Gebiedsdossier waterwinning Zeist
Sterrenberg
Huis ter Heide Beerschoten
Zeist
Dichtersbuurt
Zeist
Provincie Utrecht, Geo-informatie
ondergrond: © 2010, Dienst voor het kadaster en openbare registers, Apeldoorn
19-12-2011 1187802
Gebiedsdossier waterwinning Zeist
In samenwerking met: - Gemeente Zeist - Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden - Vitens - Milieudienst Zuid Oost Utrecht - Provincie Utrecht
Gebiedsdossier Zeist
0
SAMENVATTING GEBIEDSDOSSIER ZEIST
0.1
Inleiding
In 2010 is in het nationaal wateroverleg (NWO) afgesproken om vóór 2015 voor alle winningen voor de openbare drinkwatervoorziening zogenaamde ‘gebiedsdossiers’ op te stellen volgens een door het RIVM ontwikkeld protocol. Voor de grondwaterwinningen vervullen de provincies daarbij de regierol. De provincie heeft sinds 2002 ervaring met deze 'gebiedsaanpak' en het vernieuwen van de gebiedsdossiers geeft ook uitvoering aan het grondwaterplan (2008-2013). In deze gebiedsdossiers wordt informatie over de winning beschreven en worden de risico's voor de grondwaterkwaliteit op een overzichtelijke manier in beeld gebracht. Op basis van het dossier worden maatregelen opgesteld om de kwaliteit van het grondwater te beschermen, zodat kan worden voldaan aan de eisen voortkomend uit de KRW. De maatregelen zullen eventueel worden opgenomen in het stroomgebiedsbeheerplan 2015 voor de Kaderrichtlijn Water. De gebiedsdossiers zijn opgesteld onder regie van de provincie in samenwerking met de betrokken gebiedspartijen, ieder vanuit de verantwoordelijkheid voor bepaalde taken en bevoegdheden. Ook de uitvoering van de maatregelen zal gebaseerd worden op deze samenwerking en rolverdeling. Het onderhavige gebiedsdossier is het gebiedsdossier van de winning Zeist.
0.2
Kenmerken winning Zeist
De winning Zeist is een winning van Vitens. De winning is gelegen in het stedelijke gebied van Zeist, en trekt daarnaast voor een groot deel grondwater uit het bosgebied ten westen van Zeist aan. Het is een oude (1896), middelgrote winning, met een debiet van 4 milijoen kubieke meter per jaar. De winning is een semi-gespannen winning die water onttrekt van onder een kleilaag die op 40 meter diepte ligt. Desondanks kent de winning grote problemen afkomstig uit historische verontreinigingen in de stad. Er worden diverse vluchtige organische chloorkoolwaterstoffen (VOCl’s) aangetroffen, en daarnaast is lange tijd sterke invloed van lekkende riolering aanwezig geweest. Momenteel ‘saneert’ Vitens als het ware de verontreinigingen, doordat de VOCl’s via intensieve beluchting bij de drinkwaterwinning uit het ruwwater verwijderd worden. Voor de verwijdering van het afbraakproduct BAM, afkomstig van bestrijdingsmiddelen, is actief koolfiltratie aanwezig.
0.3
Signaleringsdiagram
Om de grondwaterkwaliteit, het risico op verontreiniging, het beschermingsbeleid en de uitvoering daarvan overzichtelijk in beeld te brengen wordt gebruik gemaakt van het zogenaamde ‘signaleringsdiagram’. Voor het opstellen van dit signaleringsdiagram zijn 8 aspecten die van belang zijn voor de bescherming van de winning beoordeeld door de actoren die in het ‘gebiedsproces’ van deze winning zijn betrokken. Het signaleringsdiagram is als volgt opgebouwd, en is weergegeven in Figuur 1: • Links is het ‘resultaat’ van de bescherming en van de historische activiteiten tot nu toe in beeld gebracht. Het risico van de huidige functies (sector 8) is laag (grotendeels bos) en is daarom als goed beoordeeld. Echter, de situatie van de winning Zeist is toch ernstig. Er is uitgebreide zuivering (7) nodig is om het water geschikt te maken voor consumptie. In Provincie Utrecht
1
Gebiedsdossier Zeist
het ruwwater (6)worden namelijk stoffen aangetroffen boven de drinkwaternorm. Ook in waarnemingsputten (5) op enige afstand van de winning worden diverse probleemstoffen aangetroffen. • Rechts in het diagram is de huidige status van de bescherming bovengronds (1 en 2) en ondergronds (3 en 4) beoordeeld. Wanneer deze goed is zijn de gezamenlijke partijen het erover eens dat de bescherming adequaat is vastgelegd en wordt uitgevoerd. Ten aanzien van de huidige bescherming zijn door de actoren diverse verbeterpunten en aandachtspunten gesignaleerd.
0.4
Kenschets problemen winning Zeist
De winning Zeist heeft diverse problemen veroorzaakt door historische bodem- en grondwaterverontreinigingen en door diffuse verontreinigingen die via stedelijke belasting in de winning terecht zijn gekomen. Gezien de kwetsbaarheid van de winning is daarom aandacht nodig voor de risico’s van chemische onkruidbestrijding. Enkele grondwaterverontreinigingen komen reeds de winning binnen, enkele zijn mogelijk nog onderweg. Via de saneringsbeschikking vindt monitoring plaats, en is blijvende aandacht aanwezig voor de problematiek van historische verontreinigingen die reeds in de winning aankomen. Daarnaast is een aantal andere historische verontreinigingslocaties aanwezig. Vanuit deze locaties wordt op dit moment weinig risico meer verondersteld door de verschillende actoren. In de bestemmingsplannen van de gemeente Zeist is op dit moment onvoldoende aandacht voor het drinkwaterbelang, waardoor een risico bestaat dat de regels die gelden binnen de beschermingsgebieden niet helder zijn. De geplande wijziging van de PMV leidt er toe dat een deel van het te beschermen gebied op dit moment nog niet wordt beschermd.
Effect Resultaat (Risico’s)
Actie prestaties (Risicobeheersing)
1 Planologische 8 Risico op verontreiniging bescherming mbt huidige functies door huidige functies
7 Zuiveringsinspanning
6 Kwaliteit ruwwater
5 Kwaliteit toestromend grondwater
Figuur 1
2 Milieuregelgeving
Bovengrond
Ondergrond 3 Bescherming mbt ondergrondse activiteiten
4 Aanpak bestaande verontreinigingen
Signaleringsdiagram met de score voor de winning Zeist op de acht indicatoren
Provincie Utrecht
2
Gebiedsdossier Zeist
0.5
Toelichting beoordeling score signaleringsdiagram en maatregelen
Uit een analyse van de risico’s blijkt dat diverse verbeteringen mogelijk zijn ten opzichte van de huidige situatie. Er zijn diverse maatregelen geformuleerd. De belangrijkste daarvan (met name winningsspecifieke maatregelen) zijn in de onderstaande tabel 1 weergegeven. In tabel 2 zijn algemene maatregelen weergegeven die voor alle kwetsbare winningen in de provincie Utrecht en voor de winningen in de Utrechtse Heuvelrug gelden. Tabel 1. Nr signalerings-
Toelichting signaleringsdiagram winningspecifieke risico’s en voorstel maatregelen Beoordelingscriterium
Risicobeoordeling
Voorstel maatregel
1 Planologische
Beschermingsbeleid: vóórkomen
Onvolledige weergave be-
Grondwaterbescherming beter laten
bescherming
beschermingszones in bestem-
schermingszo-
doorwerken in de bestemmingsplan-
met betrekking tot
mingsplannen en kaarten.
nes/voorschriften in de be-
nen (juiste weergave van begrenzin-
huidige
stemmingsplannen van de
gen en voorschriften), verwijzing naar
functie
gemeente Zeist
provinciale website.
Diagram
Aanwezigheid RO-medewerker bij gebiedsgesprek die terugkoppeling naar de gemeentelijke afdeling verzorgt. 2 Milieuregelge-
Onderdelen:
Ving
• •
GWBG contouren nieuwe
Verloopt handhaving vol-
PMV groter dan huidige,
gens plan
daardoor deel van de ‘be-
Zijn de ‘nieuwe’ contouren
schermingszone’ nog niet
(ingang 2012) bescher-
beschermd
Invoeren nieuwe PMV
mingszones ruimer dan huidige 3 Bescherming
Onderdelen:
met betrekking tot
•
ondergrondse activi-
Geen knelpunten
Koude warmteopslag binnen 50-jaarszones
•
Lekkende riolering
teiten 4 Aanpak bodem-
Aanpak bodemverontreinigings-
Door de VOCl-
Sanering via de winning van Vitens
verontreinigingen
locaties die risicovol kunnen zijn
verontreiniging is de ruwwa-
(end-of-pipe-oplossing). Vastgelegd in
voor de winning
terkwaliteit slecht en is aan-
saneringsbeschikking van 14 januari
vullende zuivering nodig
2008. Duur tot 2040.
voor betrouwbaar drinkwater Partijen wisselen informatie en gegevens uit over relevante bodemverontreinigingslocaties te weten: (voorgenomen) monitoring en onderzoek, voortgang onderzoek, onderzoeksresultaten, monitoringsgegevens (ook monitoring ihkv beschikking. Frequentie: tenminste jaarlijks, maar ook bij beschikbaar komen van nieuwe informatie. Afspraak maken over
Provincie Utrecht
3
Gebiedsdossier Zeist
Nr signalerings-
Beoordelingscriterium
Risicobeoordeling
Voorstel maatregel
5 Kwaliteit toe-
Beoordeling grondwaterkwaliteit
Vooral invloed van veront-
Zie 4
stromend
in waarnemingsputten t.o.v.
reinigingen
grondwater
drinkwaternorm
6 Kwaliteit
Beoordeling ruwwaterkwaliteit in
Ruwwater
pompputten t.o.v. drinkwater-
Diagram wijze van uitwisseling.
Vooral invloed van verontreinigingen
Zie 4
norm 7 zuiverings-
Is de zuiveringsinspanning gro-
Uitgebreide zuivering aan-
Geen directe maatregel. Het streven
Inspanning
ter dan hoort bij een natuurlijke
wezig met beluchting, UV en
is op termijn de extra zuiveringsin-
grondwaterkwaliteit?
actief kool.
spanning te kunnen reduceren
8 Risico op ver-
Risico’s tengevolge van diffuse
Scoort goed (mede vanwe-
ontreiniging
belasting
ge het grote bosgebied)
door huidige functies
GWBG= grondwaterbeschermingsgebied, PMV= provinciale milieuverordening
Tabel 2. Nr signalerings-
Voorstel algemene maatregelen geldend voor alle kwetsbare winningen en voor de winningen in de Utrechtse Heuvelrug Beoordelingscriterium
Algemene maatregel
1 Planologische
Beschermingsbeleid: vóórko-
Definiëren begrenzing intrekgebied
bescherming
men beschermingszones in
met betrekking tot
bestemmingsplannen en kaar-
Sturingsinstrumenten RO inzetten binnen de gehele Utrechts Heuvel-
huidige
ten.
rug (dit is in feite de huidige situatie, echter nog niet volledig uitge-
diagram
werkt)
functie
Bewustwording particulieren ten aanzien van functies van beschermingszones en gebruik van stoffen binnen deze zones. 2 Milieuregelge-
Onderdelen:
Ving
•
Verloopt handhaving volgens plan
•
Volgen autonome ontwikkelingen binnen gebiedsgesprekken Nadere analyse calamiteitenplannen
Zijn de ‘nieuwe’ contouren (ingang 2012) be-
Uitvoeren ‘gebiedsschouw’ ter verdere verbetering en optimalisatie
schermingszones ruimer
van de handhaving
dan huidige 3 Bescherming
Onderdelen:
met betrekking tot
•
ondergrondse activi-
•
Op korte termijn een algemene maatregel uitvoeren (per 1 jan 2013
Koude warmteopslag
moeten diepe gesloten systemen wel gemeld worden) om inzicht in
binnen 50-jaarszones
bodemenergiesystemen te krijgen.
Lekkende riolering
teiten 4 Aanpak bodem-
Aanpak bodemverontreini-
Voortzetting monitoring grondwater en communicatie omtrent monito-
verontreinigingen
gingslocaties die risicovol
ring binnen het gebiedsproces
kunnen zijn voor de winning 8 Risico op ver-
Risico’s tengevolge van diffu-
Diverse algemene maatregelen ‘Utrechtse Heuvelrug’, onder anderen
ontreiniging
se belasting door bestrij-
acties voortkomend uit ‘Schoon grondwater Utrechtse heuvelrug’.
door huidige
dingsmiddelen en wegenzout
functies
Provincie Utrecht
4
Gebiedsdossier Zeist
0.6
Nieuwe ruimtelijke plannen
Bij nieuwe ruimtelijke functies is het belangrijk om in een vroegtijdig stadium het grondwaterbeschermingsbelang mee te wegen bij de uitwerking van deze ontwikkelingen. In het gebiedsdossier is een werkwijze daarvoor opgenomen. Zo dienen risicovolle functies bij voorkeur niet in de beschermingszones gepositioneerd te worden. Als het toch niet anders kan, dan bij voorkeur in de minder kwetsbare delen betreffende beschermingszone én in combinatie met emissiereducerende maatregelen om de risico’s zoveel mogelijk te beperken. Niet risicovolle functies kunnen juist wel geplaatst worden binnen de kwetsbare delen van de beschermingszones.
Provincie Utrecht
5
Gebiedsdossier Zeist
Inhoudsopgave 1
2
3
4
5
Inleiding .......................................................................................................................................... 8 1.1
Wat is een gebiedsdossier? .................................................................................................... 8
1.2
Waarom een gebiedsdossier? ................................................................................................. 8
1.3
Leeswijzer ................................................................................................................................ 9
Basisinformatie ............................................................................................................................ 10 2.1
Inleiding ................................................................................................................................. 10
2.2
Waterwinning en zuivering .................................................................................................... 10
2.3
Opbouw van de ondergrond .................................................................................................. 13
2.4
Grondwaterstroming en verblijftijden ..................................................................................... 14
2.5
Oppervlaktewater .................................................................................................................. 16
2.6
Puntbronnen .......................................................................................................................... 17
2.7
Ondergronds ruimtegebruik ................................................................................................... 22
2.8
Lijnbronnen ............................................................................................................................ 23
2.9
Diffuse bronnen ..................................................................................................................... 24
2.10
Kwaliteit van ruwwater, reinwater en grondwater: bewezen kwetsbaarheid ......................... 30
2.11
Meer informatie? .................................................................................................................... 37
Beschermingsbeleid en praktijk ................................................................................................ 38 3.1
Inleiding ................................................................................................................................. 38
3.2
Beschermingszones en milieuregels ..................................................................................... 39
3.3
Planologische doorwerking beschermingszones .................................................................. 43
3.4
Ruimtelijke ontwikkelingen .................................................................................................... 46
Analyse risico’s en maatregelen ................................................................................................ 48 4.1
Inleiding ................................................................................................................................. 48
4.2
Signaleringsdiagram .............................................................................................................. 48
4.3
Voorstel maatregelen ............................................................................................................ 53
Gebiedsgerichte aanpak ............................................................................................................. 58 5.1
Inleiding ................................................................................................................................. 58
5.2
Gebiedsgesprekken ............................................................................................................... 58
5.3
Afspraken............................................................................................................................... 59
1
Bijlage 1 Literatuurlijst .................................................................................................................. 0
2
Bijlage 2 Kaarten in A4.................................................................................................................. 2
3
Bijlage 3 Toetsing waterkwaliteit ................................................................................................. 0
4
Bijlage 4 Notulen gebiedsgesprekken......................................................................................... 2
Provincie Utrecht
6
Gebiedsdossier Zeist
5
Bijlage 5 Begrippenlijst ................................................................................................................. 3
6
Bijlage 6 Beleid en regelgeving ................................................................................................... 0
7
Bijlage 7 Concept afspraken over adequate grondwaterbescherming ................................... 0
8
Bijlage 8 Toelichting signaleringsdiagram ................................................................................. 0
Provincie Utrecht
7
Gebiedsdossier Zeist
1
INLEIDING
1.1
Wat is een gebiedsdossier?
Het voorliggende gebiedsdossier bevat informatie over de waterwinning Zeist. In een gebiedsdossier wordt door de betrokken partijen informatie verzameld die van belang is voor de (grond)waterkwaliteit ter plaatse van de waterwinning voor drinkwater. Op basis van deze informatie worden mogelijke beschermingsmaatregelen, gericht op preventie en risicobeheersing, ontwikkeld en in het dossier opgenomen. Vervolgens nemen de betrokken partijen – uitgaande van het gebiedsdossier – een besluit over de daadwerkelijk uit te voeren maatregelen. De (concept)afspraken over samenwerking en te nemen maatregelen maken onderdeel uit van het gebiedsdossier.
1.2
Waarom een gebiedsdossier?
Wet- en regelgeving In de Drinkwaterwet is het duurzaam veiligstellen van de openbare drinkwatervoorziening aangemerkt als "dwingende reden voor groot openbaar belang". In de Kaderrichtlijn Water (artikel 4) is aanvullend opgenomen dat lidstaten maatregelen moeten nemen om de inbreng van verontreinigende stoffen in het grondwater te voorkomen of te beperken. Specifiek voor waterwinningen voor drinkwater is opgenomen (artikel 7) dat lidstaten moeten zorgen voor de nodige bescherming van grondwater teneinde het niveau van zuivering dat voor de productie van drinkwater is vereist, te verlagen. Met name dit laatste is leidend voor de te treffen maatregelen, de prioritering ervan en de benodigde afspraken over een adequaat beschermingsniveau. Provinciaal beleid De Provincie Utrecht beschermt haar openbare drinkwatervoorziening via de risicobenadering in het beschermingsbeleid en de voorkantsturing in de Ruimtelijke Ordening. De risicobenadering houdt in dat voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater risicovolle activiteiten worden geweerd. Voorkantsturing houdt in dat er bij RO-ontwikkelingen naar gestreefd wordt dat de waterwinningen voor drinkwater zoveel mogelijk omgeven zijn met harmoniërende, ‘grondwatervriendelijke’, functies. Dit gebeurt in een zo vroeg mogelijk stadium van het RO-proces. Om goed invulling te kunnen geven aan zowel de risicobenadering als de voorkantsturing is inzicht nodig in de factoren die van belang zijn voor de kwaliteit van het onttrokken grondwater (Wuijts e.a., 2007). De Provincie Utrecht heeft ervoor gekozen om deze informatie voor de kwetsbare winningen te bundelen in ‘Gebiedsdossiers’. Deze dossiers maken onderdeel uit van de gebiedsaanpak per waterwinning. Dit houdt onder meer in dat het gebiedsdossier actueel wordt gehouden inclusief de prioritering en afspraken die nodig zijn om de winningen adequaat te beschermen. Wat is de meerwaarde van het Gebiedsdossier? Het gebiedsdossier bevat gebiedsinformatie die relevant is voor de grondwaterkwaliteit nabij de waterwinning voor drinkwater Zeist. U kunt deze informatie gebruiken als u bijvoorbeeld werkt aan een structuurvisie, een bestemmingsplan, een bestemmingsplanwijziging, een ruimtelijke ontwikkeling, een watergebiedsplan, een waterplan, een watertoets, een ruimtelijke ontwikkeling, het afkoppelen van hemelwater of het verlenen van milieuvergunningen/ontheffingen en de daarop volgende handhaving.
Provincie Utrecht
8
Gebiedsdossier Zeist
1.3
Leeswijzer
Leeswijzer: hoofdstukindeling Het Gebiedsdossier bestaat uit vier hoofdstukken: Basisinformatie over de winning en het intrekgebied Beschermingsbeleid en praktijk Analyse risico’s en maatregelen Gebiedsgerichte aanpak
hoofdstuk 2 hoofdstuk 3 hoofdstuk 4 hoofdstuk 5
Daarnaast is er een handleiding ‘Gebiedsdossiers’ opgesteld waarin onder meer is beschreven op welke wijze dit gebiedsdossier tot stand is gekomen. Tevens bevat deze handleiding achtergrondinformatie zoals een toelichting op het signaleringsdiagram (hoofdstuk 4). Welke hoofdstukken zijn voor mij met name relevant? Handhaving en toezicht: Hoofdstuk 3 en 4 Ruimtelijke Ordening: Hoofdstuk 2 en 3 en 4 Waterbeheer: Hoofdstuk 2, 3 en 4 Beleidsmedewerkers: Hoofdstuk 4 en 5 Status en doelgroepen Het gebiedsdossier is een ‘levend’ document en bevat geen nieuw beleid of regelgeving. Met ‘levend’ wordt bedoeld dat het dossier regelmatig wordt aangevuld en geactualiseerd. Deze aanvulling kan bijvoorbeeld bestaan uit de verslagen van de gebiedsgesprekken of uit een afsprakenlijst waarmee invulling wordt gegeven aan de benodigde adequate bescherming van de waterwinning. Informatievoorziening Het gebiedsdossier bevat de gebiedsspecifieke informatie over de winning Zeist. Op de website van de Provincie is algemene informatie te vinden over beleid en regelgeving met betrekking tot de bescherming van het grondwater waaruit drinkwater wordt gewonnen. Via het loket van de website zijn interactieve, gedetailleerde kaarten van de grondwaterbeschermingszones te downloaden. De Provincie is voornemens om in 2012 de website aan te passen zodat meer gebiedsspecifieke informatie per winning beschikbaar komt.
Actualisatie grondwaterbeschermingszones In dit gebiedsdossier zijn de huidige grondwaterbeschermingszones gepresenteerd en gebruikt. De huidige PMV is vastgesteld in 1995, met een laatste wijziging in 2003. Naar verwachting worden er in 2012 nieuwe (geactualiseerde) beschermingszones vastgesteld met de vaststelling van de nieuwe Provinciale Milieuverordening. Voor winning Zeist betekent dit een wijziging van de huidige grenzen van de beschermingszones. Na het vaststellen van de nieuwe beschermingszones wordt dit gebiedsdossier hierop geactualiseerd.
Provincie Utrecht
9
Gebiedsdossier Zeist
2
BASISINFORMATIE
2.1
Inleiding
Dit hoofdstuk beschrijft de feitelijke basisinformatie. In de paragrafen 2.2 t/m 2.4 worden de kenmerken van de winning nader toegelicht, n.l. het type winning, de beschermende werking van de ondergrond, de herkomst van het grondwater in de winning en de verblijftijden van het water vanaf maaiveld tot aan de onttrekking. In de daarop volgende paragrafen 2.5 t/m 2.9 wordt ingegaan op de mogelijke invloeden op de kwaliteit van het grondwater. Dit betreft de ligging van oppervlaktewater, het ondergronds ruimtegebruik, maar ook de verschillende typen verontreinigingen (lijnbronnen, puntbronnen en diffuse bronnen). Tot slot wordt in paragraaf 2.10 de huidige kwaliteit van het opgepompte water beschreven. In bijlage 2 zijn alle in de tekst gepresenteerde kaarten in groter formaat opgenomen. Rond een winning is sprake van verschillende (beschermings)zones (waterwingebied, grondwaterbeschermingsgebied, 100-jaarsaandachtgebied, 50-jaarszone, intrekgebied). In bijlage 5 is met figuren toegelicht hoe deze zones gedefinieerd zijn.
2.2
Waterwinning en zuivering
2.2.1 Ligging winning De grondwaterwinning Zeist is een winning van drinkwaterbedrijf Vitens. De winning is gelegen in het stedelijke gebied van Zeist en ligt geheel binnen deze gemeente. Het intrekgebied van de winning ligt op de flank van de Utrechtse Heuvelrug in een bosrijk gebied (Ecologische Hoofdstructuur (EHS)) en deels in stedelijk gebied. De maaiveldhoogte in het intrekgebied is +4 tot +13 m NAP. De ligging van de winning en de beschermingszones zijn weergegeven in Figuur 2-1.
Figuur 2-1
Ligging winning Zeist met beschermingszones (bron: Provincie Utrecht, geoloket)
Provincie Utrecht
10
Gebiedsdossier Zeist
2.2.2 Kenmerken winning en zuivering De winning Zeist is een semi-gespannen, anaërobe winning. De winning is gebouwd in 1896 en heeft een momenteel een vergunningscapaciteit van 5 miljoen m3/jaar. In Figuur 2-2 is de werkelijk onttrokken hoeveelheid water weergegeven. Het grondwater wordt onttrokken uit het tweede watervoerend pakket op een diepte van -55 tot -70 meter NAP . De winning lag destijds in heidegebied, maar deze is door de groei van de gemeente Zeist geleidelijk ingesloten geraakt door bebouwing. In het waterwingebied zijn 13 pompputten en de zuiveringsgebouwen aanwezig. Sinds 2011 heeft Vitens het waterwingebied voor het grootste deel in eigendom. Aan de westkant ligt een deel van een woonkavel en een deel van een bedrijfskavel (Conré) in het waterwingebied. In december 2011 is tussen de gemeente en Conré (metaalverwerkingsbedrijf en caravanopslag) overeengekomen dat de gemeente het terrein van het bedrijf koopt en het bedrijf elders in Zeist vestigt. Naast de gemeente hebben ook de provincie Utrecht en Vitens een belangrijke rol gespeeld bij deze uitplaatsing. Hiermee komt er binnen afzienbare tijd een einde aan de ongewenste bedrijfsmatige activiteiten in het waterwingebied en tevens wordt de bodem ter plaatse van het bedrijf gesaneerd. Voor 2011 was het waterwingebied gedeeltelijk in eigendom van Vitens en gedeeltelijk in eigendom van de gemeente Zeist. Zeist wilde dit stuk waterwingebied benutten voor woningbouw en daardoor stond de winning jaren onder druk. Woningbouw bleek echter in strijd te zijn met het Besluit waterwingebieden. In 2003 is het idee geboren om van dit deel van het waterwingebied een park te maken. In 2008 is hiervoor op bestuurlijk niveau een intentieovereenkomst gesloten tussen de gemeente Zeist, Vitens en de woningbouwvereniging De Kombinatie. In 2010 is een samenwerkingsovereenkomst tussen deze partijen gesloten. Dit alles heeft geresulteerd tot een nieuwe inrichting van het waterwingebied. De participatie van omwonenden is een belangrijk onderdeel geweest in het ontwerpproces. Eind augustus 2011 is het park (Waterwinpark "De Waterbron") officieel in gebruik genomen. Het park leidt tot een hogere kwaliteit van de woonomgeving, een betere betrokkenheid van de omwonenden bij de winning en een betere bescherming van de putten.
Provincie Utrecht
11
Gebiedsdossier Zeist
6,000,000
POMPSTATION ZEIST Huidige vergunning
Onttrekkingsdebiet (m3/jaar)
5,000,000
4,000,000
3,000,000
2,000,000
1,000,000
0 1970
1975
1980
1985
1990
1995
2000
Jaar
Figuur 2-2
Onttrekking winning Zeist de afgelopen 40 jaren (bron: Provincie Utrecht)
Figuur 2-3
Voorzieningsgebied winningen rondom de winning Zeist (bron: Vitens)
Provincie Utrecht
12
2005
2010
Gebiedsdossier Zeist
Van het onttrokken grondwater wordt drinkwater gemaakt met drie zuiveringsstappen, namelijk intensieve beluchting (BL, beluchtingstorens), marmerfiltratie (MF) en Actief koolfiltratie (AF). De beluchting is met name gericht op het verwijderen van gechloreerde koolwaterstoffen (VOCl) en het toevoegen van zuurstof voor vlokvorming van opgelost ijzer. Marmerfiltratie zorgt voor de verwijdering van ijzer en hardt het water op. De actief koolfiltratie is voor de verwijdering van bestrijdingsmiddelen (BAM). 2.2.3
Voorzieningsgebied winning
Het voorzieningsgebied van de winning Zeist is voor 95% het stedelijk gebied van Zeist (
Figuur 2-3). Het is een belangrijke winning voor Vitens.
2.3
Opbouw van de ondergrond
2.3.1 Bodemopbouw Vanwege de beperkte beschermende werking van de ondergrond is de winning Zeist aangemerkt als ‘zeer kwetsbaar’ door de Provincie Utrecht en Vitens. De winning Zeist onttrekt grondwater uit het tweede watervoerende pakket. De regionale geohydrologische opbouw is weergegeven in Figuur 2-5. In Figuur 2-4 is de laagopbouw van een nabije boring weergegeven (DINO, boring B32C0081). Deze boring geeft de laagopbouw in meer detail weer. 2.3.2 Watervoerende pakketten De geohydrologische opbouw is uitgebreid beschreven in Grontmij (2001). In het gebied is geen deklaag aanwezig. Aan maaiveld is dus direct het eerste (freatisch) watervoerend pakket aanwezig, dat loopt tot een diepte van circa -35 m NAP. Op circa -35 m NAP is de eerste scheidende laag aanwezig waaronder zich het tweede watervoerende pakket (het winpakket) bevindt. Maaiveld = NAP +5 m Zand Klei 101.0
Diepte (m tov. maaiveld)
Slecht doorlatend Laag (onderbroken)
Bestaande pompputten
Figuur 2-4
Laagopbouw diepe boring nabij de winning (boring B32C0081)
2.3.3 Scheidende lagen De winning bevindt zich onder de Waalre Klei 1 die lokaal aanwezig is en uitwigt rondom de winning. Deze scheidende laag is in de omgeving lokaal slecht ontwikkeld, bijvoorbeeld ter hoogte van de verontreiniging van GERO. De REGIS-gegevens (Figuur 2-5) geven de feitelijke situatie niet geheel goed weer. Het grondwatermodel dat is gebruikt voor de berekeningen is daarom aangepast op de lokale situatie (Grontmij, 2007). De formatie van Maassluis en Waalre Klei 3 vormen de geohydrologische basis op -90m NAP. Provincie Utrecht
13
Gebiedsdossier Zeist
N
Figuur 2-5
2.4
Z
Geohydrologische dwarsdoorsnede winning Zeist (bron: DINOLOKET - REGIS). Het begin- en eindpunt van de doorsnede is weergegeven in Figuur 2.1.
Grondwaterstroming en verblijftijden
2.4.1 Regionale grondwaterstroming Boven de scheidende laag is de stroming met het maaiveldverloop mee naar het westen gericht, en in het onttrekkingspakket is sprake van nagenoeg circulaire toestroming naar de winning toe. Het winpakket wordt van boven, dóór de scheidende laag heen, aangevuld door water uit het freatische pakket dat afkomstig is van het gebied ten oosten van het beschermingsgebied op de Heuvelrug. 2.4.2 Verblijftijdscurve Uit de verblijftijdscurve (ook wel ‘responscurve’) van de winning blijkt dat binnen de 100jaarszone 52% van het volume drinkwater wordt gewonnen (zie Figuur 2-6). Doordat ongeveer de helft van het intrekgebied is beschermd met regelgeving, betekent dit dat op de lange termijn een groot deel van het onttrokken grondwater afkomstig is uit een gebied dat niet beschermd is door de regels uit de PMV; wel geldt daar aanvullend beschermingsbeleid (Grondwatervisie Utrechtse Heuvelrug) dat richting geeft an toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Dit betekent aan de andere kant ook dat ongeveer 30% van het onttrokken water ouder dan 200 jaar is. Bijna een derde van het onttrokken grondwater zal de komende eeuw nog geheel geen invloed van antropogene verontreinigingen ondervinden.
Provincie Utrecht
14
Gebiedsdossier Zeist
100 90 80
Volume water (%)
70 60 52% 50 40 30 20 10 0 0.1
1
10
100
1000
10000
tijd (jaren)
Figuur 2-6
Cumulatieve responscurve van waterwinning voor drinkwater Zeist (bron: berekeningen Royal Haskoning, 2010) met het Hydromedah model
2.4.3 Ruimtelijke verdeling verblijftijd De ruimtelijke verdeling van de verblijftijd vanuit maaiveld is weergegeven in Figuur 2-7. De aangegeven beschermingszones zijn de huidige, wettelijk vastgestelde zones. Het aangegeven intrekgebied betreft recente berekeningsresultaten die uitgevoerd zijn ten behoeve van de nieuw vast te stellen beschermingszones in de PMV (Provinciale Milieuverordening) die in 2012 gereed zal komen. Een deel van het grondwater (circa 50%) komt van buiten de 100-jaarszone. Een groot deel daarvan is ouder dan 200 jaar. Dit maakt grondwaterbescherming tot een regionale opgave. Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moet het lange termijn belang van een goede kwaliteit van het grondwater (=grondwaterbescherming) worden meegewogen. Het grondwaterdeel met korte verblijftijden (10-25 jaar) vanaf maaiveld ligt geheel in het stedelijke gebied van Zeist uitgaande van de nieuwe berekeningen. Er zijn dan ook diverse vormen van verontreiniging geconstateerd in de winning. Ongeveer 30% van het grondwater is afkomstig uit het stedelijke gebied van Zeist.
Provincie Utrecht
15
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-7
2.5
Verblijftijd in jaren van winning Zeist (bron: berekeningen HYDROMEDAH-model, versie 2010)
Oppervlaktewater
In het intrekgebied van de winning Zeist is nauwelijks oppervlaktewater aanwezig. Naast de hoofdwegen zijn afwateringssloten / laagtes aanwezig die overwegend droog staan. Langs bijna alle wegen en langs de snelweg infiltreert afstromend regenwater dus in de bodem. Afstromend wegwater afkomstig van Rijkswegen wordt verwerkt volgens de richtlijnen in CIWrapport ´Afstromend wegwater´ (CIW, 2002). Er zijn enkele vijvers aanwezig en in het uiterste zuiden een watergang.
Provincie Utrecht
16
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-8
2.6
Oppervlaktewatersysteem in de omgeving van winning Zeist. Blauwe lijnen zijn waterlopen.
Puntbronnen
2.6.1 Historische puntbronnen bodemverontreiniging Het grondwaterbeschermingsgebied Zeist ligt in de bebouwde kom van Zeist. Als gevolg van bedrijfsmatige activiteiten in het verleden is hier de grond en het grondwater op meerdere plaatsen verontreinigd geraakt. Een viertal verontreinigingen heeft zich dermate naar de diepte verspreid dat deze ook de winputten heeft bereikt. Voor de aanpak hiervan is, eind vorige eeuw, gezamenlijk door provincie, gemeente en Vitens gestart met de ontwikkeling van een gebiedsgerichte aanpak. Verderop wordt deze gebiedsgerichte aanpak toegelicht. Het algemene beleid van de provincie ten aanzien van verontreinigingen is in onderstaand kader beschreven.
Beleid puntbronnen De uitvoering van beleid voor het aanpakken van bodem- en grondwaterverontreinigingen is gebaseerd op de Wet bodembescherming (Wbb). Bedreiging van kwetsbare objecten - waaronder waterwinningen voor drinkwater - speelt een belangrijke rol bij de prioritering van de aanpak van bodemverontreinigingen in het kader van de Wbb. We maken onderscheid in puntbronnen die een risico vormen voor de volksgezondheid (humaan), ecologie (ecologisch) en verspreiding via grond- en oppervlaktewater (verspreiding).
Provincie Utrecht
17
Gebiedsdossier Zeist
In het ‘Convenant bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties’1 is landelijk afgesproken de bodemsaneringsoperatie versneld tot een verantwoord einde te brengen. In het kader hiervan zijn alle nog niet (voldoende) onderzochte locaties geselecteerd waar een vermoeden bestaat dat sprake kan zijn van een mogelijk risicovolle (’spoedeisende’) verontreiniging en opgenomen op een werklijst van ‘potentiële spoedlocaties’. Daarnaast is in de Kaderrichtlijn water (KRW) beleid vastgelegd gericht op een goede kwaliteit van grondwater dat gebruikt wordt voor drinkwaterproductie. In 2007 heeft daarvoor in opdracht van de Provincie Utrecht een inventarisatie2 plaatsgevonden van risico’s van verspreiding van puntbronnen naar deze grondwaterwinningen. Deze lijst van puntbronnen (‘KRW-puntbronnen’) omvat zowel verontreinigingen waarvan reeds vaststaat dat sprake is van verspreidingsrisico’s, als locaties waarop zich mogelijk een bedreigende verontreiniging bevindt. Deze locaties moeten nog (nader) worden onderzocht en zijn in 2009 opgenomen in de Europese Stroomgebiedbeheerplannen voor de KRW. Daarmee is de KRW-verplichting vastgelegd de betreffende verontreiniging voor 2015 aan te pakken. In de meeste gevallen betreft dit onderzoek. Alle (potentiële) KRW-puntbronnen zijn tevens opgenomen op de provinciale werklijst van ‘potentiële spoedlocaties’. Deze locaties hebben naast de aanduiding “potentieel spoed vanwege verspreiding” in het kader van de Wbb dus ook een KRW-label meegekregen en zijn daarmee dubbel in beeld. Alle locaties op deze werklijst worden onderzocht. Wanneer uit dit (vervolg)onderzoek blijkt dat geen sprake is van een ernstige verontreiniging of wanneer blijkt dat er wel verontreiniging is, maar deze brengt geen risico’s met zich mee, dan wordt het onderzoek beëindigd en vormt de locatie geen aandachtspunt meer. Uiteindelijk zal de lijst van potentiële spoedlocaties leeg zijn en maken we alleen nog onderscheid tussen locaties met een spoedeisende verontreiniging en locaties waarbij we geen spoedeisende verontreinigingen verwachten. Verontreinigingen die humane risico’s met zich meebrengen moeten uiterlijk in 2015 zijn gesaneerd dan wel moeten de risico’s zijn weggenomen. Uiterlijk op 31 december 2015 moeten alle locaties bekend zijn waar sprake is van onaanvaardbare verspreidingsrisico’s of ecologische risico’s. De reeds bekende verontreinigingen die voor de drinkwaterproductie van belang zijn worden al jaren gevolgd en mogen grotendeels bekend worden verondersteld. Provincie Utrecht volgt deze bekende locaties vanuit haar rol als bevoegd gezag vanuit de Wbb3 en ziet toe op aanpak daarvan. De waterbedrijven monitoren verontreinigingen in pompputten en waarnemingsputten. Aangetroffen verontreinigingen kunnen aanleiding zijn om dit gezamenlijk als knelpunt te benoemen en te zoeken naar de mogelijke verontreinigingsbron. Deze locaties met verspreidingsrisico naar drinkwaterwinningen worden voor zover mogelijk in het gebiedsdossier nader beschreven. Op de kaart (Figuur 2-9) zijn van de hierboven beschreven locaties 3 typen locaties weergegeven: • KRW-puntbronnen: locaties met mogelijk verspreidingsrisico naar winningen (Grontmij, 2007 ) • Beschreven locaties: aandachtspunten i.v.m. mogelijk verspreidingsrisico naar winningen • Spoedlocaties: ernstige verontreinigingen met verspreidingsrisico naar winningen4
1
Dit convenant is ondertekend door het rijk, IPO, de VNG en Unie van waterschappen en is gepubliceerd in de Staatscourant, nr. 18077, 26 november 2009. 2 Inventarisatie puntbronnen grondwaterwinningen – KRW detailanalyse provincie Utrecht, Grontmij Nederland bv i.o.v. Provincie Utrecht, 1 november 2007. 3 Gemeente Amersfoort en Utrecht zijn bevoegd gezag vanuit de Wbb binnen de eigen gemeente 4 De lijst met spoedlocaties is bij het opstellen van dit gebiedsdossier niet beschikbaar. In de loop van 2013 wordt de lijst met geïdentificeerde spoedlocaties gepubliceerd.
Provincie Utrecht
18
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-9
Bodemverontreinigingen in de omgeving van winning Zeist (bron: Provincie Utrecht). In deze kaart zijn alleen de besproken locaties gelabeld.
Gebiedsgerichte aanpak diepe grondwaterverontreinigingen Zeist In het grondwaterbeschermingsgebied van Zeist bevinden zich meerdere gevallen van ernstige bodemverontreinigingen met vluchtige alifatische chloorkoolwaterstoffen (VOCl) afkomstig van (voornamelijk toenmalige) bedrijfsterreinen. Uit onderzoek in de jaren ’90 van de vorige eeuw is gebleken dat een viertal van deze gevallen zich heeft verspreid naar het diepe grondwater (2e watervoerend pakket). Het betreft: 1. Gero Zeist (UT035500008); 2. Moubal Zeist (UT035500002); 3. Sola Zeist (UT035500011); 4. Bergweg 98, Zeist (UT035500019); Op drie bronlocaties zijn medio jaren ’90 reeds saneringen gestart cq. uitgevoerd. Hiervoor zijn separate beschikkingen genomen. Op de locatie Moubal is deze recentelijk gestart (2010). Op de locatie Bergweg 98 Zeist (UT035500019) is in 2011 een actualisatieonderzoek opgestart naar de omvang van de restverontreiniging onder het pand. Dit onderzoek is gereed, er blijken geen verspreidingsrisico’s meer aanwezig. Mede als gevolg van de forse onttrekkingen van de drinkwaterwinning en de lokaal slecht ontwikkelde eerste scheidende laag zijn de pluimen van deze locaties zodanig vermengd geraakt in het 2e watervoerend pakket dat een specifieke toedeling naar de vier bronlocaties niet mogelijk is; er is sprake van één geval van ernstige bodemverontreiniging in het diepe Provincie Utrecht
19
Gebiedsdossier Zeist
grondwater. Deze verontreinigingen worden sinds medio jaren ‘70 van de vorige eeuw in de winputten (diepte 58-76 m-mv) aangetroffen. Sindsdien zuivert Vitens noodgedwongen het opgepompte grondwater extra ter plaatse van het pompstation (beluchting). In de gebiedsgerichte aanpak zijn uitgebreid de diepe ondergrond en de verontreinigingen in beeld gebracht. Aan de hand van modellering zijn berekeningen gedaan naar het verloop van de verontreinigingen. Vervolgens is een saneringsonderzoek uitgevoerd en is een saneringsplan opgesteld. Uit deze studies is naar voren gekomen dat de meest eenvoudige en efficiënte oplossing voor saneren van de verontreiniging de end of pipe-oplossing is. Dat wil zeggen dat de onttrekking en de zuivering van Vitens bestempeld is als de meest effectieve manier van saneren. Dit is uiteindelijk in een saneringsbeschikking vastgelegd. Daarmee is Vitens tevens saneerder van de diepe grondwaterverontreinigingen (vastgelegd in beschikking d.d. 14 januari 2008). Vitens voert jaarlijks een monitoring van het diepe grondwater uit. Op de locaties Sola en Gero zijn plaatselijk ook verontreinigingen met zware metalen in het ondiepe grondwater aangetoond. Onderstaand worden de overige locaties met grondwaterverontreinigingen beschreven die in potentie de drinkwaterwinning kunnen bedreigen. Als basis is hiervoor de inventarisatie genomen die in het kader van de KRW is uitgevoerd in 2007 (Grontmij, 2007). Ook zijn sommige locaties door Vitens aangedragen als “probleemlocaties”. Voormalige gasfabriek Zeist (UT035500001) Op deze locatie is in 1985 de grond gesaneerd en aanvullend het grondwater. Sinds 1996 is een IBC-maatregel werkzaam waardoor de grondwaterverontreiniging zich niet verspreid en er dus geen bedreiging voor de winning bestaat. Momenteel is overleg gaande of de maatregel (monitoring) kan worden stopgezet. Van Reenenweg 177 Zeist (UT035500051) Op deze locatie is de grond licht tot sterk verontreinigd met zware metalen tot 2,0 m-mv. Dit vormt geen risico voor de waterwinning. Het grondwater is ernstig verontreinigd met VOCl. Deze VOCl-verontreiniging is afkomstig van de locatie Steynlaan 90 te Zeist en wordt daarin meegenomen. Zie verder deze locatie. De verontreiniging op deze locatie vormt dus geen bedreiging voor de winning. Ralston Zeist (UT035500014) De tolueenverontreiniging in het grondwater is in de jaren ’90 gesaneerd. De ter plaatse aanwezige diepere grondwaterverontreiniging met tri is afkomstig van het vm. Gero-terrein en wordt meegenomen in de gebiedsgerichte aanpak (zie hierboven). De locatie betreft dus geen potentiële spoedlocatie meer en vormt geen bedreiging voor de winning. Tulpstraat 2 Zeist (UT035500035) Uit recentelijk (2011) uitgevoerd verificatie-onderzoek is gebleken dat er geen sprake is van risico’s voor mens en milieu. Het op 17 januari 1997 genomen besluit ernstig/urgent saneren voor 2015 is veranderd in ernstig niet spoedeisend. De locatie betreft dus geen potentiële spoedlocatie meer en vormt geen bedreiging voor de winning. Slotlaan 121 (UT035500053), Steynlaan 90 (UT035500173) en Bergweg 46-48 (UT035500049) Voor de locaties Slotlaan 121 (UT035500053) en Steynlaan 90 (UT035500173) blijkt uit monitoringsgegevens dat er zeer waarschijnlijk sprake is van een stabiele eindsituatie. Er vindt nog een laatste monitoringsronde plaats in 2014. De provincie verwacht dat er geen sprake Provincie Utrecht
20
Gebiedsdossier Zeist
is van een bedreiging voor de winning. De locatie Bergweg 46-48 behoort tot hetzelfde geval als Steynlaan 90. Slotlaan 250 (UT035500207), Jacob Catslaan 23 (UT035500272) en Boslaan-Prof Lorentzlaan (UT035500293) Op de locaties Slotlaan 250 (UT035500207), Jacob Catslaan 23 (UT035500272) en Boslaan-Prof Lorentzlaan (UT035500293) is uit aanvullend onderzoek gebleken dat ze zijn afgevallen als potentiële spoedlocatie. De eventueel aanwezige verontreiniging(en) op deze locatie vormen geen bedreiging voor de winning. Slotlaan 283 Zeist: UT035500033 Ter plaatse is sprake van een omvangrijke verontreiniging met VOCl in grond en grondwater. Binnenkort wordt de onderzoeksfase afgerond en zal een beschikking ernst/spoed worden genomen. De grondwaterverontreiniging bevindt zich nabij de grens van het grondwaterbeschermingsgebied. Voor al de locaties uit de KRW inventarisatie (Grontmij 2007) met status ‘HO’ blijkt uit onderzoek dat ze zijn afgevallen als spoedlocatie. De eventueel aanwezige verontreiniging(en) op deze locatie vormen geen bedreiging voor de winning Tevens zijn alle in 2007 geïdentificeerde locaties afkomstig uit het Hbb-bestand in een nadere analyse van de provincie (2011) afgevallen van de potentiële spoedlijst. Benzineservicestations Naast de bovengenoemde locaties moet rekening worden gehouden met specifieke verontreinigingen afkomstig van benzineservicestations. Dit zijn verontreinigingen die in Elvhis5 als ‘voldoende onderzocht’ zijn aangegeven terwijl er sprake kan zijn van een MTBE6 verontreiniging, die niet bij de onderzoeken en saneringen is meegenomen. Een lijst van deze locaties bestaat nog niet. Er zit als het ware een ‘gat’ tussen het toevoegen van MTBE aan brandstoffen (als loodvervanger) en de AMvB Tankstations waarin deze stof moet worden meegenomen bij onderzoek. Monitoring voor de Wet milieubeheer bevatte geen MTBE. Hierdoor kan het zijn dat er wel brandstof met MTBE is gelekt dat niet gedetecteerd is. Dit is een voor de winning ongewenste situatie. Vanuit de ervaringen in Zuid Holland, waar hiertoe een methode is ontwikkeld, zal een provinciebrede analyse van alle benzineservicestations 10-20 verdachte stations opleveren, waarvan een klein deel in beschermde gebieden. Voorlopig worden beleidsontwikkelingen afgewacht. De locaties die van belang kunnen zijn, zijn genoemd in Grontmij (2007). De Provincie Utrecht heeft geen specifiek beleid ontwikkeld ten aanzien van MTBE en dus wordt het generieke beleid gevolgd. Mogelijke risico’s kunnen op verschillende manieren worden afgedekt. 2.6.2 Risico´s op nieuwe verontreinigingen door bedrijven Binnen het grondwaterbeschermingsgebied van Zeist liggen 313 bedrijven (voor de ligging, zie Figuur 2-10) welke zijn ingedeeld in categorie 0 tot en met 5.
5
Het digitale systeem van de provincie waarin alle informatie over bodemverontreinigingen is opgenomen, voorheen GLOBIS 6 Aan benzine wordt sinds 1988 vaak methyl-tert-butylether (MTBE) toegevoegd om de klopvastheid te verhogen. Vroeger werd daarvoor het zeer giftige tetraëthyllood (TEL) gebruikt (loodhoudende benzine).
Provincie Utrecht
21
Gebiedsdossier Zeist
Tabel 2.1
Bedrijven binnen de grondwaterbeschermingsgebieden (bron: Milieudienst Zuid Oost Utrecht).
Milieucategorie 5
Aantal bedrijven in huidige grond-
Huidige bezoekfrequentie Milieudienst in relatie tot
waterbeschermingsgebied
toezicht en handhaving
1 (Kringloop centrum Zeist Van der
Ca. 1 keer per jaar
Heijdenlaan) 3
33
Ca. 1 keer per 1 jaar (bij slecht naleefgedrag) Ca. 1 keer per 3 jaar (bij goed naleefgedrag)
2
106
Onbekend
1
160
Onbekend
0
13
Onbekend
Totaal
313
Figuur 2-10
2.7
Bedrijven in de omgeving van winning Zeist (bron: Milieudienst Zuid Oost Utrecht).
Ondergronds ruimtegebruik
2.7.1 KWO installaties In de 100-jaarszone van winning Zeist bevinden zich geen installaties voor Koude Warmte Opslag (KWO). KWO installaties kunnen een risico vormen voor de drinkwaterwinningen, mede als gevolg van de lokale opwarming van het grondwater. Het beleid ten aanzien van KWO installaties is weergegeven in Tabel 3.1 (minimaal een verblijftijd van 50 jaar tussen de Provincie Utrecht
22
Gebiedsdossier Zeist
KWO installatie en de putten van de drinkwaterwinning), en geldt voor zowel open als gesloten systemen. 2.7.2 Overig ondergronds ruimtegebruik Uitgezonderd lijnbronnen is er, voor zover bekend, geen sprake van risicovol ondergronds ruimtegebruik binnen de grondwaterbeschermingszones, daarbij doelend op gebruik anders dan in KWO-installaties. Ondergrondse bebouwing (kelders, tunnels, aquaducten, etc.) leveren geen kwaliteitsrisico’s voor het grondwater op en zijn daarom niet beoordeeld. Zie voor lijnbronnen paragraaf 2.8.
2.8
Lijnbronnen
In het intrekgebied van de winning Zeist liggen diverse lijnvormige elementen die de kwaliteit van het grondwater kunnen beïnvloeden, bijvoorbeeld bij calamiteiten. Het belangrijkste lijnvormige element is de snelweg A28 die door het grondwaterbeschermingsgebied loopt. De belangrijkste lijnbronnen met bijbehorende risico’s zijn opgenomen in Figuur 2-11 en Tabel 2.2. Wegen Naast de A28 komen de provinciale wegen Zandbergenlaan (N238) en Woudenbergseweg (N224) en doorgaande wegen binnen Zeist als lijnbronnen voor. Van deze wegen is invloed van wegenzout te verwachten, en tevens vormen calamiteiten een risico voor de winning. Riolering De riolering van het stedelijk gebied speelt een rol als lijnelement. Binnen de gemeente Zeist is iedereen aangesloten op de riolering, ook de buitengebieden. De riolering van Zeist verkeert in goede staat. Het afgelopen decennium zijn alle riolen met een ouderdom van meer dan 40 jaar visueel/met camera geïnspecteerd. De (geconstateerde) kwetsbare riolen worden "gevolgd" en gemonitord. Daarnaast loopt een programma om systematisch de riolen te inspecteren op gebreken. De kans op lekkages in riolen is daardoor geminimaliseerd. Leidingen Aanvullend is gekeken naar buisleidingen voor transport van risicovolle stoffen, zoals transportleidingen van gas, olie, benzine, kerosine, chemische producten en industriële gassen. Door het gebied loopt een defensiepijplijn.
Provincie Utrecht
23
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-11
Lijnbronnen rondom winning Zeist (bron: Bestand Bodemgebruik, CBS).
Tabel 2.2. Lijnbronnen Lijnbron
Belangrijkste risico
A28
Calamiteiten vormen een risico voor de winning, invloed van wegenzout te verwachten Calamiteiten vormen een risico voor de winning, invloed van wegenzout te verwachten Onbekend
Regionale wegen (zoals de N224 en N238) Defensiepijpleiding Riolering
2.9
Lekkage vanuit verouderde riolering zorgt voor een belasting van het grondwater met stoffen zoals macroparameters en geneesmiddelen. De riolering van Zeist verkeert in goede staat. Het afgelopen decenium zijn alle riolen met een ouderdom van meer dan 40 jaar visueel/met camera geinspecteerd. De kans op lekkages in riolen is geminimaliseerd.
Diffuse bronnen
2.9.1 Inleiding Het risico van diffuse verontreiniging voor een winning wordt bepaald door twee factoren: de belasting ten gevolge van het grondgebruik en de kwetsbaarheid van de winning. Met de REFLECT methodiek worden de risico’s voor de winning ingeschat door de beoordeling van de diffuse belasting te maken. Door deze belastingsscore te combineren met de fysische kwetsbaarheid van de winning is dit te vertalen in een risicoscore. Deze score wordt op een risicokaart weergegeven (zie ook Figuur 2-12 en Kader).
Provincie Utrecht
24
Gebiedsdossier Zeist
-bodemtypen
Kaart
-Weerstandsbiedende lagen
gebruiksfuncties
-Verblijftijd
Tabel met risicoscore per gebruiksfunctie
Figuur 2-12
Opbouw risicokaart
Risico’s van het huidige landgebruik via REFLECT Om de risico’s van het huidige landgebruik te duiden, zijn twee kaarten van de Reflectmethodiek gecombineerd: Kwetsbaarheidkaart De kwetsbaarheid is samengesteld uit een aantal kenmerken van de winning, namelijk de dikte van de slechtdoorlatende lagen boven het bepompte pakket, de kwetsbaarheid van de bovengrond (bodemtype) en de verblijftijdzonering van het grondwater (‘afstand tot de winning in jaren’). Met deze benadering is het mogelijk voor een winning een ruimtelijk gedifferentieerd beeld van de kwetsbaarheid te maken met een score tussen 1 en 10. Belastingkaart De belastingscore is berekend op basis van de grondgebruikfunctie. Het risico van de grondgebruikfunctie voor de grondwaterkwaliteit is opgesplitst in drie factoren; diffuse belasting, calamiteiten en handhaafbaarheid. De belasting is met REFLECT ingedeeld in drie categorieën functies “harmoniserend”, “mogelijk risicovol onder voorwaarden” en “risicovol”, met een score tussen 1 en 3. Voor de winning is vervolgens een belastingskaart gemaakt met de belastingsscore. Risico’s diffuse bronnen De belasting van bestaande activiteiten en de kwetsbaarheid van de winning zijn gecombineerd tot een inschatting van de risico’s. Zowel de belasting als de kwetsbaarheid zijn gescoord in drie categorieën. Dit resulteert in een ruimtelijk beeld met als indeling drie kleuren: geen probleem, groen (I), aandachtspunt, geel (II) en risico’s, rood (III).
Een matig tot hoge kwetsbaarheid in combinatie met functies die mogelijk risicovol zijn voor het grondwater kan aanleiding geven tot een actueel risico in delen van het intrekgebied van de winning vanaf maaiveld. Een hoge risico-score op een plaats zal echter niet betekenen dat er ook sprake is van risico’s door diffuse verontreiniging. Dit zal alleen het geval zijn wanneer een groot deel van het intrekgebied van de winning ‘rood’ en ‘geel’ gekleurd is. In de volgende paragrafen worden de kaart met gebruiksfuncties, de belastings- en kwetsbaarheidskaarten en de risicokaart gepresenteerd.
Provincie Utrecht
25
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-13
Gebruiksfuncties ter plaatse van winning Zeist (bron: Bestand Bodemgebruik, CBS).
2.9.2 Gebruiksfuncties De kaart met gebruiksfuncties waaruit de diffuse belastingen kunnen worden afgeleid is weergegeven in Figuur 2-13. Het waterwingebied bestaat uit braakliggend terrein en het Waterpark. Het landgebruik in het grondwaterbeschermingsgebied is overwegend stedelijk (>90%). Tussen de A28 en de Amersfoortseweg ligt een gebied met sportvelden. Het 100-jaarsaandachtsgebied bestaat overwegend uit natuur gelegen ten oosten van Zeist (>80%). 2.9.3
Belasting bij verschillend landgebruik
Bestrijdingsmiddelen De gemeente Zeist gebruikt geen bestrijdingsmiddelen op openbaar terrein. In het openbare groen, openbaar terrein en op verhardingen wordt chemievrij gewerkt. Alleen op sportvelden worden bestrijdingsmiddelen toegepast. Door een ingehuurde loonwerker wordt bij de sportvelden - na visuele beoordeling - 1 keer in de 3 à 4 jaar ten behoeve van onkruidbestrijding het middel Starane (werkzame stof fluroxypyr) versproeid. Momenteel wordt bezien of dit ook lokaal toegediend kan worden in plaats van integraal met grote sproei-armen. De kunstgrasvelden worden allemaal mechanisch gereinigd zonder bestrijdingsmiddelen. Het bestrijdingsmiddelengebruik door particulieren kan aanzienlijk zijn, aangezien het veelal huizen met tuinen betreft. De Milieudienst heeft binnen grondwaterbeschermingsgebieden posters verspreid waarin de provinciale regels omtrent het gebruik van bestrijdingsmiddelen zijn weergegeven samen met een kaart.
Provincie Utrecht
26
Gebiedsdossier Zeist
Zouten In het stedelijk gebied wordt op veel plekken wegenzout toegepast. Dit gebeurt doorgaans op doorgaande wegen en busbanen, alsmede op wegen die op een helling zijn gelegen. Ook lekkage van riolering kan een belangrijke bron voor zouten zijn. Nutriënten Ten opzichte van landbouwgebieden is de belasting met nutriënten in stedelijk gebied relatief laag (ongeveer de helft), maar deze belasting kan wel oplopen. Invloed van lekke riolering kan in de winning leiden tot sterk verhoogde belasting met nutriënten. Enkele jaren geleden is de bron, lekke riolering, door renovatie en inspectie gesaneerd. Door lekke riolering (kans is nu klein in Zeist vanwege grondige inspectie) en door het bemesten van tuinen en plantsoenen vormt stedelijk gebied in Zeist nog altijd een bron voor nutriënten, maar verwaarloosbaar ten opzichte van landbouwgebieden. Organische microverontreinigingen (PAK, VOCl) en metalen Vanuit verf en bouwmaterialen, bedrijfsactiviteiten, en vanuit verkeersemissies komen diverse stoffen in het grondwater terecht. Zelfs in kwetsbare winningen vormen deze stofgroepen nauwelijks een bedreiging. Zeer lage concentraties die door diffuse verontreiniging in het grondwater terechtkomen zijn vaak immobiel en afbreekbaar. Alleen ten aanzien van metalen moet op emissies worden gelet: deze stofgroep hoopt zich op in bodems en breekt niet af. In de kalkarme Heuvelrug zouden deze stoffen op zeer lange termijn drinkwaterwinningen kunnen beïnvloeden. 2.9.4 Potentiële risico’s Met behulp van de Reflect-methodiek is een kaart vervaardigd die het risico voor diffuse bronnen weergeeft (Figuur 2-15).
Provincie Utrecht
27
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-14
Belasting en kwetsbaarheid winning Zeist
Provincie Utrecht
28
Gebiedsdossier Zeist
Figuur 2-15
Relatieve risicobeoordeling diffuse belasting op basis van bestaand landgebruik en kwetsbaarheid ondergrond bij winning Zeist
Uit Figuur 2-15 blijkt wat de percelen zijn waar de grootste risico’s liggen voor de winning. Dit zijn met name de bedrijventerreinen die in het stedelijk gebied van Zeist zijn gelegen. Bedrijventerreinen zijn ingedeeld als hoog risico doordat veel verschillende stoffen gebruikt worden waardoor de belasting nog iets hoger is dan in woongebieden. Ook enkele woongebieden aan de buitenrand van het beschermingsgebied komen als hoog risico naar voren. Dit heeft te maken met de ligging van een aantal diepe kleilagen die aan de randen van het beschermingsgebied ontbreken. De kwetsbaarheid van het grondwater is daar erg hoog. Het bebouwde gebied is als middelmatig risico aangewezen. Vanuit bebouwd gebied (ook bedrijventerreinen) zijn in het verleden veel stoffen in het grondwater terechtgekomen, zoals wegenzout, onkruidbestrijdingsmiddelen, bodemverontreinigingen, stoffen afkomstig uit uitlogende bouwmaterialen en bovengrondse activiteiten (afspoeling van daken, wegen, etc.) en vanuit lekkende riolering. In het buitengebied is het risico laag. Dit komt vooral door de lage belasting van het grondwater die in bosgebied aanwezig is. Het zuidwestelijke deel van het 100-jaars aandachtsgebied is daarnaast extra beschermd doordat een kleipakket dik ontwikkeld is.
Provincie Utrecht
29
Gebiedsdossier Zeist
2.10
Kwaliteit van ruwwater, reinwater en grondwater: bewezen kwetsbaarheid
In de voorgaande paragrafen is vanuit verschillende optieken gekeken naar de risico’s die nabij de drinkwaterwinning Zeist aanwezig zijn. De verschillende typen belasting en de geohydrologische kwetsbaarheid zijn daarbij in kaart gebracht en er is een risico-kaart opgesteld. De kwaliteit van het ruwwater (onbehandeld water) geeft behalve inzicht in het risico ook inzicht in de ‘bewezen kwetsbaarheid’ van de winning. Aanwezigheid van verontreinigingen in ruwwater bewijst dat verontreinigingsbronnen daadwerkelijk in de winning terecht kunnen komen. Daarmee kan de ruwwaterkwaliteit een onderbouwing vormen voor de risico-analyse en voor eventuele maatregelen. Het grondwater, dat wordt gewonnen uit het tweede watervoerende pakket, is van slechte kwaliteit. Door intensieve beluchting, marmerfiltratie en koolfiltratie wordt drinkwater gemaakt. De kwaliteit van het grondwater wordt beïnvloed door activiteiten aan maaiveld zoals het toepassen van wegenzout en bestrijdingsmiddelen en (in het verleden) lekkende riolering. Daarnaast wordt de winning beïnvloed door puntverontreinigingen. Vitens heeft met de Gemeente Zeist en Provincie Utrecht een gebiedsgerichte aanpak ontwikkeld voor de sanering van de grondwaterverontreinigingen (zie paragraaf 2.6 puntbronnen). 2.10.1 Kwaliteit ruwwater uit pompputten Bij de bespreking van de kwaliteit van het ruwwater die vastgesteld wordt door het analyseren van het water uit de individuele pompputten, (het onbehandelde opgepompte water) wordt onderscheid gemaakt in de macroparameters en de microverontreinigingen. De macroparameters zijn de parameters die van nature voorkomen en waarvan de (relatief hoge) gehalten worden bepaald door het bodemtype waarin het grondwater zich bevindt, zoals magnesium, calcium, hardheid, pH etc. De microverontreinigingen zijn de parameters die in lage gehalten voorkomen en die in het grondwater terecht komen door belasting van de bovengrond met verontreinigingen. Bij de presentatie wordt gebruik gemaakt van Box-whisker plots. In het Kader is een toelichting op dit type plots gegeven.
Provincie Utrecht
30
Gebiedsdossier Zeist
Kader Boxwhiskerplots In de beschrijvende statistiek is een boxplot of boxwhiskerplot een grafische weergave van de vijfgetallensamenvatting. Deze vijf-getallensamenvatting bestaat uit het minimum, de 25 percentielwaarde, de mediaan (of 50 percentielwaarde), de 75 percentielwaarde en het maximum van de waargenomen data. Een boxplot is daarmee een weliswaar sterk vereenvoudigde, maar zeer bruikbare, voorstelling van de verdeling van de data. Bijgevoegd een box-whiskerplot van een willekeurige set analysegegevens van Vitens. De onderkant van de ‘box’ geeft de 25 percentielwaarde aan. Van alle waarnemingen ligt 25% onder deze waarde. De bovenkant van de ‘box’ geeft de 75 percentielwaarde aan. Onder deze waarde ligt 75% van de gemeten waarden.De rode lijn in de box geeft de mediane waarde weer (de waarde waarboven en waaronder de helft van de gemeten waarden vallen). De lengte van de balken aan weerszijden van de ‘box’ (de zogenaamde ‘whiskers’) is maximaal 1,5 keer de lengte van de ‘box’, met dien verstande dat het uiteinde van de ‘whiskers’ wordt bepaald door de hoogste gemeten waarde aan de bovenkant en de laagste gemeten aan de onderkant die vallen binnen deze maximaal mogelijke whisker. De waarden die vallen buiten deze whiskers worden uitschieters genoemd. De uiteinden van de whiskers zijn derhalve de kleinste waarden die geen uitschieter zijn.
Opmerking: Vitens moet nog een toelichting geven op de onderste groene puntjes want die komen niet overeen met de gangbare werkwijze van een box whisker plot
Macroparameters Het water uit het winpakket wordt aangevuld vanuit het erboven gelegen freatische, uitgeloogde pakket aan de voet van de stuwwal. Het is matig belast, erg zacht, onderverzadigd (voor kalk) en (sub-)oxisch. De pH en het bicarbonaatgehalte zijn laag. Ook het ijzergehalte is laag. Verrassend genoeg zijn ook de nitraat- en sulfaatgehaltes vrij laag. In Figuur 2.16 zijn boxplots (zie kader) van de macroparameters die een trend vertonen (of hebben vertoond) weergegeven. In de pompputten lijken geen grootschalige trends aanwezig. Het OXV (oxidatievermogen, de som van NO3 en SO4) stijgt licht en het EGV (electrisch geleidingsvermogen) en calcium dalen licht.
Provincie Utrecht
31
Gebiedsdossier Zeist
Box-whiskers EGV (Totaal)
Box-whiskers Ca++ (Totaal)
45
50
45
40
40 35
mg/l
mS/m
35 30
30 25 25 20
15
20
2000
2002
2004 mS/m
2006
2008
15
2000
2002
2004 mg/l
2006
2008
Box-whiskers OXV (Totaal) 6
5
mmol/l
4
3
2
1
0
2000
Figuur 2.16
2002
2004 mmol/l
2006
2008
Boxplots van enkele macro-waterkwaliteitsparameters ruwwater uit pompputten (bron: waterkwaliteitsrapportage Vitens, 2011). Legenda zie kader Boxplots.
Microverontreinigingen Wat betreft organische microverontreinigingen (OMIVE) wordt de situatie sterk bepaald door de in paragraaf 2.6 genoemde, omvangrijke bodemverontreinigingen. De gechloreerde koolwaterstoffen (VOCl) cis-1,2 dichlooretheen, tri en per komen in aanzienlijke gehalten (enkele ug/l) in het ruwwater voor. Een groot aantal verwante gechloreerde verbindingen komt ook voor, zij het in lagere concentraties. CN (cyanide) komt in enkele pompputten voor in een gehalte rond 1 ug/l. Verder valt het voorkomen van het bestrijdingsmiddel dichlobenil op in enkele pompputten, samen met zijn metaboliet BAM (tot ca 0,5 ug/l). De boxplots van alle milieuvreemde stoffen die in de drinkwaterwinning zijn aangetroffen zijn in Figuur 2.17 weergegeven. Dichlobenil is recent niet meer aangetroffen in de pompputten, waarschijnlijk door verminderd gebruik. BAM wordt nog wel steeds gevonden in de pompputten, en in het meetnet (waarnemingsputten) zelfs tot gehalten van enkele ug/l. In Tabel 2.3 is een overzicht gegeven van de door Vitens in ruwwater uit pompputten aangewezen stoffen met daarin aangegeven een trend van de laatste 10 jaar. Wat betreft de VOCl is op het eerste gezicht nog geen afname in de gehaltes te zien. De feitelijke sanering door de winning kan nog jaren duren. Sinds de jaren zeventig vorige eeuw zijn de concentraties tri en per aanzienlijk gedaald. Wel is de afgelopen jaren een afvlakking in de afname te zien. Provincie Utrecht
32
Gebiedsdossier Zeist
Tabel 2.3
Stoffen aangetroffen in ruwwater (individuele pompputten) met mate van overschrijding van de toetsingswaarde (Tw) (zie Bijlage 3) en trend volgens de waterkwaliteitsrapportage van Vitens. Oranje: toetsingswaarde wordt overschreden, groen: toetsingswaarde wordt niet overschreden.
Stofgroep Anorganische verbindingen VOCl VOCl VOCl VOCl VOCl Aromaten Bestrijdingsmiddel
Stof Cyanide vrij
Toetsingswaarde < 0.8 * Tw
Trend Dalend
Norm(Tw) 50 µg/l
1,1-Dichloorethaan 1,2-Dichloorethaan Tetrachlooretheen (per) cis 1,2-Dichlooretheen (cis) Trichlooretheen (tri) Benzeen BAM (2,6dichloorbenzamide)
> Tw > Tw > Tw >Tw > Tw < 0.8 * Tw < 0.8 * Tw
Stijgend Stijgend Dalend
1 µg/l 3 µg/l 10 µg/l 1 µg/l 10 µg/l 1 µg/l 0.10 µg/l
Box-whiskers Cyanide vrij + SCN (Totaal)
Box-whiskers 1,1-Dichloorethaan (Totaal)
1.8
2.5
1.6 2 1.4
1.5 ug/l
ug/l CN
1.2 1
1
0.8 0.6
0.5 0.4 0.2
2000
2002
2004 ug/l CN
2006
0
2008
2000
Box-whiskers 1,2-Dichloorethaan (Totaal)
2002
2004 ug/l
2006
2008
Box-whiskers Tetrachlooretheen (per) (Totaal)
10
45
9
40
8
35
7
30
6 ug/l
ug/l
25 5
20 4 15
3
10
2
5
1 0
2000
2002
Provincie Utrecht
2004 ug/l
33
2006
2008
0
2000
2002
2004 ug/l
2006
2008
Gebiedsdossier Zeist
Box-whiskers cis 1,2-Dichlooretheen (Totaal)
Box-whiskers Trichlooretheen (tri) (Totaal)
30
700
600
25
500 20
ug/l
ug/l
400 15
300 10 200 5
0
100
2000
2002
2004 ug/l
2006
0
2008
Box-whiskers Benzeen (Totaal)
2000
2002
2004 ug/l
2006
2008
Box-whiskers BAM (2,6-dichloorbenzamide) (Totaal)
0.25
0.9 0.8
0.2
0.7 0.6
0.15 ug/l
ug/l
0.5 0.4 0.1 0.3 0.2
0.05
0.1 0
Figuur 2.17
2000
2001
2002
2003 ug/l
2004
2005
2006
2007
0
2000
2002
2004 ug/l
2006
2008
Micro-waterkwaliteitsparameters aangetroffen in de winputten (bron: waterkwaliteitsrapportage Vitens, 2011). Legenda, zie Kader Boxplots.
Toetsing: Op basis van de KRW dienen waterwinningen voor drinkwater beoordeeld te worden op het voldoen van het water aan de normen van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2 KRW). Het ruwwater van de individuele pompputten van de winning Zeist overschrijdt voor een aantal parameters de drinkwaternormen (zie Tabel 2.3 en bijlage 3). De zuivering is aangepast op de VOCL- en bestrijdingsmiddelenproblematiek. Pompputten worden niet beïnvloed door zware metalen verontreiniging. 2.10.2 Mogelijke oorzaken normoverschrijdingen ruwwater De kwaliteit van het onttrokken grondwater wordt beïnvloed door puntbronnen van bodemverontreiniging en activiteiten aan maaiveld in stedelijk gebied zoals de toepassing van wegenzout en onkruidbestrijding met bestrijdingsmiddelen (in de winning is BAM aangetroffen het afbraakproduct van dichlobenil). De aanwezigheid van fenazon in de pompputten duidt op lekkende rioleren die naar het grondwater infiltreren. Ook zijn nutrienten en zouten in het grondwater aanwezig, afkomstig uit inmiddels gerepareerde lekkende riolering in stedelijk gebied.
Provincie Utrecht
34
Gebiedsdossier Zeist
De volgende bronnen zijn relevant volgens Vitens (zie paragraaf 2.6 puntbronnen bodemverontreiniging): 1. Voormalige Gero en Moubal: VOCL-pluim tot in winning 2. Sola: VOCL-pluim in grondwaterbeschermingsgebied 3. Bergweg 98, Slotlaan 283 en VOCL-pluim tot in grondwaterbeschermingsgebied 2.10.3 Kwaliteit reinwater Het reinwater van de winning (dit is het water na zuivering) voldoet aan de gestelde eisen voor drinkwater. 2.10.4 Kwaliteit grondwater (waarnemingsputten) Ook in het grondwater dat onderweg is naar de pompputten worden microverontreinigingen die genoemd zijn in paragraaf 2.10.1 aangetroffen [bron: monitoringsmeetnet Vitens]. Vaak zijn dit hogere concentraties dan in de pompputten van het ruwwater omdat meetpunten zich soms midden in verontreinigingspluimen bevinden. Behalve de reeds in de pompputten aangetroffen stoffen wordt MTBE (toetsingswaarde 1 µg/l) aangetroffen, overwegend ruim onder de toetsingswaarde en ook ruim onder de geur- en smaakdrempel. BAM wordt soms in zeer hoge concentraties aangetroffen. De bron van dit afbraakproduct, dichlobenil, is sinds 2008 verboden. In het grondwater wordt eveneens vinylchloride (toetsingswaarde 0,1 µg/l), een afbraakprodukt van per, aangetroffen in gehalten boven de toetsingswaarde. In de pompputten van het ruwwater is deze stof niet aangetroffen. De boxplots van de microverontreinigingen MTBE, tri, per, vinylchloride (vc), 1,2 dichlooretheen (cis) en BAM zijn weergegeven in Figuur 2.18.
Provincie Utrecht
35
Gebiedsdossier Zeist
Box-whiskers MTBE (Methyl tertiar butylether) (Totaal)
Box-whiskers cis 1,2-Dichlooretheen (Totaal)
1.4
150
1.2
1 100
ug/l
ug/l
0.8
0.6 50 0.4
0.2
0 2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
0
2009
2000
2002
ug/l Box-whiskers Tetrachlooretheen (per) (Totaal)
2004 ug/l
2006
2008
Box-whiskers Trichlooretheen (tri) (Totaal)
2500
600
500
2000
400
ug/l
ug/l
1500 300
1000 200
500
0
100
2000
2002
2004 ug/l
2006
0
2008
Box-whiskers Chlooretheen (vinylchloride) (Totaal)
2000
2002
2004 ug/l
2006
2008
Box-whiskers BAM (2,6-dichloorbenzamide) (Totaal)
2
16
1.8
14
1.6 12 1.4 10 ug/l
ug/l
1.2 1 0.8
8 6
0.6 4 0.4 2
0.2 0
2000
Figuur 2.18
2002
2004 ug/l
2006
2008
0
2000
2002
2004 ug/l
2006
2008
Micro-waterkwaliteitsparameters aangetroffen in de waarnemingsputten (bron: waterkwaliteitsrapportage Vitens, 2011). Legenda zie Kader Boxplots.
Provincie Utrecht
36
Gebiedsdossier Zeist
2.11
Meer informatie?
Dit hoofdstuk beschrijft de belangrijkste basisinformatie op hoofdlijnen. In onderstaande tabel is opgenomen waar u meer aanvullende informatie kunt vinden (niet uitputtend). Daarnaast vindt u in bijlage 1 een literatuurlijst. Tabel 2.4
Enkele aanvullende informatiebronnen
Geo-informatie
Bronhouder
Website
Grondwaterbeschermingsbeleid
Provincie Utrecht
Bodemonderzoeken, bodemsaneringen en bodembelastende activiteiten Bedrijven
Provincie Utrecht
http://www.Provincieutrecht.nl/onderwerpen/water/drinkwater/ www.bodemloket.nl
Aardgasleidingen en brandstofleidingen Kabels en leidingen
Provincie Utrecht
37
Milieudienst Zuid Oost Utrecht Milieudienst Zuid oost Utrecht/ risicokaart Kadaster
Geoloket milieudienst ZOU: http://portaal.milieudienstzou.nl/milieudienstzou/ Geoloket/tabid/245/language/nl-NL/Default.aspx http://nederland.risicokaart.nl/risicokaart.html?prv=utrecht http://www.kadaster.nl/klic/
Gebiedsdossier Zeist
3
BESCHERMINGSBELEID EN PRAKTIJK
3.1
Inleiding
Dit hoofdstuk bevat op hoofdlijnen een beschrijving van beleid en regelgeving voor zover relevant voor de specifieke situatie van de winning Zeist. Het beleid en de bijbehorende regelgeving die invloed hebben op de kwaliteit van het grondwater bij waterwinningen stoelt op twee pijlers: • Beschermingsbeleid. Dit beleid heeft tot doel emissies van verontreinigingen naar de ondergrond te beperken en richt zich op het gebruik en de gebruiksfuncties aan maaiveld ter plaatse van de verschillende beschermingzones rond een winning. Met gebods- en verbodsregels worden verschillende vormen van gebruik verboden/beperkt en/of aan regels gebonden. Dit beleid is voornamelijk vastgelegd in de provinciale milieuverordening (PMV) en de bijbehorende uitvoeringsbesluiten en in het Grondwaterplan van de Provincie Utrecht. Bij de overgang naar een nieuwe PMV geldt een overgangsregeling. • Ruimtelijke ordening. Via provinciale en gemeentelijke structuurvisies, de provinciale ruimtelijke verordening en bestemmingsplannen vindt er planologische bescherming ter plaatse van de beschermingszones plaats. Immers sommige functies zijn minder belastend voor de grondwaterkwaliteit dan andere. Bij functiewijzigingen in 100-jaarszones, waterwin- en grondwaterbeschermingsgebieden, en in het Infiltratiegebied Utrechtse Heuvelrug moet rekening worden gehouden met het water winbelang, en moet worden toegelicht hoe de bescherming gestalte krijgt. In bijlage 6 is een overzicht opgenomen waarbij per verantwoordelijke overheid de relevante wetgeving is weergegeven en de uitwerking daarvan in de praktijk naar plannen, verordeningen en vergunningen is weergegeven. Daarnaast wordt onderscheid gemaakt in bestaande situaties en nieuwe situaties. • Bestaande situaties dienen getoetst te worden aan de van toepassing zijnde regels die vallen onder het beschermingsbeleid. Ontoelaatbare situaties dienen aangepakt te worden. • Nieuwe situaties (functiewijzigingen), die vastgelegd worden via het ruimtelijke ordeningsspoor, moeten allereerst voldoen aan het bestaande beschermingsbeleid. Daarnaast moet er naar gestreefd worden de belasting van de bodem met milieuvreemde stoffen te verminderen ten opzichte van de huidige situatie. Immers de Kaderrichtlijn Water (KRW) stelt dat de zuiveringsinspanning van grondwater dat gebruikt wordt als drinkwater tenminste gelijk moet blijven, maar bij voorkeur moet afnemen. Nieuw geplande ruimtelijke functies binnen de beschermingszones dienen daarom getoetst te worden op grond van hun potentiële emissie naar het grondwater. Bij het bepalen of gebruik of functies (huidig of toekomstig) toelaatbaar zijn in de grondwaterbeschermingszones kunt u in het kort als volgt aan de slag gaan: 1. Bestaand gebruik A. Toelaatbaar ja of nee Kijk of het bestaande gebruik toelaatbaar is op grond van de van toepassing zijnde uitvoeringsbesluiten (zie ook Figuur 3-1, taak is van handhaving, afhankelijk van de huidige vergunning milieudienst of Provincie).
Provincie Utrecht
38
Gebiedsdossier Zeist
B1. Toelaatbaar nee • Neem maatregelen bij ontoelaatbaar gebruik • In geval van een bestaande bodemverontreiniging is de Wet bodembescherming van toepassing en dient bij een risico voor verspreiding van verontreinigingen naar het grondwater richting drinkwaterwinning de verontreiniging gesaneerd te worden. (zie par. 2.6 beleid puntbronnen); B2. Toelaatbaar ja. • Risico’s: kijk bij toelaatbare functies wat de emissie naar het grondwater binnen de beschermingszone zal zijn (voor emissie zie Tabel 3.4); • Mitigatie: reduceer de risico’s van de functie door het nemen van mitigerende maatregelen bijvoorbeeld het stoppen met toepassen van bestrijdingsmiddelen (huidig) of een locatie zodanig in te richten dat toepassen van bestrijdingsmiddelen niet nodig zal zijn. In Tabel 3.4 is een eerste aanzet gegeven voor mitigerende maatregelen. 2. Wijziging in functie of gebruik A. Kijk eerst of de geplande functie/gebruik toegestaan is op basis van het beschermingsbeleid. Indien dit het geval is doorloop dan de volgende stappen. B. Huidige risico’s: kijk wat (theoretisch) de emissie naar het grondwater is bij de huidige functie (voor emissies zie Tabel 3.4); C. Toekomstige risico’s: kijk wat de emissie naar het grondwater zal zijn bij de voorgenomen functie (voor emissies zie Tabel 3.4); D. Wanneer de emissie van het voorgenomen gebruik hoger zal zijn dan de emissie bij de bestaande functie zijn er twee mogelijkheden: • Zoek een andere locatie voor de functie • Voorzie in maatregelen om de voorspelde emissie te reduceren. Het is belangrijk om op te merken dat de bodem op elke locatie anders is en dat nieuwe functies op veel verschillende manieren gerealiseerd kunnen worden (bv. duurzame versus reguliere woningbouw). Dit betekent dat grondwaterbescherming maatwerk is. De informatie die in het gebiedsdossier is opgenomen heeft als belangrijkste doel om een eerste indicatie te geven van de risico’s en de (on)mogelijkheden. Het gebiedsdossier dient als basis om het gesprek aan te gaan met de betrokken partijen.
3.2
Beschermingszones en milieuregels
3.2.1 Beschermingszones en bescherminsgbeleid winning Zeist De winning Zeist heeft een waterwingebied, een grondwaterbeschermings-gebied en een 100-jaarsaandachtsgebied. Op de eerste twee zones (de PMV is niet van toepassing op het 100-jaarsaandachtsgebied) zijn de PMV en de daaronder liggende besluiten van toepassing. Daarnaast is er bij de winning Zeist een 50-jaarszone aangewezen als signaleringszone7. Binnen de 50-jaarszone mogen geen KWO-systemen worden aangelegd. Het verbod is vastgesteld in het Grondwaterplan van de Provincie Utrecht, vanwege de risico’s die open KWO-systemen geven voor de winning. Figuur 3-1 bevat een overzicht met de besluiten die gelden in de verschillende beschermingszones en de 50-jaarszone8.
7
De 50-jaarszone wordt per watervoerend pakket bepaald. In het geval van de winning Zeist zijn er twee watervoerende pakketten en dus twee 50-jaarszones. Om te beoordelen of een KWO is toegestaan wordt gekeken naar de geplande diepte van de KWO en de 50-jaarszone op die diepte. 8 De inhoud van de betreffende besluiten staat op: www.provincie-utrecht.nl/grondwaterbescherming
Provincie Utrecht
39
Gebiedsdossier Zeist
IV) 100-jaarsaandachtsgebied
Figuur 3-1
Overzicht regelgeving in de verschillende beschermingszones (huidige PMV).
In Tabel 3.1 is de regelgeving beknopt samengevat voor zes veel voorkomende vormen van ruimtelijk gebruik zoals woningbouw, afkoppelen en Koude Warmte Opslag. Uit de praktijk blijkt dat dergelijke overzichten meerwaarde hebben, maar ook dat beleid en regelgeving niet altijd voldoende concreet zijn om direct vast te stellen welke activiteiten wel of niet zijn toegestaan (en zo ja, onder welke voorwaarden).
Provincie Utrecht
40
Gebiedsdossier Zeist
Tabel 3.1
Overzicht op hoofdlijnen van de regelgeving voor veel voorkomend vormen van ruimtelijk gebruik in de beschermingszones van winningen. Voor een volledig overzicht wordt verwezen naar de in Figuur 3-1 genoemde provinciale besluiten. Waterwingebied
Regelgeving algemeen
In het waterwingebied zijn activiteiten t.b.v. de drinkwatervoorziening toegestaan. Alle andere activiteiten zijn 9 niet toegestaan.
Afkoppelen hemelwater
Verboden (besluit waterwingebieden)
Woningbouw
Verboden (besluit waterwingebieden)
Nieuwe bovengrondse infrastructuur (wegen) Nieuwe ondergrondse infrastructuur
Verboden (besluit waterwingebieden)
Koude Warmte Opslag en bodemwarmtewisselaars
Verboden (besluit waterwingebieden)
Het is verboden nieuwe buisleidingen aan te leggen. Wijziging of vervanging van bestaande leidingen moet vooraf worden gemeld 11 (besluit buisleidingen ). Verboden (Grondwaterplan Provincie Utrecht)
Toepassing (licht) verontreinigde grond Boren in verband met diepinfiltratie Boren waterputten
Verboden (besluit waterwingebieden)
Het landelijk Besluit bodemkwaliteit is van toepassing
Open systemen verboden binnen de 50 jaarszone. (Grondwaterplan Provincie Utrecht). Dit moet aangetoond worden bij de vergunningaanvraag voor de KWO in het kader van de vergunning Waterwet. Het landelijk Besluit bodemkwaliteit is van toepassing
Verboden (besluit waterwingebieden)
Verboden (Grondwaterplan Provincie Utrecht)
Weliswaar toegestaan maar vanwege de risico's is de Provincie zeer terughoudend.
Verboden voor niet drinkwatertoepassingen (besluit waterwingebieden)
Niet toegestaan dieper dan 40 mmv (besluit boringen en funderingen) en bij een aantal winningen 10 m-mv
Toegestaan
Verboden (besluit waterwingebieden)
Grondwaterbeschermingsgebied (winning is kwetsbaar) Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moet worden getoetst of het risico voor het grondwater afneemt en in elk geval niet verslechtert (stand-still principe, Provinciale Ruimtelijke Verordening). Een aantal activiteiten is verboden (Provinciale Milieu Verordening) of gereguleerd. Afkoppelen is verboden, behalve als wordt voldaan aan in het Besluit genoemde algemene voorschriften. In het convenant Afkoppelen Utrechtse Heuvelrug is beleid geformuleerd voor afkoppelen.Het Besluit verhardingen en gebou10 wen is van toepassing: Het Besluit verhardingen en gebouwen is van toepassing, zie tevens ‘Afkoppelen hemelwater’. Het Besluit verhardingen en gebouwen is van toepassing.
100-jaars aandachtsgebied
Activiteiten
Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moet worden getoetst of het risico voor het grondwater afneemt en in elk geval niet verslechtert (stand-still principe). De regels van de PRV gelden hier wel, de regels van de PMV niet.
In het convenant Afkoppelen Utrechtse Heuvelrug is beleid geformuleerd voor afkoppelen. Bij het hanteren van dit beleid wordt binnen het 100jaarsaandachtsgebied voldaan aan de zorgplicht.
Zie ‘Regelgeving algemeen’
Zie ‘Regelgeving algemeen’
Zie ‘Regelgeving algemeen’
3.2.2 Toezicht en handhaving beschermingsbeleid Ter controle op de naleving van wettelijke milieuregels binnen de hiervoor beschreven beschermingszones worden door de Provincie Utrecht gebiedsschouwen uitgevoerd. Bij een gebiedsschouw worden relevante inrichtingen en locaties bezocht. Een gebiedsschouw bestaat globaal uit de volgende stappen:
9
Besluit waterwingebieden (Provinciaal blad 2003, 45). Besluit verhardingen en gebouwen (Provinciaal blad 2003, 48). 11 Onder buisleidingen wordt geen riolering en drinkwaterleiding verstaan, maar leidingen met andere stoffen 10
Provincie Utrecht
41
Gebiedsdossier Zeist
1. Voorbereiding: gesprekken met relevante partijen, inventarisatie van relevante/urgente onderwerpen, afspraken maken over de uitvoering, checklisten opstellen etc. 2. Dossier onderzoek: gericht op controle van de verleende vergunningen etc. 3. Locatiebezoek 4. Veldcontrole (wat is verschil met locatiebezoek??) 5. Vervolg en evaluatie: het betreft onder meer een rapportage van de gevolgde werkwijze en de resultaten. De Provincie Utrecht is in gesprek met de betrokken overheden om vast te stellen hoeveel toezicht en handhaving nodig is om een adequate grondwaterbescherming te realiseren. De afspraken die zij hierbij maken worden mogelijk vastgelegd in een contract. Het concept van dit contract is opgenomen in bijlage 7. 3.2.3 Calamiteiten Wanneer er sprake is van een calamiteit binnen de hiervoor beschreven beschermingszones (en ook daarbuiten) dient door de betrokken gebiedsactoren direct handelend te worden opgetreden conform geldende calamiteitenplannen. In Tabel 3.2 is een overzicht opgenomen van organisaties die een rol spelen bij de afhandeling van calamiteiten in het intrekgebied en is een korte beschrijving gegeven van de te volgen procedures. Niet alle partijen beschikken over een calamiteitenplan. Tabel 3.2 Calamiteiten Organisatie
Adviseert om bij een dringende
Opmerking
milieucalamiteit te bellen met: Provincie
0800-0225510
- verwijst op internet onder andere naar het waterschap
Utrecht
(milieuklachtentelefoon)
voor waterverontreiniging - Provincie informeert direct het drinkwaterbedrijf - het Kabinet van de Provincie adviseert en ondersteunt de commissaris van de Koningin in de uitoefening van zijn rijkstaken, waaronder rampenbestrijding
Milieudienst
112
- verwijst bij rampen naar de gemeente
(bij ‘levensgevaar en acuut mili-
- verwijst op internet onder andere naar de Provincie (tel.
eugevaar’)
030 – 69 99 500) en de politiemilieudienst (030-6772225)
Gemeente
Servicenummer van de gemeen-
- beschikt over een incidentenplan riolering
Zeist
te 14030
- beschikt over een rampenplan - overdag gaat melding naar ambtenaar via Melddesk - ’s avonds gaat melding door naar de politie, die beslist om de melding door te zetten naar storingsdienst van gemeente
Waterschap
030-634 57 00 (alarmnummer Waterschap)
Vitens
Veiligheidsregio
Heeft wel een calamiteitenplan,
- Vitens wordt geïnformeerd door de Provincie (milieuklach-
maar voor milieucalamiteiten is
tentelefoon)
de Provincie aanspreekpunt
- er is wel een klachtlijn voor storingen
Geen informatie
Utrecht (VRU)
Provincie Utrecht
42
Gebiedsdossier Zeist
3.3
Planologische doorwerking beschermingszones
3.3.1 Bestemmingsplannen De genoemde beschermingszones horen door te werken in de bestemmingsplannen van de gemeentes, zowel in de plannen als op kaart. De gemeente Zeist is op dit moment (2011) bezig gebiedsbestemmingsplannen vast te laten stellen, die voldoen aan de nieuwe eisen voor digitalisering en standaardisering. Daarom zijn er relatief veel plannen in voorbereiding of in procedure. In Tabel 3.3 is dan ook eerst een overzicht opgenomen van de belangrijkste vigerende plannen en vervolgens een lijst van de belangrijkste plannen (naar verwachting) per eind 2012. De relevante beschermingszones zijn niet altijd opgenomen op de plankaarten en er wordt in de toelichtingen ook niet altijd naar verwezen. Tabel 3.3
Grondwaterbescherming in relevante bestemmingsplannen.
Bestemmingsplan
Kaart
Toelichting en voorschriften
Hoge Dennen-Kerkebosch
geen zone op de kaart opgenomen
geen regels voor 100-jaarszone
Buitengebied
geen zone op de kaart opgenomen
geen regels voor 100-jaarszone
Vigerend
De Schil
wel bescherming voor het waterwingebied (dubbelbestemming met o.a. aanlegvergunningstelsel), niet voor de 100-jaarszone
Zeist-Noord
zowel zone grondwaterbeschermingsgebied als zone waterwingebied op de kaart aangegeven
Amersfoortseweg e.o.
zowel zone grondwaterbeschermingsgebied als zone waterwingebied op de kaart aangegeven
Krakelingweg
Grondwaterbeschermingsgebied op de kaart opgenomen en
expliciet beschermd
Hoge Dennen-Kerkebosch
geen zone op de kaart opgenomen
geen regels voor 100-jaarszone
Zeist-Noord
zowel zone grondwaterbeschermingsgebied als zone waterwingebied op de kaart aangegeven
Amersfoortseweg e.o.
zowel zone grondwaterbeschermingsgebied als zone waterwingebied op de kaart aangegeven
Krakelingweg
Grondwaterbeschermingsgebied op de kaart opgenomen
expliciet beschermd
Austerlitz-Zeister bossen
Grondwaterbeschermingsgebied op de kaart opgenomen
expliciet beschermd
Zeist Centrum
Grondwaterbeschermingsgebied op de kaart opgenomen
expliciet beschermd
Toekomstig (eind 2012)
Provincie Utrecht
43
Gebiedsdossier Zeist
3.3.2 Hoe omgaan met functieveranderingen en herstructurering van gebieden? Bij functieveranderingen in het grondwaterbeschermingsgebied dient eerst nagegaan te worden of deze nieuwe functie/gebruik toegestaan is op basis van de Besluiten behorend bij de PMV, en of de nieuwe functie/gebruik harmoniëert met het beschermingsbeleid op basis van het Grondwaterplan Provincie Utrecht (50-jaarszone voor KWO), en eventueel het Convenant afkoppelen. Daarnaast geldt, vanuit de provinciale ruimtelijke structuurvisie en ruimtelijke verordening, voor het waterwingebied, het grondwaterbeschermingsgebied en het 100jaarsaandachtsgebied en het Infiltratiegebied Utrechtse Heuvelrug het stand-still principe. Dit betekent dat de belasting door stoffen niet mag toenemen en bij voorkeur dient af te nemen. In Tabel 3-4 is voor een aantal vormen van landgebruik een indicatieve score van de belasting door verschillende stofgroepen gegeven, met voorbeelden van mitigerende maatregelen. Een functiewijziging of herstructurering die zou kunnen leiden tot een verhoging van de belasting van stoffen naar de winning maar desalniettemin doorgang vindt, kan in veel gevallen door het nemen van maatregelen zodanig worden ingepast dat een verhoging van de belasting kan worden voorkomen, en wordt voldaan aan het stand-still principe.
Provincie Utrecht
44
Gebiedsdossier Zeist
Tabel 3.4
Voorbeeldtabel met relatieve emissies door verschillende functies bijbehorende mitigerende maatregelen.
Activiteit
Zware metalen
Akkerbouw intensief
Bestrijdingsmiddelen
Mobiele organische componenten (halogenen, aromaten)
12
en voorbeelden van
Maatregelen om risico’s te beperken (selectie)
Locatiekeuze Overstappen op biologische akkerbouw
Akkerbouw biologisch Veeteelt intensief
Overstappen op biologische veeteelt
Veeteelt biologisch Tuinbouw
Locatiekeuze Reductie bestrijdingsmiddelen Overstappen op biologische tuinbouw Reductie bestrijdingsmiddelen
Boomgaard Landgoed Camping
Volkstuinen Wonen, hoge dichtheid, regulier
Wonen, hoge dichtheid, duurzaam Kantoren, onderwijs
Winkels, bedrijven, horeca (MKB) Plantsoenen en stadspark
Milieuvriendelijk ontwerp Geen bestrijdingsmiddelen Centrale parkeerplaats met voorzieningen Centraal afkoppelen Locatiekeuze Voorlichting, biologische volkstuinen Milieuvriendelijk ontwerp Voorlichting, verbod op autowassen, centraal afkoppelen Geen bestrijdingsmiddelen Idem Milieuvriendelijk ontwerp Geen bestrijdingsmiddelen Centrale parkeerplaats Centraal afkoppelen Idem Milieuvriendelijk ontwerp Geen bestrijdingsmiddelen, Alternatieve onkruidbestrijding, kunstgras
Sportvelden Industrie intensief
Locatiekeuze Milieuvriendelijk ontwerp Vloeistofdichte vloeren Locatiekeuze Aansluiten op riolering Centraal afkoppelen Locatiekeuze Aansluiten op riolering
Wegen
Parkeerterrein, transferium
Rood betekent hoge emissie en groen een lage emissie (geel ertussenin). Met nadruk wordt opgemerkt dat het gaat om indicaties voor de stofgroepen zware metalen, bestrijdingsmiddelen en organische verontreinigingen uitgaande van een gemiddeld landgebruik. Met mitigerende maatregelen kan de belasting sterk verlaagd worden.
3.3.3 Locatiekeuze Uit Tabel 3.4 kan op hoofdlijnen een indruk worden verkregen van de relatieve risico’s van een nieuwe functie. Functies met relatief veel risico’s voor de grondwaterkwaliteit worden bij voorkeur geplaatst op locaties die niet of minder kwetsbaar zijn. Bijvoorbeeld een locatie buiten de 100-jaarszone of anders een minder kwetsbare plek in de 100-jaarszone. Voor functies met relatief weinig risico’s (zoals natuur) wordt bij voorkeur juist een kwetsbare locatie gekozen (gele of rode kleur in de kwetsbaarheidskaart Figuur 2-14). 12
Bron: systeembenadering Provincie Utrecht. De in de systeembenadering gehanteerde scores zijn gebaseerd op de Reflect methodiek (zie bijlage 1 van de Handleiding en Kiwa 1999)
Provincie Utrecht
45
Gebiedsdossier Zeist
3.4
Ruimtelijke ontwikkelingen
De verwachte ontwikkelingen binnen de 100-jaarszone van de winning Zeist zijn weergegeven in Tabel 3.5. Het is belangrijk om in een vroeg stadium het grondwaterbeschermingsbelang mee te wegen bij de uitwerking van autonome ontwikkelingen. Tevens wordt aanbevolen om deze ontwikkelingen te bespreken en te actualiseren tijdens de jaarlijkse gebiedsgesprekken. Tabel 3.5
Relevante ontwikkelingen binnen de 100-jaarszone met een mogelijk effect op de grondwaterkwaliteit. In de laatste kolom is de relatie van de ontwikkeling met grond- waterbescherming” weergegeven volgens de volgende classificatie: Knelpunt: Er is mogelijk sprake van een groot negatief effect op de grondwaterkwaliteit. Ook met inrichtingsmaatregelen resteert er waarschijnlijk nog een negatief effect Aandachtspunt: Mogelijk is er sprake van een negatief effect op de grondwaterkwaliteit. Met de juiste inrichtingsmaatregelen kan dit effect naar verwachting worden voorkomen. Neutraal: Waarschijnlijk vrijwel geen effect op de grondwaterkwaliteit Harmoniërend: Er is naar verwachting sprake van een positief effect op de grondwaterkwaliteit Versterkend: Er is sprake van een sterk positief effect op de grondwaterkwaliteit nr.
Autonome Ontwikkeling
Initiatiefnemer
Planning
Locatie
Relatie met grond- waterbe-
1
Onderzoek naar mogelijkhe-
Gemeente Zeist
2010-2020
A28
Aandachtspunt
scherming (indicatief!) den overkappen A28 en daarna realiseren sportfuncties 4
Verbreding A28
RWS
2011-2012
A28
Neutraal
2
Onderzoek mogelijkheden
Gemeente Zeist
2010-2020
Zeist
Aandachtspunt
Waterschap
Vanaf 2008
Zeist
Neutraal
Gemeente Zeist
2014-2015
Huis ter
aandachtspunt
herstructurering wijk Vollenhoven 3
Peil opzetten in wijk Vollenhoven
5
Huis ter Heide west nieuwbouw 80 woningen t.p.v hui-
Heide
dige sportveld 6
Huis ter heide zuid inbreiding
Gemeente Zeist
Plannen
Huis ter
nog ondui-
Heide
neutraal
delijk 7
KCA depot
December
Zeist
neutraal
2011 8
Krakelingweg doorgebroken
Gemeente Zeist
2011/2012
Zeist
aandachtspunt
9
Sanatoriumterrein bouw 128
Gemeente zeist
bezwaar-
Zeist
aandachtspunt
woningen
schriften nog bij Raad van State
10
Enecolocatie, ontwikkeling
Gemeente Zeist
?
GWBG
aandachtspunt
Gemeente Zeist
?
GWBG
aandachtspunt
Inrichting van een "waterbe-
Gemeente, wo-
2011
Waterwinge-
Harmoniërend
leefpark" (aankoop grond en
ningbouwcorpora-
uitkoop
tie
supermarkt 11
Zomerkwartier (verdichting bebouwing)
12
Provincie Utrecht
46
bied
Gebiedsdossier Zeist
nr.
Autonome Ontwikkeling
Initiatiefnemer
Planning
Locatie
Relatie met grond- waterbescherming (indicatief!)
Dit waterpark is uitgevoerd en inmiddels in gebruik kan denk ik uit deze tabel anders aangeven dat dit uitgevoerd is.
Op internetsite ‘Plannen en projecten’ van de gemeente Zeist zijn kleine woningbouwprojectjes in het centrum te vinden.
Provincie Utrecht
47
Gebiedsdossier Zeist
4
ANALYSE RISICO’S EN MAATREGELEN
4.1
Inleiding
Allereerst worden de (mogelijke) risico’s ter plaatse van de drinkwaterwinning aangegeven voor de huidige situatie. Deze risico’s worden samengevat met een score in het zogenaamde signaleringsdiagram. Het signaleringsdiagram is primair een communicatie-tool. Het geeft snel een indruk hoe goed of hoe slecht het gaat in de huidige situatie met de winning. Het is een thermometer die om de drie tot zes jaar vernieuwd kan worden. Bij de onderdelen van het signaleringsdiagram wordt toegelicht of er sprake is van risico’s die een rol spelen voor de toekenning van de score in het signaleringsdiagram. In paragraaf 4-3 zijn maatregelen geformuleerd om de kwaliteit van het grondwater te verbeteren, bij het huidig gebruik en het voorgenomen gebruik. Hierbij wordt onderscheid gemaakt in maatregelen die specifiek zijn voor de winning en algemene maatregelen die voor alle winningen van toepassing zijn.
4.2
Signaleringsdiagram
Figuur 4-1 bevat het zogenoemde ‘signaleringsdiagram’. Dit is een schematische weergave van de score van de winning Zeist op acht beleidscriteria 13. Bij het linkerdeel van deze figuur gaat het om de feitelijke huidige situatie. Bij het rechterdeel van de figuur gaat het om de inzet van instrumenten om de winning te beschermen. Bij het bovenste deel van de figuur gaat het om de bovengrond en bij het onderste deel van de figuur om de ondergrond. Voor een toelichting op het signaleringsdiagram wordt verwezen naar Bijlage 8. Bij de scores wordt onderscheid gemaakt in de beoordelingen groen (goed), matig (geel) en onvoldoende (rood). De scores zijn gebaseerd op de huidige situatie. Bij ieder criterium wordt aanvullend ook ingegaan op de toekomstige situatie in die gevallen waarbij veranderingen bekend zijn (bijvoorbeeld autonome ontwikkelingen). Bij de verschillende criteria kunnen maatregelen geformuleerd worden om het risico voor de winning te reduceren. Het betreft maatregelen die gebaseerd zijn op het risico in de huidige situatie maar ook maatregelen die passen bij een verwacht risico in de toekomstige situatie. Deze maatregelen zijn beschreven in paragraaf 4-3. In de maatregelentabellen wordt verwezen naar het criterium in het signaleringsdiagram waar het risico is beschreven. In het algemeen kan gesteld worden dat bij een criterium dat als goed beoordeeld is een maatregel niet direct als urgent wordt beoordeeld. Toch zijn er ook bij de meeste criteria die als goed beoordeeld zijn, maatregelen te bedenken die de belasting van het grondwater kunnen reduceren en dus een verbetering van de drinkwaterkwaliteit tot gevolg hebben.
13
In de Handleiding Gebiedsdossiers (Tauw, 2010) is een algemene toelichting op dit diagram opgenomen.
Provincie Utrecht
48
Gebiedsdossier Zeist
Effect Resultaat (Risico’s)
Actie prestaties (Risicobeheersing)
1 Planologische 8 Risico op verontreiniging bescherming mbt huidige functies door huidige functies
7 Zuiveringsinspanning
6 Kwaliteit ruwwater
5 Kwaliteit toestromend grondwater
Figuur 4-1
2 Milieuregelgeving
Bovengrond
Ondergrond 3 Bescherming mbt ondergrondse activiteiten
4 Aanpak bestaande verontreinigingen
Signaleringsdiagram met de score voor de winning Zeist op de acht indicatoren
Hierna worden alle indicatoren van het signaleringsdiagram besproken. 1) Planologische bescherming Bij dit criterium wordt nagegaan in hoeverre in de bestemmingsplannen voldoende aandacht besteed is aan de aanwezigheid van een drinkwaterwinning, zowel wat betreft weergave van de beschermingszones op kaart, als tekstueel bij de toelichting. De planologische bescherming is als matig geclassificeerd. Op de kaarten staan of de contouren van de beschermingsgebieden onvoldoende aangegeven of er wordt in de toelichtingen en voorschriften onvoldoende of niet verwezen naar de PMV en de geldende beleidsregels omtrent waterwinningen voor drinkwater en hun beschermingsgebieden. 2) Milieuregelgeving en beleid Bij dit criterium wordt beoordeeld in hoeverre alle milieuregelgeving (PMV en uitvoering vergunningen) actueel is en in hoeverre de handhaving verloopt volgens de gemaakte afspraken over een adequate bescherming. De handhaving wordt uitgevoerd door de Milieudienst Zuid-Oost Utrecht en wordt uitgevoerd conform een handhavingsplan. Dit onderdeel van het criterium wordt daarom als goed beoordeeld. Provincie Utrecht
49
Gebiedsdossier Zeist
In de nieuwe PMV worden de begrenzingen van de beschermingszones aangepast. Doordat met een nieuw grondwatermodel is gewerkt zijn zones vaak licht verschoven en anders van afmeting. Tot de tijd dat de nieuwe PMV ingaat (naar verwachting in 2012) is een deel van het intrekgebied niet beschermd met de status grondwaterbeschermingsgebied. Hoewel de ligging van de zones rondom de winning Zeist niet fundamenteel verandert zijn er toch kleine stukjes die buiten de huidige beschermingsgebieden vallen. De noordelijke punt van het waterwingebied wordt afgevlakt. De begrenzing wordt zo getrokken dat de school aan de Sumatralaan buiten het waterwingebied komt te liggen. Aan de kant van de Dijnselweg wordt ook de grens iets aangepast. Deze wordt om een kavel van een particulier gelegd, zodat ook dit perceel volledig buiten waterwingebied komt te liggen. Tot slot is het voornemen om de grens van het waterwingebied net ten noorden van de zuiveringsgebouwen van Vitens op te rekken. Deze mogelijkheid is recent ontstaan door de uitkoop van metaalverwerkingsbedrijf Conré. Omdat de nieuwe begrenzingen ruimer zijn ten opzichte van de oude is dit criterium als geheel als matig geclassificeerd: op dit moment wordt de winning namelijk niet overal beschermd waar dat op basis van de nieuw berekende zones wel zou moeten. Aanvullend wordt opgemerkt dat uit de recente herberekening van de intrekgebieden blijkt dat het water dat onttrokken wordt door de winning Zeist voor circa 50% afkomstig is van het gebied buiten de 100 jaarszone, waarvan een deel een reistijd heeft van meer dan 200-jaar. Dit betekent dat op de lange termijn een groot deel van het water niet beschermd is door de regels uit de PMV; wel geldt daar aanvullend beschermingsbeleid (Grondwatervisie Utrechtse Heuvelrug) dat richting geeft aan toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Dit betekent aan de andere kantook dat een groot deel van het onttrokken water vanwege de ouderdom zeer schoon is waardoor de winning minder kwetsbaar is voor belasting aan maaiveld. Calamiteiten(plannen) Wat betreft calamiteiten is geconstateerd dat er bij de meeste partijen te weinig accurate calamiteitenplannen voorhanden zijn. Dit is al geconstateerd tijdens het opstellen van het eerdere gebiedsdossiers en is inmiddels al als aandachtspunt benoemd voor alle gebiedsdossiers (zie verder onder 4.3). 3) Bescherming met betrekking tot ondergrondse activiteiten. Bij dit criterium wordt beoordeeld of het beleid en de regelgeving met betrekking tot het voorkomen van risico’s van ondergronds ruimtegebruik actueel/adequaat zijn en adequaat worden uitgevoerd (vergunningverlening en controle). Beleid en regelgeving met betrekking tot het voorkomen c.q. beperken van de risico’s van ondergronds ruimtegebruik zoals Koude Warmte Opslag is als goed geclassificeerd. Er bevinden zich geen KWO installaties binnen het 100-jaarsaandachtsgebied. De riolering wordt goed geïnspecteerd en de zwakke plekken worden gemonitord. 4) Aanpak bestaande verontreinigingen Bij dit criterium wordt beoordeeld in hoeverre risicovolle bodemverontreinigingslocaties vóór 2015 voldoende gesaneerd/beheerst of onderzocht worden waardoor antropogene verontreinigingen de winning niet zullen bereiken. Er is rondom de winning sprake van een aantal verontreinigingen met vluchtige gechloreerde koolwaterstoffen (VOCl). Deze worden aangepakt volgens de gebiedsgerichte aanpak (zie Provincie Utrecht
50
Gebiedsdossier Zeist
paragraaf 2.6). Dit heeft geresulteerd in een saneringsplan, waarin gekozen is voor de end of pipe-oplossing. Hierdoor is Vitens aangewezen als saneerder (niet als veroorzaker) door middel van een saneringsbeschikking. Sanering vindt plaats gedurende een periode tot 2040. De verontreinigingen worden goed gemonitord. Er is nog een aantal andere verontreinigingen aanwezig die het reguliere pad doorlopen conform het Beleid puntbronnen. Hoewel de verontreinigingen allen conform het vigerende beleid worden aangepakt wordt dit criterium toch als matig beoordeeld omdat verontreinigingen een aandachtspunt blijven vormen. 5) Kwaliteit toestromend grondwater Bij dit criterium wordt beoordeeld of de grondwaterkwaliteit in de peilfilters van waarnemingsputten de drinkwaternorm van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2 KRW) overschrijdt en of de bestaande ondergrondse activiteiten een verwaarloosbaar risico zijn. De kwaliteit van het toestromende grondwater is als onvoldoende geclassificeerd. De concentraties van met name enkele VOCl ( 1,1 dichloorethaan. 1,2 dichloorethaan, cis 1,2 dichlooretheen, tri, per) en BAM liggen regelmatig boven de drinkwaternorm. Daarnaast is vinylchloride boven de toetsingsnorm en MTBE overwegend onder de toetsingsnorm en ruimschoots onder de geurdrempel aangetroffen . 6) Kwaliteit ruwwater Op basis van de KRW dienen waterwinningen voor drinkwater beoordeeld te worden op het voldoen van het water aan de normen van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2 KRW). Het ruwwater van individuele pompputten van de winning Zeist overschrijdt voor de bij onderdeel 5 genoemde stoffen (kwaliteit toestromend grondwater), met uitzondering van vinylchloride en MBTE, regelmatig de norm. Daarom wordt dit criterium als onvoldoende beoordeeld.
5) Kwaliteit toestromend grondwater Bij dit criterium wordt beoordeeld of de grondwaterkwaliteit in de peilfilters van waarnemingsputten de drinkwaternorm van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2 KRW) overschrijdt en of de bestaande ondergrondse activiteiten een verwaarloosbaar risico zijn. De kwaliteit van het toestromende grondwater is als onvoldoende geclassificeerd. De concentraties van met name enkele VOCl ( 1,1 dichloorethaan. 1,2 dichloorethaan, cis 1,2 dichlooretheen, tri, per) en BAM liggen regelmatig boven de drinkwaternorm. Daarnaast wordt regelmatig MTBE aangetroffen, maar ruimschoots onder de geurdrempel. 6) Kwaliteit ruwwater Op basis van de KRW dienen waterwinningen voor drinkwater beoordeeld te worden op het voldoen van het water aan de normen van het Waterleidingbesluit (toets cf art 7.2 KRW). Het ruwwater van individuele pompputten van de winning Zeist overschrijdt voor de bij onderdeel 5 genoemde stoffen (kwaliteit toestromend grondwater) chloorkoolwaterstoffen ook in het ruwwater regelmatig de norm. Daarom wordt dit criterium als onvoldoende beoordeeld. 7) Zuiveringsinspanning Bij dit criterium wordt gekeken of de inspanning van de zuivering past bij een natuurlijke grondwaterkwaliteit. Provincie Utrecht
51
Gebiedsdossier Zeist
De zuivering van de winning Zeist is adequaat en bestaat uit een basiszuivering aangevuld met intensieve beluchting via torenbeluchting en Actief Koolfiltratie. De zuivering is als gevolg van menselijke beïnvloeding (VOCl-verontreiniging) uitgebreider dan de basiszuivering horend bij de natuurlijke (grond)waterkwaliteit. Het type zuivering is daarom als onvoldoende geclassificeerd. 8) Risico’s op verontreiniging door huidige functies Bij dit criterium wordt het risico ten gevolge van diffuse belasting van de huidige functies, dat is vastgesteld met de Reflectmethodiek, beoordeeld (zie Figuur 2-15). De scores binnen de 100-jaarszone zijn omgezet naar één gebiedsgemiddelde score van de 100-jaarszone. De volgende beoordeling van de gebiedsgemiddelde score is gehanteerd: goed 1.0 – 1.75, matig 1.76 – 2.25, onvoldoende 2.26 – 3.0. Met behulp van de Reflect methodiek zijn de risico’s van de huidige functies bepaald. De kaart (Figuur 2-15) is omgezet naar één gebiedsgemiddelde score van de 100-jaarszone. Voor de winning Zeist is de gemiddelde score 1.56 op de schaal van 1 tot 3. Daardoor scoort de winning als goed. Dit komt ten eerste doordat beschermende kleilagen in de berekening voor een lage kwetsbaarheid voor verontreiniging zorgen, ten tweede doordat het buitengebied (bijna de helft van het oppervlak van het intrekgebied) uit bos bestaat. De Reflect methodiek gaat uit van algemene kentallen ten aanzien van belasting bij bepaald landgebruik. Specifiek voor de winning Zeist is de volgende belasting van toepassing. De riolering is geheel geïnspecteerd. Kwetsbare gedeelten worden gemonitord. De riolering kan daarom als goed beoordeeld worden. Diffuse belastingen als gevolg van bestrijdingsmiddelengebruik en als gevolg van gladheidbestrijding worden als een risico gezien. Het gaat hierbij om historische belasting vanuit openbaar terrein. De gemeente Zeist gebruikt momenteel geen chemische bestrijdingsmiddelen op openbaar terrein. Kunstgrasvelden worden mechanisch gereinigd en ook op andere sportvelden wordt terughoudend met bestrijdingsmiddelen omgegaan. De gemeente is eveneens terughoudend met het gebruik van strooizout. Het gebruik door particulieren kan omvangrijk zijn vanwege de particuliere groen/grote tuinen binnen de gemeente. De omvang hiervan is nog niet in beeld gebracht. Zowel in het ruwwater als in de waarnemingsfilters rondom de winning is dichlobenil met zijn afbraakprodukt BAM aangetroffen, deels mogelijk afkomstig uit gebruik in het woongebied. Het grondwater is dus kwetsbaar voor bestrijdingsmiddelen, en het gebruik ervan is daarom een aandachtspunt. Dit is onder anderen de te verklaren doordat de beschermende kleilaag lokaal slecht ontwikkeld is. Toekomstige ontwikkelingen Tenslotte is een aantal ruimtelijke ontwikkelingen benoemd. Er is een aantal voorgenomen woningbouwlokaties met meerdere woningen zoals Huis ter Heide West (80 woningen) en het Sanatoriumterrein (128 woningen). De locaties komen in de plaats van thans grotendeels onbebouwd gebied. Dit vergt aandacht om minimaal het stand still principe te kunnen handhaven. De uitbreiding van de A28 wordt niet als een aandachtspunt gezien vanwege de maatregelen die landelijk voor Rijkswegen zijn overeengekomen.
Provincie Utrecht
52
Gebiedsdossier Zeist
4.3
Voorstel maatregelen
4.3.1 Winningspecifieke maatregelen In Tabel 4.1 is een set maatregel(en) benoemd met vermelding van de actor(en) die daarvoor in eerste instantie ‘aan de lat’ staat/staan. De maatregelen refereren naar risico’s die in de beschrijving bij het signaleringsdiagram zijn beschreven. De in deze tabel genoemde risico’s en maatregelen zijn winningspecifiek. Daarnaast zijn algemene risico’s/aandachtspunten en hiermee samenhangende maatregelen te benoemen, die naar verwachting voor meerdere – of alle - winningen binnen de provincie Utrecht gelden en er zijn maatregelen die specifiek voor de hele Utrechtse Heuvelrug gelden. Deze algemene risico’s/maatregelen en de maatregelen specifiek voor de Utrechtse heuvelrug worden beschreven in aansluiting op Tabel 4.1, in paragraaf 4.3.2. Genoemde maatregelen zijn door de betrokken gebiedsactoren tijdens het opstellen van dit gebiedsdossier benoemd als realistisch en haalbaar en vormt dan ook de basis voor verdere bespreking en uitwerking in de gebiedsgesprekken. Voor zowel de winningsspecifieke maatregelen als de algemene maatregelen geldt dat met sommige maatregelen al een begin is gemaakt, maar deze dienen gecontinueerd te worden en met andere maatregelen dient nog begonnen te worden. Tabel 4.1 Overzicht winningspecifieke risico’s en voorstel maatregelen in de winning Zeist Nr signalerings-
Beoordelingscriterium
Risicobeoordeling
Voorstel maatregel
Actoren
1 Planologische
Beschermingsbeleid: vóórkomen
Onvolledige weergave be-
Grondwaterbescherming beter
Gemeente
bescherming
beschermingszones in bestem-
schermingszo-
laten doorwerken in de be-
Zeist en
met betrekking tot
mingsplannen en kaarten.
nes/voorschriften in de be-
stemmingsplannen (juiste
Provincie
huidige
stemmingsplannen van de
weergave van begrenzingen
Utrecht
functie
gemeente Zeist.
en voorschriften), verwijzing
diagram
naar provinciale website. Aanwezigheid ROmedewerker bij gebiedsgesprek die terugkoppeling naar de gemeentelijke afdeling verzorgt. Provincie levert tekst aan voor de gemeente ter opname in bestemmingsplannen. 2 Milieuregelge-
Onderdelen:
Ving
• •
GWBG contouren nieuwe
Verloopt handhaving vol-
PMV groter dan huidige,
gens plan
daardoor deel van de ‘be-
Zijn de ‘nieuwe’ contouren
schermingszone’ nog niet
(ingang 2012) bescher-
beschermd
mingszones ruimer dan huidige 3 Bescherming
Onderdelen:
met betrekking tot
•
onder-
Provincie Utrecht
Koude warmteopslag binnen 50-jaarszones
53
Geen knelpunten
Invoeren nieuwe PMV
Provincie
Gebiedsdossier Zeist
Nr signalerings-
Beoordelingscriterium
Risicobeoordeling
Voorstel maatregel
Actoren
Vitens
diagram grondse activi-
•
Lekkende riolering
teiten 4 Aanpak bodem-
Aanpak bodemverontreinigings-
Door de VOCl-
Sanering via de winning van
Verontreinigingen
locaties die risicovol kunnen zijn
verontreiniging is de ruwwa-
Vitens (end-of-pipe-oplossing).
voor de winning. Lopende maat-
terkwaliteit slecht en is aan-
Vastgelegd in saneringsbe-
regelen in diverse overlegstruc-
vullende zuivering nodig
schikking van 14 januari 2008.
turen.
voor betrouwbaar drinkwater
Duur tot 2040, lopende maatregel. Partijen wisselen informatie en gegevens uit over relevante bodemverontreinigingslocaties te weten: (voorgenomen)
Vitens + Provincie en gemeente (MZOU)
monitoring en onderzoek, voortgang onderzoek, onderzoeksresultaten, monitoringsgegevens (ook monitoring ihkv beschikking. Frequentie: tenminste jaarlijks, maar ook bij beschikbaar komen van nieuwe informatie. Afspraak maken over wijze van uitwisseling. 5 Kwaliteit toe-
Beoordeling grondwaterkwaliteit
Vooral invloed van veront-
stromend
in waarnemingsputten t.o.v.
reinigingen
grondwater
drinkwaternorm
6 Kwaliteit
Beoordeling ruwwaterkwaliteit in
ruwwater
pompputten t.o.v. drinkwater-
Zie 4
Vooral invloed van verontreinigingen
Zie 4
norm 7 zuiverings-
Is de zuiveringsinspanning gro-
Uitgebreide zuivering aan-
Geen directe maatregel. Het
inspanning
ter dan hoort bij een natuurlijke
wezig met beluchting, UV en
streven is op termijn de extra
grondwaterkwaliteit?
actief kool.
zuiveringsinspanning te kun-
8 Risico op ver-
Risico’s tengevolge van diffuse
Scoort goed (mede vanwe-
ontreiniging
belasting
ge het grote bosgebied)
nen reduceren
door huidige functies
4.3.2 Algemene risico’s en maatregelen Onderstaande maatregelen zijn geldig voor alle winningen in de Provincie Utrecht. De relevantie van deze algemene maatregelen is voor iedere specifieke winning verschillend. Maatregelen ten gevolge van wijziging PMV De Provincie Utrecht is voornemens om de PMV te wijzigen in 2012. Hiervoor zijn de beschermingsgebieden voor alle waterwinningen opnieuw berekend met het model HYDROMEDAH. De nieuwe begrenzingen blijken voor enkele winningen af te wijken van de huidige begrenzingen. Daarom komen de huidige grondwaterbeschermingszones komen niet over-
Provincie Utrecht
54
Gebiedsdossier Zeist
een met de meest recente inzichten ten aanzien van de intrekgebieden. In samenhang hiermee dient een aantal vervolgacties te worden uitgevoerd door provincie en milieudiensten: • Beoordelen huidige bedrijfsactiviteiten in de uit te breiden beschermingszones in relatie tot de eisen vanuit de PMV. • Definiëren van overgangsbeleid voor bestaande bedrijven. • Bij RO processen die momenteel worden opgestart in de nieuwe gebieden waar mogelijk al anticiperen op de toekomstige status van deze gebieden. • (Her)beoordeling van de spoedeisendheid van de aanpak van aanwezige bodemverontreinigingen in de uit te breiden beschermingszones. • Verwerken van de wijzigingen van PMV in de bestemmingsplannen. • Voorlichting provincie over nieuwe zones en doorwerking naar bestemmingsplannen. Bodemsaneringslocaties Continueren aanpak spoedlocaties. Dit vergt behalve aandacht van de provincie ten aanzien van de uitvoering van het bodemsaneringsprogramma ook aandacht binnen het gebiedsproces. De maatregel is het binnen het gebiedsproces monitoren van de voortgang en uitkomsten van de onderzoeken en van de aanpak van de potentiële spoedlocaties. Voor tankstations geldt dat binnen de Wbb deze vaak niet zijn onderzocht op MTBE, en dat ze niet als spoedlocatie zijn gezien bij de inventarisatie van de puntbronnen. Gezien het grote aantal locaties is een nadere afweging noodzakelijk. Ondergrondse activiteiten Open KWO systemen moeten nu gemeld worden, gesloten systemen niet. Per 1 jan 2013 moeten diepe gesloten systemen wel gemeld worden. Bij gesloten systemen is er kans op lekkage van glycol. De provincie dient in overleg met de gemeenten na te gaan op welke wijze een overzicht verkregen kan worden van de gesloten systemen die niet gemeld zijn. Toezicht en handhaving Wat betreft het onderdeel ‘Toezicht en handhaving’ is in het verleden al geconstateerd dat de taken en verantwoordelijkheden duidelijk zijn, maar dat er nog nader afspraken moeten worden gemaakt over de gewenste omvang van toezicht en handhaving bij de bedrijven binnen grondwaterbeschermingsgebieden. De provincie en betrokken overheden hebben een concept-contract opgesteld met mogelijke afspraken inzake de samenwerking, prioriteit handhaving en de gebiedsschouw (zie bijlage 7). Calamiteiten Wat betreft mogelijke calamiteitensituaties ten aanzien van het gebruik van provinciale en rijkswegen, spoorwegen en transportleidingen dienen calamiteitenplannen te worden beoordeeld op actualiteit en waar nodig te worden geactualiseerd: • Is een calamiteitenplan aanwezig (o.a. gesprek met Prorail, Rijkswaterstaat, Vitens/OASEN en VRU)? • Is de informatie in dit calamiteitenplan voldoende voor een adequate bescherming van de drinkwaterbelangen? • Zo nee, welke verbeteringen dienen hierin te worden aangebracht? Bestrijdingsmiddelen • Inventarisatie bestrijdingsmiddelengebruik bij golfbanen en tennisverenigingen. • Voorlichting beheerders van sportterreinen over het gebruik van bestrijdingsmiddelen binnen grondwaterbeschermingsgebieden
Provincie Utrecht
55
Gebiedsdossier Zeist
• Voorlichting burgers over het gebruik van bestrijdingsmiddelen binnen grondwaterbeschermingsgebieden • Overleg Prorail over middelengebruik. Uit gebiedsdossiers Overijssel blijkt dat Prorail werkt met DOB en soms nog roundup. Dit middel wordt echter binnenkort verboden voor gebruikt door particulieren en gemeenten ('niet commercieel gebruik'). Maatregel geldt voor Bilthoven, Bunnik, Driebergen, Groenekan, Soestduinen, • Beleid RWS ten aanzien van bestrijdingsmiddelen verkennen. Autonome ontwikkelingen Voor alle verwachte (nieuwe) autonome ontwikkelingen binnen de 100-jaarszone en het infiltratiegebied Utrechtse Heuvelrug geldt dat het belangrijk is om in een vroegtijdig stadium het grondwaterbeschermingsbelang mee te wegen bij de uitwerking van deze ontwikkelingen. Hiertoe dienen deze ruimtelijke ontwikkelingen minimaal jaarlijks te worden besproken en geactualiseerd tijdens het gebiedsgesprek. Communicatie • Vastleggen afspraken rondom gebiedsproces + gebiedsdossier (zie ook hoofdstuk 5) • Vastleggen van de frequentie en typen gegevens die in het kader van de gebiedsprocessen worden uitgewisseld (ruwwaterkwaliteit, voortgang onderzoek puntbronnen, vestiging bedrijven, autonome ontwikkelingen, etc ) Tabel 4.2 Nr
Signale-
Algemene maatregelen specifiek voor de Utrechtse Heuvelrug Risico
Maatregel
Actor(en)
Type maatregel
Het op lange termijn aan-
Definiëren begrenzing intrekgebied
Provincie
Technisch
trekken van een groot
Sturingsinstrumenten RO inzetten bin-
Provincie
Beleidsmatig
deel water afkomstig uit
nen de gehele Utrechts Heuvelrug (dit
gebied dat momenteel niet
is in feite de huidige situatie, echter nog
wordt beschermd met
niet volledig uitgewerkt)
aanvullend beleid en re-
Bewustwording particulieren ten aan-
Waterbedrijf,
Beleidsmatig
gelgeving.
zien van functies van beschermingszo-
Gemeente
ringsdiagram nr UH1
1
nes en gebruik van stoffen binnen deze zones. UH2
4
Puntbronnen bodemver-
Voortzetting monitoring grondwater en
Vitens + provin-
ontreiniging
communicatie omtrent monitoring bin-
cie
Beleidsmatig
nen het gebiedsproces. UH3
8
Zout
Terughoudend strooibeleid (KRW-
Gemeente
Beleidsmatig
UH4
8
Bestrijdingsmiddelen
Monitoring en interpretatie van meetfil-
Provincie
Technisch
ters (KRW-maatregel)
Utrecht
inventarisatie gebruik chemische mid-
Provincie
Onderzoeks-
delen regio (KRW-maatregel)
Utrecht
maatregel
evaluatie gebruik chemische bestrij-
Provincie
Onderzoeks-
dingsmiddelen (1x per 2 jaar) (KRW-
Utrecht
maatregel
Emissiereductie Utrechtse Heuvelrug:
Provincie
Beleidsmatig
stimulering minder uitspoeling (zoals
Utrecht
maatregel)
UH5 UH6
8 8
Bestrijdingsmiddelen Bestrijdingsmiddelen
maatregel) UH7
8
Bestrijdingsmiddelen
Lami-projecten) (KRW-maatregel) UH8
8
Bestrijdingsmiddelen
Provincie Utrecht
56
Barometer Zilver in de gemeente
Gemeente
Beleidsmatig
Gebiedsdossier Zeist
Nr
Signale-
Risico
Maatregel
Bestrijdingsmiddelen
Optimaliseren voorlichting particulieren
Actor(en)
Type maatregel
Provincie, MD
Beleidsmatig
Beleidsmatig
ringsdiagram nr (KRW-maatregel) UH9
8
woonachtig in GWGB’s. Hiervoor binnen het project Schoon water UH diverse kanalen gebruiken. UH10
8
Gevoeligheid van de
Handhaven met de provincie overeen-
Provincie,
pompputten voor het aan-
gekomen gemeentelijk beleid ten aan-
Gemeente
trekken van verontreini-
zien van onder meer bestrijdingsmidde-
gingen uit stedelijk gebied
len zoals benoemd in beleidskader
(waaronder restanten
‘Schoon grondwater Utrechtse heuvel-
bestrijdingsmiddelen)
rug’
Provincie Utrecht
57
Gebiedsdossier Zeist
5
GEBIEDSGERICHTE AANPAK
5.1
Inleiding
In juni 2010 is landelijk afgesproken dat de Provincies in de komende jaren gebiedsdossiers opstellen voor de grondwaterwinningen voor drinkwater. De Provincies hebben hierin een regierol. De Provincie Utrecht volgt de landelijke aanpak, maar hanteert wel een Utrechts accent. Utrecht heeft de filosofie dat je er met een gebiedsdossier alleen nog niet bent. Het proces erom heen met gebiedsgesprekken is minstens net zo belangrijk om grondwaterbescherming tot een stevig fundament te maken. Bescherming van kwetsbare winningen is een continu proces. De gebiedsaanpak is dat dus ook. Twee typische elementen van de Utrechtse aanpak zijn de gebiedsschouw en het signaleringsdiagram. Het signaleringsdiagram is primair een communicatie-tool. Het geeft snel een beeld hoe goed of hoe slecht het gaat met de winning. Het is een thermometer die elke drie jaar vernieuwd wordt. De gebiedsschouw is een rondgang door het gebied rond de winning om in praktijk te zien wat er aan de hand is op het gebied van handhaving. Dit kan zijn bij bedrijven of particulieren, tijdens activiteiten en festiviteiten. De schouw vindt plaats in samenwerking met meerdere partijen, ieder vanuit hun eigen invalshoek, deskundigheid of bevoegdheid. De gebiedsschouw heeft zowel een element van toezicht, communicatie, voorlichting en onderzoek in zich. De gebiedsschouw vindt eens per vier jaar plaats onder regie van de Provincie (zie verder paragraaf 3.2.1 onder ‘Toezicht en handhaving van bedrijven’).
5.2
Gebiedsgesprekken
Het streven is jaarlijks voor de winning een gebiedsgesprek te organiseren. Aan de hand van de acht indicatoren (zie Figuur 4-1) en de tabellen in dit hoofdstuk bespreken de betrokken partijen de (eerder vastgestelde en te actualiseren) knelpunten, ontwikkelingen, maatregelen en afspraken. Onderstaande tabellen bevatten een overzicht van de genodigden en verantwoordelijkheden. De gemaakte afspraken worden in bijlage 4 toegevoegd aan het dossier in de vorm van de notulen van het gebiedsgesprek. De Provincie Utrecht heeft de rol van gebiedscoördinator. De taken die bij deze rol horen zijn: bijhouden informatie over het gebied, jaarlijks organiseren en voorzitten gebiedsgesprek, het gebiedsdossier actualiseren, overzicht houden en voortgang bewaken uitvoering maatregelen en afspraken, adviseren over gewenste ruimtelijke ontwikkelingen in het gebied. Ook de andere organisaties spelen een belangrijke rol; denk aan gemeente, milieudienst, drinkwaterbedrijf en waterschap. Deze organisaties hebben taken en bevoegdheden in het gebied. Het gaat erom ieders taken en verantwoordelijkheden optimaal te benutten en samen te werken waar deze elkaar overlappen. Bij het toedelen van maatregelen, projecten of acties in de gebiedsaanpak is het principe dat de taak volgt naar gelang de wettelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden. De kosten voor de uitvoering van maatregelen komen in beginsel voor de partij die daarvoor beleidsverantwoordelijkheid draagt. Ook het drinkwaterbedrijf kan als belangrijke belanghebbende partij een bijdrage leveren. In Tabel 5.1 en Tabel 5.2 zijn de organisatorische aspecten rond de gebiedsgesprekken Zeist nader uitgewerkt.
Provincie Utrecht
58
Gebiedsdossier Zeist
Tabel 5.1. Gebiedsgesprekken Zeist: contactpersonen Organisatie
Contactpersonen
Contactpersonen
Provincie Utrecht
Chris Engelsman (ge-
Chris.den.engelsman@Provincie-
biedscoördinator)
utrecht.nl
Vitens
Inge Rosenthal
[email protected]
Milieudienst Zuid Oost Utrecht
Gonneke Cornelis-
[email protected]
Gemeente Zeist
Joost Burger
[email protected]
Hoogheemraadschap de Stichtse Rijnlanden
Paul Molleman
[email protected]
se/Rob Hosman
Tabel 5.2. Gebiedsgesprek Zeist: organisatorische aspecten Onderdeel
Invulling
Frequentie
Jaarlijks
Organisatie
Provincie, de gebiedscoördinator
Verslaglegging en een jaarlijkse actualisatie van de digitale
Provincie
versie van het gebiedsdossier (onder andere toevoegen van verslagen) Genodigden
Zie tabel 5.1
Mogelijke locatie voor gesprek
?
Voorbereiding
Gemeente informeert gebiedscoördinator tijdig over bestemmingsplanwijzigingen en ruimtelijke ontwikkelingen.
Belangrijkste agendapunten
- de acht indicatoren uit figuur 4.1. - autonome ontwikkelingen (zie §3.4) - aanbevelingen, (potentiële) maatregelen en gemaakte afspraken (§4.2) - Duidelijkheid krijgen over afkoppelconvenant: deze is onduidelijk, doordat binnen GWBG wel infiltratieriool mag in convenant maar verderop niet.
5.3
Afspraken
De Provincie kiest ervoor om het gebiedsdossier inclusief concept maatregelen in eerste instantie ambtelijk in het gebiedsgesprek vast te stellen. Eventueel volgt formele vaststelling later. Verder stelt de Provincie voor om de consequenties voor organisaties in uren en middelen op management niveau vast te leggen en zo mogelijk aan te sluiten bij bestaande samenwerkingsverbanden. Dit betreft handhaving, toezicht, participeren in de gebiedsaanpak, deelnemen aan de gebiedsschouw. Daarnaast kan, indien wenselijk er besloten worden om bepaalde maatregelen en werkafspraken bestuurlijk vast te leggen, bijvoorbeeld KRW maatregelen die worden opgenomen in het Stroomgebiedbeheerplan. Daarnaast is het nodig om besturen over de voortgang te blijven informeren. De gebiedscoördinator bewaakt de voortgang en neemt het initiatief om de voortgang van maatregelen binnen het gebiedsgesprek te agenderen en eventuele knelpunten naar een hoger plan te tillen.
Provincie Utrecht
59
Gebiedsdossier Zeist
Tabel 5.3. Opzet voor afsprakenlijst Maatregel
Partij
Verantwoordelijkheden
Beschrijving
Provincie
maatregel
Gemeente
Geraamde inzet van middelen Tijdsbesteding
Milieudienst Waterschap
Provincie Utrecht
60
Middelen
Gebiedsdossier Zeist
1
BIJLAGE 1
LITERATUURLIJST
Commissie Integraal Waterbeheer, 2002, rapport Afstromend wegwater”, Den Haag EC, 2000, Kaderrichtlijn Water; Richtlijn 2000/60EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor de communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid. Geconsolideerde tekst, samengesteld door het Conslegsysteem van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen, 16/12/2001 EC, 2006, Grondwaterrichtlijn; RICHTLIJN 2006/118/EG van het Europees Parlement en de Raad van 12 december 2006 betreffende de bescherming van het grondwater tegen verontreiniging en achteruitgang van de toestand Grontmij, 2001, Ontwerp grondwaterkwaliteitsmeetnet PS Zeist Deelrapport 2, Hydrologische systeemanalyse. Grontmij, 2007, Inventarisatie puntbronnen grondwaterwinningen; KRW Detailanalyse Provincie Utrecht, PN228270 Kiwa ,1999, Functieverweving en Duurzame Waterwinning REFLECT: bepaling van risico’s van functies voor grondwaterwinningen Oranjewoud, 2011, Organisatie en financiering van gebiedsgericht grondwaterbeheer, Uitvoeringsprogramma Bodemconvenant Provincie Utrecht, 1993, Uitwerkingsplan grondwaterbeschermingsgebieden 1993-1997 Provincie Utrecht, 2003, Provinciale milieuverordening (PMV) Provincie Utrecht, 2007, Grondwaterplan Provincie Utrecht 2008-2013 RIVM, 2007, Gebiedsdossiers voor drinkwaterbronnen; Uitwerking van risico's en ontwikkeling van maatregelen, RIVM Rapport 734301032/2007 RIVM, 2010a, Afspraken invoering gebiedsdossiers waterwinning voor de openbare drinkwatervoorziening (16 juni 2010); Document opgesteld door de projectgroep gebiedsdossiers waterwinning bestaande uit vertegenwoordigers van Provincies, Rijkswaterstaat, gemeenten, waterschappen, drinkwaterbedrijven, het ministerie van VROM (initiatiefnemer en voorzitter) en het RIVM (penvoerder). RIVM, 2010b, Evaluatie en actualisatie protocol gebiedsdossiers, RIVM Rapport 609716002/2010 Royal Haskoning, 2010, Beschermingszones drinkwaterwinningen in de provincie Utrecht, begrenzingen berekend Tauw, 2003, Actief grondwaterbeheerplan Zeist Tauw, 2010, Handleiding Gebiedsdossiers Provincie Utrecht Provincie Utrecht
0
Gebiedsdossier Zeist
TCB, 1985, Advies beschermingsgrondslag grondwaterbeschermingsgebieden, Rapport Technische Commissie Bodembescherming Vitens, 2008, Rapportage ruwwaterkwaliteitsvoorspelling januari 2006 - juni 2007 Vitens (2009). Vitens duurzame winningen Midden Nederland (Utrecht & Flevoland). (titel is gewijzigd ??) Vitens, 2010, Factsheets winningen Vitens Vitens, 2011, Ruwwaterkwaliteitsrapportages winningen Utrecht
Provincie Utrecht
1
Gebiedsdossier Zeist
2
BIJLAGE 2
Provincie Utrecht
2
KAARTEN IN A4
Gebiedsdossier Zeist
Provincie Utrecht
0
Gebiedsdossier Zeist
Provincie Utrecht
1
Gebiedsdossier Zeist
Provincie Utrecht
2
Gebiedsdossier Zeist
Provincie Utrecht
3
Gebiedsdossier Zeist
Provincie Utrecht
4
Gebiedsdossier Zeist
Provincie Utrecht
5
Gebiedsdossier Zeist
3
BIJLAGE 3
TOETSING WATERKWALITEIT
Toetswaarden buiten drinkwaterbesluit 2011: Tabel I. Toetswaarden die zijn gebruikt maar die niet vallen binnen het drinkwaterbesluit
Waarde
Eenheid
Medicijnen
0
ng/l
Overige VOCl
0
µg/l
chloraat (who, 2005 guideline)
700
µg/l
Stof
trichloormethaan, broomdichloormethaan, tetrachloormethaan
1
µg/l
Overige stoffen (bijv. EDTA, benzylbutylftalaat, 4-n-nonylfenol, 4octylfenol, p,p'-DDE)
0
µg/l
Toetswaarden uit drinkwaterbesluit 2011: Tabel II. Chemische parameters
Waarde
Eenheid
Acrylamide
0,10
µg/l
Antimoon
5,0
µg/l
Arseen
10
µg/l
Benzeen
1,0
µg/l
Benzo(a)pyreen
0,010
µg/l
Boor
0,5
mg/l
Bromaat
1,0
µg/l
Cadmium
5,0
µg/l
Chroom
50
µg/l
Cyaniden (totaal)
50
µg/l
1,2-Dichloorethaan
3,0
µg/l
Epichloorhydrine
0,10
µg/l
Fluoride
1,0
mg/l
Koper
2,0
mg/l
Kwik
1,0
µg/l
Lood
10
µg/l
Nikkel
20
µg/l
Nitraat
50
mg/l
Nitriet
0,1
mg/l
N- nitrosodimethylamine (NDMA)
12
ng/l
Polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) (som)
0,10
µg/l
Stof
Polychloorbifenylen (PCB’s) (individueel)
0,10
µg/l
PCB’s (som)
0,50
µg/l
Pesticiden (individueel)
0,10
µg/l
Pesticiden (som)
0,50
µg/l
Seleen
10
µg/l
Tetra- en trichlooretheen (som)
10
µg/l
Trihalomethanen (som)*
25
µg/l
Vinylchloride
0,10
µg/l
* tribroommethaan, trihalomethanen (som), dibroomchloormethaan
Provincie Utrecht
0
Gebiedsdossier Zeist
Tabel IIIa. Indicatoren – Bedrijfstechnische parameters Stof
Waarde
Eenheid
Ammonium
0,20
mg/l
Chloride
150
mg/l
DOC/TOC
Geen abnormale verandering
mg/l
Geleidingsvermogen
125 bij 20 °C
mS/m
Hardheid (totaal)
>1
mmol/l
Tabel IIIb. Indicatoren – Organoleptische/esthetische parameters
Waarde
Eenheid
Sulfaat
150
mg/l
Aluminium
200
µg/l
Natrium
150
mg/l
Stof
Tabel IIIc. Indicatoren – Signaleringsparameters
Waarde
Eenheid µmol X/l
Aromatische aminen
– (waarde 0 aangehouden) 1
(Chloor)fenolen
1
µg/l
Diglyme(n)
1
µg/l
Ethyl tert-butyl ether (ETBE)
1
µg/l
Gehalogeneerde monocyclische koolwaterstoffen
1
µg/l
Stof AOX
µg/l
Gehalogeneerde alifatische koolwaterstoffen
1
µg/l
Methyl tert-butyl ether (MTBE)
1
µg/l
Monocyclische koolwaterstoffen / aromaten
1
µg/l
Overige antropogene stoffen
1
µg/l
Provincie Utrecht
1
Gebiedsdossier Zeist
4
BIJLAGE 4
Provincie Utrecht
2
NOTULEN GEBIEDSGESPREKKEN
Gebiedsdossier Zeist
5
BIJLAGE 5
BEGRIPPENLIJST
Zones rond een winning 1. Winningstypen In de Provincie Utrecht wordt onderscheid gemaakt tussen drie type winningen, gebaseerd op de hoogte van de onttrekkingsfilters van de winningen:zie figuur B 5.1
Figuur B 5.1. Winningstypen in de Provincie Utrecht (gebaseerd op figuur winningstype uit ‘Uitwerkingsplan grondwaterbeschermingsgebieden’ (Provincie Utrecht 1993, naar CTB 1985).
Rond iedere winning kunnen één of meerdere zones onderscheiden worden (Provincie Utrecht, 1991): Intrekgebied Het intrekgebied van een winning is het gebied waarvan het aan maaiveld geïnfiltreerde water naar de winning toestroomt. Elke winning heeft zijn eigen intrekgebied. Voor een voorbeeld, zie Figuur B 5.2. Waterwingebied Het waterwingebied is het kleinste beschermingsgebied rond een drinkwaterwinning. Het is het gebied waarbinnen zich het puttenveld bevindt. Het waterwingebied omvat het gebied rond de putten met een minimale verblijftijd van 60 dagen met een minimum van 30 meter vanaf de individuele winputten. De verblijftijd van 60 dagen is gekozen, omdat in het algemeen wordt aangenomen dat een dergelijke verblijfduur in de ondergrond voldoende is om bacteriologische verontreinigingen af te breken. Omdat de waterwingebieden erg kwetsbaar zijn geldt hier het strengste beschermingsniveau. Grondwaterbeschermingsgebied Provincie Utrecht
3
Gebiedsdossier Zeist
Het grondwaterbeschermingsgebied is de maximale projectie van de punten in het 1e watervoerende pakket, van waaraf het grondwater een periode van 25 jaar of minder nodig heeft om de pompputten te bereiken. Hiermee is de reistijd naar de winning, van 25 jaar of minder, gedekt. Het gaat hierbij dus alleen om de projectie van het oppervlak dat zich in het eerste watervoerend pakket bevindt. Twee voorbeelden zijn weergegeven in Figuur B 5.3. Boringsvrije zone Bij diepe winningen onder goed afsluitende lagen is het van belang dat scheidende lagen niet doorboord worden waardoor vermeden wordt dat deeltjes vanaf maaiveld via het boorgat de winning kunnen bereiken. Hiertoe kan een boringsvrije zone worden geïntroduceerd. De boringsvrije zone is de maximale projectie van de punten, waarbinnen de reistijd naar de winning 25 jaar of minder is. De grootste projectie van de 25-jaarsverblijftijd wordt gevonden in het watervoerende pakket waaruit wordt onttrokken, maar in theorie kan ook in een ander watervoerend pakket een grotere boringsvrije zone zijn. In de Provincie Utrecht komt dit niet voor. Voorbeeld boringsvrije zone zie Figuur B 5.4. 100-jaarsaandachtgebied. Binnen het 100 jaarsaandachtsgebied is de reistijd vanaf maaiveld naar de waterwinning 100 jaar of minder. 50-jaarszone De 50-jaarszone is de grootste projectie van de punten per watervoerend pakket, van waaraf het grondwater een periode van 50 jaar of minder nodig heeft om de pompputten te bereiken. Deze 50-jaarszones worden per watervoerend pakket bepaald (zie Figuur B 5.5.). Er is dus een aparte 50-jaarszone voor het eerste en voor het tweede watervoerend pakket. De 50-jaarszones worden gehanteerd ten behoeve van de vergunningverlening voor KWOsystemen.
Intrekgebied
Figuur B 5.2..Schematische weergave van een intrekgebied
Provincie Utrecht
4
Gebiedsdossier Zeist
Figuur B 5.3
Twee voorbeelden grondwaterbeschermingsgebieden. Het gaat in beide gevallen om de maximale projectie van stroombanen met een reistijd kleiner dan of gelijk aan 25-jaar die zich in het eerste watervoerend pakket bevinden (Provincie Utrecht, 1993, naar: TCB, 1985)
Figuur B 5.4
Voorbeeld boringsvrije zone (in dit geval winningtype B) (Provincie Utrecht, 1993, naar: TCB, 1985)
Provincie Utrecht
5
Gebiedsdossier Zeist
Figuur B 5.5
Voorbeeld 50-jaarszones (Grontmij, 2007). Verschillende 50-jaarszones in verschillende watervoerende pakketten.
Provincie Utrecht
6
Gebiedsdossier Zeist
6
BIJLAGE 6
BELEID EN REGELGEVING
Overzicht beleid en regelgeving Per verantwoordelijke overheid wordt in onderstaande tabel de relevante wetgeving en de uitwerking daarvan in de praktijk naar plannen, verordeningen en vergunningen weergegeven. Het doel van dit overzicht is het bieden van inzicht in de mogelijkheden en beperkingen van de verschillende wettelijke kaders en het constateren van eventuele leemtes in de huidige uitwerking in de praktijk voor het beschouwde gebied.
Tabel 6.1. Overzicht relevante wetgeving en beleidsplannen, verordeningen en vergunningen ten aanzien van provincie, gemeente en Rijk Overheid
Wet
Rijk
Drinkwaterwet
Provincie
Plannen Verordeningen Vergunningverlening
Wet bodembescherming Kaderrichtlijn Water, geïmplementeerd in Waterwet en Wet milieubeheer Wet ruimtelijke ordening Waterwet Wet milieubeheer
Wet milieubeheer
Huidige Aanduiding
Betekenis Bescherming
Regels en kaders voor een duurzame veiligstellen van de drinkwatervoorziening
Hoge kwaliteit van het drinkwater. Leveringszekerheid.
Stroomgebiedskarakterisering, Beheersplan Maatregelen-programma
Grondwaterlichamen met onttrekking voor menselijke consumptie
Administratief, rapportage eenheid. Op onttrekkingspunt moet worden voldaan aan kwaliteitseisen.
Structuurvisie Provinciale ruimtelijke verordening Provinciaal Waterplan Milieubeleidsplan
Planologische bescherming beschermingszones. Stand-still benadering. Doorwerking naar gemeentelijke structuurvisies en bestemmingsplannen. Preventie via verbodsbepalingen in de PMV
Grondwaterplan Utrecht
Waterwingebied Grondwaterbeschermingsgebied (25-jaarszone in bepompt pakket), 50-jaarszone (i.v.m. KWO) Waterwingebied. Grondwaterbeschermingsgebied. 100-jaarsaandachtsgebied. Boringsvrije zone.
Bevorderen van RO functies die bijdragen aan kwalitatief goed grondwater. Stellen van voorwaarden aan RO functies ter verkleining risico grondwaterverontreiniging. Weren van functies met risico op grondwaterverontreiniging. Verbod/beperking risicovolle activiteiten/bedrijven.
Algemene regels
Provinciale milieuverordeniing Utrecht en uitvoeringsbesluiten Grondwaterbescherming
Gemeente
Wet ruimtelijke ordening
Vergunningverlening en handhaving Bestemmingsplan Structuurvisie
Wet milieubeheer
Provincie Utrecht
0
Vergunningverlening en handhaving
Planologische bescherming van de beschermingszones Planologische bescherming van de beschermingszones
Vastlegging begrenzing beschermingszones. Instructie- en verbodsbepalingen voor activiteiten binnen waterwingebieden, grondwaterbeschermings-gebieden en boringsvrije zones. Vergunningplichtige inrichtingen: regels in de PMV Vastleggen van het ruimtegebruik (rechtsgeldig). Strategische afstemming tussen functies. Vergunningplichtige inrichtingen:
Gebiedsdossier Zeist
Overheid
Waterschap
Wet
Plannen Verordeningen Vergunningverlening
Waterwet
Waterplan
Waterwet
Waterbeheerplan
Provincie Utrecht
1
Huidige Aanduiding
Betekenis Bescherming
regels in de PMV Verbeteren van de kwaliteit en de kwantiteit van gronden oppervlaktewater op gemeentelijk niveau Bevat doelen en (KRW) maatregelen
Gebiedsdossier Zeist
7
BIJLAGE 7 CONCEPT AFSPRAKEN OVER ADEQUATE GRONDWATERBESCHERMING
8
BIJLAGE 8
Provincie Utrecht
0
TOELICHTING SIGNALERINGSDIAGRAM