Gebruikershandleiding
el
Entice 3
Lees instructies voor gebruik
Welkom ‘aan boord’ van uw nieuwe Entice scooter! Wij willen u graag danken voor de aankoop van deze kwaliteitsscooter die uw gevoel van vrijheid en uw mobiliteit zeker zal verhogen! De scooter is uitgerust met de modernste high-tech elektronica, een innovatief veersysteem en vele opties en accessoires voor de meest comfortabele manier van rijden. De veiligheid en prestaties zullen u blijven verbazen en u jaren van excellente mobiliteit en plezier bieden! Het is van belang dat u deze handleiding voor het gebruik van de Entice goed doorleest. De handleiding bevat belangrijke informatie over het gebruik en klein onderhoud van de Entice . Tevens wordt het veilig gebruik van de Entice uitgelegd. Deze handleiding kunt u het beste goed bewaren. Er staat informatie in die u later nog eens zult willen nalezen! De cursief gedrukte delen in deze handleiding zijn van extra belang bij het lezen. Ze verstrekken belangrijke informatie bij het veilig gebruiken van uw electroscooter. Het bedoelde gebruik van de Excel Entice is voor mensen van alle leeftijden, die moeilijkheden hebben met het lopen van grote afstanden of met een langere tijd lopen. De Entice is een scooter voor buitenshuis gebruik. De zithouding is op de gebruiker verstelbaar. De zithoogte van de stoel is tevens instelbaar op de onderbeenlengte. De zitting kan gedraaid worden en de armleuningen opgeklapt voor een gemakkelijke transfer. De maximumsnelheid van de Entice bedraagt circa 12 km/uur (standaard) en bij normaal gebruik bedraagt de actieradius tot 35 km (met accu’s van 50 Ah). De Entice kan belast worden met een gewicht tot circa 120 kg. De elektromotor wordt bestuurd door een besturingsunit met microprocessor. De elektronische rij instellingen kunnen binnen bepaalde grenzen op uw wensen worden afgestemd. Neem daarvoor contact op met uw dealer. LET OP! INDIVIDUELE AANPASSINGEN AAN DIT PRODUCT MOGEN ALLEEN GEDAAN WORDEN MET TOESTEMMING VAN DE LEVERANCIER. Uw scootmobiel is een voertuig wat ontwikkeld is volgens de richtlijn EN12184, en is ontworpen en bedoeld voor mensen ter compensatie van een handicap of mobiliteitsprobleem. Deze scootmobiel is dus een voertuig speciaal ontworpen voor gehandicapten en kan als dusdanig ook ingezet worden. Bij het WA verzekeren van de scooter dient u deze handleiding mee te nemen en uw verzekeraar een kopie te overhandigen van de CE verklaring zoals opgenomen is in deze handleiding op pagina 16. Doordat dit product aangemeld is bij de Inspecteur voor de Volksgezondheid en voldoet aan de Europese richtlijnen en het Besluit Medische hulpmiddelen, kunt u dit voertuig gebruiken op de openbare weg en zijn de uitzonderingen invalidenvoertuigen zoals beschreven in de wegenverkeerswet van toepassing.
Inhoud Introductie Algemene veiligheidsmaatregelen Hellingrijden Transport Vrijloop Electro magnetische compatibiliteit Zit fixatie gordel Aansprakelijkheid Het eerste gebruik De scooter leren kennen Bedieningsorganen De bedieningshendel (gashendel) Accu indicatie meter Bediening alarmlichten Bediening richtingaanwijzers Bediening claxon Bediening snelheidsregeling Statusindicator Laadcontact In- en uitstappen Rijden Hellingrijden Obstakels en drempels Remmen Accubeveiliging Vrijloop De zitting van de Entice Rugleuninghoek instellen Armleuningen instellen Hoofdsteun instellen (optie) Verwijderen van de zitting Stuurkolom instellen Handmatig voortbewegen van de Entice Foutmelding door ingeschakelde vrijloop Laden van de accu’s Acculader specificaties Openen accuruimte Stalling Bekleding Frame- en kunststofdelen Banden Overig onderhoud Vervangingsonderdelen Onderhoud frequenties Storingen Actieradius Standaard geprogrammeerde rijparameters Garantiebepalingen CE-conformiteit verklaring
1 2 2 3 3 3 4 4 4 5 10 10 10 11 11 11 11 11 12 12 12 13 13 14 14 14 15 15 16 16 16 16 17 17 17 18 19 19 19 19 19 19 20 20 21 21 22 22 23
Algemene veiligheidsmaatregelen De Entice is ontworpen voor veilig gebruik. Dat is op de scooter direct terug te vinden in onderstaande voorzieningen: • • • • •
Tijdens het opladen van de scooter kan niet elektrisch gereden worden Bij te hoge temperatuur van de motor en besturingsunit (Dynamic Rhino 110) zal de Entice op halve kracht gaan rijden Bij een ingeschakelde vrijloop kan niet elektrisch gereden worden Wanneer de bedieningshendel in neutraal stand staat kan de scooter niet geduwd worden Delen waartussen lichaamsdelen bekneld zouden kunnen raken zijn afgedekt
De Entice is bedoeld voor gebruik door één persoon. Het plaatsnemen van een tweede persoon is niet toegestaan. Het rijgedrag wordt hierdoor nadelig beïnvloed en de Entice kan hierdoor beschadigen. In de besturingsunit (Dynamic Rhino 110) is de functie ingebouwd die diepontlading van de accu’s voorkomt. De besturingsunit zorgt dan de snelheid aanzienlijk zal worden gereduceerd. Let u tijdens het rijden met de Entice en het uitvoeren van klein onderhoud erop dat er geen vingers van uzelf of omstanders bekneld kunnen raken in de ruimte tussen de bekapping en de wielen. Helling rijden Een veilige controle bij het op en afrijden van hellingen is het volgende: als de Entice de helling op kan rijden kan de helling ook met gereduceerde snelheid worden afgereden. Rijdt daarom altijd een steile helling eerst op. Zorg dat u de Entice niet te zwaar belast bij helling rijden. De Entice keren op een helling wordt sterk afgeraden. De scooter kan dan gemakkelijk omvallen. Rijdt nooit schuin van een trottoir of helling af; de scooter kan dan kantelen. Rijdt een trottoir of helling altijd met lage snelheid op. In gebieden waar voetgangers lopen wordt aangeraden de maximumsnelheid lager in te stellen in verband met uw veiligheid en die van anderen. Transport Het vervoeren van de Entice in een motorvoertuig is mogelijk door de scooter zo veel mogelijk te verkleinen. U demonteert in dat geval de stoel (zie pagina 15) en klapt de stuurkolom naar beneden. Controleer altijd of de scooter niet in de vrijloop staat en maak hem stevig vast aan de laadvloer. Tijdens transport van de Entice is het verstandig om niet in de scooter te blijven zitten. De scooter dient met twee personen te worden opgetild, een persoon aan de voorkant (aan de voorbumper) en een persoon aan de achterkant (aan de achterbumper). Voor eventuele gevolgen accepteert Van Os Medical B.V. geen enkele aansprakelijkheid. Vrijloop Bij inschakeling van de vrijloop zijn de remmen van de Entice niet ingeschakeld. Door de vrijloop hendel uit te schakelen worden de remmen weer in werking gesteld. Zie pagina 17 voor verdere uitleg over de vrijloop. Gebruik de vrijloop nooit wanneer u op een helling staat omdat de scooter dan uit zichzelf gaat rijden. Electro Magnetische Compatibiliteit Op het gebied van storingen van elektronische apparatuur op de Entice zijn in Europees verband een aantal eisen vastgesteld. De Entice voldoet aan deze eisen. In het uiterste geval kan de Entice nog enige hinder ondervinden van zeer krachtige zenders. Daardoor kunnen onverklaarbare storingen ontstaan. Bij deze storingen kunt u zich het beste tot uw dealer wenden. Bij het gebruik van zendapparatuur in de Entice adviseren wij u de scooter altijd uit te schakelen voordat u een apparaat in gebruik neemt. Onder zendapparatuur valt bijvoorbeeld een mobiele telefoon, een mobilofoon of een 27 MC zender. De Entice zendt zelf ook elektrische golven uit. Deze liggen binnen de geldende normen. Er kunnen echter onbedoelde gebeurtenissen plaatsvinden, zoals bijvoorbeeld een winkelalarm wat afgaat.
Zit fixatie gordel (optioneel) Er kan een zit fixatie gordel gemonteerd worden om de zithouding te fixeren (figuur 1). De twee delen van de gordel kunnen gemonteerd worden onderaan de zitplaat met schroeven. Deze fixeren de veiligheidsgordel onder de stoel aan de zitplaat. Door middel van een klikgesp kan de gordel vastgezet worden.
.
Figuur 1 De zit fixatie gordel is alleen geschikt voor gebruik op de stoel. Tijdens vervoer in een rolstoeltaxi mag de zit fixatie gordel niet gebruikt worden als veiligheidsgordel. Aansprakelijkheid Van Os Medical B.V. kan niet aansprakelijk gesteld worden voor onveilige situaties, ongevallen en schades die het gevolg zijn van: • gebruik voor andere toepassingen of onder andere omstandigheden dan aangegeven in deze handleiding. Hieronder valt ook het toepassen van andere dan originele vervangingsonderdelen en het veranderen van het besturingsprogramma • het negeren van waarschuwingen of voorschriften weergegeven in deze handleiding • onvoldoende onderhoud Het eerste gebruik
Zoek een open gebied zoals een park en zorg voor een assistent om u te helpen het gebruik van de scooter onder de knie te krijgen (figuur 2).
Figuur 2
Het
Verzeker uzelf ervan dat de scooter uitstaat voordat u in- en uitstapt. Zet de snelheid draaiknop niet te snel, na enige oefening kan de snelheid worden aangepast naar uw behoefte. Wij bevelen sterk aan dat u de snelheid op de langzaamste stand houdt (de snelheid draaiknop helemaal teruggedraaid tegen de klok in) totdat u de rijkarakteristieken van de scooter volledig onder de knie hebt.
Figuur 3 De scooter leren kennen
Haalt u nu de rechter hendel naar u toe om de scooter vooruit te laten rijden (figuur 3). Verzeker uzelf ervan dat de snelheid op de laagste stand staat (de snelheid draaiknop helemaal teruggedraaid tegen de klok in).
Het niet opvolgen van deze veiligheidsinstructies kan resulteren in schade van de scooter of n de gebruiker
Figuur 4
Figuur 5
Nadat u gewend bent aan het vooruit rijden en hiermee voldoende geoefend hebt, probeert u voorzichtig ‘S’-bochten te maken (figuur 4).
Wanneer u een goede ‘S’ bocht kunt maken, gaan we een stapje verder. U kunt nu proberen de scooter achteruit te rijden (figuur 5). In de achteruitrijstand rijdt de scooter al langzamer dan in de vooruit stand, maar zet de snelheid voor uw veiligheid toch op de laagste stand.
Figuur 6 Neem nooit passagiers mee (figuur 6)
Figuur 8
Figuur 7
Rij nooit dwars op een helling (figuur 7)
Nooit rijden en drinken (figuur 8)
Figuur 9
Figuur 10
Haak geen karretje achter uw scooter (figuur 9)
Zorg dat tijdens het rijden nooit communicatiemiddelen aanstaan, zoals scanners en CB zenders, de zogenaamde bakjes (figuur 10). Deze veroorzaken storing op de besturing van de scooter.
Figuur 11
Rij nooit in druk verkeer (figuur 11)
Figuur 14
Rij niet door sneeuw of tijdens sneeuwval (figuur 14)
Figuur 12
Figuur 13
Rij nooit naast een rivier, haven of meer zonder afscheiding of railing (figuur 12)
Figuur 15
Rij zo weinig mogelijk naast de gebaande wegen of op oneven oppervlaktes (figuur 15)
Rij bij voorkeur niet tijdens regen (figuur 13)
Figuur 16
Zorg ervoor dat de koplamp altijd aanstaat tijdens rijden in het donker (figuur 16)
Figuur 17
Verzeker u ervan dat er geen obstakels Stop niet onverwachts, slinger niet achter u bevinden als u achteruit rijdt. Wij bevelen het aan de snelheid op de laagste stand (1) in te stellen wanneer u achteruit rijdt (figuur 17)
Figuur 20
Probeer geen randen hoger dan 10 cm te beklimmen (figuur 20)
Figuur 23
Probeer nooit achteruit te rijden wanneer u op een heuvel staat. De scooter kan dan kantelen (figuur 23 en 25) Figuur 23 Figuur 24 Figuur 25
Figuur 26
Stap niet in en uit uw scooter op een heuvel (figuur 26). Stap alleen in en uit de scooter op de begane grond
Figuur 18
Stop niet onverwachts, slinger niet en maak geen onverwachte scherpe bochten (figuur 18)
Figuur 19
Houdt uw handen op of binnen de armleuningen en voeten op de voetplaat (figuur 19)
Figuur 22
Figuur 21
Probeer nooit door een gat dieper dan 10 cm te rijden (figuur 21)
Figuur 24
Beklim geen heuvels die steiler zijn dan 10˚ (figuur 22)
Figuur 25
Wees altijd voorzichtig wanneer u over oneven of onbeschermde oppervlaktes zoals gras, gravel of gladde oppervlaktes rijdt (figuur 24)
Figuur 27
Rij hellingen altijd recht op (figuur 27)
Rij altijd langzaam van een helling. Wanneer u van een helling afrijdt zal de scooter altijd moeilijker te besture worden. Ook heeft u een langere remweg
Figuur 28
Laad geen zware objecten in het mandje wanneer u van een helling afrijdt (figuur 28)
Bedieningsorganen De bedieningsorganen van de Entice zijn zeer overzichtelijk geplaatst op het dashboard (figuur 29). De laadplug bevindt zich op de stuurkolom, de vrijloophendel aan de rechterachterkant van de Entice . De statusindicator bevind zich op het dashboard. Zie de figuur hieronder voor een overzicht van de bedieningsorganen.
De bedieningshendel (de gashendel, figuur 30)
- .( * "" /0
- . ( * * " vooruit /0 Figuur 30 Accu indicatiemeter Op de indicatiemeter kunt u de ladingstoestand van de accu’s aflezen (figuur 31). Van de ladingstoestand hangt ook uw actieradius voor dat moment af. De indicatie is als volgt ingedeeld:
#$%&'%%&( ! )* ") + ,
#%'%&( ! )* ") +
!" #%'%&( ! )* ") +
1 * ". * " ""0 .
" . 2. * * "0
1* " " " . * . /3 * "01 ) 3 /3. " * *
(
) ) 0
4 " * 2" " 0
5 3"!" . * 06 "! * ( * * "( 01* ) !!0 Statusindicator
Wanneer de scooter ingeschakeld is en er zijn geen technische problemen zal de status indicator aan zijn. Wanneer een specifiek onderdeel van de elektronica onderhoud nodig heeft zal de indicator een bepaald aantal keren knipperen. Zie de referentielijst hieronder voor de betekenis van de verschillende knippercodes.
$
!
!
7 / /"
! 0 2 83000!
!
7 / /"
! 0 2 8 /"!
! *
7 / /"
! * 0 4 * / /" !
9* ()
7 / /"
1 * "
01 . *.
/! * "
7 / /"
:* "( /!
/*"
7 / /"
; !
:* !
7 / /"
; !
"
, !
7 / /"
; !
$
7 / /"
; !
%
1 . .
7 / /"
< .
Aantal Geconstateerde foutmelding Scooter conditie Opmerkingen
Laadcontact Om de accu’s op te laden dient u gebruik te maken van een acculader die het laadproces bewaakt en die geschikt is voor het laden van de gebruikte accu's. Uw acculader moet voorzien zijn van een 3-polige stekker die op het laadcontact aan de stuurkolom past. In- en uitstappen Zorg er altijd voor dat het contact van de Entice uitgeschakeld staat en vrijloop uitgeschakeld is voordat u in- of uitstapt. • Beweeg de rotatiehendel naar boven om de stoel te ontgrendelen (figuur 32) • Draai vervolgens de stoel een kwart slag naar links of naar rechts. De stoel zal automatisch bij elke 45º vergrendelen als u de rotatiehendel loslaat (figuur 32) • Neem plaats op de stoel en draai deze weer terug in de uitgangspositie. De stoel is voorzien van opklapbare armleuningen. Deze kunnen opgeklapt worden om zijdelings te kunnen in- en uitstappen. Controleer na het instappen of de armleuningen in de juiste stand staan.
Figuur 32 Rijden Met de contactsleutel aan de rechterkant van de stuurkolom kunt de Entice inschakelen. Na een korte zelftest is de Entice rijklaar. Door de rechterkant van de bedieningshendel naar het stuur te trekken, bij duimbediening aan de linkerkant, van het stuur af te duwen gaat de Entice naar voren. Hoe dichter u de bedieningshendel naar het stuur toetrekt, hoe sneller de Entice zal gaan rijden. Wanneer u de bedieningshendel loslaat zal de Entice tot stilstand komen. Voor het achteruit rijden brengt u de Entice eerst tot een gehele stop. Nu trekt u de linkerkant van de bedieningshendel naar het stuur toe, bij duimbediening aan de rechterkant, van het stuur af. De Entice zal nu met gereduceerde snelheid achteruit rijden.
%
• • • •
•
• •
Controleer voordat u gaat rijden of de stoel goed is vergrendeld. Zorg ervoor dat de banden op de juiste spanning zijn (spanning staat vermeld op zijkant band). Zorg ervoor dat de accu’s voldoende opgeladen zijn. De wijzer van de accu-indicatie staat in het groene gebied. Mocht de bedieningshendel niet in de neutrale stand staan bij het inschakelen van het besturingssysteem, dan zal de Entice niet rijden. Pas nadat de bedieningshendel in de neutrale stand is geplaatst, is de Entice rijklaar. De neutrale stand is de positie van de bedieningshendel wanneer deze niet wordt bediend (wanneer deze dus wordt losgelaten). Neem nooit scherpe bochten terwijl u op volle snelheid rijdt. Het is raadzaam om snelheid te verminderen voordat u een scherpe bocht ingaat. Wij raden sterk aan uiterste voorzichtigheid te betrachten in bochten. Denk aan uw eigen veiligheid als u met de Entice van de verharde weg afgaat. Pas uw snelheid aan. Rij niet door te diepe kuilen, plassen etc. De ideale stabiliteit en gewichtsverdeling bij het rijden van de scooter bereikt u als u de volgende punten in acht neemt: zit altijd recht op de stoel en plaats uw voeten zo ver mogelijk naar voren op het voetenplateau. Leun niet naar links of naar rechts tijdens het rijden.
Hellingrijden Een veilige controle bij het op en afrijden van hellingen is het volgende: als de Entice de helling op kan rijden kan de helling ook met gereduceerde snelheid worden afgereden. Rijdt daarom altijd een steile helling eerst op.
Figuur 33 Bij het helling oprijden: leun een beetje naar voren en rij zo constant mogelijk en in een rechte lijn naar boven (figuur 33). Stoppen en weer starten kost extra energie. Bij het helling afrijden: leun naar achteren en rij voorzichtig met langzame snelheid vooruit de helling af. Bij een helling waar de Entice met zeer veel moeite opkomt dient u een andere weg te zoeken. Het beklimmen van zeer steile hellingen (boven 10°) is gevaarlijk. Bij plotseling remmen bestaat dan de kans op voorover of achterover vallen. Obstakels en drempels Het rijden over obstakels moet zeer voorzichtig gedaan worden. Bij het rijden over een te hoog obstakel is het mogelijk dat de Entice vast komt te zitten. Zie voor de maximale bodemvrijheid van de Entice het hoofdstuk ‘Technische gegevens’. Let op bij het oprijden of afrijden van drempels of obstakels dat de anti-tipper niet blijft hangen op de stoep!
Figuur 34
Het oprijden van drempels: rij naar de drempel toe totdat het voorwiel ca 20-50 cm voor de drempel staat. Geef nu voorzichtig gas en rij recht naar voren. Zodra het voorwiel op of over de drempel is kunt u langzaam verder rijden totdat de achterwielen ook op of over de drempel zijn (figuur 34). U kunt het beste een andere route kiezen wanneer dit niet of zeer moeilijk lukt. Het afrijden van drempels: rij zo naar de drempel dat het voorwiel voor de drempel staat. Leun naar achteren en rij voorzichtig met langzame snelheid de drempel af. Remmen Het remmen kan op verschillende manieren worden gedaan: • U kunt de bedieningshendel langzaam in de richting van de neutrale stand bewegen, zodat de Entice langzaam afremt • U kunt ook de bedieningshendel loslaten, zodat de Entice snel tot een volledige stilstand zal komen • Tevens is de Entice uitgerust met een schijfrem achter met bediening rechts op de stuurkolom. Deze kunt u gebruiken bij eventuele noodstops
Wanneer u een helling afrijdt kan de Entice harder rijden dan de maximaal ingestelde snelheid. In dit geval zal de besturingsunit de Entice zodanig afremmen dat de ingestelde maximum snelheid weer bereikt wordt. Als de bedieningshendel van de Entice in de neutraal positie staat is de scooter beremd. Het vermogen van de motorrem is voldoende de Entice tot stilstand te brengen en op zijn plaats te houden op de maximaal berijdbare hellinghoek. Bij regen of sneeuw of andere gladde wegomstandigheden dient u voorzichtig af te remmen met de Entice in verband met slipgevaar. Accubeveiliging Bij het rijden met bijna lege of lege accu’s, te zien op uw accu indicatie meter, zal de accubeveiliging in werking gesteld worden. Deze voorkomt beschadiging aan de accu's door diepontlading. Het in werking treden van deze beveiliging kunt u merken door de maximum snelheid die afneemt. In deze toestand moet u zo weinig mogelijk rijden. Nadat dit systeem in werking is gesteld moeten de accu’s zo snel mogelijk worden opgeladen. Vrijloop Op de Entice is een zogenaamde vrijloop functie aanwezig. Hiermee kan de Entice verplaatst worden zonder het gebruik van de motoren. U kunt tegen de rugleuning duwen om de Entice te verplaatsen. In deze stand kan met de Entice niet elektrisch gereden worden. U kunt de vrijloop inschakelen door middel van de hendel aan de achterzijde van de scooter (figuur 35).
Figuur 35 Het is belangrijk eerst de Entice volledig uit te schakelen met de contactsleutel voordat u de vrijloop inschakelt. De duwkracht met uitgeschakeld besturingssysteem is minimaal. De remmen van de Entice zijn in de vrijloop stand buiten werking. Door de vrijloop uit te schakelen worden de remmen weer in werking gesteld. Foutmelding door ingeschakelde vrijloop Wanneer de Entice is ingeschakeld terwijl u de vrijloop aanzet, zal de statusindicator foutcode 5 aangeven. Om de storingsmelding te wissen zodat U weer elektrisch kunt rijden dient u als volgt te werk te gaan: • Schakel eerst de vrijloop uit (de hendel van de vrijloop naar beneden drukken)
• •
Schakel hierna het systeem uit (de storing wordt hierdoor gewist) Wanneer u het systeem weer ingeschakeld heeft kunt u weer rijden
De zitting van de Entice De zitting van de Entice is uitgerust met een aantal verstelmogelijkheden die uw zit- en rijcomfort aanzienlijk verhogen. De gehele stoel kan in hoogte versteld worden over een traject van 10 cm in 4 stappen van 2,5 cm. Deze verstelling kan door uw dealer worden uitgevoerd. Rugleuninghoek instellen De hoek van de rugleuning is traploos instelbaar in een zittende positie tot standaard 105 graden (figuur 36). Door het verplaatsen van een inbus in het draaipunt kan dit doorgevoerd worden tot 135 graden. Tevens kan de rugleuning geheel naar voren worden geklapt om vervoer te vergemakkelijken. Aan de rechterkant van de stoel (hieronder links afgebeeld) zit een hendel. Trek deze naar boven en leun naar voren of achteren om de gewenste zithoek in te stellen (figuur 36). Zodra u deze heeft bereikt laat u de hendel los. De rugleuning zal zich fixeren in de positie die u wenst.
Figuur 36 Bedien de hendel niet als u niet in de stoel zit, omdat de rugleuning dan met kracht naar voren kan komen. Armleuningen instellen De armleuningen kunnen volledig naar boven geklapt worden (figuur 37). Tevens zijn de hoek en de hoogte van de armleuningen instelbaar. De armleuningen zijn geheel opklapbaar door deze omhoog te bewegen. De armleuning hoek is instelbaar door middel van een boutje aan de binnenkant van de armleuning. U kunt dit boutje handmatig verder naar buiten (de armleuning hoek zal naar beneden gaan) of verder naar binnen (de armleuning hoek zal naar boven gaan) draaien. Aan de achterzijde van de armleuning buis zit een draaiknop. Draai deze los en stel de armleuning in de gewenste hoogte in. Draai hierna de knop weer stevig vast.
Figuur 37 Hoofdsteun instellen (optie) De hoofdsteun is in drie hoogte-instellingen te plaatsen.
Verwijderen van de zitting Ontgrendel het draaimechanisme van de stoel zoals aangegeven op de afbeelding hieronder (figuur 38). U kunt nu de stoel rechtlijnig omhoog trekken en de stoel eventueel een beetje heen en weer draaien om deze te verwijderen. Het omhoogklappen van de armleuningen en neerklappen van de rugleuning vergemakkelijkt het uitnemen van de stoel.
Figuur 38 De stoel van de Entice weegt ongeveer 16 kg. Neem dit in acht bij het verwijderen van de stoel. De stoel kunt u oppakken door uw ene arm rond de rugleuning te slaan en stevig vast te pakken en met de andere arm onder de zitting. Het opklappen van de armleuningen en neerklappen van de rugleuning kan het tillen vergemakkelijken. Stuurkolom instellen U kunt de hoek van de stuurkolom instellen op de volgende manier (figuur 39): 1. aan de linkerkant van het stuur van de Entice zit een klein hendeltje. Trekt u dit naar u toe 2. u kunt nu met twee handen aan het stuur de stuurkolom laten zakken of optillen in de gewenste positie 3. wanneer u de hendel loslaat zal de stuurkolom fixeren in de stand waarin hij op dat moment staat 4. de stuurkolom kan ook geheel worden neergeklapt om vervoer te vergemakkelijken
Figuur 39 Handmatig voortbewegen van de Entice Het handmatig voortbewegen van de Entice kan gedaan worden door eerst de vrijloop in te schakelen en de Entice uit te schakelen. Wanneer dit niet wordt gedaan zal de Entice alleen met zeer grote krachtinspanning kunnen worden verplaatst. • • •
zet de vrijloop hendel in de vrijloop stand. Hierna is de vrijloop ingeschakeld en de remmen uitgeschakeld u kunt nu de Entice verplaatsen door zachtjes tegen de rugleuning te duwen na het terugzetten van de vrijloop hendel en het inschakelen van de besturingsunit kan er weer met de Entice gereden worden
Bij inschakeling van de vrijloop functie zijn de remmen van de Entice buiten werking. Deze worden weer in werking gesteld zodra de vrijloop wordt uitgeschakeld.
Foutmelding door ingeschakelde vrijloop Wanneer de vrijloop wordt ingeschakeld terwijl het systeem nog ‘aan’ staat, zal de status indicator een storing aangeven. Om deze melding te wissen zodat u weer normaal kunt rijden gaat u als volgt te werk: • schakel de vrijloop uit • schakel de Entice uit en daarna weer in • hierna kan er met de Entice weer elektrisch gereden worden Laden van de accu’s De Entice kan worden voorzien van twee droge 12 Volt accu’s van maximaal 73Ah. Bij dagelijks gebruik vergen de droge accu's geen ander onderhoud dan regelmatig opladen. De capaciteit van de accu’s bij 5 uur ontlading is 70 Ah, bij 20 uur ontlading 73Ah. Omdat de accu’s hoogstwaarschijnlijk leeg of gedeeltelijk geladen bij u zullen arriveren, is het van groot belang de accu’s eerst volledig op te laden. De scooter is uitgerust met een lader, die met de scooter wordt meegeleverd. Wanneer u de accu’s oplaadt via onderstaande procedure, zult u maximale levensduur, kracht en bereik van de accu’s benutten. 1. 2. 3. 4.
Zet het contact van uw scooter uit Plug de accu laadkabel in een contactdoos Plug de accu laadkabel in de laadplug in de stuurkolom (u moet het ronde dopje wegdraaien) (figuur 40). Wanneer u nu het knopje op de acculader op ‘1’ zet wordt de scooter opgeladen. Tijdens het laden zult u voortgangsindicator lampjes zien knipperen op de lader. Een ROOD lichtje betekent dat de lader in gebruik is, een WIT lichtje betekent dat de scooter wordt opgeladen en een GROEN lichtje betekent dat de acculader klaar is met het opladen van de scooter.
De Entice kan niet elektrisch rijden wanneer de stekker in het laadcontact is gestoken. Wanneer de actieradius van de Entice sterk afneemt zijn de accu’s aan vervanging toe. U dient in dit geval contact op te nemen met uw dealer. Het is niet toegestaan de accu’s zelf te vervangen. Bij lekkende accu’s direct contact opnemen met de dealer! Let bij het wisselen van de accu’s op de volgende punten: zorg dat de connectors elkaar niet raken. Zorg bij het aansluiten van de accu’s dat de goede connectors op de goede polen zitten (++ en --). De Entice dient bij u afgeleverd te worden met een acculader. Wanneer u problemen heeft met de acculader kunt u contact opnemen met uw dealer. Het is niet toegestaan de acculader open te schroeven. Het laadpunt wordt op de stuurkolom aangegeven met een symbool (figuur 40a). De aansluiting van de acculader wordt op de lader aangegeven met het volgende symbool (figuur 40b):
7
Acculader specificaties: • • • •
geschikt voor toegepaste accu’s maximale nominale laadspanning: 24 Volt maximale nominale laadstroom: 6 Ampère geschikt voor onbewaakt gebruik
Openen accuruimte en verwijderen accu’s Voor onderhoud zijn de accu’s van de Entice bereikbaar door de achterkap weg te nemen. Verwijder eerst de stoel zoals beschreven op pagina 16. De achterkap kan verwijderd worden. De accu’s moeten opgepakt worden aan de onderkant. Stalling Wanneer de Entice voor langere tijd niet in gebruik is dient u onderstaande aanwijzingen in acht te nemen. De Entice moet met volledig geladen accu’s te worden gestald in een droge en vorstvrije omgeving, in verband met bevriezingsgevaar van de accu's. Schakel de Entice tijdens het stallen altijd uit. De ladingstoestand van de accu’s moet bij langere tijd geen gebruik regelmatig gecontroleerd worden. Indien nodig dienen de accu’s geladen te worden. De Entice mag nooit onnodig in de felle zon staan. Delen zoals bekleding of metalen onderdelen kunnen dan heet worden. Tevens verkort het de levensduur van de banden. Bekleding De bekleding van uw scooter wordt gereinigd met een mild reinigingsmiddel, na het reinigen moet de bekleding afgenomen worden met een vochtige doek. Frame- en kunststofdelen Het frame en de kunststofdelen, met inbegrip van het bedieningspaneel, mogen alleen met een licht vochtige doek afgenomen worden. Droog de delen daarna met een droge doek af. Het is niet toegestaan de Entice met een hogedrukreiniger of anderszins met gebruikmaking van veel water schoon te spuiten. Al het door u als gebruiker uit te voeren onderhoud wordt beschreven in dit hoofdstuk. Indien de Entice extra onderhoud of reparatie vergt dient u contact op te nemen met uw dealer. Het is niet toegestaan andere dan de hier omschreven werkzaamheden aan de Entice uit te voeren.
Opladen van de accu’s Laad de accu’s altijd op tijd op. Op die manier blijft de maximale laadcapaciteit behouden en het verlengt de levensduur van de accu's. Zie voor het laden van de accu’s pagina 17. Banden Het is belangrijk de banden van de scooter regelmatig te controleren op beschadigingen en op de juiste bandenspanning. Neem bij een beschadiging (bijvoorbeeld veroorzaakt door een glasscherf of spijker) contact op met uw dealer. De banden van de scooter moeten altijd minimaal op de voorgeschreven bandenspanning staan (zie het hoofdstuk Technische gegevens). Rijden met te slappe banden veroorzaakt een slecht rij- en stuurgedrag. De banden mogen nooit harder worden opgepompt dan de voorgeschreven bandenspanning. De kans bestaat dat de band van de velg afspringt of dat er zich een klapband voordoet. Overig onderhoud Laat het overig onderhoud over aan uw dealer. Stem met de dealer het overig onderhoud van uw scooter af. Wanneer er smeermiddelen lekken, bijvoorbeeld vanuit de overbrenging moet u direct contact opnemen met de dealer en niet meer met de scooter rijden. Vervangingsonderdelen Voor de Entice scooter zijn alle onderdelen, waaronder de elektronische componenten, nauwkeurig op elkaar afgestemd en beproefd. Dit resulteert in een kwalitatief goede scooter met een lange levensduur. Deze kwaliteit, veiligheid en levensduur blijven behouden door uitsluitend originele vervangingsonderdelen toe te passen. Het niet toepassen van originele onderdelen kan gevolgen hebben voor de betrouwbaarheid van de Entice en kan de veiligheid van de scooter verminderen. Tevens vervalt de garantie. Alle vervangingsonderdelen zijn door uw dealer bij Van Os Medical B.V. te bestellen. Onderhoud frequenties Dit schema is opgesteld om u een overzicht te geven van de onderhoudswerkzaamheden die aan de Entice gedaan dienen te worden. De jaarlijkse onderhoudswerkzaamheden dient u uit te laten voeren door uw dealer*.
# / ! " * " * * . /3 > 5 ! , " !!
7 /! /!! "
D
$
D D
%
D D D
& 1 1 =) " =) " 1 =) "
D
=) "
D D
D D D D D
1 1 1 =) " 1 1 1
Storingen Op het dashboard is een statusindicator aangebracht. Als deze indicator groen oplicht zonder te knipperen is de Entice ingeschakeld en doen zich er geen problemen voor. In geval van een storing geeft de statusindicator door middel van flitsen een storingsmelding door. Als de statusindicator een storingsmelding aangeeft, dient u in eerste instantie de Entice volledig uit te schakelen en weer in te schakelen. Geeft de statusindicator opnieuw een storingsmelding, telt U dan het aantal opeenvolgende knipperingen. Deze geven een code weer die een storing aanduidt. In de knippercode lijst hieronder vindt u de storing die door het aantal knipperingen wordt aangegeven. In die lijst vindt u ook de mogelijke oorzaken en oplossing van het probleem. Kunt met behulp van deze lijst het probleem niet oplossen, neemt u dan contact op met uw dealer.
!
"
!
7 / /"
! 02 8 3000!
!
7 / /"
! 02 8 /"!
! *
7 / /"
! * 04 * / /" !
9* ()
7 / /"
1 * "
01 . *.
/! * "
7 / /"
:* "( /!
/*"
7 / /"
; !
:* !
7 / /"
; !
, !
7 / /"
; !
$
7 / /"
; !
%
1 . .
7 / /"
< .
l
Alle producten van Van Os Medical zijn gebouwd op een lang en duurzaam leven. Desondanks zal na verloop van tijd reparatie en onderhoud aan uw huidige Entice niet meer rendabel zijn. Uw dealer zal u daarover tijdig berichten. Bij het recyclen van de Entice scooter moet rekening gehouden worden met de onderstaande punten: • bij recycling van de Entice worden de voorschriften in acht genomen die gelden op de plaats en ten tijde van de recycling • in de Entice zijn alleen algemeen bekende materialen verwerkt; een aantal van deze materialen is, mits gescheiden ingezameld, voor hergebruik geschikt • tijdens ontwikkeling en bouw van de Entice bestonden voor alle gebruikte materialen afvalverwerkingsmogelijkheden en met uitzondering van de accu’s waren geen bijzondere risico’s bekend voor personen met recycling belast Zorg ervoor dat de accu’s tijdens het recyclen van de Entice niet beschadigd worden. De accu’s dienen bij een daartoe aangewezen instantie of bedrijf ter verdere verwerking worden aangeboden. Neem bij de omgang met accu’s de noodzakelijke maatregelen ter bescherming van uzelf en het milieu. Actieradius De actieradius van de Entice (± 35 km) is afhankelijk van de volgende factoren: • conditie van de accu’s • belasting van de stoel (inzittende, bagage, enzovoort) • gemiddelde rijsnelheid • rijstijl • ondergrond • omgevingstemperatuur • rijomstandigheden (heuvelachtig of vlak, grind of glad asfalt) Standaard geprogrammeerde rijparameters De controller van de Entice is uitgevoerd met een microprocessor. De microprocessor is als het ware het brein van de scooter. In de microprocessor kunnen een aantal parameters ingesteld worden. Enkele van deze parameters hebben betrekking op de rijeigenschappen van de Entice . Van Os Medical B.V. heeft de Entice uitgevoerd met een standaard programma. Wanneer u met dit standaard programma niet tevreden bent dan kan de dealer met behulp van een programmeerkastje deze parameters op uw wensen instellen. De waarden van de parameters zijn zorgvuldig gekozen. Extreme veranderingen van de parameterwaarden kunnen instabiel rijgedrag tot gevolg hebben. Kleine veranderingen van de waarden zijn toegestaan. Garantiebepalingen Deze garantiebepalingen zijn in overeenstemming met alle andere product specifieke garanties en zijn alleen van toepassing voor de eerste eigenaar. Als een niet gespecificeerde, tot het product behorende, garantie claim optreedt zal deze claim door Van Os Medical B.V. gedurende de garantie periode beoordeeld worden.
De garantie periode voor de Entice is 2 jaar op het gehele product, uitgezonderd de accu’s: 6 maanden. Gedurende de garantie periode worden de vervangen delen slechts tot het einde van de reguliere garantie periode gegarandeerd. Alle voorkomende garantie zal gelimiteerd worden tot het vervangen of repareren van de defecte onderdelen. Van Os Medical B.V. zal nooit aansprakelijk gesteld kunnen worden voor enige consequentie als gevolg van schade of incidentele schade, hoe dan ook. Van Os Medical B.V. vergoedt alleen de vervangen onderdelen. Deze garantie geeft u specifieke wettelijke rechten, u moet er van op de hoogte zijn dat deze rechten van land tot land kunnen verschillen. Sommige landen accepteren geen gelimiteerde garantie, evenals uitsluiting van garanties met betrekking tot incidentele of consequentiële schades, of de tijdsduur van de garantie. In dat geval zal de garantie periode en / of uitsluitingen van garantie aangepast worden. Voor garantie en service dient u de geautoriseerde Excel® dealer, die de Excel® producten geleverd heeft, te benaderen. Als u tijdens de garantie periode, bij een niet door Van Os Medical B.V. aangewezen bedrijf, de reparaties laat verrichten, vervalt elk recht op garantie. In het geval u geen bevredigende service of garantie wordt gegeven door uw dealer, wendt u dan rechtstreeks tot Van Os Medical B.V., wij zullen dan in overleg tot een voor alle partijen bevredigende oplossing trachten te komen.
$
MANUFACTURERS DECLARATION OF CONFORMITY
For
Product identification Product Brand Model/type Version
: Electrically propelled scooter : Excel : Entice 3 :A
Manufacturer
:
Name
Van Os Medical BV
Address
Koperslagerij 9 4651 SK STEENBERGEN
EU representative
Technical constructed file Prepared by : Function : Date : TCF :
Country
The Netherlands
Name
Address
Van Os Medical BV W. Van Os Koperslagerij 9 4651 SK Steenbergen
Country
The Netherlands
Function:
Director
Name
P. van Os research and development 01-10-2006 01-10-2006
Means of conformity The product is in conformity with Directive 93/42/EEG based on the use of a Technical construction file in accordance with Article 9 (Class I products) of the Directive Signature of EU representative :
Place
: Steenbergen
Date
: 01-10-2006
Number
: VOS.TCF.EX.01
%
Technische gegevens Type indicatie: Entice 3 12 km/h electroscooter
Technische gegevens in overeenstemming met ISO 7176-15 Afmetingen rijklaar (lxbxh): Afmetingen minimaal (lxbxh): Totaal gewicht zonder accu’s: Totaal gewicht inclusief accu’s: Massa af te nemen deel: Statische stabiliteit helling af: Statische stabiliteit helling op: Statische stabiliteit helling zijdelings: Dynamische stabiliteit helling op: De maximale veilige helling: Actieradius: Maximale obstakelhoogte: Maximale drempel afrijhoogte: Bodemvrijheid: Maximale instelbare snelheid voorwaarts: Maximale instelbare snelheid achterwaarts: Minimale remafstand vanuit maximale snelheid: Zittinghoek: Zitdiepte standaard stoel: Zitbreedte standaard stoel: Zithoogte minimaal: Zithoogte maximaal: Rugleuninghoek (instelbaar): Rugleuninghoogte: Armleuninghoogte: Voorzijde armlegger tot voorzijde rugleuning: Draairadius: Maximaal gewicht gebruiker: Bedieningskracht: Bedoeld gebruik: Gebruikers gebied:
1170x640x1250 1170x640x1000 ± 58 kg ± 98 kg (met 50Ah accu’s) ± 16 kg (zitting) 15° 15° 15° 15° 12° 35 km* 100 mm (vooruit met aanloop) 100 mm 100 mm 12 km 5 km 3,3 meter 3º 500 mm 500 mm 640 mm vanaf de vloer 710 mm vanaf de vloer 90 – 135° instelbaar 490 mm 170 - 240 mm 310 mm 1310 mm 120 kg 1 N met handbediening Buiten, Klasse C Europa
* Bij gemiddeld gebruik in combinatie met droge batterijen 50 Ah. Zie pagina 21. De scooter voldoet verder aan de volgende normen: ISO 7176- 8: Eisen en testmethodes voor statische-, schok- en vermoeiingssterkte. ISO 7176- 9: Klimaattesten voor scooters. ISO 7176-14: Aandrijf en besturingssystemen voor scooters. ISO 7176-16: Eisen voor weerstand tegen ontbranding. Overige technische gegevens Accuruimte (lxbxh) (2x): Massa van de accu's: Elektronische besturing: Motoren: Wielmaat voor: Wielmaat achter: Bandenspanning (voor): Bandenspanning (achter): Minimale accucapaciteit:
197.5 x 165 x 170 mm ± 20 kg per stuk (droge accu’s 50 Ah) Rhino 110 24 VDC, 295 Watt, 5100 rpm 10" (260*85) 10" (260*85) 50 PSI 50 PSI 50Ah
Standaard programma voor de Entice 3 Setup menu Acceleration Deceleration Forward speed Reverse speed Reduce speed Buzzer volume Motor resistor Sleep time Maximum current Park brake delay Soft start period Pot neutral Std speed pot FSD Std speed pot dead Alt speed pot FSD Alt speed pot dead
3 6 9 4 5 10 30 30 110 6 50 128 72 20 72 20
Options menu Single ended pot Stand Speed Pot Motor reverse Pot reverse Speed derating Brake checking Load compensation Motor derating Enable sleep Check for slope Current limit timer Enable soft start
off off off on on on on off on off on on
?5 00 9*@ * A! /$ :A: ) @ 9BC#%+%% , BC#%+
D( 0 ...0( 0
1 B
www.vanosmedical.nl