Branddetectiesystemen | FPA‑5000 met Functionele Modules
FPA‑5000 met Functionele Modules www.boschsecurity.nl
Dankzij de modulaire configuratie kan de innovatieve FPA‑5000 Modulaire Brandmeldcentrale eenvoudig aan lokale omstandigheden en voorschriften worden aangepast. Dankzij de verschillende modules worden landspecifieke kenmerken net zo snel aangepast in de aansluiting als de betreffende alarmfuncties. De brandmeldcentrale is leverbaar met twee verschillende behuizingen:
u
Modulaire configuratie voor eenvoudige uitbreiding
u
Aansluiting van maximaal 32 paneelcontrollers, externe bedieningspanelen en OPC-servers
u
Aansluiting meerdere CAN-lussen met hoogwaardige Ethernet-backbone en redundantie
u
Installatie en automatische detectie van functionele modules die alleen maar in de paneelrail hoeven te worden geplaatst
u
Aansluitmogelijkheid voor BIS Building Integration System via OPC-server
Ethernet
1
• behuizing voor directe wandmontage aan de muur • behuizingen voor framemontage, die op het montageframe worden bevestigd en draaibaar zijn.
Met behulp van speciale montagesets kunnen de behuizingen in 19-inch (482,6 mm) kasten worden gemonteerd. Alle behuizingen kunnen uitgebreid worden met verschillende extra behuizingen voor alle denkbare toepassingen. Het FMR-5000 Externe Bedieningspaneel voorziet in de gedecentraliseerde bediening van een brandmeldcentrale of een brandmeldcentralenetwerk. Dankzij de externe CAN en Ethernet-interfaces kunnen verschillende paneelcontrollers en externe bedieningspanelen worden aangesloten. Door gebruik te maken van een structuur met enkele lus of meerdere lussen met Ethernet-backbone kan het netwerk worden aangepast aan bijna alle applicatiecondities.
CAN
CAN
CAN
2
CAN/Ethernet-netwerk 1 Brandmeldcentrale 2 Extern Bedieningspaneel
De Ethernet-interface maakt bovendien aansluiting op een BIS-systeem (BIS Bosch Building Integration System) via een OPC-server mogelijk.
2 | FPA‑5000 met Functionele Modules
FPA‑5000 systemen kunnen worden aangesloten op het Bosch UGM 2040 Universeel beveiligingssysteem en op die manier in een groot netwerksysteem worden geïntegreerd. Het volledige branddetectiesysteem wordt via een laptop met de nieuwe programmeersoftware FSP-5000-RPS geconfigureerd. Systeemoverzicht
O U T1 O U T2 O U T3 O U T4 O U T5 O U T6 O U T7 O U T8 G N D G N D G N D G N D
B
IO P0008A
NETZEIN N T Zn S TR O M S tE ö ru g B T S tA ö rT uE nR gIE1 B T S tA ö rT uE nR gIE2 FAU LT
AC A T FB A U L1 L-T +BAT1 - +BAT2 - + -T F +AU
AIN +M -
IN 1 IN 2 IN 3 IN 4 IN 5 IN 6 IN 7 IN 8 G N D G N D G N D G N D
B C M 0000A
+AU -2 +AU -3 +AU - +AU -5 +AU X-1 +AU X X X4 X X-6
F ire Test 1
City Tie
A
A2BC
3 DEF
City Tie Fault Ground Fault
C
Battery Fault
4 GHI
5 JKI
6 MNO
7 PQRS
8 TUV
9 WXYZ
0
#
Power *
Trouble Signal Silence Bypassed Supervisory ?
I
Paneelrail Lang
L
Batterijen
M
Extern Bedieningspaneel
Basisfuncties Bediening / verwerking van berichten De bediening en het verwerken van alle berichten is eenvoudig en intuïtief dankzij de ergonomisch ontworpen centrale met TFT-touchscreen met menugestuurde verwerking en meerkleurendisplay. Daartoe zijn er permanente toetsen aanwezig boven onder en rechts van het display, alsmede virtuele toetsen op wisselende plaatsen in de aanraakzone van het touchscreen.
IN
E
OUT
D
F H
Modulaire structuur van de FPA-5000 Modulaire Brandmeldcentrale Vanwege zijn modulaire structuur biedt de FPA-5000 Modulaire Brandmeldcentrale volledige flexibiliteit en daarmee pasklare oplossingen voor elke toepassing. Afhankelijk van de vereisten kan bij het ontwerp de volgende selectie gemaakt worden: 1.
G
2. 3. IN
I OUT
A
ZONE2 Störung
4.
NC2 C2 NO2
NC1 C1 NO1 ANI0016A
ZONE3 Störung
L
+ - a -b + + - a -b + AU XL1S NAU 1 X L2S N 2
LSN 0300 A
CZM0004A
ZONE4 Störung
RMH0002A
+ - - + - + + - - + - + AUX1 OUT1 IN1 AUX2 OUT2 IN2
F1 F2 RELAIS2 Störung
ZONE1 Störung
5.
RELAIS1 Störung
AUX3 OUT3 IN3 AUX4 OUT4 IN4 + - - + - + + - - + - +
FB1 + -
FB2 + -
M
P o s.
Beschrijving
A
Functionele Modules
B
Adreskaarten
C
Paneelcontroller
D
Verdeler, optioneel
E
Paneelrail Kort
F
Beugel voor voedingseenheden (af fabriek geïnstalleerd in behuizingen voor framemontage)
G
Voeding
H
Behuizing (in dit geval: HCP 0006 A)
6.
Behuizingstype: framemontage of wandmontage – Selectie van een basisbehuizing – Optionele uitbreidingsbehuizingen – Optionele voedingsbehuizingen – Optionele sets voor installatie in 482,6 mm (19inch) kasten Bedienings- en displayeenheid met paneelcontroller – Selectie van de verschillende taalvarianten Paneelrail – Selectie volgens behuizingstype en/of aantal vereiste functionele modules Functionele modules – Selectie gebaseerd op ontwerp en landspecifieke vereisten Voeding – Batterijen – Extra voedingsmogelijkheden – Beugels voor voedingseenheden zijn af fabriek al gemonteerd in behuizingen voor framemontage – Voor wandmontage behuizingen worden indien nodig beugels voor voedingseenheden geselecteerd Extra accessoires – Frontdeuren – Printer met behuizing voor framemontage – Kabelsets voor speciale toepassingen
Modules: De functionele modules zijn zelfstandige, ingekapselde units die door middel van plug-and-play-technologie op elke positie van de brandmeldcentrale geplaatst kunnen worden. Op deze manier worden de voeding en het dataverkeer naar de brandmeldcentrale automatisch geregeld zonder extra instellingen. De module wordt automatisch herkend door de brandmeldcentrale en werkt in de standaardbedrijfsmodus.
3 | FPA‑5000 met Functionele Modules
Bekabeling naar externe componenten vindt plaats met compacte aansluit-/schroefklemmen. Na een vervanging hoeven alleen de connectoren weer aangesloten te worden; uitgebreid opnieuw bekabelen is niet langer nodig. Module
Beschrijving
BCM‑0000‑B
Accucontrollermodule • module die accu's en voeding controleert en beheert
ANI 0016 A
Signaleringsmodule • met 16 rode en 16 gele LED's, vrij programmeerbaar
LSN 0300 A
LSN improved-Module 300 mA • voor aansluiting van een LSN-lus met maximaal 254 LSN improved elementen of 127 standaard LSN-elementen, met een maximale lusstroom van 300 mA.
LSN 1500 A
LSN improved module 1500 mA • voor aansluiting van een LSN-lus met maximaal 254 LSN improved elementen met een maximale lusstroom van 1500 mA, of met maximaal 127 standaard LSNelementen met een maximale lusstroom van 300 mA.
FPE‑5000‑UGM
Interfacemodule • voor aansluiting op een UGM-2040 Systeem
CZM 0004 A
Conventionele module voor 4 zones • voor aansluiting van bestaande conventionele randapparatuur, met vier bewaakte conventionele lijnen
• met 2 relais voor netvoeding (250 V) en met feedbackingangen (kan bovendien worden gebruikt als interface met brandblussystemen) NZM 0002 A
Signaleringsmodule • met twee bewaakte primaire lijnen
Netwerken Binnen een netwerk kunnen tot 32 paneelcontrollers, externe bedieningspanelen en een OPC-server worden aangesloten. Afhankelijk van de toepassingsvereisten kunnen meerdere paneelcontrollers en externe bedieningspanelen als netwerk- of lokaal knooppunt worden gegroepeerd. Binnen een groep kunnen alleen paneelstatussen worden weergegeven van dezelfde groep. Ongeacht de groepen kunnen netwerkknooppunten alle paneelstatussen weergeven en verwerken. Lokale knooppunten tonen de status van het bijbehorende paneel. Bij een netwerkverbinding via CAN- en/of Ethernetinterfaces zijn de volgende verbindingstopologieën optioneel: • Redundante lus via CAN1 en CAN2 (max. 32 knooppunten) • Ethernet-lus (max. 32 knooppunten) • Meerdere CAN-lussen met Ethernet-backbone en maximaal 32 knooppunten
Voor netwerkverbindingen via glasvezel kunt u diverse omvormers gebruiken. Raadpleeg de Networking Guide van de FPA-5000 (kan worden gedownload) voor gedetailleerde informatie over geschikte omvormers en maximale kabellengten. Detectiezones Detectiepunten worden geactiveerd door adreskaarten. De FPA‑5000 beheert maximaal 4096 detectiepunten. Alle elementen en ingangen die na het programmeren een alarm kunnen activeren, vereisen een detectiepunt. Ingangen worden als detectiepunten gezien als ze als zodanig zijn geprogrammeerd in de FSP‑5000‑RPS Programmeersoftware. Dit is van toepassing op alle handbrandmelders en automatische melders alsmede de volgende modules en interfaces vanwege hun ingangen:
IOS 0020 A
20 mA Communicatiemodule • met een S20-interface, een RS232interface en een S1-interface • voor aansluiting op gesproken woord ontruimingssysteem Plena via RS232
IOS 0232 A
RS232 Communicatiemodule • met twee RS323-interfaces • voor aansluiting op gesproken woord ontruimingssysteem Plena, printer of een laptop
ENO 0000 B
Brandweer Interfacemodule • voor aansluiting op brandweer doormeld apparatuur conform DIN 14675
Modules:
Detectiezones
CZM 0004 A
maximaal 4
In-/uitgangsmodule • met 8 digitale ingangen en 8 opencollectoruitgangen
IOP 0008 A
maximaal 8
ENO 0000 B
vereist alleen een detectiepunt als een FSEontgrendelingselement is aangesloten en geprogrammeerd via de FSP-5000-RPS Programmeersoftware
Interfaces
Detectiezones
FLM-420/4-CON
maximaal 2
FLM-420-I8R1-S
maximaal 8
IOP 0008 A
RML 0008 A
Relaismodule • met 8 relais voor laagspanningsapplicaties
RMH 0002 A
Relaismodule
4 | FPA‑5000 met Functionele Modules
FLM-420-I2
maximaal 2
Regio
Certificiëring
FLM-420-O8I2-S
maximaal 2
Polen
CNBOP
1793/2013 FPA-5000
FLM-420-O1I1
maximaal 1
Denemarken
DANAK
FLM-420-RLE-S
maximaal 2
232.234 FPA 5000/1200 system certifikat EN54-13
Tsjechië
TZÚS
080-011414 FPA-5000
FLM-420-EOL-2W-W
1 detectiepunt voor iedere interface
Hongarije
TMT
TMT-32/2005 FPA-5000
MOE
UA1.016.0008784-11 FPA 5000
MOE
UA1.016.0137711-13 FPA-5000
PSB
CLS1B 13068137901 FPA-5000
Bij de volgende interfaces is toewijzing van datapunten niet vereist: FLM-420-NAC, FLM-420-RHV, FLM-420RLV1, FLM-420-RLV8, FLM-420-O2. Signaalgevers en uitgangen hebben geen detectiepunten! Certificaten en goedkeuringen De geboden opties conform EN 54‑2:1997/A1:2006 zijn onder meer: • Uitgang naar branddetectieapparatuur • Besturing van doormeldapparatuur brandalarm – Uitgang naar doormeldapparatuur brandalarm – Bevestiging alarmingang via doormeldapparatuur brandalarm • Uitgangen naar branddetectie-besturingsapparatuur – Uitgangstype A – Uitgangstype B – Uitgangstype C – Storingsbewaking van branddetectiebesturingsapparatuur • Vertragingen naar uitgangen • Afhankelijkheden van meer dan een alarmsignaal – Type A afhankelijkheid – Type B afhankelijkheid • Alarmteller • Storingswaarschuwingsconditie – Storingssignalen van detectiepunten – Volledige uitval van de voeding – Uitgang naar doormeldingsapparatuur storingswaarschuwing • Uitgeschakelde toestand – Uitschakeling van adresseerbare detectiepunten • Teststatus Regio
Certificiëring
Duitsland
VdS-S
S205106 BS FPA 4620/DT/2010 FPA-5000
Singapore
Installatie/configuratie • Bij het ontwerp dient rekening gehouden te worden met specifieke landelijke normen en richtlijnen. • Aansluitcondities voor de regionale overheden en instellingen (politie, brandweer) moeten gehandhaafd worden. • Er wordt aangeraden om lusconfiguraties te gebruiken vanwege de grotere veiligheid hiervan in vergelijking met steeklijnen. • Het is mogelijk LSN-interfacemodules en LSN-melders op één lus of steeklijn te combineren. • Voor een gemengde aansluiting van LSN classic elementen en LSN improved elementen, zijn maximaal 127 elementen toegestaan. • Bestaande conventionele melders kunnen aangesloten worden op een CZM 0004 A module. Een CZM 0004 A module levert vier primaire DC-lijnen (zones). • Conform EN 54-2 moeten centrales met meer dan 512 detectoren/brandmelders redundant worden aangesloten. Daarvoor wordt een tweede basisbehuizing met een tweede MPC Paneelcontroller gebruikt. • Voor gebruik van het branddetectiesysteem conform EN 54-13 is het verplicht om iedere steeklijn en Taftakking af te sluiten met afsluitmodules.
Algemene Systeemlimieten Max. aantal Centrales/externe bedieningspanelen/OPCserver in netwerk
VdS
G 205106 FPA-5000_G205106
• Redundante CAN-lus
32
DIBt
Z-6.5-2027 (B) FSA 5000 LSN
• Ethernet-lus
32
DIBt
Z-6.5-2027 (E) FSA 5000 LSN
32
Zwitserland
VKF
AEAI 19197 FPA 5000
• Meerdere CAN-lussen met Ethernetbackbone
Europa
CE
FPA-5000
• Bustopologie
8
CPD
0786-CPD-20818 FPA 5000
PFB
007/BM-PSys/019 FPA-1200/5000
• Stand-alone
4096
PFB
007/BM-PSys/020 FPA-1200/5000
• In netwerk
32512
PFB
007/BM-PSys/021 FPA-5000
• In netwerk, per brandmeldcentrale
2032
BOSEC
TCC2-894/a
Duitsland
Oostenrijk
België
Detectiepunten/melderzones
5 | FPA‑5000 met Functionele Modules
Limieten per Brandmeldcentrale Sets, bijv. uitschakelgroep
128
Totaal aantal modules, per centrale
46
Printer
4
Alarmteller (extern, intern, revisie)
3
Totale grootte van de database voor gebeurtenissen
10000
FSP-5000-RPS Programmeerinterface
1
Tijdcontrolekanaal
20
Tijdcontroleprogramma's
19
Specifieke dagen programmeren
365
Gebruiker
200
Toegangsniveau's
4
Systeemlimieten Functionele Modules Functionele module
Max. aantal
BCM-0000-B
8
ANI 0016 A
32
LSN 0300 A
32
LSN 1500 A
11
FPE-5000-UGM
4
CZM 0004 A
32
IOS 0020 A
4
IOS 0232 A
4
ENO 0000 B
8
IOP 0008 A
32
RML 0008 A
32
RMH 0002 A
32
NZM 0002 A
8
Systeemlimieten voor elke LSN 0300 A module
• Tot 254 LSN improved elementen of 127 LSN classic elementen kunnen aangesloten worden. • Uitgangsstroom – LSN 0300 A: maximaal 300 mA – LSN 1500 A: maximaal 1500 mA • Kabellengte – LSN 0300 A: maximaal 1600 m – LSN 1500 A: maximaal 3000 m • Gebruik van niet-afgeschermde kabel is mogelijk
Aanwijzing Dankzij de FSD-planningsoftware (Fire System Designer) zijn brandmeldcentrales snel en gemakkelijk conform de gestelde beperkingen (bijvoorbeeld wat betreft kabellengte en voeding) te plannen.
Installatievoorschriften
• Brandmeldcentrales dienen geïnstalleerd te worden in droge, schone ruimten. • Voor een optimale levensduur van de accu mag de brandmeldcentrale alleen gebruikt worden op locaties met normale kamertemperatuur. • De volgende omgevingseisen moeten in acht worden genomen: – Toegestane omgevingstemperatuur: -5°C tot 50°C – Toegestane relatieve vochtigheid: Max. 95 %, niet-condenserend • Bedienings- en displayelementen moeten zich op ooghoogte bevinden. • Bij behuizingen met framemontage moet er tenminste 230 mm vrije ruimte aan de rechterkant van de laatste behuizing zijn; deze ruimte dient om de bevestigde behuizing te kunnen openen voor aansluiting, onderhoud en service. • Er moet voldoende ruimte over zijn onder en naast de brandmeldcentrale voor eventuele uitbreidingen, bijv. voor een extra voeding of een uitbreidingsbehuizing. • Gebruik geen apparaten die condensatie vertonen. • Gebruik alleen het bevestigingsmateriaal dat gespecificeerd is door BOSCH ST. Bestendigheid tegen storingen kan anders niet gegarandeerd worden. • Bij aansluiting op een BIS-systeem (BIS Bosch Building Integration System) via een Ethernetinterface en een OPC-server, moet u voor een netwerk dat meerdere gebouwen omvat bij de verantwoordelijke netwerkbeheerder navragen of – het netwerk ontworpen is voor verbindingen die zich uitstrekken over meerdere gebouwen (bijvoorbeeld of er geen interferentie is door verschillende potentialen van de aardaansluiting) – alle gebruikers worden aan het netwerk toegewezen.
Bestelinformatie BCM‑0000‑B Accucontrollermodule
bewaakt de voeding van de brandmeldcentrale en het laden van de accu's Opdrachtnummer BCM-0000-B ANI 0016 A Signaleringsmodule
geeft de status weer van 16 individueel programmeerbare datapunten Opdrachtnummer ANI 0016 A
6 | FPA‑5000 met Functionele Modules
LSN 0300 A LSN improved-Module 300 mA
NZM 0002 A Signaleringsmodule (NAC)
voor aansluiting van een LSN-lus met maximaal 254 LSN improved elementen of 127 LSN classic elementen, met een maximale lusstroom van 300 mA.
voor aansluiting van twee aparte signaleringszones, beschikt over 2 bewaakte primaire lijnen
Opdrachtnummer LSN 0300 A LSN 1500 A LSN improved-Module 1500 mA
voor aansluiting van een LSN-lus met maximaal 254 LSN improved elementen met een maximale lusstroom van 1500 mA, of met maximaal 127 LSN classic elementen met een maximale lusstroom van 300 mA. Opdrachtnummer LSN 1500 A FPE‑5000‑UGM Interfacemodule
voor aansluiting van FPA-5000 en FPA-1200 brandmeldcentrales op bovenliggende systemen (UGM 2020, FAT 2002/RE, FSM‑2000)
Opdrachtnummer NZM 0002 A NMC 0000 A kabel HPD/NZM
Gebruikt voor synchronisatie conform UL-vereisten, kabellengte 90 cm Opdrachtnummer NMC 0000 A Hardware-accessoires FLM-320-EOL2W Conventionele afsluitmodule, 2-draads
voor afsluiting van conventionele lijnen conform EN 54-13 Opdrachtnummer FLM-320-EOL2W FLM-420-EOL2W-W Afsluitmodule LSN
Opdrachtnummer FPE-5000-UGM
voor afsluiting van LSN-steeklijnen of T-aftakkingen conform EN 54-13
CZM 0004 A Conventionele Module voor 4 Zones
Opdrachtnummer FLM-420-EOL2W-W
voor aansluiting van conventionele randapparatuur; beschikt over vier bewaakte conventionele lijnen
FDP 0001 A Dummy-afdekplaat
Opdrachtnummer CZM 0004 A IOS 0020 A 20 mA Communicatiemodule
biedt een interface van S20, RS232 en S1 Opdrachtnummer IOS 0020 A IOS 0232 A RS232 Communicatiemodule
voor het aansluiten van twee apparaten, bijv. gesproken woord ontruimingssysteem Plena, een laptop of een printer via twee onafhankelijke seriële interfaces
Voor lege moduleposities Opdrachtnummer FDP 0001 A PSK 0001 A Labelstroken, Breed
20 vellen met elk 6 labels, afdrukbaar, voor de functionele modules BCM‑0000‑B, LSN 0300 A, LSN 1500 A, CZM 0004 A, NZM 0002 A, RMH 0002 A, CTM 0002 A en ENO 0000 B Opdrachtnummer PSK 0001 A PSL 0001 A Labelstroken, Smal
Opdrachtnummer IOS 0232 A
20 vellen met elk 10 labels, afdrukbaar, voor de ANI I0016 A Signaleringsmodule
ENO 0000 B Interfacemodule Brandweer
Opdrachtnummer PSL 0001 A
voor aansluiting van brandweerapparatuur conform DIN 14675 Opdrachtnummer ENO 0000 B CPA 0000 A Kabelset AT 2000
Gebruikt voor de aansluiting van een AT 2000 op de MPC en de ENO 0000 B. Opdrachtnummer CPA 0000 A IOP 0008 A In-/uitgangsmodule
voor individuele weergave of flexibele aansluiting van verschillende elektrische apparaten, biedt acht onafhankelijke digitale ingangen en acht opencollectoruitgangen Opdrachtnummer IOP 0008 A RML 0008 A Relaismodule
beschikt over 8 wisselcontactrelais (type C) voor laagspanning Opdrachtnummer RML 0008 A RMH 0002 A Relaismodule
beschikt over 2 wisselcontactrelais (type C) voor hoogspanning, voor bewaakte aansluiting van externe elementen met feedback Opdrachtnummer RMH 0002 A
7 | FPA‑5000 met Functionele Modules
Vertegenwoordigd door: Nederland: Bosch Security Systems B.V. Postbus 80002 5617 BA Eindhoven Telefoon: +31 40 2577 200 Fax: +31 40 2577 202
[email protected] www.boschsecurity.nl
België: Robert Bosch NV/SA Dpt. Security Systems Rue Henri Genessestraat 1 1070 Brussel België Telefoon: +32 56 20 02 40 Fax: +32 56 20 26 75
[email protected] www.boschsecurity.be
© Bosch Security Systems B.V. 2015 | Wijzigingen voorbehouden 1218214923 | nl, V23, 07. Okt 2015