Kunstwandeling 3
Frederik Hendrik- en Hugo de Grootbuurt Rondwandeling ca. 2,5 uur langs 18 locaties. Met bijna 30 kleine en grote openbare kunstwerken. Naar keuze kan de route worden gehalveerd of in tweeën gelopen; zie daarvoor de stippellijn op de kaart. Begin van de wandeling is het Van Oldenbarneveldtplein bij de Nassaukade, bij het pleinmozaïek van Wijnanda Deroo uit 1993. De wandeling gaat langs eigentijdse beeldhouwwerken via het Frederik Hendrikplantsoen naar de Kostverlorenvaart. Na betonnen decoraties van Hildo Krop uit 1924 komt de route via het complex de Meander van de Luxemburgse architect Rob Krier (2000-2005) en het Witteneiland met woningbouw van de architekten Lafour en Wijk (1997), uit bij de betonnen ‘Oude Familienamen’ van Baukje Trenning uit 2005. Na een kleine omgang voert de route naar brugornamenten uit de jaren dertig van Krop, Jacob Kaas en Piet Kramer. Om via de school en de pyramides (2006) van architect Sjoerd Soeters terug naar de Kostverlorenvaart te gaan. Daar staan negen gekleurde staalsculpturen van Auke de Vries (1992-1995). Via de kunst in de Hugo de Grootbuurt komt de wandeling weer uit op het startpunt bij de Nassaukade. De wandeling begint bij het pleinmozaïek van Wijnanda Deroo, midden op is het Van Oldenbarneveldtplein. En vandaar naar de twee bronzen in het plantsoentje aan de korte zijde bij de Nassaukade.
Van Oldebarneveldt, 1993 Wijnanda Deroo
Johan van Oldenbarneveldt was staatsman en leefde van 1547 tot 1619. Hij was raadspensionaris van Holland en gaf de push tot de oprichting van de Verenigde Oostindische Compagnie. Hij werkte lang samen met prins Maurits, maar raakte in conflict en eindigde zijn leven op het schavot. Zijn portret vormt de basis voor de mozaïek op het plein. In de rand is zijn overdenking te lezen bij zijn naderende dood: “Ick ben seer welgerust, ende geresolveert te sterven, maar ick en kan niet begrijpen waarom ick sterven moet. Ick wensche van herten, dat door mijn doodt ende bloet, alle tweedracht ende oneenigheidt die in het landt syn, mochten ophouden. Johan van Oldebarneveldt 1547-1619” Wijnanda Deroo (1955) richt zich, sinds ze in 1977 begon met fotograferen, op interieurs. Deze zoekt ze vooral op historische plekken zoals verlaten synagogen en het Amerikaanse Ellis Island. Deroo woont en werkt afwisselend in Nederland en de Verenigde Staten. De opdracht voor een figuratief beeld en een niet-fuguratief object kwam voort uit het Structuurplan beeldende kunst Westerpark/ Overbrakerpolders, van Aart Wevers uit 1985. De combinatie van twee beelden was gesitueerd in het oude park aan de Haarlemmervaart. Aan twee tweetallen kunstenaars werd een ontwerp gevraagd. Beide ontwerpen ontvingen grote waardering, waarna de eerste (‘Man op kruk’ en bronzen ornament) voor het park werd gekozen, is de tweede op het Van Oldenbarneveldtplein geplaatst.
Vrouwenfiguur, 1986 Else Rignalda
De bronzen vrouw van Else Rignalda (1958) ‘kijkt’ naar het object van Dilworth. De fragiele, meisjesachtige figuur is verfijnd, is klassiek in de traditie van de beeldhouwkunst, en modern in de zin van eigentijds. Rignalda appelleert in haar werk naar de ‘homo ludens’. De spelende mens, zoals die door beeldend kunstenaar Constant in de jaren vijftig werd voorgesteld in zijn New Babylon project: de creatieve nomadische mens die in de arbeidsloze maatschappij van de toekomst de leefomgeving en cultuur vorm geeft.
De kern van het werk van Norman Dilworth (Engeland, 1931) is de aandacht voor geometrische en natuurlijke verhoudingen. Dilworth is ook geïnspireerd door Piet Mondriaan. Waar bij Mondriaan de natuur een belangrijk uitgangspunt was om tot abstractie te komen, zo is bij Dilworth het natuurlijke groeiproces een belangrijk conceptueel referentiepunt voor zijn sculpturen en papierwerken. Voor werken in de openbare ruimte gaat hij bewust op zoek naar aansluiting met de beleving van de mensen erom heen. Loop op de Nassaukade naar links, in de richting van de stoplichten. Sla na ca. 75 m naar links de hoek om van het Frederik Hendrikplantsoen. Ca. 50 m verder is de entree van het Carthesiuslyceum.
Ik denk, dus ik besta, 2001 Boris Tellegen
De driedimensionale letters vormen als lichtbakken aan de gevel een soort luifel voor het Cartesius Lyceum. Het lichtobject hangt met de ‘leeskant’ naar beneden. Kunstenaar Tellegen koos het motto ‘cogito ergo sum’ (ik denk, dus ik besta) van de 17e eeuwse filosoof René Descartes, waar de school naar vernoemd is. De moderne schreefloze letters, uitgevoerd in roestvrij staal en van licht voorzien, bieden een modern tegenwicht aan het klassieke Latijnse spreekwoord. René Descartes heet in het Latijn Renatus Cartesius. Deze filosoof is geboren in Frankrijk op 31 maart 1596 en gestorven in Stockholm op 11 februari 1650. Hij woonde een tijdlang in Nederland. Descartes geldt als de vader van de moderne wijsbegeerte. Als eerste in de geschiedenis van de filosofie wilde Descartes zijn denken niet meer baseren op dogma’s. ‘Cogito ergo sum’ is zijn belangrijkste motto. Steek de straat over en loop diagonaal over het basketbal-veld, en passeer de half-pipe. Tot voorbij het stenen muurtje, waar de parkverharding (het fijne grind) begint.
Monument voor een verzonken stad, 1981 Berend Peter Hogen Esch
In de schuine lijnen van deze plastiek heeft de kunstenaar een tegenwicht willen geven aan de naar opzij buigende, oude bomen. De net zichtbare blauwe betonpalen geven aan dat deze buurt vroeger op de grens van de stad en het waterrijke polderland lag. Tegelijk symboliseren ze de onzichtbare heipalen waar Amsterdam op gebouwd is. Op korte afstand werd in 1999 de half-pipe geplaatst. Omdat deze skatebaan de lege ruimte rondom het beeld verstoorde, vroeg kunstenaar Berend Peter aan het stadsdeel om ‘m meer naar de straatkant te verplaatsen. Dit bleek echter niet mogelijk. Daarom - na lang overleg plaatste het stadsdeel een plaquette met de door de kunstenaar geleverde tweede titel voor het kunstwerk: ‘Dwazen denken te beschermen’. Tevens werd afgesproken om aan het einde van de normale levensduur van de skatebaan en bij de keuze voor vervanging, zich in te spannen de nieuwe skatebaan zo te plaatsen op het Frederik Hendrikplantsoen, dat het kunstwerk beter tot z’n recht komt. De tweede titel ‘Dwazen denken te beschermen’ gebruikte Berend Peter (pseudoniem voor Berend Peter Hogen Esch, 1946) reeds in 1982 voor een tweede beeld in de Indische buurt, stadsdeel Zeeburg. Op het Frederik Hendrikplantsoen is het beton met een pigment door en door blauw gekleurd. Bij het tweede beeld ‘vergat’ de aannemer het blauwe pigment toe te voegen. Waarna de kunstenaar het beeld dusdanig schilderde dat het vaal-blauw werd. Maar bij later onderhoud werd, zonder navraag naar de oorspronkelijke kleur, het beton zo keihard blauw geschilderd als de kunstenaar niet wilde.
Loop nu naar de stoplichten op de Nassaukade en steek over naar links, naar het plantsoen aan de andere zijde van de rijweg. Loop daar 10 m rechtdoor.
Droombeeld, 1965 Cephas Stauthamer
Het geabstraheerde bronzen beest met wijd opengesperde bek - een hond of een fantasiebeest - maakte Constantinus (Cephas) Stauthamer (1899 - 1983) op latere leeftijd. Stauthamer woonde en werkte op de Oude Zijds Voorburgwal tegenover de Oude Kerk. Daar had hij, in een 17de-eeuws maar later tot sigarenfabriek verbouwd huis, zijn atelier op een grote tabakszolder. In de jaren dertig had hij veel opdrachten met een sterk religieus karakter uitgevoerd, en na de oorlog maakte hij diverse oorlogsmonumenten. Hij was als een van de weinige beeldhouwers in Nederland de cire perduetechniek machtig, een bewerkelijk procédé voor het bronsgieten. Hij werkte ook in hout of steen en maakte keramische beelden. Zijn vrije werk ontwikkelde hij vooral vanaf de jaren zestig, waarbij hij vaak geïnspireerd werd door niet-westerse kunst. Wanneer het ‘Droombeeld’ ‘s avonds wordt aangelicht, zou het kunnen doen denken aan de beroemde Egyptische sfinxen bij de pyramiden van Gizeh. Ga nog ca. 20 m rechtdoor langs de Nassaukade en sla naar links het plantsoen in. Bij de eerste splitsing links houden en bij de tweede splitsing - met de speeltoestellen - rechts houden. Na ca. 100 m het plantsoen verlaten, de straat oversteken en de Lodewijk Tripstraat in gaan. Loop door tot het einde van de straat, de hoek met de Jacob Catskade, en ga naar links. Na ca. 80 m is er in de flat links een grote poort.
Meteorenregen, 1997 Ton van Summeren
Van oudsher was er veel bedrijvigheid langs de Kattensloot en de Kostverlorenvaart, een belangrijke vaarroute van de haven van Amsterdam naar het binnenland. De Porchestrip (met de grote poort, architect Peter Geusebroek), het terrein van de Meander (aan de overzijde links, architect Rob Krier) en de kop van het Witteneiland (aan de overzijde rechts, architecten Lafour en Wijk) waren bedrijfsterreinen. Deze drie stadsvernieuwingsprojecten hebben elk hun eigen stedenbouwkundige signatuur gekregen op de plek waar vele tientallen jaren niet meer stond dan loodsen, werkplaatsen, een timmerfabriek, een steenhouwerij of een glasatelier. De flat met de poort - met het plafond van Van Summeren - is in 1997 door ontworpen architect Peter Geusebroek. Het is een woongebouw in de traditie van de modernistische stedenbouw. De poort ligt in het verlengde van de Gerard Schaepstraat. Na doorbraak of sloop van de oude woningen tussen Fagelstraat en Antonie Heinsiusstraat, zou een verbinding ontstaan tussen Frederik Hendrikplantsoen en de Jacob Catskade met de Kattensloot - de naam van het water dat verderop Kostverlorenvaart heet. Kunstenaar Ton van Summeren (1953) gebruikt in zijn werk afbeeldingen van dingen die normaliter niet te zien zijn. Bijvoorbeeld chromosomen, cellen, sterren. Het is niet zozeer uit wetenschappelijke belangstelling dat hij er gebruik van maakt, het is de poëtische kant die hem interesseert. Voor het kunstwerk in de poort vergrootte hij beelden van ‘vallende sterren’. De negen ‘meteoren’ wijzen in de richting van het water. Van Summeren liet zich hiervoor inspireren door de videofilm ‘Der Lauf der Dinge’ van de Zwitserse kunstenaars Fischli en Weiss, gepresenteerd op de Documenta in 1987. In de negen objecten is bovendien de straatverlichting geïntegreerd. Samen met beeldhouwer Leo Vroegindeweij ontwierp Ton van Summeren in 1988 een drinkwaterplastiek voor de entree van Artis. Aanleiding
was herinrichting van de 19e eeuwse entree, en de nieuwbouw van het Planetarium. De bronzen waterbak heeft een stervormig basin. Vooral voor kinderen was waterobject een leuke speel- en drinkplaats. (Later is de plastiek verplaatst naar de tuin aan de straatzijde van het Planetarium, waar-i wel spuit maar onbereikbaar is voor kinderen.) Loop verder langs de kade en buig met de bocht mee naar links. Loop rechtdoor ca. 100 m over de Eerste Kostverlorenkade in de richting van de brug.
Vrouw en aap, 1924 Hildo Krop
Hildo Krop (1884-1970) was in het begin van de vorige eeuw stadsbeeldhouwer. Hij maakte in samenwerking van de architecten van de Amsterdamse School vele bouwbeeldhouwwerken. Dit zijn decoratieve sculpturen die onderdeel zijn van de architectuur. Zijn werk is terug te vinden bij balustrades van bruggen, straatmeubilair, overheidsgebouwen en volkshuisvesting. De werken zijn meestal uitgevoerd in natuursteen als graniet of hardsteen. Hier - boven de portieken van de woningen - zijn zeven identieke beelden geplaatst, beelden die in beton zijn gegoten. Te zien is een vrouw met een hoofddoek en klompen, en een soort aap op haar schoot die ze bij de staart houdt. Als geen andere kunstenaar heeft beeldhouwer Hildo Krop (1884-1970) een stempel gedrukt op de openbare ruimte van Amsterdam. Bekend is zijn massale Berlage-standbeeld op het Victorieplein, dat in de jaren 1956-1966 tot stand kwam. Aan de zijkanten van de sokkel zijn een metselaar, een steigerbouwer, een beeldhouwer, een opperman en een tekenaar uitgebeeld, een eerbetoon aan de anonieme arbeiders, zonder wie het werk van Krop niet tot stand had kunnen komen. In zijn thematiek staat naast de arbeider ook de vrouw centraal (‘De geboorte van de daad’, Comeniuslyceum, Pieter Lodewijk Takstraat, Oud Zuid). Krop werd verder geïnspireerd door gedichten. Op het spoorwegviaduct Spaarndammerstraat vindt men Herman Gorters ‘Pan’ uit 1916 weerspiegeld. Ga de brug over en ga aan de andere zijde naar rechts de stenen trappen af, de Van der Palmkade op. Volg deze ca. 200 m tot het zgn. ‘kippenbruggetje’ rechts.
Gedichtenroute, 1996 buurtinitiatief
De Meander - aan de Van der Palmkade - van architect Rob Krier is een voor Nederlandse begrippen monumentaal woningbouwcomplex. Wat opvalt zijn de monumentale torens, de halfopen binnenhoven, en de eigen articulatie - de variaties in gevelbekleding - van elk bouwonderdeel. In het complex zijn ook een openbare bibliotheek, een school en bedrijfsruimten geïntegreerd. De architecten Lafour en Wijk ontwierpen op de kop van het Witteneiland naast een traditioneel gesloten blok, ook twee vrijstaande torens met geknikte vleugels. Kenmerkend zijn de ‘zwevende’ dakranden, het gebruik van een mix van kleur in de bakstenen, en de verlichting in de galerijen van de vleugels. Loop het kippenbruggetje over, en volg vandaar de ‘Gedichtenroute Witteneiland’: loop langs de reling van de Jacob Catskade, tot waar deze eindigt. Ga bij de hoek met De Korte Wittenstraat naar links, tot de hoek met De Wittenstraat. Ga verder rechtdoor tot de reling aan De Wittenkade. Naar links langs het water tot de tweede torenflat. Vandaar tussen de twee torenflats door, terug naar de Jacob Catskade, en naar rechts weer in de richting van het kippenbruggetje. Pal daarvoor staat rechts het gemaalhuis met de dichtregel van F. Starik. Bij de oplevering van de nieuwbouw aan Jacob Cats- en De Wittenkade in 1997 lieten de bewoners glasplaten graveren met gedichten van
Nederlandse dichters. De platen zijn in frames langs de relingen aan de kades geplaatst. In 2006 zijn de objecten overgedragen aan - en hersteld door - stadsdeel Westerpark. De dichtregels aan de Jacob Catskade - vanaf de punt in noordelijke richting - zijn achtereenvolgens van Martinus Nijhoff met ‘Awater’, Tom van Deel, Ida Gerhardt, Laurens van der Zee, Jan Campert en Guus Luijters. In de dwarsstraat aan muur op de hoek van de Korte De Wittenstraat en De Wittenstraat is bevestigd: Willem Hussem. Langs De Wittenkade - vanaf de Korte De Wittenstraat in zuidelijke richting - staan de regels van Chr. J. van Geel, Jules Deelder, Martinus Nijhoff met ‘De Moeder de vrouw’ en Herman de Coninck. En in de dwarsstraat aan muur bij De Wittenkade 275: Tsjêbbe Hettinga. Tevens is het ‘Lichtgedicht Ambitie’ toegevoegd met een dichtregel van F. Starik. Dit object is vervaardigd naar ontwerp van Hannis Schilperoort (1940) en is bevestigd aan het gemaalhuis voor water en riolering. In het ontwerp zijn zonnecellen geïntegreerd die de ledverlichting voeden. ‘Het schip Ambitie’ is een binnenvaartschip dat regelmatig door de Kostverlorenvaart voer - voer, want het is al langer niet meer waargenomen. Feitelijk is het de derde generatie van Ambitie-schepen, dat wil zeggen: bij vervanging van een schip kreeg de opvolger de naam van zijn voorganger. Steek het kippenbruggetje opnieuw over en loop rechtdoor de Groen van Prinstererstraat in. Ca. 100 m verder is de Van Beuningenstraat. Ga naar links. De nieuwbouw De Mokumer is aan de rechterkant van de straat.
Oude familienamen, 2005 Baukje Trenning
Ontwerper Baukje Trenning (Amsterdam, 1969) maakte in opdracht van Ymere een kunsttoepassing voor nieuwbouwcomplex De Mokumer in de Amsterdamse Staatsliedenbuurt. Architect Machiel Spaan van M3H ontwierp in samenwerking met Mark Tuerlings van Buro de Binnenstad de nieuwbouw. Trennings idee is gebaseerd op de geschiedenis van de plek. In het Gemeentearchief achterhaalde zij de namen van de eerste bewoners die in 1912 de woningen betrokken die negentig jaar later werden gesloopt. Hun achternamen zijn geplaatst in de betonnen vensterbanken (raamdorpels). Trenning gebruikte een stevige en eenvoudige letter, die goed leesbaar is. De schreefloze letters zijn in kapitalen uitgevoerd. De letters zijn op de rand van de vensterbanken geplaatst en zijn aan de voorzijde dieper in het beton verzonken. Vanaf de begane grond kijkt de voorbijganger op de letters. Naarmate de vensterbanken hoger in de gevel geplaatst zijn, kijkt hij tegen de binnenkant van de letters aan en ziet een kartelige rand die aansluit bij de kenmerken van de raamdorpels en lateien uit de wijk. Door de neerslag van regenwater ontstaat aan de voorkant van de dorpels een streepjespatroon. Loop de Van Beuningenstraat uit tot de Van Hallstraat en sla linksaf. Tot de hoek ca. 50 m verder bij de Eerste Keucheniusstraat. Loop even de hoek om.
De zwaaiende fietser, 2000 F. Starik
De 16 identieke keramische tableaus, die te vinden zijn op 8 straathoeken in de Spaarndammerbuurt en 8 straathoeken in de Staatsliedenbuurt, tonen een gezin op de fiets. Moeder zit achterop, de zoon zit voorop, en de vader zwaait. De kunstenaar, dichter en zanger F. Starik (1958) maakte hiermee een zelfportret. Hij spreekt over het kunstproject als een ‘goedhumeurmachine: een denkbeeldige groet die een bijdrage levert een opgewektere wereld’. F. Starik is beeldend kunstenaar, maar heeft vooral vanaf 2002 diverse bundels poëzie gepubliceerd. In 2005 verscheen De eenzame uitvaart,
verslagen en gedichten van eenzame uitvaarten. Bij uitvaarten van overledenen die geen familie of verwanten achter laten wordt, door een wisselende groep dichters, een speciaal gemaakt gedicht voorgelezen. Een dichtregel van zijn hand is ook te vinden aan de Jacob Catskade in het kunstwerk ‘Lichtgedicht Ambitie’. Steek de Van Hallstraat over en loop rechtdoor - in het verlengde van de Eerste Keucheniusstraat - over het Van Beuningenplein tot De Kempenaerstraat. Sla linksaf. Wandel ca. 150 m rechtdoor tot de hoek met de Van Rheenenstraat. Loop ook hier even de hoek om.
What will the neighbours say?, 1988 Barend van Herpe
‘What will the neighbours say’ was bij haar ontstaan een foto-technische primeur. Namelijk eind jaren tachtig waren geen voorbeelden voorhanden van fotokunstwerken met deze monumentale omvang. Oorspronkelijk was het werk gemaakt voor - en geplaatst in - de Van Hallstraat. Daar had de kunstenaar zich laten inspireren door de 19e eeuwse staatsman Floris Adriaan van Hall (1791-1866) die de lege staatskas vulde via gedwongen staatsleningen. Op deze man en zijn arrogante houding tegenover het volk is de afbeelding gebaseerd. Van Herpe (1956) gebruikt traditionele symbolen onder andere uit het werk van de 15e eeuwse schilder Jeroen Bosch, maar ook hedendaagse cliché’s uit de reclamewereld en de pers. Zo geven de vogels de hoge positie van Van Hall weer, terwijl de uitgebeelde figuur hiermee de draak lijkt te steken. Een kleurenfoto met het ontwerp werd aangekocht door het Groninger Museum. Hier - in een openbare buitenruimte - is het werk in zwart-wit uitgevoerd om juist haar uniciteit ten opzichte van de vele gekleurde reclamebillbords in de stad, te benadrukken. Loop de Eerste Keucheniusstraat uit tot de Van Rappardstraatstraat. Even naar links en dan naar rechts en loop dan de Donker Curtiusstraat uit tot de Kostverlorenvaart. Ga naar rechts en wandel rechtdoor ca. 150 m tot het einde van De Buyskade. Ga over de oranje zigzag-brug en ga bij de Jan van Galenstraat naar rechts. Loop ca. 100 m tot net voorbij de entree van het Food Center Amsterdam - het terrein dat vroeger de Markthallen heette.
Danspaar, 1956 Cephas Stauthamer
Aan de overzijde van de Kostverlorenvaart ligt Molen de Otter. De oudste paltrokmolen van Nederland stamt uit 1631. De houtzaagmolen was de eerste die hier in de eerste helft van de zeventiende eeuw gebouwd werd. Langs de Kostverlorenvaart draaiden daarna nog tientallen andere molens, maar deze is als enige bewaard gebleven. Jarenlang was het ‘Danspaar’ van Stauthamer verborgen achter een betimmering met logo en naam van de hier gevestigde dancing. Terwijl de afbeelding natuurlijk zeer toepasselijk was. Het vroeger Marcanti was een schouwburg. Op het reliëf is een man, vrouw, masker en vogel te zien, het is gemaakt bij de bouw in 1956. Uit een geboetseerde mal is het beeld gegoten, en geschilderd. Stauthamer woonde en werkte op de Oude Zijds Voorburgwal tegenover de Oude Kerk. Daar had hij, in een 17de-eeuws maar later tot sigarenfabriek verbouwd huis, zijn atelier op een grote tabakszolder. In de jaren dertig had hij veel opdrachten met een sterk religieus karakter uitgevoerd, en na de oorlog maakte hij diverse oorlogsmonumenten. Hij was als een van de weinige beeldhouwers in Nederland de cire perduetechniek machtig, een bewerkelijk procédé voor het bronsgieten. Hij werkte ook in hout of steen en maakte keramische beelden.
Vervolg de route over de Jan van Galenstraat. Ca. 200 m verder ligt de brug over het Westelijk Marktkanaal. Loop aan de noordzijde over de brug - kijk omlaag naar de aanlegsteiger - en steek dan De Jan van Galenstraat over. Wandel de trappen af in de richting van de Geuzenkade, en daarna terug de brug op en naar zuidoostelijke bruggenhoofd. En even daar voorbij staat in het talud het palen-staketsel van Ger Dekker.
Zeemonster, 1935 Jaap Kaas
Architect van de brug is Piet Kramer. De zeven reliëfstenen zijn van Franse kalksteen en graniet. Aan het water, bij de aanlegsteiger aan de noordwestkant, staat de steen ‘Zeemonster’ van Jaap Kaas (1898-1972). Dieren waren een favoriet onderwerp van deze beeldhouwer, die veel in Artis heeft gewerkt, en jarenlang zijn atelier daar ook had. Andere stenen met dieren van hem zijn te vinden in een poort bij de Simonstraat (Olympiabuurt, Oud Zuid). Ook staat een beeld van Kaas langs de trappen van de Jan van Galenstraat naar het Erasmuspark: ‘Vrouw met kind’ (Bos en Lommer). Van Piet Kramer (1881-1961) zijn de ‘Scheepslading’ en de ‘Bruggentekst’. Langs de trap aan de zuidwestkant is te lezen: ‘Gebouwd 1935’ en - aan de waterzijde - ‘West’. Van Hildo Krop (18841970) zijn ‘Havenarbeiders’ en ‘Pakhuizen/Hijskranen’ aan de noordoosten zuidoostkant te vinden, en ‘Zeehondenpaar met bal’ en ‘Jonas in de walvis’ beneden aan de trap naar de Geuzenkade. Het werk van Krop laat grote aandacht voor de natuur zien, een herinnering voor de stadsmens aan zijn vroegere omgeving. Het afbeelden van fabelwezens is een humoristische trek die herinnert aan de middeleeuwen. Aan de bruggen worden veelal bewust zeedieren en watermonsters gebruikt. Bij de gebouwen spelen de vier windstreken een rol en worden weergegeven door de vertegenwoordigers der vier continenten, onder andere bij de telefoondienst (Singel 344), ambachtsschool (Postjesweg), brug Jan van Galenstraat/Admiralengracht. Wanneer abstracte begrippen worden uitgedrukt is de band met het symbolisme (Roland Holst, Toorop) het duidelijkst: de geboorte van de daad (Comeniuslyceum, Pieter Lodewijk Takstraat 34), het raadsel van het begin, de doem van het noodlot (Stadhuis). Dergelijke levenssymboliek vindt men veel aan scholen. Ook ziet men verwijzingen naar de functie van het gebouw. Het stadhuis heeft 12 gevelstenen die eigenschappen, wenselijk voor bestuurders, voorstellen. Het geologisch instituut (Nieuwe Prinsengracht 130) heeft voorstellingen van aardbevingen, mijnbouw, vulkanen etc. Even voorbij het zuidoostelijke bruggehoofd staat in het talud het palen-staketsel van Ger Dekker.
Palen-staketsel, 2002 Ger Dekker
Het zuidelijk deel van het Marcantieiland had begin jaren tachtig met het bebouwingsplan van Sier van Rhijn een eigen stedenbouwkundige structuur gekregen. Soeters Van Eldonk architecten heeft die opzet afgemaakt door op de as van het driehoekige eiland een woongebouw (2006) neer te zetten van twee driehoekige torens. De getrapte zijkanten reflecteren in de woorden van de architect - de getrapte bouw uit de jaren tachtig. In hetzelfde stedenbouwkundige plan van Soeters Van Eldonk architecten werd in 2001 de Esprit VMBO-school gebouwd. Het beeld van Dekker was in 1987 gemaakt als markering aan de Marcantilaan bij de entree van de toen nieuwe woonwijk. De plek met de nieuwe woningen stond vroeger bekend als het kermisterrein. Dit gebied was altijd een vrijliggend terrein gebleven tussen de stad van vóór 1900 en de uitbreidingen na ca. 1920. Het werd onder meer gebruik voor kermissen en circussen. Het kunstwerk stond daar op de hoek zonder sokkel direct op het trottoir. Het bestaat uit 6 houten en 9 rvs-palen verbonden door bouten. Het
valt te kenschetsen als een subtiel spel van richtingen. In 2001 werd het opgeschoven naar de huidige locatie bij de brug, en op een hardstenen sokkel geplaatst. Totaal is het nu ruim 10 meter hoog. De materiaal en lijnvoering verhoud het zich goed tot het schoolgebouw van architect Sjoerd Soeters. (Soeters is ook de architect van de pyramide-vormige woningbouw op de oorspronkelijke plek van het beeld.) Het werk van Ger Dekker (1943) is verwant aan dat van Ad Dekkers en Jan van der Vaart. Van de eerste staat op de Spaarndammerdijk ‘De Ring’ (1976/2003), en van Van der Vaart is het keramisch beeld ‘Zonder titel’ aan de De Wittenkade. Wandel aan deze zijde van de Jan van Galenstraat terug in de richting van het centrum. Ga na ca. 300 m over de Beltbrug en meteen naar rechts. Blijf hier de wandelpromenade volgen langs de stadskant van de Kostverlorenvaart.
Zonder titel, 1992 Auke de Vries
In 1987 werd een stedenbouwkundig plan gemaakt voor wat tot dan toe een grote bestratingswerf was van de gemeente, en ook het werfterrein met werkplaatsen voor onderhoud van gemeentelijke gebouwen. Het plan was in die tijd een experiment waarbij architectenbureau Lafour en Wijk zowel de woningen ontwierp als de inrichting van de openbare weg. En in dit plan zou de kunst ook een prominente plaats krijgen. Tot een werkelijke samenwerking tussen kunstenaar en architect kwam het niet. Maar de opdracht was op zijn minst inspirerend voor Auke de Vries. Eerder was De Vries bekend geworden met monumentale stalen beelden, met een grafisch karakter. Maar de wens naar kleur van de uit Suriname afkomstige architect Lafour, heeft hem bij deze beelden doen besluiten kleurrijke elementen toe te voegen. Auke de Vries (1937) ontwierp langs de watergrens van het ‘werfterrein’ negen op masten lijkende objecten. Ze zijn bevestigd aan de op onregelmatige afstand staande meerstoelen. Ten onrechte worden deze ook wel dukdalven genoemd, het verschil zit ‘m in de constructie. Aan de lange staven zijn abstracte elementen toegevoegd. Bijvoorbeeld een vorm die doet denken aan een vogel en een die associaties oproept met een vlieger. Geen enkel object staat precies recht. ‘Bij mij staat altijd iets scheef. Dit is een dankbare manier om de ruimte te gebruiken,’ zegt de kunstenaar. De Vries was midden jaren tachtig bekend geworden met het ‘Maasbeeld’, een als een waslijn boven de Maas hangende sculptuur bij de Willemsbrug. Pal tegenoven de perrons van station Hollands Spoor in Den Haag hangt ook een groot object van hem, en ook in de vijver voor het Architectuur Museum in Rotterdan staat zulk een monumentale stalen sculptuur, met dat kernmerkende tekenachtige karakter. Wandel aan het eind van de wandelpromenade voorlangs of achterlangs verzorgingstehuis De Werf naar de Hugo de Grootgracht. Ga naar links - kijk in het verlengde naar de Westertoren - en volg de Hugo de Grootkade. Steek de Frederik Hendrikstraat over tot verpleegtehuis De Poort op nummer 18-28.
Helpende hand, 1995
De Poort is een in 1995 gerenoveerd verpleeghuis aan de rand van stadsdeel Westerpark. Aan de voorgevel, ter hoogte van de eerste verdieping, bevinden zich vier mozaieken van geglazuurd baksteen. Van links naar rechts zijn de afbeeldingen te omschrijven als: een hand met een anker, twee ondersteunende handen, een hart- met een kruisvorm en een verplegende hand.
Wandel de Hugo de Grootkade verder af naar de Nassaukade en ga naar links. Steek over bij de stoplichten, naar - aan de overzijde van de rijweg - de Raampoortbrug. Loop over de brug - langs het brons ‘Naatje’ - steek bij de zebra over en loop naar ‘De man met de vioolkist’.
Brugleuning, 1970 Herman van der Heide
Beeldhouwer Herman van der Heide (1917) maakte eind jaren vijftig samen met architect Dirk Sterenberg (1921) diverse brugleuningen in Amsterdam. Zoals de Vaz Diasbrug, de Hortusbrug, de Latjesbrug over de Nieuwe Herengracht, en de brug over de Singelgracht bij de Nassaukade en Tweede Hugo de Grootstraat. Sterenberg was verantwoordelijk voor het bouwkundige ontwerp, en Van der Heide voor de vormgeving. De bescherming bij de bruggen wordt niet geboden door spijlen, maar door opengewerkte abstract-geometrische vormen met een enigszins organisch karakter. Architect en kunstenaar waren na de Tweede Wereldoorlog beide lid van de ‘Liga Nieuwe Beelden’. Een vereniging waarin onder andere de aandacht werd gericht op verbetering van de stadsversiering. Voor bijvoorbeeld ook alternatieve vormgeving van stadskiosken. (Op het bordes aan de zuidoostkant van de brug - aan de kant van Stadsdeel Centrum - staat het brons ‘Naatje’ van Hanna Mobach uit 1975. En aan de overzijde - aan de noordoostkant, op de bakstenen rand van het Tweede Marnixplantsoen - staat ‘De man met de vioolkist’. Een stalen beeld in de jaren tachtig door een onbekende kunstenaar op een onbekend moment neergezet, bij vele Amsterdammers geliefd.) Loop vervolgens terug naar de Nassaukade en ga naar rechts. Na 200 m naar links de Eerste Hugo de Grootstraat in. Na 150 m naar rechts de Frederik Hendrikstraat in. En 50 m verder is dan een inham in de gevelwand. Stap in dezelfde richting nog ca. 100 m rechtdoor, en ga naar rechts naar het het startpunt op het Van Oldenbarneveldtplein.
Gat van Rob, 1988 Harry van Renswou
Het beeld is genoemd naar het vroegere hier gevestigde garagebedrijf ‘Garage Rob’, en het jarenlang bestaande gat in de gevelwand. Voor het in 1987 tot stand gekomen pleintje ontwierp de kunstenaar ‘een beeld op ooghoogte’, een soort podium, eigenlijk een pleintje op een pleintje. Voor de vormen liet de kunstenaar zich inspireren door de abstracte schilderkunst van Malevitz uit het begin van de vorige eeuw. Het is geen speelobject, maar kinderen blijken er graag op te spelen. En met de gebruikte treden en leuningen functioneert het ook prima als hangplek. Het grijsgroene plateau is gemaakt van ferrocement, en de hekvormen zijn van gietijzer. Een voordeel van het ultralichte ferrocement was dat het beeld geen fundering behoefte. Van Harry van Renswou (1957) staat een vergelijkbare plastiek - of pleinbeeld - voor theater Studio K aan het Timorplein, in de Indische buurt (Zeeburg).
PAZZA NISTRA AT
VR
W AT E
VA N
ENH
LAN VA N SL I N GE
RPOO RTW HAL
GRO EN
FANNI U S S C HO
ED
OFW VA N
LT
EN
DTST
LSTR E
N S
HO
RAA
P R IN TR
A
Stadsdeelkantoor
B
U
VAN LIMB URGSTIRU MPLEINL
A
T
IM
HAARLEM MERWEG
C HIOR K EMP ERSTRA AT
STR.
ORP
FP
STE RER STR T
RAA
AA
RST
TR
LAE
END
A AT
A AT
HO OP -
STR
-
HOG
STR
TZE
ENS
VA N
DER
FOR K
BOE
VA N
T IN C
D
EL N M
VAART
GOSSC HALKL AAN
HAARLEMMERWEG
JOA
VA N
C L IF BEN
VA N
EG WES
EG C IS A A E G E LW GOG DE
BOS
A AT VA N
A AT
T
HALL
SE STRA
KEM
STRA
R
G
S
E E D RT KO ITTENT W RAA ST
PENA ER
TI
R
U
M
S
.
V D AN U IJ DE N R S TR
PARK
TR
RI
.
LA
SOEN
A AT
NT
E
E
R
S
TE
VA N
STRA
M
AT
BOS S E PA
AT
V IS S E R IN
A
START
KP
STR
N
TW E E D E N . A S TR S S A N U S TE TR IT W . E E AD SK D T A B C CO JA OT E SLO AD TEN SK AT B C CO
KAT
JA
ND
K E W IJ LOD STR. T R IP
AT
.
FR ED E H P L E N D RR I K AN TS IKOE N
HE
E ONI R. ANT IUSST NS HEI EL
FA G
TELIJ KMAR
GSTR
TR
T
.
A
E
S
D
S
U
S
.
TE
TR
IT
E W
A
N
S
TS
.
OE N
NA PL SSA EI N U-
TR
NA S SIN S A U K GE LGR A D E AC HT
E D A K N TE
D A K N TE
POLONC EAU-KAD E
ERW AT E L G S P IE P L E IN
A AT
ERW AT N E TOR P L E IN
STR N IN G
TR
TS
TR
W
HAARLEMMER
VAN BLEISWIJ KSTRAAT
ORP BEU
NS
.
AM ST ALIA RA AT
LE
OO
TS
E D
VRED
WEG
END
SSTE E E R C H E N IU K E U A AT STR
VA N
R.
GM O
HU
GR
KO
MARCA
VA N
N TI LA A
A AT
OO
RT
HAARLEM MERWEG
ERG
VAN SLINGELANDTPLEIN
ZEEB
HOG
VA N N IN G E N BEU IN PLE
EP NS T
ZA A
TE
P
.
DE GR VA N JU
TR
VA A
IT W T
TE
IT
E D SS AU KA SIN DE GE LG RA CH NA
SCHA
-
RS
GO DE
TS
IK ER ED
AT
C LUZA STR.
VA N A R D P RAP STR.
EE
DE
OO
HUGO DE GROOTPLEIN H U G O
TKA
DE GR
OO
GO
GR
DE KA AU SS
VA N
A AT
DE
E H U
EE
RD
E O D
VA S TR N B A N E A KO K A U T N D ST E IN G D VE E E R N W LO IT R T E EN S N TR K A A D A E T
NA
AT RA
AT RA
FR
ST
RA
W
IT
T LD VE NE
DE
E D DE KA
NB
NSTR
TW
DE
HUG
N
DE OL
RIK
VA
AR
OR
EN ST
ST
RL VE
RT VA N DE R PA LM KA VA A
TE
KO
ST TS
RS EE
AT RA ST CH
EE RB GE HO
ND
T
ST
R.
IK
HE
ER NB OU
DONK
ER CUR
TI
US EN
VA
FR
DE MB RO
LIS GIL
N L E
OR
YS K KO A D ST E VE RL
ED
ER
BU
ER SB ER GE VA NS NINN HO TR GE UW AA NS ET TR .
LE AN GA JAN V
NR EIG VA
T JU N VA P KO
UT
HO
AD KTKA NAAL T
N
D