheugennummers) Geheugennummers programmeren Uw systeem beschikt over een gemeenschappelijk nummergeheugen met vooraf geprogrammeerde externe nummers. Deze nummers worden onder de vorm van een driecijferige code opgeslagen in het geheugen van de centrale en zijn voor iedereen toegankelijk. (Indien toegestaan in de programmatie.) Algemene nummers

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Neem de hoorn op of druk op SPK. Toets de code 853. Kies een driecijferige geheugenplaats. (000-399 voor 16i en 32i centrale, 000-999 voor 288 centrale) Toets het gewenste telefoonnummer. Druk op de HOLD-toets. Met de geheugentoetsen kunt u nu een naam geven aan dit nummer (zie 1. Beschrijving). Druk op de HOLD-toets. Leg de hoorn neer of druk op SPK.

3 cijfers

Tel. nr.

OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies VKN. Kies aVKN. Geef de drie-cijferige geheugenplaats. Geef het telefoonnummer. Druk op de HOLD-toets. Geef de bijbehorende naam met de geheugentoetsen (zie 1. Beschrijving). Druk op de HOLD-toets. U hoort de bevestigingstoon. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op de CLEAR-toets.

OF

Interactief met groot display: 1. 2. 3. 4. 5. 16

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies VKN PROG. Kies VKN: ALGEMEEN. Geef de drie-cijferige geheugenplaats.

Copyright

TELEFONEREN 6. 7. 8.

Geef het telefoonnummer. Kies BEWAREN. Geef de bijbehorende naam met de softkeys. Kies de eerste letter. Druk op CHECK om een positie naar rechts op te schuiven. Druk op TRF om een positie terug te gaan. Met de DND-toets kunt u omschakelen van kleine naar grote letters. 9. Kies BEWAREN. 10. Om meerdere geheugennummers te programmeren, kunt u een volgende plaats kiezen met de softkeys VKN en VKN . 11. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op CLEAR.

Groepsnummers

1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Neem de hoorn op of druk op SPK. Toets de code 854. Kies een tweecijferige geheugenplaats. (00-19 voor 16i en 32i, 00-49 voor 288) Toets het gewenste telefoonnummer. Druk op de HOLD-toets. Met de geheugentoetsen kunt u nu een naam geven aan dit nummer (zie 1. Beschrijving). Druk op de HOLD-toets. Leg de hoorn neer of druk op SPK.

2 cijfers

Tel. nr.

OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 13.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies VKN. Kies gVKN. Geef de twee-cijferige geheugenplaats. Geef het telefoonnummer. Druk op de HOLD-toets. Geef de bijbehorende naam met de geheugentoetsen (zie 1. Beschrijving). Druk op de HOLD-toets. U hoort de bevestigingstoon. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op de CLEAR-toets.

OF


Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies VKN PROG. 17

TELEFONEREN 4. 5. 6. 7. 8.

Kies VKN: GROEP. Geef de twee-cijferige geheugenplaats. Geef het telefoonnummer. Kies BEWAREN. Geef de bijbehorende naam met de softkeys. Kies de eerste letter. Druk op CHECK om een positie naar rechts op te schuiven. Druk op TRF om een positie terug te gaan. Met de DND-toets kunt u omschakelen van kleine naar grote letters. 9. Kies BEWAREN 10. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op CLEAR.

Geheugennummers kiezen Algemeen nummer

1. 2. 3.

Neem de hoorn op of druk op SPK. Druk op de DC-toets of toets code 813. Kies het nummer van de geheugenplaats.

of

Geheugenpl.

OF


5.

6.

7.

Druk op een willekeurige softkey. Kies ALF. Kies VKNa voor een algemeen verkortkiesnummer. Kies de gewenste letter met de alfanumerieke toetsen. 2 = ABC, 3 = DEF, 4 = GHI, 5 = JKL, 6 = MNO, 7 = PQRS, 8 = TUV, 9 = WXYZ Bent u op zoek naar bijvoorbeeld NORBERT, druk dan op toets 6 tot de letter N op het display verschijnt. Druk op de softkeys onder de pijltjes op het display of op de volumeregeltoetsen onderaan op het toestel om vanaf N in de lijst te bladeren. Is er geen naam beginnend met N geprogrammeerd, dan verschijnt onbestaande naam-N op het display. Drukt u dan op de pijltjes, dan verschijnt de eerste naam uit de lijst. Is er wel een naam die begint met N, dan verschijnt: ALFABETISCH ZOEKEN, NORBERT. Kies de gewenste optie: BEL om het nummer op te roepen; ANNUL om de zoekopdracht te annuleren; Pijltjes om verder te bladeren. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op de CLEAR-toets.

OF

Interactief met groot display, via alfanumerieke toetsen: 1. 2. 18

Kies OVERZICHT. Kies VKN: ALGEMEEN. Copyright

TELEFONEREN 3.

4.

Druk op een alfanumerieke toets om de gewenste naam alfabetisch te zoeken. Met de volumeregeltoetsen kunt u bladeren in de volledige lijst. Is de naam die u zoekt niet geprogrammeerd, verschijnt ONBESTAANDE NAAM-x op het display. Drukt u nu op een volumetoets, dan verschijnt de eerste naam uit de lijst. Het bijbehorende telefoonnummer verschijnt ook op het display. Heeft u de gewenste persoon gevonden, druk dan op de toets naast de naam om hem op te roepen.

OF

Interactief met groot display, via softkeys: 1. 2. 3. 4.

Druk op MENU. Kies VKN: ALGEMEEN. Kies met de softkeys naast het display de gewenste letter: ABC, DEF, GHI, JKL, MNO, PQR, STU, VWX of YZ. Met BLADEREN kunt u de lijst doorlopen. U kunt alleen blijven zoeken in het bereik dat u heeft geselecteerd, dit in tegenstelling tot alfabetisch zoeken via OVERZICHT en de alfanumerieke toetsen. Het telefoonnummer dat bij de naam hoort, verschijnt ook niet.

Groepsnummer

1. 2. 3.

Neem de hoorn op of druk op SPK. Toets de code 814. Kies het nummer van de geheugenplaats.

Geheugenpl.

OF


5.

Druk op een willekeurige softkey. Kies ALF. Kies VKNg voor een groeps-verkortkiesnummer. Kies de gewenste letter met de alfanumerieke toetsen. 2 = ABC, 3 = DEF, 4 = GHI, 5 = JKL, 6 = MNO, 7 = PQRS, 8 = TUV, 9 = WXYZ Bent u op zoek naar bijvoorbeeld NORBERT, druk dan op toets 6 tot de letter N op het display verschijnt. Druk op de softkeys onder de pijltjes op het display of op de volumeregeltoetsen onderaan op het toestel om vanaf N in de lijst te bladeren. Is er geen naam beginnend met N geprogrammeerd, dan verschijnt onbestaande naam-N op het display. Drukt u dan op de pijltjes, dan verschijnt de eerste naam uit de lijst. Is er wel een naam die begint met N, dan verschijnt: ALFABETISCH ZOEKEN, NORBERT.

19

TELEFONEREN 6.

7.

Kies de gewenste optie: BEL om het nummer op te roepen; ANNUL om de zoekopdracht te annuleren; Pijltjes om verder te bladeren. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op de CLEAR-toets.

OF

Interactief met groot display, via alfanumerieke toetsen: 1. 2. 3.

4.

Kies OVERZICHT. Kies VKN: GROEP. Druk op een alfanumerieke toets om de gewenste naam alfabetisch te zoeken. Met de volumeregeltoetsen kunt u bladeren in de volledige lijst. Is de naam die u zoekt niet geprogrammeerd, verschijnt ONBESTAANDE NAAM-x op het display. Drukt u nu op een volumetoets, dan verschijnt de eerste naam uit de lijst. Het bijbehorende telefoonnummer verschijnt ook op het display. Heeft u de gewenste persoon gevonden, druk dan op de toets naast de naam om hem op te roepen.

OF

Interactief met groot display, via softkeys: 1. 2. 3.

Druk op MENU. Kies VKN: GROEP. Kies de gewenste softkey naast het display: ABC, DEF, GHI, JKL, MNO, PQR, STU, VWX of YZ. U kunt alleen blijven zoeken in het bereik dat u heeft geselecteerd, dit in tegenstelling tot alfabetisch zoeken via OVERZICHT en de alfanumerieke toetsen. Het telefoonnummer dat bij de naam hoort, verschijnt ook niet.

Geheugentoetsen programmeren Onder de 10 geheugentoetsen van het toestel kan men niet alleen telefoonnummers programmeren, maar ook vaak gebruikte codes of functies. 1. Neem de hoorn op of druk op SPK. 2. Toets de code 855. 3. Druk op de gewenste geheugentoets. 4. Kies de gewenste code of het gewenste telefoonnummer. Vergeet niet een extern telefoonnummer te laten voorafgaan door 0, anders neemt het toestel geen buitenlijn. 5. Leg de hoorn neer of druk op SPK.

Cijfers

Om de code te kiezen of het nummer op te roepen, drukt u op de geprogrammeerde geheugentoets.

20

Copyright

TELEFONEREN OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies nogmaals MEER. Kies VKT. Druk op de gewenste geheugentoets. Geef de gewenste code of het gewenste telefoonnummer. Druk op de HOLD-toets. Geef de gewenste naam (zie 1. Beschrijving of de bijgevoegde kaart). Druk op de HOLD-toets. U hoort de bevestigingstoon. Om meer geheugentoetsen te programmeren, herhaalt u de stappen 6-11. Om de programmeermodus te verlaten, drukt u op de CLEAR-toets.

OF

Interactief met groot display: 1. 2. 3. 4. 5.

6. 7.

8.

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies VK.TOETS. Druk op de gewenste geheugentoets. Geef de gewenste code of het gewenste telefoonnummer. Vergeet niet een extern telefoonnummer te laten voorafgaan door 0, anders neemt het toestel geen buitenlijn. Kies BEWAREN. Geef de bijbehorende naam met de softkeys. Kies de eerste letter. Druk op CHECK om een positie naar rechts op te schuiven. Druk op TRF om een positie terug te gaan. Met de DND-toets kunt u omschakelen van kleine naar grote letters. Kies BEWAREN als de naam correct is.

2.4.4 Nummerherhaling Deze functie biedt u de mogelijkheid het laatst gekozen nummer opnieuw op te roepen.

Manuele nummerherhaling 1. Neem de hoorn op of druk op SPK. 2. Druk op de LND-toets. 3. Het laatst gekozen nummer wordt opgeroepen.

21

TELEFONEREN Automatische nummerherhaling Het kan gebeuren dat u een extern nummer oproept, maar dat dit in gesprek is. U kunt uw toestel zo instellen dat de centrale 3 pogingen doet om dit nummer te bereiken. 1. Het externe nummer dat u gekozen heeft, is in gesprek. 2. Druk op de DC-toets. 3. Druk op de LND-toets. 4. Leg de hoorn neer.

Het is gewenst om tijdens deze kiescyclus in de onmiddellijke omgeving van uw toestel te blijven. Wilt u deze functie annuleren, dan drukt u terug op de DC-toets gevolgd door de LNDtoets.

22

Copyright

3. VISUALISATIETOETSEN

3.1 Visualisatietoetsen programmeren De visualisatietoetsen zijn bedoeld om lijnen, toestellen en speciale functies te visualiseren. 1. Neem de hoorn op of druk op SPK. 2. Toets de code 851. 3. Druk op de gewenste visualisatietoets. 4. Om een buitenlijn te visualiseren, moet u de codes 0001 tot max. 0128 gebruiken. Voor alle andere functies heeft u een „duizend-code” nodig. Zie achteraan in de handleiding. 5. Leg de hoorn neer of druk op SPK.

Cijfers

Opmerking: Om te controleren welke functie is toegekend aan een toets, drukt u eerst op CHECK en dan op de visualisatietoets. De informatie verschijnt op het display.

OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies nogmaals MEER. Kies FUNC. Druk op de gewenste functietoets. Geef de gewenste code. U hoort de bevestigingstoon.

OF


5.

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies FUNC.TOETS. Druk op één van de 24 functietoetsen die u wilt programmeren. Als u op een toets drukt die al gedefinieerd is, verschijnt de overeenstemmende informatie op het display. Kies een „1000-code” (zie achteraan deze handleiding) of een lijnnummer (0 tot max. 128) of de code „0000” indien u de gekozen toets niet wilt programmeren.

23

4. FUNCTIES

4.1 Boodschapindicatie Alle digitale toestellen zijn rechts bovenaan uitgerust met een indicatielampje dat aanduidt dat u een bericht heeft ontvangen. Wanneer uw collega’s niet aanwezig zijn of niet aan het toestel kunnen komen, kunt u met deze functie een melding sturen in de vorm van een knipperend lampje „MW” (Message Waiting).

4.1.1 Instellen U kiest het toestelnummer van een collega, maar deze antwoordt niet of is in gesprek. Wanneer u het MW-lampje activeert, zal uw collega merken dat iemand hem heeft trachten te bereiken. 1. Kies het gewenste toestelnummer. 2. Druk op 0. 3. Leg de hoorn neer. Het MW-lampje op uw toestel blijft permanent branden, dat van uw collega gaat knipperen.

Toestelnr.

OF

Interactief met klein display: 1. 2. 2.

Kies het gewenste toestelnummer. Druk op een willekeurige softkey. Kies BER(icht).

OF

Interactief met groot display: 1. 2.

Kies het gewenste toestelnummer. Kies BERICHT.

4.1.2 Reageren U komt terug op uw plaats of uw gesprek is beëindigd en u merkt dat het MW-lampje knippert. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets de code 841.

De centrale zal automatisch het toestelnummer kiezen van de persoon die heeft getracht u te bereiken. De MW-lampjes zullen pas uitgaan als beide toestellen met elkaar in gesprek zijn geweest.

24

Copyright

FUNCTIES OF

Interactief met klein display: 1. Druk op een willekeurige softkey. 2. Kies INT. 3. Kies MEER. 4. Kies BER(icht). Uw toestel zal contact opnemen met de persoon die heeft getracht u te bereiken. OF

Interactief met groot display: 1. Druk op MENU. 2. Kies INTERNMENU. 3. Kies BER.ANTW. Uw toestel zal contact opnemen met de persoon die heeft getracht u te bereiken. De MW-lampjes zullen pas uitgaan als beide toestellen met elkaar in gesprek zijn geweest of als u de boodschapindicatie annuleert.

4.1.3 Annuleren U moet de opgeroepen persoon niet meer spreken en wilt het MW-lampje deactiveren. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets de code 873. 3. Leg de hoorn neer.

OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies ANN(uleren). Kies BER(icht). Kies de gewenste optie: ALL om gezonden en ontvangen berichten te wissen; ZEND om alle gezonden berichten te wissen; ONTV. om alle ontvangen berichten te wissen.

OF


Druk op MENU. Kies WIS-MENU. Kies WACHTBERICHT WISSEN.

25

FUNCTIES 4.

Kies de gewenste optie: WIS BEIDE om gezonden en ontvangen berichten te wissen; WIS VERZONDEN om alle gezonden berichten te wissen; WIS ONTVANGEN om alle ontvangen berichten te wissen.

4.2 Oproepdoorschakeling 4.2.1 Omleiden instellen op uw eigen toestel Deze functie biedt u de mogelijkheid al uw oproepen naar een ander toestel om te leiden. Dit kan ingesteld worden voor alle binnenkomende oproepen, indien u in gesprek bent en/of indien u de telefoon niet beantwoordt. Intern

1. 2.

3. 4. 5.

Neem de hoorn op. Kies de gewenste volgcode: 848 altijd; 842 beide toestellen gaan bellen, als één toestel bezet is, rinkelt het andere; 843 indien bezet; 844 tandem (beide toestellen gaan bellen, maar als één van beide toestellen bezet is, rinkelt het andere ook niet en hoort de persoon die tracht u te bereiken de bezettoon), deze functie is nuttig als u bij voorbeeld uw vast toestel wilt koppelen aan uw draadloos toestel; 845 bij geen antwoord. Toets 1 voor inschakelen. Kies het toestelnummer waarnaar de oproepen moeten worden doorgeschakeld. Leg de hoorn neer.

Volgcode

Toestelnr.

Extern

U kunt binnenkomende oproepen ook doorschakelen naar een extern nummer, maar dat nummer moet dan wel geprogrammeerd zijn in de algemene lijst van verkorte nummers (zie 2.3.3 Verkort kiezen (geheugennummers)). 1. Neem de hoorn op. 2. Kies de volgcode 848. 3. Toets 1 voor inschakelen. 4. Toets de code 813 (simulatie van de DC-toets). 5. Kies de geheugenplaats waar uw extern nummer onder geprogrammeerd staat. 6. Leg de hoorn neer.

Volgcode

26

Geheugenpl.

Copyright

FUNCTIES OF


5.

6. 7.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies OML. Kies de gewenste optie: OML om alle oproepen door te schakelen; MEEB om een ander toestel gelijktijdig te laten meebellen; BEZET om door te schakelen indien u in gesprek bent; MEER voor een andere keuze; gANT om door te schakelen indien de oproep niet direct beantwoord wordt; OML of VOLG om een oproep die bestemd is voor een ander toestel toe te halen naar uw toestel. Kies ACT. Geef het intern nummer waarnaar de oproepen moeten worden doorgeschakeld of selecteer het gewenste buitenlijnnummer uit de algemene lijst van verkorte nummers. U kunt binnenkomende oproepen alleen doorschakelen naar een extern nummer als dat nummer geprogrammeerd is in de algemene lijst van verkorte nummers. Toets de code 813 gevolgd door de 3-cijferige geheugenplaats, waaronder u nu het nummer programmeert waarnaar uw oproep moet worden doorgeschakeld.

OF


5. 6.

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies OMLEIDING of DOORSCH. Kies de gewenste optie: OMLEIDING om alle oproepen door te schakelen; MEEBELLEN om een ander toestel gelijktijdig te laten meebellen; BEZET om door te schakelen indien u in gesprek bent; NA TIJD om door te schakelen indien de oproep niet direct beantwoord wordt; VOLGSTAND om een oproep die bestemd is voor een ander toestel toe te halen naar uw toestel. Kies INSTELLEN. Geef het intern nummer waarnaar de oproepen moeten worden doorgeschakeld of selecteer het gewenste buitenlijnnummer uit de algemene lijst van verkorte nummers. U kunt binnenkomende oproepen alleen doorschakelen naar een extern nummer als dat nummer geprogrammeerd is in de algemene lijst van verkorte nummers. Toets de code 813 gevolgd door de 3-cijferige geheugenplaats,

27

FUNCTIES waaronder u nu het nummer programmeert waarnaar uw oproep moet worden doorgeschakeld.

4.2.2 Omleiding opheffen 1. 2.

3. 4.

Neem de hoorn op. Kies de gewenste optie: 848 altijd; 842 beide toestellen gaan bellen; 843 indien bezet; 844 tandem; 845 bij geen antwoord. Toets 0 voor uitschakelen. Leg de hoorn neer.

Volgcode

OF


5.

6.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies OML. Kies de gewenste optie: OML om alle oproepen door te schakelen; MEEB om een ander toestel gelijktijdig te laten meebellen; BEZET om door te schakelen indien u in gesprek bent; MEER voor een andere keuze; gANT om door te schakelen indien de oproep niet direct beantwoord wordt; OMLof VOLGom een oproep die bestemd is voor een ander toestel toe te halen naar uw toestel. Kies ANN(uleren).

OF


28

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies OMLEIDING of DOORSCH. Kies de gewenste optie: OMLEIDING om alle oproepen door te schakelen; MEEBELLEN om een ander toestel gelijktijdig te laten meebellen; BEZET om door te schakelen indien u in gesprek bent; NA TIJD om door te schakelen indien de oproep niet direct beantwoord wordt;

Copyright

FUNCTIES VOLGSTAND 5.

om een oproep die bestemd is voor een ander toestel toe te halen naar uw toestel.

Kies ANNULEREN.

4.2.3 Volgstand (Follow-me) instellen op een ander toestel U bevindt zich op een andere plaats dan normaal en u wilt dat alle oproepen die binnenkomen op uw toestel worden doorgeschakeld naar het toestel waar u zich nu bevindt. 1. Neem de hoorn op van het toestel waarnaar de oproepen doorgeschakeld moeten worden. 2. Toets de code 846. 3. Toets 1 voor inschakelen. 4. Toets het toestelnummer waar de oproepen niet meer terecht mogen komen. 5. Leg de hoorn neer.

Uw toestelnr.

OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies OML. Kies MEER. Kies OML of VOLG om oproepen over te nemen. Kies ACT. Geef het intern nummer waar de oproepen niet meer terecht mogen komen of selecteer het gewenste buitenlijnnummer uit de algemene lijst van verkorte nummers. U kunt binnenkomende oproepen alleen doorschakelen naar een extern nummer als dat nummer geprogrammeerd is in de algemene lijst van verkorte nummers. Toets de code 813 gevolgd door de 3-cijferige geheugenplaats, waaronder u nu het nummer programmeert waarnaar uw oproep moet worden doorgeschakeld.

OF

Interactief met groot display: 1. 2. 3. 4. 5. 6.

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies OMLEIDING of DOORSCH. Kies VOLGSTAND om oproepen over te nemen. Kies INSTELLEN. Geef het intern nummer waar de oproepen niet meer terecht mogen komen of selecteer het gewenste buitenlijnnummer uit de algemene lijst van verkorte nummers. 29

FUNCTIES U kunt binnenkomende oproepen alleen doorschakelen naar een extern nummer als dat nummer geprogrammeerd is in de algemene lijst van verkorte nummers. Toets de code 813 gevolgd door de 3-cijferige geheugenplaats, waaronder u nu het nummer programmeert waarnaar uw oproep moet worden doorgeschakeld.

4.3.4 Volgstand opheffen 1. 2. 3. 4. 5.

Neem de hoorn op van het toestel waar u zich normaal bevindt. Toets de code 846. Toets 0 voor uitschakelen. Toets het nummer van het toestel waar de volg-mij werd ingesteld, of 0 voor alle toestellen. Leg de hoorn neer.

Toestelnr.

of

OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies OML. Kies MEER. Kies OML of VOLG. Kies ANN(uleren).

OF


Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies OMLEIDING of DOORSCH. Kies VOLGSTAND. Kies ANNULEREN.

4.3 Niet Storen (DND) U wilt in bepaalde gevallen liever niet gestoord worden. (Do Not Disturb) 1. Druk op de DND-toets. 2. Druk op de gewenste optie: 0: opheffen; 1: alleen externe oproepen worden niet doorgelaten; 2: alleen interne oproepen worden niet doorgelaten; 3: geen enkele oproep wordt doorgelaten; 4: alleen omgeleide oproepen worden niet doorgelaten.

30

Copyright

FUNCTIES 3.

Leg de hoorn neer.

DND-optie

Het lampje in de DND-toets wordt geactiveerd. Wilt u deze functie opheffen, druk dan nogmaals op DND gevold door 0. OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies DND. Kies ACT om te activeren. Kies de gewenste optie: EXT om buitenlijnen te blokkeren; INT om binnenlijnen te blokkeren; ALLES om interne en externe binnenkomende oproepen te blokkeren; OML om omgeleide oproepen te blokkeren. Om deze functie te annuleren herhaalt u de stappen 1-3 en kiest u vervolgens ANN. OF


Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies NIET STOREN. Kies INSTELLEN om te activeren. Kies de gewenste optie: NIET STOREN EXTERN om buitenlijnen te blokkeren; NIET STOREN INTERN om binnenlijnen te blokkeren; NIET STOREN BEIDE om interne en externe binnenkomende oproepen te blokkeren; NIET STOREN OMLEID. om omgeleide oproepen te blokkeren. Om deze functie te annuleren herhaalt u de stappen 1-3 en kiest u vervolgens ANNULEREN.

4.4 Omroep 4.4.1 Interne omroep Deze functie biedt de mogelijkheid een gesproken bericht uit te sturen naar een bepaalde groep van digitale toestellen. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets de omroepcode 801. 3. Kies de gewenste omroepzone (01-32 voor centrale 288, 01-08 voor centrale 32i, 0 voor een omroep op alle toestellen). 31

FUNCTIES 4. 5.

Uw stem klinkt over de digitale toestellen in die groep. Wacht eventueel tot de omroep beantwoord wordt.

Omroepzone

OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies INT. Kies iOMR. Geef de gewenste omroepzone.

OF


Druk op MENU. Kies INTERNMENU. Kies INT.OMR. Kies de gewenste omroepzone.

4.4.2 Een interne omroep beantwoorden 1. 2. 3.

Neem de hoorn op van een willekeurig toestel. Toets de code ✱ 0. U bent in verbinding met de omroeper.

OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies INT. Kies MEER. Kies OVN. Kies GRP. Geef de gewenste omroepzone.

OF


32

Druk op MENU. Kies INTERNMENU. Kies GRP.OVERN.

Copyright

FUNCTIES

4.4.3 Externe omroep Deze functie biedt de mogelijkheid een gesproken bericht uit te sturen via de externe luidsprekers. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets de omroepcode 803. 3. Kies de gewenste omroepzone (1-8). 4. Uw stem klinkt over alle aangesloten luidsprekers. 5. Wacht eventueel tot de omroep beantwoord wordt.

Omroepzone

OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies INT. Kies eOMR. Kies de gewenste omroepzone (1-8) of 0 voor alle toestellen.

OF


Druk op MENU. Kies INTERNMENU. Kies EXT.OMR. Kies de gewenste omroepzone (1-8) of 0 voor alle toestellen.

4.4.4 Een externe omroep beantwoorden 1. 2. 3.

Neem de hoorn op van een willekeurig toestel. Toets de code ✱ ✱. U bent in verbinding met de omroeper.

OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies INT. Kies MEER. Kies OVN. Kies OMR. Kies de gewenste omroepzone (1-8) of 0 voor alle toestellen.

33

FUNCTIES OF


Druk op MENU. Kies INTERNMENU. Kies OMR.OVERN. Kies de gewenste omroepzone (1-8) of 0 voor alle toestellen.

4.5 Conferentie U bent in gesprek met een interne of externe lijn en u wilt uw collega laten deelnemen aan dit gesprek. 1. Druk op HOLD om uw gesprekspartner in wacht te zetten. 2. Toets de conferentiecode 826. 3. U hoort de kiestoon. 4. Toets het nummer van uw collega of een extern nummer. 5. Wacht tot uw collega de telefoon beantwoordt. 6. Kondig de conferentie aan en druk op HOLD om uw collega in wacht te zetten. 7. Druk nogmaals op HOLD om de conferentie te starten. 8. Om een volgende persoon in de conferentie te betrekken, herhaalt u de stappen 4 tot 7. Een conferentiegesprek kan maximaal worden opgebouwd tussen 4 partijen (voor 32i centrale) of 8 partijen (voor 288 centrale).* 9. Als u zich wilt terugtrekken uit een externe conferentie, drukt u op de TRF-toets. De overige partijen blijven in gesprek. 10. Wilt u terug deelnemen aan de conferentie, dan drukt u op een van de groengekleurde lijntoetsen.

Toestelnr.


OF

Interactief met klein display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.

34

Druk tijdens een intern of extern gesprek op een willekeurige softkey. Kies CONF. Toets het intern nummer of neem een buitenlijn en kies het gewenste extern nummer. Wacht tot de opgeroepene de telefoon beantwoordt. Kondig de conferentie aan en druk op HOLD. Om een volgende persoon in de conferentie te betrekken, herhaalt u de stappen 3-5. Druk op HOLD om het conferentiegesprek te starten. Een conferentiegesprek kan maximaal worden opgebouwd tussen 4 partijen Copyright

FUNCTIES 8. 9.

(voor 32i centrale) of 8 partijen (voor 288 centrale).* Als u zich wilt terugtrekken uit een externe conferentie, drukt u op de TRF-toets. De overige partijen blijven in gesprek. Wilt u terug deelnemen aan de conferentie, dan drukt u op een van de groengekleurde lijntoetsen.

OF


6. 7.

Kies tijdens een intern gesprek CONFER. Tijdens een extern gesprek kiest u eerst MENU en dan CONFER. Toets het gewenste intern of extern nummer. Wacht tot de opgeroepene de telefoon beantwoordt. Kies tijdens een intern gesprek ACTIVEREN. Tijdens een extern gesprek kiest u eerst MENU en dan ACTIVEREN. Kies START CONFERENTIE of herhaal van stap 2 tot 5 indien u nog meer partijen aan de conferentie wilt laten deelnemen. Een conferentiegesprek kan maximaal worden opgebouwd tussen 4 partijen (voor 32i centrale) of 8 partijen (voor 288 centrale).* Als u zich wilt terugtrekken uit een externe conferentie, drukt u op de TRF-toets. De overige partijen blijven in gesprek. Wilt u terug deelnemen aan de conferentie, dan drukt u op een van de groengekleurde lijntoetsen.

Opmerking: Als u een wachtherinnering krijgt, wordt de conferentie automatisch uitgeschakeld. De wachttijd is afhankelijk van de programmatie en is instelbaar. Raadpleeg hiervoor de systeemverantwoordelijke van uw bedrijf.

4.6 Tekstberichten 4.6.1 Standaard tekstberichten instellen Met deze functie kan men een aantal standaard tekstberichten instellen. Wanneer uw toestel wordt opgebeld door een displaytoestel, krijgt de opbeller het door u ingestelde bericht op zijn display. 1. Druk op SPK. 2. Toets de code 836. 3. Toets het nummer van het bericht of blader door de berichtjes met de volumetoetsen: 01 In bespreking tot ... gevolgd door het uur (twee-cijferig) en de minuten (twee-cijferig); 02 Weg tot ... gevolgd door het uur (twee-cijferig) en de minuten (twee-cijferig); 03 Afwezig bel nummer ... gevolgd door het telefoonnummer; 04 Bel mij op nummer ... gevolgd door het telefoonnummer; 05 Bezet bel vanaf ... gevolgd door het uur (twee-cijferig) en de minuten (twee-cijferig); 35

FUNCTIES 06

4.

Gaan lunchen tot ...

07 Op zakenreis tot ... 08 Op zakenreis bel nr. ... 09 Afwezig voor de dag 10 Met vankantie tot ... Druk terug op SPK.

Berichtcode

gevolgd door het uur (twee-cijferig) en de minuten (twee-cijferig); gevolgd door de datum (zes-cijferig); gevolgd door het telefoonnummer; gevolgd door de datum (zes-cijferig).

Cijfers

OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies TEKST. Geef het nummer van het gewenste bericht (01-20) of blader door de berichtjes met de volumetoetsen. Druk op HOLD om te bevestigen.

OF

Interactief met groot display: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.

Druk MENU. Kies PRG/BEW. Kies TEKSTBOODSCHAP. Geef het nummer van het gewenste bericht (01-20). Nadat u het nummer heeft ingegeven, kunt u de berichtjes doorbladeren met de volumetoetsen. Kies BEWAREN. Als u tijd, datum of nummers moet ingeven, kunt u de cursor verplaatsen met CURSOR L en CURSOR R. Geef de gewenste cijfers. Kies ACTIVEREN.

4.6.2 Tekstberichten verwijderen Deze functie verwijdert de door u ingestelde tekstberichten. 1. Druk op SPK. 2. Toets de code 836. 3. Druk terug op SPK.

36

Copyright

FUNCTIES OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies TEKST. Druk op CLEAR.

OF


Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies TEKSTBOODSCHAP. Kies WISSEN.

4.7 Achtergrondmuziek Indien uw centrale werd aangesloten op een muziekbron is het mogelijk via de luidsprekers van de telefoontoestellen achtergrondmuziek te beluisteren. Deze achtergrondmuziek wordt uitgeschakeld zodra een oproep binnenkomt en schakelt automatisch weer in wanneer u dit gesprek beëindigt. Aanzetten

1. 2. 3.

Druk op SPK. Toets code 825. Druk op SPK.

Uitzetten

1. 2. 3.

Druk op SPK. Toets code 825. Druk op SPK.

Opmerking: Deze functie is niet aanwezig op de centrale 16i.

37

5. INSTELLINGEN

5.1 Toestel personaliseren U kunt de naam van uw toestel (displaytoestellen) zelf instellen. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets de code 800. 3. Selecteer de gewenste letter (zie 1. Beschrijving) door één of meerdere malen op de overeenstemmende geheugentoets te drukken. (Op de toestellen met groot display worden deze letters niet altijd gevisualiseerd.)

4. 5. 6. 7.

Druk op CHECK om te bewaren. Herhaal deze laatste twee stappen tot uw naam volledig is ingevoerd. Druk op HOLD. Leg de hoorn neer.

5.2 Datum en tijd instellen U kunt de datum en de tijd van het systeem wijzigen. 1. Neem de hoorn op. 2. Toets de code 828. 3. Toets de toegangscode 0000. 4. Toets de datum (JJ MM DD). 5. Kies het nummer van de dag: 0 = zondag 1 = maandag 2 = dinsdag 3 = woensdag 4 = donderdag 5 = vrijdag 6 = zaterdag 6. Toets het uur (UU:MM, 24-uren klok). 7. U hoort de bevestigingstoon. 8. Leg de hoorn neer.

jj-mm-dd dag uu:mm Opmerking: Deze functie is enkel te gebruiken door de systeembeheerder of op een hiervoor bepaald toestel.

38

Copyright

INSTELLINGEN

5.3 Taal instellen U kunt de taal van het systeem wijzigen. 1. Druk op SPK. 2. Toets de code 778. 3. Kies het nummer van de gewenste taal: 0 = Engels 1 = Duits 2 = Frans 3 = Italiaans 4 = Spaans 5 = Nederlands 6 = Portugees 7 = Noors 8 = Deens 9 = Chinees (fonetisch) 4. Druk op SPK.

Cijfers

5.4 Alarmfunctie U kunt uw toestel op een vooraf geprogrammeerd tijdstip laten bellen (bv. om u aan een afspraak te herinneren). Instellen

1. 2. 3.

4. 5.

Neem de hoorn op. Toets code 827. Kies de gewenste alarmoptie: 1 = éénmalig; 2 = dagelijks terugkerend. Toets de tijdsaanduiding in 4 cijfers (UU:MM, 24-urenaanduiding). Leg de hoon neer.

of

uu:mm

Op het door u ingestelde tijdstip (zoals hierboven beschreven) zal een alarmsignaal u waarschuwen.

39

INSTELLINGEN OF


5.

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies ALM. Kies de gewenste alarmoptie: ALM1 eenmalig; ALM2 dagelijks terugkerend. Geef de tijd in 4 cijfers (UU:MM, 24-urenaanduiding). De naam van uw toestel verandert in ALARM1 of ALARM2, afhankelijk van de gekozen optie.

OF


5.

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies ALARM. Kies de gewenste alarmoptie: ALARM1 eenmalig; ALARM2 dagelijks terugkerend. Geef de tijd in 4 cijfers (UU:MM, 24-urenaanduiding). De naam van uw toestel verandert in ALARM1 of ALARM2, afhankelijk van de gekozen optie.

Opheffen

1. 2. 3. 4. 5.

Neem de hoorn op. Toets code 827. Toets de reeds ingestelde alarmoptie. Toets 9999 voor annuleren. Leg de hoorn neer.

of OF


5.

40

Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies ALM. Kies de gewenste alarmoptie: ALM1 eenmalig; ALM2 dagelijks terugkerend. Toets 9999 voor annuleren.

Copyright

INSTELLINGEN OF


5.

Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies ALARM. Kies de gewenste alarmoptie: ALARM1 eenmalig; ALARM2 dagelijks terugkerend. Toets 9999 voor annuleren.

5.5 Oproepsignaal instellen U kunt het type oproepsignaal instellen per gesprekskanaal.

5.5.1 Beloproep op het eerste gesprekskanaal 1. 2. 3.


Uw toestel zal alle oproepen met een belsignaal aankondigen.

5.5.2 Stemoproep op het eerste gesprekskanaal 1. 2. 3.


Uw toestel zal alle oproepen met een stemoproep aankondigen.

5.5.3 Beloproep op het tweede gesprekskanaal 1. 2. 3.


Uw toestel zal alle oproepen met een belsignaal aankondigen.

41

INSTELLINGEN

5.5.4 Stemoproep op het tweede gesprekskanaal 1. 2. 3.


Uw toestel zal alle oproepen met een stemoproep aankondigen. OF


Druk op een willekeurige softkey. Kies PRG. Kies MEER. Kies INT of OPR. Kies de gewenste optie: SIG Belsignaal voor alle oproepen op het 1ste kanaal; STEM Stem door de luidspreker van uw toestel voor alle oproepen op het 1ste kanaal; 2eSi Belsignaal voor alle oproepen op het 2de kanaal; 2eSt Stem door de luidspreker van uw toestel voor alle oproepen op het 2de kanaal. Standaard is het toestel ingesteld op SIG en 2eSi.

OF


Druk op MENU. Kies PRG/BEW. Kies OPROEP INSTELLEN. Kies de gewenste optie: BELSIGNAAL

Belsignaal voor alle oproepen op het 1ste kanaal; STEMOPROEP Stem door de luidspreker van uw toestel voor alle oproepen op het 1ste kanaal; BELSIGNAAL 2e OPROEP Belsignaal voor alle oproepen op het 2de kanaal; STEMOPROEP 2e OPROEP Stem door de luidspreker van uw toestel voor alle oproepen op het 2de kanaal. Standaard is het toestel ingesteld op BELSIGNAAL en BELSIGNAAL 2e OPROEP.

42

Copyright

INSTELLINGEN

5.6 Beltonen U kunt de interne en externe belsignalen controleren en wijzigen.

5.6.1 De interne en externe beltonen controleren 1. 2. 3.

4.

5.

Druk op SPK. Toets de code 811. Kies het gewenste lijntype: 1 = intern; 2 = extern. Kies het gewenste belvolume: 1 = luid; 2 = midden; 3 = stil. Druk op SPK.

of

of

of

5.6.2 De interne en externe beltonen programmeren 1. 2. 3.

4.

5.

Druk op SPK. Toets de code 820. Kies het gewenste lijntype: 1 = intern; 2 = extern. Kies het gewenste belvolume. 1 = luid; 2 = midden; 3 = stil. Druk op SPK.

of

of

of

43

6 OVERZICHT INTERACTIEVE FUNCTIES

6.1 Klein display MENU Druk op een willekeurige toets

INT Intern menu

eOMR Externe omroep

ZONE

iOMR Interne omroep

ZONE

BEWaren Tijdelijk nummer bewaren OVN Overname

DIR OMR GRP

BER Bericht PRG Programmeer/ Bewaarmenu

ALM Alarm

ALM1 Eenmalig alarm ALM2 Dagelijks alarm

OML Doorschakelen

OML Alle oproepen omleiden

ACTiveren ANNuleren

MEEB Meebellen BEZET Indien bezet gANT Geen antwoord OML of VOLG Van ander toestel naar uw toestel DND Niet storen

ACTiveren ANNuleren

EXT Buitenlijn INT Binnenlijn ALLES Buiten- & binnenlijnen OML Doorschakelen

INT of OPR Oproep instellen

SIG Signaaloproep 1ste kanaal STEM Stemoproep 1ste kanaal 2eSi Signaaloproep 2de kanaal 2eSt Stemoproep 2de kanaal

TEKST Tekstbericht

HOLD: Bewaren CLEAR: Wissen

VKN Verkorte nummers

aVKN Algemene nummers

FUNC Visualisatietoetsen

gVKN Groepsnummers

VKT Verkortkiestoets ANN Wismenu

AANS Wis aanschuiven

ALL Wis alle oproepen INT Wis interne oproepen LIJN Wis externe oproepen

BER Wis wachtberichten

ALL Wis alle berichten ZEND Wis verzonden berichten

HERK Herkiezen ALF Alfanumeriek

ONTV Wis ontvangen berichten

VKNa Verkortnummering algemeen VKNg Verkortnummering groep TST Toestellen

44

Copyright

OVERZICHT INTERACTIEVE FUNCTIES

6.2 Groot display MENU

INTERN MENU

GROEPOPRoep

GROEP 01 ZONE

EXT.OMR. Externe omroep

ALLE GROEP 1

INT.OMR. Interne omroep

GROEP 01

NUMMER BEW POSTBUS DIR OVERN OMR. OVERN GRP. OVERN BER.ANTW PRG/BEW Programmeer /Bewaarmenu

ALARM

ALARM1 Eenmalig alarm ALARM2 Dagelijks alarm

OMLEIDING of DOORSCH.

OMLEIDING

INSTELLEN ANNULEREN

MEEBELLEN BEZET NA TIJD VOLGSTAND NIET STOREN

INSTELLEN ANNULEREN

NIET STOREN EXTERN NIET STOREN INTERN NIET STOREN BEIDE NIET STOREN OMLEID.

OPROEP INSTELLEN

BELSIGNAAL Signaaloproep 1ste kanaal STEMOPROEP Stemoproep 1ste kanaal BELSIGNAAL 2e OPR Signaaloproep 2de kanaal STEMOPROEP 2e OPR Stemoproep 2de kanaal

TEKSTBOODSCHAP

BEWAREN WISSEN

VKN PROG Verkorte nummers FUNC.TOETS Visualisatietoetsen

VKN: ALGEMEEN VKN: GROEP

VK TOETS Verkortkiestoets WIS-MENU

AANSCHUIVEN WISSEN

WIS AANSCH. BEIDE WIS AANSCH. INTERN WIS AANSCH. EXTERN

WACHTBERICHT WISSEN

WIS BEIDE WIS VERZONDEN WIS ONTVANGEN

AUTO. HERKIEZEN WIS VKN: ALGEMEEN MENU VKN: GROEPMENU OVERZICHT

VKN: ALGEMEEN VKN: GROEP TOESTELLEN

45

7. OVERZICHT CONSOLE Voor uitgebreidere telefoonnetwerken is er een optionele console voor visualisatie van de werking van het systeem verkrijgbaar, die aan het toestel wordt bevestigd.

Blokjes 1-100 Grijze blokjes

46

Te selecteren Opties die u kunt selecteren

Copyright

OVERZICHT CONSOLE Verklaring van de toetsen 1-100 100 geheugentoetsen. Indien het lampje van de toets > 100 brandt, zijn de eerste honderd toestellen geselecteerd (centrales 32i en 288). Als het lampje van de toets > 200 brandt bij de centrale 288, zijn de tweede honderd toestellen geselecteerd voor de centrale 32i visualiseren deze toetsen de buitenlijnen. Off duty Wordt gebruikt bij afwezigheid. Alle binnenkomende oproepen worden doorgeschakeld naar een ander toestel met een DSS-console. Indien er geen ander toestel aanwezig is met een DSS-console, heeft deze toets geen functie. Night Nachtstand inschakelen. Day Dagstand inschakelen. Pause Pauzestand inschakelen. Midnight Middernachtstand inschakelen. Ext Page Indien deze knop geactiveerd wordt, geven de toetsen 1-8 de externe omroepgroepen weer. Om een omroep te doen, drukt u op de knop van de gewenste groep. Int Page Indien deze knop geactiveerd wordt, geven de toetsen 1-32 de interne omroepgroepen weer. Om een omroep te doen, drukt u op de knop van de gewenste groep. Doorph Indien deze knop geactiveerd wordt, geven de toetsen 1-8 de deurtelefoons weer. U kunt de deurtelefoon oproepen door op één van deze toetsen te drukken. > 100 De toetsen 1-100 visualiseren de eerste honderd toestellen van het systeem. > 200 De toetsen 1-100 visualiseren de tweede honderd toestellen van het systeem.

47

8. CODES

8.1 Één-digit codes: Tijdens bezet of onbeantwoorde oproep # ✱ 0 1 2 3 4

Volgende toestel kiezen in een toestelgroep Bezet toestel of lijn laten terugbellen Boodschappen-indicatielampje activeren Omschakelen tussen bel- en stemoproep 2de gesprekskanaal op het toestel activeren Toestelblokkering doorbreken Alle toestellen laten bellen in een groep

8.2 Twee-digit codes: Overnamecodes #0 ## ✱0 ✱✱

48

Oproep overnemen in eigen groep Oproep overnemen in een andere groep Reageren op een interne omroep (via de toestelluidsprekers) Reageren op een externe omroep

Copyright

CODES

8.3 Gebruiks- en programmeercodes Functie

Gebruiks- Program- Optie code meercode*

1ste kanaal: beloproep 1ste kanaal: stemoproep 2de kanaal activeren 2de kanaal: beloproep 2de kanaal: stemoproep Accountcode invoeren ACD beluisteren ACD buiten dienst zetten voor analoog toestel ACD gespreksopname ACD groepsuitsluiting (departement of ACD-groep) ACD in dienst zetten voor analoog toestel ACD inkiestoegangscode ACD Login/Logout ACD noodoproep ACD pauzevraag ACD start/stop ACD tijdelijk uit dienst ACD uitbreiding ACD uitloggen voor analoog toestel ACD wachtstand ACD-opname met een analoog toestel ACD-werktijd instellen voor analoog toestel ACD-werktijd wissen voor analoog toestel Achtergrondmuziek aan-/uitzetten Alarm instellen (9999 voor annuleren) Alarmboodschap wissen Analoog toestel laten terugbellen voor test Bel- en stemoproep omwisslen Beltonen controleren op een digitaal toestel Beltonen intern en extern instellen Bewaard nummer kiezen Bewaard nummer wissen Blokkeren toestel Blokkering doorbreken op een toestel Boodschapindicatie algemeen annuleren Boodschapindicatie beantwoorden Boodschapindicatie sturen naar een toestel Boodschapindicatie wissen naar een bepaald toestel Buitenlijn geforceerd verbreken Buitenlijn nemen Buitenlijn verbreken voor analoge toestellen Buitenlijngroep oproepen Buitenlijnpoort buiten dienst zetten Buzzertoetsen instellen Communicatiepoort automatisch laten antwoorden Communicatiepoort op toestel initialiseren Communicatieverbinding (data) verbreken op toestel Conferentie opbouwen Conferentie zoekomroep ter deelname Confirmatietonen aan-/uitzetten Dataverbinding opbouwen Dataverbinding privé maken Deurtelefoon oproepen

823 821 809 of 2 893 892 891 758 750 759 860 839

1018

1051 1074 1047

1-0

1046 1048 1053 1050 1049 1066

755 1052 760 756 757 825 827 840 899 812 of 1 811 820 815 885 700 875 873 841 726 871 724 805 806 804 745

1-2 + uur

1-2 + 1-2-3 1-2 + 1-2-3 1014 pasw. pasw 1023 toestelnr +tslnr 805 + lijnnr 001-128 1012 1031

883 880 884 826

001-128 001-128 toestel

1016 1017

Tslnr + 2 x hold

1029 1030

1 + nr

824

802

1-8

49

CODES Functie


Doorkiezing naar een extern nummer Doorschakeling deurparlofoon DSS-toetsen (visualisatie collega’s intercom) Geheugentoetsen gebruiken (enkel voor DSLT) Gemiste oproepen nakijken Gerouteerde lijn beantwoorden Groepsoproep alle toestellen in de groep bellen Groepsoproep doorstappen naar volgend toestel (Step Call) Herhalen laatst gekozen nummer Hoofdtelefoon aan/uit (Hotel) Check-in (Hotel) Check-out (Hotel) Kamer gereinigd activeren op de kamer (Hotel) Kamer gereinigd activeren vanop een ander toestel (Hotel) Kamer toestand afdrukken (Hotel) Niet storen activeren op de kamer (Hotel) Niet storen instellen op een ander toestel (receptie) (Hotel) Niet storen wissen op de kamer (Hotel) Niet storen wissen op een ander toestel (receptie) (Hotel) Toestel isoleren (kamer naar kamer) (Hotel) Toestelisolatie wissen (Hotel) Toestelklasse veranderen (Hotel) Wekdienst instellen op een ander toestel (receptie) (Hotel) Wekdienst instellen op een kamer (Hotel) Wekdienst wissen op de kamer (Hotel) Wekdienst wissen op een ander toestel (receptie) Inbreken in een gesprek Kamerbewaking functie instellen (babyfoon) Klok instellen Kostprijs van alle toestellen Laatst gekozen nummer wissen Lijntoegang i.p.v. „0" Microfoon van hoorn uitschakelen Modem uitgaand kiezen Modus Dag Modus Middernacht Modus Nacht Modus Pauze Naam toestel programmeren Niet storen doorbreken (Bypass Call) Niet storen Omleiden altijd Omleiden beide toestellen bellen Omleiden bij bezet Omleiden bij geen antwoord Omleiden tandembellen Omroep (intern) van een specifieke groep beantwoorden Omroep extern algemeen Omroep extern per groep Omroep intern algemeen Omroep intern binnen eigen groep beantwoorden Omroep intern per groep Omroepzone intern en extern samen Onderscheppen van oproep naar directeur Oproepergegevens wijzigen of toevoegen

848 822

50

1055

813 pos.VKN

1058 761 748 872 780 808 of # 816 834 738 739 740 741 742 727 729 728 730 735 736 737 733 731 732 734 810 of 5 770 828 771 876

1085

1021 1028 toestelnr toestelnr toestelnr 0-5 toestelnr toestelnr toestelnr toestelnr tstlnr + 1-15 tijd +tstelnr tijd toestelnr 1019 1025

1011 1026 817 818 818 818 818 800 807 847 848 842 843 845 844 864 803 803 801 801 751 747

1039 1041 1040 1042

000 0 000 2 000 1 000 3

1022 1055 1000 1002 1003

1004 1005 1006 1010 1006

1,2,3,4 of 0 1, tslnr 1, tslnr 1, tslnr 1, tslnr 1-32 0 1-8 0 01-32 0 of 1-8

1032 1084

Copyright

CODES Functie


Oproepergegevens zoeken of opslaan Overname oproep van een ander toestel Overname oproep van een andere groep Overname oproep van eigen groep Overname van een specifieke groep Overnemen interne oproep in eigen groep Parkeren van een lijn op uw eigen toestel PC DCI koppeling Persoonlijke code ingeven Programmeren functietoetsen Programmeren geheugentoetsen Programmeren van de 2de laag geheugentoetsen Resetten van bepaalde toestelinstellingen Seriegesprek opbouwen Taalkeuze Tekstberichten instellen/wissen Terugbellen bij bezet inschakelen Terugbellen bij bezet uitschakelen Toestelblokkering tijdelijk opheffen Toestellen blokkeren vanop een toestel (VAU) Algemene boodschap beluisteren (VAU) Algemene boodschap opnemen, beluisteren en wissen (VAU) Boodschappen opnemen, wissen en weergeven (VAU) Doorschakelen met gepersonaliseerde aankondiging

746 715

(VAU) DUD/DISA (nakiezing) nummer achterlaten (VAU) DUD/DISA achtergelaten nummer controleren+ bellen Verkortnummers algemeen kiezen Verkortnummers algemeen programmeren Verkortnummers groep kiezen Verkortnummers groep programmeren Virtuele toesteltoets maken Voicemail automatische telefoniste Voicemail begeleiding inspreken Voicemail bericht overslaan Voicemail bericht weergeven Voicemail bericht wissen Voicemail boodschapindicatie Voicemail direct versturen Voicemail gespreksopname conversatie (externe voicemail) Voicemail gespreksopname Voicemail herprogrammeren Voicemail meeluisteren Mailbox (antwoordapparaat emulatie) Voicemail opname toevoegen Voicemail pauze Voicemail postbus raadplegen Voicemail toegang tot postbus (extern systeem) Volgstand instellen Wachstand specifieke lijn overnemen Wachtlijn beantwoorden (aankloptoon) Wachtmuziek veranderen Wachtstand buitenlijn in groepswacht zetten Wachtstand buitenlijn parkeren Wachtstand buitenlijn uit de groepswacht halen Wachtstand buitenlijn van de parking halen

868 856 773

1073 toestelnr 1008 1007 1009

01-32

1045 752 851 855 852 720

1034 1035

778 836 850 870 763 701 711 712 716 713 714 743 813 853 814 854

1027 1020 1020

01-20

1234 + toestelnr. 7-5-3 7-5-3 + 01-16 tstlnr + 1-2-3-4 + 1-2-3

1037

000-999

1038

00 - …

1036 1071 835 1069 1068 1067 1059 1070 1060 1061 1065 725

1-2-0 1063 1062 1064

717 846 772 894 881 832 831 862 861

1001

1, tslnr lijnpoort FLASH of R pasw + 1-2

1033

01-32

1033

1-32

51

CODES Functie


Wachtstand exclusief Wachtstand exclusief voor een analoog toestel beantwoorden Wachtstand exclusief voor een analoog toestel Wachtstand gemeenschappelijk

1044 859 849 1043

FLASH of R Hold

* Zie 3.1 Visualisatietoetsen programmeren Cursief gedrukte functies zijn optioneel en enkel mogelijk door uitbreiding van uw centrale met hardware of aanpassingen in de software. Voorbeeld:

Een tekstbericht onder een functietoets programmeren

Gebruikscode

52

Programmeercode Optiecode

Versie 01.2000

GEBRUIKSAANWIJZING. Digitaal telefoontoestel

Recommend Documents